Hoofdstuk 6 - Argumenteren

Page 15

123 123

6.5.3

Nevengeschikte en ondergeschikte argumenten

Bij meervoudige argumentatie, dus als voor ĂŠĂŠn mening meer argumenten worden gebruikt, kunnen redeneringen erg ingewikkeld worden. Zijn de gebruikte argumenten gelijkwaardig, dan spreken we van nevengeschikte argumenten. Nevengeschikte argumenten kun je onderling van plaats verwisselen. Is een argument een ondersteuning bij een eerder genoemd argument, dan spreken we van een ondergeschikt argument of subargument. Bij ondergeschikte argumenten is een plaatswisseling niet mogelijk. Voorbeeld

Verbonden door

Een stelling gevolgd door drie gelijkwaardige nevengeschikte argumenten (drie hoofdargumenten).

Ik blijf vandaag thuis, WANT ik voel me niet echt lekker EN ik heb mijn documap niet af EN het regent.

Opsommend verband of tegenstellend verband

Een stelling gevolgd door een hoofdargument en een subargument. Het subargument is ondergeschikt aan het hoofdargument, omdat het het hoofdargument ondersteunt.

Ik blijf vandaag thuis, WANT ik voel Alle andere mogeme niet echt lekker, (hoofdargument), lijke verbanden DOORDAT ik mijn documap niet af heb. (subargument)

Nevengeschikte argumenten Als de gebruikte argumenten gelijkwaardig zijn, zijn ze nevengeschikt. Twee of meer hoofdargumenten kunnen nevengeschikt zijn, maar ook subargumenten kunnen onderling gelijkwaardig zijn en dus nevengeschikt. Een hoofdargument wordt dan ondersteund door twee of meer gelijkwaardige, dus nevengeschikte, subargumenten. Nevengeschikte argumenten zijn onderling bijna altijd verbonden door een opsommend verband (zie paragraaf 5.2.2).

Voorbeeld We brengen deze zomer onze vakantie niet in Frankrijk door, want daar zijn we nu al zo vaak geweest. Bovendien is het in Oost-Europa veel goedkoper en heeft mijn vader moeite met de Franse taal.

Schematisch kunnen we deze redenering als volgt weergeven:

Stelling: We brengen deze zomer onze vakantie niet in Frankrijk door. Argument 1 (hoofdargument): Daar zijn we nu al zo vaak geweest. Argument 2 (hoofdargument): Het is in Oost-Europa veel goedkoper. Argument 3 (hoofdargument): Mijn vader heeft moeite met de Franse taal.

Ondergeschikte argumenten Het kan ook anders. De schrijver laat een mening volgen door een (hoofd)argument, maar daarna gaat hij dat argument steunen door een of meer subargumenten. Vervolgens kan hij dan een nieuw hoofdargument gebruiken, dat eventueel weer wordt gevolgd door subargumenten. Je kunt zo tamelijk ingewikkelde redeneringen, dus ook ingewikkelde teksten krijgen.

9006104608_bw.indb 123

04-03-2008 12:44:08


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.