Vogels
Watervogels in regio Leuven tijdens de winters 2000/2001 en 2001 /2002 De voorbije winters hebben zich een aantal opvallende wijzigingen voorgedaan in het voorkomen van enkele watervogelsoorten in het Dijleland: een sterke toename van de aantallen Krakeend en Slobeend, grotere groepen pleisterende Smienten en Wintertalingen, terwijl Bokje, Roerdomp en Grote Zilverreiger langzaamaan 'wekelijkse¡ kost' worden... Maar ook de doorbraak
en masse
van Canadese Gans en de gestage opmars van de aantallen overwinterende Aalscholvers. De toename van een aantal van deze soorten houdt duidelijk verband met de recente vernatting van een aantal zones in de vallei.
In
1967
is men in Vlaanderen gestart met het systematisch tellen van
overwinterende watervogels. Opzet van dit monitoringproject is om zicht te krijgen op de verspreiding, het voorkomen en de aantalsevolutie van in Vlaanderen overwinterende watervogels, en om zodoende te komen tot een betere bescherming van belangrijke waterrijke gebieden. GecoĂśrdineerd door het Instituut voor Natuurbehoud worden elke winter zes mid-maandelijkse tellingen georganiseerd. En hoewel voor de meeste soorten de overwinterende aantallen in het Dijleland van geringe betekenis zijn op Vlaams niveau, hebben de watervogeltellingen in de loop der jaren heel wat interessante informatie opgeleverd over het voorkomen en de aantalsevolutie van in de streek overwinterende en doortrekkende watervogels. Deze bijdrage bespreekt bondig de aantallen watervogels in telregio Leuven tijdens de winters 2000/2001 en 2001/
2002 alsook recente ontwikkelingen in het voorkomen van enkele soorten.
Werkwijze Telregio "Leuven" omvat de gemeenten Kortenberg, Herent, Bertem, Leuven, Oud-Heverlee, Huldenberg en Bierbeek (Figuur
1). De teldata tijdens het winterhalfjaar 2000/2001 waren 14/15 oktober 2000, 11 /12 november 2000, 16/ 17 december 2000, 13/14 januari 2001, 17 /18 februari 2001 en 17 /18 maart 2001. Tijdens het winterhalfjaar 2001 /2002 werd geteld op 13/14 oktober 2001, 17 /18 november 2001, 15/16 december 2001, 12/13 januari 2002, 16/17 februari 2002 en 16/17 maart 2002. Er werden vier types tellingen georganiseerd. Prioritair waren de midmaandelijkse dagtellingen van de vijvergebieden in de regio (Figuur
1) ,
waarbij nu ook
Waterhoen en steltlopers meegeteld werden. Negen gebieden werden tijdens de behandelde periode maandelijks geteld (Figuur
1). 111