vrijeberoeper
De Federatie voor Vrije en Intellectuele Beroepen, aangesloten bij
Erkenning beroepskwalificaties
Europese
lidstaten buigen zich over de huidige richtlijn
Als een vrij beroeper uit een Europese lidstaat vandaag in België zijn beroep wil uitoefenen, dan moet hij zijn beroepskwalificaties bewijzen. Het omgekeerde geldt ook. Hoe de lidstaten rekening moeten houden met de beroepskwalificaties, ligt vast in een Europese richtlijn uit 2005. Die richtlijn is volgens de Europese Commissie nu aan een modernisering toe. Gezien het belang van de richtlijn voor vrije beroepen en andere ondernemers, krijgen diverse instanties en organisaties uit alle lidstaten en enkele Europese koepelinstellingen de kans op input te leveren. Tegen eind dit jaar moet een ontwerprichtlijn op tafel liggen.
Het neerhalen van de grenzen in de Europese Unie maakt het mogelijk dat buitenlandse vrije beroepsbeoefenaars in België actief zijn en omgekeerd. Zo waren er in 2010 in ons land 15.632 beoefenaars van een vrij beroep met een niet-Belgische nationaliteit. Dat is 6,5% van het totale aantal vrije beroepsbeoefenaars. Niet de grote massa dus, maar hun aantal stijgt wel jaar na jaar. In 2000 waren er 7.189 niet-Belgen in het vrije beroep, in 2005 al 9.644 en nu meer dan vijftienduizend. En die hebben onrechtstreeks een impact op het Belgische vrije beroep.
De gevolgen van de richtlijn Een voorbeeld. U bent advocaat, samen met meer dan zestienduizend anderen.
Vandaag zijn in ons land 883 advocaten met een andere nationaliteit actief. Deze 883 pleiten dus ook in de Belgische rechtbanken en zoeken naar cliënteel in dezelfde vijver als u. Zij leveren dezelfde diensten als uzelf. Net als uw confraters-landgenoten zijn de niet-Belgische advocaten in zekere zin concurrent. Tot slot dragen zij net als u bij tot het imago van het beroep van advocaat. Het is dan ook van belang dat zij over dezelfde kwalificaties als hun Belgische collega’s beschikken. Zeker voor de consument, die er een beroep op doet. Hij moet de garantie krijgen dat de buitenlandse advocaat voldoet.
Procedures
Die controle gebeurt, toch voor beroepsbe-
oefenaars uit Europese lidstaten. Niet alleen door de Ordes, Instituten of Kamers, maar in eerste instantie door de Europese richtlijn van de beroepskwalificaties (2005/36/ EG). Deze richtlijn is van toepassing op alle zelfstandigen - dus ook vrije beroepen - en werknemers. Ze bepaalt de spelregels wanneer inwoners van de Europese Unie in een andere lidstaat een gereglementeerd beroep willen uitoefenen. Zoals bijvoorbeeld met betrekking tot het vereiste mininumopleidingsniveau, de gevraagde beroepservaring, het moeten beschikken over een bekwaamheidsattest en dergelijke meer. Zo moeten consumenten en beroepsbeoefenaars in een lidstaat zekerheid krijgen over de kwalificaties van, in
Onderhandelingen
PC 336 Vrije Beroepen
Bij het ter perse gaan van deze krant onderhandelden de sociale partners - waaronder ook FVIB - in het Paritair Comité 336 voor Vrije Beroepen over een nieuw sectorakkoord 2011 - 2012. Een globaal akkoord bereikten werkgevers en vakbonden toen nog niet. De onderhandelaars sloten vorige maand wel al een mini-akkoord over de oprichting van een vormingsfonds om werknemers van vrije beroepen meer en gericht op te leiden. FVIB doet er alles aan om de moeilijke onderhandelingen te kunnen afronden met een nieuwe cao. Verneem het meteen via www.fvib.be.
Inhoud
1 ACTUA: Vrij verkeer in Europa. Europese lidstaten buigen zich over de huidige richtlijn erkenning beroepskwalificaties.
3 Voorwoord: SAPPIG.
4 ACTUA: Katrien Penne van de SE r V-Stichting Innovatie&Arbeid over werkstress in het vrije beroep.
5 AGE nd A
6 P U bl ICATIES I n TE r VIE w: Kinesitherapeuten: Geert b auweraerts en l udo d uerinckx associeerden afgelopen jaar.
7 d e samenwerkingsovereenkomst: een checklist.
8 G ESP r EK met voorzitter Johan d e l eenheer.
9 Vr AAG E n A n T woord. G E no TEE rd: Citaten.
10 z E n IT o-I n F o: Van eenmanszaak naar vennootschap: gevolgen voor uw sociale zekerheid.
11 FVI b - I n F o: Je goede naam is goud waard. o ok online.
12 C o CKTAI l: Terugblik op activiteiten. >> lees verder op p. 3
U werkt hard aan uw goede reputatie en tekent dagelijks tientallen belangrijke documenten met uw naam. Dankzij uw jarenlange inspanningen is die naam vandaag goud waard Ook online Tenminste als u uw domeinnaam registreert via DNS be
REGISTREER UW DOMEINNAAM
dit geval, de vrije beroeper uit een andere lidstaat. De procedure is voor elke lidstaat dezelfde. Voor medische vrije beroepen (zoals huisarts, apotheker en tandarts) en architecten zijn beroepsspecifieke bepalingen opgenomen.
Modernisering richtlijn
Al in 2010 besliste de Europese Commissie dat de richtlijn aan een update toe was. Ze moet eenvoudiger en meer tegemoet komen aan het moderne Europa en de behoeften van zijn lidstaten. Daarenboven wou Europa met een aangepaste richtlijn de interne markt - het vrij verkeer van diensten - meer stimuleren. De Europese Commissie zelf evalueerde de richtlijn als eerste. Begin 2011 organiseerde de Commissie een openbare raadpleging over de richtlijn. Onder meer UEAPME ( de Europese Unie van het Ambacht en van het Midden- en Kleinbedrijf) en de Hoge Raad voor Zelfstandigen en KMO’s gaven toen insteek voor wijzigingen. De Commissie bundelde alle aanpassingsvoorstellen en lanceerde op 22 juni 2011 het zogenaamde ‘groenboek van beroepskwalificaties’. Alle betrokken organisaties, lidstaten en instanties kregen tot 22 september de tijd om aan de hand van vierentwintig vragen een reactie op het voorstel te geven. Een halve maand later, op 18 oktober, formuleerde het Comité Interne Markt van het Europees Parlement tot slot zijn opmerkingen. Omdat de richtlijn een impact heeft op het vrije beroep, gaven ook diverse vrije beroepsorganisaties hun reactie op het groenboek. Voor Vlaanderen was dat FVIB samen met UNIZO, na overleg met de bij hen aangesloten beroepsorganisaties. Ook via de Hoge Raad voor Zelfstandigen en KMO’s, zelf een platform van beroeps- en interprofessionele organisaties, kwam insteek. Maar het overleg gebeurde eveneens over de landsgrenzen heen. Zoals binnen libP-e-net, een online Europese netwerk van vrije beroepen.
Over kwaliteit en taalkennis
Over welke voorstellen tot aanpassing gaat het dan concreet? Een eerste belangrijke vaststelling is dat de richtlijn geen heldere definitie geeft van een vrij beroep. Het is zeer moeilijk om deze en toekomstige Europese richtlijnen uit te werken als niet
alle lidstaten hetzelfde verstaan onder ‘vrij beroep’. Daarnaast benadrukken de organisaties het belang van een degelijke taalkennis. De relatie tussen een vrij beroepsbeoefenaar en zijn patiënt of cliënt staat of valt met vertrouwen. Als die elkaar moeilijk of niet verstaan, staat die relatie op de helling. Maar ook de veiligheid komt in het gedrang. Dat speelt zeker bij medische beroepen. Een pijnlijke tand valt nog met enige gebarentaal aan te wijzen. Maar hoe vertelt u de (tand)arts dat je bijvoorbeeld nog bloedverdunners gebruikt? Of wat als u op spoed belandt en geen andere keuze krijgt dan een arts die u nauwelijks verstaat. Een goede medische verzorging is pas mogelijk - en juridisch gefundeerdals de patiënt en de zorgverlener kunnen communiceren en akkoord gaan met de behandeling.
Portfolio
Als een vrij beroeper in een andere lidstaat actief wil zijn, moet hij ook voldoende kennis van de regelgeving over het beroep hebben. Dat gaat dan bijvoorbeeld over het juridische kader van het beroep, met de nadruk op de deontologische code. Zoals weten dat briefwisseling tussen advocaten vertrouwelijk is, of dat medische beroepen beperkt of geen reclame mogen maken, of dat de aansprakelijkheidsverzekering van sommige vrije beroepen een bepaalde minimumdekking moet hebben. Of de deontologie respecteren. Als iemand in eigen land uit zijn beroep is ontzet, moet de lidstaat waar hij zich wil vestigen hiervan op de hoogte zijn. Permanente vorming behoort eveneens tot de verplichtingen van een buitenlandse vrij beroeper. Hij moet zijn beroepskwalificaties, ook al zijn die behaald en gevalideerd, continu actualiseren. Via een soort van vrijwillige portfolio moet de beroepsbeoefenaar bewijzen dat hij aan alle criteria voldoet. Over de vorm ervan - een beroepskaart, een online databank… - bestaat nog geen consensus. Wel moet die alle behaalde basiskwalificaties bevatten, alsook welke die zijn en waar en hoe die behaald zijn. En het systeem moet geïntegreerd worden in bestaande initiatieven. De Europese Commissie stelt de aangepaste ontwerprichtlijn eind dit jaar voor. Of de Commissie rekening houdt met alle opmerkingen voor het vrije beroep is nog maar de vraag.
Colofon
Contact e-mail: info@devrijeberoeper.be • Tel: 02/238 05 04 • Fax 02/280 03 79
Redactie
Sanderijn Vanleenhove, Ellen Verhavert, Gert Peeters, Jan Sap
Vormgeving
Proforma Advertising bvba • danny.laureys@proforma.be
• Tel: 015/52 91 10
Fotografen
Studio dann, Jurgen d oom, Ellen Verhavert, Marleen Goossens, Sanderijn Vanleenhove
Illustraties Kim
Volg Jan Sap via Facebook en Twitter >>
Verantwoordelijke uitgever FVI b vzw, Spastraat 8, 1000 b russel Adverteren in De Vrije Beroeper? Contacteer reclameregie Trevi n V, Thomas l annoo, Tel 02/ 428 30 90, Fax 02/ 428 37 55, thomas.lannoo@trevi-regie.be de redactie van de Vrije b eroeper streeft naar de grootst mogelijke betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, waarvoor zij echter niet aansprakelijk kan worden gesteld.
SAPPIG
U heeft het eerste exemplaar vast van ‘De Vrije Beroeper’, een gloednieuwe periodieke uitgave van FVIB. Het is een bevestiging van de trendy opmars van de vrije beroepen evenals een erkenning van hun meerwaarde. Deze erkenning wordt blijkbaar niet door iedereen gedeeld. In het federaal parlement liggen er op dit ogenblik wetsvoorstellen ter tafel waarbij men de vrije beroepen wenst te onderwerpen aan de wet marktpraktijken. Deze wet regelt handelspraktijken zoals de solden, koppelverkoop, sperperiode,…
De logica hiervan ontgaat ons. Veel van wat in deze wet marktpraktijken wordt geregeld is niet van toepassing op vrije beroepen. Bovendien is er sinds 2002 een specifieke wet voor vrije beroepen over onder meer misleidende en vergelijkende reclame. Hierbij werden alle relevante stukken uit de wet marktpraktijken omgezet voor vrije beroepen. Waarom? Omdat vrije beroepen zijn wie ze zijn: geen handelaars. En voor alle duidelijkheid, dit heeft niets te maken met de erkenning dat vrije beroepen ondernemers zijn. Integendeel, sinds jaar en dag pleiten we voor meer aandacht voor ondernemersvaardigheden in de basisopleidingen voor vrije beroepen.
Deze voorstellen zijn symptomatisch voor het gebrekkig besef van de eigenheid van vrije beroepen. De onafhankelijke positie evenals de maatschappelijke meerwaarde van een vrij beroep worden immers gewaarborgd door een beroepseigen deontologie en een aangepaste reglementering. Het is door hun deontologisch gewaarborgde onafhankelijkheid en dito beroepsgeheim, in combinatie met hun expertise en nabijheid, dat de vrije beroepers de nieuwe biechtvaders (of biechtmoeders) zijn geworden voor de vele patiënten en cliënten die ze dagelijks bedienen. Door alles op één hoop te gooien miskent men impliciet deze cruciale rol van vrije beroepen in ons maatschappelijk bestel. Volgens FVIB alvast geen goed idee.
Jan Sa P Secretaris-generaal jan.sap@unizo.be
de Vrije b eroeper, de krant voor vrije beroepen, is een uitgave van FVI b, de Federatie voor Vrije en Intellectuele b eroepen. Verschijnt 4x per jaar.
“De emmer zit zo vol als hij zit. Ooit kan er niets meer bij.”
Katrien Penne (SErV) over werkstress in het vrije beroep
Maar liefst 50,1% van de vrije beroepen heeft werkstress. Voor 39% van hen is de balans tussen werk en privé grondig zoek. Een hoge werkdruk en emotionele belasting zijn voor één op twee belangrijke knelpunten. Niet mis te verstane cijfers uit de Werkbaarheidsmonitor van de SERV-Stichting Innovatie&Arbeid. Meer nog, 55,2% vindt zijn vrij beroep hierdoor niet meer ‘werkbaar’. “Belangrijke signalen”, noemt Katrien Penne van de Stichting ze. En zeker een bedreiging voor de aantrekkelijkheid en leefbaarheid van het vrije beroep. Gelukkig valt er iets aan te doen.
Vrije beroepen staan cliënten of patiënten bij in de moeilijkste fasen van hun leven: ziekte, huwen, bouwen... Periodes die heel wat stress met zich brengen. En net zij, de vrije beroepen, kampen volgens de Werkbaarheidsmonitor van de SERVStichting Innovatie&Arbeid met enorme stress, hoge werkdruk, emotionele belasting en een werk-privébalans uit evenwicht (zie inzet). Minstens één op twee om precies te zijn. In die mate dat bijna zes op tien zijn vrij beroep niet meer werkbaar vindt. “Het lijkt inderdaad heel ironisch”, zegt Katrien Penne van de Stichting. “Toch mogen we het niet weglachen.
Stress is wel degelijk een groot probleem. Het heeft een invloed op onze gezondheid, onze mentale ingesteldheid. Vergeet niet dat je de hoogste cijfers over zelfmoord en burnouts bij de vrije beroepen vindt. Stress leidt niet alleen tot menselijke drama’s, maar het betekent vaak ook het einde van de praktijk.”
Belemmering ondernemerschap
Maar stress heeft eveneens een impact op het gehele ondernemerschap. “Stress belemmert een ondernemer in zijn creativiteit en innovatie. Nochtans twee sleutelfactoren voor het bedrijfseconomisch succes.
Het bepaalt ook de manier waarop we omgaan met onze patiënten, cliënten of medewerkers en of we zo bezig willen blijven tot aan ons pensioen.”
Karoshi. Japans voor ‘dood door overwerk’ Redenen genoeg om er iets aan te doen. Dit lijkt echter geen gemakkelijke opdracht. Stress en vooral erover communiceren hangt vandaag bij ondernemers vaak in de taboesfeer. “Wie geeft er graag toe dat hij een probleem heeft? En dan is er ook nog de maatschappelijke druk, in de trant van ‘Van hard werken is nog niemand doodgegaan’. Maar dat is nu net de grote misvatting. Aan te hard werken kan je wel degelijk tenonder gaan. In het Japans is er zelfs een woord voor: ‘karoshi’ ofwel ‘dood door overwerk’. De uitdaging is dan ook om het thema aan te brengen, maar tegelijk de vrije beroepen in hun waarde te laten.” Onder meer de interprofessionele- en beroepsorganisaties moeten hierin volgens de Stichting het voortouw nemen. Netwerkmomenten organiseren, het tonen van goede praktijkvoorbeelden en workshops zijn een ideaal middel. Bewustmaking is de eerste stap. Pas dan volgen de acties.
