De Vrije Beroeper | oktober 2012

Page 1


vrijeberoeper

De Federatie voor Vrije en Intellectuele Beroepen, aangesloten bij

www.fvib.be

De splitsing van de Ordes en Instituten

Naar een regionaal vrij beroep?

In september kondigde voogdijminister Vande Lanotte aan snel werk te willen maken van de splitsing van de Economische Instituten, conform het regeerakkoord. Datzelfde regeerakkoord zorgt ervoor dat ook andere federale Ordes en Instituten voor een mogelijke opdeling staan. Gaan we straks naar een regionalisering van het vrije beroep? En hoe denken de sectoren er zelf over? Een gesprek met onder andere het Instituut van Accountants en Belastingconsulenten, de Orde van Vlaamse Balies en en de Vlaamse Architectenorganisatie NAV.

Op zes december 2011 legt Elio Di Rupo na de langste regeringsvorming ooit de eed af als premier. Enkele dagen daarvoor keurden de onderhandelaars het regeerakkoord Di Rupo I goed. In dat grote akkoord staan slechts een paar regels over de splitsing van de Ordes. Maar de passage doet het debat over de regionalisering weer oplaaien. Het bewuste stuk luidt: “De splitsing van de orden zal gebeuren na overleg met de betrokken beroepsorden. (…) De splitsing van de orden moet gepaard gaan met een koepelstructuur per orde die met de deontologie belast is (minstens voor de medische beroepen).” Het regeerakkoord was voor de betrokken sectoren, zoals architecten of economische beroepen, het signaal om hun denkoefening over een mogelijke splitsing te starten of herhalen.

Begin september 2012 dropte minister

Vande Lanotte echter de figuurlijke bom. Hij gaf te kennen dat hij zo snel mogelijk een splitsingsproject voor de Economische Instituten (IAB, IBR en BIBF) wou voorleggen. Dat lokte bij de sector hevige reacties uit. De richting die het Instituut van Accountants en Belastingconsulenten (IAB) wil uitgaan, is alvast duidelijk. “We blijven bij ons standpunt, we zijn tegen een splitsing van ons Instituut”, benadrukt André Bert, voorzitter van IAB. “Het IAB ziet geen enkele meerwaarde in een splitsing, onze leden vragen dat ook niet. Een splitsing zou alleen maar leiden tot zwaardere structuren. Zo zouden we kunstmatige overlegorganen moeten creëren, terwijl iedereen nu automatisch in één Instituut bij elkaar zit.” Bovendien voorziet het IAB hogere kosten, zowel voor de beroepsbeoefenaars zelf, als voor ondernemers die op hen een beroep doen. Ten slotte druist een splitsing in tegen de meer internationale werkomgeving van accountants en tegen de evolutie naar mondiale regels die er voor de beroepsbeoefenaars zijn. “We kunnen er niet tegen ingaan”, zucht André Bert. “Maar we kunnen ook niet aan de zijlijn blijven staan. Op dit moment schrijft de FOD Economie volop aan teksten over de splitsing. Om te vermijden dat we geen inspraak hebben, staan we dan ook in nauw overleg met de FOD.”

André Bert, voorzitter IAB: “We blijven bij ons standpunt, we zijn tegen een splitsing van ons Instituut.”

FVIB en UNIZO btw-plichtig

Na instructies van de BTW-administratie zijn zowel FVIB als UNIZO sinds 1 oktober btw-plichtig. De lidmaatschapsbijdrage voor UNIZO/ FVIB bedraagt vanaf nu 191 euro excl. btw of 231,11 euro incl. btw. Ook dienen FVIB en UNIZO nu ook voor alle betalende activiteiten, diensten of producten btw aan te rekenen. U zal in beide gevallen steeds een factuur met btw ontvangen. Vrije beroepen met btw-plicht kunnen die btw recupereren.

Inhoud

1 actua: De splitsing van de Ordes en Instituten. Naar een regionaal vrij beroep?

3 INFO

Het IAB ziet geen enkele meerwaarde in een splitsing

sinds 2001 op eigen verzoek officieel is gesplitst in een Vlaamse en Waalse Orde. “In 1997 was er bij dertien van de veertien Vlaamse stafhouders onvrede over de werking van de toenmalige Nationale Orde”, legt Edgar Boydens, voorzitter van de Orde van Vlaamse Balies (OVB) uit. “De Nationale Orde was weinig dynamisch en de tegenstellingen tussen Noord en Zuid zorgden ervoor dat veel beslissingen uitbleven.” Nu bestaat de advocatuur uit Orde van Vlaamse Balies (OVB) en een Ordre des barreaux francophones et germanophone (OBFG) met elk een Raad van Bestuur en een Algemene Vergadering. Daarboven staat de Federale Raad, een kleine koepel zonder personeel of werkingsmiddelen. Maar die raad komt al jaren niet meer bijeen, het zijn vooral de raden van bestuur van OVB en OBFG die samen bepaalde onderwerpen bespreken. Elke Orde neemt daarbij zijn eigen standpunt in. Indien mogelijk zijn de standpunten gelijkluidend. “De samenwerking verloopt veel beter dan in de tijd van de Nationale Orde. De splitsing van de advocatuur heeft vooral gezorgd

3 V OO rw OO r D: S a PPIG.

4 De P rakt I jk: kwaliteitszorg maakt het verschil

5 actua : Va N, het Vlaams a pothekers Netwerk

5 actua : N aV poneert 10 actiepunten a rchitecten verdrinken nog steeds onder papierberg

6 G e SP rek: “ we worden niet betaald om ‘ja’ te knikken, wel om correct advies te geven.” j ean-Michel w illems en Dany De Decker, boekhoudersfiscalisten bij Baker t illy Belgium

7 actua : Ondernemen in het buitenland

8 kO rt: Orde van Vlaamse Balies tekent samenwerkingsovereenkomst

8 kO rt: Psychologen sluiten aan bij FVIB

8 actua : e én vierde alle zelfstandige is een vrij beroeper. FVIB giet het vrije beroep in cijfers.

9 a DMB/Z e NI tO: Stage of studeren en toch pensioenrecht opbouwen?

9 Z e NI t O: werken in meerdere e uropese lidstaten: waar sluit ik mij aan?

10 Vraa G e N a N tw OO r D Ge NO teer D: c itaten

11 P r OVIN c I aa L NI euw S

Edgar Boydens, voorzitter OVB: “De samenwerking verloopt veel beter dan in de tijd van de Nationale Orde”

voor twee dynamische Ordes, waar snellere beslissingen mogelijk zijn. Voor de advocaten zijn de gevolgen beperkt. Waar mogelijk, proberen de OVB en de OBFG hun reglementen op elkaar te enten. Toch kunnen we niet ontkennen dat het wellicht voor advocaten in taalgemengde kantoren niet eenvoudig wanneer de ene helft moet rekening houden met de reglementen van de OVB en de andere helft met die van OBFG. Maar dat zijn geen onoverkomelijke problemen.”

Bij de advocatuur waren het dus vooral de Vlaamse balies die op een splitsing aandrongen. Dat is niet anders bij de architectuur, waar op dit moment nog een

Bart Verstraete, directeur NAV: Onderschrift: “We gaan resoluut voor een afgeslankte Orde”

nationale Orde van Architecten bestaat. De Vlaamse vleugel van architecten pleit al jaren voor een splitsing van de Orde. Voor NAV, de Vlaamse Architectenorganisatie, kon het regeerakkoord daartoe dan ook het pad effenen. “De Orde van Architecten is al jarenlang een doorn in het oog van vele architecten. Het instituut werkt allerminst efficiënt, slokt jaarlijks zes miljoen euro op en trappelt ter plaatse wanneer het gaat over een moderne aanpak van deontologie”, verduidelijkt Bart Verstraete, directeur van NAV. In plaats van drie entiteiten Vlaanderen, Wallonië en Brussel, streeft NAV voor de opdeling naar een gemeenschapsbenadering. “Twee structuren zijn voor ons voldoende met niet geformaliseerd overleg tussen beide autonome vleugels. Het model van de advocatuur is hierbij ons voorbeeld. Maar we gaan resoluut voor een afgeslankte Orde. Als de splitsing niet gepaard gaat met een doorgedreven hervorming van het instituut is het een maat voor niets. De Orde moet zich houden aan een strikt takenpakket, we moeten af van de provinciale entiteiten en de inhoudelijke en administratieve werking moeten gescheiden zijn.”

Jan Sap, secretaris-generaal FVIB: Onderschrift: “Elke sector heeft andere noden en de rol van FVIB is om ze hierin bij te staan.”

De splitsing van de advocatuur heeft gezorgd voor twee dynamische Ordes

De hervorming is ook nodig om een meerkost voor de individuele architect te vermijden. Het kostenplaatje is voor veel beroepssectoren een bezorgdheid. Niet alleen van grote instellingen zoals de Economische Instituten, maar ook van kleinere Ordes. Zo is er het instituut van de automobielexperten dat nog niet is

Wij spreken uw taal.

Als we zeggen dat we uw taal spreken, dan menen we dat ook. Elkaar verstaan, dezelfde taal spreken, is immers de basis om elkaar te begrijpen. Om voor elkaar te doen wat je van elkaar verwacht.

Samen groeien in verbondenheid. Zo is KBC, zo zijn wij.

opgericht en al voor een mogelijke splitsing staat. Voor UPEX, de beroepsvereniging voor automobieldeskundigen, is een splitsing dan ook “noch financieel, noch organisatorisch, noch praktisch haalbaar”.

Meer dynamisme blijkt voor heel wat sectoren een argument pro de splitsing. De mogelijke hogere kosten zijn voor anderen dan weer een argument tegen. In heel de discussie over de al dan niet splitsing van Ordes en Instituten wil FVIB de sectoren vooral bijstaan. “De regering moet de wensen van de sectoren respecteren”, zegt Jan Sap, secretaris-generaal van FVIB. “Wil een sector een effectieve splitsing, dan moet dat mogelijk zijn. Wil een andere sector meer een evolutie naar regionalisering, maar binnen een federale structuur, dan moet dan evengoed een optie zijn. Elke sector heeft andere noden en de rol van FVIB is om ze hierin bij te staan.”

Sanderijn Vanleenhove

Bij het ter perse gaan van deze krant, was er nog geen duidelijkheid omtrent het splitsingsvoorstel voor de Economische Instituten vanwege minister Vande Lanotte. Wij houden u uiteraard op de hoogte.

Zeker dat u goed verzekerd bent?

Ontdek een interessante waarborg waarmee u goed voorbereid bent op álles!

Stel, een patiënt stoot een peperduur apparaat om in uw praktijk. Of uw dagontvangsten worden gestolen ... Een gepaste verzekering komt dan goed van pas!

Een garantie dat er nooit iets zal verkeerd lopen bestaat helaas niet. Maar met de waarborg ‘All-in verzekering professionele goederen voor vrije beroepen’ bent u wel zo goed mogelijk voorbereid, op alles.

De voordelen op een rijtje:

• Ruime dekkingen tot 5.000 euro voor diefstal van contant geld

• Beschadigingen van uw professionele apparatuur (door diefstal of een onverwachte gebeurtenis) zijn zelfs tot 30.000 euro gedekt

• KBC Verzekeringen verhoogt de totale vergoeding met 10 procent

• U hoeft geen lijst van goederen voor te leggen.

Meer weten?

Ga voor een grondige analyse van al uw risico’s

Zeker voor uw beroepsrisico’s is een regelmatige verzekeringscheck-up een must.

Onze KBC-verzekeringsagenten helpen u met advies over zowel uw beroeps- als uw privérisico’s. Met deze unieke totaalaanpak bent u zeker goed beschermd .

Surf naar www.kbc.be/allinverzekering of ga langs bij een KBC-verzekeringsagent.

Werkingsverslag FVIB 11|12

Het FVIB-werkingsverslag 11|12 bundelt de belangrijkste syndicale realisaties en geeft een overzicht van de activiteiten en communicatieacties van het afgelopen werkjaar. Het document verduidelijkt daarnaast de structuur van FVIB en biedt een samenvatting van statistische gegevens over het vrije beroep. U vindt de digitale versie via www.fvib.be/pubs.jsp (en doorklikken naar ‘werkingsverslag ’11-’12). ◆

Voorstellingsbrochure UnIZO

FVIB is zoals u weet aangesloten bij UNIZO. Als individueel lid van UNIZO, bent u automatisch lid van FVIB. Weet u graag in een notendop welke diensten UNIZO allemaal biedt, dan is er nu de nieuwe voorstellingsbrochure. U vindt ze via www.unizo.be/ voorstellingsbrochure ◆

Doelgroepvermindering voor eerste aanwervingen

Sinds 1 oktober zijn de sociale bijdragen die een werkgever betaalt op zijn eerste drie aanwervingen gedaald. De maatregel geldt voor alle werkgevers uit de privésector en heeft een tijdelijk karakter. De vermindering hangt af van: welke aanwerving (1e, 2e of 3e), aantal kwartalen de werknemer in dienst is en het brutoloon van de werknemer. De verminderingsbijdragen zijn: eerste werknemer: € 1.500 x 4 kwartalen + € 1.000 x 4 kwartalen

Blijf op de hoogte

+ € 400 x 4 kwartalen; tweede werknemer:

€ 1.000 x 4 kwartalen + € 400 x 8 kwartalen; derde werknemer: € 1.000 x 4 kwartalen

+ € 400 x 4 kwartalen. In totaal kan de doelgroepvermindering u als werkgever dus € 24.400 aan sociale bijdragen besparen als de brutolonen minstens € 1.961,51 bedragen en op voorwaarde dat uw eerste aanwervingen voldoende lang in dienst blijven. Meer info krijgt u bij uw sociaal secretariaat. ◆

SAPPIG

een kwestie van vertrouwen

Onlangs las ik: “Vertrouwen is als een boom: het duurt lang voor hij tot wasdom komt, en in zeer korte tijd zaag je hem om”. Maar dit hoef ik u niet te vertellen. U weet als geen ander wat vertrouwen is. Het is het cement tussen u en uw patiënt of cliënt. Niet voor niets staan veel vrije bovenaan de lijst, wanneer je mensen vraagt in welk soort beroepen ze vertrouwen hebben. Veel instellingen, overheden en politici zijn op zoek naar dat vertrouwen. Zeker de politiek heeft het dezer dagen niet onder de markt. Heel wat ondernemers en vrije beroepen staan wantrouwig tegenover de beleidsmakers. Naar de oorzaken moeten we niet ver zoeken. De economische crisis, het stijgend aantal faillissementen, de Euro-aarzelingen... Maar zeker ook, en misschien vooral, de voorbije golf van nieuwe, vaak fiscale maatregelen met onduidelijke toepassingen of interpretaties. Of de reeks cliché-uitspraken als zouden alle vrije beroepen beschikken over “een chique villa in Frankrijk” of rijden met dure wagens. Och ja, de oorzaak van dat wantrouwen zal wel gewoon “perceptie” zijn, zeggen ze dan. Maar perceptie is vaak en zeker in deze de waarheid.

Uit de recente CM-Geluksbarometer die ook bij een achthonderdtal zelfstandigen werd gehouden, blijkt dat u een meer positieve ingesteldheid heeft dan werknemers, een grotere veerkracht en meer doorzettingsvermogen. Dat kan tellen en is een kleine opsteker. Evenwel lezen we ook dat u meer last heeft van stress, slapeloosheid en onzekerheid. Dat is niet verwonderlijk, de vorige alinea indachtig.

In plaats van bij de pakken neer te zitten, is het vooral tijd voor actie. Ook dat hoef ik u niet te vertellen. U werkt dagelijks voort, wat er ook gebeurt. Maar ook FVIB doet verder.

> Onze elektronische nieuwsbrief > www.fvib.be www.facebook.com/federatievrijeberoepen twitter.com/#!/fvib

Colofon

De Vrije Beroeper, de krant voor vrije beroepen, is een uitgave van FVIB, de Federatie voor Vrije en Intellectuele Beroepen. Verschijnt 4x per jaar.

Contact e-mail: info@devrijeberoeper.be • tel: 02/238 05 04 • Fax 02/280 03 79

Kernredactie: Sanderijn Vanleenhove, Gert Peeters, j an Sap Vormgeving Proforma a dvertising bvba • danny.laureys@proforma.be

tel: 015/52 91 10

Fotografen

j ohan Mertens, Dann, t. Dauwe, Peter r ogiers, foto’s via de u NIZO-regio’s, foto’s via de bij FVIB aangesloten beroepsorganisaties

Illustraties k im

Verantwoordelijke uitgever FVIB vzw, Spastraat 8, 1000 Brussel

Adverteren in De Vrije Beroeper?

c ontacteer reclameregie trevi NV, t homas Lannoo, tel 02/ 428 30 90, Fax 02/ 428 37 55, thomas.lannoo@trevi-regie.be

De redactie van De Vrije Beroeper streeft naar de grootst mogelijke betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, waarvoor zij echter niet aansprakelijk kan worden gesteld.

Ze vraagt overleg met de fiscus, samen met UNIZO en de economische beroepen over de beruchte 309%-regel. Elke dag proberen we met alle partijen een transparant en rechtszeker kader te creëren, in het belang van zowel vrije beroepen als andere ondernemers. Enkel zo krijg je vertrouwen, nog steeds de basis van alles. Waar wachten we nog op?

Jan Sap Secretaris-generaal jan.sap@unizo.be

Volg Jan Sap via Facebook en Twitter

De praktijk

Kwaliteitszorg maakt het verschil

Kwaliteitszorg wordt steeds belangrijker in de praktijk van de vrije beroeper en reikt verder dan de louter professionele dienstverlening. Zelfs de meest gerenommeerde vrije beroeper boet in aan vertrouwen als hij zijn cliënten onthaalt in een kleine, grijze wachtkamer met oncomfortabele stoelen en een stapel stukgelezen magazines. Als de gesprekken met andere cliënten doorsijpelen tot in die wachtkamer. Als er geen aandacht is voor een gemakkelijke toegankelijkheid, een goede hygiëne, een aangenaam binnenklimaat en een vriendelijk onthaal. Wij zetten enkele belangrijke aandachtspunten op een rij.

Zorg voor een goede toegankelijkheid. De vergrijzing van de bevolking heeft tot gevolg dat steeds meer mensen minder mobiel zijn. U hebt er dus alle belang bij dat uw praktijk voor iedereen toegankelijk is. Te meer omdat mobiliteit niet gebonden is aan leeftijd. Door omstandigheden kunnen wij het allemaal wel eens moeilijk krijgen om ons vlot te verplaatsen. Denk maar aan iemand die revalideert na een ongeval of operatie, of aan jonge ouders met een kinderwagen. Hoe beter uw praktijk, kantoor of studie op dergelijke situaties is afgestemd, hoe meer klantentevredenheid u zal oogsten.

Ga na of uw praktijk aan bepaalde wettelijke vereisten moet voldoen. Praktijken, bestemd voor de uitoefening van vrije en paramedische beroepen, worden door de wet beschouwd als publiek toegankelijk. Daardoor vallen zij onder de Vlaamse stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid (BVR 5 juni 2009, gewijzigd bij BVR 18 februari 2011). Die verordening is van toepassing als u (toegankelijke delen

Journalisten Colette Demil en Staf Bellens zijn een referentie in de bouw- en woonjournalistiek. Ze verzorgen bijdragen voor kranten en tijdschriften en adviseren uitgevers. Als auteurs publiceerden ze tal van boeken, waaronder De Notarisgids, de Erfenisgids, De Complete Bouwgids, Living Tomorrow I en III, De Gids voor huurders en Verhuurders, Kopen en Verkopen, Interieur en Architectuur, Eigentijdse Interieurs, Buren in nesten.

van) uw praktijk, kantoor of studie bouwt, herbouwt, verbouwt of uitbreidt, en als voor die werkzaamheden of handelingen een stedenbouwkundige vergunning vereist is of een meldingsplicht geldt. Aan een bestaande situatie moet u dus geen wijzigingen aanbrengen zolang u geen werken uitvoert waarvoor een stedenbouwkundige vergunning of melding verplicht is.

Denk na over de inplanting van de onthaalbalie. Kies voor een centrale positie zodat de baliebediende een goed overzicht heeft op wie binnenkomt en weggaat, en de cliënten meteen kan bedienen. De balie mag niet direct uitkijken op de wachtruimte, anders krijgen cliënten het gevoel dat ze bekeken worden. Gesprekken mogen niet wederzijds hoorbaar zijn.

Besteed aandacht aan de locatie en inrichting van de wachtruimte. Plant de wachtkamer zodanig in dat cliënten niet zichtbaar zijn vanaf de straat, en gesprekken niet te horen zijn van in de aangrenzende spreek- of behandelruimte. De wachtruimte vormt mee het visitekaartje van uw praktijk. In een lichte, luchtige wachtruimte is het prettiger wachten dan in een kleine, donkere wachtkamer met beduimelde magazines en een verlepte plant. Aandachtspunten zijn een doordachte kleurenkeuze, een goede verlichting, voldoende daglicht, een aangename akoestiek, een aangename temperatuur (22°C als richtsnoer), een goede luchtkwaliteit en ventilatie, eventueel muziek, video, een wifihoekje. Plaats gemakkelijke stoelen of banken, en voorzie in ruimte voor een rolstoel of kinderwagen. Een aanrader is een kinderhoekje met speelgoed, of een prikbord voor tekeningen. Leg er speelgoed dat gemakkelijk te reinigen is. Vervang geregeld alle tijdschriften, ook omwille van de hygiëne. Installeer een infostandje met folders over preventieve of andere campagnes, notariële, juridische of fiscale informatie, informatie met betrekking tot nieuwe medische technieken …

Vergeet het bezoekerstoilet niet. Installeer het bezoekerstoilet in de buurt van de wachtruimte maar niet pal ernaast. Zorg dat het toegankelijk is voor rolstoelgebruikers. Een hangtoilet vergemakkelijkt het onder-

houd van de vloer en van de onderzijde van het toilet.

Houd bij de keuze van kraan en doorspoelsysteem rekening met het waterverbruik. Hygiënisch is de uitrusting met een elektronische of handenvrije kraan, zeepdispenser en papieren wegwerpdoekjes in plaats van een handdoek. Handig en energievriendelijk is verlichting met een aanwezigheidssensor die automatisch aan- en uitschakelt bij het binnenkomen en verlaten van het toilet.

Creëer een gastvrij cliënten- en patiëntenklimaat in uw spreekkamer. Stoelen met armleuningen geven cliënten of patiënten een comfortabel gevoel tijdens het gesprek. Te veel achtergrondgeluid (radio, zoemende installaties of toestellen) kunnen de communicatie bemoeilijken. Kleedhokjes meten bij voorkeur minstens 1m60 x 1m80 en hebben een deur die naar buiten opengaat. Een handig alternatief is een niet-transparant gordijn. Voorzie in een zitelement en kleerhangers op diverse hoogtes.

In de Praktijk

Opteer voor onderhoudsvriendelijke materialen. Kies voor de afwerking en uitrusting van uw praktijk hygiënische en gemakkelijk te onderhouden materialen, oppervlakken en oplossingen. Bijvoorbeeld handenvrije kranen, gemakkelijk te reinigen gladde materialen, antislipvloeren. Ten slotte, zorg dat uw praktijk er altijd proper bij ligt, van de wachtkamer tot de spreek- of behandelkamer.

Combineer veiligheid en gebruikscomfort. Elektronische openingssystemen en domotica bieden heel wat mogelijkheden voor de beveiliging en het programmeren van de toegankelijkheid van uw praktijk. Zo kunt u de mogelijkheid inbouwen dat cliënten ook tijdens uw afwezigheid al in de wachtzone kunnen, maar niet in de rest van de praktijk. Een camera in de wachtruimte kan u vertellen wie er wel/niet al is gearriveerd, of er nog wachtenden zijn, et cetera.

Het boek In de Praktijk bundelt inspiratie, informatie, handige tips en checklists voor de inrichting en uitrusting van een efficiënte en cliëntvriendelijke onthaal- en werkruimte. Het toont inspirerende projecten uit diverse sectoren waarin de vrije beroepers actief zijn. Uw confraters vertellen uitgebreid hoe ze de bouw, verbouwing of inrichting van hun praktijk hebben aangepakt en rekening hebben gehouden met de wettelijke vereisten. Het boek In de praktijk is uitgegeven bij Minerva i.s.m. FVIB, AInB en NAV, ISBN 978-94-91463-037 , 160 pagina’s, softcover met flappen, € 34,95. Leden van UNIZO/FVIB betalen slechts € 27,95. www.minerva.be

De eerste vijf lezers die mailen naar info@devrijeberoeper.be krijgen een gratis exemplaar.

Colette Demil en Staf Bellens

Van, het Vlaams apothekers netwerk

APOTHEKER

Vorig jaar werd VAN, het Vlaams ApothekersNetwerk, door de Vlaamse beroepsverenigingen in het leven geroepen. Maar wat is dat nu, VAN, en hoe verhoudt het zich tot APB, de Algemeen Pharmaceutische Bond? Aan het woord is Hilde Deneyer, algemeen directeur VAN.

de troeven van de Vlaamse apotheker. VAN bouwt op úw aan uw toekomst. Op de Top van de Vlaamse Apotheker VAN-beleid getrokken. Kom en plaats uw prioriteiten mee op

NOVEMBER 2012, 13u30

Steengroevenlaan 3

of via uw beroepsvereniging

Farmabeurs: € 30

www.vlaamsapothekersnetwerk.be en like ons op facebook.

“VAN is in de eerste plaats een netwerk, geen bond. In die zin zijn APB en VAN complementair. APB vertegenwoordigt de Belgische apotheker op het federale niveau waar het gaat over bijvoorbeeld wetgeving en terugbetaling. VAN beweegt zich op het Vlaamse niveau en houdt zich bijgevolg meer bezig met eerstelijnsgezondheidszorg, thuiszorg en preventie. VAN wil de belangen van de zelfstandige apotheek en apothekers op het Vlaamse niveau behartigen, versterken en verder ontwikkelen. VAN wil beroepsverenigingen, de Vlaamse Overheid en andere spelers in de Vlaamse gezondheidszorg verbinden. De gezondheid en belangen van de patiënt moeten daarbij altijd centraal staan. Ten slotte heeft VAN een belangrijke taak in

Farmabeurs, bezoek de stand en breng een apotheek.

de multidisciplinaire samenwerking. In de breedste zin van het woord. Dus zowel binnen de eerste lijn als met de tweede lijn en de ziekenhuizen.”

Om zijn prioriteiten te bepalen voor de komende jaren, organiseert VAN op 24 november “De Top van de Vlaamse Apotheker”. Apothekers, maar ook andere zorgverstrekkers, zijn welkom.

TOP VAN DE VLAAMSE APOTHEKER

VAN bouwt op de kracht en de troeven van de Vlaamse apotheker. VAN bouwt op úw expertise. Kom en bouw mee aan uw toekomst. Op de Top van de Vlaamse Apotheker worden de krijtlijnen van het VAN-beleid getrokken. Kom en plaats uw prioriteiten mee op de agenda.

ZATERDAG 24 NOVEMBER 2012, 13u30

LEUVEN, Alma 3 - Steengroevenlaan 3

Schrijf nú in via de website of via uw beroepsvereniging

Voorinschrijving: € 25 - na Farmabeurs: € 30

Bezoek ons op www.vlaamsapothekersnetwerk.be en like ons op facebook.

VAN beloont u op de Farmabeurs, bezoek de stand en breng een positieve ervaring mee uit uw apotheek.

a rchitecten verdrinken nog steeds onder papierberg

NAV poneert 10 actiepunten

Negen op tien architecten heeft te kampen met administratieve rompslomp en te veel regels en procedures. Dat blijkt uit een enquête die NAV, de Vlaamse Architectenorganisatie, op 7 juni tijdens het architectencongres toelichtte.

Van de zo’n vierhonderd deelnemende architecten, ervaart maar liefst 96,4% te veel regels, procedures en administratie in zijn beroepsuitoefening. Zo erg dat het bijna negen op tien in zijn beroepsuitoefening belemmert en dat één op drie dit als een reden ziet om te stoppen. “Waar een architect vroeger aan het eind van een project één klasseermap in het archief kon wegbergen, zijn dat er vandaag zes geworden”, beaamt Danny Windmolders, voorzitter NAV. “We verdrinken compleet in de administratieve rompslomp.” De regels rond monumentenzorg en erfgoed, de energieprestatiewetgeving en de wetgeving rond overheidsopdrachten zijn bij de architecten de grootste doornen in het oog.

NAV trekt niet alleen aan de alarmbel, maar formuleert ook tien concrete actiepunten om de administratieve mallemolen te beheersen.

1. Gemeentelijke verordeningen enkel bij lokale relevantie, getoetst door de bestendige deputatie. Een betere traceerbaarheid, een taak voor de Vereniging van Vlaamse steden en Gemeentes

2. Ruimtelijke ordening: betere en bindende afspraken omtrent vooroverleg

i.f.v. een bouwaanvraag, meer flexibiliteit tijdens een bouwaanvraagprocedure en een ombudsdienst

3. Architectenvisum: vervangen door controle via een digitale bouwaanvraag

4. Erfgoed en monumentenzorg: meer

transparantie bij de opmaak van de inventaris van het bouwkundig erfgoed door bv. het verwittigen van, meer inspraak van en beroepsmogelijkheid voor eigenaars.

5. Technische normen en kadastergegevens: gratis beschikbaarheid van normen en toegang voor architecten tot het kadaster

6. Brandnormering: invoeren van een procedure tot brandpreventieadvies

7. Eenduidige terminologie in de verschillende regelgevingen en normeringen

8. Veiligheidscoördinatie: de wetgeving aanpassen aan de realiteit

9. Energieprestatie regelgeving: minder complexe regelgeving en meer aandacht voor de prestatie

10. Geen wetgeving zonder duidelijke uitvoeringsbesluiten: directe betrokkenheid bij bouwtechnische wetgevingen

De papiermolen is niet enkel een probleem voor architecten. Een enquête van FVIB toont aan dat vrije beroepen ruim 20% van hun tijd aan paperassen en formulieren spenderen. Om de administratie te beperken, vraagt FVIB al langer een eengemaakte inning voor auteurs-en naburige rechten, het daadwerkelijk inschakelen van e-governement en de doeltreffende informatisering van de volledige gezondheidszorg.

Ook de beroepsaansprakelijkheid en de commerciële positie van de architect kwamen aan bod op het architectencongres. Meer info: www.architectencongres.be

“ We worden niet betaald om ‘ja’ te knikken, wel om correct advies te geven.”

jean-Michel willems en Dany De Decker, boekhouders-fiscalisten bij Baker tilly Belgium

‘Niet zomaar cijfers. Inzicht in uw bedrijf’. De titel op de documentatiemap van Baker Tilly Belgium is duidelijk. Het kantoor wil meer zijn dan enkel een accountancy- en adviesbureau. Jean-Michel Willems, erkend boekhouder en Dany De Decker, boekhouder-fiscalist/Partner, werken hier dagelijks aan mee. Zowel in Vlaanderen als in het Spaanse Calpe.

“Een ondernemer heeft maar één vraag: ‘Wat zou jij doen, mocht je in mijn plaats zijn?’ Wij proberen met hem mee te denken”, zegt Jean-Michel “Door onze verscheidenheid aan medewerkers bedienen we een brede waaier aan cliënten: van beursgenoteerde bedrijven tot de handelaar om de hoek.” “Bij ons zitten veel medewerkers uit de Big Four (PricewaterhouseCoopers, Deloitte, KPMG en Ernst&Young, red.) die niet langer in een vakje wilden zitten”, vult Dany aan. “Daar ben je specialist en zit je met vier, vijf anderen mee aan tafel bij een cliënt. Hier doen we het omgekeerde. Een cliënt start bij een dossierbeheerder, een generalist die de cliënt goed kent. Die bepaalt dan welke specialist hij er moet bijhalen.” Zelf komen beide heren allesbehalve van bij één van de Big Four. Jean-Michel: “Ik heb al heel wat watertjes doorzwommen. Wel heb ik altijd economische richtingen gevolgd. Na mijn opleiding Hotelmanagement, legerdienst en stage bij de Accorketen, ben ik opgeklommen tot adjunct-directeur van een Novotel. Omwille van gezondheidsredenen ben ik dan veranderd

Sommige collega’s doen aan cowboypraktijken om cliënten tevreden te houden

naar adjunct-verkoopdirecteur bij Automatic Drink Service - Roode Pelikaan. Daarna nam ik samen met mijn vrouw de boeken-en krantenzaak van mijn schoonouders over, een drukke winkel in de Brusselse Rand met dagelijks meer dan duizend klanten. Dat klantencontact miste ik hier in het begin nog het meest. Om onze zaak beter te kunnen beheren, schoolde ik me bij in boekhouding en fiscaliteit. Eerst aan de Open Universiteit, later aan de hoge school. Daar ontmoette ik docenten Peter Weyers en Filip Colbert. Die werkten toen al bij Baker Tilly en zijn intussen beiden partner. Ik mocht hen contacteren, mocht ik interesse hebben. We stonden met de zaak net voor een keuze: ofwel grote investeringen doen, ofwel het leven over een andere boeg gooien. Mijn vrouw en ik besloten de zaak te verkopen.”

Jean-Michel Willems en Dany De Decker: “Door onze verscheidenheid aan medewerkers bedienen we een brede waaier aan cliënten: van beursgenoteerd bedrijven tot de handelaar om de hoek.”

Leven in de slaapkamer Dany’s loopbaan is naar eigen zeggen ook “atypisch”. Dany: “Bij mij is het met de paplepel ingegeven. Mijn vader startte in 1976 zijn accountantskantoor in onze living waardoor ik van kindsbeen af met cliënten in contact kwam. Tv-kijken deden we in de slaapkamer. Later combineerde ik mijn studies aan de Ehsal, Erasmus en Fiscale Hogeschool met praktijkervaring in vaders kantoor. Uiteindelijk nam ik het kantoor over, uiteraard was het toen niet meer in de living, wel in een kantoorgebouw.

Via een dossier waar Acos (nu Baker Tilly, red.) ook als adviseur optrad, kwam ik in contact met Guy Schollaert, vennoot van Baker Tilly. Het klikte. Eerst werkte ik samen als externe, twee jaar later als vennoot.”

pater familias

In Noord-Europa kan je je financieel verrijken, maar Spanje heeft mij verrijkt als mens

Die ondernemerservaring is een voordeel. Jean-Michel: “Ik ken het reilen en zeilen van een ondernemer en kan de zaken daarom naast cijfermatig ook commercieel bekijken. Onze empathie, die is echt.”

Dany: “We bouwen een goede relatie uit met onze cliënten. En dat doen we ook door op een correcte manier onze mening te zeggen. We worden niet betaald om ‘ja’ te knikken, wel om correct advies te geven. De maatregelen die de regering nu neemt, zijn deels de verantwoordelijkheid van sommigen die wel de kantjes opzoeken. Ik heb het daar moeilijk mee.” Jean-Michel: “Je mag drijven, maar niet overdrijven. Sommigen doen echt aan cowboypraktijken om cliënten op korte termijn tevreden te stellen.”

Maar het bloed kruipt ooit waar het niet gaan kan. Eens ondernemer, eeuwig ondernemer. Dany: “Ik heb altijd een project nodig. Bij Baker Tilly had ik op een bepaald moment gerealiseerd wat ik wou. Mijn ouders hadden een eigendom in Spanje. Daarom ben ik me gaan verdiepen in Spaanse eigendom en fiscaliteit. Uit interesse. Toen Vlamingen in de Wereld (een vzw die Vlamingen over de grenzen heen in contact wil laten komen, red.) mij in Spanje voor een interview contacteerde, kwam alles plots in een stroomversnelling. Ik kreeg veel vragen binnen over successieplanning of over het opstarten van een zaak in Spanje.” Het kantoor Acos Spanje (binnenkort Afyse, red.) in Calpe was een feit. Toen Dany daarop een Master Spaanse Fiscaliteit in Valencia op vrijdag en zaterdag ging volgen, ontmoette hij zijn huidige zakenpartner. Dany: “Omdat ik op vrijdag om zes uur het vliegtuig nam, moest ik er om half drie uit. Ik leefde de rest van de dag als het ware op koffie. Op een dag was de koffieautomaat stuk en zo geraakte ik aan de praat met Francisco. Als enige Belg tussen allemaal Spanjaarden sprong ik er wat uit. Hij vroeg me wat me bezielde om Spaanse fiscaliteit te volgen in Valencia. Ik herkende me in Francisco, een ambitieuze dertiger gebeten door fiscaliteit en die ook zijn vaders kantoor had overgenomen. Een samenwerking leek me een goed idee.” Maar in Spanje is associëren minder evident.

Elk werkt nog op zichzelf en associëren is volgens Spanjaarden geen win-winsituatie. Maar om specifiek met Francisco in zee te kunnen gaan, was er nog meer nodig: “de zegen van de pater familias”. Dany: “Voor Francisco kon beslissen, nodigde hij me met m’n echtgenote thuis uit waar echt heel zijn familie zat te wachten. Zijn ouders hadden naast het ouderlijk huis opnieuw gebouwd zodat Francisco, zijn zus en hun gezinnen er konden blijven wonen. In de hal stond een foto van Francisco die zijn diploma in ontvangst neemt in plaats van een trouwfoto bij ons. Die dag moesten zijn ouders me zien om hun zegen aan Francisco te geven.” Dany kreeg hun fiat en zit nu één week per maand bij Francisco in Calpe en drie weken bij Baker Tilly Belgium. Op termijn moet dat omgekeerd.

pingpongspel der ergernissen “Maar het blijft altijd een Spanje- EN Belgiëverhaal”, benadrukt Dany. “Moeten breken met Baker Tilly Belgium en er definitief wonen, zou ik moeilijk vinden”. Jean-Michel: “Die brug tussen beide landen is ook onze troef, ons Unique Selling Point. Veel Vlamingen zetten de stap naar Spanje zonder zich goed te informeren en komen dan tot de constatatie dat ze het verkeerd hebben aangepakt. Wij zijn er om hen goed te adviseren, zowel vanuit Spaans als Belgisch standpunt.” Dany: “Veel Vlamingen die een onroerend goed hebben in Spanje, hebben er nog één in België. En dan zitten ze

Baker Tilly Belgium

• Merknaam groep vennootschappen gespecialiseerd in boekhouden, accountancy, fiscaliteit, audit, bedrijfsrevisoraat, advies, consultancy en professional services

• 4 vestigingen: Melle (Gent), Aalst, Soumagne (Luik) en Berlare

• 100-tal medewerkers

(zelfstandigen en bedienden)

• Auteur Almenak voor Vrije Beroepen

Bij mij is het met de paplepel ingegeven. Mijn vader startte een accountancykantoor in onze living.

met vragen hoe het zit met de huur of met hun pensioen. Voor een ondernemer die zijn zaak in België wil stopzetten en naar Spanje wil gaan, is het tijdstip waarop hij zijn aandelen verkoopt van groot belang. Wij zorgen voor één contactpunt in de eigen taal, maar met Spaans-Belgische kennis.” Ook Acos Spanje wil voor de cliënten dus meer zijn dan enkel een accountancy- en adviesbureau. Voor Dany en Jean-Michel zelf is het meer een manier van leven. Dany: “In Noord-Europa kan je je op financieel vlak verrijken, maar Spanje heeft mij verrijkt als mens. Je leert zaken relativeren, afstand nemen. Hier gaat men zaken of problemen te veel uitvergroten.” Jean-Michel: Ik noem dat het pingpongspel der ergernissen. Maar waar zijn we dan eigenlijk mee bezig?” ◆◆◆ Sanderijn Vanleenhove

Ondernemen in het buitenland

Dany De Decker heeft een kantoor in Calpe en begeleidt onder andere ondernemers die in Spanje een bedrijf willen opzetten. Maar wat moet u doen als u in het buitenland actief wil zijn? De juiste (erkende) beroepskwalificaties helpen u alvast een hele stap vooruit.

Om als Belg uw vrij beroep in het buitenland uit te oefenen of omgekeerd, moet u of uw buitenlandse collega zijn kennis aantonen. Als u uw diploma in het land waarin u zich wil vestigen heeft behaald, gaat dat een stuk makkelijker. Het curriculum is erkend en meestal heeft de federatie of sector geholpen met de inhoud van opleiding. Complexer wordt het wanneer u met uw Belgisch diploma in een ander land aan de slag wil. Dan begint de administratieve mallemolen om de gelijkwaardigheid van uw diploma te controleren, uw ervaring aan te tonen of uw talenkennis te bewijzen.

Sinds de hervorming van het hoger onderwijs (de zogenaamde Bolognaverklaring) is het voor vele beroepen al eenvoudiger om de gelijkwaardigheid van diploma’s aan te tonen. Een automatische erkenning van de beroepskwalificaties (bv. talenkennis, ervaring, regelgeving…) zou een logisch gevolg moeten zijn. Maar toch, in de opleidingen kunnen wel wat verschillen zitten. De stage is zo’n kritische succesfactor. Sommige landen nemen verplichte stages in het opleidingscurriculum op, voor andere is dit meer vrijblijvend. Daarom nemen verschillende Europese landen het criterium ‘aantonen van ervaring’ op als extra voor-

waarde om een beroep uit te oefenen. Daarnaast heeft elk land zijn eigen procedures om vergunningen voor het uitoefenen van een beroep uit te rijken.

Een pasklaar antwoord voor alle vrije beroeper om actief te zijn in het buitenland is er dus niet. Om buiten België uw beroep uit te oefenen, moet u in eerste instantie voldoende kennis hebben. Vervolgens is het van belang om de vergunningsprocedures van het land in kwestie nauw te volgen.

Alle regels over wanneer en hoe een inwoner van de Europese Unie zijn beroep in een andere lidstaat moet uitoefenen, liggen vast in de Europese richtlijn van de beroepskwalificaties. Europa wil deze grondig hervormen (zie ook De Vrije Beroeper, editie 1), zonder het vertrouwen

van potentiële klanten, patiënten of cliënten te schaden. FVIB en UNIZO volgen deze evolutie op de voet. Voor FVIB, en de vrije beroepen, is het vooral belangrijk dat iemand naast de nodige kwalificaties ook kwaliteit voor de dag kan leggen. ◆ Nele Muys, adviseur Opleiding, Onderwijs en Vorming UNIZO-studiedienst

Orde van Vlaamse Balies tekent samenwerkingsovereenkomst

Op 1 oktober sloot de Orde van Vlaamse Balies (OVB) een samenwerkingsovereenkomst met FVIB. OVB is de wettelijke beroepsorganisatie van de Vlaamse advocatuur. Via de samenwerking wil de Orde samen met andere bij FVIB aangesloten beroepsorganisaties de krachten bundelen. Zo zal OVB

zetelen in het FVIB-overleg juridische en economische beroepen. Daarnaast volgt de Orde het Paritair Comité Vrije Beroepen mee op. De onafhankelijkheid van OVB blijft ook gedurende de samenwerking met FVIB gegarandeerd. Met OVB telt FVIB nu 22 aangesloten beroepsorganisaties.

psychologen sluiten aan bij FVIB

In juli sloten de Belgische Federatie van Psychologen (BFP) en de Psychologencommissie bij FVIB aan. BFB telt elf deelverenigingen en is de grootste Belgische vzw van en voor psychologen. De organisatie is eveneens representatief om leden voor de Psychologencommissie voor te dragen, de overheidsinstelling bevoegd voor de titelbescherming.

Beide organisaties willen met de steun van FVIB de deontologische code voor psychologen verder verfijnen en wettelijk afdwingbaar maken. Voorts zoeken BFP/ FBP en de Psychologencommissie bij FVIB ook aansluiting bij haar overleg van zelfstandige zorgverstrekkers. Dat brengt nu maandelijks beroepsorganisaties van tandartsen, artsen, apothekers, kinesitherapeu-

ten en zelfstandig verpleegkundigen bijeen om er gemeenschappelijke knelpunten en syndicale dossiers te bespreken. Ten slotte hopen de organisaties om samen met FVIB het beroep van klinisch psycholoog wettelijk te regelen. Op dit moment hangt hiertoe een voorstel in de Commissie Volksgezondheid, dat de Kamer daarna moet goedkeuren.

Eén vierde alle zelfstandige is een vrij beroeper

FVIB giet het vrije beroep in cijfers

FVIB verzamelt elk jaar het beschikbare cijfermateriaal over vrije en intellectuele beroepen. Ze doet dit op basis van gegevens van het RSVZ en het RSZ. Geregeld pakt ze ook in de pers met de cijfers uit. Hiermee probeert FVIB het sociaaleconomische belang van de sector te onderstrepen bij pers, beleidsmakers en het grote publiek. Een overzicht van de belangrijkste cijfers.

Meer dan 250.000 vrije beroepers

In ons land zijn vandaag 969.896 zelfstandigen actief, waarvan 251.464 in een vrij beroep. Met andere woorden, net iets meer dan één op vier zelfstandigen, ofwel 25,9%. Het vrije beroep is daarmee groter dan de nijverheid (21,6%), landbouw (8%) en visserij (0,07%). De handel blijft het grootst, met 35% van de zelfstandigen. De afgelopen tien jaar

steeg het aantal vrije beroepen in België met 59,2%.

Met een aandeel van 46,6% is de sector van de intellectuele diensten (o.a. vastgoedmakelaar, bankagent, vertaler-tolk) in België de grootste. Bij de ‘klassieke’ vrije beroepen is dat de paramedische sector met 18,4%. De totale medische sector (artsen/tandartsen/apothekers/dierenartsen/paramedici) is goed voor 35,2%.

De juridische sector (advocaten/notarissen/gerechtsdeurwaarders) heeft een aandeel van 7,6%. Architecten 6,3%, de sector fiscaal/vastgoed (o.a. landmetersexperten, economische beroepen) 4,2%. Eén op vier vrije beroepers is een vrouw. Meer dan de helft van de vrije beroepen is actief in het Vlaamse Gewest.

Goede instroom starters

In 2011 startten 89.722 personen als zelfstandige. Meer dan één op vier, ofwel 26,8%, was een vrij beroeper. Dat zijn er 6% meer dan het jaar daarvoor en maar liefst 36,2% meer dan in 2006. Wel zijn er grote verschillen tussen de subsectoren.

Vooral de medische sector, met artsen, tandartsen en apothekers, is er de afgelopen jaren op achteruit gegaan. Maar ook de fiscaal-vastgoedsector telt minder starters.

Stijgend aantal werknemers

De vrije beroepen groeien als werkgever. Vandaag stelt de sector over heel het land 258.157 mensen tewerk. Afgelopen decennium steeg het aantal arbeidsplaat-

sen in het vrije beroep met 40%. In 2011 creëerden alle medische vrije beroepen samen 53.228 arbeidsplaatsen. Daarmee is ze de grootste werkgever onder de klassieke vrije beroepen. De bouwkundige sector (o.m. architecten, ingenieurs, landmeters-experten) stellen 34.811 mensen tewerk, de economische beroepen 31.172 en de juridische sector (o.m. advocaten, notarissen, gerechtsdeurwaarders) 17.064.

Het aantal vrije beroepen is de afgelopen tien jaar met 59,2% toegenomen. In België zijn er vandaag 251.464 vrije beroepers, ofwel 25,9% van alle zelfstandigen.

v.l.n.r.: Edward Van Rossen (coördinator Psychologencomissie), Karel De witte (voorzitter BFP) en Johan De Leenheer (voorzitter FVIB)
V.l.n.r. herkent u Johan De Leenheer, voorzitter FVIB en Edgar Boydens, voorzitter OVB.

Stage of studeren en toch pensioenrecht opbouwen?

Een verplichte stage als toegang tot het beroep. In de sector van het vrije beroep is dit geen uitzondering. Net als aanvullende opleidingen om een diploma te halen. Wie studeert, stage loopt en niet beroepsactief is, bouwde voorlopig geen pensioenrechten op. Met de huidige pensioenwetgeving is dit nu wel mogelijk.

“In het geval van stage, mag de stagiair in kwestie geen winstgevende activiteit uitoefenen en in principe ook geen loon of vergoeding ontvangen”, zegt Benedict Decoster, diensthoofd Inning bij Zenito Sociaal Verzekeringsfonds

(in nauwe relatie met ADMB). “Een zuivere onkostenvergoeding is wel mogelijk.”

Studies moeten plaatsvinden bij onderwijsinstellingen (België of buitenland) die dagcursussen met een volledig leerplan organiseren. Ook de aanvullende opleiding tot huisarts of specialist komen in aanmerking voor pensioenopbouw, zolang ze niet onder een andere pensioenregeling vallen. De pensioenopbouw kan ten vroegste starten op 1 januari van het jaar waarop de betrokkene 20 jaar wordt.

Wat komt in aanmerking?

• De stages die noodzakelijk zijn om een wettelijk erkend diploma, getuigschrift of brevet te verkrijgen;

• De periode waarin geneesheren in een verpleeginstelling een opleiding volgen tot geneesheerspecialist (GSO);

• De periode waarin geneesheren de aanvullende opleiding huisartsgeneeskunde volgen (HAIO);

• De periode waarin de student dagcursussen met een volledig leerplan volgt (het studiejaar start op 1 september en eindigt op 31 augustus van het volgende jaar);

• De periode van maximum twee jaar waarin de student een eindverhandeling voorbereidt met het oog op het behalen van een wettelijk erkend diploma of doctoraatsthesis;

• De periode na het beëindigen van de studies op voorwaarde dat de betrokken een zelfstandige activiteit start binnen de 180 dagen na het einde van de studies;

• De arbeidsongeschiktheid tot 30 dagen na het beëindigen van de studieperiode als de betrokkene zelfstandige was bij het begin van zijn studies.

Voorwaarden?

Zelfstandige in hoofdberoep zijn bij het begin van de studieperiode of binnen de 180 dagen na het einde van de studieperiode of van de daaropvolgende militaire dienst

Hoe aanvragen?

Een aanvraag doen, kan via een sociaal verzekeringsfonds. Dat fonds zal uw aanvraag overmaken aan het RSVZ. Daar staat echter een vergoeding tegenover, afhankelijk van de periode waarop de aanvraag van toepassing is. Het sociaal verzekeringsfonds kan een simulatie maken, waardoor het meteen duidelijk is of de investering al dan niet zal lonen. De ervaring leert dat, zeker bij langdurige studies, het zeker de moeite is om te laten onderzoeken.

Werken in meerdere Europese lidstaten:

Grensoverschrijdende activiteiten hebben soms een grote impact op de sociale zekerheid en de nationale wetgeving biedt zelden een afdoend antwoord bij problemen bij de onderwerping en de opening van rechten. De Europese verordening 883/2004 (Europese wet) regelt wel deze problematiek voor de landen die deel uitmaken van de Europese Economische Ruimte (EER, bestaande uit de EU-lidstaten, IJsland, Noorwegen en Liechtenstein) en Zwitserland.

principes volgens EU-verordening

Het Europese principe is eenvoudig: u bent onderworpen aan de sociale wetgeving van slechts één land en bijgevolg betaalt u uw sociale bijdrage enkel in dit land waar u aangesloten bent.

Indien u uw vrij beroep ook in een andere lidstaat uitoefent, dan bestaan er 2 mogelijkheden:

1. U hebt uzelf gedetacheerd: u gaat tijdelijk (maximum 2 jaar) uw bestaande activiteit in dezelfde sector in een ander land uitoefenen. U blijft sociale bijdragen betalen in het land van waaruit u gedetacheerd werd.

2. U werkt afwisselend of gelijktijdig in 2 of meer landen als zelfstandige. Dan gelden de volgende criteria: - U oefent een substantieel deel van

uw zelfstandige activiteiten (= 25 % van de arbeidstijd, uw inkomsten, het aantal verleende diensten en/of van de omzet) in uw woonland uit: u bent verzekeringsplichtig en bent bijdragen, berekend op de gezamenlijke inkomsten, verschuldigd in het land waar u woont.

- U voldoet niet aan de bovenstaande regel en bent bijdragen verschuldigd in het land waar zich het centrum van uw belangen bevindt (bv. het land waar zich de lokalen bevinden van waaruit u doorgaans werkt).

aansluiting bij een sociaal verzekeringsfonds

In het kader van de grensoverschrijdende tewerkstelling werpt de Rijksdienst voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen

(RSVZ) zich op als enige overheidsinstantie die kan beslissen over welke wetge ving van kracht is.

In geval u naast uw buitenlandse activiteit ook in België een zelfstandige activiteit uitoefent, is het dan ook aangewezen om u alsnog bij een sociaal verzekeringsfonds aan te sluiten, ook wan neer u ervan overtuigd bent dat u in België geen sociale bijdragen verschuldigd bent. Het sociaal verzekeringsfonds neemt vervolgens contact op met het RSVZ, dat een onderzoek instelt naar uw verzekerings plicht. Zij beslissen dan ook of uw aanslui ting in België weerhouden blijft. Indien nodig kan u tegenover buitenlandse overheidsinstanties uw onderwerping in België aan de hand van een Europees document (formulier A1), afgeleverd door het RSVZ, bewijzen.

mij aan?

Benedict Decoster

Vraag en antwoord

door Gert Peeters, juridisch adviseur, gert.peeters@unizo.be

Wij ressorteren onder het Paritair Comité 336 voor de vrije beroepen en zijn een speler op de markt van boekhouders en advocaten. Onze werknemers hebben wegens de fiscale en sociale veranderingen heel wat bijscholing nodig. Wat wordt er voorzien vanuit ons Paritair Comité ?

Nog niets. In het najaar van 2011 sloten werkgevers en werknemers een deelakkoord wat betreft vorming. Er komt een vormingsfonds dat zich zal richten tot de risicogroepen van werknemers binnen het vrije beroep wat betreft opleiding. Momenteel is dit vormingsfonds in oprichting en deze maand nog werd de raad van bestuur geïnstalleerd, waarbij FVIB aan werkgeverskant uw belangen behartigt. Wanneer er effectief opleidingen worden erkend en in welke mate er een tegemoetkoming komt langs werkgeverszijde staat momenteel dus nog niet vast. We houden u alleszins op de hoogte via onze communicatiekanalen. ◆

Ik ben interieurarchitecte van opleiding. Kan ik de titel van interieurarchitect zelf aanvragen ?

Neen, de eigenlijke aanvraag zelf kan niet door een individuele vrije beroepsbeoefenaar gebeuren. Het is een erkende beroepsfederatie die het verzoekschrift tot titelbescherming moet indienen. Bovendien moet het verzoekschrift de uitdrukkelijke steun krijgen van een interprofessionele federatie die representatief is voor de vrije beroepen (zoals FVIB). Als de titelbescherming een feit is, dan kan u zich als individuele beroepsbeoefenaar op een lijst inschrijven als u aan de voorwaarden voldoet. Maar op dit moment is het verzoekschrift ingediend door de Associatie van Interieurarchitecten van België (Ainb) tot erkenning van de titel van interieurarchitect nog steeds hangende. Er werd nog geen Koninklijk Besluit gepubliceerd. ◆

Binnenkort verhuizen wij naar een nieuw pand met twee verdiepingen. Onderaan zouden kinesitherapeuten zich vestigen, bovenaan logopedisten en psychologen. Hoe kunnen wij de huur billijk verdelen zonder in een vennootschap samen te werken?

Een eerste mogelijkheid is dat iemand als hoofdhuurder fungeert en aan de andere collega’s onderverhuurt. Een andere optie is dat iemand het pand huurt en een deel ter beschikking stelt van de andere collega’s tegen vergoeding. Vervolgens kunnen bijvoorbeeld twee huurcontracten worden afgesloten: één voor de benedenverdieping en één voor de bovenverdieping. Een laatste mogelijkheid is dat jullie elk een huurcontract afsluiten. Al deze opties vergen uiteraard wel de goedkeuring van de eigenaar. ◆

Genoteerd.

“Het kan niet dat zij de ogen sluiten voor bepaalde wanpraktijken en zo de fraude vergemakkelijken in plaats van in te grijpen.”

SP.A-Kamerlid Van der Maelen over advocaten, notarissen en economische beroepen in Het Nieuwsblad.

“Ondernemingen en sectoren hebben de laatste maanden een zeer volwassen relatie opgebouwd met de federale regering. Nu de koepels nog.”

Staatssecretaris John Crombez in De Standaard

“De grote golf vrouwelijke apothekers heeft ervaren dat de job méér is dan winkeltje spelen, daarom neemt de interesse af.”

Lezersreactie van P.S. in Het Nieuwsblad

‘Het stoort me trouwens dat huisartsen in deze discussie tegen elkaar uitgespeeld worden. Het klopt niet dat artsen in de wijkgezondheidscentra zich opofferen, en de artsen met eigen praktijk niet hun best doen voor een toegankelijke gezondheidszorg.’

Jan De Lepeleire, arts in het Antwerpse Lint in De Standaard

“Ik vind het alleen verbijsterend dat je er om tien uur ’s avonds in een stad als Hilversum niet in slaagt een dokter bij een mevrouw te krijgen met wie het heel slecht gaat.”

Presentator Jan Leyers in Het Nieuwsblad

‘Ik ben zogenaamd de vijand van de zelfstandigen en ondernemers, maar praat heel veel met hen. Ik kan alleen maar vaststellen dat de vraag bij hen zeer groot is om een einde te maken aan de oneerlijke concurrentie, wat fraudeurs per slot van rekening zijn. ‘ Staatssecretaris John Crombez in De Standaard

Boekhoudkantoren in Antwerpen geviseerd

De do’s and dont’s bij een sociale inspectie

Boekhoudkantoren uit de regio Antwerpen behoren dit najaar tot de ‘prioritaire targets’ van de inspectiediensten. Dat vernam FVIB uit goede bron. De inspecteurs trekken ten strijde tegen illegale arbeid en sociale fraude. Maar ook niet-boekhoudkantoren kunnen sociale inspectie over de vloer krijgen. Wat zijn uw rechten en plichten en wat mogen inspecteurs wel of niet doen? Tijd voor een overzicht.

Om het even wanneer binnen zonder bellen?

In dienstverband mogen sociaal inspecteurs op elk moment van de dag of nacht (!) vrij binnengaan in alle arbeidsplaatsen of andere plaatsen die onder hun toezicht vallen of waarvan ze vermoeden dat de personen die er werken onder hun bevoegdheid vallen. Dat gaat zowel over gebouwen en lokalen binnen uw kantoor of praktijk, als over werken en werven daarbuiten. Hun komst moeten ze niet op voorhand aankondigen, wel moeten de inspecteurs zich kunnen legitimeren. Kunnen ze dit niet, dan mag u hen de toegang weigeren. In alle andere gevallen moet u hen binnenlaten, anders kan u vervolgd worden wegens ‘het verhinderen van het toezicht’. Privéruimten mogen de inspecteurs niet betreden, zelfs al wordt er gewerkt. Uitzonderingen: vaststellen van een inbreuk op heterdaad, u verzoekt hen daartoe of verleent toestemming, in geval van een oproep vanuit die plaats, bij brand of overstroming of wanneer de inspecteurs een machtiging tot visitatie hebben, afgeleverd door de onderzoeksrechter. Met zo’n machtiging mogen ze uw woning betreden, maar niet volledig doorzoeken (daartoe dient een huiszoekingsbevel).

Identificatie

De sociaal inspecteurs mogen uw identiteitspapieren vragen, evenals die van alle personen van wie zij dit voor hun opdracht nuttig achten. Deze identificatie kan ook via foto’s, film- of video-opnames.

Hoe verloopt een verhoor?

De inspecteurs kunnen u als werkgever verhoren, maar ook uw werknemers of getuigen (leveranciers, cliënten/patiënten, ...)

die zich op de arbeidsplaats bevinden. Dit kan gezamenlijk gebeuren of individueel. Als de inspecteur het toelaat, kan u bij het verhoor van uw werknemer(s) aanwezig zijn. Vaak gebeuren die echter individueel, omdat inspecteurs zo bepaalde tegenstrijdigheden kunnen ontdekken. In principe hebt u het recht om te zwijgen tijdens een verhoor, maar het is zeer moeilijk balanceren tussen het zwijgrecht en het verhinderen van het toezicht. Als inspecteurs u bijvoorbeeld vragen waarom u als werkgever geen Dimona (elektronische onmiddellijke aangifte van tewerkstelling) verrichtte voor uw werknemers, dan hebt u het recht om te zwijgen. Maar als ze u vragen wie de werknemers zijn die zonet de arbeidsplaats ontvluchtten, dan is zwijgen minder evident, want dan maakt u het onderzoek in principe onmogelijk.

Wat moet u voorleggen?

Sociaal inspecteurs kunnen u sinds 2006 verzoeken alle informatiedragers die onder hun toezicht vallen voor te leggen, of ze kunnen die zelf opsporen en onderzoeken. Onder ‘Informatiedragers’ vallen onder meer boeken, schriften, mappen, registers, documenten, numerieke of digitale informatiedragers, schijven en banden. Bent u bij de controle aanwezig, dan zullen ze u vragen deze voor te leggen. Bent u er niet, dan hebben ze het recht die zelf op te sporen. Inspecteurs mogen evenwel enkel sociale gegevens (bv. prestatiestaten) opsporen of gegevens die volgens wetgeving moeten worden bijhouden (bv. arbeidsreglement).

Ze kunnen dat enkel wanneer ze dit nuttig en nodig achten voor de opdracht. Weigert u deze voor te leggen, dan kan men u geen verhindering van toezicht verwijten. Het is toegelaten dat sociaal inspecteurs kopies

van informatiedragers (laten) nemen, erop beslag leggen of verzegelen (per ontvangstbewijs).

Was u niet bij het onderzoek aanwezig of stemde u niet vrijwillig in, dan moet u schriftelijk op de hoogte worden gebracht over het onderzoek.

Denkt u dat de opsporingen en in beslagnemingen uw rechten schaadden, dan kan u in kortgeding beroep aantekenen bij de voorzitter van de arbeidsrechtbank.

Welke maatregelen mogen ze nog nemen?

De sociale inspecteurs mogen aan de hand van foto’s, video- of filmopnames niet alleen uw identiteit vastleggen of vaststellen, maar ook de inbreuken zelf. Vinden ze het vereist, dan kunnen de inspectiediensten zelfs gebruik maken van hun opeisingsrecht en politiebijstand eisen. Inspecteurs kunnen ook preventieve maatregelen nemen, alsook stalen opnemen. Ze kunnen ook vervangingsdocumenten opstellen (een C4 afleveren als een werkgever met de noorderzon verdween) en aanplakking bevelen (bv. van uurroosters). Ze kunnen ook ambtshalve inlichtingen, verzameld tijdens hun onderzoek, doorgeven aan de andere inspectiediensten, soms met de toestemming van het arbeidsauditoraat (in het kader van een gerechtelijke opdracht).

Infosessie balans lezen een groot succes!

Op 26 september organiseerde UNIZO Kempen en FVIB een infosessie balans lezen in Q Bic in Herentals voor beginners en gevorderden. Bert Verdonck van AAB Accounting begeleidde de groep beginners. Guy Willems en Tim Laurijssens van Deloitte Fiduciaire waren de sprekers van de groep gevorderden. Een vijftigtal ondernemers kwamen hun kennis bijschaven. Bij de beginners werd er o.a. stilgestaan bij wat het verschil is tussen een balans en een jaarrekening.

Wordt elke inbreuk bestraft? Of u bestraft wordt en hoe zwaar hangt af van de inbreuk. De sociaal inspecteurs bezitten principieel over een beoordelingsbevoegdheid. Bij een zeer lichte inbreuk krijgt u wellicht een schriftelijke waarschuwing. Begaat u de inbreuk op korte termijn opnieuw, dan wordt een proces-verbaal opgesteld. De inspectiediensten zullen u waar mogelijk vragen om de inbreuk recht te zetten. Bijvoorbeeld een aanzuivering van een loontekort bij uw werknemers, indien u een indexatie ‘vergat’. Bij zwaardere inbreuken (bijvoorbeeld tewerkstelling van illegalen) wordt onmiddellijk een proces-verbaal opgesteld, dat aan het arbeidsauditoraat (als openbaar ministerie in sociaalrechtelijke aangelegenheden) wordt overgemaakt. Dat kan u eventueel dagvaarden voor de correctionele rechtbank.

Conclusie: Verleen best uw volle medewerking. Bij een inbreuk, komt u er vaak met een regularisatie vanaf. Doet u onterecht moeilijk, dan riskeert u een administratieve geldboete tot zelfs een strafrechtelijke vervolging.

Zo kregen de aanwezigen een antwoord op de vraag ‘Hoe een jaarrekening op een correcte manier lezen en interpreteren?’ De spreker staafde de materie met praktijkvoorbeelden. Ook de groep gevorderden kregen een onderdompeling in de financiële wereld waar o.a. de termen ‘financiële basisinformatie’, ‘het rendement’, ‘solvabiliteit’ en ‘liquiditeit’ aan bod kwamen. De deelnemers praatten nadien gezellig bij met een fris glaasje en hapje. terugblik

Koen Cabooter, adviseur Sociale Zaken UNIZO Studiedienst
“Stijl is een luxe die ik me graag permitteer.”

De Viano AVAntgArDe. grootse klasse.

8,6 - 12,1 l/100 km • 226 - 284 g CO2/km

Milieu-informatie KB 19/03/2004: www.mercedes-benz.be Geef voorrang aan veiligheid.

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.