2 minute read

4.8.2 Disciplinaire sancties volgens het ADD

4.8.2 Disciplinaire sancties volgens het ADD

Tuchtrechtelijke regeling voor breedtesporters

Voor de Vlaamse Gemeenschap werd een Disciplinaire Commissie voor breedtesporters opgericht in uitvoering van art. 28 van het ADD.

De leden van deze Disciplinaire Commissie worden benoemd door de Vlaamse Regering.

Deze Commissie is bevoegd voor disciplinaire maatregelen tegen alle sporters die breedtesporters zijn.

Deze Disciplinaire Commissie is bevoegd voor het Nederlandse taalgebied en in sommige gevallen ook in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad (art. 30 ADD).

Wanneer de Disciplinaire Commissie op de hoogte gesteld wordt van een dopingpraktijk heeft zij twee mogelijkheden. Een eerste mogelijkheid is om de zaak te seponeren. Deze zaak wordt dan zonder gevolg geklasseerd (art. 32 ADD).

Wanneer de Disciplinaire Commissie de dopingpraktijk wenst te vervolgen, stelt zij een zittingsdatum vast (art. 32 ADD). In dit geval wordt de sportbeoefenaar opgeroepen om te verschijnen. Hij mag zich laten bijstaan door een raadsman. Deze zittingen zijn openbaar (art. 33 ADD). Op verzoek van de sporter kan de Disciplinaire Commissie echter besluiten deze zittingen achter gesloten deuren te laten plaatsvinden.

De procedure verloopt op tegenspraak en de beraadslaging is geheim (art. 33 ADD).

Tegen een beslissing van de Disciplinaire Commissie kan hoger beroep aangetekend worden bij de Disciplinaire Raad (art. 36 ADD). Dit hoger beroep kan ingesteld worden door:

- de sportbeoefenaar - als de sportbeoefenaar minderjarig is, door zijn vertegenwoordiger - de NADO (nationale anti-dopingadministratie) - de nationale sportfederatie waartoe de sportbeoefenaar behoort - de internationale sportfederatie waartoe de sportbeoefenaar behoort - het WADA - het IOC of IPC (art. 36 ADD).

Disciplinaire sancties

Er is een grote variatie aan sancties in het Antidopingdecreet (art. 42 ADD).

Bepaalde inbreuken worden strenger bestraft dan andere inbreuken. Zo wordt het verhandelen of toedienen van dopingproducten in de regel strenger gesanctioneerd. Bij meerdere dopingpraktijken riskeert de sporter levenslange uitsluitingen.

Dopingpraktijken kunnen milder bestraft worden indien het bijvoorbeeld gaat om verboden stoffen die makkelijk kunnen leiden tot onbedoeld dopinggebruik en de sportbeoefenaar ook aannemelijk kan maken dat het gaat om onbedoeld dopinggebruik.

Ook het verstrekken van significante hulp bij het blootleggen van dopingnetwerken kan leiden tot strafvermindering (art. 42 § 6 ADD en art. 89 Uitvoeringsbesluit ADD).

Dopingpraktijken zijn meestal langdurige vergrijpen. Een sportbeoefenaar injecteert zich bijvoorbeeld wekelijks met epo-inspuitingen. De decreetgever heeft niet elke afzonderlijke prik disciplinair willen sanctioneren.

In geval van meervoudige overtredingen wordt de volgende regel in acht genomen een tweede overtreding van een antidopingregel mag alleen worden meegewogen voor het opleggen van sancties als de administratie kan aantonen dat de sporter bericht had gekregen van zijn eerste overtreding. Als de administratie dat niet kan bewijzen, worden de overtredingen samen beschouwd als één eerste overtreding en wordt de opgelegde sanctie gebaseerd op de overtreding waarop de zwaarste sanctie staat (art. 42 § 8 ADD).

Tuchtrechtelijke regeling voor elitesporters

De tuchtrechtelijke regeling voor elitesporters verschilt van deze van gewone sportbeoefenaars.

Ondanks de ruime decretale omschrijving van het begrip worden alleen sporters die met een aangetekende brief ervan op de hoogte werden gebracht dat ze elitesporter zijn, ook effectief als elitesporter beschouwd). De hoedanigheid van elitesporter wordt toegekend in nauw bilateraal overleg tussen de betrokken sportfederatie en de administratie. Sporters die niet akkoord zijn kunnen hun aanwijzing proberen te betwisten.

Voor wie als elitesporter wordt gekwalificeerd heeft dit onder meer volgende implicaties:

This article is from: