7 minute read

omgeving

De kracht achter omgevingshandhaving

De intergemeentelijke omgevingshandhavingscel (IGOHC) pakt samen met vijf gemeenten misdrijven inzake milieu en ruimtelijke ordening aan. Achter deze cel zitten twee aangestelde handhavers. De dames die orde op zaken houden zijn Els Pissierssens en Sara De Roeck.

Advertisement

“Je merkt dat meegaan naar de zitting voor de Procureur des Konings en de Voorzitter toch een verschil maakt.”

Wat betekent het om aangestelde handhaver te zijn voor onze gemeenten?

Els: Sara en ik voeren taken inzake handhaving milieu en ruimtelijke ordening uit voor de gemeente. Hiervoor legden we zelfs onze eed af als intergemeentelijke lokale toezichthouder milieu bij de rechtbank van eerste aanleg in Antwerpen.

Sara: En we dragen nog meer officiële titels. Els en ik zijn intergemeentelijk stedenbouwkundige inspecteur en verbalisant ruimtelijke ordening.

Hoe pakken jullie misdrijven precies aan?

Sara: Als de gemeente dit vraagt, ga ik ter plaatse en als er sprake is van een misdrijf, maak ik een proces-verbaal op of leg ik werken stil. Ik ben de handhaver op het terrein, maar maak zelf ook mijn processen-verbaal, bestuurlijke maatregelen en herstelvorderingen.

Els: Ik maak herstelvorderingen en lees bestuurlijke maatregelen en herstelvorderingen juridisch na voor ze het verder handhavingstraject afleggen. Verder

coördineer ik de werking met de gemeenten en sta in voor het opvolgen van de beleidsplannen, het handhavingstraject en de prioriteitenkaders.

Hoeveel controles voer jij uit, Sara?

Sara: In 2019 heb ik 97 controles uitgevoerd. Dit wil zeggen dat de gemeenten mij in totaal 97 keer gevraagd hebben om ter plaatse te gaan. Meerdere controles kunnen natuurlijk wel in eenzelfde dossier zijn.

Els: 74 dossiers waren actief in december 2019, waarvan 41 nieuwe dossiers en 33 lopende dossiers.

Geraken er misdrijven opgelost?

Sara: Het jaar voordien hadden we 69 actieve dossiers. Dat wil zeggen dat we op een jaar tijd ook 36 dossiers konden afsluiten.

Waarom duurt het zo lang om een dossier te kunnen afsluiten?

krijgt een overtreder een termijn waarbinnen hij zich in regel moet stellen. Deze termijn kan drie maanden zijn, maar ook zes maanden, afhankelijk van het misdrijf.

Moet jij veel processen-verbaal opstellen, Sara?

Sara: De gemeenten schakelen mij pas in als ze zeker zijn dat de overtreding niet door de beugel kan, dus in 2019 heb ik bijvoorbeeld 27 processenverbaal moeten opstellen.

Els: Wij trachten wel eerst te handhaven met de “zachte” hand. Voor Sara een proces-verbaal opmaakt, zal ze meestal eerst een schriftelijke aanmaning sturen. In 2019 zijn er zo’n 51 aanmaningen verstuurd.

Wat kunnen jullie naast processen-verbaal en stilleggingen nog doen?

Sara: Door onze bevoegdheden kunnen wij ook bestuurlijke maatregelen nemen. Dat is een schriftelijke beslissing waarbij wordt bevolen om bijvoorbeeld afval of een onvergunde constructie te verwijderen. Dit kan zelfs onder verbeurte van een dwangsom die dan kan worden geïnd in het voordeel van de gemeente. Ik heb in 2019 twee bestuurlijke maatregelen moeten nemen.

Els: In 2019 moesten wij ook een veiligheidsmaatregel opleggen omdat er door een waterverontreiniging sprake was van een aanzienlijk risico op schade aan mens en milieu. Daarnaast maken wij ook herstelvorderingen op die wij versturen naar de Procureur des Konings. Die kan overgaan tot vervolging voor de correctionele rechtbank. In 2019 hebben Sara en ik vier herstelvorderingen opgesteld.

Stopt dan het handhavingstraject?

Els: Nee, aangezien ik zeven jaar advocaat ben geweest, begeleid ik de gemeenten mee in de correctionele procedure indien zij dit vragen. Ik maak dan bijvoorbeeld de nota burgerlijke partijstelling op of ga mee naar de zitting.

Sara: Vorig jaar gingen we in drie correctionele procedures mee naar de zitting. Je merkt dat dit voor de Procureur des Konings en de Voorzitter toch een verschil maakt. De procureur voelt zich gesteund in haar vordering en de Voorzitter beseft hierdoor dat de gemeente de overtreding ernstig neemt.

Els, jij buigt je ook over de prioriteitenkaders van de cel. Wat houdt dat precies in?

Els: Op dit vlak is IGEMO pionier in Vlaanderen! Al sinds 2016 brengen wij samen met de gemeenten de misdrijven die prioritair moeten worden aangepakt in kaart. Elk jaar volgt een actieplan waarbij deze prioriteiten worden geëvalueerd, herbekeken en eventueel aangepast. Dit goedgekeurd actieplan stuur ik dan door naar de Procureur des Konings en het departement Omgeving, omdat dit een impact kan hebben op het verder vervolg van het handhavingstraject.

Sara: Omdat wij dit goed opvolgen, heeft de VHRM of de Vlaamse Hoge Raad voor Ruimtelijke Ordening en Milieu ons zelfs gevraagd te spreken op hun congres. Door het succes hiervan, mochten wij eveneens gaan spreken op het handhavingsoverleg van de Provincie Limburg en heeft het Departement Omgeving gevraagd of wij willen deelnemen aan een werkgroep om de lokale handhaving in Vlaanderen beter in kaart te brengen.

Jullie zijn dus goed bezig?

Sara: Zowel Els als ik zijn in de zomer van 2017 gestart. Ik denk dat wij mogen zeggen dat wij op 2,5 jaar tijd heel wat kennis hebben opgebouwd.

Els: Wat wij vandaag de dag weten en kunnen, kan je al niet meer vergelijken met 2,5 jaar geleden. Ik denk door onze goede samenwerking, zowel tussen mezelf en Sara, als met de gemeenten, zal onze kennis en kunde alleen nog maar groeien, daar ben ik van overtuigd!

RUP’s voor de twee laatste grote stadsontwikkelingsprojecten in Mechelen

Sinds 2013 maakt IGEMO ruimtelijke uitvoeringsplannen in opdracht van de stad Mechelen. Dit is vastgelegd in een raamcontract, dat aan IGEMO exclusiviteit verleent om RUP’s voor de stad te maken. In 2019 gaat de aandacht naar RUP Spreeuwenhoek en RUP Ragheno, waarmee de stad vernieuwing voor haar inwoners wil bewerkstelligen.

Spreeuwenhoek: een groene en leefbare omgeving

Het RUP Spreeuwenhoek omvat het gebied tussen de Leuvensesteenweg, de Leuvense Vaart, Ragheno (Arsenaalsite) en het provinciaal domein Planckendael. De stad wenst dit gebied voornamelijk een groene, openbare invulling te geven met voldoende wandel- en fietspaden, dicht bij het station en de stadskern. Daarnaast kan op sommige plaatsen ruimte voorzien worden voor compacte bebouwing. Er zal ook ruimte zijn voor recreatieve activiteiten. In 2012 werd voor dit gebied al een RUP opgemaakt, maar in 2017 vernietigd door de Raad voor Vergunningsbetwistingen. Na een intens traject met de bewonersbegeleidingsgroep wordt er een fundering opgezet voor de opmaak van een nieuw RUP.

Ragheno: wonen, werken en ontspannen in het groen

stadscentrum van Mechelen. De vernieuwing van het station betekent een belangrijke katalysator voor de verduurzaming en verbetering van de stationsbuurt en Ragheno. Het projectgebied betreft een van de grootste projecten binnen Mechelen. Met een oppervlakte van 65ha biedt het project mogelijkheden voor wonen, werk en recreëren nabij het stadscentrum. De stad Mechelen wil Ragheno laten uitgroeien tot dé stadswijk van de toekomst.

De kwaliteitskamer van ad hoK: advies op maat

De kwaliteitskamer van het Huis voor Omgevingskwaliteit – kortweg ad hoK – zit in 2019 niet stil. De kamer brengt voor maar liefst 30 dossiers een advies uit. Dit gebeurt in 13 gemeenten in het werkingsgebied van IGEMO, Haviland en Interleuven.

Rond de tafel zitten topexperts inzake stedenbouw, architectuur, mobiliteit, erfgoed, projectontwikkeling, … Zowel adviezen op macro schaal (hoe past de site binnen een wijk of de gemeente?) als op microniveau (hoe zorgt het juist positioneren van voordeuren en ramen mee voor een levend publiek domein en de nodige sociale dynamiek?) worden geformuleerd.

In onze regio doen gemeente Putte en Berlaar in 2019 beroep op de kwaliteitskamer. In Putte adviseert de kwaliteitskamer een kernverdichtingsproject.

Vooral de inpasbaarheid van het project in diens omgeving en schaal zijn het voorwerp van de opdracht. Berlaar krijgt advies bij de invulling van verschillende binnengebieden. Draagkracht van de site, het verbinden/verknopen van de site met haar omgeving en het creëren van een maatschappelijke meerwaarde vormen de belangrijkste aspecten.

Meerwaarde van de kwaliteitskamer

De reacties vanuit zowel de lokale besturen als de aanvragers en architecten zijn meestal positief. De lokale besturen volgen altijd het onderbouwde advies van de kwaliteitskamer en zien de kwaliteit in hun projecten stelselmatig stijgen. De besturen doen ervaring op met complexere ruimtelijke uitdagingen en ondervinden hoe ze een visie op een projectsite kunnen ontwikkelen.

“Het werken met de kwaliteitskamer was een positieve ervaring voor de gemeente dat geresulteerd heeft in een degelijk en kwalitatief advies”.

- Peter De Vooght, schepen stedenbouw en ruimtelijke ordening, gemeente Putte

Architecten en private ontwikkelaars voelen daarenboven dat de experten rekening houden met hun (vaak financiële) randvoorwaarden, en dat daar ook iets tegenover moet staan (zonder winstmaximalisatie). De aanvragers vinden in de experten ook een neutrale gesprekpartner met veel ervaring. De kamer helpt op constructieve wijze een vaak lastig en complex dossier vooruit. Gesprekken en vergunningstrajecten kunnen dankzij dit traject vlotter verlopen.

This article is from: