KVW 2010

Page 9

Donderdag De trollen en het mysterie rondom het grote sprookjesboek (basisschoolgroep 2, 3 en 4) Vanmorgen, toen iedereen aankwam in het sprookjesbos, zat daar een tovenaar in zijn laboratorium. Hij had een groot sprookjesboek waarin alles stond wat er in het sprookjesbos gebeurde. De tovenaar vertelde dat hij wel eens last had van trollen die ook in het sprookjesboek wilden staan, maar de tovenaar vond dat geen goed idee. Om zich tegen de trollen te beschermen, had de tovenaar een toverstok waarmee hij de trollen steeds wegjoeg. Dan kwamen Roodkapje en de wolf langs, maar … wat zagen zij er vreemd uit. Dat klopte natuurlijk niet en de tovenaar ging in het sprookjesboek kijken. Opeens schrok de tovenaar, want er bleken bladzijdes te zijn verdwenen uit zijn sprookjesboek. Daardoor zagen de wolf en Roodkapje er ook zo raar uit. Dat moest het werk van de trollen zijn geweest. De tovenaar besloot om eens in zijn magische bol te kijken wat er allemaal aan de hand was. Hij zag dat er allerlei vreemde dingen gebeurden in het sprookjesbos en vroeg de kinderen om hulp om de gestolen bladzijdes weer terug te vinden zodat alles weer normaal werd. De tovenaar legde aan iedereen uit hoe de toverstok werkte en leerde de kinderen en hun groepsleiding de toverspreuk “Tri tra trol, jij bent een flapdrol”. Hierna gingen de groepen op pad in het sprookjesbos om de sprookjesfiguren te helpen en de ontbrekende bladzijdes van het sprookjesboek te zoeken. In het bos moest iedereen er natuurlijk uitzien als een echte tovenaar en dus iedereen werd omgetoverd. Verderop in het bos was de reus zijn schoenen kwijt en moesten de kinderen hem helpen zijn schoenen terug te vinden. Doordat Klein Duimpje een spoor van broodkruimels had gemaakt, konden de schoenen snel gevonden worden. Er waren ook nog meer enge figuren in het sprookjesbos. Er lag een trol in een gat met stro te slapen, maar had wel een bladzijde van het boek vast. Gelukkig waren er voldoende stoere kinderen die deze bladzijde durfden af te pakken van de slapende trol. Onderweg waren er ook voldoende plaatsen waar de kinderen iets te drinken kregen en een appel kregen. Ze moesten wel uitkijken want de appel kon vergiftigd zijn. Alle sprookjesfiguren deden vreemde dingen. Zo zat vrouw Holle vast in de tunnel en moesten de kinderen haar helpen om uit de tunnel te komen. Dit was voor sommige groepen best wel eng. Bij de fakir heeft iedereen geoefend om te vliegen net zoals de fakir. De kinderen hebben ook mogen proberen wat sterker was, een huis van stro, een huis van steen of een huis van hout. Holle Bolle Gijs eet alles en heeft altijd honger. De kinderen, leiders en leidsters mochten nu ook van het eten van Holle Bolle Gijs proeven en moesten ze raden wat het was. Nadat alle sprookjesfiguren geholpen waren in het sprookjesbos en er weer een hoop bladzijdes van het sprookjesboek gevonden waren, was het al weer tijd om terug te gaan naar de tovenaar. De kinderen gaven alle bladzijdes die ze gevonden

9


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.