Devrijeberoeper
Dag van de Ondernemer
Wie de media heeft gevolgd op 21 november, kon er niet om heen: de Dag van de Ondernemer Pagina 6
“Niet wat je kent, maar wie je kent is belangrijk”
Praktische marketingtips voor vrije beroepen in de medische sector. Pagina 10-11
‘Verplichte verzekering van aannemers’ Architecten leggen eis op tafel bij alle bouwpartners




Acht van de achttien ministers en staatssecretarissen hebben een vrij beroep (gehad). Premier Charles Michel heeft zijn stage gedaan aan de balie. Ook Kris Peeters heeft zijn stage gedaan als advocaat. Verder zijn Didier


Reynders en Koen Geens advocaat geweest. Dat de advocatuur een populaire sector is in politieke middens, bewijzen ook Hervé Jamar en Marie-Christine Marghem. Daniel Bacquelaine is dan weer huisarts, net als
Verder in dit nummer

Sectornieuws
THUISVERPLEGERS
ZIJN GEEN FRAUDEURS
NAV, de Vlaamse Architectenvereniging, vindt dat wie bouwt, zou mogen rekenen op een verplichte verzekering van alle bouwpartners. Dat blijkt uit een rondetafelgesprek met deze krant. “Wij zijn in de bouwsector de enige partner die verplicht 10 jaar aansprakelijk is en daarvoor ook 10 jaar verplicht verzekerd moet zijn”, zegt Urbain Van De Voorde, architect en ondervoorzitter van NAV. “Een groot nadeel, ook voor de consument. Als er iets verkeerd gaat in de bouw, en de aannemer is niet verplicht verzekerd voor zijn burgerlijke aansprakelijkheid, komen ze bij de architect. Dat is niet fair.”
Het voorstel van de verplichte verzekering krijgt bijval bij notaris Vincent Van Walleghem en vastgoedmakelaar Gert Toye. Bij de aannemers valt het niet in goede aarde. “Verzekeren kost geld”, zegt Bart De Malsche, aannemer van de firma Qubo nv (zie foto). “De marge die door zo’n verzekeringsmaatschappij genomen wordt is 40 procent. Dat zou de zoveelste prijsverhoging betekenen.”
Eensgezindheid in de bouwsector is er wel over de woonbonus. De Vlaamse regering heeft die sinds januari deels afgeschaft, maar de vastgoedmarkt is hierdoor niet in elkaar gestuikt. Na de rush eind 2014 blijft de Belg ook dit jaar volop huizen kopen, bouwen en verbouwen. “De woonbonus was een hype. De lage rente heeft veel meer impact”, luidt de analyse.
“Fraude moet aangepakt worden en kan niet getolereerd worden,” reageert Lucien Speeckaert, de voorzitter van de Vlaamse Beroepsvereniging voor Zelfstandige Verpleegkundigen (VBZV). “Maar de 140 personen om wie het gaat, moeten ook eerst gecontroleerd worden, vooraleer je deze collega’s kunt veroordelen. Dat de sector onderbetaald is, moet werken met verouderde nomenclatuur en inschalingsinstrumenten, de alsmaar toenemende eisen van de patiënt en/of zijn familie, alsmaar meer ingewikkelde administratie,… Al deze factoren werden spijtig genoeg niet weergegeven door de pers. Wij tolereren het niet langer dat de ganse sector van de thuisverpleging nu bestempeld wordt als fraudeurs.”
Lees verder
“QUOTE
“De gezondheidszorg draait op zelfstandigen”
Karel Van Eetvelt, gedelegeerd bestuurder
UNIZO
We mogen af en toe een pikuur geven aan de politiek. Zo weten ze dat de vrije beroepers best meer
laten we onze sectoren aan het woord. Zij fileren het regeerpro gramma, bekeken door de bril van de vrije beroeper.


In een recent advies sprak de Orde van Geneesheren zich uit over het gebruik van social media door artsen. Het advies geeft artsen uitgebreid raad over de mogelijke risico’s die aan social media verbonden zijn. Zo wordt het artsen afgeraden om vriendschapsverzoeken te aanvaarden van patiënten op Facebook.
Hallo Orde? Zou een goed opgeleid arts echt niet weten dat hij/zij voorzichtig moet omgaan met social media? En zou hij/zij er ook niet zelf zijn opgekomen dat hij/ zij het beroepsgeheim te allen tijde moet respecteren evenals de privacy van de patiënt?
Een gemiste kans. En wat ik vooral jammer vind, is dat door het naar buiten brengen van dit soort adviezen - en er was ruime persaandacht - de orde haar eigen werking dreigt te bagatelliseren. Ordes en instituten hebben wel degelijk zin en sommige werken goed, maar globaal moeten we de werking van deze instellingen nader durven te bekijken.
Transparantie, heldere procedures en onderlinge uniformiteit staan hierbij voorop. Uit eigen enquêtes van de Federatie Vrije Beroepen blijkt dat het voor veel beroepsbeoefenaars absoluut niet duidelijk is op welke manier ordes of instituten functioneren, hoe een procedure gevoerd wordt, enz. En als het voor een beroepsbeoefenaar al niet duidelijk is, wat dan te denken van de cliënt of patiënt die een klacht wenst in te dienen?
In plaats van regeltjes op te leggen over het al dan niet mogen gebruiken van Facebook of Twitter, zouden we vooral onze tijd en energie moeten steken in het debat over een moderne werking van ordes en instituten. Benieuwd hoeveel ‘likes’ of ‘retweets’ deze discussie zal opleveren.
Nieuwjaarscauserie van de Federatie Vrije Beroepen en UNIZO, met Eurocommissaris Marianne Thyssen
Op 27 januari organiseerden de Federatie Vrije Beroepen, UNIZO Sectorwerking, UNIZO Internationaal en UNIZO KMO Contact een geslaagde Nieuwjaarscauserie voor hun aangesloten sectoren en stakeholders. Meteen de ideale gelegenheid voor de betrokken voorzitters om hun werking en prioriteiten voor 2015 nog eens in de kijker te plaatsen. Daarbij konden ze ook meteen hun verwachtingen ten aanzien van ‘Europa’, vertegenwoordigd door gastspreker en Europees commissaris voor sociale zaken, Marianne Thyssen, ventileren.
Eurocommissaris Marianne Thyssen in gesprek met Johan De Leenheer, voorzitter van de Federatie Vrije Beroepen.

De federale ombudsdienst, ook voor
Vice-eerste minister en minister van Werk, Economie en Consumenten Kris Peeters kondigde onlangs aan dat de federale ombudsdienst pas op 1 juni 2015 in werking zal treden, dit in plaats van de voorziene datum van 1 januari. Maar wat is die federale ombudsdienst nu eigenlijk, hoe komt deze terecht in mijn vrije beroepspraktijk en worden die zaken al niet behandeld door mijn orde of instituut?
De wet van 4 april 2014 die de federale ombudsdienst installeert komt eigenlijk voort uit de omzetting van Europese wetgeving. (Richtlijn 2013/11/EU van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 betreffende alternatieve beslechting van consumentengeschillen). In één pennentrek werden ook de meeste bestaande Belgische initiatieven en diensten die de consument bijstaan ondergebracht in deze dienst. Een goede zaak dus.
De federale ombudsdienst heeft in feite drie grote opdrachten:
1. De consumenten en ondernemingen (en dus ook vrije beroepen) informeren over hun rechten en plichten
2. Elke aanvraag tot buitengerechtelijke regeling van een consumentengeschil in ontvangst nemen en hetzij bezorgen aan een erkende entiteit, hetzij zelf behandelen. Dit kan dus zowel op vraag van de consument zijn als de vrije beroeper.
mijn cliënten?
doorgeefluik fungeren. De bedoeling van de federale ombudsdienst is dat elke klacht van een consument behandeld moet kunnen worden. De consument moet met al zijn klachten tegenover een onderneming terecht kunnen bij een ombudsdienst. Dat zal dus de federale ombudsdienst zijn, tenzij er voor dat domein reeds een erkende dienst bestaat. Vandaar het belang van die erkenning.
Een erkende entiteit?
Dergelijke entiteit kan bijvoorbeeld door een sector worden opgericht (na een erkenningsprocedure). Het kan bijvoorbeeld zijn dat een eigen beroepsgroep dit installeert (advocaten via de Orde van Vlaamse Balies, architecten via de orde van architecten, de reeds bestaande ombudsdienst rechten van de patiënt, enz..). Bestaat er geen erkende entiteit, dan zal de federale ombudsdienst
verder gaan met de klacht. De behandeling van een aanvraag van een consumentengeschil voor de federale ombudsdienst is kosteloos en vrijwillig.
Momenteel zijn er verschillende sectoren bezig om zich via een procedure bij de FOD economie te laten erkennen als entiteit. Hetgeen uw orde/instituut momenteel behandeld van klachten van cliënten komt vandaag immers niet echt overeen met de zaken die de Federale Ombudsdienst zal behandelen. Uw respectievelijke orde/ instituut/sectororganisatie zal u daarover informeren wanneer het zover is en wat u dus best aan uw cliënten meedeelt. Ook de Federatie Vrije Beroepen houdt u op de hoogte van deze ontwikkelingen.
Raadpleeg dus geregeld onze website of schrijf u in op onze nieuwsbrief.

Jan Sap, Secretaris-Generaal Federatie Vrije Beroepen @jansap
3. Zelf optreden in elke aanvraag tot buitengerechtelijke regeling van een consumentengeschil, waarvoor geen andere erkende entiteit bevoegd is.
Bestaat er dus een erkende entiteit dan zal de federale ombudsdienst als verplicht

de centrale spreker op de Raad van
‘Een zorgzame start’
In 2013 startten 6908 personen in een medisch vrij beroep zoals artsen, tandartsen of kinesitherapeuten. Dat is ruim een vierde van alle starters in het vrije beroep.
Om deze starters te ondersteunen op vlak van ondernemerschap, lanceerde de Federatie Vrije Beroepen met de steun van voormalig Vlaams minister-president en huidig minister van Werk Kris Peeters, het project “Een zorgzame start”. Want een zelfstandige zorgverstrekker, is ook een zorgzame ondernemer. Zelfstandig artsen, tandartsen, kinesitherapeuten, apothekers, psychologen en verpleegkundigen kunnen bij de Federatie terecht voor infosessies, publicaties en een opleidings- en begeleidingstraject op maat.
Ondertussen doorliepen een twaalftal praktijken van zelfstandige zorgverstrekkers een coachingstraject. De masterclass zorgmanagement is het resultaat van deze begeleidingen en de enquêteresultaten. Centraal staan de basisprincipes van het ondernemerschap: strategie, marketing en sales management, financieel management, persoonlijk ondernemerschap en HR management met telkens specifieke klemtonen voor de individuele beroepsgroep.
Het volledige programma vindt u in de bijgevoegde brochure van de Academie voor het Vrije Beroep en op de website.
Daarnaast ontwikkelde de Federatie een begeleidingspakket dat zorgverstrekkers tegen betaling kunnen gebruiken. Ten slotte werkt de Federatie aan een startersgids voor de medisch vrije beroeper. Met het project, gedragen door de representatieve beroepsorganisaties van de zelfstandige zorgverstrekkers in Vlaanderen, wil de Federatie een voldoende grote aantrekkingskracht voor zorgverstrekkers in de eerste lijn creëren. Het project kadert in Flanders’ Care en de startersinitiatieven van het Agentschap Ondernemen van de Vlaamse overheid.


Dag van de Psycholoog in het teken van de vergrijzende samenleving
Op 12 februari hielden de psychologen hun ‘Dag van de psycholoog’. Thema voor dit jaar is de rol van de psycholoog binnen een vergrijzende samenleving. En blijkbaar kan de psychologie ons nog heel wat bijbrengen over hoe we ‘succesvol ouder kunnen worden’. “We hebben veel te lang gekeken naar ‘ouder worden’ als iets wat gepaard gaat met beperkingen en ziekte,” zegt Koen Lowet, gedelegeerd bestuurder van de Belgische Federatie van Psychologen. “Vandaag kijken we veel meer naar het potentieel van ouderen en hoe we zo goed mogelijk ouder kunnen worden. Lang genoeg actief blijven en dus niet te vlug de arbeidsmarkt verlaten blijken belangrijke aspecten te zijn van gezond ouder worden.”
62%
62 % van de vrije beroepen heeft te maken met wanbetalers. De meest recente cijfers uit een bevraging naar wanbetalers bij vrije beroepen (barometer van UNIZO) vertellen dat slechts 1 op 5 niet te maken heeft met wanbetalers. Meer dan 3 op 5 geeft aan dat een 10 % van zijn patiënten-cliëntenbestand, wanbetalers zijn.
25%
Één op vijf van de vrije beroepen kan in de toekomst door wanbetalers in de problemen komen. Wanneer we polsen hoe de vrije beroeper reageert op wanbetalers, luidt het: Op de eerste plaats werken ze met aanmaningen (82 %). Vervolgens zegt 35 % een beroep te doen op een incassoservice. Daarnaast: voorschotten, verwijlinteresten, en als laatste de deurwaarder.
74%
Driekwart van de medisch vrije beroepen geeft aan niet klaar te zijn voor de start als zelfstandige. De belangrijkste reden is het ontbreken van ondernemerschap. Om dit grote hiaat in de academische opleidingen op te vangen, worden er vanuit het project ‘een zorgzame start’ en in samenwerking met onze aangesloten beroepsorganisaties, opleidingen georganiseerd dit najaar. Het thema focust op “zorgzaam ondernemen”.
90%
Meer dan 90% van de economische beroepers krijgt af en toe vragen over subsidies en steunmaatregelen. In december vorig jaar lanceerde de Federatie Vrije Beroepen in samenwerking met de drie economische instituten (IAB, BIBF en IBR) en het Agentschap Ondernemen een onderzoek over de rol van de economische beroepsbeoefenaars (accountants/belastingconsulenten, boekhouders-fiscalisten, bedrijfsrevisoren) inzake subsidies en financieringsmaatregelen.

Nee, de vastgoedmarkt stuikt niet in elkaar nu de woonbonus deels is afgeschaft. Na de rush eind 2014 blijft de Belg ook dit jaar volop huizen kopen, bouwen en verbouwen. “De woonbonus was een hype. De lage rente heeft veel meer impact”, luidt de analyse. Hoe dan ook goed nieuws voor de bouwsector dus. Al blijven er pijnpunten. De Vrije Beroeper organiseerde een pittig gesprek met een vastgoedmakelaar, een notaris, een architect en een aannemer.
Eén van die terugkerende pijnpunten is de sociale dumping en de (oneerlijke) concurrentie van Oost-Europese landen. Ook de administratieve rompslomp blijft om de hoek loeren. Nog een andere bron van discussie is de verplichte verzekering voor burgerlijke aansprakelijkheid. Maar eerst het goede nieuws: de effecten van de woonbonus. In oktober en november werden respectievelijk 25 en 22 procent meer huizenverkopen genoteerd.
Gert Toye (vastgoedmakelaar): “De woonbonus is in 2014 goed geweest voor de transacties. Al was het maar voor de publiciteit die het gemaakt heeft voor de sector: ‘Kijk, je moet nu iets doen, je moet nu kopen.’ De mensen die een aankoop in het achterhoofd hadden, hebben het nu zeker en vast gedaan. Behalve diegenen die het financieel ook vorig jaar niet zouden kunnen, heeft iedereen een push gekregen en gebruik gemaakt van de maatregel. Maar we mogen het niet overroepen. Veel belangrijker dan de woonbonus is de lage rente. Eind 2014 bedroeg het verschil wat je kon betalen voor een woning ongeveer 9 procent, met dezelfde maandelijkse aflossing. Dat is in de meeste gevallen meer waard dan de woonbonus. Bovendien speelde de woonbonus enkel voor de eerste en enige woning.”
Vincent Van Walleghem (notaris): “Eind 2014 voelden ook wij een stijging. Maar ook na januari hebben we nog veel transacties. De woonbonus was publicitair inderdaad een goede maatregel, de markt kreeg een boost. Maar ook wij als notarissen merken dat eerder de lagere rente doorslaggevend
is. Ons kantoor ligt in Koksijde, wij zitten in een duurdere markt. Aan de kust speelt ook de tweede woning mee. Veel mensen hebben schrik voor de vermogensbelasting of de vermogenswinstbelasting – hoe het ook gaat heten – en stellen hun beslissing uit om die bijkomende woning te kopen tot er op dit vlak eindelijk zekerheid is. Er komt een taks, maar niemand weet er het fijne van. Dat de regering hier nu al maanden over palavert, is nefast. Gelukkig staat de rente nog altijd laag.”
Urbain Van De Voorde (architect): “Wij als architecten ondergaan zoiets als de woonbonus. Het is interessant geweest voor de hype die in de pers is gekomen. De woonbonus is voor velen meegenomen, maar niet expliciet het allernoodzakelijkste. Ook andere zaken spelen mee: opdeling van gezinnen, betere mobiliteit, woningen en appartementen die niet voldoen aan de hedendaagse normen.”
Van Walleghem: “Een Belg is nu eenmaal zo: als er fiscaal iets gunstig is, doet iedereen het. Dat was zo met de zonnepanelen, nu met de woonbonus. En je zal zien dat er volgend jaar een rush zal komen, omdat de
renovatiepremie van 6 procent verschoven is van 5 naar 10 jaar. Alle aannemers gaan veel werk hebben.”
Bart De Malsche (aannemer Qubo nv): “Wij zijn gespecialiseerd in nieuwbouw. Wat wij tegenwoordig bouwen zijn Formule 1-woningen in vergelijking met het gros van de bestaande woningen. Maar: slechts 6 procent kan een nieuwbouwwoning betalen. Ik zit 22 jaar in het vak en heb amper één jaar gehoord over de woonbonus, en dat was het laatste jaar. Ik heb nog geen enkele klant over de vloer gehad die zei: ‘Ik ga bouwen want de woonbonus maakt mij dit mogelijk.’ Het gaat hen om ‘kan ik dit vandaag besteden?’ en niet over ‘wat is mijn korting op termijn?’ Die woonbonus heeft de vraag naar eind 2014 geschoven, in plaats van naar de eerste zes maanden van 2015.”
Van Walleghem: “De woningprijzen zijn in dalende richting. Velen hebben ‘vlug vlug’ gekocht omwille van die woonbonus. Hadden ze niet beter gewacht met hun aankoop? Want dan hadden ze hun woning misschien 10 procent goedkoper aangekocht.”
Vastgoedmakelaar Gert Toye: ‘Wie van ons wil dat zijn kind stukadoor wordt? Laat ons eerlijk zijn: als ouders horen dat hun kind naar de beroepsschool moet, wordt dit dikwijls niet zo plezierig onthaald.’
De Malsche: “Ik heb het gevoel dat sommigen zo zenuwachtig liepen om iets te verwerven dat ze bereid waren om eender wat te kopen.”
Van Walleghem: “Inderdaad, er zullen wellicht mensen zijn die hierdoor te overhaast gekocht hebben.”
Van De Voorde: “Als je moet beslissen over een aankoop van 300.000 euro ben je heel zenuwachtig. Hoe zou je zelf zijn? Dus in die hype ‘het is nu of nooit’ ga je misschien te snel of verkeerd kiezen. Als je heel goed rondkijkt en onderhandelt, zijn zaken als de woonbonus niet noodzakelijk.”

Intussen heeft de regering de woonbonus deels afgeschaft. Vanaf 1 januari is het fiscaal voordeel met een kwart verminderd.
Van De Voorde: “Slim om dit nu aan te passen. De regering heeft geluk gehad. Het is zoeken naar en verschuiven van budgetten. En als je dan meevallers hebt zoals een dalende rente, heeft het afschaffen van de woonbonus niet te veel impact. Het was het juiste moment voor de regering om de woonbonus te verlagen en de btw en de periode voor renovatie te verhogen. Mocht de rente omhoog gaan, dan wordt het moeilijk.”
Van Walleghem: “Dat hangt onder meer af van de situatie in Griekenland. Het gaat nog niet goed met de economie. Ik verwacht dat de rente zeker nog een tweetal jaar laag blijft.”
Van De Voorde: “Het zal wel vlotten met Griekenland, heb ik zo het gevoel. Als de Duitse bondskanselier Merkel zegt ‘dat ze begrip heeft voor de situatie’, denk ik dat het gekanteld is in de goede zin. Niemand heeft er belang bij dat de toestand escaleert, want dan snijden we in ons eigen vel.”
De Malsche: “Ook de overheden hebben geen centen. Dus de rente zal inderdaad niet snel stijgen. Wij bouwen 50 woningen per jaar. We moeten de productie constant houden, maar hebben te kampen met schommelingen. De markt reageert zeer emotioneel. Nu is er de woonbonus. Eind dit jaar is er een verstrenging van de energie-eisen gepland. Ook dat zal voor een rush zorgen. De bemoeienissen van de overheid zijn voor onze sector zeer negatief. Het zou veel beter zijn mochten ze gewoon de vrije markt laten doen.”
Toye: “Wachten met beslissen om een eigen gezinswoning aan te kopen is altijd nadelig voor de koper op lange termijn. Probleem is dat er teveel rechtsonzekerheid is en dat wakkert eerder het wachten aan om te beslissen.”
Van Walleghem: “Ik denk dat dit inderdaad speelt. De rechtsonzekerheid was er deels bij de woonbonus – ook hier was lang niet alles duidelijk. Er is de nieuwe fiscaliteit, de btw die omhoog gaat, … En het is er niet op vereenvoudigd met al die verschillende wetgevingen per regio.”
De Malsche: “Die geruchten zijn inderdaad niet goed. Als de overheid iets doet, dat men het eerst goed bestudeerd en het dan doet. Maar zeggen ‘de btw zal omhoog gaan, misschien op de nieuwbouw, misschien op de verbouwingen’ zorgt ervoor dat iedereen wacht.”
Aannemer Qubo nv - Bart De Malsche:
‘Ook de particulier doet profijt bij de sociale dumping in de bouwsector. Ook hij zou dus moeten aangepakt worden.’
Van De Voorde: “België is een samengesteld en chaotisch land. Eensgezind beslissen in moeilijk. Ik verwacht een evolutie van eengezinswoningen naar meergezinswoningen. Collectief wonen: nog meer appartementen, zoeken naar wonen met een betere mobiliteit en zo. Want je moet iets doen om jouw zelfde budget efficiënt te gebruiken. Mijn eigen zoon heeft een huis gekocht, onder meer dankzij de woonbonus, en heeft enkele kleine veranderingen in de woning aangebracht. Op zich is dat niet gunstig. Je moet zo’n woning eigenlijk meteen kunnen goed zetten. Verbouwingen verschuiven en verlengen de bouwperiode.”
De Malsche: “Vroeger zaten veel ouders mee aan tafel. Tegenwoordig worden de jongeren minder gesponsord. Ik heb het gevoel dat wij vaker bouwen voor oudere mensen. We hebben bijvoorbeeld klanten van 72 jaar, er is zelfs iemand van 80 jaar. Ze geven minder het geld aan hun kinderen, maar kopen zelf een eigendom voor hun oude dag. Ook begrijpelijk. Naast het comfort is het een goede belegging.”
Van De Voorde: “Iedereen leeft langer, hè. Ze gaan langer aan zichzelf denken.”
SOCIALE DUMPING
‘Als het goed gaat in de bouw, gaat het goed met onze economie’, luidt een stelling. Hoe gaat het op dit moment in de bouwsector? Zijn jullie tevreden vrije beroepers?
Van Walleghem: “Op dit moment zijn wij nog tevreden. Maar ik zie toch veel bouwfirma’s onder druk staan, met vaak faillissementen tot gevolg. De bouwsector heeft zware concurrentie van Oost-Europa: Polen, Roemenen.”
Van De Voorde: (knikt) “Sociale dumping dus. De arbeidsmobiliteit is verkeerd georganiseerd.”
De Malsche: “De crisis is nu al zes jaar bezig. Ik heb met de crisis leren omgaan. Weet je dat ik eens een mail heb gestuurd naar jullie gedelegeerd bestuurder Karel Van Eetvelt? “Karel, we hebben vanmorgen beslist in de vergadering dat we aan de crisis niet deel-
nemen.’ Het is voor een stuk een mentale kwestie. Als het in je hoofd crisis is, dan is het crisis. Maar het gaat moeilijk in de sector, dat moet ik toegeven. De huizen verkleinen, het aantal klanten verkleint. Gelukkig valt er af en toe ook eens een bouwfirma weg. En grote bouwfirma’s worden kleiner. Dus vermindert de concurrentie. Je moet er creatief kunnen tussen door zwemmen. Voor ons is die productiecapaciteit het probleem: die moet namelijk doorgaan en constant zijn. Als wij nu zes huizen te weinig verkopen, gaan we die nooit meer zetten. En zes huizen te veel zetten lukt niet, want dan daalt de kwaliteit.”
Van De Voorde: “En heb je geen last van die sociale dumping? De stukadoors en zo?”
De Malsche: “Nee, omdat wij meer een dienstverlenend bedrijf zijn. We hebben een eigen ontwerpafdeling, eigen EPBverslaggevers, eigen stabiliteitsingenieurs, eigen veiligheidscoördinators. We hebben alleen Belgische onderaannemers. Wat wel zo is: onze Belgische plakker vond geen personeel en heeft twee Polen aangeworven. Verder hebben we van de buitenlanders nog geen concurrentie. Ze kunnen hier wel komen werken, maar kunnen het nog niet komen organiseren.”
Van De Voorde: “Ik denk dat we zelf te weinig mensen hebben om de bouw drijvende te houden, dat is zeker. Ze moéten van het buitenland komen. Maar het moet wel goed georganiseerd worden, er mag geen valse concurrentie spelen.”
Toye: (richt zich tot de groep) “Wie van ons wil dat zijn kind stukadoor wordt?”
De Malsche: “Ik heb daar geen probleem mee. Liever dat mijn zoon een goede loodgieter is, dan dat hij elke dag in een das met de trein naar Brussel komt om hier een flauw boekhoudertje te zijn.”
Toye: “Laat ons eerlijk zijn: als ouders horen dat hun kind naar de beroepsschool moet, wordt dit dikwijls niet zo plezierig onthaald.”
Van De Voorde: “In die handenarbeid moet ook intelligentie zitten. En die gaat er meer en meer uit.”
Toye: “Dat zijn dan inderdaad de mensen die het werk gaan leiden. Maar diegenen

die het werk uitvoeren, leveren wij zelf niet meer aan. Zij komen van het buitenland –en gelukkig dat ze er zijn – maar het moet sociaal correct zijn.”
Van Walleghem: “Ik ken verschillende schilderbedrijven. Zij zeggen mij: ‘Wij werken aan 35 euro per uur. Als er Polen afkomen, doen ze dit voor 15 euro per uur.’ Dat is toch concurrentievervalsend?”
De Malsche: “15 euro per uur? Dat klinkt zelfs illegaal.”
Van De Voorde: “Ik heb Marianne Thyssen gehoord op de verkiezing van de Gouden Baksteen. Arbeidsmobiliteit is één van haar beleidsdomeinen. (Bouwunie reikte in februari de Gouden Baksteen uit, een award als aanmoedigingsprijs, dit keer aan Europees commissaris Thyssen, die pleit voor een eerlijkere interne markt waar fraude en misbruiken doeltreffend aangepakt worden, red.) Het is alvast goed dat Thyssen en Europa het thema wil aanpakken en bespreekbaar maken. Die mobiliteit blijkt in Europa nog laag te zijn, in vergelijking met de Verenigde Staten. Maar het moet beter georganiseerd worden. Concurrentieel. Schildersbedrijven hebben hier enorm veel last van, dat klopt.”
Van Walleghem: “Dat zijn de eersten. Maar nu komen ook veel metsers in de problemen.”
De Malsche: “Maar er zijn geen buitenlanders die het initiatief nemen om hier ganse projecten aan te nemen, toch?”
Van Walleghem: “Dat niet.”
De Malsche: “Zij kunnen alleen als onderaannemer werken.”

Van De Voorde: “Volgens mij zal dit niet zo blijven. Ook buitenlanders zullen die projecten in handen nemen. Daar is trouwens niets verkeerd mee, zegt ook Europa.”
Toye: “En daarom moeten we naar één fiscaliteit in Europa.”
De Malsche: “Wat ook niet slecht zou zijn, is dat diegene die van het voordeel geniet ook aangepakt wordt, namelijk de particulier.”
Van De Voorde: “Klopt. In principe heeft de bouwheer een deel van de winst van het feit dat Belgische bedrijven zwaar onder druk staan.”
Toye: “De bouwheer is daarvoor inderdaad aansprakelijk.”
De Malsche: “Maar hij wordt nooit gepakt. Kijk op de werven van de overheid: daar werken ook veel veel buitenlanders die administratief niet in orde zijn, een soort illegalen dus. Als de overheid er van kan genieten, hebben ze er geen problemen mee.”
Van De Voorde: “Illegalen is een heel gevaarlijk woord.”
De Malsche: “Akkoord. Maar van de 100 arbeiders zijn er 98 waarvan de administratie niet klopt.”

Architect Urbain Van De Voorde: ‘Waarom zijn architecten wél verplicht verzekerd? Wij moeten soms opdraaien voor zaken waar we eigenlijk niets mee te maken hebben.’
VERPLICHTE AANSPRAKELIJKHEID
Notaris Van Walleghem is een tevreden ondernemer. Aannemer De Malsche weigert naar eigen zeggen toe te geven aan de crisis. Hoe zit het bij de architecten, meneer Van De Voorde?
Van De Voorde: “Wij hebben het als architect moeilijker dan vroeger. Alles is te complex geworden. De gemeentelijke verordeningen die overal verschillen, de technische normen, de moeilijkheden met betrekking tot vergunningen: alles is chaotisch opgelegd.”
Wat met de verplichte burgerlijke aansprakelijkheid van de architecten?
Van De Voorde: “Dat is één van de strijdpunten van het NAV, de Vlaamse architectenvereniging. Wij zijn in de bouwsector de enige partner die verplicht 10 jaar aansprakelijk is en daarvoor ook 10 jaar verplicht verzekerd moet zijn. Een groot nadeel, ook voor de consument, vind ik. Als er iets verkeerd gaat in de bouw, en de aannemer is niet verplicht verzekerd voor zijn burgerlijke aansprakelijkheid, komen ze bij de architect. Dat is niet fair.”
De Malsche: “Het is niet omdat de aannemer niet verplicht verzekerd is, dat hij niet verantwoordelijk is. Hij kan het probleem ook herstellen. Dat kan een architect niet.”
Van De Voorde: “Ja, maar als hij niet meer aanwezig is, zal hij het niet meer herstel-
len, denk ik. De consument moet van alle partners een verzekering hebben. Goede intenties alleen, zoals ‘we zullen het herstellen’, zijn niet voldoende.”
Toye: “Verzekeringen gaan over: de consument beschermen. Het gaat er niet over of de aannemer van goede wil is.”
De Malsche: “Verzekeren kost geld, hè. De marge die door zo’n maatschappij genomen wordt is 40%. Ons bedrijfskapitaal is onze verzekering voor de klant. Dat zou de zoveelste prijsverhoging betekenen. De nieuwbouw wordt almaar duurder. De mensen zeggen: ‘Wij vinden verbouwen veel charmanter’. Dat is allemaal waar, omdat ze nieuwbouw gewoon niet meer kunnen betalen.”
Van De Voorde: “Stel je voor dat je failliet gaat, dan heeft de consument een probleem.”
De Malsche: “Ja, maar vandaag bestaan er gemakkelijke middelen om te zien of een aannemer over tien jaar nog bestaat. Als je een Lada koopt, moet je geen Mercedes verwachten. Het gaat niet op om eerst een aannemer te kiezen die acht procent goedkoper is, en dan te merken dat hij nadien failliet gaat. Als je naar onze balans kijkt, dan zie je dat onze 10-jarige waarborg iets waard is.”
Van Walleghem: (onderbreekt) “Daar heb je wel een punt. Je moet naar de balans kijken. Voor een goede firma betaal je soms wat meer. Maar de mensen kiezen vaak de
Notaris Vincent Van Walleghem: ‘Een Belg is nu eenmaal zo: als er fiscaal iets gunstig is, doet iedereen het. Dat was zo met de zonnepanelen, en nu met de woonbonus.’
goedkoopste. Ze willen langs alle kanten profiteren en dat gaat niet.”
Van De Voorde: “De vraag blijft: waarom zijn wij als architect dan wél verzekerd? Wij moeten soms opdraaien voor zaken waar

we eigenlijk niets mee te maken hebben.”
Toye: (richt zich tot De Malsche) “Moest er een verplichte verzekering zijn, zou dat ook in uw voordeel werken. Ik ben al vastgoedmakelaar sinds ’90. Sinds ’93 is het beroep erkend. Sindsdien heeft de sector een serieuze professionalisering doorgemaakt en dat heeft geleid tot een véél groter marktaandeel.”
Van Walleghem: “Dat klopt, en gelukkig maar. Want eerlijk gezegd: vroeger verkochten jullie gewoon, en alle problemen waren voor de notaris. Toen wantrouwden wij de vastgoedmakelaars, nu zijn we veel meer partners geworden. Een groot voordeel bijvoorbeeld is dat de verkoopovereenkomsten van notarissen en vastgoedmakelaars sinds een jaar dezelfde opmaak hebben.”
Toye: “Vastgoedmakelaars zijn door die professionalisering ook verplicht verzekerd. Zo blijven de goede makelaars in de sector over.”
Van De Voorde: “Ik vind die verplichte verzekering ook een voordeel. Een goede aannemer zal een lage premie kunnen krijgen. Dus ik geloof niet dat die prijs gigantisch veel zal stijgen.”
Tekst: Mikaël Soinne Foto’s: Studio Dann
De Federatie Vrije Beroepen verwelkomt enkele
nieuwe organisaties
Zowel de Vlaamse vastgoedmakelaars, de Belgische Vereniging van Podologen als de Vlaamse Ergotherapeutenbond hebben zich aangesloten. Wat is hun motivatie om zich te verbinden met de Federatie?
VLAAMS ERGOTHERAPEUTENVERBOND
Het Vlaams Ergotherapeutenverbond (VE) vindt bij de Federatie Vrije Beroepen naar eigen zeggen een platform voor overleg met andere medische beroepen. Ook het brede netwerk, de expertise en de ondersteuning van de Federatie Vrije Beroepen waren voor VE belangrijke drijfveren om aan te sluiten. Samen met de Federatie wil VE ergotherapie binnen de eerstelijnsgezondheidszorg verder promoten. Ergotherapeutische interventies kunnen opnames in ziekenhuizen voorkomen, uitstellen of verkorten.
www.ergotherapie.be

EENMANSZAAK NAAR VENNOOTSCHAP: GEVOLGEN VOOR UW SOCIALE ZEKERHEID
De meeste vrije beroepers brengen hun activiteiten op een bepaald moment onder in een vennootschap. Deze wijziging heeft gevolgen op het vlak van uw sociale zekerheid. We sommen de voornaamste aandachtspunten voor u op.
VLAAMSE VASTGOEDMAKELAARS
CIB Vlaanderen, de Confederatie van Immobiliënberoepen Vlaanderen, ondertekende in februari een samenwerkingsovereenkomst met de Federatie Vrije Beroepen, aangesloten bij UNIZO.
“Het groeiende ledenaantal toont aan dat CIB Vlaanderen, meer dan ooit, een belangrijke rol vervult in het dagelijks leven van de vastgoedmakelaar”, zegt CIB voorzitter Stephan Coenen. “De rol en het marktaandeel van de vastgoedmakelaar is de laatste decennia onmiskenbaar groter geworden. We informeren, begeleiden en ondersteunen onze leden. Het is dan ook onze voortdurende zorg om onze diensten goed te omkaderen en zelfs verder uit te breiden. En om ervoor te zorgen dat onze leden onmiddellijk en correct geïnformeerd worden over alles wat reilt en zeilt in onze sector. Dankzij de samenwerking met de Federatie Vrije Beroepen zal deze ondersteuning nog versterkt worden.”
CIB vertegenwoordigt meer dan de helft van de vastgoedkantoren in Vlaanderen of driekwart van de omzet van de sector. De organisatie telt ruim 1.400 leden. Naast vastgoedmakelaars vinden ook andere beroepen zoals vastgoedbeheerders, -promotoren en -experten onderdak bij de organisatie. Net zoals iedereen die actief is in bedrijfs- en toeristisch vastgoed. De voornaamste kerntaken van CIB zijn een ruime dienstverlening, een groot netwerk en belangenbehartiging op alle niveaus.
www.cibweb.be
BELGISCHE VERENIGING VAN PODOLOGEN
BVP-ABP is opgericht in 1947. De voorzitter van BVP-ABP, Carine Haemels, is eveneens voorzitter van de internationale vereniging voor Podologie. In België zijn zo’n 250 zelfstandige podologen actief. Elk jaar starten een 120-tal studenten aan de opleiding podologie. Samen met de Federatie Vrije Beroepen wil BVP-ABP de zelfstandige podologen nog beter ondersteunen. Concreet denkt ze aan projecten voor starters en rond ondernemerschap in het algemeen. “Nog te vaak blijkt ondernemerschap onbekend terrein voor pas afgestudeerde podologen,” zegt BVP-ABP-voorzitter Carine Haemels.
Naast de aandacht voor statuut van podologen, het RIZIV en de ontwikkeling van podologische zolen, werkt BVP voornamelijk aan het bekend maken van podologie. “Podologie wordt tot op vandaag niet terugbetaald. Mensen krijgen soms hierdoor de – verkeerde – perceptie dat podoloogbehandelingen niet zouden voldoen,” aldus BVP-ABP.
www.podologieweb.be
Vennootschap aansluiten
Eerst en vooral is men verplicht de vennootschap aan te sluiten bij een sociaal verzekeringsfonds met het oog op de betaling van de jaarlijkse vennootschapsbijdrage.
Meewerkende echtgenoten
Het statuut van meewerkende echtgenoot is van toepassing op de gehuwde of wettelijk samenwonende partner die de zelfstandige bijstaat in de eenmanszaak. Dit specifieke statuut kan niet meer toegepast worden van zodra de zelfstandige bedrijfsleider wordt. De partner die beroepsactief is in de vennootschap wordt ook als zelfstandige beschouwd.
Solidaire verantwoordelijkheid
De vennootschap is – als afzonderlijke rechtspersoon - solidair verantwoordelijk voor de betaling van de sociale bijdragen van de mandatarissen en de werkende vennoten. Het sociaal verzekeringsfonds moet onbetaalde sociale bijdragen van een mandataris of een werkend vennoot dus vorderen bij de vennootschap.
De stopzettingsmeerwaarde
Bij de omvorming van een eenmanszaak tot een vennootschap, wordt vaak een stopzettingsmeerwaarde gerealiseerd. Het bedrag van deze meerwaarde wordt fiscaal als een beroepsinkomen beschouwd. Deze meerwaarde maakt namelijk deel uit van het inkomen waarop men bijgevolg niet alleen personenbelasting verschuldigd is, maar ook sociale bijdragen. Dit blijft zo in het nieuwe bijdragesysteem dat sinds begin dit jaar van toepassing is, tenzij:
• het pensioen van de zelfstandige uiterlijk ingaat op 1/12 van het jaar volgend op het jaar waarin de meerwaarde gerealiseerd wordt - al dan niet met stopzetting van zijn beroepsactiviteit – is geen sociale bijdrage verschuldigd op de gerealiseerde stopzettingsmeerwaarde.
• de zelfstandige zijn activiteit effectief stopzet op 31/12 van het jaar volgend op het jaar waarin de meerwaarde gerealiseerd wordt, is ook hier geen sociale bijdragen verschuldigd op de gerealiseerde stopzettingsmeerwaarde.
In beide gevallen dient u Zenito te contacteren om de meerwaarde te filteren uit de bijdragebasis. Contacteer de studiedienst van Zenito (studiedienst@zenito.be) voor bijkomende informatie.
www.zenito.be ondernemingsloket@zenito.be