Opmerkelijke vogelwaarnemingen in de Dijlevallei en omgeving December 2006
D
-
februari 2007
it overzicht van opmerkelijke en
interessante
vogelwaar
nemingen in de Dijlevallei beslaat voornamelijk de periode december 2006 - februari 2007. De bestreken regio omvat de gemeenten Kor tenberg, Herent, Bertem, Leuven, Oud-Heverlee, Huldenberg, Over
hard te maken. Sommige soorten deden het beter dan we gewoon zijn, andere dan weer minder goed. Het langdurige pleisteren van
oorten als Kleine
Zwaan (!!) en Kolgans, waarvan de grootste aantal len toch ten N van ons overwinteren, lijkt niet in dit plaatje te passen. Deze zouden we immer vooral in een strengere winter bij ons verwachten, zodat we vermoeden dat niet zozeer de warme winter, maar wel een interessanter wordende voed el ituatie deze oorten bij ons heeft gehouden. Overwinterende oorten als Smient en Grote Zilverreiger kwamen in lagere aantallen tot bij ons afgezakt dan dat de
ijse, Tervuren en de aangrenzende
voorgaande jaren het geval wa , terwijl Bergeend
gebieden.
en typische wintergasten al
De
volgende
rubriek
zal de periode maart - mei 2007 omvatten.
Waarnemingen
wor
den voor 3 juni 2007 verwacht bij Kelle Moreau, Korenbloemlaan 5, 3052 Blanden, 0486/ l 2.58. 77, kelle. moreau@gmail.com.
Brilduiker, Nonnetje
en Grote Zaagbek een vrij normale winter kenden. Van Pijlstaart en Watersnip hadden we meer win terwaarnemingen dan in de doorsnee winter, en ook Roerdompen lieten zich in positieve zin opmerken. Voor de derde winter op rij werden er winterse Klei ne Zilverreigers genoteerd, en ook een midwinter Goudplevier krijgen we in onze streek niet vaak te zien. Blauwe Kiekendief en Witgatje deden het even een
eerder goed, en Grauwe Gorzen trachten een
bescheiden winterse permanentie te onderhouden op de plateaus. Tegenwoordig is een seizoen pas uitzonderlijk als
Het Grootbroek te Sint-Agatha-Rode ontwikkelde
er geen klimatologische records worden gebroken.
zich tijdens de wintermaanden tot een slaapplaats
Tijden
de winter van 2007 was dat weer wel het
van voornamelijk Zilvermeeuwen, wat resulteerde
geval, het ging immer om de warm te winter sinds
in de waarnemingen van meerdere Pontische Meeu
het begin van de metingen. De gemiddelde tempera
wen en minstens twee verschillende Grote Mantel
tuur over de maanden december, januari en febru
meeuwen. Ook twee Dwergmeeuwen werden waar
ari bedroeg maar liefst 6,6°C, een enorme afwijking
genomen, maar dan in associatie met Kokmeeu
ten opzichte van het langjarig wintergemiddelde van
wen.
3,1°C (de vorige warm te winter was die van 1990
gewoonlijk, en ook Smelleken en Bokje waren met
met een Ti::cm van 6,1°C). Dit betekent niet dat het
slechts één waarneming slecht vertegenwoordigd.
daarom ook erg zonnig was, de totale zonneschijn
De absolute uitschieter in negatieve zin was wel
Waterpiepers waren dan weer schaarser dan
duur lag met 124 uren immers heel wat lager dan de
licht de Klapekster, van deze soort werd er tijdens
gemiddelde 168 uren. Ook viel er tijdens de winter
de wintermaanden immers geen enkele waarneming
2006 - 2007 relatief veel neer lag (270, 7 l/m2 ten op
genoteerd.
zichte van 1 6,
Eenmalige decemberwaarnemingen van Boomleeu
l/m2 in een gemiddeld jaar).
f dit zijn weer lag had op de
amen telling en de
aantallen van onze winter e avifauna valt moeilijk
42
De Boomklever ffi(]dft200/
werik en Krui bek betroffen wellicht late uitlopers van de najaar trek.