Brug en buffer
Maar hoe komt het dat die vrije beroepen zoveel last hebben van werkstress? Volgens de statistieken zelfs meer dan hun collega-ondernemers uit andere sectoren. “Vrije beroepen hebben nu eenmaal een andere relatie met hun patiënten of cliënten. Om het zwart-wit uit te drukken en met alle respect, maar de diensten van een vrij beroeper zijn van een heel andere orde dan pakweg koeken bakken. De vertrouwensband is er cruciaal. Wie bij een vrij beroeper over de vloer komt, praat over meer dan het mooie weer. En doet dat vaak ook buiten de klassieke kantooruren. Het hoeft niet te verwonderen dat de emotionele belasting en werkdruk bij vrije beroepen hoger gaat liggen. Daarnaast stellen patiënten, cliënten en de overheid
hoge verwachtingen van de vrije beroeper. De druk om eraan te voldoen is groot. De maatschappij is gewoon veel hectischer. Naast brug naar die samenleving moeten vrije beroepen dan ook nog buffer spelen. Maar de emmer zit zo vol als hij zit. Ooit geraakt er niets meer bij. En ook bij vrije beroepen loopt die dan over.”
aanpak en preventie
Toch is het dan niet meteen pompen of verzuipen. Er zijn oplossingen om werkstress aan te pakken en te voorkomen. “In de eerste plaats moet je de signalen erkennen. Bijvoorbeeld als je ’s avonds na een werkdag echt op bent, weinig belangstelling hebt voor anderen of weerstand voelt om er de volgende dag weer aan te beginnen. Durf je er bewust van te zijn. Inventariseer dan de mogelijke stressbronnen (zie kader) Die kunnen te maken hebben met de beroepsuitoefening zelf. Zoals het werk (bv. aantal werkuren), externe relaties en communicatie (bv. moeilijke patiënten/ cliënten) of interne relaties (bv. met medewerkers of vennoten). Daarnaast met wat aan het beroep gerelateerd is. Zoals de werkomgeving (bv. lawaai), de algemene praktijksituatie (bv. toekomstonzekerheid) of zaken die te maken hebben met de bedrijfsvoering (management- en ondernemersvaardigheden).
Individuele oplossingen
Ga dan na hoe je die oorzaken kan wegwerken (zie kader). Stel voor jezelf een actieplan op. De aanpak zal voor iedereen anders zijn. Maar minder werken, opleidingen volgen, samenwerken met collega’s, je sociale back-up meer uitbouwen, een beroep doen op gespecialiseerde instanties of een actieve vrije tijd zijn maar bijvoorbeeld enkele opties. Het lijkt moeilijk of onhaalbaar, zeker dat minder werken, maar je moet echt je doelstellingen bepalen, keuzes durven maken. En ernaar handelen. Werken zonder stress bestaat niet. Maar we kunnen er wel mee leren omgaan.”
Stressbronnen in de vrije beroepspraktijk
• Kenmerken van het werk: tempo, hoeveelheid, aantal werkuren, complexiteit...
• Kenmerken van de werkomgeving: lawaai, moeilijke lichaamshouding...
• Externe relaties en communicatie: te hoge eisen, sociaal moeilijke klanten, slechte afspraken, conflicten, gebrek aan waardering...
• Interne relaties: op wie kan u rekenen, sfeer, conflicten, waardering van medewerkers...
• Algemene praktijksituatie: toekomstonzekerheid, geen professioneel klankbord, effecten van werk op privé, inkomen, administratie...
• Te weinig kennis van management- en ondernemersvaardigheden: personeelsbeleid, marketing, financieel inzicht, opstellen strategie...
Enkele mogelijke oplossingen
• Bewustwording + definiëren stressbronnen + opstellen actieplan
• Waarden verhelderen: wat vind ik belangrijk
• Minder hard werken
• Andere werkorganisatie: afspraken en regels, samenwerken, andere partners, investeringen...
• Verhogen van de competentie door opleiding: nieuwe kennis, conflicthantering, timemanagement...
• Netwerkvorming, sociale steun: leren van kennis en ervaringen van anderen
• Meer actieve vrije tijd: hobby, sport
• Gezondere leefgewoonten: bewegen, voeding, vermijden van roken...
• Ruimte voor onmiddellijke recuperatie: relaxatie, pauzes...
•
agenda
SEMInaRIE SuccES zOnDER STRESS
23 november 19u30 Ieper
Stress en een verstoorde werk-privé-balans zijn herkenbare problemen voor veel vrije beroepers. Volgens de Vlaamse Werkbaarheidsmonitor heeft meer dan de helft van de sector er effectief mee te kampen. