
1 minute read
3.3.5 Bepalingen in verband met de lidmaatschapsovereenkomst
Concurrentiebeding verboden Art. 3,3de van het Decreet Niet-professionele Sportbeoefenaar vermeldt verder nog duidelijk dat de interne reglementen van de sportfederaties, die onder meer bepalingen bevatten over de voorwaarden en de wijze van aansluiting, de opleiding en de financiering van de opleiding en de algemene werking van de federatie en de sportverenigingen, niet in strijd mogen zijn met de vermelde vrijheidsregeling.
Art. 6 van het Decreet Niet-Professionele Sportbeoefenaar bepaalt dat elk niet-concurrentiebeding verboden is. Deze bepaling heeft betrekking op alle mogelijke bedingen die de sportbeoefenaar zouden verhinderen gedurende een bepaalde periode en/of in een bepaald gebied aan te sluiten bij een andere sportvereniging of sportfederatie. Een dergelijke bepaling is immers strijdig met de vrijheid van de sportbeoefenaar en dus nietig. In feite ondersteunt dit niet-concurrentieverbod dus de vrijheidsregel.
3.3.5 Bepalingen in verband met de lidmaatschapsovereenkomst
Artikel 5 legt aan de verenigingen en federaties een aantal verplichtingen op.
Overeenkomsten met minderjarige sportbeoefenaars moeten schriftelijk worden vastgesteld, en ondertekend door de wettige vertegenwoordiger van de minderjarige. De sanctie op het niet naleven van deze verplichting is de relatieve nietigheid.
Sportbeoefenaars die zich aansluiten bij een club moet verplicht een lidkaart ontvangen. Op de rugzijde van deze moet te lezen zij waar en hoe zij de volledige reglementen van hun sportfederatie kunnen raadplegen.
Bij de aansluiting krijgt elk lid een bondige samenvatting van
- de reglementen inzake vrijheidsregeling (met name de opzeggingsperiode), - de disciplinaire maatregelen, - de verzekeringsovereenkomsten - en in het algemeen de waarborgen die het Decreet Nietprofessionele sportbeoefenaar biedt.
Elke wijziging moet schriftelijk aan de sportbeoefenaar worden medegedeeld.