JESSALINEA
Medisch informatieblad Jessa Ziekenhuis
nr. 12 december 2013
in dit nummer Tevredenheidsmeting huisartsen 6 | Snelle detectie van sepsis redt mensenlevens 8 | Orgaandonatie in de praktijk 10 | Diabetes 12 | Jessa bouwt vernieuwd hematologisch centrum 14 | Begeleiding voor 'second victims' 15 | Transmuraal zorgpad voor neurologische en locomotorische revalidatie 16 | Dossier moeder en kind 18 | ReumapatiĂŤnt beter omkaderd 22 | Relatie tussen borstkanker en leefgewoonten bij kinderen 24 |Chronische pijn na CVA 26 | Recente evoluties in de diagnose en behandeling van longkanker 30 | Verbum 35 | Symposia 39
Het Jessa Ziekenhuis beschikt sinds kort over een nieuwe neonatale zorgeenheid die gehuisvest is op campus Virga Jesse. De afdeling biedt plaats aan 20 pasgeboren baby’s die er door een gespecialiseerd team worden opgevangen. De infrastructuur biedt ondersteuning bij een concept dat de rust en geborgenheid van mama en baby centraal stelt. Meer hierover op pagina 16.
2 JESSALINEA
EDITORIAAL
Salutem Lectori De besparingsinspanningen van de overheid in de gezondheidssector zullen ook in 2014 de marges van de ziekenhuizen verder afkalven. Volgens de MAHA analyse (financiële analyse van de ziekenhuizen) van Belfius neemt de winstmarge in de meeste ziekenhuizen af en sluiten 29 van de 95 instellingen in België het boekjaar 2012 af met een negatief bedrijfsresultaat. Voor 2013 voorspelt men een verdere achteruitgang van de financiële toestand. Achterblijvende inkomsten (omzetstijging van 3,4%) en toenemende personeelskosten (+5,3% en de aanwerving van bijna 2.000 FTE in de sector) verklaren deze achteruitgang. De remedie laat zich raden: in de meeste instellingen zal fors ingegrepen worden op het personeelsbestand om de toestand te normaliseren. Forfaitarisering van verschillende zorgonderdelen (vb. forfaitarisering van bepaalde geneesmiddelen bij opname in het ziekenhuis, referentiebedragen voor sommige aandoeningen die vergoed worden op basis van de gemiddelde nationale kost voor bepaalde verstrekkingen) lijkt een favoriete strategie van de overheid te zijn om de kosten onder controle te houden. Uitgangspunt hier is dat het gemiddelde de norm is, een voorwaar gevaarlijk precedent in de context van onze gezondheidsorganisatie. Het invoeren van een forfaitair systeem met als (enig) doel in te grijpen op de kostenstructuur, zal zorgverstrekkers en zorginstellingen prikkelen om de kosten maximaal te beperken. Hoewel de onderzochte literatuur niet conclusief is (zie KCE rapport), dreigt een dergelijke aanpak, in afwezigheid van kwantitatieve gegevens over de kwaliteit van de geleverde zorg, te leiden tot onder-diagnose en onder-behandeling van bepaalde aandoeningen. Het doel is / moet zijn zorg te verlenen die (bewezen) meerwaarde biedt voor de patiënt. De ingrediënten van dergelijke zorg zijn multidisciplinaire samenwerking rond zorgtrajecten (een organisatiestructuur gebaseerd op ziektebeelden), doorgedreven standaardisatie van deze zorgtrajecten tussen zorgverleners, meten van proces- en resultaatsindicatoren en de kostenstructuur van deze programma’s met regelmatige evaluatie van deze gegevens en bijsturing van het proces, verdere regionale en supra-regionale integratie van zorgverstrekkers zodat het aanbod van bepaalde minder frequent voorkomende aandoeningen gecentraliseerd kan worden bij experten en een financiering die afgestemd is op het bereiken van deze doelen. Dit alles vereist een vernieuwde visie op het huidige organisatorisch model en voldoende leiderschap bij overheid, zorginstellingen en artsen om deze nieuwe paradigma’s te realiseren. Enkel zo zal onze gezondheidszorg verantwoordbaar en duurzaam zijn. Benieuwd of we deze wending zullen terugvinden in de roadmap die minister Onckelinx tegen volgend jaar zal voorleggen.
dr. Frank Weekers
JESSALINEA 3
KORT BERICHT
Grootschalige oefening spoeddienst Jessa en brandweer
Computergame moet kinderen informeren over ziekenhuisopname
In oktober organiseerde de spoedgevallendienst van het Jessa Ziekenhuis samen met de brandweer van de stad Hasselt een opleiding over hulpver-
Jessa Ziekenhuis en Hogeschool PXL starten onderzoeksproject met steun Vlaamse Overheid
lening bij zware ongevallen. In de voormiddag was de opleiding theore-
Als een kind voor een opname naar het ziekenhuis moet, rijzen er veel vragen. Wat staat
tisch. 's Namiddags werkten artsen en
er allemaal te gebeuren? Wat mogen ze meenemen? Kinderen, klasgenootjes en ouders
paramedici samen met de brandweer
hebben op zo’n moment een grote behoefte aan informatie. Het Jessa Ziekenhuis en Ho-
tijdens twee realistische oefeningen.
geschool PXL bundelen daarom de krachten om te onderzoeken op welke manieren deze
Bij de eerste oefening werden er twee
behoefte beter aangesproken kan worden. Ze krijgen hiervoor financiële steun vanuit de
brandweermannen (in volledige uit-
Vlaamse overheid. “Concreet willen we bekijken of er een computergame ontwikkeld kan
rusting) gered onder 'het puin' in het
worden dat op een speelse manier kinderen, klasgenootjes en ouders kan informeren,”
oude Salvatorrusthuis. Bij een tweede
zegt Jo Vrancken van Hogeschool PXL.
oefening werd een bevrijding uit een autowrak gesimuleerd. De opleiding
"Er is nu al veel informatie beschikbaar op onze website die speciaal ontworpen is voor
kwam er vooral omdat er tegenwoor-
kinderen," vertelt orthopedagoge Leen Coremans van de kinder- en jeugdafdeling. "En
dig minder zware ongevallen gebeuren.
in het ziekenhuis zelf gebruiken we fotoboeken waarmee we kinderen voorbereiden op
Met de oefening streven ziekenhuis
een operatie en alle stappen die er aan voorafgaan. Daarnaast is er veel aandacht voor
en brandweer ernaar om de ervaring
de mondelinge contacten. Alles wat er met het kind gebeurt, kondigen we altijd aan het
bij de oudere artsen en paramedici te
kind zelf aan.”
onderhouden en de jongere generatie voldoende praktijkervaring te laten opdoen. Aan de grootschalige oplei-
Beleving
ding namen – verspreid over vijf ses-
Maar het kan nog beter. Een computerspel via een website of app maakt informatie niet
sies - 150 mensen deel, waarvan de
alleen vlot toegankelijk maar zorgt ook voor een beleving. "Zo is het kind actief bezig met
helft van de brandweer, de helft van de
zijn opname in het ziekenhuis en dus beter voorbereid," aldus Leen Coremans. Onderzoe-
spoedgevallendienst. Een aantal erva-
kers van Hogeschool PXL zullen nu nagaan hoe zo’n game er kan uitzien. Jo Vrancken: “We
ren verpleegkundigen van de spoedge-
gaan bekijken wat de vereisten zijn: hoe het game moet aansluiten bij de leefwereld van
vallendienst stelden in aanloop naar de
het kind, en hoe kinderen en ouders op een laagdrempelige en interactieve manier kun-
opleiding een handboek ATLS (advan-
nen zien wat er allemaal komt kijken bij een ziekenhuisopname.” Ook in het lessenpakket
ced traumatic life support) samen.
op school kan het game een meerwaarde betekenen wanneer het over ziekenhuisopnames gaat.
Leefwereld "We vinden het belangrijk dat we informatie op maat van de patiënt geven," aldus algemeen directeur dr. Yves Breysem. "Kinderen zijn een heel specifieke groep patiënten en daarom willen we hen graag vanuit hun leefwereld benaderen en informeren. Met een computerspel via app of website kunnen we kinderen én ouders op een speelse, interactieve manier voorbereiden op de opname in het ziekenhuis. Bovendien zal technologie zoals apps, tablets en smartphones in de toekomst een grote rol spelen. Door deze samenwerking met Hogeschool PXL en dankzij subsidies van minister Lieten kunnen we werken aan die toekomst en aan innovatie."
4 JESSALINEA
Eerste transmuraal stomacongres smaakt naar meer Op zaterdag 5 oktober organiseerde het Jessa Ziekenhuis voor het eerst een transmuraal stomacongres ‘stomazorg in de praktijk’. Een mix van 115 thuisverpleegkundigen, verpleegkundigen uit ons ziekenhuis en omringende ziekenhuizen, monitrices van opleidingen verpleegkunde en enkele artsen luisterden en werkten er rond stomazorg. De conclusie: stomapatiënten hebben specifieke vragen en noden. Ze komen op diverse verpleegafdelingen en raadplegingsmomenten terecht, terwijl ook de thuiszorg een belangrijke rol speelt. Deze transmurale benadering tussen verschillende zorgverleners vraagt dan ook naar meer.
Opnieuw Europese erkenning voor 4 diensten Jessa Ziekenhuis De diensten medische oncologie, palliatieve zorgen, hematologie en radiotherapie krijgen opnieuw een erkenning van de Europese vereniging voor Medische Oncologie (ESMO: European Society for Medical Oncology). ESMO accrediteert wereldwijd centra die kunnen aantonen dat ze patiënten met
Uniforme medicatiedrips
kanker een geïntegreerde zorg aanbieden. Prof dr. Jeroen Mebis, medisch oncoloog aan het Jessa Ziekenhuis: “Dat houdt in dat patiënten kunnen rekenen op de juiste oncologische kennis, voldoende aandacht voor de levenskwaliteit en de nodige psychosociale omkadering. Ook een correcte en tijdige palliatieve omkadering hoort daarbij.” Voor een ESMO-erkenning moet
Sinds dit najaar werkt het Jessa Ziekenhuis
men aan dertien criteria voldoen. Die hebben betrekking op de patiënt zelf,
op alle campussen met uniforme medica-
maar er zijn ook normen voor de opvang van gezins- en familieleden. De
tiedrips. Voordien gebeurde dat enkel op
erkenning is voor drie jaar geldig. “Deze erkenning is een belangrijke appre-
de kritieke diensten zoals spoed, intensieve
ciatie en bevestigt de kwaliteitsvolle zorg waarnaar we elke dag opnieuw
zorgen en het operatiekwartier, maar omdat
streven. We zijn dan ook erg blij dat ons ESMO-label voor de tweede keer
ook andere diensten veel medicatiedrips
verlengd wordt.”
gebruiken, rolde men dit uit tot een ziekenhuisbreed protocol. Hierin werd de manier van klaarmaken, bereiden en toedienen vastgelegd. Daarnaast is er nu voor alle medicatiedrips een vaste concentratie van toepassing. Anesthesiste dr. Jasperina Dubois: "We ontwierpen nieuwe etiketten voor de medicatiedrips waarop zowel de generische stofnaam als de merknaam staan. Bovendien kenden we aan elke stofnaam een kleur toe zodat je ze makkelijker kunt herkennen en onderscheiden. Met het nieuwe protocol verhogen we de patiëntveiligheid en is er minder verspilling." In het protocol vinden de zorgverstrekkers ook bijzonderheden over
prof. dr. Jeroen Mebis, dr. Eric Joosens, dr. Daisy Luyten, dr. Annelies Maes, dr. Birgit Wijgaerts en dr. Paul Bulens (medisch manager oncologie).
de drips en veelvoorkomende nevenwerkingen. JESSALINEA 5
STAND VAN ZAKEN
Zijn huisartsen tevreden over de samenwerking In mei 2013 deed het Jessa Ziekenhuis een bevraging bij huisartsen van vier huisartsenkringen: Herkenrode, Houthalen-Helchteren, Kanton Borgloon en Wendelen. 91 huisartsen gaven hun mening, waarvoor dank. Hun feedback maakt het mogelijk om gericht te werken aan verbeterpunten. De belangrijkste conclusies van de bevraging samengevat.
De werkpunten:
De huisartsen konden bij de vragen volgende
de dienstverlening van de dienst radiologie.
scores geven: tevreden, eerder tevreden, neu-
• 91,2% is tevreden of eerder tevreden over
• Het telefonisch contact op spoedgeval-
de fysieke bereikbaarheid van campus Sal-
lendienst bij een ernstige diagnose en
vator.
de wachttijden. Er is wel begrip voor dat
traal, eerder ontevreden en ontevreden.
• 80,3% is tevreden of eerder tevreden over
Sterke punten:
de ontslagbrief.
• 90,1% van de artsen die de bevraging in-
• 75,9% vindt het medisch informatieblad
vulden, is tevreden of eerder tevreden over
JessaLinea zinvol. Het merendeel wil Jes-
het Jessa Ziekenhuis. • 90% geeft aan samen te werken met alle diensten van het Jessa Ziekenhuis. • 95,5% is tevreden of eerder tevreden over
6 JESSALINEA
saLinea in geprinte vorm ontvangen. • 85,7% is voldoende geïnformeerd over het aanbod, verwijsmogelijkheden, behandelingen... van het Jessa Ziekenhuis.
wachttijden voor bepaalde patiëntengroepen niet echt vermijdbaar zijn. 62,7% is tevreden of eerder tevreden over de werking van de dienst spoedgevallen. • Het verwittigen van de huisarts bij ernstige verwikkelingen en/of overlijden. 44% is hier tevreden of eerder tevreden over. • Het doorsturen van laboresultaten van
tevredenheidsmeting Hoe tevreden bent u over het jessa ziekenhuis? 100% 90% 80% 70% 60% 50%
51,6%
40% 38,5%
30% 20% 10% 0%
Tevreden
Eerder tevreden
8,8%
1,1%
0%
Neutraal
Eerder ontevreden
Ontevreden
van de ondervraagde huisartsen is tevreden " 90,1% of eerder tevreden over het Jessa Ziekenhuis. "
Algemene conclusie 90,1% van de bevraagde artsen is tevreden of eerder tevreden over het Jessa Ziekenhuis. De huisartsen geven aan dat hun verwijsgedrag door de fusie niet gewijzigd is. Toch zijn er ook een aantal werkpunten. Het ziekenhuis zoekt voor deze werkpunten naar een oplossing om zo de service naar en de samenwerking met huisartsen te verbeteren. Dank aan alle huisartsen die aan deze bevraging hebben meegewerkt!
met het Jessa Ziekenhuis? gehospitaliseerde patiënten zodat deze
“Werken aan een betere bereikbaarheid”
rechtstreeks in het medisch dossier van de
Dr. Patrik Peene is medisch manager van de zorgcluster ambulante zor-
huisarts terechtkomen en verwerkt kunnen
gen. “Bij bepaalde artsen kan de wachttijd voor een eerste raadpleging
worden.
inderdaad soms oplopen tot verschillende maanden,” beaamt hij. “Maar
• De lange wachttijden op de eerste raadple-
bij artsen binnen datzelfde specialisme kunnen patiënten vaak bin-
ging. Slechts 31,9% is tevreden of eerder
nen de week terecht. Toch willen we er zeker werk van maken om dit
tevreden over de toegankelijkheid van de
probleem op te lossen. Zo onderzoeken we de mogelijkheid om binnen
raadpleging voor patiënten die zich een
artsengroepen bepaalde ‘slots’, gereserveerd voor aanvragende huisart-
eerste keer aanmelden.
sen, vrij te houden voor urgente of semi-urgente raadplegingen.” Ook
• De telefonische bereikbaarheid van de zie-
de uitbreiding van raadplegingsuren is een denkpiste die zal worden
kenhuisdiensten en –artsen. 59,4% is hier
onderzocht. “Wat de telefonische bereikbaarheid betreft zal een apart
tevreden of eerder tevreden over.
telefoonnummer gereserveerd worden voor huisartsen. Sinds kort be-
• 62,7% van de huisartsen is meestal of al-
schikken de meeste artsen in het Jessa Ziekenhuis ook over een DECT-
tijd op de hoogte wanneer zijn of haar pa-
toestel. Dit brengt een betere bereikbaarheid van artsen met zich mee.
tiënt is opgenomen in het Jessa Ziekenhuis.
Daarnaast onderzoeken we de mogelijkheid om een ziekenhuisbreed
Nochtans verstuurt het Jessa Ziekenhuis
callcenter te installeren voor alle raadplegingen, functiemetingen en
op jaarbasis meer dan 40 000 berichten via
onderzoeken, dit voor een snellere telefonische bereikbaarheid zonder
Medimail. Verdere analyse hiervan is nodig.
onnodige doorschakeling.
• De fysieke bereikbaarheid van campus Vir-
Een tip nog: voor afspraken contacteren verwijzers best het callcenter,
ga Jesse. 40,7% is hier tevreden of eerder
maar voor specifieke vragen over een patiënt zijn ze op dit ogenblik snel-
tevreden over.
ler geholpen via het secretariaat van de arts.”
JESSALINEA 7
sepsis
dr. An Liesenborgs:
wordt vaak " Sepsis te laat herkend. "
Snelle detectie van sepsis redt mensenlevens Dr. An Liesenborgs, cardioloog-urgentiearts en werkzaam op de spoedgevallendienst van het Jessa Ziekenhuis, startte enkele maanden geleden een project om patiënten met een beginnende sepsis sneller te detecteren. De eerste fase van het onderzoek focust zich
leiding een ‘educatiesessie’ rond sepsis om zo het belang van een vroegtijdige detectie te onderstrepen. Daarnaast hebben we op spoed en medische intensieve zorgen de nodige IT-ondersteuning kunnen voorzien binnen het eigen Metavisionsysteem. “Zodra de
op de dienst spoedgevallen en de afdeling medische intensieve zor-
arts een aantal parameters ingeeft, signaleert
gen van het Jessa Ziekenhuis. In de tweede fase zal ook de eerstelijn
om een patiënt met sepsis gaat.” Dit leidt tot
het systeem via een pop-up dat het mogelijk een betere outcome van deze patiënten met
betrokken worden.
onder meer een betere overleving en een korter verblijf op de dienst intensieve zorgen.
Dit project kadert in het onderzoek van het
stijgt de incidentie,” aldus dr. Liesenborgs.
Transmuraal klinisch pad
doctoraat van dr. Liesenborgs dat begeleid
“Uit de literatuur blijkt dat die hoge mortali-
“Intussen zijn we ook gestart met de ontwik-
wordt door prof. dr. Neree Claes (UHasselt),
teit vaak kan toegeschreven worden aan een
keling van een klinisch pad voor patiënten
prof. dr. Frank Weekers (Jessa Ziekenhuis)
(te) late (h)erkenning van een patiënt met
met sepsis. Een eerste belangrijk aspect
en prof. dr. Dominique Vandijck (UHasselt).
een beginnende sepsis, waardoor kostbare
hierbij is om onze eigen werking binnen het
Tevens sluit het project nauw aan bij het
tijd verloren gaat.
ziekenhuis volledig op punt te stellen, waarna het klinisch pad transmuraal zal doorgetrok-
onderzoek van PhD student Kristel Marquet
ken worden in nauwe samenwerking met de
aan de UHasselt binnen de onderzoeksgroep ‘Healthcare’ in de onderzoekslijn ‘huisartsge-
Educatie en IT-ondersteuning
professionals uit de eerstelijn. Zij hebben
neeskunde’.
Tijd voor actie dus! Dr. Liesenborgs: “In ons
een cruciale rol in het hele gebeuren. Indien
ziekenhuis volgden intussen de urgentieart-
bijvoorbeeld een huisarts bij doorverwijzing
sen, intensivisten en arts-specialisten in op-
reeds een vermoeden van (beginnende)
“De mortaliteit bij sepsis is hoog. Bovendien
sepsis heeft, kan zo kostbare tijd gewonnen worden, met finaal een betere uitkomst voor de patiënt! De inhoud van de verwijsbrief is
" dienst van zeer grote waarde als de huisarts in de verwijs-
Bij een vermoeden van sepsis is het voor de spoedgevallenbrief reeds een aantal parameters vermeldt.
8 JESSALINEA
"
hierbij van zeer grote waarde.”
Symposium en richtlijnen De literatuur leert dat het herkennen van een patiënt met sepsis vaak moeilijk is, zowel in
symposium Het Jessa Ziekenhuis organiseert op zaterdag 22 februari 2014 een symposium over sepsis. Start: 8h15 met verwelkoming Locatie: aula Jessa Ziekenhuis, campus Salvator
de ziekenhuissetting als in de eerstelijn. “Een
Wat vermelden op verwijsbrief?
betere kennis van de definities, ontstaans-
Bij een vermoeden van sepsis is het voor de spoedgevallendienst een belang-
mechanisme, evidence-based richtlijnen en
rijk hulpmiddel als de huisarts in de verwijsbrief een aantal parameters ver-
het belang van het vroegtijdig instellen van
meldt. Het gaat dan ondermeer om:
een adequate behandeling vormen een eerste
• Vitale parameters: bloeddruk heden en waarmee patiënt gekend is, hartfrequen-
noodzakelijke stap. Daarom organiseren we op
tie, ademhalingsfrequentie, capillaire refill, gemarbreerde huid en lichaamstemperatuur.
22 februari 2014 een symposium rond deze
• Is er onverklaarde acuut ontstane verwardheid?
thematiek. Ook zal naar aanleiding van dit
• Voorafgaande antibiotica en wanneer gestart?
symposium via de website van het Jessa Zie-
• Thuismedicatie?
kenhuis een praktische en eenvoudig te con-
• Allergieen?
sulteren handleiding ter beschikking gesteld
• Relevante co-morbiditeit
worden met de meest recente richtlijnen voor
• Eventueel recente biochemische resultaten
de herkenning en behandeling van sepsis.”
Studie Naast de acties voor een snellere detectie
definitie sepsis
voorziet dr. Liesenborgs ook een prospectieve studie die de impact zal meten van invasief gemonitorde versus niet gemonitorde vocht
infectie of vermoeden van infectie
+
twee of meer tekens van SIRS (systemic inflammatory respons syndrome)
resuscitatie bij patiënten opgenomen op de dienst spoedgevallen met ernstige sepsis. “Om betrouwbare resultaten te bekomen stre-
= sepsis
ven we ernaar 100 patiënten te includeren. Voor de helft van hen verloopt de behandeling op de klassieke manier, volgens de huidige richtlijnen van 2012. Voor de overige helft wordt het vochtbeleid geleid op basis van strikte hemodynamische monitoring. Zodoende kunnen continu diverse parameters nauwkeurig opgevolgd worden en het vochtbeleid in realtime aangepast. De studie zal moeten uitwijzen of deze methode tot een betere uitkomst zal leiden dan de behandeling volgens de klassieke richtlijnen.”
abdominaal urologisch 'soft tissue' respirator neurologisch andere
t° > 38 of < 36°c pols > 90/min. ademhalingsfrequentie > 20/min. WBC > 12.000 of < 4.000
ernstige sepsis = sepsis + één van de volgende: systolische druk < 90mmHg of tekens van hypoperfusie: trage capillaire refill > 2 sec/gemarbreerde huid of minstens één eindorgaandysfunctie
JESSALINEA 9
orgaandonatie
Medisch donorcoördinator dr. Ester Geerts en verpleegkundig donorcoördinator Riet Minnekeer
Orgaandonatie: een intensief traject Op 11 oktober bracht de Europese donordag het thema orgaandona-
Hoe verloopt de procedure verder?
tie opnieuw onder de aandacht. En dat is nodig want er is nog steeds
Riet Minnekeer: “Eerst en vooral nemen we
een ernstig tekort aan orgaandonoren. Medisch donorcoördinator dr.
van UZ Leuven die in het rijksregister con-
Ester Geerts en verpleegkundig donorcoördinator Riet Minnekeer
contact op met de transplantatiecoördinator troleert of de patiënt als donor geregistreerd staat.
leggen uit hoe het Jessa Ziekenhuis zijn werking rond orgaandonatie
• Indien de persoon verzet heeft aangete-
heeft uitgebouwd en welke belangrijke rol de huisarts in dat proces
• Indien de patiënt als (orgaan)donor gere-
kan opnemen.
kend, stopt de procedure. gistreerd staat, leggen we de familie tot in detail uit wat er gaat gebeuren. • Indien er geen registratie gebeurde, hebben
Het Jessa Ziekenhuis heeft op het vlak van
Hoe weten jullie welke potentiële donoren
we een diepgaand gesprek met de familie.
orgaandonatie een samenwerkingsovereen-
er in het ziekenhuis verblijven?
Daarin kunnen we soms ook misverstanden
komst met het UZ Leuven, waar de transplan-
Dr. Geerts: “In eerste instantie gaat het om
wegnemen. Zo denken sommige mensen
taties gebeuren. Dr. Ester Geerts is medisch
patiënten die op de intensieve zorgen afde-
dat het stervensproces wordt versneld ter-
donorcoördinator en actief op de dienst
lingen verpleegd worden. Maar ook op andere
wijl dit helemaal niet het geval is. Een pa-
anesthesiologie en ITE, Riet Minnekeer is ver-
afdelingen zoals spoedgevallen, neurologie
tiënt die hersendood is, is al overleden. Drie
pleegkundig donorcoördinator en verpleeg-
en stroke-unit kunnen potentiële donoren
artsen hebben dit afzonderlijk vastgesteld.
kundige op de Intensieve Therapie Eenheid
verblijven. Deze patiënten worden gezien de
In de andere gevallen wordt in samen-
Chirurgie.
ernst van hun toestand doorverwezen naar
spraak met patiënt en familie eerst de the-
de dienst intensieve zorgen voor verdere be-
rapie gestopt. Pas na het overlijden volgt
handeling en opvolging. Indien de toestand
de prelevatie. Dit moet wel allemaal snel
Hoeveel prelevaties doet het Jessa Zieken-
evolueert naar hersendood of een situatie
gebeuren want we moeten de ischemie-
huis per jaar?
waarin therapiestop overwogen wordt, dan
tijd zo kort mogelijk houden. Ook pa-
Dr. Ester Geerts: “We doen er een 10-tal per
kan hier de donorprocedure gestart worden.
tiënten die euthanasie aanvragen en krij-
jaar. Dat lijkt misschien niet zo veel, maar
gen, kunnen hun organen afstaan. Groot-
daarmee zitten we toch een stuk boven het
Zodra we vanuit een dienst worden gecontac-
ste belemmering hier is dat de patiënt niet
Belgische gemiddelde. De voorlopige en nog
teerd, gaan we ter plaatse en wordt er over-
thuis maar in het ziekenhuis sterft.
zeer voorzichtige cijfers voor dit jaar geven
legd met de behandelende arts en de familie
aan dat 5,9% van het totaal aantal IC-overlij-
van de patiënt. Indien het om een potentiële
Volgens de wet is iedereen die geen ver-
dens effectief donor geworden zijn. Toen we
donor gaat, verhuist de patiënt naar een IC-
zet heeft aangetekend automatisch donor,
in 2011 met deze registratie gestart zijn, lag
afdeling waar we de donorprocedure kunnen
maar als de familie er toch heel sterk tegen
dat op 3,4%. Die stijging heeft te maken met
opstarten. Het slecht nieuwsgesprek is dan al
gekant is, stoppen we de procedure. De be-
een natuurlijke variatie in het aanbod van der-
door de behandelende arts gedaan, maar we
langrijkste boodschap die we kunnen geven
gelijke patiënten en bovendien is de werking
herhalen dit nog eens. De behandelende arts
is om donatie met je naasten te bespreken.
rond orgaandonatie in ons centrum intussen
blijft uiteraard bij het proces betrokken.”
Hoe denk jij erover, wat zou jij willen en
sterk geoptimaliseerd.”
10 JESSALINEA
vooral wat zou je niet willen? Eens je fami-
Welke rol kan de huisarts in dit proces vervullen? Dr. Geerts: “Door de nauwe banden en contacten met familie en patiënt kan de huisarts op drie vlakken een belangrijke rol spelen in het proces van orgaandonatie: 1. Door patiënten te informeren over orgaandonatie. Een beldonorfolder in de wachtzaal kan bijvoorbeeld aanleiding geven. Ik weet het, het is een moeilijk onderwerp om aan te snijden maar het leven is soms kort. 2. Als bron van informatie voor ons, artsen in het ziekenhuis. Dit geldt zowel voor informatie over de medische historiek van de patiënt als over familiale en sociale informatie. Bij een potentiële donor nemen we steeds contact met de huisarts op om deze gegevens te overlopen. 3. Zes tot acht weken na de prelevatie krijgt de huisarts via ons ziekenhuis de informatie van het transplantatiecentrum: welke organen zijn weggenomen, welke zijn getransplanteerd, hoe stelt de patiënt het,…? Sommige huisartsen bespreken deze informatie met de familie en vangen hen op, anderen geven aan dat ze die taak liever aan ons overlaten. Dan starten we het nazorgtraject op.”
lie dit weet, kunnen ze met een gerust hart en op een zeer moeilijk moment toch nog
31 Jessabezoekers registreren zich als donor op werelddonordag
één van je laatste wensen inwilligen. Ook
Het Jessa Ziekenhuis organiseerde naar aanleiding van de Europese donor-
het aankaarten bij de huisarts is een goede
dag op vrijdag 11 oktober acties naar patiënten, bezoekers en medewerkers
manier omdat deze het dan in het medisch
van het ziekenhuis toe. Zo kregen patiënten een folder over orgaandonatie,
dossier kan noteren, of uiteraard een offi-
was er een bewustmakende quiz voor artsen en medewerkers en zorgde
ciële registratie bij het gemeentehuis.”
een stand in de hal van campus Virga Jesse dat bezoekers attent werden gemaakt op de problematiek van orgaandonatie. Tussen 10u en 18u was er
We steken veel tijd in de begeleiding van de
ook een ambtenaar van de stad Hasselt aanwezig waar inwoners van Has-
familie gedurende het donorproces. Maar ook
selt zich konden laten registreren als donor. Dit leverde 31 registraties op.
na de prelevatie loopt onze nazorg verder.”
Mogelijk wordt het initiatief volgend jaar uitgebreid naar andere gemeenten in de omgeving van Hasselt. Mensen die zich willen laten registreren, kunnen ook steeds een registratieformulier downloaden via www.beldonor.
Wat houdt het nazorgtraject in?
be en dit op het gemeentehuis binnenbrengen.
Riet Minnekeer: “Na ongeveer drie maanden contacteren we de familie voor een vervolggesprek. Hoe hebben ze het hele proces ervaren? Hoe voelen ze zich nu? Hebben zij nog vragen of bedenkingen? Soms worden dat meerdere gesprekken en hieruit kunnen we alleen maar leren. Zo hopen we onze werking als donorcoördinator te optimaliseren.”
Enkele opmerkelijke feiten • 1 donorpatiënt redt gemiddeld 3 patiënten. Soms kan een donor zelfs het leven van 8 patiënten redden. • Wekelijks sterven er 3 patiënten terwijl ze op een orgaan wachten. • 89 jaar was tot nu toe de oudste donorpatiënt in het Jessa Ziekenhuis. Niet de leeftijd maar de gezondheid van de organen is belangrijk om te bepalen of
Hoe kijken familieleden achteraf terug op
iemand donorpatiënt kan zijn.
het proces?
• 180 038 Belgen stonden op 1 oktober 2013 geregistreerd als donor.
Riet Minnekeer: “Wat vooral overheerst is het
• 187 070 Belgen tekenden verzet aan (stand van zaken 1 oktober 2013).
gevoel van troost en soms opluchting wan-
• Ook iemand die rookt kan een orgaan ontvangen. Iedereen heeft evenveel
neer familieleden horen dat de transplanta-
recht op een orgaan. Een rookstop zal dan zeker onderdeel van de therapie zijn.
ties geslaagd zijn en dat anderen hierdoor verder kunnen leven. Soms bellen familieleden om de 6 maand om te horen of alles nog
meer info
goed is met de receptoren. Dit gebeurt uiteraard anoniem maar dit klein stukje informatie
Dr. Ester Geerts, medisch donorcoördinator,
kunnen we steeds opvragen in Leuven. Soms
ester.geerts@jessazh.be, tel. 011 30 89 30
ontvangen we anonieme dankkaartjes of brie-
Riet Minnekeer, verpleegkundig donorcoördinator,
ven die we dan bezorgen aan de getroffen fa-
riet.minnekeer@jessazh.be, tel. 011 30 93 39
milie. Een ongelooflijk mooi gebaar.”
JESSALINEA 11
kort bericht
Nieuwe deelwebsite DIENST RADIOLOGIE De website van het Jessa Ziekenhuis is uitgebreid met een nieuwe deelwebsite radiologie. Deze geeft gerichte informatie over de verschillende radiologische onderzoeken op onze drie campussen. Daarnaast vindt u op de website een uitgebreide voorstelling van onze 19 radiologen en bieden we een aantal online informa-
Bezoek prinses Astrid markeert start van diabetesonderzoek
tiebrochures aan. Er is ook een apart luik voorzien voor verwijzende artsen. Hier vindt u onder andere een aantal nuttige
Op donderdag 14 november bracht prinses Astrid een bezoek aan het Rehabilitation
links, richtlijnen en documenten.
Research Center (REVAL) van de Universiteit Hasselt. Aanleiding was de toekenning
De website is beschikbaar via
van 20.000 euro door de Koning Boudewijnstichting aan een onderzoeksproject
www.jessazh.be/radiologie.
rond de behandeling van diabetes. Voor de studie wordt nauw samengewerkt met het Hartcentrum Hasselt van het Jessa Ziekenhuis. “Dit bezoek geeft ons een extra stimulans om verder te blijven zoeken naar de meest effectieve behandelstrategie voor diabetes type 2”, zegt één van de trekkers van het project, prof. dr. Dominique Hansen, docent aan de UHasselt, verbonden aan de REVALonderzoeksgroep in de faculteit Geneeskunde en levenswetenschappen en aan het Hart-
Nieuwe deelwebsite Ambulante revalidatie Hasseltse campussen
centrum Hasselt van het Jessa Ziekenhuis.
Sinds kort is de website van het Jessa Zie-
selecteerd door een jury van binnen- en buitenlandse experten.
Het Fonds Yvonne en Jacques François-de Meurs (20.000 euro) van de Koning Boudewijnstichting wordt één keer om de drie jaar uitgereikt voor medisch-wetenschappelijk onderzoek naar diabetes en kanker. Dit jaar sleepte het onderzoeksproject van prof. dr. Dominique Hansen het bewuste Fonds in de wacht. De ingezonden projecten werden ge-
kenhuis uitgebreid met de deelwebsite “Ambulante revalidatie campus Virga Jesse
Prof. dr. Hansen: “Dankzij de financiering van de Koning Boudewijnstichting kunnen we
en campus Salvator”. Revalideren kan im-
nagaan of lange-termijn trainingsinterventie (waarbij oefensessies in nuchtere toestand
mers niet enkel in ons revalidatiecentrum
worden uitgevoerd) effectiever is voor patiënten met diabetes type 2 dan klassieke trai-
op campus St.-Ursula, maar ook ambulant
ningsinterventie (waarbij de oefensessies in gevoede toestand worden uitgevoerd). Daar-
op onze Hasseltse campussen. De nieuwe
naast onderzoeken we welke moleculaire mechanismen in de spier ten grondslag liggen
deelwebsite geeft onder andere een over-
aan de verbetering in suikercontrole als gevolg van training.” Voor de studie wordt naast
zicht van de verschillende vormen van
het Jessa Ziekenhuis (Hartcentrum Hasselt) ook nauw samengewerkt met de UGent en
revalidatie, een voorstelling van het multi-
Universiteit Maastricht.
disciplinaire revalidatieteam en contactgegevens voor consulten en behandelingen.
De Koning Boudewijnstichting beheert bijna veertig fondsen waarmee ze niet alleen on-
U bereikt de website via www.jessazh.be/
derzoeksprojecten in uiteenlopende medische domeinen steunt, maar ook prijzen en beur-
ambulanterevalidatie.
zen aan toponderzoekers uitreikt.
Mooie ondersteuning “Het bezoek van Hare Koninklijke Hoogheid prinses Astrid is een mooie ondersteuning voor onze onderzoekers van onze nieuwe opleiding revalidatiewetenschappen en kinesitherapie," zegt prof. dr. Piet Stinissen, decaan van de faculteit Geneeskunde en levenswetenschappen van de UHasselt. "In nauwe samenwerking met onze partnerziekenhuizen kunnen we via dit onderzoek een bijdrage leveren aan de behandelingen van belangrijke chronische ziekten zoals diabetes."
12 JESSALINEA
diabetes
Grote belangstelling voor infoavond ‘diabetes@school’ Op donderdag 24 oktober 2013 organiseerde het Kinder- en Jeugddiabetesteam van het Jessa Ziekenhuis in samenwerking met de Afdeling Midden-Limburg van de Vlaamse Diabetes Vereniging een infoavond ‘diabetes@school’. Meer dan 130 schoolartsen, verpleegkundigen, leerkrachten en andere geïnteresseerden namen er deel aan workshops. Een boeiende en leerrijke avond, zo klonk het achteraf.
Eigen website voor Kinderdiabetescentrum
Het initiatief ‘diabetes@school’ gaat uit van de Vlaamse Diabetes Vereniging en strekt zich
Naar aanleiding van wereld-
uit over heel Vlaanderen. Door de lokale afdelingen van de Vlaamse Diabetes Vereniging
reumadag op 14 november
wordt in samenwerking met de lokale Kinder- en Jeugddiabetesteams een infoavond georga-
lanceerde
niseerd voor personen die betrokken zijn bij de begeleiding van kinderen en jongeren, zowel
betescentrum
op school als in de vrije tijd.
website. Eye-catcher op de
het
kinderdiahaar
eigen
website is de online “diaDiabetes mellitus is een chronische aandoening die zich op steeds jongere leeftijd manifes-
bEETweter”. De diabEETwe-
teert. Gebrek aan kennis over deze ziekte lijdt tot onbegrip, en vaak ook tot angst en onrust
ter is een educatieve tool
bij de mensen die bij de begeleiding van deze kinderen betrokken zijn. De bedoeling van
over voeding en diabetes.
de infoavond ‘diabetes@school’ is theoretische en praktische informatie te verstrekken aan
De tool is in de eerste plaats
scholen, CLB’s, jeugd- en sportorganisaties.
bedoeld als hulpmiddel bij het geven van educatie aan
De infoavond diabetes@school vond plaats in de grote aula van het Jessa Ziekenhuis, Cam-
kinderen en adolescenten
pus Salvator. Na een inleidende voordracht door prof. dr. Guy Massa namen de aanwezigen
uit onze conventie. Maar ook
deel aan 5 workshops over bloedsuikermeting, insulinetoediening met de insulinepen en/of
voor familieleden, leerkrach-
insulinepomp, voeding en psychologische aspecten. Na afloop waren zowel de organisatoren
ten en andere betrokkenen
als alle aanwezigen zeer tevreden over deze boeiende en leerrijke avond.
in de omgeving van het kind biedt de diabEETweter heel wat nuttige informatie. De website is bereikbaar via www.jessazh.be/kinderdiabetes.
Het Kinder- en Jeugddiabetesteam van het Jessa Ziekenhuis. Van links naar rechts: Silke Breyne, psychologe ad interim; Kelly Faust, psychologe; Karen Wauben, diabetesverpleegkundige-educator; Inge Gys, diabetesverpleegkundige-educator; Anniek Op ’t Eyndt, diabetesverpleegkundige-educator; prof. dr. Guy Massa, kinderarts-diabetoloog; Astrid Vanoppen, jeugddiëtiste; Marila Dominguez, secretaresse
meer info www.jessazh.be/kinderdiabetes of mail: diabetes.kind@jessazh.be
JESSALINEA 13
hematologie
Jessa bouwt vernieuwd hematologisch centrum Vanaf midden 2014 zal het Jessa Ziekenhuis over een vernieuwd hematologisch centrum beschikken. Limburgers kunnen dan voor alle intensieve behandelingen – ook stamceltransplantaties van donoren – terecht in de eigen provincie. Minister van Volksgezondheid Jo Vandeurzen keurde daarvoor in augustus van dit jaar een bouwdossier goed. In oktober zijn de werken aan de vernieuwde afdeling gestart.
dr. Koen Theunissen, hematoloog
Van 6 naar 17 isolatiekamers
patiënten worden eigen stamcellen afgeno-
Na de verbouwingen beschikt het ziekenhuis
men en bewaard. Na een zware chemobehan-
over zeventien in plaats van zes isolatieka-
deling, die noodzakelijk is voor het bestrijden
mers. “Isolatiekamer is de officiële benaming,”
van de ziekte maar die ook het eigen beenmerg
zegt hematoloog dr. Koen Theunissen. “Ik
vernietigt, krijgt de patiënt de eigen stamcel-
spreek liever van een beschermende omge-
len opnieuw toegediend. Afhankelijk van het
ving. Onze patiënten zijn heel gevoelig aan
ziektebeeld kan de beste oplossing zijn dat
ziektekiemen. Die komen zowel uit de buiten-
een patiënt stamcellen van een donor, vaak de
wereld als uit het ziekenhuis. In de vernieuwde
broer of zus, toegediend krijgt. Dat kunnen we
kamers wordt geklimatiseerde lucht doorheen
na de verbouwingen ook in Hasselt.”
filters in het plafond onder druk door de kamers geblazen. Daardoor wordt besmette lucht geweerd. Bovendien komt er een luchtsas
Accommodatie en expertise
waardoor de afdeling volledig van het zieken-
Het Jessa Ziekenhuis is het enige Limburgse
huis afgesloten wordt.”
ziekenhuis met een uitgebreide hematologische dienst voor intensieve behandelingen, waaronder stamceltransplantaties. De huidige
" kan de beste oplossing zijn dat
Afhankelijk van het ziektebeeld
Ook stamceltransplantaties van donoren
accommodatie is echter ongeveer twintig jaar oud en werd gebouwd naar de noden van toen.
In bepaalde gevallen zijn leukemiepatiënten
een patiënt stamcellen van
gebaat bij een transplantatie van stamcellen
“Ons ziekenhuis was het eerste Belgische zie-
een donor, vaak de broer of zus,
van donoren. Nu werkt het Jessa Ziekenhuis
kenhuis dat een streng kwaliteitslabel mocht
toegediend krijgt. Dat kunnen
daarvoor samen met het UZ in Leuven, maar
dragen voor zijn transplantatiecentrum. Door
vanaf 2014 kunnen ook die patiënten terecht
deze verbouwingswerken komt de accommo-
in eigen provincie. “Nu doen we enkel autologe
datie op hetzelfde niveau als de expertise,”
transplantaties,” zegt dr. Koen Theunissen. “Bij
aldus dr. Theunissen.
we na de verbouwingen ook
"
in Hasselt.
14 JESSALINEA
nieuws
Jessa voorziet begeleiding voor ‘second victims’
‘second victim’ is een arts " Een of medewerker die betrokken is bij een patiëntveiligheidsincident en hierdoor
"
getraumatiseerd raakt.
Bij een patiëntveiligheidsincident gaat alle
wijl hij of zij soms enkele uren of een dag
algemene richtlijnen aan het opstellen die
aandacht naar de patiënt, ‘the first victim’
erna al dezelfde handeling moet stellen bij
ziekenhuizen kunnen gebruiken. Stafmede-
en zijn of haar familie. Dat spreekt voor zich!
een andere patiënt.”
werker patiëntveiligheid Jessa Thijs Nelis
Maar de arts, medewerker of team die bij het
was hiermee binnen Jessa al bezig en stap-
incident betrokken zijn, lijden vaak ook on-
te daarom mee in het traject van CZV. Een
der het incident. Daarom werkte het Jessa
Zorgverlener in nood
werkgroep binnen Jessa maakte meteen ook
Ziekenhuis de afgelopen maanden een ‘se-
Cijfers wijzen uit dat 1 op 7 chirurgen die
de vertaalslag en een eigen draaiboek voor
cond victim-beleid’ uit. Dit moet ervoor zor-
tijdens de chirurgie betrokken zijn bij een
het Jessa Ziekenhuis.
gen dat bij een patiëntveiligheidsincident
ernstig incident in de twee jaar nadien zelf-
continu aandacht gaat naar de begeleiding
moordgedachten hebben of in een burnout
van patiënt, familie én zorgverstrekkers. Het
of depressie terechtkomen. Het gaat hierbij
initiatief krijgt sterke steun vanuit de HR-
om alle gebeurtenissen die traumatisch kun-
Opvang voor artsen en medewerkers
werkgroep artsen en de medische raad van
nen zijn: een medische fout tijdens een in-
Dr. Jos Vandekerkhof: “We raden artsen die
het ziekenhuis.
greep, het moeten uitrukken voor een zwaar
betrokken zijn bij een patiëntveiligheidsin-
ongeval met dodelijke slachtoffers, een ramp
cident aan om meteen hun medisch dienst-
Voorzitter medische raad dr. Jos Vandekerk-
zoals het Pukkelpopdrama enkele jaren gele-
hoofd in te lichten en met collega’s te praten.
hof legt uit waarom dit beleid zo belangrijk
den… Kortom, alles waardoor een hulpverle-
Wanneer dat niet voldoende is, kan de arts
is. “Bij een patiëntveiligheidsincident (PVI)
ner zelf ‘in nood’ kan geraken.
of medewerker terecht bij een liaisonpsycholoog die in opvang en coaching rond second
moet de focus uiteraard op de patiënt liggen, maar we mogen de betrokken arts, mede-
Het Institute for Healthcare Improvement
victims deskundig is. Er zijn in ons zieken-
werker en team ook niet vergeten. Een arts
(IHI) raadt aan om voor dit soort crisissitua-
huis altijd dergelijke hulpverleners beschik-
of medewerker die een fout maakt, begint
ties een draaiboek te voorzien. Het Centrum
baar, zowel voor de patiënt als voor de arts
aan zichzelf te twijfelen waardoor het risico
voor Ziekenhuis- en Verplegingswetenschap
en medewerker. Indien aangewezen kan de
om opnieuw fouten te maken vergroot. Ter-
van de KULeuven (CZV) is rond dit thema
arts of medewerker - intern of extern - een intensievere begeleiding volgen.”
Aanspreekpunt Dat de voorzitter van de medische raad ten volle achter dit beleid staat, blijkt uit het feit dat hij zich geëngageerd heeft om als aanspreekpunt of vertrouwenspersoon te fungeren voor artsen die een luisterend oor kunnen gebruiken. Dr. Vandekerkhof: “Het kan voor artsen soms gemakkelijker zijn om over dit soort zaken te praten met iemand buiten hun eigen maatschap. We zoeken daarom nog naar andere artsen in het ziekenhuis die als aanspreekpunt willen fungeren.” Het ziekenhuis voorziet in de komende maanden een studieavond en infomomenten om dit beleid in de organisatie te integreren.
JESSALINEA 15
revalidatie
Transmuraal zorgpad helpt neurologische en locomotorische revalidanten zelfredzaamheid behouden
Ruim een jaar geleden werkten revalidatiecampus St.-Ursula van het
Wat is er in het zorgpad opgenomen?
Jessa Ziekenhuis en het Wit-Gele Kruis Limburg samen een transmu-
Brigitte Willems: “Het zorgpad beschrijft ie-
raal zorgpad voor neurologische en locomotorische revalidatiepatiën-
dere actie, taak en overlegmoment tussen revalidatiecentrum en thuisverpleging al voor
ten uit. Dit zorgpad staat ook open voor andere zorgverleners in de
de opname, tijdens de opname, voor en na
thuiszorg en werd onlangs tijdens een vormingsnamiddag van SEN
proefweekends, voor het ziekenhuisontslag
Limburg voorgesteld aan een breed publiek van professionelen uit de
en tot één jaar na het ontslag. Belangrijke tools hierbij zijn de SAMPC-score en de Barthellscore (zie kadertje pagina 17).”
eerstelijnsgezondheidszorg. Monique Claes (Wit-Gele Kruis), Luc Claes
Autonomie
(zorgmanager Jessa), Brigitte Willems (liai-
Welke noden zijn dat dan zoal?
sonverpleegkundige Jessa) en Jacqueline Top
Liaisonverpleegkundige
Willems:
Jacqueline Top: “Het proefontslag moet revali-
(sociale dienst Jessa) lichten het transmuraal
“Onze revalidanten leggen tijdens hun verblijf
danten stilaan voorbereiden op hun definitie-
zorgpad toe.
in ons centrum een lange en moeilijke weg af
ve terugkeer naar de thuissituatie. De maat-
om bepaalde vaardigheden terug te ontwik-
schappelijk werkers van de sociale dienst of
kelen. We merkten echter dat thuisverpleeg-
onze liaisonverpleegkundige nemen vóór het
Waarom een transmuraal zorgpad?
kundigen vaak onbewust een aantal hande-
proefweekend contact op met de thuisverple-
Luc Claes: “De revalidant komt vanuit een
lingen overnemen die de revalidant hier heeft
ging waarvoor de revalidant en/of de familie
acuut ziekenhuis en revalideert hier tot hij
aangeleerd. Terwijl het net zo belangrijk is dat
zelf kiest. Dat kan een zelfstandige thuisver-
naar huis mag. De overstap van revalidatie-
de revalidant die zelfredzaamheid en autono-
pleegkundige zijn of het Wit-Gele Kruis. Alle
centrum naar de thuissituatie is een zeer
mie in zijn thuismilieu kan behouden. Met het
informatie vanuit de verschillende disciplines
grote stap. Om die overgang vlot te laten
zorgpad willen we die zelfredzaamheid bewa-
in ons revalidatiecentrum wordt dan gebun-
verlopen en de revalidant optimaal te onder-
ken door het concept dat we toepassen over
deld en overlegd met de thuisverpleegkundi-
steunen zowel tijdens als na zijn revalidatie
te brengen op de thuiszorgverstrekkers.”
gen. Zo kunnen zij de zorg tijdens het proef-
Wat gebeurt er bijvoorbeeld als iemand in Brigitte
proefweekend gaat?
hebben we het transmuraal zorgpad uitge-
weekend zo goed mogelijk verder zetten. Op
werkt. Hierin zijn alle taken, interventies, ver-
Monique Claes: “Vernieuwend voor onze
hun beurt verzamelen zij informatie over wat
antwoordelijkheden en documenten op een
thuisverpleegkundigen is vooral de visie rond
er tijdens het weekend goed en minder goed
tijdlijn uitgezet en dit zowel voor de thuis-
herstelgericht werken waarbij de rehabilita-
ging en waarom. Met die informatie kan ons
zorgpartners als voor de zorgverstrekkers in
tiegedachte een centrale plaats inneemt in
multidisciplinair team dan weer verder wer-
ons revalidatiecentrum.”
de zorgverlening.”
ken. Toekomstgericht kan dit transmuraal
Monique Claes: “Voor ons als organisatie voor
Luc Claes: “De zorg voor mensen met een
thuisverpleegkundigen of professionelen uit
thuisverpleging is het transmuraal zorgpad zo
niet-aangeboren hersenletsel vraagt van de
de eerstelijnsgezondheidszorg.”
belangrijk omdat NAH-patiënten heel speci-
zorgverstrekkers ook een aantal ‘omgangs-
fieke noden hebben. We zien het zorgpad als
vaardigheden’: hoe moet ik omgaan met een
een methodiek om de zorgactiviteiten aan
NAH-patiënt, welke gevolgen heeft het letsel
deze specifieke patiëntenpopulatie interdisci-
op emotioneel en cognitief vlak enz. Ook in de
ontslag. Wat houdt dat in?
plinair af te stemmen. Zo kunnen we de kwa-
opleiding zie je dat de aandacht voor die ge-
Brigitte Willems: “Vanaf het ogenblik dat de
liteit van zorg en Quality of life verbeteren.”
richte aanpak toeneemt. Zo start er wellicht
revalidant naar huis kan, komt hij in een op-
in 2014 een postgraduaat voor verpleegkun-
volgtraject van een jaar. Onze revalidatieart-
digen en paramedici, specifiek gericht op de
sen zien de revalidant 1, 3, 6 en 12 maanden
zorg voor NAH-patiënten.”
na het ontslag voor een nacontrole. Daar
zorgpad uitgebreid worden naar zelfstandige
16 JESSALINEA
Jullie spraken ook over opvolging na het
Jacqueline Top (sociale dienst), Luc Claes (zorgmanager), Brigitte Willems (liaisonverpleegkundige) en Monique Claes ( zorgcoach Wit-Gele Kruis Limburg)
wordt bekeken hoever de revalidant op dat
voor de patiënt. Zo’n transmuraal zorgpad op-
reiken ook informatie aan over de eigenheid
ogenblik staat, hoe het lukt in de thuissi-
stellen is niet zo gemakkelijk maar wel haal-
van de patiënt. Daarnaast komen we tijdens
tuatie, of het niet te zwaar wordt voor de man-
baar als de juiste partners samen aan tafel
het verblijf van de patiënt ook wekelijks op
telzorger enz. In het zorgpad is voorzien dat
gaan zitten. Het gaat hier om tweerichtings-
campus St.-Ursula. De informatie die we dan
de thuisverpleegkundigen ons kort vóór de
verkeer: informatieoverdracht vanuit het reva-
meekrijgen, koppelen we terug naar het wijk-
nacontrole informeren over wat vlot verloopt
lidatiecentrum maar ook omgekeerd. Zo infor-
team zodat we proactief kunnen werken. Ook
en wat minder. Zo kan de revalidatiearts hier
meren we het revalidatiecentrum bijvoorbeeld
de huisarts wordt in het geheel betrokken. De
tijdens de consultatie gericht op inpikken.”
over de medische achtergrond en de verpleeg-
revalidatiepatiënt krijgt op die manier de best
kundige gegevens uit de thuissituatie, maar
mogelijke zorg en ondersteuning.”
Hoe groot is de aanpassing voor de thuisverpleegkundigen? Monique Claes: “We hebben als Wit-Gele Kruis al zo’n 20 jaar een ‘ziekenhuisproject’ om de overgang van ziekenhuis naar thuiszorg en omgekeerd zo goed mogelijk te laten verlopen. Maar voor de revalidantenpopulatie merkten we dat er toch wel heel andere noden waren. We hebben daarom eerst geïnvesteerd in een opleiding voor referentieverpleegkundigen mobiliteit en zelfredzaamheid. De referentieverpleegkundigen hebben hiervoor een Bobathopleiding voor verpleegkundigen gevolgd op
SAMPC-model en Barthellscore Bij opname van een revalidant maakt de revalidatiearts een verslag op volgens het SAMPC-model. Dit geeft informatie over de revalidant op 5 niveau’s: Somatisch, ADL (activiteiten van het dagelijks leven), Maatschappelijk, Psychisch en Communicatief. Bij ontslag maakt de revalidatiearts een nieuw verslag op volgens ditzelfde model. Dit verslag gaat naar de huisarts en de thuisverpleging. Indien nodig neemt de revalidatiearts contact op met de huisarts. De Barthellscore is een meetinstrument om te bepalen in hoeverre de revalidant de algemene dagelijkse levensverrichting zelfstandig kan uitvoeren. De score wordt bij opname gemeten en daarna wekelijks geëvalueerd.
campus St.-Ursula en zijn nu mee met het concept dat hier wordt toegepast. Vanuit die kennis en met behulp van het transmurale zorgpad kunnen ze het team van vaste wijkverpleegkundigen ondersteunen in de specifieke zorg
Zorgpad beschikbaar voor alle eerstelijnsgezondheidswerkers
voor NAH-patiënten. En die investering loont.
(Zelfstandige) thuisverpleegkundigen, kinesitherapeuten en andere
Al merken we dat er op de werkvloer soms
gezondheidswerkers die het transmuraal zorgpad voor neurologische
toch nog wat bijsturing nodig is.”
en locomotorische patiënten willen gebruiken, kunnen dit. Het zorgpad is ontwikkeld vanuit de noden van de patiënt en is dus voor iedereen
Luc Claes: “Omdat de stap naar de thuissi-
toepasbaar. Tijdens de vormingsdag van SEN (Steunpunt Expertise Net-
tuatie zo groot is en we de overgang maxi-
werken) werd het zorgpad voorgesteld aan een breed publiek van artsen,
maal willen ondersteunen, hebben we een
therapeuten, thuiszorgdiensten en maatschappelijk werkers uit zieken-
begeleidingstraject voor mantelzorgers. Maar
huizen en voorzieningen voor gehandicapten.
ook zelfstandige thuisverpleegkundigen kunnen hier komen meelopen om te zien welke technieken we toepassen.”
meer info Brigitte Willems: 013 55 17 11, brigitte.willems@jessazh.be)
Kunnen we met het transmuraal zorgpad
Jacqueline Top: 013 55 06 10, jacqueline.top@jessazh.be)
van een win-winsituatie spreken?
Monique Claes: 089 36 00 74, Monique.claes@limburg.wgk.be
Monique Claes: “Absoluut, in de eerste plaats
JESSALINEA 17
dossier moeder en kind
Moeder en kind samen op één campus Sinds eind juni 2013 is de volledige ‘moeder en kindzorg’ gecentraliseerd op campus Virga Jesse. Jonge koppels kunnen nu op één campus terecht vanaf de zwangerschap tot en met de medische zorg voor hun opgroeiende kinderen. Dit biedt duidelijkheid voor patiënten en verwijzers en laat een efficiëntere werking toe. Daarnaast maakt de centralisatie een betere samenwerking en een verdere specialisatie
Subspecialisaties in pediatrie Het team pediatrie bestaat uit kinderartsen, kinderpsychiaters, verpleegkundigen, diëtisten, pedagogisch medewerkers, orthopedagoog en kinderpsychologen. Binnen het ziekenhuis kan ook beroep worden gedaan op andere paramedici zoals kinesisten en logopedisten met een bijzondere bekwaming in kindspecifieke problemen. De kinderartsen zijn actief op de kinder- en jeugdafde-
binnen de diensten mogelijk.
ling, het dagziekenhuis voor kinderen, de neonatale zorgeenheid, de polikliniek en
Medisch manager dr. Marc Raes: “Ik merk dat
een gestructureerd opleidingsbeleid houden
een aparte zone voor kinderen op de spoed-
we sinds de centralisatie stappen vooruit
alle artsen en vroedvrouwen hun kennis en
gevallendienst. Naast algemene pediatrie
hebben gezet. Zo is bijvoorbeeld het perina-
vaardigheden continu up-to-date volgens de
profileert de dienst zich in tal van speci-
tologisch overleg waarin zowel gynaecologen
laatste wetenschappelijke inzichten. Klinische
fieke subspecialisaties. 24 uur op 24 is er
als pediaters actief betrokken zijn sterk ver-
paden werden ontwikkeld en onlangs volgden
een kinderarts ter beschikking om urgenties
beterd. Het samenbrengen van alle expertise
de vroedvrouwen nog een uitgebreide oplei-
adequaat op te vangen. Daarnaast werken
en rijke ervaring die er binnen de betrokken
ding over het gebruik van de STAN-monitor
pediaters in goed uitgebouwde teams rond
artsengroepen bestaat, maakt het ook ge-
om tijdens de bevalling de conditie van het on-
problemen zoals overgewicht bij kinderen,
makkelijker om verder te subspecialiseren
geboren kind nauwkeurig te kunnen opvolgen.
pijnbestrijding bij kinderen, voedings-, plas-
en de werking te optimaliseren.” Het cluster
Ook voor de neonatale zorg is er een doorge-
en slaapproblemen, diabetes bij kinderen en
‘Moeder en kind’ bundelt alle zorgen rond ver-
dreven opleidingsbeleid (zie pag. 16).
adolescenten en andere zorgprogramma’s.
loskunde, neonatologie en pediatrie.
Een sterk uitgebouwd psychopedagogisch team ondersteunt deze programma’s op een
Babyvriendelijk
Hightech en geborgenheid op neonatologie
De kraamafdelingen van het Jessa Ziekenhuis
Begin dit jaar ging de nieuwe afdeling neona-
zijn sinds eind juni 2013 samengebracht op
tologie (N*) open die voorzien is van de aller-
Diverse thema’s belicht
campus Virga Jesse. Ze hebben het kwaliteits-
laatste nieuwe technieken en apparatuur. Er
In de volgende edities van Jessalinea be-
label ‘babyvriendelijk ziekenhuis’ dat elke
gaat echter ook bijzonder veel aandacht naar
lichten we graag enkele initiatieven van de
twee jaar door de Wereldgezondheidsorgani-
de rust en geborgenheid van mama en baby.
Moeder en kindzorg. In dit nummer laten we
satie en Unicef wordt uitgereikt aan zieken-
De unieke ouder-kindboxen en de rooming-in
gynaecoloog dr. Muyldermans aan het woord
huizen en kraamafdelingen die borstvoeding
kamers spelen hier een belangrijke rol in (zie
over de vaccinatie tegen kinkhoest en stellen
stimuleren en ondersteunen. Aan de hand van
pag. 16).
we de vernieuwde dienst neonatologie voor.
professionele manier.
Jessa bevalt me! Om toekomstige ouders optimaal voor te bereiden op de komst van hun kindje ontwikkelde het Jessa Ziekenhuis de brochure ‘Jessa bevalt me!’ Het boekje wordt verdeeld bij alle gynaecologen van het ziekenhuis en overloopt de belangrijkste momenten in de zwangerschap. Daarnaast lanceerde de kraamafdeling kort geleden een nieuwe website: www.jessabevaltme.be. Ook de neonatale zorgeenheid heeft sinds kort een nieuwe website: www.jessazh.be/neonatologie. dr. Marc Raes, kinderarts
18 JESSALINEA
Boostrix: kinkhoestvaccinatie bij volwassene om zuigeling te beschermen De Hoge Gezondheidsraad beveelt aan om zwangere vrouwen te vaccineren tegen kinkhoest. Is vaccinatie in de zwangerschap wel veilig? Wanneer gebeurt dit dan best? En waarom cocoonvaccinatie? Dr. Marc Muyldermans, gynaecoloog Jessa Ziekenhuis, beantwoordt deze en andere vragen over kinkhoestvaccinatie.
Men raadt ‘cocoonvaccinatie’ aan. Waarom? “75 tot 80% van de besmetting gebeurt binnen de huishoudelijke contacten. Bij cocoonvaccinatie gebeurt er vaccinatie van de directe omgeving van de baby: vader, broers en zussen, grootouders, onthaalmoeder. Voor hen is kinkhoest meestal niet meer dan een langer durende hoestperiode. Men heeft berekend dat cocoon-vaccinatie van 65% al voldoende is voor controle van de ziekte op
Wat is Boostrix ?
8 weken. De eerste 2 maanden hebben ze dus
Dr. Marc Muyldermans: “Boostrix is een acel-
geen bescherming tenzij ze passieve antistof-
lulair vaccin tegen pertussis en ook - maar
fen via de placenta hebben meegekregen van
minder actief dan het vaccin voor de zuigeling
hun moeder. Zonder het herhalingsvaccin
Hoe gebeurt de terugbetaling
- tegen difterie en tetanus. Een vaccin tegen
is de hoeveelheid van die antistoffen bij de
van Boostrix?
kinkhoest alleen bestaat niet. Het wordt als
moeder te klein. Ook bij vaccinatie vóór de
“De terugbetaling is veel nauwer dan de
herhalingsvaccin gebruikt bij volwassenen en
zwangerschap zouden er minder antistoffen
aanbeveling en verloopt via een formulier
adolescenten. Antecedent van allergie is de
voorhanden zijn door de lange tijdsperiode
voor akkoord van de mutualiteit. Er is terug-
enige contra-indicatie.”
van meer dan 9 maanden. Om te zorgen dat
betaling voor de toekomstige ouders en voor
de pasgeborene zoveel mogelijk antistoffen
broers en zussen als ze geen Boostrix gehad
heeft, wordt de moeder dus best tijdens de
hebben tussen 14 en 16 jaar. De terugbeta-
zwangerschap gevaccineerd.”
ling is voor iedereen éénmalig. Toch beveelt
Is er een toename van kinkhoest of is er alleen maar verscherpte aandacht?
zich.”
men aan om de toekomstige moeder elke zwangerschap opnieuw te vaccineren. Te-
“Alhoewel de meeste personen als kind gevaccineerd zijn, ziet men inderdaad een toe-
Is Boostrix veilig in de zwangerschap?
rugbetaling is er ook niet als men binnen de
name van kinkhoest sinds eind van de jaren
“Zoals gezegd is het vaccin acellulair. Al-
2 jaar een tetanusvaccin terugbetaald kreeg.
’90. De antistoffen verdwijnen grotendeels 5
hoewel de bijsluiter geen uitspraak doet en
Buiten het gezinsverband van ouders, broers
tot 10 jaar na vaccinatie en dus kan kinkhoest
aanraadt om mogelijke risico’s af te wegen
en zussen, voorziet de mutualiteit enkel te-
opnieuw de kop opsteken bij de volwassene
tegen het voordeel, is er in de recente litera-
rugbetaling voor de adolescent (16-18 jaar)
en dus ook bij de zuigeling vooraleer diens
tuur voldoende evidentie om het vaccin als
die geen Boostrix kreeg tussen 14 en 16-ja-
vaccinatie afgewerkt is. Een herhalingsvaccin
veilig te beschouwen. Dit is ook de stelling
rige leeftijd. De reden hiervoor moet gedocu-
bij de volwassene is daarom belangrijk.”
van een Amerikaans Adviescomité voor Vac-
menteerd zijn. Na 18 jaar is er voor niemand
cinatie, maar dan na 20 weken zwanger-
terugbetaling, tenzij voor de toekomstige
schapsduur.”
vader en moeder. De aanbeveling voor de om-
Waarom is het vaccin beter tijdens de
geving (cocoon) is een éénmalige vaccinatie.
zwangerschap dan erna of ervoor? “Zuigelingen worden gevaccineerd vanaf
Vaccineren om de 10 jaar is plausibel maar dit Is het beter om laat in de zwangerschap te
is momenteel nog niet de aanbeveling.”
vaccineren, dus net voor de bevalling om de baby het maximum aan antistoffen mee te geven?
Hoe is de huidige aanbeveling van de Hoge
“Theoretisch is dat juist, maar je kan uiter-
Gezondheidsraad?
aard niet voorspellen wanneer je bevalt. 7%
Er is een recent advies van de HGR, gesteund
van de zwangeren bevalt prematuur, dus vóór
door internationale adviezen:
37 weken. Om dit niet te missen, moet je dus
• vaccineer elke zwangere tussen 24 en 32
vroeg vaccineren. Men raadt aan te vaccine-
weken, en doe dit elke zwangerschap op-
ren vanaf 24 weken en ten laatste vóór 32
dr. Marc Muyldermans, gynaecoloog
nieuw.
weken. Dit is een brede tijdsmarge maar men
• vaccineer de directe omgeving van het kind
neemt voorlopig aan dat het binnen die marge
(cocoon). De herhalingsfrequentie hiervan
geen verschil uitmaakt.”
wordt nog onderzocht.
JESSALINEA 19
dossier moeder en kind
Uniek concept op nieuwe neonatale Sinds begin 2013 beschikt het Jessa Ziekenhuis over een nieuwe
worden, komen terug naar ons ziekenhuis
neonatale zorgeenheid die gehuisvest is op campus Virga Jesse. De
zodra ze minder intensieve zorgen
nieuwe afdeling biedt plaats aan 20 pasgeboren baby’s. Zij worden
algemene kindergeneeskunde hebben de
door een gespecialiseerd team opgevangen. De dienst is voorzien van de nodige aangepaste apparatuur voor de allerkleinsten en de infrastructuur biedt ondersteuning bij een concept dat de rust en geborgenheid van mama en baby centraal stelt.
nodig
hebben. Naast een volledige opleiding in de meeste van onze teamleden minstens 2 jaar extra opleiding in een specifieke pediatrische subdiscipline. Ons medisch team bestaat uit algemene kinderartsen, kinderneurologen, kindergastro-enterologen, een kinderendocrinoloog, een kindernefroloog, een kinderlongarts/allergoloog en een kindercardioloog. En onze voltallige groep van verpleegkundi-
In het Jessa Ziekenhuis werken gynaecolo-
gen volgde een specifieke opleiding neonato-
gen-verloskundigen en kinderartsen nauw
logie en kan perfect instaan voor complexere
samen binnen het ‘perinatologisch team’. Dat
zorgverlening.”
team overlegt al tijdens de zwangerschap over mogelijke problemen bij de foetus en maakt afspraken en de nodige voorbereidin-
Neonatal Life Support
gen voor de verdere aanpak na de geboorte.
Al deze elementen samen maken dat er een
De voorstellen en beslissingen worden met
sterke expertise in huis is om de baby in alle
de ouders besproken, zodat de opvang van de
veiligheid door de eerste levensweken te
pasgeborene zo ideaal mogelijk kan verlopen.
loodsen.
“Iedere kinderarts in ons zieken-
huis heeft ook een opleiding Neonatal Life
dr. Peter Aerssens, kinderarts
Support gevolgd,” vertelt dr. Aerssens. “Deze
Subspecialisatie
opleiding focust vooral op de adequate en
"Ons team van kinderartsen en verpleeg-
snelle behandeling van baby’s waarbij zich bij
kundigen op de afdeling neonatologie heeft
de geboorte onverwacht een probleem voor-
de expertise in huis om pasgeboren baby’s
doet. We hebben allemaal een NLS-erkenning
vanaf 32 weken op een veilige en adequate
die drie jaar geldig is en oefenen om de drie
opname op de neonatale zorgeen-
manier te behandelen,” aldus dr. Peter Aers-
maanden actief in groep. Daarnaast hebben
heid. Onze ouder-kindboxen en
sens, kinderarts en een van de verantwoor-
we onze vroedvrouwen, verloskundigen en
delijke artsen van de neonatale zorgeenheid.
verpleegkundigen van de neonatale zorgeen-
“Daardoor zijn er momenteel relatief weinig
heid ook de NLS-aanpak aangeleerd zodat
transfers naar meer gespecialiseerde zieken-
ook zij in een acute situatie dezelfde hulp
huizen nodig. Kindjes die toch getransfereerd
kunnen bieden."
werken volgens een concept " We waarbij we mama en baby zo weinig mogelijk scheiden bij een
rooming-in kamers bieden hierbij een echte meerwaarde en geven de ouders heel wat comfort.
20 JESSALINEA
"
Enkele cijfers Jaarlijks worden zo’n 17% van alle pasgeborenen in het Jessa Ziekenhuis opgenomen op de neonatale zorgeenheid. Dit stemt overeen met het Vlaamse gemiddelde. In 2012 telde de dienst voor het volledige jaar 291 opnames, met in totaal 2893 ligdagen. Bij zeventig procent van de opgenomen baby’s was de moeder minstens 36 weken ver in de zwangerschap. Meestal gaat het dan om tijdelijke aanpassingsproblemen met een korte opnameduur. Het zijn vooral de veel te vroeg geboren kinderen - waarvan er in 2012 32 vanuit een NICU naar onze neonatale zorgeenheid werden doorverwezen voor verdere zorgen - die een aantal weken op de afdeling verblijven.
verpleegdossier ligt aan het bedje " Het zodat ouders dit altijd kunnen inkijken. "
zorgeenheid Nieuw concept
zorgeenheid ook over drie rooming-in kamers.
Een goede manier om ouders contact te laten
Die sterk uitgebouwde expertise binnen het
“Hier kunnen de ouders hun intrek nemen één
maken met hun kindje in de couveuse is kan-
team van artsen en verpleegkundigen was er
of enkele dagen voor de baby mee naar huis
goeroeën. De baby wordt dan, met uitsluitend
op de vroegere neonatale zorgeenheid ook al
mag. Zij verzorgen en voeden zelfstandig hun
een luier aan, op de ontblote borst van moeder
tot op zekere hoogte. Maar met de bouw van
baby, maar kunnen hierbij steeds advies en
of vader gelegd en dit zo mogelijk meerdere
een nieuwe afdeling zijn nu ook de infrastruc-
hulp van de verpleegkundigen en de kinder-
keren per dag. Er is op de afdeling specifiek
tuur en de technieken en apparatuur (CPAP-
artsen vragen. Zo verloopt het ‘wennen aan de
materiaal aanwezig om dit zo comfortabel en
toestellen, aangepaste catheters, open cou-
nieuwe situatie’ in een veilige omgeving en is
ontspannen mogelijk te laten verlopen.
veuzes voor acute opvang,…) beter op de
de overgang van neonatale zorgeenheid naar
zorg afgestemd. “We hebben met de nieuwe
de thuissituatie minder groot en aangenamer
afdeling bewust gekozen voor een eerder
voor ouders en baby.” Als de zorg van het kind
Betrokkenheid
uniek concept waarbij we mama en baby zo
of het gezin na ontslag opvolging of onder-
Dr. Aerssens: “We proberen de ouders zoveel
weinig mogelijk scheiden bij een opname op
steuning vereist, wordt op de dienst een mul-
mogelijk te betrekken bij de zorg van de baby.
de neonatale zorgeenheid,” benadrukt dr.
tidisciplinair overleg, samen met de ouders,
Als de toestand van de baby het toelaat, kun-
Peter Aerssens. “En daar slagen we goed in
georganiseerd.
nen zij hun kindje zelf wassen en verzorgen. Ook ligt het verpleegdossier aan het bedje
dankzij de nieuwe infrastructuur. Onze ouder-
zodat ouders dit altijd kunnen inkijken. Onze
kindboxen en rooming-in kamers op de neonatale zorgeenheid bieden de ouders een
Contact
nieuwe afdeling biedt ook veel meer ruimte
echte meerwaarde en heel wat comfort.”
Ook als de mama niet continu bij haar kind op
zodat net bevallen moeders met het bed
de neonatale zorgeenheid kan blijven of als ze
naast het kindje kunnen komen. Ieder kind
al naar huis is, staan die geborgenheid en rust
wordt dagelijks binnen het volledige team
Unieke ouder-kindboxen en rooming-in
voor moeder en baby centraal. “Zeker voor on-
van kinderartsen besproken, maar voor de
stabiele baby’s maakt dat een verschil,” ver-
ouders proberen we – zeker voor moeilijke
Kindjes die van de verloskamer of kraamaf-
telt dr. Aerssens. “Daarom beperken we op de
gesprekken – één centraal aanspreekpunt te
deling naar de neonatale zorgeenheid ko-
volledige afdeling het lichtgebruik en dempen
voorzien. Bij het ontslag van een patiëntje
men omdat ze een moeilijkere start hadden
we onze stem. We volgen ook zoveel mogelijk
krijgen huisarts en gynaecoloog een ontslag-
of complexere zorg nodig hebben, kunnen
het ritme van de baby en stemmen onze zorg
brief met een samenvatting van de neonatale
dankzij een verblijf in de ouder-kindboxen de
daarop af. Daarnaast stimuleren we het con-
problemen en de geplande aanpak. Toch blij-
eerste dagen toch dicht bij hun mama blijven.
tact tussen ouders en baby. Zo streven we bij-
ken huisartsen niet altijd op de hoogte te zijn
De ouder-kindbox is een rustige, afgeschei-
voorbeeld ook bij te vroeg geboren baby’s of
omdat we meestal maar de gegevens van de
den en gedimde ruimte waar het kindje extra
baby’s met aanpassingsproblemen naar een
huisarts van één van de ouders hebben.”
goed gemonitord wordt. De mama verblijft er
optimale borstvoeding indien de ouders voor
met haar kindje, maar krijgt haar verzorging
borstvoeding hebben gekozen. Dit gebeurt
en maaltijden op de kraamafdeling. Aanleu-
stapsgewijs, afhankelijk van de gezondheids-
nend tegen de afdeling beschikt de neonatale
toestand van de baby.”
JESSALINEA 21
reumatologie
Thanny Bries, reumaverpleegkundige:
stimuleer patiënten op alle vlakken om " Ikmeer controle te krijgen over hun leven. "
Betere omkadering voor reumapatiënt dankzij Van 10 tot 12 oktober 2013 vond het allereerste internationaal congres voor reumaverpleegkundigen plaats in Rotterdam. Daar werd de rol van de reumaverpleegkundige grondig onder de loep gelegd. Het team reumatologen van het Jessa Ziekenhuis ziet er alvast de meerwaarde van in. Sinds 2012 is hun Reuma-Instituut versterkt met reumaverpleegkundige Thanny Bries. Ook de reuma-ergotherapeute die in het Jessa Ziekenhuis actief is, helpt mee aan een betere omkadering voor reumapatiënten.
Multidisciplinair team Reumatoloog dr. Jan Lenaerts: “In ons multidisciplinair team is de reumaverpleegkundige een belangrijke schakel. Ze helpt mee om de zorg permanent te verbeteren en onze patiënten geëngageerd te houden. Doordat ze nu meer educatie krijgen over hun ziekte en behandeling merken we een betere therapietrouw en dus ook een verminderde ziekteactiviteit. De patiënt heeft als het ware een betere basis voor zelfmanagement.”
Educatie Het beroep van verpleegkundige heeft de
verpleegkundige in het werkveld. Ook andere
De reumatologen verwijzen hun patiënten
laatste decennia een grote evolutie gekend
healthcare professionals zoals ergotherapeu-
naar de reumaverpleegkundige voor onder-
waarbij subspecialisaties steeds meer op de
ten en kinesitherapeuten nemen nu deel aan
steuning op een aantal zeer uiteenlopende
voorgrond komen. In België bestaat er sinds
deze opleiding. Zo is er bijvoorbeeld in het
vlakken. Thanny Bries: “Educatie - zowel over
2005 een opleiding tot reumaverpleegkun-
Jessa Ziekenhuis ook een reuma-ergothera-
het ziektebeeld als over de behandeling - is
dige. Van de 70-tal afgestudeerden staat
peute actief (zie pagina 23 bovenaan).
een zeer belangrijk aspect binnen mijn job.
ongeveer de helft ook effectief als reuma-
Onze patiënten hebben vaak nood aan extra uitleg en ondersteuning. Ze zien uiteraard sterk de nadelige gevolgen van hun ziekte. Doordat ze een beter zicht krijgen op die ziekte kunnen ze er beter mee omgaan. Zo
dr. Jan Lenaerts, reumatoloog:
" en behandeling merken we een betere therapietrouw en dus ook een verminderde ziekteactiviteit. "
“Doordat onze patiënten nu meer educatie krijgen over hun ziekte
22 JESSALINEA
geef ik bijvoorbeeld educatie na de diagnose en leer ik de patiënt bij de opstart van biologicals zelf subcutane injecties toe te dienen. Ik stimuleer patiënten op alle vlakken om meer controle te krijgen over hun leven.”
Gewrichtsbescherming en spierversterking Reuma-ergotherapeute Hanne Sourbron: “Ik houd maandelijks een raadpleging voor reumapatiënten die door de reumatologen worden doorverwezen. Na een intakegesprek geef ik gericht advies, achteraf volgt een evaluatie. Het uitgangspunt bij de ergotherapeutische behandeling is dat reumapatiënten zo goed en zelfstandig mogelijk kunnen functioneren in hun dagelijks leven en dat ze hun kracht en soepelheid behouden. Ik toon hen hoe ze gewrichtsbeschermend en minder belastend kunnen werken en leer hen oefeningen aan om de spieren te versterken. Daarnaast informeer ik hen over hulpmiddelen zoals bijvoorbeeld aangepast bestek waardoor ze terug zelfstandig en op een gewrichtsbeschermende manier kunnen eten. De bedoeling is dus zowel preventief als probleemoplossend te werken.”
Wereldreumadag Op 12 oktober was het wereldreumadag. Een infostand in de hal van campus Virga Jesse zette dit initiatief in de kijker. Daarnaast gaf reumatoloog dr. Corluy een gratis infosessie voor
reumaverpleegkundige
het brede publiek: ‘Help, het is 2013 en ik word overvallen door reumatoïde artritis, wat nu?!’
Aanspreekpunt Ook het bieden van emotionele steun en een psychologische omkadering blijft één van de hoofdtaken van de reumaverpleegkundige. Daarnaast is Thanny ook het centrale aan-
Waaraan moet een reumaverpleegkundige voldoen?
spreekpunt. “Je merkt dat veel patiënten ge-
De 'European League Against Rheumatism (EULAR) schreef 10 aanbevelingen
makkelijker onderwerpen zoals bijvoorbeeld
waaraan een reumaverpleegkundige moet voldoen. Vrij vertaald:
seks durven aankaarten bij een verpleegkun-
1. Patiënten kennis bijbrengen over hun ziektebeeld en behandeling.
dige dan bij de arts. Ik detecteer problemen
2. Een goede communicatie met de patiënt met het oog op de continuïteit van zorg
en schat in of er een afspraak bij de arts nodig is. Soms is dat niet het geval en kan ik de patiënt zelf een antwoord geven of bespreek ik het even met de arts. Ook als patiënten vragen hebben na een consultatie bij de dokter ben ik een gemakkelijk aanspreekpunt.”
en tevredenheid van de patiënt met de zorg. 3. Telefonisch aanspreekpunt zijn om zo continuïteit van zorg en continue ondersteuning te bieden. 4. Deel uitmaken van een integrale behandeling. Het doel: controle van de ziekteactiviteit, vermindering van symptomen en verbetering van gevolgen van de ziekte. 5. Psychosociale problemen van patiënten signaleren en bespreken om de kans op angst of depressie bij patiënten te verkleinen. 6. Zelfmanagementvaardigheden van patiënten bevorderen zodat ze meer
Wisselwerking met ziekenhuisdiensten Indien biologicals in het daghospitaal van het
controle krijgen over hun leven en hun eigen effectiviteit kunnen vergroten. 7. Zorg verlenen gebaseerd op protocollen en richtlijnen en in overeenstemming met nationale regelgeving en lokale contexten.
Jessa Ziekenhuis toegediend moeten worden,
8. Continue scholing om de kennis en vaardigheden te behouden en verbeteren.
geeft Thanny de patiënt op voorhand de nodi-
9. Specialistische rollen opnemen in overeenstemming met de nationale regelge-
ge educatie. “Ik heb een goede wisselwerking met het ziekenhuis,” aldus Thanny. “Op het daghospitaal werkt trouwens ook een reuma-
ving. 10. Bijdragen aan een efficiënte zorgverlening. Bron: Ann Rheum Dis, Van Eijk et al. 2012;71:1 13-19
verpleegkundige. Ik verwijs ook regelmatig patiënten naar de raadpleging van de reuma-
meer info
ergotherapeute in het ziekenhuis. Zij geeft patiënten heel gericht advies hoe ze in hun thuissituatie zo goed mogelijk en toch ge-
Thanny Bries, tel. 011 22 43 00
wrichtsbeschermend kunnen functioneren.”
(dinsdag- en woensdagvoormiddag, vrijdagnamiddag) of thanny.bries@gmail.com
JESSALINEA 23
onderzoek
Relatie tussen borstkanker en leefgewoonten bij kinderen Van 12 tot 14 oktober vond in China het wereldcongres 'First Annual world Congres of Nutrition and Health' plaats in het Dalian World Center. Jessamedewerkster en doctorandus Magda Vandeloo gaf er vanuit de European Cancer Prevention Organization een lezing over de relatie tussen leefgewoonten bij kinderen en het ontwikkelen van borstkanker. Samen met radiotherapeut prof. dr. Jaak Janssens, verbonden aan het Jessa Ziekenhuis en het LOC, publiceerde zij reeds diverse jaren geleden de resultaten van een onderzoek dat zij op dit vlak uitvoerden. Een korte samenvatting.
In België krijgt 1 vrouw op 8 borstkanker en
Vroege eerste menstruatie
Uit de studie, die in diverse tijdschriften gepu-
dit aantal stijgt nog. Ondanks de grote in-
Vroege menarche, met name 12 jaar of jonger,
bliceerd werd, bleek dat er een aantal factoren
spanningen om de ziekte te behandelen blijft
is een gekende risicofactor voor borstkanker.
waren die een significante relatie vertoonden
de mortaliteit nog lichtjes stijgen. Wanneer
Bij een vrouw die op 12 jaar of jonger begon
met de fysische ontwikkeling van de meisjes:
er zich metastasen voordoen is genezing
te menstrueren is het risico op borstkanker
body mass index (BMI), het drinken van kool-
moeilijk. De oorzaak van borstkanker is niet
1,6 maal groter dan bij een vrouw die pas na
hydraatrijke dranken zoals frisdranken, lengte
gekend, maar leefgewoonten en omgevings-
haar 13 jaar voor het eerst menstrueerde.
van de ouders, gewicht van moeder in het be-
factoren blijken wel een rol te spelen.
“Ovulatie en menstruatie hebben een kritisch
gin van de zwangerschap, geschiedenis van
gewicht. Hoe vroeger dit gewicht wordt be-
klierkoorts, herkomst van opleiding van de
reikt, des te vroeger de menarche,” aldus dr.
ouders en lichaamsbeweging.
Risicofactoren
Janssens. “Hoe langer de vruchtbare levenspe-
Er zijn diverse belangrijke risicofactoren voor
riode, hoe langer de borsten worden blootge-
het ontwikkelen van borstkanker: familiale
steld aan het vrouwelijk hormoon oestrogeen,
BMI kinderen
predispositie, vroege menarche (eerste men-
dat de groei van borstkanker stimuleert.
“Uit ons onderzoek bleek dat de BMI werkelijk een heel belangrijke variabele is wat betreft
struatie), leeftijd bij de eerst voldragen zwan-
het tijdstip van de vroege puberteit (borst-
gerschap, obesitas, late menopauze, hormonale substitutie en pariteit (aantal malen dat
Onderzoek
ontwikkeling) en de menarche,” aldus Magda
een vrouw bevallen is). Prof dr. Jaak Janssens:
Magda Vandeloo: “Om de relatie tussen leef-
Vandeloo. “Zo hebben bijvoorbeeld op de
“familiale predispositie is een zeer belangrijke
en voedingsgewoonten van schoolgaande
leeftijd van 11 jaar bijna 65% van de meis-
risicofactor voor borstkanker. Maar nog geen
kinderen enerzijds en de puberteit als deter-
jes met overgewicht reeds borstontwikkeling,
vijf procent van de borstkanker-patiëntenpo-
minanten van borstkanker te onderzoeken,
ongeveer 60% van de meisjes met normaal
pulatie in Belgisch Limburg heeft een fami-
hebben we een tiental jaren geleden een
gewicht en slechts 40% van de meisjes met
liale borstkanker en zelfs voor deze vorm van
groot onderzoeksproject opgezet in Belgisch
ondergewicht. Bovendien is er een statis-
borstkanker zijn leefgewoonten van groot
Limburg. Dit gebeurde in samenwerking met
tisch significante relatie tussen de BMI van
belang.”
de ‘European Cancer Prevention Organization
de kinderen en de leeftijd van de menarche.
(ECPO), het Limburgs Medisch School Toezicht
Op de leeftijd van 12 jaar hebben 60% van de
en het Centrum voor Statistiek van het toen-
meisjes met overgewicht reeds hun menarche
malige Limburgs Universitair Centrum.”
bereikt, 40% van de meisjes met een normaal gewicht en slechts 10% van de meisjes met ondergewicht. Hoe hoger de BMI van de kin-
die aan sport doen vanaf de leeftijd van 6 jaar " Meisjes hebben een latere eerste menstruatie dan meisjes die geen sport beoefenen. " 24 JESSALINEA
deren, hoe vroeger borstontwikkeling en menarche plaatsvinden. Dit geldt trouwens ook voor de waarden van huiddikte, lenden- en bekkenomtrek. Ook die hebben een invloed op de borstontwikkeling en menarche.
prof. dr. Jaak Janssens, radiotherapeut en Magda Vandeloo, doctorandus
Frisdranken
accumulatie van lichaamsvet veroorzaken en
tussen lichaamsbeweging en het begin van
Naast de BMI werd ook de relatie tussen de
een verhoging van de BMI, met als gevolg een
de vroege puberteit en de menarche. “De re-
voedingsgewoonten en het begin van de
verhoogde insulinerespons.”
latie tussen sport en de menarche is significant,” zegt Magda Vandeloo. “Meisjes die aan
vroege puberteit en de menarche onder-
sport doen tussen de leeftijd van 6 jaar en de
zocht. Dit gebeurde door voeding en dranken onder te verdelen in verschillende groepen:
Lichaamsbeweging
menarche hebben een latere eerste menstru-
vetrijk, koolhydraatrijk, energiearm en een
In de analyse werd ook de relatie onderzocht
atie dan meisjes die geen sport beoefenen.”
gemengde groep. Magda Vandeloo: “Voor de verschillende voedingsgroepen vonden we geen significante relatie. Maar wat drankgroepen betreft blijkt er wel een relatie te zijn. Hoe meer koolhydraatrijke dranken zoals onder andere frisdranken worden gedronken,
conclusie
hoe eerder de puberteit begint. Dit blijkt
Leefgewoonten, inclusief voedingsgewoonten, hebben een invloed op de leef-
zowel voor drankgewoonten in de levens-
tijd van puberteit en menarche. Extra controle van deze variabelen tijdens de
periode van 3 tot 6 jaar als voor de periode
puberteit doet het risico voor borstkanker dalen. Consumptie van energierijke
6 jaar tot de eerste menstruatie.” In de studie
voeding en dranken in de vroege levensjaren vergroot het risico op borstkanker
werd geen verband gevonden tussen de ver-
en dit door verhoging van de BMI van de kinderen. Dit heeft tot gevolg dat de
schillende drankgroepen en de leeftijd van de
vroege puberteit (o.a. borstontwikkeling) en de menarche op steeds jongere
eerste menarche.
leeftijd zal plaatsvinden.
Dr. Janssens: “De relatie tussen frisdranken en borstkanker is niet bewezen, maar studies wijzen uit dat we toch best voorzichtig zijn wat betreft de biologische rol van frisdranken
Biografie
bij het ontstaan van chronische ziekten, en in
Magda Vandeloo studeerde af als diëtiste aan de KULeuven. In 1994 behaalde
het bijzonder van borstkanker. Zo vertonen
ze een bachelor in management met specialisatie in sociale aspecten en in 2006
kinderen een grote insulinepiek na het drin-
rondde ze een masteropleiding aan de Open Universiteit Nederland af in Natuur-
ken van frisdrank. De insulinepiek is des te
wetenschappen: omgevingswetenschappen, met de nadruk op ‘voeding en toxi-
groter als het kind meer overgewicht heeft.
cologie’. Sinds enkele jaren doet Magda Vandeloo verder onderzoek op het ge-
Deze grote insulinepieken zouden de normale
bied van borstkankerpreventie in het kader van het behalen van een doctoraat in
groei van de borstklier kunnen verstoren en
de biomedische wetenschappen aan de UHasselt. Haar doctoraatsthesis handelt
op latere leeftijd tot kankercellen kunnen
over ‘lifestyle, mammografic breast density and molecular profiles of breast can-
uitgroeien. Hoe dan ook, de consumptie van
cer.’ Haar promotor is prof. dr. Jaak Janssens, verbonden aan het Jessa Ziekenhuis
frisdranken en energierijke voeding kan een
en tevens voorzitter van de European Cancer Prevention Organization.
JESSALINEA 25
CVA
Symposium Arm- en Handrevalidatie
Chronische pijn na CVA Chronische pijn is een complex gegeven. Pijn komt voor in verschillende types, stadia en intensiteiten. Een specifieke vorm is chronische pijn na CVA. Prof dr. Bart Morlion, kliniekhoofd-coördinator van het Leuvens Algologisch Centrum, gaf hierover een zeer overzichtelijke presentatie tijdens het recente Jessa Symposium ‘Arm- en handrevalidatie’.
Op 28 september 2013 verzamelden 120
de is muscoloskeletale pijn (zo kampt 20%
hemiparetische schouder. Hypoxie en neuro-
huisartsen, arts-specialisten, kinesitherapeu-
met schouderpijn). 7% heeft last van spasti-
vasculaire inflammatie komen eveneens voor.
ten en ergotherapeuten in de Markthallen
citeit, 10% van de patiënten lijdt aan centrale
Dat heeft gevolgen voor de therapeutische
van Herk-de-Stad voor het Jessa Symposium
neuropathische pijn en 10% heeft chronische
optie, die vooral gericht is naar het opvangen
‘Arm- en handrevalidatie’. Verschillende spre-
hoofdpijnklachten.
van zuurstofradicalen. Ook kunnen er sudomo-
kers-specialisten gaven uiteenzettingen over
torische veranderingen zijn. Als we de lidma-
hun discipline op het vlak van arm- en hand-
ten vergelijken, merken we dat de nagel- en
revalidatie.
Schouderpijn na CVA
haargroei zich wijzigen. Ook in de transpiratie
Schouderpijn na CVA is de meest voorkomen-
kunnen er duidelijke verschillen optreden.
de klacht. Bovendien kan dit pijnsyndroom
Verschillende pijntypes
zeer snel evolueren naar schouder-armpijn en
Bij CVA (Cerebro Vasculair Accident; 80% is-
naar schouder-nek-arm-handpijn. Schouder-
Centrale sensitisatie
chemisch, 20% bloeding) treedt er een acute
pijn kan geassocieerd zijn met een sensorisch
Pijn na CVA kan ontstaan door centrale sen-
verstoring op van de bloedcirculatie in de her-
deficit, motorisch deficit, aanwezigheid van
sitisatie: een amplificatieproces van neurale
senen. Gekende restverschijnselen zijn ver-
een subluxatie of beperkte range of motion
signaalprocessen in het centraal zenuwstel-
lamming, spasticiteit, hemi-anopsie, diplopie,
(ROM).
sel dat overgevoeligheid voor pijn uitlokt. De
epilepsie, affectieve stoornissen, cognitieve
Predictoren voor het ontwikkelen van chroni-
pijn wordt dus, in tegenstelling tot nociceptie-
stoornissen,... Ook chronische pijn kan een
sche schouderpijn na CVA zijn:
ve pijn, niet geactiveerd door schadelijke sti-
ernstig restverschijnsel zijn na een CVA, met
• Linkszijdige hemiparese
muli. De pijn zit dus letterlijk "tussen de oren".
een hoge prevalentie en vaak hoge pijninten-
• Schouderpijn vier maanden post-CVA, evo-
Kenmerken van dit pijntype zijn onder andere
siteit. Dit heeft een belangrijke impact op de
lueert bijna zeker naar een chronisch pro-
hyperalgesie (overdreven pijnreactie op een
kwaliteit van het leven. Er bestaan verschil-
bleem.
relatief onschuldige prikkel) en allodynie (pijn
lende pijntypes na CVA. De meest voorkomen-
• Beperkte passieve abductie vier maanden post-CVA • Hogere leeftijd.
bij een gewoonlijk niet pijnlijke prikkel): vooral mechanisch (bijvoorbeeld wrijven). Dit heeft uiteraard gevolgen op therapeutisch vlak. Verder is er ook sensorische en chemische overgevoeligheid, waardoor er slechtere reac-
Poststroke Complex Regional Pain Syndrome (CRPS) ('Schouder-hand syndroom')
tie is op farmacotherapie en farmacologische behandeling dus bemoeilijkt wordt.
Evolutie naar CRPS is mogelijk. De epidemio-
prof. dr. Bart Morlion
26 JESSALINEA
logie is vooralsnog onduidelijk en de patho-
Neuropathische pijn
fysiologie ervan is complex. Overwegend is
Dit specifiek pijntype ontstaat als direct ge-
er een wisselwerking tussen biomechanische
volg van een laesie of ziekte in het (perifeer
factoren en microtraumata ter hoogte van de
of centraal) somatosensorisch systeem.
Vragenlijsten
variabel zijn. Pijndescriptoren kunnen ook
kan sterk variabel en fluctuerend zijn. Thala-
Diagnosestelling van neuropathische pijn is
zeer divers zijn, zoals gekend bij neuropa-
mische letsels worden wel meestal met een
niet eenvoudig. Op basis van de descriptoren
thische pijnkenmerken. Onset van de pijn-
hogere pijnintensiteit geassocieerd.
zijn verschillende pijnschalen en pijnvragen-
klachten zijn meestal gradueel. De intensiteit
lijsten ontwikkeld. Het zijn geen zwart-witinstrumenten die 100 % aangeven dat het om neuropathische pijn gaat. Toch zijn sommige lijsten zeer bruikbaar, ook voor de huisarts.
Diagnose neuropathische pijn: DN4 vragenlijst
Een eenvoudige en veelgebruikte vragen-
DN4 interview
lijst is de DN4 (Douleur Neuropathique en 4
Vraag 1: Vertoont de pijn één of meerdere van de volgende karakteristieken?
questions). De vragenlijst is binnen de minuut
1. Branderig gevoel
afgenomen en ze bestaat uit 10 items, waar-
2. Pijnlijk koudegevoel
onder 7 anamnestische. Er wordt gepeild naar
3. Elektrische schokken
symptomen zoals jeuk, voosheid, gevoel van speldenprikken, ... Komen 3 van de 7 items
Vraag 2: Is de pijn in hetzelfde gebied geassocieerd met één of meerdere van
voor, dan is de kans groot dat het om neuro-
de volgende symptomen?
pathische pijn gaat. De derde en vierde vraag
4. Kriebelingen
(bestaande uit 3 items) betreffen een kort,
5. Tintelingen
klinisch onderzoek waarbij allodynie, hyper-
6. Gevoelloosheid
algesie en verminderd gevoel bij aanraken
7. Jeuk.
wordt nagegaan. Bij een resultaat van 4/10 of meer is er waarschijnlijk sprake van de aan-
Een score van 3 op 7 is zeer suggestief voor aanwezigheid
wezigheid van neuropathische pijn.
van neuropathische pijn. DN4 klinisch onderzoek
Central Poststroke Pain (CPSP)
Vraag 3: is de pijn gelokaliseerd in een bepaald gebied waar het onderzoek op
CPSP is een vorm van centraal neuropathi-
wijst
sche pijn. Aanvankelijk werd dit beschreven
8. hypo-esthesie bij aanraking
als een vorm van centrale pijn geassocieerd
9. hypo-esthesie bij een prik
met laesies van het centraal zenuwstelsel, of ook als thalamisch syndroom. Ondertussen is gebleken dat niet enkel thalamische
Vraag 4: wordt de pijn veroorzaakt of versterkt door 10. wrijven
laesies hiervoor verantwoordelijk zijn. Prevalentie varieert in functie van de plaats van de
Een score van 4 op 10 op beide vragenlijsten samen,
laesie. Pijndistributie in het lichaam kan zeer
verhoogt nog de gevoeligheid van de test.
JESSALINEA 27
Symposium Arm- en Handrevalidatie Welke pijnklachten post-CVA? De voornaamste pijnklachten die de huisarts kan tegenkomen bij patiënten na een CVA zijn: • schouderpijn die snel kan evolueren naar schouder-armpijn en naar schouder-nek-arm-handpijn en de bijhorende complicaties - schouder-handsyndroom bijvoorbeeld • pijn ten gevolge van spasticiteit • centrale neuropathische pijn • hoofdpijnklachten
Diagnose CPSP
behandelen, centraal neuropathische pijn
duidelijk overzicht van de huidige farmacolo-
Diagnose van CPSP is niet eenvoudig. Vol-
nog veel moeilijker. Op basis van studies en
gische behandelingsmogelijkheden.
gende noodzakelijke en supportieve criteria
gegevens kunnen er wel aanbevelingen ge-
ondersteunen de diagnose:
daan worden naar medicijnen, maar niet naar
1. Noodzakelijke criteria:
het type. Er valt niet te voorspellen welk geneesmiddel bij welke patiënt het beste zal
Nieuwe tendensen in de behandeling
werken. We kunnen wel bepalen welke medi-
Naast farmacotherapie maken ook nieuwe
catie we als eerste starten in functie van de
ontwikkelingen opgang bij de behandeling
geassocieerde symptomen en klachten. Veel
van centraal neuropathische pijn. Enkele voor-
• Bevestiging van een CZS laesie door
post-CVA-patiënten ontwikkelen bijvoorbeeld
beelden zijn bewegingstherapie, cognitieve
beeldvorming of kliniek van negatieve
stemmingsstoornissen. Is de patiënt manifest
modulatie en rTMS of repetitieve Transcra-
of positieve sensorische tekens in het
depressief? Dan kan het aangewezen zijn om
niële Magnetische Stimulatie. Er zijn belang-
lichaamsgebied dat overeenkomt met de
antidepressiva te overwegen. Heeft de pa-
rijke aanwijzingen dat deze behandelingen
laesie in het CZS.
tiënt ook epilepsie ontwikkeld post-CVA? Dan
patiënten met pijn verder helpen. Het is ech-
• Andere oorzaken van pijn, zoals nocicep-
zijn anti-epileptica een logische keuze. Zijn
ter nooit een of-of-, maar altijd een en-en-
tive of perifeer neuropathische pijn zijn
er slaapstoornissen? Dan kunnen sederende
verhaal. Zo moeten verschillende therapieën
uitgesloten of zeer onwaarschijnlijk.
anti-epileptica voorgeschreven worden, waar-
tegelijk toegepast worden om de kwaliteit
bij de dosis ‘s avonds verhoogd wordt. Tijdens
van leven met chronische pijn post-CVA te
het symposium kregen de aanwezigen een
verhogen.
• Pijn in een lichaamsgebied dat overeenkomt met de laesie in het CZS. • Anamnese suggestief voor CVA en pijnklachten ontstaan bij of na CVA.
2. Supportieve criteria: • Geen primaire relatie met beweging, inflammatie, of andere locale weefselschade. • Descriptoren zoals brandend, pijnlijk koudegevoel, elektrische schokken, knagend,
conclusie
drukkend, stekend en “pins and needles”.
