Dolf Henkes en Curacao

Page 1

DOLF HENKES EN CURAÇAO

DOLF HENKES EN CURAÇAO

De Rotterdamse kunstenaar Dolf Henkes stapte eind 1945 op uitnodiging van de arts en kunstenaar Chris Engels op de boot naar Curaçao. Hij nam vijftig schilderijen mee en zou er twee belangrijke muurschilderingen gaan maken; in het Stationsgebouw van Vliegveld Hato en in de kapel van het Sint Elisabeth Hospitaal. Halverwege 1947 zou hij doorreizen naar Mexico en New York. Curaçao maakte een diepe indruk op hem na die donkere oorlogsjaren thuis – de kleuren, het licht, het leven van alledag. De archetypische kenmerken en thema’s van het eiland wist hij te verwerken in een heel eigen, moderne beeldtaal. Hij sloot het eiland in zijn hart en dat zou van blijvende invloed op zijn werk zijn.

CATHY JACOB (RED), DAVID BADE, VERELE ENGELS, ERIK HAMMERSTEIN, JAN DE HEER,

9 789460 224454 >

DolfHenkes_COVER_Eng|NL.indd 1

JULIE HENGEVELD, SANDRA SMETS, JENNIFER SMIT, TIRZO MARTHA EN NATHALIE MENKE

11-07-18 12:25



DOLF HENKES EN CURAÇAO

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 1

11-07-18 13:58


DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 2

11-07-18 13:58


INHOUDSOPGAVE

VOORWOORD

5

Minister van Onderwijs Wetenschap Cultuur en Sport

INLEIDING

9

Erik Hammerstein, Cathy Jacob

1

DE CULTURELE SCENE OP CURAÇAO IN DE JAREN VEERTIG EN VIJFTIG VAN DE TWINTIGSTE EEUW

13

Verele Engels

2

DOLF HENKES EN ANDERE NEDERLANDSE KUNSTENAARSVRIENDEN VAN CHRIS ENGELS OP CURAÇAO

17

Julie Hengeveld

3

DE ‘CURAÇAOSE’ SCHILDERIJEN VAN DOLF HENKES

21

Jennifer Smit MUURSCHILDERINGEN OP CURAÇAO

51

Sandra Smets OPDRACHTEN EN TENTOONSTELLINGEN OP CURAÇAO

57

Jan de Heer, Nathalie Menke

4

DOLF HENKES ALS VOORBEELD

61

David Bade, Tirzo Martha

KRONIEK VAN EEN KUNSTENAARSLEVEN

67

OVERZICHT

73

NAWERK

89 89 90 92 93

LITERATUUR AUTEURS VERANTWOORDING COLOFON

DOLF HENKES IN ZIJN ATELIER OP HET HARINGVLIET, ROTTERDAM ca. 1950 particuliere collectie

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 3

11-07-18 13:58


DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 4

11-07-18 13:58


VOORWOORD Cultuur is de basis van de ontwikkeling van een gemeenschap. Het is tevens een zeer essentiële bouwsteen voor de Nation Building in een maatschappij. Een cultuur van eenheid in diversiteit verrijkt het gevoel van saamhorigheid en versterkt de drang om vanuit ons cultureel erfgoed samen te werken naar de toekomst in gezamenlijkheid. Ons cultureel erfgoed is van groot belang voor ons historisch besef en onze gezamenlijke identiteit. Daaraan wordt in belangrijke mate bijgedragen door het erfgoed dat letterlijk ‘op straat’ ligt: de huizen, het historische centrum van Willemstad dat vanaf 1997 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staat, maar ook de nog zichtbare kunstwerken zoals de muurschilderingen van Dolf Henkes. Cultureel erfgoed gaat over ons gezamenlijke verleden, over samenleven, solidariteit en duurzaamheid. Het behoud ervan is van groot belang. Een omgeving die ons sporen uit het verleden laat zien, vormt een tastbaar en voor iedere burger beleefbaar element uit dat gezamenlijke verleden. Zo’n omgeving trekt ook toeristen, die zorgen voor een belangrijke wisselwerking en culturele verrijking tussen de lokale en internationale menselijke diversiteit. Ik onderschrijf volledig het beleid waarin wij met z’n allen voor een ieder duidelijk moeten maken hoe wij om moeten gaan met ons gezamenlijk cultureel erfgoed. Kunsteducatie in het onderwijs is daarom een zeer essentieel onderdeel van het bewustwordingsproces. Wij dragen met elkaar de verantwoordelijkheid voor het erfgoed; immers het is onvervangbaar: weg is weg! Onze focus moet dan ook liggen op onze gemeenschappelijke verantwoordelijkheid voor behoud voor de huidige en toekomstige generaties. Het erfgoed moeten we in de leefomgeving positioneren en het belang ervan voor de maatschappij onder de aandacht brengen. Dit kunnen we doen door het culturele erfgoed te verbinden met allerlei andere beleidsterreinen zodat het er een integraal onderdeel van wordt. Ons gezamenlijk cultureel erfgoed heeft een meervoudige waarde waaronder een economische waarde, juist vanwege de gelaagdheid van dit cultureel erfgoedlandschap. Een integrale kijk op cultureel erfgoed biedt kansen om de identiteit van een gebied te duiden en te verbinden met ambities voor de toekomst. Het domein van erfgoed en ruimte is veel breder dan alleen monumenten of archeologie. Het gaat over het grote verhaal van ons gezamenlijke verleden als identiteit en inspiratiebron voor de toekomst. In het beleid pleit ik voor cultuurhistorische waarden en in de rol van het cultureel erfgoed in de maatschappij belichten we tegelijkertijd ook het belang van verschillende identiteiten en waarden binnen het maatschappelijk gedachtegoed van ons allen. Ik ben Stichting Henkes zeer erkentelijk voor het initiatief van de manifestatie Henkes op Curaçao. Hiermede wordt een begin gemaakt met het vastleggen van ons gezamenlijk cultureel erfgoed, een weerspiegeling van het verleden, het heden en de toekomst. Het geeft de balans tussen verschillende culturele waarden en identiteiten waarbij diversiteit hoog in het vaandel staat. MEVR. DRS. MARILYN ALCALÁ-WALLÉ

Minister van Onderwijs Wetenschap Cultuur en Sport

5

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 5

DOLF HENKES EN CURAÇAO

11-07-18 13:58


VOORWOORD

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 6

DOLF HENKES EN CURAÇAO

6

11-07-18 13:58


7

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 7

DOLF HENKES EN CURAÇAO

VOORWOORD

11-07-18 13:58


DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 8

11-07-18 13:58


INLEIDING Het zal toch niet waar zijn, de verdwenen muurschildering van Dolf Henkes op Hato is weer teruggevonden! Een onbekende uit Curaçao stuurt ons een bericht: achter een grote reclameposter en een recenter schilderij van Alfonso Gonzalez uit 1993 zou het werk van Henkes zich nog bevinden. Dit is de aanleiding om in 2015 en 2016 naar Curaçao af te reizen, op zoek naar de sporen die de Rotterdamse kunstenaar Dolf Henkes (1903 – 1989) op het tropische eiland heeft achtergelaten. En inderdaad, de resten van het middendeel van de in 1946 vervaardigde muurschildering op het vliegveld zijn bewaard gebleven. Helaas is het drieluik ontdaan van zijn zijluiken maar het is onmiskenbaar een Henkes. Ook zijn er andere sporen te vinden van Henkes, die op uitnodiging van zijn Rotterdamse jeugdvriend Chris Engels direct na de oorlog per tankschip ‘Barendrecht’ naar Curaçao zou afreizen [p. 6 -7]. De muurschildering in de kapel van het Sint Elisabeth Hospitaal in Willemstad en schilderijen en tekeningen bij particulieren en in Het Curaçaosch Museum zijn van zijn hand. Bovendien blijkt er een levendige oral history te zijn. Ook in het bestuurlijk circuit is Henkes een bekende: in het Gouvernementsgebouw in Willemstad hangen vijf schilderijen, naast werken van Charles Eyck, die net als Henkes een kunstenaarspassant was op Curaçao. Dolf Henkes was een autodidact die in Rotterdam als bewoner van het havenschiereiland Katendrecht sterk met zijn stad verbonden was. Hij had een heel eigen handschrift en stijl en liet zich niet meeslepen door nieuwe stromingen of kunstenaarsbewegingen. Na zijn verblijf op Curaçao betrok hij zijn atelier aan het Haringvliet aan de rechteroever in Rotterdam. Een eigenzinnig kunstenaar, vergroeid met zijn stad, waar hij veel monumentaal werk achterliet. Maar het leven buiten zijn stad trok hem ook aan en zo reisde hij naar Curaçao, Mexico, New York en vele landen in Europa. Henkes liet in 1987, twee jaar voor zijn overlijden in 1989, ruim 3.500 werken, zijn archief en het auteursrecht op zijn werk na aan de Rijksdienst

9

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 9

Beeldende Kunst, de rechtsvoorganger van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Zijn bescheiden vermogen en dat van zijn broer Jan en zus Marie vormden de basis voor twee fondsen bij het Rijk en bij de Stichting Henkes. Deze fondsen financieren de naar hem genoemde tweejaarlijkse Dolf Henkes Prijs. Onze bezoeken in 2015 en 2016 vormden de basis voor Henkes op Curaçao, een grootschalig kunstproject ter ere van Dolf Henkes. Door verschillende partijen is meegedacht, met als resultaat tentoontoonstellingen in Het Curaçaosch Museum, IBB (Instituto Buena Bista) en het Maritiem Museum Curaçao, een tentoonstellingscatalogus, rondleidingen over het eiland en een educatief project voor het voortgezet onderwijs op Curaçao en Bonaire. In deze catalogus leest u in HOOFDSTUK 1 over de culturele scene van de jaren veertig en vijftig op het eiland waar Henkes terechtkwam, in HOOFDSTUK 2 over andere kunstenaars die in die jaren naar Curaçao afreisden, in HOOFDSTUK 3 over de werken die Henkes maakte op Curaçao en in HOOFDSTUK 4 over het belang van de ‘passantenkunstenaars’ tot op de dag van vandaag. Het boek sluit af met een korte biografie en een overzicht van gemaakte werken door Henkes op Curaçao. De conclusie die we kunnen trekken is niet nieuw maar moet herhaald blijven worden: de aandacht voor de culturele geschiedenis van een samenleving is van belang en daarin spelen beeldende kunstenaars een belangrijke rol. In hun werk reflecteren ze op het leven en op de plek waar ze zich bevinden. Henkes is hier een voorbeeld van, hij brengt een ode aan het eiland

DOLF HENKES EN CURAÇAO

11-07-18 13:58


MUURSCHILDERING IN DE KAPEL VAN HET SINT ELISABETH HOSPITAAL, CURAÇAO, 1977

INLEIDING

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 10

DOLF HENKES EN CURAÇAO

10

11-07-18 13:58


en de gemeenschap door impressies te vangen in zijn werk. Henkes heeft hiervoor, zoals in hoofdstuk 3 wordt aangetoond, een eigen iconografie ontwikkeld, waarbij hij de van oudsher archetypische kenmerken van het eiland in een moderne beeldtaal wist te vertalen. Voor en na hem waren er nog vele andere kunstenaars die dat zouden doen. Dit belang van de kunst is iets om te koesteren. Dit kunstproject had niet kunnen bestaan zonder het enthousiasme van een groot aantal mensen zowel op Curaçao als in Nederland. Onze dank gaat in het bijzonder uit naar Rien te Hennepe, de ‘onbekende’ die de muurschildering op Hato herondekte en de bal aan het rollen bracht. Ook dank aan Verele Engels, Julie Hengeveld en Jennifer Smit die een warm welkomstcomité vormden bij ons eerste bezoek aan Curaçao en ons de weg wezen tot aan het einde van het project. En dank aan David Bade en Tirzo Martha, zij erkenden direct dat Dolf Henkes een belangrijke kunstenaarspassant op het eiland is geweest. En dank aan Het Curaçaosch Museum met Judaline Cyntje als manager en Sanne van Dullemen als voorzitter, Maritiem Museum Curaçao met Thamara Moreno Vervuurt als directeur en Mimoun Himmit en Marieke Knol die vanuit Bonaire met Fundashon Plataforma Kultural het educatieproject ontwikkelden. Tot slot natuurlijk dank aan de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, de beheerder van de nalatenschap van Dolf Henkes en onze samenwerkingspartner in dit project. Wij zijn hen erkentelijk voor het ruimhartige bruikleenbeleid en hun enthousiasme en expertise om van dit onalledaagse project een succes te maken. Laat Henkes op Curaçao een pleidooi zijn om te zorgen voor ons cultureel erfgoed. Vanuit die gedachte doen wij ook een oproep voor het behoud van de muurschildering in de kapel van het Sint Elisabeth Hospitaal, de schildering die nu nog te zien is, maar voor ieders oog in verval raakt. Wie maakt zich verantwoordelijk voor zorgvuldig behoud hiervan? Vanuit Stichting Henkes willen wij hier tot slot ook aandacht voor vragen. ERIK HAMMERSTEIN (VZ) CATHY JACOB

Stichting Henkes

11

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 11

DOLF HENKES EN CURAÇAO

INLEIDING

11-07-18 13:58


DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 12

11-07-18 13:58


1

DE CULTURELE SCENE OP CURAÇAO IN DE JAREN VEERTIG EN VIJFTIG VAN DE TWINTIGSTE EEUW VERELE ENGELS

Om de bijzondere plek die Dolf Henkes (Rotterdam 1903 – 1989) inneemt in de Curaçaose kunstgeschiedenis in de jaren veertig en vijftig weer te geven, moeten we eerst een stap terug zetten in de tijd en de belangrijkste gebeurtenissen aangeven die hebben geleid tot zijn komst naar Curaçao. Het Curaçaose culturele erfgoed van eind negentiende eeuw werd door Felix Robert Casper Soublette (1846 – 1921) en zijn zoon Robert Joseph (‘Tito’) (1870 – 1938) vastgelegd door middel van een niet lang daarvoor ontdekt medium: de fotografie. Zij legden zich niet alleen toe op portretfotografie, maar fotografeerden ook de bijzonder bedrijvige omgeving rond de Sint Annabaai, waar stoomschepen hun waar aan de kades losten. Behalve de stad fotografeerden de Soublettes ook het platteland, de ‘kunuku’, met de landhuizen, de hutjes en de baaien. Schrijver, schilder en beeldhouwer John de Pool (Curaçao 1863 – Panama 1947) probeerde ook de eigen omgeving vast te leggen, maar op een andere wijze. In zijn memoires in Del Curaçao que se va (Van het Curaçao dat voorbijgaat) beschrijft hij het eiland zoals dat eruitzag vóór 1935. Op het gebied van de schilderkunst zijn in de negentiende en begin twintigste eeuw twee groepen te onderscheiden: kunstenaars die een opleiding hebben genoten, de upper class en de autodidacten die werden gevormd door het rooms-katholieke tekenonderwijs. Tot de eerste groep behoorden onder anderen Cornelis Gorsira (1848 – 1924) en de componist Charles Maduro (1884 – 1947). Tot de tweede groep behoorde Johnny J. Ecker jr. (1884 – 19**). Net als Ecker schilderden Jozef Cornelis (Nechi) Pieters (1898 – 1960) en Willem Kroon (1886 – 1949) impressionistisch klassiek naar traditioneel westers perspectief.

13

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 13

Met de komst van de Shell in 1915, veranderde de maatschappij ingrijpend, van agrarisch naar industrieel. De Curaçaose samenleving raakte in een stroomversnelling, zowel op economisch als sociaal gebied. Omdat het lokale arbeidsaanbod te gering was, kreeg Curaçao te maken met arbeidsmigratie. De bevolking nam drastisch toe. Meerdere personeelsleden van Shell begonnen te schilderen, veelal voor een afscheidscadeau bij iemands terugkeer naar Nederland. Voornamelijk waren dat landelijke en stadstaferelen. Eén van de bekendste kunstenaars uit deze groep is Michiel (‘Giel’) Hagedoorn uit Rotterdam (1911 – 1988) wiens werken nog steeds prijken in veel Curaçaose huizen. Chris Engels (Rotterdam 1907 – Curaçao 1980) komt in 1936 met echtgenote Barbara als de eerste uitgezonden Nederlandse katholieke geneesheer op verzoek van monseigneur P.J.H. Verriet1 op Curaçao aan. Een jaar later keert hij volledig terneergeslagen terug naar Rotterdam met zijn gebalsemde overleden echtgenote. Het is het door Henkes geschilderde portret van Barbara – dat Engels niet gelijkend vond – dat maakte dat Engels, terug op Curaçao, haar zelf trachtte te portretteren. Hij dacht dat als hij zijn ogen maar zou sluiten, hij haar feilloos kon tekenen, maar het lukte niet. Hij probeerde toen een zelfportret, dat wel lukte en al jaren in bezit is van het Stedelijk Museum Amsterdam. Dit was het begin van

DOLF HENKES EN CURAÇAO

11-07-18 13:58


EX LIBRIS DR. CR. ENGELS, ca. 1945 particuliere collectie

AANKONDIGING TENTOONSTELLING IN GOUVERNEMENTS BOEKERIJ TE WILLEMSTAD, 1945 particuliere collectie

OMSLAG DE STOEP NO. III 1, 1949 gedrukt op papier 27,4 x 21,2 cm particuliere collectie

HOOFDSTUK 1

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 14

DOLF HENKES EN CURAÇAO

14

11-07-18 13:58


Engels’ bijzondere schilderscarrière en voortrekkersrol op het gebied van de kunst en de literatuur. Dolf Henkes was zijn hele leven bevriend met Chris Engels. Beiden werden in Rotterdam geboren, waren rooms-katholiek en sociaal strijdvaardig. Bij de eerste expositie van Henkes in het Zeemanshuis Stella Maris in Katendrecht in 1931 verricht Engels de opening. De bijzondere vriendschap, het wederzijds begrip en respect zijn bepalend geweest in het leven van Henkes en Engels, afzonderlijk en tezamen. In 1941 ontvangt Engels waarachtig een brief van Henkes. Engels beantwoordt deze brief met de wens dat Henkes naar Curaçao komt en suggereert de mogelijkheid voor een opdracht van een monumentaal werk in het hospitaal. Vlak na de bevrijding in mei 1945 schrijft Henkes dat hij komt. Engels schrijft terug dat hij werken mee moet nemen, hij wil een expositie voor hem organiseren. In 1939 treedt Engels in het huwelijk met Lucila Boskaljon, dochter van Rudolph Boskaljon, oprichter van het Curaçaosch Philharmonisch Orkest. Gedurende de hele Tweede Wereldoorlog komen meerdere kunstenaars en schrijvers wekelijks naar het atelier van Chris en Lucila Engels op het Molenplein in Otrobanda in Willemstad om te discussiëren over elkaars werk. Vaste gasten waren onder andere Shon May Henriquez-Alvares Correa, Charles Corsen, Ben Smit, Ru Jas en schrijver Tip Marugg. Met deze bijeenkomsten doet de moderne kunst haar intrede op Curaçao. In november 1945 komt Henkes op Curaçao aan waar hij tot april 1947 blijft, te gast bij Chris en Lucila Engels. De beloofde expositie krijgt hij inderdaad en hij maakt twee grote muurschilderingen in opdracht. Hij verkoopt veel werk, maakt plaatselijk nieuw werk en draagt bij aan Engels’ tijdschrift De Stoep.² Stuk voor stuk uitingen van de kruisbestuiving die er altijd is geweest tussen Henkes en Engels, tussen de schilder en de dichter. Was Dolf Henkes erbij toen Chris Engels op oudejaarsavond 31 december 1945, wachtend op de bisschoppelijke zegen op het Brionplein, tegen zijn schoonvader zei dat er teveel verloren ging en dat het tijd werd dat er een museum kwam? Het is zeer goed voor te stellen dat Henkes heeft bijgedragen aan dit idee en dat hij het zaadje voor een kunstmuseum heeft helpen planten.

15

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 15

In april 1947 reist Henkes naar Mexico voor een tentoonstelling en daarna terug op Katendrecht. Zijn reis naar Curaçao en Mexico heeft blijvende invloed gehad op zijn werk en hij liet onmiskenbaar een bijzondere en tastbare erfenis na aan Curaçao.

1. Petrus Joannes Hubertus Verriet O.P. (1880 – 1948) was tot zijn dood een apostolisch vicaris op Curaçao en titulair bisschop van Eleutherna. 2. De Stoep is een literair tijdschrift dat verscheen van 1940 tot mei 1951. Het werd uitgegeven in Willemstad op Curaçao. Van de eerste nummers vormden F.J. van der Molen en Luc Tournier de kernredactie. Luc Tournier, het schrijverspseudoniem van Chris Engels, was de constante factor, de drijvende kracht achter het blad.

DOLF HENKES EN CURAÇAO

HOOFDSTUK 1

11-07-18 13:58


DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 16

11-07-18 13:58


2

DOLF HENKES EN ANDERE NEDERLANDSE KUNSTENAARSVRIENDEN VAN CHRIS ENGELS OP CURAÇAO JULIE HENGEVELD

Dolf Henkes kreeg door bemiddeling van zijn oude vriend Chris Engels uit Rotterdam in 1945 een ‘lang en vurig gewenste’ opdracht: het vervaardigen van muurschilderingen in de kapel van het Sint Elisabeth Hospitaal op Curaçao. Twee jaar later reist Chris Engels met zijn vrouw Lucila Engels-Boskaljon (1920 – 1993) ‘als postillon en cherchant l’amour’ naar Europa waar zij met jonkheer Willem ‘Wil’ Sandberg (1897 – 1984), directeur van het Stedelijk Museum Amsterdam, spreken over de vorm en inhoud van het op te richten Curaçaosch Museum. Via Sandberg, met wie vanaf dat moment een warme vriendschap werd opgebouwd, zou Engels in contact komen met kunstenaars en internationale culturele sleutelfiguren die tentoonstellingen op Curaçao mogelijk konden maken.1 Bijna gelijktijdig met de opening van Het Curaçaosch Museum in 1948 in Willemstad wordt in Amsterdam de Stichting voor Culturele Samenwerking tussen Nederland, Indonesië, Suriname en de Nederlandse Antillen (STICUSA) opgericht. De stichting organiseert en financiert niet alleen reizende tentoonstellingen die in Het Curaçaosch Museum en het Cultureel Centrum Curaçao te zien zijn, maar maakt ook uitzendingen van kunstenaars naar het eiland mogelijk. De uitgezonden kunstenaars werden op voorspraak van Engels, veelal na een voorstel van Sandberg, uitgenodigd, waarna STICUSA de financiële afwikkeling op zich nam. Dolf Henkes kwam overigens op eigen kosten naar Curaçao. De eerste Nederlandse kunstenaar die na het verblijf van Dolf Henkes het eiland aandoet en met wie Engels bevriend raakt is de architect en meubelmaker Gerrit Rietveld (1888 – 1964). Het verblijf van Rietveld in 1949 duurde drie weken. Er vloeide

17

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 17

een opdracht voor het Mgr. Verriet Instituut, een instelling voor gehandicapte kinderen, uit voort en een ‘in de loop der tijd groeiende vriendschap’.2 Engels en Rietveld wisselden portretten3 uit als ‘blijk van wederzijdse betuiging van sympathie en respect’.4 De groeiende verstandhouding is ook af te lezen aan de aanhef van de brieven die Engels aan Rietveld schreef. Van ‘Hooggeachte heer Rietveld’ tot ‘Onze beste Riet’.5 Engels schrijft zelf ook in de publicatie Luc Tournier 70. Portretten en ontmoetingen dat ‘Riet en ik geestverwanten zijn’.6 In de winter van 1951 – 1952 werkte Frieda Hunziker (1908 – 1966) een aantal weken op Curaçao. Zij woonde in het ‘tuinhuisje’ op het terrein vanHet Curaçaosch Museum in Willemstad.7 De vele tekeningen en aquarellen die hier ontstonden verwerkte ze later in schilderijen. Volgens Engels werkte zij als een bezetene.8 Op uitnodiging van het echtpaar Engels maakte ze een ontwerp voor een glas-in-loodraam. Hunziker had uitgeroepen een opdracht als deze nog nooit gedaan te hebben, waarop Engels antwoordde dat dat zijn fout niet was, maar dat alles wat Hunziker op papier had staan op een glas-in-lood behoorde te pronken. Het glas-in-lood kwam tot stand en werd in Nederland gemaakt, waarna Sandberg het in het Stedelijk Museum Amsterdam in de muur liet zetten ‘om de pers te ontvangen’. Daarna werd het naar Curaçao vervoerd. Hunziker realiseerde ook muurschilderingen voor het echtpaar Engels in hun woonhuis Stroomzigt.9

DOLF HENKES EN CURAÇAO

11-07-18 13:58


FRIEDA HUNZIKER MET DANSER WONCHO OP CURAÇAO, 1951 – 1952 particuliere collectie

CHARLES EYCK WERKT AAN HET ARBEIDSPANEEL, 1952 – 1953 particuliere collectie

PORTRET VAN GERRIT RIETVELD DOOR CHRIS ENGELS olieverf op doek, 50 x 62,5 cm particuliere collectie

HOOFDSTUK 2

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 18

DOLF HENKES EN CURAÇAO

18

11-07-18 13:58


Het op Curaçao geïnspireerde werk van Hunziker werd in 1952 geëxposeerd in het Stedelijk Museum Amsterdam. Haar verblijf op het eiland, waar zij ook de kunstenaar Charles Eyck ontmoet heeft, zou tot gevolg hebben dat de indrukken die zij had opgedaan ‘in die paar dagen’ ook vier jaar later nog ‘overal gelden in haar werk’.10 Beide kunstenaars werden op kosten van STICUSA uitgezonden. Sandberg had Engels ook in contact gebracht met kunstenaar Charles Eyck (1897 – 1983). In 1952 schrijft Engels aan Rietveld dat ook Eyck op Curaçao zou zijn wanneer Rietveld een tweede maal naar Curaçao zou komen. Eind van dat jaar komt Eyck naar het eiland voor een verblijf van een jaar in hetzelfde ‘tuinhuisje’ als waar Hunziker verbleef. Hij kreeg veel opdrachten: voor schilderwerken, tegeltableaus, glas-in-loodramen en mozaïeken. Aan Engels schenkt hij een piëta voor de privékapel van zijn schoonfamilie Engels-Boskaljon, nabij Landhuis Daniel. Eyck kwam in contact met dichteres Oda Blinder, pseudoniem voor Yolanda Corsen (1918 – 1969).

