SESAM Atlas anatomie Deel 3. Zenuwstelsel en zintuigen

Page 30

50

Ruggenmerg en ruggenmergzenuwen

Ruggenmerg

Ruggenmerg

Bouw (A, B) De grijze stof, substantia grisea (zenuwcel­ len), ziet er op een dwarsdoorsnede van het ruggenmerg uit als een vlinderfiguur. Eromheen ligt de witte stof, substantia alba (vezelbanen). Aan beide zijden kunnen een achterhoorn (cornu dorsale) (AB1), en een voorhoorn (cornu ventrale) (AB2) worden onderscheiden. Ze vormen in de lengterichting van het ruggenmerg zuilen, de columna anterior en columna posterior. Daartussen ligt de substantia intermedia centralis (A3) met het geoblitereerde (afge­ sloten) centrale kanaal (A4). In het thora­ cale ruggenmerg ligt tussen voor- en achter­ hoorn de zijhoorn, cornu laterale (AB5). In de sulcus lateralis posterior (A6) treden de vezels van de achterwortel (AB7) binnen. De vezels van de voorwortel (AB8) verla­ ten als dunne bundels de voorzijde van het ruggenmerg. De achterhoorn is afkomstig van de vleugelplaat (sensibel) en bevat neuronen van het afferente systeem (B). De voorhoorn is afkomstig van de grondplaat (motorisch) en bevat de motorische voorhoorncellen. Hun efferente vezels gaan naar de mus­ culatuur. In de zijhoorn liggen vegetatieve zenuwcellen van de sympathicus (zie pag. 294).

hersenen (C). De omschakeling kan ook plaatsvinden in de medulla oblongata. De afferente vezels kunnen echter ook naar de voorhoorncellen lopen en de prikkel direct hierop overdragen. De op deze wijze ont­ stane spierreactie wordt reflex genoemd, de neuronenschakeling een reflexboog (D). In het algemeen lopen de afferente vezels niet direct naar een motorisch neuron (monosynaptische reflexboog), maar zijn er tussen­ neuronen ingeschakeld (multisynaptische reflexboog) (E). Klinisch belangrijk zijn de propriocep­ tieve reflex (spiertrekkingreflex) en de exteroceptieve reflex (vluchtreflex). Bij de pro­prioceptieve reflex (F) wordt een spier door een slag op zijn pees even gerekt. Door de prikkeling van de spierrecepto­ ren (zie pag. 318) ontstaat als reactie een momentane contractie van de spier. De reflex verloopt op een bepaalde hoogte van het ruggenmerg via slechts enkele neuronen. Bij een exteroceptieve reflex (G) worden huidreceptoren geprikkeld (pijn) en door de gecoördineerde actie van meer spiergroepen ontstaat een vluchtre­ actie. Hierbij breidt de prikkel zich uit over verschillende hoogten van het ruggenmerg, waarbij talrijke tussenneuronen ingescha­ keld worden.

De witte stof wordt onderverdeeld in een achterstreng, funiculus posterior (A9) (van het septum posterius [A10] tot aan de ach­ terhoorn), een zijstreng, funiculus lateralis (A11) (van de achterhoorn tot de voorwor­ tel), en een voorstreng, funiculus ven­tralis (A12) (van de voorwortel tot de fissura ventralis (A13)). De beide laatste worden samengevat als voorzijstreng. De commissura alba (A14) verbindt de beide helften van het ruggenmerg.

Reflexbogen (C-G) Via de afferente vezels van de achterwor­ tel die ontspringen in het spinale ganglion wordt de gevoelsprikkel (sensibele prik­ kel) naar de achterhoorncellen van het ruggenmerg geleid en vandaar naar de

Anatomie 2012 1-168 def.indd 50

25-01-12 10:06


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.
SESAM Atlas anatomie Deel 3. Zenuwstelsel en zintuigen by ThiemeMeulenhoff - Issuu