Pijn na CVA kent een zeer hoge prevalentie en hoge intensiteit, met een belang-
• Allodynie of dysesthesie bij aanraking of
rijke negatieve invloed op de kwaliteit van het leven. Verschillende pijntypes
koude.
treden op, maar de meest uitdagende is de centraal neuropathische pijn. Vooral schouderpijn kan uitmonden in het schouder-handsyndroom. Complex Regionaal Pijn Syndroom (CRPS) komt vaak voor bij deze groep patiënten en de mees-
Farmacotherapie bij neuropathische pijn
te pijnbeelden zijn relatief therapieresistent. Interdisciplinaire behandeling is
Er zijn zeer veel geneesmiddelen beschik-
en enkele veelbelovende nieuwe behandelingsvormen.
aangewezen. Revalidatie speelt daarin een cruciale rol, naast farmacotherapie
baar voor de behandeling van neuropathische pijn. Toch bestaat er niet één supermedicijn, zeker niet voor centraal neuropathische pijn.
De presentaties van het symposium kunt u raadplegen via www.jessazh.be >
Perifere neuropathische pijn is al moeilijk te
professionals > symposia > presentaties voorbije symposia.
28 JESSALINEA
nieuws
Nieuwe artsen Dr. Dries Van Duffel, prof. dr. Marc Hendrickx en Ruben van Gemert
Studie door bachelorstudenten in Jessa gepubliceerd in internationaal vakblad
Ann
Buyens
startte haar studie geneeskunde aan het Limburgs Universitair
Centrum
om vervolgens af te studeren als arts aan de KULeuven in 2008. Tijdens haar
Onlangs verscheen in het gerenommeerde vaktijdschrift Acta Cardiolo-
specialisatieopleiding in de gynaecolo-
gica een wetenschappelijk artikel ‘Elective reconstruction of the ascen-
gie en verloskunde werkte ze twee jaar
ding aorta for aneurysmal disease restores normal life expectancy. An
in het Jessa Ziekenhuis. Ze vervolgde
analysis of risk factors for early and late mortality.’ Eerder uitzonderlijk hierbij is dat de studie uitgevoerd werd door twee bachelorstudenten
haar opleiding in het UZ Gasthuisberg en het ZOL in Genk. Hier kwam ze in contact met alle takken binnen
geneeskunde voor hun bachelorproef. Hun promotor was prof. dr. Marc
deze specialisatie. In het laatste jaar
Hendrikx, cardiochirurg Jessa Ziekenhuis.
van haar opleiding werkte ze in Watford General Hospital in het Verenigd Koninkrijk waar zij zich voornamelijk
Toen Dries Van Duffel en Ruben van Ge-
mortaliteit na 3, 5 en 10 jaar of nog langere
verder bekwaamde in de verloskunde.
mert als derdejaarsstudent geneeskunde
termijn op hetzelfde niveau ligt als bij een
Dr. Buyens zal vooral instaan voor de
aan de UHasselt uit allerhande onderwer-
gezonde populatie. De eerste 30 dagen
verdere uitbouw van de verloskunde op
pen dit onderwerp kozen voor hun ba-
na de ingreep is er een hogere mortaliteit,
de vernieuwde materniteit in het Jessa
chelorproef, wisten ze niet precies wat het
maar daarna is er een stabilisatie en heb-
Ziekenhuis. Ze is sinds 16 september
inhield. Met intensieve begeleiding van dr.
ben deze patiënten hetzelfde overlevings-
2013 werkzaam op de dienst gynaeco-
Marc Hendrikx, die het onderwerp indiende
profiel als gezonde personen.”
logie en verloskunde.
en als promotor fungeerde, werkten ze zich in de materie in.
Dr.
Birgit
Wij-
Samenwerking universiteit – klinisch werk
gaerts
Overlevingsprofiel
“Deze resultaten zijn toch wel verrassend,”
het LUC en aan de
Ruben van Gemert: “We onderzochten het
aldus dr. Hendrikx. “Deze aandoening komt
KUL. Ze behaalde
overlevingsprofiel van patiënten die een
niet zo heel vaak voor, maar we weten wel
nadien een master
electieve reconstructie van de aorta as-
dat bij een aneurysma vanaf een bepaalde
in de verzekerings-
cendens voor degeneratieve aneurysma
afmeting bijna de helft van de patiënten
geneeskunde en de medische exper-
hadden ondergaan en vergeleken dan de
binnen het jaar overlijdt als ze geen in-
tise na een interuniversitaire opleiding
lange termijnoverleving met een gerando-
greep ondergaan.” Voor één van de eer-
(KUL-RUG-UIA). Ze is sinds vele jaren
miseerde populatie gezonde mensen.” Voor
ste keren zijn nu lange termijnresultaten
actief als adviserend arts in de verze-
de eerste groep werden de data gebruikt
onderzocht in een Belgisch centrum voor
keringssector, waarbij haar interesse
van alle patiënten die in het Jessa Zieken-
hartchirurgie. Hiermee is een belangrijke
vooral uitgaat naar de therapeutische
huis een dergelijke ingreep ondergingen
bijdrage geleverd naar transparantie in re-
ongevallen en de opvolging van slacht-
sinds het begin van de cardiochirurgie in
sultaten van de cardiochirurgische behan-
offers van zware ongevallen. Sinds
Limburg. Voor de vergelijking met de ge-
deling van patiënten. Het is meteen ook
enkele jaren legt dr. Wijgaerts zich toe
zonde groep mensen hadden de studen-
een bewijs dat de samenwerking tussen
op de Palliatieve Zorg: ze volgde bijko-
ten anonieme gegevens ter beschikking
het klinisch gebeuren in een ziekenhuis en
mende opleiding, en wat theologische
van personen die qua leeftijd en geslacht
universiteiten - zelfs al in een heel vroeg
vorming en werkte enkele jaren als
overeenstemden met de personen uit de
stadium van de opleiding - tot zeer mooie
vrijwilliger op de palliatieve eenheid.
patiëntengroep.
resultaten kan leiden.”
Sinds september is ze deeltijds actief in
studeerde
geneeskunde aan
het Jessa Ziekenhuis als palliatief arts Het abstract van dit wetenschappelijk on-
op de palliatieve eenheid en in het pal-
Lange termijnoverleving
derzoek vindt u in de rubriek Verbum op
liatief support team, in samenwerking
Dries Van Duffel: “De studie wees uit dat de
pagina 37.
met dr. Marc Desmet.
JESSALINEA 29
oncologie
Symposium Respiratoire Oncologie
Recente evoluties in de diagnose en behandeling In België is longkanker na prostaatkanker de tweede meest voorko-
rol weggelegd voor een chemotherapeutische
mende vorm van kanker bij mannen. Bij vrouwen staat longkanker
therapie. Dr. Karin Pat: “De behandeling van
op de derde plaats. Wat zijn de recente evoluties in de diagnose en
opmerkelijke evolutie gekend. Nog niet zo
behandeling van longtumoren? En hoe kunnen huisartsen en eerste-
lang geleden werden patiënten met gevor-
lijnszorgverstrekkers met deze kennis aan de slag? Het antwoord op
longtumoren via chemotherapie heeft een
derde stadia van niet-kleincellige longtumoren allemaal op dezelfde manier behandeld:
deze en vele andere vragen kwam u te weten op het symposium ‘Res-
ze kregen standaard chemotherapie. Het is
piratoire Oncologie’ dat de dienst pneumologie van het Jessa Zieken-
in functie van het specifieke type van long-
van groot belang om verder te differentiëren kanker, daarom voeren we nu steeds een
huis op 19 oktober organiseerde.
vergaande
immuunhistochemische-analyse
(IHC) uit. Vandaag wordt er zelfs tot op moleculair niveau gedifferentieerd en leveren we De globale overlevingsmogelijkheden bij
steeds meer inspanningen om specifieke ei-
longkanker blijven zeer laag: na vijf jaar blijkt
genschappen van niet-kleincellige longtumo-
slechts 16% de ziekte overwonnen te heb-
ren te onderscheiden voor een zo doelgericht
ben. Het grootste probleem is dat longkanker
mogelijke therapie.”
in 70% van de gevallen pas in een ver gevorderd stadium gediagnosticeerd wordt. De waardoor mensen pas laat de stap naar hun
Het belang van oncogene pathways
arts zetten. Essentieel in de benadering van
Waarom en hoe ontstaat ongecontroleerde
longkankerpatiënten is de multidisciplinaire
celdeling? De laatste jaren is er enorm veel
aanpak. Wekelijks overleg tussen de respi-
onderzoek geleverd naar dit fenomeen in de
ratoir oncoloog, radiotherapeut, chirurg en
tumorcel. Dr. Karin Pat: “Zo heeft men speci-
anatoompatholoog is onontbeerlijk. Het sym-
fieke oncogene drivers gevonden die in dit
posium wenste daarom alle betrokken spelers
proces van ontaarding meespelen. (bv. EGFR
aan het woord te laten.
pathway, ALK translocatie). Er is ook heel wat
eerste klachten steken laattijdig de kop op
onderzoek verricht naar het opsporen van moleculaire afwijkingen in deze pathways om op
dr. Karin Pat
dr. Leen Noé
30 JESSALINEA
dr. Ludo Verougstraete
Differentiëren
die basis de therapie verder te kunnen speci-
Wanneer de ziekte gediagnosticeerd wordt in
ficeren. Dit komt uiteraard het effect van de
een niet-curatieve setting is een belangrijke
behandeling alleen maar ten goede.”
Diagnose en behandeling samengevat De chemotherapeutische en radiotherapeutische behandeling van vandaag ziet er als volgt uit: • Spinocellulair carcinoom: chemotherapie en meer specifiek platinumgecombineerde therapie als eerstelijnsbehandeling • Non-squameuze pathologie en patient is EGFR-positief: orale EGFR-inhibitoren in een eerstelijntherapie • Geen mutatie in het EGFR-gebied: ‘klassieke’ chemotherapie op basis van platinum-pemetrexed • ALK-translocatie bij een niet-squameuze tumor: tweede lijntherapie met ALK-inhibitor • Geen ALK-translocatie: taxanen zowel bij niet-squameuze als squameuze tumoren • Beperkte longtumor maar geen heelkunde mogelijk of wenselijk: stereotactische radiotherapie (SBRT-SABR) is goed alternatief Concomitante chemo-radiotherapie kan een betere overleving bieden. Acute (voornamelijk slokdarm)toxiciteit van deze gecombineerde behandeling is toegenomen ten opzichte van de sequentiële therapie waardoor enkel patiënten met een goede algemene toestand hiervoor in aanmerking komen.
van longkanker De chemotherapeutische behandeling vandaag
van recente evoluties in de bestraling van
(Video-Assisted Thoracic Surgery) leidde tot
longtumoren: ”Wanneer een patiënt gediag-
succesvolle uitvoering van lobectomieën zo-
Wat betekent dit nu voor de patiënt vandaag?
nostiseerd wordt met een beperkte longtu-
als deze vandaag in het Jessa Ziekenhuis door
Dr. Karin Pat: “In de eerste plaats gaan we een
mor, maar medisch gezien geen heelkunde
dr. Verougstraete en zijn collega’s worden
nauwkeurige pathologische diagnose stellen
resectie aan kan of heelkunde weigert, kan
uitgevoerd. Dr. Verougstraete: ”Door de opge-
(IHC-differentiatie tussen squameuze en niet-
stereotactische radiotherapie (SBRT – SABR)
bouwde ervaring met deze procedure geniet
squameuze tumoren) en onderzoeken we of
een zeer goed alternatief zijn. Binnen deze
de patiënt duidelijke voordelen ten opzichte
er mutaties/translocaties aanwezig zijn.
groep patiënten lijkt de lokale ziektecontrole
van de klassieke open chirurgie. Zo leidt de
vergelijkbaar met de heelkundige groepen.
ingreep tot een kleine incisie met minder en
Wordt de patiënt gediagnosticeerd met een
Ook in de meer gevorderde ziektetoestanden
kortere postoperatieve pijn. Tevens bestaat
spinocellulair carcinoom, dan starten we een
werd duidelijk vooruitgang gemaakt in de be-
er een daling in de verblijfsduur op intensieve
behandeling met chemotherapie – en meer
stralingstechnieken. Door bij deze patiënten
zorgen, dit op basis van minder bloedverlies
specifiek een platinumgecombineerde thera-
gebruik te maken van PET-CT kan er een be-
en hemodynamisch stabiele patiënten. De
pie - als eerstelijnsbehandeling, omdat we uit
tere aflijning van het doelvolume gebeuren”.
verblijfsduur op de verpleegeenheid neemt eveneens af door een snellere mobilisatie
onderzoek en ervaring weten dat die de beste respons geeft. Wanneer de diagnose van non-
Dr Noé toonde in haar uiteenzetting aan dat
in combinatie met elektronische thoraxdrai-
squameuze pathologie gesteld wordt en de
concomitante chemo-radiotherapie (gelijktij-
nage.“
patiënt is EGFR-positief gaan we behandelen
dig geven van deze therapieën) een betere
met orale EGFR-inhibitoren in een eerstelijn-
overleving op basis van betere lokale controle
Dr. Verougstraete gaf aan dat er minder post-
therapie. Indien er geen mutatie in het EGFR-
teweeg kan brengen. Acute (voornamelijk
operatieve verwikkelingen bestaan na een
gebied wordt aangetroffen, behandelen we
slokdarm)toxiciteit van deze gecombineerde
VATS-procedure. Het globale herstel van de
patiënten met een “klassieke” chemotherapie
behandeling is toegenomen ten opzichte
patiënt verloopt sneller, zodat met een min-
op basis van platinum-pemetrexed. Als er een
van de sequentiële therapie waardoor enkel
der lang interval gestart kan worden met
ALK-translocatie wordt aangetroffen bij een
patiënten met een goede algemene toestand
eventueel noodzakelijke aanvullende chemo-
niet-squameuze tumor, zal in een tweede
hiervoor in aanmerking komen.
therapie. Dr. Verougstraete sloot zijn voordracht af met prachtig, zeer illustratief film-
lijntherapie met een ALK-inhibitor worden ge-
materiaal van een VATS-lobectomie door hem
start. Indien er geen ALK-translocatie wordt
Thoracoscopische resectietechnieken bij longtumoren
uitgevoerd.
Dr. Ludo Verougstraete sprak over de geschie-
Het symposium werd afgesloten door dr. Marc
denis van de thoracoscopische technieken bij
Desmet van de palliatieve zorgen eenheid/
Rol voor radiotherapie
de behandeling van longtumoren. De doorge-
het palliatief support team. Zijn uiteenzetting
Dr. Leen Noé schetste zeer duidelijk de rol
maakte geschiedenis en ervaring met VATS
vindt u op volgende pagina.
vastgesteld, zal zowel bij de niet-squameuze als de squameuze tumoren taxanen worden gestart.
JESSALINEA 31
Symposium Respiratoire Oncologie
Laat me niet stikken
Het Palliatief Support Team van het Jessa Ziekenhuis begeleidt een
communicatie is een niet te verwaarlozen
duizendtal patiënten per jaar. Wat zijn de palliatieve aandachtspun-
te verlichten. Er zijn trouwens een heel aan-
therapie-onderdeel om angst en ongemak
ten bij patiënten met longkanker? Dr. Marc Desmet, hoofd van het
tal eenvoudige maatregelen die rechtstreeks
Palliatief Support Team, zoomt in op een aantal do’s en dont’s.
een deur die openstaat, een draaiende ven-
inwerken op het welbevinden van de patiënt: tilator, massages ... Hulpverleners staan ook best opzij van de patiënt en niet voor hem. Zuurstofmaskers kunnen als beangstigend ervaren worden.”
over wat men doet indien verstikking effec-
Sterven als diagnose
tief dreigt. Mensen zijn hier al vaak van in het
Ook sterven is een diagnose, en het is een
begin mee bezig. Tijdens de chemotherapie
vaardigheid dat te herkennen. Nauw contact
kunnen die vragen op de achtergrond gera-
en een goede samenwerking met de verpleeg-
ken, maar naar het einde toe terugkomen.
kundigen is hier bijzonder nuttig. Door de dag-
Is palliatieve ondersteuning nuttig binnen
Kortademigheid is een belangrijk aandachts-
dagelijkse verzorging kennen ze de toestand
respiratoire oncologie?
punt in de symptoomcontrole.”
van de patiënt als geen ander en kunnen ze
dr. Marc Desmet
Dr. Marc Desmet: “Zonder meer. Amerikaans
signalen alert opvangen.
onderzoek heeft uitgewezen dat terminale sche behandeling palliatieve ondersteuning
Kortademigheid multidimensioneel benaderen
Sedatie is een kunst
genieten, langer overleven dan patiënten die
“Kortademigheid is een frequent fenomeen
"Palliatieve sedatie is het toedienen van se-
dat niet krijgen. Hun levenskwaliteit verbetert
bij patiënten met longkanker. De correlatie
dativa in doseringen en combinaties die no-
en ze hebben minder depressieve symptomen.
tussen
bloedgaswaarde,
dig zijn om het bewustzijn van een terminale
In het Jessa Ziekenhuis nemen de psychologen
longfuncties en kortademigheid is laag. Met
patiënt te verlagen. Het doel is bewustzijns-
en verpleegkundigen van het Palliatief Support
andere woorden: kortademigheid is een sub-
verlaging en niet levensverkorting. Sowieso
Team wekelijks deel aan de patiëntenbespre-
jectief gegeven. Een gegeven dat nauw ver-
moet palliatieve sedatie even zorgvuldig
kingen op de betrokken afdelingen. Dit facili-
bonden is met de mate van angst die een
voorbereid en uitgevoerd worden als eutha-
teert een vroege inschakeling van het team.”
patiënt ervaart. Hoe mensen omgaan met die
nasie. Dit gebeurt zo mogelijk altijd met toe-
angst is heel verschillend, maar behandeling
stemming van de patiënt. Best ook proactief,
en begeleiding zijn in alle gevallen belangrijk,
zeker bij risicopatiënten waarbij acute sedatie
Waaruit bestaat de palliatieve support?
want dit heeft een positieve impact op het
zich kan opdringen, zoals bij ernstige respi-
Het palliatief supportteam biedt extra onder-
functioneren van de patiënt, zijn sociale ac-
ratoire insufficiëntie. Het Palliatief Support
steuning aan patiënt, familie en teamleden.
tiviteit, levenskwaliteit en levenswil. Omdat
Team geeft alle betrokken partijen – patiënt,
Dit gebeurt op verschillende scharniermo-
het symptoom multidimensioneel is, moet het
familie, team – info over de mogelijkheden, het
menten van een kankergeschiedenis: bij de
management dat ook zijn. Waar we kunnen,
doel, de werking, de praktische uitvoering, de
diagnose (met vaak reeds slechte prognose),
werken we in op fysische oorzaken.”
verzorging, .... en polst naar de wensen over
longkankerpatiënten, die naast hun oncologi-
ademfrequentie,
bij herval, bij de terminale fase met instellen
het moment van afscheid.
van loutere comfortzorg. Dr. Desmet: “Van in het begin gaat veel aandacht naar de bele-
Narcotica en communicatie
Palliatieve sedatie is geen evidente keuze. Het
ving, ook van kinderen en kleinkinderen, o.a.
“Net zoals bij pijnbestrijding heeft morfine
vergt vakkennis (naar medicatie, symptoom-
met aangepaste brochures. Er wordt nage-
ook bij kortademigheid bewezen effect. Om
cosntrole, dosering, ....), inzet (vanwege familie
gaan hoe de zieke staat tegenover vroegtij-
de impact van narcotica te evalueren, is het
en hulpverleners) en zeer veel inlevingsvermo-
dige zorgplanning: op maat van de patiënt
aangewezen om niet zozeer de pols en bloed-
gen en respect. Want verlies verwerken, is heel
wordt gepeild naar wensen bij het levens-
druk na te gaan, maar eerder de frequentie
hard werken. Ook de patiënt die sterft, doet
einde. Specifiek voor longkanker is het actief
van de ademhaling. Patiënten die morfine
nog zeer veel: hij brengt de familie bijeen. Be-
vroegtijdig bevragen of mensen angst heb-
krijgen, ademen trager, maar hierdoor vaak
tekenis geven aan het einde van het leven, is
ben om te stikken en het geven van uitleg
ook minder oppervlakkig en dus beter. Ook
niets anders dan een kwestie van samenspel.”
32 JESSALINEA
nieuws
ZOL en Jessa werken samen in fertiliteitscentrum Het Ziekenhuis Oost Limburg (ZOL) en het Jessa Ziekenhuis hebben op 22 oktober 2013 een associatieovereenkomst ondertekend op het vlak van in vitro fertilisatie (IVF). De overeenkomst tussen Jessa en het ZOL betekent dat beide ziekenhuizen samen zullen
Aanvraagformulier medische beeldvorming
werken bij IVF-behandelingen. Ze doen dat onder de
conform de wettelijke vereisten
Het integrale IVF-traject bestaat uit twee zorgpro-
naam ‘Fertiliteitscentrum ZOL-Jessa’.
gramma’s, A en B. Programma A blijft in beide ziekenhuizen plaatsvinden. Het omhelst de diagnose van het vruchtbaarheidsprobleem, de stimulering van de
Sinds 1 maart 2013 gelden er vanuit het RIZIV nieuwe wettelijke re-
eicellen en de pick-up of het weghalen van de eicellen.
gels voor het voorschrijven van medische beeldvorming. De nieuwe
Ook de psychologische begeleiding van de patiënt is
vereisten voor de aanvraagformulieren zijn zowel voor ambulante
in deze fase van het IVF-traject van cruciaal belang.
als voor gehospitaliseerde patiënten verplicht.
De B-activiteit is de bevruchting met bijhorende laboratoriumactiviteiten. Voorheen vonden ook deze
Per klinische vraagstelling is een apart aanvraagformulier vereist.
behandelingen in beide ziekenhuizen plaats, maar de
Volgende gegevens dienen daarbij steeds duidelijk vermeld te wor-
wetgever heeft bepaald dat de B-activiteit in een pro-
den:
vincie zonder universitair ziekenhuis tot één locatie
• naam, voorna(a)m(en), geboortedatum en geslacht van patiënt
beperkt moet blijven. De overeenkomst bepaalt dat
• relevante klinische inlichtingen
deze B-activiteit voortaan in het ZOL zal plaatsvinden.
• diagnostische vraagstelling
De fertiliteitsartsen van Jessa zullen voor hun patiën-
• relevante bijkomende inlichtingen zoals allergie, diabetes,
ten dit tweede luik van het traject wel zelf in het ZOL
nier-insufficiëntie, zwangerschap, implantaat of andere
uitvoeren.
voorgesteld(e) onderzoek(en) • vorige relevante onderzoek(en) in verband met de diagnostische vraagstelling zoals CT, NMR, RX, echografie, andere of onbekend • stempel voorschrijver met vermelding van naam, voornaam, adres
De samenwerking op het vlak van IVF kadert perfect binnen de overeenkomst die Jessa en het ZOL in 2011 sloten om vanuit het Limburg Clinical Research Pro-
en identificatienummer
gram (LCRP) expertfuncties uit te bouwen op provin-
• datum van het voorschrift
ciaal niveau. Het Jessa Ziekenhuis en het ZOL engage-
• handtekening van de voorschrijver
ren zich om dit ook in de toekomst te blijven doen. In de praktijk is de werking van het Fertiliteitscentrum
De radiologische diensten van de Limburgse ziekenhuizen hebben
ZOL-Jessa al enkele maanden geleden gestart. Met de
dit voorjaar hun bestaande aanvraagformulieren aangepast zodat
ondertekening van deze overeenkomst van onbepaal-
ze aan die wettelijke vereisten voldoen. U kunt steeds een voor-
de duur is de werking nu geofficialiseerd.
raad formulieren bij ons bestellen. Daarnaast vindt u ze terug op de websites van de ziekenhuizen, het RIZIV en de beroepsorganisaties. Voor het Jessa Ziekenhuis vindt u de formulieren terug op www.jessazh.be/deelwebsites/radiologie > informatie voor artsen > nuttige links en documenten. Niet-conforme aanvragen kunnen belangrijke financiële gevolgen hebben en zelfs leiden tot het niet uitvoeren van onderzoeken. Daarom vragen we aandacht voor deze richtlijnen. Zo kunnen we een efficiënte en vlotte werking garanderen.
meer info dr. Geert Souverijns, diensthoofd radiologie
Karel Peeters (Jessa), Tom Arts (ZOL), dr. Yves Breysem (Jessa), Erwin Bormans (ZOL), dr. Rudi Campo (ZOL), dr. Wilfried Gyselaers (ZOL), dr. Jean-Luc Rummens (Jessa), dr. Jos Vandekerkhof (Jessa), dr. Willem Ombelet (ZOL), dr. Arjoko Wisanto (Jessa)
JESSALINEA 33
kort bericht
cardioloog dr. Pascal vranckx ontwikkelt mee praktische gids voor zorg aan kritiek zieke hart- en vaatpatienten Vanuit de Europese Vereniging voor Cardiologie is er een praktische gids ontwikkeld voor alle artsen die betrokken zijn bij de zorg voor kritiek zieke hartpatiënten. Initiatiefnemers van dit waardevolle naslagwerk zijn dr. Héctor Bueno (chief editor) en dr. Pascal Vranckx (associate editor), cardioloog van het Hartcentrum Hasselt, Jessa Ziekenhuis. De hoofdstukken zijn geschreven door opinieleiders op het vlak van acute cardiovasculaire zorg vanuit heel Europa. Dr. Vranckx schreef mee aan de gids, nam de functie van redacteur op zich en coördineerde samen met dr. Bueno het hele gebeuren. Dr. Pascal Vranckx: “De zorg voor de kritiek zieke hartpatiënt is een complex gebeuren met de inbreng van meerdere hulpverleners van diverse disciplines. De besluitvorming over diagnostiek en de eerste behandeling gebeurt soms in moeilij-
Jessa-stagiaires kapen prijs weg met eindwerk
ke omstandigheden en op basis van minimaal klinische gegevens. Niet zelden wordt de behandeling in de thuisomgeving opgestart om vervolgens te worden voortgezet in speciaal daarvoor ingerichte diensten voor cardiale intensieve zorg. Met deze gids willen we artsen die betrokken zijn in dit zorgproces een praktische ‘toolkit’ ter beschikking stellen die kan helpen om de snelle beslissing voor de eerste behande-
Twee stagiaires van de opleiding
ling zo accuraat mogelijk te doen. We hebben de gids zo praktisch mogelijk opgevat
medische laboratoriumtechnolo-
met veel tabellen en gemakkelijk om te gebruiken op plaatsen waar die snelle be-
gie (MLT) die hun eindwerk in
slissingen vaak moeten genomen worden. Denk maar aan ziekenwagens, diensten
het klinisch laboratorium van
voor spoedeisende zorg en intensieve zorgen, … De inhoud van dit naslagwerk is
het Jessa Ziekenhuis uitvoer-
gebaseerd op de meest actuele Europese behandelrichtlijnen. Het is een aanzien-
den, sleepten eind vorig acade-
lijk werk geweest om deze gids samen te stellen maar we zijn ervan overtuigd dat
miejaar in hun hogeschool de
we hiermee onze zorg kunnen verbeteren en op die manier mensenlevens kunnen
prijs voor beste eindwerk in de
redden.”
wacht. Tamara Carolus won de BVLT prijs KHLim (Diepenbeek)
De gids is gedrukt op 8 800 exemplaren. Een aantal hiervan zijn bestemd voor de
voor het beste eindwerk getiteld
Amerikaanse markt, de rest voor de Europese markt. Dr. Héctor Bueno (Madrid) en
‘Mutatie-analyse voor subtype-
dr. Vranckx stelden het boek in oktober voor tijdens het jaarlijks congres van de
ring van mature B-cel neoplasi-
ACCA (Acute Cardiovascular Care Association), een associatie binnen de Europese
ën: MYD88 L265P in lymfoplas-
Vereniging voor Cardiologie. Meer informatie over dit initiatief: www.escardio.org/
mocytair
ACCA.
lymfoom
en
BRAF
V600E in hairy cell leukemie’. Het eindwerk van Hanne Lode-
Acute Cardiovascular Care Association Clinical Decision-Making
wijckx behandelde het thema
Toolkit
‘Isolatie van foetaal DNA in de maternele circulatie - Toepassingen in de prenatale diagnostiek.’ Zij behaalde hiermee de Roche prijs Thomas More Hogeschool
www. escardio.org/ACCA
(Geel) voor het beste eindwerk.
gids is zo opgebouwd dat hij gemakkelijk " Dete gebruiken is op plaatsen waar vaak
Klinisch biologe dr. Brigitte Maes en wetenschappelijk medewerkster Femke Hillen waren hun promotoren in het Jessa Zieken-
snelle beslissingen moeten genomen:
huis. Beide stagiaires zijn intus-
in ziekenwagens, op coronary care units,
sen in het klinisch laboratorium van het Jessa Ziekenhuis aan de slag.
34 JESSALINEA
dr. Pascal Vranckx
intensive care units, …
"
Verbum Gepubliceerd in Tijdschr. voor Geneeskunde 2013;69(14-
Early discharge was defined as hospital dis-
15):706-710.
charge within 4 days after admission, and the
tients <80 years old based on data from the
UITGESPROKEN VERMOEIDHEID EN GEDRAGS-
hospitals were clustered according to their
prospective Belgian STEMI registry.
VERANDERING MET WOEDE-AANVALLEN: ATY-
LOS for low-risk patients. Determinants of
Results: The octogenarian STEMI group had
PISCHE PRESENTATIE VAN EEN ERNSTIGE ON-
LOS were calculated by means of a negative
more cardiovascular comorbidities, contained
DERLIGGENDE AANDOENING
binomial regression model. LOS was, on aver-
more female patients and presented more
Jarosz C1, Raes M2, Gillis P2.
age, 6.5 days with a median of 5 days (IQR 4).
frequently with cardiac failure (Killip class >1,
(1)Student derde master geneeskunde, KU Leuven; (2)Dienst
Baseline risk profiles and reperfusion treat-
40 vs. 20 %) compared with their younger
kinder- en jeugdgeneeskunde, Jessa Ziekenhuis, campus Virga
ment explained only 13% of the LOS varia-
counterparts (all p < 0.05). Although the rate
Jesse, Hasselt.
tion. Additional analysis revealed major in-
of thrombolysis was similar (9.2 vs. 9.9 %) be-
Samenvatting: De ziekte van Lyme is een
hospital variations independent of the case
tween both groups, a conservative approach
medische kameleon. In endemische gebieden
mix of patients. For comparable baseline risk
was chosen more frequently (13.8 vs. 4.7
moet bij erythema migrans, gewrichtsaan-
profiles, the average LOS in a cluster of 11
%), while PCI was performed less frequently
tasting, cardiaal lijden, neurologische symp-
hospitals with short discharge policies was
(76.9 vs. 85.4 %) in octogenarians (p < 0.001).
tomen, psychiatrische klachten en/of vermoe-
5.3 ± 5.6 days, with an early discharge rate of
Moreover, ischemic time and door-to-needle/
idheid borreliose mee opgenomen worden
58%, while in the cluster of 11 hospitals with
balloon time were longer for octogenarians.
in de differentiaaldiagnose, ook als een ee-
long discharge policies, the average LOS was
In-hospital mortality for octogenarians was
rdere tekenbeet niet bekend is. Als de ELISA-
7.9 ± 8.5 days with an early discharge rate of
17.8 vs. 5.5 % in the younger group [adjusted
serologie (“enzyme-linked immunosorbent
22% (P < 0.0001). Among the clustered hos-
OR 2.43(1.92-3.08)]. In haemodynamically
assay”) positief is met een bevestiging door
pitals, there were no differences with regard
stable octogenarians, PCI seemed to improve
een western blot, is een lumbaalpunctie
to logistics (PCI facility, academic affiliation)
outcome compared with thrombolysis or con-
bij
neurologische/psychiatrische
narians and compared with 7,984 STEMI pa-
klachten
or volume of STEMI patients. The 1-month
servative treatment (5.7 vs. 12.7 vs. 8.5 %, p
aangewezen. Het vinden van pleiocytose en
mortality rate was less than 0.5% in the dif-
= 0.09). In octogenarians with cardiac failure,
gestegen Borrelia-antistoffen in het cerebro-
ferent clusters of hospitals (p = NS).
in-hospital mortality was extremely high in-
spinale vocht ondersteunt dan de diagnose.
Conclusions: Length of hospital stay is not
dependent of the chosen reperfusion therapy
Een polymerasekettingreactie (PCR) op lum-
only determined by baseline risk profiles of
(34.6 vs. 31.6 vs. 36.3 %, p = 0.88).
baalvocht levert enkel de eerste zes weken
patients but is also highly dependent on hos-
Conclusions: In-hospital mortality in octo-
een bijdrage tot de diagnose van neurobor-
pital discharge policy, which seems to be un-
genarian STEMI patients was high and re-
reliose. Het gecombineerd voorkomen van ex-
related to medical or logistical factors.
lated to a high prevalence of cardiac failure.
treme vermoeidheid en woedeaanvallen als
Keywords: Length of hospital stay, Acute
Less PCI was performed in the octogenarian
neurologische presentatievorm bij kinderen is
myocardial infarction.
group compared with the younger patients,
eerder uniek. Alertheid voor neuroborreliose
although mortality benefit of PCI was main-
kan ernstige en/of blijvende neurologische
tained in haemodynamically stable octoge-
schade voorkomen.
Gepubliceerd in Clin Res Cardiol. 2013 Jul 26.
narians.
REPERFUSION THERAPY AND MORTALITY IN OCTOGENARIAN STEMI PATIENTS: RESULTS Gepubliceerd in Acta Cardiologica 2013 Jun;68(3): 235-239.
FROM THE BELGIAN STEMI REGISTRY.
Gepubliceerd in Int J Cardiol. 2013 Aug 14.
INTER-HOSPITAL VARIATION IN LENGTH OF
Vandecasteele EH, De Buyzere M, Gevaert S, de
INCIDENCE, CORRELATES, AND SIGNIFICANCE
HOSPITAL STAY AFTER ST-ELEVATION MYO-
Meester A, Convens C, Dubois P, Boland J, Sin-
OF ABNORMAL CARDIAC ENZYME RISES IN
CARDIAL INFARCTION: RESULTS FROM THE
naeve P, De Raedt H, Vranckx P, Coussement P,
PATIENTS TREATED WITH SURGICAL OR PER-
BELGIAN STEMI REGISTRY
Evrard P, Beauloye C, Renard M, Claeys MJ.
CUTANEOUS
M.J. Claeys, P.R. Sinnaeve, C. Convens, P. Dubois,
Abstract
A SUBSTUDY FROM THE SYNERGY BETWEEN
J. Boland, P. Vranckx, S. Gevaert, P. Coussement ,
Background: Treatment strategies and out-
PERCUTANEOUS CORONARY INTERVENTIONS
C. Beauloye, M. Renard, C. Vrints
come of ST-elevation myocardial infarction
WITH TAXUS AND CARDIAC SURGERY (SYN-
Abstract
(STEMI) have been mainly studied in middle-
TAX) TRIAL.
Objective: The aim of this paper was to as-
aged patients. With increasing lifetime expec-
Farooq V, Serruys PW, Vranckx P, Bourantas CV,
sess the determinants of and variations in
tancy, the proportion of octogenarians will
Girasis C, Holmes DR, Kappetein AP, Mack M,
length of hospital stay (LOS) in Belgium after
substantially increase. We aimed to evalu-
Feldman T, Morice MC, Colombo A, Morel MA, de
ST-elevation myocardial infarction (STEMI).
ate whether the benefit of currently recom-
Vries T, Dawkins KD, Mohr FW, James S, Stahle E.
Methods and Results: Data on LOS were col-
mended reperfusion strategies is maintained
Abstract
lected from 2079 STEMI patients who were
in octogenarians.
Aims: The aim of the present investigation
discharged alive from 33 Belgian hospitals
Methods: Reperfusion therapy and in-hospi-
was to determine the long-term prognostic
(21 with PCI facilities) during 2010-2011.
tal mortality were evaluated in 1,092 octoge-
association of post-procedural cardiac en-
BASED
REVASCULARISATION:
JESSALINEA 35
zyme elevation within the randomised Syn-
YJ, Farooq V, Iqbal J, Wykrzykowska JJ, de Vries T,
blijken uitermate effectief in de behandeling
ergy between Percutaneous Coronary Inter-
Swart M, Teunissen Y, Negoita M, van Leeuwen
van dit ziektebeeld. Zowel bij personen met
vention (PCI) with TAXUS and Cardiac Surgery
F, Silber S, Windecker S, Serruys PW; On behalf of
type 2 diabetes die langdurig orale medicijnen
(SYNTAX) Trial.
RESOLUTE All Comers Investigators.
nemen, als personen die exogene insuline-
Methods: 1800 patients with unprotected
Abstract
therapie krijgen, kan de glycemische controle
left main or de novo three-vessel coronary
Objective: We investigated clinical outcomes
(HbA1c) nog verder verbeteren. Bijkomend
artery disease were randomised to undergo
after treatment of coronary bifurcation le-
stelt men verder volgende voordelen vast ten
coronary artery bypass graft (CABG) sur-
sions with second generation drug eluting
gevolge van beweging in patiënten met type
gery or PCI. Per protocol patients underwent
stents (DES).
2 diabetes: verlies van vetmassa, behoud of
post-procedural blood sampling with creatine
Design: Post hoc analysis of a randomised,
toename van spiermassa, verbeteren van
kinase (CK), and the cardiac specific MB iso-
multicentre, non-inferiority trial.
fysieke fitheid, verbeteren van cardiovascu-
enzyme (CK-MB) only if the preceding CK ratio
Setting: Multicentre study.
laire risicofactoren (cholesterol, buikomtrek,
was ≥2× the upper limit of normal (ULN). An
Patients: All comers study with minimal ex-
bloeddruk), en verhogen van kwaliteit van
independent chemistry laboratory evaluated
clusion criteria.
leven. Al deze positieve effecten geven
all collected blood samples.
Interventions: Patients were treated with ei-
aanleiding tot een kosteneffectieve aanpak.
Results: Post-procedural CK sampling was
ther zotarolimus or everolimus eluting stents.
Wanneer personen met type 2 diabetes ge-
available in 1629 of 1800 patients (90.5%).
The patient population was divided according
durende 1 jaar deelnemen aan een beweg-
As per protocol, CK-MB analyses were under-
to treatment of bifurcation or non-bifurcation
ingsprogramma, nemen de gezondheidskos-
taken in 474 of 491 patients (96.5%) in the
lesions and clinical outcomes were compared
ten in dezelfde periode met 50% af. Echter,
CABG arm, and 53 of 61 patients (86.9%) in
between groups.
het implementeren van bewegingsinterven-
the PCI arm. Within the CABG arm, despite
Main Outcomes Measures: Clinical outcomes
ties bij patiënten met type 2 diabetes blijkt
the limitations of incomplete data, a post-
within 2-year follow-up.
op maatschappelijk niveau problematisch.
procedural CK-MB ratio <3/≥3 ULN separat-
Results: A total of 2265 patients were in-
Huisartsen adviseren op regelmatige basis
ed 4-year mortality into low- and high-risk
cluded in the present analysis. Two-year fol-
hun patiënten voldoende te bewegen: -70%
groups (2.3% vs. 9.5%, p=0.03). Additionally,
low-up data were available in 2223 patients:
van de huisartsen geeft dit advies regelmatig
in the CABG arm, a post-procedural CK-MB ra-
1838 patients in the non-bifurcation group
tijdens hun consultaties. Niettegenstaande
tio ≥3 ULN was associated with an increased
and 385 patients in the bifurcation group.
het advies van de huisarts aan de patiënt
frequency of a high SYNTAX Score (≥33) ter-
At 2-year follow-up the bifurcation and the
regelmatig te bewegen, komt deze boodsc-
tile (high [≥33] SYNTAX Score: 39.5%, inter-
non-bifurcation lesion groups showed no sig-
hap niet aan: patiënten met type 2 diabetes
mediate [23-32] SYNTAX Score 31.0%, low
nificant differences in terms of cardiac death
vertonen geen toename in fysieke activiteit
[≤22] SYNTAX Score 29.5%, p=0.02). Within
(2.3 vs 2.1, p=0.273), target lesion failure
na dit advies. Adviesverstrekking alleen blijkt
the PCI arm, a post-procedural CK ratio of <2
(9.7% vs 13.8%, p=0.255), major adverse
dus onvoldoende om de fysieke activiteit te
or ≥2 ULN separated 4-year mortality into
cardiac events (11.5% vs 15.1%, p=0.305),
doen toenemen in patiënten met type 2 dia-
low- and high-risk groups (10.8% vs. 23.3%,
target lesion revascularisation (4.7% vs 6.0%,
betes. Er is dus nood aan een nationaal traject
p=0.001). Notably, there was an early (within
p=0.569), and definite or probable stent
waarin deze patiënten kunnen deelnemen
6months) and late (after 2years) peak in mor-
thrombosis (1.6% vs 1.8%, p=0.419).
aan gestructureerde en effectieve beweging-
tality in patients with a post-PCI CK ratio of
Conclusions: The use of second generation
sprogramma’s.
≥2 ULN. Lack of pre-procedural thienopyri-
DES for the treatment of coronary bifurcation
dine, carotid artery disease, type 1 diabetes,
lesions was associated with similar long term
and presence of coronary bifurcations were
mortality and clinical outcomes compared
Gepubliceerd in NeuroRehabilitation 2013 Jan;33(1):139-46.
independent correlates of a CK ratio ≥2 ULN
with non-bifurcation lesions.
EXERCISE-ONSET HEART RATE INCREASE IS
post-PCI.
SLOWED IN MULTIPLE SCLEROSIS PATIENTS:
Conclusion: Cardiac enzyme elevations post-
DOES A DISTURBED CARDIAC AUTONOMIC
CABG or post-PCI are associated with an ad-
Gepubliceerd in Vlaams tijdschrift voor Diabetologie 2013(1):10-
CONTROL AFFECT EXERCISE TOLERANCE?
verse
12.
Dominique Hansen1,2, Inez Wensa, Paul Den-
Keywords: Biomarkers, CABG, Mortality, PCI,
KINECOACH: NATIONAAL PROJECT TER OPTI-
dale1,2, Bert O Eijndea
SYNTAX
MALISATIE VAN BEWEGINGSPROGRAMMA’S
(1) Faculty of Medicine and Life Sciences, Rehabilitation Re-
BIJ TYPE 2 DIABETES
search Centre, Biomedical Research Institute,Hasselt University,
Dominique Hansen1,2*, Stefaan Peeters2, Michel
Diepenbeek, Belgium; (2) Heart Centre Hasselt, Jessa Hospital,
Gepubliceerd in Heart 2013 Sep;99(17):1267-74.
Schotte
Hasselt, Belgium.
CLINICAL OUTCOMES AFTER ZOTAROLIMUS
(1) Universiteit Hasselt, Faculteit Geneeskunde en Levenswe-
Abstract.
AND EVEROLIMUS DRUG ELUTING STENT IM-
tenschappen, Diepenbeek & Hartcentrum Hasselt; (2) Vlaamse
Objective: To explore the etiology of exercise
PLANTATION IN CORONARY ARTERY BIFUR-
Werkgroep KineCoach,Axxon, Antwerpen.
intolerance in patients with MS, it is analyzed
CATION LESIONS: INSIGHTS FROM THE RESO-
Inleiding: Bewegingstherapie is een hoeks-
whether a disturbed cardiac autonomic con-
LUTE ALL COMERS TRIAL.
teen in de behandeling van (risico op) type 2
trol could be observed during exercise testing
Diletti R, Garcia-Garcia HM, Bourantas CV, van
diabetes, al dan niet gecombineerd met dieet
in patients with MS, and is related to exercise
Geuns RJ, Van Mieghem NM, Vranckx P, Zhang
en farmacotherapie. Bewegingsinterventies
tolerance.
36 JESSALINEA
2
Patients and Methods: From 26 MS patients
Trefwoorden: Thoracalepijnsyndroom, Stan-
pared with an age and sex case-matched
and 15 healthy subjects, exercise-onset (first
ford-Dissectie Type A.
population. Early mortality is consistent with euroscore II risk calculation. Whereas late sur-
20 and 60 seconds) and –offset (1-minute
vival progressively declines in the average
recovery) HR change was determined during a 6-minute constant-load exercise bout
Gepubliceerd in Acta Cardiologica 2013;68(4):349-353.
population, it remains constant in the treated
on bike. Blood lactate, HR, oxygen uptake,
ELECTIVE RECONSTRUCTION OF THE ASCEN-
group after 3 years. COPD and poor functional
expiratory volume and perceived exertion
DING AORTA FOR ANEURYSMAL DISEASE RES-
class significantly impair survival. Valve spar-
were assessed during exercise, and compared
TORES NORMAL LIFE EXPECTANCY.
ing procedures confer similar long-term sur-
between groups. In 15MSpatients, a 6-min
AN ANALYSIS OF RISK FACTORS FOR EARLY
vival as valve replacement.
walking test was executed.
AND LATE MORTALITY
Keywords: Aorta, Ascending, Aneurysm, Sur-
Result: Twenty-second exercise-onset HR
Dries Van Duffel BSc1*, Ruben Van Gemert BSc1*,
vival, Risk Factor.
increase was significantly smaller in MS pa-
Pascal Starinieri MSc2, Jean-Louis Pauwels MSc2,
tients (14±7 bts/min) vs. healthy subjects
Agnes Natukunda BSc3, Trias Wahyuni Rakhma-
(20±8 bts/min, p < 0.05), and independent-
wati BSc3, Maxwell Tawanda Chirehwa BSc3, Ja-
Gepubliceerd in Acta Chir Belg 2013;113:373-374
ly related to MS and age in total group (p <
mes Orwa BSc3, Herbert Thys PhD3, PhD; Patrick
RADIOTHERAPY-INDUCED MITRAL INCOMPE-
0.05). Sixty-second exercise-onset and –off-
Deboosere PhD4, Boris Robic MD1,2, Urbain Mees
TENCE
set HR changes were not different between
MD2, Marc Hendrikx MD, PhD1,2
S. Nauwelaers1, U. Mees1, M. Hendrikx1,2
groups, nor independently related to MS pres-
(1) Faculty of Medicine and Life Sciences, Hasselt University,
(1) Department of Cardiothoracic Surgery, Jessa Hospital, Campus
ence (p > 0.05). A significant correlation was
Hasselt, Belgium; (2) Dept. of Cardiothoracic Surgery, Jessa Hos-
Virga Jesse, Hasselt, Belgium; (2) Laboratory of Physiology, Fa-
found between 20-second exercise-onset HR
pital, Hasselt, Belgium; (3) CENSTAT, Hasselt University, Hasselt,
culty of Medicine and School of Life Sciences, Hasselt University,
increase and walking capacity in MS patients
Belgium; (4) Faculty of Sociology, Vrije Universiteit Brussels,
Biomedical Research Institute and Transnational University Lim-
(r = 0.64, p < 0.01).
Brussels, Belgium.
burg, Diepenbeek, Belgium.
Conclusion: In MS patients, the early increase
Abstract
Abstract
in heart rate during endurance exercise is
Objective: We investigated the survival of
Radiotherapy-induced cardiac disease is a
significantly slowed, indicating a disturbed
patients who had undergone elective recon-
progressive condition with symptoms begin-
cardiac autonomic control, and is related to
struction of the ascending aorta for degener-
ning several years after treatment. The fol-
exercise tolerance.
ative aneurysms. The long-term survival was
lowing article reports the case of a 48-year-
Keywords: Multiple sclerosis, Endurance
compared to a (age and sex) case-matched
old woman who had undergone mediastinal
exercise, Exercise testing, Heart rate, Auto-
population. An analysis of risk factors, influ-
radiation therapy for Hodgkin’s lymphoma at
nomic control.
encing survival was made.
age of 15 and, more than thirty years later,
Methods and results: From May 1998 to
suffered from congestive heart failure due
January 2012, 72 patients underwent elec-
to fibrotic thickening of the mitral valve. She
Gepubliceerd in Tijdschr. voor Geneeskunde 2013;69(12):598-
tive reconstruction of the ascending aorta for
successfully underwent mitral valve repair
602
degenerative disease at the Department of
with patch augmentation of the anterior leaf-
Cardiothoracic Surgery of the Jessa Hospital,
let. Long-term cardiac follow-up of patients
DROOM: DIAGNOSTISCH DILEMMA
Hasselt, Belgium. Sixty patients were treated
treated by mediastinal radiation therapy is
Frederix I1, Hendrikx M2, Dendale P3
by Bentall procedures, whereas 12 received
warranted.
(1) Studente derde master geneeskunde, KU Leuven; (2) Dienst
valve-sparing procedures. The average age of
cardiale heelkunde, Jessa Ziekenhuis, campus Virga Jesse, Has-
the patient group was 65.5 years (range 24-
selt; (3) Dienst cardiologie, Jessa Ziekenhuis, campus Virga Jesse,
80), with 64% male.
Gepubliceerd online in Open Journal of Thoracic Surgery
Hasselt.
Thirty-day mortality was 9.7% (consistent
2013;3:76-79
Samenvatting
with calculated Euroscore II: 9.2%). The long-
INTRATHORACIC MIGRATION OF A STEINMAN
In dit artikel wordt de ziektegeschiedenis
term survival was 80.9% at 3, 5 and 10 years.
PIN AFTER GLENOHUMERAL FIXATION -THE
beschreven van een 83-jarige vrouw die zich
No deaths occurred between 3 and 10 years
JOURNEY CONTINUES
aanmeldde op de dienst spoedgevallen met
postoperatively. In an age and sex case-
Ellen Deleus1, Tine Grégoir2, Boris Robic1,3, Ur-
een acuut thoracalepijnsyndroom. Ondanks
matched Belgian population, 3-, 5- and 10-
bain Mees1, Carl Dierickx2,3, Gerrit De Wachter2,
het uitvoeren van een hele reeks technis-
year survival were 95.7%, 94.7% and 85.2%
Marc Hendrikx1,3
che onderzoeken bleef het voor de clinicus
respectively. Long-term survival was not
(1) Department of Cardiothoracic Surgery, Jessa Hospital, Hasselt,
moeilijk om tot de juiste diagnose te komen.
significantly different between both groups.
Belgium; (2) Department of Orthopaedic Surgery, Jessa Hospital,
Het klinische vermoeden, eerder dan de re-
Poor NYHA class at the time of surgery
Hasselt, Belgium; (3) Faculty of Medicine and Life Sciences, Has-
sultaten van de technische onderzoeken, gaf
(p=0.041) and COPD (p=0.028) had a signifi-
selt University, Hasselt, Belgium.
uiteindelijk de doorslag in het verdere thera-
cant impact on global survival. Valve sparing
Abstract
peutische beleid.
operations provide similar long-term survival,
We report the case of a 71-year-old woman,
Deze casus toont het belang aan van een de-
avoiding thrombo-embolic complications.
who was treated for intrathoracic migration
gelijke klinische competentie binnen het hui-
Conclusions: Reconstruction of the ascend-
of a Steinman pin, after glenohumeral fixa-
dige tijdperk van enorme technische vernieu-
ing aorta for degenerative aneurysmal dis-
tion of an instable dislocation. A thoracotomy
wingen om tot de juiste diagnose te komen.
ease restores normal life expectancy, com-
was necessary to retrieve the pin. We believe
PATIËNTE
MET
EEN
THORACALEPIJNSYN-
JESSALINEA 37
this case can be a reminder of the risks of
functional and radiographic outcome.
vestigate the functional outcome and AVN-
transarticular fixation around the shoulder.
Materials and Methods: Of 47 patients oper-
incidence.
A review of the literature shows very little
ated on with the Humerus Block, 34 with a
Materials and Methods: Of a total amount of
information regarding glenohumeral pinning.
minimum follow-up of 30 months and a mean
47 patients operated with the Humerusblock,
Keywords: Genohumeral dislocation, Tran-
follow-up of 4 years and 4 months, were in-
34 patients with a minimum follow-up of 30
sarticular fixation, Migration of osteosynthet-
vited for interview, radiographic evaluation,
months and a mean follow-up time of 4 years
ic material.
and functional analysis by the Constant, Dis-
and 4 months, were invited for interview, ra-
abilities of Arm, Shoulder and Hand (DASH)
diographic evaluation and functional analysis
and the University of California, Los Angeles
by the Constant, the DASH and the UCLA scor-
Gepubliceerd in Ortho-Rheumato 2013; vol11(4)
(UCLA) scorings. Paired t test was used to in-
ings. Paired t-test was used to investigate
GELIJKTIJDIGE BILATERALE STRESSFRACTUUR
vestigate equivalence of the geometric mean
equivalence of the geometric mean scores
VAN HET MEDIALE TIBIAPLATEAU BIJ EEN
scores of the trauma and control arm, for the
of the trauma and control arm; for the scores
VROUW VAN MIDDELBARE LEEFTIJD
scores of the functional analyses, and for the
of the functional analyses and the scores for
Michael Aertsen , Carlo Thywissen , Carl Die-
scores for mobility of the shoulder.
mobility of the shoulder.
rickx2,3
Results: Scorings and clinical examination
Results: Scorings and clinical examination
(1) Dienst Medische beeldvorming, Jessa Ziekenhuis, Has-
showed that 85% of shoulder function and
showed that 85% of shoulder function and
selt; (2) Dienst Orthopedische heelkunde, Jessa Ziekenhuis,
motion were preserved compared with the
motion were preserved, compared to the
Hasselt; (3) Vakgroep Morfologie, faculteit geneeskunde en
control arm. Radiographic evaluation showed
control arm. Radiographic evaluation showed
levenswetenschappen,UHasselt.
very good healing and positioning of the
very good healing and positioning of the frac-
Een 53-jarige vrouw presenteert zich met
fracture fragments, and only 10% developed
ture fragments, and only 10% did develop
klachten van bilaterale pijn mediaal net onder
avascular necrosis of the humeral head.
AVN of the humeral head.
de knie na vijf loopsessies gedurende an-
Conclusions: With very satisfied patients;
Conclusion: With very satisfied patients,
derhalve week. Na tweeënhalve week rust
good clinical, functional, and radiographic
good clinical, functional and radiographical
was de pijn niet verminderd en werd er een
outcomes; a short hospital stay; few compli-
outcomes, a short hospital stay, few compli-
magnetische-resonantiescan (MRI) uitgevo-
cations; a reduced cost of implant; and a low
cations, a reduced cost of implant and only
erd. Deze bracht een bilaterale stressfractuur
incidence of avascular necrosis, this tech-
10% of AVN, this technique is a valuable al-
aan het licht in de mediale tibiacondyl, graad
nique is a valuable alternative for operative
ternative for operative treatment of proximal
4 volgens het classificatiesysteem van Fred-
treatment of proximal humeral fractures.
humeral fractures.
1
1
Key words: Humerusblock, Shoulder, Frac-
ericson et al. In dit artikel bespreken we de intrinsieke en de extrinsieke risicofactoren
ture, Minimal invasive, Proximal humerus,
voor stressfracturen bij onze patiënte, de ver-
Gepubliceerd in J Shoulder Elbow Surg 2012; 21: e20-e22
schillende mogelijkheden om de diagnose te
LETTER TO THE EDITOR
stellen en de therapeutische gevolgen.
REGARDING ‘‘ABERRANT ORIGIN OF THE LONG HEAD OF THE BICEPS: A CASE SERIES’’ Carl Dierickx1, Enrico Ceccarelli, Marco Conti, Jan
Gepubliceerd in J Shoulder Elbow Surg. 2012 Sep;21(9):1197-
Vanlommel, Alessandro Castagna.
206.
(1) University of Hasselt Hasselt, Belgium
FUNCTIONAL AND RADIOGRAPHIC MEDIUMTERM OUTCOME EVALUATION OF THE HUMERUS BLOCK, A MINIMALLY INVASIVE OPERA-
Gepresenteerd op het SECEC internationaal schoudercongres
TIVE TECHNIQUE FOR PROXIMAL HUMERAL
20/09/12 in Dubrovnic.
FRACTURES.
HUMERUSBLOCK ®:
Vundelinckx BJ, Dierickx CA, Bruckers L, Dierickx
A MINIMAL INVASIVE OPERATIVE TECHNIQUE
CH.
FOR PROXIMAL HUMERAL FRACTURES.
Orthopaedic Shoulder and Trauma Department, Jessa Hospital,
A FUNCTIONAL AND RADIOGRAPHICAL, MEDI-
Hasselt, Belgium.
UM-TERM OUTCOME EVALUATION.
Abstract
Bart J. Vundelinckx, Carmen A. Dierickx, Liesbeth
Background: Conservative treatment of se-
Bruckers, Carl H. Dierickx.
vere displacement of proximal humeral frac-
Background: In case of severe displacement
ture fragments yields bad functional results,
of proximal humeral fracture fragments, con-
but open operative techniques have a high
servative treatment yields bad functional
risk of avascular necrosis of the humeral
results, but open operative techniques have
head. We performed a medium-term outcome
a high risk of avascular necrosis (AVN) of the
evaluation of the Humerus Block (Synthes,
humeral head. We performed a medium-term
Oberdorf, Switzerland), a minimally invasive
outcome evaluation of the Humerusblock ®, a
technique used in selected patients with
minimal invasive technique, used in selected
proximal humeral fractures, to investigate the
cases of proximal humeral fractures, to in-
38 JESSALINEA
Avascular necrosis.
Symposia 2013 Symposium MENOPAUZE Datum:
zaterdag 30 november 2013
Locatie:
aula campus Salvator, Jessa Ziekenhuis Hasselt
Symposium CARDIO 2014 Datum:
zaterdag 7 december 2013
Locatie:
oude gevangenis van Hasselt
wetenschappelijke zitting milieu & gezondheid EPIGENETICA: VAN GEN TOT FENOTYPE KLINISCHE TOEPASSINGEN EN ETHISCHE ASPECTEN Datum:
zaterdag 14 december 2013
Locatie:
aula campus Salvator, Jessa Ziekenhuis Hasselt
Aangezien het DNA de machinerie is van ons organisme, dachten we na het ontrafelen van het menselijk genoom alle antwoorden te kunnen geven op al onze erfelijkheidsvraagstukken en het ontstaansmechanisme van vele ziekten te kunnen verklaren. Niets bleek minder waar.
Programma 08.30u
Ontvangst en registratie
Moderator: dr. Marc Raes, kinderarts Medisch manager moeder & kind,
Jessa Ziekenhuis
09.00u
Epigenetica: een nieuw paradigma
in de genetica prof. dr. Koen Devriendt
Centrum Menselijke Erfelijkheid, UZ Leuven
09.45u
RNA-interferentie:
Vele fenomenen echter laten veronderstellen dat ons DNA niet
ontdekking, mechanismen
zonder meer de blauwdruk is van ons lichaam. Er blijkt een epigenetische sturing te bestaan die de vertaling van het DNA
en de rol van miRNAs in kanker prof. dr. Veerle Somers
naar een bepaald fenotype en naar het functioneren van de ver-
Biomedisch Onderzoeksinstituut, UHasselt
10.30u
Koffiepauze
11.00u
Omgevingsfactoren
+ genetica = epigenetica prof. dr. Chris Van Geet Kindergeneeskunde / kinderhemato-oncologie UZ Leuven
11.45u
Mijn genoom. Online of off-line? prof. dr. Pascal Borry Centrum voor Biomedische Ethiek en Recht, KU Leuven
12.30u
Slotbeschouwing prof. dr. Frank Weekers Medisch directeur, Jessa Ziekenhuis
Aansluitend receptie
schillende cellen en organen regisseert. De epigenetica vormt de brug tussen ‘nature’ en ‘nurture’. Epigenetica geeft antwoorden op vragen zoals: waarom eenzelfde gen zich anders kan gedragen naargelang het afkomstig is van vader of van moeder. Waarom eeneiige tweelingen met een identieke genetische code toch verschillend kunnen zijn. Hoe gebeurtenissen tijdens het leven van onze grootouders een invloed kunnen hebben op de ontwikkeling van hun kleinkinderen. Hoe normale cellen kunnen ontsporen tot kankercellen. Hoe omgevingsfactoren, voeding, levensomstandigheden,… bepalend kunnen zijn voor het aan- en uitschakelen van bepaalde genen met welbepaalde fenotypes als eindresultaat. De epigenetica biedt ons kansen doch stelt ons ook voor verantwoordelijkheden om ons lot, onze toekomst deels in eigen handen te nemen. Hoe daarmee om te gaan is voor onze maatschappij een grote uitdaging met belangrijke ethische vragen.
info: www.jessazh.be
JESSALINEA 39
jessalinea nr 12 - december 2013 Verantwoordelijke uitgever:
vzw Jessa Ziekenhuis, Salvatorstraat 20, 3500 Hasselt
Eindredactie:
dienst communicatie Jessa Ziekenhuis, Salvatorstraat 20, 3500 Hasselt tel. 011 30 82 21, jessalinea@jessazh.be
www.jessazh.be info@jessazh.be www.facebook.com/jessaziekenhuis
40 JESSALINEA
www.twitter.com/jessaziekenhuis