Hij tekende haar veelvuldig en volgens Engels bewijzen de portretten ‘hoe sterk hij getroffen was door haar verschijning’. Dat de twee een romance zouden hebben gehad is een hardnekkig gerucht. Eyck schreef in 1977 aan Chris Engels nog steeds dankbaar te zijn voor de rijke ervaringen en de genereuze ‘hospitality’ van het echtpaar Engels. Hij hoopte nog eenmaal Curaçao te betreden, ‘waar zo vaak mijn hart verdwaald was (…) om Chris te danken voor het vele dat ik van hem mocht ontvangen.’11 De drie kunstenaars Henkes, Hunziker en Eyck lieten zich blijvend door Curaçaose onderwerpen inspireren. Ze treffen elkaar in 1953 in Nederland, in het Stedelijk Museum Amsterdam, waar de tentoonstelling Curaçao, schilderend en geschilderd wordt gehouden. Van de serie schilderijen en keramisch werk van Charles Eyck werd gezegd dat de reis dusdanig een bijzonder sterke bron van ‘aspiraties’ moet zijn geweest dat men ‘de oude Eyck nauwelijks meer herkende’. Van Frieda Hunziker waren acht doeken met titels als Kwallen en vlieg en Zon, huizen, bootjes en cacteeën te zien. Dolf Henkes presenteerde op deze tentoonstelling negen op Curaçao geïnspireerde werken met titels als Cactus, Patio en Rifzwembad. Met het verblijf van de Nederlandse

19

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 19

kunstenaars op Curaçao werd ‘de band met de Antillen (…) alleen maar (…) verstevigd.’12

HENKES EN TIJDGENOTEN IN DE KAPEL EN HET ANNA PAVILJOEN VAN HET SINT ELISABETH HOSPITAAL Dolf Henkes was vlak na de oorlog niet de enige kunstenaar die meewerkte aan het decoratieprogramma van de nieuwe kapel in het Sint Elisabeth Hospitaal; Het ziekenhuisbestuur gaf Joep Nicolas (1897 – 1972) een opdracht voor de levering van veertien schilderijen met de Kruisweg van Christus. Aan Lou Asperslagh werd verzocht glas-in-loodramen met onder meer voorstellingen van patroonheiligen van zieken te vervaardigen.

(1893 – 1949)

Voor de uitbreiding van het Anna Paviljoen, een afdeling voor vrouwen en kinderen, ontwierp collega en buurtgenoot van Henkes, Wally Elenbaas (1912 – 2008), voor de buitenzijde in 1956 een monumentaal mozaïek met het thema ‘H. Franciscus en melaatsen’.

1. Hengeveld/Engels 2018, p. 18; p. 22. 2. De Heer 2011, p. 13. 3. Hiertoe behoorde van de hand van Rietveld ook ‘een schetsmatig portret van Chris Engels in Curaçao in architectuurvorm gebracht’. De Heer 2011, p. 17. 4. De Heer 2011, p. 13. 5. De Heer 2011, p. 18. 6. Sandberg 1977, p. 44. 7. Huiskamp 2017. Speciaal voor het verblijf van kunstenaars als Frieda Hunziker en Charles Eyck werden een toilet en douche ingebouwd. 8. Sandberg 1977, p. 80. 9. Sandberg 1977, p. 91. 10. Amigoe, 8 september 1956. 11. Sandberg 1977, p. 66. 12. Algemeen Handelsblad, 3 oktober 1955.

DOLF HENKES EN CURAÇAO

HOOFDSTUK 2

11-07-18 13:58


DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 20

11-07-18 13:58


3

DE ‘CURAÇAOSE’ SCHILDERIJEN VAN DOLF HENKES JENNIFER SMIT

VAN HOLLANDS SCHIEREILAND NAAR TROPISCH EILAND Net als iedere passant vóór hem en iedere toerist ná hem, zal Dolf Henkes bij zijn aankomst op het eiland Curaçao er de zinderende hitte, de overweldigende kleurenpracht en het scherpe licht hebben ervaren. In Rotterdam-Zuid, op het havenschiereiland Katendrecht, had Henkes in de Tweede Wereldoorlog Joden geholpen. Nu, enkele maanden na de hongerwinter en de bevrijding, liet hij zijn eigen, verwoeste stad per schip achter zich. Alhoewel hij tijdens zijn dagenlange overtocht langzaam aan de stijgende temperatuur zal hebben kunnen wennen, was een groter contrast dan tussen zijn platgebombardeerde en druilerige geboortestad enerzijds en het tropische, zonovergoten en ongeschonden eiland anderzijds amper denkbaar. Niet alleen het meteorologische klimaat was warmer, er heerste in die herfst van 1945 op heel Curaçao uiteraard een meer relaxte sfeer dan op Katendrecht. Zijn Rotterdamse jeugdvriend Chris Engels had hem uitgenodigd naar het eiland te komen. De ene Rotterdammer vroeg dus aan de andere de grote overtocht te maken. De passant Engels bleef en de passant Henkes keerde naar Rotterdam terug, maar wel met Curaçao in zijn hart en in zijn hoofd. De kunstenaar Henkes is op Curaçao vooral bekend vanwege zijn muurschilderingen in het restaurant en de vertrekhal van de luchthaven Hato en in de kapel van het Sint Elisabeth Hospitaal (SEHOS). Maar er valt zoveel meer bijzonders in het vrije werk van Henkes over Curaçao te ontdekken. De Rotterdammer kreeg het eiland in zijn vingers en wist op authentieke wijze de karakteristieken ervan in de verf te vangen. Henkes heeft daarmee de Curaçaose iconografie met een onmiskenbaar eigen invulling verrijkt. Hierna volgt een beschrijving en analyse van een greep uit die groep ‘Curaçaose’ schilderijtjes. Henkes maakte die tijdens zijn twee verblijven op het eiland (1945 – 1947 en 1977 – 1978), maar ook toen hij in Rotterdam was. Want Curaçao vergeten deed Henkes niet.

21

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 21

DOLF HENKES EN CURAÇAO

11-07-18 13:58


Een van de markantste schilderijen die Henkes maakte tijdens zijn eerste verblijf op het eiland is Curaçao – Het Rif uit 1946 [1]. Vaag doemt als in een droom een muziektent in het verschiet op. Op de voorgrond strekt zich een kale vlakte uit als een hallucinatoir verlaten landschap. Blijkens de titel is dit het Rif, in het stadsdeel Otrobanda. Op die desolate, dorre rotsstrip aan de zuidkant van het eiland heeft weliswaar nooit een muziekkoepel gestaan, maar die bevond zich wel – tot 1961 – op het centrale en drukke Brionplein in dezelfde wijk. Het schilderij met de in de mist gehulde muziektent in het midden zou je kunnen interpreteren als een hommage aan de Curaçaose cultuur.1 De compositie die een soort doorkijk suggereert, zal Henkes in de toekomst vaker gebruiken [3].

HOOFDSTUK 3

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 22

DOLF HENKES EN CURAÇAO

22

11-07-18 13:58


1 CURAÇAO – HET RIF 1946 olieverf op paneel, 63 x 77 cm RCE

23

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 23

DOLF HENKES EN CURAÇAO

HOOFDSTUK 3

11-07-18 13:58


Terug in Rotterdam vervaardigde Henkes in 1953 het korrelig geschilderde Curaçao, witte ezel [2], waarop hoogstwaarschijnlijk opnieuw het Rif in beeld is gebracht. Die rotsstrip had diepe indruk gemaakt. Hier is er geen sprake van een doorkijkje zoals dat bij het vorige kunstwerk het geval is. De witte ezel heeft in dit verder grotendeels blauwe, nevelige schilderij een haast mythologische connotatie: een mysterieus doek, met een zeemist die op het eiland niet voorkomt. Het is als een visioen in een droom. De ezel bevindt zich hier niet in zijn normale habitat. Als lastdier was het destijds wel bekend, maar in het wild was het een zeldzame verschijning. Dit schilderij is misschien wel als pendant te beschouwen van Curaçao – Het Rif [1] en zou dan een hommage aan de fauna van het eiland zijn, terwijl het andere eer betoont aan de cultuur. Henkes toont in deze twee schilderijen – Het Rif en Witte ezel – een hoogstpersoonlijke visie op de traditionele beeldvorming van het eiland en schept daarmee in zijn vormentaal een eigen iconografie van Curaçao.

HOOFDSTUK 3

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 24

DOLF HENKES EN CURAÇAO

24

11-07-18 13:58


2 CURAÇAO, WITTE EZEL 1953 olieverf op doek, 52 x 72 cm RCE

25

DolfHenkes_p01_96_NL_ENG_DEF.indd 25

DOLF HENKES EN CURAÇAO

HOOFDSTUK 3

11-07-18 13:58


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.