1 minute read

3.1 Inleiding

3.1 Inleiding

Het beoefenen van sport gebeurt op veel verschillende wijzen. Sommigen beoefenen sport buiten elk clubverband, louter voor de ontspanning of voor de gezondheid. Anderen beoefenen sport in clubverband en maken er hun beroep van.

Het is dan ook normaal dat er geen eenvormig statuut voor de sportbeoefenaar is, maar dat het toepasselijke statuut afhankelijk is van de concrete omstandigheden waarin de sportbeoefenaar zich bevindt.

In deze syllabus zullen de sporters ingedeeld worden in drie grote categorieën, afhankelijk van de wetgeving die op hen toepasselijk is, zijnde:

- Recreanten

- Sportbeoefenaars die onder het toepassingsgebied van het

Decreet van 24 juli 1996 van de niet-professionele sportbeoefenaar ressorteren (hierna afgekort als ‘Decreet nietprofessionele sportbeoefenaar’),

- Sportbeoefenaars die onder het toepassingsgebied van de Wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars ressorteren (hierna afgekort als ‘Wet betaalde sportbeoefenaar’).

Naast het Decreet niet-professionele sportbeoefenaar en de Wet betaalde sportbeoefenaar zijn er echter nog veel andere regels die het concrete statuut van de sportbeoefenaar bepalen.

Zo is er het Europese recht, dat belangrijke regels oplegt onder meer in verband met het vrije verkeer van personen.

Ook de internationale en nationale sportbonden en sportfederaties genereren heel wat regels die de aangesloten clubs aan hun aangesloten spelers opleggen.

De clubs zelf kunnen ook nog eigen, clubspecifieke regels opleggen. Dat kan door bepalingen in de statuten van de club waarbij een speler zich aansluit. Het kan ook door de individuele aansluitingsovereenkomst waarmee een speler zich met een club verbindt.

Voor spelers die een loon ontvangen en aan alle voorwaarden voldoen is, vaak ook nog de Arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978 van toepassing.

Sporters die aangesloten zijn bij een vereniging zijn in hun hoedanigheid van sportbeoefenaar juridisch gezien nooit vrijwilligers. Zij (noch de verenigingen waarbij zij aangesloten zijn) vallen in hun hoedanigheid van sportbeoefenaar dan ook niet onder het toepassingsgebied van de Vrijwilligerswet van 3 juli 2005.

This article is from: