Agora 3 & 4 Kunstbeschouwing (editie 2024) - leerwerkboek

Page 1

Proefversie©VANIN

(*) onder voorbehoud van wijzigingen

HOOFDSTUK 1 HOU JIJ VAN KUNST?

Proefversie©VANIN

1 Wat is kunst?

2 Domeinen, kunstvormen en genres

3 Waarom lokt kunst verschillende reac�es uit?

4 S�jlen en stromingen

HOOFDSTUK 2 ALLES KAN KUNST ZIJN

1 Waarom wordt moderne kunt ook conceptuele kunst genoemd?

2 Kunst analyseren

3 Oriëntalisme in de architectuur

4 Kunst onder invloed van de consump�emaatschappij

HOOFSTUK 3 FUNCTIES VAN KUNST

1 Decora�eve func�e

2 Ontspannende func�e

3 Narra�eve of verhalende func�e

4 Filosofische func�e

5 Poli�eke func�e

6 Maatschappelijke of verbindende func�e

7 Economische func�e

HOOFDSTUK 4 BOUWSTENEN, TECHNIEKEN EN MATERIALEN

1 De vormtaal van beeldende kunstenaars

2 De vormtaal van choreografen

3 De vormtaal van theatermakers

4 De vormtaal van cineasten

5 De vormtaal van muzikanten

NHOUDSOPGAVE (*)

HOOFDSTUK 5 DE KUNSTENAAR KOEN VANMECHELEN

1 Wie is Koen Vanmechelen?

2 Wetenschap en het werk van Vanmechelen

3 Filosofie en werk van Vanmechelen

4 Kennis en het werk van Vanmechelen

Proefversie©VANIN

HOOFDSTUK 6 EEN DUIK IN HET VERLEDEN

1 Prehistorische kunst

2 Oude Egyp�sche kunst

3 Egeïsche kunst (Cycladische, Minoïsche en Myceense kunst)

4 Griekse, Romeinse en Byzan�jnse kunst

5 Romaanse en go�sche kunst in de middeleeuwen

6 De Vlaamse Primi�even

7 De renaissance

8 De barok

HOU JE VAN KUNST? 1

Proefversie©VANIN

HOOFDSTUK
1 HOOFDSTUK 1

HOU JIJ VAN KUNST?

WAAROVER GAAT DIT HOOFDSTUK?

Proefversie©VANIN

In de omgangstaal staat kunst gelijk aan cultuur. De cultuurpagina’s van de krant staan vol kunstuitingen, van nieuwe films tot spraakmakende tentoonstellingen. In de sociologie staat cultuur voor de gemeenschappelijke kennis, waarden, symbolen en rituelen van een groep mensen. Ook als je die definitie van cultuur hanteert, is er een verband met kunst. Kunstwerken zijn soms symbolen, drukken waarden uit, bevatten kennis over een samenleving en kunnen de vorm van een ritueel aannemen.

Een sluitende definitie van kunst vinden is moeilijk en we zullen het dan ook niet proberen. De moeilijkheid zit niet alleen in het feit dat kunst voor iedereen iets anders kan zijn, maar ook dat de visie op kunst in de loop der eeuwen veranderd is.

In dit hoofdstuk maak je kennis met uitingen van kunst en cultuur in verschillende kunstvormen zoals architectuur, beeld, dans, drama, media en muziek. Daarnaast leer je ook de verschillende kunstgenres herkennen binnen de verschillende kunstvormen en krijg je een eerste inzicht over kunststijlen in de loop van de tijd, maar ook over de stijl van de individuele kunstenaar of groep.

WAT LEER IK IN DIT HOOFDSTUK?

Vink aan wat je in de loop van dit hoofdstuk hebt geleerd.

Ik leg uit wat verschillende kunstvormen zijn.

Ik leg uit wat verschillende kunststijlen zijn in de context van tijd en de individuele kunstenaar.

Ik benoem de verschillende kunstgenres binnen de kunstvormen.

Ik geef voorbeelden van kunstwerken binnen de verschillende kunstgenres.

Ik beleef kunst in verschillende kunstvormen en kunstuitingen.

Ik formuleer zelf een definitie van kunst.

Ik kan aantonen hoe mensen doorheen tijd en ruimte en in verschillende contexten kunst anders beleven.

Ik begrijp dat het analyseren van een kunstwerk tot een betere interpretatie en waardering van een kunstwerk leidt.

BEGRIPPEN

kunst – cultuur – bouwstenen – kunstvormen – kunststijlen – kunstgenres

Hoofdstuk 1
2 HOOFDSTUK 1

BREINBREKER

Proefversie©VANIN

In dit hoofdstuk ga je op zoek naar een antwoord op deze breinbreker:

Met welke bril kijk jij naar kunst?

FORUM

1 WAT IS KUNST?

2 KUNSTVORMEN EN KUNSTGENRES

3 KUNST LOKT VERSCHILLENDE REACTIES UIT.

4 KUNSTSTIJLEN

EXIT
3 HOOFDSTUK 1

1 WAT IS KUNST?

Je bent omringd door kunst. Kunst maakt deel uit van je dagelijks leven. Soms zie of hoor je de kunstwerken om je heen, maar even vaak loop je er voorbij. Misschien kijk en luister je actiever als je de drempel van een museum of een concertgebouw over moet. Voor iedereen is die cultuurbeleving anders. Actief luisteren naar een standpunt over kunst of cultuur kan je wellicht nieuwe inzichten geven. Net die respectvolle interactie is wat kunst graag wil uitlokken.

1 Hoe kijk jij naar kunst? Met welke mening ben jij het eens? Bespreek nadien met je klasgenoten.

1 Een werk dat in een museum hangt, is kunst.

2 Kunst is iets dat mooi is.

3 Kunst is een vorm van commentaar op de maatschappij.

4 Enkel iets waar lang aan gewerkt is, kan kunst zijn.

5 Kunst komt spontaan tot stand.

6 Kunst is iets dat ik ook kan.

7 Kunst is met een intentie gemaakt.

8 Kunst is iets choquerends.

9 Kunst is iets dat tastbaar moet zijn.

10 Kunst is troost bieden.

11 Kunst is iets dat mij iets leert.

12 Enkel wat veel geld kost, kan kunst zijn.

13 Kunst is

2 Kunstwerken kunnen diverse gevoelens oproepen bij de toeschouwer of luisteraar: appreciatie, verwondering, verdriet, blijdschap … Hoe zit dat bij jou? Welke van de onderstaande woorden hebben voor jou een betekenis binnen de kunst en waarom?

tekenen – spanning – persoonlijk – saai – dansen – passie – fantasierijk – inspiratieloosheid –originaliteit– moderniteit – acteren – rust – juweel – opwinding – observatie – diepzinnigheid –spiritualiteit – koken – politiek – oppervlakkigheid – waarde – zingen – mooi – lelijk – sympathie –geloofwaardigheid – verhalen – beeldhouwen – verwondering – verdriet – stoel – ouderwets

a Ik associeer met kunst omdat

Proefversie©VANIN

b Ik associeer met kunst omdat

c Ik associeer met kunst omdat

.
.
4 HOOFDSTUK 1

Stel jezelf deze vragen:

—Moet kunst de werkelijkheid tonen?

—Welke boodschap wil de kunstenaar meegeven?

—Wat is het doel van dit kunstwerk?

Stel die vragen aan de hele wereldbevolking en in verschillende tijden doorheen de geschiedenis en je zult heel diverse antwoorden krijgen. Een definitie over kunst zal dus in elke tijd en ruimte anders geformuleerd worden. Het is geen exacte wetenschap.

De gevoelens, meningen en ervaringen die kunst bij jou oproepen, kunnen bij iemand anders totaal anders zijn. Gelukkig maar, want dat is precies de bedoeling van kunst. Er zijn al zoveel definities van kunst gegeven, maar er is geen eenduidig antwoord. Het gaat om de betekenis die je er zelf aan geeft.

Kunst kun je opdelen in verschillende kunstvormen, zoals beeld, dans, drama, muziek, media, architectuur en toegepaste kunst. Elke kunstvorm heeft ook eigen bouwstenen. Dat zijn specifieke elementen die aan bod komen in een bepaalde kunstvorm, zoals licht, kleur, compositie of melodie.

Kunstvormen kun je verder onderverdelen in verschillende kunstgenres. Muziek bijvoorbeeld kun je onderverdelen in klassieke muziek, jazz, pop, dance ... Beeld kun je onderverdelen in schilderkunst, fotografie, graffiti, tekenkunst …

Bij een kunststijl worden beeldende middelen op een bepaalde manier vormgegeven. Afhankelijk van tijd en ruimte kun je ze anders indelen: —stijlen die toonaangevend waren binnen een bepaalde periode; —stijlkenmerken van een groep kunstenaars; —de persoonlijke stijl van één kunstenaar

Hedendaagse werken zijn meestal vanuit volledige vrijheid van meningsuiting gemaakt.

Het idee en het concept zijn even belangrijk als de uitvoering. De factoren ruimte en context spelen daarbij een belangrijke rol. Het kunstwerk raakt een snaar op dat moment omdat de kunst maatschappelijk relevant is en dat hopelijk nog vele jaren na de creatie relevant blijft.

Proefversie©VANIN

3 Lees de acht fragmenten waarin jongeren vertellen hoe zij kunst beleven. Welk verhaal sluit het best aan bij jouw beleving van kunst? Kleur het passende bolletje.

Amorie

Wegduiken in een grote zetel in de cinema: ik doe niets liever! Vooral wanneer muziek en film perfect samenkomen. Daar genoot ik enorm van bij de film Dune. Het verhaal en de muziek van Hans Zimmer werden één. Dat is echt kunst voor mij.

Hoe definieer je kunst? 1.1
5 HOOFDSTUK 1

Stien

Ik ga geregeld met mijn ouders naar een museum. Ik hou het meest van hedendaagse kunst. Toen we met vakantie waren in Zuid-Holland bezochten we museum Voorlinden, waar je kunt doen alsof je in een zwembad duikt. Droogzwemmen dus, dat kon daar in het kunstwerk Swimming pool van Leonardo Erlich. Ik werd er onderdeel van een kunstwerk en ik voelde mij als toeschouwer heel betrokken.

Proefversie©VANIN

Hadewich

Ik ben gefascineerd door de klassieke meesters uit de schilderkunst. Het liefst van al zou ik in een scène uit het werk van Rubens willen duiken. Door het formaat van zijn werken voel ik me onmiddellijk heel erg betrokken. Zo kan ik uren kijken naar De Nijlpaarden- en krokodillenjacht, een schilderij dat hij in 1616 schilderde in zijn atelier.

Loïs

Al sinds mijn zesde ga ik elke week naar de tekenschool. Ik voel mij er erg thuis en kan mij er uitleven in de ateliers. Het is mijn habitat. Iedereen is er aan het creëren en tussen al die creaties van andere jongeren en volwassenen kom ik tot rust. Het inspireert mij om zelf aan de slag te gaan.

Harah

Theater is een totale kunstbeleving. Het brengt zoveel kunstdisciplines samen. Muziek, literatuur, kostuumontwerp, make-up, acteren, grafisch ontwerp, noem maar op. Het is bijna magie dat al die disciplines zo feilloos samenkomen op een podium. Voorstellingen zoals Labyrint van theater FroeFroe of Chasse patate van Studio Orka zijn daar voor mij heel mooie voorbeelden van.

Viktor

Bij ons thuis speelt radio Klara de hele dag door. Klassieke muziek en verhalen over kunst, cultuur en geschiedenis, dat is voor mij kunst. Dat we er samen naar kunnen luisteren vind ik extra krachtig. Wat is mooier dan verhalen die worden omgetoverd tot klanken? Als ik mocht kiezen zou ik de hele dag naar Für Alina van Arvo Pärt luisteren.

Bennet

Ik spaarde twee jaar al mijn zakgeld bij elkaar om een fotocamera te kopen. Ik neem hem op elke uitstap mee en experimenteer de hele tijd. Op zoek gaan naar een goede compositie, kleurverhouding en belichting om zo een foto te maken, dat geeft me energie. Omdat ik geen opleiding volg, probeer ik me te inspireren op het werk van fotografen zoals Marc De Blieck.

Ilham

Een aantal jaar geleden gingen we met ons gezin naar Parijs. We bezochten de Eiffeltoren, de Arc de Triomphe, Montmartre en de SacréCoeur. Die monumenten zijn voor mij echt kunst! Voor mijn zus was het bezoek aan het Louvre de kers op de taart, omdat ze daar de Mona Lisa kon bewonderen. Ze vond het schilderij veel esthetischer dan de monumenten die we bezochten. Al die plaatsen bezoeken vind ik leuk.

6 HOOFDSTUK 1

KUNSTVORMEN EN KUNSTGENRES

1 Wat is voor jou een echt kunstwerk? Zoek een kunstwerk van een erkende kunstenaar en beantwoord de vragen.

a Geef de titel van het kunstwerk dat jij gekozen hebt en noteer de naam van de kunstenaar die het gemaakt heeft.

Naam kunstenaar:

Titel:

b Tot welke kunstvorm behoort het door jou gekozen kunstwerk?

Kunstvorm:

c Zoek op wanneer het werk gemaakt is en (indien mogelijk) bij welke stijlperiode het hoort.

d Beschrijf waarom het werk voor jou een echt kunstwerk is.

Tip: Vermijd het woord ‘mooi’. Denk wel aan eventuele inhoud of bouwstenen, zoals kleur, licht en vorm.

Proefversie©VANIN

1 Beeld

Beeld is een kunstvorm die betekenis krijgt door een bewuste vormgeving van materialen.

Dat kan zowel in 2D (schets, collage, print ...) als in 3D (installatie, textiel, sculptuur ...).

De bouwstenen van beeld zijn ruimte, vorm, lijn, licht, kleur, textuur en compositie

2 Dans

Dans is een kunstvorm die betekenis krijgt door een bewuste vormgeving met het lichaam.

Dans wordt vaak ondersteund door muziek, maar ook door het gebruik van de ruimte, belichting, decor, geluiden …

De expressie van de dans wordt versterkt door bewust om te gaan met de bouwstenen van dans: ruimte, tijd, kracht, danscompositie en choreografie.

2
Kunst kun je indelen verschillende kunstvormen 1.2 7 HOOFDSTUK 1

3 Drama

Drama is een kunstvorm die vormgeeft aan de verbeelding in een verzonnen werkelijkheid voor een of meer toeschouwers.

Theater en literatuur (woord) zijn kunstvormen die onder drama vallen.

Spoken word is een kruising tussen literatuur en podiumkunst waarbij de performer zijn geschreven tekst ritmisch voordraagt.

Een acteur geeft met zijn lichaam en zijn stem vorm aan de voorstelling. Het dramatisch effect kan versterkt worden door grime of make-up, lichteffecten, decor, muziek … De bouwstenen van drama zijn ruimte, tijd, rol, handeling en tijd, structuur en samenspel

Proefversie©VANIN

4 Muziek

Muziek is het bewust vormgeven van klank. Muziek is er niet alleen om naar te luisteren, je kunt er ook iets mee vertellen.

In de vormgeving kiest de maker (componist) of de uitvoerder (muzikant) de manier waarop de expressie kan worden versterkt door bewust om te gaan met de muzikale bouwstenen melodie, harmonie (samenklank), metrum (pulsatie, beat), ritme, tempo, timbre (klankkleur) en architectuur

5 Fotografie, film en media

Onder de kunstvorm media versta je alle communicatiemiddelen (auditief, visueel of audiovisueel, analoog, digitaal) die gebruikt kunnen worden om boodschappen over te brengen. Door de combinatie van computer en video/film is multimedia ontstaan.

Via mediacontent worden bedoelingen, ideeën en gevoelens aan anderen kenbaar gemaakt.

In de vormgeving kiest de maker hoe aan de inhoud gestalte te geven.

De bouwstenen van media zijn kader, beeldeffect, geluidseffect en ordening.

6 Architectuur

Architectuur is een vorm van toegepaste kunst. Architectuur bevat naast het esthetische aspect van het bouwwerk immers ook de functionele en technische aspecten ervan.

De bouwstenen van architectuur zijn ruimte, vorm, licht, kleur, schaal, bouwmaterialen, bouwtechnieken en compositie

7 Toegepaste kunst

Toegepaste kunst is een kunstvorm waarbij de kunstvoorwerpen ook een praktische functie hebben. Toegepaste kunst is dus zowel esthetisch als functioneel. Voorbeelden van toegepaste kunst zijn artistiek vormgegeven meubels, kandelaren, mode en textiel, sieraden en juwelen.

Design is een benaming voor voorwerpen zoals stoelen of lampen die dusdanig ontworpen zijn dat ze op grote schaal machinaal kunnen geproduceerd worden.

Bekende kunststromingen binnen de toegepaste kunst zijn art nouveau en art deco.

De bouwstenen van toegepaste kunst zijn ruimte, vorm, licht, kleur, schaal, materialen, technieken en compositie.

8 HOOFDSTUK 1

2 Bekijk de filmpjes op iDiddit en de foto's hieronder. Kruis aan waar jij zelf al kunst beleefd hebt. Vertel aan je klasgenoten wat jouw ervaring was.

Proefversie©VANIN

atelier openluchtmuseum museum cinema Netflix bibliotheek opera kerken en kastelen cultureel centrum concertzaal schouwburg poppentheater galerij straatkunst
9 HOOFDSTUK 1
monumenten en standbeelden

Podiumkunsten

Beeld Dans Drama Muziek

—beeldhouwkunst

—schilderkunst grafische kunst

graffiti

—tekenkunst fotografie

—...

—klassiek ballet —tapdans —jazzballet —moderne dans —streetdance —hiphop —bellydance —salsa

—...

Media

Architectuur

—literatuur —toneel —theater —performance —proza —poëzie —...

—klassieke muziek —musical —opera —operette —klassiek latin —folk —jazz —hiphop —R&B —rock —pop —...

Toegepaste kunst

Kunstvormen

Proefversie©VANIN

Kunstgenres

film

—videokunst tekenfilm

—animatie

—installatie

—...

—steden —gebouwen —woningen —interieurs —tuinen —...

—mode —juwelen

—gebruikskunst —keramiek

—schoenontwerp —...

Kunstvormen

Kunstgenres

3 Hou jij van kunst? Kruis aan: ja of nee. Denk daarbij aan kunst uit de verschillende kunstvormen: dans, muziek, beeld, drama en media. Bespreek de antwoorden klassikaal.

1 Heb jij het gevoel dat je geïnspireerd wordt als je een kunstwerk bekijkt?

2 Komen er spontaan kritische vragen bij jou op als je kunstwerken bekijkt?

3 Overstijgt kunst voor jou het louter esthetische?

4 Laat kunst jou ontsnappen uit de werkelijkheid?

Antwoordde je vaak met ‘ja’? Dan beroert kunst jou hoogstwaarschijnlijk. Of meer met ‘nee’? Dat is ook helemaal oké.

in genres 1.3
Indeling
JaNee
10 HOOFDSTUK 1

3 KUNST LOKT VERSCHILLENDE REACTIES UIT.

1 Kunst lokt verschillende reacties uit: je vindt een kunstwerk mooi of juist niet, je kunt erdoor aangetrokken worden of het juist afstotelijk lelijk vinden. Kunst kan de oorzaak zijn van grote meningsverschillen. Bekijk de video op iDiddit en beantwoord de vragen.

a Welke reacties veroorzaakt kunst bij de bezoekers?

Proefversie©VANIN

b Met welke stellingen ben je het eens? Vink aan.

Stellingen

1 Ik kan me inleven in toeschouwers die werk van kunstenaars vernielen.

2 Ik vind het belangrijk dat kunst reacties uitlokt.

3 Ik vind het ongepast dat de toeschouwers kunstwerken beschadigen.

4 Ik blijf helemaal onverschillig bij de reacties van de toeschouwers.

c Waarom reageren mensen zo boos op de kunstwerken?

2 Een kunstwerk kan normen en waarden in een samenleving bevestigen of er tegenin gaan. Zo kan kunst mensen verbinden of net uit elkaar drijven.

a Duid op de volgende pagina aan wat je van deze twee schilderijen van het einde van de 19e eeuw vindt.

Le déjeuner sur l’herbe (Édouard Manet, 1863)

Symphony in White, No.1: The White Girl (James McNeill Whistler, 1862)

1 2
11 HOOFDSTUK 1

Mijn mening Schilderij 1Schilderij 2

1 Ik vind het schilderij mooi.

2 Het schilderij verbergt een boodschap, heeft een betekenis.

3 Het schilderij roept bepaalde gevoelens bij mij op.

4 Het schilderij is tijdloos.

5 Het schilderij provoceert.

Proefversie©VANIN

b Lees in de commentaren waarom de werken van Édouard Manet en James McNeill Whistler (afgebeeld op p. XX) op de officiële tentoonstelling geweigerd werden. Kun jij uit het citaat begrijpen waarom ze werden afgekeurd?

Het is bijzonder gewaagd: een naakte vrouw zit rustig op het gras, in gezelschap van twee geklede mannen; op de achtergrond zie je een badende vrouw in een kleine vijver, en een heuvelachtig landschap. Over het tafereel welft zich het loverdak van grote bomen.

De naakte vrouw is helaas niet schoon van gestalte, en men kan zich niets lelijkers voorstellen dan de heer die naast haar uitgestrekt ligt en niet eens op het idee is gekomen om onder de blote hemel zijn verschrikkelijk slappe hoed af te nemen. Precies deze tegenstelling tussen een lummel die helemaal niet in het karakter van een landelijke scène past, en de nietsverhullende badende is zo schokkend. Ik heb geen idee wat een intelligente en voorname kunstenaar aanleiding heeft gegeven een zo ongerijmde compositie te kiezen ...

Bron: citaat naar Jedlicka, G. (1941). Edouard Manet. Erlenbach-Zürich: Eugen Rentsch Verlag, p.51

Le déjeuner sur l’herbe:

McNeill Whistler had op het schilderij zijn geliefde Jo geportretteerd, die door een Amerikaanse criticus beschreven werd als: ‘een krachtig, roodharig wijf met een lege blik en zielloze ogen, die om onverklaarbare reden op een wolfsvel staat’.

Bron: citaat naar Rewald, J. (2001). Die Geschichte des Impressionismus. Köln: DuMont Verlag, p. 62

Symphony in White, No.1: The White Girl:

12 HOOFDSTUK 1

c Voorstellingen van naakte vrouwen waren omstreden, maar zelfs het schilderij van een geklede vrouw werd in 1863 geweigerd. Mochten er vandaag selectiecriteria zijn om te bepalen wat kunst is en wat niet, welke drie criteria zou jij dan hanteren om een werk toe te laten?

Proefversie©VANIN

Good to know

De Parijse Salons

Al sinds de 17e eeuw werden van overheidswege officiële Parijse Salons ingericht. Ze waren aanvankelijk tweejaarlijks en alleen toegankelijk voor de leden van de Académie royale de Peinture et de Sculpture.

In de loop van de 18e eeuw groeiden die jaarlijkse tentoonstellingen uit tot society-evenementen die druk werden bezocht én becommentarieerd door gespecialiseerde critici.

Na de Franse revolutie (1789) werd de Salon vrij toegankelijk voor alle kunstenaars. Een verkozen jury werd met de selectie belast. De Salon weerspiegelde door de samenstelling van de jury de officiële smaak van de Académie en dus van de machthebbers. Met het verstrijken van de tijd werd de jury strenger. Het al dan niet toegelaten worden tot de Salon kon voor kunstenaars het verschil uitmaken tussen armoede en succes. In 1863 was de jury bijzonder streng. Van de 5 000 ingezonden werken, werden er maar 2 000 toegelaten. Het was erg moeilijk om de geweigerde werken nog verkocht te krijgen. Ze kregen een stempel R van refusé en waren dus voorgoed gelabeld.

Un coin du Salon en 1880 (Édouard Joseph Dantan, 1880)

Kunstenaars die later baanbrekend bleken te zijn, werden initieel geweigerd. Er ontstond grote commotie in de kunstwereld en keizer Napoleon III besloot het publiek zelf te laten beoordelen door een Salon des Refusés te organiseren, waar Manets Le déjeuner sur l’herbe een van de grote publiekstrekkers was. Het publieke succes van de Salon des Refusés had een gigantische impact en maakte kunst democratischer.

Bron: Jonckhere, K. (2020). Another history of Art. 2 500 jaar Europese kunstgeschiedenis. Veurne: Hannibal Books.

Waarom lokt kunst verschillende reacties uit?

Kunst wordt afhankelijk van tijd, context en ruimte anders waargenomen, geobserveerd en geïnterpreteerd. Het idee dat kunst uitgeoefend wordt door een individu, iemand die kunst beoefent vanuit zijn individuele expressie, varieert doorheen de (kunst)geschiedenis.

Wanneer de kunst niet enkel in functie staat van een hoger doel (bijvoorbeeld het geloof), maar gemaakt wordt vanuit een individuele expressie, dan lokt dat mogelijk reacties uit binnen de maatschappij, met name bij de toeschouwer.

Misschien is dialoog uitlokken net dat wat de kunstenaar voor ogen heeft.

1.4

13 HOOFDSTUK 1

3 Wanneer spreekt een kunstwerk jou aan? Ben je vaker aangetrokken tot mooie kunstwerken of geef je de voorkeur aan een kunstwerk met inhoud en een verhaal?

a De Duitse schilder Albrecht Dürer tekende zijn moeder zeer zeker met even grote toewijding als die waarmee Rubens zijn mollige zoontje tekende. Bekijk de tekeningen. Welke van beide tekeningen spreekt jou aan? Beargumenteer waarom je het werk wel of niet mooi vindt.

1→ Peter Paul Rubens, 1620: portret van zijn zoon Nicolaas

Proefversie©VANIN

2→ Albrecht Dürer, 1514: portret van zijn moeder

b Hangt de schoonheid van een schilderij af van de schoonheid van het onderwerp?

Good to know

Lee Wagstaff (°1969), een Engelse kunstenaar gespecialiseerd in vrije grafiek, heeft zijn volledige lichaam als canvas gebruikt voor zijn afstudeerproject The artist exhibiting his tattoos. Vier en een half jaar lang deed hij erover om zijn lichaam volledig te bedekken met interculturele en geometrische symbolen. De symbolen zijn gebaseerd op de religieuze invloeden van zijn rooms-katholieke en Indiase familieleden.

1 2
14 HOOFDSTUK 1

4 Kunstenaars experimenteren met materialen die niet voor de hand liggen. Dat geldt ook voor de Belgische kunstenaar Wim Delvoye (1965). Hij stelde in 1997 voor het eerst levende, getatoeëerde varkens tentoon in het Middelheim in Antwerpen. Ondertussen heeft Delvoye al een honderdtal varkens getatoeëerd en kweekt hij zijn getatoeëerde varkens in de Art Farm in China. De dieren worden er uitstekend verzorgd en ze worden elke dag met zeep schoongeschrobd.

a Wat roepen de kunstwerken bij jou op?

b Welke grenzen zijn er volgens jou aan kunst?

Proefversie©VANIN

5 Een kunstwerk kan hevige reacties uitlokken. Freddy Tsimba (1967) is een Congolees kunstenaar. Het element oorlog is niet weg te denken uit zijn werk. Traditionele objecten wijzen op aanhoudende conflicten en hun weergave roept telkens weer een zekere esthetiek van het geweld op.

a Zoek op internet naar kunstwerken van Freddy Tsimba. Wat is jouw eerste reactie bij het zien van de kunstwerken?

b Welke materialen gebruikt hij?

c Welke kunstvormen past hij toe?

d Toon aan hoe slavernij, oorlogen, kolonisatie en neokolonisatie volgens Tsimba de Democratische Republiek Congo hebben gevormd.

e Waarom beroert het Machetehuis (2012) van deze kunstenaar de beschouwer?

15 HOOFDSTUK 1

Good to know

Iris van Herpen (1984) is een Nederlandse modeontwerpster. In haar collecties combineert ze innovatieve technieken met ongebruikelijke materialen, waarmee ze bijvoorbeeld water, lucht en beweging nabootst. Zelf omschrijft ze haar werk als een voortdurende dans tussen vakmanschap en innovatie. Ze snijdt wol en leer met een laser, en gebruikt in haar ontwerpen glazen ballen, plexiglas en metaalpoeder. Ze was ook de eerste modeontwerpster die een model in een 3D-geprinte jurk de catwalk op stuurde. Ze maakt duidelijk dat de modewereld een lange geschiedenis van technische ontwikkeling kent. Aan die traditie voegt Iris van Herpen de nieuwste kennis van biologie, wetenschap, architectuur en design toe. Daarmee zoekt ze de grenzen en mogelijkheden van de mode op. Haar ontwerpen gaan dan ook niet over seizoenen en trends, maar over waar de wereld zich op dit moment bevindt en welke technieken er allemaal mogelijk zijn. De kleding van Iris wordt gedragen door artiesten als Lady Gaga, Beyoncé en Björk. Een deel van haar collectie is te koop, maar veel van haar werk wordt tentoongesteld in musea en is zo voor iedereen toegankelijk.

‘Veel ontwerpers hebben een muze. Ik niet’, zegt van Herpen daarover. ‘Ik zie het lichaam zelf als mijn muze, dus ik heb niet specifiek een gezicht en identiteit in gedachten als ik ontwerp.’

6 Lees de tekst en beantwoord de vragen.

Het Antwerpse duo Daems–Van Remoortere bedenkt de interactieve installatie Track Tracy. Wanneer het donker wordt, speelt ze met toevallige passanten die een openbaar plein oversteken. Door middel van artificiële intelligentie ontstaat een interactie tussen twee computergestuurde spots en een lukraak gekozen toevallige passant.

Tracy, de zoekmachine, kiest iemand en volgt die persoon voor onbepaalde tijd. Tot de zoekmachine iemand anders uit het ‘speelplein’ kiest. De toeschouwer gaat in dialoog met de machine. Vlucht hij voor het licht of danst hij in het licht. Er ontstaat een interactie. Dit kunstwerk stelt je hardop de vraag hoe je omgaat met het vrijgeven van je data.

a Hier wordt de mens ongevraagd onderdeel van het kunstwerk. Wat wil dit werk vertellen? Wat is de boodschap?

Proefversie©VANIN

b Hoe zou jij reageren op de boodschap?

16 HOOFDSTUK 1

7 Joseph Beuys is vooral bekend geworden als performancekunstenaar. In 1974 pakte hij zichzelf helemaal in een vilten doek in tot hij niks meer zag, om zich vervolgens per ambulance van de New Yorkse luchthaven naar de kunstgalerij te laten vervoeren. Beuys liet zich ook vijf dagen opsluiten met een coyote, een proces waarbij hij langzaam het vertrouwen van het dier won. Na drie dagen liet de coyote toe dat de kunstenaar hem omhelsde.

a Bekijk de video die de performance van vijf dagen, I Like America and America Likes Me, in drie minuten samenvat. Beantwoord vervolgens de vragen.

1→ Waar wordt de performance opgevoerd?

Proefversie©VANIN

2→ Wie maakt deel uit van het kunstwerk?

3→ Welke materialen gebruikt hij?

4→ Wat roept dit kunstwerk bij jou op?

5→ Hoe sta je tegenover deze performance? Zou jij jezelf laten opsluiten met een wolf?

b Beuys toont aan dat het goed mogelijk is om samen te leven met de natuur. Wat wilde Beuys met deze performance in 1974 al duidelijk maken?

c Kan kunst je tot een ander inzicht brengen als je het kunstwerk niet alleen beleeft, maar ook analyseert?

VIP

Joseph Beuys (1921-1986) was een Duits beeldend kunstenaar. Hij wordt gezien als een van de meest invloedrijke Duitse kunstenaars uit de tweede helft van de 20e eeuw. Hij maakte performances, tekeningen, beeldhouwwerken en installaties.

In bijna al zijn werken gebruikt hij vet, vilt en honing. Dat was niet zonder reden. Tijdens WO II overleefde hij een ongeluk met een vliegtuig. Zwaargewond en bijna doodgevroren werd hij door nomadische Tartaren teruggevonden. Ze wikkelden hem in vet en in een vilten deken en ze voerden hem met honing. Die drie materialen keren in zijn oeuvre steeds terug omdat ze deel uitmaken van zijn persoonlijke mythe.

17 HOOFDSTUK 1

KUNSTSTIJLEN

1 Zoek op het internet de videoclip waarin Beyoncé en Jay-Z het lied Apeshit zingen. De clip is door The Carters opgenomen in museum het Louvre in Parijs.

a Bekijk de videoclip volledig. Wat is volgens jou de boodschap van de clip?

Proefversie©VANIN

b Wat is de boodschap van de videoclip volgens je klasgenoten? Bespreek je keuze klassikaal.

c De onderstaande tekst geeft meer uitleg over de clip. Begrijp je de clip beter nadat je de tekst las?

BEYONCÉ DAAGT DE VENUS VAN MILO UIT

In hun videoclip Apeshit dansen en rappen Beyoncé en Jay-Z tussen de kunstcollectie van het Louvre. Ze delen tikken uit naar de westerse kunstgeschiedenis, die zwarte mensen te vaak genegeerd of denigrerend afgebeeld heeft. Even het Louvre afhuren? Voor Beyoncé en Jay-Z is dat zo gefikst. In de videoclip van Apeshit bevestigen de twee hun status als hét powerkoppel van de Amerikaanse muziekindustrie en leggen ze en passant de westerse, al te blanke kunstgeschiedenis over de knie.

Achttien kunstwerken uit de collectie van het Louvre passeren de revue. Beyoncé en Jay-Z brengen heel nadrukkelijk zwarte lichamen het Louvre binnen. Zwarte danseressen dansen op sokkels, als alternatieve bewegende standbeelden, en doen op de witte marmeren trappen van het Louvre poses na van figuren op bekende topstukken uit het museum. Zwart claimt de ruimte én daarmee ook zijn plek in de kunstcanon.

En Beyoncé en Jay-Z? Die flankeren de Mona Lisa zelfbewust alsof ze niets anders gewoon zijn. Er kan zelfs geen glimlachje af.

Bron: De Standaard

4
18 HOOFDSTUK 1

VIP

Jay-Z (1969), de Amerikaanse muziekproducent, rapper en ondernemer is een van de succesvolste hiphopartiesten in Amerika. Voor zijn talent werd hij bekroond met verschillende Grammy Awards. Hij maakt eigen producties en werkt daarnaast ook vaak samen met andere internationale artiesten.

Proefversie©VANIN

VIP

Béyoncé (1981), de getalenteerde Amerikaanse zangeres, songwriter, modeontwerpster en actrice startte haar carrière door deel te nemen aan diverse zang- en danswedstrijden. Voor haar talent werd zij genomineerd voor en bekroond met verschillende Grammy Awards

2 The Carters plaatsen klassieke kunsten in een nieuwe context. Hier zijn zes van de achttien werken die in de clip voorkomen afgebeeld.

a Tot welke stijlstroming behoren de afgebeelde werken? Vul in onder de afbeeldingen.

1 2
19 HOOFDSTUK 1
Mona Lisa (Leonardo Da Vinci, 1503) Portret van een Zwarte Vrouw, Madeleine (Marie-Guillemine Benoist, 1800)

Proefversie©VANIN

b Herken je in de schilderijen de thema's uit de videoclip? Noteer de juiste nummers van de schilderijen bij de thema's. Zijn de thema's nog steeds actueel? Bespreek.

Thema’s Nummer

Macht

Vluchtelingen

Vrouw

Huidskleur

3 5 6 4
20 HOOFDSTUK 1
Kroning van Napoleon (Jacques Louis David, 1807) Vlot van de Medusa (Théodore Géricault, 1819) Grote sfinx van Tanis (2600 v.C.) Venus van Milo (vermoedelijk Alexandros van Antiochia, 130 v.C.)

3 Je kunt kunst chronologisch bekijken.

a Bekijk de afbeeldingen uit opdracht 2 (p. XX) opnieuw. Bespreek welke werken je waar op de tijdlijn zou plaatsen.

Proefversie©VANIN

geboorte van Jezus Christus

b Bekijk de volgende afbeeldingen uit de wereldgeschiedenis. Bespreek waar je welke werken zou plaatsen. Kun je de afbeeldingen zomaar op de tijdlijn plaatsen?

Beargumenteer waarom wel of niet.

ca.800v.C. ca.500 ca.1500 ca.18001945
TIJD MODERNE TIJD 1
KLASSIEKE OUDHEID
MIDDELEEUWEN VROEGMODERNE TIJD GESCHIEDENIS ca.3,5miljoenv.C.
HEDENDAAGSE
ca.3500v.C.
PREHISTORIE
OUDE NABIJE OOSTEN
1 2 3 4 5 6 7 21 HOOFDSTUK 1

Kunsthistorische referentiekader

Om kunst te begrijpen en bestuderen is het handig om enig inzicht te verwerven in een kunsthistorisch referentiekader. Met het westerse referentiekader ben je meestal al vertrouwd. Daarin vind je vaak overheersende stijlkenmerken in bepaalde stijlperiodes. Maar er zijn natuurlijk nog andere culturen dan de westerse. Daarom leggen we ook enkele linken naar niet-westerse kunst.

Historisch referentiekader (westers)

Proefversie©VANIN

Prehistorie (tot ca. 3500 v.C.)

Oude Nabije Oosten (ca. 3500 v.C.-ca. 800 v.C.)

Klassieke oudheid (ca. 800 v.C.-ca. 500 n.C.)

Middeleeuwen (ca. 500-ca. 1500)

Vroegmoderne tijd (ca. 1500-ca. 1750)

Moderne tijd (ca. 1750-1945)

Hedendaagse tijd (1945-...)

Kunsthistorisch referentiekader (westers)

—Prehistorische (grot)schilderkunst

—Prehistorische beeldhouwkunst

—Kunst van het oude Egypte

—Kunst van Mesopotamië

—Griekse kunst —Romeinse kunst

—Romaanse kunst

—Gotische kunst

—Renaissance

—Barok en rococo

—Classicisme

—Romantiek

—Realisme en naturalisme

—Impressionisme

—Modernisme

—Expressionisme

—Dadaïsme

—Surrealisme

—Conceptuele kunst

—Postmodernisme

—Popart

—Hyperrealisme

Linken naar niet-westerse kunst

—Chinese prehistorie

—Grotkunst van de Aboriginals

—Oude Chinese beschavingen —Indusbeschaving

—Perzische kunst

—Byzantijnse kunst

—Arabische kunst

—Precolumbiaanse kunst

—Ottomaanse kunst

—Mogolkunst

—Oriëntalisme

—Japanse kunst

—Afrikaanse kunst

—Polynesische kunst

—Postkolonialisme

—Crossculturele kunst

1.5 22 HOOFDSTUK 1

Wat denk je nu over de breinbreker die we aan het begin van het hoofdstuk formuleerden?

Proefversie©VANIN

“Met welke bril kijk jij naar kunst?”

Forum

In Sint-Niklaas heeft het basketbalveld aan het Jan Breydelplein een gigantische horizontale kleurinjectie gekregen door streetartiest Lindert Steegen. Het hypecourt ontwerp van Steegen is een reflectie van de speellijnen en speelvlakken van de basketcourt en een knipoog naar de rijke art-decogeschiedenis van de stad Sint-Niklaas. Het saaie basketplein werd een canvas voor een kunstenaar, maar is het ook een kunstwerk?

Test jezelf

Ga naar om de vragen te beantwoorden.

1 Bekijk de videoclip van Gotye. Is dat kunst volgens jou? Verklaar je antwoord.

2 Is de Japanse houtsnede uit de 19e eeuw van Katsushika Hokusai kunst volgens jou? Verklaar je antwoord.

3 Noteer voorbeelden van kunst waarmee jij al in aanraking kwam, bij de juiste kunstvorm.

4 Hoe kan kunst mensen dichter bij elkaar brengen of uit elkaar drijven?

5 Bekijk het portret Myra van Marcus Harvey. Als je in de jury van de Parijse Salons zou zitten, zou je dit werk dan toestaan?

a Waarom zou je dit werk wel of niet toestaan?

b Lees de tekst. Je krijgt wat meer informatie over de geportretteerde vrouw en het kunstwerk. Zou je na het lezen van de informatie het werk nog altijd toestaan of heeft de informatie je van mening doen veranderen?

6 De Chinese kunstenaar Ai Weiwei (1965) laat je door zijn kunstwerken nadenken over de samenleving. In 2015 maakte hij een foto van zichzelf. Waarom was die foto zo confronterend?

7 Veel kunstenaars beperken zich niet tot een enkele kunstvorm, maar experimenteren naar hartenlust met verschillende kunstdisciplines. Dat geldt zeker voor de Engelse beeldhouwer en installatiekunstenaar Damien Hirst (1965). Lees de info over Damien Hirst, zoek meer informatie op over deze kunstenaar en zijn kunstwerken en beantwoord de vragen.

a Wat vind je van de kunstwerken van Damien Hirst?

b Welke kunstvormen past hij toe?

c Welke genres past hij toe?

d Kies er een favoriet werk uit. Motiveer je keuze.

e Welke verwijzingen naar zijn favoriete thema’s vind je in dat werk?

f Wat is de prijs van het kunstwerk dat je opgezocht hebt?

EXIT EUREKA!
23 HOOFDSTUK 1

SYNTHESE

Hoe definieer je kunst?

Een definitie over kunst zal in elke tijd en ruimte anders geformuleerd worden. Het is geen exacte wetenschap.

De gevoelens, meningen en ervaringen die kunst bij jou oproepen, kunnen bij iemand anders totaal anders zijn. Gelukkig maar, want dat is precies de bedoeling van kunst. Er zijn al zoveel definities van kunst gegeven, maar er is geen eenduidig antwoord. Het gaat om de betekenis die je er zelf aan geeft.

Proefversie©VANIN

Kunst kun je opdelen in verschillende kunstvormen, zoals beeld, dans, drama, muziek, media, architectuur en toegepaste kunst. Elke kunstvorm heeft ook eigen bouwstenen. Dat zijn specifieke elementen die aan bod komen in een bepaalde kunstvorm, zoals licht, kleur, compositie of melodie.

Kunstvormen kun je onderverdelen in verschillende kunstgenres. Zo heeft elke kunstvorm zijn eigen genres. Muziek bijvoorbeeld kun je onderverdelen in klassieke muziek, jazz, pop, dance ... Beeld kun je onderverdelen in schilderkunst, fotografie, graffiti, tekenkunst …

Hedendaagse werken zijn meestal vanuit volledige vrijheid van meningsuiting gemaakt. Het idee en het concept zijn even belangrijk als de uitvoering. De factoren ruimte en context spelen daarbij een belangrijke rol. Het kunstwerk raakt een snaar op dat moment omdat kunst maatschappelijk relevant is en dat hopelijk nog vele jaren na de creatie blijft.

Bij een kunststijl worden beeldende middelen op een bepaalde manier vormgegeven. Afhankelijk van tijd en ruimte kun je ze anders indelen.

—Stijlen die toonaangevend waren binnen een bepaalde periode.

—Stijlkenmerken van een groep kunstenaars

Een kunststijl kan ook een persoonlijke stijl zijn van één kunstenaar

Bouwstenen zijn de beeldelementen die aan bod komen binnen een bepaalde kunstvorm zoals: ruimte, vorm, licht en kleur.

Kunstvormen

1 Beeld

Beeld is een kunstvorm die betekenis krijgt door een bewuste vormgeving van materialen.

2 Dans

Dans is een kunstvorm die betekenis krijgt door een bewuste vormgeving met het lichaam.

3 Drama

Drama is een kunstvorm die vormgeeft aan de verbeelding in een verzonnen werkelijkheid voor een of meer toeschouwers.

4 Muziek

Muziek is het bewust vormgeven van klank.

1.1 1.2 24 HOOFDSTUK 1

5 Media

Onder de kunstvorm media versta je alle communicatiemiddelen (auditief, visueel of audiovisueel, analoog, digitaal) die je kunt gebruiken om boodschappen over te brengen. Door de combinatie van computer en video/ film is multimedia ontstaan.

6 Architectuur

Architectuur is een vorm van toegepaste kunst. Het bevat naast het esthetische aspect van het bouwwerk immers ook de functionele en technische aspecten ervan.

7 Toegepaste kunst

Toegepaste kunst is een kunstvorm die kunst en wetenschap samenbrengt tijdens het ontwerpen van de gebouwde omgeving.

Indeling in genres

Proefversie©VANIN

Podiumkunsten

Beeld Dans Drama Muziek

—beeldhouwkunst

—schilderkunst grafische kunst graffiti

—tekenkunst fotografie —...

—klassiek ballet —tapdans

—jazzballet

—moderne dans

—streetdance

—hiphop —bellydance

—salsa —...

Media

Architectuur

—literatuur —toneel —theater

—performance —proza —poëzie —...

—klassieke muziek —musical —opera

—operette

—klassiek latin —folk —jazz

—hiphop —R&B —rock —pop —...

Toegepaste kunst

Kunstvormen

Kunstgenres

film

—videokunst tekenfilm

—animatie —installatie —...

—steden —gebouwen

—woningen

—interieurs —tuinen —...

—mode —juwelen —gebruikskunst

—keramiek —schoenontwerp —...

Kunstvormen

Kunstgenres 1.3

25 HOOFDSTUK 1

Waarom lokt kunst verschillende reacties uit?

Kunst wordt afhankelijk van tijd, context en ruimte anders waargenomen, geobserveerd en geïnterpreteerd. Het idee dat kunst uitgeoefend wordt door een individu, iemand die kunst beoefent vanuit zijn individuele expressie, varieert doorheen de (kunst)geschiedenis.

Wanneer de kunst niet enkel in functie staat van een hoger doel (bijvoorbeeld het geloof), maar gemaakt wordt vanuit een individuele expressie, dan lokt dat mogelijk reacties uit binnen de maatschappij, met name bij de toeschouwer.

Misschien is dialoog uitlokken net dat wat de kunstenaar voor ogen heeft.

Kunsthistorisch referentiekader

Historisch referentiekader (westers)

Prehistorie (tot ca. 3500 v.C.)

Oude Nabije Oosten (ca. 3500 v.C.-ca. 800 v.C.)

Klassieke oudheid (ca. 800 v.C.-ca. 500 n.C.)

Middeleeuwen (ca. 500-ca. 1500)

Vroegmoderne tijd (ca. 1500-ca. 1750)

Proefversie©VANIN

Moderne tijd (ca. 1750-1945)

Hedendaagse tijd (1945-...)

Kunsthistorisch referentiekader (westers)

—Prehistorische (grot)schilderkunst

—Prehistorische beeldhouwkunst

—Kunst van het oude Egypte —Kunst van Mesopotamië

—Griekse kunst

—Romeinse kunst

—Romaanse kunst

—Gotische kunst

—Renaissance

—Barok en rococo

—Classicisme

—Romantiek

—Realisme en naturalisme —Impressionisme

—Modernisme

—Expressionisme

—Dadaïsme

—Surrealisme

—Conceptuele kunst

—Postmodernisme —Popart —Hyperrealisme

Linken naar niet-westerse kunst

—Chinese prehistorie

—Grotkunst van de Aboriginals

—Oude Chinese beschavingen —Indusbeschaving

—Perzische kunst

—Byzantijnse kunst

—Arabische kunst

—Precolumbiaanse kunst

—Ottomaanse kunst —Mogolkunst

—Oriëntalisme

—Japanse kunst

—Afrikaanse kunst —Polynesische kunst

—Postkolonialisme

—Crossculturele kunst

1.4 26 HOOFDSTUK 1

FUNCTIES VAN KUNST? 3

Proefversie©VANIN

HOOFDSTUK
1 HOOFDSTUK 3

FUNCTIES VAN KUNST

WAAROVER GAAT DIT HOOFDSTUK?

Proefversie©VANIN

Kunst zet je aan het denken over jezelf, de wereld en je emoties. Maar heeft kunst ook een nuttige functie? Waartoe dient kunst? Heeft kunst een functie in de samenleving en wat is die functie dan?

In dit hoofdstuk leer je dat kunst naast een decoratieve en ontspannende functie ook een narratieve, filosofische, politieke, maatschappelijke en economische functie heeft.

WAT LEER IK IN DIT HOOFDSTUK?

Vink aan wat je in de loop van dit hoofdstuk hebt geleerd.

Ik illustreer aan de hand van voorbeelden dat kunstwerken een decoratieve functie kunnen hebben.

Ik illustreer aan de hand van voorbeelden dat kunstwerken een ontspannende functie kunnen hebben.

Ik illustreer aan de hand van voorbeelden dat kunstwerken een narratieve functie kunnen hebben.

Ik illustreer aan de hand van voorbeelden dat kunstwerken een filosofische functie kunnen hebben.

Ik illustreer aan de hand van voorbeelden dat kunstwerken een politieke functie kunnen hebben.

Ik illustreer aan de hand van voorbeelden dat kunstwerken een maatschappelijke functie kunnen hebben.

Ik illustreer aan de hand van voorbeelden dat kunstwerken een economische functie kunnen hebben.

Ik druk mijn waardering voor kunst en cultuur uit voor de samenleving.

Door analyse kom ik tot waarderen en interpreteren van kunst.

BEGRIPPEN

decoratieve functie – toegepaste kunst – ontspannende functie – narratieve functie – filosofische functie – politieke functie – maatschappelijke functie – economische functie – narratief – iconografie

Hoofdstuk 3
2 HOOFDSTUK 3

BREINBREKER

Proefversie©VANIN

In dit hoofdstuk ga je op zoek naar een antwoord op deze breinbreker:

“Welke functie heeft kunst?”

FORUM

3 DE NARRATIEVE FUNCTIE VAN KUNST

1 DE DECORATIEVE FUNCTIE VAN KUNST

2 DE ONTSPANNENDE FUNCTIE VAN KUNST

5 DE POLITIEKE FUNCTIE VAN KUNST

4 DE FILOSOFISCHE FUNCTIE VAN KUNST

6 DE MAATSCHAPPELIJKE FUNCTIE VAN KUNST

7 DE ECONOMISCHE FUNCTIE VAN KUNST

EXIT 3 HOOFDSTUK 3

1 DE DECORATIEVE FUNCTIE VAN KUNST

In de 19e eeuw ontstaat in Engeland de arts-and-craftsbeweging. De aanhangers van die beweging kijken vol afschuw neer op de industriële massaproductie van gebruiksvoorwerpen. Ze vinden deze objecten lelijk en goedkoop. De voornaamste vertegenwoordiger van deze beweging is William Morris (1834-1896).

Volgens Morris en de aanhangers van de arts-and-craftsbeweging gaan door de machinale productie schoonheid en ambachtelijkheid verloren. Zij willen het ambachtelijke van de middeleeuwen weer herstellen. Volgens Morris moet ware kunst tegelijk mooi en nuttig zijn en in dienst van de samenleving staan.

1 Voor sommige mensen zijn decoratieve elementen belangrijk.

a Hoe decoreer jij je kamer? Waarom doe je dat?

Proefversie©VANIN

b Er bestaat in de schilderkunst een genre dat alleen in de 17e eeuw in Antwerpen beoefend werd: de zogeheten constcamers. Een voorbeeld van zo’n kunstkamer is de schilderijengalerij van Cornelis van der Geest (1575-1638), geschilderd door Willem van Haecht (1593-1637).

De schilderijengalerij van Cornelis van der Geest (Willem van Haecht, 1628)

4 HOOFDSTUK 3
Wat was de functie van de constcamers?

c Zoek andere afbeeldingen waarop constcamers afgebeeld zijn. Wat zie je steeds terugkomen in de voorstelling? Wat hebben ze gemeenschappelijk?

Proefversie©VANIN

Good to know

Stukken van mensen

In het verleden zijn er al verschillende televisieprogramma's geweest waar kunstschatten gevalideerd en verkocht worden. Ook het programma Stukken van mensen bewijst dat pronken met je bezit nog steeds amusant vertier is.

In het programma worden verschillende tophandelaren uitgenodigd. Een verkoper probeert na een korte introductie een exclusief kunstwerk voor een zo hoog mogelijke prijs te verkopen en gaat in een zelf bepaalde volgorde bij vier kunsthandelaren langs.

Die handelaren hebben elk een eigen kamer en weten niets van de volgorde. De verkoper kan niet terugkeren naar een vorige handelaar en moet dus kiezen: of hij verkoopt aan de eerste handelaar, of hij gokt erop dat hij in een volgende kamer een hoger bedrag kan krijgen.

Bron: Wikipedia

2 Bekijk de afbeeldingen van textielkunstwerken en beantwoord de vragen. De eerste afbeelding Strawberry Thief is een van William Morris’ populairste ontwerpen om textiel te bedrukken. Het behoort tot de 19e-eeuwse arts-and-craftsbeweging. De tweede afbeelding is een 16e-eeuws handgeknoopt wandtapijt.

2

Woudlandschap met Cephalus en Procris (onbekende kunstenaar, Edingse stijl, vermoedelijke midden 16e eeuw) wandtapijt

a Markeer voor elk werk één invloedssfeer die volgens jou het best aansluit bij het werk.

middeleeuwen – Brits – De Nederlanden –metamorfosen van Ovidius – allegorische figuren

middeleeuwen – Brits – De Nederlanden –metamorfosen van Ovidius – allegorische figuren

1
5 HOOFDSTUK 3
The strawberry thief (William Morris, 1883) blockprint

b Kies voor elk werk twee thema’s die volgens jou het best aansluiten bij het werk.

natuur – boslandschap – exotische dieren –jachtdieren – bloemen – fruit – zangvogels

c Kies één woord dat volgens jou bij beide werken past.

natuur – boslandschap – exotische dieren –jachtdieren – bloemen – fruit – zangvogels

Proefversie©VANIN

symmetrie – ambacht – handgemaakt – erfgoed – nostalgie – interieur

3 Lees de tekst, die meer duiding geeft over de inhoud van The strawberry thief van William Morris. Markeer met groen de woorden in de tekst die de compositie aangeven en met geel de woorden die de techniek aangeven.

In het bedrijf van William Morris werden ontwerpen voor woninginrichting gemaakt zoals behang, tapijten, meubelbekleding, meubilair, gordijnen en glas-in-lood. Morris wilde terug naar het eerlijke handwerk en naar een vormgeving waar vakmanschap ook meesterschap betekende.

The strawberry thief (De aardbeiendief) was voor William Morris een nostalgisch thema. Je ziet de lijster (een van de mooiste zangers onder de vogels) die druk bezig is rijpe, sappige aardbeien te stelen. De bladmotieven vallen op door hun complexiteit en er is weinig diepteopbouw, maar toch springen de heldere, ondeugende lijsters er onmiddellijk uit en spelen ze een centrale rol in de compositie.

Door de symmetrische opbouw heeft het textielontwerp een zeer typerende Morrisstijl. De stof was bedoeld voor interieurs, om er gordijnen of wandbekleding van interieurs mee te maken.

The strawberry thief ademt een middeleeuwse sfeer. Het doet denken aan de wandtapijten uit de middeleeuwen die dezelfde romantiek en fantasieverhalen aan bod laten komen.

Het hele drukproces zou dagen in beslag hebben genomen en daarom was de stof heel duur. Klanten werden echter niet afgeschrikt door de hoge prijs en The strawberry thief bleek een van Morris' commercieel meest succesvolle patronen te zijn. Hoewel het initieel als artisanale blockprint ontworpen en bedacht werd als ambachtelijk manueel proces, wordt de print momenteel machinaal gereproduceerd. Het motief wordt aan de lopende meter gedrukt en in de meest uiteenlopende toepassingen gecommercialiseerd.

4 In Love is enough, gemaakt uit blauwe, rode en groene neonlampen, zie je een eerbetoon aan The strawberry thief van Morris en de neons van Andy Warhol. De titel van het werk is ontleend aan een liefdesgedicht van Morris.

a Zowel Warhol als Morris stellen met hun kunst nieuwe vormen van massaproductie in vraag. Hoe doen ze dat?

6 HOOFDSTUK 3
Love is enough - the strawberry thief (Jeremy Deller, 2014)

b Op welke manier nemen Morris en Warhol een houding aan ten opzichte van de massaproductie?

5 Ga op zoek naar gebruiksvoorwerpen zoals lampenkappen, dienbladen, servetten, theekopjes, beddengoed, sierkussens, gsm-hoezen … waar het motief van de aardbeiendief op terug te vinden is. Op welke manier strookt de commercialisatie van dit motief al dan niet met de filosofie van de art-andcraftsbeweging?

Proefversie©VANIN

De decoratieve functie van kunst

Hoewel Pablo Picasso (1881-1973) zei dat kunst niet dient om woningen mee te versieren, kan kunst toch wel een esthetische of decoratieve functie hebben. Denk aan glasramen, aan een beeldhouwwerk midden in een veld, de architectuur van een gebouw en zowat alles wat gebruikt wordt ter decoratie en verfraaiing van de private of de publieke ruimte of van personen.

Kunst is vaak een investering en geeft daardoor ook een zekere status. De keuze voor bijvoorbeeld het ontwerp en de inrichting van een woning bepaalt in welke sfeer iemand wil leven en hoe hij in die woning wil zitten, rusten, werken of omgaan met anderen. Hetzelfde geldt voor een kledingstuk of een juweel. Decoratieve kunst kan erg discreet of juist erg opvallend zijn.

Decoratieve kunst wordt ook wel toegepaste kunst genoemd. Onder toegepaste kunst worden hoofdzakelijk de volgende kunsten gerekend: architectuur, modeontwerp, edelsmeedkunst, grafische vormgeving, industriële vormgeving …

2 DE ONTSPANNENDE FUNCTIE VAN KUNST

1 Kunst beleven en ervaren is zelden een puur individueel gebeuren. Vaak doe je het met vrienden of familie. Geef voorbeelden van hoe kunst en cultuur jou en je omgeving ontspannen.

Kunstvorm Voorbeeld

1 Beeld 2 Dans 3 Drama 4 Muziek 5 Media

3.1
7 HOOFDSTUK 3

2 Animatiefilms zijn extreem veelzijdig én oogstrelend mooi. Van anime tot musical en van sprookjes tot stop-motion, het zijn veelal echte pareltjes. Dankzij de visuele humor en een originele geluidsband werd Flatlife van Jonas Geirnaert de terechte winnaar van de Juryprijs in Cannes 2004.

Lees de tekst over Flatlife van Jonas Geirnaert. Bekijk de kortfilm en beantwoord de vragen.

Proefversie©VANIN

Vier mensen wonen elk in hun eigen appartement. Ze grenzen alle vier aan elkaar. Elke bewoner woont alleen en is op zoek naar rust en ontspanning tijdens zijn eigen activiteit, maar zonder het te willen worden ze door hun gedragingen met elkaar verbonden.

Elke activiteit beïvloedt immers een andere, eender wat de vier ondernemen. Door eenvoudige activiteiten zoals de was doen, een kaartenhuis bouwen of tv-kijken ontstaat een vicieuze cirkel aan reacties.

a Welke thema’s komen aan bod in Flatlife? Markeer.

de dood – pesten – angsten – globalisering – tradities – ouderen in een rusthuis – eenzaamheid –orgaandonatie – humor – muziek – depressie – oorlog – seksualiteit – Oedipus – verveling –verdraagzaamheid – filmsterren

b De schilder schildert voor alle buren dezelfde vaas. Gaat het hier volgens jou over een uniek kunstwerk? Wat denk jij? Waarom schildert hij steeds dezelfde vaas?

3 Zoek op YouTube het filmpje We don't talk about Bruno, een lied uit de Disneyfilm Encanto. Het staat in 2022 op nummer 1 in de Billboard Hot 100-lijst in de Verenigde Staten. Het is de eerste keer sinds A whole new world uit de film Aladdin (1992) dat een lied uit een animatiefilm van Disney opnieuw bovenaan de hitlijst staat. Zelfs Let it go, de met een Oscar bekroonde oorwurm uit Frozen, geraakte in 2014 in de Amerikaanse hitlijst niet hoger dan nummer 5.

a Luister jij ook naar Disneysongs om je te ontspannen?

b Welke andere hitlijst-oorwurmen hebben op jou hetzelfde effect als We don't talk about Bruno en Let it go?

8 HOOFDSTUK 3

De ontspannende functie van kunst

Kunst is zelden een individueel gebeuren. Mensen gaan samen naar een filmvoorstelling, een concert, een museum. Samen tentoonstellingen bezoeken of samen luisteren en kijken naar podiumkunsten versterkt de sociale contacten tussen mensen. Kunst verbindt. Kunst werkt op die manier preventief op gebied van onder andere stressmanagement, zelfaanvaarding, veerkracht …

Proefversie©VANIN

Een kunstwerk kan je vreugde, hoop of troost geven. Kunst leidt je af van de pijnlijke realiteit. Je kunt wegvluchten in muziek of verstrooiing vinden bij een stilleven. Je komt terug tot rust en je emoties komen daardoor terug in balans. Zo heeft kunst een positieve invloed op je geestelijke en lichamelijke gezondheid, op je welbevinden. ‘Wat zo goed is aan muziek,’ zei Bob Marley, ‘als het je raakt, voel je geen pijn.’

Kunst kan ook iets magisch hebben. Je kunt zo opgaan in een kunstwerk dat je loskomt van de dagelijkse realiteit of de wereld rondom jou (opschorten van ongeloof hebben we dat genoemd).

Kunst heeft een positieve invloed op de cognitieve en sociale ontwikkeling. Het maakt je open-minded en het verrijkt je geest.

3 DE NARRATIEVE FUNCTIE VAN KUNST

1 In de christelijke iconografie wordt de Heilige Sebastiaan voorgesteld als een dappere man, ongevoelig voor de martelingen waaraan hij wordt blootgesteld. Ook hedendaagse kunstenaars zijn geïnspireerd door de legende van Sint-Sebastiaan. De christelijke symboliek wordt daarbij aangepast aan de actualiteit.

De

(meester van Arnt, 1480-1485)

Sint-Sebastiaan (Guido Reni, 1615)

Saint-Sebastian (Pierre et Gilles, 1987)

1 4 2 3
3.2
9 HOOFDSTUK 3
Marteling van de Heilige Sebastiaan Tar Baby vs. St. Sebastian (Michael Richards, 1999)

a Plaats onder elke afbeelding een woord dat de emotie van het werk weergeeft.

b Sebastiaan was een soldaat in het leger van de Romeinse keizer Diocletianus. Hij was christen en hij hielp in het geheim andere christenen te ontkomen aan vervolging door de Romeinen. Toen de keizer erachter kwam dat Sebastiaan christen was, veroordeelde hij hem ter dood. Hoe toont de middeleeuwse meester Arnt dat Sebastiaan sterft voor zijn geloof?

Proefversie©VANIN

c Het thema van Sint-Sebastiaan stelde kunstenaars in de middeleeuwen en de moderne tijd in staat om passie, lijden en het naakte mannelijke lichaam uit te beelden. De Italiaan Guido Reni (15751642) schilderde in 1615 een zeer sensuele Sint-Sebastiaan vol melancholie. Het kunstenaarsduo Pierre (1950) en Gilles (1953) liet zich inspireren door dit schilderij. Hoe stellen zij Sint-Sebastiaan voor?

d De Sint-Sebastiaan van Michael Richards (1963-2001) is een monument voor Afrikaans-Amerikaanse piloten die vochten tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hoe wordt de Sint-Sebastiaan van Richards gedood?

e Heel veel kunstenaars hebben een voorstelling van Sint-Sebastiaan gemaakt. Wat is jouw ideale SintSebastiaan? Zoek een afbeelding en verzamel alle afbeeldingen op een padlet.

Good to know

Gender

Eeuwenlang zijn er twee ideale dekmantels geweest om het over gender, lichamelijkheid en seksualiteit te hebben, zonder dat het te dicht bij de kijker kwam: religie en mythologie.

Zo is de Heilige Sebastiaan sinds de vroege middeleeuwen haast altijd als een mooie, naakte androgyne jongen afgebeeld. Niemand die opkeek als je in je salon zo’n mooie, bijna naakte martelaar hangen had. Uiteraard heeft niet elke kunstenaar deze homo-erotische lading bedoeld, maar in elk geval is ze consequent genoeg aanwezig om er een traditie in te zien. Vanwege die ondertoon heeft de homoseksuele gemeenschap in de jaren 1980, toen aids om zich heen greep, de Heilige Sebastiaan als haar patroonheilige geadopteerd.

In androgyn zitten de Griekse woorden andro (man) en gun (vrouw). Androgyn betekent met zowel mannelijke als vrouwelijke eigenschappen of niet expliciet mannelijk of vrouwelijk. Een synoniem voor androgyn is hermafrodiet, naar de godennamen Hermes en Aphrodite, die voor het mannelijke en het vrouwelijke staan. Het verhaal komt uit de Metamorfosen van Ovidius. De nimf Salmacis werd verliefd op Hermaphroditus, de zoon van Hermes en Aphrodite. Salmacis smeekte de goden om haar voor eeuwig met Hermaphroditus te verenigen. Beiden versmolten tot een hermafrodiet, een tweeslachtig wezen met zowel mannelijke als vrouwelijke kenmerken.

Naar: Museum voor Schone Kunsten, Gent

10 HOOFDSTUK 3

Het huwelijksportret: Omnia vincit amor, et nos cedamus amori.

Jan van Eyck (1390-1441) schilderde en documenteerde met Het huwelijk van Giovanni Arnolfini (1434) in zijn uiterst realistische en kleurrijke stijl een gebeurtenis uit het dagelijks leven in de stad, namelijk de echtverbintenis van Giovanni Arnolfini en Constanza Trenta.

Frans Hals (ca. 1582-1666) portretteerde Isaac Abrahamsz Massa en Beatrix van der Laen op een bijzondere en een voor de 17e eeuw ongebruikelijk manier.

Het portret Frida en Diego Rivera uit 1931 van de Mexicaanse Frida Kahlo werd gemaakt twee jaar na het huwelijk van Frida Kahlo en Diego Rivera. Het wordt algemeen beschouwd als een huwelijksportret.

Wat is jouw mening over het kunstwerk? 1 2 3

2 Wat vertellen bovenstaande huwelijksportretten ons over het afgebeelde koppel en de tijd waarin ze leven? Maak gebruik van de ontdekplaten om deze huwelijksportretten te analyseren.

Beleven

Wat is je eerste spontane reactie?

Beschrijven

Wat zie of hoor je precies?

Analyseren

Welke bouwstenen, materialen en technieken worden gebruikt?

Interpreteren

Wat is de betekenis van het kunstwerk of de bedoeling van de kunstenaar?

Waarderen

Het huwelijk van Giovanni Arnolfini (Jan van Eyck, 1434) Frida en Diego Rivera (Frida Kahlo, 1931)
11 HOOFDSTUK 3
Portret van Isaac Abrahamsz Massa en Beatrix van der Laen (Frans Hals, ca. 1622)
Proefversie©VANIN

De Mexicaanse kunstenares Frida Kahlo (1907-1954) was al op jonge leeftijd geïnteresseerd in kunst. Toen ze na een ernstig busongeluk aan bed gekluisterd was, begon ze intensief te schilderen. Tijdens haar herstel ontmoette ze in 1928 de beroemde muralist Diego Rivera (1886-1957). Het koppel trouwde een jaar later. Kahlo liet zich in die jaren steeds meer inspireren door de Mexicaanse volkscultuur en begon zich traditioneel te kleden.

In de jaren 1930 reisden Frida en Diego door de Verenigde Staten, omdat Rivera verschillende opdrachten kreeg in Amerikaanse steden. Zo kwam Kahlo in contact met andere kunstenaars en kunsthandelaren. Snel kregen ook Kahlo’s zelfportretten en surrealistische schilderijen veel aandacht. Haar schilderijen zijn vaak erg persoonlijk: ‘Ik schilder zelfportretten omdat ik zo vaak alleen ben, omdat ik de persoon ben die ik het beste ken.’ Ze had een tumultueus huwelijk waarin bedrog, meerdere miskramen en medische behandelingen tot veel persoonlijke trauma’s hebben geleid. In de schilderijen die vaak heel kleurrijk zijn, vond Kahlo een uitlaatklep.

3 Het Calydonische zwijn is een mythe die verschillende kunstenaars inspireerde in verschillende tijden en samenlevingen. Je kunt de mythe terugvinden in verschillende kunstvormen: op schilderijen, op aardewerk, op wandtapijten, als bas-reliëf, in de literatuur ...

a Het Calydonische zwijn is een mythe die ook in onze hedendaagse cultuur nog altijd tot de verbeelding spreekt. Bekijk het fragment uit Assassin’s Creed Odyssee. Wat weet je al over deze mythe?

Proefversie©VANIN

VIP
12 HOOFDSTUK 3

Good to know

De jacht op het Calydonische zwijn bestaat in verschillende kunstvormen, zoals bijvoorbeeld hier op een sarcofaag, op mozaïek en in koper.

Proefversie©VANIN

De narratieve functie van kunst 3.3

In de prehistorie werden de grotten versierd met diverse jachttaferelen. Die wandschilderingen zijn de enige getuigen uit die tijd. Waarschijnlijk had de prehistorische mens ook rituelen en werden er rond het vuur ook verhalen over de jacht op wilde dieren verteld. Verhalen die wellicht even oud zijn als de mensheid en die verbeeld worden op verschillende manieren. Onder meer op de wanden van grotten, op fresco’s en bas-reliëfs in het oude Egypte, op vaatwerk in Griekenland, in de commedia dell'arte in Italië en op de terracottabeelden in China. Kunstenaars vertellen een verhaal van de cultuur en de geschiedenis van een samenleving.

Een kunstwerk vertelt de toeschouwer of de luisteraar iets over de tijd en de cultuur waarin het gemaakt is. Dat narratief is een bron die ons leert hoe mensen binnen een samenleving denken over geloof, liefde, oorlog, moraal, dood … De personages dragen de kledij van die tijd en bevinden zich in tuinen of interieurs uit een bepaalde tijd. De symboliek die gebruikt wordt en voor de tijdgenoot heel duidelijk is, moet door latere toeschouwers of luisteraars geduid worden.

Ook culturele verschillen moeten geduid worden. Kunstwerken die de god(en) van het Mogolrijk, de Azteken, de Joden of moslims tonen, brengen andere narratieven met zich mee dan die van de westerse cultuur.

In de loop van de tijd kan ook de iconografie, de betekenis van de (beeld)voorstelling, veranderen. Zo tonen zowel Guido Reni als Pierre en Gilles een Heilige Sebastiaan in dezelfde houding, maar de iconografische betekenis van beide werken is helemaal anders. Beide kunstwerken hebben een ander narratief. De context is voor beide kunstwerken verschillend.

Romeinse sarcofaag Mozaïek uit Romeinse villa Koperen plaat
13 HOOFDSTUK 3

4 DE FILOSOFISCHE FUNCTIE VAN KUNST

1 De dodendans of danse macabre is een laatmiddeleeuwse traditie waarin de dood wordt voorgesteld als voordanser in een reidans. Een reidans is een rondedans waarbij de deelnemers elkaar al dan niet bij de hand hebben. De verbeelding van de dodendans was zowel in de schilder- als de dichtkunst een populair thema dat de toeschouwer aan het denken zette over het mysterie van leven en dood. Het is niet gezegd dat de dansen ook daadwerkelijk zo zijn uitgevoerd. Als gevolg van de pestepidemieën komt het thema van de dodendans in de 14e en de 15e eeuw vaak voor in de schilderkunst.

a Schilderijen en fresco’s in kerken tonen kenmerkende houdingen van de dodendans. Hoe wordt de dood weergegeven in de beeldende kunst?

Proefversie©VANIN

b Hoe wordt de macht van de dood over de levenden geïllustreerd?

c Wat is de boodschap van een dodendans?

d Welke boodschap geeft de kerk mee met de dodendans?

2 Men zegt dat de Franse componist Camille Saint-Saëns (1835-1921) al op zijn derde noten kon opnoemen. Een bekend werk van hem is Danse macabre uit 1874. Het verhaal achter de muziek is vrijwel van noot tot noot te volgen. Het is een subliem voorbeeld van programmamuziek en een goed in het gehoor liggend stuk klassieke muziek met prachtige thema’s. Lees de tekst, beluister de muziek op iDiddit en beantwoord de vragen.

14 HOOFDSTUK 3
Danse macabre (onbekende kunstenaar, 16e eeuw)

Je beleeft meer plezier aan het beluisteren van het muziekstuk als je het verhaal kent. Dat verhaal gaat als volgt:

Het is een donkere nacht. De wind huilt op het kerkhof. De klok slaat twaalf. De dood stemt krassend zijn viool en nodigt de doden uit om uit hun graf te komen. De doden dansen een huiverige wals (maar het is een prachtige melodie). De storm steekt op met windvlagen en donder. Griezelig klapperen de beenderen van de doden. Wanneer de haan kraait, keren de doden terug naar hun graven.

Proefversie©VANIN

a De dood wordt in kunstwerken vaak gesymboliseerd door een beweeglijk skelet dat viool speelt. Herken je ook het instrument dat de klok 12 uur laat slaan, de beenderen van de doden laat klapperen of de haan laat kraaien?

b In het Zelfportret met vioolspelende dood van Arnold

de dood op een eensnarige viool. Wat kan de

Zelfportret met vioolspelende dood (Arnold Böcklin, 1872)

3 Choreograaf en danser Michiel Vandevelde (1990) zoekt in de dansvoorstelling Dances of Death hoe een dodendans in de 21e eeuw eruit zou kunnen zien.

In de 21e eeuw is het begrip ‘dood’ opnieuw sterk aanwezig. Nieuwe ongeneeslijke ziekten achtervolgen ons, zelfmoordcijfers nemen jaarlijks toe, klimaatverandering roept beelden op van apocalypsen. Hoe kunnen we omgaan met het idee van de dood?

Dances of Death is een zoektocht om fysiek met de dood om te gaan door middel van dans. Het is een fysiek intense voorstelling met zeven dansers en één zanger.

Het dansmateriaal is gebaseerd op drie korte 16mm-video's die choreograaf Michiel Vandevelde van zijn moeder erfde. Haar dans bestaat uit bewegingen met invloeden uit sociale, folkloristische en moderne dansen.

Dances of Death is niet alleen een reis doorheen de kunstgeschiedenis, maar ook een rituele trance-ervaring die op een erg tastbare en lijfelijke manier een van de grote levensthema’s aanpakt.

Böcklin speelt symboliek hiervan zijn?
15 HOOFDSTUK 3
Scène uit Dances of Death (2021)

a Ook bij een overlijden zijn er steeds minder kerkelijke rituelen. Kan het theater een plaats zijn waar we onze relatie tot de dood kunnen herdenken?

b Bekijk het beeldfragment waarin Michiel Vandevelde wordt voorgesteld als kunstambassadeur van de stad Leuven en waarin hij vertelt wat kunst voor hem betekent.

1→ Waarom is kunst voor Vandevelde een krachtig medium?

Proefversie©VANIN

2→ Hoe kunnen publiek en performer een verbinding maken tussen lichaam en geest?

3→ Waarom is kunst belangrijk?

4→ Hoe laat Vandevelde de toeschouwers reflecteren?

4 In de rooms-katholieke kerk is een requiem een mis voor de doden. Requiem aeternam, donna eis Domine (Heer, geef hun eeuwige rust) wordt gezongen in de eerste zin van het gregoriaanse gezang (Introïtus). De requiemmis bestaat uit een aantal vaste gezangen. Behalve het Introïtus zijn ook geliefd het Dies Ireae (Dag des oordeels) en In paradisum (Moge engelen u naar het paradijs brengen).

a Beluister het fragment. Het Requiem van Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791) blijft een van zijn meest ontroerende en legendarische werken. Mozart stierf voor hij de laatste maatstreep kon neerschrijven, en het was zijn leerling Franz Süßmayr (1766-1803) die de dodenmis uiteindelijk afwerkte. Herken jij elementen die het thema van de dood zouden kunnen symboliseren?

b Vanuit Mozarts eigen kijk op leven en dood brengen dirigent Raphaël Pichon (1984) en regisseur Romeo Castellucci (1960) hun interpretatie van zijn onafgewerkte, iconische Requiem in een theatervoorstelling met koor en orkest. Zoek op het internet informatie over deze voorstelling. Welke actuele thema's zijn in de voorstelling verwerkt?

