WERKEN MET LIBRE SERVICE
Als je in Frankrijk bij een benzinestation, wegrestaurant of supermarkt libre service ziet staan, weet je dat het om ‘zelfbediening’ gaat. Je moet zélf aan de slag, je maakt keuzes, je gaat op je eigen manier te werk. Libre Service biedt je veel mogelijkheden om tot het beste resultaat te komen!
Je gebruikt het boek Textes & Activités als je gaat werken aan de vaardigheden, het vocabulaire en de grammatica. Het boek voor 4 havo bestaat uit twee delen: A en B. Ieder deel heeft drie unités (hoofdstukken). De teksten en opdrachten staan bij elkaar in één boek. Heel handig én handzaam omdat het niet te dik is en je er direct in kunt werken.
Daarnaast maak je gebruik van een Manuel. In dit praktische handboek vind je:
A Stratégies
B Grammaire: uitleg van alle grammatica
C Verbes irréguliers: werkwoordenschema's
22 ONREGELMATIGE WERKWOORDEN: OVERZICHT EN SCHEMA’S
Deze alfabetische lijst bevat alle werkwoorden die in dit Manuel worden behandeld.
Het pijltje betekent: ‘wordt vervoegd als’.
TEXTES & ACTIVITÉS
repartir → partir reprendre → prendre résoudre
36 retenir → tenir
→ venir
Bij het leren van een taal vormen de vaardigheden de basis. In iedere unité komen ze daarom aan bod. Zo kun je het vocabulaire dat je leert en de grammatica waarmee je oefent, in de praktijk brengen. Daarnaast leer je in elke unité iets over de Franse cultuur en ook is er drie keer aandacht voor het oefenen van grammatica. De zes unités zijn als volgt opgebouwd:
u CIVILISATION
Iedere unité begint met een informatieve tekst over Frankrijk of over de verschillen tussen Nederland en Frankrijk om zo het thema te introduceren.
u REGARDER
Bij kijkvaardigheid bekijk je net als in de onderbouw een vlog aan het begin van een unité. In de bovenbouw gaat de vlog over een groep jongeren die voor een schoolproject een podcastserie maken: Le Balado.
u LIRE
De leestekst sluit aan bij het thema van de unité. Bij de tekst beantwoord je verschillende soorten vragen. Een paar vragen zijn altijd in de stijl van het eindexamen, zodat je daar alvast aan gewend raakt. De vragen die in het Nederlands zijn gesteld, beantwoord je in het Nederlands. De Franse vragen beantwoord je in het Frans.
u GRAMMAIRE
In iedere unité komen drie verschillende grammaticaonderwerpen aan bod. Deze grammatica heb je nodig voor de berichten die je bij Écrire schrijft en voor de gesprekken die je voert bij Parler. De oefeningen bij Grammaire lopen steeds in moeilijkheid op, van herhaling en geleide toepassing naar een vrijere opdracht. Ook leer je goed met de opzoekgrammatica te werken. Zo hoeft grammatica niet moeilijk te zijn!
u ÉCRIRE
Bij schrijfvaardigheid krijg je bouwstenen in de vorm van vocabulaire en nuttige zinnen aangereikt zodat je een goede mail of korte brief kunt schrijven.
u ÉCOUTER
In dit onderdeel train je je luistervaardigheid om het Frans goed te verstaan en te begrijpen. In de oneven unités doe je dat door middel van diverse luisteropdrachten (die bestaan uit verschillende tekstsoorten en luisterdoelen) met een link naar het thema van de unité. In de even unités oefen je je luistervaardigheid door het beluisteren van podcasts die aansluiten op de vlogs uit het onderdeel Regarder.
u PARLER
De woorden en zinnen die je leert bij Parler pas je toe in praktijkgerichte oefeningen. Dat zorgt ervoor dat je prima in staat bent om gesprekken in het Frans te voeren.
3
WERKEN MET LIBRE SERVICE
80 VERBES
abattre → battre accourir → courir accueillir → cueillir admettre → mettre aller 1 apercevoir 2 s’apercevoir → apercevoir apparaître → connaître appartenir → tenir apprendre → prendre s’asseoir 3 atteindre → se plaindre avoir 4 battre 5 se battre → battre boire 6 combattre → battre commettre → mettre comprendre → prendre conclure 7 conduire 8 se conduire → conduire connaître 9 construire → conduire contenir → tenir convaincre → vaincre convenir → venir courir 10 couvrir 11 craindre → se plaindre croire 12 cueillir 13 cuire → conduire découvrir → couvrir décrire → écrire détruire → conduire devenir → venir devoir 14 dire 15 disparaître → connaître dormir 16 écrire 17 s’endormir → dormir entreprendre → prendre entretenir → tenir envoyer 18 revenir
éteindre → se plaindre être 19 faire 20 falloir 21 fuir 22 inscrire → écrire interdire → dire interrompre 23 intervenir → venir introduire → conduire lire 24 maintenir → tenir mentir 25 mettre 26 mourir 27 naître 28 obtenir → tenir offrir → couvrir ouvrir → couvrir paraître → connaître parcourir → courir partir 29 parvenir → venir peindre → se plaindre permettre → mettre plaindre → se plaindre se plaindre 30 plaire 31 pleuvoir 32 poursuivre → suivre pouvoir 33 prendre 34 prévenir → venir prévoir → voir produire → conduire promettre → mettre provenir → venir recevoir 35 reconnaître → connaître recueillir → cueillir redire → dire réduire → conduire refaire → faire rejoindre → se plaindre remettre → mettre renvoyer → envoyer revoir → voir rire 37 rompre → interrompre satisfaire → faire savoir 38 secourir → courir sentir 39 servir 40 sortir 41 souffrir → couvrir soumettre → mettre sourire → rire soutenir → tenir suffire 42 suivre 43 surprendre → prendre se taire 44 tenir 45 vaincre 46 valoir 47 venir 48 vivre 49 voir 50 vouloir 51
C VERBES IRRÉGULIERS
u EXAMEN
Aan het eind van iedere unité kun je oefenen met een eindexamentekst. Je start met teksten uit het vmbo-examen. De examentraining begint altijd met een opdracht met signaalwoorden; die zijn heel belangrijk om een tekst goed te begrijpen. Verder krijg je een aantal opstapvragen, die je helpen om de echte examenvragen goed te kunnen begrijpen.
u
COMPRÉHENSION GLOBALE EN COMPRÉHENSION DÉTAILLÉE
Bij Regarder, Lire en Écouter (de receptieve vaardigheden) ga je eerst in grote lijnen aan de slag met de bron. Als je weet waar het fragment ongeveer over gaat, kun je de begripsvragen daarna beter maken.
u COMMENT ÉCRIRE / COMMENT DIRE EN RECONSTRUIRE
Bij schrijven en spreken zoek je in de bronnen praktische zinnen op en je oefent daarmee zodat je ze daarna zelf kunt toepassen in een bericht of gesprek.
u MISE EN PRATIQUE
Aan het eind van een vaardigheid pas je toe wat je geleerd hebt. Bij Regarder, Lire en Écouter is dat een kleine toepassingsopdracht, bij Écrire en Parler is het de eindopdracht waarin je laat zien wat je geleerd hebt aan vocabulaire, grammatica en handige zinnen. Met daarbij natuurlijk je eigen creativiteit!
u MENU AU CHOIX
u OPBOUW VAN DE VAARDIGHEDEN
Bij iedere vaardigheid biedt Libre Service een indeling in grofweg drie stappen aan, de didactique en trois étapes :
1 Een inleidende opdracht bedoeld om je kennis te laten maken met het onderwerp en om woorden bij het thema te activeren.
2 De oefenfase waarin je bronnen leert begrijpen of bouwstenen verzamelt voor je schrijf- of spreekopdracht.
3 Tot slot een toepassing van wat je in de oefenfase hebt geleerd.
Je gaat dus stapsgewijs van makkelijk naar moeilijk, en dat werkt motiverend. Je zult merken dat deze drie stappen je helpen om Frans te leren spreken en schrijven!
u MISE EN ROUTE
Een vaardigheid begint met een kleine, speelse starter (m.u.v. Regarder). Je kijkt wat je al weet van een bepaald onderwerp of je herhaalt woorden rondom een thema die je al in de onderbouw hebt geleerd.
u MISE EN ROUTE – VOCABULAIRE
Deze Mise en route biedt je woorden die je nodig hebt om iets te kunnen begrijpen, zeggen of schrijven. Als je goed naar de betekenis van de zinnen kijkt, kun je de juiste betekenis vaak al raden! Ook grammatica en uitspraak komen – afhankelijk van de vaardigheid – aan bod in de Mise en route.
Aan het eind van elk onderdeel vind je een Menu au choix . Dit keuzemenu biedt extra opdrachten op drie niveaus:
het herhalingsniveau,
het basisniveau waarop je extra kunt oefenen, bijvoorbeeld voor de toets,
en het niveau met een uitdagende opdracht. In het boek vind je een korte beschrijving van deze opdracht, die soms verder staat uitgelegd op de website. Jij, of je docent, bepaalt welke opdracht je maakt!
Bekijk een andere film en beantwoord de vragen.
u FRANSE INSTRUCTIES
In Libre Service staan de instructies zo veel mogelijk in het Frans. Dat is in het begin misschien even wennen, maar het helpt je om meer vertrouwd te raken met het Frans. Als hulpmiddel vind je achter in dit boek een overzicht van de veelvoorkomende Franse instructies en de Nederlandse vertalingen. Bij het onderdeel Grammaire zijn de instructies altijd in het Nederlands.
4 video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
Oefen met het vocabulaire.
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek Schrijf een korte gebruiksaanwijzing.
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
examenvraag spreken lezen schrijven audio Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
examenvraag spreken lezen schrijven Iconen om differentiatieniveaus aan te geven groepsopdracht Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
WERKEN MET LIBRE SERVICE
video
u HET EUROPEES REFERENTIEKADER
Om te bepalen op welk niveau leerlingen in Europa een taal beheersen, zijn er beschrijvingen en niveau-aanduidingen geformuleerd: het Europees Referentiekader, kortweg erk . In Libre Service zie je bij iedere unité op welk niveau je een bepaalde vaardigheid beheerst en hoe je vorderingen maakt. De volgende niveaus gelden als eindexamenniveau:
u DIGITALE LEEROMGEVING
Bij Libre Service hoort de digitale leeromgeving eDition: leren.libreservice-online.nl.
Via de totaallicentie krijg je toegang tot:
• alle opdrachten uit het boek in digitale vorm;
• uitgebreide beoordelingsmogelijkheden met rubrics bij de Mise en pratique van Écrire en Parler;
• alle opdrachten uit het Menu au choix;
• alle bronnen: audio, video, leesteksten;
• alle theorie: het grammaticaoverzicht, en bij verschillende grammaticaonderdelen vind je ook uitleg in de vorm van een korte animatie.
u VERBUGA
u LEERDOELEN
Het erk is voor elk niveau opgebouwd uit verschillende leerdoelen per vaardigheid. Deze leerdoelen vind je in Libre Service terug aan het begin van iedere vaardigheid. Zo weet je precies waar je naar toewerkt bij het maken van de opdrachten.
A2
manuel (Fr) / leren (Eng en Du)
audio
DOEL: je kunt jezelf voorstellen en …
manuel (Fr) / leren (Eng en Du)
woordenboek
u QR-CODE
nakijken
leertip
Wil je werkwoorden leren? Dankzij een samenwerking met Verbuga oefen je op leren.libreserviceonline.nl de werkwoorden uit de unités Door de werkwoorden steeds op een andere manier te oefenen, leer je ze nóg beter!
examenvraag spreken
In eDition vind je Verbuga en handige links ernaartoe in de bijlagen: bronnen (sources) Verbuga.
u WRTS EN QUIZLET
manuel (Fr) / leren (Eng en Du)
woordenboek Online
Online
De audio- en videofragmenten zijn direct toegankelijk via de QR-codes in het boek. Ook vind je de fragmenten in de digitale leeromgeving eDition. Als het je niet lukt om een QR-code te scannen vanwege een andere QR-code die dichtbij staat, dek de andere code dan af met je vinger.
Een heel bekende site waar je vocabulaire kunt oefenen is www.wrts.nl. Libre Service werkt samen met de makers van wrts. Je vindt er snel de juiste woordenlijsten die passen bij het boek dat jij gebruikt. Ook vind je er woordenlijsten die je kunt importeren in Quizlet. Meld je gratis aan en maak je eigen inlog.
tweetallen
tweetallen
PICTOGRAMMEN
manuel (Fr) / leren (Eng en Du)
nakijken
manuel (Fr) / leren (Eng en Du)
groepsopdracht
video examenvraag audio
groepsopdracht
lezen schrijven
In eDition vind je de woordenlijsten in de bijlagen: bronnen (sources) Vocabulaire.
woordenboek Online
B1 B2 A2
In dit boek worden de volgende pictogrammen gebruikt:
tweetallen groepsopdracht
leertip
21st century skills
Opdracht in tweetallen
nakijken
Groepsopdracht
Iconen om differentiatieniveaus aan te geven
Iconen om differentiatieniveaus aan te geven
21st century skills
Grammar
Herhalingsopdracht (opstapniveau)
Grammar kijken regarder
Iconen om differentiatieniveaus aan te geven
Basisopdracht (toetsniveau)
Uitdagende, verdiepende opdracht
Creatieve opdracht waarbij je verschillende vaardigheden gebruikt
gesprek
B1 B2
B1 B2
FORMATIEF
leertip
21st century skills
EVALUEREN
Iconen om differentiatieniveaus aan te geven
Op de website vind je een formulier voor formatieve evaluatie.
Grammar kijken
formulier/kopieerblad
5
5 havo 6 vwo Lezen
Schrijven
Luisteren
Spreken / Gesprekken voeren
B1+
B1 B2
A2+ B1
B1 B2
B1
WERKEN MET LIBRE SERVICE
Video Audio
Examenvraag Manuel Woordenboek spreken lezen schrijven kijken regarder B1 B2 A2 gesprek examenvraag spreken lezen schrijven audio (Eng en Du) tweetallen groepsopdracht woordenboek Online examenvraag spreken lezen schrijven audio en Du) tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar kijken regarder B1 B2 A2 examenvraag spreken lezen schrijven groepsopdracht Online B1 B2 A2 examenvraag spreken lezen Online video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren
tweetallen groepsopdracht woordenboek Online examenvraag spreken lezen audio woordenboek Online Website
(Eng en Du)
video examenvraag spreken lezen schrijven audio
tweetallen groepsopdracht woordenboek Online
B1 B2 A2 video audio
nakijken
tweetallen woordenboek nakijken leertip 21st
century skills
downloaden klassikaal video examenvraag audio
gesprek
Après avoir passé un été plein de soleil et de repos, il est temps de reprendre ses livres scolaires, de regarder son emploi du temps, bref : de se préparer pour une nouvelle année scolaire. À première vue, cela ne ressemble pas vraiment à une partie de plaisir. Vous êtes seulement heureux de retourner à l’école parce que vous voulez avoir votre diplôme ? Voici quatre raisons pour lesquelles retourner à l’école peut vous faire danser de joie !
Tout est nouveau
Une nouvelle année scolaire commence avec beaucoup de nouveautés : de nouveaux camarades de classe, de nouveaux livres, de nouvelles fournitures scolaires, de nouveaux professeurs, de nouvelles salles de classe ou même un nouvel établissement scolaire. Vous pouvez commencer l’année avec de nouveaux objectifs et peut-être une nouvelle attitude. C’est un peu comme le nouvel an en milieu de l’année. Remplissez votre année scolaire avec de nouveaux espoirs, un nouveau rêve et peutêtre une ou deux résolutions.
I 5 10 15 20 25 30 35 II IV III 40 45 50 55 60 65 Bron: www.ef.com.fr
Il y a de l’amitié dans l’air Une des raisons pour lesquelles on aime retourner à l’école, c’est qu’on rencontre de nouvelles personnes. Bien sûr, vous pouvez le faire tout au long de l’année, mais il y a toujours une atmosphère spéciale au début d’une nouvelle année scolaire. Si vous allez dans un nouvel établissement, ces premières semaines sont pour vous une période intéressante pour apprendre de nouvelles histoires et rencontrer de nouveaux amis –peut-être même des amis pour la vie.
La réactivation de votre cerveau Il est temps de réutiliser votre cerveau ! Le passage du mode « vacances » en mode « école » peut être difficile, car il existe réellement une perte de connaissances. Pendant les vacances, vous avez beaucoup oublié. C’est comme quand vous avez fait un vol de treize heures en avion : à l’arrivée, vous avez envie de sortir de l’avion, vous voulez marcher et explorer votre destination de vacances. C’est la même chose après les vacances : votre cerveau est excité à l’idée de commencer à travailler à nouveau.
TEST : Es-tu prêt(e) pour rentréela ?
13 UNITÉ 1 • CONTACT lezen schrijven manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek LIRE
2 Quel est le symbole qui te ressemble le plus quand tu penses à la rentrée ?
£ A
£ B £ C
3 Tu espères vraiment … £ A être dans la même classe que tous tes meilleurs copains. £ B avoir un emploi du temps cool et des profs sympas. £ C rencontrer de nouveaux copains.
4 Qu’est-ce que tu sens la veille de ta rentrée ?
£ A du chagrin £ B un peu de stress £ C de l’excitation
UNE MAJORITÉ DE RÉPONSES A ?
Tu n’es pas très motivé(e). Pense aux aspects positifs du lycée et tu survivras.
UNE MAJORITÉ DE RÉPONSES B ?
Tu as besoin d’un peu de temps pour reprendre le rythme scolaire, mais tes copains vont sûrement t’aider.
UNE MAJORITÉ DE RÉPONSES C ?
Tu es vraiment prêt(e) pour la rentrée. Amuse-toi au lycée !
13 UNITÉ 1 • CONTACT lezen schrijven manuel (Fr) / leren (Eng en Du)
Iconen om differentiatieniveaus aan te geven woordenboek Online
tweetallen groepsopdracht
nakijken leertip 21st century skills Grammar
formulier/kopieerblad downloaden
fragment (frans)
dialoog (frans)
B1 B2 A2 gesprek LIRE
klassikaal extra opdracht
kijken regarder
1 Les derniers jours de vacances, tu … £ A te sens vraiment triste. £ B continues à t’amuser. £ C commences à t’ennuyer.
Envie de retourner à la plage ou au lycée ? Fais ce test et tu sais si tu es prêt(e) pour la rentrée.
S’amuser avec ses amis Même le cerveau le plus actif a besoin d’une pause de temps en temps. Le lycée est _9_ un endroit où il y a toujours quelque chose d’amusant à faire et quelqu’un avec qui parler. Ces contacts sont aussi importants que les études pour réussir dans la vie. Alors, c'est logique, il faut cultiver les amitiés, vivre les aventures et explorer de nouveaux lieux.
EXERCICE 8 — COMPRÉHENSION GLOBALE
Lisez le titre, l’introduction et les intertitres du texte Rentrée scolaire : quatre raisons d’être heureux.
1 Wat is het doel van deze tekst? In deze tekst …
£ A krijg je tips die je helpen om je vakantiegevoel zo lang mogelijk vast te houden.
£ B lees je welke positieve punten er zijn aan het begin van een nieuw schooljaar.
1A
STRATÉGIE
Als je de tussenkoppen leest, krijg je vaak al een goed idee over de inhoud van de alinea’s. Zo kun je snel het goede antwoord vinden op globale vragen bij een tekst. Lees meer over Stratégie 1a in het Manuel, onderdeel A Stratégies.
£ C wordt opgesomd waar je allemaal aan moet denken bij het begin van het nieuwe schooljaar.
2 Hieronder staan de samenvattingen van alinea I tot en met IV. Welke samenvatting hoort bij welke alinea?
a Aan het begin van een nieuw schooljaar maak je snel nieuwe vrienden. Alinea:
b Aan het begin van het schooljaar is bijna niets meer hetzelfde als vorig jaar. Alinea:
c Op school kun je veel lol maken met vrienden.
d Tijdens de vakantie gaat vaak veel kennis verloren.
EXERCICE 9 — COMPRÉHENSION DÉTAILLÉE
Lisez attentivement le texte et répondez aux questions en néerlandais.
Alinea:
Alinea:
1 Welke twee handelingen die horen bij het begin van het schooljaar worden in de inleiding genoemd?
2 Welk type leerlingen krijgt in deze tekst adviezen, volgens de inleiding?
3 Het bijvoeglijk naamwoord nieuw heeft in het Frans vijf verschillende vormen. Onderstreep de vijf vormen in alinea I samen met het zelfstandig naamwoord dat erachter komt.
4 In alinea I lees je dat een heleboel dingen aan het begin van het schooljaar nieuw kunnen zijn. Welke zaken worden in deze alinea genoemd?
£ boeken
£ doelen
£ droom
£ hoop
£ houding
£ klasgenoten
£ kleding
£ leraren
5 Vrienden maken kun je het hele jaar door. Maar het begin van het schooljaar leent zich daar extra goed voor. Hoe komt dat, volgens alinea II?
£ lokalen
£ regels
£ school(gebouw)
£ schoolspullen
£ vakken
£ voornemens
14 UNITÉ 1 • CONTACT lezen schrijven groepsopdracht Online Grammar (frans) (frans) extra opdracht kijken regarder B1
gesprek LIRE
B2 A2
6 Qu’est-ce qu’on peut lire dans le troisième paragraphe ?
1 Pendant l’été, le cerveau se repose et cela vous aide à mémoriser des choses.
2 Après les vacances, votre cerveau a envie de recommencer à travailler.
£ A 1 est vrai.
£ B 2 est vrai.
£ C 1 et 2 sont vrais.
£ D 1 et 2 sont faux.
Wat is belangrijker volgens alinea IV: school of een leuke tijd hebben met je vrienden? Noteer de woorden waaruit je antwoord blijkt.
8 Vertaal de woorden uit vraag 9 in het Nederlands.
In welke maand is de rentrée scolaire?
Choisissez le mot qui manque à la ligne 59.
£ A assez £ B aussi £ C par contre £ D par exemple
Lees de titel van de test en de inleidende zin. Wat kom je in deze test te weten?
Maak de test en bepaal of jij klaar bent voor de start van het schooljaar! Welk antwoord heb je het meeste gegeven?
Wie zou de hoofdtekst goed moeten lezen: iemand die vooral antwoord A, B of C heeft ingevuld? Leg je antwoord kort uit.
EXERCICE 10 — MISE EN
Hieronder vind je een extra testvraag bij de test Es-tu prêt(e) pour la rentrée ? Bedenk drie antwoorden die passen bij de vraag en bij de uitslag van de test.
Question : Quel type d’élève es-tu ? A B C
Apprenez le vocabulaire FN de : Lire page 101.
Oefen met het vocabulaire.
Lees de tekst op pagina 86 of op de site en beantwoord de vragen.
Bedenk in tweetallen nog twee goede redenen waarom het leuk is om weer naar school te gaan en noteer deze in het Frans. Presenteer ze daarna aan de rest van de klas.
15 UNITÉ 1 • CONTACT lezen schrijven manuel (Fr) / leren (Eng en Du)
tweetallen
woordenboek Online
21st
formulier/kopieerblad
fragment
dialoog
klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek LIRE
Iconen om differentiatieniveaus aan te geven
groepsopdracht
nakijken leertip
century skills Grammar
downloaden
(frans)
(frans)
A C B D
PRATIQUE
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
examenvraag spreken lezen schrijven audio tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
video examenvraag audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken
nakijken
leertip
Gebruik § 3 bij het maken van de opdrachten. Leer deze paragraaf daarna.
manuel (Fr) / leren (Eng en Du)
manuel (Fr) / leren (Eng en Du)
EXERCICE 11A — RÉVISION
Iconen om differentiatieniveaus aan te geven
Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord. Onderstreep de bijvoeglijke naamwoorden en geef aan of het bijvoeglijk naamwoord mannelijk of vrouwelijk is, en enkelvoud of meervoud. Noteer ook de betekenis.
M ev M mv V ev V mv betekenis
1 Nous avons une jolie maison. £ £ £ £
2 Les cheveux sont blonds. £ £ £ £
nakijken
nakijken
3 C’est une belle plage. £ £ £ £
4 Ce livre est difficile. £ £ £ £
5 Je donne des informations personnelles. £ £ £ £
6 Elle a deux grands frères. £ £ £ £
7 C’est une nouvelle école. £ £ £ £
leertip
leertip
8 Je vois mes vieux amis. £ £ £ £
EXERCICE 11B — EN ÉTAPES
formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans)
Iconen om differentiatieniveaus aan te geven
Iconen om differentiatieniveaus aan te geven
1 Lees § 3.2 over de vorming van het vrouwelijk enkelvoud en § 3.3 over de vorming van het meervoud. Bedenk wat de hoofdregel is. Noteer waar nodig de juiste uitgangen achter de bijvoeglijke naamwoorden.
dialoog (frans)
a un petit frère e un voyage intéressant
b une petit sœur f une présentation intéressant
c deux petit frères g des films intéressant
d deux petit sœurs h des informations intéressant
2 Kijk nog eens naar exercice 11A. Welke bijvoeglijke naamwoorden uit exercice 11A zijn regelmatig gevormd, en welke zijn afwijkend of onregelmatig gevormd? Noteer de nummers van de zinnen.
Regelmatig: zin
formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans)
Afwijkend / onregelmatig: zin
formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans)
3 In § 3.4 lees je dat beau, nouveau en vieux een speciale vorm hebben voor een mannelijk zelfstandig naamwoord dat begint met een klinker of een stomme h in het enkelvoud. Onderstreep de juiste vorm.
a un beau / bel pull e un nouveau / nouvel livre
b un beau / bel ordinateur f un nouveau / nouvel hôtel
dialoog (frans)
c une bel / belle occasion g une vieille / vieil école
d deux bel / beaux appartements h les vieux / vieil élèves
4 Je kunt de bijvoeglijke naamwoorden uit § 3 in vier of vijf vormen zetten. Maak het schema compleet.
dialoog (frans)
a zwart noir
b sportief
c mooi soms:
16 UNITÉ 1 • CONTACT • GRAMMAIRE I
GRAMMAIRE I – HET BIJVOEGLIJK NAAMWOORD MANUEL § 3
M ev V ev M mv V mv
sportifs
belles video examenvraag spreken lezen schrijven audio
tweetallen groepsopdracht woordenboek Online
21st
Grammar
century skills
extra
B1 B2 A2 gesprek
klassikaal
opdracht kijken regarder
21st
century skills Grammar
klassikaal extra opdracht
regarder
video examenvraag spreken lezen schrijven audio
kijken
gesprek
groepsopdracht woordenboek Online
tweetallen
21st
Grammar
century skills
klassikaal extra opdracht
regarder B1 B2 A2 gesprek Antwoord op de quizvraag: in september, dan beginnen de scholen weer.
kijken
5 In § 3.5 lees je dat bijvoeglijke naamwoorden soms vóór en soms achter een zelfstandig naamwoord staan. Gebruik de lijst om het Franse bijvoeglijk naamwoord op de juiste plaats te zetten.
a een dikke meneer un monsieur
b een sportieve leraar un prof
c een betere school un lycée
EXERCICE 11C
Zet het bijvoeglijk naamwoord in de juiste vorm en op de juiste plaats.
1 drie grote huizen trois maisons
2 een nieuwe plaats un endroit
3 twee Europese landen deux pays
4 een nationaal team une équipe
5 drie jonge begeleiders trois moniteurs
6 een paar oude vrienden quelques amis
7 twee Engelse boeken deux livres
8 moeilijk huiswerk des devoirs
EXERCICE 11D
Maak zinnen met de gegeven woorden. Zet de werkwoorden in de passé composé en zet de bijvoeglijke naamwoorden in de juiste vorm en op de juiste plaats.
1 rencontrer – nouveau – ami – pendant les vacances
J’ai
2 voir – blond – joli – fille – dans le hall
Marc a
3 faire – intéressant – deux voyages – au Maroc
Mon oncle a
Bekijk de instructievideo en maak exercice 11E op pagina 92 of op de site.
Maak exercice 11F op pagina 92 of op de site.
Maak exercice 11G op pagina 92 of op de site.
Maak de quiz via Socrative en test wat je weet over dit onderwerp.
UNITÉ 1 • CONTACT • GRAMMAIRE I 17
geven 21st century skills Grammar fragment (frans)
(frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek examenvraag spreken lezen schrijven groepsopdracht Online Grammar extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
dialoog
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
examenvraag spreken lezen schrijven audio tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
A2
DOEL: je kunt een e-mail schrijven aan een correspondentievriend(in) waarin je iets over jezelf vertelt.
EXERCICE
12 — MISE EN ROUTE
Par quels mots peut-on se décrire ? Travaillez à trois. Complétez le schéma. Notez sous « hobbies » par exemple le hockey ou le foot .
nom hobbies vêtements préférés composition de la famille
EXERCICE 13 — MISE EN ROUTE ~ VOCABULAIRE
Remplissez. Utilisez le contexte pour trouver le mot juste. Notez aussi la traduction de ces mots. Vous aurez besoin de ces mots dans le mail que vous allez écrire.
à bientôt | correspondre | matière | passe-temps | en seconde
1 Je voudrais avec un garçon français.
2 Mon frère est au lycée Blaise Pascal.
3 Ma préférée ? C’est le français.
4 Écris-moi vite ; , j’espère !
5 Ma copine a les mêmes que moi : le shopping et la musique.
espère | nul | oublié | préfère | me présente
6 J’ai d’envoyer une photo à mon correspondant anglais.
7 J’ que tu vas m’écrire le plus vite possible.
8 Je : je m’appelle Pierre et j’ai quinze ans.
Thierry est en maths, mais fort en histoire.
Je écrire en français.
EXERCICE 14 — MISE EN ROUTE ~ GRAMMAIRE
Placez les adjectifs avant ou après le substantif et mettez-les à la bonne forme.
1 J’ai les cheveux bruine
2 Elle a une sœur et un frère . grote, kleine
3 Je veux correspondre avec une fille Frans
4 Il porte souvent un jean blauwe
5 Nous habitons dans un appartement oud
18 UNITÉ 1 • CONTACT schrijven groepsopdracht Grammar (frans) (frans) extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek ÉCRIRE
examenvraag
Online
spreken lezen schrijven groepsopdracht
Grammar extra opdracht
kijken regarder
B1 B2 A2 gesprek
ÉCRIRE
EXERCICE 17 — MISE EN PRATIQUE
Omdat je graag je Frans wilt verbeteren, zoek je een correspondentievriend(in) in Frankrijk. Reageer op de advertentie van Sophie of Christophe. Schrijf een enthousiast mailtje.
Het begin van de mail is al gegeven. Maak de mail af en verwerk de volgende punten:
• Vertel eerst iets over jezelf: naam, leeftijd.
• Vertel waar je woont en met wie.
• Zeg hoe je eruitziet en van welke kleren je houdt.
• Vertel wat je hobby’s zijn.
• Vraag om een snelle reactie.
Gebruik 80 à 100 woorden.
Chère Sophie / Cher Christophe, Je voudrais bien correspondre avec toi, parce que je veux perfectionner mon français. Je me présente : …
Apprenez le vocabulaire et les phrases FN et NF de : Écrire page 101-102.
Vul het evaluatieformulier in en kijk welke opdracht uit het menu au choix het best bij jou past.
Oefen met het vocabulaire en de zinnen.
Beschrijf een bekend persoon. Laat je klasgenoten raden om wie het gaat.
Schrijf aan een vriend(in) een berichtje van 60 à 80 woorden waarin je vertelt dat je hebt gereageerd op één van de advertenties.
GRAMMAIRE II — REGELMATIGE
WERKWOORDEN OP - ER , ALLER, AVOIR, ÊTRE EN FAIRE
MANUEL § 21.12.1 EN 22
Gebruik § 21.12.1 (werkwoorden op - er ) en § 22 (werkwoord 1, 4, 19 en 20) bij het maken van de opdrachten. Leer deze paragrafen daarna.
EXERCICE 18A
Vul het schema in. présent imparfait passé composé futur chercher tu vous je/j’ il
rencontrer ils nous elle ils aller elle nous elles tu avoir ils je/j’ tu
tu ils
20 UNITÉ 1 • CONTACT • GRAMMAIRE II
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
examenvraag spreken lezen schrijven audio tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
EVALUEREN FORMATIEF video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren
en
tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar kijken regarder B1 B2 A2 video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel
Iconen
tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek Antwoord op de quizvraag: le facteur
nous être je/j’ ils nous elle faire vous
je/j’
(Eng
Du)
(Fr) / leren (Eng en Du)
om differentiatieniveaus aan te geven
tweetallen groepsopdracht
EXERCICE 18B
Onderstreep de juiste werkwoordsvorm. Vertaal deze vorm.
1 Ce matin, je chercherais / j’ai cherché mes chaussures.
2 Après l’école, je vais envoie / envoyer un mail à mon corres.
3 L’été dernier, ma sœur rencontre / a rencontré un garçon sympa.
kijken regarder gesprek
audio geven
4 Qu’est-ce que tu feras / as fait demain ?
5 Salut ! Nous sommes / serions deux filles de 15 ans.
6 Quand j’étais en seconde, j’avais / aurai un bon prof de français.
7 Demain, je serai / j’ai été toute la journée à l’école.
lezen schrijven geven
Iconen om differentiatieniveaus aan te geven klassikaal extra opdracht
examenvraag spreken lezen schrijven groepsopdracht
La semaine passée, il a fait / ferait très beau.
EXERCICE 18C
Vertaal de werkwoordsvormen in het Frans.
B1 B2 A2 gesprek
kijken regarder
1 Élise un séjour linguistique en Angleterre. zal doen
2 Pendant la récré, nous tous ensemble. waren
3 Beaucoup de jeunes dans un pays étranger pour y apprendre la langue. gaan
4 Pendant longtemps, j’ un correspondant italien. heb gehad
5 Elle aller dans une autre classe, avec ses copains. zou leuk vinden
6 Nous à la plage tous les jours. zijn gegaan
7 J’ beaucoup de vêtements pour la rentrée. koop
8 Il de ses problèmes pendant une heure. heeft gepraat
klassikaal extra opdracht
Online Grammar extra opdracht
Mon prof me toujours des compliments sur ma prononciation. maakte
kijken regarder
Marc en Hollande chez son correspondant. is geweest
EXERCICE 18D
B1 B2 A2 gesprek
woordenboek Online 21st century skills Grammar fragment (frans) dialoog (frans)
Maak samen met een klasgenoot vier goedlopende en logische zinnen. Gebruik uit iedere kolom steeds één element en verzin de rest van de zin er zelf bij. Bekijk eerst het voorbeeld.
tweetallen groepsopdracht
examenvraag spreken lezen schrijven
je tu elle nous ils
chanter aller être faire habiter
avec toi (passé composé) demain (futur) pour qui ? (présent) depuis longtemps (présent) toujours (imparfait)
Exemple : J’habite à Paris depuis longtemps.
woordenboek Online 21st century skills Grammar kijken regarder
Maak exercice 18E op pagina 93 of op de site, of gebruik het werkwoordenschema.
18F op pagina 93 of op de site en oefen verder met Verbuga.
Maak exercice 18G op pagina 93 of op de site.
B1 B2 A2 gesprek
21 UNITÉ 1 • CONTACT • GRAMMAIRE II
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
exercice
examenvraag spreken lezen schrijven audio tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
Maak
Maak de quiz via Socrative en test wat je weet over dit onderwerp. leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans)
A2+
DOEL: je kunt de belangrijkste punten herkennen in een korte documentaire over la rentrée.
DOEL: je kunt de boodschap van reclamespots begrijpen.
EXERCICE 19A — MISE EN ROUTE
A Quatre amis parlent des vacances. Complétez les phrases. Choisissez parmi :
bronzer au soleil | être dans un embouteillage | faire des randonnées | faire la grasse matinée | lire des magazines
Attention ! Il reste une activité.
1 Antoine: Pendant le samedi noir, beaucoup de gens partent en vacances dans le sud de la France. C’est pourquoi le voyage dure toujours plus longtemps. Je déteste
2 Solène: J’adore le beau temps, la chaleur et la plage. J’aime
3 Noraly: Je n’aime pas me lever tôt. Pendant les vacances je ne me lève pas avant onze heures. J’adore
4 Hugo: Moi, je préfère les activités sportives pendant les vacances. J’adore
B Quelles activités peut-on faire pendant les grandes vacances ? Remplissez la liste en français avec un(e) camarade de classe.
1 bronzer au soleil 3 faire des randonnées
2 être dans un 4 faire la grasse matinée embouteillage 5 lire des magazines
EXERCICE 19B — MISE EN ROUTE ~ VOCABULAIRE
Choisissez le mot qui convient. Vous retrouverez ces mots dans la vidéo et les pubs. Il reste un mot. le calendrier | les chaînes de télévision | les courses | les écoliers | embouteillages | fermé | les mois | rappeler | retourner | scolaires | surchargé
1 Pauline m’a téléphoné, mais je n’ai pas répondu. Je vais la demain.
2 Il y a beaucoup de monde dans le train, le train est .
3 Je fais toujours à Intermarché car ce supermarché a de bonnes promotions.
4 Sur la liste de fournitures , il y a tous les produits essentiels pour la rentrée.
5 En septembre, tous rentrent à l’école.
6 Malheureusement, le magasin est déjà , je ne peux plus entrer.
7 Aujourd’hui, c’est l’anniversaire de Julie. C’est écrit sur .
8 Pendant le samedi noir, beaucoup de gens partent en vacances en voiture. C’est pourquoi il y a beaucoup d’
proposent de nouvelles séries à partir de septembre.
Pendant d’août et de juillet, tous mes amis sont en vacances.
22 UNITÉ 1 • CONTACT video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel
tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken
21st
Grammar
fragment
dialoog
klassikaal extra
gesprek ÉCOUTER
(Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven
leertip
century skills
formulier/kopieerblad downloaden
(frans)
(frans)
opdracht
examenvraag spreken lezen schrijven audio geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
ÉCOUTER
6 7 8
A2
kijken
regarder
EXERCICE 20 — COMPRÉHENSION GLOBALE
Regardez la vidéo Le rite : la rentrée. Dans cette vidéo, on parle de la rentrée scolaire en France et de l’étalement des vacances (vakantiespreiding). Répondez aux questions en néerlandais.
1 Wat wordt er bedoeld met la rentrée?
2 In deze video wordt de zomervakantie in Frankrijk met die in Duitsland vergeleken.
a Wat is het grootste verschil tussen de Duitse en de Franse zomervakantie?
b Lijkt de Nederlandse zomervakantie meer op die in Frankrijk of in Duitsland? Licht je antwoord toe.
EXERCICE 21 — COMPRÉHENSION DÉTAILLÉE
Regardez encore une fois la vidéo Le rite : la rentrée. Répondez aux questions.
1 Welke activiteiten doen Fransen graag tijdens les grandes vacances volgens de video? Cochez vrai ou faux vrai faux
a naar het strand gaan £ £
b naar de camping gaan £ £
c naar het zwembad gaan £ £
d wandelen in de bergen £ £
e surfen bij mooi weer £ £
2 « Avez-vous déjà essayé d’acheter une baguette au mois d’août ? »
a Wat betekent deze vraag?
b Waarom kan het zijn dat dit in de maand augustus niet lukt?
3 La rentrée heeft invloed op veel dingen uit het dagelijks leven in Frankrijk. Welke onderwerpen komen aan bod in de video? Kruis aan.
£ gezondheidszorg
£ literatuur
£ mode
£ muziek
£ politiek
£ pretparken
£ school
£ sport
£ stakingen
£ televisie
£ verkeer
£ winkels
4 « Les Français ont deux années parallèles. » Wat wordt hiermee bedoeld in de video?
EXERCICE 22 — COMPRÉHENSION EXPRESS
Regardez les trois pubs.
1 Kruis bij iedere reclame aan wat het thema is: vacances, rentrée of allebei?
vacances rentrée
a FRAM £ £
b Pas Paris £ £
23 UNITÉ 1 • CONTACT video examenvraag audio manuel
Iconen
tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad
fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra ÉCOUTER
(Fr) / leren (Eng en Du)
om differentiatieniveaus aan te geven
downloaden
B2 A2 gesprek spreken lezen schrijven
B2 A2 gesprek spreken lezen schrijven
c Intermarché £ £ B2 A2
kijken regarder
kijken regarder
gesprek
Wie weet wat een moniteur de ski is?
Regardez les pubs encore une fois. Répondez aux questions en néerlandais.
2 Wat is de man in deze reclame van reisbureau FRAM vergeten?
3 Voor wie is deze reclame van Transavia bedoeld?
4 In de video worden de bezienswaardigheden en andere culturele aspecten vergeleken met bijzondere kenmerken uit Parijs.
a Welke Parijse variant wordt bij elk beeld genoemd?
b Vergelijk je antwoorden met die van een klasgenoot en verbeter ze waar nodig.
5 Wie bepalen er bij de Intermarché wat er op de lijst met onmisbare schoolspullen komt te staan? Choisissez la bonne réponse.
£ A docenten
£ B kinderen
£ C klanten
£ D medewerkers
6 Waarom waren de klanten van concurrenten van de Intermarché niet geïnteresseerd in hun roze pennen?
£ A Bij de Intermarché zijn de roze pennen altijd goedkoper.
£ B De klanten vinden de kwaliteit van de roze pennen slecht.
£ C De ouders willen niet dat hun kinderen met roze pennen schrijven.
£ D De roze pennen staan niet op de lijst met onmisbare schoolspullen.
EXERCICE 23 — MISE EN PRATIQUE
Qu’est-ce que vous avez fait pendant les vacances ? Parlez de vos activités de vacances à un(e) camarade de classe. Stel de volgende vragen aan elkaar:
1 Où as-tu passé tes vacances ?
2 Qu’est-ce que tu as fait pendant les vacances ? C’était comment ?
3 Tu es content(e) d’être rentré(e) à l’école ? Pourquoi ?
Apprenez le vocabulaire FN de : Écouter page 102.
Oefen met het vocabulaire en de uitspraak van neusklanken.
Bekijk
24 UNITÉ 1 • CONTACT video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen
tweetallen groepsopdracht woordenboek Online Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht B1 B2 A2 ÉCOUTER
om differentiatieniveaus aan te geven
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
examenvraag spreken lezen schrijven audio tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
een reportage op TV5MONDE.
PUB 1 PUB 2 schrijven audio geven tweetallen groepsopdracht woordenboek 21st century skills Grammar klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek PUB 3 examenvraag spreken lezen schrijven audio geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar kijken regarder B1 B2 A2 2 6 3 7 4 1 5 Antwoord op de quizvraag: een skileraar.
Voer nog eens het gesprek van exercice 23 en neem het interview op.
GRAMMAIRE III — TELWOORDEN, KLOKTIJDEN EN DATA
Gebruik § 6 bij het maken van de opdrachten. Leer deze paragraaf daarna.
EXERCICE 24A — RÉVISION
a Luister naar de zinnen en noteer de getallen in cijfers.
1 2 3 4 5
EXERCICE 24B
b Luister naar de zinnen en noteer de kloktijden in cijfers. 1 2 3 4 5
c Luister naar de zinnen en noteer de data. Exemple : le 3 juillet 1999
1 le
2 le
3 le
4 le 5 le
Schrijf de getallen, data en kloktijden voluit.
71
27 oktober
vrijdag 15 juni
EXERCICE 24C
Maak hele zinnen met de gegevens en schrijf alle getallen voluit.
§
Exemple : hond / geboren 15-8-2011 Mon chien est né le quinze août deux mille onze.
1 film / eindigt 22.45 uur
2 vakantie / van 18 juli tot 1 augustus
3 oma / geboren 29-11-1937
4 ik / 21 april jarig / word 16
EXERCICE 24D
Praat met een klasgenoot over minstens vier familieleden of vrienden/vriendinnen. Bereid je kort voor en maak wat aantekeningen voor jezelf. Eerst vertelt A hoe ze heten, hoe oud ze zijn en wat hun geboortedatum is. B noteert de gegevens en controleert na afloop. Wissel daarna van rol.
Maak exercice 24E op pagina 93 of op de site.
Maak exercice 24F op pagina 94 of op de site.
Maak exercice 24G op pagina 94 of op de site.
Maak de quiz via Socrative en test wat je weet over dit onderwerp.
25 UNITÉ 1 • CONTACT • GRAMMAIRE III Iconen om differentiatieniveaus
leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder gesprek lezen schrijven geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek examenvraag spreken lezen schrijven audio geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
aan te geven
MANUEL
6
2
3
4
5 3e 6 de helft 7 11 januari 8
1 35
83
296
1 juli
Il est
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
examenvraag spreken lezen schrijven audio tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
examenvraag spreken lezen schrijven groepsopdracht Online Grammar extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek examenvraag spreken lezen schrijven audio tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar kijken regarder B1 B2 A2 video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr)
Iconen om differentiatieniveaus
geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek examenvraag spreken lezen schrijven audio geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
/ leren (Eng en Du)
aan te
A2
DOEL: je kunt jezelf voorstellen en een kort gesprek aanknopen met een (on)bekende.
EXERCICE 25 — MISE EN ROUTE ~ PRONONCIATION
B1 B2 A2
A Neusklanken zijn belangrijk voor een goede Franse uitspraak. In het zinnetje un bon vin blanc zitten alle Franse neusklanken: de u, o, i en a. Hieronder staan steeds twee woorden naast elkaar. Het linkerwoord bevat geen neusklank, het rechter wel. Luister mee en spreek de woorden hardop na.
1 chacune chacun
2 bonne fête bon voyage
3 ils viennent il vient
4 cas quand
B Hieronder volgen zestien woorden die allemaal een neusklank bevatten. Spreek ze hardop uit en zet ze in de juiste kolom. In iedere kolom komen vier woorden te staan.
aucun | immense | européen | impossible | pardon | lundi | gens | certain | température | région | souvent | bonjour | internationale | parfum | quelqu’un | oncle
1 un [ũ]
2 bon [õ]
3 vin [ Ĩ ]
4 blanc [ã]
Beluister de woorden en corrigeer je antwoorden.
EXERCICE 26 — MISE EN ROUTE
A Pendant les vacances dans le Midi vous rencontrez un(e) camarade de classe à la terrasse d’un café. Faites la conversation. Combinez les chiffres 1-5 avec les lettres A-E.
A Tchin-tchin.
B Alors, je bois à tes vacances.
C Bof, ça va, ça va. Demain on rentre à la maison. Et toi ?
D Donc, il nous reste seulement maintenant pour boire un verre.
E Je prends un Orangina.
Toi Camarade de classe
1 Toi ici ? Salut, mais comment vas-tu ?
2 Moi, je viens d’arriver. Encore trois semaines !
3 Oui, tu as raison. Qu’est-ce que tu bois ?
4 Je n’aime pas ça, je préfère un coca.
5 Et moi, à ton retour.
B Ensuite jouez le dialogue. Changez aussi de rôle.
26 UNITÉ 1 • CONTACT examenvraag spreken lezen schrijven groepsopdracht Online Grammar (frans) (frans) extra opdracht kijken regarder
gesprek PARLER
examenvraag spreken lezen schrijven audio te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek examenvraag spreken lezen schrijven audio geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills klassikaal extra opdracht kijken regarder B2 A2 gesprek
PARLER
EXERCICE 27 — MISE EN ROUTE ~ VOCABULAIRE
Traduisez les mots ci-dessous en français. Puis, complétez les phrases. Il reste deux mots.
a antwoordapparaat
b beantwoorden
c doe … eindexamen
1 La musique est bonne. danser.
2 Je ne sais pas si je veux sortir ce soir. Je vais
d het spijt me
e ik heb zin om
f nadenken
3 Cette année je , et l’année prochaine je vais faire des études.
4 , mais je ne peux pas venir à ton anniversaire.
5 Bonjour, je ne suis pas là. Tu peux laisser un message sur mon
g binnenkort
h dichtbij
i naar het buitenland
6 L’Express est un magazine
j ook niet
k week-
l zojuist
7 Ce magasin de mode va ouvrir , dans une semaine.
8 Tu veux déjà partir ? On arriver.
Pour apprendre une langue, tu peux aller
Je n’aime pas les tomates et je n’aime pas les fraises
EXERCICE 28 — MISE EN ROUTE ~ GRAMMAIRE
Faites l’interview. Élève A pose une question, B répond par une phrase complète. Puis, changez de rôle.
A B
1 Quelle heure est-il maintenant ? Il est …
2 Tu es né(e) quand ? Tu as quel âge alors ? Je suis né(e) le ... J’ai …
3 Quel est ton numéro de portable ? C’est le …
4 Quand commence le nouvel an ? Le nouvel an commence le …
5 Combien d’élèves portent un jean bleu dans la classe ?
EXERCICE 29 — COMPRÉHENSION GLOBALE
Écoutez les dialogues et choisissez à quel(s) dialogue(s) correspondent les sujets suivants.
dialogue 1 dialogue 2 dialogue 3 komt niet voor
1 Reservering restaurant £ £ £ £
2 Sollicitatie voor vakantiebaantje £ £ £ £
3 Ontmoeting tussen twee oude vrienden £ £ £ £
4 Bericht op antwoordapparaat £ £ £ £
5 Gesprek over vakantie £ £ £ £
6 Gesprek met een nieuwe leerling £ £ £ £
7 Uitnodiging om een ijsje te gaan eten £ £ £ £
8 Uitnodiging voor een verjaardagsfeestje £ £ £ £
27 UNITÉ 1 • CONTACT video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel
tweetallen groepsopdracht
Online nakijken
21st
formulier/kopieerblad
fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken
B1 B2 A2 gesprek PARLER
(Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om
differentiatieniveaus aan te geven
woordenboek
leertip
century skills Grammar
downloaden
regarder
examenvraag spreken lezen schrijven audio geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek examenvraag spreken lezen schrijven audio tweetallen groepsopdracht woordenboek Online B1 B2 A2 DIALOGUE 1 DIALOGUE 3 DIALOGUE 2
3
EXERCICE 30 — COMMENT DIRE ?
Écoutez le dialogue 1 et répondez aux questions.
1 Hoe vraagt Marie of Joël haar niet herkent?
£ A Tu ne me reconnais pas ?
£ B Pourquoi tu ne me reconnais pas ?
2 Hoe vraagt Joël om het mobiele nummer van Marie ?
£ A Je vais te donner un coup de fil.
£ B Donne-moi le numéro de ton portable.
3 Hoe zegt Marie dat ze er is?
£ A Voilà, ça y est.
£ B Voilà, je suis arrivée.
Wat zet de ober voor je neer als je un diabolo bestelt?
4 Écoutez le dialogue 2 et soulignez les cinq fautes que vous entendez. Le répondeur : Bonjour, vous êtes bien sur le répondeur du restaurant espagnol Chez Mario. Aujourd’hui c’est mercredi, le jour de notre fermeture hebdomadaire. Nous sommes ouverts du mardi au dimanche, de minuit à onze heures du soir. Si vous voulez réserver une table ou simplement nous donner un message vous pouvez parler après le bip. Veuillez nous laisser aussi un numéro de téléphone. Nous espérons vous accueillir prochainement dans notre pizzeria. Merci.
5 Écoutez encore une fois et corrigez les fautes 1 3 4 5
Écoutez le dialogue 3 et répondez aux questions.
6 Hoe zegt Lise dat ze drie jaar in de Verenigde Staten heeft gewoond?
7 Hoe zegt Marc dat het vandaag erg mooi weer is?
8 Hoe stelt Lise voor elkaar om kwart voor vijf voor school te zien?
EXERCICE 31 — RECONSTRUIRE
Pendant les vacances vous rencontrez un garçon ou une fille français(e) au camping. Vous allez boire quelque chose à la terrasse. Faites la conversation. Puis changez de rôle. A is de Franse jongen of het Franse meisje; hij/zij begint.
A Français(e) B Toi
1 Bonjour ! Comment tu t’appelles ?
3 Avec qui es-tu ici ?
5 Je m’appelle Michel(le) et j’ai 16 ans.
7 J’habite à Lille, et toi ?
9 C’est le 06 67 54 39 87. Et ton numéro ?
11 On se voit encore ?
13 Très bonne idée. À plus tard. Salut !
2 Zeg je naam.
4 Zeg dat je hier bent met ouders, broer en zus. Vraag naam en leeftijd van A
6 Vraag waar A woont.
8 Zeg dat je net terug bent uit de Verenigde Staten en dat je in Bordeaux woont. Vraag het mobiele nummer van A
10 Mijn nummer is 06 57 31 76 91.
12 Misschien vanavond op het terras van de camping, het is mooi weer.
14 Groet terug.
28 UNITÉ 1 • CONTACT examenvraag spreken lezen schrijven groepsopdracht Online Grammar (frans) (frans) extra opdracht kijken regarder
B2 A2 gesprek PARLER
B1
examenvraag spreken lezen schrijven audio geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar kijken regarder B1 B2 A2 gesprek DIALOGUE 1 DIALOGUE 2 DIALOGUE
examenvraag spreken lezen schrijven audio te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online 21st century skills Grammar fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1
gesprek
B2 A2
EXERCICE 32 — MISE EN PRATIQUE ~ SPEEDDATING
Vraag aan je docent de kaartjes voor de volgende opdracht. Je maakt groepjes van vier leerlingen. Leerling 1 is op zoek naar een jongen of meisje van zijn/haar eigen leeftijd om mee naar een taalcursus in het buitenland te gaan. De andere leerlingen worden om beurten ondervraagd. Aan het eind stelt leerling 1 vast wie het best bij hem/haar past.
Let op: je speelt het personage dat op je kaartje staat. Zorg ervoor dat de anderen niet zien wat er op jouw kaartje staat. Maak bij het spreken gebruik van de woorden die je hebt geleerd en de zinnen uit de vorige opdrachten.
ÉLÈVE 1
Apprenez le vocabulaire et les phrases FN et NF de : Parler page 102. Vul het evaluatieformulier in en kijk welke opdracht uit het menu au choix het best bij jou past.
Oefen met het vocabulaire en de zinnen.
Oefen de extra dialoog.
Maak samen met een klasgenoot een videoboodschap waarin je jezelf presenteert en vertelt wat je de afgelopen vakantie hebt gedaan.
