
13 minute read
Verhalen over mensen
Inleiding
Dit hoofdstuk draait om verhalen. Je ontdekt van alles over personen in verhalen en vergelijkt verzonnen verhalen met de werkelijkheid. Door verhalen te lezen en erover te praten, ontdek je wat mensen meemaken en doen in verschillende situaties. Daar kun je van genieten en even bij wegdromen, maar soms kun je er ook iets van opsteken. En soms … krijg je zin om zelf een verhaal te vertellen!
Je leert:
1 je openstellen voor gevoelens en opvattingen van anderen;
2 verhalen in verschillende vormen herkennen;
3 verhalen kiezen die passen bij jouw 'smaak';
4 verhalen vergelijken met de werkelijkheid;
5 personen en hun rol in verhalen beschrijven;
6 uitleggen wat een verhaal met je doet;
7 een verhaal voorlezen;
8 een verhaal vertellen;
9 een verhaal schrijven.
1 Wat ga ik leren?
Bekijk de leerdoelen van dit hoofdstuk.
1 Welke drie leerdoelen vind je het meest interessant?
2 Ik kan het meeste leren door me te richten op dit leerdoel:
3 Dit leerdoel ga ik zeker halen aan het einde van dit hoofdstuk:
1.1 Start
Leerdoelen
• Je kijkt vooruit naar de dingen die je in dit hoofdstuk gaat leren.
2 Genieten van verhalen a Verhalen kom je op allerlei plaatsen tegen. Waar geniet jij het meest van verhalen? b In leesboeken kom je lange verhalen tegen. Sommige mensen houden veel van verhalen lezen, andere minder. Wat voor lezer ben jij?
Ik bekijk of maak vaak stories. Ik speel vaak een game met een verhaal.
Ik kijk veel naar films en series. Ik lees graag een boek. Ik let bij muziek op de tekst of ik lees gedichten.

Ik lees zo vaak en zo veel mogelijk en geniet er heel erg van.
Ik lees regelmatig en als ik lees, geniet ik ervan.
Ik lees alleen als het moet en vind het dan wel oké.
1.2 Duik in een verhaal
Je leert:
• je openstellen voor gevoelens en opvattingen van anderen;
• uitleggen wat een verhaal met je doet.
Lekker lezen
3 Gedicht lezen
Lees het gedicht Nieuwe klas
Ik lees nooit, alleen als ik gedwongen word.
LEERDOELEN
Ben jij weleens verhuisd? Denk daaraan terug of probeer het je voor te stellen. Maak de laatste zin van het gedicht af op je eigen manier.
Het ergste van verhuizen is
Nieuwe Klas
Voor me zit een meisje dat ik nog niet ken, ze lijkt een beetje veel op wie ik nooit meer zie ze is het niet maar juist daarom voel ik hoe messcherp missen is mijn klas, mijn plek, mijn juf alles wat daar gewoon nog bij me hoorde ik stop het weg maar weet wel hoe het zit het ergste van verhuizen is verscholen
Mariet Lems
4 Verhaal lezen a Iedereen heeft weleens tegenslag en gaat daar anders mee om. Wat kun je volgens jou het beste doen als het even tegenzit? Noem drie dingen. b Lees het verhaal Geest Jochem heeft veel tegenslag. c Jochem maakt in dit verhaal verschillende gevoelens door. Beschrijf bij elk deel hoe Jochem zich voelt.
Haal uit het verhaal drie dingen die hem overkomen.
1 regel 1-16
2 regel 17-62
3 regel 63-103
4 regel 107-200 d Wat bedoelt de schrijver met deze uitdrukkingen of zinnen?
1 Dat is gewoon een gepasseerd station. (regel 44-45)
2 Het huilen stond hem nu nader dan het lachen. (regel 54)
3 En daar, in de diepte, schuin onder hen, staat een grijze dobbelsteen. (regel 136)
4 Alles in haast perfecte staat. (regel 167) e Wat zou jij doen als je Jochem was en je ontdekte dat in je nieuwe huis geen bereik is? f Jochem beschrijft zijn nieuwe huis als een 'grijze dobbelsteen' (regel 136). Stel je voor dat jij gaat verhuizen naar een plek waar je juist heel graag naartoe zou willen. Bedenk een omschrijving voor je nieuwe huis die past bij die fijne plek.
