9 minute read

Wiettelers op straat?

Next Article
Film: Grabbelton

Film: Grabbelton

Door: Nicole Maalsté

Eind vorig jaar liet de branchevereniging van woningcorporaties Aedes weten dat steeds meer huurders het huis uit worden gezet omdat ze wiet telen. Dit is een gevolg van eerdere afspraken die het ministerie van Justitie met de woningcorporaties maakten, om een verbod op hennepteelt in de huurcontracten op te nemen. Om te voorkomen dat de teelt zich naar koopwoningen verplaatst, wil minister van Justitie en Veiligheid Opstelten nu ook dit soort afspraken maken met banken en hypotheekverstrekkers. Dit betekent dat eigenaren van koopwoningen of bedrijfspanden hun pand kunnen kwijtraken wanneer er een hennepkwekerij wordt gevonden.

De maatregel komt uit de koker van de Taskforce Aanpak Georganiseerde Hennepteelt. Op internet is te lezen dat deze Taskforce in juli 2008 voor een periode van drie jaar is ingesteld. Haar taak bestaat eruit om knelpunten bij de aanpak van de georganiseerde hennepteelt te signaleren en ervoor te zorgen dat deze worden opgelost. Daarnaast ondersteunt zij regionale korpsen met het zogenoemde barrièremodel. Dat model houdt in dat de risico’s voor hennepteelt zo groot mogelijk worden gemaakt. Op die manier proberen zij potentiële telers af te schrikken. Het maken van afspraken met woningcorporaties en hypotheekverstrekkers zijn voorbeelden van dit soort afschrikkende maatregelen. Maar zoals bekend krijgt een teler inmiddels allerlei instanties op zijn dak wanneer zijn ‘tuintje’ wordt ontdekt. Het kwijtraken van de woning is dus slechts één van de manieren om een teler en zijn gezin te straffen.

Katvangers

Volgens de tellingen van Aedes zijn er in 2009 273 huurders uit hun woning gezet vanwege een hennepkwekerij. En in 2008 overkwam 246 huurders dit. Volgens een recente schatting van de KLPD zouden er 50.000 illegale kwekerijen in Nederland zijn. Hoeveel van die kwekerijen in huurwoningen zitten, weet niemand. Maar al met al lijkt de uitzetting van een kleine 300 huurders een druppel op een gloeiende plaat. Zeker als je bedenkt hoeveel geld en energie het kost om huurders daadwerkelijk uit een woning te zetten. En de vraag is natuurlijk ook welke telers er nou precies worden afgeschrikt door deze maatregelen. In het AD van 13 januari vertelden twee anonieme telers dat panden waarin wordt geteeld vaak op naam van katvangers staan. Junken, bijstandsmoeders en anderen die het minder goed hebben getroffen. Zij mogen het pand gratis bewonen als zij het op hun naam zetten. Wanneer de wietplanten worden ontdekt, zorgt de teler dat zij in een ander pand terecht kunnen. Zelf blijft hij of zij buiten schot. Deze telers lijken zich dus niet echt te laten afschrikken door deze maatregelen.

Thuisteler Ronnie

Voor andere telers is de dreiging om hun huis kwijt te raken echter wel degelijk een issue. Ik zal dit illustreren aan de hand van het verhaal van een ex-teler die ik onlangs sprak. Ronnie is een man van begin 40. Hij heeft een moeilijke jeugd gehad, is opgegroeid in tehuizen en beschikt mede daardoor over een inke dosis straatkennis. Hij is wat je noemt een échte survivor en draagt de uiterlijke kenmerken van iemand die een zwaar leven heeft. Desondanks heeft hij een langdurige relatie weten op te bouwen en een 13-jarige zoon waar hij onnoemelijk trots op is. Ronnie verdient zijn geld als klusser en heeft daarnaast altijd allerlei handeltjes in de wiet gehad. Hij zat in de tussenhandel, reed kilootjes wiet de grens over, kweekte zelf en hielp anderen met het opzetten van ´tuinen´.

Echte biologische kweker

Aangezien Ronnie zelf ook graag een jointje rookt, was de kwaliteit van zijn wiet altijd bovengemiddeld. Bovendien vond hij het belangrijk om geen chemicaliën te gebruiken. Hij was een echte biologische kweker, zoals hij ook zijn groenten en kaas bij de biologische markt koopt. Als Ronnie over hennepplanten praat, dan verschijnt er een liefdevolle uitdrukking op zijn gezicht. Voor hem was het kweken meer dan een manier om wat extra geld te verdienen. Het was ook zijn hobby. Daar kwam echter abrupt een eind aan, toen zijn kwekerij vorig jaar werd ontdekt. Hoe dat allemaal precies is gegaan, weet hij nog steeds niet. Volgens de politie hebben zij de resten van een kwekerij aangetroffen in een pand dat Ronnie huurde. De planten zelf waren weg. Waarschijnlijk geript door iemand anders…

Zonder stroom, gas en water

Ronnie zit nu al een jaar lang zonder water, gas en elektriciteit. Dat wil zeggen: de waterkraan heeft hij gewoon weer open

gezet, de stroom is clandestien doorgetrokken via zijn bovenbuurman en koken doet hij op een gasstelletje. Maar of cieel zit hij dus zonder. De elektriciteitsmaatschappij heeft hem afgesloten omdat zij via de politie te horen had gekregen dat de verdachte had verklaard dat dit zijn tweede oogst was. Ronnie heeft nooit zo´n verklaring afgelegd en de elektriciteitsmaatschappij heeft hem ook nooit een schriftelijk bewijs laten zien van die zogenaamde verklaring. Later gaf de elektriciteitsmaatschappij aan de strafzaak tegen Ronnie te willen afwachten alvorens hem weer aan te sluiten. Maar het duurde een jaar voordat die strafzaak er eindelijk kwam. Dit wist de elektriciteitsmaatschappij overigens eerder dan Ronnie zelf...

Strafblad

Ronnie had gehoopt dat hij tijdens die strafzaak een en ander kon toelichten, maar niets bleek minder waar. De rechter wilde niet naar hem luisteren. Omdat er in een kast op de gang hennepafval is gevonden – volgens Ronnie alleen maar blad – ging de rechter ervan uit dat hij al één oogst had gedraaid. Op basis van het aantal lampen is een berekening gemaakt hoe groot de opbrengst van die oogst was en hoeveel hij daarmee zou hebben verdiend. Ronnie legt uit dat ze bij die berekening zijn uitgegaan van 35 gram per plant. Verontwaardigd zegt hij: “Ik ben geen amateur. Ik moet er minimaal 50 gram afhalen, anders begin ik er niet eens aan.” Desondanks vindt hij het merkwaardig dat ze op basis van een zak afval kunnen bepalen dat hij nog een oogst heeft gedraaid. Hij is daarom in hoger beroep gegaan.

Onbewoonbaar

Intussen zit hij formeel nog steeds zonder stroom, gas en water. Daarnaast is niet duidelijk of hij nou wel of niet uit zijn huis wordt geplaatst. Hij heeft het afgelopen jaar al verschillende keren bezoek gehad van de woningbouwvereniging en de sociale dienst. Beide instellingen zijn ervan overtuigd dat het pand onbewoonbaar is. De woningbouwvereniging had hem op een bepaald moment ook laten uitschrijven op dat adres. Hierdoor werd hij een ongewenste vreemdeling en kreeg hij problemen met allerlei andere instanties. Toen hij dit bij de gemeente wilde herstellen, werd hij doorverwezen – ja, je leest het goed – naar de immigratiedienst. Hij nam zijn huurcontract mee om aan te tonen dat hij wel degelijk op dat adres woonde, maar de immigratiedienst zei doodleuk dat zijn contract niet meer geldig was omdat het nog uit de tijd van de guldens stamde!? Woedend beet hij hen toe: “Het wetboek is ook in de vorige eeuw geschreven en dat is toch ook nog rechtsgeldig!” Pas nadat hij zijn advocaat op hen afstuurde bonden ze in en schreven ze hem weer in op zijn oude adres.

Genaaid

Maar ook de ambtenaren die ter controle langskwamen meenden dat hij onmogelijk in dat pand kon wonen. Daar hadden ze namelijk bepaalde criteria voor. Er moest op zijn minst enig comfort zijn, zoals warm water en verwarming... gevangen tussen de kast en de muur…. Volgens diezelfde richtlijnen kan er niet in een pand worden gewoond als daar wietplantjes staan. Ronnie: “Ik ken zat mensen die in hun hok slapen. Zij interpreteren de wet zoals het hen uitkomt. Je wordt gewoon genaaid. Ze behandelen je continu als iemand die de wet niet kent en zetten het hele apparaat tegen je in. Het is voor mij een hele grote muur, waar ik tegenaan kijk. Ik voel me dan echt een dwerg.” De manier waarop Ronnie wordt behandeld, leidt er bij hem toe dat hij het vertrouwen in de samenleving en de overheid volledig is kwijtge-

raakt. Als hij geen opgroeiende zoon in Nederland zou hebben, was hij naar eigen zeggen al lang weg geweest.

Bandieten

Het kan er bij hem niet in dat je alle materialen om te kweken legaal in een growshop kunt kopen, maar dat je ze niet mag gebruiken. Als ik opper dat je die spullen ook voor andere doeleinden kunt gebruiken en dat ze daarom niet verboden kunnen worden, ontsteekt hij in woede: “Maar het is toch duidelijk dat ik geen kippen ga fokken of tomaten in mijn huis ga kweken, als ik spullen in een growshop koop. Ze moeten gewoon duidelijk zijn. Het is ‘ja’ of ‘nee’. Maar nu zijn er allemaal zijweggetjes. Ik vind dat zo hypocriet. Ik kan daar niet meer tegen. Als ik de televisie aanzet, dan zie ik gewoon dat ze allemaal zitten te liegen. Dat voel ik gewoon in mijn buik. En dan wordt de ene schurk door de andere schurk verhoord in een adviescommissie. Het zijn allemaal bandieten. Ze bezuinigen op gezondheid, op bejaarden, maar het kopen van vliegtuigen gaat gewoon door. Je hebt geen keuzevrijheid meer. Ze dringen je een bepaalde manier van leven op en dat gaat in de toekomst alleen maar erger worden.”

Desillusie

Voor Ronnie is het behoud van zijn woning cruciaal. Als die wegvalt, dan belandt hij vrijwel zeker in de goot. Wiet kweken durft hij niet meer. Hij durft zelfs niet meer in de buurt te komen van een hennepplant, ook al krijgt hij van alle kanten verzoeken om advies. In die zin zou je de aanpak van justitie geslaagd kunnen noemen. Ronnie is immers opgehouden met illegale activiteiten in de cannabissector. De vraag is echter door wie het ontstane gat wordt opgevuld. Is dat een andere kleine, biologische kweker die probeert een kwalitatief hoogwaardig product te kweken, of is dat een broodkweker die vooral geïnteresseerd is in geld en wat makkelijker de spuitbus inzet?

En hoe moet het nu verder met Ronnie? Door ziekte is hij niet meer in staat om voldoende inkomsten te verwerven met klussen. Bovendien ligt de bouw behoorlijk op zijn gat. Ronnie is een gedesillusioneerde man, die geen vertrouwen meer heeft in de overheid. Hij zou dus wel eens hele gekke dingen kunnen gaan doen. Het enige wat hem nu nog op het rechte pad houdt is zijn zoon. Vanuit dat perspectief bezien is het dus nog maar de vraag of het barrièremodel wel de gewenste effecten heeft.

Huisuitzettingen

Huurachterstand is nog steeds veruit de belangrijkste reden om huurders uit hun huis te zetten. In 2009 werden 5.089 huurwoningen om die reden ontruimd. Andere redenen zijn illegale onderhuur, hennepteelt en overlast (zie tabel). Pluup Bataille, persvoorlichter van Aedes, geeft aan dat niet alle woningcorporaties hetzelfde beleid voeren bij huisuitzettingen. Bij zo’n beslissing worden allerlei factoren meegewogen. Zo wordt bijvoorbeeld gekeken naar de sociale achtergrond en speelt ook mee of het de eerste keer is of niet. Huurders worden dus niet zomaar rücksichtslos op straat gezet, hoewel er strenger wordt opgetreden als het om wietteelt gaat, dan als het om betalingsproblemen gaat. Een rechterlijke uitspraak betekent volgens hem niet automatisch dat iemand zijn huis wordt uitgezet, hoewel dat wel steeds vaker voorkomt.

Tabel 1 Aantal huisuitzettingen corporaties in 2009

Reden Aantal Huurachterstand 5.089 Onderhuur 246 Overlast 256 Hennepteelt 273 Overige redenen 27

This article is from: