NieuwNAT XII

Page 1

Editie: zomer 2011 Prijs: â‚Ź 4,95

Ik GUN AALSMEER... NieuwNAT

Cor zomer Creatieve, onbaatzuchtige mensen

12

Hermen de Graaf Een nieuwe wereldarchitect Truus Oudendijk Mensen met lef nieuwnat.nl


Ik gun Aalsmeer…

In deze editie

Ik gun Aalsmeer een voetbalclub als Barcelona (daar zou RKDES nog best moeite mee hebben, zelfs als Barça alleen met Iniesta, Xavi en Messi – ware kunstenaars – zou spelen), een wielrenner als Alberto Contador (bij onze slagers is het vlees natuurlijk niet besmet met clenbuterol en de klucht tussen Schoorsteen en Stommeerkade is ideaal oefenterrein voor hem), een schaker als Magnus Carlsen (groeit mijn schaakclub tenminste weer) en een schaatser als Bob de Jong (een maand geleden de schaakoscar gewonnen voor zijn buitenaardse 10 km afgelopen maart). O nee… Bob de Jong hebben we al. Hij woont in Kudelstaart, maar ik neem aan dat iedere Kudelstaarter ons dat ‘hij is van ons’-pleziertje gunt.

Truus Oudendijk Mensen met lef Ed de Haan Gedegen onderzoek Dick Piet Aalsmeers Nieuwsblad Mark Hogenboom Meer dierenbeschermers Henny Post Feesten, winst, groen Henk van Leeuwen Plaspop Corrie de Boer Mis je een bieb? Pierre Tuning Wie weet? Hermen de Graaf Wereldarchitect Reinoud Staps Originaliteit en schoonheid Corinthe Zekveld Groenvoorziening AB, CDA en PACT Wij gunnen Aalsmeer… Joop Kok Cultuurhuis Frits Rozenberg Droge voeten Erik van Itterzon Een huldiging Jan van Veen Havo-vwo-opleiding Paul Bras Kekke kroeg Janna van Zon Dagdromen

4 5 6 10 12 14 16 18 20 22 26 28 30 32 34 38 41 42

Reportage Katelijn Berghoef Betaalbare woningen

24

Gelukkig heb ik Aalsmeer niks te gunnen. Stel je ook eens voor: de briljantste voetbalclub aller tijden kiest Aalsmeer als thuishaven en geeft het VVA-stadion een facelift. Met Contador in onze gelederen kunnen er nog wel een paar fietswinkels in het dorp bij. Carlsen (weet u wel, die coole van G-Star Raw) kan als magneet voor de modeshows van Broeckmans fungeren. En laat Bob maar lekker zijn rondjes draaien in de vriezers van Appie. Ach nee, het zou me veel te hectisch worden. Ik zie ze wel op tv, als ik zin heb. Je moet er ook niet aan denken dat alles in je woonplaats voorhanden is. Vreselijk. Ik kan mijn lol hier op, maar meer nog buitengaats. Ik gun Aalsmeer dus niet zo heel veel. Maar ik ken precies 25 mensen die dat wél doen. Dat zijn de auteurs in dit nummer van NieuwNAT, met als thema ‘Ik gun Aalsmeer…’. Een bonte stoet ‘gunners’, waartussen u al lezend ongetwijfeld een gelijkgestemde ontdekt. Het najaarsnummer zal over ‘Aalsmeer en de dood’ gaan. We kijken er al reikhalzend naar uit. Nog een kleine honderd nachtjes slapen. Maar eerst 25 keer wegdromen. »» Han Carpay, Redactie NieuwNAT

Interviews Leni Paul Cor Zomer 8 Yannick Duport Burgemeester Litjens 44 Column Peter Maarsen Gunnen 40 Gedicht Marcel Harting Een engeltje 37 Themafoto’s Anke Zekveld

COLOFON Redactie: Han Carpay, Yannick Duport, Hélène Homan, Erik van Itterzon, Ton Offerman, Ansje Weima Aan dit nummer werkten verder mee: Katelijn Berghoef, Corrie de Boer, Paul Bras, Hermen de Graaf, Ed de Haan, Marcel Harting, Mark Hogenboom, Joop Kok, Henk van Leeuwen, Peter Maarsen, Truus Oudendijk, Leni Paul, Dick Piet, Henny Post, Frits Rozenberg, Reinoud Staps, Pierre Tuning, Jan van Veen, Anke Zekveld, Corinthe Zekveld, Janna van Zon en de fracties van Aalsmeerse Belangen, CDA en PACT Aalsmeer Vormgeving/webdesign: You’re On! (Joran van Liempt) Verschijningsdatum: 21 juni 2011 E-mail: info@nieuwnat.nl Redactieadres: Kamperfoeliestraat 31, 1431RL Aalsmeer Telefoon: 06 55760915 (Han Carpay), 0297 329468 (Ton Offerman) Reageren? reactie@nieuwnat.nl Financiële steun? Rekeningnummer 7650738 t.n.v. Erik van Itterzon inz. St. de Droom o.v.v. ‘Steun NieuwNAT’. NieuwNAT verschijnt driemaandelijks; eerstvolgende nummer: 21 september 2011 Overname van artikelen is toegestaan, met bronvermelding.

»» 2


Ik gun aalsmeer...

Foto: Anke Zekveld »» 3


» Truus Oudendijk

... Mensen met lef en besluitvaardigheid Humor is de kurk waar het leven op drijft, maar valt er nog wel wat te lachen in dit dorp? Nou reken maar. Kijk maar eens naar het politieke strijdtoneel. Drie schorsingen en twee moties over het plaatsen van een wipkip. Humor, zonder meer. Een serieuze discussie of nul tot vijf jaar het juiste criterium is om een speelplek te creëren. Kinderen van nul kunnen toch niet lopen? Dus ook niet naar de speeltuin. Moeten we de leeftijdscategorie misschien aanpassen, voordat we een raadsbesluit nemen? Is dat humor? Ja, dat is om te lachen. Politici die milieubewustzijn propageren, ons op de fiets naar de supermarkt sturen en zelf voor woon-werk verkeer binnen de gemeente de auto nemen. Ook humor, absoluut. Nog wat leuks? Een kasteel van een zeiljacht bezitten en als ultieme vorm van watersport borrelen met de buurboot in de zijsloot. Gein genoeg in Aalsmeer, daar niet van.

Toegegeven, het was nog in het pre-Westeinderpaviljoentijdperk. Gelukkig begint het er daar nu serieus op te lijken. Juist búiten het terras is het vorstelijk vertoeven. Op dat beeldige schelpenpaadje met uitzicht op de rotsblokken en daarachter de Westeinder, waan je je in het buitenland. Een wandeling over de boulevard richting de watertoren, is een aanrader. Dat schelpenpad doortrekken zodat je ook aan de waterkant kunt lopen, zou het nog leuker maken. Maar mag er in die prachtige watertoren iets meer te bestellen zijn dan voorverpakte koeken en een flesje frisdrank? Pannenkoeken een idee? En ‘s winters erwtensoep? Het zou een leuke tegenhanger zijn voor het ietwat luxe Westeindermenu. Ik gun Aalsmeer mensen met lef en besluitvaardigheid, die het aandurven om een beetje allure in ons dorp te brengen. En dat kan heus wel met behoud van het dorpse karakter. Niet zo bang zijn dat we verloederen; een klein beetje van God los mag best.

Maar laten we het eens over de ongein hebben. Na een stijlvol afscheid dat oubollige corso weer van stal halen en dat presenteren als creativiteit; hoe bedenk je het. Jarenlang trekken en duwen aan een oude boerenschuur, toezeggingen doen en uiteindelijk niet de stoute schoenen aan durven trekken om die paar mille op tafel leggen en die zaak eindelijk eens af te ronden en van de agenda te schrappen. Wat een treurnis. Ondernemers die rond de kerstdagen warme chocolademelk en een glaasje glühwein willen schenken naast de levende kerststal, maar dan pootje gelicht worden door warenwet en vergunningenstelsel. Kan die kneuterigheid niet weg? “Niks te beleven,” was de reactie van een paar kennissen die per toeval op zondagmiddag in het dorp terecht kwamen. De enige plek waar iets te zien viel was Sous Terre.

»» 4

Dus in het zomerseizoen die winkels open op zondag. Dat prachtige Raadhuisplein voor meer dingen gebruiken dan de wekelijkse markt en af en toe wat festiviteiten. Terrasjes onder die kastanjebomen en een café in de bloemenstal. Zitjes rond de molen lijkt mij ook een aanwinst voor de Zijdstraat. Zien en gezien worden, dát vinden mensen leuk. Wie als toerist het centrum doorwandelt, haakt af ter hoogte van de ABN, want daarna lijkt er niks meer te zijn en daarvoor was het al niks. Maar er is zoveel moois. De dorpspomp, de prachtige kerk. Die leuke blauwe bank aan het water. Het geheel is echter niet compleet. Het totaalelement van sfeer is niet aanwezig en dat is een gemis. Ondernemers willen wel, denk ik. Mensen met visie zijn er zat in Aalsmeer. Nou nog wat aan die regelgeving doen.


» Ed de Haan

... Gedegen archeologisch onderzoek Ik gun Aalsmeer... een gedegen archeologisch onderzoek in het gebied tussen de Zijdstraat en het Molenpad, dat binnenkort op de schop gaat. Waarom? We kennen allen nog wel de periode waarin er grote versierde schuttingen stonden in de Zijdstraat en op het Molenplein, waarachter de bouw van het Albert Heijnfiliaal en andere winkels in dat gebied plaatsvond. Na het slopen van de bestaande bebouwing begon het met diverse grondwerkzaamheden, waardoor het een tijdje leek of er niets gebeurde. Van díe kennelijke stilstand hebben twee enthousiaste jonge mannen gebruik gemaakt om een klein archeologisch onderzoekje uit te voeren. Hoewel, van echt onderzoek was geen sprake. Er werden geen exacte metingen verricht, er werd niets getekend of gedocumenteerd, de vondsten hebben ze (voor zover ik weet) mee naar huis genomen, er is geen rapport van het werk verschenen. Dat ik toch van het onderzoekje op de hoogte ben, komt omdat zij hun vondsten wél een weekend in het Historisch Centrum in Aalsmeer tentoongesteld hebben. En wat voor vondsten! Schitterend majolica en fayence aardewerk uit de 16de en 17de eeuw, waaronder een zeldzaam majolica wapenbord, in Haarlem gebakken in het atelier van vader of zoon Verstraeten, en verder allerhande rood- en witbakkend aardewerk (fragmenten) en tinnen voorwerpen uit dezelfde tijd. Kortom, in een weekend hard werken hadden de twee een stukje verleden van Aalsmeer blootgelegd en aangetoond dat er in de 16de en 17de eeuw een rijke materiële cultuur in het dorp bestond, waarvan de resten te vinden waren in het gebied achter de huidige Zijstraat. In een slootje om precies te zijn, dat konden zij uit de grondsporen nog wel opmaken. Maar hoe dat slootje liep, de afmetingen ervan, nadere details, alles is onbekend gebleven en overweldigd door nieuwbouw, bestrating en bulldozer. Weg stukje tastbare Aalsmeerse geschiedenis. Je zou zelfs kunnen zeggen dat, als we die twee schatgravers niet hadden, ook dit

minimale beetje informatie ons onthouden zou zijn. Maar… er is een herkansing mogelijk. Tussen de Zijdstraat en het Molenpad wordt opnieuw een stuk van het oude dorp door nieuwbouw vervangen. Met trots meldt de site van de gemeente dat er op die plaats 34 nieuwe appartementen en 2800 vierkante meter aan winkelruimte worden gerealiseerd. Ook komt er een ondergrondse parkeergarage. Een uitgelezen kans om toch nog in dit archeologisch belangrijke gebied, dicht bij de 16de eeuwse kerk, een gedegen onderzoek te doen. In de planning van de bouwwerkzaamheden heb ik geen enkele indicatie gevonden dat enig archeologisch onderzoek voorzien is. Terwijl op nog geen honderd meter afstand prachtige vondsten gedaan zijn. En terwijl volgens de huidige Monumentenwet een gemeente verplicht is om archeologisch onderzoek te (laten) doen als er werkzaamheden verricht gaan worden die het bodemarchief in een gebied met archeologische waarden verstoren. Als er ergens in Aalsmeer een plek is waar het verleden van het dorp zichtbaar gemaakt kan worden, dan is het in dit gebied tussen Zijdstraat en Molenpad, hart van het oude dorp. Ik hoop dat we binnenkort van dat verleden kunnen genieten. •

»» 5


» Dick Piet

... een Aalsmeers Nieuwsblad Ik gun Aalsmeer een lokale krant, die wekelijks uitgebreid nieuws verstrekt en achtergrondinformatie verschaft over lokale/regionale ontwikkelingen. Die in opiniërende artikelen belangrijke ontwikkelingen belicht en becommentarieert. Een krant, die heldere raadsverslagen en pittige interviews biedt.

in en uit het water van de Westeinderplas, op de hoek Stommeerweg-Zwarteweg (omdat de gemeente het vertikt een fatsoenlijke hellingplaats aan te leggen). In de Bloemenkrant las ik dat de provincie NoordHolland plannen heeft om in de Ringvaart bij Aalsmeer een nieuwe laad- en loskade aan te leggen, waar onder

Niets ten nadele van de Nieuwe Meerbode en het Witte Weekblad, maar dat feestcafé Tante Truus zich opmaakt voor ‘de volgende hilarisch gezellige avond’ en buurtvereniging Allen Weerbaar weer een dagje is uitgeweest, zal mij werkelijk worst wezen. Veel liever word ik geïnformeerd over wat er nou eigenlijk met de voormalige TV Studio aan de Van Cleeffkade gaat gebeuren. Het schijnt dat het Vaktechnisch Opleidingscentrum Fokker er nu in is gevestigd en er ook een discotheek, een bioscoop, een theater en restaurants in komen. Ik gun Aalsmeer een nieuwsblad dat meldt waarom de al twee jaar durende herbouw van snackbar ‘de Pollepel’ in de Zijdstraat stilligt. Welke bestemming het al geruime tijd leegstaande postkantoor aan de Stationsweg krijgt (volgens geruchten zou de Lidl belangstelling hebben), evenals de steeds meer in verval rakende voormalige Zuiderkerk aan de Hortensialaan (er schijnen vergevorderde plannen te bestaan voor de bouw van een appartementencomplex op deze plek). En waarom zag Ron Blaauw het niet meer zitten met ’t Bonte Schort aan de Stommeerweg?

meer Schiphol en de Aalsmeerse bloemenveiling FloraHolland gebruik van willen maken. Eveneens las ik in deze tuinbouwkrant over onrust bij FloraHolland, vanwege het wegpesten van de ‘Westlandse’ commercieel directeur Arnold Hordijk door de ‘Aalsmeerse’ algemeen directeur Timo Huges. Ik gun Aalsmeer een krant die daar ook over bericht. Die schrijft over de ontwikkelingen op en rond de bloemenveiling aan de Legmeerdijk, inclusief het (te hoog gegrepen?) hoogwaardige bedrijventerrein ‘Green Park Aalsmeer’. De ingebruikneming van de omgelegde N201 is een jaar uitgesteld. Waarom? Het viaduct in deze weg bij de Hornweg is te laag voor brandweerauto’s. Wat vindt de brandweer ervan dat ze nu een enorme omweg moet maken om bijvoorbeeld in Nieuw-Oosteinde te komen? De verkoop van (dure) woningen in Dorpshaven schijnt voor geen meter te lopen. Wat is hiervan de consequentie voor de realisering van het nieuwbouwproject? In de Zijdstraat staat veel (nieuwe) winkelruimte leeg, toch gaan daar binnenkort historische pandjes tegen de vlakte voor nóg meer nieuwe winkels. Klopt het dat Aalsmeers oudste scheepswerf,

Ik gun Aalsmeer een lokale krant die kritische verhalen wijdt aan de Oosteinderweg, waar je als fietser je leven niet zeker bent. En aan de Hortensialaan, waar je moet oppassen niet door de bussen van Connexxion van de sokken te worden gereden. Of, om nog een voorbeeld te geven, dat levensgevaarlijke geklungel met bootjes

»» 6

Van Dam aan de Helling, failliet is? Ik lees er niets over in de bestaande plaatselijk huis-aan-huisbladen, die ruimen hun kolommen liever in voor ‘Tante Truus’. Kortom, ik gun Aalsmeer een écht lokaal nieuwsblad. Suggestie voor een naam: Aalsmeers Nieuwsblad. •


»» 7


Cor Zomer, man van uitdagingen en initiatieven:

‘Aalsmeerders mogen best een beetje trotser zijn op hun gemeenschap’ » Leni Paul

Sinds Cor Zomer in 1987 hier kwam werken is hij op diverse manieren intensief bij Aalsmeer betrokken. Vanaf dat moment sloot de 58-jarige Haarlemmer ‘ons’ dorp in zijn hart. Een gesprek met een bevlogen en enthousiast mens dat op de vraag wat hij Aalsmeer zou gunnen, direct een antwoord heeft: “Aalsmeerders mogen best een beetje trotser zijn op hun gemeenschap.” Hemelsbreed is de afstand van Zomers woonplaats Heemstede naar Aalsmeer niet groot, maar toen Zomer in 1987 bij een Aalsmeers exportbedrijf ging werken, kwam hij toch in een wereld terecht die hem helemaal vreemd was. “Helemaal anders. Ik ging werken bij exportbedrijf Sunburst Farms. Allemensen, wat moest ik die eerste dag zoeken in die grote veiling om het te vinden. Ik vroeg me ook wel af of ik zou kunnen werken in een omgeving zonder daglicht. En daarbij kwam, als stadsmens stond ik verbaasd over de directheid, het prettige cynisme dat ik aantrof. Maar ook, ik voel me hier wel thuis. Je wist meteen wat je aan de mensen had.” Zomer is, zegt hij, een man van uitdagingen. “Altijd geweest. Ik werd meteen betrokken bij het nieuwbouwproject van het bedrijf, logistieke concepten en automatisering. Via werkgroepen kwam ik in contact met het toenmalige Bedrijfschap.

»» 8

In oktober 1993 maakte ik de overstap naar het Bedrijfschap, het huidige HBAG. Naast de financiën werd ik in 1997 vanuit HBAG betrokken bij het beheer van gebouw De Legakker. Medio 2008 stapte ik over naar Flynth, adviseurs en accountants.” Je noemt nu diverse werksituaties, maar inmiddels werd je bij velen bekend door zaken die niet direct met je dagelijkse bezigheden te maken hadden en hebben. Hoe is dat zo gekomen? “Dat is een lang verhaal. In 2006 werd er diverse malen ’s nachts ingebroken in De Legakker en kwam ik in contact met buurtregisseur Remco Blankenzee van de Aalsmeerse politie. We voerden lange gesprekken, over het verbeteren van de veiligheid op het bedrijventerrein Hornmeer en over de ontoereikendheid van de beveiliging. Mede hierdoor raakte ik als secretaris betrokken bij TCA, de ondernemersvereniging voor onder andere het bedrijventerrein Hornmeer. Ja, en dan ontmoet je weer anderen, je wisselt ideeën uit, je praat eens met die en gene.” Praten met die en gene, wat tegenwoordig netwerken heet. Dat gaat jou duidelijk goed af, want intussen ben je betrokken bij diverse publieksevenementen die niets met je dagelijks werk van doen hebben. Je kent de gemeentelijke ambtenaren, de wethouders. “Ja, misschien bind ik makkelijk mensen. Ik ontmoet mensen zoals Cees Jan Eikelenboom, die inmiddels al vijf keer het motorenevenement HiBRA had georganiseerd en een enorme drive heeft. We zijn eens gaan kijken of iets met auto’s een aanvulling zou kunnen zijn voor het evenement.”


Ben je zelf een snelheidsmaniak?

De vierde keer… Wordt het voor

“Ja, mooi, hoor, als het allemaal maar lekker hard

jou nog geen routine?

gaat en ook Cees is een liefhebber van snelheid en

“Nee, hoor. We rijden ieder jaar een andere

motorgeluid. We hebben toen in 2007 voor het eerst

route met een ander programma.”

iets met rally-auto’s gedaan tijdens de HiBRA. Het werd een groot succes. In 2008 hebben we, mede

Zomers enthousiasme is aanstekelijk en

met Bob van der Laarse en de Winkeliersvereniging

de komende jaren komen er zeker nog

Aalsmeer-Centrum, naast de HiBRA voor de

wel nieuwe initiatieven uit zijn brein.

eerste keer een toerrit met oude auto’s en

Dan dé vraag. Met uitzondering van hun bijnamen,

motoren georganiseerd, Aalsmeer Roest Niet.”

zoals je me net bekende, ken je erg veel Aalsmeerders en heb je een warme band met Aalsmeer. Wat gun je

Opvallend dat het een echte mannenaffaire is, er is

het dorp, waar je inmiddels van bent gaan houden?

geen enkele vrouw bij de organisatie betrokken.

“Als ik naar de toekomst kijk, vind ik dat Aalsmeerders

“Ach, we zijn er niet tegen, maar het

best nog wat trotser zouden mogen zijn op hun

is historisch zo gegroeid.”

gemeente. Aalsmeerders hebben een beetje van: doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg en zorg

Zomer zegt nog veel “ideeën in mijn kop” te hebben.

ervoor dat je met je poten op het veen blijft staan

“Uitdagingen, die trekken me. Als iets eenmaal routine

en er niet inzakt. Dat gebrek aan eigenwaarde bij

wordt, laat ik los. En je doet nooit iets alleen. Dat idee

de Aalsmeerders en wellicht ook nog een tikkie van

van die toerrit speelde ook al bij diverse horeca-onder-

speelse competitie tussen de diverse wijken. Niet

nemers. Eerlijk gezegd werden we met het Aalsmeer

meer zo extreem als het vroeger moet zijn geweest

Roest Niet-idee overvallen door het aanbod deelne-

tussen bijvoorbeeld Oost, Dorp en Kudelstaart, maar

mers met ouwe auto’s en door het enthousiasme.”

het is er nog wel. Ik gun Aalsmeer een eigen identiteit in wellicht een grote stadsregio. Bestuurlijk hoeft dat

Hoe oud moet zo’n auto zijn?

voor Aalsmeer niet te betekenen dat je je identiteit

“Hij moet van origine minstens 25 jaar oud zijn. Je bent

niet zelf meer bepaalt. Ik gun Aalsmeer tot in lengte

verbaasd hoeveel er nog van die auto’s zijn. Voor zondag

van jaren creatieve, onbaatzuchtige geesten die de

5 juni, toen we de toerrit voor de vierde keer hielden,

wil hebben uitdagingen op te pakken en wellicht

hadden we 200 inschrijvingen. Er is een wachtlijst.”

ook een tikkeltje burgerlijk ongehoorzaam zijn.” •

»» 9


» Mark Hogenboom

... Meer actieve dierenbeschermers

Als de Dierenbescherming Aalsmeer en omstreken wordt gevraagd wat zij Aalsmeer gunt, dan is het niet nodig daar lang over na te denken. Nee, geen dierenbegraafplaats of een asiel, zoals de redactie van NieuwNAT veronderstelde, maar wél meer inzet van de Aalsmeerder zelf: zij gunt Aalsmeer heel veel actieve belangstelling voor haar vereniging.

zal zijn. Tot die tijd zet zij zich in voor de belangen van alle dieren. Zo ook de Dierenbescherming Aalsmeer, een lokale afdeling van de Dierenbescherming. Gelukkig zijn er dierenvrienden die zich belangeloos inzetten voor de goede zaak. Van afdelingsinspecteurs tot infolijnmedewerkers en van hondentrainers tot bestuursleden.

De Dierenbescherming is de grootste organisatie in Nederland die opkomt voor de belangen van alle dieren. Belangrijkste pijlers zijn dierennoodhulp (zoals asielen), inspectiewerk en politieke en maatschappelijke beïnvloeding.

Dit neemt niet weg dat er nog steeds vrijwilligers nodig zijn. Over de hoeveelheid leden heeft de Dierenbescherming Aalsmeer zeker niet te klagen, hoewel het er natuurlijk altijd meer mogen zijn. Maar zij vertoont tekenen van een donateursvereniging: mensen ondersteunen de Dierenbescherming vooral financieel en daar blijft het dan bij. Aangezien de organisatie geen overheidssubsidie ontvangt, is deze financiële steun essentieel. Zij zou niet zonder kunnen. Toch heeft zij ook behoefte aan actieve leden.

Als mensen beter voor dieren zouden zorgen, dan zou de Dierenbescherming niet hoeven te bestaan. Dit geldt zowel voor hun huisdieren als voor landbouwdieren, dieren in het wild en proefdieren. Helaas komt het nog geregeld voor dat huisdieren worden verwaarloosd en/of mishandeld. Ook leven nog steeds vele dieren, zoals varkens, kippen en koeien, onder miserabele omstandigheden in de bio-industrie. De Dierenbescherming hoopt dat zij ooit overbodig

»» 10

Zo staat de ‘Kids for Animals’, die kinderen op speelse wijze respect voor en kennis over dieren probeert bij te brengen, op dit moment op non-actief. Niet zozeer vanwege een gebrek aan belangstelling


van de ‘kids’, want kinderen zijn vaak heel erg geïnteresseerd in dieren, maar door een gebrek aan enthousiaste vrijwilligers die activiteiten voor en met de kinderen willen bedenken én ook uitvoeren. De Hondenschool Aalsmeer, die sinds 2009 weer actief is, beschikt over een gemotiveerd team, maar zoekt door de grote hoeveelheid aanmeldingen van cursisten nieuwe (aspirant-)hondentrainers. Er is veel animo voor de functie van hondentrainer, alleen haken veel geïnteresseerden af als ze er achterkomen wat er allemaal bij komt kijken. Naast dat je in het bezit moet zijn van een eigen hond, moet je toch elke week (op zaterdag) – weer of geen weer – acte de présence geven én sterk in je schoenen staan. Toch is het een vrijwilligersfunctie waar je veel voldoening uit kunt putten. De Dierenbescherming Aalsmeer heeft geen eigen asiel, maar werkt samen met het Dierentehuis Amstelveen. Asielwerk is een van de meest gewilde vrijwilligersfuncties binnen de Dierenbescherming. Terecht, maar er zijn ook nog tal van andere manieren om actief te worden binnen deze dierenwelzijnsorganisatie. Naast bovengenoemde ‘vacatures’

zoekt ze ook nog dringend medewerkers voor de infolijn, waar mensen met hun vragen terecht kunnen, en natuurlijk collectanten voor de jaarlijkse collecte in de periode rond Werelddierendag. Behoefte aan nieuwe vrijwilligers is overigens een probleem dat speelt bij bijna elke vrijwilligersorganisatie. Je vrijwillig inzetten voor een goed doel is geen vrijblijvendheid: er wordt wel iets van je verwacht. Er moet wel tijd voor worden vrijgemaakt, wat voor veel mensen een bezwaar kan zijn. Er staat echter veel tegenover: het geeft een hoop voldoening. Dus als de Dierenbescherming Aalsmeer e.o. wordt gevraagd wat zij graag zou willen zien in Aalsmeer, dan zou zij antwoorden: meer actieve dierenbeschermers! Geïnteresseerden kunnen terecht op www.aalsmeer.dierenbescherming.nl. U kunt ook bellen naar nummer 343618. •

»» 11


» Henny Post

... titel Feesten, cultuur, winst en echte takken Iemand iets gunnen. Gunnen is toewensen wat ik zelf vanuit mijn hart als weldadig ervaar. Dat ik iets of iemand zomaar toewens omdat het ook mijn binnenste streelt. Omdat ik mij er happy bij voel. Ik gun Aalsmeer écht feesten. Toen ik in 1972 hier kwam wonen, gunde ik Aalsmeer een leefomgeving die ik in Nijmegen in mijn studententijd aan de theologische faculteit als weldadig had ervaren: studeren was niet mijn ding, maar feestjes maakten het studeren dragelijk. Vertaald naar hier gunde ik de jongeren niet alleen maar werken in de kassen, maar ook feesten. Feesten zijn mooi als ze het leven van alledag in de war brengen en je leren te relativeren waar je mee bezig bent. Want eigenlijk vond ik Aalsmeer een saai dorp, waar niet veel gebeurde. Ik gunde mensen een confrontatie, dat het verkeer in de war is en ieder zijn eigen weg zou moeten zoeken om zijn doel te bereiken. De Kindervakantieweek werd zo geboren. Ieder jaar stond één week lang het dorp op zijn kop omdat het kindercorso in ere was hersteld en wethouder Ad Verschueren, vanaf het bordes, op het Raadhuisplein een defilé afnam. ”Ik kan beter geld steken in een tent voor de Kindervakantieweek dan vandalisme van jongeren die perken vernielen betalen,” zei hij. Bloemen kwamen gratis via directeur Mulder vanuit de bloemenveiling om fietsen en karren te versieren. De visclub organiseerde voor het eerst een viswedstrijd voor de jongerenpastor, Cor Knol van de Buurtvereniging Hornmeer vergaderde voor het eerst van zijn leven in een zaal van het klooster. Muziekkorpsen moesten in die tijd eens per jaar een openbaar optreden verzorgen om voor subsidie in aanmerking te komen, met de sluiting van de Kindervakantieweek liepen ze voorop. Hutten bouwen en de fik er weer in, het mocht allemaal. Ik gun Aalsmeer cultuur. Het parochiehuis was voor jongeren. Dat was voor het kerkbestuur in de zeventiger jaren even wennen. Een ruimte bevochten

»» 12

door jongeren zelf die verantwoordelijkheid dragen voor leeftijdgenoten. Soms gun ik Aalsmeer weer zo’n situatie. Politie kwam er nooit. Volle zalen leidden zelden tot schermutselingen. Jongeren kenden elkaar en elkaars heethoofden. Het was wel wennen, de wereld stond op zijn kop en dus veranderde Aalsmeer mee. Uit de kast komen werd ingeoefend en weldadig bevonden. Aalsmeer leerde alternatief denken en handelen. Jongeren van toen die als 15-jarigen leidinggeven inoefenden. Ik vind ze nu schilderend, fotograferend, tekenend of actief met programmeren van cabaret. Ik gun Aalsmeer enig besef van historie: Bacchus is een product van toen. Ik gun Aalsmeer winst. Denken in winst stimuleert je hersenen en prikkelt je creatief bewustzijn. Echte winst is echter niet waardevrij. Je voelt je intens gelukkig als je ergens iets overhoudt voor jezelf én als je ogen, je hart of je tong gestreeld worden. Als er iets bij je binnenkomt wat je als weldadig ervaart. Weldadig voelende mensen zijn gelukkigen. Met echte pijn in het hart leef ik ook mee met gestrande idealen. Over bloemen en planten is veel gedroomd in het dorp. Helaas is winst niet altijd ons deel geworden. Ik gun mensen winst omdat het een verdienste is van inspanning en geleverde prestatie. Maar ook: elk product van de grond tot op tafel herleidbaar naar zijn bron en gelabeld graag als duurzaam en mens verrijkend. De gestorvenen die ook ik met pijn in het hart te ruste leg op het kerkhof, gun ik echte, levende, groene takken en niet van dat plastic groen met ijzerdraad, iets wat in mei 2011 blijkbaar de toegang naar je rustplaats is. Uit plastic is nog nooit een zaadkorrel ontkiemd naar nieuw leven. Dat gun ik Aalsmeer! • (Henny Post is pastor. Hij woont bijna 40 jaar in het klooster aan de Stommeerweg. Hij werkte eerst vijf jaar als jongerenpastor in het dorp, ging daarna buiten Aalsmeer aan het werk en is sinds enige jaren weer in de parochie werkzaam.)


