Leerstofoverzicht
Opdrachten doorwerken via de ‘blokroute’
Woordenschat
Lezen
Schrijven
Spreken, kijken en luisteren
standpunt – argumenten – tegenargument – soorten argumenten – argumentatieschema – argumentatiestruc- tuur – enkelvoudige en meervoudige argumentatie – nevenschikking en onderschikking – titel en tussenkopje
functioneel beeld – betrouwbaarheid van teksten – tekststructuur – soorten argumenten – tegenargument – argumentatieschema – enkelvoudige en meervoudige argumentatie – nevenschikking en onderschikking – opbouw van redeneringen – stijlfiguren
soorten argumenten – betoog met argumenten en tegen argumenten – argumentatieschema – argumentatieschema – enkelvoudige en meervoudige argumentatie – nevenschikking en onderschikking
zuiver redeneren – drog redenen – beoordelen van argumentaties – stijlfiguren en beeldspraak
pamflet of flyer – overtuigend beeld – publiekgerichtheid – teksten beoordelen – tekst voor verschillend publiek schrijven – zuiver redeneren – drogredenen – correct argumenteren – verzwegen argument
onzuivere argumentatie – elevator pitch – spreekhouding en stemgebruik – verzwegen argument – discussiëren – debatteren
Argumenteren
1
woorden rond argumenteren – uitdrukkingen met ‘woord’ – vaste verbindingen
Argumentatie beoordelen
2
woorden die met keuze te maken hebben – uitdrukkingen uit examenteksten – woord in juiste context
Taalverzorging en taalbeschouwing (1)
3
Spelling en interpunctie bijv. naamwoorden – bijv. en zelfst. gebruik van woorden als alle(n) – getallen en cijfers – afkortingen – klemtoon- en uitspraakteken – woordafbreking – samenstellingen – meervoud van zelfst. naamw. – werkwoordsspelling
Taalverzorging verkeerde woordkeus – stijl – zinsbouw – verwijzingen
Taalbeschouwing mensentaal versus dierentaal – taalleerproces – taalvariatie – dialecten – groepstalen – taalregister
Structureren
4
woorden rond structureren – woorden uit de media – woord in de juiste context
(herhaling) functies van tekst gedeelte – soorten argumenten – beeldspraak en stijlfiguren – samenvatten – alineaverbanden – tekststructuur
infographic – documenteren – informatie selecteren en verwerken – onderzoeksvraag – tekststructuren gebruiken – hoofdvraag en deelvragen
tekststructuren – spreekplan
instructieteksten – verschil tekst en video – informatiebron – argumentatiestructuur – teksten scannen
tekst en grafiek – doelstelling onderzoek bepalen – onderzoeksvraag – enquête voorbereiden en afnemen – resultaten verwerken – onderzoeksverslag
interview afnemen – enquête houden, uitwerken en presen teren
Gegevens verzamelen
5
woorden van Griekse of Latijnse oorsprong – woorden die vaak met elkaar worden verward
6
BOEK-9006110036.indb 6
14-12-12 13:45