LEREN VOOR DE TOETS
Ik kan: £ begrijpen wat iemand op vakantie heeft meegemaakt.
£ specifieke en voorspelbare informatie vinden in een tekst over het begin van het schooljaar.
£ een e-mail schrijven aan een correspondentievriend(in) waarin ik iets over mezelf vertel.
£ de belangrijkste punten begrijpen uit een video over la rentrée en de boodschap van reclamespots begrijpen.
£ mezelf voorstellen en een kort gesprek aanknopen met een (on)bekende.
Grammaire
£ Het bijvoeglijk naamwoord (§ 3)
£ Regelmatige werkwoorden op - er, aller, avoir, être en faire (§ 21.12.1, 22.1, 22.4, 22.19, 22.20)
£ Telwoorden, kloktijden en data (§ 6)
£ EXERCICES 11, 14, 18, 24 en 28
Vocabulaire
£ REGARDER FN
£ LIRE FN
£ ÉCRIRE + zinnen FN + NF
£ ÉCOUTER FN
£ PARLER + zinnen FN + NF
£ EXERCICES 2, 7, 13, 15, 16, 20, 27, 30 en 31
Dit helpt je
£ LIRE stratégie 1a: hoofdgedachte (globaal lezen)
£ MENUS AU CHOIX extra oefenen
De paragrafen bij grammaire en de lees- en luisterstrategieën vind je in het Manuel.
Maak de diagnostische toets.
29 UNITÉ 1 • CONTACT video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) tweetallen groepsopdracht woordenboek Online formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht B1 B2 A2 PARLER
Iconen om differentiatieniveaus aan te geven nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
video manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
schrijven audio tweetallen groepsopdracht woordenboek 21st century skills Grammar fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
examenvraag Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht B1
EVALUEREN FORMATIEF
examenvraag spreken lezen Online lezen schrijven groepsopdracht Online Grammar extra opdracht B1 B2 A2
ÉLÈVE 2
ÉLÈVE 4
ÉLÈVE 3
video examenvraag spreken lezen audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) woordenboek Online
EXAMEN
EINDTERM: de hoofdgedachte van een tekst(gedeelte) aangeven.
EINDTERM: de hoofdgedachte van een tekst(gedeelte) aangeven.
EXERCICE 1 — PRÉPARATION
EXERCICE 1 — PRÉPARATION
Soulignez le mot correct et notez la traduction.
Soulignez le mot correct et notez la traduction.
1 Je fais beaucoup de sport. Par contre / Par exemple, je joue au squash, au badminton, et j’aime aller courir.
1 Je fais beaucoup de sport. Par contre / Par exemple, je joue au squash, au badminton, et j’aime aller courir.
2 J’ai réussi à perdre du poids grâce à / quant à mon coach.
2 J’ai réussi à perdre du poids grâce à / quant à mon coach.
3 Hier, j’ai travaillé dur. J’ai même / toutefois fait mes exercices de maths.
3 Hier, j’ai travaillé dur. J’ai même / toutefois fait mes exercices de maths.
4 Elle ne comprend pas, alors / depuis il faut l’aider.
4 Elle ne comprend pas, alors / depuis il faut l’aider.
5 Contre / Selon ma mère, il faut prendre un bon petit-déjeuner avant d’aller à l’école.
5 Contre / Selon ma mère, il faut prendre un bon petit-déjeuner avant d’aller à l’école.
EXERCICE 2 — TEXTE
EXERCICE 2 — TEXTE
Facebook : cliquez, vous êtes connus !
Sur Facebook, des groupes ont protesté contre le manque de respect pour la vie privée des membres. D’autres disent même de quitter définitivement le site. Pourquoi ? Facebook a offert les données personnelles de ses utilisateurs à des entreprises qui font de la publicité sur leur site. Quand vous cliquez sur une publicité, Facebook donne votre nom à celui qui a placé l’annonce. Celuici peut alors vous envoyer des pubs personnalisées. Le patron de Facebook a reconnu des « erreurs » et a affirmé que les options de confidentialité vont être changées. Selon lui, à l’avenir on fera plus attention à la vie privée des utilisateurs.
1A Om de hoofdgedachte te bepalen bekijk je eerst de opvallende delen van de tekst (titel, inleiding, afbeeldingen, tussenkopjes) om een idee te krijgen waar de tekst over gaat. Daarna ga je bij jezelf na wat je al van dit onderwerp weet en probeer je de inhoud van de tekst te voorspellen. Lees de tekst daarna globaal door om te weten of je voorspelling klopt. Lees meer over Stratégie 1a in het Manuel, onderdeel A Stratégies.
1A Om de hoofdgedachte te bepalen bekijk je eerst de opvallende delen van de tekst (titel, inleiding, afbeeldingen, tussenkopjes) om een idee te krijgen waar de tekst over gaat.
STRATÉGIE
STRATÉGIE
Antwoord op de quizvraag: priklimonade met citroensiroop.
1 Lees de titel. Waar gaat de tekst over?
1 Lees de titel. Waar gaat de tekst over?
30 UNITÉ 1 • CONTACT • EXAMEN Bron: examen vmbo gt 2013-I:10
Antwoord op de quizvraag: priklimonade met citroensiroop.
Daarna ga je bij jezelf na wat je al van dit onderwerp weet en probeer je de inhoud van de tekst te voorspellen. Lees de tekst daarna globaal door om te weten of je voorspelling klopt.
30 UNITÉ 1 • CONTACT • EXAMEN
Lees meer over Stratégie 1a in het Manuel, onderdeel A Stratégies.
Bron: examen vmbo gt 2013-I:10
EXAMEN
2 Bekijk nu de afbeelding.
a « Vous êtes verseau, vous aimez les salsifis et les comédies romantiques, vous avez un grain de beauté en bas de la fesse gauche ? » Over wie gaat deze informatie?
b « Mwash a les produits qui vous conviennent ! » Wat betekent dit in het Nederlands?
c Wat voor emotie laat de vrouw zien?
3 Wat verwacht je te lezen in dit artikel?
4 Lees de tekst nu globaal door. Kwam je voorspelling uit?
Faites la question d’examen.
Wat lees je in het bericht over Facebook?
£ A De site besteedt heel veel geld aan reclameboodschappen.
£ B De site gaat reclame verminderen op verzoek van de gebruikers.
£ C De site is onzorgvuldig omgegaan met privégegevens van gebruikers.
£ D De site krijgt er elk jaar weer meer gebruikers bij.
MOTS D’EXAMEN convenir passen l’erreur (f) de vergissing interdire verbieden
l’internaute (m) de internetgebruiker le manque het gebrek
le patron de directeur la pub / publicité de reclame reconnaître bekennen la souris de muis l’utilisateur (m) de gebruiker
Lees de extra examentekst op de site en maak de opdrachten.
31 UNITÉ 1 • CONTACT • EXAMEN
examenvraag spreken lezen schrijven groepsopdracht Online Grammar extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek video examenvraag spreken lezen schrijven audio manuel (Fr) / leren (Eng en Du) Iconen om differentiatieniveaus aan te geven tweetallen groepsopdracht woordenboek Online nakijken leertip 21st century skills Grammar formulier/kopieerblad downloaden fragment (frans) dialoog (frans) klassikaal extra opdracht kijken regarder B1 B2 A2 gesprek
leren.libreservice-online.nl
LIBRE SERVICE FRANS VOOR DE BOVENBOUW
Als je in Frankrijk bij een benzinestation, wegrestaurant of supermarkt libre service ziet staan, weet je dat het om ‘zelfbediening’ gaat. Je moet zélf aan de slag, je maakt keuzes, je gaat op je eigen manier te werk. Libre Service biedt je veel mogelijkheden om tot het beste resultaat te komen!
AUTEURS
Louise Bakker
Françoise Lomier
Els Mulder-van Franeker
Bert Nap
Patrick Schuitema
Jeanine van der Velde
Judith Visser
EINDREDACTIE
Emily Palmer
1.0 9 789006 332223