16 HOOFDSTUK 3

De filosofische functie van kunst

Het wereldbeeld van de klassieke kunst is statisch. Het verheerlijkt de vaste waarden waarop de samenleving tot het einde van het ancien régime steunde. Het schone, het ware en het goede vallen er samen. Er is geen sprake van onderzoek of kritische twijfel. Het christelijk geloof overheerst in onze cultuur en die waarden en normen worden doorgegeven in vele kunstuitingen. De heilige mocht dan blijmoedig op zijn dood wachten, dat kan beslist niet gezegd worden van de grote schare zondaars. Het was dan ook niet zozeer zaak hen op te roepen sereen het stervensmoment af te wachten, als wel hen te wijzen op de nabijheid ervan, zodat ze op tijd berouw konden tonen.

De moderne kunst drukt het nieuwe ideaal van de moderniteit uit. Dat ideaal steunt op het geloof in de menselijke rede als instrument voor de verwezenlijking van de vooruitgang. De vooruitgang situeert zich op twee vlakken: enerzijds de ontwikkeling van wetenschap en techniek, anderzijds de strijd voor de emancipatie van het individu.

De postmoderne kunst staat in het teken van de crisis en het verval van de moderne idealen, het ongeloof in de mogelijkheid om een betere mens en een betere wereld te scheppen. Veel van die kunst bezit een melancholie, een romantische nostalgie; ze handelt over het vervagen van de herinnering, over datgene wat verdwenen en reddeloos verloren is.

5 DE POLITIEKE FUNCTIE VAN KUNST

1 Paus Julius II, geboren als Giuliano della Rovere, is paus van de Katholieke Kerk van 1503 tot zijn dood in 1513. Deze renaissancepaus stelt in 1508 de talentvolle kunstschilder Rafaël Sanzio (1483-1522) aan om de pauselijke appartementen te verfraaien met fresco’s. In opdracht van Julius II versiert Rafaël Sanzio de vier muren van de bibliotheek met de thema’s filosofie, theologie, rechtspraak en literatuur. Als de paus mensen in deze zaal ontvangt, tonen de fresco’s op de muren dat hij zowel de wereldlijke als de kerkelijke macht heeft.

a Rafaël was een meester in het maken van composities. In de Stanza della Segnatura gebruikt hij voor de voorstelling van de theologie de hemel als achtergrond om het goddelijke te benadrukken. Wat gebruikt Rafaël op de tegenoverliggende muur voor De school van Athene (Scuola di Atene) als symbool voor het aardse?

Proefversie©VANIN

b De school van Athene kan gezien worden als een allegorie op alle kennis. Rafaël brengt alle belangrijke filosofen samen in dezelfde ruimte. Bij wie komen alle lijnen in het werk samen?

3.4
17 HOOFDSTUK 3
Scuola di Atene (Rafaël, 1509-1510)

2 In 1984 maakt fotojournalist Steve McCurry (1950) een fotografisch portret van Sharbat Gula of Sharbat Bibi. Het meisje heeft opvallende groene ogen waarmee ze de toeschouwer direct aankijkt. De foto van McCurry is gekend als Afghan Girl

Good to know Afghan girl

In een vluchtelingenkamp in Pakistan maakte de Amerikaanse fotojournalist Steve McCurry (1950) de foto van het meisje met de indringende groene ogen. Als Afghan girl sierde ze in 1985 de cover van National Geographic. Ze werd een symbool voor het lot van de Afghanen die leden onder de oorlog in hun land. De cover met McCurry’s foto is zo mogelijk de bekendste van alle National Geographic covers. De identiteit van het meisje bleef lang onbekend, tot Steve McCurry haar opspoorde in 2002, kort na de val van de taliban. Hij vond haar in het afgelegen berggebied tussen Pakistan en Afghanistan. Ze was intussen een vrouw van 30 en moeder van drie dochters.

Ze herinnerde zich de foto uit 1985 nog heel goed omdat het de eerste keer in haar leven was dat ze gefotografeerd werd. McCurry fotografeerde Sharbat Gula opnieuw, en ook dat tweede portret stond op de cover van National Geographic.

Nu woont Sharbat Gula in Rome. Ze moest na de nieuwe machtsovername van de taliban in augustus 2021 opnieuw haar vaderland verlaten. De eerste keer gebeurde dat aan het begin van de jaren 1980, nadat ze wees was geworden na de inval van de Sovjet-Unie in Afghanistan. Met haar grootmoeder, broertjes en zusje vluchtte ze te voet de grens over, naar Pakistan. Net als vele duizenden Afghanen. Bron: www.vrt.be

a Afghan Girl verscheen in juni 1985 op de cover van het tijdschrift National Geographic. Waarom werd die foto op de cover geplaatst?

b Fotograaf Steve McCurry heeft Sarbat Gula drie keer gefotografeerd. Zoek de drie foto’s op. Wanneer maakte McCurry de foto's van haar? Wat valt op aan de recentste foto?

Proefversie©VANIN

c Analyseer de drie foto’s volgens het analyseschema.

18 HOOFDSTUK 3

Beleven

Wat is je eerste spontane reactie?

Beschrijven

Wat zie of hoor je precies?

Proefversie©VANIN

Analyseren

Welke bouwstenen, materialen en technieken worden gebruikt?

Interpreteren

Wat is de betekenis van het kunstwerk of de bedoeling van de kunstenaar?

Waarderen

Wat is jouw mening over het kunstwerk?

3 De jonge Congolese zanger Vikael (2001) is heel bekend bij zijn generatiegenoten. Hij zingt in rap- en slamstijl. Hij identificeert zich graag als een bewuste en betrokken kunstenaar. Hij noemt zichzelf een overlever van de slachtpartijen, bedreigd door hongersnood, een levend skelet.

a Beluister het lied op iDiddit. Waarover zingt Vikael?

b Hoe verbeeldt Vikael de inhoud van zijn teksten?

c Op welke manier maken de titel van het lied en de teksten een statement?

d Op welke manier kan zijn omgeving reageren op deze muziek en clip?

19 HOOFDSTUK 3

Good to know

Kolonialisme

Flesh of the Spirit 8667 (Kendell Geers, 2016)

Flesh of the Spirit 19 (Kendell Geers, 2019)

De Zuid-Afrikaanse kunstenaar Kendell Geers (1968) leeft en werkt in Brussel. Hij groeide op in een ZuidAfrikaans arbeidersgezin op het hoogtepunt van apartheid. Hij maakte al snel deel uit van de verzetsbeweging die actie voerde tegen de misdaden tegen de mensheid. Vanuit zijn ervaringen als revolutionair ontwikkelde hij een praktijk die ethiek en esthetiek ziet als twee zijden van dezelfde medaille, blinkend rond de nek van de geschiedenis.

In zijn oeuvre wordt het discours van de kunsthistorie bevraagd, wordt de taal van macht en ideologische codes ondermijnd, worden verwachtingen verpletterd en geloofssystemen getransformeerd tot esthetische codes. Op de biënnale van Venetië in 1993 wijzigde Geers zijn geboortedatum officieel naar mei 1968, een historisch belangrijk jaar voor bevrijding en gelijkheid van mensen wereldwijd.

De kunstwerken van Geers kunnen niet louter als Europees of Afrikaans worden bestempeld. In een reeks werken voor de expo Flesh of the Spirit (2010) neemt Kendell Geers het kolonialisme en onze westerse visie op Afrikaanse kunst op de korrel. Zo maakte hij 3D-scans van bestaande Afrikaanse maskers en rituele beelden.

Die scans vormen de basis voor zijn eigen werk. Daarbij vervangt hij de in een beeld ingebouwde spiegels door westerse elementen zoals een wijnfles, en afgehakte armen door kettingen. Het gelaat van de beelden wordt ook gemanipuleerd en brengt anonimiteit in de identiteit.

Wie is hier de echte kunstenaar? De onbekende Afrikaanse kunstenaar of Kendell Geers die de Afrikaanse kunst in een nieuw licht plaatst?

Bron: www.paradisekortrijk.be

Proefversie©VANIN

De politieke functie van kunst 3.5

Wereldlijke en religieuze vorsten hebben zich altijd al omringd met kunstenaars die ten dienste stonden van hun politiek. Kunst heeft een politieke functie omdat kunst de macht en het prestige van de vorst aan vriend en vijand duidelijk moest maken.

De verheerlijking van de macht wordt uitgedrukt in publieke standbeelden, portretten, bustes, triomfbogen en paleizen. De kunstvoorwerpen en het hofleven moesten de macht en het prestige van de vorst benadrukken.

Politieke kunstenaars willen dan weer wantoestanden aanklagen met hun kunstwerken.

20 HOOFDSTUK 3

6 DE MAATSCHAPPELIJKE FUNCTIE VAN KUNST

1 Sinds 1999 filmt Francis Alÿs spelende kinderen. Het begon met de film Children's Game #1: Caracoles, waarin een jongetje een fles een steile straat op trapt, terug naar zich toe laat rollen en telkens weer omhoog schopt. Alÿs trok voor zijn video's onder meer naar Mexico, Venezuela, Marokko en Nepal. In 2017 bracht hij als embedded artist tijd door met een Koerdisch bataljon in Mosoel, en ook daar filmde hij spelende kinderen. Children’s games telt intussen ruim dertig afleveringen. Het project demonstreert hoe universeel verspreid en herkenbaar traditionele kinderspelletjes zijn. Zoek de video’s op het internet op en beantwoord de vragen.

a In de straten van Mosoel (Irak) filmde Alÿs Haram football. Welk spel filmde hij daar?

Proefversie©VANIN

b Welk spel spelen de kinderen in Kaboel (Afghanistan)?

c Welke bijdrage leverde Alÿs voor Children’s Game op de biënnale van Venetië in 2022?

2 Ook de Chinese kunstenaar Zhang Huan (1965) onderzoekt met zijn performances culturele verschillen. Zijn werk kenmerkt zich door het gebruik van zijn eigen lichaam in zijn kunstwerken.

a Dat je samen iets kunt bereiken, liet Zhang Huan zien in To Raise the Water Level in a Fish Pond (1997), waarin hijzelf en meer dan veertig personen in een vijver gingen staan. Gezamenlijk probeerden ze het waterpeil zo een meter te verhogen. Vergelijk deze performance met de performance in Peru van Francis Alÿs.

To Raise the Water Level in a Fish Pond (Zhang Huan, 1997)

21 HOOFDSTUK 3

b Een van Zhang Huans bekendste uitvoeringen is de fotografische reeks Family Tree, waarin hij in Chinese kalligrafie hoofdzakelijk zinnen van een bekende Chinese fabel over de geest van een familie, hun vastberadenheid en uitdaging op zijn gezicht laat schrijven. Er komen steeds meer woorden totdat zijn gezicht helemaal zwart is.

Het gezicht als canvas om kunst en cultuur in beeld te brengen wordt wel vaker gebruikt. Ook kunstenaar Kendell Geers gebruikte zijn gezicht als canvas.

Bekijk de afbeeldingen. Herken je hier dezelfde functie? Kun je hier ook van een maatschappelijke functie spreken?

Proefversie©VANIN

3 Bij de start van het voetbalseizoen 2020-2021 werd een nieuwe sound identity voorgesteld door de Belgische Pro League. De sound werd gemaakt door Soulwax. Eleven Sports, sound agency Sonhouse en Soulwax kozen voor een gedurfde en bewuste hedendaagse sound, weg van de traditionele orchestrale sporthymnes.

a Georg Friedrich Händel (1685-1759) was een barokcomponist. Voor de kroning van de Britse vorst George II in 1727 schreef hij vier Coronation Anthems of kroningshymnes. De hymne Zadok the Priest wordt sindsdien door het knapenkoor van Westminster Abbey gezongen tijdens het zalven van de nieuwe koning. Beluister het bekendste werk uit Händels oeuvre. Klinkt deze klassieke muziek jou bekend in de oren?

22 HOOFDSTUK 3
Family Tree (Zhang Huan, 2000) FF.V.II. (Kendell Geers, 2013)

b Beluister ook het volgende muziekfragment geschreven door de Engelse componist Tony Britten in 1992. Omschrijf welke gelijkenissen je hoort.

Proefversie©VANIN

c Ook bij de Champions League gaat het eigenlijk over het kronen van een nieuwe koning, koning Voetbal. Veel tekst heeft de Champions League-hymne overigens niet. Zoek de tekst maar eens op. Waarover gaat het?

d De nieuwe sound identity van de Belgische Pro League werd door Soulwax en Sonhouse opgebouwd rond bewerkte voetbalgeluiden en supportersgezangen. ‘We zijn aan de slag gegaan met de gezangen van elke supportersgroep in de Pro League en hebben die vervolgens in één melodie gegoten’, aldus Stephen en David Dewaele.

Lees de tekst en beluister de melodieën. Beantwoord daarna de vragen.

Leander Monbaliu, CBO Pro League zegt: ‘Samen met de nieuwe brand identity symboliseert het nieuwe anthem het verhaal dat de Pro League samen met Eleven Sports schrijft. Sportbeleving met een blik op de toekomst.

De soundlabs bij Sonhouse legden de gedeelde visie nog beter bloot. Dat een band met wereldfaam mee wou schrijven aan dit verhaal maakte het alleen maar spannender en uitdagender.

Het resultaat ademt waar we voor willen staan: vernieuwend, weg van traditionele paden, maar breed toegankelijk en verbindend.’

1→ Draagt het nieuwe anthem de unieke Belgische identiteit in zich?

2→ Klinkt de nieuwe sound zowel in een stadion als op het scherm goed?

3→ Brengt de nieuwe sound de fans ‘Dichter bij Voetbal’?

23 HOOFDSTUK 3

VIP Soulwax

David (1975) en Stephen Dewaele (1970) vliegen de wereld rond om op te treden met hun band Soulwax of om platen te draaien als het deejaycollectief 2 Many DJ's. Daarnaast werken ze in hun DEEWEE-studio's in Gent aan remixes en producties voor grote en kleine artiesten.

De maatschappelijke functie van kunst

Via kunstwerken laten kunstenaars ons nadenken over de complexe uitdagingen die de samenleving ons stelt. Kunst fungeert als getuige en als spiegel voor en van de maatschappij en heeft zo een maatschappelijke functie

Kunst houdt de samenleving alert en stelt evidenties in vraag. Kunst werkt immers verbindend tussen mensen vanuit verschillende generaties en culturen, want kunst wordt beoefend door jong en oud, in iedere cultuur en overstijgt het individuele.

Het samenbrengen van die verschillende referentiekaders via kunst en cultuur zorgt voor verbinding in de samenleving. Kunst maakt ons meer mens.

Kunst en cultuur creëren netwerken, bevorderen sociale integratie en sociale cohesie.

7 DE ECONOMISCHE FUNCTIE VAN KUNST

1 Maurizio Cattelan (1960) is een Italiaanse kunstenaar die vooral bekend staat om zijn uitdagende satirische kunst. In 2019 kwam zijn werk herhaaldelijk in het wereldnieuws. Eerst doordat in september een door hem ontworpen toiletpot van achttienkaraats goud werd gestolen. Vervolgens door een kunstwerk, een met ducttape aan de muur bevestigde banaan waarvan drie edities bestaan. Hoeveel zou jij voor deze twee kunstwerken betalen?

3.6
24 HOOFDSTUK 3
Proefversie©VANIN
Comedian (Maurizio Cattelan, 2019)

2 Bekijk beide afbeeldingen. Ushering in banality is een kunstwerk van Jeff Koons (1955). Door het volume van het kunstwerk en de titel van het werk, wilde Jeff Koons een dialoog scheppen tussen kunst en commerciële producten (en tussen kunst en kitsch). Het andere beeld is een Hummelbeeldje waarvan je de catalogus op het internet kunt vinden.

Ushering in banality (Jeff Koons, 1988)

Porseleinen Hummelbeeldje (Goebel Porzellan GmbH, jaren 1940)

a Welke woorden komen bij jou op als je deze beelden bekijkt?

b Denk je aan kunst als je deze beelden bekijkt? Waarom?

c Lees de tekst over het ontstaan van de Hummelbeeldjes.

Proefversie©VANIN

De aanleiding voor de productie van de Hummelbeeldjes zijn de tekeningen van zuster Maria Innocentia Hummel (1949-1946) uit het Zuid-Duitse Beieren. Voor ze intrad in het klooster studeerde ze aan de Academie voor Toegepaste Kunsten in München. Zodra ze in het klooster, aankwam, stimuleerde ze de jonge kinderen aan wie ze tekenles gaf met Fleißbildchen, tekeningen die ze maakte om goed gedrag te belonen.

Al snel worden die tekeningen opgemerkt en gecommercialiseerd. Er werden postkaarten van gemaakt die de porseleinfabriek Goebel Porzellan GmbH inspireerden en ze begonnen van de figuren kleine porseleinen beeldjes te maken. Tijdens de oorlog werden de beeldjes populair bij Amerikaanse soldaten. Sindsdien zijn ze niet meer weg te denken uit sommige huiskamers.

Meer info kun je vinden op de website van Hummel: https://www.hummel-figuren.de/blog/maria/

25 HOOFDSTUK 3

d Analyseer beide beelden. Wat hebben ze gemeenschappelijk en waarin verschillen ze?

Beleven

Wat is je eerste spontane reactie?

Proefversie©VANIN

Beschrijven

Wat zie of hoor je precies?

Analyseren

Welke bouwstenen, materialen en technieken worden gebruikt?

Interpreteren

Wat is de betekenis van het kunstwerk of de bedoeling van de kunstenaar?

Waarderen

Wat is jouw mening over het kunstwerk?

e De Hummelbeeldjes zijn nog altijd een commercieel succes. Bekijk in de catalogus op internet de prijzen die voor de beeldjes gevraagd worden. Vergelijk ze met de prijzen die Jeff Koons voor zijn werken vraagt. Wat denk je dan?

f De Hummelbeeldjes krijgen dan wel een nummer, toch worden ze in grote oplage gemaakt. Kun je dergelijke serieproductie nog kunst noemen?

26 HOOFDSTUK 3

Good to know

Oplage en multiple

Een bronzen beeld wordt doorgaans in meerdere exemplaren gegoten. Tot en met een editie van twaalf exemplaren spreken we van een origineel kunstwerk. Wanneer de oplage groter is dan twaalf, spreken we van multiples. De hand of betrokkenheid van de kunstenaar heeft hier niet veel meer mee te maken. Zo worden er bijvoorbeeld vandaag nog altijd originelen gegoten van beeldhouwwerken van August Rodin die al dood is sinds 1917.

Proefversie©VANIN

Binnen de beeldende kunst wordt met een multiple een object bedoeld dat in een serie van identieke of gelijkwaardige exemplaren bestaat. Multiples worden vaak in een beperkte oplage gemaakt. Soms zijn de afzonderlijke exemplaren genummerd en door de kunstenaar gesigneerd. Een ongenummerde, ongelimiteerde editie is een drukwerk of multiple dat steeds opnieuw kan worden uitgegeven.

Als een kunstdruk in beperkte oplage uitkomt, doet het nummer er niet echt toe. De waarde van nummer 90/100 is niet anders dan die van 2/100. Een uitzondering geldt voor de allereerste druk van de oplage, bijvoorbeeld 1/100. Die is meestal meer gewild bij verzamelaars en heeft daarom meer waarde dan de overige nummers.

Kunstenaars maken zogenoemde eigen afdrukken, ook wel épreuve d’artiste of artist proof genoemd. Het zijn proefdrukken die niet meetellen voor de oplage. Ze zijn niet altijd gelijk aan het eindresultaat, aangezien ze bedoeld zijn als test om te zien of de kunstenaar ze mooi vindt. Ze hebben een hogere waarde omdat ze iets zeggen over de ideeën en werkwijze van de kunstenaar. En welke kunstenaar(s), denk je, staan aan de basis van de traditie om ideeën te verspreiden door middel van het (laten) vervaardigen van objecten die niet door de kunstenaar zelf gemaakt moesten zijn?

3 De jonge Brusselse artiest Vince Okerman (1998) is beter bekend onder zijn alterego ‘VEXX’. Deze jonge twintiger heeft bijna drie miljoen volgers op YouTube en hij is daarmee de grootste YouTuber van ons land. Hij heeft van doodle art zijn job kunnen maken en verdient veel geld door zijn tekeningen met de hele wereld te delen en te verkopen in een Creator Economy-model.

a Bij Creator Economy worden inkomsten mogelijk gemaakt doordat de creaties en ideeën verspreid worden via digitale platformen. Meestal ontstaan ze vanuit een passie of een persoonlijk interessegebied. Op zijn 19e verdient Vexx geld met zijn digitale tekeningen zonder dat hij daarvoor een voet buitenshuis moet zetten. Van welke platformen maakt hij gebruik?

b Eind 2021 wordt het kunstwerk Metadragon getoond op Times Square op de eerste Crypto Art Fair. Het kunstwerk verschijnt er op een billboard. Het werk is eind juli 2021 voor 41 500 dollar (35 800 euro) verkocht op een NFT-kunstveiling. Weet jij waarom NFT het nieuwe goud is op het internet?

27 HOOFDSTUK 3

Good to know

NFT

NFT is het nieuwe goud op het internet. NFT of een non-fungible token is een digitale code die verkocht wordt en gekoppeld wordt aan een blockchaindatabase of register, een bewijs dat jij alleen eigenaar bent van een digitaal voorwerp dat iedereen kan zien, bijvoorbeeld een kunstwerk, een filmscène of muziek. Een NFT is als het ware een uniek eigendomscertificaat. Je kunt dat unieke eigendomscertificaat ook opnieuw doorverkopen. Het speciale type ethereum-token heeft de eigenschap net zo uniek te zijn als het kunstwerk zelf.

De auteur kan ervoor kiezen de rechten op het digitale kunstwerk te behouden en zo royalty's te blijven opstrijken. Zo geeft Vexx het voorbeeld van een NFT die oorspronkelijk voor 33 dollar ging, maar enkele weken geleden 5 000 dollar opleverde. Vexx krijgt tien procent van elke doorverkoop, zodat hij aan deze nieuwe verkoop 500 dollar verdient.

Proefversie©VANIN

Sommigen zien NFT’s louter als een investering, anderen zien het als een vorm van prestige. Honderden miljoenen worden soms makkelijk opgehoest.

De eerste Vexx-NFT werd verkocht aan een NFT-kunstveilingsite en heet Moon. Het is een houten sculptuur die gecombineerd wordt met digitale schermen die verbonden zijn met wifi. Het is verkocht voor 35 000 euro aan een van de grootste NFT-verzamelaars ter wereld. De verzamelaar heet 33nft. Je kunt zijn verzameling bekijken via Instagram.

NFT of echt?

De Britse kunstenaar Damien Hirst (1965) geeft verzamelaars de keuze in zijn reeks The Currency Voor 10 000 kleine, haast identieke dot-paintings die gemaakt zijn door de assistenten van Hirst vraagt hij 2 000 pond per stuk. Elk werk draagt een titel die verwijst naar het dagelijks leven, bijvoorbeeld It takes a village of To find myself empty ...

Na een bepaalde tijd moet de koper de keuze maken om het werk in ‘NFT’ of ‘echt’ aan te kopen. Eens je keuze gemaakt is, wordt een van beide werken vernietigd. Wat zou jij kiezen?

4 Oorspronkelijk maakte Vexx filmpjes van een vijftal minuten die toonden hoe hij zijn tekeningen maakte. Nu maakt hij heuse producties rond bepaalde thema's. In het filmpje zie je hem aan het werk terwijl hij een kunstwerk maakt van één miljoen legoblokken. Dat levert een bron aan inkomsten op met sponsoring, advertenties, merchandising (van hoodies tot skateboards) en bedragen per views.

28 HOOFDSTUK 3
The currency (Damien Hirst, 2016-2021)

Good to know

Veilinghuis

Doordat kunstwerken de kunstenaar vaak overleven en ze wel een commerciële waarde blijven hebben, zijn er plaatsen waar die kunstwerken verhandeld worden. Kunst wordt dan niet verkocht in een winkel maar in een veilinghuis. De verkoop gaat door op een afgesproken plaats (op locatie of online) en op een afgesproken datum. De verkoop van de werken is toegankelijk voor iedereen en gebeurt per opbod. Het hoogste bod wordt besloten met een hamerslag om duidelijk te maken wie het werk heeft gekocht.

Proefversie©VANIN

5 Bekijk het filmpje op iDiddit.

a Wat gebeurt er?

b Wat is de boodschap van de kunstenaar?

6 Wat is het duurste schilderij dat ooit verkocht werd?

De economische functie van kunst

Kunst heeft een economische functie. Verschillende partijen kunnen met kunst geld verdienen: zowel de kunstenaar als de kunstliefhebber. Op lange termijn is het vooral de kunstliefhebber, investeerder, handelaar die eraan verdient.

De kunstliefhebber gaat bewust op zoek naar de confrontatie met kunst binnen alle mogelijke kunstvormen. Hij draagt bij aan de economie van de kunstsector door de aankoop van toegangstickets, boeken, democratische oplages …

De investeerder ziet kunst als een belegging vanuit een persoonlijke interesse voor kunst. Vaak treden ze ook in de rol van mecenas.

Kunstgalerieën en veilinghuizen verhandelen kunst. Dat kan digitaal (NFT-kunstveilingsite, digitale veilinghuizen) of fysiek (kunstgalerie, veilinghuizen).

Binnen de Creator Economy heb je een breed publiek waaronder ook artistiek begaafde personen, die hun carrière los van conventies kunnen uitbouwen.

3.7 29 HOOFDSTUK 3

EUREKA!

Wat denk je nu over de breinbreker die we aan het begin van dit hoofdstuk formuleerden?

“Welke functie heeft kunst?”

Proefversie©VANIN

Forum

Wanneer heeft kunst zin voor jou? Bekijk het werk van Francis Alÿs en lees de bijbehorende tekst op iDiddit. Bespreek vervolgens klassikaal waarom dit werk kunstzinnig is (of net niet).

When Faith Moves Mountains (Francis Alÿs, 2002)

Test jezelf

Ga naar om de vragen te beantwoorden.

1 Volgens Oscar Wilde (1854-1900) is alle kunst nutteloos. Wat denk jij hierover?

2 Lees de verschillende uitspraken over kunst. Noteer welke functie bij de uitspraak past en geef aan of je het ermee eens of oneens bent.

EXIT
30 HOOFDSTUK 3

SYNTHESE

Welke functies kan kunst vervullen?

Decoratieve functie

Proefversie©VANIN

Elke vorm van kunst kan als decoratief beschouwd worden, maar hoeft zich daar niet toe te beperken. Wanneer kunst een decoratieve functie heeft, wordt die meestal naast andere functies gezien.

Decoratieve kunst wordt ook wel toegepaste kunst genoemd. Onder toegepaste kunst worden hoofdzakelijk de volgende kunsten gerekend: architectuur, modeontwerp, edelsmeedkunst, grafische vormgeving, industriële vormgeving …

Ontspannende functie

Kunst is zelden een individueel gebeuren. Mensen gaan samen naar een filmvoorstelling, een concert, een museum. Samen tentoonstellingen bezoeken of samen luisteren en kijken naar podiumkunsten versterkt de sociale contacten tussen mensen. Kunst verbindt. Kunst werkt op die manier preventief op gebied van onder andere stressmanagement, zelfaanvaarding, veerkracht …

Kunst heeft een positieve invloed op de cognitieve en sociale ontwikkeling. Het maakt je open-minded en verrijkt je geest.

Narratieve functie

Een kunstwerk vertelt de toeschouwer of de luisteraar iets over de tijd en de cultuur waarin het gemaakt is. Dat narratief is een bron die ons leert hoe mensen binnen een samenleving denken over geloof, liefde, oorlog, moraal, dood … De symboliek die gebruikt wordt en voor de tijdgenoot heel duidelijk is, moet door latere toeschouwers of luisteraars geduid worden.

Ook culturele verschillen moeten geduid worden. Kunstwerken die de god(en) van het Mogolrijk, de Azteken, de Joden of moslims tonen, brengen andere narratieven met zich mee dan die van de westerse cultuur.

In de loop van de tijd kan ook de iconografie, de betekenis van de (beeld)voorstelling, veranderen.

Filosofische functie

Het wereldbeeld van de klassieke kunst is statisch. Het verheerlijkt de vaste waarden waarop de samenleving tot het einde van het ancien régime steunde.

De moderne kunst drukt het nieuwe ideaal van de moderniteit uit dat steunt op het geloof in de menselijke rede en de vooruitgang.

De postmoderne kunst staat in het teken van de crisis en het verval van de moderne idealen, het ongeloof in de mogelijkheid om een betere mens en een betere wereld te scheppen.

3.1 3.2 3.3 3.4 31 HOOFDSTUK 3

Politieke functie

Kunst heeft een politieke functie omdat kunst de macht en het prestige van de vorst aan vriend en vijand duidelijk moest maken.

De verheerlijking van de macht wordt uitgedrukt in publieke standbeelden, portretten, bustes, triomfbogen en paleizen. De kunstvoorwerpen en het hofleven moesten de macht en het prestige van de vorst benadrukken.

Proefversie©VANIN

Politieke kunstenaars willen dan weer wantoestanden aanklagen met hun kunstwerken.

Maatschappelijke functie

Kunst fungeert als getuige en als spiegel voor en van de maatschappij en heeft zo een maatschappelijke functie.

Economische functie

Kunst heeft een economische functie. Verschillende partijen kunnen met kunst geld verdienen: zowel de kunstenaar als de kunstliefhebber.

3.5 3.6 3.7 32 HOOFDSTUK 3

Proefversie©VANIN

DE BOUWSTENEN, TECHNIEKEN EN MATERIALEN VAN DE KUNSTEN

HOOFDSTUK
1 HOOFDSTUK 4
4

DE BOUWSTENEN, TECHNIEKEN EN MATERIALEN VAN DE KUNSTEN.

WAAROVER GAAT DIT HOOFDSTUK?

Proefversie©VANIN

In de vorige hoofdstukken ging je dieper in op de inhoud en functie van een kunstwerk. In dit hoofdstuk leer je de vormgeving van een kunstwerk analyseren. Dat is nuttig om samen te kunnen praten over kunst. De vormgeving is immers dat wat je onmiddellijk waarneemt wanneer je beeld, dans, drama, muziek of media bekijkt of beluistert.

Een kunstwerk krijgt vorm door het gebruik van bouwstenen, technieken en materialen. Vanaf je geboorte heb je bijvoorbeeld een natuurlijke drang om te bewegen. Nog voor je leert spreken, ontdek je de wereld om je heen, stapje voor stapje, via verschillende bewegingsstadia. Je kunt op verschillende manieren bewegen. Het lichaam kan buigen, strekken, springen, vallen, draaien, rollen en ga zo maar door. Dansen is het bewegen van een of meer lichamen. Door te kijken naar de bewegingen, kun je analyseren waar de dans over gaat.

Elk domein heeft zo zijn eigen bouwstenen. In dit hoofdstuk analyseren we de typische vormkenmerken van elk domein en we gaan daarbij vooral dieper in op de bouwstenen.

WAT LEER IK IN DIT HOOFDSTUK?

Vink aan wat je in de loop van dit hoofdstuk hebt geleerd.

Ik analyseer de vormgeving van een kunstwerk in het domein beeld (bouwstenen, technieken en materialen).

Ik analyseer de vormgeving van een kunstwerk in het domein dans (bouwstenen, technieken en materialen).

Ik analyseer de vormgeving van een kunstwerk in het domein drama (bouwstenen, technieken en materialen).

Ik analyseer de vormgeving van een kunstwerk in het domein media (bouwstenen, technieken en materialen)

Ik analyseer de vormgeving van een kunstwerk in het domein muziek (bouwstenen, technieken en materialen).

Ik analyseer een kunstwerk methodisch.

Ik analyseer aan de hand van bouwstenen, technieken en materialen hoe onderwerp, bedoeling en vormgeving elkaar onderling beïnvloeden in de domeinen beeld, dans, drama, media, muziek.

Ik toon aan dat je een kunstwerk op verschillende manieren kunt interpreteren.

Ik leer kunst waarderen door de analyse van de vormkenmerken van een kunstwerk.

BEGRIPPEN

vormgeving – bouwstenen – technieken – materialen

Hoofdstuk 4
2 HOOFDSTUK 4

BREINBREKER

Proefversie©VANIN

In dit hoofdstuk ga je op zoek naar een antwoord op deze breinbreker:

“Hoe analyseer je de vormgeving van beeld, dans, drama, media en muziek?”

FORUM

DE VORMTAAL VAN BEELDENDE KUNSTENAARS

1 2 DE VORMTAAL VAN CHOREOGRAFEN 4 DE VORMTAAL VAN CINEASTEN 3 DE VORMTAAL VAN THEATERMAKERS
EXIT 3 HOOFDSTUK 4
5 DE VORMTAAL VAN MUZIKANTEN

De vormtaal van een beeldend kunstwerk omvat alles wat onmiddellijk waarneembaar is. Kunstenaars maken daarvoor gebruik van bouwstenen, technieken en materialen.

De bouwstenen van beeld zijn ruimte (2D, 3D), vorm (vormsoorten, contour, weergave), lijn (lijnsoorten, lijnvoering, lijnstructuur), licht (schaduw, licht), kleur (kleursoort, contrasten, kleurverzadiging, kleurtonen of tinten en aantal kleuren), textuur en compositie (compositie en vormingsprincipes).

Proefversie©VANIN

2→ Hoe vallen de titel van het werk en de weergave van het moment samen? Ruimte

1 Ruimte kun je het gemakkelijkst ervaren in 3D. Meestal kun je om het kunstwerk heen lopen om het van alle kanten te bekijken. Ook de relatie tussen het kunstwerk en de omgeving kan voor de kunstenaar belangrijk zijn. Het kunstwerk kan in de omgeving passen, of juist niet. Het neemt ruimte in, het doorsteekt de ruimte of omvat de ruimte.

a Bekijk het filmpje over de terugkeer naar het KMSKA van het werk De kus van Jef Lambeaux (18521908). Bespreek daarna klassikaal de vragen.

1→ Welk materiaal is gebruikt om het beeld vorm te geven?

2→ Hoe wordt de ruimte ingenomen?

3→ Welke rol speelt de locatie voor het werk?

b Bekijk het beeldhouwwerk De kus van Jef Lambeaux.

1→ Vanuit welke hoek wordt het beeld gefotografeerd. Waarom?

4 HOOFDSTUK 4
1 DE VORMTAAL VAN BEELDENDE KUNSTENAARS

2 In een vlak werk suggereert de kunstenaar diepte door ruimtesuggestie. Hoe wordt ruimte gesuggereerd in de afgebeelde schilderijen? Plaats de schilderijen bij de juiste benaming en beschrijving in de tabel op de volgende pagina.

Proefversie©VANIN

5 HOOFDSTUK 4
Jagers in de sneeuw (Pieter Brueghel de Oude, 1565) De vrijbrief (René Magritte, 1965) De slapende zigeuner (Henri Rousseau, 1897) Tuin der lusten (Jheronimus Bosch, 1480-90)
1 3 4 2
Bal du moulin de la Galette (Auguste Renoir, 1876)
5

Benaming Beschrijving Schilderij

1 Overlapping De figuren of voorwerpen staan gedeeltelijk voor elkaar waardoor het gevoel ontstaat dat het overlapte voorwerp verder naar achteren staat.

2 Afsnijding Een stuk van de afbeelding wordt niet getekend, omdat het buiten het kader valt.

3 Stapeling De figuren en voorwerpen worden boven elkaar getekend.

4 Grootteverschil De figuren en voorwerpen die zich op de voorgrond bevinden, worden groter getekend dan de achterliggende figuren en voorwerpen.

5 Lijnperspectief De voorwerpen vertonen zich vanuit een bepaald standpunt aan het oog. Het kan worden toegepast in eenpuntsperspectief en tweepuntsperspectief.

6 Kleurtemperatuur De kleuren worden in een volgorde geplaatst om nog meer diepte te suggereren, bijvoorbeeld van groen naar blauw.

7 Detailwerking De figuren en voorwerpen die zich op de voorgrond bevinden krijgen meer details dan de figuren en voorwerpen die zich op de achtergrond bevinden.

Proefversie©VANIN

3 Vormsoorten beschrijven de uiterlijke gedaante van iets dat door een omtrek of vlakken is aangegeven. Dat kan hoekig, rond, geometrisch, organisch (levend, vloeiend) … zijn. De omtreklijn bepaalt de vorm. De weergave bepaalt het karakter, figuratief, abstract, gestileerd.

a Bekijk het filmpje waarin vormbegrippen worden uitgelegd.

b Kies een van de begrippen uit het filmpje. Ga op zoek naar kunstwerken die volgens jou beantwoorden aan het gekozen begrip.

abstract – gedetailleerd – figuratief – vereenvoudigd – stilering – gesloten vorm – massief – volume organische vorm – vormsoort – geometrische vorm – vormcontrast – geabstraheerd – schematisch –maatverhouding – open vorm – gestroomlijnd – vlak – silhouet – restvorm

1→ Noteer het begrip dat jij hebt gekozen.

2→ Noteer de naam en titel van de kunstwerken die je vond en eventueel de website waar je ze vond.

Vorm
6 HOOFDSTUK 4

4 Bekijk het schilderij van Wassily Kandinsky (1866-1944). Duid de onderstaande vormcontrasten op de afbeelding van het werk aan. Gebruik verschillende kleuren om de verschillende vormen aan te duiden.

• hoekige en ronde vormen

• geometrische en organische vormen

• symmetrische en asymmetrische vormen

• ruimtelijke en vlakke vormen

• grillige en strakke vormen

Improvisation No. 30 (Wassily Kandinsky, 1931)

Proefversie©VANIN

5 Een lijn is een verbinding tussen twee of meerdere punten. Er bestaan verschillende soorten lijnen: kort, zigzag, lang, gebogen, recht, dun, spiraal, dik, stippellijn, streeplijn, golvend, gekarteld, verticaal, diagonaal, horizontaal … Lijnen kunnen zowel vlakke als ruimtelijke suggestie weergeven. Ga naar de website van Jack Prins (1947-2015). Je kunt de link vinden op iDiddit. Bekijk zijn werken. Kies een werk uit en beschrijf welke lijnen je erin herkent.

Lijn 7 HOOFDSTUK 4

6 Verschillende lijnsoorten, lijnvoeringen en lijnstructuren leiden tot beeldvorming. Bekijk de afbeelding Linolog II van de Belgische grafische kunstenaars Pierre Alechinsky (1927) en Christian Dotremont (19221979). Dit werk is uitgevoerd in de grafische technieken lino en litho.

a Waardoor is dit werk beïnvloed? Vergelijk met het werk van Zhang Huan op p. xx.

b Wat is het overheersende beeld van dit werk?

c Welke materialen worden gebruikt?

d Hoe worden de lijnen weergegeven?

Linolog II (Pierre Alechinsky en Christian Dotremont, 1972)

Proefversie©VANIN

7 Bij Fred Eerdekens (1951) vertellen de ruimtelijke lijn en de vlakke lijn elk hun eigen verhaal. Bekijk het filmpje. Hoe onderscheiden beide lijnen zich?

The presence of absence (Fred Eerdekens, 2017)

8 Bekijk het stilleven op de volgende pagina. Giorgio Morandi (1890-1964) staat bekend om zijn stillevens met huisraad. Een stilleven is een afbeelding van levenloze voorwerpen zoals in dit geval een tafel met huisraad. Het kan ook een schilderij of een tekening van een schaal met fruit of bloemen zijn. Vaak hebben de levenloze voorwerpen een eigen symboliek. Naast een tekening of een schilderij kan ook een foto een stilleven tonen.

Licht 8 HOOFDSTUK 4

a Waar komt de lichtbron in dit stilleven vandaan?

b Wat maakt dat je de lichtbron zo goed kunt definiëren?

Proefversie©VANIN

c Hoe omschrijf je de schaduw?

9 Deze foto van Dirk Braeckman (1958) benadrukt de mystieke sfeer die in zijn oeuvre altijd weerkeert. Vaak wordt het licht in zijn werk vastgelegd in grijswaarden.

a Welk onderdeel van de foto vraagt hoofdzakelijk aandacht?

b Hoe komt het dat je die ziet?

c Geef de naam van dit felle contrast.

27.1 / 21.7 / 023 / 2014 (Dirk Braeckman, 2014)

9 HOOFDSTUK 4
Stilleven (Giorgio Morandi, 1943)

10 Vincent van Gogh (1853-1890) is een van de bekendste schilders uit de Nederlandse kunstgeschiedenis. Niet alleen zijn zijn kunstwerken wereldberoemd, ook het tumultueuze leven van de kunstenaar spreekt nog altijd tot de verbeelding. In de winter van 1888 reist hij naar het zuiden van Frankrijk, waar hij geraakt wordt door wat hij in de natuur ziet: nieuwe kleuren en nieuw licht. Lees de tekst en los daarna de vragen bij van Goghs schilderij Irissen op.

Proefversie©VANIN

Johannes Itten (1888-1967) was een Zwitserse kunstschilder, ontwerper en docent. Hij werd vooral bekend vanwege zijn theoretisch werk in verband met het Bauhaus en zijn kleurenleer. Volgens Itten kan een kunstenaar kiezen voor zuivere kleuren (primaire, secundaire en tertiaire kleuren) die een intens effect hebben, of voor verzadigde kleuren (zuivere kleuren die vermengd zijn met wit of zwart) die eerder pastelachtig zijn.

Hij kan die kleuren in contrasten plaatsen, zoals koud-warm, licht-donker, of complementair (kleuren die tegenover elkaar liggen in de kleurencirkel).

Daarnaast kan hij ook van elke kleur tonen of tinten maken.

Afhankelijk van de cultuur waarin het werk ontstaat heeft een kleur een andere symbolische eigenschap voor de toeschouwer en de maker. Zo wordt wit in bepaalde delen van Azië bijvoorbeeld verbonden met rouw.

In de commerciële wereld worden kleuren vaak ingezet om op onze hersenen in te spelen. Zo wekken rood en oranje eetlust op. Denk daarbij aan bekende hamburgerketens.

Bron: www.oostervelddesign.nl

a Op welke manier speelt kleur een rol in dit schilderij?

b Zoek op het internet het oeuvre van Van Gogh. In welke werken zie je deze kleurtoepassing nog?

Kleur
10 HOOFDSTUK 4
Kleurencirkel (Johannes Itten, ca. 1920) Irissen (Vincent van Gogh, 1890)

Good to know

De stoel van Gerrit Rietveld

De Rood-blauwe stoel van Gerrit Rietveld (1888-1964) is gemaakt van massief beukenhout en multiplex. Rietveld schilderde zijn revolutionaire stoel in 1921 in de primaire kleuren als gevolg van zijn samenwerking met kunstbeweging De Stijl.

De Stijl is een Nederlandse kunstbeweging van het begin van de 20e eeuw die verwant is met de beweging Bauhaus waartoe ook Johannes Itten behoorde.

De leden van De Stijl streefden naar een radicale hervorming van de kunst, die samenviel met de technische, wetenschappelijke en sociale veranderingen in de toenmalige wereld.

De hervorming van De Stijl bestond uit het gebruik van een minimum aan kleuren (primaire kleuren, gecombineerd met zwart, wit en grijs) en een zo eenvoudig mogelijke vormgeving.

De eenvoudige constructie van de Rood-blauwe stoel moest ervoor zorgen dat hij in massa geproduceerd zou kunnen worden. De Rood-blauwe stoel wordt nog steeds gemaakt en verkocht door het Italiaanse designmerk Cassina. Ook andere kunstenaars uit deze stijlperiode passen dit kleurenpallet in hun werken toe. Denk maar aan Piet Mondriaan (1872-1944) met wie je in hoofdstuk 2 kennismaakte.

Rood-blauwe stoel (Gerrit Rietveld, 1923)

Compositie met groot rood vlak, geel, zwart, grijs en blauw (Piet Mondriaan, 1921)

Textuur

Als je aan textuur denkt, denk je aan de oppervlakte, aan de huid van iets. Het gaat hier over het zichtbare en tastbare van het oppervlak.

Elk materiaal heeft zijn eigen textuur. Die kan glad, ruw, zacht, hard, harig, glanzend, stekelig ... zijn. Soms wordt textuur gesuggereerd.

11 De Italiaanse kunstenares Lara Favaretto (1973) plaatst verschillende kubussen in een ruimte. Op het eerste gezicht lijken ze robuust en stabiel. Maar is dat zo?

a Zoek op het internet via de zoektermen ‘Lara Favaretto’ en ‘Art Basel Unlimited’ het filmpje dat meer duiding geeft over de textuur van dit werk. Waaruit bestaan de tien monochrome kubussen van 90x90x90cm?

Proefversie©VANIN

Birdman (or the unexpected virtue of Ignorance) (Lara Favaretto, 2018)

11 HOOFDSTUK 4

b Wat gebeurt er met de kunstwerken?

c Welke gevoelens roept dit kunstwerk bij jou op?

Proefversie©VANIN

Compositie

12 Door de compositie wordt ruimtesuggestie veroorzaakt in een vlak beeld. Welke compositorische elementen dragen hiertoe bij?

Vega-Striond-BR (Victor Vassarely, 1974)

1 BOUWSTENEN

De bouwstenen van beeld zijn ruimte, vorm, lijn, licht, kleur, textuur en compositie.

RUIMTE

Vlak (2D)

Ruimte (3D)

Diepte suggereren in een plat vlak (2D) of spelen met 3D-ruimte (3D).

• Ruimtesuggestie in een plat vlak (bv. door grote voorwerpen of personen vooraan te plaatsen, door meer details toe te voegen, overlapping of afsnijding, stapelen ...)

• Met perspectief kan ook diepte of ruimte gesuggereerd worden: gevoelsperspectief, eenpuntsperspectief, tweepuntsperspectief ...

• Ruimte innemen (plaatsen van een volume in de ruimte, bv. een standbeeld)

• Ruimte omvatten (de binnenruimte speelt een rol)

• Ruimte doorsteken (het spel van het materiaal in de ruimte)

VORM De uiterlijke gedaante van iets, aangegeven door een omtrek of vlakken.

Vormsoorten

Tegengestelde vormen noemen we vormcontrasten: hoekig-rond, geometrisch-organisch, symmetrisch-asymmetrisch, ruimtelijkvlak, grillig-strak ...

Contour De contour is de omtreklijn die de vorm bepaalt. Een silhouet wordt doorgaans aangegeven door een omtrek en een egale kleur.

Weergave

Vormen stralen een bepaald karakter uit: figuratief (met herkenbare vormen), abstract, gestileerd (de vorm terugbrengen tot de essentie) ...

Vormkenmerken beeld 4.1
12 HOOFDSTUK 4

LIJN

Lijnsoorten

Lijnvoering

Lijnstructuur

LICHT

Een verbinding tussen punten, zowel vlak als ruimtelijk.

Dunne, kromme, verticale, horizontale, diagonale, hoekige, strakke, spiraalvormige, dikke, dunne ...

De druk die gebruikt is bij het tekenen van de lijn: hard, zacht, aarzelend, rustig, expressief, dynamisch, statisch, sierlijk …

Met herhalende lijnen maak je een structuur (bv. schubben van een vis, arceren).

Het spel van licht en schaduw.

Schaduw Eigen schaduw, slagschaduw

Licht

Proefversie©VANIN

KLEUR

Kleursoort

• Lichtbron (bv. natuurlijk licht, kunstlicht)

• Lichtinval, lichtrichting (bv. tegenlicht, zijlicht, reflectie)

• Hoeveelheid licht (bv. clair-obscur, overbelichting)

• Soorten licht (bv. direct licht, indirect licht)

De uiterlijke kleur van materie.

• Kleurencirkel (Itten)

• Drie primaire kleuren: geel, rood, blauw

• Drie secundaire: oranje (geel+rood), paars (rood+blauw), groen (geel+blauw)

• Zes tertiaire kleuren: geeloranje, roodoranje, roodpaars, blauwpaars, blauwgroen, geelgroen

Contrasten Warm-koud, licht-donker, complementaire kleuren (liggen tegenover elkaar in de kleurencirkel)

KleurverzadigingZuivere kleuren bevatten slechts een of twee hoofdkleuren. De kleuren in de kleurencirkel zijn allemaal zuivere kleuren. Verzadigde kleuren bestaan uit zuivere kleuren die werden gemengd met zwart of wit (bv. pastelkleuren).

Kleurtonen of tintenbv. Verschillende tinten geel

Aantal kleuren Monochroom (één kleur), polychroom (meerdere kleuren)

TEXTUUR

Het zichtbare en voelbare van het oppervlak (glad, harig, stekelig ...) Soms wordt de textuur gesuggereerd (bv. zachte wollen trui op een schilderij).

COMPOSITIE De ordening van onderdelen tot een geheel, zowel in het vlak als in de ruimte.

CompositievormenCentraal, symmetrisch, diagonaal, over-all, piramidaal, horizontaal ...

Vormgevingsprincipes Beweging, herhaling, contrast, ritme, evenwicht, focus ...

Patroon Een of meerdere vormen worden op een regelmatige manier herhaald.

13 HOOFDSTUK 4

2 TECHNIEKEN

Vlakke techniekenTekenen, schilderen, etsen, drukken, kleuren ...

Ruimtelijke technieken Boetseren, gieten, construeren, lassen, beeldhouwen ...

3 MATERIALEN

Proefversie©VANIN

Eigenschappen van het materiaal Gewicht, doorlatendheid, formaat, plasticiteit ...

Soorten materialen • Plastische materialen (klei, gips ...)

• Teken- en schildermaterialen (verf, stift, potlood, inkt ...)

• Digitale materialen (foto, video en geluidsfragmenten ...)

• Recuperatiematerialen (oud ijzer, fruitkist, kapotte stoel …)

• Natuurlijke materialen (stokken, mos, bloemen ...)

• Kunststoffen (isomo, polyester ...)

Verbindingen Touw, elastiek, ijzerdraad, lijmen, soldeer ...

Dragers Papier, karton, doek, glas, plank, scherm ...

2 DE VORMTAAL VAN CHOREOGRAFEN

Dansen is bewust bewegen met het lichaam. Muziek, al dan niet instrumentaal, is een bepalende factor in de uitvoering van de dans. De vormtaal van dans geeft betekenis aan het verhaal. De choreograaf bepaalt de beweging, de danser voert de bewegingen uit. Daarbij worden de bouwstenen van dans bewust aangebracht: ruimte, tijd, kracht, vorm, structuur en relatie.

1 Bekijk de afbeeldingen.

1 4 3 6 2 5 14 HOOFDSTUK 4

Proefversie©VANIN

a Sorteer samen met een klasgenoot de afbeeldingen in twee kolommen.

1→ Noteer de nummers van de afbeeldingen in kolom 1 of kolom 2.

2→ Leg daarna aan je klasgenoten uit waarom je een foto in een bepaalde kolom geplaatst hebt.

Kolom 1 Kolom 2

b Welke indeling hebben de andere groepen gemaakt? Vergelijk.

c Welke afbeeldingen horen volgens jou bij beweging en welke bij dans? Is de verdeling duidelijk afgelijnd?

d Alle dans is beweging, maar niet elke manier van bewegen is dans. Beweging wordt dans als de uitvoerder er iets mee wil vertellen of laten zien. Een danser beweegt zijn lichaam niet willekeurig. Zijn lichaam verplaatst zich op een doelbewuste manier. Hoe kan een danser zich bewegen?

Good to know

(Klassiek) ballet versus moderne dans Académie Royale de Danse Lodewijk XIV richtte in1661 de Académie Royale de Danse op, de eerste dansacademie in Europa. Hij huurde dertien dansmeesters in en gaf hen de opdracht om het ballet als dansvorm te perfectioneren. De eerste hofballetten ontstonden door de standaardisering van de danstechnieken. De voorstellingen vonden niet langer plaats in het paleis, maar in Ballet de Théâtre, later de Opéra de Paris. Ze trokken volle zalen. Vanaf dat moment waren ballet en later ook vaudeville de prominente dansvormen die het grote publiek vermaakten.

7 10 9 12 8 11
15 HOOFDSTUK 4

Moderne dans

Begin 20e eeuw rebelleerden Amerikaanse dansers en choreografen tegen dit academisme. Ze willen organischer dansen en zich ontdoen van het spannende korset en de pijnlijke pointes. Binnen dat verzet, dat vooral uit vrouwelijke dansers bestaat, ontstaat de moderne dans zoals we die tot op vandaag kennen. De dansers en choreografen willen gezien worden als echte kunstenaars en niet enkel als vertier. Pioniers van de moderne dans zijn Loie Fuller (1862-1928), Isadora Duncan (1877-1927), Ruth St. Denis (18791958) en Ted Shawn (1891-1972).

Loie

(Reproduced from Birds of Paradise: Costume as Cinematic Spectacle, 1898)

Isadora Duncan (Arnold Genthe, 1915)

Ruth St. Denis en

Shawn (Hulton Archive, 1904)

Mary Wigman (Hugo Erfurth, 1928)

Proefversie©VANIN

Hieruit ontstaan ook nog dansstijlen zoals expressionistische dans met dansers zoals Mary Wigman (18861973), jazzdans met danser Benjamin Feliksdal (1940), internationale dans (folkloredans), musicaldans, danstrends (hiphop/breakdance/electric boogie).

Hedendaagse dans

Bij hedendaagse dans worden experimenteel-conceptuele bewegingen onderzocht. Ze tasten daarbij de grenzen van dans en verschillende dansstijlen aan. Mengvormen van deze dansstijlen worden toegepast door hedendaagse choreografen zoals Maurice Béjart (1927-2007), Wim Vandekeybus (1963), Anne Teresa De Keersmaeker (1960), Sidi Larbi Cherkaoui (1976), Alexander Vantournhout (1989) …

Ruimte

2 Elke beweging maakt gebruik van ruimte.

a In de dans Una pieza van de Duitse choreografe Pina Bausch (1940-2009) maken de dansers gebruik van verschillende ruimtelagen. Bekijk de video op iDiddit en zie hoe de dansers de ruimte gebruiken: ze dansen hoog en laag en op verschillende niveaus daartussen.

b In Violin Phase danst Anne Teresa De Keersmaeker volgens een patroon. Ze volgt steeds verschillende lijnen en maakt zo een vloerpatroon zoals je in de video kunt zien. Bekijk de video op iDiddit

16 HOOFDSTUK 4
Fuller in Serpentine dance costume Ted

c Benoem de vorm die je in de still uit Lamentation van Martha Graham (1894-1991) herkent.

d Dansers kunnen zich bij het dansen in verschillende richtingen en vormen bewegen. Zoek online een filmfragment op van Martha Graham in Lamentation. Wat zijn de richtingen waarin zij zich beweegt?

Proefversie©VANIN

3 Er zijn vier danselementen voor de bouwsteen tijd. De afwisseling van die danselementen bepaalt het karakter van de dans. Bij tijdsduur gaat het over korte en plotse bewegingen versus lange en aangehouden bewegingen. Het tempo is het snel of traag uitvoeren van de dans. Het ritme accentueert bewegingen in een dansdeel door bewegingen korter of langer te laten duren en kan als een accent in een overgang zitten. De maat kun je vaststellen wanneer een reeks bewegingen even lang duurt.

a Bekijk op iDiddit hoe Wim Vanlessen (1975) in 2019 de Bolero danst in zijn allerlaatste voorstelling als principal dancer bij het Ballet van Vlaanderen. De Bolero (1928) is als orkestwerk van Maurice Ravel (1875-1937) zo bekend geworden dat we bijna zouden vergeten dat het werk als balletmuziek is bedoeld. Ravel kiest voor een traditionele Spaanse dansvorm in een langzame driekwartsmaat. Hij transformeert die maat tot een lang crescendo op basis van een oriëntaals thema. In een half verlichte Spaanse herberg klimt een meisje op een grote tafel die midden in het café staat. Aangemoedigd door de mannen danst ze de Bolero die haar ten slotte in extase brengt. Het stuk bevat maar twee thema’s die almaar herhaald worden en waaraan telkens nieuwe instrumenten worden toegevoegd.

b Hoe wordt de spanning opgebouwd in het fragment waarin Wim Vanlessen (en niet een vrouw) de Bolero danst?

Tijd
17 HOOFDSTUK 4
Bolero (Wim Vanlessen, 2019) Martha Graham in Lamentation (Herta Moselsio, 1930)

Kracht

4 Through the Grapevine (2022) is een pas de deux tussen performers Alexander Vantournhout en Axel Guérin. Als virtuoze acrobaten spelen ze met proportie en fysieke kracht. Ze dagen elkaar uit en helpen elkaar, ze leiden afwisselend de dans. De choreografie speelt met verschillen in proportie en kracht. Naar welke onderdelen van kracht zoeken de performers in deze dans?

Proefversie©VANIN

Through the Grapevine (2022)

5 Hieronder zie je een still uit een van de meest iconische dansfilms.

a Welke krachtige danstechniek voert acteur Patrick Swayze uit?

b Over welke film gaat het hier? Wat maakt dit fragment volgens jou zo iconisch?

6 Zoek online de kortfilm Weightless van Erika Janunger op. De film gaat over twee vrouwen die in een kamer spelen met zwaartekracht en gewichtloosheid. Hoe brengen ze dat volgens jou in beeld zonder gebruik te maken van de werkelijke zwaartekracht?

18 HOOFDSTUK 4

7 De Israëlische choreograaf Ohad Naharin (1952) gaat in zijn werk Decadance op zoek naar de balans tussen zwaartekracht en gewichtloosheid. De danser heeft hier verschillende opties. Zo kan hij zich ‘passief’ overgeven aan zijn gewicht en zich laten ‘vallen’. Hij kan zijn lichaam ook ‘actief’ inzetten door gebruik te maken van zijn spierspanning bij een sprong of bij actieve beweging zoals duwen, slaan, stoten … of ook bewust gaan verslappen. Zoek online een fragment op uit de voorstelling, en volg één danser. Omschrijf voor die danser een beweging waarbij je een duidelijk voorbeeld ziet van de krachtelementen spanning en gewicht.

a Momentopname spanning:

Proefversie©VANIN

b Momentopname gewicht:

VIP

Isadora Duncan (1877-1927) was een Amerikaanse danseres die vooral in Europa werkte. Ze was met haar expressieve manier van dansen, op blote voeten en zonder korset, een wegbereider voor de moderne dans en ook voor de vrouwenemancipatie. Ze liet zich onder andere inspireren door kunst uit de Griekse oudheid.

Duncan koos bij haar vernieuwende dans voor klassieke muziek. Ze benaderde de muziek echter niet op een strikte maatgevende manier, maar als de impuls voor haar gevoelsexpressie. Ze wilde, zoals ze het zelf verwoordde: ‘De natuurlijk-mooie beweging van het menselijke lichaam terugvinden.’ Haar techniek was niet ingewikkeld. Ze gebruikte natuurlijke bewegingen als huppelen en springen, gecombineerd met vloeiende armbewegingen.

VIP

Anne Teresa De Keersmaeker (1960) is een belangrijke naam in de Belgische en internationale hedendaagse dansscène. Ze kreeg begin jaren 1980 bekendheid met haar vernieuwende opvatting over de intense relatie tussen dans en muziek.

Na het grote succes van haar voorstelling Fase (1982) waarin ze een verfrissende visie op de relatie tussen dans en muziek bracht, richtte zij haar eigen gezelschap, Rosas, op.

19 HOOFDSTUK 4

Structuur

Haar volledige oeuvre is vervlochten met een bijna radicaal gebruik van muziek (klassiek, modern, jazz, wereldmuziek, folkmuziek) als basis van haar choreografieën die energiek, streng, vaak minimalistisch maar altijd erg emotioneel zijn.

Haar dans ontplooit zich op geometrische vormen (cirkels, korte spiralen, perfecte diagonalen) en uitgepuurde klanken die volledig in harmonie zijn.

De choreografie Rosas danst Rosas uit 1983 is vandaag een ijkpunt in de geschiedenis van de postmoderne dans. Abstracte bewegingen vormen de basis van een choreografische structuur waarin herhaling de hoofdrol speelt. De heftigheid van die bewegingen wordt gecounterd door kleine dagelijkse gebaren.

Proefversie©VANIN

8 Bekijk het fragment waarin Anne Teresa De Keersmaeker uitlegt wat de frasering is van het tweede deel van Rosas danst Rosas. Een dansfrase is een opeenvolging van bewegingen die op verschillende momenten in een voorstelling kunnen voorkomen. De originele voorstelling duurt 1 uur en 40 minuten en is opgebouwd uit een openingsscène, vier hoofdstukken en een eindscène. De vier hoofdstukken vertrekken elk vanuit een heldere positie van de dansers en worden elk in een andere ruimtelaag gedanst. In het eerste deel bewegen de dansers terwijl ze heel de tijd op de grond liggen. In het tweede deel zitten ze op een stoel. In het derde deel staan ze op een lijn. En ten slotte bewegen ze door de hele ruimte. Hoeveel bewegingen bespreekt Anne Teresa De Keersmaeker in het fragment?

Relatie

9 De bouwsteen relatie bekijkt de manier waarop dansers samen bewegen. Dat kan synchroon zijn, in contrast, in groep, als een vraag en antwoord, leidend of volgend.

a Benoem de bewegingsrelatie die je ziet in het filmfragment uit de voorstelling Sutra van Sidi Larbi Cherkaoui (1976).

b Welke relatie heeft de jonge monnik tegenover de groep volwassen dansers?

20 HOOFDSTUK 4
Sutra (Sidi Larbi Cherkaoui, 2008)

RUIMTE

Richtingen

Elke beweging maakt gebruik van ruimte.

Voorwaarts, achterwaarts, links, rechts … De richting kan vast of vloeiend zijn.

Patronen Alle richtingen samen vormen een patroon. Je beschrijft patronen in de ruimte met je hele lichaam of met een onderdeel ervan.

Ruimtelagen

TIJD

Proefversie©VANIN

Boven (springen, armen in de lucht), midden (op een stoel zitten, door de knieën buigen), onder (rollen, liggen).

Elke beweging heeft een bepaalde tijd.

Tijdsduur Kort, lang, snel, traag, versnellend, vertragend, in slow motion … Tempo Snel-langzaam, vertragen-versnellen, kort en plots, lang en aangehouden, in een freeze (bevroren) …

Ritme Een aaneenschakeling van lange en korte bewegingstijden: opzwepend, (on)regelmatig ...

Maat Wanneer een reeks bewegingen even lang duurt, spreken we van een maat, bijvoorbeeld een vierkwartsmaat (bv. foxtrot, chacha, rumba) of een driekwartsmaat (bv. wals, mazurka, Jan Pierewiet).

KRACHT

Iedere beweging heeft een bepaalde kracht, de intensiteit van de bewegingen.

Spierspanning Spanning-ontspanning

Gewicht

Gewicht en evenwicht, zwaar of licht bewegen

Energie Een energieke of zwakke beweging, een sterke of lichte aanzet

VORM

STRUCTUUR

De houdingen en grootte van bewegingen van het lichaam, de vormen die je met je lichaam maakt. Er is een enorme variatie aan vormen die je kunt aannemen met je lichaam: open, gesloten, hoekig, rond, gedrongen, langgerekt … Lichaamshouding, vormcontrasten, grootte

De opbouw van de danscompositie.

Frasering, dansmotief, volgorde

Frasering De volgorde van een reeks bewegingen (al dan niet op muziek).

RELATIE

Het samen dansen met andere dansers. De manier waarop je samen beweegt (groepering, synchroon bewegen, contrast) of inspeelt op elkaars bewegingen (bv. vraag en antwoord, leiden en volgen).

2 TECHNIEKEN

Choreografie

Aan de hand van een verhaal, improvisatie, dansstructuur of partituur.

1
BOUWSTENEN
Vormkenmerken dans 4.2 21 HOOFDSTUK 4

Coördinatie en lichaamsbesef

Bewegen met de verschillende gewrichten, bewegen vanuit verschillende lichaamsdelen, isolaties (lichaamsdelen individueel bewegen), roteren (draaien met lichaamsdelen), spotting (in een draai één focuspunt kiezen en daar zo snel mogelijk naar terugkeren) ...

3 MATERIALEN

Proefversie©VANIN

Basisinstrument Het lichaam

Ondersteunende materialen

Locatie

• Met of zonder muziek

• Materiaal om mee te dansen (stoelen, doeken, stokken ...)

• Presentatiemateriaal (licht, podium, balletvloer, houten dansvloer ...)

• Choreografische ondersteuning aan de hand van danspartituren (visuele weergave van de beweging, bv. bij tango, rumba)

Buiten (straat, plein) of binnen (danszaal, concertzaal)

3 DE VORMTAAL VAN THEATERMAKERS

Drama is afgeleid van het Grieks en het betekent handelen, doen, bezig zijn met. Drama is een kunstvorm waarbij vormgegeven wordt aan de verbeelding in een verzonnen werkelijkheid voor een of meer toeschouwers. Drama behandelt doorgaans een emotioneel thema, waardoor de toeschouwer zich in de personages kan inleven en zich met hen kan identificeren. Theater en literatuur (woord) zijn kunstvormen die onder drama vallen. De bouwstenen van drama zijn ruimte, tijd, rol, handeling en taal, structuur en samenspel.

1 De voorstelling Labyrint van FroeFroe en Theater Tieret (2013) is gebaseerd op de Griekse mythe van de Minotaurus, half mens, half stier. ‘In Labyrint blijken de helden lege patsers en de monsters spijtige verliezers. FroeFroe en Tieret zuigen je hun drama binnen. Een pareltje.’ (Recensent Wouter Hillaert in De Standaard, 2013) De voorstelling van FroeFroe is een fantastische mix van poppenspel, dans, theater, licht, video en live muziek in een regie van Marc Maillard. Bekijk de trailer en daarna de volledige voorstelling (75 minuten). Je vindt ze allebei op iDiddit.

22 HOOFDSTUK 4

Ruimte – Waar speelt het verhaal zich af?

2 Mythen vormen de basis van het geloof en het denken van de oude Grieken. Vaak wordt precies vermeld waar en wanneer het verhaal zich afspeelt. Ook het verhaal van de Minotaurus is een verhaal uit de Griekse mythologie en het kan dus exact geplaatst worden. Waar speelt het verhaal zich af?

Proefversie©VANIN

3 Met eenvoudige bewegingen, handelingen of materialen kun je een bepaalde locatie uitbeelden.

a Hoe wordt in de voorstelling aan ruimtesuggestie gedaan in het paleis van koning Minos?

b Hoe wordt in de voorstelling aan ruimtesuggestie gedaan in het paleis van de Griekse koning Aegeus?

4 Ruimteverdeling heeft te maken met de plaats van de spelers tegenover elkaar.

a Bekijk de still (49:10) om het begrip ruimteverdeling beter te begrijpen. Wat gebeurt er precies in deze scène?

b Een bavetpop is een pop die je als een bavet rond je nek hangt. Wordt de bavetpop van Ariadne door één of door verschillende acteurs gespeeld (4:45)?

5 In een mise-en-scène bepaalt de regisseur waar de aandacht van het publiek naartoe moet gaan. Bepaalde handelingen, posities en verplaatsingen kunnen extra in de verf gezet worden door bewust de ruimte te gebruiken. Bekijk bijvoorbeeld de dialoog tussen prinses Ariadne en architect Icarus (36:43). Hoe wordt de ruimte hier ingezet om de dialoog te ondersteunen? Bespreek wat je ziet.

23 HOOFDSTUK 4

Tijd (timing, tijdsuggestie, werkelijke en verbeelde tijd) –Wanneer speelt het verhaal zich af en in welk tempo?

6 Het verhaal van de Minotaurus is gesitueerd in 3500 v.C., het begin van de Minoïsche cultuur. Hoe wordt de Minoïsche tijd gesuggereerd?

Proefversie©VANIN

7 Kent dit stuk eenheid van tijd zoals Aristoteles het bedoelde?

Rol, inleving, transformatie, rolvastheid, focus, présence, oogcontact, innerlijk conflict, emotie – Wie zijn de personages in het stuk en wat is hun relatie?

8 Om een rol goed te kunnen spelen, moeten de acteurs zich goed inleven in de rol. Rolvastheid is extra moeilijk als dezelfde acteur verschillende rollen speelt.

a Minos is de koning van Kreta en de vader van Ariadne. Hij geeft Icarus de opdracht om een labyrint te bouwen waarin hij de Minotaurus kan opsluiten. Koning Minos wordt gespeeld door een pop die door drie poppenspelers tot leven wordt gebracht.

1→ Leuk is wanneer de pop in gesprek gaat met de poppenspelers. Geef een voorbeeld.

2→ Welke transformatie ondergaat koning Minos in het verhaal?

b Pasiphae is de vrouw van koning Minos en de moeder van de Minotaurus. Van haar horen we alleen de stem (van Ilse Uitterlinden). Wat gebeurt er met koningin Pasiphae?

c Minou is de Minotaurus. Het eerste beeld dat we in de voorstelling van Minou te zien krijgen, is op een echografie. (4.07) Hoe transformeert Minou tot de Minotaurus, een schepsel met de kop en de staart van een stier maar het lichaam van een man?

24 HOOFDSTUK 4

d Ariadne is de prinses van Kreta. Toen haar moeder stierf, heeft ze beloofd goed voor Minou te zorgen. Ariadne wordt gespeeld door Nele Goossens (1977). De kleine Ariadne is een bavetpop. Met welk innerlijk conflict krijgt de opgroeiende Ariadne te maken?

e Benjamin Op de Beeck speelt Icarus en Theseus. Hij zorgt ook voor de stem en het poppenspel van koning Minos en voor de stem van de gouden zeestier. Wie is Icarus? Hoe evolueert dit personage?

f Wie is Theseus?

g De orakels weten alles. Het zijn personen of bemiddelaars die de toekomst voorspellen. Ze geven raad aan koning Minos en aan koning Aegeus. Hoe worden ze verbeeld?

h Hoe wordt het Griekse volk voorgesteld?

9 Welke emoties spelen er tussen Ariadne en Icarus?

10 Hoe verandert de présence van de Minotaurus?

11 Op welke rol focust FroeFroe de aandacht van het publiek in deze voorstelling? Verklaar.

25 HOOFDSTUK 4
Proefversie©VANIN

Handeling en taal – Wat is de actie op de scène?

12 Op welke verschillende manieren brengt FroeFroe het verhaal van de Minotaurus in de voorstelling?

Proefversie©VANIN

13 Icarus toont zijn droom om te vliegen aan Ariadne en verwijst in zijn theatertekst naar twee liedjes. Welke?

14 Icarus droomt ervan om in Venetië samen met Ariadne spaghetti te eten, wat een Lady en de Vagebondscène oplevert. De naam van Icarus verwijst naar de mythe van Daedalus en Icarus. Welke andere verwijzingen heb je nog gezien in de voorstelling?

15 Met welk attribuut wordt in de voorstelling het labyrint gemaakt?

Good to know

Daedalus en Icarus

In de Griekse mythologie is Icarus de zoon van architect en beeldhouwer Daedalus die het labyrint ontwierp waarin de Minotaurus leefde. Vader en zoon worden gevangen gehouden op Kreta door koning Minos en ze willen ontsnappen.

Daedalus bouwt een raamwerk van grote vleugels. Als de vleugels klaar zijn, bevestigt hij ze op zijn lichaam en op het lichaam van zijn zoon. Hij waarschuwt Icarus niet te dicht bij de zon te komen, want hij is bang dat de was waarmee de vleugels op het lichaam zijn bevestigd, door de hitte van de zon zal smelten. Icarus wordt echter overmoedig en vliegt almaar hoger en hoger. Tot hij te dicht bij de zon komt en de angst van zijn vader terecht blijkt: de was smelt en Icarus stort neer in zee. Icarus is in de loop der tijd het symbool geworden voor de wens van de mens om te kunnen vliegen.

26 HOOFDSTUK 4
De klaagzang voor Icarus (Herbert James Draper, 1898) Op dit schilderij zie je de dode Icarus, omringd door treurende nimfen. De vleugels van Icarus zijn gebaseerd op het paradijsvogelpatroon.

Structuur – Hoe verloopt het verhaal?

16 Voor een goede structuur in het scenario moet je een duidelijk begin, midden en einde hebben. Het is belangrijk om je publiek mee te hebben in het verhaal.

a Meestal begint een scène met het voorstellen van de verschillende personages (expositie). FroeFroe laat het verhaal van de Minotaurus veel vroeger beginnen dan Ovidius. Waar begint het verhaal bij FroeFroe?

Proefversie©VANIN

b De actie die het verhaal in gang zet, noem je het motorisch moment. Wat is het motorisch moment in Labyrint?

c Hoe ontwikkelt het verhaal zich verder?

d Wanneer de Griekse koning Aegeus op zijn beurt het orakel raadpleegt komt het verhaal tot een climax. Wat besluit Koning Aegeus?

e In de resolutie komt het verhaal tot een ontknoping. Waarom is de slotscène dramatisch en schoon tegelijk?

27 HOOFDSTUK 4

Samenspel

17 Generositeit betekent kunnen verliezen. Synoniemen van generositeit zijn ridderlijkheid, grootmoedigheid of mildheid. Om het spannend te maken laat je een speler bijna ten onder gaan, zodat de toeschouwers benieuwd zijn naar de afloop. Wanneer komt generositeit voor in dit verhaal?

Proefversie©VANIN

18 Omdat deze voorstelling figurentheater met poppen en mensen is, verloopt ook de interactie tussen de spelers heel anders. Tijdens een poppenspel brengt de speler leven in de pop. De techniek is om de poppen zo geloofwaardig mogelijk te laten bewegen en in dialoog te laten gaan met de acteurs. Welke andere interactie is er nog in deze voorstelling?

1 BOUWSTENEN

RUIMTE Waar? Het gebruik van (speel)ruimte.

RuimtesuggestieDe ruimte waar het gebeuren zich afspeelt, kan worden gesuggereerd:

• door het decor/ de decorelementen;

• door bepaalde handelingen uit te voeren.

Ruimteverdeling De plaats die de acteurs innemen tegenover elkaar. Waar staan ze? (bv. dicht bij elkaar) Hoe verplaatsen ze zich ten opzichte van elkaar?

RuimtebewustzijnDe acteurs gaan bewust om met de (speel)ruimte. Ook de zichtbaarheid van het publiek speelt hierbij een belangrijke rol.

Mise-en-scèneKeuzes ten aanzien van het spel van de acteurs: plaatsing van de acteurs in het speelvlak, blikrichting, beweging van de personages ten opzichte van elkaar en ten opzichte van het speelvlak.

TIJD Wanneer? Het gebruik van tijd, tempo en timing.

Timing Verwijst naar het begin en einde van het spel en de handelingen die ertussen liggen.

Tijdsuggestie Het weergeven van de tijd, de periode waarin het gebeuren zich afspeelt, kan worden gesuggereerd (bv. een maan suggereert dat het midden in de nacht is).

Het gebruik van tijd, (speel)tempo, ritme, pauze en timing in het stuk zijn belangrijk.

Werkelijke en verbeelde tijd

De acteurs spelen met werkelijke en verbeelde tijd (verteltijd –vertelde tijd).

ROL Wie? De personages in het stuk.

Inleven Het zich kunnen verplaatsen in de (denk)wereld van een rol of situatie. Een personage heeft een binnenkant (karakter, motieven, emotie, geschiedenis, innerlijk conflict …) en een buitenkant (fysieke verschijning en keuze van bv. de stemkleur).

Vormkenmerken drama 4.3 28 HOOFDSTUK 4

Transformatie Lichaam en stem aanpassen aan het personage. Dat doet de acteur op verschillende manieren: door taalgebruik, stemgebruik, manier van bewegen en van stappen.

Rolvastheid De kenmerken van een personage volhouden. Dat wil niet zeggen dat er geen verrassingen van het personage of in de situatie kunnen voorkomen.

Présence Als je voor publiek speelt, moet je geloofwaardig zijn. Het publiek moet de illusie krijgen dat wat je speelt ook echt is.

HANDELING EN TAAL Wat? De acties die de personages uitvoeren en het gebruik van tekst. Attributen - woordkeuze - tekstinterpretatie

Attributen De handelingen zorgen ervoor dat het spel dynamisch wordt. De acteurs hanteren hierbij soms rekwisieten en attributen.

STRUCTUUR Hoe? Het verloop van het verhaal of de scène. Doorgaans wordt het verhalend karakter van het spel opgebouwd vanuit een herkenbaar stramien.

Expositie Beginsituatie, context van het verhaal en de personages.

Motorisch momentDe actie die het verhaal in gang zet.

Ontwikkeling Het verdere verloop van het verhaal met hoogtes en laagtes.

Climax Het hoogtepunt van het dramatisch conflict.

Resolutie De ontknoping van het verhaal.

SAMENSPEL

Proefversie©VANIN

Verwijst naar de interactie tussen de spelers.

Aandacht gevenRuimte geven aan een andere speler. Als een ander personage naar je toekomt, moet je contact leggen door te kijken.

Interactie Kunnen inspelen op andere personages.

Contact maken Als je iets vertelt aan het publiek moet je oogcontact maken, betrokkenheid creëren.

2 TECHNIEKEN

Verbaal drama Voordragen, rollenspel, spelen met teksten, verteltheater, improvisatie, luisterspel, hoorspel, dialoog ...

Non-verbaal dramaTableau vivant, clownerie, performance, mime, pantomime ...

Drama met materiaalFigurentheater, schimmenspel, maskerspel, poppenspel ...

3 MATERIALEN

Basisinstrumenten

Acteurs zetten hun technische vaardigheden in. De basisinstrumenten zijn daarbij taal, lichaam en stem.

Taal Tekstzegging (articulatie, intonatie), tekst, woord, klank, spreektaal, schrijftaal ...

Lichaam Lichaamsbewustzijn en -controle , mimiek, gebaren, bewegingen, lichaamshouding, handelingen ...

29 HOOFDSTUK 4

Stem Stem- en ademhalingstechnieken, volume, accent, klankkleur, intonatie, timing.

Ondersteunende materialen

Locatie/speelvlak

Hulpmiddelen die de spelers ter beschikking hebben.

• Decor: plaats van de handeling, projecties ...

• Kostumering: stijl, sfeer, karakter, personage

• Grime/hairstyling: schmink, pruiken, littekens …

• Rekwisieten: een reeks van facultatieve hulpmiddelen zoals voorwerpen of meubilair die de speler ter beschikking heeft om zijn spel gestalte te geven en te ondersteunen.

• Attributen: rekwisiet dat specifiek hoort bij één personage

• Belichting

• Muziek (direct/indirect, sfeer, emotie)

• Geluid (effecten) en soundscapes, achtergrondgeluiden

• Buiten of binnen

• Podium

• Theater ...

4 DE VORMTAAL VAN CINEASTEN

Media combineert verschillende disciplines en bestaat uit een eindeloze variatie aan audiovisuele installaties, virtuele kunstwerken, multimedia performances … Mediakunst is even veranderlijk als de technologieën zelf: analoog, digitaal, hardware of software, algoritmes of robotica … Mediakunstenaars verbinden daarbij ook artistiek onderzoek met de andere domeinen (beeld, dans, drama, muziek). De bouwstenen van media zijn kader, effect (licht en geluid) en ordening.

1 De wijze waarop je je omgeving waarneemt hangt af van het standpunt en de hoek die je als toeschouwer hebt ten opzichte van wat je ziet en wilt filmen.

Bij ooghoogteperspectief staat de camera op ooghoogte van het object of de persoon. Je kunt de persoon recht in zijn ogen kijken door dit shot. De persoon die gefilmd wordt, is niet heldhaftig, maar ook niet klein. Het is een standpunt dat veel minder een gevoel uitdrukt.

Bij vogelperspectief wordt er van boven gefilmd. Het betekent niet dat de camera beelden maakt vanuit de lucht. De camera is iets hoger geplaatst en kantelt naar het object toe. De beelden moeten dus niet noodzakelijk met een drone gemaakt zijn.

Bij kikvorsperspectief wordt de camera erg laag gezet en wordt de lens naar boven gericht. Daardoor wordt wat op de voorgrond staat heel groot en zichtbaar.

30 HOOFDSTUK 4
Proefversie©VANIN

a Welk standpunt is het best geschikt?

1→ Bekijk de tekeningen en vul het juiste perspectief aan.

2→ Bekijk de foto’s, markeer het juiste standpunt en noteer wat vanuit dit standpunt kan worden weergegeven. Kies uit:

moed – grootsheid – vrijheid – onschuld – heldhaftigheid – neutraliteit – hulpeloosheid –kracht – zakelijkheid – de persoon is het belangrijkst – reuzen – landschappen

Proefversie©VANIN

perspectief perspectief perspectief

Standpunt: normaal – hoog –laag

Standpunt: normaal – hoog –laag

Standpunt: normaal – hoog –laag

b Het leven van Truman Burbank (Jim Carrey) speelt zich af in een televisiestudio. Alles wat Truman zegt en doet wordt door camera’s vastgelegd en vierentwintig uur per dag uitgezonden. Alle mensen die hij ontmoet zijn acteurs die volgens een script van de regisseur gestuurd worden in hun omgang met Truman. Bekijk het fragment en merk hoe de verschillende camerastandpunten elkaar afwisselen.

Titanic (James Cameron, 1997) The Shawshank Redemption (Frank Darabont, 1994) Inglourious Bastards (Quentin Tarantino, 2008)
31 HOOFDSTUK 4

c Vanuit welk camerastandpunt zijn de afgebeelde stills uit de Truman Show (Peter Weir, 1998) genomen?

Proefversie©VANIN

d Bekijk het filmfragment Surgical Hits uit The Needle van Otobong Nkanga (1974) uit 2003. Beantwoord de vragen. Maak hiervoor gebruik van het kenniskader op pp. XX-XX.

1→ Welk camerastandpunt is hier ingenomen?

2→ Wat lokt dat uit bij jou als toeschouwer?

3→ Welke invloed heeft de beeldcompositie op jouw waarneming?

4→ Markeer welke beeldgrootte hier is toegepast. Motiveer je keuze.

close-up – medium shot – full shot

5→ Markeer de camerabeweging die je hier kunt herkennen. Motiveer je keuze.

fix – travel – panorama – zoom

32 HOOFDSTUK 4

Beeldeffect

2 Een bekende visuele beeldmanipulatie is de stop-motiontechniek. Die techniek werd al in de vroege film toegepast, bijvoorbeeld in 1925 in The lost world om dino’s tot leven te brengen. De techniek wordt vandaag minder gebruikt in films, tenzij voor special effects.

a Zoek op het internet op wat de stop-motiontechniek inhoudt.

Proefversie©VANIN

b Ken je andere voorbeelden of heb je zelf al eens gebruikgemaakt van deze stop-motiontechniek? Hoe heb je die toegepast?

Good to know

Projectiemapping

In de wereld van de digitale media zijn er veel opties om tot beeldvorming te komen. Eén bepaalde techniek is projectiemapping. Daarbij wordt de projectie niet toegepast op een vlak 2D-scherm zoals in de klassieke cinema, maar op een 3D-object.

De creatieve ondernemers Filip Sterckx en Antoon Verbeeck van Skullmapping uit Leuven zijn hierin extreem bedreven. Door een diepgaande artistieke kennis te gebruiken en die te combineren met de nieuwste technologie, vertelt Skullmapping verhalen met verbluffende, op maat gemaakte beelden. Voorbeelden van deze technologie zijn de clips van Selah Sue, Willow, My Orca en het Engeltje dat ontsnapt uit een schilderij van Rubens.

3 Bij visuele effecten worden beelden gemanipuleerd buiten de context waarin de opname is gemaakt. De werkelijkheid wordt aangepast en dankzij computertechnologie wordt bijvoorbeeld een lentelandschap met de computer bewerkt zodat het verandert in een winterlandschap. Je ziet het dus wel, maar eigenlijk is het er in werkelijkheid niet.

Regisseur Stanley Kubrick (1928-1999) past in zijn SF-film 2001: A Space Odyssey (1977) baanbrekende visuele effecten toe, waaronder een draaiende filmset.

33 HOOFDSTUK 4
Draaiende filmset

a Zoek op het internet de volgende visuele effecten uit de film 2001: A Space Odyssey: slitscanfotografie – frontprojectie – draaiende filmset. Noteer kort hoe deze visuele effecten tot stand komen.

1→ Slit-scanfotografie:

Proefversie©VANIN

2→ Frontprojectie:

3→ Draaiende filmset:

VIP

Regisseur Stanley Kubrick (1928-1999) heeft een unieke visuele filmstijl die ervoor zorgt dat zijn werk uitgesproken voor- en tegenstanders kent. In meer dan veertig jaar maakt hij slechts dertien films, stuk voor stuk innovatief en op hun eigen manier belangrijk.

Op het eerste gezicht kenmerkt Kubricks invloedrijke oeuvre zich vooral door variatie: van antioorlogsfilm Full Metal Jacket (1987) en het kostuumdrama Barry Lyndon (1975) tot de sciencefictionklassieker 2001: A Space Odyssey (1968) en de psychologische horrorfilm The Shining (1980). Kubrick was vooral geïnteresseerd in de schaduwzijde van de mens, wat resulteerde in duistere personages zoals bendeleider Alex in het controversiële A Clockwork Orange (1971).

34 HOOFDSTUK 4

Geluidseffect

4 Bekijk het fragment uit de komische film Monty Python and the holy grail (1975).

a Welk effect komt hier duidelijk aan bod?

Proefversie©VANIN

b Welk geluid wordt hier geïmiteerd?

c Hoe imiteren de soldaten dat geluid?

5 Geluidseffecten spelen een belangrijke rol in de waarneming als toeschouwer. In de Griekse tragedies werden ze al toegepast om donder te imiteren. Om die geluidseffecten na te bootsen worden alle mogelijke objecten ingezet. Zo wordt bijvoorbeeld een stofzuiger gebruikt voor een opstijgend vliegtuig. Ga zelf op zoek naar drie voorbeelden van objecten die door de geluidenman (ook wel foley-man) gebruikt worden om geluidseffecten te maken.

Benoem je geluidseffect. Noteer hoe het gesimuleerd wordt.

Good to know

Wilhelmschreeuw

De Wilhelmschreeuw is een bekend geluidseffect. Het werd in 1951 opgenomen en het is de schreeuw van de Amerikaanse acteur Sheb Wooley. Die schreeuw verdween in het archief en werd herontdekt door de geluidstechnici van Star Wars, meer specifiek door Benn Burt. Hij zorgde ervoor dat de schreeuw een naam kreeg.

De schreeuw verwijst naar de film The Charge on the Red River uit 1953, waarin soldaat Wilhelm het uitschreeuwt van pijn nadat zijn been door een pijl van een indiaan is doorboord. Daarna werd de schreeuw als een gag hergebruikt in vele andere films. Op het internet vind je een compilatie van de Wilhelmschreeuw.

1 2 3
35 HOOFDSTUK 4

Ordening

6 Bekijk het videofragment Fire Woman van Bill Viola (1951) uit 2005. Beantwoord de vragen.

Stills uit Fire Woman (Bill Viola, 2005)

a Wat is het camerastandpunt?

b Wat is de focus, met andere woorden waar wordt de blik van de toeschouwer naartoe getrokken?

c Hoe verhoudt de camera zich tegenover het onderwerp?

Proefversie©VANIN

d Welke geluiden hoor je?

e Hoe speelt de klanksterkte een rol in het verloop van het verhaal?

f Beschrijf de lagen die je ziet in het beeld.

g Op welke manier kan de locatie deel uitmaken van deze video?

36 HOOFDSTUK 4

h Welke thema’s kun je hier zelf aan verbinden?

7 Bekijk een fragment uit de video Fire Angel, panel 3 from five Angels for the Millennium van Bill Viola uit 2001. Op welke manier heeft de volgorde een invloed op je waarneming als toeschouwer?

Proefversie©VANIN

VIP

Bill Viola (1951) is een pionier van de videokunst. Hij heeft het genre radicaal veranderd door zich heel vroeg toe te spitsen op de mogelijkheden van digitale technologie.

In de afgelopen decennia ontwikkelde hij een herkenbare stijl die gekenmerkt wordt door zijn bewondering voor de grote meesters van de oude schilderkunst.

Zijn installaties dompelen de toeschouwer onder in een contemplatieve wereld doordrenkt van mystiek, waarin de menselijke figuur centraal staat.

1 BOUWSTENEN

KADER

Camerastandpunt

Kadrering

De manier om iets in beeld te brengen, te regisseren.

De plaats waar de maker staat om iets in beeld te brengen, op welke hoogte de camera staat, nl. ooghoogteperspectief, vogelperspectief of kikvorsperspectief.

Beeldcompositie:

De manier waarop diverse elementen in het beeld zich ten opzichte van elkaar verhouden, de compositie leidt de aandacht van de toeschouwer.

Beeldgrootte:

• Close-up: detail, van borsthoogte tot net boven het hoofd

• Medium shot: middelgroot, vanaf het middel

• Full shot: totaalbeeld, ten voeten uit

Camerabeweging

• Fix: de camera blijft ter plaatse.

• Travel: de camera verplaatst zich langs het onderwerp.

• Pan(orama): de camera staat op een vast punt en draait van links naar rechts.

• Zoom: de camera staat stil en brengt het beeld dichter (inzoomen) of verder (uitzoomen).

Vormkenmerken media 4.4 37 HOOFDSTUK 4

EFFECT

Een bewerking, een verandering uitvoeren in een fragment.

Visuele effectenVervorming, kleur, licht

GeluidseffectenVervorming, volume

ORDENING

Een volgorde bepalen voor stilstaande of bewegende beelden of geluiden.

Proefversie©VANIN

Gelaagdheid Verschillende lagen/sporen in beeld en geluid Ritme Traag, medium, snel …

Volgorde Hoe begint het, wat gebeurt erna ...?

2 TECHNIEKEN

Montage In (audiovisuele) media zitten beeldelementen (gebruik van de camera,beeldinvulling, montage) en geluidselementen (geluidsopnamen en mogelijkheden bij geluidsopnamen). Ze worden in een bepaalde volgorde achter elkaar geplaatst met een bepaald ritme.

1 Beeldelementen

Stilstaand beeld (foto), beeldreeks (strip), bewegend beeld (film of video), digitaal beeld (visuele beelden op een computer).

Beeldelementen kunnen opgedeeld worden in drie groepen:

1→ Elementen die gebonden zijn aan het gebruik van de camera: afstand van de camera, camerastandpunt, kadrering, snelheid van de beelden, visuele kwaliteiten van het beeld, bewegingsmogelijkheden met de camera.

2→ Elementen die te maken hebben met beeldinvulling of miseen-scène: het licht: kleur en textuur van het beeld, intensiteit, grijswaarden, soorten kleuren, schaduw: eigen schaduw, slagschaduw, personages, verhaal, gebruik van kostumering, props en decorstukken.

3→ Elementen die bepaald worden door de montage: decoupage, parallelmontage, tijd en tijdsverloop.

2 Geluid

1→ Geluidsopname: stemmen, natuurlijke geluiden, geluidseffecten, muziek.

2→ Mogelijkheden bij de geluidsopname:

• Geluidsmontage loopt synchroon met het beeld.

• Zoals we beeld kunnen vervormen, kunnen we ook experimenteren met vervormingen van geluid.

Opname De technieken die gebruikt worden bij de opname van het beeld en van het geluid.

38 HOOFDSTUK 4

3 MATERIALEN

Microfoon, montageunit, smartphone, camera, fototoestel

Materialen kunnen digitaal of analoog zijn.

Proefversie©VANIN

5 DE VORMTAAL VAN MUZIKANTEN

Muziek is er niet alleen om naar te luisteren, je kunt er ook iets mee vertellen. Muziek is het bewust vormgeven van klank.

In de vormgeving kiest de maker (componist) of de uitvoerder (muzikant) de manier waarop de expressie kan worden versterkt door bewust om te gaan met de muzikale bouwstenen: melodie, harmonie (samenklank), metrum (pulsatie, beat), ritme, tempo, timbre (klankkleur) en architectuur (vorm, structuur).

1 Maak kennis met de vormkenmerken van het domein muziek aan de hand van een luisterfragment uit L’oiseau de feu van Igor Stravinsky (1882-1971).

a Bekijk de illustraties, lees de bijbehorend tekst over L’oiseau de feu en ontdek de inhoud van de compositie.

39 HOOFDSTUK 4
Tamara Karsavina et Michel Fokine (1910) Prins Ivan vangt de vuurvogel (Léon Bakst, 1915)

In 1910 kreeg de Russisch-Frans-Amerikaanse componist Igor Stravinsky (1882-1971) van de gerenommeerde choreograaf Sergei Diaghilev (1872-1929) de opdracht een ballet op het Russische sprookje De vuurvogel te componeren. Het bleek een buitengewoon succes en katapulteerde Stravinsky naar internationale faam.

Het sprookje vertelt het verhaal van prins Ivan. Hij gaat jagen in het bos en belandt in het magische rijk van de kwaadaardige Koschei de Onsterfelijke. Ivan achtervolgt en vangt de vuurvogel en staat op het punt haar te doden, maar besluit na een smeekbede van de vogel haar leven te sparen. Als dank biedt zij hem een betoverde veer aan, waarmee hij haar kan oproepen als hij haar dringend nodig heeft.

Prins Ivan komt in aanraking met dertien prinsessen die onder de betovering van Koschei gevangen worden gehouden. Hij wordt verliefd op de aanvoerster Tsarevna en hij besluit de prinsessen te bevrijden. Wanneer Koschei zijn monsters op Ivan afstuurt, roept Ivan de vuurvogel op. Zij komt tussenbeide en wiegt Koschei en zijn monsters in slaap. Ivan verwoest de ziel van Koschei en bevrijdt de prinsessen.

Zoals typisch is voor een ballet krijgen we ook hier een aaneenrijgen van verschillende taferelen: het ene lyrisch (romantisch-impressionistisch aandoend), het andere weelderig, motorisch. Een enorm ritmische vitaliteit zorgt voor de fysieke respons bij de toehoorder.

b Zoek op het internet een fragment uit de L’oiseau de feu Suite van 1919 en maak daarna oefening c.

Good to know

Disney en de vuurvogel

Fantasia 2000 is de 38e lange tekenfilm van Disney. Het is een vervolg op de film Fantasia, uit 1940. In deze muziekfilm vormen levendige animatiebeelden de achtergrond voor klassieke composities.

Fladderende vlinders binden de strijd aan op de bekende noten van Beethovens Vijfde symfonie. Een school walvissen kiest het luchtruim tijdens Ottorino Respighi’s Pini di Roma en even later wordt op de klanken van Gershwins Rhapsody in Blue het leven in het New York van de jaren 1930 getoond. Vervolgens beleeft een tinnen soldaatje met slechts één been een bloedstollend avontuur op Sjostakovitsj’ Pianoconcert No. 2 en haalt een excentrieke flamingo stunts uit met een jojo gedurende de finale van Saint-Saëns’ Le Carnival des Animaux

Proefversie©VANIN

Op het einde van de film hoor je ook een suite uit De vuurvogel van Stravinsky. Een fee ontwaakt uit haar winterslaap en tovert het bos helemaal groen. Wanneer ze een vulkaan binnendringt verstoort ze de kwade vuurvogel, die vervolgens het hele woud platbrandt. Een opmerkelijke verandering in muziekstijl ten opzichte van de vorige film is dat in meer dan de helft van de muziekstukken uit Fantasia 2000 de piano een prominente rol heeft. In de originele film kwamen geen pianostukken voor.

40 HOOFDSTUK 4

c Hieronder vind je woordparen van tegengestelden voor deze muzikale bouwstenen: melodie, harmonie, metrum, ritme, tempo en dynamiek. De woordparen zijn uitgezet op een schaal van vijf. Kies bij het beluisteren van L’oiseau de feu uit elk woordpaar één woord dat de muziek volgens jou het beste typeert. Je kunt ook dieper te werk gaan en op de schaalverdeling aangeven of de muziek zich tussen die twee polen in bevindt, iets meer naar het ene of het andere neigt of duidelijk in een van de kampen thuishoort.

Melodie

Proefversie©VANIN

Melodie Het verloop van de toonhoogtes vloeiend stokkend rond hoekig wijd eng opwaarts afwaarts

Harmonie (samenklank)

Harmonie De samenklank van verschillende tonen eenstemmig meerstemmig consonant dissonant

Metrum (pulsatie, beat)

Luistertip: slaag je erin met je voet de beat van begin tot eind mee te tikken?

Metrum

De regelmatige afwisseling tussen zware en lichte tellen die zich vertaalt in pulsatie of beat regelmatig onregelmatig

Ritme

Ritme

De duur van de tonen en de stiltes tussen de tonen geordend toevallig statisch dynamisch actief passief rustgevend ophitsend

Tempo

Tempo

De snelheid waarmee een muziekstuk uitgevoerd wordt vertragend ijlend traag snel

stabiel wankel

41 HOOFDSTUK 4

Dynamiek

Dynamiek De klanksterkte van de tonen zacht sterk

Timbre (klankkleur)

d Elk instrument beschikt over een specifiek timbre; vandaar dat we verschillende instrumenten van elkaar kunnen onderscheiden zelfs wanneer ze exact dezelfde toonhoogte, toonduur of toonsterkte spelen. De zoete klank van een klarinet contrasteert bijvoorbeeld met de briljante klank van een trompet of de warme klank van een cello.

1→ Welke instrumenten herken je bij het beluisteren van L’oiseau de feu?

Proefversie©VANIN

2→ Wanneer we klankkleur beschrijven, doen we dat niet aan de hand van optische kleuren als rood, blauw, geel. We gebruiken beschrijvende woorden als helder, zoet, fijn, scherp, donker … Welke woorden zou jij gebruiken om de muziek van L’oiseau de feu te typeren?

Timbre

helder donker warm koud kleurig vaal

Architectuur (vorm en structuur)

e Componisten bouwen aan de hand van de bovenstaande klankeigenschappen een vorm of structuur; een architectuur als het ware. Een dergelijke architecturale constructie kan op basis van verscheidene vormprincipes: herhaling, contrast en variatie. Kun je tellen hoe vaak je het hoofdthema van L’oiseau de feu hoort terugkomen?

Waarderen en interpreteren

f Geef aan hoe je de uitvoering van L’oiseau de feu ervaren hebt.

Waarderen en interpreteren gewoon bijzonder vermaak kunst saai boeiend

42 HOOFDSTUK 4

VIP

Igor Stravinsky (1882-1971) was een Russische componist, pianist en dirigent. Hij componeerde in verschillende stijlen. Ook wat betreft harmonie en instrumentatie bleef hij innoveren en hij verkende enorme orkesten tot intieme bezettingen van kamermuziek. Zijn muziek is herkenbaar door de sterke maar onvoorspelbare ritmes en complexe samenklanken. Door zijn muzikale innovaties is Stravinsky een van de invloedrijkste componisten van de 20e eeuw.

Vanaf 1909 kreeg Stravinsky opdrachten van Serge Diaghilev, de impresario en leider van de Parijse balletgroep Ballets Russes. Met deze expressionistische werken, waaronder De vuurvogel en Le sacre du printemps, brak Stravinsky definitief door.

Sander De Keere van Klara: ‘Stravinsky was de Picasso van de klassieke muziek, met een hoekige kijk op de werkelijkheid. Wat toen als een schandaal aanvoelde, is nu aanvaard als het begin van het modernisme. En wat Taylor Swift nu doet met folkmuziek in haar album Folklore deed Stravinsky ook al honderd jaar geleden. Met oude volksmelodieën keerde hij terug naar zijn roots en vond hij zijn eigen muziektaal.’

Proefversie©VANIN

1 BOUWSTENEN

MELODIE Het verloop van de toonhoogtes.

HARMONIE (samenklank)

De samenklank van verschillende tonen. Het kan harmonieus klinken (consonant) of net niet (dissonant).

De samenklank van drie of meer tonen die zodanig samenklinken dat ze een geheel vormen voor het muzikale oor noemen we een akkoord.

METRUM

De regelmatige afwisseling tussen zware en lichte tellen die zich vertaalt in de pulsatie of beat.

RITME De duur van de tonen en de stiltes tussen de tonen.

Ritme Een muzikaal patroon in de tijd, een afwisseling tussen korte en lange klanken eventueel afgewisseld met stilte (rust). Ritme wordt aangegeven met ritmische figuren.

Articulatie Het al dan niet verbinden van de verschillende ritmische figuren aangegeven met legato (gebonden), staccato (kort en niet gebonden) ...

TEMPO

De snelheid waarmee een muziekstuk uitgevoerd wordt.

Vormkenmerken van muziek 4.5 43 HOOFDSTUK 4

Tempo

De snelheid waarmee het muziekstuk is uitgevoerd. Het aantal beats per minuut (Bpm). Met een metronoom kun je het tempo aangeven.

Hiervoor gebruikt men Italiaanse begrippen zoals largo (langzaam/ breed), andante (rustig), moderato (matig), allegro (vlug, levendig), presto (zeer snel).

TempowisselingIn een muziekstuk kan het tempo wisselen: versnellen (accelerando) of vertragen (rallentando).

DYNAMIEK

Dynamiek

Proefversie©VANIN

De klanksterkte van de tonen.

Het volume en de intensiteit van het muziekstuk. De dynamiek geeft de sfeer, spanning en emotie weer van het muziekstuk.

Klanksterkte Het volume wordt uitgedrukt in decibels. Italiaanse termen om klanksterkte uit te drukken zijn piano (stil), mezzo forte (halfluid) forte (luid). Veranderingen in klanksterkte is diminuendo (stiller spelen) of crescendo (luider spelen).

TIMBRE (klankkleur)

ARCHITECTUUR

(vorm en structuur)

2 TECHNIEKEN

De typische klank van een stem of instrument. Je kunt spreken over klankkleur met begrippen zoals helder, vol, zwaar, dof, scherp, warm.

Componisten bouwen aan de hand van de bovenstaande klankeigenschappen een vorm of structuur; een architectuur als het ware. Een dergelijke architecturale constructie kan op basis van verscheidene vormprincipes: herhaling, contrast en variatie.

Vocaal Stem- en ademhalingstechnieken, zangtechnieken, houding, rap, zang

Instrumentaal Speeltechnieken (afhankelijk van het instrument), strijken, tokkelen, slaan, blazen …

Digitaal Samplen

Corporaal/lichamelijk Body percussion

3 MATERIALEN

Lichaamseigen instrumenten

Ritmische muziekinstrumenten

Melodische muziekinstrumenten

Ondersteunend materiaal

Stem, lichaam

Drum, djembe, cajon, conga’s, maracas, claves, koebel, agogo, woodblock, buistrommel, potten en pannen (voorwerpen) ...

Strijkers, houtblazers, koperblazers, piano, keyboard, harp, melodisch slagwerk ...

Opnameapparatuur, versterker, micro, metronoom, dempers, pupiter, partituren ...

44 HOOFDSTUK 4

EUREKA!

Wat denk je nu over de breinbreker die we aan het begin van dit hoofdstuk formuleerden?

Proefversie©VANIN

“Hoe

analyseer je de vormgeving van beeld, dans, drama, media en muziek?”

Forum

In dit hoofdstuk leerde je de vormgeving van een kunstwerk analyseren. Vormgeving is wat je waarneemt als je beeld, dans drama, muziek of media bekijkt of beluistert.

Een kunstwerk krijgt vorm door het gebruik van bouwstenen, technieken en materialen.

De intrige (James Ensor, 1890)

Wat gebeurt er op deze afbeelding? Waaraan zie je dat? Wat kun je nog meer ontdekken?

Test jezelf

Ga naar om de vragen te beantwoorden.

Na dit hoofdstuk ben je vertrouwd met de vormkenmerken van elk domein en kun je onderstaande vragen vlot beantwoorden.

1 Welke vormtaal gebruiken beeldende kunstenaars?

2 Welke vormtaal gebruiken choreografen?

3 Welke vormtaal gebruiken theatermakers?

4 Welke vormtaal gebruiken cineasten?

5 Welke vormtaal gebruiken muzikanten?

EXIT
45 HOOFDSTUK 4

SYNTHESE

Bouwstenen

Drama Media Muziek

• melodie

• harmonie (samenklank)

• metrum

• ritme

• tempo

• dynamiek

• timbr e (klankkleur)

• ar chitectuur (vorm en structuur)

• kader

• effect

• ordening

• ruimte

• tijd

• rol

• handeling en taal

• structuur

• samenspel

Beeld Dans

• ruimte

• tijd

• kracht

• ruimte

• vorm

• structuur

• relatie

• vorm

• lijn

• licht

• kleur

• textuur

• compositie

Technieken

Beeld Dans Drama Media Muziek

• vocaal

• instrumentaal

• digitaal

• c orporaal / lichamelijk

• montage

• opname

• v erbaal drama

• nonverbaal drama

• dr ama met materiaal

• chor eografie

• c oördinatie en lichaamsbesef

• vlakk e technieken

• ruimt elijke technieken

Materialen

Beeld Dans Drama Media Muziek

• digitaal o f analoog• s tem en lichaam als lichaamseigen instrumenten

• taal , lichaam en stem als basisinstrumenten

• ritmische muziekinstrumenten

• melodische muziekinstrumenten

• ondersteunend materiaal

• ondersteunende materialen

• loca tie / speelvlak

• het lichaam als basisins trument

• ondersteunende materialen

• locatie

• eigenschappen

• soorten

• verbindingen

• dragers

46 HOOFDSTUK 4 Proefversie©VANIN

Proefversie©VANIN

EEN DUIK IN HET VERLEDEN

HOOFDSTUK
6
1 HOOFDSTUK 6

EEN DUIK IN HET VERLEDEN

WAAROVER GAAT DIT HOOFDSTUK?

Proefversie©VANIN

In dit hoofdstuk ga je chronologisch door de kunstgeschiedenis van de prehistorie tot de barok. Kunstgeschiedenis is de wetenschappelijke discipline die de geschiedenis van de kunst onderzoekt en beschrijft.

Je maakt kennis met kunstuitingen uit de prehistorie, het oude Egypte, de culturen rond de Egeïsche Zee, de klassieke oudheid, de middeleeuwen, de renaissance en de barok. Ze hebben elk een eigen kenmerkende stijl. Je bekijkt ook hoe die verschillende kunstuitingen hedendaagse kunstenaars inspireren.

WAT LEER IK IN DIT HOOFDSTUK?

Vink aan wat je in de loop van dit hoofdstuk hebt geleerd.

Ik analyseer kunstuitingen uit verschillende stromingen en periodes van de prehistorie tot de barok.

Ik analyseer kunstuitingen uit verschillende kunstvormen, periodes en samenlevingen om een kunsthistorisch referentiekader uit te bouwen.

Ik situeer kunstuitingen als vertegenwoordigers van een stijlperiode van prehistorie tot barok.

Ik licht de inhoud van de kunstuitingen toe vanuit kunsthistorisch referentiekader.

Ik vergelijk de inhouden van kunstuitingen over verschillende kunstvormen heen in verschillende culturen.

Ik beschrijf de functie van een kunstuiting.

Ik analyseer kunstuitingen in de maatschappelijke, historische en geografische context.

Ik geef voorbeelden van hoe je bepaalde kunstuitingen van prehistorie tot barok in verband kunt brengen met de hedendaagse samenleving.

Ik analyseer de materialen, bouwstenen en technieken binnen de kunst van de prehistorie tot de barok.

Ik leg in eigen woorden uit wat de verschillende stijlkenmerken zijn ten tijde van de prehistorie, het oude Egypte, de culturen rond de Egeïsche Zee, de oudheid, de middeleeuwen, de renaissance en de barok.

Ik toon aan dat je kunstuitingen op verschillende manieren kunt interpreteren.

BEGRIPPEN

atmosferisch perspectief – bouwstenen – context – contrapost – fresco – functie – Homerus – inhoud –kapiteel – materialen – monumentaal – olieverf – stijlkenmerken – technieken – triomfboog – zuil

Hoofdstuk 6
2 HOOFDSTUK 6

BREINBREKER

Proefversie©VANIN

In dit hoofdstuk ga je op zoek naar een antwoord op deze breinbreker.

“Hoe beïnvloeden stijlperiodes van de prehistorie tot de barok moderne en hedendaagse kunstenaars?”

FORUM

1 PREHISTORISCHE KUNST

3 EGEÏSCHE KUNST

4 GRIEKSE, ROMEINSE EN BYZANTIJNSE KUNST

2 OUDE EGYPTISCHE KUNST

5 ROMAANSE EN GOTISCHE KUNST IN DE MIDDELEEUWEN

7 DE RENAISSANCE

8 DE BAROK

6 DE VLAAMSE PRIMITIEVEN

EXIT
3 HOOFDSTUK 6

1 Bekijk de afbeeldingen. Ken je deze films die zich afspelen in de prehistorie? Waaraan denk je bij het woord prehistorie? Bespreek klassikaal.

Proefversie©VANIN

2 Waar situeert de prehistorie zich in de tijd? Gebruik de tijdlijnen om de vragen te beantwoorden.

ca.3,5miljoenv.C.

PREHISTORIE

ca.3500v.C.

a Vul de juiste data aan.

Paleolithicum /oude steentijd nomaden

ca.800v.C. ca.500 ca.1500 ca.18001945

1

GESCHIEDENIS

Neolithicum/ nieuwe steentijd sedentaire mens

1 2
Van v.C. tot v.C. Van v.C. tot v.C. KLASSIEKE OUDHEID MIDDELEEUWEN VROEGMODERNE TIJD
HEDENDAAGSE TIJD MODERNE TIJD
OUDE NABIJE OOSTEN
PREHISTORIE VANAF CA. 3500 V.C.: GESCHIEDENIS
ca. 10000 v.C. ca. 3,5
v.C.
1 PREHISTORISCHE KUNST 4 HOOFDSTUK 6
PALEOLITHICUM
miljoen
NEOLITHICUM

b Lopen de periodes parallel of volgen ze elkaar chronologisch op?

c Bekijk de muurschildering. Vul de tabel aan en bespreek de antwoorden nadien klassikaal. Wat zou de insteek kunnen zijn van dit kunstwerk?

Gevelreiniger verwijdert rotstekeningen met hogedrukspuit (Banksy, 2008, Londen)

Wat gebeurt er op deze afbeelding?

Waaraan zie je dat?

Wat kun je nog meer ontdekken?

Proefversie©VANIN

3 Hoe werden rotsschilderingen in de oude steentijd gemaakt?

a Bekijk de afbeeldingen. Bespreek klassikaal welke technieken worden voorgesteld.

5 HOOFDSTUK 6

b Rotskunstenaars gebruikten holle beenderen, rietachtige staafjes, veren, bont, mos, gekauwde stokjes en vingers. Herken je de gereedschappen? Schrijf het antwoord bij het juiste cijfer.

c Welke technieken werden gebruikt? Bekijk de afbeeldingen en schrijf de begrippen op de juiste plaats

schilderen – tekenen – kerven – spuiten

Proefversie©VANIN

d Beschrijf het verband tussen de technieken uit de prehistorie en de hedendaagse graffitikunst van bijvoorbeeld Banksy uit oefening 2c.

1 2 3 4 1 2 3 4
1 2 3 4
6 HOOFDSTUK 6

4 Nu je informatie hebt over materiaal, techniek en inhoud van de grotschilderingen, kun je een bezoek brengen aan de drie bekendste West-Europese grotten.

a Vul de tabel over de Franse grot Chauvet, de Spaanse grot Altamira en de Franse grot Lascaux aan. De kunst uit de grotten dateert uit de oude steentijd.

Proefversie©VANIN

Naam van de grot

Welke dieren zijn hier afgebeeld?

Chauvet (33 00030 000 jaar oud)

Altamira (15 000 jaar en ouder)

Lascaux (15 00010 000 jaar oud)

Over welke kunstuiting gaat het hier?

Welke technieken werden er toegepast?

Welke materialen werden er gebruikt?

Good to know

Bescherming prehistorische grotten

Door een ingestorte klif was de Chauvet-grot 20 000 jaar lang hermetisch afgesloten van de buitenwereld. Om de kostbare tekeningen te beschermen, is de grot tot op vandaag enkel toegankelijk voor speleologen en wetenschappers. Een replica van de grot werd echter gebouwd om elke liefhebber een idee te geven van deze magische wereld uit de prehistorie. Kunstschatten van historische waarde werden lang niet altijd zo goed beschermd. Zo werden Lascaux en Altamira, die decennia voor Chauvet ontdekt zijn, te lang blootgesteld aan de vele toeristen die de grotten bezochten. Dat veroorzaakte schimmelvorming op de wanden van de grotten, waardoor de originele grotschilderingen onherroepelijk werden beschadigd. Op basis van veel fotomateriaal zijn er ook replica’s gemaakt van die grotten. Door de aanwezige aroma’s en aangepaste belichting krijg je de indruk in de originele grot te zijn. Zowel Lascaux, Altamira als Chauvet staan ondertussen op de UNESCO-werelderfgoedlijst.

7 HOOFDSTUK 6

b Sommige kunstenaars staan bewust open voor de vormtaal van prehistorische afbeeldingen. Anderen gaan onbewust gelijkaardige technieken of vormen toepassen. Lees de onderstaande teksten en bekijk de video’s op iDiddit. Welke verbanden zie je tussen deze kunstwerken en de prehistorie? Welke gelijkenissen en verschillen merk je op? Wat concludeer je?

Gelijkenissen

Proefversie©VANIN

Verschillen

Conclusie

KUNSTENAARS DIE ZICH BEWUST OP DE PREHISTORIE INSPIREREN

De metamorfose van een stier (Pablo Picasso, 1946)

Pablo Picasso

Toen de Spaanse kunstenaar Pablo Picasso (18811973) de grotten van Altamira bezocht, maakten de prehistorische wandschilderingen een diepe indruk op hem. Geïnspireerd door deze oeroude tekeningen, maakte hij facsimile's (nabootsingen) van een aantal wandschilderingen. Meteen ging hij hiermee aan de slag in zijn atelier. Zo ontstond onder andere een reeks tekeningen, getiteld De metamorfose van een stier waarbij hij de stier stap voor stap bleef vereenvoudigen. Hij put hierbij ook uit zijn eigen beeldtaal. Wat uiteindelijk overblijft, is de essentie, opgebouwd uit slechts enkele lijnen. Hij noemde zichzelf graag een moderne primitief.

Jennifer Allora en Guillermo Calzadilla

In de grotten uit de prehistorie werden niet alleen muurschilderingen teruggevonden. Op de grond ontdekte men ook zoemhouten en fluiten. Zo laten Jennifer Allora (°1974) en Guillermo Calzadilla (°1971) zich voor hun werk inspireren door de muziekinstrumenten uit de prehistorie. In de video Raptor’s Rapture (2012), die op de Documenta in Kassel in 2012 werd getoond, is een vale gier te zien, terwijl naast het dier een vrouw op een fluit speelt. De fluit was een replica van het instrument dat in 2009 in Hohle Fels gevonden werd. De benen fluit werd 35 000 jaar geleden gemaakt uit een vleugelbot van een vale gier, een dier dat nu met uitsterven wordt bedreigd. De video was te zien in een bunker. Daardoor riepen de klanken van het prehistorische instrument de sfeer op van de grotten die in de prehistorie bewoond en beschilderd werden.

8 HOOFDSTUK 6

KUNSTENAARS DIE ZICH NIET BEWUST OP DE PREHISTORIE INSPIREREN. HIER IS WEL EEN TECHNISCH OF VORMELIJK VERBAND TE ZIEN.

Yves Klein

De raadselachtige handafdrukken uit de prehistorie vormden ook voor Yves Klein (1928-1962) een belangrijke inspiratiebron. Hij maakte zijn handen graag vuil. Beter nog, hij maakte zijn werk met afdrukken van volledige lichamen. Hij werkte dus met levende penselen/lichamen die bedekt waren in zijn gepatenteerd Yves Klein-blauw (een prachtig diepblauw). Modellen maakten op aanwijzing van Yves Klein afdrukken van hun lichaam op grote doeken. Het blauw van Yves Klein staat symbool voor spiritualiteit.

Proefversie©VANIN

Good to know

Bescherming prehistorische grotten

In Australië is de oudste, intacte rotstekening die er tot nu toe werd teruggevonden 17 300 jaar oud. Het is een tekening van een kangoeroe van ongeveer twee meter groot. De tekening is terug te vinden op het schuin aflopende plafond van een nis in Kimberley. Omdat de tekening in de beschutting van een nis is aangebracht, is ze goed bewaard gebleven. Er is al oudere rotskunst ontdekt in Australië, maar dat waren slechts rotsfragmenten of deeltjes pigment.

De rotstekening is historisch en cultureel van belang omdat ze een beter begrip mogelijk maakt van de inheemse culturele geschiedenis. De afbeelding van een kangoeroe lijkt visueel heel sterk op rotstekeningen op eilanden in Zuidoost-Azië die meer dan 40 000 jaar oud zijn. Mogelijk wijst dat op een culturele band. De oudste rotskunst werd teruggevonden in Zuid-Afrika en zou 73 000 jaar oud zijn.

9 HOOFDSTUK 6
Le buffle (Yves Klein, 1960-1961) 40 000 jaar oude grotschildering uit Zuidoost-Azië 73 000 jaar oude rotskunst uit Zuid-Afrika

5 De holenkunstenaars maakten en koesterden kleine beeldjes. Die beeldjes varieerden in formaat en waren tussen de 4 en 22 cm groot. Ze kerfden figurines uit draagbare materialen die ze in hun directe omgeving konden vinden. Dat kon bijvoorbeeld in slagtanden of in kalksteen zijn. Sommige kleimodellen werden in een mal vervaardigd. Veel van die kleine beeldhouwwerkjes stellen vrouwenfiguren voor. De vrouwenbeeldjes die in de 19e eeuw werden ontdekt, werden allemaal ‘Venus’ genoemd.

Proefversie©VANIN

Venus van Willendorf Venus van Laussel Venus van Dolni Vestonice Venus van Brassempouy Venus van Galgenberg Venus van Lespugue
10 HOOFDSTUK 6

a De Venus van Willendorf is het bekendste beeldje uit de prehistorie. Bekijk de twee filmpjes op iDiddit.

b Wat zijn de belangrijkste kenmerken van de beeldjes?

Proefversie©VANIN

c Wat zou de functie van de Venus van Willendorf geweest zijn?

6 Kies een van de afgebeelde Venusbeeldjes uit opdracht 5. Zoek informatie op over het gekozen beeld en vul de fictieve identiteitskaart in.

VENUS VAN

Maak hier een snelle schets

Datum:

Materiaal:

Afmeting:

Techniek:

Vier uiterlijke kenmerken:

Good to know

De nana's van Niki de Saint Phalle

Wanneer je naar de Venus van Willendorf kijkt en haar meest opvallende kenmerken (corpulente vrouw met uitgesproken billen, borsten en buik en een klein hoofd en ledematen) naast de Nana’s van Niki de Saint Phalle (1930-2002) plaatst, dan zie je een treffende gelijkenis. Niki wil hier geen persoonlijk portret maken, maar een weergave van de vrouwelijkheid in het algemeen tonen. Toch verschillen ze ook door het materiaalgebruik. De Nana’s zijn gemaakt uit polyester, de prehistorische venussen zijn uit verschillende steensoorten gemaakt. Misschien nog opvallender is hun verschil in formaat en kleur.

11 HOOFDSTUK 6

De geschiedenis begint op het moment dat er geschreven bronnen zijn. Tot de prehistorie reken je dus alle periodes die geen geschreven bronnen hebben. Voor iedere cultuur eindigt de prehistorie daarom op een ander moment. In de (Europese) prehistorie kun je twee chronologische, opeenvolgende periodes onderscheiden:

Oude steentijd Paleolithicum (Oudgrieks:

palaios = ‘oud’

lithos = ‘steen’)

ca. 3,5 miljoen v.C. tot ca. 10000 v.C.

Nieuwe steentijd Neolithicum ca. 10000 v.C. tot 3500 v.C.

Zwervende mens

Honkvaste mens/ ontstaan van het schrift

Tijdens de oude steentijd schilderden de mensen dieren op rotswanden en maakten ze menselijke en dierlijke vormen in steen. Je kunt dus twee belangrijke kunstuitingen onderscheiden: de schilderkunst (= wandkunst) en de beeldhouwkunst (= draagbare kunstvoorwerpen).

Er werden verschillende technieken toegepast om de wanden van grotten te versieren waarbij schilderen, tekenen, kerven, sjabloneren en graveren de belangrijkste zijn. Er werden diverse materialen vervaardigd. Zo werd er verf gemaakt van verscheidene pigmenten en metalen. Om die aan te brengen gebruikte men penselen uit bont, veren en bladeren. Stokjes werden afgekauwd en holle beenderen werden gebruikt om verf te spuiten.

De belangrijkste grotten in West-Europa zijn onder andere Lascaux (15 000 tot 10 000 jaar oud) en Chauvet (33 000 tot 30 000 jaar oud) in Frankrijk en Altamira (meer dan 15 000 jaar oud) in Spanje. De afgebeelde figuren zijn voornamelijk zoogdieren: mammoeten, beren, bizons, paarden, herten ... Het thema van de inhoud is dus hoofdzakelijk fauna. De functie van de grotschilderingen is tot op vandaag niet zeker. Vermoedelijk hadden de kunstuitingen een beschrijvende functie (bijvoorbeeld de dieren), een esthetische functie om de wanden van de grot te versieren of een religieuze, ceremoniële functie.

Ook werden er verschillende Venusbeeldjes uit de prehistorie teruggevonden. Denk aan de Venus van Willendorf als een van de belangrijkste beeldjes uit West-Europa. De beeldjes zijn vervaardigd uit materialen zoals been, krijtrots, ivoor van een slagtand en uitzonderlijk uit keramiek. Ze waren steeds klein van formaat. Vermoedelijk komt dat door het nomadisch bestaan van de mensen toen. Zo konden ze de beeldjes gemakkelijk meenemen. De techniek bestond uit het uithouwen of kerven van de beeldjes uit een harder materiaal. Soms werden ze gekleurd met pigmenten. De inhoud van de beeldjes kan thematisch herleid worden naar vrouwen en vruchtbaarheid. De functie van de beeldjes is tot op vandaag niet bekend. Het kan een esthetische, religieuze of ceremoniële functie geweest zijn.

Prehistorische kunst 6.1 12 HOOFDSTUK 6
Proefversie©VANIN

1 Bekijk de afbeeldingen. Noteer welke drie woorden spontaan bij je opkomen. Zijn die drie woorden typisch voor de Egyptische kunst of komen ze ook voor in hedendaagse kunstwerken? Bespreek klassikaal.

2 Waar situeert het Oude Egypte zich in de tijd?

a Duid de periode van het Egyptische rijk aan op de tijdlijn.

ca.3,5miljoenv.C.

Proefversie©VANIN

ca.3500v.C.

ca.800v.C. ca.500 ca.1500 ca.18001945

GESCHIEDENIS

KLASSIEKE OUDHEID MIDDELEEUWEN VROEGMODERNE TIJD
HEDENDAAGSE TIJD MODERNE TIJD 1
OUDE NABIJE OOSTEN PREHISTORIE ca. 3100 v.C. ca. 3050 v.C. ca. 2600 v.C. ca. 2000 v.C. ca. 1500 v.C. ca. 1600 v.C. ca. 1000 v.C. ca. 2100 v.C. OUDE NABIJE OOSTEN OUDE EGYPTE OUDE RIJK MIDDENRIJK NIEUWE RIJK
1 2 3 4 13 HOOFDSTUK 6
2 OUDE EGYPTISCHE KUNST

b Vul de juiste data aan. Zoek ze op in de tijdlijn.

Oude Egypte Egypte verenigd onder een farao Oude Rijk Middenrijk Nieuwe Rijk

Proefversie©VANIN

3 In het oude Egypte was de tekenkunst het uitdrukkingsmiddel bij uitstek. Beantwoord de vragen.

a Inhoud en beeld werden op elkaar afgestemd. Welke thema’s worden hier afgebeeld volgens jou?

b Wat zijn de functies van de Egyptische tekenkunst?

van ca. tot van ca. tot van ca. tot van ca. tot
1 4 2 5 3
6 14 HOOFDSTUK 6

Good to know

In het Oude Egypte was de tekenkunst het uitdrukkingsmiddel bij uitstek. Daardoor vormt het de basis voor alle andere kunstvormen. De lijntekening bood de mogelijkheid om de omtrek vast te leggen van figuren die nadien werden uitgebeiteld, beschilderd of gegraveerd.

De Egyptenaren wilden zichzelf en hun omgeving tonen zoals die werkelijk was en hoe die in werkelijkheid zou moeten zijn. Zo werd steeds de meest herkenbare zijde afgebeeld. Daarom worden in de Egyptische tekenkunst vooraanzicht en profiel door elkaar gebruikt. Het is de duidelijkheid van de scènes die het voortbestaan van de dode in het dodenrijk garandeert. Het maakt niet uit dat de figuren op elkaar gelijken, want ze zijn te identificeren aan de hand van de bijbehorende teksten in hiërogliefenschrift en hun attributen, huidskleur en formaat. Zo werden vrouwen geel ingekleurd en mannen roodbruin. Voedsel op de offerandetafels werd altijd gestapeld. Figuren hadden altijd dezelfde verhoudingen. De grootte van de figuren staat in functie van hun sociale status.

Om het werk van de tekenaars te vereenvoudigen, maakte men vaak gebruik van hulplijnen of een raster. Waar menselijke figuren en dieren werden afgebeeld, werd het vlak in een raster verdeeld zodat duidelijk werd wie waar moest staan en op welke grootte. De horizontale lijnen van het raster werden aangebracht door een koord in rode verf te drenken en deze tegen de muur aan te spannen en dan te laten schieten, zodat er een rode lijn op de muur achterbleef. Voor de verticale lijnen gebruikte men waarschijnlijk een schietlood. Die techniek bestaat eruit dat op het te beschilderen oppervlak in rode inkt een ruitjespatroon aangebracht wordt waar dan alle personages ingepast worden. Dat systeem laat toe eenzelfde figuur of scène op verschillende groottes af te beelden. Op die manier hebben alle figuren dezelfde verhoudingen, maar naargelang hun status een ander formaat. Bij mannen en vrouwen zat het verschil niet enkel in de huidskleur maar ook in de vormgeving van hun figuur. Mannen hadden bijvoorbeeld bredere schouders en vrouwen hadden langere benen.

Bron: Delvaux, L., Huyge, D. (e.a.) (2013). Kijk op de Oudegyptische tekenkunst. Koninklijke Museum voor Kunst en Geschiedenis.

c Bekijk de staande figuur in afbeelding 2 hieronder. Ga recht staan en probeer deze houding uit. Hoe ervaar jij dit?

1 2 15 HOOFDSTUK 6
Proefversie©VANIN

d De tekeningen zijn geen afbeeldingen van onze waarneembare werkelijkheid. Beschrijf welke lichaamsdelen je in vooraanzicht en zijaanzicht ziet.

Vooraanzicht (of frontaal)

Zijaanzicht (of profiel)

Proefversie©VANIN

e Markeer op afbeelding 2 de persoon met de hoogste sociale status. Duid ook één man en één vrouw aan. Argumenteer hieronder waarom je die personen hebt gekozen.

Figuur met de hoogste sociale status:

De man:

De vrouw:

4 De farao werd bij leven vereerd als een god, maar ook na de dood. Dat is onder andere te zien in de bouw van de graftombes. Die vergden veel geduld, want aan sommige tombes werd meer dan 20 jaar gewerkt.

De grootste fantasie, miljoenen uitgekapte stenen, betaalde werkkrachten, nijltransporten en een heel fortuin werden ingezet om de graftombes van farao’s en belangrijke ambtenaren te realiseren.

Markeer in de tekst wat je kunt terugvinden over de materialen die gebruikt werden voor de bouw van de piramides en sfinxen.

Piramides van Cheops, Mykerinos en Chefren te Gizeh (2551 v.C. - 2472 v.C.)

De grootste en bekendste piramides zijn de drie piramides in Gizeh van de farao’s Cheops, Mykerinos en Chefren. De laatste is te herkennen aan zijn witte punt. De kleinste is die van Mykerinos. Gizeh was net als Sakkara een necropool. De piramides lagen aan de westelijke oever van de Nijl, omdat de zon ondergaat in het westen en dus symbool staat voor de dood. De piramides werden bedekt met witte kalksteen; op die manier konden ze schitteren in de zon. De piramide van Chefren heeft nog een deel van die kalksteenlaag behouden. Als kers op de taart stond er bovenop de piramide een benben-steen of topsteen, helemaal bekleed met goud of elektrum. Die steen was van belang in de zonnecultus. Hij weerspiegelde de zon op het hoogste punt van de piramide.

Naast de tempels van de tweede piramide van Chefren bevindt zich de twintig meter hoge Grote Sfinx. Hij is ter plaatse uit de rots gehouwen. Het is een fabelwezen samengesteld uit het hoofd van een koning en het lichaam van een leeuw. In het beschadigde gelaat van de koning zijn vermoedelijk gelaatstrekken te herkennen van Chefren.

Sfinx te Gizeh (jaartal onbekend)
16 HOOFDSTUK 6

5 Lees de tekst die je meer context geeft over de piramide van I.M. Pei. Beantwoord daarna de vragen.

De meeste gebouwen zijn niet enkel functioneel maar zijn ook ontworpen met een esthetische bedoeling. Lang nadat ze voltooid zijn, blijven ze getuige van een vervlogen tijd. Soms worden gebouwen iconisch. In Parijs is de Eiffeltoren daar een voorbeeld van, in Agra (Indië) is dat de Taj Mahal en in Brussel is dat het Atomium. De lijst is eindeloos, maar één ding hebben ze gemeenschappelijk: ze oefenen een grote aantrekkingskracht uit op bezoekers van heel de wereld. Het Louvre in Parijs is het grootste en een van de drukst bezochte musea ter wereld. Al in de jaren 1980 moest het dagelijks toegang bieden aan honderden bezoekers. Daarom kreeg de Chinees-Amerikaanse sterarchitect I.M. Pei de opdracht om voor het historisch hoofdgebouw een nieuwe hoofdingang te ontwerpen. De architect stond voor een grote uitdaging. Enerzijds moest hij de historische bouwstijlen respecteren en anderzijds moest zijn modernistisch concept een esthetische meerwaarde bieden. Na maanden onderzoek ontwierp hij een voorstel voor een piramide uit glas en metaal. Hij deed voor het ontwerp van de centrale piramide een beroep op de verhoudingen van de piramide van Cheops. In zijn designs gaat Pei wel vaker op zoek naar een connectie tussen oud en nieuw. Hij is ervan overtuigd dat we veel kunnen leren uit de (kunst)geschiedenis. Daarnaast vindt hij dat onze wereld heel snel evolueert en daarom koestert hij het trage aspect van de architectuur. Zijn ontwerp was zo gewaagd dat een maquette alleen niet volstond. Met behulp van staalkabels werd er te midden van het plein voor het Louvre een model op ware grootte gebouwd. I.M. Pei heeft met deze glaspiramide een van de meest iconische extensies ter wereld gebouwd.

Hij wordt dan ook aanzien als een van de meest toonaangevende architecten van de 20e eeuw. Zijn piramide inspireert andere kunstenaars om op hun beurt in dialoog te gaan met zijn iconisch ontwerp. De Franse fotograaf en beeldend kunstenaar JR (°1983) maakte een

3D optische illusie van een grote witte krater rond de piramide. De optische illusie bedriegt het oog en wordt daarom een ‘trompe l’oeil’ genoemd. JR printte deze collage, bestaande uit 2 000 papieren stickers, in zijn atelier.

a Wat is de functie van de glazen piramide?

b Waardoor liet I.M. Pei zich inspireren?

Proefversie©VANIN

c Geef twee voorbeelden van andere iconische gebouwen die een grote aantrekkingskracht op de bezoeker uitoefenen.

d Wat is de functie van die gebouwen?

17 HOOFDSTUK 6
Louvre (Ieoh Ming Pei, 1989)

Good to know

VIP

Ieoh Ming Pei (1917-2019) was een Chinees-Amerikaanse architect. Hij staat bekend om zijn moderne ontwerpen en iconische gebouwen over de hele wereld. Naast de opvallende glazen piramide die fungeert als de hoofdingang van het Louvre Museum in Parijs, is deze architect ook beroemd voor de John F. Kennedy Library in Boston (een bibliotheek en museum gewijd aan de Amerikaanse president John F. Kennedy), de Bank of China Tower in Hong Kong (een wolkenkrabber) en het museum dat de kunst en cultuur van de islamitische wereld huisvest in Doha (Qatar).

Proefversie©VANIN

I.M. Pei wordt aanzien als een van de meest toonaangevende architecten van de 20e eeuw. Zijn piramide inspireert ook andere kunstenaars om op hun beurt in dialoog te gaan met zijn iconisch ontwerp.

De Franse fotograaf en beeldend kunstenaar JR (°1983) maakte een 3D optische illusie van een grote witte krater rond de piramide. De optische illusie bedriegt het oog en daarom noemt men dat een ‘trompe l’oeil’. JR heeft deze collage, bestaande uit 2 000 papieren stickers, in zijn atelier geprint. Dit kunstwerk is ook een voorbeeld van streetart.

JR (1983) is een Franse fotograaf en straatkunstenaar wiens precieze identiteit niet bekend is. De letters JR staan voor de initialen van zijn voornaam, Jean-René. Zijn werk bestaat uit muurschilderingen en installaties die wereldwijd te zien zijn en sociale en politieke kwesties behandelen. JR noemt zichzelf 'photograffeur'. Zijn kunstwerken bevinden zich vaak op openbare plaatsen, zoals gebouwen en muren. Je kunt voorbeelden van de kunst van JR bekijken op zijn website https://wwww.jr-art.not/ .

VIP Howard Carter

Door een auto-ongeluk verschoof de interesse van de steenrijke graaf van Carnarvon van sportwagens naar het oude Egypte. Zo kreeg Howard Carter in 1907 de opdracht van de graaf om leiding te geven aan de door hem gefinancierde opgravingswerken in Egypte. Vijftien jaar na het graven en zoeken, werd het doorzettingsvermogen van Carter beloond. In 1922 werd eindelijk het graf van Toetanchamon ontdekt.

18 HOOFDSTUK 6

6 De Bulgaars-Amerikaanse kunstenaar Christo (1935-2020) maakte wereldwijd vooral naam met zijn inpakkunst. Zo pakte hij in Parijs de brug Le pont Neuf en in Berlijn de Reichstag in. In 2018 maakte Christo in Hyde Park met 7 506 olievaten een piramide van 20 meter hoog, 40 meter lang en 30 meter breed. De vaten waren gespoten in de kleuren van de Engelse vlag. Analyseer het afgebeelde werk van Christo.

Beleven

Wat is je eerste spontane reactie?

Beschrijven

Wat zie of hoor je precies?

Analyseren

Welke bouwstenen, materialen en technieken worden gebruikt?

Interpreteren

Proefversie©VANIN

Wat is de betekenis van het kunstwerk of de bedoeling van de kunstenaar?

Waarderen

Wat is jouw mening over het kunstwerk?

The London Mastaba (Christo, 2018)
19 HOOFDSTUK 6

7 De portretbeelden uit de Egyptische beeldhouwkunst hebben een belangrijke functie. De meeste beelden zijn ka-beelden. Ka betekent de geest van het levend lichaam, de levenskracht.

Beelden in de tempels Beelden in de graftombes

Proefversie©VANIN

Wat is de functie van de beeldhouwwerken?

Welke materialen werden hier gebruikt?

Wat kun je zeggen over het formaat van de beeldhouwwerken?

Hoe is de persoon afgebeeld?

Hoe moet je ze als toeschouwer waarnemen?

In welk aanzicht?

Beschrijf de houding.

Beschrijf de lichaamsbouw.

Standbeeld van Ramses II te Luxor (1279 v.C. - 1213 v.C.) De zittende schrijver uit Sakkara (vermoedelijk 2450 v.C. - 2325 v.C.)
20 HOOFDSTUK 6

8 Bij opgravingen langs de Indus in het huidige Pakistan zijn veel beeldjes gevonden van dieren en mensen. Die beeldjes behoren tot de Indusbeschaving, ook wel Harappabeschaving genoemd.

Vergelijk het beeld van de danseres uit de Indusbeschaving met het Egyptische houten beeld van een jong meisje dat in het Rijksmuseum voor Oudheden in Leiden wordt bewaard.

Proefversie©VANIN

Gelijkenissen

Verschillen

Conclusie

Good to know De Indusbeschaving

Danseres van Mohenjodaro (23001750 v.C.)

Grafbeeldje van een meisje uit het Nieuwe Rijk (1539-1077 v.C.)

Gelijktijdig met de beschaving van het Oude Egypte ontwikkelt zich langs de oevers van de rivieren de Indus en Sarasvati in het huidige Pakistan en noordwestelijk India de Harappabeschaving of de Indusbeschaving. Die beschaving bloeide van ongeveer 3300 v.C. tot 1300 v.C. en is een van de oudste beschavingen in de wereld. De Harappabeschaving was samen met de beschaving van Mesopotamië en het Oude Egypte een van de eerste hoogontwikkelde beschavingen in de wereld. Vergeleken met het Oude Egypte en Mesopotamië van die tijd besloeg de Harappabeschaving een veel groter gebied. De kern was de vallei van de rivier de Indus, maar de beschaving strekte zich uit langs de kust van de Arabische Zee van Sutkagan Dor in het westen tot Lothal en Malwan in het zuiden die zo toegang gaven tot de handel met de Perzische Golf. De Harappabeschaving werd pas ontdekt in de jaren 1920 en is vrijwel alleen bekend door de talrijke archeologische opgravingen. Van de 1 022 archeologische vindplaatsen zijn er echter maar zo'n 100 opgegraven. Ook het Harappaschrift is nog steeds niet ontcijferd.

21 HOOFDSTUK 6

Onder het oude nabije oosten kun je zowel Mesopotamië (ca. 3500 v.C. – 500 v.C.) als Egypte rekenen. Beide beschavingen ontwikkelden zich rond een grote stroom. De Egyptische beschaving groeide uit rond de rivier de Nijl. Die stijlvaste periode van 3 000 jaar (ca. 3500 v.C. – 800 v.C.) werd uitvoerig onderzocht. Er werden verschillende bouwwerken, beelden, hiërogliefen ... teruggevonden en bestudeerd.

Na het oude Egypte (3500 v.C. – 2600 v.C.) kun je drie periodes onderscheiden waarin de farao’s het land bestuurden:

Het Oude Rijk (ca. 2600 v.C. - 2100 v.C.)

Het Middenrijk (ca. 2000 v.C. - 1600 v.C.)

Het Nieuwe Rijk (ca. 1500 v.C. - 1000 v.C.)

Voor de kenmerkende tweedimensionale tekenkunst gebruikten de Egyptenaren verschillende materialen zoals papyrus. De belangrijkste bronnen over de Egyptische beschaving zijn de fresco's die we terugvinden op de wanden van de graven. De tekeningen werden in frescotechniek afgewerkt en gekleurd met pigmenten. Soms werd er extra diepte weergegeven door reliëf toe te passen. De inhoud van de tekeningen kan thematisch herleid worden naar alles uit het dagelijks leven dat men dacht nodig te hebben in het leven na de dood. De kunstuitingen hadden gewoonlijk een esthetische, decoratieve, religieuze of ceremoniële functie

De bouwwerken (piramides) uit het oude Egypte zijn vervaardigd uit verschillende materialen zoals lokale gesteenten. De techniek bestond eruit de materialen met massaal veel mankracht te verplaatsen. Ook dieren werden ingezet om til- en lifttechnieken toe te passen om het ingenieuze ontwerp te verwezenlijken. De inhoud van de beelden die in de bouwwerken terug te vinden zijn, kan thematisch herleid worden naar bijvoorbeeld verering van de goden en het afbeelden van het dagelijks leven dat ze willen verzekeren voor het leven na de dood. De vaak imposante bouwwerken onderlijnden de macht van de farao. De functie van deze kunstuitingen was gewoonlijk esthetisch, decoratief, religieus of ceremonieel. De overledenen en de grafschatten werden bovendien moeilijk toegankelijk voor mogelijke grafrovers. Je kunt verschillende graftypes onderscheiden: de mastaba, de trappenpiramide, de knikpiramide, de piramide, de graftempel en het rotsgraf.

Ook voor de beeldhouwkunst gebruikten de Egyptenaren verschillende materialen, onder andere natuursteen (zoals kalksteen). De techniek bestond uit het houwen van de beeldhouwwerken.

De functie van bijvoorbeeld de ka-beelden was de geest van de overledene vertegenwoordigen op aarde. Bij die beelden werden grafoffers geplaatst. De faraobeelden moesten vooral indruk maken op de toeschouwer door hun formaat en plaats.

Oude Egyptische kunst 6.2 22 HOOFDSTUK 6 Proefversie©VANIN

EGEÏSCHE KUNST

1 Hoe situeert de Egeïsche kunst zich in tijd en ruimte? Gebruik de tijdlijn om de vragen te beantwoorden.

Pre-Helleense kunst

Egeïsche kunst Griekse kunst Griekse middeleeuwen of duistere eeuwen

ca.2000v.C. ca.1600v.C. ca.1100v.C. ca.1400v.C. ca.3000v.C.ca.2800v.C.

ca.1000v.C.

MINOÏSCHE BESCHAVING

CYCLADISCHE BESCHAVING

Proefversie©VANIN

Eerste Griekse paleis

a Vul de juiste data aan. Zoek ze op in de bovenstaande tijdlijn.

De Cycladische kunst De Minoïsche kunst De Myceense kunst

b Lopen de periodes parallel of volgen ze elkaar chronologisch op?

3
Van v.C. tot v.C. Van v.C. tot v.C. Van v.C. tot v.C.
ca. 800 v.C.
MYCEENSE BESCHAVING
0
23 HOOFDSTUK 6

c Bekijk deze kaart aandachtig. Omcirkel de gebieden waar de kunst ontstond in de juiste kleur. Schrijf ook de periodes van de beschavingen bij de benamingen.

De Cycladische kunst De Minoïsche kunst De Myceense kunst

Proefversie©VANIN

3.1 De cycladische kunst

2 Lees de tekst over de Cycladische afgodsbeeldjes en los de vragen op.

DE CYCLADISCHE AFGODSBEELDJES.

Van de Cycladische kunst rest er ons zeer weinig bronmateriaal, slechts enkele graftomben en voorwerpen zoals doosjes, vazen, kruiken, beeldjes … die samen met de doden begraven werden. Men is er zeker van dat de beeldjes ook bij leven een betekenis hadden en dus niet enkel een funeraire betekenis hadden. De bekendste voorwerpen zijn de marmeren afgodsbeeldjes of idolen die bijna allemaal naakte vrouwenfiguren zijn met de armen over de borst gekruist. Waarschijnlijk zijn het vruchtbaarheidsgodinnen.. Mannelijke beeldjes onderscheiden zich doordat ze altijd een wapen of een muziekinstrument vast houden. Het marmer dat gebruikt werd, werd in de lokale groeven ontgonnen. De beeldjes doen ons denken aan de vruchtbaarheidsbeeldjes uit het paleolithicum, al is de vormgeving van de Cycladische beelden wel helemaal anders.

24 HOOFDSTUK 6

In de beelden uit de Cycladische kunst herken je deze vormkenmerken: het platte, wigvormige lichaam; de krachtige zuilvormige nek; het ovale gelaat zonder uitdrukking, afgezien van de lange scherpe neus. Archeologen hebben verfresten gevonden op de beelden, wat erop wijst dat ze ooit zeer kleurrijk geweest moeten zijn en dat het gelaat geschilderd was. De grootte van de beelden varieert van 1 decimeter tot levensgroot.

De Cycladische beelden geven een bedrieglijk moderne indruk en doen denken aan het werk van hedendaagse kunstenaars, zoals Modigliani (1884-1924), Brancusi (1876-1956) en Giacometti (1901-1966).

a Hoe onderscheiden mannelijke en vrouwelijke afgodsbeeldjes zich?

Proefversie©VANIN

b Wat zorgt ervoor dat je een hedendaagse indruk krijgt van deze beeldjes?

c Je zag deze verafgoding al eerder in de kunstgeschiedenis. In welke periode?

d Bij het woord idool denk je vast aan andere zaken dan een pre-Helleens afgodsbeeld. Bij idool denk je misschien eerder aan een popster of een filmster. Je verzamelt vaak spullen die te maken hebben met je idool. Je gaat die persoon dus verheerlijken tot een godenstatus. Dat brengt ons opnieuw bij het afgodsbeeld. Welk hedendaags idool zou jij verafgoden?

25 HOOFDSTUK 6

e Duid de beeldjes uit het paleolithicum aan in het groen en de beeldjes van de Cycladische kunst in het blauw. Waarom heb je deze keuze gemaakt?

Proefversie©VANIN

f Kijk naar de afbeelding en markeer wat juist is in de tabel. Alle informatie kun je terugvinden in de leestekst.

Cycladisch afgodsbeeld uit Amorgos (2800 v.C. - 2300 v.C.)

Dit is een afgodsbeeld. of Dit is een decoratief object.

Deze beelden hadden een functie binnen de muziekcultuur. of

Deze beelden hadden een functie binnen de dodencultus.

De marmeren beeldjes geven een moderne indruk. of Dit is een hedendaags beeldhouwwerk.

Deze beelden zijn altijd levensgroot. of Deze beelden zijn soms levensgroot.

De armen zijn altijd naast het lichaam. of De armen zijn altijd gekruist voor het lichaam.

Dit is een vrouw. of Dit is een man.

1 2 3 4 5 6 7 8
26 HOOFDSTUK 6

3 De invloed van etnische culturen op West-Europese kunst is vaak beschreven. Zo hebben traditionele Afrikaanse maskers een grote invloed gehad op het werk van Picasso, Modigliani en Brancusi. Maar ook oude culturen zoals die van de Cycladen hebben de in Parijs gevestigde kunstenaars zeker geïnspireerd. Hoe hebben 5 000 jaar oude afgodsbeeldjes invloed gehad op de hedendaagse kunst?

a Welke werken van Modigliani, Brancusi, Giacometti en Picasso stemmen volgens jou vormelijk het best overeen met de vormgeving uit de Cycladische kunst? Motiveer je antwoord.

Proefversie©VANIN

b Zijn er vormelijke elementen die al deze beelden gemeenschappelijk hebben? Bespreek klassikaal.

1910)

c Hoe hebben deze 5 000 jaar oude afgodsbeeldjes invloed gehad op beeldhouwers in de moderne kunst?

Vrouwenhoofd (Amadeo Modigliani, 1912) Portret (Pablo Picasso) Hoofden (Pablo Picasso) Portret van een vrouw (Amadeo Modigliani, 1919) Portret van mademoiselle Pogany (Constantin Brancusi, 1912) Slapende muze (Constantin Brancusi,
1 2 3
4 5 6 27 HOOFDSTUK 6

3.2 De Minoïsche kuns t

4 De stier was een heilig dier voor de Kretenzers. Daarom komt hij niet alleen voor in de mythe van de Minotaurus, maar werd hij ook vaak afgebeeld. Zo verwerkte men de vereenvoudigde vorm van de hoorns in de paleismuren van Knossos en beeldden ze hem hierop af.

a Lees het verhaal van de mythe van de Minotaurus op iDiddit. Wat hebben de mythe en het paleis van Knossos gemeenschappelijk?

Proefversie©VANIN

b Hoe houden de mythe en de stijlperiode verband met elkaar?

c In welke domeinen van kunst (beeld, muziek, media, drama, dans) vind je de Minotaurus terug? Zoek zelf een kunstwerk waar de Minotaurus in voorkomt. Situeer het werk in tijd en ruimte. Zoek informatie op over de kunstenaar en over de inhoud van het werk. Presenteer je bevindingen aan de klas.

Theseus doodt de Minotaurus (ca. 600 v.C.) De Minotaurus (Georges Frederick Watts, 1885)
28 HOOFDSTUK 6

5 De muren van de Minoïsche paleizen waren rijkelijk versierd met fresco’s. Dat gebeurde in verschillende thema’s over mens en natuur. De insteek is hier helemaal anders dan in het Oude Egypte waar de muurschilderingen ten dienste stonden van het geloof in het hiernamaals.

a Koppel de juiste titel van de fresco’s aan de juiste afbeelding.

A De kat die op vogels jaagt

B De aap in een saffraanveld

C Dolfijnen

D De prins van de lelies

E Processie

F De blauwe dames van Knossos

Proefversie©VANIN

b Bestudeer de foto's van de troonzaal van het paleis. Beschrijf hoe de muurschilderingen ervoor zorgen dat de toeschouwer naar de troon kijkt.

Links: de troonzaal in het paleis van Knossos, midden: de troon, rechts: een detail uit de fresco met een griffioen. (Kreta, 1900 v.C.)

29 HOOFDSTUK 6

Good to know

Fresco van een stierengevecht

Je bevindt je op de binnenplaats van het paleis

Proefversie©VANIN

Men ging ervan uit dat een atleet de hoorns van de stier neemt om vervolgens een salto over zijn rug te maken. Na enige bevraging bij hedendaagse stierenvechters blijkt dat echter praktisch onuitvoerbaar te zijn; de atleet kan bijna onmogelijk grip gehad hebben op de hoorns.

De houding die door de atleet aangenomen wordt, verraadt dat hij in beweging is. De beweging wordt naast de lichaamshouding ook gesuggereerd in de haren.

In de Minoïsche kunst was het gebruikelijk om mannen rood af te beelden en vrouwen wit. Toch zijn het hier allemaal jongens. Dat kun je afleiden uit de broekjes die ze dragen. Waarschijnlijk stelt dit een overgangsritueel voor van jongen naar volwassen man.

Een atleet neemt de hoorns. Een atleet maakt een salto. De assistent staat met open armen te wachten van Knossos en ziet een fresco van een stierengevecht:
30 HOOFDSTUK 6

De Myceense kunst

6 In tegenstelling tot de Minoïsche kunst, waar je van paleizen kon spreken, had de Myceense beschaving echte burchten. Die burchten waren beschermd door verdedigingsmuren, ook wel cyclopische muren genoemd. Het waren dubbele muren opgebouwd uit gigantische stenen. Tussen de twee muren werd puin gesmeten. De stenen waren willekeurig (in polygonaal verband) op elkaar geplaatst.

a Beschrijf wat je ziet op de afbeeldingen.

b Waarom worden de muren volgens jou cyclopisch muren genoemd?

Proefversie©VANIN

c Het megaron was het centrum van de Myceense burcht. Het was een koninklijke gehoorzaal die rijkelijk versierd geweest moet zijn met wandschilderingen en sculpturen die de waardigheid van dit koninklijke vertrek accentueerden. Dit bouwwerk vormde de basis voor de Griekse tempels. Het bestond uit een portaal met twee zuilen (A), een voorvertrek (B) en een cella of hoofdkamer (C) met daarin een centrale haard (D). De dakbalken van de cella werden ondersteund door vier zuilen.

A Portaal met twee zuilen

B Voorvertrek

Cella D Centrale haard

Duid de onderdelen met A, B, C en D aan op de plattegrond.

Plattegrond van een megaron
Interieur van een megaron
3.3
C
31 HOOFDSTUK 6

d De stad Mycene speelt ook een rol in verschillende mythen. Ga na welke rol de koning van de stad speelt in de Ilias van Homerus.

Masker van Agamemnon. Ontdekt door Heinrich Schliemann in 1876 te Mycene, maar waarschijnlijk ouder dan de tijd van Agamemnon

Good to know Homerus

De Griekse literatuur begint met de Ilias, een epos van Homerus. Het behoort tot de oudste poëzie van de westerse wereld en ontstond tussen circa 850 en 550 v.C. in de Griekse steden aan de westkust van Klein-Azië. De verhalen over de strijd om Troje zijn in de oudheid altijd heel populair geweest.

In het oude Griekenland werden stukken uit dit epos opgevoerd door zangers of rapsoden. De rapsoden droegen delen uit de gedichten voor en begeleidden zichzelf daarbij op een lier. Van de verhalende gedichten werden er twee volledig overgeleverd: de Ilias en de Odyssee. Beide gedichten zijn geschreven in versvorm en worden toegeschreven aan Homerus. Over deze Griekse dichter is vrijwel niets met zekerheid bekend maar toch is hij een van de beroemdste dichters uit de wereldliteratuur. Homerus leefde vermoedelijk ca. 800 v.C. en was (afgaand op zijn dialect) afkomstig uit Smyrna of omgeving. Volgens oude bronnen was hij blind. Mogelijk heeft het feit dat Homerus een blinde minstreel ten tonele voert in de Odyssee, aanleiding gegeven tot dat verhaal.

Proefversie©VANIN

De manier waarop Homerus het verhaal vertelde, was zonder voorgaande in de literatuur. In feite liep Homerus vooruit op het aristotelische principe van het opschorten van het ongeloof. Om zijn toehoorders het gevoel te geven dat ze de strijd op de vlakte van Troje met eigen ogen aanschouwden, vertelde Homerus met grote levendigheid het verloop van het verhaal: hoe de ene gebeurtenis tot de volgende leidde en hoe de personages zich daarbij voelden en zich uitdrukten.

De Griekse filosoof Aristoteles (384-322 v.C.) schreef het boek Poëtica over de kunst van het vertellen in verschillende literaire en dramatische genres. Hij schreef dat we ons besef van de werkelijkheid verliezen als een verhaal ons betovert. Aristoteles noemde dat het opschorten van ongeloof. In het Engels noem je dat the suspension of disbelief. Dat wil zeggen dat het verhaal zo aangrijpend moet zijn dat het publiek vergeet dat het naar fictie aan het kijken is. Wat je ‘te zien’ krijgt, moet zo ‘echt’ lijken dat je wordt meegesleurd en vergeet dat het maar een vertelling is. Zo heb je ongetwijfeld al eens meegemaakt dat je na een film nog even bleef zitten tijdens de aftiteling om te bekomen van het verhaal.

32 HOOFDSTUK 6

De Egeïsche kunst (ca. 3000 v.C. - 1100 v.C.) situeert zich rond de Egeïsche zee en loopt over een periode van meer dan 2 000 jaren. Je kunt drie periodes onderscheiden:

De Cycladische kunst (3000 v.C. - 1100 v.C.)

De Minoïsche kunst (2800 v.C. - 1400 v.C.)

De Myceense kunst (1600 v.C. - 1100 v.C.)

Proefversie©VANIN

Tijdens de Cycladische beschaving werden afgodsbeeldjes uit het materiaal marmer gemaakt. De techniek bestond uit het uithouwen van beeldjes. Op de wigvormige beeldjes werden verfresten teruggevonden, wat erop wijst dat het gelaat beschilderd was. Typische vormkenmerken van deze figuren zijn de gekruiste armen (vrouwen), wapens of muziekinstrumenten (mannen), het ovale gezicht en de grote neus. De afgodsbeeldjes zijn in graven teruggevonden. Deze kunstuitingen hadden dus een funeraire functie.

De Minoïsche of Kretenzische kunst is de kunst die ontstaan is tijdens de Minoïsche beschaving. Ze ontwikkelde tussen 2800 v.C. en 1400 v.C. op het Griekse eiland Kreta. Minoïsche kunstenaars vonden bijzonder veel inspiratie in de omringende culturen zoals Egypte, Syrië en Anatolië en in de natuur die hen omringde. Ze creëerden hun eigen stijlmix en waren meesters in het pottenbakken, vervaardigen van sieraden en het maken van kleine sculpturen. De mythe van de Minotaurus inspireerde verschillende kunstenaars. Een aantal voorbeelden uit de Minoïsche beschaving:

—Het paleis van Knossos was opgebouwd uit verschillende materialen zoals bakstenen en rood/zwart gekleurde cipreshouten zuilen. Het paleis vormde het centrum voor verschillende functies zoals commerciële, religieuze en ceremoniële doeleinden. Het paleis van Knossos werd gebouwd met nieuwe technieken: bijvoorbeeld uitgekiende wateraanvoer- en waterafvoersystemen.

—Binnen in de paleizen werden verschillende thema’s afgebeeld door middel van de frescotechniek. Ze vereerden de heilige stier en het leven rondom het paleis. De materialen die men hiervoor gebruikte waren kalklagen en pigment.

—Veel keramieken kruiken en vazen die teruggevonden zijn, hadden de functie om voedsel te bewaren en te delen. Om de potten te vervaardigen, gebruikten ze de draaitechniek en materialen zoals klei.

Myceense burchten hadden als functie de stad en vooral het centrale megaron of de troonzaal goed te verdedigen tegen indringers. De burchten waren opgetrokken uit materialen zoals grote stenen of megalieten die technisch in verschillende formaten gestapeld werden. Door de omvang en het gewicht van die stenen dachten de tegenstanders dat deze verdedigingsmuren door cyclopen gebouwd waren.

De Egeïsche kunst 6.3 33 HOOFDSTUK 6

4 GRIEKSE, ROMEINSE EN BYZANTIJNSE

KUNST

1 Waar situeert de Griekse en Romeinse kunst zich in tijd? Gebruik de tijdlijnen om de vragen te beantwoorden.

ca.3,5miljoenv.C.

Proefversie©VANIN

ca.3500v.C.

KLASSIEKE OUDHEID

a Vul de juiste data aan.

Griekse kunst Romeinse kunst Byzantijnse kunst

Akragas, Sicilië

Van v.C. tot v.C. Van v.C. tot Van tot

b Lopen de periodes parallel of volgen ze elkaar chronologisch op?

KLASSIEKE OUDHEID MIDDELEEUWEN VROEGMODERNE TIJD GESCHIEDENIS
ca.800v.C. ca.500 ca.1500 ca.18001945 HEDENDAAGSE TIJD MODERNE TIJD 1
PREHISTORIE
OUDE NABIJE OOSTEN
GRIEKSE KUNST BYZANTIJNSE KUNST ROMEINSE KUNST ca. 500 v.C. ca. 27 v.C.
450 330 1453
34 HOOFDSTUK 6
Pont du Gard, Nimes Madaba, Jordanië

2 Werken met modellen in een atelier is nieuw in de klassieke oudheid. Met die techniek kijken kunstenaars beter en gebruiken ze wat ze echt zien in plaats van wat ze in gedachten zien. Vergelijk het Egyptische dodenboek met de Griekse vaas. Welke uiterlijke evolutie merk je op in de afgebeelde figuren?

Proefversie©VANIN

Griekse vaas met Trojaanse oorlogscène. Neoptolemos doodt koning Priamos tijdens de plundering van Troje (ca. 500 v.C.)

3 Sophocles (496 v.C. - 406 v.C.) is een van de grote Attische tragediedichters van wie toneelstukken bewaard zijn gebleven. Het grootste deel van zijn oeuvre kwam tot stand tijdens de Peloponnesische Oorlog. Zijn laatste werk Oedipus te Colonus werd pas na zijn dood opgevoerd. Het verhaal heeft een narratieve functie. Het vertelt namelijk meer over de cultuur en geschiedenis van de Griekse samenleving.

a Waarom gaat Oedipus naar Colonus?

b Wat kom je in het verhaal te weten over de religie van de oude Grieken?

c Wie is Antigone? Wat is haar rol in het verhaal Oedipus te Colonus?

4.1
kunst
Griekse
35 HOOFDSTUK 6
Dodenboek van Hunefer (ca. 1275 v.C.)

d De Griekse filmmaker Loukia Alavanou (1979) nodigt het publiek uit om door tijd en ruimte te reizen met haar kunstproject Oedipus in Search of Colonus. Lees de tekst en beantwoord de vragen.

‘En in een andere aflevering van mijn leven, in een ander verhaal, zal mijn broer Polyniches gedood worden in Thebe. Ik ben het die zal vechten om zijn begrafenis veilig te stellen!’

Proefversie©VANIN

Kunstenaar Loukia Alavanou reconstrueert een oud drama om hedendaagse gebeurtenissen weer te geven. Het middelpunt van haar tentoonstelling Oedipus op zoek naar Colonus, is een vijftien minuten durende VR-film die een bijna 2 500 jaar oud drama van Sophocles naar het heden brengt.

Oedipus, die berucht is vanwege zijn afschuwelijke daden, wordt aan het einde van zijn leven uit Thebe verbannen en hij komt naar Colonus om te sterven. Voor het eerst in zijn tragische leven gaat hij tegen de wil van de goden in. Hoewel ze het hem verboden hadden kiest hij Colonus als zijn rustplaats, een heilige plaats die door de goden is ingewijd.

In de versie van Alavanou, die is gefilmd in een sloppenwijk die wordt bewoond door Roma, vertelt een koor buiten beeld het verhaal. Alle rollen worden gespeeld door Roma, amateuracteurs die door hun overdreven spel een grotesk karakter aan het verhaal geven. Hun grootste probleem is identiek aan dat van de bejaarde Oedipus. Net als hij strijden ook de Roma die tegenwoordig ten westen van Athene wonen, in een gebied niet ver van Colonus, tegen hun lot. Deze nomaden hebben vaak geen enkele vorm van staatsburgerschap en het wordt hen door de Griekse autoriteiten verhinderd om een begraafplaats in de buurt van hun laatste verblijfplaats te kiezen.

Moeten de blauwe cijfers + pijltjes ook in het groen geplaatst worden?

Dit is ook toegepast in bv Agora 3 Filosofie H2

1→ Wat is volgens jou de functie van Alavanous’ werk?

2→ Waarom heb je die functie gekozen?

Bron: Loukia Alavanou
36 HOOFDSTUK 6
Still uit On The Way to Colonus (Loukia Alavanou, 2020)

4 De bouwkunst stond in hoge mate in dienst van godenverering. Zo werd de Akropolis in Athene volgebouwd met tempels om de goden te danken voor hun overwinning op de Perzen.

a Het eerste gebouw dat je onder de loep neemt is het meest prominente gebouw op de heuvel van de Akropolis, namelijk het Parthenon, gewijd aan de godin Athena Parthenos. Het gebouw bestaat uit de volgende onderdelen: de cella of naos (de hoofdkamer) (A) met het godenbeeld (B), het opisthodomos (achtervertrek) (C) en aan de voorkant een pronaos met zes zuilen (D). Duid de onderdelen met A, B, C en D aan op de plattegrond van het Parthenon.

b In de Griekse bouwkunst onderscheid je drie verschillende stijlen die je onder meer kunt herkennen aan hun kapiteel. Een kapiteel is de bekroning van een zuil. Bekijk de tabel. Tot welke orde behoort het Parthenon?

Orde Kenmerken kapiteel Parthenon

Proefversie©VANIN

1 Dorisch Een kaal en eenvoudig kapiteel.

2 Ionisch Twee grote krullen vormen het kapiteel.

3 Corinthisch Het kapiteel is versierd met acanthusbladeren.

37 HOOFDSTUK 6

c Het Erechtheion is genoemd naar koning Erechtheus. De tempel is een van de voornaamste heiligdommen van de Akropolis. Het Erechtheion is heel wat kleiner dan het Parthenon, maar moet op religieus vlak zeker niet onderdoen.

1→ Tot welke stijl behoort het Erechtheion? Waaraan zie je dat?

2→ Wat valt je op aan de zuilen en kapitelen van een deel van het Erechtheion?

Good to know

A Greek Tragedy

Nicole Van Goethem (1941- 2000)

maakte een animatiefilm over de kariatiden van het Erechtheion. Bekijk op iDiddit de animatiefilm Een Griekse Tragedie (‘A Greek Tragedy’) waarmee ze in 1987 de Academy Award (Oscar) voor Beste Korte Animatiefilm won.

Proefversie©VANIN

38 HOOFDSTUK 6

5 Net zoals in de bouwkunst kun je ook in de beeldhouwkunst drie verschillende stijlen onderscheiden. Beantwoord voor elke stijl de onderstaande vragen.

Archaïsche stijl Klassieke stijlHellenistische stijl

Proefversie©VANIN

a Wat is de functie van de beeldhouwwerken?

b Welke materialen werden gebruikt?

c Wat kun je zeggen over het formaat van de beeldhouwwerken?

d Hoe is de persoon afgebeeld?

e Beschrijf de houding.

f Beschrijf de lichaamsbouw.

Archaïsche Kouroi, Cléobis en Biton (ca. 580 v.C.) Beeld van Venus (Milo, ca. 200 v.C.) Laocoön en zijn zonen (marmeren kopie van een origineel uit 200 v.C.)
39 HOOFDSTUK 6

6 Kunstenaar Kris Martin geeft aan de welbekende Laocoöngroep een bevreemdende twist. Analyseer hoe hij de bestraffing van Laocoön en zijn zonen voorstelt.

Proefversie©VANIN

Beleven

Wat is je eerste spontane reactie?

Beschrijven

Wat zie of hoor je precies?

Analyseren

Welke bouwstenen, materialen en technieken worden gebruikt?

Interpreteren

Wat is de betekenis van het kunstwerk of de bedoeling van de kunstenaar?

Waarderen

Wat is jouw mening over het kunstwerk?

Good to know

De

Trojaanse priester Laocoön

De Trojaanse oorlog eindigt met het verhaal van de Trojaanse priester Laocoön. Hij doorziet als enige de list met het houten paard van de Grieken. Hij waarschuwt zijn stadgenoten het paard niet de stad in te slepen. Volgens een van de versies van het mythologische verhaal bestraft de god van de zee Poseidon daarom Laocoön en zijn zonen (Antiphantes en Thymbraeus). In het Vaticaans museum staat een origineel Grieks beeld uit 40-20 v.C. dat de dramatische worsteling van deze figuren in hun doodstrijd toont.

40 HOOFDSTUK 6
Mandi VIII (Kris Martin, 2006)

7 De roodfigurige stijl is een van de belangrijkste vormen van beschildering van oud-Grieks aardewerk. De naam is afgeleid van de rode figuren die afgebeeld worden op een zwarte achtergrond. (De voorgaande zwartfigurige stijl kenmerkte zich door zwarte figuren op een rode achtergrond). De afbeeldingen op de vazen vertellen over het dagelijks leven, de iconografie en de mythologie van het oude Griekenland. Zo toont deze vaas hoe Prometheus het vuur van de goden naar de aarde brengt en de mensheid nieuwe kennis en mogelijkheden geeft.

a Waarom is Prometheus de grote weldoener van de mensheid?

Proefversie©VANIN

b Toch spreekt er uit de mythe van Prometheus ook een waarschuwing: de macht van de mens is niet zonder grenzen. Prometheus wordt ongenadig hard gestraft door de goden. Wat is zijn straf?

c Hoe wordt de mensheid door Zeus gestraft?

d Ook in de latere kunstgeschiedenis vinden we Prometheus terug. Jan Cossiers (1600-1671) schildert een barokke Prometheus. In de 17e eeuw wordt het verhaal van Prometheus vaak ook als allegorie gebruikt. Een trotse Prometheus met een vlam in zijn hand wordt zo het symbool van vooruitgang en wetenschap. Roger Hiorns (1975) laat in performances naakte jongemannen op grote motoren of bankjes zitten die in brand staan. De naakte lichamen voelen kwetsbaar aan. Het werk van Hiorns stelt de vraag of de snelle technologische vooruitgang van de 21e eeuw nog te rijmen valt met onze menselijke kwetsbaarheid. Analyseer de kunstwerken met behulp van het analyseschema.

41 HOOFDSTUK 6
Prometheus draagt het vuur Untitled (Roger Hiorns, 2011) Prometheus steelt het vuur (Jan Cossiers, 1637)

Beleven

Wat is je eerste spontane reactie?

Beschrijven

Wat zie of hoor je precies?

Proefversie©VANIN

Analyseren

Welke bouwstenen, materialen en technieken worden gebruikt?

Interpreteren

Wat is de betekenis van het kunstwerk of de bedoeling van de kunstenaar?

Waarderen

Wat is jouw mening over het kunstwerk?

e Waar staat het vuur van Prometheus in de kunst volgens jou symbool voor?

4.2 Romeinse kunst

8 Het Colosseum in Rome is een voorbeeld van een amfitheater waar gladiatoren vochten. Het bevat een mix van Dorische (1), Ionische (2) en Korintische (3) kapitelen. Noteer het juiste nummer bij de verschillende kapitelen.

42 HOOFDSTUK 6

9 Als herinnering aan de militaire overwinningen van hun keizers bouwden de Romeinen monumentale triomfbogen versierd met taferelen in reliëfwerk die hun daden weergeven. Op het Forum Romanum in Rome zie je nog steeds de triomfbogen ter ere van de keizers Constantijn, Titus en Septimius Severus staan.

a De Romeinse triomfbogen kennen navolging in hedendaagse vormgevingen. Welke beschrijving op de volgende pagina past bij welke afbeelding?

Proefversie©VANIN

43 HOOFDSTUK 6
Triomfboog van Septimius Severus, Rome (203) Markthal, Rotterdam (2004) Int. fin. centrum, Dubai (2004) Arc de Triomph, Place du Carroussel, Parijs (1806) Triomfboog van Kim II-Sung, Pyongyang (1982)

Deze ‘arc’ is opgetrokken voor de veldheer Napoleon nadat hij de slag om Austerlitz had gewonnen. De vormgeving is geïnspireerd op de triomfboog van keizer Severus. Hier is werkelijk bijna alles overgenomen. De grote boog met twee kleine bogen ernaast, de zuilen aan de voorkant, het reliëfwerk met data en inscripties. Bovenop een arc staat vaak een quadrigia, dat is ook hier het geval.

Dit is een ontmoetingsplaats ontworpen door drie architecten: Winy Maas, Jacob van Rijsen, Nathalie de Vries. Je kunt er eten, drinken en slapen. Wie tijdens het rondstruinen omhoog kijkt, ziet het kunstwerk Horn of plenty (Hoorn des overvloeds) van Arno Coenen en Iris Roskam. De ‘arc’ wordt door dit grootse kunstwerk ook wel de Nederlandse versie van de Sixtijnse Kapel genoemd.

Proefversie©VANIN

Deze triomfboog werd gebouwd om het Koreaanse verzet tegen Japan tussen 1925 en 1945 te vieren. Op de zeventigste verjaardag van de Noord-Koreaanse dictator Kim II-Sung werd hij ingehuldigd. Het monument is zestig meter hoog en vijftig meter breed en is opgetrokken in wit graniet.

Deze ‘arc’ is ontworpen door architectenbureau Gensler in opdracht van het Dubai International Financial Centre. De poort van Gensler staat aan het einde van het financiële centrum en is duidelijk geïnspireerd op de oudheid.

b Welke verbanden zie je tussen deze bouwwerken en die van de Romeinen? Welke gelijkenissen en verschillen merk je op? Wat concludeer je?

Gelijkenissen

Verschillen

Conclusie

Good to know

Kurkmaquette Pantheon

Antonio Chichi (1743-1816) maakte een kurkmaquette van het Pantheon. In de 18e eeuw bracht een toerist met een groot vermogen de maquette mee als souvenir uit Rome. Later kocht de Gentse universiteit dit stuk uit de privécollectie van de familie Vilain XIIII. Zo kwam het terecht in de erfgoedcollectie van het GUM (Gents universiteitsmuseum). In 2020 werd het topstuk volledig gerestaureerd en opnieuw tentoongesteld.

44 HOOFDSTUK 6
1
2 4 3
Kurkmaquette Pantheon Rome (Antonio Chichi, 18e eeuw)

10 De Romeinen streefden naar realistische beelden. Zo kregen deze beelden de gelaatskenmerken en de uitrusting van bekende keizers. Herken je hen? Zoek de keizers van het Romeinse Rijk op en combineer de bustes met de juiste naam. Kies uit:

keizer Vitellius – keizer Nero – keizer Trajanus – keizer Hadrianus –keizer Tiberius – keizer Titus – keizer Augustus

Proefversie©VANIN

11 De werken van de Belgische hedendaagse schilder Jan De Vliegher (°1964) hebben een realistisch karakter en behoren tot de figuratieve kunst. Hij vertelt geen verhalen, is geen historieschilder, doet niet aan politiek, heeft geen boodschap, tenzij een zuiver schilderkundige. De Vliegher schildert de werkelijkheid aan de hand van foto’s en toch is hij eigenlijk een abstract schilder. Zie je waarom als je zijn Romeinse buste vergelijkt met het origineel?

45 HOOFDSTUK 6
Schilderij van Marcus Aurelius (Jan De Vliegher, 2009) Buste van de Romeinse keizer Marcus Aurelius

Good to know

Fajoemportretten

In de eerste eeuwen na Christus werden in de Romeins-Egyptische stad Fajoem de doden begraven. Op het hoofd van de mummies werden kleine houten paneeltjes met een portret van de overledene gelegd als een soort funerair artefact. Het was niet de bedoeling dat de portretjes ooit nog gezien werden, maar tegenwoordig zijn ze wereldberoemd.

Er zijn ongeveer duizend van zulke mummieportretten gevonden.

Ze behoren tot de best bewaarde schilderingen uit de (Egyptische) oudheid en ze zijn uitvoerig onderzocht.

Proefversie©VANIN

Fajoemportret van een vrouw (anonieme Egyptische kunstenaar, 100-150)

Mummie van een onbekende jongen (anonieme Egyptische kunstenaar, 100-150)

De verf (encaustiek) blijkt met verschillende pigmenten, hete bijenwas en hars vermengd te zijn. Deze ‘encaustische’ schildertechniek zorgde voor een transparant effect en een helder kleurenpalet. Mede door de droge hitte van de omliggende woestijn zijn de kleuren op de Fajoemportretten nog altijd heel helder.

Onderzoek van kunsthistorici heeft aangetoond dat er in de portretten meestal werd gekozen voor een soort standaard, academisch hoofd, met daarop een combinatie van standaard kapsels, standaard ogen en een standaard neus. In enkele gevallen is het mogelijk dat de schilder geprobeerd heeft de echte persoon realistisch weer te geven, maar het portretteren van de doden was duidelijk aan regels gebonden.

Voorbeeld van de academische portretverhoudingen

46 HOOFDSTUK 6

12 Bekijk het portret van de jonge tiener die volgens de inscriptie Eutyches heet.

a Is zijn portret levensecht?

Proefversie©VANIN

b Bekijk op het internet verschillende Fajoemportretten.

c Bespreek met klasgenoten of de portretten levensecht zijn.

d Welke verwantschap zie je tussen pasfoto’s en de Fajoemportretten?

Fajoemportret van Eutyches (anonieme Egyptische kunstenaar, 100-150)

4.3 Byzantijnse kunst

13 Bij de Romeinen werd mozaïek voornamelijk gebruikt om de vloeren in de huizen van rijken te versieren. Vanaf de vierde eeuw kwam de mozaïekkunst ook voor op de muren en plafonds van basilieken. In de vijfde eeuw werd Ravenna de hoofdstad van de mozaïek. Een bloeiperiode waarin de vroegchristelijke kerken rijkelijk versierd werden met mozaïeken brak aan.

a Je bevindt je in de basiliek van San Vitale in Ravenna. Lees de tekst en vul de nummers aan bij de afbeeldingen.

De eerste christenen waren niet met velen. Vooral onder keizer Nero en keizer Diocletianus werden ze zwaar vervolgd. In 312 kwam er dankzij de keizers Constantijn en Licinius het Edict van Milaan waardoor de christenen in het openbaar hun godsdienst konden verkondigen. Daaruit groeide de behoefte aan kerkgebouwen en voorwerpen voor de eredienst.

De eerste kerken zijn afgeleid van de Romeinse basilica. De basiliek van San Vitale is zo’n vroegchristelijke kerk en staat op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Ze is wereldberoemd door haar mozaïeken. Op die mozaïeken zie je Christus op bezoek bij de Byzantijnse keizer Justinianus en zijn vrouw Theodora. Het Byzantijnse rijk was een voortzetting van het Romeinse rijk, net zoals de Byzantijnse kunsten een voortzetting waren van de Romeinse kunsten.

Als je naar boven kijkt in de basiliek van San Vitale, zie je in het gewelf engelen die het Lam Gods omhooghouden in een medaillon (1). In de apsis, de halfronde ruimte waaronder het altaar staat, kun je een baardloze Christus waarnemen op een wereldbol tussen twee engelen (2). Links van de apsis draagt keizer Justinianus een schaal. Hij staat naast zijn hofdignitarissen en geestelijken (3). Rechts draagt Theodora een versierde vaas. Zij wordt omringd door patriciërs (4). De kunstenaar schonk veel aandacht aan de nauwkeurigheid van de portretten, voornamelijk bij dat van de keizer en zijn vrouw.

47 HOOFDSTUK 6

Proefversie©VANIN

48 HOOFDSTUK 6
b Duid de nummers aan op de plattegrond van de basiliek.

Griekse, Romeinse en Byzantijnse kunst

In de kIassieke oudheid kun je twee chronologische, opeenvolgende periodes onderscheiden: Grieken (ca. 500 v.C. - 27 v.C.)

Romeinen (ca. 27 v.C. - 450)

Byzantijnse kunst (330 - 1453)

De kunst uit het oude Griekenland heeft tot op vandaag een grote invloed in verschillende culturen, zeker als je spreekt over beeldhouwkunst en bouwkunst. Ook de kunst van het Romeinse Rijk werd vaak afgeleid uit Griekse modellen.

Proefversie©VANIN

In de Griekse kunst stond de verering van goden (mythologie) en sporters centraal. Je vindt die thema’s terug in taferelen in tempels en in scènes op vaasschilderingen en beeldhouwwerken. In de ontwikkeling van de Griekse bouwkunst onderscheid je drie periodes:

De Dorische stijl vanaf 600 v.C. staat bekend om een kaal en eenvoudig kapiteel

De Ionische stijl vanaf 570 v.C. is te herkennen aan haar twee grote krullen die het kapiteel vormen.

De Korinthische stijl vanaf 420 v.C. heeft een kapiteel dat versierd is met acanthusbladeren.

Ook in de beeldhouwkunst onderscheid je drie periodes:

De archaïsche periode van ca. 650 tot 500 v.C. staat vooral bekend om de Kouroi-beelden.

De klassieke periode van ca. 500 tot 323 v.C. wordt gekenmerkt door de contraposthouding waarbij het rechterbeen het volle gewicht draagt en het linkerbeen ontspannen is. De beelden zijn erg geïdealiseerd.

De Hellenistische periode van 323 tot 27 v.C. bestaat uit beelden met veel expressie, beweging en spiergeweld. De figuren worden stilaan realistischer weergeven.

De Romeinen waren geïnteresseerd in praktische architectuur. Ze ontwikkelden amfitheaters, thermen, aquaducten en basilica’s. De Romeinse architectuur was groot, praktisch en imposant en moest macht uitstralen. Romeinse bouwwerken werden vaak verfijnd met Griekse elementen. De rondboog is een belangrijk kenmerk dat terug te vinden is in de triomfboog. Triomfbogen werden gebouwd ter herdenking van een triomftocht of als ereboog voor een keizer.

Keizers werden ook vereerd met bustes in marmer en brons. Daarbij was herkenbaarheid een troef. De Romeinen streefden namelijk naar realisme. Afbeeldingen vind je in fresco’s of mozaïekkunst. Mozaïek werd eerst voornamelijk gebruikt als vloer in de huizen van rijke Romeinen. In de vroegchristelijke periode werden mozaïeken ook gebruikt om muren en plafonds van basilieken te versieren.

De term Byzantijnse kunst wordt zowel gebruikt voor de kunst van het Oost-Romeinse Rijk (395-1453) als voor de stijl die zijn wortels in Byzantium heeft. Het is een voortzetting van de oud-christelijke kunst en de laat-klassieke kunst die tot bloei komt onder keizer Justinianus (527-285) en duurt tot de val van het Oost-Romeinse Rijk in 1453. De religieuze bouwkunst wordt gedomineerd door centraalbouw met koepelbekroning. De beeldhouwkunst beperkt zich tot reliëfs in steen en kapitelen versierd met dieren- en plantenmotieven. Er wordt ook veel met ivoor gewerkt. Byzantijnse mozaïekkunstenaars decoreerden zo bijvoorbeeld de San Vitale in Ravenna. In de schilderkunst zien we vooral iconen.

6.4 49 HOOFDSTUK 6

5 ROMAANSE EN GOTISCHE KUNST IN DE MIDDELEEUWEN

1 Waar situeert de middeleeuwse kunst zich in de tijd? Gebruik de tijdlijnen om de juiste data bij de foto's aan te vullen.

ca.3,5miljoenv.C.

Proefversie©VANIN

ca.3500v.C.

KLASSIEKE OUDHEID MIDDELEEUWEN VROEGMODERNE TIJD
GESCHIEDENIS
ca.800v.C. ca.500 ca.1500 ca.18001945 HEDENDAAGSE TIJD MODERNE TIJD 1
PREHISTORIE MIDDELEEUWEN ROMAANSE KUNST GOTISCHE KUNST 1050 1200 1140 1500
OUDE NABIJE OOSTEN Romaanse kunst Gotische kunst
50 HOOFDSTUK 6
Van tot Van tot Sint-Hadelinuskerk, Celles (11e eeuw) Notre-Dame, Parijs (1163-1345)

2 De opkomst van het christendom was in de middeleeuwen een grote bron van inspiratie. Lees de tekst. Beantwoord daarna de vragen.

DE EERSTE KERKBOUW

Wanneer God wordt afgebeeld met een kroon, gezeteld op een troon, spreek je van een Majestas Domini, wat letterlijk staat voor: koning God. In de romaanse kunst zie je dat vaak bij het kerkportaal en in de buurt van het altaar en koor. Op de grote wandvlakken vind je scènes uit de Bijbel terug in fresco- of temperatechniek.

Fresco is een techniek waarbij verf wordt aangebracht op de natte kalklaag. Daardoor hecht de verf zich aan de kalk en omdat ze samen opdrogen, vormen ze een geheel.

Tempera is een verfsoort. Voor de uitvinding van olieverf in de 15e eeuw werd meestal tempera gebruikt. Tempera wordt gemaakt door droge, poedervormige pigmenten te vermengen met eidooier en water.

De romaanse bouwkunst is voornamelijk te herkennen aan zijn massieve muren uit steen. De rondboog komt in verschillende varianten aan bod. Je vindt hem terug in de vorm van boogfriezen, dat is een rij even grote bogen die horizontaal met elkaar verbonden zijn. Of als een gordelboog, die bestaat uit opeenvolgende bogen ter ondersteuning van het gewelf. Zelfs in de deur- en raamopeningen zie je hem: de rondboogvensters zijn meestal klein en bestaan uit glas in lood.

Het grootste deel van de middeleeuwse bevolking was analfabeet. Het was dan ook essentieel dat de bijbelverhalen op een duidelijke manier werden verteld aan de mensen die niet konden lezen. Het narratieve en didactische had prioriteit.

a Welke technieken werden gebruikt voor de schilderkunst? Waarvoor staan die technieken?

Proefversie©VANIN

b Lees met een klasgenoot de onderstaande zinnen. Markeer telkens de juiste optie.

1→ De romaanse kunst staat in dienst van God / een keizer.

2→ Vaak zijn er kleine / grote ramen waardoor de kerk donker / licht is.

3→ Beeldhouwwerken in de romaanse kerk zijn vooral monumentaal / op zichzelf.

4→ De functie van de bijbelverhalen op de wandvlakken is decoratief / didactisch.

51 HOOFDSTUK 6
Basiliek Sainte-Marie-Madeleine, Vézelay

c Herken je in de afbeeldingen in romaanse stijl het juiste bijbelverhaal? Vul de afbeeldingen aan met de juiste letter.

Proefversie©VANIN

A De kruisiging van Christus

B Christus spreekt de apostelen toe

C De ark van Noach

D Refectorium (eetzaal) fresco van de abdij van Saint-André

3 De kathedraal van Doornik is een van de beroemdste romaanse gebouwen in België. Lees de tekst en beantwoord de vragen.

Onze-Lieve-Vrouwekathedraal, Doornik (12e eeuw)

De kathedraal van Doornik is gebouwd in de eerste helft van de 12e eeuw en heeft vijf indrukwekkende romaanse torens. Met zijn 134 meter is het een van de grootste kathedralen van België. Sinds 2000 prijkt de kathedraal op de Unesco Werelderfgoedlijst.

De kathedraal van Doornik is de enige die bij aanvang van de bouw bedoeld was om dienst te doen als kathedraal. Alle andere kerkgebouwen werden pas ingewijd als kathedraal nádat ze er stonden.

Het romaanse koor werd in de 13e eeuw afgebroken en vervangen door een enorm gotisch koor. Alle andere delen zoals het middenschip en het dwarsschip zijn romaans. Voor een romaans gebouw is deze kathedraal erg goed verlicht.

52 HOOFDSTUK 6

a Wat maakt deze kathedraal speciaal ten opzichte van andere kathedralen in België?

b Wat kun je vertellen over de ramen en het licht in deze kathedraal?

Proefversie©VANIN

4 Gijs Van Vaerenbergh (1983) ontwierp voor Borgloon een kerkgebouw geïnspireerd door de vroegchristelijke kerk. Wist je dat The Guardian dit het mooiste plekje van België noemt?

a Waaraan herken je het christelijke karakter?

b Hoe komt het dat deze kerk geen donker gevoel oproept? Benoem de gebruikte techniek.

5 De gotische bouwkunst wordt vaak geassocieerd met kathedralen en abdijen in Frankrijk en Italië.

a Een groot voorbeeld van de gotische bouwkunst in Europa is de Notre-Dame in Parijs. Welke kenmerken zie je aan de buitenkant van de kerk?

b Ook in Italië breekt de gotiek door, weliswaar in een aangepaste vorm. Wat zijn de verschillen?

Notre-Dame, Parijs (1163-1345)

53 HOOFDSTUK 6
Reading between the Lines (Gijs Van Vaerenbergh, 2011)

c Hoe geeft de Belgische kunstenaar Jan De Vliegher de gotiek weer in zijn schilderij van de kathedraal van Siena?

Olieverf op doek van de kathedraal van Siena (Jan De Vliegher, 2008)

6 Kenmerkend voor de gotische bouwkunst is de combinatie van de spitsboog met het kruisribgewelf. Bekijk de verschillende fases van de gotiek. Noteer de begrippen in de juiste kolom.

vierdeling op rechthoekig grondvlak – uitgebreidere gewelven – zesdeling op vierkant grondvlak

Vroeggotiek (ca. 1140-1200) Hooggotiek (ca. 1200-1300) Laatgotiek (ca. 1300-1500)

Abdij van Notre-Dame, Mouzon (12e eeuw)

Sainte Chapelle, Parijs (1248)

Kathedraal Exeter (ca. 1350-1400)

Proefversie©VANIN

7 Aeneas Wilder (1967) is een Schotse kunstenaar die zich liet inspireren door de rondgang van het klooster van Colen.

a Wanneer je het werk betreedt, geeft het een religieuze ervaring. Hoe zou dat komen?

b Uit welk materiaal is dit werk gemaakt?

54 HOOFDSTUK 6
Untitled #158 (Aeneas Wilder, 2012)

Good to know

Kathedraal van Teruel, Spanje (1171-1587)

Mudejar

De Mudejarkunst ontwikkelde zich in de 12e eeuw in de Spaanse regio Aragón. De voornaamste kenmerken zijn het gebruik van baksteen en de constructie van hoefijzerige bogen. De kunstsoort werd beïnvloed door de islamitische én christelijke traditie en is het bewijs dat beide godsdiensten in het middeleeuwse Spanje vreedzaam naast elkaar konden bestaan.

Aangezien de Mudejarperiode samenvalt met de reconquista en de aanwezigheid van een christelijke autoriteit, is de Mudejararchitectuur vooral terug te vinden in door de vorsten gebouwde kastelen en in christelijke kerkgebouwen. Mudéjar is overigens een verbastering van het Arabische woord mudayyan en betekent: ‘zij die mogen blijven'.

Proefversie©VANIN

In de middeleeuwen (ca. 500-ca. 1500) kun je twee periodes onderscheiden:

Romaanse kunst (1050-1200)

Gotische kunst (1140-1500)

Nadat het christendom werd goedgekeurd als geloof ging het erg snel. Steden groeiden en hadden elk een kerk nodig. Die kerken werden rijkelijk versierd met afbeeldingen om het verhaal van God te vertellen.

De romaanse bouwkunst kenmerkte zich door rondbogen, tongewelven en kruisgewelven. Door de combinatie van stevige dikke muren en kleine ramen was het binnen in de kerk donker en obscuur. Geregeld werden deze kerken uitgebreid met gotische elementen.

Vanaf de 6e eeuw werden afbeeldingen gebruikt als beeldtaal voor de ongeletterden.

Het grootste deel van de middeleeuwse bevolking was namelijk analfabeet. Kerken werden voorzien van afbeeldingen van heiligen en scènes uit de Bijbel. De didactische functie was voor de middeleeuwse kunst het belangrijkst.

De grootste bloei van de gotiek vond plaats in Île-de-France in de 12e en 13e eeuw. Vanuit dat centrum verspreidde de gotiek zich over de rest van Europa. Naast Frankrijk, waren ook Duitsland, Italië en Engeland grote fan van de gotische kunst.

De gotische stijl zag je voornamelijk terug in kerkgebouwen. De verticale lijnen en versieringen overheersten. Kenmerkend waren de roosvensters en het gebruik van de spitsboog met het kruisribgewelf. Stenen en muren werden weggelaten. In vergelijking met de romaanse kunst waren de ramen groter en was er meer licht.

In de beeldhouwkunst en schilderkunst kwam je scènes uit de Bijbel tegen. Het lijden van Christus was een van de belangrijkste thema’s.

Middeleeuwse kunst 6.5
55 HOOFDSTUK 6

6 DE VLAAMSE PRIMITIEVEN

1 In de Zuidelijke Nederlanden maken de Vlaamse Primitieven de overgang van de late middeleeuwen naar de vroege renaissance. Ze werken vooral in de omgeving van enkele bloeiende steden. Welke steden zijn dat?

Proefversie©VANIN

2 Jan van Eyck (1390-1441) is de hofschilder van Filips de Goede (13961467). Het was een positie met een forse verloning en zorgde voor goede werkomstandigheden en goed betaalde opdrachten in de ruime kring rond de hertog. Van Eyck was een voorloper in het afbeelden van het landschap.

a Centraal op dit kleine paneeltje drukt Maria de kleine Christus liefkozend tegen zich aan. Het kind slaat zijn ene arm om haar nek.

1→ Wat houdt het kind in zijn andere hand vast?

2→ Hoe is het erekleed versierd waar Maria voorstaat?

3→ Hoe zou je de vleugels van de twee engelen omschrijven?

4→ Welke bloemen groeien er in de haag?

5→ Wat staat er op de metalen fontein?

6→ Wat suggereert het kleine formaat van dit werk?

b Vergelijk de kledij van deze madonna met de kledij van de bruid van Giovanni Arnolfini (zie p.xx).

56 HOOFDSTUK 6
Madonna bij de fontein (Jan van Eyck, ca. 1390)

3

Lees de tekst over Jan van Eyck (1390-1441). Beantwoord daarna de vragen.

Jan van Eyck is een erudiet en geraffineerd kunstenaar die de ongekende mogelijkheden van de olieverf doorgrondt en maximaal benut. Van Eyck begreep dat het de weerspiegeling van het licht is die de figuren vormgeeft en de materie haar specifieke uitzicht en textuur verleent: aan het bont zijn aaibaarheid, aan fluweel zijn wisselende diepte, aan de frêle iris haar transparantie, aan het oog zijn waterige glans …

Proefversie©VANIN

Veel van de nieuwe inzichten over het Lam Gods vloeien voort uit de restauratie en de digitale beeldverwerkingstechnieken die ermee gepaard gingen. Voor het eerst konden de precisie en detaillering tot op de pixel bestudeerd worden. Zo zijn de inscripties op het boek van de annunciatiescène uit het Lam Gods plots leesbaarder. Boekstillevens zijn een kenmerk van van Eyck.

De restauratie van het Lam Gods kon geen spoor blootleggen van twee verschillende schildershanden waar kunsthistorici al jaren over speculeren. De rol van Hubert van Eyck is wellicht beperkt geweest tot het bedenken en het uittekenen van de taferelen.

Tijdgenoten zagen van Eyck niet zozeer als een geniaal individu. Wel als een vakman die ook polychromeren van beelden van het Brugse stadhuis voor zijn rekening nam en die verder een luxemarkt bediende met zijn geniale schilderkunst.

Van Eyck was een ware lichtkunstenaar die de materialiteit van de stoffen kon doen oplichten en als geen ander besefte dat licht, schaduw en weerspiegeling de dingen vormgeven.

De schilderijen van van Eyck zijn zorgvuldig gecomponeerde voorstellingen die betekenislaag op betekenislaag stapelen.

57 HOOFDSTUK 6
Bron: Sabine Alexander in Tertio Lam Gods (Jan van Eyck, 1432)

a Welk materiaal gebruikte Jan van Eyck? Wat is er typerend aan?

b Wat hebben wetenschappers ontdekt bij het Lam Gods?

Proefversie©VANIN

c Wat kon de restauratie niet blootleggen? Markeer het in de tekst.

Good to know Jan van Eyck

Van Eyck maakte voor zijn schilderijen ontwerptekeningen waarop hij nauwgezet het kleurgebruik voor elk onderdeel van het werk noteerde. Die kennis danken we aan de zilverstifttekening voor het portret van kardinaal Albergati (1435) die bewaard is gebleven. Dergelijke ontwerpen waren het kapitaal van een atelier en de erfenis van de meester aan zijn medewerkers en leerlingen. Ze waren de grondstof voor nieuwe kunstwerken, maar werden zelf niet als kunst gezien.

Ontwerpen gingen van hand tot hand, raakten beduimeld en gekreukt en werden uiteindelijk weggegooid. Het was pas met Albrecht Dürer (1471-1528) dat ze een volwaardige artistieke status kregen en niet louter als werkinstrument dienst deden. Dürer introduceerde het zelfportret als zelfstandig genre en signeerde als eerste zijn werk met een monogram.

4 Het werk van Jeroen Bosch (ca. 1450-1516) werd tijdens zijn leven meermaals gekopieerd, tot vervalsingen toe. Ook nu zijn er hedendaagse kunstenaars, zoals Brecht Evens, die dezelfde soort bouwstenen laten terugkomen in hun werken.

a Wat kun je zeggen over de ruimtesuggesties in de werken van Jeroen Bosch (zie p. xx) en Brecht Evens?

58 HOOFDSTUK 6
Het amusement (Brecht Evens, 2018)

b Wat kun je zeggen over de inhoud van de werken?

Proefversie©VANIN

5 Rogier van der Weyden (1400-1464) was een van de belangrijkste Vlaamse schilders uit de 15e eeuw. Een geliefd en terugkerend onderwerp in zijn werken was de madonna. Ook voor hedendaagse kunstenaars vormt ze een bron van inspiratie.

a Uit welke elementen bestaat een beeld van de madonna?

b Markeer de werken van Rogier van der Weyden met groen en de werken van hedendaagse kunstenaars met blauw. Let op: je hoeft niet elk werk te markeren. Waarop heb je je keuze gebaseerd?

1 5 6 7 2 3 4
59 HOOFDSTUK 6

6 Hugo van der Goes (ca. 1440-1482) was de belangrijkste Vlaamse kunstenaar uit de tweede helft van de 15e eeuw. Hij werd zelf geïnspireerd door vroegere Vlaamse schilders als Jan van Eyck en Rogier van der Weyden. Bij van der Weyden kreeg hij zelfs zijn opleiding. Het Portinari-altaar van Van der Goes is een van de belangrijkste schilderijen van de Vlaamse Primitieven. Het ambitieuze werk kan concurreren – ook qua formaat – met het Lam Gods van Van Eyck.

a Omcirkel de herders.

b Waaraan heb je de herders herkend?

Proefversie©VANIN

c Welk verhaal staat centraal?

De schilders van de Vlaamse Primitieven (1400-1550) werkten voornamelijk rond de bloeiende steden Brugge, Gent, Leuven, Doornik en Brussel. Zij waren de eersten die olieverf op grote schaal gebruikten. Op die manier konden ze meer in detail werken. De onderwerpen kwamen uit de Bijbel, maar werden realistisch en menselijk weergegeven.

Enkele van de eerste beroemde schilders van de Lage Landen waren Jan van Eyck, Hugo van der Goes, Rogier van der Weyden en Jeroen Bosch.

Vlaamse primitieven 6.6 60 HOOFDSTUK 6
De aanbidding door de herders (Hugo van der Goes, 1473-1478)

1 Waar situeert de renaissance zich in de tijd? Gebruik de tijdlijnen om de vragen te beantwoorden.

ca.3,5miljoenv.C.

PREHISTORIE

ca.3500v.C.

Proefversie©VANIN

VROEGMODERNE TIJD

MIDDELEEUWEN

a Omcirkel de periode van de renaissance.

b Vul de juiste data aan.

Vroegrenaissance

Hoogrenaissance

Maniërisme of late renaissance

c Lopen de periodes parallel of volgen ze elkaar chronologisch op?

7 DE RENAISSANCE
OUDHEID MIDDELEEUWEN VROEGMODERNE TIJD GESCHIEDENIS
KLASSIEKE
ca.800v.C. ca.500 ca.1500 ca.18001945
TIJD MODERNE TIJD 1
HEDENDAAGSE
OUDE NABIJE OOSTEN
VROEG RENAISSANCE MANIËRISME HOOG RENAISSANCE 1450 1495 1520 1580
Van
tot Van tot Van ca. tot
61 HOOFDSTUK 6
Geboorte van Venus (Sandro Botticelli, ca. 1485) Schepping van Adam (Michelangelo, 1511) Martelaarschap van de heilige Laurentius (Agnolo Bronzino, 1569)

Good to know

Mona Lisa

In 1911 stal Vincenzo Peruggia de Mona Lisa uit het Louvre. Hij was een Italiaanse assistent-lijstenmaker die op dat moment in het Louvre werkte. Hij liet zich ’s nachts insluiten in het museum en verwijderde het schilderij van de muur. Hij wikkelde het in linnen en liep er de volgende ochtend mee naar buiten.

Twee jaar na de roof werd het schilderij teruggevonden toen Vincenzio Peruggia het probeerde te verkopen aan het stadspaleis van Firenze. Heel wat Italianen zagen hem als een held, omdat zij ook meenden dat de Mona Lisa thuishoorde in Italië. Tegenwoordig wordt het schilderij beveiligd door meerdere camera’s en onzichtbare laserstralen.

Proefversie©VANIN

2 Zoek in de afbeeldingen de kenmerken uit de klassieke oudheid. Geef de overeenkomstige elementen dezelfde kleur.

Klassieke oudheid Renaissance

3 De Pietà van Michelangelo is een beroemd marmeren beeldhouwwerk en het is het enige dat hij ooit heeft gesigneerd. Wat valt je op aan dit werk? Waarom zou de kunstenaar dat zo gedaan hebben?

62 HOOFDSTUK 6
Mona Lisa (Leonardo da Vinci, 1503-1506) Griekse tempel Concordia, Sicilië Santa Maria Novella, Firenze

4 Geen verrijzenis zonder dood. Ondanks zijn gewelddadige dood wordt Christus vaak afgebeeld als een serene schoonheid, of als een ingeslapen man die beweend wordt door bedroefde omstaanders.

a Bekijk de afbeelding. Wat valt je op aan het perspectief?

b Het werk van Hans Holbein de Jonge lijkt levensgroot en levensecht. Je neemt een dode man waar, zonder goddelijkheid. Er is een groot verschil tussen de dood en de opstanding (verrijzenis). Door de opflakkering van de pest in Europa was de dood prominent aanwezig. Beroemd is ook Holbeins serie De Dodendans, met houtsneden die generaties kunstenaars inspireerde. Kun je volgens jou de dood vatten in een beeld?

Proefversie©VANIN

63 HOOFDSTUK 6
De bewening van de dode Christus (Andrea Mantegna, 1475-78) De dode Christus in het graf (Hans Holbein de Jonge, 1521)

5 Het laatste avondmaal beeldt de reactie uit van de twaalf apostelen bij de aankondiging van Jezus dat een van hen hem zal verraden. Dit kunstwerk inspireert menig kunstenaar. Bekijk de afbeeldingen en lees de bijbehorende teksten. Los daarna de vragen op.

Proefversie©VANIN

Het laatste avondmaal van Leonardo da Vinci lijkt in ons tijdskader een heel klassiek werk en een logische en duidelijke voorstelling van dit thema. Toch was die voorstelling voor die tijd heel vernieuwend omdat het werk breekt met een aantal conventies. Da Vinci werkte met een nieuwe schildertechniek om levendige kleuren te verkrijgen in plaats van met een klassieke frescotechniek. Bovendien zet hij alle apostelen naast elkaar op een rij. Traditioneel werd Judas met de rug naar ons toe afgebeeld. De aandacht gaat hierbij vooral naar Jezus die met zijn centrale positie in de verf wordt gezet door de toepassing van het eenpuntsperspectief. Dat was een nieuw gegeven binnen de kunstgeschiedenis en blijft kunstenaars tot vandaag inspireren.

Het laatste avondmaal (Bert Dries, 2020)
64 HOOFDSTUK 6
Het laatste avondmaal (Leonardo Da Vinci, 1495-1498)

Kunstenaar Bert Dries heeft zich voor zijn werk geïnspireerd op Het laatste avondmaal van Leonardo da Vinci. Alle aanwezigen hebben een beschermend, oranje pak aan. De originele compositie is hier behouden als een van de herkenningspunten. Alle aanwezigen dragen een masker. Ze eten geen brood maar junkfood. Al het junkfood verwijst naar de religieuze context van dit werk, zoals ‘Mozes’ pizza’ en het melkkarton met ‘Mary’s Dairy’ waarop te zien is hoe Jezus borstvoeding krijgt.

a Welke gelijkenissen zie je in beide werken?

b Kun je de Judas-figuur vinden in de twee werken? Waaraan herken je hem? Wat hebben ze gemeenschappelijk?

c Zoek zelf een kunstuiting in verband met het Laatste Avondmaal. Zoek op wie het werk maakte, wanneer en in welke stijlperiode. Presenteer je bevindingen aan de klas.

De kunstenaars uit Italië knoopten aan bij de kunst uit de klassieke oudheid. Die ‘wedergeboorte’ wordt de renaissance genoemd. Je kunt de renaissance onderverdelen in:

Vroegrenaissance (1450-1495)

Hoogrenaissance (1495-1520)

Maniërisme of late renaissance (1520-1580)

De renaissance (1400-1600) staat dus voor de wedergeboorte van de klassieke oudheid en de kunst in zijn algemeenheid. De herontdekking van de klassieke idealen leidt tot aandacht voor evenwicht, symmetrie, compositie en harmonie. Daarnaast is er meer aandacht voor anatomie en proportie.

Vanaf de renaissance bestaan schilderijen op zichzelf. Ze worden gemaakt uit olieverf en maken voor de enscenering vaak gebruik van het interieur of exterieur van gebouwen. Daarvoor wordt het lijnperspectief toegepast. Daarnaast wordt het atmosferisch perspectief gebruikt om de voorgrond feller en sterker te laten lijken dan de achtergrond.

Onderwerpen zijn verhalen uit de Bijbel of uit de Griekse en Romeinse godenwereld (mythologie).

Renaissance 6.7 65 HOOFDSTUK 6
Proefversie©VANIN

1 Waar situeert de barok zich in de tijd? Gebruik de tijdlijnen om de vragen te beantwoorden.

ca.3,5miljoenv.C.

ca.3500v.C.

Proefversie©VANIN

a Omcirkel de periode van de barok.

b Vul de juiste data aan.

Vroegbarok

Hoogbarok

Laatbarok of rococo

De schommel (Fragonard, 1767)

c Lopen de periodes parallel of volgen ze elkaar chronologisch op?

8 DE BAROK
OUDHEID MIDDELEEUWEN
TIJD GESCHIEDENIS
KLASSIEKE
VROEGMODERNE
ca.800v.C. ca.500 ca.1500 ca.18001945
TIJD MODERNE TIJD 1
HEDENDAAGSE
PREHISTORIE
OUDE NABIJE OOSTEN VROEGBAROK HOOGBAROK LAATBAROK of ROCOCO 1585 1650 1720 1770
tot 66 HOOFDSTUK 6
Van tot Van tot Van
VROEGMODERNE TIJD Judith en Holofernes (Caravaggio, ca. 1600) Meisje met de parel (Johannes Vermeer, 1665-1666)

2 Bij dansopvoeringen aan de verschillende hoven in het Italië van de renaissance waren alle dansers gemaskerde mannen. Vrouwelijke rollen werden door ranke jongens gedanst. Toen Marie de' Medici door haar huwelijk koningin van Frankrijk werd en de Italiaanse mode aan het Franse hof invoerde, organiseerde ze ook dagelijkse danslessen voor haar hovelingen. In 1563 danste Lodewijk XIV (16381715) de Zonnegod in le Ballet de la Nuit. In 1661 richtte Lodewijk XIV een Académie de Danse op in het Louvre. Jean-Baptiste Lully (1632-1687) is een jonge Italiaanse musicus die aan het hof van Lodewijk XIV terechtkomt. Hij maakt carrière aan het hof van Lodewijk XIV en zal uitgroeien tot een van de bekendste musici van dansmuziek.

a Welke functie heeft muziek aan het hof van Versailles?

Proefversie©VANIN

b Waardoor wint Jean-Baptiste Lully het van de andere muzikanten?

c Welke functie vervult de dans aan het hof van Versailles?

3 De Sint-Carolus Borromeuskerk in Antwerpen is gebouwd door de jezuïeten tussen 1615 en 1621 en is een prachtig voorbeeld van een barokkerk.

67 HOOFDSTUK 6
Carolus Borromeus (François d'Aguilon en Pieter Huyssens, 1615-1621)

a Vergelijk de Sint-Carolus Borromeuskerk met de Santa Maria Novella (zie p. xx). Wat zijn de gelijkenissen en de verschillen? Wat is je conclusie?

Proefversie©VANIN

b Op de voorgevel van de kerk zie je het opschrift ‘IHS’. Dat werd veel gebruikt als logo door de katholieke orde der jezuïeten. IHS kan verschillende betekenissen hebben. Wat betekent het bij de jezuïeten?

4 De Extase van de heilige Theresia van Avila (1647-1652) is een meesterwerk van de Italiaanse barokkunstenaar Gian Lorenzo Bernini (1598-1680). Het beeld is te vinden in de kapel van de familie Corano in de basiliek van Santa Maria della Vittoria in Rome.

Zoek op het internet een afbeelding van het beeld. Het kolossale beeld lijkt te zweven. Zoek op waarom de lichtinval daarbij een rol speelt.

a Hoe wordt het beeld van de heilige Theresia belicht?

b Hoe kun je de rol van de lichtbron omschrijven?

c Hoe kan dit kolossale en hoge werk toch zo zwevend zijn?

68 HOOFDSTUK 6

5 In de barokperiode waren er heel wat vrouwelijke kunstenaars met pit. Lees het krantenartikel. Markeer daarna met een klasgenoot de juiste optie in de zinnen.

1 Kunstenares Lavinia Fontana had wel / geen aanzien bij de paus.

2 Artemisia is een navolger van Caravaggio / Leonardo.

3 Vrouwen schilderden enkel / vaak portretten of stillevens.

4 In deze periode konden vrouwen wel / geen prestigieuze opdrachten binnenrijven.

5 Clara Peeters / Artemisia Genteleschi was de eerste vrouw die toegelaten werd tot de Accademia dell’ Arte del Disegno.

Proefversie©VANIN

Volgens de heersende codes van de 16e en 17e eeuw waren artistieke vrouwen veroordeeld tot het schilderen van bloemstukken en portretten. Vaak kwamen ze al als kind in het atelier van hun vader waar ze leerden schilderen, maar veel verder kwamen vrouwelijke kunstenaars niet. Ze leerden de technische kant van het schilderen niet, ze leerden geen naakten schilderen (dat zou heel ongepast geweest zijn) en ze mochten ook niet buiten schilderen (stel je voor dat iemand hen zou zien). Vrouwen schilderden dus vaak portretten of stillevens.

Artemisia Gentileschi (1593-1653) was de eerste vrouw die zich als schilder wist waar te maken. Ze was een zelfbewuste vrouw die met succes haar plaats in de 17e-eeuwse samenleving en onder schilders veroverde. De gewelddadige verkrachtingen door haar leermeester Tassi en het feit dat ze haar moeder verloor toen ze pas tien was, hebben haar leven en schilderkunst diepgaand beïnvloed. Ze verwierf roem als een van de navolgers van Caravaggio.

Haar werken bevatten naturalistische en gruwelijke details die experimenteel zijn aangebracht. Ze leerde haar technieken namelijk van haar mannelijke tijdgenoten. In haar voorstellingen legde ze de nadruk op sterke vrouwelijke figuren. We komen Artemisia tegen als Cleopatra, als Maria, als Judith … Ook in haar rol als kunstenaar bracht ze een belangrijk vrouwelijk rolmodel mee. Ze was populair in haar tijd, verkocht goed en deed haar eigen onderhandelingen.

Ze was in 1616 de eerste vrouw die toegelaten werd tot de Accademia dell’ Arte del Disegno die door Leonardo da Vinci en Rafaël was opgericht in Firenze. Net als Leonardo, Raphael en Rembrandt wordt ook Artemisia alleen met de voornaam aangesproken.

Toch zijn er in deze periode meer vrouwelijke kunstenaars die prestigieuze opdrachten binnenrijven. Stuk voor stuk genieten ze een hoge politieke bescherming. Aan de hoven hebben ze hooggeplaatste mecenassen. Zo genoot Lavinia Fontana (1522-1614) uit Bologna aanzien bij de paus. Bij ons kennen we Clara Peeters (1607-1657) en Michaelina Wautier (1604-1689) die bekend waren aan het Brusselse hof.

Bron: www.standaard.be

69 HOOFDSTUK 6
Jaël en Sisera (Artemisia Gentileschi, ca. 1620)

6 Bekijk het kunstwerk van Dominik Lejman (1969).

a Formuleer een antwoord op de vragen en bespreek nadien klassikaal.

1→ Wat gebeurt er in dit werk?

2→ Waaraan zie je dat?

3→ Wat kun je nog meer ontdekken?

b Vergelijk het werk van Lejman met dit schilderij van Caravaggio (1571-1610).

1→ Welke gelijkenis zie je wat betreft de bouwsteen ‘licht’?

Proefversie©VANIN

2→ Wat is het centrale onderwerp?

Good to know Fêtes Galantes

In de spiegelzaal van het paleis van Versailles kun je tijdens Fêtes Galantes, een barok verkleedfeestje, terechtkomen aan het Franse Hof van de 18e eeuw. De dresscode bestaat uit korsetten, pruiken en veel franjes. Het feest is ondertussen een traditie geworden en heeft elk jaar een specifiek thema.

In 2022 was het thema het huwelijk van Marie-Antoinette en Louis XVI. Tickets voor deze unieke ervaring kosten meer dan 500 euro. Rondkijken in de private vertrekken is inbegrepen in de prijs.

70 HOOFDSTUK 6
Harnessed Swimmer (Dominik Lejman, 2009) De geseling van Christus (Caravaggio, 1607)

7 Welke invloeden uit de barok zie je nog terugkomen in de hedendaagse samenleving?

Lees de teksten. Welke gelijkenissen en verschillen merk je op? Wat concludeer je?

Nadia Naveau

De Belgische kunstenares Nadia Naveau laat referenties uit de klassieke oudheid, de barok en het modernisme versmelten met elementen uit de populaire cultuur en cartoons. Zo liet ze zich voor het werk hiernaast inspireren door de Vlaamse barokbeeldhouwer Willem Kerricx (1652-1719). De buste heeft dezelfde houding als zijn Bust of Maximilian II Emanuel, Elector of Bavaria. Nadia Naveau bouwt haar werken op met klei en voegt assemblages of objecten die ze vindt, toe aan haar werk. Op die manier ontstaat er een collageachtige sculptuur. In tegenstelling tot het werk van Willem Kerricx zie je een diversiteit aan texturen en kleuren.

Proefversie©VANIN

Aiko Tezuka

Het jacquardweefsel met daarop De Nachtwacht van Rembrandt is ontworpen door de Japanse kunstenares Aiko Tezuka. De stofontwikkeling en -productie gebeurde door het Textielmuseum in Tilburg. De materialen van de draden zijn wol, katoen en acryl.

Dolce & Gabbana

De ontwerpers Domenico Dolce and Stefano Gabbana haalden voor hun herfst-wintercollectie van 2013-2014 inspiratie uit de Siciliaanse baroktraditie. Gouden patronen en zwarte kanten sluiers waren in overvloed aanwezig. De versiersels doen denken aan barokke spiegels, lijsten, prenten van engelen … Het decor sloot hier helemaal bij aan, de ruimte was versierd met enorme gouden kroonluchters bedekt met rozen.

71 HOOFDSTUK 6
Magic Mama (Nadia Naveau, 2015) Flowery Obscurity (nightwatch 04) (Aiko Tezuka, 2019)

We kunnen het atelier van Cecilia Paredes vergelijken met dat van Rubens. Er zijn namelijk veel handen nodig voor het verwezenlijken van de werken. Zo werkt Paredes samen met Zimpha de bodypainter, productie-assistent Cathy Colburn, textielrestaurator Jefta Lammens en fotograaf Bart Ramakers. Niet alleen de aanpak doet je denken aan de barok, maar ook het materiaal dat Paredes gebruikt. De katoenen beschilderde stoffen, ook sitsen genoemd, werden vanaf de barok ingevoerd vanuit India. Ze werden gebruikt als wanddecoratie en verwerkt in kledij.

Proefversie©VANIN

Gelijkenissen

Verschillen

Conclusie

De vernieuwde kerk van Rome moest met behulp van de barok opnieuw macht uitstralen. Ook Lodewijk XIV maakte gebruik van de barok om zijn idee van absolutisme uit te dragen. Bij de schilderkunst wordt clair-obscur gebruikt om dramatische effecten te bereiken. De opstellingen zijn asymmetrisch en de composities diagonaal. Barok 6.8

De barok (1585-1770) ontstaat in Rome en verspreidt zich over Italië, Oostenrijk, Zuid-Duitsland, de Zuidelijke Nederlanden en Spanje. Dat zijn landen die trouw bleven aan de kerk waardoor de stijl van de contrareformatie weerklank vindt.

Er zijn drie periodes te onderscheiden:

Vroegbarok (1585-1650)

Hoogbarok (1650-1720)

Laatbarok of rococo (1720-1770)

De barok domineerde Europa in de 17e en het begin van de 18e eeuw. De stijl is gemakkelijk te herkennen aan de uitgesproken liefde voor overdadige en dramatische effecten. Weelderigheid is troef, zowel in de bouw- en schilderkunst als in de muziek. Contrasten worden benadrukt en menselijke emoties worden uitvergroot. Tegelijkertijd vormt de Bijbel weer een belangrijke inspiratiebron.

72 HOOFDSTUK 6

EUREKA!

“Hoe beïnvloeden stijlperiodes van de prehistorie tot de barok moderne en hedendaagse kunstenaars?”

Proefversie©VANIN

Forum

Ga naar om de vragen te beantwoorden.

1 Wat zijn de verschillen en gelijkenissen tussen de Venus van Willendorf en de beelden van Niki de Saint Phalles? Wat is je conclusie?

2 Wat zijn de verschillen en gelijkenissen tussen de prehistorische handafdrukken en Le Buffle van Yves Klein? Wat is je conclusie?

3 Niet alleen in Europa, ook in Amerika, Afrika, Azië en Australië ontstaan kunstuitingen tijdens de prehistorie. In het noordwesten van Australië vertegenwoordigen Wandjina-figuren bijvoorbeeld mythologische wezens die geassocieerd worden met de schepping van de wereld. Elk Wandjina-beeld wordt er gerenoveerd of opnieuw geverfd door het oudste, nog levende lid dat vermoedelijk afstamt van de oorspronkelijke maker.

a Vergelijk de afbeelding van de Wandjina met de afbeelding uit de grot van Lascaux in Frankrijk. Wat stellen beide afbeeldingen voor?

b Vergelijk de kunstuitingen van de oorspronkelijke bewoners van Australië met:

- het afgebeelde werk van A.R. Penck (1939-2017).

- met het afgebeelde werk van Keith Haring.

c Welke verbanden zie je tussen die kunstwerken en de prehistorie? Welke gelijkenissen en verschillen merk je? Wat concludeer je?

4 Wat zijn de gelijkenissen en verschillen tussen de piramides van Gizeh en de piramide van Christo in Hyde Park?

5 Lees de tekst en beantwoord de vragen.

a Wat is de functie van het palet van Narmer?

b Waarom kun je stellen dat het palet van Narmer het einde van de prehistorie markeerde?

c Bekijk de tekening van het palet van Narmer. Verbind de fragmenten met het passende deel van de tekening.

6 Je maakt deel uit van een team archeologen in Egypte. Stuur een postkaart waarin je vertelt wat je ontdekt hebt over de Egyptische tekenkunst, bouwkunst en beeldhouwkunst.

7 Wat zijn de gelijkenissen en verschillen tussen de Egyptische en de Kretenzische tekenkunst?

8 Werden Minoïsche vazen gebruikt om bloemen in te plaatsen? Leg uit.

9 Lees het verhaal over Zeuxis en Parrhasius en beantwoord de vragen.

a Uit schriftelijke bronnen blijkt dat de schilderkunst bij de Grieken erg belangrijk was. Helaas is er weinig overgeleverd van de Griekse schilderkunst. Wat leert dit verhaal je over de techniek en inhoud van de schilderkunst?

b Wat vertelt dit verhaal je over de kunstenaars?

10 Hoe refereert Kehinde Wiley in zijn werk naar de renaissance?

11 Bekijk de vier beeldhouwwerken. Kun je elk beeld aan een stijlstroming toewijzen? Verklaar je keuze.

12 Met welke stijl zie jij overeenkomsten? Duid de bijbehorende kenmerken aan om je antwoord te staven.

13 Waarom is het beeldhouwwerk De extase van de Heilige Theresia van Bernini een mooie toepassing op het gebruik van de bouwsteen ‘licht’?

14 L’Age d’airain – de Bronstijd (Auguste Rodin, 1876) is het eerste moderne beeldhouwwerk. Toch herken je duidelijk elementen van vroegere stijlstromingen. Welke?

EXIT
73 HOOFDSTUK 6

DE PREHISTORIE

In de (Europese) prehistorie kunnen we twee chronologische periodes onderscheiden: Oude steentijd of paleoliticum (ca. 3,5 miljoen v.C. tot 10000 v.C.) Nieuwe steentijd of neolithicum (10000 v.C. tot 3500 v.C.)

Rotsschilderingen

Technieken Materialen

• Schilderen

• tekenen

• kerven

• sjabloneren

• graveren

Proefversie©VANIN

• verf gemaakt van verschillende pigmenten en metalen

• penselen uit bont, veren en bladeren

• afgekauwde stokjes

• holle beenderen

Inhoud & Functie

Er wordt vooral fauna afgebeeld, voornamelijk zoogdieren bv. mammoeten, beren, bizons, paarden, herten.

De functie van de rotsschilderingen is niet met zekerheid gekend. Vermoedelijk hadden ze een beschrijvende, esthetische, decoratieve of religieuze functie.

Venusbeeldjes

Technieken Materialen

• uithouwen met harder materiaal of kerven

• kleuren met pigment

• beenderen

• krijtrots of ivoor van slagtand

• keramiek

Inhoud & Functie

De beeldjes zijn meestal vrouwen. Vruchtbaarheid kan een thema geweest zijn.

De functie is niet gekend. De beeldjes kunnen een esthetische, religieuze of ceremoniële functie gehad hebben.

SYNTHESE
6.1 74 HOOFDSTUK 6

OUDE EGYPTISCHE KUNST

In Egypte ontwikkelt zich alles rond de rivier de Nijl. Na het Oude Egypte (3500 v.C. - 2600 v.C.) kunnen we drie periodes onderscheiden:

Het Oude Rijk (ca. 2600 v.C. - 2100 v.C.)

Het Middenrijk (ca. 2000 v.C. - 1600 v.C.)

Het Nieuwe Rijk (ca. 1500 v.C. - 1000 v.C.)

Proefversie©VANIN

Technieken Materialen

• veel mankracht

• plaatsing op de fundering

Piramide

• natuursteen of baksteen

• deklaag van witte kalksteen

Tekenkunst

Technieken Materialen

• gekleurd met pigment

• soms reliëf voor extra diepte

• kalk • pigmenten

Inhoud & Functie

De vaak imposante bouwwerken onderlijnden de macht van de farao. Deze hadden veelal een esthetische, decoratieve, religieuze of ceremoniële functie.

Inhoud & Functie

In de tekenkunst werden de goden vereerd en werd het dagelijkse leven dat ze wilden verzekeren in het leven na de dood, afgebeeld.

Deze kunstuitingen hadden veelal een esthetische decoratieve, religieuze of ceremoniële functie.

Beeldhouwkunst

Technieken Materialen

• uithouwen

Inhoud & Functie

• natuursteen bv. kalksteen De Ka-beelden vertegenwoordigden de geest van de overledene op aarde. Bij deze beelden werden grafoffers geplaatst.

De faraobeelden moeten vooral indruk maken op de toeschouwer door hun formaat en plaatsing.

6.2 75 HOOFDSTUK 6

DE EGEISCHE KUNST

De Egeïsche kunst (ca. 3000 v.C. - 1100 v.C.) kunnen we situeren in de bronstijd rond de Egeïsche zee. We kunnen drie periodes onderscheiden:

De Cycladische kunst (3000 v.C. - 1100 v.C.)

De Minoïsche kunst (2800 v.C. - 1400 v.C.)

De Myceense kunst (1600 v.C. - 1100 v.C.)

Proefversie©VANIN

Cycladische kunst Technieken Materialen

Inhoud & Functie uithouwen

• marmer

• beschilderen van het gelaat

Vormkenmerken:

• gekruiste armen

• ovaal, uitdrukkingsloos gezicht

• grote, scherpe neus

Minoïsche kunst Technieken Materialen

• uitgekiende wateraanvoeren waterafvoersystemen

• frescotechniek (muurschilderingen)

• draaischijf (potten)

• Muurschilderingen werden aangebracht door middel van de frescotechniek.

Om de potten te vervaardigen, gebruikten ze een draaischijf.

Paleis van Knossos:

• bakstenen

• rood-zwartgekleurde cipreshouten zuilen

• kalklagen

• pigment

Potten:

• klei

Myceense kunst Technieken Materialen

Burchten:

• stenen in verschillende formaten

• gestapeld

Ze hadden een esthetische, decoratieve, religieuze of ceremoniële functie.

De afgodsbeeldjes zijn in graven teruggevonden. Deze hadden een funeraire functie.

Inhoud & Functie

Het paleis vormt het centrum voor commerciële, religieuze en ceremoniële doeleinden.

De thema’s in de paleizen vereerden de heilige stier en beeldden het leven rondom het paleis af.

De keramieken kruiken en vazen werden gebruikt om voedsel te bewaren en te delen.

Inhoud & Functie

• grote stenen of megalietenDe Myceense burchten moesten de stad en vooral het centrale megaron goed verdedigen tegen indringers.

6.3 76 HOOFDSTUK 6

KUNST IN DE KLASSIEKE OUDHEID

In de klassieke oudheid onderscheiden we:

De Griekse kunst (ca. 500 v.C. - 27 v.C.)

De Romeinse kunst (ca. 27 v.C. - 450)

De Byzantijnse kunst (350 - 1453)

Griekse kunst Technieken Materialen

• Uitkrassen van figuren in roodfigurige vazen

• Uitkappen beelden

Vormkenmerken:

• Contrapost

• Vrijstaande zuilen

• Streven naar perfecte harmonie

Proefversie©VANIN

Inhoud en functie

• Keramische producten uit klei

• Steen

• Marmer

Romeinse kunst Technieken Materialen

• Frescotechniek (muurschilderingen)

• Mozaïek

Vormkenmerken:

• Rondboog

• Tongewelf

• Kruisgewelf

• Koepel

• Brons

• Marmer

Verering van goden (mythologie) en sporters staan centraal. Zij worden meestal geïdealiseerd weergegeven.

Inhoud en functie

Bustes van keizers streven naar realisme en herkenbaarheid.

De bouwkunst is praktisch, groot en imposant en straalt macht uit.

Byzantijnse kunst Technieken Materialen

• Indrukwekkende koepels

• Mozaïeken

• Strakke compositie

Vormkenmerken:

• Centrale plattegrond, met de vorm van een veelhoekig of cirkelvormig Grieks kruis

• Baksteen voor de bouw

• Ivoor en hout in de beeldhouwkunst

Inhoud en functie

Imposant, uitstralen van macht, versieren van kerken en religieuze gebouwen

6.4 77 HOOFDSTUK 6

MIDDELEEUWSE KUNST

In de middeleeuwen kunnen we twee periodes onderscheiden:

De romaanse kunst (1040-1200)

De gotische kunst (1140-1500)

Romaanse kunst

Technieken Materialen

• Frescotechniek (muurschilderingen)

• Temperatechniek

Vormkenmerken:

• Rondbogen

• Tongewelven

• Kruisgewelven

• Monumentaal beeldhouwwerk

Proefversie©VANIN

• Steen

Inhoud en functie

Afbeeldingen van heiligen en God hebben een didactische functie. Ze worden gebruikt om een verhaal te vertellen aan de gelovigen, die meestal analfabeet waren.

Door de combinatie van stevige dikke muren en kleine ramen was het binnen in de kerk donker en obscuur. Op die manier voelden de gelovigen zich klein en nietig.

Gotische kunst

Technieken Materialen

Temperatechniek

Vormkenmerken:

• Spitsboog met kruisribgewelf

• Verticale lijnen

• Roosvensters

DE VLAAMSE PRIMITIEVEN

• Steen

• Achtergrond van schilderingen in bladgoud

• Glas in lood

Inhoud en functie

Scènes uit de Bijbel werden overtuigd en ontroerd verteld. Het weglaten van muren en steen in kerken zorgden ervoor dat God in de vorm van licht werd binnengelaten.

De Vlaamse Primitieven (1400-1550), ook wel de Noordelijke renaissance genoemd, kunnen we voornamelijk situeren rond de bloeiende steden Brugge, Gent, Leuven, Doornik en Brussel.

Romaanse kunst

Technieken Materialen

• Nat-in-nat

• Verfijnde en gedetailleerde schildertechniek

• Olieverf

Inhoud en functie

Religieuze thema’s werden realistisch weergeven. De gezichten van heiligen lijken op die van mensen van vlees en bloed. In de schilderijen zitten vaak boodschappen verstopt, dat noemen we symboliek.

6.5 6.6 78 HOOFDSTUK 6

DE RENAISSANCE

De renaissance ontwikkelt zich onder meer in Italië. We kunnen drie periodes onderscheiden:

Vroegrenaissance (ca. 1450 -1495)

Hoogrenaissance (ca. 1495 – 1520)

Maniërisme of laatrenaissance (ca. 1520 tot 1580).

Proefversie©VANIN

Renaissance Technieken Materialen

• Frescotechniek

• Reliëfs

Vormkenmerken:

• Klassieke ornamenten zoals zuilen, een fronton en een fries

• Lijn- en atmosferisch perspectief

• Verhoudingen

• Anatomie van de mens

DE BAROK

• Brons

• Marmer

• Olieverf

Inhoud en functie

Naast christelijk religieuze scènes kwam ook de klassieke mythologie terug als thema.

Portretbustes en ruiterstandbeelden zoals in de klassieke oudheid werden veel gebruikt voor keizers en veldheren.

De barok (1585-1770) ontstond in Rome en kunnen we onderscheiden in drie periodes:

Vroegbarok (1585-1650)

Hoogbarok (1650-1720)

Laatbarok of rococo (1720-1770)

Technieken Materialen

• Clair-obscur

• Trompe-l’oeil

Vormkenmerken:

• Dynamische composities

• Emotionele uitdrukkingen

• Weelderigheid

• Bladgoud

Barok

Inhoud en functie

De Bijbel vormt weer een belangrijke inspiratiebron dankzij de contrareformatie.

De vernieuwde kerk van Rome moest met behulp van de barok opnieuw macht uitstralen. Ook Lodewijk XIV maakte gebruik van de barok om zijn idee van absolutisme uit te dragen.

6.7
79 HOOFDSTUK 6
6.8

Proefversie©VANIN

Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.