Foto: Anke Zekveld »» 13


» Henk van Leeuwen

... Plaspop Het idee van een theateruitvoering op de Poel was er al veel langer. Het kwam echter maar steeds niet tot uitvoering. Met de Dippers (De Illegale Peurders) komen we vaak bij nacht en ontij op de Poel en als je dan op zomeravonden de kampvuren op de eilanden ziet branden, geeft je dat een heel speciaal gevoel. Een paar jaar geleden heb ik het idee al eens gelanceerd bij de stichting Kunst en Cultuur Aalsmeer en daar is het stuk De Lichtemaankweker uit voortgekomen. Dat speelde uiteindelijk op de Historische Tuin. Ook leuk, maar niet zoals wij het voor ogen hadden. Inspiratiebron is ons jaarlijks ‘Buurtslootconcert’ in de week tussen Bloemencorso en Pramenrace. Daar hebben we mooie avonden meegemaakt en daar willen we meer mensen van laten genieten. En dan midden in de zomer én midden op de Poel. Het thema is: akoestisch en klein. En de vraag is maar of het varende publiek het snapt. Dus geen bulderende muziekinstallaties aan boord maar een wijntje, kaasplankje en een waxinelichtje. Dit jaar precies 25 jaar geleden, organiseerden wij voor het eerst de Aalsmeerse Pramenrace met drie pramen. En nu vinden we het tijd om te zien of we nog eens een keer zo’n kunstje kunnen doen. Het concept is uniek. Nergens in Nederland is er een soortgelijk podium. Er is ook geen plas in Nederland die in de verste verte lijkt op de Westeinderplassen. En juist die poeltjes (Torregat, Koddespoel) in het eilandengebied lenen zich uitstekend voor intiem zomeravondtheater.

»» 14

Er zijn vele gemeentes met gondelvaarten en verlichte botenshows en noem maar op. In het Westland vaart er zelfs een bloemencorso. Wat kunnen wij nu nog doen om de Westeinderplassen op een unieke manier op de kaart te zetten? Er kan maar één antwoord zijn: sfeervol theater op het water, Plaspop. Er zijn natuurlijk allerlei ‘maren’ en ‘alsen’ te bedenken maar daar laten wij ons niet door weerhouden. Bij regen en/of wind gaat het simpelweg niet door en schuiven we het hele spul door naar volgend jaar. Uiteindelijk komt het er van. Op zaterdag 2 juli gaat het watertheater ‘Plaspop’ van start met maximaal 5 podia op sfeervolle luwe plekken in het eilandengebied. Optredens om 21:00, 22:00 en 23:00 uur met een afsluiting op de IJsbaan bij Topsvoort. Verschillende plaatselijke artiesten hebben zich al opgegeven om dit eerste watertheater te realiseren. Tussen de optredens door zullen er, op de eilanden van de route van het ene podium naar het andere, verschillende culturele uitingen zijn. Zoals een saxofoonspelende man in een boom en een jazzorkestje in een roeiboot. En wellicht wilt u met uw man ook nog wel eens wat leuks doen in het donker op de Poel? Geef u op voor uw culturele bijdrage (plaspop@live.nl)! Laat u verrassen op de Westeinderplassen! • (namens ‘De Illegale Peurders’)


»» 15


» Corrie de Boer

Wat mis je aan een bibliotheek?

De voorstellen van B&W van oktober 2010 om

Wat is er fijner dan je te laten inspireren door een

€ 250.000 te bezuinigen op de bibliotheek hebben

uitgebreide collectie boeken, tijdschriften, films

tot grote ongerustheid bij de bezoekers van de

en muziek voor studie of ontspanning? Snuffelen,

bibliotheek geleid. Dagelijks uiten zij hun bezorgd-

kranten en tijdschriften lezen, internet raadplegen

heid over het voortbestaan van hun bibliotheek. Met

of een praatje met een andere bezoeker, maakt

name inwoners van Kudelstaart en Aalsmeer-Oost

de bibliotheek tot een bijzonder plezierige plek

maken zich zorgen. Logisch, want in het voorstel

voor jong en oud om even binnen te lopen.

van B&W staat dat deze twee vestigingen gesloten

Bij de jaarvergadering van de Dorpsraad in Kudelstaart

zullen worden om de bezuinigingen te realiseren.

van 13 april stond het onderwerp ‘bibliotheek’ op de

De bibliotheek in de Mikado in Aalsmeer-Oost bestaat sinds 2008 en is de jongste bibliotheek van Amstelland Bibliotheken. Kudelstaart heeft een bibliotheek sinds 1989. Deze bibliotheek heeft al eerder onder vuur gelegen, in 2004. Wethouder Van Kempen had toen het plan opgevat om één grote bibliotheek te realiseren aan de Marktstraat ten koste van de bibliobus in Aalsmeer-Oost en het filiaal in Kudelstaart. Dit zorgde voor veel beroering in Kudelstaart en Aalsmeer-Oost. Uiteindelijk werd dit plan door de hele gemeenteraad getorpedeerd. Er werd toegezegd dat de bibliotheek in Kudelstaart behouden zou blijven en dat Aalsmeer-Oost een bibliotheek zou krijgen in de Brede School. Aldus geschiedde.

»» 16

agenda. Wethouder Verburg van economische zaken sprak tijdens deze jaarvergadering, maar wilde slechts kort op het onderwerp ingaan, omdat Amstelland Bibliotheken en verantwoordelijk wethouder Van der Hoeven nog met elkaar in gesprek zijn. Hij wilde wel uitvoerig kwijt dat het noodzakelijk en urgent is om tot bezuinigingen over te gaan. Naar zijn mening is de gemeente Aalsmeer altijd zeer ambitieus geweest, maar is het niet langer haalbaar om drie bibliotheken in stand te houden. Hij rondde het verhaal af met een verwijzing naar het volgende agendapunt: het winkelcentrum. ”Een winkelcentrum waar we met elkaar trots op kunnen zijn. Als de plek waar de

Nu, zeven jaar later, staat opnieuw het voortbestaan

bibliotheek nu staat vrijkomt zou dat ruimte geven voor

ter discussie. En opnieuw leidt dit tot grote onrust,

uitbreiding van ons winkelcentrum.” Naar zijn idee is

wat begrijpelijk is. Als medewerker van de biblio-

Kudelstaart nu toch wel toe aan een Aldi of een Lidl!

theek ervaar je dagelijks wat een bibliotheek voor

Wat mist Kudelstaart aan een Aldi of Lidl? Ik heb

mensen betekent. Kinderen van basisscholen kiezen

geen idee. Wat missen inwoners van Aalsmeer-Oost

in de bibliotheek hun eerste leesboekjes, lenen

en Kudelstaart aan een bibliotheek? Het antwoord

boeken voor een boekbespreking, werkstuk of

luidt: een plezierige plek om te verblijven en om

spreekbeurt. Zij zetten in de bibliotheek hun eerste

elkaar te ontmoeten, maar vooral een plek om je

stappen op de weg naar een levenlang leren.

thuis te voelen in een wereld van verhalen. •


»» 17


» Pierre Tuning

Wie weet? Wie weet nog dat turfsteken en baggeren op Aalsmeer de belangrijkste broodwinning was? Zwaar werk waar je op zijn zachtst gezegd niet erg rijk van werd… Er heeft zich hier vanaf de middeleeuwen een milieuramp voltrokken. Het vele meters dikke veen is door Amsterdam en Haarlem opgestookt, tot dit dorp niet veel meer was dan door het aanstormende water bedreigde eilandjes en dijkjes. Het was geen pretje om aan het water te wonen: je huis en land maakten altijd kans te worden weggespoeld. Dat de verbindingsdijk tussen het ‘Dorp’ en Leimuiden nog bestaat (nu: Stommeerweg en Herenweg), is alleen te danken aan het feit dat de regenten uit Amsterdam er gebruik van maakten om snel naar Den Haag te kunnen komen. Anders waren de Stommeer en Vriezenkoop tot aan de Drecht met de Westeinder verenigd! Nu wil iedereen die het kan betalen, aan het water wonen. ‘De Buurt’, ooit het armste weggetje van deze nooddruftige gemeente, is niet meer. Aan de Uiterweg worden megalomane protskastelen opgetrokken, die tot aan de hemel reiken. De optocht van P.C. Hoofttractoren zit elkaar bij de Aardbeienbrug in de weg en het kruispunt met de Stationsweg is overbelast.

Boeierlui Wie weet nog dat de Westeinder niet heeft bestaan? Het was ooit een natuurgebied. Maar hij is door de Aalsmeerders afgestoken, uitgebaggerd en in de vorm van turf opgestookt. Dat er tussen de Grote en Kleine Poel nog eilandjes zijn, komt door de toevallige omstandigheid dat er ooit een weggetje heeft gelopen: de Westeinder Dijk. De eilandjes zijn vaak kunstmatig geschapen door het storten van huisvuil uit Amsterdam en het afval van de veilingen – net als trouwens de eilandjes aan de Stommeerweg, nu bewoond door welgestelden, maar ooit niet meer dan een paar rietzuddes. Op de opgebrachte modder uit de Poel bleken seringen uitstekend te gedijen. Tot kort na de oorlog werden de eilanden bijna uitsluitend gebruikt voor

»» 18

de seringencultuur. De kluiten werden elke twee jaar uitgestoken en naar de broeikassen gebracht – werk, zo zwaar, dat het spot met elke Arbowet. De grasveldjes en de dichte bebossing die je nu aantreft, bestonden nog niet; de eilandjes waren ‘kaal’ – op wat treurwilgen en elzen na. De schaarse watersporters werden ‘boeierlui’ genoemd; zij kwamen bijna allemaal uit de ‘grote stad’. Aalsmeerders zag je een enkele keer op warme zomerzondagen met de praam: oma was met haar zomerhoed en bloemetjesjurk aan boord gehesen en zat in een fauteuil.

Afgebroken Wie weet nog van de ‘Spijkerbak’ (Fanfarekorps Uiterweg)? En van de ‘Zwarte Lap’ (Aalsmeers Fanfarekorps)? Toneelvereniging ‘Vreugde zij ons doel’? En ‘Opgang’, die in de Drie Kolommen blijspelen opvoerde? Het ‘rooie’ zangkoor ‘Kunst en Strijd’ repeteerde elke donderdagavond in de Oude Veiling. ‘Aalsmeers Harmonie’ elke vrijdagavond. Turnvereniging Olympia oefende in de Grote Zaal, waar ook de leerlingen van de Uloschool sportlessen kregen. Ach ja, de Oude Veiling en de Drie Kolommen… Met hun filmvoorstellingen, toneelstukken en muziekuitvoeringen. De oude Drie Kolommen had een zaal in kleurige Art-Deco-stijl, later helaas ‘vernieuwd’ tot bioscoopzaal met de bekende eierdozen tegen het plafond. In de Oude Veiling werd ook dansles gegeven; gelijktijdig op zaterdagavond in de Grote Bovenzaal bij Van der Molen, in de zaal beneden bij Dirk ‘Walsie’ Vreeken. Later in die zaal dansen voor iedereen, met muziek van de ‘Vrolijke Vrijbuiters’, de ‘Westplas Melodians’ of de ‘Aviola’s’. De grote zalen bestaan niet meer, zonder dat er iets voor in de plaats is gekomen. De Drie Kolommen is afgebroken en bestaat alleen nog als plein. De Oude Veiling is ingrijpend verbouwd en heeft inwoning gekregen van de Openbare Bibliotheek. Leo van Erp doet zijn best de cultuur weer een centrale plaats te geven, maar de grote toneelzaal beneden wordt node gemist.


Tien jaar geleden schreef ik het volgende stukje in het Witte Weekblad:

Tien jaar geleden schreef ik ook dit:

Luxe

Weg Cultuur

Je schaamt je wel als je als Aalsmeerse Boerenkinkel je Klompen Uitschopt en op Kousenvoeten schouwburg De Meerse inloopt Om van een Concert en Hoge Cultuur te genieten Of je komt schoorvoetend in het Glaspaleis Van de Amstelveense Bibliotheek: Een informatie- en communicatiecentrum Van Allure waarin je met Open Bek ronddoolt Of je bezoekt het Cobra Museum, of de Nieuwe Amstelveense Schouwburg: Een hoogtepunt van Architectonische Verfijning en Artistieke Smaak Dat is veel te hoog gegrepen voor Ons Aalsmeerders – ‘werkzaam in de tuinbouw’ Om met de Burgemeester te spreken In tegenstelling met de rest van de regio Blijft doordeweeks de cafésluiting precies één uur Want wij boeren moeten allemaal vroeg op En Culturele Luxe is aan ons niet besteed […]

Cultuur Aalsmeer kent nog steeds veel verenigingen. Maar ik maak me sterk dat hun aantal sinds de oorlog gelijk is gebleven, terwijl de bevolking intussen is verdrievoudigd. Er is veel verloren gegaan, maar er is ook bij gekomen. Korenmolen De Leeuw is gered. Dahlia Maarse is Historische Tuin geworden. ‘Professionele’ kunst wordt door de Stichting Kunst en Cultuur Aalsmeer aangeboden: exposities in het Oude Raadhuis, klassieke concerten in de Oudkatholieke Kerk, jazz, cabaret en literaire avonden in Cultureel Café Bacchus. Deze activiteiten konden tot nu toe in stand worden gehouden dank zij het werk van vele vrijwilligers en de steun van sponsors en donateurs – en dank zij gemeentelijke subsidie.

Repetitieruimte voor het fanfare, bandjes Ateliers en expositieruimte voor Beginnende en gevorderde Kunstenaars Een zaalruimte voor de Toneelvereniging, voordrachten, concerten In de Oude Veiling kon dat In de Drie Kolommen, in Gebouw Irene zelfs Toen Endemol nog veiling was, was daar Ruimte voor koor en symfonieorkest Dat zijn de Culturele Centra van een Vorige Generatie En ze zijn Weg Verkocht, verpatst Denk aan wat er niet voor in de plaats kwam De voormalige veilingen kregen geen concertzaal De oude ULO werd geen cultuurpaleis Evenmin als de Jac. Tak kleuterschool Café Floralia (gemeentelijk monument Tot instorten bestemd) Het kantoor van Maarse & Kroon De oude schoolgebouwen in de Hornmeer, Aan de Uiterweg en Oosteinderweg De Pompkelder geen muziekcentrum De Watertoren geen expositieruimte Dat waren de Culturele Centra van een Volgende Generatie En ze zijn Weg Verkocht, verpatst Wat Aalsmeer nodig heeft, is meer historisch besef en culturele bewustwording. Dan blijft er misschien wat behouden voor de toekomst. Ik was altijd nogal kritisch over de conservatieve wapenspreuk van Aalsmeer, maar in dit geval ben ik het er volmondig mee eens: ‘Retine Quod Habes’ – ‘Behoud wat je hebt’!

