'We zijn op expeditie' - 03/2018 by Transport en Logistiek Nederland

nummer 3 september 2018

HelloFresh vindt recept voor verdere groei Openhartoperatie bij Mandersloot

Annemieke Nijhof (voorzitter klimaattafel Mobiliteit):

â&#x20AC;&#x2DC;We zijn op expeditieâ&#x20AC;&#x2122;

Nederland Logistiek

Aanpak A12: alle seinen op groen

Onlangs ondertekende een groot aantal partijen de intentieverklaring A12 Gouda-De Meern. Hiermee brengen de ondertekenaars de verkeersproblematiek op dit traject actief onder de aandacht van de Rijksoverheid. Ook de Provincie Zuid-Holland en Transport en Logistiek Nederland (TLN) ondertekenden de intentieverklaring. ‘Het is heel bijzonder dat zo’n grote groep partijen, waaronder ook de Provincie Utrecht, VNO-NCW en de betrokken gemeenten, samen optrekt en effectief werkt aan oplossingen voor de kor-

IN HE T NIE U WS

te én lange termijn. Daarmee ontstaat bestuurlijk gewicht en benadruk je de urgentie’, aldus Floor Vermeulen, gedeputeerde van de Provincie Zuid-Holland. Ruud Jongeneel onderschrijft namens Transport en Logistiek Nederland (TLN) de woorden van Vermeulen: ‘Het traject staat met 13 miljoen euro schade in 2017 in de top-3 van duurste files in Nederland. Het staat er vrijwel dagelijks vast, en al lang niet meer alleen tijdens de spitsuren. Dit belemmert de gewenste doorstroming, ook op het onderliggend wegennet, en vraagt dus om actie. Met de breed gedragen intentieverklaring laten wij zien dat wij er graag de schouders onder willen zetten.’ Niet eenvoudig Vermeulen en Jongeneel zijn beiden positief

gestemd over het vervolg, nu de intentieverklaring is ondertekend en overhandigd. Vermeulen: ‘Het kabinet ziet in dat de A12 tussen Gouda en De Meern moet worden aangepakt, zo blijkt ook uit het regeerakkoord. De hiervoor benodigde co-financiering krijgt inmiddels vorm. Bovendien laat de Nationale Mobiliteits- en Capaciteitsanalyse duidelijk zien dat de balans tussen de verkeersintensiteit en -capaciteit naar de ver-

keerde kant uitslaat, waarmee ook de verkeersveiligheid op dit stuk van de A12 onder druk komt te staan. Dus eigenlijk staan alle seinen om nu aan de slag te gaan op groen.’ Jongeneel: ‘Het is, mede vanwege de complexiteit van het knelpunt, niet eenvoudig om op de korte termijn tot structurele oplossingen te komen én daarvoor voldoende financiële middelen te krijgen. Maar een eerdere gezamenlijke inzet van overheid en bedrijfsleven bij de fileproblematiek op de A15, ter hoogte van de Drechtsteden, heeft zich inmiddels bewezen. Daar komt een structurele oplossing dichterbij, doordat Rijk en Provincie bereid zijn gevonden voldoende financiële middelen beschikbaar te stellen. Ik ben ervan overtuigd dat we door onze gezamenlijke inzet voor wat betreft de A12 ook hier uiteindelijk resultaat zullen boeken.’

VO O RWO O RD

In beweging Annemieke Nijhof, voorzitter van de klimaattafel Mobiliteit, verwoordt het goed in haar interview dat verderop in dit blad is te lezen: de kans op succes is vele malen groter als je (tezamen) een duidelijk doel voor ogen hebt. En in het geval van de logistiek is dat Nederland in beweging houden. Gelukkig bestaan er tal van initiatieven die nu al invulling geven aan dat doel. Zo daagde het programma Logistiek in Brabant – een samenwerking tussen de gemeenten Tilburg, Breda, Eindhoven en Helmond, de provincie Noord-Brabant, TLN en evofenedex – 23 bedrijven in de Brabantse regio uit om hun logistiek nog beter in te richten. Dat gebeurde vervolgens met succes, met als resultaat dat er nu dagelijks 290 vrachtwagens en bestelbussen minder in de spits op de weg rijden. Een ander voorbeeld is DALI, dat staat voor data science voor logistieke innovatie. Negen bedrijven, waaronder flink wat TLN-leden, oriënteerden zich de afgelopen maanden op de toepassing van data science in de logistieke keten en gaan nu in een praktische setting een concrete casus uitvoeren. Beide voorbeelden zijn veelbelovend als je het mij vraagt. Slimme samenwerking is immers een belangrijke factor om toekomstige uitdagingen succesvol aan te kunnen gaan. Of om Annemieke Nijhof te parafraseren: we moeten niet alleen over verandering praten, maar ook daadwerkelijk durven te veranderen.

Arthur van Dijk Voorzitter TLN

18 Openhart operatie bij Mandersloot

INH O U D

10 ‘We zijn op expeditie’ Voor het Klimaatakkoord zijn concrete afspraken gemaakt over maatregelen die de CO2-uitstoot in Nederland moeten halveren. Annemieke Nijhof zat de klimaattafel Mobiliteit voor en is content met het door de sector opgeleverde resultaat. ‘Voor een belangrijk deel zit het succes in de ambitie.’

Krapte op de arbeidsmarkt: oplossingen gevonden?

Fit voor het werk

HelloFresh vindt recept voor verdere groei

VERDER IN DIT NUMMER 2 In het nieuws

16 In beeld

30 Aan het woord

6 Berichten

21 In beweging

31 Service-info

Nederland Logistiek

Kloosterboer heeft met een score van 86,76 procent het BREEAM-NL oplevercertificaat Outstanding ontvangen voor het koel- en vrieshuis Kloosterboer Cool Port in de Rotterdamse Waalhaven. Deze vestiging, met een capaciteit van 40.000 palletplaatsen, is hiermee volgens de beoordelingsrichtlijn een van de meest duurzame koel- en vrieshuizen in Nederland. Het meest duurzame aspect van het gebouw zijn de 11.000 zonnepanelen die op het dak van het pand zijn geplaatst. De verwachte jaaropbrengst is 2,6 miljoen kWh, wat gelijk staat aan het jaarverbruik van 737 huishoudens. Hiermee kan Cool Port voor een groot deel in zijn eigen energiebehoefte voorzien.

11.000 zonnepanelen bij Kloosterboer

Eerste transactie volgens iSHARE Secure Logistics, leverancier van identiteits- en toegangssystemen in de logistieke sector, heeft als eerste in Nederland op basis van het iSHARE-afsprakenstelsel data gedeeld. Deze eerste iSHARE-transactie past in de strategie van Secure Logistics om de efficiëntie in de haven-, logistieke en industriële sector te vergroten met behulp van standaardisatie. iSHARE, dat het mogelijk

maakt dat iedereen met iedereen in de logistieke sector data deelt, zorgt er bij Secure Logistics voor dat klanten, waaronder containerterminals en havens, geen klantspecifieke connectie nodig hebben wanneer zij willen aansluiten op de systemen van Secure Logistics of van andere partijen. Dat scheelt aanzienlijk in tijd en kosten.

Logistieke opname op recordhoogte In de eerste helft van 2018 is 1,4 miljoen vierkante meter vastgoed opgenomen door logistieke gebruikers, blijkt uit cijfers van internationaal vastgoedadviseur Cushman & Wakefield. Dat is bijna 6 procent meer dan in dezelfde periode vorig jaar. Menno van Boxtel, head of logistics bij Cushman & Wakefield, licht toe:

‘Schaarste aan gekwalificeerd personeel vormt een toenemende uitdaging binnen de logistieke sector. Logistieke partijen zoeken om die reden in toenemende mate de nabijheid van steden op om zo betere toegang te krijgen tot de arbeidsmarkt. Overigens is deze hang naar stedelijke gebieden wel sterk

afhankelijk van ‘the central point of gravity’ en van het gebied waarbinnen de supply chain van een organisatie actief is. Waar een e-commerce bedrijf juist zo dicht mogelijk bij de klanten wil zitten, wordt een nationaal of regionaal distributiecentrum eerder in de nabijheid van productiefaciliteiten gesitueerd.’

Top-5 Omvangrijke transacties bedrijfsruimte Plaats Locatie 1 Amsterdam Westpoort 2 Venlo Trade Poort Noord 3 Zaltbommel Wildeman 4 Eindhoven GDC 5 Rotterdam Seattleweg

Huurder/koper Metrage Fetim 70.250 High Tech Business 70.000 Mainfreight 50.000 DHL 45.225 Neele VAT 42.500

Bron: Cushman & Wakefield

CIJFER

31,7 meter is de lengte van de duo-trailer waarmee Seat op dit moment in Spanje test

B E RI C H T E N

Nederland ligt op kop met retourneren Nederlandse consumenten retourneren massaal items die zij online hebben gekocht. Dit blijkt uit de E-Shopper Baro meter van pakketbezorger DPD. Met een retourpercentage van 9 procent is Nederland koploper van Europa, op de voet gevolgd door Groot-Brittannië, België en Zwitserland. De helft van alle teruggestuurde pakketjes in Nederland bestaat uit kleding. Met het hoge retourneerpercentage ontstaat het beeld dat de mogelijkheid tot retourneren volgens de consument een onmisbare service is bij het online winkelen. Het onderzoek voor de E-Shopper Barometer van DPD werd uitgevoerd door Kantar TNS onder 24.871 e-shoppers uit 22 landen, waaronder 1.023 Nederlanders.

‘ Blockchain biedt kansen voor mkb’ Hogeschool Windesheim en Hogeschool Rotterdam onderzoeken de komende 2 jaar hoe het midden- en kleinbedrijf kan profiteren van blockchaintoepassingen. ‘Er is binnen het mkb weinig kennis van de blockchaintechnologie’, stelt Michiel Steeman, lector supply chain finance bij Windesheim. ‘Daar willen we wat aan doen door quick scans en modellen te ontwikkelen waarmee ondernemers meer te weten kunnen komen over blockchain en wat je ermee kunt in je bedrijfsvoering.’ Concrete voordelen ziet Steeman bijvoorbeeld op het gebied van sneller betalen. ‘Blockchain zorgt immers voor minder papierwerk bij facturatie- en orderprocessen.’ Verder biedt blockchain transparantie, omdat je makkelijker data met elkaar kunt delen. ‘Het heeft de potentie om op een veilige manier bepaalde informatie wel en andere informatie niet te delen’, zegt Ron van Duin, lector haven- en stadslogistiek van Hogeschool Rotterdam. ‘Tevens zorgt blockchain voor vertrouwen in de samenwerkingsketen, doordat de data die wordt gedeeld goedgekeurd is door het netwerk, waardoor fouten er snel worden uitgepikt.’

Warehouse zonder gas aansluiting voor Ploeger Ploeger Logistics heeft haar nieuwe BREEAM Outstanding warehouse in Harderwijk in gebruik genomen. Het label BREEAM Outstanding vraagt een focus op duurzaamheid. Het nieuwe warehouse is daarom gebouwd zonder gasaansluiting, heeft een warmtepompinstallatie, een zeer hoge isolatiewaarde en slimme ledverlichting. Directeur Adwin Ploeger: ‘De lijst met energiebesparende maatregelen is

nog veel langer. Overal waar we energie kunnen besparen, doen we dit. Nog dit jaar wordt er een groot aantal zonnepanelen op de speciaal hiervoor verzwaarde dakconstructie geplaatst, waardoor we qua energievoorziening eigenlijk onafhankelijk zijn van het elektriciteitsnet. We zijn blij dat we op deze manier maximaal scoren op duurzaamheid en innovatie, twee sleutelbegrippen in ons bedrijf.’

CIJFER

1.400.000 vierkante meter vastgoed is in de eerste helft van 2018 opgenomen door logistieke gebruikers

Lokale hubs voor emissievrije stadsdistributie DHL Express is in Groningen van start gegaan met een CityHub voor duurzame stadsdistributie. Het gaat om een lokale vestiging met winkelfunctie van waaruit met name fietskoeriers pakketten bezorgen en afhalen en waar consumenten zendingen ook zelf kunnen ophalen en versturen. De fietsen maken gebruik van standaard containers, met het formaat van een Europallet van 80 bij 120 centimeter en een hoogte van 100 centimeter. Deze containers worden gevuld met pakketten, afgeleverd op de CityHub en daar geplaatst op een speciale fiets, de zogenaamde Cubicycle. Daarmee past het geheel binnen de gestandaardiseerde logistieke processen van DHL. Door het inrichten van een CityHub kunnen de laatste kilometers met de fiets worden gedaan. Iedere fiets vervangt een reguliere dieselauto, wat gelijk staat aan 8 ton CO2-vermindering per jaar, aldus DHL.

Nederland Logistiek

Radicale maatregelen in strijd tegen files

Slim en duurzaam beheer infrastructuur Rijkswaterstaat gaat een samenwerking aan met CGI voor het ontwikkelen van geïntegreerde areaalinformatie voor de Nederlandse infrastructuur, zoals snelwegen, bruggen, sluizen en tunnels. Het contract is van toepassing op het programma AIRBIM en moet voorzien in een optimaal beheer van genoemde infrastructuur. Met AIRBIM krijgt Rijkswaterstaat een meer integraal en eenduidig beeld en een nog beter inzicht in de (onderhouds)status van al zijn infrastructurele bouwwerken. CGI gaat Rijkswaterstaat helpen met het eenduidig beheer van alle beschikbare infrastructurele gegevens. Het geheel moet eraan bijdragen dat de Nederlandse infrastructuur is toegerust om aan de toenemende mobiliteit te voldoen en dat ons land bereikbaar en veilig blijft, nu én in de toekomst.

Logistieke banen populair onder werkzoekenden Werkzoekenden zijn het vaakst op zoek naar administratieve, logistieke en sales banen. De vacatures in deze sectoren werden het meest bekeken op de vacaturesite Monsterboard.nl. Sander de Bruijn, marketing directeur van Monsterboard: ‘In de logistiek en ICT zijn enorme personeelstekorten. Dat deze sectoren beide in de top-3 voorkomen, laat zien dat werkzoekenden goed weten in welke branches de kans

op een baan het grootst is.’ Monsterboard verwacht dat de schaarste in de ICT, sales en logistiek alleen nog maar zal toenemen. De kansen voor werknemers liggen dus vooral in deze sectoren voor het oprapen. ‘Wie toe is aan een nieuwe uitdaging hoeft waarschijnlijk niet lang te zoeken naar een nieuwe baan. Maar ook voor de grote groep starters die straks de arbeidsmarkt betreedt, zijn er volop kansen.’

Steeds meer werkgevers in de Metropoolregio Amsterdam kiezen voor een nieuw mobiliteitsbeleid. Dat blijkt uit een benchmark van Breikers, een initiatief van werkgeversorganisaties VNO-NCW en ORAM. De 204 bij Breikers aangesloten organisaties, waaronder ABN-AMRO, Microsoft, Elsevier, Accent en een aantal ziekenhuizen, halen dagelijks ruim 9.500 reizigers uit de spits. Ze doen dit onder meer door de lease- en parkeermogelijkheden te beperken, vaak gepaard met het bieden van meer keuzevrijheid aan werknemers. Zo investeren

organisaties in alternatieven als e-bikes (57%), flexibele werktijden (64%), de mogelijkheid om te werken waar en wanneer je wilt (73%) en een mobiliteitsbudget dat naar eigen inzicht is te besteden (31%). In de strijd tegen de files zet een aantal bedrijven ook meer originele maatregelen in, zoals ‘file sporten’ waarbij medewerkers de mogelijkheid wordt geboden om tijdens de spits met korting of gratis te sporten. Zo heeft Liberty Global een gym, inclusief trainers, waar medewerkers tijdens de spits kunnen sporten.

B E RI C H T E N

SEAT test langste truck van Europa

SEAT en de Spaanse transportonderneming Grupo Sesé hebben een pilottest uitgevoerd met een nieuwe duo-trailer, die inmiddels in een aantal Europese landen rondrijdt. De duo-trailer reed van Zaragoza naar het SEAT-hoofdkantoor in Barcelona en terug en zal verder worden ingezet bij het transport van auto-onderdelen. De combinatie heeft een totale lengte van 31,7 meter, een maximaal laadvermogen van 70 ton en vermindert volgens SEAT de CO2-uitstoot met zo’n 20 procent per rit. Tevens zorgt de duo-trailer voor logistieke kostenbesparingen tot 25 procent, aldus SEAT.

Claassen Logistics beste leerbedrijf

Claassen Logistics uit Tilburg is het beste leerbedrijf voor mbo-studenten in de sector Maritiem, Transport & Logistiek en Mobiliteit. SBB maakte dat eerder bekend. Mbo-studenten volgen het praktijkgedeelte van hun opleiding bij een door SBB erkend leerbedrijf. Erkende leerbedrijven zijn een schoolvoorbeeld voor de branche. Door studenten te helpen opleiden, leveren zij een belangrijke bijdrage aan de toekomst van het vakmanschap. Claassen Logistics leidt sinds 1998 mbo-studenten op. Op de werkvloer van het bedrijf leren ze praktische en sociale vaardigheden. Directeur Florent Claassen is blij verrast met de prijs: ‘Wij vinden het belangrijk dat studenten bij ons leren in de praktijk, omdat wij ook in de toekomst verzekerd willen zijn van goede vakmensen. Wij hebben de ervaring dat goed opgeleide jongeren met goede begeleiding na hun studie naadloos aansluiten in hun latere functie binnen ons bedrijf.’

Overslag Amsterdams zeehaven gebied daalt De overslag in het Noordzeekanaalgebied, met de zeehavens van Amsterdam, IJmuiden, Beverwijk en Zaanstad, is in het eerste halfjaar van 2018 gedaald tot 49,4 miljoen ton, een daling van 5,1 procent. De daling is veroorzaakt door twee ladingstromen: steenkool en olieproducten. De overslag van steenkool daalde in de eerste 6 maanden van 2018 met 25,5 procent tot 6,4 miljoen ton. De overslag van olieproducten daalde met 6,7 procent tot 22,1 miljoen ton. Tegenover de daling van deze ladingstromen staan enkele stijgers. Zo is de overslag van overige droge bulk gestegen met 16,8 procent naar 5,2 miljoen ton. De containeroverslag steeg met 29,6 procent naar 454.000 ton (45.457 TEU), onder meer door de komst van Samskip, dat een lijndienst onderhoudt met Engeland. De stijging van de containeroverslag is ook terug te zien in het aantal scheepsbezoeken. Dat steeg naar 2.514, een stijging van 4,4 procent.

Nederland Logistiek

IN T E RV IE W

Annemieke Nijhof (voorzitter klimaattafel Mobiliteit):

‘We zijn op expeditie’ Voor het Klimaatakkoord zijn concrete afspraken gemaakt over maatregelen die de CO2-uitstoot in Nederland moeten halveren. Annemieke Nijhof zat de klimaattafel Mobiliteit voor en is content met het door de sector opgeleverde resultaat. ‘Voor een belangrijk deel zit het succes in de ambitie.’ TEKST Twan van der Heijden BEELD Ton Zonneveld

oe kijkt u terug op de gesprekken aan de klimaattafel Mobiliteit? ‘Met een goed gevoel. Het was boeiend om met elkaar te werken aan een visie voor emissieloze, veilige en zorgeloze mobiliteit voor alles en iedereen. Bovendien betrad ik een nieuwe wereld. Ik heb een achtergrond in onder meer bodemsanering, ruimtelijke ordening en waterbeheer. De mobiliteit als vraagstuk, of beter gezegd als systeem, was relatief nieuw voor mij. Ik voelde mij af en toe als Alice in Wonderland. Iets wat je als nadeel kunt zien, maar wat natuurlijk ook een voordeel kan zijn. Vanuit mijn verbazing kon ik namelijk alle vragen stellen die ik wilde.’ Wat is u met name opgevallen? ‘Toch vooral dat het ontbreekt aan een gemeenschappelijk vertrekpunt. Bij het waterbeheer ben ik gewend vanuit een vastomlijnd systeem te werken, veel is al uitgedacht. De mobiliteitssector is toch wat meer gefragmenteerd, merkte ik, en kent veel min of meer zelfstandige biotopen. Daardoor ontbreekt het gevoel van solidariteit weleens. We vinden het heel normaal dat iedereen betaalt voor veilige dijken, ook als je boven de zeespiegel of niet in de buurt van een rivier woont. We vinden het echter veel minder normaal dat iedereen bijdraagt aan de verduurzaming van de mobiliteitssector. Dat maakt de discussie las-

tiger en daarom is het zo goed dat we als groep aan tafel zijn gaan zitten. Juist om het hierover te hebben en samen te bouwen aan een nieuwe toekomst van mobiliteit.’ Hoe kom je in de mobiliteitssector tot zo’n vastomlijnd systeem? ‘Dat lukt door je te richten op datgene wat je met elkaar deelt. In dit geval is dat Nederland in beweging houden. Vervolgens spreek je met elkaar af wat je wilt realiseren. En ook daar waren we het snel over eens; mobiliteit moet de sleutel vormen tussen wonen en mee kunnen doen in de maatschappij, voor iedereen in Nederland. Ofwel, door te verbinden willen we waarde creëren. Om vervolgens deze waarde telkens weer te vergroten, zodat er sprake is en blijft van een vitale economische sector.’ Als u het zo stelt, lijkt de opdracht om in de mobiliteitssector te verduurzamen goed te doen. Toch stoeien velen met deze uitdaging. Heeft u daar een verklaring voor? ‘Voor een belangrijk deel zit het succes in de ambitie. Wat heb je er voor over? Bij ons eerste overleg heb ik iedereen aan tafel gevraagd om te bepalen wat mogelijk is als we met z’n allen tot het uiterste zouden gaan. Want in mijn ogen moet dat uiterste het uitgangspunt zijn; dáár moeten we willen komen. Ik ben bewust niet begonnen met

Nederland Logistiek

het definiëren van het doel op zich; de reductie van 7,3 miljoen ton CO2-uitstoot in 2030. Onze uitdaging gaat namelijk verder dan dat doel alleen. Natuurlijk moet je het hebben over duurzaam en schoon. Maar minstens zo belangrijk is de discussie over slimmer en anders.’ Door de bandbreedte bewust te vergroten, bestaat het risico dat de uitdaging te veelomvattend wordt. Waardoor de kans op succes juist wordt verkleind. Realiseerde u zich dat ook? ‘Jazeker. Uiteindelijk hebben we het hier over een wereldomvattende problematiek. Het klimaat is natuurlijk niet alleen van ons, of van Europa. Het klimaat is van iedereen. Dat maakt de materie haast niet te omvatten. Echter, door elementen uit dat grotere geheel praktisch te maken en te kiezen voor kleine stappen in de goede richting, slaag je er toch in om de noodzakelijke verandering vorm te geven.’ In andere interviews gaf u aan dat de grootste uitdaging bij onszelf ligt. Wat bedoelde u daar precies mee? ‘Te vaak zie ik nog dat er over verandering en verduurzaming wordt gepraat alsof het iets buiten onszelf is. Terwijl de klimaatdoelstellingen toch echt ieders verantwoordelijkheid zijn. Sterker, anderen heb je lang niet altijd volledig in de hand, maar jezelf wel. Je kunt zelf dus het verschil maken, hoe klein ook. Mijn boodschap aan tafel was dan ook dat we, ieder voor zich, routines ter discussie moeten durven te stellen. We moeten ervoor openstaan om het radicaal anders te doen, als dat het einddoel dient. Zo ben ik zelf veel bewuster gaan rijden. Sowieso elektrisch, maar ook per keer afwegend of het echt nodig is dat ik in de auto stap. Misschien zijn andere vervoersvormen veel beter voor het milieu. Of is het helemaal niet nodig dat ik fysiek aanwezig ben bij een afspraak. En eerlijk is eerlijk, in het begin was het best wel ongemakkelijk om mijzelf op dit vlak te veranderen. Want het sprak zo voor zich dat ik de auto pakte en van A naar B reed, om vervolgens ook nog op plek C en D langs te gaan. Toch is het mij gelukt. Waarom zouden anderen dan ook niet kunnen veranderen?’ Mist u dat nog weleens in de discussie, dat de daad bij het woord wordt gevoegd? ‘Ja, soms wel. We moeten niet alleen over de klimaatverandering praten, maar er ook daadwerkelijk iets aan doen. En ik weet het: niets is moeilijker dan gewoontes veranderen. Maar toch, we leven op een te grote voet en moeten daarom onze verantwoordelijkheid nemen. Sommige dingen moeten we echt anders gaan organiseren.’ Een argument om niet of slechts mondjesmaat te verduurzamen, is nog weleens onze concurrentiepositie ten opzichte van de ons omringende landen. Prijzen we ons niet uit de markt als wij als beste jongetje in de klas gaan verduurzamen en anderen dat niet of in mindere mate doen? ‘Je kunt dit als een dilemma zien. Het ideaalplaatje is natuurlijk een wereldwijd gelijk speelveld. Maar dat zal heel lastig zijn te realiseren. Ik pleit er dan ook voor om niet te wachten op de zwakste schakel, want dan kan het weleens te laat zijn. Nederland moet durven om het nieuwe normaal neer te zetten.’

‘Nederland moet durven het nieuwe normaal neer te zetten’

Bent u wat dat aangaat tevreden met de door de sector voorgestelde maatregelen? ‘Absoluut. Ideeën als het duurzaam aanbesteden van alle projecten in het beheer en onderhoud van infrastructuur spreken mij erg aan. Immers, als overheden dat doen, kunnen we in de uitvoering, het materialengebruik en de bouwlogistiek grote slagen maken.’ U spreekt liever van een klimaatprogramma dan van een klimaatakkoord. Waarom? ‘Er ligt nu een akkoord op doelen, koers en richting, maar tegelijkertijd blijft er ruimte om programmatisch te sturen. Goed voorbereid en met gemotiveerde teamgenoten zijn we op expeditie. Waarbij we blij-

IN T E RV IE W

ven nadenken en telkens nieuwe inzichten zullen opdoen. Het maatregelenpakket dat er nu ligt, is doorgerekend tot 2030, alsof we de tijd tot dat jaar stil kunnen zetten. Dat is natuurlijk niet zo; er zal de komende jaren nog heel wat gaan veranderen. Dus dan is het alleen maar logisch dat je je blijft baseren op de actuele situatie en op basis daarvan waar nodig bijstuurt.’ Tot slot: een belangrijk punt binnen de reeks van maatregelen is de kilometerbeprijzing. Hoe kijkt u hier tegenaan? ‘Laat ik vooropstellen dat ik blij ben met het regeerakkoord, waarin staat dat de inkomsten uit de kilometerbeprijzing in het vrachtvervoer exclusief bedoeld zijn voor de verduurzaming van de transport- en logistieke sector. Dat verschaft ons namelijk toegang tot middelen om echt impact te kunnen realiseren. Maar ik zie natuurlijk ook dat de verduurzaming in de mobiliteitssector gaat resulteren in minder belastingopbrengsten, alleen al om het simpele feit dat er minder getankt gaat worden. We moeten daarom met elkaar gaan nadenken over de toekomstige bekostiging van het mobiliteitssysteem, waarbij ik

graag refereer aan wat ik eerder al benoemde: het gevoel van solidariteit. Iedereen zal een bijdrage moeten leveren om de mobiliteitssector te kunnen verduurzamen. Dat vraagt om een anders georganiseerd mobiliteitssysteem en in mijn ogen legt het Klimaatakkoord daarvoor een prima basis.’

Eind dit jaar een akkoord? Met het gezamenlijk gedragen ‘Voorstel voor hoofdlijnen van het Klimaatakkoord’ hebben de verschillende klimaattafels, en daarmee alle betrokken sectoren, een belangrijke stap gezet om te komen tot een definitief Klimaatakkoord. Het is nu aan het kabinet en de Tweede Kamer om met richtinggevende keuzes te komen. Vervolgens kunnen de verschillende klimaattafels de hoofdlijnen uitwerken in concrete en bindende afspraken. Als alles naar verwachting verloopt, ligt er eind dit jaar een akkoord met handtekeningen.

Nederland Logistiek

Krapte op de arbeidsmarkt: oplossingen gevonden? De integrale en strategische beschouwing van de sectorale arbeidsmarkt helpt de transport- en logistieke sector nu er sprake is van een hoogconjunctuur. Toch moet er ook worden gekeken naar andere kansrijke oplossingen. anwege de aanhoudende economische groei zijn er steeds meer mensen aan het werk. Op een bepaald moment houdt het echter wel op. Het aantal lang openstaande vacatures stijgt. Tegenover elke vacature staan in het tweede kwartaal van 2018 minder dan twee werklozen. Een vijfde van alle ondernemingen geeft aan dat ze belemmeringen ervaren bij hun bedrijfsuitoefening, omdat er medewerkers ontbreken. Groeien lukt niet meer door het oplopende personeelstekort, vaak is handhaven van de status quo al een hele uitdaging. Ook op de langere termijn blijft dit een probleem. Vergrijzing en ontgroening zetten door, vanuit de demografische ontwikkelingen in Nederland kan dus geen oplossing worden verwacht. In de transport- en logistieke sector zou de krapte op de middellange en lange termijn desondanks toch kunnen meevallen. Inmiddels zijn gerobotiseerde warehouses al volop in bedrijf en wordt er geëxperimenteerd met platooning en zelfrijdende voertuigen. De verwachte automatisering en robotisering kan, met het geschetste arbeidsmarktperspectief in het vooruitzicht, in plaats van een bedreiging juist een regelrechte zegen zijn. Vooruitziende blik De integrale en strategische beschouwing

van de sectorale arbeidsmarkt heeft de transport- en logistieke sector geholpen, doordat er 5 jaar geleden al werd nagedacht over problemen op de sectorale arbeidsmarkt in tijden van hoogconjunctuur. Destijds zagen de sociale partners de pensioneringsgolf al aankomen. Daarop is geanticipeerd door, midden in de economische crisis, de jonge instroom op relevante mbo-opleidingen te stimuleren. Daar komt de helft van het antwoord op de vervangingsvraag in de transport- en logistieke sector nog steeds vandaan. Zij-instromers vormen de andere bron om aan de vervangingsvraag te voldoen. En vanaf het moment dat de economie er weer om vroeg, is vanuit de zij-instroom ook aan de uitbreidingsvraag voldaan. Beide successen zijn te danken aan een vooruitziende blik en tijdig handelen van de sociale partners en een goede organisatie en afwikkeling van de i ngezette acties door het Sectorinstituut Transport en Logistiek (STL). Kansrijke oplossingen Nu de hoogconjunctuur aanhoudt en er nog meer personeel nodig is, moet er worden gekeken naar andere kansrijke oplossingen. Zo kunnen sommige parttimers wellicht meer uren gaan werken als de omstandigheden daarvoor gunstiger worden.

In de meeste gevallen gaat het dan om een betere regeling voor kinderopvang. Vanuit het kabinet wordt hier actie op ondernomen. Ook wordt er in Den Haag gekeken naar fiscale mogelijkheden die het meer uren werken gunstiger belonen dan tot nu toe het geval is. Verder zijn er nog steeds groepen werknemers ondervertegenwoordigd op de arbeidsmarkt, ook in de transport- en logistieke sector. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) meldt dat de arbeidsparticipatie van vrouwen, vijftigplussers en Nederlanders met een migratie-achtergrond achterblijft, terwijl daar veel kansen liggen op een goede match. De transport- en logistieke sector kan hen, op basis van wat zij al kunnen en kennen, vaak meer bieden dan ze verwachten. Dag van de logistiek Datzelfde geldt voor werkenden in een sector waar de banen onder druk staan, zoals de financiële sector. Als zij kunnen worden verleid om in de transport- en logistieke sector te gaan werken, waar veel meer kans op werk is, zijn beide partijen daarmee voor langere tijd geholpen. In veel regio’s wordt een ‘dag van de logistiek’ georganiseerd, vaak in samenwerking met het werkgeversservicepunt (WSP) bij de gemeente of pro-

A N A LYS E

vincie. Goed voor het imago van de sector en leuk voor de ondernemer om een inkijkje in het eigen bedrijf te geven. En zeer leerzaam voor bezoekers die kampen met oude beroepsbeelden. De transport- en logistieke sector is veranderd en vraagt vaak andere vaardigheden dan werkzoekenden verwachten. Als die informatie beter wordt uitgewisseld, ontstaan veel interessante en onverwachte matches.

meer uren werken lonend te maken. De lasten op arbeid worden per 2019 verlaagd, oplopend tot 5,2 miljard in 2021. Daarnaast verhogen ze de Kinderopvangtoeslag en gelukkig ook de capaciteit ervan. Tevens is een uitbreiding van het beschikbare geboorteverlof aangekondigd. Naar verwachting zal door deze samenhangende maatregelen de arbeidsparticipatie van jonge ouders beter op peil blijven.

Grote uitdagingen Het ministerie van SZW ziet meerdere grote uitdagingen op de arbeidsmarkt, waarvoor zij oplossingen wil bieden. Dat geeft ook de transport- en logistieke sector perspectief. Allereerst moet de arbeidsmarkt volgens het ministerie structureel beter functioneren. Vraag en aanbod dienen elkaar sneller te vinden bij veranderingen in de economie en maatschappij. Die informatie moet ook beter vindbaar worden. Verder kunnen werkgevers, om medewerkers die binnen zijn ook te laten blijven, enkele stappen nemen, te weten: De werk-privé balans verbeteren Thuiswerken mogelijk maken Stapelbanen beter mogelijk maken Gezamenlijk het imago van de sector verbeteren Het kabinet neemt concrete stappen om

Bewuste beroepskeuze Daarnaast moeten werknemers wendbaar en weerbaar zijn op de arbeidsmarkt van de toekomst. Onderwijs, opleidingen en arbeidsmarkt moeten blijvend op elkaar aan sluiten. Dat begint al met de beeldvorming van beroepen op de basisschool en het voortgezet onderwijs, waar op jonge leeftijd een profielkeuze moet worden gemaakt. Transport en Logistiek Nederland (TLN) pleit voor een bewuste beroepskeuze door aankomende studenten en hun ouders. Een vakopleiding met een gezond arbeidsmarktperspectief verdient de voorkeur. Voor scholieren en studenten is de informatievoorziening inmiddels best goed geregeld via sites als www.studiekeuze123. nl en www.kiesmbo.nl. Maar bijvoorbeeld ook via loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB) op de middelbare school. Voor

mbo-opleidingen is een doelmatig opleidingsaanbod van groot belang. TLN heeft in veel regio’s de regie genomen op de vereiste nauwe samenwerking op de regionale arbeidsmarkt tussen bedrijven en de ROC’s. Daarbij zijn de sociaal-economische kenmerken en ontwikkeling van het werkgebied van de school van belang, maar er kan ook zeker geleerd worden uit ervaringen in andere regio’s. TLN deelt die graag, met het doel om succes in de regio’s zo snel mogelijk te laten plaatsvinden. Leven lang ontwikkelen Laten we overigens niet vergeten dat ook een schooldiploma een momentopname is. Voor iedereen geldt dat een leven lang ontwikkelen noodzakelijk is. Dat betekent ook dat het onderwijsaanbod in de regio flexibel aangeboden moet worden, zodat werkenden zich ook kunnen bij- en/of omscholen. Via STL worden binnenkort ook innovatieve oplossingen geboden die heel praktisch zijn uitgewerkt. De Branche Kwalificatie Structuur Logistiek is daar een goed voorbeeld van, door medewerkers op de werkvloer kennis bij te brengen en te certificeren. Pilotbedrijven zijn enthousiast en ervaren dat personeel wil blijven, zelfs als er in deze arbeidsmarkt stevig aan hen wordt getrokken door de concurrentie.

Nederland Logistiek

IN B E E LD

‘Keurmerk bevestigt goed werkgeverschap’ Zowel verladers als vervoerders plukken de vruchten van Paychecked in Transport. En het mooie is: de benodigde inspanning om dit keurmerk te bemachtigen, is in de meeste gevallen goed te overzien. oor Roy Heijs, European sourcing manager bij supermarktconcern Ahold Delhaize, was het direct klip en klaar: ‘Toen het Paychecked in Transport-keurmerk bij ons in beeld kwam, zijn we er direct voor gegaan. In de contracten met onze vervoerders en logistiek dienstverleners nemen we al sinds jaar en dag op dat ze moeten voldoen aan de cao en geldende weten regelgeving. Het Paychecked in Transport-keurmerk zagen we als ideale aanvulling hierop; hiermee laten diezelfde vervoerders en logistiek dienstverleners zien dat ze hun werknemers op correcte wijze uitbetalen en een deugdelijke loonadministratie voeren.’ Het kostte Ahold Delhaize naar eigen zeggen weinig moeite om hun vervoerders en logistiek dienstverleners mee te krijgen. Heijs benadrukt: ‘We hebben ze zeker niet gedwongen. Sterker, ook zij zagen direct het belang van dit keurmerk. Laten zien dat er voor eerlijk werk eerlijk wordt betaald, is namelijk ook voor henzelf interessant. Bijvoorbeeld in het licht van de huidige krappe arbeidsmarkt. Immers, met het Paychecked- keurmerk maak je duidelijk dat je een goede en dus interessante werkgever bent.’ Heijs vertelt dat mede door het gedeelde belang razendsnel de benodigde stappen zijn gezet. ‘Uiteindelijk zijn al onze vervoerders en logistiek dienstverleners erin geslaagd om zich nog voor het eind van 2017 te certificeren.’ Laten zien Fred Visser, managing director van vervoersbedrijf HebraGTO, herkent zich in de woorden van Heijs. Ook hij was direct enthousiast over het

Paychecked in Transport-keurmerk. ‘HebraGTO heeft de ambitie om de beste werkgever in de sector te zijn. En dan is dit keurmerk bij uitstek een passend instrument om te laten zien dat wij voor onze werknemers inderdaad alles keurig netjes hebben geregeld.’ Volgens Visser kostte het bemachtigen van het keurmerk niet overdreven veel moeite. ‘Natuurlijk moet je er best wel wat voor doen, maar dat was al met al goed te behappen. Zeker als je je zaken al goed voor elkaar hebt, met bijvoorbeeld een ISO- en/of SQAS-kwaliteitssysteem.’ Wat ook hielp, is dat Visser hulp zocht bij de voorbereiding op het Paychecked in Transport-certificeringstraject. ‘Ik ben bijvoorbeeld heel erg van de open deuren, vanuit de gedachte: als er een klacht is, loop dan vooral even bij mij binnen. Voor de certificering volstaat dat echter niet, daarvoor moet ik de klachtenafhandeling beschrijven in een procedure. Een adviseur van TLN heeft mij daar bij ondersteund; in een ochtend tijd heeft hij mij met dit punt en enkele andere zaken prima op weg geholpen.’ Visser hoopt dat de transport- en logistieksector het Paychecked in Transport-keurmerk snel en enthousiast gaat omarmen. ‘Zodat de markt, lees: de verlader, er meer bekend mee wordt en – nog mooier – er naar gaat vragen.’

Vragen over het keurmerk Paychecked in Transport? Bezoek dan de website www.paychecked.nl. Of neem contact op met Transport en Logistiek Nederland (TLN), via 088-4567249 of info@paychecked.nl.

Nederland Logistiek

Openhartoperatie bij Mandersloot De afgelopen 2 jaar verving Mandersloot vrijwel de hele ICT-infrastructuur. Hoe slaagde dit transportbedrijf er in om een ‘burning platform’ te transformeren in onderscheidende ICT, zonder de dagelijkse operatie te laten stilvallen?

e moesten onze ICT wel rigoureus vernieuwen’, zegt Henri Groothuis, ICT-manager bij internationaal transportbedrijf Mandersloot, heel eerlijk. ‘Niet alleen stond onze dagelijkse performance door de achterstallige automatisering onder steeds grotere druk, ook zagen we daardoor de ontwikkeling van het bedrijf stokken. Er was op een gegeven moment echt sprake van een ‘burning platform’. Er moest iets gebeuren, wilden we niet definitief in de problemen komen.’ Doen wat nodig is Mandersloot besloot, om de continuïteit van het bedrijf maximaal te kunnen borgen, niet over één nacht ijs te gaan. Groothuis, die in 2013 het bedrijf had verlaten om als ICT-consultant aan de slag te gaan, werd in 2016 specifiek voor deze taak teruggehaald. En intern was er vanaf het prille begin de overtuiging, tot op directieniveau, om datge-

ne te doen wat nodig was. Ook als dat betekende dat er rigoureus moest worden vernieuwd. Een cruciale succesfactor, meent Groothuis. ‘Innovatie vraagt veel van een organisatie. Dat is ook de reden waarom innovatie, of eigenlijk de verandering die je teweeg wilt brengen, intern vaak met argusogen wordt bekeken en op weerstand stuit. Op die momenten is het belangrijk dat je wordt geruggesteund tot op het hoogste niveau in de organisatie. Anders wordt het heel lastig om de noodzakelijke stappen te zetten en bestaat het gevaar dat de innovatie iets van één persoon in de organisatie wordt. Terwijl de benodigde omslag in het denken juist breed moet worden gedragen, wil de innovatie zich daadwerkelijk uitbetalen.’ Terug naar de kern Groothuis begon het innovatietraject bij Mandersloot met het stellen van vragen. Veel vragen. Op die manier wist hij het primaire proces tot in detail in kaart te brengen, wat

nodig was om ‘echt overnieuw te kunnen beginnen’. Groothuis: ‘Ik wilde door vooral procesmatig te denken terug naar de kern, om haarscherp te kunnen bepalen of het organisatiemodel nog paste bij de bedrijfsvoering die we voor ogen hadden. Mandersloot was in de loop der jaren flink gegroeid, met soms wel 20 procent per jaar en van vijf naar in totaal acht depots. Dat vraagt om efficiënte processen en daar schortte het duidelijk aan. Helder werd dat ICT niet langer iets kon zijn wat iemand ‘er even bij doet’. Maar ook dat de ICT-infrastructuur binnen Mandersloot serieus aan vervanging toe was, om tot die gewenste efficiëntie te komen.’ Beste oplossing Mandersloot is actief in meerdere landen, met naast Nederland vestigingen in Polen, Tsjechië, Roemenië en Hongarije. Groothuis licht toe: ‘Operationeel werkte elke locatie wel in hetzelfde systeem, maar er waren veel lokale ‘lijstjes’ buiten het systeem om het

REPORTAGE

werden meerdere leveranciers uitgenodigd waarvan er uiteindelijk twee overbleven. Deze mochten zich, aan de hand van een demo, voorstellen aan het managementteam van Mandersloot. Ook werden medewerkers van Mandersloot voorafgaand aan de aanschaf uitgenodigd om tijdens speciaal georganiseerde workshops mee te kijken. Min of meer hetzelfde werd gedaan op locatie in Polen en Roemenië, waar lokale en vanuit Nederland meegereisde consultants van Ortec en Rainbow Logistics IT tweedaagse demo’s verzorgden. ‘Dat is heel goed bevallen. Doordat iedereen zijn vragen kon stellen en eventuele bedenkingen kon uiten, ontstond bij iedereen het gevoel meegenomen te worden in het keuzeproces. Ze voelden zich deelgenoot en dat kon op veel enthousiasme rekenen’, aldus Groothuis.

werk te kunnen borgen. Bovendien had iedere vestiging zijn eigen financiële systeem en dus ook eigen rapportages. Iets waar ik maar al te graag vanaf wilde.’ Echter, hoe pak je dat aan als de operatie op al die locaties niet stil mag vallen? ‘Een uitdaging’, zegt Groothuis met gevoel voor understatement. Het is ook de reden waarom Groothuis de transitie weleens ‘een openhartoperatie’ noemt. Dit verleidde hem echter niet om de implementatie in een (te) kort tijdbestek te willen realiseren. Sterker, hij nam juist bewust de tijd om tot de beste oplossing te kunnen komen. ‘Helder was dat we zouden kiezen voor ‘best of breed’ oplossingen en bewezen techniek, om onze operatie niet onnodig in gevaar te brengen. Daarnaast wilden we een softwareleverancier met een gedegen ‘track record’, die op basis hiervan continuïteit kan overleggen. En helder was ook dat we een leverancier in de arm wilden nemen waarmee we di-

rect een goede klik hadden. ICT is namelijk niet iets eenmaligs, ICT moet je continu tegen het licht houden en dat lukt beter met een partner die jou begrijpt. Daardoor ontstaat namelijk een functioneel partnership dat twee kanten opwerkt. Je moet het samen beter willen doen.’ Breed gedragen keuze De wens om de processen bij Mandersloot te versimpelen, was een van de belangrijkste uitgangspunten bij de selectie van de nieuwe softwareleverancier. ‘We wilden met de nieuwe ICT absolute helderheid in onze communicatie bewerkstelligen, naast een optimale voorziening en uitwisseling van data. Want Theodoor Torn van Ortec zei het al eens: delen is het nieuwe hebben. Verder wilden we inzicht verkrijgen in onze kritieke prestatie-indicatoren, ook op de plekken waar deze voorheen nooit helder waren.’ Er

Vier softwareleveranciers Uiteindelijk viel de definitieve keuze op vier softwareleveranciers, die volgens Groothuis tezamen een ‘meer dan degelijke oplossing’ bieden, mede door ‘alles netjes te interfacen en te monitoren’. Voor wat betreft het transportmanagementsysteem viel de keuze op NaviTrans van Rainbow Logistics IT. Dit TMS fungeert volgens Groothuis als ‘spin in het web’ en kan daarnaast ‘prima’ overweg met de toegepaste interfaces. Bovendien is NaviTrans gebaseerd op het Microsoft-platform Dynamics NAV, volgens Groothuis ‘een absolute pre’ vanwege de open structuur, de schaalbaarheid en de van Office bekende look & feel. Aanvullend koos Mandersloot voor ORD, het planpakket van Ortec, en Avalanche, het emballageregistratiesysteem van Bexter. Tevens werden de boordcomputers van Transics, met de bijbehorende integraties, geoptimaliseerd. Uitdagingen, maar ook restricties, kenmerkten het implementatieproces, vertelt Groothuis. ‘Enerzijds wilden we al langer werken met een

multi-language-currency en uniforme facturen. Dat hebben we, met de nieuwe ICT, ook daadwerkelijk voor elkaar gekregen. Anderzijds is de autorisatie veel beter ingericht. Op basis van verschillende definities – in relatie tot de primaire processen, de gebruikersgroepen en de gedefinieerde rollen – hebben we aan de voorkant van het systeem aangevinkt wat medewerkers van Mandersloot wel en niet mogen doen. Bewust is niet alles voor iedereen opengezet, wat vaak wel gebruikelijk is, en ben ik – in overleg met de managers van de betreffende afdelingen – vooral degene die aan de knoppen draait.’ Direct over Bijzonder aan de implementatie was ook dat Mandersloot direct over is gegaan op het nieuwe systeem. ‘We zagen er geen heil in om een langere periode te moeten schaduwdraaien’, aldus Groothuis. Om een geruisloze overgang te waarborgen, werd onder meer een dedicated proefruimte ingericht op het kantoor van Mandersloot in Scherpenzeel. Hier gingen vertegenwoordigers van verschillende afdelingen, ook die in het buitenland, verschillende scenario’s testen om zich op die manier ervan te verzekeren dat het nieuwe systeem bij de live-gang direct naar tevredenheid zou functioneren. ‘We hebben de integratie van de software getest, net zoals de benodigde koppelingen.

Nederland Logistiek

Dat deden we hier op het hoofdkantoor, maar ook op de andere vestigingen, in het bijzijn van consultants. Een intensief traject en ook heel spannend, zeker op het moment dat je de knop definitief omzet. Tegelijkertijd was het ook heel leerzaam, omdat op deze manier echt alles voorbijkomt.’ Niet alles in huis De nieuwe ICT-infrastructuur vraagt ook om nieuwe competenties, bevestigt Groothuis desgevraagd. Parallel aan het implementatieproces is daarom een nieuwe matrix van de organisatiestructuur opgesteld, met niet alleen alle functionele processen daarin verwerkt, maar ook de vereiste vaardigheden per functie. ‘En daarbij viel op’, stelt Groothuis, ‘dat we niet alles wat nodig was in huis hadden.’ Specifieke ervaring, maar ook het benodigde opleidingsniveau, bleek op sommige posities te ontbreken. ‘Gelukkig was er de bereidheid om hiervoor mensen van buiten aan te trekken, zoals dat bij mij is gebeurd. Maar uiteraard is het ook mogelijk om de benodigde kennis bij te plussen, door de al aanwezige medewerkers passende opleidingen aan te bieden. En ja, dat heeft sommigen doen besluiten om ons bedrijf te verlaten, omdat zij het niet langer zagen zitten.’ Groothuis kreeg het tevens voor elkaar, door middel van maatwerktrainingen, om het kennisniveau voor wat betreft de te gebruiken

functionaliteit bij een flink aantal medewerkers gelijk te trekken. ‘Je moet voorkomen dat een enkel iemand met het systeem kan omgaan. Dat is een onnodig risico. Door kennis te delen, elimineer je dat risico. Waarbij er nog altijd sprake is van specialismen, die wel zijn belegd bij een select aantal mensen. In die zin moet je ook reëel blijven. Natuurlijk hoeft niet iedereen alles te kunnen.’ In samenspraak De nieuwe ICT bij Mandersloot is 1 januari van dit jaar live gegaan en draait nu driekwart jaar naar alle tevredenheid. ‘We zijn er met elkaar absoluut in geslaagd om onze processen logisch te maken’, aldus Groothuis. ‘De samenwerking met de softwareleveranciers verloopt ook naar behoren. Iedereen heeft commitment getoond, ook op de momenten dat het wat stroever ging. Dat is heel belangrijk als je het mij vraagt, want dat voorkomt onnodige escalatie.’ Inmiddels bevindt Mandersloot zich in ‘fase 2’ van het implementatietraject. Groothuis: ‘Op dit moment werken we hard aan verdere optimalisatie en willen we de systemen nog meer afstemmen op onze toekomstplannen.’ Uiteraard zoveel mogelijk in samenspraak met de partners, zo besluit Groothuis. ‘Want ook hier gaat het om de wisselwerking en willen we, binnen de ontwikkeling die we als Mandersloot beogen, samen blijven groeien.’

BEELD beeldbank.rws.nl

ININBTEEWEG RV IEIN WG

Ietwat naar de achtergrond verdrongen orig jaar bestond de Velsertunnel – gelegen onder het Noordzeekanaal, tussen Velsen-Noord en Velsen-Zuid – 60 jaar. Een mooie leeftijd voor een van de eerste snelwegtunnels in Nederland. Echter, met de ingebruikname van de nabijgelegen Wijkertunnel in 1996 ontstond voor het doorgaande verkeer een kortere verbinding, waardoor de Velsertunnel bij de gemiddelde weggebruiker ietwat naar de achtergrond werd verdrongen. Hoe anders was dat in 1957, bij de opening van de Velsertunnel. Toen ontstonden er heuse files doordat iedereen dit bijzondere kunstwerk wilde bekijken. Overigens neemt de Velsertunnel om nog een heel andere reden een bijzondere positie in: de acht karakteristieke venti-

latieschachten aan de noord- en zuidzijde van de tunnel staan namelijk sinds 2014 op de Rijksmonumentenlijst. De vier lage schachten, bedoeld voor de invoer van verse lucht, kennen een hoogte van 16,20 meter en de hoge schachten, voor de afvoer van verontreinigde lucht, een hoogte van 31,20 meter. Zo rustig als het hier op de foto is, vlak voor de officiële opening van de Velsertunnel in 1957, is het nooit meer geweest – ook niet na de opening van de Wijkertunnel. Wel ging de Velsertunnel een tijd lang dicht, in 2016, voor een ingrijpende opknapbeurt. Toen werd onder meer de doorrijhoogte van de tunnel met zo’n 12 centimeter verhoogd, waardoor vrachtwagens minder snel vast komen te zitten in de tunnelbuizen.

Nederland Logistiek

Fit voor het werk Voor organisaties als PostNL is het van vitaal belang dat hun werknemers goed aan het arbeidsproces kunnen blijven deelnemen, ook als de leeftijd stijgt. Want daarmee voorkom je dat ze onnodig voortijdig vertrekken uit de organisatie, aldus Derk-Jan Adelerhof, directeur sourcing bij de post- en pakketbezorger.

at verstaat PostNL onder duurzame inzetbaarheid? ‘Duurzame inzetbaarheid is, met name in de operatie, dat het werk voldoende gezond, leuk en uitdagend is om het vele jaren te kunnen blijven doen. Daar waar werk verdwijnt, bijvoorbeeld door automatisering, worden mensen geholpen naar nieuw, passend werk. Voor de ondernemers die het werk in opdracht van PostNL uitvoeren, geldt bovendien dat hun bedrijfsmodel zodanig moet zijn dat zij hun personeel gezond inzetten, correct betalen en het bedrijf op termijn ook levensvatbaar is.’ Waarom hecht PostNL belang aan de duurzame inzetbaarheid van zijn medewerkers? ‘Wij zijn een van de grootste opdrachtgevers van Nederland. Een van onze strategische doelstellingen is dat wij een goede werken opdrachtgever zijn voor de mensen die bij en voor PostNL werken. Deze

IN T E RV IE W

doelstelling wordt onder andere geconcretiseerd door het werk zo vorm te geven dat medewerkers op een duurzame manier invulling kunnen geven aan hun loopbaan. Bijvoorbeeld door werk zo gezond en veilig mogelijk in te richten. Wij zien dat in de maatschappelijke discussie de aandacht zich ook steeds meer richt op de duurzaamheidsvraag. Als grote werkgever onderschrijft PostNL deze ontwikkeling.’ Wat vraagt de focus op duurzame inzetbaarheid van PostNL? En wat van haar medewerkers? ‘Als grote werkgever zijn je werknemers uiteraard van grote waarde. Traditioneel zijn we al erg bezig met goed werkgeverschap voor de eigen medewerkers in de operatie. Nu wij ook de positie innemen van een opdrachtgever verbreden wij onze focus. Daarbij is het belangrijk dat de werkgever de mogelijkheden en kaders biedt en de medewerker daar zelf ook zijn of haar rol pakt.’

Meet PostNL de mate waarin de focus op duurzame inzetbaarheid effect oplevert? Zo ja, hoe dan? Wat zijn de criteria? ‘We monitoren jaarlijks de medewerkersbetrokkenheid. Voor de ondernemers waarmee wij werken wordt jaarlijks een samenwerkingsbarometer gehouden waarin de ondernemers en hun chauffeurs worden bevraagd over hun indruk van de samenwerking. Daarnaast is er uiteraard veel aandacht voor verzuim en het voorkomen daarvan.’ De duurzame inzetbaarheid van medewerkers is soms ook – of zelfs beter – te realiseren buiten de eigen organisatie. Is dit een reële optie voor PostNL en zo ja, hoe gaat dit dan in z’n werk? ‘Duurzame inzetbaarheid hoeft zich niet te beperken tot de inzetbaarheid bij één werkgever. Werknemers wisselen anno 2018 meer van werkgever dan 10 of 20 jaar geleden. PostNL biedt haar medewerkers mogelijkheden zich om te scholen en begeleidt

Nederland Logistiek

werknemers indien nodig naar een andere werkgever. We zijn een bedrijf in transitie, met een groei bij Pakketten en een volumedaling bij het postbedrijf. Daar waar werk verdwijnt bij ons postbedrijf wordt uiteraard eerst gekeken naar de mogelijkheden bij het pakkettenbedrijf. Zo worden er open dagen gehouden bij ons pakkettenbedrijf voor collega’s uit andere bedrijfsonderdelen.’ Duurzaam inzetbaar zijn houdt ook in dat hij of zij nu en in de toekomst sterk moet staan op de arbeidsmarkt. Hoe draagt PostNL hieraan bij? ‘PostNL heeft in het verleden naam gemaakt met de inzet van Mobility, ons eigen mobiliteitsbureau, als instrument om medewerkers indien nodig buiten PostNL aan het werk te krijgen. Mobility ondersteunt medewerkers bij het zoeken naar ander werk. Naast een aantal opties voor mensen die op zoek zijn ‘naar iets anders’ worden medewerkers die onderwerp van een reorganisatie zijn actief benaderd en begeleid naar ander werk; vroeger veelal extern, tegenwoordig vooral intern. Bijvoorbeeld: de postbode wordt pakketbezorger. Wij zullen dat in de toekomst blijven doen.’ Werken aan de duurzame inzetbaarheid van de eigen medewerkers betekent ook: de juiste mensen op de juiste plekken. Hoe eenvoudig, of moeilijk, is het om dit intern te (re)organiseren? ‘Binnen PostNL is zoals gezegd veel aandacht voor de interne mobiliteit. Naast een heldere set van regels over bijvoorbeeld stages, salarisaanpassingen en opgebouwde rechten, kijken we ook intensief naar de interne arbeidsmarkt bij reorganisaties. Medewerkers worden zoals eerder al aangegeven actief benaderd om bijvoorbeeld van post naar

Derk-Jan Alderhof: ‘Eerste insteek is bij ons altijd aandacht’

pakketten over te stappen. Echter, deze bedrijfsonderdelen zijn van oudsher gescheiden werelden met een eigen dynamiek. Daarom is dit soms best een uitdaging.’ Wat is de gewenste eerste actie van een werkgever als hij een groeiend verzuim constateert? En wat zijn de gewenste vervolgstappen? ‘Eerste insteek bij ons is altijd aandacht. Bij een groeiend verzuim wordt het eerste- en tweedelijnsmanagement uitgedaagd om goed naar de ontwikkelingen te kijken en te komen met actieplannen voor de specifieke vestiging of een specifiek proces. Als uit de analyse blijkt dat er specifieke punten zijn waar de groei in verzuim zich voordoet, gaat men, met hulp van experts, gericht aan de slag om zaken aan te passen of op te lossen. Soms heeft dit landelijk impact: bijvoorbeeld bij het aanpassen van de verwerking van zware pakketten.’ Werken aan de duurzame inzetbaarheid van medewerkers kan voor de medewerkers zelf weleens confronterend zijn. Denk bijvoorbeeld aan de aanpak van overgewicht. Hoe gaat PostNL hiermee om? ‘Binnen onze operationele organisatie is overwicht uitzonderlijk, het is veelal fysiek werk. Niettemin doen wij als organisatie mee aan verschil-

IN T E RV IE W

scan, eventueel met een opleidingsadvies. In een drietal gesprekken maakt men daarin een heroriëntatie op de eigen loopbaan. Naast de cao heeft PostNL verschillende concernregelingen waarin onderdelen van het beleid nader zijn uitgewerkt. Door het onderwerp duurzame inzetbaarheid in de cao te verankeren, krijgt het de status die het verdient. De rechten en plichten van werkgever en werknemer zijn daarmee vastgelegd.’

lende sportieve initiatieven zoals de Avondvierdaagse en verschillende hardloopwedstrijden. Collega’s kunnen ook korting krijgen op een sportschoolabonnement. Dwang is in deze niet effectief, stimuleren wel.’ Hoe makkelijk, of moeilijk, is het om mensen met een arbeidsbeperking duurzaam inzetbaar te laten zijn en te houden? ‘Gezien het fysieke karakter van veel werk binnen PostNL is het lastig om mensen met een beperking aan het werk te houden. Echter, door de omvang van het bedrijf zijn er vaak wel mogelijkheden. Belangrijk is dat je actief zoekt naar kansen en let op de balans tussen de verschillende medewerkers. Immers, verlichting aan de ene kant kan tot verzwaring leiden bij een ander. PostNL besteedt delen van het werk uit aan sociale werkbedrijven op een groot aantal plekken in Nederland. Voor deze specifieke processen geldt dat hier een beschermde omgeving wordt gecreëerd die is ingericht op mensen met een beperking.’ PostNL heeft de focus op de duurzame inzetbaarheid van zijn medewerkers verankerd in de cao. Waarom is hiervoor gekozen en wat betekent dit concreet? ‘PostNL heeft in haar cao bewust een hoofdstuk opgenomen; ‘Fit voor het werk’. Daarin zijn diverse maatregelen beschreven om ervoor te zorgen dat medewerkers goed aan het arbeidsproces kunnen blijven deelnemen, ook als de leeftijd stijgt. In de kern gaat het daarbij om het optimaal benutten van talenten, kennis en ervaring tijdens je hele loopbaan en het voorkomen van onnodig voortijdig vertrek uit de organisatie. Daarnaast is in de cao opgenomen dat medewerkers één keer in de 3 jaar bij Mobility terecht kunnen voor een zogenoemde loopbaan-

Sinds enkele jaren slaan overheid en bedrijfsleven de handen ineen op het vlak van arbeid, aan de hand van zogenoemde sectorplannen. Zo ook binnen de sector vervoer en opslag. Hoe belangrijk is het dat er op deze manier wordt gekeken naar de factor arbeid en de uitdagingen die hier spelen? ‘PostNL maakt onderdeel uit van de sector Post & Koeriers. Als grote werkgever willen we daarin vooroplopen. Het Opleidings- en Ontwikkelingsfonds van de sector biedt ondersteuning bij het verkrijgen van subsidies op het gebied van opleiding en ontwikkeling. Daarnaast is er veel gedaan aan de intersectorale uitwisseling van kennis en ervaringen over mobiliteitsvraagstukken. Belangrijk voor PostNL, omdat het krimpscenario bij het postbedrijf gericht is op het voorkomen van gedwongen ontslagen.’ Hoe verhoudt de focus van PostNL op de duurzame inzetbaarheid van zijn medewerkers zich met de veranderende arbeidsmarkt, waarin enerzijds automatisering steeds bepalender wordt en anderzijds andere en/of nieuwe vaardigheden van de medewerkers worden gevraagd? ‘Ook PostNL is doorlopend aan het zoeken naar een goede mix van vast en flexibel personeel. Voor vaste medewerkers wordt gekeken naar de benodigde competenties en mogelijke veranderingen daarin. Een goede postbode kan makkelijk aan de slag bij Pakketten, net zoals een goede teamcoach bij Mail waarschijnlijk ook goed inzetbaar is bij ons pakkettenbedrijf. Training al dan niet ‘on the job’ is hier een veel gebruikt instrument. Daarnaast bestaan er diverse beroepsbegeleidende leerwegtrajecten.’ Wat hoopt PostNL over een jaar te hebben gerealiseerd op het vlak van duurzame inzetbaarheid? En wat over 5 jaar? ‘Ons bedrijf verandert snel. De volumedaling bij het postbedrijf willen we op een sociale manier opvangen en tegelijkertijd willen we het bedrijf gezond houden. De groei van ons pakkettenbedrijf en de samenwerking die we aangaan met partners zijn ook belangrijke ontwikkelingen. Wij willen daarom heldere kaders realiseren voor goed opdrachtgeverschap en ervoor zorgen dat duurzame inzetbaarheid ook hoog op de agenda staat bij onze partners.’

Nederland Logistiek

HelloFresh vindt recept voor verdere groei Onlangs opende HelloFresh haar nieuwe distributiecentrum in Bleiswijk, waar de toch al snelgroeiende maaltijdboxbezorger zich in rap tempo hoopt door te ontwikkelen. â&#x20AC;&#x2DC;Nu beschikken we weer over voldoende ruimte voor expansie, innovatie en kwaliteitsverbetering.â&#x20AC;&#x2122;

RE P O RTAG E

e lijkt het nog niet helemaal te beseffen. Want voor Maartje Frederiks, CEO van maaltijdbox bezorger HelloFresh Benelux, voelt het als de dag van gisteren. Dat ze, na boodschappen te hebben gedaan op de Amsterdamse Albert Cuypmarkt, aan de keukentafel maaltijdboxen aan het samenstellen is, om deze vervolgens op de fiets te gaan afleveren bij het handjevol klanten dat ze op dat moment heeft. En dan staat ze nu op het punt om ‘haar’ HelloFresh-distributiecentrum in Bleiswijk, 21.000 vierkante meter groot, officieel te openen. Tijdsdruk bij realisatie Dat HelloFresh voor Bleiswijk koos als locatie was overigens niet direct een uitgemaakte zaak. Voorafgaand aan de definitieve keuze werden namelijk meerdere locaties bekeken, onder meer in Amsterdam, Utrecht en Zaltbommel. De gemeente Lansingerland, waartoe Bleiswijk behoort, beschikte echter over het best passende kavel. Begin 2017 vonden HelloFresh en de gemeente Lansingerland elkaar definitief. Tijdsdruk bij de realisatie van het distributiecentrum ontstond toen HelloFresh onverwacht snel groeide en uit zijn voegen begon te barsten in Den Haag, waar de maaltijdboxbezorger op dat moment haar logistiek organiseerde. Ook de voorjaarsstormen van 2018 hielpen niet mee. De betrokken partijen, waaronder Borghese Real Estate als eigenaar van het pand, slaagden er niettemin in om het distributiecentrum in 9 maanden tijd te bouwen en in juni van dit jaar, tijdig, op te leveren. Exact hetzelfde werkproces Eenmaal binnen in het distributiecentrum valt direct op dat de inrichting – lees: de opstel-

Nederland Logistiek

ling van de 650 meter lange transportband – is geënt op exact hetzelfde werkproces zoals dat voorheen aan Maartjes keukentafel plaatsvond. De ingrediënten, vers en precies in de benodigde hoeveelheid aangeleverd, worden op basis van de twaalf door HelloFresh aangeboden recepten verdeeld over de klaarstaande maaltijddoosjes. Vervolgens worden drie, vier of vijf identieke maaltijddoosjes gebundeld in een zwarte krat, dat hét transportmiddel is binnen het distributiecentrum van HelloFresh. Alle kratten gaan vervolgens naar een andere hoek in het distributiecentrum, waar medewerkers de bestellingen van de klanten samenstellen. Eenmaal klaar belanden de orders – samen met de receptkaarten en per klant gesorteerd – in de bekende kartonnen HelloFresh-maaltijdboxen. Bij temperaturen boven de 27 graden Celsius worden er ook icepacks toegevoegd, om de maaltijdboxen tijdens het transport op zo’n 4 graden Celsius te houden. Uiteindelijk komen alle dozen bij de 42 docks terecht. Hier staan de bestelbussen van HelloFresh te wachten, om eenmaal gevuld ieder een deel van Nederland aan te doen. Bestemmingen in België en Luxemburg worden beleverd vanuit de andere transporthubs van HelloFresh. Ervaring niet kwijtraken Olaf Vreeburg, head of operations bij HelloFresh Benelux, kijkt naar eigen zeggen terug op ‘een intensief, maar bevredigend realisatieproces’. Zeker nu de locatie in Bleiswijk operationeel is gegaan, durft hij te spreken van een succes. Hij prijst in dat kader ook de mensen van Leen Menken, die al langer de operatie voor HelloFresh verzorgen en dit nu ook doen in Bleiswijk. ‘De productie op de nieuwe locatie kwam mede dankzij hen direct op gang, eigenlijk hebben we geen vertraging in het proces ondervonden.’ Crux in dit verhaal is volgens Vreeburg het vinden van voldoende gekwalificeerde mensen. ‘Dat is vandaag de dag echt een uitdaging’, zo stelt hij. ‘Waarbij wij hen ook nog eens vragen te werken op onconventionele tijden.’ Doordat de nieuwe locatie zich niet ver van de oude locatie bevindt, bestond de mogelijkheid om personeel mee te nemen. ‘Een absolute pre’, aldus Vreeburg. ‘Want we hadden ook kunnen kiezen voor een meer zuidelijke locatie, gezien onze afzetmarkt in België en Luxemburg

en het aantal te rijden kilometers. Maar we wilden de ervaring die in de loop der jaren was opgedaan niet kwijtraken en dat is met het aanhouden van Leen Menken en een groot deel van hun mensen goed gelukt.’ Certificaat voor duurzaamheid Het nieuwe distributiecentrum van HelloFresh is opgeleverd met het internationaal erkende BREEAM Excellent certificaat voor duurzaamheid. De locatie is onder meer uitgerust met energiezuinige apparatuur. Ook wordt er gebruikt gemaakt van hernieuwbare energie. Vreeburg: ‘Neem het vele karton dat we gebruiken. Dat gaat allemaal de persmachine in en wordt uiteindelijk gerecycled. Verder hebben we gekozen voor speciale air sockets, die verspreid over het pand aan het plafond hangen en de koudegeleiding in het pand optimaliseren. De 1.200 vierkante meter

aan zonnepanelen op het dak leveren voldoende energie om deze koeling te borgen, ook tijdens warme dagen, wanneer het koelsysteem op 100 procent piekvermogen draait.’ Mede dankzij het tailormade ontwerp voldoet het distributiecentrum ook aan alle eisen van voedselveiligheid. ‘De locatie is voor een belangrijk deel gekoeld naar zo’n 3,7 à 3,8 graden Celsius, wat de kwaliteit en versheid van het eten ten goede komt.’ Gesloten koelketen Vreeburg vertelt dat de locatie in Bleiswijk is gerealiseerd op groei. ‘We hebben er bewust voor gekozen om niet enkel de bestaande operatie te verplaatsen. We kunnen tevens op eenvoudige wijze uitbreiden. Zo is onze vriescel – nu 700 vierkante meter groot en voorzien van een constante temperatuur van -19 graden Celsius – in omvang te verdubbe-

RE P O RTAG E

moet gaan plaatsvinden. ‘We willen hier gefaseerd naartoe werken en oriënteren ons daarbij zo breed mogelijk.’ Het begin van veel meer Voor Maartje Frederiks is het elektrificeren van het wagenpark een van de uitdagingen die nog op haar pad liggen. Maar eerst nog even genieten van deze mijlpaal. ‘Met dit nieuwe distributiecentrum hebben we weer ruimte voor expansie, innovatie en kwaliteitsverbetering’, zo stelt ze na het pand samen met de burgemeester van Lansingerland officieel te hebben geopend. ‘Er is knap werk geleverd, maar tegelijkertijd is dit slechts het begin van veel meer.’

Over HelloFresh

len. De vloer is hier al op voorbereid.’ Een ander punt van aandacht bij de bouw van het distributiecentrum was het gesloten houden van de koelketen. Vreeburg: ‘Deze wordt hier nergens onderbroken, om de versheid van onze producten te allen tijde te kunnen garanderen. Onder meer de docks zijn hierop aangepast, met luchtkussens bij de deuren die dankzij de luchtdichte verbinding de warmte buiten en de koude binnen houden.’ Elektrificatie eigen wagenpark Klanten van HelloFresh ontvangen de maaltijdboxen bij voorkeur doordeweeks tussen 16.30 en 22.00 uur, of in het weekend. Mede dankzij de tijdige communicatie met haar klanten en de leverstiptheid is de eerste levering vaak al succesvol en het aantal retouren nihil, vertelt Vreeburg. ‘Wel bieden we onze klanten, vanuit duurzaamheidsoogpunt, de

mogelijkheid om de kartonnen maaltijdboxen mee terug te geven.’ Ondanks de successen op het vlak van kilometerreducering, met minder CO2-uitstoot als resultaat, kijkt HelloFresh op dit moment naar de mogelijkheden om het eigen wagenpark te elektrificeren. ‘Een uitdagende opgave’, aldus Vreeburg. ‘Want de accu’s moeten niet alleen onze voertuigen aandrijven, maar ook de koeling onderweg borgen. Bovendien werken wij binnen de Benelux met slechts tien transporthubs, wat de actieradius relatief groot maakt.’ Toch wil HelloFresh ‘haar verantwoordelijkheid nemen’, zo stelt Vreeburg. ‘Daarom testen we de mogelijkheden van fietskoeriers en zijn we op dit moment in overleg over de aanschaf van elektrische streetscooters.’ Natuurlijk heeft ook Vreeburg 2025 in zijn achterhoofd, het jaar waarin de stadsdistributie in Nederland 100 procent geëlektrificeerd

HelloFresh Benelux, in 2012 opgericht door Maartje Frederiks, biedt een flexibel lidmaatschap waarmee klanten wekelijks een box met gevarieerde recepten en verse ingrediënten voor drie tot vijf maaltijden ontvangen. HelloFresh is een Duitse start-up met lokale vestigingen in Groot-Brittannië, Duitsland, Nederland, België, Australië, Zwitserland, Canada en de Verenigde Staten. Wereldwijd leverde HelloFresh in het eerste kwartaal van 2018 ongeveer 48,3 miljoen maaltijden af bij circa 1,88 miljoen huishoudens. Dit jaar is HelloFresh door de Financial Times uitgeroepen tot het snelst groeiende bedrijf van Europa, gebaseerd op de omzetcijfers van de periode 2012-2015. In november 2017 ging HelloFresh naar de beurs.

Logistieke hotspot aan de A12 Burgemeester van Lansingerland Pieter van de Stadt is trots op het feit dat HelloFresh voor zijn gemeente heeft gekozen. De realisatie van het nieuwe distributiecentrum past volgens hem ‘uitstekend’ in de ontwikkeling die bedrijventerrein Prisma, samen met het nabijgelegen Bleizo Business Park, doormaakt. Het brengt Van de Stadt ertoe te spreken van ‘een logistieke hotspot aan de A12’, want eerder al concentreerden supermarktketens Hoogvliet en Aldi, maar ook leverancier van medische hulpmiddelen en zorgoplossingen Mediq, hun logistiek op deze twee bedrijventerreinen.

A A N HE T WO O RD

In de logistieke sector gebeurt enorm veel. Twitter is daarvoor een goede graadmeter. Op deze pagina een selectie van de meest opvallende tweets op de tijdlijn van Transport en Logistiek Nederland.

10 juli

17 juli

23 juli

9 augustus

23 augustus

27 augustus

Continu op de hoogte van het laatste nieuws uit de sector? Bezoek daarvoor de website van Transport en Logistiek Nederland (www.tln.nl) en de sociale kanalen van TLN: twitter.com/tlnnieuws nl.linkedin.com/company/transport-en-logistiek-nederland nl-nl.facebook.com/ktotln

S E RV I C E- INFO

Meer informatie

Interessant artikel? Lees er meer over op de website van TLN Aanpak A12: alle seinen op groen www.tln.nl > Onderwerpen > Infrastructuur

‘We zijn op expeditie’ www.tln.nl > Onderwerpen > Duurzaamheid

Krapte op de arbeidsmarkt: oplossingen gevonden? www.tln.nl > Onderwerpen > Arbeidsmarkt

Openhartoperatie bij Mandersloot www.tln.nl > Onderwerpen > ICT

Fit voor het werk www.tln.nl > Onderwerpen > Preventie en verzuim

HelloFresh vindt recept voor verdere groei www.tln.nl > Onderwerpen > Logistiek en supply chain

Colofon ‘Nederland Logistiek’ is het relatiemagazine van Transport en Logistiek Nederland en verschijnt vier keer per jaar. Nummer 3 September 2018 Uitgever en redactie Transport en Logistiek Nederland Boris Pasternaklaan 22 2719 DA Zoetermeer T 088 4567111 E nederlandlogistiek@ tln.nl I www.tln.nl Hoofdredactie Twan van der Heijden Redactionele bijdrage Caroline Blom Fotografie Ton Zonneveld Ontwerp en opmaak Maters & Hermsen, Leiden Druk Vellendrukkerij BDU, Barneveld © Transport en Logistiek Nederland, 2018 Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen en/of gereproduceerd zonder schriftelijke toestemming van de uitgever en/of zijn partners.

Over TLN

Wat kan TLN voor u betekenen? Transport en Logistiek Nederland (TLN) is dé onder nemersorganisatie voor wegtransportbedrijven en logistiek dienstverleners. TLN werkt continu aan een gunstig ondernemersklimaat in Nederland en Europa en doet dat op meerdere manieren:

D oor haar leden te verbinden en een netwerk te bieden waarin kennis en ervaring wordt uitgewisseld door ndernemers

oor de belangen van haar leden te vertegenwoordiD gen, zowel lokaal en regionaal als nationaal en Europees

D oor de grootste werkgeversorganisatie van transporterend Nederland te zijn en binnen de cao-onderhandelingen te zorgen voor een verantwoorde cao voor haar leden

D oor specialistische kennis en expertise op het gebied van transport en logistiek grotendeels gratis beschikbaar te stellen voor de ondernemers die lid zijn van TLN

D oor inkoopvoordeel en speciale voorwaarden te bieden aan leden, dankzij collectieve afspraken met leveranciers en partners

D oor het aanspreekpunt te zijn voor en over de sector

Alle advertentiecontracten worden afgesloten conform de Regelen voor het Advertentiewezen, zoals gedeponeerd bij de arrondissementsrechtbanken in Nederland. Een exemplaar van de Regelen voor het Advertentiewezen is op aanvraag kosteloos verkrijgbaar. Geïnteresseerd in een (extra) exemplaar van ‘Nederland Logistiek’? Neem dan contact op met de redactie via nederlandlogistiek@ tln.nl.

Beste Jan, Op zoek naar een vrachtwagenchauffeur? Grote kans dat die al bij je werkt.

Willem

Zeg eens eerlijk. Ben je op zoek naar vrachtwagenchauffeurs, maar is het lastig om deze te vinden? Grote kans dat hij of zij gewoon bij je werkt. Als logistiek medewerker, heftruckchauffeur of op kantoor en klaar voor een nieuwe uitdaging!

Ken je mensen die misschien nog niet bij je werken, maar die wel geschikt zijn? Ook dan kun je ze aanmelden en met subsidie opleiden tot gemotiveerde chauffeurs die na de opleiding direct bij jou aan de slag kunnen.

Je kunt je medewerkers nu met een aantrekkelijke subsidie van 65% laten doorstromen als vrachtwagenchauffeur.

Ga voor meer informatie naar: stlwerkt.nl/ikzoekvrachtwagenchauffeurs

stlwerkt.nl/ikzoekvrachtwagenchauffeurs