Trajectum 16/17 #02

Page 1

2016 #02

| 06 12

TRAJECTUM www.trajectum.hu.nl | magazine voor Hogeschool Utrecht

Utrecht 2.0 SPECIAL OVER DE STAD VAN DE TOEKOMST

EN VERDER EEN PROEFLES GEVEN VOORDAT JE WORDT AANGEGENOMEN ALS DOCENT | HOOG OPGELEID EN GEVLUCHT: IN DE PREBACHELOR ICT WORDT HARD GEWERKT OM DE TAAL OP NIVEAU TE KRIJGEN | COLUMNS | WINACTIES


INHOUD

9-32

22

24

INTERVIEW

REPORTAGE

SCHULDEN

HOTSPOTS

1 op de 5 huishoudens zit in

Oude fabrieken krijgen nieuwe

geldnood, meer dan ooit

bestemmingen. Vooral in trek bij jong, hip en creatief volk

2

TRAJECTUM#2 06122016


SPECIAL Utrecht is booming en groeit als kool. De economie is sterk, er wonen veel slimmerds die graag alle voorzieningen binnen handbereik hebben. De vraag is hoe we die stad veilig, mobiel, sociaal, gezond, creatief en economisch sterk en betaalbaar voor iedereen houden. In deze special een aanzet daartoe.

6 OPMERKELIJK 8 COLUMN Reint Jan Renes

34

38

31 COLUMN Remko van Broekhoven

42 UITAGENDA 44 WINACTIES

ONDERWIJS

STUDENTEN

Docenten die solliciteren bij het

Hoogopgeleide vluchtelingstu-

Institute of Engineering and

denten volgen een prebachelor.

Design moeten een proefles

Alleen als je de taal spreekt,

IEDERE DAG VERS

geven voor een groep studen-

heb je ook een toekomst

trajectum.hu.nl

ten. Hoe bevalt dat?

48 STUDENTSTYLE

twitter.com/trajectum facebook.com/trajectum

06122016 TRAJECTUM#2

3


4

TRAJECTUM#2 06122016


HIPPE HAMBURGER Nemen we die lekkere Amerikaanse hamburger, gegrild op de green egg? Lopen we een blok verder voor Vietnamese garnalen en Pho Noedelsoep? Of kiezen we gewoon een broodje oude kaas, aan de counter ernaast? Keuze genoeg in de nieuwe food court op Padualaan 101. En dan beloven ze ook nog een terras in de zomer. De HU noemt de horecavoorziening ‘een belangrijk aandachtspunt in de nieuwe leeren werkomgeving van de HU’. Daarnaast krijgen de vernieuwde locaties kiosken en science cafés, zoals de Spar-kiosk en café Het7de op Heidelberglaan 7. Allemaal onderdeel van het nieuwe leren en werken, gericht op ontmoeten en verbinden. Zo is die hamburger niet zomaar een snack, maar het resultaat van een concept. Hij smaakt 06122016 TRAJECTUM#2 er niet minder om, meldde de fotograaf na afloop. Gelukkig maar. |

5


OPMERKELIJK

QUOTE

Met de app Other Gamers kunnen gamers die van bordspellen houden met elkaar in contact komen op basis van leeftijd, interesses en locatie. Vier studenten van verschillende opleidingen ontwikkelden de app tijdens het onderwijsprogramma Creatieve Industrie. Zij richtten daartoe het bedrijf The Dicey Company op. Een van de studenten gaat afstuderen op dit eigen bedrijf, voor drie anderen is het de afsluiting van de minor Project van je Leven. ‘Ze krijgen de ruimte om verder te gaan met hun droom. Een prachtig voorbeeld van ondernemerschap in het onderwijs’, zegt docent Arno Wilkens.

GELOVEN BURGERS NOG IN DE JOURNALISTIEK? De neergang van de elite, wantrouwen in de politiek/journalistiek, de wraak van de boze witte man, het zwartepietendebat. Actuele kwesties die de media dagelijks vullen. Geloven burgers nog in de journalistiek? Dat was de vraag tijdens het debat dat door studievereniging LEF werd georganiseerd tijdens de viering van vijftig jaar School voor Journalistiek op vrijdag 18 november. De discussie ging tussen (v.r.n.l.) Dominique Weesie (PowNed), Hille van der Kaa (BN/De Stem), Sywert van Lienden (pu6 TRAJECTUM#2 06122016 blicist) en Marc Josten (VPRO/Argos).

1,57

miljard euro leveren buitenlandse studenten de Nederlandse schatkist op, zegt internationaliseringsorganisatie EPNuffic. Een kwart van hen brengt na het afstuderen de rest van zijn leven in Nederland door. De hoogopgeleiden vinden vaak een goede baan, zodat ze veel belasting en premies betalen.

FOTO: KEES RUTTEN

Gamerscontactapp

HU-studente Karlien over de doorstroming mbo-hbo op NOSop3. ‘Ik vond het pittig. Bij mijn mbo-opleiding deed ik al mijn huiswerk op school. Hier is er veel meer zelfstudie. Daar kwam ik bij de eerste toetsweek veel te laat achter, waardoor ik veel te laat begon.’


VAN DE REDACTIE

Pop-up Uithof Soms worden we er somber van: het miezert, de winter is in aantocht, treinen weer vertraagd en docenten dreigen met stakingsoproepen die toch niet worden uitgevoerd. Gelukkig sijpelt er genoeg goed nieuws door. Zoals het Leefbaarheidsfonds - een initiatief van gemeente, provincie, SSH, BAM en het Utrecht Science Park. Bedoeling is om ideeën te ondersteunen die de leefbaarheid in De Uithof vergroten in de komende twee jaar. Als tegenwicht voor alle verbouwingen en wegopbrekingen op ons werkterrein. Zodat De Uithof een beetje leuk, leefbaar en aantrekkelijk wordt. Ideeën genoeg. Moestuintjes (waar over twee jaar geoogst kan worden), tijdelijke parkjes en fonteinen. Pop-upstores, expo’s en events. Kamperen tussen de schapen. Of waarom niet wat groter gedacht? Een tijdelijke bioscoop? Een Tivoli/De Uithof-theaterpodium? Een vijfdaags 24/7-festival voor 40.000 bezoekers: deBeschaving2.0. Bij het Leefbaarheidsfonds zijn al enkele voorstellen in behandeling. Het fonds betaalt mee aan ijsklimmen aan de klimwand bij Olympos. Best aardig, maar dat kan beter. Trajectum gaat voor een permanente daktuin (zie foto). En anders helpen we graag met digitale megaschermen bij de toegangswegen naar De Uithof. Brengen wij onze nieuwste cover en Student Style, vragen we de

Utrechtse Oscar-genomineerden Job, Joris en Marieke voor fraaie animaties en mogen studenten van de afstudeerrichting Creatieve Industrie er iets moois van maken. | De rubriek ‘Van de redactie’ verschijnt elke donderdag rond het middaguur op trajectum.hu.nl

EN DE PRIJS GAAT NAAR…. UTRECHT: VOOR DE DRUKSTE FIETSPADEN VAN ONS LAND

1. Smakkelaarsveld 2. Vredenburg 3. Jaarbeursplein Dat blijkt uit onderzoek van de Fietsersbond, die een week lang deelnemers via een app volgden. In de provincie Utrecht deden 3800 mensen mee, landelijk waren het 42.000 fiet-

GESPOT

Marieke Telleman
 Opleiding: in juli afgestudeerd bij Orthoptie Gewonnen: Ad van Doorenprijs voor de meest bijzondere prestatie op het gebied van honoursonderwijs. Motivatie: ‘Jij bent begonnen als een voorzichtige, wat onzekere student en bent zelfstandig uitgegroeid tot een zelfbewuste professional die ook internationaal aan de beroepsgroep bijdraagt’, zei juryvoorzitter Danielle Poels. Bijzonder: Voor haar afstudeerscriptie voerde ze samen met een collega-student een onderzoek uit over meetmethoden in de orthoptie. De uitkomsten presenteerde ze voor een internationaal orthoptiecongres in Rotterdam. |

sers. 06122016 TRAJECTUM#2

7


COLUMN REINT JAN RENES, LECTOR CROSSMEDIALE COMMUNICATIE IN HET PUBLIEKE DOMEIN

Me, Myself and Trump ‘Een grandioos zelfbeeld. Een enorm opgeblazen ego. Voortdurende behoefte aan aandacht. Een grote drang naar bewonderd worden. En als die bewondering uitblijft - of nog erger, als hij kritiek krijgt - slaat hij roekeloos om zich heen’. Nee, dit gaat niet over Donald Trump. Dit zijn volgens ontwikkelingspsycholoog Sander Thomaes (Universiteit Utrecht) de eigenschappen van een klassieke narcist. Binnen een paar weken lijkt Amerika al te wennen aan president-elect Trump. Zijn populariteit stijgt, mensen zijn bereid met hem samen te werken en een recente peiling liet zien dat 58 procent van de Clinton-stemmers hem een kans wil geven. Ondanks zijn agressieve taalgebruik, racistische opmerkingen en extreem lange tenen krijgt hij steeds meer het voordeel van de twijfel. Opmerkelijk want alles in het leven van Trump lijkt in dienst te staan van het merk Trump. Waarom dan nu ineens het vertrouwen dat hij het land zal dienen? Of zoals klinisch psycholoog Ben Michaelis stelt: ‘Hij solliciteert naar de belangrijkste baan in het land, een dienende baan, maar niets in hem is dienend. Hij dient alleen zichzelf.’ Eigenlijk is het niet zo raar dat velen in Trump een aanvoerder zien. Mensen die zichzelf als een groot leider zien, worden door anderen vaak ook als zodanig beschouwd. De eigenschappen die ze uitstralen - autoriteit, dominantie en een overdosis aan zelfvertrouwen bevatten precies de elementen die worden toegeschreven aan effectieve leiders. Maar ondanks de (zelf)perceptie van effectief leiderschap scoren juist deze leiders beroerd op het beter laten presteren van de groep. De preoccupatie met hun eigen grootsheid zorgt ervoor dat ze het collectief belang uit het oog verliezen en zichzelf opvallend vaak schaarse goederen toekennen, daar waar delen voor het algemeen belang beter is. Ook staan ze vaak aan de basis van slechte groepsbeslissingen omdat ze (te) graag naar zichzelf luisteren en amper openstaan voor relevante informatie van anderen. Of Trump een narcist is, weet ik niet. Dat oordeel laat ik graag aan experts over. Helaas geven zijn uitspraken en prestaties uit het verle-

8

TRAJECTUM#2 06122016

den wel aanleiding tot serieuze twijfels over zijn intenties en vermogen om als president van Amerika niet alleen zichzelf te dienen. |


SPECIAL

Stad van de toekomst 10 de stad, de HU & nieuwe vragen 12 interview met Hans Mommaas, over Utrecht & de nieuwe generatie 18 student & wonen, student & dromen 24 Nadja Jungmann over geldstress & de sociale stad 26 nieuwe hotspots op oude plekken 06122016 TRAJECTUM#2

9


UTRECHT 2.0 Utrecht is de snelst groeiende stad van Nederland. Fijn voor de economie. Maar houden we de stad ook aantrekkelijk, leefbaar en gezond als we in 2030 met 400.000 mensen dezelfde ruimte moeten verdelen? De stad zoekt slimme oplossingen, de HU wil daar graag aan meedoen en kiest een nieuw profiel. Maar de stad van morgen roept ook nieuwe vragen op. DOOR JANNY RUARDY Utrecht is aantrekkelijk. Dankzij de centrale ligging, het spoorwegennet, snelwegknooppunten, een sterke economie en een goed vestigingsklimaat voor bedrijven. Maar natuurlijk ook dankzij onderwijsvoorzieningen, waaronder een universiteit en een hogeschool, samen goed voor 80.000 studenten. Er wonen veel slimme mensen, een op de drie inwoners is student. De werkloosheid is lager dan in de rest van het land. Alumni van de HU vinden sneller een baan dan afgestudeerden elders. Kortom: de stad en regio bieden volop kansen en groeien daardoor sterk. Hogeropgeleiden hebben behoefte aan theaters, aan restaurants. Als die volop aanwezig zijn, wordt de stad nog aantrekkelijker. Zowel Amsterdam als Utrecht zijn om die reden zogeheten consumercities. Deze agglomeratievoordelen beschreef de Amerikaanse Edward Glaeser, hoogleraar economie aan Harvard, al in zijn boek Triomf van de Stad. In een stad is de arbeidsmarkt groter en komen vraag en aanbod veel gemakkelijker bij elkaar, je kunt meer specialiseren en delen. En je leert meer van elkaar omdat er meer bedrijven zijn. Doordat er hogeronderwijsinstellingen zijn, heb je ook nog gratis kennis.

10

TRAJECTUM#2 06122016

Al deze bewegingen maken een stad steeds aantrekkelijker, maar het staat of valt met werk, meent Glaeser. Wanneer de werkgelegenheid verdwijnt, krijg je een omgekeerde beweging. Zoals Detroit: ooit een bruisende stad van de autoindustrie, nu verworden tot spookstad. DREIGENDE TWEEDELING Maar de triomf heeft ook een keerzijde. Terug naar Utrecht. De sterke groei en stijgende populariteit van de Domstad heeft zo z’n nadelen. De uitstoot van CO2 en fijnstof zijn te hoog. Het middeleeuwse stadscentrum staat onder druk. De huizenprijzen stijgen weer boven het niveau van vóór 2008. En de verkeersdrukte neemt toe: alleen al het fietsverkeer groeit jaarlijks met vier procent (Smakkelaarsveld is net weer tot drukste fietspad van Nederland uitgeroepen) en de groei in het openbaar vervoer is nauwelijks te managen. Mobiliteit zal om slimme oplossingen vragen.

En dan zijn er de naoorlogse wijken als Kanaleneiland en Overvecht. Relatief veel mensen daar leven van de bijstand, kampen met hogere ziektekosten (in Overvecht zelfs 20 procent hoger), voelen zich onveiliger en denken negatiever over de stad en hun toekomst. Aan de gemeente de opdracht om deze mensen binnen de boot te houden en dreigende tweedeling tegengaan. HOGESCHOOL De gemeente Utrecht heeft met alle ontwikkelingen, kansen en problemen die op de stad afkomen, de ambitie een ‘gezonde stad’ te zijn. De vraagstukken vragen om een ‘multidisciplinaire aanpak’, zo valt te lezen in de toekomstvisie Utrecht Centrum uit 2015. Daarvoor zoekt de stad partners, met wie ze gezamenlijk aan oplossingen kunnen werken. Een van die partners is de Hogeschool Utrecht. Tijdens de jaaropening van de HU, eind augustus 2016, tekenden collegevoorzitter Jan Bogerd en loco-burgemeester Jeroen Kreijkamp een overeenkomst om samen op te trekken in de Stad van Morgen. ‘Om te komen tot een gezonde duurzame stad, een sociale, zorgzame en rechtvaardige stad en een economisch sterke, creatieve en culturele stad.’


Daarmee kiest de HU voor een nieuw profiel en focust zich op het terrein van ‘kwaliteit van samenleven in een stedelijke omgeving’. Het profiel sluit aan bij de ambities die de gemeente heeft vastgelegd in de zogeheten Agenda Stad met daarbij horende City Deals (samenwerkingsverbanden). Bij één City Deal is de HU al aangesloten: City Deal Health Hub. Een samenwerkingsverband van tien gemeenten, het Rijk, UU en HU, Danone, RIVM en Deltares. De Hub heeft de focus op het Utrecht Science Park en wil de regio Utrecht met haar ‘gezondheid gerelateerde economie’ -55.000 banen in de gezondheidszorgmeer op de kaart zetten. Doordat een aantal deelnemers dicht bij elkaar zit, vindt er kruisbestuiving plaats, zo is de gedachte. En dat zorgt voor innovaties en kennisclustering op het gebied van gezondheidszorg. De partijen moeten voor de realisering van de City Deal ook externe financiers vinden. De komst van het Prinses Maxima Centrum wordt als voorbeeld genoemd: alle kennis over kinderkanker zit nu bij elkaar waardoor het centrum een Europees toonaangevend centrum kan worden. En het stationsgebied geldt als proeftuin voor nieuwe technologie die bijdraagt aan een gezonder klimaat. Zo ontwikkelde TNO sensoren om de luchtkwaliteit te meten. De bijbehorende app waarschuwt burgers als de kwaliteit niet goed is.

LECTORATEN Binnen de HU moeten vooral lectoren een rol gaan spelen in de ontwikkeling en realisering van het nieuwe HU-profiel. De hogeschool ziet vooral kansen in de samenhang, in cross-overs. Binnen de HU moeten verschillende disciplines samenwerken en kennis bundelen. Op drie hoofdlijnen gaat de HU zich profileren: gezonde duurzame stad; sociale, zorgzame en rechtvaardige stad; economisch sterke en creatieve, culturele stad. Het sluit hiermee aan bij de thema’s van de gemeente. Marketinglector Gerrita van der Veen is nauw betrokken bij het ontwikkelen van een visie op dit thema. Er gebeurt nu al veel binnen de HU op het terrein van stadsontwikkeling, zegt ze. Op 24 november zijn de lectoren bij elkaar gaan zitten om een inventarisatie te maken. Van daaruit kunnen ze verder een visie ontwikkelen en een doel bepalen. Het thema heeft haar belangstelling. ‘De stad en de economie zijn van elkaar afhankelijk’, zegt ze. ‘Onze hedendaagse economie is gebaseerd op groei door innovatie en ondernemerschap. Dat vraagt om kennis, creativiteit en diversiteit. Hoogopgeleide professionals, creatieve broedplaatsen en een ondernemende omgeving, dat is wat een sterke stad de economie te bieden heeft. En omgekeerd heeft de economie ook de stad wat te bieden: werk. In een economisch krachtige stad willen mensen graag wonen. En valt er geld te verdienen. Er heeft in de steden een enorme verandering plaatsgevonden. Wie over arbeidsmarkten praat, praat in de stedelijke economie al gauw over de vraag of mensen naar steden trekken omdat er werk te vinden is, of dat bedrijven naar steden trekken omdat er goede werknemers te vinden zijn. Wonen volgt werken. Dat was nog niet zo lang geleden anders, toen standaardisatie en massaproductie de basis vormden van

onze economische groei. In een economisch krachtige stad willen mensen graag wonen. En valt er geld te verdienen. Niet voor niets wilde Philips van Eindhoven naar Amsterdam verhuizen.’ Naast haar enthousiasme over het nieuwe HU-profiel plaatst Van der Veen ook een kanttekening: ‘een gezonde economie is niet hetzelfde als een gezondheidsgerelateerde economie’. Volgens Van der Veen schuilt de economische kracht van Utrecht vooral in sectoren uit het midden- en kleinbedrijf. Denk aan diensten zoals ICT, marketing, creatieve industrie en financiële technologie. Maar ook meer traditionele sectoren zoals de groothandel, logistiek en industrie. ‘Daar leiden we onze studenten voor op. Vanuit een sterke economische basis kunnen verbanden worden gelegd naar overstijgende maatschappelijke vraagstukken als duurzaam bouwen, zorginnovatie en sociaal ondernemerschap.’ Daarnaast vindt de lector dat je als instelling niet te afhankelijk moet zijn van zo’n profiel: ‘De kunst is flexibel te blijven en met de ontwikkelingen mee te gaan. Dat is eigenlijk alleen mogelijk vanuit een sterke verankering in je eigen vakgebied.’ |

06122016 TRAJECTUM#2

11


DE SLIMME STAD

Waarom gaan we allemaal in de stad wonen? Kan Utrecht dat wel aan? En hoe maken we die stad slim en creatief? HANS MOMMAAS, directeur van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), hoopt op een generatie die de stad opnieuw vorm gaat geven. ‘Ze kunnen de padvinders zijn van de nieuwe stedelijkheid.’ 12

TRAJECTUM#2 06122016

DOOR MARC JANSSEN


06122016 TRAJECTUM#2

13


DE SLIMME STAD

‘Utrecht heeft de ideale schaal.’ Hans Mommaas is behoorlijk optimistisch over de Domstad. ‘Als je in Utrecht vraagt: “Waarom vertrek je niet naar Amsterdam?”, dan hoor je altijd: “Ik vind het hier overzichtelijk.” Amsterdam is net iets te grootschalig, iets te guur. Utrecht heeft nog net die kleinschaligheid, in balans met grootstedelijkheid en kleinschaligheid. Niet voor niks staat het op de rand van zand en zeeklei. Het heeft iets van een intermediaire zone.’ Zulke optimistische verhalen hoor je vaker over deze stad. Maar dan komen ze uit de mond van iemand met Utrechtse belangen: een chauvinistische stadsbewoner, de burgemeester of een andere lokale bestuurder. Bij Mommaas is het verhaal gebaseerd op langlopende analyses. ‘Zijn’ planbureau levert onafhankelijke en wetenschappelijke strategische beleidsanalyses op het gebied van milieu, natuur en ruimte. Met vaak brede analyses en toekomstvisies. Daar passen spontane complimenten niet zo bij. Een positieve uitspraak is eerder een concretisering van langlopende trends. Ofwel: echt waar. Eerst over die trends. Die gaan over slimme verstedelijking, circulaire economie, creatieve steden en nieuwe generaties als padvinders van de stad. Het lijken fraaie kreten, maar ze kunnen allemaal toepasbaar zijn voor Utrecht. Met nadruk: kúnnen. Een goede invulling ervan vraagt iets van een nieuwe generatie. En ook van de Hogeschool Utrecht. Maar daarover straks meer. Even over die verstedelijking. De grote steden groeien, het platteland dreigt leeg te lopen. Is die trend echt zo onontkoombaar? ‘Dat is het natuurlijk nooit, het is geen natuurverschijnsel. Maar de verstedelijking is op dit moment wel een drijvende kracht.’ Mommaas schetst een korte geschiedenis van de Nederlandse ruimtelijke ordening. In de jaren zestig en zeventig ging het om ‘gebundelde deconcentratie’, waarbij de bevolkingsgroei werd opgevangen in overzichtelijke groeikernen. Nieuwegein is daar een voorbeeld van. In de jaren negentig kwam de Vinex-golf: leg de uitbreidingen dichter bij de stad, dan kunnen die

14

TRAJECTUM#2 06122016

ook profiteren van de stedelijke infrastructuur. En zo kreeg Utrecht Leidsche Rijn. En nu? Mommaas: ‘Nu zitten we op bepaalde plekken aan de volgende verdichtingsgolf. Ondanks Leidsche Rijn staat de huizenmarkt in Utrecht en Amsterdam onder grote druk. Dat komt omdat de stad steeds grote groepen blijft aantrekken. Hele generaties krijgen er hun opleiding aan hogeschool of universiteit en zetten er vaak ook de eerste stap op de arbeidsmarkt. Daar komt

‘Lokale bestuurders hebben niet goed door wat de kracht kan zijn van een hoger opleidingsinstituut’ bij dat onze kennis- en diensteneconomie het moet hebben van ontmoetingen. Die zijn mogelijk in de stad. Daar zitten de gespecialiseerde diensten en de gespecialiseerde kennis. Bedrijven komen naar de stad, zodat ze gebruik kunnen maken van de spin-offs van die kennis. Dat clustert samen, vooral in steden met hogere opleidingsfaciliteiten: Amsterdam, Utrecht, Eindhoven.’ Zo raakt Utrecht wel erg vol… ‘Je kan ook kijken naar de schaalsprong die een stad als Utrecht kan maken. Iemand beschreef

laatst hoe ze met de trein van Houten naar het nieuwe station Utrecht Vaartsche Rijn ging. Ze ging niet zitten, maar bleef staan. Daardoor merkte ze: de stedelijkheid van Utrecht gaat zich uitstrekken naar de voorsteden. Het is de ervaring van de S-bahn in Berlijn op de schaal van Utrecht. Het idee Utrecht wordt groter. Van het Wed in de oude binnenstad naar Houten, Leidsche Rijn en misschien Maarssen.’ In die stedelijke regio draait het niet meer om het scheiden van wonen, werken en recreëren, maar juist om het mengen van functies. Mommaas: ‘Warmteproductie en warmteconsumptie moeten dichter bij elkaar komen. We willen minder slepen met spullen. We willen de weg inslaan naar een circulaire economie. Dat vereist nogal wat omdenken.’ Dat lijkt me lastig voor een stad als Utrecht. ‘Juist in steden kun je het verschil maken. Als je daar iets kunt doen aan mobiliteit, vermindert de CO2-uitstoot. Als je daar kunt werken aan energiebesparing bij woningen, dat maakt het verschil. Dat geldt voor Utrecht eens te meer. Omdat het een samenballing is van infrastructuur, van mobiliteit, van verdichting van functies. Daar heb je een interessante uitdaging te pakken.’ Een interessante uitdaging klinkt als een eufemisme voor grote problemen… ‘Nee, dat meen ik. En daar sta ik vrij van ironie in. Kijk naar middelgrote steden met de omvang van Kopenhagen, Bern en Zürich. Die doen het ontzettend goed. Dat heeft alles te maken met de kwaliteit van leven in die steden. Het gaat er niet alleen om de economie te accommoderen, maar ook de sociale en ecologische functies van zo’n stad te versterken. Utrecht kan daarbij juist gebruikmaken van de drukte van die stad. Die druk levert fantastische mogelijkheden op, een extra kans tot vergroening en verbetering van de stedelijke omgeving. Dat je bijvoorbeeld in die binnenstad iets met mobiliteit doet en dat die binnenstad leefbaar blijft. Nu zitten we in een transitiefase. Misschien rijden we straks allemaal in elektrische, zelfsturende auto’s die op commando


naar je toe komen. Wie weet. We zullen het zien, ik ben benieuwd.’ Het is voor Mommaas de opmaat naar een kleine lofzang op Utrecht. Want na de transitiefase is er ruimte voor ‘slimme stedelijkheid’ en een ‘creative city’, zoals hij ook al vertelde bij de Jaaropening van de HU in augustus. De Domstad heeft er de mogelijkheden voor, meent Mommaas: ‘Smart cities en urbanity gaan over meer dan techniek. Ze gaan ook over de stedelijke gemeenschap als een soort vindplaats van creativiteit. Dat er iets van een creatieve beweging ontstaat, waarbij mensen zeggen: ‘Ik wil in gezamenlijkheid die stad slimmer maken. Zodat je daar gemakkelijker kunt bewegen, prettiger kunt verblijven, van een schone en gezonde woonomgeving kunt genieten.’ Utrecht heeft de schaal daarvoor. Vanuit Europees perspectief is het niet al te groot, maar toch behoorlijk verdicht. Enerzijds heeft de stad kleinschalige wijkjes en een historische binnenstad. Anderzijds werkt het aan schaalvergroting en verdichting rondom Jaarbeursplein, Leidsche Rijn en de schaalsprong richting Houten. Met die verschillende bewegingen moet je heel slim omgaan.’ En het hoger onderwijs kan bijdragen aan die slimme stedelijkheid? ‘Zeker. Lokale bestuurders hebben vaak onvoldoende door wat de kracht kan zijn van een hoger opleidingsinstituut in je stad. Dat is een permanente motor van nieuwe, jonge mensen die met nieuwe ideeën de stad inkomen. Vernieuwende generaties zijn vaker de sleutel geweest tot nieuwe vormen van stedelijkheid. Je had het met het Quartier Latin in Parijs in de negentiende eeuw. Met het onderwijs in de jaren zestig. Misschien komt er nu een generatie die een generatiebesef heeft en die de stad opnieuw vorm gaat geven richting duurzame economie en slimme stedelijkheid. Ze kunnen de padvinders zijn van de nieuwe stedelijkheid.’ Mommaas wijst op ‘nieuwe plekken’ in de stad, zoals verouderde bedrijfsterreinen waar mensen creatief aan de slag gaan. ’Dat zijn de zachte vormen van nieuwe stedelijkheid en daar moet de overheid heel voorzichtig mee omgaan, om

het niet te killen in een blueprint-achtige benadering.’ En in die creatieve, slimme stad ziet Mommaas ook een duidelijke rol voor de hogeschool. ‘Die moet naar de stad toe. De HU moet de stad beschouwen als een levend laboratorium, als een werkplein voor studenten waar ze gewoon dingen kunnen proberen.’

IN HET KORT Hans Mommaas (1955) is sinds 1 november 2015 directeur van het Planbureau voor de Leefomgeving. Daarnaast is hij parttime hoogleraar Regional Sustainability Governance aan Tilburg University. Mommaas studeerde Westerse Sociologie aan de Landbouwhogeschool Wageningen en promoveerde in 1993 aan de Tilburgse universiteit op het proefschrift ‘Moderniteit, Vrijetijd en de Stad’. 2002 tot 2015: hoogleraar Leisure Studies aan Tilburg University en in de periode 2013-2014 aan NHTV Breda. 2005 tot 2010: lid van de VROM-raad, wetenschappelijk directeur van Transforum, Innovatieprogramma voor Agro en de Groene Ruimte. 2006 tot 2011: bijzonder hoogleraar Urban Dynamics and Culture aan de Universiteit van Utrecht. 2010 tot 2015: geassocieerd lid van de Raad voor Leefomgeving en Infrastructuur (Rli) 2010 tot 2015: gasthoogleraar Actuele Vraagstukken Cultuurmanagement aan de Universiteit van Antwerpen. 2004 tot 2015: wetenschappelijk directeur van Telos, Brabants Centrum voor Duurzame Ontwikkeling. Mommaas is (co-)auteur van tal van artikelen, boekbijdragen en onderzoeken op het snijvlak van vrijetijd, cultuur, duurzaamheid en stedelijke en regionale ontwikkeling.

Vanzelf gaat dat niet, dat beseft hij ook als oudmedewerker van een andere hogeschool, de NHTV in Breda. ‘Je moet goed kijken wie de stakeholders zijn als je een project begint in de stad. Hebben we het eigenaarschap helder vastgelegd? Kunnen we in het project al vastleggen wie het na afloop overneemt? En het is belangrijk dat het om reële vragen uit de stad gaat. Dus niet zomaar een lesprogramma naar buiten klappen.’ Bij de Jaaropening noemde u nog dat de HU meer zou moeten samenwerken met de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU). Waarom? ‘Vraagstukken gaan steeds meer over de combinatie van bèta en gamma. Bij het PBL hebben we een afdeling waar deze twee groepen samenwerken. De een werkt aan databases, de ander ontwerpt en verbeeldt de informatie. Dat leidt tot enorm interessante interacties. Zo haalden ze data op over fietsstromen in Utrecht en stelden daar verschillende vragen bij: wat levert een fietspad op tussen Zeist en Utrecht, wat gebeurt er als we de fietspaden verbreden en wat als we nou voorrang geven op kruisingen aan de fiets? Dat laatste blijkt het meeste effect te hebben op fietsmobiliteit. Zo’n studie ontstaat door het samenbrengen van associatief denkende ontwerpers en mensen die analytisch kijken naar data. In de interactie tussen de HU en de HKU zou je zoiets natuurlijk fantastisch kunnen organiseren, zonder elkaars rollen of identiteit over te nemen. Kijk samen waar je gemeenschappelijk kunt werken aan een stedelijk vraagstuk. Heb de guts om over je eigen merk heen te stappen, zodat je kunt zeggen: hier is multidisciplinariteit het merk, dus kom naar Utrecht.’ |

06122016 TRAJECTUM#2

15


DE STUDENTENSTAD

16

TRAJECTUM#2 06122016


STAD ZONDER KAMERNOOD Nog altijd is het niet eenvoudig om een goede kamer te vinden in Utrecht. Maar met slimme bouwprojecten, grote studentencomplexen en krimpende studentenaantallen lijkt het einde van de kamernood eindelijk in zicht. Plus: drie studenten van nu vertellen hun toekomstdromen over wonen in de stad van de toekomst. En welke rol spelen zij dan in die veranderende stad? DOOR G E R A R D R U T T E N

Een voormalig schoolgebouw in de Utrechtse wijk Kanaleneiland is afgelopen zomer vertimmerd tot ruim tweehonderd studentenwoningen. Tientallen woningzoekende studenten hielpen de bouwvakkers bij het plaatsen van gipswanden en het afvoeren van puin. In ruil daarvoor mochten zij als eerste een kamer uitzoeken en krijgen zij korting op de huur. In de oude school zitten er naast studentenkamers nu ook horeca, kleine bedrijfjes, een bioscoop en een sportschool. Het is een van de talloze projecten die de woningnood onder studenten moet verkleinen. Ze variëren van tijdelijke woningen in slooppanden en verbouwde kantoren tot grote nieuwbouw studentencomplexen in woonwijken in De Uithof. ACTIEPLAN Die woningnood lijkt bij Utrecht te horen. Al in 1955 luidden studentenorganisaties de noodklok: het tekort aan kamers in Utrecht

bedroeg zo’n 350 (!). Twee studenten besloten de Stichting Studentenhuisvesting Utrecht op te richten en in 1957 verhuurde deze SSH haar eerste studentenhuis aan de Johan de Wittstraat 5 aan veertien vrouwelijke studenten. Sindsdien explodeerde het aantal studenten decennialang en liep de woningnood bij studenten uit de klauwen. Utrecht kwam bijna achtduizend kamers tekort in 2012 en dat zou nog oplopen tot ruim tienduizend, zo bleek uit de eerste landelijke Monitor Studentenhuisvesting van kenniscentrum Kences in 2012. Er kwam een Landelijk Actieplan Studentenhuisvesting, met het doel om in vier jaar in heel Nederland zo’n 16.000 studentenkamers bij te bouwen. Dat werden er veel meer: zo’n 20.000. Commerciële partijen bouwden nog eens 20.000 woningen. Dat heeft geholpen. Continuering van het noodplan is niet langer nodig, concludeer-

06122016 TRAJECTUM#2

17


‘De tekorten zijn alleen nog zichtbaar in Utrecht en Amsterdam’ den initiatiefnemers, zoals verenigingen van hogescholen en universiteiten en kenniscentrum Kences, de koepel van Stichtingen Studentenhuisvesting (SSH) en corporaties met een groot aandeel studentenkamers. ‘Ik kon dit wel billijken omdat in steden als Nijmegen, Wageningen en Enschede niet langer grote woningnood is’, zegt Ardin Mourik, directeur van Kences. ‘De tekorten manifesteren zich nu alleen nog maar in de steden in de Randstad, met name Utrecht en Amsterdam.’

OVERVECHT In Utrecht woont de helft van de 60.000 studenten in de stad. Nog eens 8.300 studenten willen een kamer of woning binnen de gemeentegrenzen, rekent Paulus Jansen, SP-wethouder voor wonen, in een brief eind 2015 voor. Tussen 2010 en 2015 zijn er ongeveer 2500 kamers bijgebouwd en zijn er

vergunningen verleend om eengezinswoningen aan meerdere studenten te verhuren, zodat er nog eens 1200 kamers bijkwamen. Tot 2018 komen er nog eens 3800 woningen bij en zijn er nog meer in voorbereiding. De wethouder noemt nieuwbouw in de wijk Overvecht, de campus op het KPN-terrein en nog een campus aan de Archimedeslaan 16. ‘Er wordt best veel gebouwd’, erkent Reinhild Freytag, raadslid voor Student & Starter in de Utrechtse gemeenteraad. Maar de gemeente kan nog lang niet achteroverleunen. En dat dreigde wel te gebeuren, vertelt het raadslid. Het Actieplan Studentenhuisvesting Utrecht zou stoppen. Maar de studentenpartij ging op haar strepen staan. ‘Tijdens de Voorjaarsnota heeft Student & Starter een motie ingediend en aangenomen gekregen om het actieplan te continueren, zodat er actief werk wordt gemaakt van studentenhuisvesting’, zegt ze.

Toekomstdromen van Suze van Houten (22) De vierdejaars Digitale Media & Communicatie deed in maart dit jaar vanuit haar studie een week lang onderzoek naar de stad van 2050 tijdens de Urban Futures Lab-week. Het ging over ruimtegebrek: een groot probleem in de stad van 2050. Samen met andere studenten zocht ze naar manieren waarop je woonkamer kan worden gebruikt als jij er zelf niet bent. ‘We maakten een overheidsbrief na waarin we aankondigden dat dit moest gebeuren. De reacties van burgers wilden we gebruiken om te kijken wat mensen beweegt.’ Voor zichzelf is ze ook bezig met die toekomst. Ze wil in de stad blijven 18 TRAJECTUM#2 06122016

wonen, maar wel één waar natuur is en waar ze veel verschillende mensen om zich heen heeft. Dat voedt de creativiteit. Haar droom is een zelfvoorzienend huis dat niet het milieu schaadt. Wel modern, met design, maar gecombineerd met natuurlijke elementen. Ze woont nu met haar vriend in Lombok en hoopt dat er ook in andere Utrechtse wijken eenzelfde beweging plaatsvindt: naar een kleine kern met veel activiteiten en voorzieningen. Zoals de ontmoetingsplek in ‘De Voorkamer’, voor vluchtelingen en bewoners. Een wijk met sociale cohesie en ruimte om problemen

aan te pakken, daar krijgt ze energie van. ‘Duurzame en sociale ideeën bedenken en samen uitvoeren. Zoiets als een daktuin is perfect: het is duurzaam en sociaal, het schept een band om samen met je buurman zaadjes te planten.’ De keerzijde kent ze ook. ‘Je kan niet alles doen, heb ik gemerkt. Als iedereen op zijn eigen eilandje ideeën bedenkt en uitvoert, mis je de overlap, Alles mag bij elkaar, pas dan krijg je een stad. Ideeën hebben is goed, maar ik zie dat als voorbereiding op een plek waar alles is verweven met elkaar.’


De verschillende SSH’s in de studentensteden voorzien globaal slechts een kwart van de woningbehoefte in de studentensteden: driekwart van hen is aangewezen op de particuliere woningmarkt. En die markt is door de grote vraag in de Randstadsteden oververhit, met als gevolg hoge huren en huisjesmelkers zoals de Utrechtse huisbazen Betty Chang en Marcel van Hooijdonk. Een van de wapens in de strijd tegen de woningnood is het ‘campuscontract’. Studenten die huren van SSH verplichten zich om snel na het afstuderen te verhuizen. Zo komen kamers vrij voor nieuwe studenten. Maar dit creëert een probleem voor de vers afgestudeerden, de starters op de arbeidsmarkt. Voor hen zijn er te weinig woningen. ‘Zij vallen tussen wal en schip’, zegt ze. FRIENDS-CONTRACTEN Om de woningnood onder studenten en starters het hoofd te bieden heeft Student & Starter enkele plannetjes bedacht. Ten eerste moeten nieuwe inwoners van Utrecht eerder in aanmerking komen voor een sociale huurwoning. Dat kan door een groter deel van de woningvoorraad te verloten (dat is nu tussen de tien en twintig procent) in plaats van toe te kennen aan de langst ingeschrevenen. Freytag: ‘We willen dat percentage oprekken zodat nieuwe mensen in Utrecht meer kans maken op een sociale huurwoning.’ Een andere mogelijkheid is de invoering van ‘friends-contracten’. Verwachting is dat het aantal één- en tweepersoonshuishoudens een vlucht neemt, tegenover een krimpend aantal gezinnen. Meerdere individuen zouden een kamer in eengezinshuizen moeten kunnen huren. Dat kan al in Amsterdam, maar in Utrecht is dat nog niet mogelijk. Hier wordt alleen een vergunning verleend ➤ voor verhuur aan studenten of één via de

HET NIEUWE WONEN Voor studentenhuisvesting in de komende jaren liggen er al een aantal plannen klaar. We lichten er vier uit, van klein en bijzonder naar groot en compleet. 1. Plan Einstein In een voormalig kantoorpand aan de Einsteindreef in de wijk Overvecht wonen asielzoekers en studenten vanaf januari 2017 samen. Behalve enkele honderden vluchtelingen komen er 35 woningen voor studenten. In dit Plan Einstein van jongerenhuisvester Socius gaan zij asielzoekers helpen met inburgeren. Daarnaast krijgen de studenten tien procent korting op de huur als ze meehelpen met klussen. 2. Skaeve Huse Op een braakliggend terrein in Leidsche Rijn komen ruim vijfhonderd sociale huurwoningen. Die zijn bedoeld voor jongeren, studenten, statushouders (asielzoekers met verblijfsvergunning) en mensen uit de maatschappelijke opvang (zoals ex-verslaafden). Naast de studio’s van deze opmerkelijke mix komen zeven zogenaamde Skaeve Huse: woningen voor ‘mensen die behoefte hebben aan een prikkelarme woonomgeving’ (ook wel ‘aso-woningen’ genoemd).

3. KPN Campus Volgend jaar start studentenhuisvester SSH Utrecht met de ontwikkeling van een campus op het terrein van KPN aan de Fockema Andreaelaan, vlakbij studentencomplex IBB. Het is de toekomstige woonplek van zo’n 540 studenten en 260 starters op de woningmarkt. SSH heeft het terrein enkele jaren geleden gekocht. Twee bestaande gebouwen worden gerenoveerd tot woningen en ook komt er nieuwbouw met ruimte voor ondernemers. In 2020 moeten de eerste bewoners er terecht kunnen. 4. Archimedeslaan Aan de Archimedeslaan 16 - vlakbij De Uithof - verrijst een campus met 2.500 studenten- en starterswoningen en voorzieningen zoals studiezalen, sportfaciliteiten, horeca, een supermarkt, kapper en wasserette. Het huidige pand wordt daartoe gesloopt: de voormalige huisvesting van de Faculteit Educatie herbergt nu tijdelijke woningen. De sloop en nieuwbouw zijn een project van vastgoedondernemingen Aprisco en Snippe Projecten. Planning is dat in 2018 de bouwwerkzaamheden beginnen.

06122016 TRAJECTUM#2

19


‘Rond 2020 is het probleem een heel eind opgelost’ hospitaregeling. Freytag: ‘Bottomline bij het friends-contract: de woningen worden effectief gebruikt omdat niet een of twee mensen maar bijvoorbeeld drie of vier mensen een woning betrekken.’

INVESTEERDERS Woningzoekende studenten krijgen hulp uit onverwachte hoek: beleggers uit Nederland en internationale investeerders hebben hun oog laten vallen op de huisvesting van studenten. The Student Hotel bijvoorbeeld opent vestigingen in steeds meer steden. En vastgoedontwikkelaar Snippe Projecten bouwde van leegstaande kantoren een campus in Diemen, inmiddels gekocht door de Amerikaanse woninginvesteerder Greystar. Dezelfde Snippe vertimmert de voormalige HU-locatie Archimedeslaan 16 - op een steenworp afstand van De Uithof - tot een campus. En de Britse Crosslane Group heeft aangekondigd binnen vijf jaar in tien studentensteden te gaan bouwen.

Toekomstdromen van Ahmed Ibrahim (23) De derdejaars Optometrie woont aan de Amstel en is als een van de weinigen gek op toeristen. ‘Ik heb drukte gewoon nodig.’ Daarom woont hij liever in Amsterdam dan in Utrecht. ‘Alles is binnen handbereik: winkels, mensen, culturen en lekker eten!’ Drukte was hij gewend. Zeven jaar geleden kwam hij met zijn ouders vanuit Caïro (14 miljoen inwoners) naar Amsterdam. Sindsdien wonen ze in de flat aan het water. Een geweldige plek. ‘Ik ging van een narrow naar een meer open minded stad. Op zichzelf wonen hoeft hij nog niet. Maar over een aantal jaren wil 20 TRAJECTUM#2 06122016

hij het liefst met een vriendin naar eenzelfde soort flat als waar hij nu woont. Utrecht is alleen voor de studie: het is de enige plek waar zijn opleiding wordt aangeboden. ‘Ik ben optometrie gaan studeren vanwege de optica, het gedrag van licht. Ik had een docent op de middelbare school die daar zo mooi over kon vertellen, daarom heb ik besloten het te gaan doen.’

De markt staat nog in de kinderschoenen. Nederland is voor de grote spelers op de beleggingsmarkt eigenlijk te klein, zegt Kences-directeur Mourik. ‘Pensioenfonds PGGM investeert wel in studentencomplexen in het Verenigd Koninkrijk. Dat heeft te maken met de schaal en de hoge huurprijzen die gevraagd kunnen worden. In Nederland is de huurprijs gereguleerd en dat schrikt beleggers af. Maar door de lage rente wordt het ook in Nederland interessant om te investeren in studentenhuisvesting.’ TOERISTEN Maar komen al die bouwactiviteiten niet als mosterd na de maaltijd? De afschaffing van de basisbeurs in 2015 leidde ertoe dat minder jonge studenten op kamers gingen. Het aantal uitwonenden tot en met 19 jaar zakte in één klap van 28 naar 13 procent. Dat was vooral merkbaar bij universitaire studenten, omdat zij traditiegetrouw vaker het ouderlijke nest verlaten dan hbo’ers. Naar verwachting ijlt het effect onder eerstejaars nog enige jaren door. Daarnaast heeft het hoger onderwijs te maken met demografische krimp. De onstuimige groei van het aantal studenten vlakt de komende acht jaren af naar iets meer dan vier procent, zo is de verwachting. De jaren erna voorzien de scenario’s in een toename van twee procent tot mogelijk een daling van zes procent. In combinatie met de bouwdrift leidt dit tot minder druk op de woningmarkt van studenten. ‘Rond 2020 is het probleem een heel eind opgelost’, denkt Mourik. En dan? Krijgen we dan leegstand van studentenflats? Dat verwacht Mourik ook niet, zeker niet in Utrecht en Amsterdam. De markt zal ontspannen, verwacht hij. De talloze studentenhuizen en kamers met forse huurprijzen van huisjesmelkers zullen deels een andere bestemming krijgen. Mourik: ‘Als er over twintig jaar minder studenten zijn, kunnen die studio’s ook verhuurd worden aan starters, statushouders, via Airbnb aan toeristen of omgezet in eengezinswoningen.’ |


Toekomstdromen van Sam Wijmenga (21) De derdejaars Logistiek & Economie is geboren en getogen in de Utrechtse Zeeheldenbuurt. Nu woont hij in een rijtjeshuis in het centrum, niet groot, maar wel sfeervol en klassiek. Voor de toekomst staat een huis in de Zeeheldenbuurt op zijn verlanglijstje. Zo één waar zijn ouders wonen. Hoe dan ook, hij blijft in Utrecht wonen. Mocht dat niet mogelijk blijken, dan verhuist hij eerder richting Bilthoven en Zeist dan naar Houten of Nieuwegein. Sam hoopt op een autovrij centrum in de toekomst en dat alle bussen elektrisch rijden. Mocht ie een auto hebben, dan pleit hij voor

ondergrondse parkeergarages aan de rand van de stad, bijvoorbeeld De Berenkuil. Of hij zelf actief meewerkt aan een beter milieu? Met moeite scheidt hij papier en glas thuis. Door ruimtegebrek is het lastig er telkens bakken bij te zetten. Hij zou willen dat de gemeente een actievere rol gaat spelen, zoals plastic ophalen. In zijn buurt, vlakbij Oudenoord, zit geen plasticpunt op loopafstand. Later wil hij graag zonnepanelen op z’n dak en meer in gemeenschap doen en betrokken raken bij de stad en duurzaamheid. Nu is hij nog te druk met andere dingen.

