De Vrije Beroeper | december 2016

Page 1


“Vrije beroepers zijn gevoeliger voor burn-outs”
Professor Lode Godderis
Willebroekkaai
Het failliet van het vrij beroep Edito Jan Sap
Advocaat Dirk Van Gerven over gendergelijkheid
7.200 extra seconden Column Marieke Wyckaert
Foto Dieter Telemans
Foto ID-Firmin De Maitre

Het failliet van het vrij beroep

De recente besparingen in de zorgsector treffen veel vrije beroepen. Op televisie zagen we het schrijnend verhaal van een jonge apotheker die een apotheek had overgenomen en in moeilijke papieren dreigde te geraken. Maar ook buiten de zorgsector zijn er vrije beroepers die het financieel niet makkelijk hebben. Weinig gekend, maar daarom niet minder schrijnend.

Minister van Justitie Geens heeft de ambitie om vrije beroepers ook onderhevig te maken aan de faillissementswetgeving. Momenteel kunnen vrije beroepers strikt juridisch gezien niet failliet worden verklaard. Evenmin kunnen ze beroep doen op de zogenaamde ‘wet continuïteit ondernemingen’ (WCO) waarbij ondernemingen die in financiële moeilijkheden zitten een specifieke beschermingsregeling krijgen en afspraken kunnen maken met hun schuldeisers.

Het idee van de minister van Justitie lijkt op het eerst gezicht logisch. Op die manier wordt immers een juridisch vacuüm opgevangen waarin een getroffen vrije beroeper dan terechtkomt. Maar de bestaande reglementering voor ondernemers in moeilijkheden kan niet zomaar worden toegepast op vrije beroepen. Vrije beroepen zijn ondernemers maar hebben zeer specifieke kenmerken waarmee in dit kader rekening moet worden gehouden.

In de eerste plaats is er het beroepsgeheim, essentieel voor de vertrouwensfunctie van een vrij beroep. Het is uitgesloten dat vertrouwelijke gegevens van patiënten of van cliënten zomaar worden vrijgegeven of ter beschikking gesteld van een curator in het kader van een faillissement. Daarnaast is er bij vrije beroepen altijd een tuchtorgaan dat toekijkt op de goede werking van het beroep. Dit kan tot een conflict leiden wanneer in het kader van een faillissement een curator wordt aangesteld over een beroepspraktijk. Ook de continuïteit van een praktijk, bijvoorbeeld in de zorg, dient op een goede manier te worden gewaarborgd.

Voor de vrije beroepen in moeilijkheden moet dus een aangepast reglementair kader worden gecreëerd. Een kader dat per beroepsgroep rekening houdt met een aantal essentiële elementen die noodzakelijk zijn om het beroep op een goede manier te kunnen uitoefenen. Het klakkeloos overnemen van de bestaande reglementering lijkt ons geen goed idee. Minister Geens heeft zich al bereid verklaard om hierover met ons in overleg te gaan. We gaan er graag op in.

Jan Sap

Secretaris-Generaal

Samenwerking Federatie Vrije Beroepen en uitgeverij Die Keure

De Federatie Vrije Beroepen en Die Keure ondertekenden recent een samenwerkingsovereenkomst. Bedoeling van de samenwerking is om de boeken en tijdschriften van Die Keure op een voordelige manier aan te bieden aan de leden van de Federatie.

Voor de 8.148 werkgevers van PC336

U leest het goed. Wie in PC336 zit (of het paritair comité voor de vrije beroepen) heeft 8.147 collega-werkgevers in dit paritair comité. Samen heeft u 32.441 werknemers, want zoveel werknemers telt PC336. De meerderheid van de ondernemingen, 82,22%, heeft minder dan 5 werknemers. Met Liberform willen we alle werkgevers en werknemers bereiken, ook u. Opleiding voor personeel komt misschien niet altijd op de eerste plaats, bijvoorbeeld door tijdsgebrek. Maar een goede planning, een juist aanbod van opleiding en een financiële stimulans kan een steuntje in de rug zijn. Op de website www.liberform.be vindt u bij ‘Opleidingsaanbod’ honderden titels van opleidingen die uw werknemers gratis kunnen volgen. Als werkgever kan u een premie aanvragen voor opleidingen die u en/of uw werknemers hebben gevolgd. Een eenvoudige aanvraag van de premie kan via het onlineinschrijvingsformulier op www.liberform.be. Het is belangrijk dat de opleiding al heeft plaatsgevonden. Een aanwezigheidsattest is immers vereist bij de aanvraag. Als werkgever heeft u op jaarbasis minimaal recht op 1.750 euro. Het maximum bedrag is vastgelegd op de jaarlijkse bijdrage die u als werkgever betaalt aan het fonds (werkgeversbijdrage voor risicogroepen). Met andere woorden, als u minder dan 1.750 euro bijdraagt aan het fonds kan u rekenen op solidariteit. Informatie over opleidingen, premies en cao’s vindt u op www.liberform.be. Op info@liberform.be kan u al uw vragen stellen.

vitrine

Herbekijk onze afgelopen webinars

De voorbije maanden organiseerde de Federatie Vrije Beroepen opnieuw een aantal webinars – online seminars die u van thuis uit live kan meevolgen. Als lid van de Federatie kan u de opname van al die webinars ook integraal (her)bekijken op www. federatievrijeberoepen.be/webinars. U ziet hierbij de presentatie én de spreker die gefilmd werd in onze studio.

Momenteel kan u de volgende webinars bekijken in onze webinar-bibliotheek:

- Online reputatiemanagement. Hoe kan u online reputatieproblemen (bvb onjuiste berichten) oplossen en welke rechtsbijstand kan u gebruiken om in geval van schade uw verhaal te halen?

- Klare taal spreken als vrije beroeper. Tips om beter te communiceren, zowel schriftelijk als mondeling, aan de hand van concrete voorbeelden uit de vrije beroepspraktijk.

- Proper en goedkoper op de baan, kan dat? Wat kost een bedrijfswagen u echt en hoe kan u de kostprijs beïnvloeden door slimme, al dan niet groene keuzes te maken?

- Do’s and don’ts tegen schijnzelfstandigheid in het vrije beroep. Welke criteria worden gehanteerd om schijnzelfstandigheid vast te stellen? Welke sancties bestaan er en hoe wordt dit gecontroleerd?

- LEAN werken in het vrije beroep. Leer het LEAN-model kennen, een methodiek om uw organisatie efficiënter en meer klantgericht te maken.

 Alle webinars staan integraal op www.federatievrijeberoepen. be/webinars. Exclusief voor leden.

Bestel nu gratis!

Adviespocket ‘Aanwerven’ i.s.m. ADMB

Deze pocket is een handige gids bij de belangrijkste stappen van een (eerste) aanwerving. We tonen u mogelijke tussenstappen naar een vaste werknemer, bieden tips voor de rekrutering en selectie, helpen u bij de opstelling van een arbeidsovereenkomst en wijzen u op de belangrijkste aspecten van de loonkost. Daarbij tonen we waar u terecht kan voor meer informatie of hulp. Zo kan u zich, misschien binnenkort wel samen met een nieuwe werknemer, snel weer concentreren op uw zaak. Als Federatie Vrije Beroepen-lid kan u de Adviespocket gratis downloaden of bestellen via www.unizo.be/publicaties.

E-book ‘Jaarrekeningen’ i.s.m. Graydon

De ambitie van dit e-book is de niet-specialist de basisprincipes meegeven in de manier waarop hij een jaarrekening leest en begrijpen hoe een buitenstaander uw jaarrekening zal interpreteren. De cursus toont welke gegevens u eruit kunt halen, maar even goed de beperkingen daarvan. U leert hoe u op basis van de jaarrekening erin slaagt om de juiste vragen te stellen. Als Federatie Vrije Beroepen-lid kan u het E-book gratis downloaden via www.unizo.be/publicaties.

13,5% van de vrije

beroepers zijn werkgever

Er zijn gemiddeld

6,9

werknemers per werkgever

7,87% van de vrije

beroepers is beroepsactief na

pensioenleeftijd

01235

44,28% van de

4 97

vrije beroepers zijn vrouwen,

een opmars is gaande

Help, ik heb een burn-out!

Hoe een burn-out bij vrije beroepers herkennen en aanpakken?

Wie van een burn-out spreekt, heeft het over een energiestoornis. Een diagnose die moeilijk, maar de laatste jaren steeds vaker gesteld wordt. Want in België kampt vandaag zo’n zes procent van de werkenden met een burn-out. Bij artsen ligt dat cijfer nog een stuk hoger. Want wel 17,8% van de dokters heeft een burn-out. Ook bij andere vrije beroepers wordt een hoger aantal burn-outs verwacht. Maar was is zo’n burn-out nu precies? En waarom zijn vrije beroepers er gevoeliger aan? Professor Lode Godderis vertelt ons hoe je een burn-out leert herkennen en vooral, wat kan je eraan doen?

Wat is een burn-out?

Het mag dan wel dé ‘ziekte’ van de 21ste eeuw zijn, rond burn-out bestaat nog altijd een groot taboe. Onterecht, vindt professor Gezondheid en Omgeving aan de KU Leuven Lode Godderis. “Want het zijn vaak net de meest gedreven mensen die eraan ten prooi vallen, dus ook de beste medewerkers en ondernemers. En dat is allesbehalve iets om zich voor te schamen. De 21ste eeuw doet ons sneller leven, nog sneller werken en in onze individualistische maatschappij wordt er elke keer meer van ons verwacht. Daarbij komt nog dat de balans tussen werk en gezin zwaarder is geworden dan zo’n 20-30 jaar geleden, toen er nog iemand thuisbleef om voor de kinderen te zorgen. Dat we dan af en toe opgebrand zijn, hoeft niet te verbazen. Maar wat is zo’n burn-out nu precies? En hoe krijg je die? Burnout is een syndroom. En dat is meteen ook de belangrijkste nuance die ik moet maken bij de energiestoornis. Want net daarom is een burn-out zo moeilijk te diagnosticeren. Wie spreekt van een burn-out, heeft last van drie symptomen: emotionele uitputting, verminderde persoonlijke bekwaamheid en depersonalisatie. Inherent aan een burn-out is

bovendien dat het met je werk te maken heeft en daarin onderscheidt het zich van een depressie, die betrekking heeft op alle aspecten van je leven.

Uitputting is misschien wel het meest herkenbare symptoom van een burn-out. En dan gaat het vaak ook om slaapstoornissen. In bed lig je meer te piekeren dan wat anders. Je kan niet recupereren van de dag, waardoor je geleidelijk aan meer en meer uitgeput geraakt. De energie die je vroeger had, is verdwenen en zelfs de kleinste taakjes kosten nu de grootste moeite. Uitputting is vaak een van de eerste tekenen dat iemand met een burn-out kampt. Het is cruciaal dat je in die eerste fase al beseft wat er gaande is en hulp zoekt. Het tweede kenmerk, de verminderde persoonlijke bekwaamheid, uit zich vooral in een gebrek aan zelfvertrouwen. Je gelooft niet langer in je eigen kunnen en vindt dat je je job niet naar behoren kan uitoefenen. Je bent niet langer goed genoeg. Ten derde creëer je een soort afstand tussen jezelf en eventuele collega’s, cliënten, patiënten ... Je gedraagt je kil en onpersoonlijk, bent negatiever geworden en hebt de ‘nuttige’ eigenschap ontwikkeld om in

iedere oplossing een nieuw probleem te zien.

Echt medische diagnostische criteria zijn er niet om een burnout te herkennen. Er wordt wel eens gesproken van een verhoogde concentratie cortisol bij mensen met een burn-out, maar die wordt dan ook weer niet bij iedereen waargenomen. Daarenboven schommelt je cortisolgehalte de hele dag door. Als je bijvoorbeeld lang in de file hebt gestaan waardoor je te laat bent op een afspraak, zal het cortisolgehalte in je bloed hoger zijn dan anders. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat je meteen een burn-out hebt. Later op de dag, wanneer je rustiger bent, is dat cortisolniveau weer lager, en dat is dan weer ook bij mensen met een burn-out zo.”

Help, ik ben vrij beroeper “Burn-out komt voor in elke sector. Al zijn er enkele sectoren zoals het onderwijs, de zorgsector, maar ook vrije beroepen die er gevoeliger voor zijn. En wel om verschillende redenen. Werkdruk is een eerste bepalende factor voor een burn-out. En laat dat nu net kenmerkend zijn bij elk vrij beroep. Vrije beroepers hebben vaak

geen vast uurrooster en kunnen dus een onbepaald aantal uren werken. Wie dat niet goed in de hand houdt, overdrijft al snel. Een werkschema kan hier wonderen doen. Verder zijn vrije beroepen ook contactberoepen. Zowel architecten, notarissen, advocaten als dokters komen dagelijks in contact met verschillende cliënten of patiënten, wat aanleiding geeft tot emotionele belasting. Een dokter die slecht nieuws moet brengen, een notaris die een testament moet regelen, een architect die te maken heeft met de steeds veeleisendere klant... Makkelijk is anders. Daarenboven werk je als vrij beroeper vaak alleen. Ook dat is een groot risico. Enerzijds omdat je dan alles zelf moet doen. Een advocaat bijvoorbeeld mag dan wel veel over de wetgeving kennen, maar dat wil niet zeggen dat hij ook alle andere taken van het runnen van een zaak onder de knie heeft of graag doet. Die kosten dan vaak meer tijd en meer energie. Het is belangrijk om je daarbij te laten ondersteunen en eventueel iemand in dienst te nemen. Zodat er niet te veel energie aan gespendeerd wordt, die elders nodig is. Anderzijds zijn collega’s belangrijk om successen, maar ook moeilijkere periodes in het bedrijf te delen.”

interview

Professor Lode Godderis:

“Burn-out is een syndroom. En dat is de belangrijkste nuance bij deze energiestoornis”

EHBO, Eerste hulp bij burn-out “Merk je dat je meer en meer uitgeput geraakt en ’s nachts eerder piekert dan slaapt, dan is het tijd om hulp te zoeken. Een afspraak bij de huisdokter of meteen bij een therapeut is een eerste stap. Die zal je drie tot zes weken thuis zetten, zodat je opnieuw naar een evenwicht kan zoeken tussen werk en leven. Je moet je sociale contacten terug aanwakkeren, tijd maken voor hobby’s en vrije tijd en vooral doen wat je graag doet en waar je energie uit haalt. Een burn-out gaat niet over door thuis te zitten, zoals de griep. Je moet je levensstijl veranderen, je werkritme verlagen en soms zelfs ander werk gaan zoeken. Heb je dan het gevoel dat je klaar bent

Herkent u zichzelf in dit artikel of zit er iemand met een burn-out voor u?

Loopbaancentrum Kompas werkte samen met KU Leuven een Burn-outzorgprogramma uit. Hun pakket bestaat uit individuele coaching, groepssessies en psychoeducatie. Als burn-out coach ondersteunen we hun cliënten, bieden ze informatie en perspectief en gidsen ze hen naar een nieuwe balans in werk en leven.

om opnieuw aan de slag te gaan? Doe dat dan rustig. Start met één of twee dagen per week en zorg ervoor dat je niet vervalt in je oude werkritme. Een burn-out is een voorbeeld van een lifeevent. Je kan spreken van de periode ervoor en die erna. De rekker gaat nooit meer helemaal zijn zoals vroeger. Op zich is dat niet erg, want je hebt nieuwe inzichten. Je maakt een switch in je carrière en in je leven en daardoor ben je opnieuw gelukkiger. Verander je niets en verval je in je oude werkritme, dan schuilt het risico voor een nieuwe burn-out altijd om de hoek. Als je terug aan de slag gaat zoals vroeger, is dat bijna een garantie voor herval. Doe er dus wat mee en laat je voldoende begeleiden door een therapeut.”

Interesse? Surf, mail of bel! Loopbaancentrum Kompas Diestsesteenweg 49, 3000 Leuven. www.loopbaankompas.be info@loopbaankompas.be +32 16 35 05 79.

Heeft u de balans werk en gezin niet meer volledig onder controle? Bent u op zoek naar een manier om werkbaar te werken? Om problemen te anticiperen en remediëren zodat u niet op een burn-out afstevent?

Dan bent u bij Zenitor aan het juiste adres. Zenitor ondersteunt starters, zelfstandigen, vrije beroepers ... bij de uitbouw van een succesvolle carrière en biedt hen een klankbord in elke fase van het ondernemerschap.

Kijk op www.zenitor.be voor het volledig coaching aanbod of telefoneer met Gerda Lammens op nummer 0487/33 14 75 voor meer info.

Anonieme getuigenis van een architecte: “Ik ben dankbaar voor mijn burn-out”

“Ik ben gepassioneerd door mijn werk. En het klinkt misschien raar, maar dat heeft wellicht tot mijn burn-out geleid. Want ik had enkel oog voor architectuur en dat hebben mijn vrienden en familie geweten. Het zat er al enkele jaren aan te komen, maar in 2015 kreeg ik een burn-out. De diagnose sloeg in als een bom. En dan duurde het nog enkele maanden voor ik ze écht kon aanvaarden. Maar nu weet ik dat mijn burn-out mijn leven veranderd heeft. In de positieve zin. Dus ben ik er op een of andere manier dankbaar voor.”

“Vorig jaar kreeg ik een burn-out. Een zinnetje dat ik lang niet heb kunnen uitspreken. Want toegeven dat ik ‘ziek’ was, dat ik mijn werk niet meer kon doen, was voor mij alsof de wereld verging. Als perfectioniste stond falen niet in mijn woordenboek. Ik moest en zou alles kunnen en aankunnen. Maar ik voelde me vooral moe en uitgeput... Het leek zelfs alsof ik mijn kinderen en man niet meer graag zag. Ik wilde mijn familie niet meer zien en kwam met moeite het huis uit. Het enige wat ik deed, was werken. Ik werkte vier vijfde en klopte maanden van meer dan 150 uren. Als zelfstandige architecte met een eigen bedrijf hield ik me met verschillende projecten bezig en hielp ik op woensdag, mijn vrije dag, ook nog eens mijn man die net als mij architect is. Ik volgde ook nog eens Franse avondles en tussendoor kwam het huishouden en de zorg voor onze twee kinderen. En in het weekend probeerde ik dan nog wat bij te werken. Want ik deed mijn werk graag. Nog altijd.

De fysieke klachten waren er al langer. Ik was moe, prikkelbaar en had nauwelijks kracht om uit bed te geraken. Ik werd sneller ziek. Wat doe je dan? Vitamines slikken. Voelde ik me niet beter, dan nam ik er nog wat. Al enkele keren had de dokter me gewaarschuwd dat ik mijn levensritme moest aanpassen, maar om de een of andere reden drong dat niet tot mij door. Mijn man en ik zijn allebei zelfstandig en hebben altijd al snel geleefd. Oke, de snelheid nam alleen maar toe, maar is dat niet de normale gang van zaken? Ik liep van hier naar daar en kwam overal te laat. Altijd wilde ik nog vijf minuutjes langer werken, die vijf werden er tien, die tien twintig en je verliest de tijd uit het oog. Wanneer je thuiskomt, stop je de kinderen in bad, maak je eten en gaan ze in bed. En daarna werk je natuurlijk nog wat. Als zelfstandige is het vaak moeilijk je niet te verliezen in je werk. En in de bouw, in de architectuur is dat zeker niet anders. Deadlines zijn er overal. Maar ze worden steeds korter en de klanten veeleisender.”

Ik? Een burn-out?

“Op een prachtige, zonnige zaterdagmiddag was ik alleen thuis met de kinderen. En ik wilde niet anders dan in de zetel liggen en met

rust gelaten worden. Ik kon zelfs geen zon verdragen. Toen mijn man thuiskwam van het werk en zag dat de kinderen voor de televisie zaten en ik in de zetel lag, schrok hij. Wat deden wij binnen op zo’n mooie dag? Toen besefte ik dat er echt iets mis was. Dit was niet oké. Dat was voor mij een kantelmoment. Ik besloot er met een vriendin over te praten, vertelde alles wat er scheelde en hoe ik me voelde, ook ten opzichte van mijn gezin. Omdat een vriendin van haar met een burn-out kampte, had ze al snel door wat er aan de hand was. Ze zei dat ik naar de dokter moest en dat ik wellicht een burn-out had. Ik? Een burn-out? Hoe kan mijn werk dat ik zo graag doe mij een burn-out bezorgen? Hoewel ik het allemaal niet goed kon vatten, besloot ik haar advies op te volgen en naar de dokter te stappen. Die stelde al snel dezelfde diagnose: burn-out.

De dokter schreef me vier weken ziekteverlof voor. Ik mocht zelf bepalen hoe ik die tijd invulde, zolang ik maar zou doen wat ik graag doe. Ik moest de tijd nemen om te rusten, om te sporten, om vrienden op te zoeken. Ik moest opnieuw leren genieten van vrije tijd en tot het besef komen dat werken niet alles is. Maar aan het

einde van die vier weken had ik nog altijd niet aan mezelf toegegeven dat ik ‘ziek’ was. Ik ging opnieuw naar de dokter en vroeg nog wat meer tijd. Ik kreeg tot oktober, dat uiteindelijk december werd en voor ik het wist was het al maart. Een burn-out is sowieso niet evident. Maar met een eigen zaak al helemaal niet. Mijn man en onze collega’s moesten mijn werk er nog bovenop nemen. Dat het ook voor hen een zware periode was, is een understatement. Maar dat geluk had ik tenminste nog, dat ik op mijn collega’s kon terugvallen. Want vaak is dat ook niet het geval.

Intussen kreeg ik loopbaanbegeleiding bij Kompas. En dat heeft me pas echt geholpen om mijn burn-out aan te pakken. In de groepssessies leerde ik erkennen dat ik een burn-out had en hoe ik ermee moest omgaan. Pas als ik het hele stappenplan doorlopen had, voelde ik dat ik klaar was om terug te beginnen werken. Maar niet op volle kracht natuurlijk. In maart ben ik halftijds beginnen werken. Dat lukte goed, dus ben ik sinds oktober drie vijfde beginnen werken. Ik heb weken waarin dat goed lukt, andere weken is dat moeilijker. Ook de volgende jaren blijf ik drie vijfde werken.”

Van het derde naar het eerste baanvak “Ben ik dezelfde persoon als voor mijn burn-out? Ja en nee. Ja, omdat ik nog altijd perfectioniste ben en ongelooflijk veel van mijn werk hou. Omdat ik gedreven ben en nog altijd alles wil kunnen doen. Maar ik heb wel geleerd om grenzen te stellen. Om te stoppen en tijd met mijn gezin en mijn familie te spenderen en eens te gaan sporten. Het klinkt misschien raar, maar ik zie mijn burn-out als iets positiefs. Mijn leven is een snelweg. En voor de burn-out reed ik altijd op het derde baanvak, aan het roepen en aan het toeteren naar de andere bestuurders op de baan. Tijdens mijn burn-out stond ik even aan de kant, op de pechstrook te rusten. En nu zit ik terug op de snelweg, maar op het eerste baanvak, en zitten mijn kinderen achteraan in de auto. Ik ben rustig en ik mag niet roepen, want mijn gezin zit bij mij. Ik zou liegen als ik zeg dat ik niet meer vatbaar ben voor een burn-out. Dat ben ik wel. Meer nog dan anderen. Maar ik hoop dat ik in de toekomst nog meer het evenwicht vind tussen mijn ‘ik’ en alles wat zich rondom mij bevindt. Ik heb er vertrouwen in dat het me opnieuw zal lukken.”

“Maak je geen zorgen. Voor jouw vrij beroep vind ik de meest geschikte polissen. Om je tijd te laten winnen, kom ik tot bij jou. Op een moment dat voor jou het beste past.”

Een gratis analyse van je verzekeringsportefeuille? Reserveer je afspraak op www.vrijberoepinpaniek.be

Yannick Devry, zaakvoerder Dynia verzekeringen Dynia verzekeringen is erkend Brocom-makelaar.

interview

Advocaat Dirk Van Gerven ijvert voor gelijke professionele behandeling van mannen en vrouwen

“Gendergelijkheid kan onze economie doen boosten”

Zijn boek ‘Alle mensen zijn gelijk, ook vrouwen’ kreeg lovende kritieken van Koen Geens, federaal minister van Justitie, en Bianca Debaets, Brussels staatssecretaris voor Gelijke Kansen. Toch beseft Dirk Van Gerven dat er meer dan complimentjes nodig zijn om gendergelijkheid in alle echelons van het professionele leven op een volwaardige manier naar de realiteit te vertalen. “In ons diepe onderbewustzijn zijn we nog altijd overtuigd van het prehistorische rollenpatroon.”

Meester Van Gerven, hoe lang bent u al met deze problematiek bezig?

“Het is een thema dat me altijd al heeft gefascineerd. Zo heeft het me bijvoorbeeld altijd moeite gekost om te begrijpen waarom vrouwen zo moeilijk konden doorstoten naar leidinggevende functies in het professionele leven. Toen ik in 1999 toetrad tot NautaDutilh, bleek dat de vestiging in New York van dit advocatenkantoor geleid wordt door een heel capabele vrouwelijke managing partner. Zij bracht mij in contact met wat gendergelijkheid in de Verenigde Staten betekent. In 2010 werd ik stafhouder van de Nederlandse Orde van Advocaten bij de balie van Brussel en viel het me op dat er heel

wat vrouwelijke stagiairs waren, maar dat die al na een relatief korte tijd weer vertrokken. Dat is doodjammer, om verschillende redenen.”

Zoals...?

“Kantoren investeren heel veel in nieuw talent. Als je vier à vijf jaar tijd, energie en financiële middelen hebt vrijgemaakt om ook vrouwen op te leiden tot volwaardige advocaten en ze dan plots ziet vertrekken, is dat eigenlijk een vorm van kapitaalvernietiging. Bovendien is het prehistorisch rollenpatroon onbewust nog dermate sterk in ons aanwezig dat noch mannen, noch vrouwen merken hoe vrouwen vandaag gediscrimineerd worden. Dat leidt soms tot onthutsende situaties.”

Kan u daar een voorbeeld van geven?

“De praktijk bewijst elke dag hoe latent seksisme in onze maatschappij aanwezig is. Zo vertelde een vrouwelijke advocate me onlangs het verhaal dat ze een mannelijke cliënt uitgenodigd had voor de lunch. Zijn reactie deed ten sterkste vermoeden dat hij dacht dat de vrouw meer wilde. Daarop heb ik haar gesuggereerd altijd een ring te dragen, omdat mannen zich dan automatisch meer gereserveerd opstellen. Het voorbeeld illustreert dat mannen diep vanbinnen nog altijd de overtuiging koesteren: ‘een vrouw hoort aan de haard’. We laten vrouwen wel toe in ons professioneel leven, omdat we er rationeel van overtuigd zijn dat het zo hoort, maar in ons

onderbewustzijn hebben we daar nog altijd problemen mee. Net dat onderbewustzijn is zo bepalend voor onze beslissingen en de manier waarop we een vrouw benaderen.”

AANPAK

Hoe kunnen we dat gedrag wijzigen? “Omdat de overtuiging zo diep geworteld is, wordt dat ongetwijfeld een titanenstrijd, maar ik ben ervan overtuigd dat het kan. Belangrijk is dat we er al zo vroeg mogelijk mee bezig zijn. Daar is een cruciale taak weggelegd voor de ouders en voor het onderwijs. Van in de peuterklas al moeten jongens en meisjes gelijke

interview

kansen krijgen. Laat de meisjes ook maar met auto’s spelen, en jongens met poppen. Als kinderen op de leeftijd komen waarbij ze zich afvragen wie in het gezin voor het huishouden moet zorgen, dienen ouders hen duidelijk te maken dat dit een gedeelde verantwoordelijkheid is voor man en vrouw. Die overtuiging en de daarmee gepaard gaande attitudes, moeten we er stelselmatig en met engelengeduld trachten in te slijpen.”

Welke maatregelen zou u in het onderwijs willen introduceren?

“Het is een goede zaak dat het leerplan studenten de basics van financieel management en geldbeheer wil bijbrengen, maar ook een lessenpakket rond time management zou ongetwijfeld zijn nut bewijzen. Op die manier kan je meisjes en jongens leren hoe ze twee jobs (hun bezoldigd werk en de zorg voor het huishouden) kunnen combineren. Een gezin is per slot van rekening een gezamenlijk project van de twee (huwelijks) partners, net als de zorg voor de kinderen. Door kinderen in een vroeg stadium al verantwoord te leren omgaan met tijdgebruik en een goede planning te leren opstellen, geef je gendergelijkheid alvast meer kansen.”

Hoe belangrijk is het dat er vanuit de wetgeving bepaalde zaken worden opgelegd?

“Dat is van primordiaal belang, omdat het opleggen van bepaalde normen er uiteindelijk toe leidt dat iets als normaal wordt beschouwd. Neem nu de sterkere aanwezigheid van vrouwen in de politiek: het duurt twee verkiezingen vooraleer dat algemeen wordt aanvaard. Toen bijvoorbeeld werd bepaald dat 40% van de verkiesbare plaatsen bij partijen aan vrouwen moeten worden toebedeeld, leidde dat in eerste instantie tot verontwaardigde of meewarige reacties bij de mannen (ons land kent sinds 2013 een vrouwenquotum voor de top van de overheid, waarbij één op de drie overheidsbestuurders in Brussel een vrouw moet zijn, red.). Omdat die vrouwen dat uitstekend deden, minstens even goed als hun mannelijke evenknie, sprak niemand daar aan de vooravond van de volgende verkiezingen nog over. Kijk naar het verplicht gebruik van de veiligheidsgordel destijds: op het moment van die invoering was daar veel protest tegen. Zoveel jaren later draagt zo goed als iedereen automatisch die gordel, het is een reflex geworden.”

Hoe komt dat?

“Ik ben een fervent voorstander van de invoering van quota, omdat de inhoud ervan overeenstemt met hoe we rationeel denken. Door hun verplichtend karakter, zorgen ze er bovendien voor dat de integratie van nieuwe gewoontes sneller gaat. Belangrijk is wel dat quota niet op zich worden geïntroduceerd, maar dat ze gepaard gaan met begeleidende maatregelen. De quota kunnen worden afgebouwd van zodra de gewenste resultaten van de maatregelen zo goed als helemaal bereikt zijn.”

In welke landen is de introductie van dergelijke quota al succesvol gebeurd?

“In Noorwegen werd een aantal jaren geleden de maatregel ingevoerd dat 40% - vreemd dat het geen 50% was - van raden van bestuur aan vrouwen moesten worden toegewezen. Vandaag hebben ze die doelstelling quasi gehaald, ze zitten aan 38 %. Een peiling bij hun mannelijke collega’s heeft aangetoond dat die maatregel geen enkele impact had op het functioneren van de raden van bestuur: die werken nog altijd even goed. De vrouwen zijn prima voorbereid, nemen actief deel aan het debat, doen goede voorstellen. Die aanpak werkt dus zeker niet nadelig, integendeel: meer diversiteit in een Raad van Bestuur werkt efficiënter, met een meer open communicatie, levert meer creatieve ideeën op, enzovoort. Ik vergelijk die vrouwenquota wel eens met de verplichte introductie van professionele bestuurders, zoveel jaren geleden. Ook daar was destijds veel verzet tegen, maar vandaag is het inschakelen van professionele bestuurders schering en inslag, omdat men er het nut van inziet.”

Als iemand in ons advocatenkantoor partner wordt, gebeurt dat alleen omdat hij of zij goed is in zijn of haar job en de andere partners daar voor de volle 100% achter staan. Met andere woorden: zelfs mét quota moet een selectieprocedure zich richten op het vinden van de beste kandidaat. Quota moeten er daarom zijn voor mannen én vrouwen, de maatregel moet voor iedereen gelden. In om het even welke sector is het belangrijk dat je bij de zoektocht naar de beste talenten kan vissen in een zo groot mogelijke vijver. Die vijver is maar de helft zo groot als je bij voorbaat al vrouwelijke kandidaten uitsluit, waardoor de kans om het perfecte profiel te vinden daardoor eigenlijk al 50% kleiner is.”

Dirk Van Gerven:

“Ons professionele leven is niet aangepast aan een zwangerschap.”

Laten we even terugkeren naar het vrije beroep. Wat gebeurt er met vrouwelijke advocaten die uit de advocatuur stappen?

“Zeker bij de grote advocatenkantoren kan dat vertrek een gevolg zijn van de enorme ‘rat race’ die daar continu aan de gang is. Veel vrouwen kiezen dan bijvoorbeeld voor een job in de magistratuur, waar er ongeveer evenveel mannen als vrouwen aan de slag zijn. Dat heeft onder meer te maken met de flexibelere werkmogelijkheden in de magistratuur. Andere dames worden dan weer bedrijfsjurist, vooral omdat ze daar volgens vaste uren kunnen werken en die situatie zich beter leent voor een combinatie met het gezinsleven. Op zich niets mis mee (ook indien ze om de verkeerde reden weggaan), maar door die tendens gaat er in de advocatuur wel veel talent verloren. Daarom is het onze taak om vrouwen er toch van te overtuigen om in de advocatuur te blijven.”

Hoe zou u dat aanpakken?

Toch zijn er veel vrouwen die dergelijke quota niet genegen zijn...

“Ze zijn contra, vanuit de overtuiging dat quota stigmatiserend werken. Ik volg hen niet in die redenering, omdat je sleutelposities in een bedrijf sowieso niet toevertrouwt aan iemand die er niet geschikt voor is. Je benoemt geen vrouw tot CFO als je er niet van overtuigd bent dat ze het niet aan kan.

“De hele aanwervingspolitiek van advocatenkantoren, maar ook van andere bedrijven, zou moeten worden gescreend op een volledige (gender) gelijkheid, zoals dat nu al voor overheidsfuncties gebeurt. Als vrouwen zien dat een advocatenkantoor alleen mannelijke partners telt, is de kans niet denkbeeldig dat ze zich niet eens kandidaat stellen, omdat ze geen doorgroeimogelijkheden zien. Dit wijst op het belang van de voorbeeldfunctie die een vrouwelijke

partner heeft, waardoor de stigma’s worden weggenomen. Als er nu voor bepaalde functies echt sprake is van ongelijkheid, kan je ernaar streven dat er steeds ten belope van 50% vrouwelijke kandidaten zijn. Ook moet je over de ongelijkheid spreken, het aan de orde stellen, cijfers bekendmaken. Met zo’n aanpak creëer je transparantie, zorg je ervoor dat erover wordt gebabbeld. Het is een thema dat aan bod moet komen op alle niveaus. In de sociale balans moeten de cijfers over de man/vrouw-opdeling worden toegelicht met een vergelijking van de evolutie over de jaren.”

CEO

Raden van bestuur van beursgenoteerde bedrijven moeten tegen 2017 voor minstens een derde uit vrouwen bestaan. Bij kleinere beursgenoteerde ondernemingen is 2019 de deadline. Merkt u nu al een positieve kentering? “We zien effectief meer en meer vrouwen CEO worden en een bestuursfunctie bekleden bij beursgenoteerde bedrijven. Vreemd genoeg is de voorzitter van de Raad van Bestuur zo goed als altijd nog een man, daar zijn geen quota voor. Goed, er verandert dus wel degelijk het een en ander, maar toch zijn er nog veel onwezenlijke verschillen. Denk daarbij maar aan loonsongelijkheid. Er zijn ook minder vrouwen die bijvoorbeeld een bedrijfswagen of een smartphone krijgen van de zaak. Dan spreken we nog niet over de talrijke seksistische opmerkingen waar dames om de haverklap mee worden geconfronteerd. Het probleem leeft voornamelijk onder de oppervlakte, daarom is het cruciaal dat we er dagelijks over praten. Waarom wordt een vrouw die als CEO vastberaden een bedrijf leidt, als een harde tante afgeschilderd, terwijl een man die op dezelfde manier functioneert, als ‘vastberaden’ wordt getypeerd? We geven de vrouw die benaming omdat we op een bepaalde manier naar haar kijken. Andere vrouwen willen liever niet op die manier worden afgeschilderd en durven zich misschien niet voluit geven: ze passen zich dus aan het oeroude rollenpatroon aan en houden het op die manier mee in stand.”

Is het ook daardoor dat ons land naar omlaag duikelde in de Gender Gap Index van het World Economic Forum?

“We zijn in die index, die een ranking opmaakt van 145 economieën op basis van de mate waarin zij vrouwelijk talent recht aandoen, met 9 plaatsen gezakt: van de 10de naar de 19de. Dat komt vooral door de subindexen Gezondheid en Politieke Participatie:

interview

Dirk Van Gerven:

“De praktijk bewijst elke dag hoe latent seksisme in onze maatschappij aanwezig is.”

het aantal vrouwelijke ministers daalde van 42% in 2014 tot 23% in 2015. Toch heb ik niet het gevoel dat we achteruit gaan, eerder dat we niet snel genoeg progressie maken in vergelijking met andere landen.”

Er zijn ook positieve signalen: wat vindt u van de gendercoördinator die ieder kabinet of administratie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest moet hebben?

“Dat is een gouden beslissing: die gendercoördinator analyseert elke boodschap die vanuit het gewest naar de buitenwereld toe wordt gecommuniceerd en haalt er de genderonvriendelijke nuances uit. Eigenlijk zou elk bedrijf zo’n genderambtenaar moeten hebben, idealiter zelfs twee: een man en een vrouw. Dat zou alvast helpen om seksueel getinte opmerkingen direct bespreekbaar te maken. Dat hoeft niet noodzakelijk met sancties: alleen

al door het thema voortdurend aan te kaarten, kan je dat proces in gang zetten. Je kan ook gebruik maken van gedragspsychologie om bepaalde zaken bij te sturen. Kijk maar naar de aanmaningen die worden gestuurd naar mensen die hun belastingen nog niet hebben betaald. Alleen maar door enkele zinnen anders te formuleren en mensen zo duidelijker op de gevolgen van hun (on)bewuste nonchalance te wijzen, stegen de inningen plots met 17 %.”

Pers

Welke rol heeft de pers bij het in stand houden van de huidige genderongelijkheid?

“Mannelijke en vrouwelijke journalisten sturen boodschappen de wereld in die deels worden gebracht vanuit hun gevoel, vanuit

Wie is Dirk Van Gerven?

‘Alle mensen zijn gelijk, dus ook vrouwen - over gendergelijkheid in de professionele loopbaan’ van Dirk van Gerven is een uitgave van Knops Books.

Het boek is verschenen op 25 augustus en telt 140 pagina’s.

De auteur is advocaat aan de balies van Brussel en New York. Hij werkt als vennoot in het advocatenkantoor NautaDutilh in Brussel en is er onder meer lid van de commissie Diversiteit. Daarnaast is hij nog voorzitter van de raad van toezicht van de FSMA (Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten) en vicevoorzitter van Cepani, het Belgisch Centrum voor Arbitrage en Mediatie. Van 2010 tot 2012 was hij stafhouder van de Nederlandse Orde van Advocaten bij de balie in Brussel. In die functie richtte hij in de Orde ook een commissie Diversiteit op.

NautaDutilh combineert expertise in praktijkgebieden die relevant zijn voor zakelijke cliënten, met inzicht in hun bedrijfstakken en hun strategische en economische drijfveren.

Volg Dirk Van Gerven over gendergelijkheid op twitter via @DirkGerven.

dat onberwustzijn waarin die genderongelijkheid nog aanwezig is. Dat leidt tot een verkeerde beeldvorming in de maatschappij, want de berichten die via media worden verspreid, bepalen mee de overtuigingen die bij de burgers leven. Daarom is het essentieel dat iedere zin die wordt geschreven, nauwkeurig wordt geanalyseerd. Het zou ook een grote stap vooruit zijn als media geen vrouwonvriendelijke advertenties of publiciteit meer zouden aanvaarden. Recent zag ik nog een campagne voor het promoten van software die de ‘work-life’-balans meer in evenwicht moest brengen. Daarbij werd het beeld van een vrouw gebruikt die hierdoor meer tijd voor haar gezin kon vrijmaken. Eigenlijk had dat een man moeten zijn. Alleen zijn we nog altijd zo doordrongen van dat prehistorische rollenpatroon, dat we niet eens meer zién dat vrouwen ook op die manier gediscrimineerd worden. Net als racisme, is dat een vooral onderhuids levend probleem.”

Eén ongelijkheid zal u nooit ongedaan kunnen maken: alleen vrouwen kunnen kinderen baren...

“Wie weet... Blijkbaar is er een Chinese arts die er prat op gaat een techniek te hebben gevonden om mannen ook kinderen op de wereld te laten zetten, maar goed: dat is verre toekomstmuziek. Toch mag het feit dat alleen vrouwen kinderen kunnen baren, eigenlijk geen invloed hebben op de professionele loopbaan. Beide kan je perfect van elkaar scheiden. Uiteraard heb je wel de periode van de zwangerschap, ons professionele leven is daar niet aan aangepast. Eigenlijk kan je een zwangerschap professioneel op dezelfde manier benaderen als een vakantieperiode: de vrouwelijke collega is voor (on) bepaalde tijd afwezig en wordt gedurende die periode vervangen, maar met de duidelijke communicatie dat het tijdelijk is en zij terug overneemt bij haar terugkeer.”

In welke mate kan uw boek een hefboom zijn om de tendens naar een optimale gendergelijkheid kracht bij te zetten?

“Het zou super zijn mocht dit werk die beweging in gang kunnen zetten, maar ik maak me weinig illusies: het is een heel controversieel onderwerp. Weinig mensen zullen het boek van de eerste tot de laatste letter lezen, omdat gendergelijkheid rationeel de normaalste zaak van de wereld lijkt. Het is belangrijk dat we naar de grond van de zaak gaan, dat prehistorisch rollenpatroon veranderen. Erin geloven alleen, volstaat niet: er moeten echt wel maatregelen komen.”

Bianca Debaets looft uw boek in haar voorwoord vooral omdat u het maatschappelijk rendement van gendergelijkheid onder de loep neemt. Welke evolutie hoopt u daarin op termijn te zien?

“Naast het humanitaire aspect dat met genderongelijkheid gepaard heeft, heeft nog niemand ooit de economische kost ervan kunnen berekenen. Nochtans is die gigantisch. We zullen de bewustwording over de economische impact pas kunnen becijferen van zodra we vanuit eigenbelang de nadelen ervan zien. Niemand is erbij gebaat als je na jarenlang in de carrière van vrouwen hebt geïnvesteerd, hen plots ziet verdwijnen omdat ze hun carrière opofferen ten voordele van die van hun man. Dat leidt tot een groot verlies aan talent. Op universitair en wetenschappelijk niveau, zien we dat maar een minderheid van de professoren een vrouw is. Als je de helft van de intelligentie omwille van genderongelijkheid afschrijft, remt dat de vooruitgang van de maatschappij, de ontdekking van nieuwe technologieën, enzovoort. Het is echt dringend tijd om dit bewustwordingsproces op gang te brengen en eindelijk dat oeroude rollenpatroon en de diepgewortelde overtuigingen te doorbreken.”

Goed nieuws voor zelfstandige moeders : uitbreiding moederschapsrust vanaf 2017!

In maart kondigden minister Borsus en minister De Block een plan aan om zelfstandige moeders de mogelijkheid te geven het moederschap beter te combineren met hun zelfstandige activiteit. Vanaf 2017 wordt de moederschapsrust voor zelfstandigen gevoelig uitgebreid. Wat betekent dit nu concreet?

Langere en flexibele moederschapsrust Zelfstandige moeders kunnen voortaan maximum 12 weken in plaats van 8 weken moederschapsrust opnemen. Bij de geboorte van een meerling kan de moeder 13 weken rusten. Wie een beroep wil doen op het systeem van betaalde moederschapsrust, is wel verplicht minstens 3 weken rust te nemen; de overige 9 weken zijn facultatief. Per week opgenomen moederschapsrust wordt een uitkering van €458,31 betaald door het ziekenfonds. De aanvraag tot moederschapsrust doe je dan ook bij je ziekenfonds.

Nieuw is bovendien dat zelfstandigen ervoor kunnen kiezen om de facultatieve periode van de moederschapsrust halftijds op te nemen. Dit wil zeggen dat je halftijds kan blijven werken en tegelijkertijd een halve uitkering kan ontvangen! Wie kiest voor de halftijdse moederschapsrust heeft recht op dubbel zoveel weken facultatieve rust: maximum 18 weken halftijds.

Ook de periode waarbinnen de moederschapsrust moet worden opgenomen, wordt verlengd.

Deze nieuwe regels zijn van toepassing op periodes van moederschapsrust die vanaf 1/1/2017 beginnen lopen.

Vrijstelling van sociale bijdragen

Tot nu toe moeten zelfstandige moeders sociale bijdragen blijven betalen tijdens hun moederschapsrust. Ook daar komt binnenkort verandering in: het kwartaal volgend op het kwartaal van de bevalling zal voortaan automatisch vrijgesteld zijn, voor wie voldoet aan de voorwaarden om de moederschapsrust te genieten als zelfstandige. Het vrijgestelde kwartaal levert uiteraard sociale rechten op. Zelfstandigen die bevallen vanaf 1/10/2016 kunnen genieten van de vrijstelling.

RSZ-korting voor aanwerving van langdurig werkzoekenden verdwijnt in Vlaams

Gewest vanaf 2017

Sinds 1/7/16 gelden er Vlaamse RSZ-verminderingen voor de tewerkstelling van jongeren en ouderen. De korting voor de aanwerving van langdurig werkzoekenden verdwijnt vanaf 1/17.

Nog tot eind 2016 kan een werkgever die een langdurig werkzoekende aanwerft in het Vlaamse Gewest, genieten van het plan activa. Het plan activa bestaat uit een RSZ-korting dievarieert tussen de € 400 en € 1.500 per kwartaal voor een periode van minimaal 1 jaar tot maximaal 5 jaar. Voor aanwervingen vanaf 1/1/17 in het Vlaamse Gewest kan u deze RSZ-vermindering niet meer toepassen. Hebt u op 31/12/16 RSZ-kortingen lopen, dan blijft u hier tot uiterlijk eind 2018 recht op hebben.

Bij een plan activa komt de RVA of het OCMW in bepaalde gevallen ook tussen in het nettoloon. Deze tussenkomst bedraagt € 500 per maand, voor een periode variërend tussen de 16 en 36 maanden. Vanaf 1/1/17 verdwijnt deze tussenkomst voor de aanwerving van werknemers die in Vlaanderen wonen. Of dit ook zal gelden voor werknemers die in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest of het Waals Gewest wonen, is op heden nog onduidelijk.

Ook voor de aanwerving van een werkzoekende die slachtoffer werd van een herstructurering en voor gesubsidieerde contractuelen verdwijnt de RSZvermindering in het Vlaams Gewest vanaf 1/1/17. RSZ-verminderingen die op 31 december 2016 al lopende zijn, kunnen verder toegepast worden tot uiterlijk eind 2018.

Alternatief?

Om de tewerkstelling van langdurig werkzoekenden aan te moedigen, zou men vanaf volgend jaar starten met een nieuw systeem van tijdelijke werkervaring. Via initiatieven in samenwerking met de VDAB wil men de werkervaring van de werkzoekenden op krikken, zonder dat er nog sprake is van een echte loonlastenverlaging voor de werkgever.

Uit de laatste berichten blijkt dat er toch ook een premie voorzien zou worden voor werkgevers die langdurig werkzoekenden in dienst nemen. Hoeveel die premie zou bedragen, is nog niet gekend. Uit de septemberverklaring blijkt dat het budget hiervoor kleiner is dan dat voor de huidige, federale maatregelen.

Meer weten over de Vlaamse doelgroepenbeleid?

Surf naar admb.be/doelgroepvermindering.

in de praktijk

Acht tips voor een aangename wachtruimte

U krijgt maar één kans voor een goede eerste indruk, zo luidt het spreekwoord. Als vrije beroeper kan u dus maar beter werk maken van een comfortabele, goed uitgeruste wachtruimte. Want zelfs de meest gerenommeerde expert boet in aan vertrouwen als hij zijn cliënten of patiënten onthaalt in een kleine, grijze wachtkamer met oncomfortabele stoelen en een stapel stukgelezen magazines. We zetten enkele belangrijke aandachtspunten op een rij.

Zorg voor een goede toegankelijkheid

De vergrijzing van de bevolking heeft tot gevolg dat steeds meer mensen minder mobiel zijn. U hebt er dus alle belang bij dat uw praktijk voor iedereen toegankelijk is. Te meer omdat mobiliteit niet gebonden is aan leeftijd. Door omstandigheden kunnen wij het allemaal wel eens moeilijk krijgen om ons vlot te verplaatsen. Denk maar aan iemand die revalideert na een ongeval of operatie, of aan jonge ouders met een kinderwagen. Hoe beter uw praktijk, kantoor of studie op dergelijke situaties is afgestemd, hoe meer klantentevredenheid u zal oogsten.

Ga na of uw praktijk aan bepaalde wettelijke vereisten moet voldoen Praktijken bestemd voor de uitoefening van vrije en paramedische beroepen, worden door de wet beschouwd als publiek toegankelijk. Daardoor vallen zij onder de Vlaamse stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid. Die verordening is van toepassing als u (toegankelijke delen van) uw praktijk, kantoor of studie bouwt, herbouwt, verbouwt of uitbreidt, en als voor die werkzaamheden of handelingen een stedenbouwkundige vergunning vereist is of een meldingsplicht geldt. Aan een bestaande situatie moet u dus geen wijzigingen aanbrengen zolang u geen werken uitvoert waarvoor een stedenbouwkundige vergunning of melding verplicht is.

Denk na over de inplanting van de onthaalbalie

Hebt u een onthaalbalie, kies dan voor een centrale positie zodat de baliebediende een goed overzicht heeft op wie binnenkomt en weggaat, en de cliënten meteen kan bedienen. De balie mag niet direct uitkijken op de wachtruimte, anders krijgen cliënten het gevoel dat ze bekeken worden. Gesprekken mogen niet wederzijds hoorbaar zijn.

Besteed aandacht aan de locatie en inrichting van de wachtruimte

Plant de wachtkamer zodanig in dat cliënten niet zichtbaar zijn vanaf de straat, en gesprekken niet te horen zijn van in de aangrenzende spreek- of

behandelruimte. De wachtruimte vormt mee het visitekaartje van uw praktijk. In een lichte, luchtige wachtruimte is het prettiger wachten dan in een kleine, donkere wachtkamer met beduimelde magazines en een verlepte plant. Aandachtspunten zijn een doordachte kleurenkeuze, een goede verlichting, voldoende daglicht, een aangename akoestiek, een aangename temperatuur (22°C als richtsnoer), een goede luchtkwaliteit en ventilatie, eventueel muziek, video, een wifihoekje. Plaats gemakkelijke stoelen of banken, en voorzie in ruimte voor een rolstoel of kinderwagen.

Voorzie afleiding voor tijdens het wachten

Een aanrader is een kinderhoekje met speelgoed, of een prikbord voor tekeningen. Leg er speelgoed dat gemakkelijk te reinigen is. Voorzie tijdschriften, bij voorkeur maandbladen zodat ze minder snel gedateerd zijn, en vervang deze geregeld omwille van de hygiëne. Installeer een infostandje met folders over preventieve of andere campagnes, notariële, juridische of fiscale informatie, informatie met betrekking tot nieuwe medische

technieken, …

Vergeet het bezoekerstoilet niet Installeer het bezoekerstoilet in de buurt van de wachtruimte maar niet pal ernaast. Zorg dat het toegankelijk is voor rolstoelgebruikers. Een hangtoilet vergemakkelijkt het onderhoud van de vloer en van de onderzijde van het toilet. Houd bij de keuze van kraan en doorspoelsysteem rekening met het waterverbruik. Hygiënisch is de uitrusting met een elektronische of handenvrije kraan, zeepdispenser en papieren wegwerpdoekjes in plaats van een handdoek. Handig en energievriendelijk is verlichting met een aanwezigheidssensor die automatisch aan- en uitschakelt bij het binnenkomen en verlaten van het toilet.

Opteer voor onderhoudsvriendelijke materialen

Kies voor de afwerking en uitrusting van uw praktijk hygiënische en gemakkelijk te onderhouden materialen, oppervlakken en oplossingen. Bijvoorbeeld handenvrije kranen, gemakkelijk te reinigen gladde materialen, antislipvloeren. Ten slotte, zorg dat uw praktijk er altijd proper bij ligt,

van de wachtkamer tot de spreekof behandelkamer.

Combineer veiligheid en gebruikscomfort

Elektronische openingssystemen en domotica bieden heel wat mogelijkheden voor de beveiliging en het programmeren van de toegankelijkheid van uw praktijk. Zo kunt u de mogelijkheid inbouwen dat cliënten ook tijdens uw afwezigheid al in de wachtzone kunnen, maar niet in de rest van de praktijk. Een camera in de wachtruimte kan u vertellen wie er wel/niet al is gearriveerd, of er nog wachtenden zijn, et cetera. Colette Demil en Staf Bellens

Win inspiratieboek ‘In de Praktijk’ We hebben nog exemplaren van het mooie inspiratieboek ‘In de Praktijk’, dat inspiratie, informatie, handige tips en checklists bundelt voor de inrichting en uitrusting van een efficiënte en cliëntvriendelijke onthaal- en werkruimte. Het toont inspirerende projecten uit diverse sectoren waarin de vrije beroepers actief zijn. De eerste vijf lezers die mailen naar info@ federatievrijeberoepen.be krijgen een gratis exemplaar.

vraag en antwoord

vraag en antwoord

Btw-tarief op elektriciteit naar 21%. Sinds september betaal ik 21 % i.p.v. 6 % btw op de elektriciteitsfactuur van mijn woning met dierenartsenpraktijk. Kan ik onder die meerkost uit komen?

Mijn kantoor bevindt zich in mijn privéwoning.

Mag onze poetsvrouw of -man met dienstencheques dat kantoor mee schoonmaken?

Eén van de maatregelen van de welbekende taxshift is een stijging van het btw-tarief op elektriciteit van 6% naar 21%. In uw geval gaat het wellicht om een zogenaamd ‘gemengd elektriciteitsverbruik’, d.w.z. deels voor de praktijk, deels privé. In dat geval zijn er twee mogelijkheden: U heeft een professioneel óf een residentieel elektriciteitscontract. Btw-plichtige vrije beroepers kunnen de btw recupereren voor het gedeelte beroepsgebruik. U heeft blijkbaar een residentieel contract gezien u de stijging van het btw-tarief op 1 september 2015 van 6 naar 21% integraal voelde (ook voor het verbruik in uw dierenartsenpraktijk). U laat best berekenen of het in uw situatie voordeliger is om eventueel over te schakelen naar een professioneel contract.

Uw kantoor kan een goede poetsbeurt gebruiken. Kan u uw eigen privéschoonmaakhulp daarvoor inschakelen en haar dan betalen met dienstencheques? En hoe zit dat nu wanneer uw kantoor zich in uw huis bevindt? Moet u dan echt een strikte scheiding maken tussen de kamer waar uw kantoor is en de rest van het huis?

U mag dienstencheques enkel gebruiken voor prestaties die in de privésfeer plaatsvinden. Voor schoonmaakhulp in uw professionele omgeving of kantoor is dat niet toegelaten. Voor de schoonmaak van een dokterskabinet, wachtzaal of een kantoorruimte mag u uw poetsvrouw of -man niet met dienstencheques betalen. Dat is zelfs het geval wanneer uw kantoor zich gewoon in één van de kamers van uw huis bevindt. In principe moet u dus wel de strikte scheiding tussen professionele en privéruimte maken. Bij het strijken bijvoorbeeld mag uw huishoudhulp

die u met dienstencheques betaalt, zich uiteraard wel fysiek bevinden in uw kantoor. Al mag hij of zij dan enkel uw privétextiel strijken.

Laat u uw eigen poetsvrouw of -man toch uw kantoor schoonmaken, kan u haar daarvoor dus niet met dienstencheques betalen. U moet hem of haar dan voor dit deel van de woning op een andere manier verlonen via uw praktijk.

Afgepunt:

Mijn .be-domeinnaam registreren, hoe doe ik dat?

• Dienstencheques mag u enkel gebruiken in de privésfeer.

• De schoonmaak van uw kantoor mag u niet met dienstencheques betalen.

• Wanneer uw kantoor zich in uw privéwoning bevindt, zal u de poetshulp op een andere manier moeten verlonen.

Ik heb na mijn stagejaren mijn eigen praktijk opgericht en wil nu werk maken van een website. Hoe start ik mijn .be-domeinnaam. Waar moet ik dan allemaal rekening mee houden?

Ik volg als zaakvoerder een langlopende training. Mag ik de kosten integraal aftrekken?

Het registreren van uw .be-domeinnaam is dan inderdaad de eerste stap. Eerst en vooral controleert u best of de naam die u kiest nog vrij is. Dit kan op www.dns.be. Als de domeinnaam die u kiest niet meer beschikbaar is, ziet u op de resultaatpagina van www. dns.be een aantal tips om een alternatief te vinden. Zo kunt u woorden van plaats verwisselen, een koppelteken gebruiken of nv of bvba toevoegen.

U wil een langlopende bijscholing volgen in uw vakgebied. Kan u die kosten integraal inbrengen in de belastingen?

Registreer dan zo snel mogelijk de .be-domeinnaam, zeker vooraleer u erover communiceert via bijvoorbeeld naamkaartjes. Op de website www.dns.be vindt u een lijst met registrars, dit zijn bedrijven waar u de registratie kan doen. Met de registratie van de domeinnaam hebt u dan in elk geval de eerste stap gezet voor het aanmaken van een website. Uiteraard zal u rekening moeten houden met de specifieke deontologische regels van uw beroep naar communicatie toe.

Opleidingen zijn aftrekbaar op voorwaarde dat ze rechtstreeks verband houden met uw beroep. De redenering daarbij is in feite dat de gemaakte kosten moeten leiden tot een grotere vakbekwaamheid en bijgevolg tot meer belastbare inkomsten. Als vrije beroeper kan u dus opleidingen volgen rond management bijvoorbeeld en die inbrengen in je belastingen. Een wijncursus zal voor de meeste niet aftrekbaar zijn. Tenzij je een restaurant hebt, dan is het weer wel gerelateerd aan je beroep. Zo is het logisch dat als u als advocaat een cursus volgt rond de nieuwste echtscheidingswetgeving en deze aftrekbaar is. Zelfs al duurt die opleiding twee jaar. Als bedrijfsleider heeft u altijd de keuze tussen de aftrek van uw werkelijke kosten of de forfaitaire aftrek van beroepskosten. Bewijst u uw werkelijke beroepskosten, dan maakt u geen aanspraak meer op het forfait. Kiest u voor de aftrek van forfaitaire beroepskosten, heeft u sowieso recht op de aftrek,

ook al zijn de werkelijke kosten lager of onbestaande. Let wel: u kan niet alleen het inschrijvingsgeld inbrengen, maar ook andere kosten die met de opleiding verbonden zijn. Het cursusmateriaal en de verplaatsingskosten zijn bijvoorbeeld ook aftrekbaar.

Afgepunt:

• De opleiding moet rechtstreek verband houden met uw beroep.

Ik schrijf af en toe een boek, hoe wordt mijn auteursvergoeding belast?

• U kan álle kosten inbrengen die aan de opleiding verbonden zijn, ook uw verplaatsingskosten.

• U kan kiezen voor de aftrek van forfaitaire beroepskosten of van uw werkelijke kosten.

Als advocaat schrijf ik soms boeken over juridische thema’s, in opdracht van een uitgeverij, die me daarvoor een auteurscontract bezorgt. Daarbij houdt de uitgeverij 15 % roerende voorheffing in op mijn auteursvergoeding. Hoe zit dat nu met mijn aangifte in de personenbelasting? Moet ik dat nog aangeven?

Mijn premie-aanvraag bij Liberform werd geweigerd omdat ik niet onder PC336 zou vallen. Wie mag/kan een premie aanvragen bij Liberform?

Volgende criteria zijn belangrijk om een premie-aanvraag te kunnen doen bij Liberform.

Een eerste criterium is ‘werkgever’ zijn. Het vormingsfonds wordt gefinancierd via werkgeversbijdrages die door de RSZ worden geïnd. Wie geen werkgever is, valt niet onder een paritair comité, en betaalt dus ook geen werkgeversbijdrages.

Een tweede criterium is de ‘juiste’ hoofdactiviteit (o.b.v. nacecode) hebben. Advocaten, gerechtsdeurwaarders, accountants en belastingconsulenten, boekhouder en fiscalisten, bedrijfsrevisoren, bouwarchitecten, landmeterexperten en dierenartsen kunnen aankloppen bij Liberform. Andere vrije

beroepers-werkgevers vallen onder andere paritaire comités, met eigen regels. En een derde criterium: de opleiding moet aan de criteria voor de tegemoetkoming voldoen. U vindt hierover alle informatie op www.liberform.be

Wanneer u als auteur afstand doet van uw auteursrechten, ontvangt u hiervoor een auteursvergoeding van uw uitgever. Die houdt vooraf 15 % roerende voorheffing in, stort dit door naar de fiscus en vult hiervoor een aangifteformulier in. Eenmaal deze formaliteiten vervuld, hoeft u deze inkomsten in principe zelf niet meer aan te geven. U wordt hier ook verder niet meer op belast. Opgelet: deze regel geldt tot een grens van 57.270 euro aan auteursvergoedingen op jaarbasis (na aftrek van 50 % forfaitaire kosten op de eerste 15.220 euro inkomsten en 25 % op de inkomsten tot 30.440 euro). Komt u boven dat bedrag, dan is uw uitgever verplicht 25 % in te houden op die schijf boven 57.270 euro of kan dit als een beroepsinkomen worden belast volgens de progressieve tarieven in de personenbelasting.

Door Gert Peeters, juridisch adviseur, gert.peeters@federatievrijeberoepen.be

Elektronische

Is mijn keuze definitief?

zegt Europa?

86.400 seconden vrije beroeper

Een wekker is geruststellend maar vaak niet echt nodig: een strak ritme zorgt ervoor dat u gemiddeld vanzelf ergens tussen zes en zeven uur wakker wordt. Afhankelijk van de fase waarin uw leven zich bevindt: een paar blokjes lopen, en dan een appelsientje persen, of eerst voor de andere(n) zorgen: koffie zetten voor de partner, luiers wisselen, brooddozen klaarmaken, wanhopig op zoek gaan naar een zwempak of een foto van oma voor het grootouderfeest (“kon je dat nu echt niet in het weekend zeggen?”), een warse tiener uit bed krijgen, en zelf niet vergeten te eten, want de dag is nog lang. En tegelijkertijd snel de eerste gesproken en geschreven nieuwsberichten meepikken.

Tenzij wanneer u het geluk heeft om thuis actief te zijn en geen cliënt bezoekt, de wagen in, al dan niet met af te zetten kroost. Nu gelukkig uitgerust met handvrije belmogelijkheid; en dank zij L&H zaliger gedachtenis hoeven we ook niet meer op onze voorganger in te rijden om een telefoonnummer gedraaid te krijgen. Voor velen onder ons: meteen ook de file in, over ongeveer heel het land. Vooral de onvoorspelbaarheid is moeilijk: kent u het ook, op een regenachtige donderdagmorgen om 6 u in de provincie vertrekken omdat u absoluut om 9u in Brussel moet zijn? Uiteraard bent u te vroeg, maar als u op een deftig uur vertrekt, bent u gegarandeerd te laat, want als het regent verliest de helft van de mensheid zijn rijvermogens. Gelukkig zijn er tegenwoordig bijna overal goede koffiebars, en die krant, die staat ook op uw tablet.

Mentaal is het “to do”-lijstje van de dag al lang overlopen als u op uw werkplek toekomt, of dat nu thuis of elders is. Het eerste wapenfeit van (bijna) elke dag is dat lijstje

relativeren. Eén telefoontje, e-mail, of sms volstaat: begonnen bevalling, stekende tandpijn, geblokkeerde rug, dringende betekening, kort geding, onmiddellijk benodigde complexe magistrale bereiding, ruzie over cijfers, inval van de fiscus, water op de werf, expertise bij een groot verkeersongeval… u noemt het maar, en daar gaat uw stille hoop dat de dag er min of meer zou uitzien zoals u zich dat deze morgen nog voorstelde, want het is niet doordat uw lijst onverwacht langer wordt, dat de rest eraf valt: veelal schuift alles gewoon op. Inclusief, soms, tot ze eraf vallen, het dinertje met uw partner of goede vriend, het optreden van Melanie De Biasio, Hooverphonic, of erger, want die komen echt niet zo vaak langs: Kraftwerk of the Rolling Stones (als u tickets had voor Clouseau in het Sportpaleis, is er een redelijke kans dat u er volgend jaar opnieuw kan kopen, maar het zal er de teleurstelling van uw dochter niet minder op maken). Eén gouden raad: niet opgeven en als het echt uniek of belangrijk voor u is, toch even checken of het voor uw cliënten op het lijstje echt een kwestie is van leven of dood (en uiteraard gaat u ervoor als dat laatste het geval is, zonder enige reserve).

Als u terug naar huis rijdt, is de file vaak voorbij, zeker “one of these days”. In uw hoofd vormt zich het volgende lijstje: dat van de avond, als het echt druk is en dat van de volgende dag. Hopelijk denkt u tevreden terug aan een goed advies, een gestopt lek, …, kortom een tevreden cliënt of patiënt.

Zou u soms ook niet 7.200 seconden per dag extra willen hebben? Of, als het u dan toch wordt gevraagd, 14.400? Tja, die zijn niet te geef, want u moet ook slapen, echt (google ‘Huffington’). Wil u dan ruilen? Wedden van niet?

De Vrije Beroeper, de krant voor vrije beroepen, is een uitgave van de Federatie Vrije Beroepen. Verschijnt 4x per jaar.

Contact

e-mail: info@federatievrijeberoepen.be

Tel: 02/21 22 504

Kernredactie: Jan Sap, Gert Peeters, Bart Vancauwenberghe, Simon Gryspeert, Nele Muys, Paulien Coenaerts

Vormgeving Impressa, vl@impressa.be Tel: 014/24 68 79

Verantwoordelijke uitgever

Federatie Vrije Beroepen vzw Willebroekkaai 37, 1000 Brussel

Fotografen

Dieter Telemans ID-Firmin De Maitre

Adverteren in De Vrije Beroeper? Trevi nv, Meerlaan 9, 9620 Zottegem. Tel: 09/360.62.16 www.trevi-regie.be

De redactie van De Vrije Beroeper streeft naar de grootst mogelijke betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, waarvoor zij echter niet aansprakelijk kan worden gesteld.

Blijf op de hoogte: www.facebook.com/federatievrijeberoepen twitter.com/vrijeberoepen

Onze elektronische nieuwsbrief www.federatievrijeberoepen.be

Marieke Wyckaert - Nationaal voorzitter Federatie Vrije Beroepen

KBCMediservice: makkelijk en op maat.

U staat altijd klaar voor uw patiënten. KBC staat altijd klaar voor u.

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.