91364-1_T_v1_Tastbare_1_Trimboxes_ipp Page 167
15-Jan-15
Historische buitenplaatsen ‘Zy zingt: hoe ‘t Stichts gewest, van Vrankrijks juk ontslagen, In luister toenam na ‘t verloop der oorlogsplaagen: Hoe weide en beemde op niew herleefden, en het woudt Weer quam te voorschyn met paleizen trots gebouwt: Hoe HEEMSTEDE uitmunt in plantagiën en hoven, En ‘t schoonste landtjuweel van Utrecht gaat te boven: Hoe ‘t aadlyk veldthuis, door VELDTHUIZENs vlyt zoo zeer Verheerlykt, al zyn roem verplicht blyft aan dien Heer. Een lange en diepe laan, met ypen, beuken, linden, Met elst, en es bepoot, versiert aan elken kant Met starrebossen, naar de maat en eisch geplant, Lacht ons van verre toe, en noodt ons aan te treeden.’
Uit: Lucas Rotgans, Poëzy, van verscheide mengelstoffen, Leeuwarden 1715, p. 265-278. Geschreven na 1691. Het gehele hofdicht over de buitenplaats Heemstede telt 380 regels. Hierin worden de tuinen uitgebreid beschreven, maar aan het interieur van het huis zijn slechts enkele regels gewijd. De buitenplaats dateert van 1645. Diederick van Velthuysen was eigenaar van Heemstede 1680-1716. Heemstede behoorde met Het Loo, De Voorst en Zeist tot de vier grote 17de-eeuwse Nederlandse buitenplaatsen in formele stijl met een geconcentreerd assenstelsel. Het huis was intern verfraaid met schilderingen van Daniël Marot. De tuin was een stijlzuiver voorbeeld van formele tuinaanleg naar Frans voorbeeld. In 1987 is het huis afgebrand, maar in 1999 weer opgebouwd.