06122016 TRAJECTUM#2

21


DE SOCIALE, RECHTVAARDIGE STAD

GELDSTRESS Nadja Jungmann timmert aardig aan de weg als lector Schulden en Incasso. Met onderzoeken over mensen met schulden en hoe de hulpverlening daarmee moet omgaan. Met veel aandacht in de media: Jungmann zien we geregeld op tv en in kranten. Maar ook met politieke invloed: Tweede Kamer en kabinet bouwen aan wetgeving met Jungmanns onderzoek. ‘Dat is geen toeval’, zegt ze daar zelf over. DOOR MARC JANSSEN

Eerst even over de stad van morgen. Bij Jungmann gaat het dan niet over verstedelijking, mobiliteit of hotspots voor een nieuwe generatie. Voor haar draait het om ‘een sociale, zorgzame en rechtvaardige stad’ - zo vatte ze het samen bij de Jaaropening van de HU. Maar of we op de goede weg zitten? Jungmann: ‘We zijn herstellende van een economische crisis. Het gaat een stuk beter op de woningmarkt en ook de arbeidsmarkt herstelt. Maar kijk naar de huishoudplaatjes van gezinnen. Dan zie je: 1 op de 5 huishoudens heeft risicovolle of problematische schulden. Dat is meer dan ooit.’ Bovendien komt steeds vaker een andere groep met schulden in beeld, naast de huishoudens met lage inkomens. Jungmann: ‘Als we niet oppassen is de middenklasse de nieuwe groep armen. Terwijl we die middengroepen juist nodig hebben in de strijd tegen de tweedeling, voor een sociaal actieve stad.’ Maar een grote groep binnen de middenklasse woont te duur, door een tekort aan huizen tussen de 700 à 1000 euro per maand. Zorgpremies stijgen, het eigen risico groeit. Jungmann ziet de gevolgen: ‘Een APK-beurt valt tegen, het krantenabonnement wordt opgezegd, de sportclub ook maar. De auto moet eigenlijk de deur uit. Er is geen buffer, geen ruimte om te sparen. Dat gaat allemaal ten koste van de sociale participatie.’

22

TRAJECTUM#2 06122016

WETENSCHAPPELIJK Schulden leiden tot ‘geldstress’, benadrukt Jungmann. ‘En bij stress word je sneller ziek. Er is geen aandacht voor gezond eten. Ouders gaan directiever opvoeden, er is geen ruimte om kinderen liefdevol op te vangen.’ Ze wijst op onderzoek uit New Orleans. ‘Daar zien we dat financiële problemen leiden tot stress. En dat leidt tot meer hartaanvallen en meer diabetes. We kunnen die relatie leggen, statistisch goed uitgewerkt.’ Die wetenschappelijke onderbouwing is van belang voor Jungmann. Tegelijkertijd leidt de academische kennis tot een andere praktijkaanpak, zo leerde ze op studiereis naar Boston (VS) waar ze aan mobility mentoring doen. ‘Nu is de eerste vraag aan mensen die moeten re-integreren op de arbeidsmarkt: “Wat zou je willen doen?” Terwijl de eerste vraag zou moeten zijn: “Wat heb je nodig om geen stress te hebben?” Pas daarna kun je zoeken naar een baan die geldstress voorkomt. Dat vraagt om een andere serviceverlening dan we nu bieden.’ Nog een inzicht uit Boston: stress leidt tot een voortdurend hoog cortisolniveau en dat kan zorgen voor depressie, geheugen- en concentratieproblemen. Jungmann: ‘Nu klaagt de hulpverlener dat klanten niet op een afspraak komen, hun formulie-


KLEDINGBANK In de wijk Overvecht vind je de kledingbank, waar mensen die financieel in zwaar weer zitten, terechtkunnen. Twee keer per jaar mogen ze een

ren niet invullen en te weinig solliciteren. Maar geldstress leidt tot een medische indicatie. En dus kun je de cliënt gerust een sms sturen om hem te herinneren aan de afspraak voor morgen.’ Ze noemt het een vorm van brainscience-informed coaching. En dat is nuttig, meent ze, ‘want je laat de politieke discussie over eigen verantwoordelijkheid achter je. Je kan het effect gewoon meten.’

AAIBAAR De lector zorgt niet alleen dat haar nieuwe inzichten in het onderwijs terechtkomen, ze weet ook de politiek en de media te bereiken. Hoe doet ze dat toch? ‘Dat is geen toeval, daar werken we hard aan’, zo is Jungmann stellig. ‘Natuurlijk helpt het dat ons onderzoek een hoge aaibaarheidsfactor heeft. Maar dat is maar een deel van het verhaal.’

oufit kiezen. Om in aanmerking te komen, mag een gezin (twee volwassenen) met twee kinderen niet meer dan 400 euro aan leefgeld hebben om uit te geven.

Belangrijker is dat ze naast twee dagen lectorschap de rest van de week in de praktijk staat, met advieswerk voor instanties rondom schuldhulpverlening. Jungmann: ‘Daardoor loop ik rond op de werkvloer, zie wat er wel en niet goed gaat. Zo zag ik dat gemeentes de Algemene wet bestuursrecht voor bijstandsuitkeringen niet goed toepasten. Onze onderzoekers hebben toen half Nederland afgebeld over de problemen hiermee, waardoor we konden aantonen wat er misging. Dat komt in de media, staatssecretaris Kleinsma erkent het probleem en vraagt ons een handleiding te schrijven.’ Het is niet zo dat haar onderzoeksresultaten als vanzelf in de media komen. Ook daar zit een bewuste strategie achter. ‘Ik onderhoud actief contact met de media, niet alleen over mijn eigen werk. Als er iets over huren in de Tweede Kamer

komt, sein ik journalisten in dat het een interessant onderwerp kan zijn. Zo houd je warme contacten en bellen ze mij weer bij een ander onderwerp. Als je eenmaal een bekende naam bent, weten andere media je ook te vinden. Dat is de bonus.’ Hetzelfde geldt voor politieke relaties, zoals Kamerleden en de Ombudsman. Ook die zoekt ze actief op. ‘Als zij een vraag hebben, maken we daar tijd voor vrij. We geven nadrukkelijk heel veel aan mensen van wie wij wat krijgen.’ En in beide gevallen blijft haar boodschap centraal staan: ‘Het gaat erom dat we mensen zelfredzaam maken. Zonder geldstress.’ Want daar zijn alle partijen bij gebaat: de personen met schulden en de schuldeisende partijen. Maar ook de stad die gezond en sociaal actief wil zijn. |

06122016 TRAJECTUM#2

23


DE CREATIEVE STAD

HOT SPOTS Fabrieken, watertoren en wasserijen maakten eeuwenlang deel uit van de stad. Eerst zorgden ze voor werkgelegenheid, maar die tijd is voorbij. Geen fabrieksarbeiders meer die met hun broodtrommeltjes onder de snelbinders ’s ochtends het terrein op fietsten en om half vijf weer huiswaarts keerden. De gebouwen staan er soms nog wel. Na vele jaren leegstand en verpaupering gloort er nieuw leven. De gebouwen krijgen een nieuwe bestemming en worden hotspots: vooral in trek bij creatievelingen, zzp’ers, studenten en ander hip volk. FOT O’S KEES RUT T EN, T EKST JANNY RUARDY

24

TRAJECTUM#2 06122016


Watertoren Heuveloord wordt RESTAURANT Een fraai gebouw aan Rotsoord: de watertoren. Meer dan honderd jaar diende de toren als opslag voor water en regelde het de juiste druk op de waterleiding. Over een grondige verbouwing in 1977 – noodzakelijk omdat de ijzeren constructie was aangetast - waren niet veel mensen enthousiast. Hij is te lelijk voor woorden. Daarom brengen ze in 1998 de toren weer in de oorspronkelijke staat en blijft deze tot 2005 in bedrijf. Nu kun je er heerlijk eten en geeft het terras bij mooi weer een fraai uitzicht over de hele stad. (PS: reserveren drie maanden van tevoren!)

06122016 TRAJECTUM#2

25 ➤


Wasserij Aurora wordt STUDENTENHUISVESTING In 1870 brengen huishoudens de was nog naar wasvrouwen en blekerijen. En dus begint de familie Spierenburg de Stoom Wasch – en Strijkinrichting Aurora aan de Koningsweg. Ideaal, want achter het pand ligt een sloot voor de afvoer van het waswater. Aurora breidt in de loop van de eeuw flink uit. In 2008 valt het doek en komt het gebouw leeg te staan. Slopen is geen optie, in 2013 staat de wasserij op de lijst van industrieel erfgoed. In 2014 verbouwt studentenhuisvester SSH het pand tot woningen en kamers voor studenten.

26

TRAJECTUM#2 06122016


Pastoe wordt HKU In 1913 start deze onderneming als UMS, de Utrechtse Machinale Stoel- en Meubelfabriek. Na een doorstart in 1947 heet het bedrijf Pastoe. Het is een fabriek voor eigentijds meubilair, zoals de flexibele kast op elk formaat en geschikt voor elk huis. Pastoe gaat met haar tijd mee, innoveert en wordt (inter)nationaal toonaangevend. De fabriek aan Rotsoord is door nieuwe productiemogelijkheden te groot en dus verhuist Pastoe in 2013, na 100 jaar in Utrecht te hebben gezeten, naar Houten. Nu lopen er in de fabriek kunststudenten van de HKU rond die voldoende expositieruimte hebben.

06122016 TRAJECTUM#2

27 ➤


Sojafabriek wordt RESTAURANT, BIBLIOTHEEK, PODIUM, SCHOOL EN BUITENSCHOOLSE OPVANG De Cereolfabriek begint als Stichtse Olie- en Lijnkoekenfabriek in 1908 aan het drukbevaren Merwedekanaal. Zo’n vijftien jaar later ontstaat de wijk Oog in Al rondom de fabriek. Hier brengen schepen lijnzaad, voor de productie van voederkoeken. Maar het proces wordt steeds chemischer en de buurt begint vanaf 1960 te klagen over stank, zeker bij oostenwind. Eind jaren negentig staat de fabriek op de rand van een faillissement door wereldwijde overproductie. Bovendien is de gemeente na de vuurwerkramp in Enschede gevoeliger voor druk uit de wijk. In 2002 koopt de gemeente het fabriekscomplex voor veel te veel geld. Na een brand rijst de vraag of het gebouw nog gered kan worden, maar sinds 2014 staat er een fraai verbouwd complex: restaurant, bibliotheek, basisschool en naschoolse opvang, een kunstorganisatie en theaterzaal. Om uit de kosten te komen verrijst naast de fabriek een luxe woontoren aan het water.

28

TRAJECTUM#2 06122016


Werkspoorkwartier wordt WERKSPOORKATHEDRAAL broedplaats voor creatieven en landingsplaats voor circulaire economie Machinefabriek Werkspoor op de Tractieweg, tussen het Merwedekanaal en Zuilen, is jarenlang een van de grootste werkgevers in Utrecht. De fabriek legt bij de vestiging in 1913 een eigen haven aan en bouwt arbeiderswoningen in Nieuw Zuilen. Werkspoor levert onder meer locomotieven en treinstellen aan de NS. Vooral na de Tweede Wereldoorlog krijgt de fabriek het druk met het herstel van spoor en bruggen. Op het hoogtepunt werken er vijfduizend arbeiders, onder wie veel gastarbeiders. Eind jaren zestig komt de fabriek in problemen, omdat het te veel afhankelijk is van de NS. In 1972 rijdt het laatste treinstel de fabriek uit. Het is een drama voor de arbeiders die grotendeels in Zuilen wonen. Na jarenlange leegstand en verpaupering komt de gemeente in 2012 met een plan. De plek moet net als Rotsoord een broedplaats worden voor de creatieve industrie. De HKU heeft inmiddels een deel van de loods gehuurd voor atelier- en expositieruimte. HU-studenten zijn ook actief in het Werkspoorkwartier. Zij doen onderzoek naar de mogelijkheden van energiezuinig bouwen in woningen, een project van lector Ivo Opstelten.

06122016 TRAJECTUM#2

29


Gevangeniscel tijdelijk te huur in aanloop naar een nieuwe toekomst Op bolwerk Wolvenburg, het Wolvenplein, staat de tweede ‘cellulaire’ gevangenis in Nederland uit 1855. Het is de langst functionerende gevangenis van Nederland en kent een rijke geschiedenis. In 1942 annexeren de Duitsers de gevangenis. Het wordt een plek voor politieke gevangenen, mensen die betrapt zijn op wapenbezit of een radio in huis hebben. Ze worden bewaakt door Nederlandse SS’ers. Die worden er op hun beurt na de oorlog vastgezet wegens collaboratie met de Duitsers. Tot de sluiting in 2014 doet de gevangenis dienst als penitentiaire inrichting, de laatste gevangenen worden dan overgeplaatst naar Nieuwegein. In 2001 is het gebouw tot Rijksmonument verklaard, vanwege zijn bijzondere geschiedenis. Binnenkort gaat het complex in de verkoop. Iedereen met goede ideeën en een zak geld kan meedingen via de openbare procedure. Tot die tijd kunnen alle zzp’ers, creatievelingen en kleine bedrijfjes een cel huren voor een klein bedrag per maand.

30

TRAJECTUM#2 06122016


Van staalfabriek tot appartement en restaurant Wanneer kunstmestfabriek Stoop in 1932 failliet gaat, neemt Neerlandia Draadindustrie (ook wel de spijkerfabriek genoemd) het gebouw over. De fabriek staat aan de Vaartsche Rijn, bij wat dan nog Jutphaas heet. Bijna vijftig jaar worden hier allerlei soorten draad geproduceerd, waaronder hengsels van emmers. In 1973 sluit de fabriek en krijgt het gebouw een nieuwe gebruiker: lompen-, papieren metaalhandel Prozee. Die moet in 2002 verhuizen, omdat de vereiste brandpreventieaanpassingen bijna neerkomen op sloop. Na jaren van verkommering zijn er op het terrein woningen rondom de fabriek gebouwd en is alleen het karkas van de fabriek nog over. Daar komen appartementen en horeca. De schoorsteen naast het gebouw wordt in ere hersteld, als aandenken aan een periode die nooit meer terug zal komen.

06122016 TRAJECTUM#2

31


WINACTIE BOEK: VERJONGD STADSHART, EEN NIEUW UTRECHT CENTRAAL 

Het boek neemt je mee achter de schermen van een spectaculair bouwproject, vol dilemma’s, onverwachte wendingen, meevallers en tegenvallers, energie en optimisme over het eindresultaat. De verbouwing van het station is aanleiding om terug te blikken en vooruit te kijken. Voor Utrechters een feest van herkenning, terwijl het tegelijkertijd een uniek kijkje in de keuken biedt van de nieuwe OV-terminal. Winnen? Mail vóór 20 februari naar trajectum@hu.nl met als onderwerp Stadshart.

32

TRAJECTUM#2 06122016


COLUMN REMKO VAN BROEKHOVEN , DOCENT JOURNALISTIEK

Wereldverbeteraar ‘Hoe verbeter je de wereld?’ Zo heet de cursus die ik geef bij de Amsterdamse School of Life. Het mag een verrassing zijn voor degenen die me kennen als strenge leraar of kritische collega, regelrechte eikel zelfs voor wie mijn woede over zich afroept… Ik geef les in het verbeteren van de wereld… Voor wie dit begrijpen wil: een paradox. Idealisme gaat maar al te vaak samen met negativisme. Want wie verbetering wenst, vindt per definitie dat er iets niet deugt. Het verschil tussen de cynicus en de idealist is niet dat de eerste ziet hoe de wereld naar de kloten gaat terwijl de tweede het zonnetje in huis is. Ook de idealist ziet misstanden. Hij gelooft echter dat het beter kan, en moet. Dat maakt hem vaak ook een tamelijk onuitstaanbare moralist, de man of vrouw met het vingertje. Maar goed: je kunt dus ook een aaibare idealist zijn. Nelson Mandela, Barack Obama, of – laten we het bescheiden houden – Bram van Ojik. De tweede paradox luidt, dat wie begonnen is met wereld-verbeteren, nogal eens zichzelf verliest. Zo liet Obama nadat hij de Nobelprijs voor de Vrede had gekregen, overal ter wereld zonder vorm van proces terroristen door drones doden, waarbij by the way ook onschuldige burgers omkwamen. De onlangs overleden Fidel Castro bevrijdde eerst Cuba van een dictator, en was vervolgens zelf vijftig jaar lang de cipier van zijn eigen volk. Dat kan je ervan krijgen, als je niet alleen weet wat goed is voor jezelf, maar ook voor alle anderen om je heen. Het verbeteren van de wereld mag uit negativisme geboren zijn en als wereldverbeteraar kun je een boef of boefje worden: toch kan ik het iedereen aanraden. Alles wat nodig is voor het kwade om te overwinnen is dat goede mensen niks doen, zo zei een wijs man ooit. Dus probeer er te zijn, niet alleen voor je eigen hypotheek of diploma maar ook voor anderen, vooral als hen onrecht wordt aangedaan. En daarmee zijn we beland bij de derde paradox: dat voor ieder die van anderen houdt, ‘wereld-verbeteren’ betekent dat je jezelf beter voelen zal. |

06122016 TRAJECTUM#2

33


ONDERWIJS

Hospiteren om te doceren Docenten die solliciteren bij het Institute of Engineering and Design zijn verplicht een proefles te geven voor een groep studenten, docenten en managers. Als de docent in spe het niet goed doet, krijgt de kandidaat een afwijzing. Hoe dat bevalt? Een opleidings-manager, student en docent over hun ervaringen. DOOR GERARD RUTTEN, BEELD YPE DRIESSEN

34

TRAJECTUM#2 06122016


‘We willen dat studenten een stem krijgen in het selectieproces’ Monique van Deelen (48) Opleidingsmanager Technische Bedrijfskunde (TBK)

‘We vragen sollicitanten een proefcollege voor te bereiden van zo’n twintig minuten. Tijdens een eerder sollicitatiegesprek is al bekeken of de kandidaat in theorie geschikt is en daarna laten we een proefles geven om dit in de praktijk te laten zien.

ten worden niet blij van iemand die heel gepassioneerd een warrig verhaal houdt. Proefcolleges lijken goed te werken. Een keer heeft iemand zich na de commentaren teruggetrokken en ik heb verder na het aannemen van docenten nog van niemand afscheid hoeven nemen omdat hij of zij niet voldeed.’

Van het managementteam van TBK krijgen ze een onderwerp aangereikt. Na het college verlaat de sollicitant het lokaal en vragen we de toehoorders wat ze ervan vonden. We nodigen studenten uit van opleidingscommissies en studieverenigingen maar ook peercoaches (ouderejaars die eerstejaars begeleiden) en we plukken studenten uit de gang.

 We willen hiermee bereiken dat studenten een stem krijgen in het selectieproces. Zij kunnen feilloos aangeven of een docent uit een proefcollege het goed gaat doen bij een werkcollege of hoorcollege. Studenten letten op meer dan alleen kennisoverdracht; ze geven feedback op een totaalbeeld. Praat de docent hard genoeg, zijn de sheets duidelijk, is er interactie met de groep, kan hij of zij orde houden, zit het verhaal logisch in elkaar, sluit het aan bij studenten? Het proefcollege telt heel zwaar mee: als de kandidaat hier niet voor slaagt, wordt hij of zij niet aangenomen. In de twee jaar dat ik opleidingsmanager ben, zijn er drie kandidaten afgewezen. De meesten vinden het leuk om zo’n les te geven. Ik geloof dat lesgeven een vak, een ambacht is. Alleen passie voor je vak is niet genoeg. Studen-

06122016 TRAJECTUM#2

35


Derdejaars Technische Bedrijfskunde

Omdat ik zelf snel afgeleid ben, let ik erop of het verhaal boeiend wordt gebracht, met voorbeelden uit de praktijk en humor. Ook is het belangrijk dat de les een goede structuur heeft. Ik denk dat het voor veel hbo-studenten moeilijk is om je de stof eigen te maken en een goede structuur helpt dan goed. Anderen letten bijvoorbeeld meer op de inhoud of hoe het verhaal overkomt. Belangrijk is ook dat een docent niet geïrriteerd raakt als er iemand te laat binnenkomt. Hij hoeft de stof niet te herhalen maar moet er ook niet moeilijk over doen. Ik heb weleens meegemaakt dat de docent de deur op slot deed en zei dat de rest te laat was. Ik vind dat niet kunnen.

‘Ik word uitgenodigd omdat ik peercoach ben voor eerstejaars en heb nu zo’n vijf proeflessen bijgewoond. Er zitten gemiddeld tien tot twaalf toeschouwers. Na de introductie door de opleidingsmanager stelt de docent zichzelf voor en geeft een les. Het is voor sollicitanten best spannend. Want tijdens normale colleges kun je studenten die het vak nog niet gehad hebben alles wijsmaken, maar het wordt anders als er ook collega-docenten bij zitten. Zij stellen weleens pittige vragen.

De eerste twee jaar ging ik niet veel naar college; ik las de powerpoints en literatuur wel door. Maar nu, in mijn derde jaar, ga ik meer naar de lessen en merk ik hoe belangrijk een goede docent is. Tijdens de proefcolleges krijg je in twintig minuten best een goede indruk van een docent. Het gaat er niet alleen om dat iemand veel kennis van een onderwerp heeft, de kandidaat moet ook goed les kunnen geven. Goed dat het sollicitatiegesprek wordt aangevuld met zo’n proefles.’

‘Ik let erop of het verhaal boeiend wordt gebracht, met voorbeelden en humor’ Evy Eijsermans (23)

36

TRAJECTUM#2 06122016


‘Dit is wel het minste om te checken of de docenten echt kwaliteit bieden’ Adriaan Verkerk (29) Docent Technische Bedrijfskunde

‘Begin oktober heb ik een proefles gegeven en ben daarna aangenomen. Ik moest in twintig minuten een theorie over verandermanagement presenteren. Ik had er veel vertrouwen in omdat ikzelf ook vanuit mijn bedrijf De OntwikkelAcademie trainer en coach ben van young professionals op onderwerpen als loopbaan, assertiviteit en omgaan met een lastige manager. Van huis uit ben ik geen docent. Ik kom uit het bedrijfsleven en heb een management traineeship gedaan bij Ormit waar ik tweeënhalf jaar opdrachten heb uitgevoerd bij Rabobank, ABN Amro, Warchild en een adviesbureau in Tilburg. Ik zat vooral achter de computer terwijl ik liever met mensen wil werken. Uit een loopbaanassessment bleek dat lesgeven goed bij mij zou passen.

In vergelijking met de sollicitatieprocedure van de HU was mijn toelating bij Ormit veel zwaarder. Ik vind het niet meer dan logisch dat je hier even voor de klas gezet wordt om je lesvaardigheden te toetsen. Dit is wel het minste om een beetje te kunnen checken of de docenten echt kwaliteit bieden. Het lesgeven gaat goed, voor zover ik dat in deze korte tijd kan zeggen. Orde houden lukt prima maar het is wel de kunst om bij de studenten de energie erin te houden. Ik heb vaak trainingen gegeven van twaalf tot achttien personen maar lesgeven aan 35 studenten is best pittig.’ |

Het lastige bij zo’n proefles is dat je maar twintig minuten hebt. Er is geen tijd om uitgebreid de theorie toe te lichten, compleet met voorbeelden. Ik heb mijn trainingsvaardigheden gebruikt om mensen een ervaring mee te geven en het bekende verandermodel van Kotter erbij gehaald. Iedereen in de klas kreeg een rol bij een grote organisatieverandering. Ik speelde de directeur die zijn vernieuwende visie over iedereen uitstortte waardoor iedereen genoeg redenen had om het er niet mee eens te zijn en in opstand te komen. Daarover ben ik met ze in gesprek gegaan. Hoe voelde het en hoe kan dat beter?

06122016 TRAJECTUM#2

37


BEELDVERHAAL

Weer van voren af aan beginnen Vluchtelingstudenten opleiden voor een toekomst in de ICT: met die gedachte begonnen Hogeschool Utrecht, gemeente Utrecht, UAF en AFAS Foundation aan de prebachelor ICT voor vluchtelingstudenten. Begin januari 2016 ging de eerste groep van start. Vier portretten van studenten uit verschillende landen die deze opleiding volgen. Ze moeten weer van voren af aan beginnen, vaak na een universitaire studie in eigen land. Maar het is nodig om weer een toekomst in hun nieuwe land op te bouwen. Door Janny Ruardy

38

TRAJECTUM#2 06122016


Bassim Mantash (29) Bassim komt uit de Syrische stad Al-Hassakah, vlak ten zuiden van Koerdisch gebied, bevolkt door Arameeërs, Arabieren en Koerden. Hij vluchtte in 2013 vanwege zijn Koerdische achtergrond en de oorlog in zijn land. Drie maanden verbleef hij met een vriend in Istanbul en daarna vloog hij met een vals paspoort naar Amsterdam. In Nederland vroeg hij asiel aan. Na een maand kreeg hij een verblijfsvergunning voor drie jaar. Het duurde nog anderhalf jaar voor hij een flat in het Utrechtse Overvecht kreeg. Vanaf dat moment kon hij werken aan een nieuwe toekomst. Hij volgde taalcursussen bij Babel en meldde zich bij vluchtelingstudentenorganisatie UAF, want hij wilde graag aan een nieuwe studie beginnen. In Syrië studeerde hij drie jaar economie en had samen met een vriend een ICT-bedrijfje. Door de oorlog werd het steeds lastiger om daarmee geld te verdienen. De prebachelor ICT kwam voor hem op het goede moment en heeft vanwege zijn achtergrond ook z’n belangstelling. Het grootste struikelblok is de taal. Dat hij niet alles goed begrijpt, frustreert hem weleens. Om veel te spreken en ook de weekenden door te komen, is Bassim vrijwilliger bij de crisisopvang aan de Weerdsingel. Kletsen met Nederlandse collega’s is goed voor z’n taalontwikkeling en om soms het gevoel van eenzaamheid te verdrijven. Bassim is blij met de prebachelor. Studeren in Nederland is zo anders dan in Syrië. Nu is hij gewend aan werken in groepen in plaats van alleen zelfstudie. En z’n Nederlands heeft een boost gekregen. De omgang met studenten en docenten is ook totaal verschillend. Hier krijgt hij antwoord op vragen, in Syrië kon z’n Koerdische achternaam al een onvoldoende betekenen. Over de opleiding is hij heel tevreden, de organisatie is goed en het feit dat je alles kunt zeggen, geeft hem een ongelofelijk gevoel van vrijheid. Hoe z’n toekomst eruitziet? Bassim heeft geen dromen. Hij hoopt na zijn studie werk als programmeur te vinden. Maar in 2018 loopt z’n verblijfsver➤ gunning af en dat geeft onzekerheid.

06122016 TRAJECTUM#2

39


Sana Naz Sameer (30) Sana vluchtte samen met haar man in 2014 uit Pakistan. Vanwege hun christelijke geloofsovertuiging was het land niet veilig meer voor hen. Haar schoonvader hielp Sana en haar man het land uit te komen. Hij regelde een vliegticket naar Amsterdam. Na aankomst kregen ze na drie maanden een verblijfsvergunning voor vijf jaar en na negen maanden AZC Ter Apel een woning in Nieuwegein. Sana studeerde economie aan een universiteit in haar geboorteland en werkte daarna vier jaar als wiskundedocent op een middelbare school. In oktober startte ze met de prebachelor ICT aan de HU. Niet omdat ze een baan in de ICT ambieert maar om een jaar intensief de Nederlandse taal te leren, die ze al redelijk onder de knie heeft. Het is voor haar minder moeilijk om Nederlands te leren, omdat ze goed Engels spreekt. In Pakistan doceerde ze in het Engels, naast het Urdu. Wat ze heel vervelend vindt, is om met haar academische achtergrond en ervaring weer van voren af aan te beginnen. Ze is ambitieus en wordt gehinderd door de taalbarrière, maar het kan niet anders. Voor haar dus geen carrière in de ICT. Wanneer ze dit jaar afrondt wil ze het liefst een vervolgstudie aan de lerarenopleiding doen. Want dat is haar droom: lesgeven aan een middelbare school als wiskunde- of economiedocent. Een geluk voor haar, want daar is veel vraag naar.

40

TRAJECTUM#2 06122016


Housein Hamed (23) Housein komt uit Homs in Syrië. Door de oorlogssituatie in zijn land en omdat hij in militaire dienst moest, vluchtte hij in augustus 2014 samen met zijn vader naar Nederland. Zes maanden later kwamen zijn moeder, broer en zus ook. Het gezin heeft een huis in Houten, net als andere familieleden. Wel zo gezellig. Voordat ze vluchtten, studeerde Housein natuurkunde aan de universiteit in Homs. Een vreemd idee vindt hij het, dat zijn studiegenoten nu zijn afgestudeerd, terwijl hij hier opnieuw met een studie begint. Housein wilde in Syrië al een ICT-studie doen, maar z’n cijfers waren niet hoog genoeg. Daarom werd het natuurkunde. Maar daar kun je alleen docent mee worden en dat ambieert hij niet. Toen Housein van de prebachelor hoorde, meldde hij zich direct aan. Hij startte begin 2016, maar bleek in juni bij het staatsexamen zijn taal nog niet voldoende op niveau te hebben. Daarom is hij in september opnieuw met de prebachelor gestart. Eerst vier maanden taallessen en daarna ICT-vakken. Op de opleiding heeft hij het naar z’n zin. Het is fijn om weer te leren. Ook krijgen ze les over Nederland. Over hoe het koningshuis in elkaar steekt en dat homo’s met elkaar mogen trouwen. Dat verbaasde hem het meest, maar hij vindt het prima. In de klas gaat hij alleen met andere Syrische studenten om. Ze studeren soms samen en maken opdrachten. De docenten hebben met hen de afspraak gemaakt dat ze Nederlands met elkaar spreken, niet Arabisch. Wie dat toch doet, moet twee ➤ euro in de traktatiepot doen.

06122016 TRAJECTUM#2

41


Mandana Khavarian (34) Mandana komt uit Iran. Door privéomstandigheden ontvluchtte zij met haar dochter haar vaderland. In eerste instantie naar Brazilië, waar ze een maand verbleef. Tot iemand voor haar een vliegticket regelde naar Nederland. Ze wist niet waar dat lag, maar stapte in het vliegtuig en landde op Schiphol. Na negen maanden wachten in AZC Soesterberg kreeg ze een status voor vijf jaar en kort daarna een woning in Leidsche Rijn. Daar hebben Mandana en haar dochter het prima naar hun zin, zegt ze. Mandana heeft al de nodige ervaring in ICT. In Iran haalde ze haar ICT-bachelordiploma en na haar studie werkte ze in een netwerkorganisatie met drie grote servers en vijfhonderd internationale klanten. Toch startte ze met de prebachelor ICT voor vluchtelingstudenten. Want om in Nederland een baan in de ICT te krijgen moet ze echt eerst de taal leren. Haar dochter, die in groep zeven van de basisschool zit, spreekt het al vloeiend en zou eigenlijk een goed taalmaatje voor haar zijn, maar thuis spreken ze Farsi. Aan de ervaring ligt het niet, het is die lastige taal die het struikelblok vormt. Hele zinnen begrijpen is lastig. Ze doet er alles aan om die onder de knie te krijgen. Zo is ze lid van een kerkgenootschap in Leidsche Rijn en heeft hier twee taalmaatjes leren kennen met wie ze vaak optrekt. Door de kerk en de school van haar dochter wordt ze gedwongen om Nederlands te spreken. Met haar dochter kijkt ze veel Nickelodeon, zonder ondertiteling. Ze verbaast zich elke dag over Nederlandse uitdrukkingen. ‘Te gek voor woorden’, daar moet ze heel hard om lachen. Als ze de prebachelor afrondt, hoopt ze een baan in de ICT te vinden op haar niveau. Daar werkt ze hard voor: vier intensieve dagen per week op school. Maar de groep is gezellig, ze heeft een maatje in de klas met wie ze samen huiswerk en opdrachten maakt. Dat stimuleert.

42

TRAJECTUM#2 06122016


COLUMN NINA JUFFERMANS, STUDENT JOURNALISTIEK

Ik ga ervandoor Het is me gelukt: ik ben afgestudeerd. Ja, knijp jezelf maar even. Het is echt waar, we zitten hier niet verwikkeld in één grote gezamenlijke droom. Ik ben echt afgestudeerd. De vlag kan uit, de champagne mag open, het feest kan los! Dit betekent ook dat ik ervandoor ga. Ja echt, dit is mijn laatste column. Ach kom, niet huilen. We wisten allemaal dat dit moment eraan zat te komen. Nou, hou op hoor. Ik word ook emotioneel. Oké oké, ik mag niet overdrijven. Voor iedereen gaat het leven op de Hogeschool Utrecht gewoon door, maar voor mij stopt het nu. Ik moet toegeven dat het best even slikken is en dan heb ik het niet over bier doorslikken. Oké, ook bier. Natuurlijk wilde ik niets liever dan afstuderen en ben ik ook vreselijk blij, maar toch is het ook een beetje verdrietig. Als meisje van 17 kwam ik binnen op de School voor Journalistiek en als echte journalistenmevrouw ga ik weg. De afgelopen vijf jaar hebben me gemaakt tot wie ik nu ben: verstandiger (ietsje), volwassener (ja echt) en acht kilo zwaarder (grapje). Dus bedankt daarvoor. Docenten, vrienden, lezers, jullie allemaal, bedankt hiervoor. Goed tot zover het emotionele gedeelte van deze column. Zullen jullie lief zijn voor mijn opvolger? Doen hoor. En geniet van jullie studententijd hè? Geniet in godsnaam net zo hard als ik heb gedaan. |

06122016 TRAJECTUM#2

43


BEKROOND

Beste Geschiedenisboek Aller Tijden

â‚Ź 39,50

KANTIEN eigenwijs Hollands

Monumentaal naslagwerk met 1001 beroemde, beruchte, opmerkelijke, geliefde en slechte vrouwen uit de Nederlandse geschiedenis. www.vantilt.nl

lunchen, borrelen en dineren Kantien is geopend van woensdag t/m zondag vanaf 12.00 www.welkominkantien.nl info@welkominkantien.nl 030-3020477

cultuurboerderij

presenteren : Heb je altijd al willen acteren? Altijd al willen weten hoe je een theatervoorstelling maakt? LEREN

START THEATERGROEP

DOE MEE! jan 2017

heiligenbergerweg 144

De vaardigheden die opgedaan worden in de lessen, worden twee keer per jaar in praktijk gebracht met het maken van een voorstelling. De lessen zijn 2 keer per maand op maandagavond van 19.30 – 22.00 uur. De kosten zijn 75,00 per half jaar. Je verbindt je per half jaar aan de groep maar je kan je ook opgeven voor een heel jaar. Per half jaar staat er een andere manier van theatermaken centraal.

ERVARING

De Nieuwe Honden is een heel geschikte plek om speelervaring op te doen ter voorbereiding op het volgen van een theateropleiding, maar ook om simpelweg je eigen horizon te verbreden.

Lijkt het je wat, en ben je 20 jaar of ouder? Dan zijn we op zoek naar jou! Schrijf je in via info@deluiehonden.nl

nieuweerven.nl/nieuwehonden cultuurboerderij

TRAJECTUM#2 06122016

VOORSTELLINGEN

INSCHRIJVEN

amersfoort

44

Vanaf januari 2017 bundelen Nieuwe Erven en De Luie Honden hun krachten voor Nieuwe Honden. Een leerplek voor iedereen die in aanraking wil komen met een professionele manier van theatermaken. Er worden lessen aangeboden in verschillende disciplines op het gebied van toneelspelen en theatermaken. Geheel onder leiding van gediplomeerde docenten en theatermakers van De Luie Honden.

www.nieuweerven.nl/denieuwehonden

(advertenties)


WINACTIES

1001 VROUWEN UIT DE NEDERLANDSE GESCHIEDENIS Dit boek over de levens en wapenfeiten van 1001 vrouwen leest als een spannend boek. Van abdissen, dievegges en feministes tot geleerde vrouwen en vrouwen in manskleren. Van dit Beste Geschiedenisboek Aller Tijden, eenmalige prijs van het Historisch Nieuwsblad, mag Trajectum er 5 weggeven. Mail naar trajectum@hu.nl met het onderwerp 1001, vóór 1 februari 2017.

BILDUNG SCHEURKALENDER

ETEN BIJ KANTIEN

In de Bildung scheurkalender 2017 staan 365 inspirerende gedachten voor beter onderwijs. Het is een unieke uitgave voor en door onderwijscollega’s.

Kantien is een fijne plek om te eten. Je kunt er eigenwijs Hollands lunchen, borrelen en dineren. Kantien is geopend van woensdag t/m zondag vanaf 12.00. Meer info: www.welkominkantien.nl / info@ welkominkantien.nl.

Trajectum mag er 5 weggeven. Mail met het onderwerp Bildung naar trajectum@hu.nl vóór 20 december en laat je inspireren!!

Trajectum mag 2 keer een driegangendiner voor twee weggeven. Mail trajectum@hu.nl met het onderwerp Kantien, vóór 1 februari.

VINTAGE STYLEGUIDE Iedere vrouw een vamp met de Vintage styleguide. Leer jezelf om te toveren tot een classy, vintage pin-up. Met grote en kleine transformaties; tips en mooie foto’s. Hebben? Trajectum mag 5 exemplaren weggeven. Mail naar trajectum@hu.nl vóór 1 februari met het onderwerp x voor een complete restyling.

06122016 TRAJECTUM#2

45


Beeld: Samantha West

UITTIPS

22 T/M 30 DECEMBER JUNGLEBOEK Stadsschouwburg Utrecht In de kerstvakantie kun je naar het muziek- en dansspektakel Jungleboek. De voorstelling is gebaseerd op het wereldberoemde Jungle Book van Rudyard Kipling over het mensenkind Mowgli die opgevoed wordt door een groep wolven en uitgroeit tot Heer van de Jungle. Maar liefst 10 dansers van ISH onder leiding van Marco Gerris, de negenkoppige band Jungle By Night en rapper Gikkels vertellen het verhaal van Mowgli, Agheera, Baloe, Akela, Shere Khan en Kaa. www.ssbu.nl

20 JAN / 9 FEB FINALISTENTOUR: GSCF Parnassos / Werftheater Het Groninger Studenten Cabaret Festival is een van de grootste cabaretfestivals van Nederland en het enige festival dat vóór en dóór studenten wordt georganiseerd. De drie finalisten van 2016, Selma Visscher, Benjamin van der Velden en Andries Tunru, zetten vanaf januari alles op alles om Nederland en België te overtuigen van hun cabarettalent en zullen schitteren in verschillende theaters. Dit jaar wordt het een bijzondere editie, want het GSCF bestaat 30 jaar! www.parnassos.nl / www.werftheater.nl

10 FEBRUARI THE NAKED AND FAMOUS TivoliVredenburg De Nieuw-Zeelandse band The Naked And Famous brengt een mengeling van electropop en alternatieve rock. Ze werd in 2007 opgericht door zangeres Alisa Xayalith en zanger/producer/gitarist Thom Powers. Tussen 2010 en 2012 heeft de band meer dan 200 shows in 24 landen gespeeld. En in oktober, na een pauze van een jaar, verscheen hun derde album Simple Forms met onder andere Higher, de eerste single van dit album. www.tivolivredenburg.nl

WIN 2X2 VRIJKAARTEN VOOR SONTAG

46

TRAJECTUM#2 06122016

i.s.m.

Beeld: Athos Burez

Dinsdag 14 februari is de voorstelling Sontag van Naomi Velissariou / Frascati Producties te zien in Theater Kikker. Hoofdthema in de voorstellingen van Naomi Velissariou is vaak de hedendaagse identiteit en de manier waarop deze bewust wordt ingezet via beeld en media. Ze gebruikt hierbij filosofische, wetenschappelijke, populaire en persoonlijke denkbeelden als grondslag. Dit keer van Susan Sontag, een Amerikaanse filosofe, schrijfster en politiek activiste. We geven 2 x 2 kaarten weg. Ook leuk: Iedere dinsdag is er Happy Tuesday in Theater Kikker, studenten betalen dan 10 euro. Reageer vóór 6 februari Winnen? Check www.trajectum.hu.nl/category/ lifestyle of www.uitagendautrecht.nl/acties

www.uitagendautrecht.nl


Colofon

advertenties

KLINIEK CONTACTLENZEN Heb of wil je contactlenzen? Bij de HU-kliniek contactlenzen krijg je een deskundige aanmeting en controle voor alle soorten en korting op de aanschaf. Bel naar: 088 - 4815 777. SNEL HEES OF EEN SCHORRE STEM? Moeilijk verstaanbaar of alles twee keer moeten zeggen? Meld je dan aan voor een gratis logopedieonderzoek, -advies of –behandeling in de opleidingskliniek logopedie. Bel naar 088 – 4815 777. KLINIEK OOGZORG Vermoeide ogen bij beeldschermwerk? Maak gebruik van de HU regeling & Hu faciliteiten: GRATIS oogonderzoek & beeldschermbril via de kliniek van Oogzorg op De Uithof. Voor een afspraak, bel: tel. 088 – 4815 777

365 onderwijsexperts presenteren in deze scheurkalender het citaat dat hen het meest inspireert.

€15,95

Trajectum, het redactioneel onafhankelijke magazine van Hogeschool Utrecht verschijnt 4 maal per jaar. Redactieadres Bezoekersadres; Bolognalaan 101, 3584 CJ Utrecht, K.3010 Postadres: Postbus 8611, 3503 RP Utrecht Tel: 06-41621033 Email: trajectum@hu.nl www.trajectum.hu.nl facebook.com/trajectum Redactie Janny Ruardy (hoofdredacteur; 0613581830; janny.ruardy@hu.nl) Marc Janssen (eindredacteur; 0651044062; marc.jassen@hu.nl) Gerard Rutten (redacteur; 0642246590; gerard.rutten@hu.nl) Maarten Nauw (webredacteur; maarten.nauw@hu.nl) Nettie Peters (redactieassistent; 0641621033; nettie.peters@hu.nl) Aan dit nummer werkte mee: Nina Bogosavac Columnisten Nina Juffermans, Reint Jan Renes, Remko van Broekhoven Fotografie & beeld Kees Rutten Vormgeving Joyce Vanhommerig

736 blz.| Scheurkalender | boorgaten en perforatie | 13 x 18 cm | ISBN: 978-94-91693-84-7

WOON JE ALS STUDENT IN UTRECHT? HEB JE AL EEN HUISARTS IN UTRECHT? NEE? IS VERPLICHT! SCHRIJF JE NU GEMAKKELIJK ON-LINE IN! www.studentenarts.nl

Advertenties Bureau van Vliet zandvoort@bureauvanvliet.com, tel 023-571 47 45 Abonnementen: 15,- per jaargang Druk BDU, Barneveld Redactieraad Aleid Truijens, Alex Beishuizen, Hendrien van de Weert, Reint Jan Renes, Sebastiaan Hameleers, Stef Verhoeven, Thianna Noordzij @Trajectum Auteursrecht voorbehouden. Het is verboden om zonder schriftelijke toestemming van de hoofdredacteur artikelen of illustraties geheel of gedeeltelijk over te nemen.

JANSKERKHOF

06122016 TRAJECTUM#2

47


STUDENT STYLE

Omschrijf je stijl: ‘De ene dag helemaal zwart, de andere dag pastel.’ Inspiratie? ‘Een beetje van internet. Tumblr voor de zwarte, beetje gothic stijl, Instagram voor de meer kleurrijke stijlen, bijvoorbeeld die van Sally Dijkman.’ Waar shop je? ‘Alles van internet. Dolls Kill in Amerika bijvoorbeeld, maar het liefst van sites in China, zoals AliExpress. Dat is het goedkoopst.’ Überlelijk? ‘Ik ben niet zo moeilijk. Ik ga rustig in een onesie naar school.’ Laatste concert/feest? ‘De Halloween-week van m’n studentenvereniging.’ Film? ‘Ik ben een Disney-persoon. Belle en het Beest vind ik de meest vette Disney. Die heb ik vast al meer dan twintig keer gezien.’ Tv? ‘Ik kijk geen tv en volg alleen Game of Thrones.’ Boek? ‘Soms iets fantasyachtigs.’ App? ‘Dragon City. Een Facebook-spelletje maar ook een app. Een soort FarmVille maar dan heel anders.’ Politieke partij? ‘Ik ben niet goed met politiek. Best slecht. Ik denk dat ik iets linkserigs zou stemmen.’ Ontbijt? ‘Een stukje vegan pizza. Ik was blijven slapen bij een verenigingsgenootje en die had nog wat over.’ Alcohol? ‘Steeds vaker, nu ik geen feut meer ben.’ Geloof je? ‘Nee. Ik ben wel katholiek opgevoed. Gedoopt en al die meuk. Zo rond m’n elfde, twaalfde kon ik me niet meer vinden in sommige vreselijke regels en uitspraken die in de bijbel staan. Toen ben ik gestopt met naar de kerk gaan. M’n ouders hebben het er moeilijk mee gehad, ja.’ Welk cijfer geef je je leven nu? ‘Aan de ene kant gaat het super chill. Leuke studentenvereniging, veel nieuwe contacten, vrienden. Aan de andere kant ben ik de laatste tijd te veel uitgegaan, wat minder chill is voor m’n studieresultaten. De weegschaal moet weer in balans komen. Dus ik kan geen cijfer geven.’ Wat wil je later worden? ‘Kapper/ haarstylist. Dat zou ik nu al willen zijn, ik heb een kappersdiploma. Maar m’n ouders willen per se dat ik nog een hboopleiding doe. Als ik daarmee klaar ben, wil ik in een demoteam. Werken met catwalk-modellen. Liefst het demoteam van Kinki Kappers. Ik heb nog niet zoveel ervaring maar het is vooral belangrijk dat je er heel gepassioneerd over bent. En dat ben ik.’ | M A A RT E N N A U W

Meer Student Style? Check www.trajectum.hu.nl/category/student-style/

EMMA ECK (19, EERSTEJAARS LIFE SCIENCES)


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.