Geest
Jochem heeft een tijdlang zijn best gedaan op school. Maar toen verkocht Jochems vader zijn bedrijf. Ineens waren ze rijk, maar al gauw verveelde zijn vader zich, kregen zijn ouders ruzie en deed Jochem niets meer voor school. Hij gamede te veel. Jochem zal blijven zitten en naar een andere school moeten.
Het was maar nauwelijks tot Jochem doorgedrongen. Hij volgde zijn lessen, ook al wist hij dat het geen zin meer had. Hij ging uit met zijn vrienden. Hij ging Pokémons verzamelen in het Vondelpark.
Eigenlijk geen slechte tijd: hij kon nu doen wat hij wilde. Voorbij waren de bijlessen van Frank, voorbij was het zuchtende bestaan boven zijn boeken. Het maakte niet meer uit. En hierdoor leek het vaak alsof er niets aan de hand was; hierdoor kon hij zijn mislukking wegdrukken en leek het alsof het leven dat hij kende gewoon door zou gaan.
Zijn vader bemoeide zich amper meer met Jochems zaken. En na die periode waarin hij als een opgesloten beest door het huis liep, scheen hij weer iets te hebben gevonden om zich mee bezig te houden. Zo nu en dan zat hij langdurig in zijn studeerkamer. Soms overlegde hij meerdere uren met Jochems moeder, dan hoorde Jochem hun stemmen weer omhoogkomen – maar gedempter, niet meer met uithalen of getier.
En toen, op een middag, na weer een geslaagde jacht in het park, zat zijn moeder thee te drinken aan tafel.
'Kom er even bij zitten,' zei ze.
Jochem hing zijn jas over een stoel, hij kreeg een beker ingeschonken.
'Ja,' zei zijn moeder. 'Lieverd... Je spreekt toch Engels... ?'
Jochem had wazig geknikt. Ja, dat deed hij. Het was een van de weinige vakken waar hij echt goed in was.
'Mooi,' zei zijn moeder. 'Ik vraag dit omdat... Je vader gaat volgende week naar Schotland. We willen daar een huis gaan kopen.'
'Een vakantiehuis in Schotland?'
'Nee,' zei zijn moeder zacht. 'Nee, Jochem. We willen daar gaan wonen.'
'Wonen...? Jullie...? En... En ik dan?'
'Met z'n drieën,' zei zijn moeder.
'In... Schotland...?'

Ze knikte. 'Het had ook Frankrijk kunnen worden, of Italië. Maar... we spreken alle drie Engels. Jij dus ook. We hebben trouwens allebei niks met zon. Zeker je vader niet, die kan slecht tegen de hitte. Nee, Schotland leek ons wel… We zijn er ooit samen op vakantie geweest. Nog voordat... voordat jullie werden geboren. Het is er ruim. En mooi. Een puur land... Misschien kan ik daar gaan schilderen...'
Dromerig keek ze voor zich uit.
Het was alsof Jochem zijn moeder nu van een afstand bekeek. Als een soort verschijnsel, dat wel weer voorbij zou gaan.
'En... En als ik nou wel was overgegaan...?'

Ze leek wakker te worden van die vraag. 'Dat is dus niet het geval,' zei ze. 'Dus... dat is gewoon een gepasseerd station, Jochem. Je vader zei me dat je waarschijnlijk stomweg hebt zitten gamen. Al die tijd. Hij heeft dat de afgelopen weken een paar keer gezien... Je mag het tegenspreken. En ik weet wel dat je die bijlessen hebt gehad en zo. Maar hij heeft zijn conclusies getrokken... Het doet er niet meer toe. Want verder... verder zijn we er zo langzamerhand van overtuigd dat het niet goed voor je is in de stad. Zonder iets van de natuur om je heen, bedoel ik. Het... zal wel even slikken zijn. Vast wel. Maar het is een nieuw begin. Zo moet je het zien.'
'M'n vrienden...' zei Jochem.
'Ja,' zei zijn moeder. 'Die kunnen komen logeren, denk ik. Op den duur.'
'Als er maar wifi is,' zei Jochem. Het huilen stond hem nu nader dan het lachen.
'Internet,' zei zijn moeder. 'Maak je je daar zorgen over? Overal is toch tegenwoordig internet? Heus, je mag je computer meenemen, hoor.'
Het gebeurde niet echt. Dit was te onwaarschijnlijk. Ze hóórden in de stad, daar hadden ze altijd gewoond.
'Nou, dan komt het wel goed, denk ik...' mompelde Jochem.
Daarna liet hij ineens zijn thee in de steek en ging hij op zijn kamer zitten gamen.
Als hij maar de dingen bleef doen die hij altijd had gedaan, dacht hij, zou alles hetzelfde blijven.
Maar dat was niet zo. Op een van de laatste schooldagen, staand op het schoolplein, stuurde hij zijn vrienden een appje:
Amigo's, over twee weken schijnen we ervandoor te gaan. Naar Schotland.
Mijn ouders hebben daar een huis gekocht, bedoel ik. Met wifi, natuurlijk!
Tot zijn verbazing kreeg hij geen berichtjes terug, geen grappen, niks. Hij keek op. Allemaal stonden ze hem aan te gapen.
Isha kwam naar hem toe. 'Man! Meen je dit?'
Jochem knikte schuw.

'Ja?' vroeg Isha. 'Gaan jullie... emigreren?'
Intussen waren ze allemaal bij hem komen staan. Ze waren anders dan anders. Even leken ze stuk voor stuk verbijsterd.
'Ghost,' zei Marty. 'Ze dragen daar rokjes, gast! Mannen, bedoel ik! Die kleden zich als oude wijven! En daar ga jij tussen wonen?'
'Weet ik veel,' zei Jochem.
Waarom stuurden ze niet gewoon een paar appjes terug?
Waarom moest dit opeens besproken worden?
'Doedelzakken!' zei Jon. 'En van die buffels met veel te veel haar! Wat moet je daar nou gaan doen, gast?!'
'Gamen,' zei Jochem zacht.
Ineens bogen ze zich allemaal over hun mobieltjes. En allemaal schenen ze hetzelfde te googelen: Scotland!
En nu kreeg Jochem dan alsnog wat appjes.
Een foto van een kale vlakte. Eronder stond:
Heftige scene! Misschien kom je daar Harry Potter tegen
Een foto van een dikke, ruige kerel in een geruit rokje, met een geweer over zijn schouders en een dode haas die hij vasthield aan zijn achterpoten.
Pokémons vangen in de highlands!!!! In wijvenkleding!
Een foto van een bandje, dat bestond uit twee jongens met doedelzakken en ertussen een zingende vrouw.
Dj MacDoodle knalt het dak eraf!
Isha keek grinnikend naar alle langskomende beelden. Daarna zei ze opeens: 'Genoeg nou!' En tegen Jochem zei ze: 'Trek je niks aan van die geintjes. Het is gewoon een ander land. Een land waar ze Engels spreken, dat is alles.'
'Ja,' zei Jochem. 'Ja, het komt wel goed.'
Isha knikte. 'Ga je missen, gast.'
'Ik ben nog niet weg,' zei Jochem.
Maar op een rare manier was hij dat opeens wél…
Ja, het leek alsof hij langzaam aan het verdwijnen was, alsof hij was neergeschoten met een of andere laser. Zijn vrienden stonden nog wat besluiteloos om hem heen, als om een dodelijk ongeluk, daarna zeiden ze 'Doei', wat nadrukkelijker was dan normaal, en daarna liepen ze naar hun fietsen.
Na een afscheidsfeestje met zijn vrienden vliegt Jochem aan het begin van de zomervakantie met zijn ouders naar Edinburgh in Schotland. Zijn vader koopt een auto en daarmee rijden ze verder naar het noorden.
Om zeven uur 's avonds bereiken ze een dorp.
'Dit is 't,' zegt Jochems vader. 'Dunvie. We zijn er!'
De auto bevindt zich schuin boven de oceaan. Grote golven rollen loom naar het land, soms met strepen schuim.
Aan de andere kant van de weg staan verschillende huizen, in een rommelige rij. Erachter staan hier en daar nog wat andere gebouwen. Ertussen zijn velden, er lopen schapen, bruine koeien en een paar gevlekte pony's. Langzaam rijdt de auto verder. Ze passeren enkele grote stenen pieren, daar liggen boten langs. Er staat een rode telefooncel.
'De pub,' zegt Jochems vader. 'Hier heb ik al wat uren doorgebracht, een paar weken geleden.'
'The Red… iets...' zegt Jochems moeder. 'Ging te snel... 0, Mauk, het is fantastisch...'
'Je kunt er ook eten,' zegt Jochems vader. 'Vis, rechtstreeks uit zee.'
'Yééééh,' mompelt Jochem. Nee, hij heeft hier geen bereik...
'En daar, in dat huis, gaan we overnachten,' zegt zijn vader. 'Bed & Breakfast van MaryAnn McGregor.'
'Maar het huis!' zegt Jochems moeder. 'Eerst het huis! Dit is zó spannend!'
'Natuurlijk,' zegt Jochems vader met een grijns.
Ze rijden het dorp alweer uit! Het was niks, bedenkt Jochem. Een gehucht! Een serie wrakkige huizen bij de zee! Hij heeft geen supermarkt gezien. Geen winkels, geen skatebaan, geen bioscoop, geen snackbar... Niks!
En dan, op een punt waar de weg afwijkt naar rechts, slaat de auto links af. Jochems vader draait bijna zwierig aan het stuur. Ze rijden nu over een onverhard pad, grind knarst onder de banden.
Omlaag, weer omhoog, over een tamelijk steile helling. En ver erachter rijzen bergen op, de toppen zijn verborgen in laaghangende wolken.
Ze komen, weer afdalend, langs een klein meer. Alles even grauw en dof in de schemering. Alles even uitgestorven...
Een volgende top; de auto kruipt daarna weer langzaam omlaag, in de richting van een baai.
En daar, in de diepte, schuin onder hen, staat een grijze dobbelsteen. Jochem herkent het van de foto's die hij, met tegenzin, had bekeken in Amsterdam.
Een dak van leisteen. Muren van grove, gestapelde stenen. Als ze ervoor zijn aangeland blijkt het behoorlijk hoog te zijn. Het brommen van de motor stopt.
Dit is nog erger dan hij zich had voorgesteld.
De wind rukt aan zijn haren als hij uitstapt. Het mocht windstil zijn geweest op die berg in het binnenland, hier veegt de bries onheilspellend door het gras en over de bomen achter het huis. En dit is het dan, dit moet het zijn: dit is de ruisende, barre plek waarvoor zijn ouders hun warme, vertrouwde woning in het centrum van Amsterdam hebben ingeruild...
Boven de deur is een plank aangebracht en daarop staat in schrijfletters: Gooseberry Cottage
'Mauk... Het is nog veel groter dan ik had gedacht,' zegt zijn moeder.
'En het uitzicht!' zegt Jochems vader. 'Ruik je dat? Die zilte lucht...'
Hij haalt bijna plechtig een sleutel tevoorschijn. Hij opent glimlachend de voordeur.
Het huis ruikt vanbinnen nogal muf, maar het is ruim. Er liggen planken op de vloer van de woonkamer. Het mag er vanbuiten, in Jochems ogen, uitzien als een totaal antiek krot, vanbinnen blijkt het mee te vallen.
De woonkamer is uitgestrekt en de muren zijn wit. Er is een open haard, en er is een grote, aangrenzende keuken, wat aan Amsterdam doet denken. Achter de keuken is een tuin, met een heg eromheen. Achter die heg beginnen direct de bomen van een bos.
In de gang gaat een trap omhoog. En boven zijn drie slaapkamers en een badkamer met een ligbad.
'Welke wordt van mij?' vraagt Jochem knorrig.
'We dachten aan deze,' zegt zijn vader.
Een grote kamer, onder het schuine dak. Er is een raam, in een erker. Uitzicht op zee.
'En? Lijkt het je wat?'
Jochem zucht. Dit alles gebeurt niet echt. Het is een soort lugubere kampeerboerderij, iets tijdelijks. Een onderduikadres uit een saaie, achterlijke oorlogsfilm... Jochem gaat op de trap uitproberen of hij hier bereik heeft.
Zijn ouders lopen glimlachend rond. 'Alles in haast perfecte staat,' zegt zijn vader. 'Centrale verwarming en... Wat is er?'
'Pa... Ik heb hier geen bereik...'
'O nee? Nou ja... Dat komt nog wel...'
'Echt? Moet dat nog worden aangelegd of zo?'
'Ach ja,' zegt zijn vader achteloos. 'Telefoon moet ook weer worden aangesloten. Heus, dat gaan we wel zien allemaal...'
Het is een nachtmerrie. Een horrorfilm. Zo'n afgelegen spookhuis zoals in The Conjuring
Maar zijn ouders schijnen hier niets van te merken. Levendig pratend lopen ze alweer naar beneden. En even later, als Jochem achter hen aanloopt, ziet hij hoe ze weer, opnieuw met een arm om elkaar heen, staan uit te kijken over de donker wordende, klotsende zee.
'Pa... Ma...'
Zijn ouders kijken achterom.
'Wat is er, lieve jongen?' vraagt zijn moeder.
'Ik wil dit niet,' zegt Jochem.
'Jochem...' zegt zijn vader. 'Ik begrijp best dat je het eng vindt. Maar ik zal je één ding zeggen: dit wordt je nieuwe huis. Je bent veertien. En voorlopig beslissen wij nog waar je gaat wonen. Ik beloof je dat we ons uiterste best zullen doen om het je naar de zin te maken. We willen graag dat je gelukkig bent... Maar-'
'Ik wás gelukkig,' zegt Jochem.
'Nee, dat was je niet,' zegt zijn vader. 'Je had concentratieproblemen.'
'En je zou naar een andere school hebben gemoeten,' zegt zijn moeder. 'Dat gaat nu ook gebeuren, dat weet ik wel. Maar... Ach, dat duurt nog even, hoor, eerst kun je hier een aantal weken wennen. Wij waren trouwens ook niet gelukkig, vergeet dat niet... En hier... hier kunnen we-'
'Er is hier... NIETS!'
Jochem schreeuwt dit laatste woord bijna uit. Zijn moeder schrikt daar een beetje van. Maar zijn vader is absoluut niet onder de indruk.
'Integendeel,' zegt hij. 'Kalm nou maar, jochie. Laat het eerst maar eens over je heen komen.'
Ze rijden terug naar het dorp. Haast stikkend van woede zit Jochem achterin. Maar alles om hem heen is even verontrustend, en hij beseft dat zijn ouders hier het enige zijn wat hij nog heeft...
Uit: Daan Remmerts de Vries, Geest
Ervaringen uitwisselen
5 Verhaal bespreken
Gebruik het verhaal Geest. Werk samen met twee klasgenoten of doe de opdracht klassikaal. Bespreek het verhaal.
Je kunt deze vragen gebruiken:
1 In Geest zegt Jochems vader: 'Voorlopig beslissen wij nog waar je gaat wonen.' (regel 184-185) Waarom ben je het wel of niet met hem eens?
2 Probeer je te verplaatsen in Jochem. Hoe zou jij reageren als je ouders jou vertelden dat je ging verhuizen naar het buitenland?
3 Hoe heb je je nieuwe huis op een fijne plek omschreven in de opdracht Verhaal lezen?
Bespreek welke omschrijving jullie het mooist vinden.
4 Stel je voor: een week na de verhuizing is er nog steeds geen bereik en geen wifi in Jochems huis. Doe een rollenspel met twee andere klasgenoten. Bedenk samen een gesprek tussen Jochem en zijn ouders. Verdeel de drie rollen.
Speel het gesprek na en bespreek daarna hoe het voelde om Jochem te zijn.
Leestips
Wil je meer verhalen lezen over terechtkomen op een nieuwe plek? Bekijk deze tips.
Caja Cazemier en Martine Letterie, Made by Indira
Terra houdt van shoppen en koopt het liefst veel voor weinig geld. Indira uit India moet in een spinnerij werken om de schulden van haar familie af te lossen. Op reis in India ontdekt
Terra het verhaal achter de kleren die ze koopt.
Robin Raven, De laatste reis van Garoeda Nederlands-Indië, Bandoeng, 1942. Meiske is jarig, maar iedereen is het vergeten. Meiske vlucht teleurgesteld de tuin in en ontmoet daar de geheimzinnige jongen Boetje. Samen overleven ze de bezetting door de Japanners en de moeilijke tijd in het jappenkamp.
Maar na de oorlog is niets meer hetzelfde. Zal Meiske ooit nog thuiskomen?
Danny de Vos, Toegang geweigerd Nick gaat in de zomer op vakantie naar een Grieks eiland. Lekker luxe, all-inclusive … maar de sfeer is anders dan anders, want het eiland wordt overspoeld door vluchtelingen. Nick ontmoet Zaïd. Hij gunt hem één dag vakantie en ruilt met Zaïd. Maar kan Nick nog wel terug?
Herman van de Wijdeven, Leugenaar, leugenaar
Op de ochtend van haar dertiende verjaardag ontdekt Charlie dat haar vader voorgoed is vertrokken. Ze voelt zich bedrogen. Aan haar moeder heeft ze niets. Haar vriendin praat liever over iets anders. En in de klas haalt Kat haar het bloed onder de nagels vandaan.
Op de dag dat er brand uitbreekt op school, ontstaat er kortsluiting in haar hoofd. Ze maakt een keuze die het leven van iedereen om haar heen overhoop haalt.