Voetballen zit Boy de Bruin (22) in het bloed. Toen hij via het Leger des Heils gevraagd werd om mee te doen aan de Dutch Street Cup, twijfelde hij dan ook geen seconde. En met resultaat: Team Rotterdam won voor de derde keer het nationale straatvoetbaltoernooi en mag in oktober naar het wereldkampioenschap in Mexico. Tegen een leven als voetbalprof zegt Boy geen nee, maar huisschilder worden is ook goed. Als er maar brood op de plank komt. “Ik heb nu een vriendin en als ik straks kinderen krijg, wil ik hen ook kunnen meenemen op vakantie.” Voor de derde keer wonnen de straatvoetballers van Team Rotterdam de Dutch Street Cup, dit keer van aartsrivaal Amsterdam. Wel waren er penalty’s nodig om met de hoogste eer te kunnen strijken… Boy praat niet graag over zijn verleden. Liever kijkt hij naar de toekomst. Voor dit interview maakt de Rotterdamse straatvoetballer een uitzondering. “Ik betaalde mijn boetes en schulden niet, ik was nergens voor verzekerd, ik ging met de verkeerde vrienden om. Ik haalde mijn VMBO-diploma met de richting Techniek. Daarna begon ik aan allerlei opleidingen, maar ik werd steeds weggestuurd. De opleiding Beveiliging kon ik niet afmaken wegens mijn strafblad. Later deed ik Zorg en Welzijn, daarna Logistiek medewerker.” Op de vraag waar het steeds misging, antwoord Boy enigszins terughoudend: “Ik heb veel meegemaakt en dan kies je snel de gemakkelijkste kant. Mijn moeder overleed toen ik negen jaar was. Mijn vader is bij mijn geboorte weggegaan. Mijn stiefvader en ik kunnen niet goed met elkaar opschieten. Ik ging daarna met de verkeerde mensen om en zo ging ik vanzelf het verkeerde pad op. Ik verdiende snel veel geld en dat was erg verleidelijk. Waarmee? Met slechte dingen. Het is verleden tijd, ik wil daar niet te diep op ingaan De ommekeer kwam toen Boy een tijdje in detentie zat. “Ik ging daar nadenken en wilde stoppen met mijn oude leven; zo zou ik nooit een toekomst kunnen opbouwen. Daarom stopte ik ook met verkeerde vriendschappen en ik kreeg daar betere vrienden voor terug. Ik doe nu mijn
16 | strijdkreet
best en betaal mijn rekeningen. Het gaat zo goed dat ik maar één keer per drie weken de reclassering zie, terwijl één keer per week normaal is. Binnen een paar maanden heb ik mijn eigen huis. Ik wil graag huisschilder worden. Ondanks mijn technische opleiding zie ik mijzelf niet in een autogarage werken; juist de vrijheid van het buiten werken vind ik prettig. Beetje schuren, beetje verven, muziekje aan. Ik zou ook een uitkering kunnen krijgen, maar ik wil juist meer geld verdienen. Bovendien houd ik niet van stilzitten en je draait beter mee in de maatschappij als je werk hebt. Ik heb nu een vriendin en als ik straks kinderen krijg, wil ik hen ook kunnen meenemen op vakantie.” Boy weet inmiddels goed wat hij wil. Hij woont bij Jongleren, een afdeling van het Leger des Heils die jongeren begeleidt om zelfstandig te kunnen leven en wonen. “Hij zit daar niet voor zijn zweetvoeten,” merkt Boys voetbalcoach Lucas Kokje op z’n Rotterdams op. Via de ACT, een organisatie die jongeren helpt met het regelen van allerlei praktische zaken zoals werk, school en een woning, kwam Boy bij het Leger des Heils terecht. “Ik had eerst een intakegesprek om te kijken of ik bij hen paste. Dat was zo. Op 6 januari 2012 ging ik begeleid wonen in een flat, onder hun toezicht. Ze helpen me met het op tijd betalen van rekeningen, met het regelen van een ziekenfonds, een huisarts, een tandarts, dat soort dingen. Nee, ze hoeven niet te helpen met schoonmaken, dat kan ik zelf prima. Ik wil nu vooral aan mijn eigen toekomst werken. Het doel is dat ik uiteindelijk op mezelf leer wonen.” In zijn periode bij het Leger des Heils vertelde een begeleider Boy en zijn medebewoners dat ze twee keer per week mee mochten trainen met het Rotterdamse straatvoetbalteam. “Als we goed genoeg waren, konden we meedoen met toernooien. Ik was goed genoeg en ik draaide lekker mee. Of ik het spannend vond? Tuurlijk. Je moet jezelf wel bewijzen. Maar het ging prima. Met voetbal kan ik mij goed uiten; als ik voetbal, ben ik gelukkig. Ik houd gewoon van het spelletje. Ik hoef niet per se heel goed te worden, maar als ik met voetbal mijn geld zou kunnen verdienen, is dat natuurlijk mooi mee genomen. Nu investeer ik meer in werk dan in voetbal, want voetbal is veel onzekerder. Als ik kon kiezen tussen een baan als voetballer of huisschilder, zou ik voor voetballer kiezen. Hoe ik mijn toekomst zie? Gewoon: huisje, boompje, beestje. En vaak op vakantie.”