»» 19


» Hermen de Graaf

... Een nieuwe wereldarchitect

Onze Aalsmeerse architecten wil ik niet passeren, maar wat ik ons dorp én Kudelstaart gun, is een wereldarchitect. Een vormgever eigenlijk, die met spraakmakende ontwerpen de bijzondere architectuur in Aalsmeer weer nieuwe accenten geeft. Hij of zij kan tegelijk de entrees van Aalsmeer een opkikker geven.

en Visser en De Klerk hebben Aalsmeer architectonisch kleur gegeven. Woonhuis Pomona is ook zo'n voorbeeld, of Jachthaven Kempers in Kudelstaart. Het is opvallend, dat deze prachtige voorbeelden in een tijd zijn gebouwd waarin er veel minder geld was. Vanaf 1900 tot in de crisisjaren vlak voor

Als straks de nieuwe N201 gereed is, zullen inwoners van Aalsmeer en Kudelstaart hun dorp vaak op een andere manier binnenrijden. Dat is allicht beter dan over de huidige N201. Vanuit het westen of vanuit het oosten, het maakt niet uit: Aalsmeer heeft geen porem. Vanuit het noorden is het niet veel beter en alleen via het zuiden, met het zicht op de watertoren, gloort er iets moois aan de horizon. Maar wat gaan die nieuwe aanrijroutes opleveren? De huidige staan in ieder geval in schril contrast tot wat Aalsmeer te bieden heeft als het om architectuur gaat. Opvallend veel moois ligt eraan de Stommeerweg. Met het Doktershuis, Het Witte Huis, het kantoor van Hilverda, het clubgebouw 'Nieuwe Meer' en het voormalige treinstation. En vlak daarbij de doopsgezinde kerk, het voormalige CAV-gebouw en dat verrassende woonhuis aan de Stommeerkade 64, werd het ooit de 'De Populier' genoemd? En verder verspreid natuurlijk Bloemenlust, de voormalige 'Naai- en Knipschool' aan de Hadleystraat en het sterk aan het Rietveldhuis denkende huis op de hoek van de Ophelialaan/Hortensialaan. Het is niet van Rietveld, maar van de architect Wiebenga. Hij en collega's als Berghoef, Staal, Sangster, Greiner, Luik

»» 20

de Tweede Wereldoorlog zijn de meeste mooie gebouwen in Aalsmeer neergezet. Sindsdien is dit culturele erfgoed niet meer verrijkt. Of zie ik iets over het hoofd? Die slurf over de Legmeerdijk die de twee veilingcomplexen verbindt? Die armetierige bloem, op de hoek van de Legmeerdijk/ N201? De gekleurde drollen bij de watertoren? Het gemeentehuis, waarin het dualisme onbedoeld is weergegeven? De misplaatste protserigheid op de Uiterweg, de Kudelstaartseweg en de Oosteinderweg? En het moet ook maar eens afgelopen zijn met die verkrampte discussies over hoogbouw. Hoogbouw is niet lelijk, integendeel. Dat levert kansen op. Net als de revitalisering van de bestaande N201, met van mijn part de knip bij de Ophelialaan als de ultieme plek voor het nieuwe bouwkundige wonder van Aalsmeer. Per slot van rekening zitten we weer in een crisis, net als toen mooi Aalsmeer ontstond. En wellicht kan de samenwerking met Amstelveen, waar kunst hoger op de ruimtelijke agenda staat, nog interessante impulsen opleveren!


»» 21


» Reinoud Staps

... originaliteit en schoonheid

Het was vrijdagavond 15 april en we hadden net de toneelvoorstelling Una Giornata Particolare bijgewoond in Bacchus. Een bewerking voor toneel van de bekende film van Ettore Scola, waarin Sophia Loren en Marcello Mastroianni schitteren. Nu voor theater bewerkt door Fors Theatermakers uit Haarlem en uitgevoerd door drie acteurs. Een indringende voorstelling waarin de bezoekers meegenomen werden naar die bijzondere dag in Rome, 8 mei 1939. De dag dat Mussolini en Hitler elkaar ontmoeten in Rome en twee eenzame zielen elkaar bij toeval treffen in een verder leeg flatgebouw. Voor de acteurs was dit waarschijnlijk ook een bijzondere avond. Slechts tien geïnteresseerden hadden het op kunnen brengen om naar Bacchus te komen voor deze voorstelling en daarmee de inkomsten voor het theatergezelschap op een schamele 100 euro gebracht. Het is pijnlijk duidelijk wat Aalsmeer mist: publiek dat werkelijk geïnteresseerd is in kunst en cultuur. Dertigduizend zielen en slechts tien die de weg naar het kleine theater aan de Gerberastraat hebben gevonden. Een gemeente die nog geen euro per jaar per inwoner overheeft voor kunst en cultuur, en in het schamele beleid dat er is, stevig haar best doet om de stichting Kunst en Cultuur Aalsmeer, als hoeder van de Aalsmeerse kunsten, te verwijten dat het geld te eenzijdig en voor een te kleine doelgroep wordt uitgegeven.

Grossieren in vermaak Toch hoor ik regelmatig zeggen dat kunst en cultuur bloeien in Aalsmeer. Aan evenementen geen gebrek als ik op donderdag onze lokale nieuwsbladen doorblader. Ineens realiseer ik me dat het Aalsmeer

»» 22

dat we met z’n allen zo roemen, vooral grossiert in vermaak. Vermaak als tegenhanger van kunst. Als we kunst typeren als datgene wat door een mens is gemaakt en tot doel heeft de menselijke zintuigen en geest te prikkelen door originaliteit, oorspronkelijkheid en schoonheid, dan is vermaak datgene wat slechts verstrooit en afleiding geeft en vooral niet uitblinkt in oorspronkelijkheid. Dat Aalsmeerders vooral gericht zijn op vermaak, blijkt wel uit het feit dat cafés die lokale bandjes programmeren, met een repertoire dat bestaat uit bekende popsongs, steevast kunnen rekenen op een ‘volle bak’. Oorspronkelijkheid is hier ondergeschikt aan herkenbaarheid, het elkaar ontmoeten gaat boven het in rust kijken en luisteren naar de act op het podium en het ontvangen van nieuwe prikkels op het gebied van podiumkunst. Daarnaast is het altijd leuk om de buurjongens, een neefje uit Oost en een bassist uit een buurgemeente samen te zien spelen. Het ons kent ons gevoel is in dezen belangrijk en wat de boer niet kent dat eet hij niet. Wellicht ben ik in deze dagen van populisme wel te veel een linkse hobbyist, maar ik zie voor de overheid en in dit geval de lokale overheid, nog steeds een belangrijke taak weggelegd om al die Henk en Ingrids te ontwikkelen en in aanraking te brengen met vernieuwende, zintuigenprikkelende uitingen. Aalsmeerders moeten beseffen dat het leuker is om iemand live te horen zingen dan vanaf de bank naar Holland got Talent te kijken en Aalsmeerders moeten vooral leren dat het zoeken naar vernieuwende en oorspronkelijke uitingen veel interessanter is dan weer iemand die een ander


kopieert en daarmee alleen maar als behang fungeert.

Toon engagement Daarom, gemeente, stop met het idee dat marktwerking alles oplost en dat een cultureel centrum op particuliere/commerciële grondslag de oplossing is. Toon betrokkenheid en engagement. Heb de overtuiging de bevolking te kunnen bereiken en te ontwikkelen en schaar je achter de stichtingen en verenigingen die zonder winstoogmerk maar wel vanuit een kwaliteitsgedachte kunst en cultuur in onze gemeente neerzetten. Een geëngageerde overheid moet ervoor kunnen zorgen dat een groter percentage van de Aalsmeerders bereid is van de bank te komen om exposities in het Oude Raadhuis te bekijken, ondanks het feit dat ze niet zijn gemaakt door de lokale vingerverfclub, naar jazzconcerten in Bacchus te komen, ook als het niet de buurjongens met hun bandje zijn, of naar de Oude Veiling te gaan om Talk of the Town bij te wonen. Is het dan allemaal zo somber? Voor een deel wel. Die tweehonderd oprecht geïnteresseerde kunst- en cultuurliefhebbers in onze gemeente kunnen er niet voor zorgen dat wekelijks alle expositieruimten en zaaltjes gevuld zijn, daar zijn wel wat meer mensen voor nodig. Laat ik deze bespiegeling vooral positief afsluiten door op te merken dat na afloop van de voorstelling tien zeer tevreden toeschouwers nog een biertje namen aan de bar. Kunst elitair? Misschien, maar waarom zouden niet meer Aalsmeerders deel willen uitmaken van deze elite?

»» 23


» Katelijn Berghoef

... Betaalbare woningen “Worden àlle huizen gesloopt?” “Nee, er is één koophuis, hier een eindje verderop. Dat mag blijven staan.” Vierenveertig huizen op de rij vanaf de Aalsmeerderweg richting de Hornweg staan op de nominatie om gesloopt te worden. Alle huizen, behalve dat ene koophuis. Het wachten is momenteel op de toestemming van de gemeente. “Er wordt al zeker tien jaar over gesproken dat het gesloopt gaat worden,” zegt Vera. “Als het niet langer is. De woningbouw doet al vijf jaar niets meer aan deze woningen. Als je de ramen lapt, trek je hele stukken van het kozijn mee.” In een keurig gepoetst, maar licht vervallen huisje op de Machineweg spreek ik met Vera (59) en Hedwig (51). Vera woont al meer dan haar halve leven op de Machineweg. In 1978 kwam ze met haar gezin op nummer 151 wonen, een jaar of zeven later verhuisden ze naar nummer 121. Haar man is overleden, haar kinderen zijn het huis uit, maar haar drie kleinkinderen komen dagelijks bij haar over de vloer. “Maar ik kom niet meer in aanmerking voor een eengezinswoning. Ik moet in een kippenhok.” “Daar zit ik ook nog mee,” zegt Hedwig. “Ik heb een konijn en kippen. Kunnen mijn dames straks wel met me mee?” Hedwig is vijf jaar geleden in het huis twee deuren verder komen wonen, met haar dochter van twintig en haar zoon van veertien. “Dat het ooit gesloopt gaat worden, hangt al die tijd als een zwaard van Damocles boven je hoofd,” zegt zij. “Bij iedere schroef die je koopt, weet je het.” Toch kwam het bericht dat het moment nu echt gekomen is bij Hedwig hard aan. “Nu ben je net ingeburgerd, moet je alles wéér achter je laten. En dat heb ik al eens gedaan.” Vera was beter voorbereid. “In de wet staat dat wanneer ze stoppen met onderhoud, er binnen vijf jaar besloten moet zijn wat er gebeurt. Die termijn is bijna verstreken.” Zij begrijpen de beslissing om de sterk verouderde huisjes te slopen ergens ook wel.

»» 24

Hedwig: “De mensen vinden het heel jammer dat een stukje authentiek Aalsmeer verdwijnt.” Vera: “Maar dan zeg ik: dan moet je maar eens een jaartje hier komen wonen.” Wat hen zorgen baart is de vraag waar zij naartoe moeten. Als de sloopvergunning rond is, worden alle bewoners ‘stadsvernieuwingsurgent’. Dat wil zeggen dat ze voorrang krijgen bij het zoeken naar een nieuwe woning. Ze kunnen kiezen voor een definitief vertrek van de Machineweg of voor een tijdelijke andere woning, waarna ze weer terug kunnen keren op de oude plek. Maar ze hebben geen idee hoe het er daar uit gaat zien. Of wat het gaat kosten. Vera: “Als het betaalbaar wordt, zou ik wel terug willen. Als het maar niet op de koude kant is. Ik ben niet zo moeilijk.” Hedwig: “Maar je kunt natuurlijk wel raden in welke hoek de sociale huurwoningen komen.” Hedwig en Vera zien dat vooral de oudere bewoners zich erg veel zorgen maken. “Mijn buurvrouwtje ligt er ‘s nachts echt wakker van,” zegt Hedwig. “Zij is zesenzeventig en woont hier al zevenenveertig jaar.” Vera: “Er zitten zoveel herinneringen in zo’n huis.” Hedwig: “En ik heb het liefste huisje van NoordHolland. Als ik de voordeur opendoe, is het net alsof het huis me omarmt. Straks kom ik in zo’n rothuis met de keuken aan de voorkant.” Vera: “Dat maakt mij niet uit hoor. Als ik maar een plek heb om in de zon te zitten. Ik zeg toch: ik ben niet zo moeilijk.” Moet de keuken van een huis bij voorkeur aan de achterkant zitten?’ Dit is typisch een vraagstuk voor de VAC. Net als: ‘Wanneer je geen berging hebt, waar laat je dan je stofzuiger? Of je tent?’ Geen vragen waar de gemiddelde Aalsmeerder zich maandelijks over buigt. Wie daar wel over nadenken zijn de dames van de VAC (spreek uit als ‘fak’), de VrouwenAdviesCommissie van de woningbouw en woonomgeving. “Die V is historisch zo gegroeid,” zegt Marry de Grauw, voorzitter van de VAC. Ik zit met haar aan de koffie bij de secretaris van de VAC, Hansje Havinga. “Vroeger


bouwden mannen huizen, en vrouwen woonden erin. Daardoor waren niet alle ontwerpen even logisch of functioneel. De VAC werd opgericht als instrument om beter te kunnen voldoen aan de wensen van de vrouwen die in de huizen zouden gaan wonen.” “Maar in de meeste VAC’s zitten tegenwoordig mannen hoor,” zegt Havinga. “Dat er bij ons alleen vrouwen in zitten is toeval.” Elke gemeente heeft een VAC, ook al heten ze tegenwoordig (in verband met die mannen) geen VAC meer, maar bijvoorbeeld WAC, WoonAdviesCommissie. Ze zoeken overigens twee nieuwe leden, m/v. De VAC buigt zich over de tekeningen van nieuw te bouwen huizen in Aalsmeer. Daarover geven zij advies aan de gemeente en aan de opdrachtgever. De Grauw: “Wij gaan niet over mooi of lelijk. Wij kijken naar de functionaliteit. Is een gebouw gebruiksvriendelijk, is het veilig, is het toegankelijk, hoe is de woonomgeving?” De VAC geeft advies over de meest uiteenlopende zaken. Luifels boven de deuren (‘Als je aankomt met je boodschappen, wil je toch droog staan om je sleutel te pakken?’), over de hoogte van handvatten en sloten (‘Het slot boven het handvat is toch veel handiger?’), maar ook over rolstoelbereikbaarheid (‘Is de stoep breed genoeg?’) en sociale controlemogelijkheden (‘Is er vanuit het raam van die seniorenwoning wel zicht op de straat?’). Ooit heeft de VAC na de bouw van de eerste helft van een complex een woononderzoek gedaan bij de eerste bewoners. Daaruit bleek dat het toilet op de eerste verdieping te dicht onder een schuin

dak stond, waardoor mannen er niet voor konden staan. Dat is bij de bouw van de tweede helft opgelost door de wc’s een kwartslag te draaien. Eén van de stokpaardjes van de VAC is de driekamerwoning. “Wij zijn niet voor de tweekamerwoning,” zegt De Grauw. “Waarom mag een alleenstaande niet zijn moeder te logeren krijgen?” vraagt Havinga. “Of zijn neefje,” vult De Grauw aan. “Die tweede kamer kan natuurlijk ook als studeer- of hobbykamer gebruikt worden. Maar het is uiteraard ook een financieel plaatje. Het moet wel betaalbaar zijn.” En daar ligt volgens de dames van de VAC nog wel een verbeterpunt. Momenteel zit zo’n zeventig procent van de woningen in de vrije sector (lees: duur) en is slechts zo’n dertig procent sociale woningbouw (lees: betaalbaar). Voor Havinga zou die verdeling wel naar zestig-veertig mogen. Er zijn vooral veel eengezinswoningen en minder (meestal betaalbaardere) appartementen en flats. Maar daar is volgens De Grauw al wel verandering in gekomen. “Toen ik begin jaren tachtig in Aalsmeer een plek zocht om te wonen, had je alleen de appartementen aan de Mijnsherenweg en de Geraniumstraat.” Havinga: “Of die duplexwoningen in de Ophelialaan.” De Grauw: “Die zijn gebouwd in de jaren vijftig, toen er zo’n gebrek aan woningen was. Het zou tijdelijk zijn. Het was de bedoeling dat het na verloop van tijd eengezinswoningen werden.” Havinga: “Maar dat is er nooit meer van gekomen.” Die bergingen, die staan tegenwoordig gelukkig gewoon weer in het bouwbesluit. Want je moet je stofzuiger toch ergens kwijt. •

»» 25


» Corinthe Zekveld

... Bloemendorp waardige groenvoorziening Ik ben altijd trots geweest om uit bloemendorp Aalsmeer te komen. Trots als ik in Jakarta een bloemendoos tegenkwam met de naam van mijn geboortedorp erop, of als ik in Spanje Japanners tegenkwam die precies wisten waar het lag. Helaas kan ik niet trots zijn op de groenvoorziening in Aalsmeer, die is kortweg belabberd.

Er wordt al jaren geklaagd over de trieste groenvoorziening, maar er komt eerder verslechtering dan verbetering. Toen er nog een plantsoenendienst was, was het inspiratieloos. Nu raast er enkel zo af en toe een Rambo-team door het dorp, dat menig bewoner in verbijstering achterlaat.

Blijkbaar horen, volgens ons gemeentebestuur, bloemen en planten in een kas, vervolgens gaan ze in een hoes of een doos en dan gaan ze in een vrachtwagen, liefst zo ver mogelijk weg – da’s goed voor de handel… Toen ik in Aberdeen studeerde won deze stad een prijs voor zijn mooie en rijke bloem- en groenvoorziening. Jaren later wandelde ik door Frankrijk en kwam ik ‘Villes Fleuries’ tegen – dorpen die bekroond waren met bloemetjes voor hun groenvoorziening, een soort Michelin-sterren zeg maar. In beide gevallen waarschijnlijk met veelal bloemen uit Aalsmeer! En dan kom je terug in dit ‘bloemendorp’ en is er geen bloem op straat te bekennen. Hier en daar staat een saaie, slecht onderhouden plantenbak, meestal met meer beton dan plant. Onderhoud van het gemeentelijke groen gaat met grof geschut. Het liefst wordt er met de grootst mogelijke machines in de kortst mogelijke tijd korte metten gemaakt met het groen. De grootste hobby van de gemeente is het kappen van bomen. Dat het daarna allemaal niet om aan te zien is, schijnt niet belangrijk te zijn.

Met de grote potentiële mogelijkheden van alle Aalsmeerse tuinbouwactiviteiten wordt tot op heden weinig gedaan. Er is een lagere en een middelbare tuinbouwschool. Er is een bloemenveiling met ruime keus en voordelige inkoopprijzen. Er zijn kwekers die de potentiële plantjes kweken. Er zijn bloemenarrangeurs en particuliere bloemsierkunstopleidingen. De producten zijn er en de kennis is er ook! Laatst las ik in de krant dat ‘Groei en Bloei’ zelf een actie was begonnen met bewoners. Mischien is dat wel de oplossing. Bewoners, bloemenveiling, kwekers, exporteurs en opleidingen zouden straten, plantsoenen en parken kunnen adopteren en daar eventueel reclame aan verbinden (wel liefst met een bescheiden naambordje). Er kan dan bijvoorbeeld ook een wedstrijd aan worden verbonden, bijvoorbeeld voor de mooiste straat of de fleurigste rotonde. De bewoners kunnen dan trots zijn op hun straatgezicht en ook de ondernemers kunnen zonder schaamte met hun klanten door een echt bloemendorp rijden. •

»» 26


»» 27


Wij gunnen Aalsmeer… We vroegen de fracties van de lokale politieke partijen wat zij Aalsmeer het meest gunnen. Voor de gelegenheid hoefden ze geen enkele rekening te houden met financiële beperkingen en andere sta-in-de-wegs. De ‘sky’ was voor één keer de ‘limit’. Drie fracties klommen graag in de pen, de VVDfractie liet weten iets belangrijkers aan haar hoofd te hebben.

… de mooie uitstraling die het verdient Fractie CDA Als CDA-fractie hebben we de goede gewoonte om onze vergaderingen te beginnen met een korte meditatie. Het stukje dat onze voorzitter deze betreffende avond las, bevatte de boodschap dat het prima is om heel hard te zwoegen, maar dat je daarnaast evenzeer moet genieten. Bijzonder genoeg bleek dit al een voorzet te zijn voor een onderwerp later op de agenda: aan het eind van de vergadering kwam namelijk het verzoek van NieuwNAT aan de orde om een stukje voor hun zomernummer aan te leveren. Het onderwerp zou moeten gaan over wat we Aalsmeer het liefste gunnen en daarbij hoefden we niet te denken aan welke bezuinigingsronde dan ook. Spontaan kwamen de hartenwensen van de fractieleden naar voren. “Betaald voetbal inclusief stadion in Aalsmeer”, “het hele Raadhuisplein vol met gezellige terrasjes”, “en een deel van het Praamplein ook, trouwens”, “een groot cultureel centrum met bioscoop”, “geen vliegtuigen meer boven Aalsmeer”, “Kudelstaart zelfstandig”, “ja en dan met Eppo als burgemeester”. En zo werden er nog veel meer kreten geroepen, die niet echt bestemd bleken om te worden toevertrouwd aan papier of, in dit geval, aan een beeldscherm. Toen ons gemaand werd om wat serieuzer op dit thema in te gaan omdat we anders wederom als laatste het gemeentehuis zouden verlaten, en dat komt nogal eens voor, kwam er uiteindelijk naar voren dat we bovenal een mooi(er) Aalsmeer willen. Dat het zo jammer is dat je bij binnenkomst vanuit Hoofddorp zo’n grote bouwval ziet links. De eerste indruk van Aalsmeer… Dat er zoveel andere rommelige stukjes Aalsmeer te vinden zijn, vooral langs de lintbebouwing. Dat je overal zwerfvuil ziet. Gunnen we Aalsmeer niet iets beters/mooiers? Toen ik later het werkwoord gunnen opzocht in de Van Dale werden er 3 betekenissen genoemd: 1. uit goedheid schenken, 2. zonder jaloezie of spijt zien dat een ander iets heeft of ontvangt, 3. de uitvoering van een werk aan iemand toewijzen. Deze drie beschrijvingen sluiten naadloos aan bij onze wens: wij zouden als CDA aan iedereen uit goedheid een mooi en opgeruimd Aalsmeer willen schenken. Zonder jaloezie of spijt dat ze dit ontvangen. En we zouden deze opdracht graag aan iemand toewijzen. Wie werpt zich op als portefeuillehouder Mooi Aalsmeer? Wie betaalt de 3 extra BOA’s, de zogeheten Buiten(gewoon) Opruimende Aalsmeerders? Ten slotte nog even terugkomend op de eerste alinea van dit stukje, het thema van de meditatie: het klopte helemaal. We hebben ons tijdens de vergadering zoals gewoonlijk behoorlijk ingespannen, maar ook van elkaars spontaniteit en vrolijkheid genoten. En als onze wens “we gunnen Aalsmeer de mooie uitstraling die het verdient” vervuld wordt, zullen de ijverige Aalsmeerders naast hun harde werken dus ook meer kunnen genieten.

»» 28


… éénmaal per week stilte

… alle goeds, voor nu en in de toekomst

Fractie Aalsmeerse Belangen

Fractie PACT Aalsmeer

7.10 uur, de dwingende toon van mijn wekker die afgaat maakt me duidelijk dat het tijd is om wakker te worden. 7.14 uur, weer de wekker die afgaat. Nuchter stel ik vast dat ik een aantal keren per jaar droom over vliegtuigen. Over de betekenis ervan stel ik vast dat het mogelijk te maken heeft met de verdrongen angst dat er toch nog een keer een vliegtuig neerstort. Dagelijks met het volle bewustzijn denken aan de kans op zo’n ramp, maakt het leven er nu eenmaal niet gemakkelijker op. Wegstoppen in je onderbewustzijn, wat natuurlijk geen bewuste actie is van ons wonderbrein, is dan zeer handig en functioneel. 7.18 uur, nu eruit. Buiten gezeten in de zon met koffie en ontbijt valt me op dat er iets in de lucht hangt wat anders is dan anders. Ik denk ineens aan Almen, waar de caravan staat. Daar is een hele andere atmosfeer. Geen vliegtuigen, geen geluid van auto’s. Alleen de geluiden van vogels en het ruisen van de wind in de bomen en struiken. Dat is het. Ik hoor geen vliegtuigen! En gelukkig ook geen geluid van schuurmachines, grasmaaiers of hogedrukspuiten. Genietend van de zon laat ik de stilte op mij inwerken. Een koerende duif en zelfs het lage brommende geluid van de werkende bijen kan ik onderscheiden. Toch enigszins verontrust door de stilte zet ik de radio aan en val midden in een interview met de onlangs aangestelde directeur van Schiphol. Deze zegt dat hij de nieuwe filosofie van de in opgang zijnde managementschool van het ‘kapitalisme van het genoeg’ gaat introduceren binnen het Schipholbedrijf. De 7x24-uurs economie is uit de tijd en leidt tot oververhitting. Mogelijke economische schade in verminderde opbrengsten zal worden gecompenseerd door een verhoogde kwaliteit van het leven van mensen. Deze kwaliteit, of beter gezegd: de economische waarde hiervan, is volgens een ingenieus rekenmodel in harde valuta uit te drukken. De betere kwaliteit zal zich ook vertalen in een kleiner beroep op de gezondheidszorg en dat is winst. Door een 6x24-uurs economie beoogt deze filosofie meer ruimte te creëren voor rust en herbezinning. Bovendien is uitgerekend dat Schiphol met 6x24 uur bijna dezelfde productie kan halen. De gemeente Aalsmeer ondersteunt dit plan door mogelijke tegenvallers te compenseren. Vandaag is het de eerste dag is dat Schiphol dicht zal zijn! Gestrande passagiers worden uitgenodigd om op de fiets van het prachtige Aalsmeer, met onder andere zijn Historische Tuin en watersport, te genieten. Een dag stilte. Op de fiets onderweg naar dorp kom ik bijna geen auto’s tegen, wel fietsers. Op het Praamplein staan bijna geen auto’s en ik hoor bij Kreike een aantal mensen opgetogen praten over de rust. Iemand had zich verslapen doordat het zo stil was. Een ander wist even niet meer welke dag van de week het was. Groepjes mensen staan midden op straat opgetogen te praten met elkaar. Ik zie ontspannen gezichten en het lijkt erop dat iedereen wat trager beweegt op deze eerste vliegtuigloze dag.

Een leuk initiatief van de redactie van NieuwNAT. Het verzoek een artikel te schrijven over wat wij als politieke fractie Aalsmeer gunnen. En dan vanuit het perspectief van – vrij vertaald – onbegrensde mogelijkheden. Maar wel met de opgaaf een keuze te maken. Wij vormen in Aalsmeer de Progressieve Combinatie van D66, GroenLinks en de PvdA, opgericht in het jaar 2000. Kortom: PACT Aalsmeer. In onze nieuwjaarbijdrage voor de pers hadden wij al aangegeven dat dit het jaar wordt van het maken van keuzen. Daar is de politiek ook voor, uiteraard wel met het oog gericht op de samenleving. Wat willen we bereiken en wat hebben we daar voor over, zullen gevleugelde vragen worden in het bezuinigingsspoor. En wat willen we dan? Zomaar uit de losse pols een aantal zaken waar we voor staan en wat we willen bereiken: een samenleving waaraan iedereen kan deelnemen en waarin zorgen voor elkaar normaal is; een samenleving waarbinnen men opkomt voor de ander en discriminatie en uitsluiting niet voorkomen; een samenleving waarbinnen duidelijke normen en waarden gelden en het aanspreken van elkaar weer gewoon wordt gevonden; een samenleving waarbinnen kunst en cultuur als smeerolie wordt gezien. En zo kunnen we nog wel een tijdje doorgaan, maar dan zouden we buiten het bereik van de opgaaf gaan. En dat willen we natuurlijk niet. Laten we om een keuze te maken eerst eens stilstaan bij de betekenis van het (werk)woord gunnen: 1. vinden dat iemand iets prettigs mag ondervinden; 2. niet benijden, graag zien dat een ander iets bezit of geniet; 3. iets toestaan of wegschenken; 4. toebedelen uit welwillendheid. Als we naar die betekenissen kijken, hebben ze in onze ogen gemeen dat het om iets prettigs moet gaan en dat het altijd in de richting van een ander of anderen moet gaan. Er zit ook iets onzelfzuchtigs in, handelen in het belang van anderen. Aalsmeer is een gemeente met het karakter van een dorp (moet ook zo blijven), maar met het inwonersaantal en een bevolkingssamenstelling van een kleine stad. Kortom, soms een spanningsveld, maar over het algemeen is het wonen en werken in Aalsmeer plezierig. Zijn er dan nog zaken die wij wensen? Een kroeg in Kudelstaart? Een cultureel centrum in de gemeente? Geen overlast meer van Schiphol? Geluk en gezondheid voor iedere Aalsmeerder? Ook hier zijn weer vele zaken op te noemen. Maar dat past wederom niet bij de opgave. Kiezen is lastig, maar daar zijn wij wel voor gekozen. Dan maar een trucje bedenken en, zoals gevraagd, één gunfactor aanwijzen. De fractie van Pact Aalsmeer gunt Aalsmeer en alle Aalsmeerders in een paar woorden: alle goeds, voor nu en in de toekomst.

»» 29


» Joop Kok

... Cultuurhuis Het kan twee kanten op. Wie bij de pakken neer gaat zitten en niet naar de toekomst wil kijken, zal inderdaad gruwen. Voor degenen die bezuinigingen als een uitdaging zien, valt er best de nodige winst te behalen. Aalsmeer beschikt over een aantal mooie gebouwen waarin veel kunstliefhebbers zich kunnen laven aan cultuur. Hoewel op deze gebouwen niets valt af te dingen, zou het een goede zaak zijn om, juist vanwege de onvermijdelijke bezuinigingen, op een objectieve manier te bekijken hoe vaak, wanneer, hoe en door wie deze gebouwen worden bezet. Hoe zit het met de openingstijden, het bezoekersaantal, de activiteiten, wat overlapt elkaar, of wat zou efficiënter kunnen? Zouden de stichting Kunst en Cultuur Aalsmeer, de bibliotheek, De Hint, Bacchus en De Oude Veiling meer samen kunnen werken? Door het bundelen van krachten is het mogelijk om gebouwen waaraan hoge huur- en onderhoudskosten zijn verbonden, af te stoten. De hierdoor ontstane inkomsten kunnen dan besteed worden aan het creëren van een cultureel centrum waar Aalsmeerders elkaar en de wereld kunnen ontmoeten. Een ruimte die niet alleen een podium biedt aan literatuur, toneel, muziek en tentoonstellingen, maar ook aan uitwisselingsmogelijkheden via internet en horeca. Kortom, een cultuurhuis voor alle Aalsmeerders!

Duidelijke voorbeelden Duidelijke voorbeelden zijn de tegenwoordige goed bezochte beurzen waar belangstellenden een fraai overzicht krijgen en kennis kunnen maken met wat er speelt op de markt. Andere voorbeelden zijn de bibliotheken in Almere, Eindhoven en Amsterdam. Daar bruist het van de activiteiten. Hoe meer activiteiten in één gebouw hoe meer aandacht, levendigheid en zuigkracht. Aalsmeer heeft de beschikking over een historisch pand dat leeft bij veel Aalsmeerders en dat in het hart van het dorp ligt: De Oude Veiling. Jonge Aalsmeerders kennen het vanwege de bibliotheek, volwassenen van de optredens van bands als Golden Earring en Doe Maar, de

»» 30

eerste danspassen die werden gezet, kussen die werden gewisseld, relaties en huwelijken die er ontkiemden. De ouderen van toen De Oude Veiling nog bloemenveiling was en later toen deze werd omgebouwd tot verenigingsgebouw. Ook in de huidige staat heeft, mede door de komst van Leo van Erp, het gebouw veel potentie.

Verbouwing noodzakelijk Om echt uit te kunnen groeien tot een centrum waar iedereen welkom is, waar je zo lang je wilt kunt verblijven en waar iets te beleven is, is een verbouwing noodzakelijk. Het gebouw zal zich moeten openen, zowel naar de bezoeker als naar de bibliotheek. Zal zowel zelfstandig als in combinatie met de bibliotheek moeten kunnen functioneren. Dat kan. Wanneer de toiletten en lift tegen de gemeenschappelijke muur geschoven worden, ontstaat er ruimte en kunnen met schuif- en vouwdeuren allerlei combinatiemogelijkheden gerealiseerd worden. Wanneer er doorbraken gemaakt worden, ook verticaal via het trappenhuis, ontstaan er visueel boeiende relaties tussen de ruimtes. Ontstaat een gastvrije en overzichtelijke belevingswereld, een openbaar interieur waar iedereen zich thuis voelt. Als in de kleine zaal een balkon wordt gebouwd ontstaat er een sfeer die misschien Bacchus wel doet vergeten.

Verdieping op bibliotheek Om aan de vraag naar ruimtes te kunnen voldoen, moet de bibliotheek met een verdieping worden uitgebreid. De huidige kapjes bieden daarvoor te weinig ruimte. Uitgegaan wordt van het zoveel mogelijk intact laten van de bestaande gemetselde gevels. Voor de gevels van de uitbreiding is gekozen voor kunststof paneelelementen. Deze zijn relatief goedkoop, wegen weinig en worden voor het bestaande metselwerk aangebracht om technische en esthetische aansluitproblemen te voorkomen. Ze zijn ideaal voor het aanlichten van een expositieruimte waar uitzicht of een opdringerige omgeving


niet gewenst is. Waar wel, kan in de paneelwand hoogwaardig isolerende beglazing worden aangebracht. De opgewarmde lucht in de kanalen van de panelen of tussen het binnen- en buitenpaneel kan worden omgezet in energie. Ook zonnecollectoren op het platte dak leveren een bijdrage om Aalsmeer energieneutraal te maken. Van binnen wordt de bibliotheek ook aangepast. De trap, nu een obstakel, wordt een voorleespodium voor kinderen. De inrichting wordt commerciëler, boeken worden er niet alleen gelezen, maar ook, zoals in Almere, aangeprezen. Een koffie/leesruimte vormt een

Creatief denken Vijf kilometer fietsen voor het lenen van een boek is voor veel inwoners van Kudelstaart of Aalsmeer-Oost een opgave. Begrijpelijk dat zij hun buurtbibliotheek willen behouden. Door de mogelijkheid te bieden om andere mensen te ontmoeten, te internetten, een tentoonstelling te bekijken, te lezen, bandjes te zien optreden, is het bibliotheekbezoek niet langer een opgave. In het centrum van Aalsmeer zijn een aantal bejaarden- en verzorgingstehuizen. Met hulp van vrijwilligers kunnen veel bewoners opnieuw kennismaken met ‘hun’ Oude Veiling. Even weer dat contact met wat er in de wereld gebeurt.

overgangsgebied naar De Oude Veiling. Op tijden dat de bibliotheek gesloten is, kun je je hier onder het genot van een kop koffie en een croissantje op de hoogte stellen van het laatst nieuws in de wereld. De verdieping biedt een vrij indeelbare expositieruimte van meer dan tweemaal de grootte van het Oude Raadhuis. Daarnaast

Kortom, ondanks de aanstaande bezuinigingen die ons vanuit het Rijk worden opgelegd – want tenslotte is het niet de keuze van de gemeente – valt er door creatief te denken ook in de toekomst nog genoeg winst te behalen en heel wat kunst en cultuurplezier te beleven in Aalsmeer. •

zijn er goed geïsoleerde ruimtes waar gemusiceerd kan worden en is er een vergader- en techniekruimte.

(met dank aan Janna van Zon)

»» 31


» Frits Rozenberg

... Droge voeten Op het poststempel van Aalsmeer staat: Aalsmeer Centre of Flowers. Bloemenbureau Holland bedreef promotie voor bloemen en moest door potplantenkwekers aangezet worden ook promotie voor planten te maken. De veilingomzet van bloemen is nog steeds hoger dan die van potplanten, perkplanten en tuinplanten. De planten hebben wel de achtervolging ingezet, maar Aalsmeer blijft het centrum van bloemen.

onze watertoren niet eenzaam in het zoute water te staan. Het plan Veerman behelst het verbreden van onze stranden tot een paar kilometer met een paar meter verhoging, de zeedijken een paar meter hoger en het IJsselmeerpeil een meter omhoog. Duitsland doet zeespiegelmetingen op zijn Waddeneilanden en heeft nog geen millimeter zeespiegelstijging kunnen registreren.

Het productiegebied van bepaalde bloemen, rozen voorop, verplaatst zich steeds meer naar hoogvlaktes nabij de evenaar. In landen als Kenia, Ethiopië, Colombia en Ecuador groeit de bloemenproductie nog steeds. Meer en meer Nederlandse bedrijven telen vooral in Afrika snijbloemen en de afzet gaat veelal via de veiling in Aalsmeer. In Nederland is grond erg duur en arbeidslonen zijn hoog, zelfs hoger dan in Duitsland. Een kweker uit het oosten van ons land teelt al jaren, onder 60 hectare glas, perkplanten in Duitsland.

Het gas is zoals gezegd weer enigszins betaalbaar en kolen zijn niet duur, maar we moeten er toch vanaf omdat het spul opraakt en met olie kun je veel mooiere dingen doen dan verbranden. Wind en zonne-energie draaien vooralsnog op subsidie, maar het wordt voor de Nederlandse kwekers steeds moeilijker.

Zoals water stroomt naar het laagste punt, zo zoekt productie de gunstigste productielocatie. Voor planten is het vanwege de hoge transportkosten vooralsnog zaak dicht bij de handel en het handelscentrum, de veiling, te produceren. Orders kunnen dan snel geleverd worden. Door de economische crisis, ten gevolge van bonusjagende bankiers in Amerika, zijn de grondprijzen wat gedaald en is het gas weer enigszins betaalbaar. Het gas komt steeds meer uit landen ver van ons vandaan, Rusland en landen daar omheen. Deze landen zullen hun gas, als China meer wil betalen, naar China sturen. Het speelveld is mondiaal geworden. De in het carboon gevormde fossiele energiedragers worden steeds moeilijker winbaar, de vraag stijgt en daardoor gaat de prijs omhoog. Het koolzuurgasgehalte van de atmosfeer gaat omhoog, daardoor smelten de ijskappen van de Zuidpool en op Groenland. Geleerden hebben berekend dat de zeespiegel per jaar een paar millimeter stijgt en per eeuw wellicht een meter zal gaan stijgen. Wel gaat alles wat assimileert beter groeien en dus meer CO2 opnemen, hebben ze daar wel rekening mee gehouden? Maar goed, gelukkig voor ons: voor een paar miljard kunnen we het plan Veerman uitvoeren en komt

»» 32

De grote jongens boren een paar kilometer diep naar aardwarmte en een aantal kwekerijen worden zo verwarmd. Het resultaat is vaak beter dan verwacht en buren kunnen aangesloten worden op dezelfde bron. Deze bronnen kunnen een eeuw lang warmte leveren. Warmteterugwinning is ook in opkomst, gratis warmte uit de kas (zon) wordt opgevangen en afgevoerd naar zogenoemde aquifers – bellen water 100 meter diep in de bodem. Deze warmte gaat de kas in als er vraag naar is. In Rijsenhout is de eerste kweker aangesloten op de vrijkomende warmte van de compostbereiding van de afvalverwerking. In het nieuwe overloopgebied van Aalsmeerse kassen, PrimAviera, gaat ook naar aardwarmte geboord worden. Binnen dit PrimAviera-concept zijn kassen gepland bovenop, bijvoorbeeld, distributiecentra. De kassen leveren dan de energie aan de laag eronder en kunnen tevens al het afvalwater reinigen en hergebruiken. In Zuid-Holland moet een duurzaam tuinbouwgebied energie gaan leveren en afvalwater verwerken en recirculeren voor 20.000 woningen. Van een energievreter wordt de kas een energieleverancier. Met deze mogelijkheden gun ik Aalsmeer en zijn toekomstige generaties droge voeten, met behoud en uitbouw van zijn centrumfunctie voor bloemen en planten. Ik voorzie dat het gaat lukken. •


»» 33


» Erik van Itterzon

... Een huldiging Twirling of twirlen is waarschijnlijk afkomstig van de

Die foto’s en video’s staan op haar prima verzorgde

Samoa-eilanden. Oorspronkelijk een vechtsport, waarbij

website. Op die website is ook een indrukwekkende lijst

met grote houten stokken werd gestreden. De krijgers

met sponsoren vermeld, daar is opa Hans verantwoor-

waren behendig in het bewegen en manoeuvreren met

delijk voor. Zo’n opa zou je elke sportvereniging gunnen.

de stokken. Het is geen vechtsport meer en de grote houten stokken zijn vervangen door metalen batons. Van Samoa is de sport in Amerika terecht gekomen en vervolgens is de rest van de wereld veroverd. Het is geen Olympische sport, wel zijn er WK’s en EK’s. Het is ook in Aalsmeer een populaire sport, die bij SV Omnia 2000 beoefend kan worden. Twirlen is een combinatie van ritmische gymnastiek, turnen, ballet en majorette. Ik weet dit omdat ik Selina Kok (05-11-2000) heb

In maart dit jaar heeft Selina een heel bijzondere prijs gewonnen, de Shining Star Trofee. Deze prijs wordt uitgereikt sinds 2002 en is ter nagedachtenis van Saskia van der Horst, een veelbelovend twirltalent dat in 2001 plotseling overleed. De moeder van Saskia reikte de prijs uit aan Selina en daarmee werd zij de eerste van buiten de vereniging TVL Leidschendam die deze prijs in de wacht sleepte.

ontmoet. Selina is een groot talent, zij doet mee aan internationale wedstrijden, ze heeft inmiddels meer

Ondanks al deze prijzen zegt Selina van zichzelf dat

medailles dan ik ooit eerder bij elkaar zag. Selina’s

ze niet heel erg goed is, maar daar geloof ik helemaal

grote talent is min of meer bij toeval ontdekt. De

niks van. Ze hoopt ooit een keer op een EK of WK te

wachtlijst voor zwemles was nogal lang en daarom

staan en daar dan eerste te worden. Daarvoor traint

mocht ze als vierjarige zelf een sport uitkiezen. Dat

ze vijf uur in de week, daarvoor rijden haar ouders

werd de twirlgroep van Corine van der Neut en in

haar heel Nederland door en reist haar trainster, ook

het najaar van 2005 deed ze mee aan haar eerste

al op eigen kosten, met haar mee naar Tsjechië.

wedstrijd. Inmiddels is Valerie Leliveld haar trainster en is Selina’s opmars naar de top begonnen. Praten over twirl is een verhaal over preteens en juveniles, basic strut en drops, backhands en basic steps. Terug naar de praktijk, bijvoorbeeld naar het EK in Tsjechië, dat eind april dit jaar plaatsvond in Karlovy

Ik hoop voor haar dat ze al mee mag naar het komende WK, volgend jaar in Zwitserland, al hoopte ik voor haar dat het WK op de Samoa-eilanden zou plaatsvinden. Ik ben niet meteen fan van twirlen geworden, wel fan van Selina. Ik hoop dat ze haar droom kan waarmaken

Vary. Selina is daar vijfde geworden in haar leef-

en dat ze ooit een gouden medaille op een groot

tijdscategorie bij het onderdeel 2-baton. Natuurlijk

toernooi gaat winnen. Dan hoop ik op een ontvangst

waren haar trotse ouders daar ook bij. Haar moeder

op het gemeentehuis, bloemen van de burgemeester,

is verantwoordelijk voor de pakjes, haar en make-

een huldiging op het Raadhuisplein en een rit door

up, haar vader zorgt voor de foto´s en video’s.

Aalsmeer in een open koets met zes paarden. (Volg Selina op www.selinakok.nl)

»» 34


»» 35


Foto: Anke Zekveld

»» 36


» Marcel Harting

... Een engeltje

Ik gun Aalsmeer een engeltje, Dat ons beschermt, zilver gekleurd. Duizenden vliegtuigen jaarlijks over dorp, Een ongelukje is zo gebeurd. Ik gun Aalsmeer een engeltje, Een engel voor welvaart en voorspoed. Al enige malen ondernemersdorp nummer 1, Blijft economisch gezond, voorgoed. Ik gun Aalsmeer een engeltje, Een engeltje voor feest en plezier. Bandjesavond, Pramenrace, Summerdance, Het dondert, bliksemt en regent meters bier. Ik gun Aalsmeer een engeltje, Een engeltje voor cultuur en creativiteit. Kunstroute, gedichtentuin, Bacchus, WAK, Elke inwoner zijn eigen artistieke bezigheid. Duizenden engeltjes waken er al over ons, Niet genoeg, want elke keer, Vind ik dat ons dorp beter verdient Ik gun Aalsmeer alsmaar meer.

Dorpsdichter Marcel Harting schrijft voor elke editie van NieuwNAT een gedicht. Onlangs publiceerde hij zijn debuutdichtbundel ‘100 jaar liefde’, die verkrijgbaar is in de boekhandel.

»» 37


» Jan van Veen

... Een havo/vwoopleiding mavo-onderwijs was ondergebracht bij twee scholen: De Wiekslag en de Openbare Mavo. Voor het lboonderwijs kon je naar de lagere tuinbouwschool, die prima aansloot op de Middelbare Tuinbouwschool. De Poort en De Tienerterp verdwenen, De Wiekslag en de Openbare Mavo fuseerden en gingen tenslotte verder onder de naam Wellant College en het middelbaar onderwijs verhuist binnenkort naar Amsterdam. De vele leerlingen die naar een havo/vwo-school willen, zijn aangewezen op onze omgeving. En dat zullen steeds meer kinderen worden. Al jaren is de gemeente in de weer om een dergelijke vorm van voortgezet onderwijs binnen onze grenzen te krijgen. Een jaar of tien geleden leek het er even op dat het zou gaan lukken. Het ministerie keurde goed dat een van de scholen in de omgeving een dependance zou openen in ons Aalsmeer. Let wel: ‘een’ van de scholen in onze omgeving. Er waren echter meer scholen bereid in Aalsmeer te starten en geen van deze partijen wilde het plan opgeven ten gunste van de andere. En zo ontstond een patstelling, en kwam er dus geen havo/vwo-afdeling in Aalsmeer.

Aalsmeer heeft er aardig wat nieuwbouwwijken bij gekregen en dat heeft natuurlijk bevolkingsgroei tot gevolg. En dat betekent natuurlijk ook… meer kinderen. Er verschenen de laatste tijd dan ook prachtige nieuwe scholen voor basisonderwijs, en andere scholen werden mooi gerenoveerd. Maar dan nog zijn sommige scholen niet groot genoeg om alle leerlingen netjes te herbergen. Die leerlingengroei heeft natuurlijk ook effect op de uitstroom naar het voortgezet onderwijs. En op dat gebied is de laatste jaren erg weinig positiefs te melden. Ik weet nog dat er twee naai- en knipscholen waren: De Poort en De Tienerterp. En ook het

»» 38

Ik wil niet slecht denken, maar door deze tactische zet zal er in onze omgeving geen leegstand van lokalen ontstaan. De plekken die leegkomen omdat het leerlingenaantal in de buurgemeenten gaat dalen, worden opgevuld door de kindertjes uit ons Aalsmeer en zo lost Aalsmeer een probleem op voor onze buren. In mijn optiek gebeurt dat over de ruggen van onze kinderen, die dagelijks in grote groepen kilometers buiten ons dorp naar hun school moeten fietsen. Als straks het mbo gaat verhuizen naar Amsterdam, staat er een prachtig gebouw klaar om deze kinderen onderdak te geven in een havo/vwo-school. En dat is nu precies wat ik onze Aalsmeerse kinderen gun: een eigen havo/vwo school! •


... een lucht met zon en wolken - geen vliegtuig herrie

Foto: Anke Zekveld »» 39


» Peter Maarsen

Gunnen Wereldvrede! Ik gun Aalsmeer… wereldvrede. Zo! En nu jullie weer. Het zou toch wat zijn als ik de rest van deze column gewoon achterwege zou laten omdat alles hiermee al is gezegd. Eens kijken of die hoofdredactionele types mij de volgende keer weer vragen. Ergens in mijn achterhoofd denk ik van niet. Ze zullen vast niet zo vredelievend zijn dat ze mij die gemakzucht vergeven. Rijkdom! Ik gun Aalsmeer… rijkdom. Niet die platte rijkdom van goed gevulde bankrekeningen, die leidt tot enorme personenwagens die kleine beginnende nog slingerende fietsertjes geen ruimte geven, maar culturele en intellectuele rijkdom, die leidt tot begrip en steun voor mensen met minder mogelijkheden en kansen. Water! Ik gun Aalsmeer… water. Ha, ha, ha hoor ik jullie lachen, dat is er toch zat! Helaas, water is er nog alleen voor wie oppervlakkig kijkt. Ten eerste is er nergens ter wereld meer écht schoon water, ten tweede is het water dat in Aalsmeer in de plassen staat steeds ondieper aan het worden. Op het gevaar af dat het een stokpaardje wordt: baggeren, anders kunnen we huizen bouwen op De Poel! Liefde! Ik gun Aalsmeer… liefde. Wederzijdse allesomvattende liefde. Voor de natuur, voor alle inwoners, voor Het Dorp zoals het is en nog wordt. Als iedereen handelt uit liefde voor zijn hele omgeving zijn ingezonden brieven over mishandelde dieren, regels negerende fietsers en automobilisten, falende ambtenaren en andere overlast verleden tijd. ……..! Ik gun Aalsmeer… Het is op. Wat moet je een dorp nog meer gunnen, dat niet al is vervat in de vier alinea’s die hierboven staan? Dit dorp, ik weet nog hoe het was. De kwekerskinderen in de klas. Een praam die stuitert over ‘t water. Het raadhuis met een pomp ervoor. Een zandweg tussen kassen door. Een roos, de grote kater. En langs het tuinpad van mijn vader. Zag ik mijn boze oom weer staan. Mijn bal had weer een raam gebroken. Toch wou ik hier nooit meer vandaan. Dat laatste is niet helemaal waar. Rond mijn achttiende wilde ik vluchten. Op De Buurt wist iedereen wie je was, wat je deed en hoe laat je daarvan weer terug was. Dat beschouwde ik als benauwend, kleingeestig en naargeestig. Dus op naar de Grote Stad waar je anoniem kon onderduiken, als individu volledig op jezelf werd teruggeworpen en zelf kon bepalen welke weg je bewandelde. Toen werd ik dertig. En zag ik in dat wat ik beschouwde als benauwend, kleingeestig en naargeestig ook gezien kan worden als, noem het maar samenleving. Er een beetje voor elkaar zijn en op elkaar letten. Een beetje rekening houden met elkaar, het een beetje samen doen. Dus vooruit: als ik Aalsmeer dan nóg iets gun, is het niet in één woord te vatten. Ik gun Aalsmeer een dorps karakter met kleine stadstrekjes.

»» 40


» Paul Bras

... Kekke kroeg

Vandaag hoorde ik dat er een gaap is geboren. Een wat? Een gaap! Dat is een kruising tussen een schaap en een geit. Het is een jong van een vrouwtjesschaap en een geitenbok. Een zeldzame gebeurtenis. Het beest heeft horentjes en een lange, schaapachtige, waterafstotende vacht en is onvruchtbaar. Toen ik dit bericht hoorde, dacht ik even dat het een eenaprilgrap was. Ik vond het zo onwaarschijnlijk dat ik het heb nagezocht op Wikipedia. Het klopt!

Nederland. De rust en de natuur, de gunstige ligging, Kudelstaart heeft het allemaal. Maar toch ontbrak er iets. En al snel begreep ik wat: in Kudelstaart zijn geen kroegen. Er bestaat niet zoiets als een gezamenlijke plek waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. Ja, er is natuurlijk de kerk, die godbetert eens in de week een bijeenkomst organiseert, maar meer dan wijn wordt daar niet gedronken. Menig initiatief om een kroeg te beginnen werd door de gemeenteraad opzij geveegd.

Onwillekeurig moest ik denken aan een persbericht in april van de gemeente Aalsmeer. De kop luidde: ‘Gemeente geeft eerste aanzet voor horecagelegenheid voor Kudelstaart.’ Het persbericht dateerde van 14 april 2011. En omdat ik weet dat ambtelijke molens traag draaien, vermoedde ik een verlate eenaprilgrap. Het blijven toch ambtenaren.

En dan nu dit bericht. Helemaal enthousiast begin ik te lezen. Horeca Nederland krijgt de opdracht te onderzoeken wat levensvatbaar, passend en rendabel is. Als voorbeeld wordt genoemd de horecagelegenheid op het surfeiland in Aalsmeer. En dan zakt mijn broek af. Dag bruine kroeg, dag gezelligheid, dag verzamelplek van behoeftige Kudelstaarters. Dat wordt weer zo’n trendy hotspot waar kekke buurtbewoners van het type Yup zich fijn kunnen laven aan hippe drankjes als de Mojito cocktail. Waar grijze, vermogende toeristen in hun antieke cabrio’s of dito speedboten aanleggen om even te chillen. De Kudelstaartseweg als het equivalent van de boulevard van Scheveningen.

Heel langzaam begon ik te begrijpen dat het een serieus bericht betrof. Een horecagelegenheid in Kudelstaart. Zou dan eindelijk het gezonde verstand zegevieren? Komt er dan toch een mooi oud-bruin café in Kudelstaart? Bijna te mooi om waar te zijn. Nu moet u weten dat ik van oorsprong een Amsterdammer ben. Eentje die is opgegroeid met op iedere hoek een kroeg. Het was het domein van iedereen die een beetje vertier en troost zocht. Een veilige haven wanneer het thuis allemaal even te veel werd, of juist te stil was. Waar je vrienden op je zaten te wachten. Waar je na het werk of voor het slapen gaan een luisterend oor vond. De buurtkroeg had de functie die tegenwoordig door menig therapeut wordt vervuld. Zonder kroegen zou Amsterdam Amsterdam niet zijn. Jaren later verhuisde ik naar Kudelstaart. Een geweldig dorp aan de rand van het Groene Hart van

Ik begrijp dit besluit ook wel. Het is goed voor de economie en het stuwt Kudelstaart op in de vaart der volkeren. Maar ik word er een beetje weemoedig van. De tijd van de ongelijke planken vloer, de pinda’s op de bar, de chagrijnige barman, het verschaalde bier en de op onvaste benen staande stamgast is voorbij en maakt plaats voor glas en staal, een uitgebalanceerde kaart, mooie jonge meiden die je bestelling opnemen en een eigenaar die zijn Porsche voor de deur parkeert, waardoor ik altijd het gevoel heb dat ik bij het betalen van de rekening genaaid wordt. Nee, geef mij maar die goeie ouwe tijd. Toen was alles beter.

»» 41


» Janna van Zon

... Dagdromen Op een zonnige middag onder een verpletterend mooie parasol droom ik wat weg. Ik droom over een groot kunst- en cultuurcentrum en ik droom over een Stokkeland waar de spelende mens zich in de meest brede zin van het woord kan vermaken. Mijn droom is een feest van blije mensen, mensen die met elkaar in discussie gaan, die luisteren naar elkaar, elkaars mening respecteren, waar vriendschappen ontstaan en mooie liefdes opbloeien. En oh… wat heerlijk klinkt de muziek. Dagdromen zijn totaal anders dan de dromen die je ’s nachts overkomen. Dagdromen zijn een feest, zij zijn namelijk in staat om je boven jezelf te doen uitstijgen. Dagdromen verrassen, prikkelen de fantasie en de creatieve geest. En in tegenstelling tot de nachtdromen, is het mogelijk om dagdromen te onthouden, zij stellen de mens in staat door te fantaseren om zo steeds dichter bij het ideaalbeeld te kunnen komen. Dus dagdroom ik verder.

Interesse prikkelen Stel je nu eens voor dat de gemeente Aalsmeer, met inmiddels een inwoneraantal van dertigduizend, de komende jaren serieus aandacht gaat besteden aan een kunstcentrum, waardoor de interesse van jong en oud door het scala van mogelijkheden zo wordt geprikkeld dat men graag voor langere tijd in zo een inspirerende ruimte wil vertoeven. Juist deze tijd leent zich uitstekend om eens goed na te denken over een omgeving waarin vriendschappen en contacten zich kunnen intensiveren. De mens is zo langzamerhand wel een beetje moe geworden van het tijdperk waarin er steeds minder ruimte is voor aandacht en alles steeds vluchtiger moet en gaat. Filosofen, wijsgeren en andere verlichte geesten wijzen naar deze tijd waarin de behoefte naar spiritualiteit steeds groter wordt. Wat zou het niet fantastisch zijn wanneer de gemeente ingaat op deze behoefte. Dat zou wel eens een hele andere gemeenschap kunnen gaan opleveren!

»» 42

Wanneer ik word opgeschrikt door geluiden van buitenaf, neemt mijn praktische geest het over. Want hoe zou, denkt mijn praktische geest, in een tijd waarin bezuinigd moet worden het toch mogelijk zijn deze dagdroom te verwezenlijken? Mijn dagdroom en mijn gevoel voor realiteit vullen elkaar echter op een organische wijze aan, zij liggen in elkaars verlengde, op een en dezelfde golflengte.

Handen ineen slaan De meest voor de hand liggende oplossing volgens mijn dagdroom is dat meer stichtingen en verenigingen gebruik gaan maken van een en hetzelfde gebouw. Dat bespaart de kosten van huur en onderhoud. Kennis en ervaring worden gedeeld, hetgeen een behoorlijke winst oplevert. Samen werken en samen communiceren is een stuk prettiger dan alleen overal voor moeten opdraaien. Het komt dus hier op neer dat de stichting Kunst en Cultuur Aalsmeer, de bibliotheek en De Oude Veiling de handen ineen gaan slaan en hun ervaring en expertise delen. Door hun krachten te bundelen kunnen zij veel meer Aalsmeerders bereiken. Ook degenen die nog niet zo vertrouwd zijn met kunst en cultuur. Want een mooi, interessant, sfeervol gebouw waarin van alles gebeurt op het gebied van kunst en cultuur, trekt publiek. Tenslotte is de mens van origine nieuwsgierig, wil geprikkeld worden. Vanaf september 2010 is er tussen kunstencentrum De Hint, jongerencentrum N201, KCA, De Oude Veiling, de bibliotheek, Ton Offerman, Pieter Groenveld, Joop Kok en ondergetekende meerdere keren overleg geweest om te kijken of men bereid was tot samenwerking. De wil is er!

Bruisend centrum Aalsmeer heeft met De Oude Veiling een gebouw dat kan worden omgetoverd tot een bruisend centrum.


Ooit was De Oude Veiling het epicentrum voor de kwekers. Aalsmeer weet zich wat bloemen en planten betreft al jarenlang op de wereldkaart te zetten. Leo van Erp, sinds drie jaar eigenaar van De Oude Veiling, heeft er een prettige ontmoetingsplek gecreëerd voor een kunstminnend publiek. Leo heeft aangetoond dat het heerlijk is om te dagdromen en dat dromen en idealen verwezenlijkt kunnen worden. Maar… het kan nog mooier, beter! Zo kan de bibliotheek worden uitgebreid, wordt de leesruimte een plaats waar het heerlijk is om een krant of tijdschrift te lezen. Bovendien een stimulerende werkplek voor bijvoorbeeld zzp’ers. De expositieruimte wordt zo ingericht dat het plaats kan bieden aan grote, meer museale projecten die ook bezoekers buiten Aalsmeer interesseren. Natuurlijk blijven ook kleinere projecten mogelijk. Waar het om gaat is dat de bezoekers zich kunnen verwonderen over wat ze zien en horen, dat zij ook kunnen bewonderen.

lat niet te laag leggen. Laten wij de uitdaging een kans geven. Er is altijd veel meer mogelijk dan in eerste instantie wordt gedacht. Heimelijke wensen, reële wensen, wensen voor nu of voor later, als wij op onderzoek uitgaan, onze krachten bundelen, het creatieve proces uitbuiten en over onze eigen schaduw heenspringen, gaat het gewoon lukken. Door een groot kunst- en cultuurcentrum te willen in het hart van Aalsmeer, doen wij daarmee de andere Aalsmeerders te kort? Volgens mij niet. Wie in Amsterdam naar de Bijenkorf wil en niet in het centrum van de hoofdstad woont, zal toch echt de auto, fiets, bus of tram moeten pakken. Daar hoor je nooit iemand over klagen. Marktstraat (De Oude Veiling), de molen, de Historische Tuin, het Stokkeland, Weteringplantsoen vormen de culturele en historische kern en kunnen met enige aanpassing genoeg variatie bieden om er

Trekpleister De kinderkunstzolder wordt een trekpleister voor schoolgaande jeugd; juist door de samenwerking met bibliotheek en De Hint ontstaan er legio mogelijkheden. Er zullen ook ruimtes komen waar muziek gemaakt kan worden en waar men naar muziek kan luisteren. Men kan op de fiets of loopafstand naar de film, cabaret en toneelvoorstellingen. Dit multifunctionele gebouw wordt een ontmoetingsplek waar men met een kop koffie/thee, een glas wijn of een pilsje kan filosoferen over het leven, waar werkafspraken kunnen worden gemaakt en men met de plaatselijke politici van gedachten kan wisselen, waar ook voor een redelijke prijs gegeten kan worden.

enige uren op een plezierige wijze te toeven. Tel daarbij de verschillende leuke eettentjes waarmee het uitgaanscentrum van Aalsmeer er voor bewoners en toeristen alleen maar leuker en interessanter op wordt. En Stokkeland wordt ons Aalsmeerse Vondelpark. Stel je voor, er komt een klein haventje, wat zou dat een mooie aanwinst zijn. Want wie Aalsmeer zegt, denkt niet alleen aan bloemen maar ook aan water. Al dagdromend ga ik er voor het gemak vanuit dat ook de al jaren te koop staande Stokkelandpunt nu eens eindelijk bestemd wordt voor de Aalsmeerse bevolking. Stichting de Bovenlanden krijgt een riante plek op het Stokkeland, zodat zij de geschiedenis van land en water aan een breder publiek kan tonen. •

Deze dagdroom is geen utopie, deze dagdroom is haalbaar. Aalsmeer heeft de mogelijkheden in huis. Laten wij gaan voor onze dagdromen en daarbij de

In mijn dagdromen worden het de dagdromen van heel veel Aalsmeerders, zij spreiden zich als een inktvlek.

»» 43


Burgemeester Pieter Litjens openhartig over hangjongeren

Volksplaag nummer één? Nee » Yannick Duport De deur van zijn werkkamer sluit zich achter hem wanneer hij binnenkomt. “Zo, jeugdzaken,” zegt hij hartelijk terwijl hij zijn hand uitsteekt, de mijne schudt en koffie voor ons inschenkt. Wanneer ik mijn twee suikerstaafjes leeggooi in mijn kopje, bedenk ik me dat ik het verkeerde notitieboekje heb meegenomen; in plaats van mijn vertrouwde gelinieerde kameraad heb ik een rondslingerend schetsboekje meegenomen. Drie maanden geleden interviewde ik een Aalsmeerse hangjongere en had ik al mijn goede spullen bij me, vandaag spreek ik de burgemeester en zit ik opgescheept met een schetsboek. Pieter Litjens wilde graag uitgebreid reageren op het artikel over hangjeugd en jeugdzaken dat in de vorige editie van dit blad verscheen van mijn hand. Aldus geschiedde. “Wat ik Aalsmeer gun,” zegt Litjens bedenkelijk, “is dat alle nieuwe bewoners die hier zijn komen wonen, zich Aalsmeerder gaan voelen.” Het is de laatste vraag waar hij antwoord op geeft, bijna een uur nadat hij de deur achter zich heeft dichtgetrokken. “Wat er hier is, het dorpse karakter, dat is iets waar we als gemeente trots op moeten zijn,” stelt hij, vlak voordat hij zich corrigeert: “Het heeft ook nadelen, het ons

»» 44

kent ons.” Toch is volgens Litjens het ‘Aalsmeers’ maken van de nieuwe bewoners van de gemeente een groot goed. “Dat we hier verenigingen hebben die bijna volledig afhankelijk kunnen zijn van vrijwilligers, dat er zo’n cohesie bestaat onder de mensen, dat is fantastisch en moeten we zien te behouden.” Wat Litjens Aalsmeer gunt, vormt het einde van ons gesprek, dat verder vooral is gegaan over het onderwerp dat de burgemeester bij zijn binnenkomst noemde, jeugdzaken. Opvallend genoeg stond ook bij dat onderwerp het groeiende aantal Aalsmeerders centraal. Waar het bij het behoud van het dorpse karakter erom gaat de nieuwe Aalsmeerders zich Aalsmeerder te doen voelen, is bij jeugdzaken het idee dat er met zoveel ‘nieuwe’ jeugd in dichter bebouwd gebied mogelijk problemen gaan ontstaan, wanneer een deel van de volgende generatie zich op de straat gaat ophouden. “Er is mogelijk een deel van de jongeren die gaan rondhangen op straat, en daar heb ik op zich geen probleem mee,” verklaart Litjens leunend in zijn stoel. “Zolang ze maar geen overlast veroorzaken zijn ze vrij om te gaan en staan waar ze willen.”

Overlast Wanneer de eerste vragen over jeugdzaken zijn kant uitkomen, is Litjens er in zijn eerste opmerkingen op gebrand duidelijk te maken dat, wanneer het gaat om de hangjongeren die problemen veroorzaken, die maar een kleine groep vormen. “Er wonen duizenden jongeren in Aalsmeer, en maar kleine groepen, waaronder een stuk


of dertig in Kudelstaart, zijn hangjongeren die overlast veroorzaken.” Het gegeven dat het inderdaad maar om een relatief kleine groep jongeren gaat, maakt het lastig voor de gemeente om de kosten die gemaakt moeten worden om deze groep op te vangen uit te leggen. Litjens: “We moeten als gemeente vijf miljoen bezuinigen, ik kan niet uitleggen aan de gemeenteraad en de inwoners, waarom wij wel extra investeren in dertig hangjongeren, die menen recht te hebben op een jeugdhonk, terwijl we moeten bezuinigen op voetbalclubs waar honderden jongeren twee of drie keer per week hun sport beoefenen en niemand tot last zijn.” Aan de andere kant ziet hij ook de verantwoordelijkheid die de gemeente draagt voor het prettig bewoonbaar houden van de wijken. De overlast die hangjongeren veroorzaken is er, of hij nu wordt veroorzaakt door dertig of driehonderd jongeren. De afweging die de gemeente moet maken, is er één die gaat tussen de belangen van inwoners die last hebben van overlast aan de ene kant en die van de jongeren die de overlast veroorzaken aan de andere. De burgemeester realiseert zich dat de bewoners niet de enige partij zijn in de situatie. “Het mag niet zo zijn dat Kudelstaart een ‘no-go area’ voor hangjongeren wordt. Het is hun woonplaats, ze horen daar dingen te kunnen doen, maar wel binnen de grenzen van de redelijkheid.” Wel is het zo dat na een lange periode van aanhoudende problemen het hangen rond het winkelcentrum in Kudelstaart expliciet verboden is.

Oorzaken Een onvermijdelijk onderdeel van de discussie rondom hangjongeren is het zoeken naar de reden dat sommige jongeren hun avonden op straat doorbrengen. Lang voordat het onderwerp nadrukkelijk de revue passeert, hekelt Litjens het idee dat er in de gemeente onvoldoende aandacht is voor jongeren. “Wat mij opvalt is dat er door een kleine groep jongeren word gezegd dat er niets is, geen infrastructuur bestaat, maar die is er wel degelijk,” legt hij uit. De infrastructuur waar hij op wijst, is het grote aantal organisaties en verenigingen die bestaan voor jongeren. Ook de relatief hoge sportparticipatie in de gemeente in het bijzonder wordt met enige trots aangehaald. Wat niet wil zeggen dat de oorzaak van de overlast bij de jongeren ligt. Litjens realiseert zich dat het vandaag de dag lastig is voor groepen jongeren plekken te vinden waar ze niemand tot last zijn. “Op een heleboel plekken waar nieuwbouw is gepleegd, zoals Aalsmeer-Oost en Kudelstaart, is een aanzienlijk deel van de natuurlijke habitat van hangjongeren in gebruik genomen, en daar komt weinig voor terug.” De natuurlijke habitat, afgelegen stukken land waar het geluid dat groepen maken niemand stoort, is zodanig zeldzaam geworden dat het bijzonder lastig is geworden voor hangjongeren om zich af te zonderen. »

»» 45


» Een andere factor die het vermijden van overlast volgens Litjens lastig maakt, is de subjectiviteit van geluidsoverlast. “Wat ik wel jammer vind, is dat de grens bij vernielingen heel duidelijk is, terwijl de grens bij overlast op een andere manier, bijvoorbeeld geluidsoverlast, dat juist niet is.” Het wel of niet bestaan van overlast is niet vast te stellen zoals een kapot bankje of gebroken raam; de grens die bereikt moet worden voordat ergernis en irritatie ontstaan, is voor iedereen anders. Op sommige plaatsen in de gemeente waar de hangjongeren zich traditioneel ophouden, is het geduld van omwonenden zelfs volledig verdwenen. “Wat de hangjongeren zich niet realiseren is dat er mensen zijn die simpelweg bijna niets meer kunnen hebben. Voor die mensen is een bepaald niveau van overlast bereikt en overschreden en die storen zich vanaf dat moment aan alles,” aldus Litjens.

»» 46

Oplossingen

jongeren waar geen jongere ooit komt. Ondanks die misser is de container een belangrijk onderdeel van toekomstige plannen, zo is er bijvoorbeeld de mogelijkheid hem te verplaatsen naar een andere locatie die de hangjongeren wel bevalt. Litjens: “Als die jongeren duidelijk tegen ons zeggen dat ze bij RKDES willen staan, maar dat ze niet graag op de wind staan, dan kunnen wij ervoor zorgen dat die container daar terecht komt, zodat ze daar uit de wind staan. Ik zou niet weten waarom de politie daar zou moeten ingrijpen, zolang er geen malle dingen gebeuren.”

Dat het lastig is voor jongeren om het veroorzaken van overlast te vermijden is volgens Litjens absoluut geen excuus voor overlast. De burgemeester is wat betreft het vinden van de balans tussen de belangen van omwonenden en hangjongeren zeer gedecideerd. “Je mag als jongere hangen waar je wil, maar als je overlast veroorzaakt, hebben we een probleem. Ze mogen zelf bepalen en inschatten hoe ver ze kunnen gaan, maar als wij klachten krijgen, gaan we optreden. Want wij hebben een verplichting naar die jongeren toe dat ze kunnen gaan en staan waar ze willen, maar we moeten er ook voor zorgen dat de andere bewoners op een fatsoenlijke manier kunnen wonen.”

Hoewel de gemeente bereid is naar de hangjongeren te luisteren en met ze te overleggen, zijn er wel grenzen aan de welwillendheid van de gemeente. Het jeugdhonk vaker beschikbaar maken is volgens Litjens geen optie, vanwege de hoge kosten die daarmee gepaard gaan. “Ik ben van mening dat het tot op zekere hoogte goed is om faciliteiten aan te bieden, maar die zijn wat mij betreft sober en doelmatig. Dat is een hangplek waar zo min mogelijk overlast veroorzaakt wordt. Niet een volledig uitgerust jeugdhonk met een gevulde koelkast, twee welzijnsmedewerkers, een televisie en de verwarming aan.“

Over het gemeentebeleid van de afgelopen tijd is Litjens kritisch. “Wat ik, en de gemeente, de afgelopen jaren hebben gedaan - wat we ook niet goed hebben gedaan - is dat we wellicht te veel zelf hebben willen bepalen.” Wat hij zelf graag zou zien gebeuren is dat er in de toekomst meer overleg komt met de jongeren zelf, zodat mislukkingen zoals de zeecontainer, bedoeld als hangplek in Kudelstaart, kunnen worden voorkomen. “Met die container, dat heeft de gemeente onhandig gedaan,” vertelt Litjens. Om praktische redenen was de container geplaatst in een hoek, maar daardoor waaide en regende het er regelmatig naar binnen; het resultaat van die misrekening is een hangplek voor

Met welke oplossingen de gemeente, mogelijk in overleg met de jongeren, komt is vooralsnog niet duidelijk. Wel duidelijk is dat het een lastig op te lossen situatie is, omdat de belangen van buurtbewoners afgewogen moeten worden tegen het bestaansrecht van de jongeren, die ook inwoners zijn. Waar het gaat om overlast is de burgemeester duidelijk: daar moet tegen worden opgetreden, maar de jongeren uitsluitend als probleem zien, is ook niet de bedoeling. “Dat ze overlast veroorzaken is vervelend en moet worden voorkomen,” verzucht Litjens terwijl hij in zijn koffie roert, “maar dat jongeren soms worden beschreven als een volksplaag nummer één, vind ik jammer.” •


Wij gunnen Aalsmeer... een kudelstaart Gedichten en liedteksten kun je niet bedenken, ze komen zomaar op je af. Een kwestie van goed opletten! Altijd heb ik pen en papier op zak, want inspiratie krijg ik vaak als mijn lijf beweegt. Er komt dan opeens een ideetje of een goeie beginregel, bijvoorbeeld tijdens een wandeling langs de zee. Ook weleens in de supermarkt, het zwembad (geen pen en papier!) of fietsend door het bos. Remmen, afstappen en gauw noteren anders is het weg! Eenmaal weer thuis, genesteld in mijn schrijfstoel voor het grote raam met uitzicht op een prachtige linde, gaat dan het échte werk beginnen: schrijven, doorhalen, eraf en erbij. Hardop de nieuwe zinnen lezen of de regels zingen kan vaak helpen. Net zolang tot er iets overblijft wat hopelijk de moeite waard is. Dat weet je dan op z’n vroegst de volgende dag. Als er een nacht is geslapen en het ei niet alleen is gelegd, maar ook is uitgekomen… Theo Olthuis (1941) werd geboren in Amsterdam, waar hij ook opgroeide en tot 1998 woonde. Daarna verhuisde hij naar Bergen (NH). Hij is onderwijzer geweest in Amsterdam en dramadocent bij de balletscholen De Toverfluit en Scapino Dansschool. Olthuis schrijft gedichten en toneel voor kinderen en volwassenen. Gedichten werden gepubliceerd in de bladen Okki en Taptoe en vele bundels.

Kudelstaart In Kudelstaart, in Kudelstaart, daar dragen de mannen een lange baard en alle vrouwen een kudelstaart, want knippen is verboden! Nergens vind je daar een schaartje. Nergens zie je een los haartje. En de kinderen, Hoe lopen die erbij? De jongens dragen hun haar Met een speld opzij En de mensen hebben allemaal Een kudel-paardestaartje. In Kudelstaart is iedereen rijk. Toeristen komen met bussen tegelijk Om te kijken naar al die haren. Jaja, die Kudelstaartenaren…..! Theo Olthuis

(Overgenomen van de website van Theo Olthuis)

»» 47


NieuwNAT: najaar 21 september 2011: Aalsmeer en de dood

Onze sponsors

Hanneke Maarse Pianodocente

 48


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.