Op verkenning 3 | Handleiding | De zon | les 2

Page 1

Handleiding

DE ZON

Sofie Seghers Jef Pazmany

Naam: ................................................................................................. Klas: ................................................

1


Op verkenning – De zon - bestaat uit: • Een themaschrift • Een handleiding • Een Bordboek Plus Een volledig productoverzicht vind je op www.opverkenning.be. Auteur: Sofie Seghers Conceptcoördinator: Jef Pazmany

Fotokopieerapparaten zijn algemeen verspreid en vele mensen maken er haast onnadenkend gebruik van voor allerlei doeleinden. Jammer genoeg ontstaan boeken niet met hetzelfde gemak als kopieën. Boeken samenstellen kost veel inzet, tijd en geld. De vergoeding van de auteurs en van iedereen die bij het maken en verhandelen van boeken betrokken is, komt voort uit de verkoop van die boeken. In België beschermt de auteurswet de rechten van die mensen. Wanneer u van boeken of van gedeelten eruit zonder toestemming kopieën maakt, buiten de uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen, ontneemt u hun dus een stuk van die vergoeding. Daarom vragen auteurs en uitgevers u beschermde teksten niet zonder schriftelijke toestemming te kopiëren buiten de uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen. Verdere informatie over kopieerrechten en de wetgeving met betrekking tot reproductie vindt u op www.reprobel.be. Ook voor het digitale lesmateriaal gelden deze voorwaarden. De licentie die toegang verleent tot dat materiaal is persoonlijk. Bij vermoeden van misbruik kan die gedeactiveerd worden. © Uitgeverij VAN IN, Wommelgem, 2015 De uitgever heeft ernaar gestreefd de relevante auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Wie desondanks meent zekere rechten te kunnen doen gelden, wordt verzocht zich tot de uitgever te wenden.

Eerste druk 2015 ISBN 978-90-306-7199-2 D/2015/0078/46 Art. 562327/01 NUR 193

2

DE ZON

Cover en lay-outconcept: HarderBetterFasterStronger Opmaak: B.AD Verhaal: Rien Broere Tekeningen: Jonas Van de Vyver


inhoud

INHOUD Lessenoverzicht

4

LES 1

Ga je mee op verkenning?

6

LES 2

De zon als warmtebron

14

LES 3

De seizoenen

20

LES 4

Planten hebben de zon nodig!

28

LES 5

Nachtdieren

36

LES 6

Energie van de zon

44

LES 7

De mens past zich aan.

52

LES 8

Een zonnewijzer maken

60

LES 9

De zon kan gevaarlijk zijn.

68

LES 10

Terugblik

72

ďťż inhoud

3


Lessenoverzicht Dit overzicht geeft kort de kern van alle lessen weer. Het laat je toe snel te beoordelen of je de door de auteurs gekozen volgorde van de lessen wilt aanhouden of een andere volgorde verkiest.

LES 1 – Ga je mee op verkenning? Wat weten de leerlingen al over de zon en de maan? Wat willen ze nog meer te weten komen? Via een verhaal en een tekening wordt de eerste stap in het thema ‘De zon’ gezet.

LES 2 – De zon als warmtebron De zon geeft warmte en licht. De leerlingen beleven en voelen die warmte. Ze ervaren proefondervindelijk dat de zon een warmtebron is. Ze gaan in groepjes aan de slag.

LES 3 – De seizoenen Hoe ontstaan dag en nacht? Wat zijn de dagen van de week? Hoeveel maanden zijn er in een jaar? Welke seizoenen zijn er? We maken kennis met het cyclische verloop van een jaar. De leerlingen beleven het jaar aan de hand van ervaringsgerichte opdrachten.

LES 4 – Planten hebben zonlicht nodig. Als planten geen zonlicht krijgen, dan gaan ze dood. De leerlingen worden echte wetenschappers en gaan dit aantonen aan de hand van allerlei proefjes.

LES 5 – Nachtdieren De zon is onder. Het is nacht. De leerlingen ervaren wat het is om niets te zien. Welke zintuigen nemen het van onze ogen over? Ze maken ook kennis met enkele nachtdieren. Die hebben geen zon nodig.

VERHAAL – Prins Jandorie (Rien Broere) Midden in het themaschrift zit een boeiend kortverhaal. Verhalen brengen een onderwerp tot leven en zorgen ervoor dat de leerlingen zich kunnen inleven in de wereld van de personages. Hoe en wanneer je het verhaal een rol laat spelen tijdens dit thema, staat je vrij. Laat je de leerlingen het vooraf thuis lezen? Lees je het in de klas? Bij het begin van het thema, tussendoor of achteraf? Je kiest zelf het gepaste moment en de geschikte plaats. Je kunt er ook een drama-activiteit of een creatieve schrijfopdracht aan koppelen.

4

DE ZON


LES 6 – Energie van de zon De zon geeft warmte en licht. Maar de zon zorgt ook voor energie. Het is groene energie, die raakt nooit uitgeput. De leerlingen doen allerlei proefjes om aan te tonen dat de zon een bron van energie is.

LES 7 – De mens past zich aan. De leerlingen ontdekken in deze activiteit dat mensen zich op verschillende manieren aan het weer aanpassen. Zo bepaalt het weer welke kledij de mensen aantrekken. Bij sommige weertypes hebben we ook bepaalde attributen nodig.

LES 8 – Een zonnewijzer maken We keren terug in de tijd … De leerlingen ontdekken de geschiedenis van de tijdmeting. Vroeger bepaalden de mensen de tijd met behulp van een zonnewijzer. De leerlingen maken zelf een zonnewijzer.

LES 9 – De zon kan gevaarlijk zijn. Het is zalig om in de zon te spelen. Maar … de zon kan ook gevaarlijk zijn. Door middel van het verhaal Tamme Tijger ontdekken de leerlingen de gevaren van de zon. Ze leren hun huidtype te bepalen en maken een affiche om andere mensen te waarschuwen voor de gevaren van de zon.

LES 10 – Terugblik We blikken terug op wat we in dit thema geleerd hebben. De mindmap in het themaschrift wordt ingevuld.

Leren leren De laatste bladzijde van het themaschrift biedt de leerlingen ondersteuning bij het leren leren. Tegelijk helpen de tips bij de reflectie over hun eigen leerproces. Er is ook ruimte voor goede raad van de leerkracht.

Lessenoverzicht

5


LES 2

De zon als warmtebron Domein(en): levende en niet-levende natuur Onderwerp: de zon als energiebron Lesduur: 50 minuten

LEERPLANDOELEN Bij het onlinelesmateriaal vind je een overzicht met alle leerplandoelstellingen per les.

MATERIAAL Voor de leerlingen • • •

themaschrift p. 4-5 een zwart en een wit T-shirt (of doek) lijm en een schaar

Voor de leerkracht • kopieerblad p. 1-2 (op leerlingaantal) • prentenset: prent 1 Voor de klas • bordboek • rode en blauwe post-its

Vooraf Deze les kun je alleen geven op een warme en zonnige dag. De leerlingen moeten de warmte van de zon kunnen voelen/beleven.

Start Je herneemt kort de hoofdzaken uit de vorige les. • Wat weet je over de zon uit de vorige les? Je ziet de zon als het mooi weer is en er weinig tot geen wolken zijn. De zon zorgt overdag voor licht. ’s Nachts zie je de zon niet, maar wel de maan (bij mooi weer). De leerlingen nemen hun themaschrift op p. 4 en maken opdracht 1 per twee. Zorg voor heterogene duo’s, zodat de leerlingen optimaal van elkaar leren. Na de opdracht volgt een korte bespreking. • Welke voorwerpen kleurde je rood? waterkoker, bureaulamp, kookplaat, radiator, koffiezetapparaat en haardroger Welke kleurde je blauw? trui, appel, voetbal, paraplu, boek en balpen • Waarom worden sommige voorwerpen warm? Sommige voorwerpen worden warm doordat ze gebruikmaken van elektriciteit, ze werken op stroom. Wanneer we ze aanzetten, worden ze warm. De leerlingen nemen kopieerblad p. 1-2 en maken dezelfde oefening: ze knippen de voorwerpen uit kopieerblad 1 en kleven ze op de juiste plaats in de tabel op kopieerblad 2. Alternatieve oefening: geef de leerlingen vooraf de opdracht om in tijdschriften foto’s van allerlei voorwerpen te zoeken. Ze kleven ook die voorwerpen op kopieerblad 2 in de juiste tabel.

Kern De zon is een energiebron Je laat de leerlingen opnieuw per twee werken. Of het dezelfde groepjes zijn als bij de inleidende opdracht of net niet, dat beslis je zelf. Opdracht 2 speelt zich in twee delen af: eerst in en daarna buiten de klas. Je hebt een warme en zonnige dag nodig om de opdrachten uit te voeren. Deel roze en blauwe post-its uit. Vraag hen om op voorwerpen in de klas en daarna buiten de klas een roze post-it te kleven als ze warm zijn (of zo aanvoelen) en een blauwe als ze koud zijn (of zo aanvoelen). Als er op een voorwerp al een post-it van een ander groepje hangt, dan mag er geen meer worden bij gehangen. Er kunnen dus post-its overblijven. 14

DE ZON


Maak duidelijk dat de gekozen voorwerpen een roze of blauwe post-it krijgen naargelang ze echt warm of koud aanvoelen. Bijvoorbeeld: de verwarming in de klas krijgt een blauwe post-it, want ze staat uit en voelt dus koud aan. Na het eerste deel van de opdracht volgt een korte bespreking: • Welke voorwerpen in de klas voelden warm/koud aan? Waarom? De voorwerpen die in het zonnetje staan, voelen warm aan. Voorwerpen die in de schaduw (niet in de zon) staan voelen koud aan. • Wat zorgt dus voor die warmte/kou? de zon (warmte) / het ontbreken van de zon (kou) Voor het tweede deel van de opdracht ga je naar buiten. Ook daar kleven de leerlingen roze post-its op de voorwerpen die warm aanvoelen en blauwe op de voorwerpen die koud aanvoelen. Als alle post-its gekleefd zijn, herhaal je de korte nabespreking. Voor de volgende opdracht blijf je buiten met je leerlingen. Laat hen de witte T-shirts aantrekken die ze meebrachten. Je vertelt hen vooraf niet dat je met witte en zwarte kledij gaat uittesten wat het warmst aanvoelt. Dat moeten ze zelf ontdekken. Geef de leerlingen de opdracht om in de schaduw te gaan staan. Pas wanneer jij een teken geeft, komen ze terug bij jou. Laat hen ongeveer twee minuten in de schaduw staan en vraag hen om zich rustig te houden (vermijden van lichaamswarmte door inspanningen). Daarna geef je dezelfde opdracht, maar deze keer staan ze twee minuten in de zon. Na de opdracht volgt een korte bespreking: • Wat was het verschil tussen de schaduwplek en de zonrijke plek? In de schaduw is het frisser dan in de zon. • Wat zorgt voor die warmte/koude? Als we in de zon staan, voelen we de warmte die de zon geeft. In de schaduw is er geen zon, de zon kan ons daar dus niet opwarmen, het voelt er frisser aan. De leerlingen trekken nu het zwarte T-shirt aan (of bedekken zich met een zwarte doek). Vraag hen om in de schaduw te gaan staan. Pas wanneer je een teken geeft, komen ze terug bij jou. Laat hen ongeveer twee minuten in de schaduw staan en vraag hen om zich rustig te houden (vermijden van lichaamswarmte door inspanningen). Daarna geef je dezelfde opdracht, maar deze keer staan ze twee minuten in de zon. Na de opdracht volgt dezelfde korte bespreking als toen de leerlingen de witte T-shirts droegen.

LES 2 De zon als warmtebron

15


Bron: www.vandezonkrijgjeenergie.nl

Je concludeert: • Was er een verschil tussen het zwarte en het witte T-shirt? Met het zwarte T-shirt was het veel warmer dan met het witte T-shirt. • Hoe zou dat komen, denk je? Een donkere kleur neemt de warmte van de zon op. Een witte kleur reflecteert het zonlicht in plaats van de warmte op te nemen. Algemeen besluit: -- De zon zorgt voor warmte. -- De zon geeft warmte-energie. -- De zon is een energiebron. De groepjes brengen verslag uit van hun bevindingen. • Wat heb je ontdekt door de opdrachten met warme en koude voorwerpen in en buiten de klas? - Een voorwerp kan opwarmen zonder dat het op elektriciteit werkt. - De zon zorgt voor die warmte. - In de schaduw warmt een voorwerp niet op. • Wat heb je ontdekt door het proefje met de zwarte en witte T-shirts? - Als je een wit T-shirt draagt, warmt je lichaam niet zo snel op. - De zonnewarmte versterkt als je donkere kledij draagt. • Wat kun je zeggen van de zon? - De zon geeft veel warmte. - De mens kan die warmte goed gebruiken. De zon is dus een energiebron: een natuurlijke energiebron die goed is voor het milieu. We noemen dat: groene energie. Groene energiebronnen zijn onuitputtelijk, ze raken nooit op. Dat is een voordeel.

Verwerking & afronding De leerlingen nemen het themaschrift op p. 4-5 en vullen zelfstandig de opdrachten in. Als ze klaar zijn, bespreek je de resultaten. Bij opdracht 3 gaan de leerlingen in tijdschriften op zoek naar witte kledij of zwarte/donkere kledij. Ze kleven de kledingstukken op de figuren. Opmerking: het is logisch dat je op een warme en zonnige dag eerder een T-shirt met korte mouwen en een short draagt en op een koude dag eerder lange mouwen en een lange broek.

16

DE ZON


Bespreek met de leerlingen de mindmap in het themaschrift op p. 23-24. Projecteer de mindmap op het bord of toon prent 1 van de mindmap. • Wat wordt er in de mindmap getoond? Waarover gaat het? Over de zon: die staat in het midden en is dus belangrijk. • Wat zie je allemaal? Dikke gekleurde lijnen die overgaan in dunnere lijnen. De dikkere lijnen vertakken zich. Elk onderwerp heeft een andere kleur en elke kleur stelt een onderwerp over de zon voor. Je ziet ook afbeeldingen en woorden en zinnen die moeten worden aangevuld. De mindmap is een samenvatting van de lessen over de zon. Alle hoofdzaken staan erin. Het is een handig hulpmiddel als je je lessen instudeert. De leerlingen vullen het juiste onderdeel van de mindmap zelfstandig in. Ze mogen het themaschrift als informatiebron gebruiken. Daarna vergelijken ze hun oplossingen per twee en passen aan waar nodig. Houd een klassikale bespreking. Het is belangrijk dat je de leerlingen laat verwoorden hoe ze te werk gingen bij het invullen. Zo leren ze van elkaar. • Wie gebruikte het themaschrift als informatiebron? • Wie kon op eigen kracht alles invullen?

LES 2 De zon als warmtebron

17


LES 2

De zon als warmtebron Na deze les ... weet ik dat de zon warmte geeft. kan ik onderzoeken dat de zon warmte geeft.

1

Welke voorwerpen kunnen warm worden? Welke niet? a Kleur rood wat warm kan worden. b Kleur blauw wat koud blijft.

c Waarom kunnen sommige voorwerpen warm worden? Vul aan. Sommige voorwerpen kunnen warm verbruiken. Ze werken op

2

stroom

worden omdat ze elektriciteit . Wanneer we ze aanzetten, worden ze

warm

.

Wat voelt warm aan en wat voelt koud aan? a Kleef een roze post-it op wat warm aanvoelt. b Kleef een blauwe post-it op wat koud aanvoelt. c Vul de antwoorden aan in de tekst. Deze voorwerpen voelen warm aan. De zon warmde ze op . Deze voorwerpen voelen koud aan. Ze stonden in de schaduw .

merk op: Ook voorwerpen die niet op elektriciteit werken, kunnen opwarmen. De zon zorgt voor die warmte. In de schaduw warmt een voorwerp niet op.

4

18

DE ZON

DE ZON


3

Kleed de kinderen aan. Kies de juiste kleur. a Deze jongen gaat op een zonnige, warme dag naar zee. Welke kleur draagt hij het best om het niet te warm te hebben?

wit

b Dit meisje gaat op een frisse, winderige dag naar zee. Welke kleur draagt zij het best om het niet te koud te hebben?

zwart / een donkere kleur

merk op: De zon geeft licht en warmte. Mensen, dieren en planten voelen die warmte.

LES 2 De zon als warmtebron

5

LES 2 De zon als warmtebron

19


www.vanin.be ISBN 978-90-306-7199-2 562327

a Sanoma company


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.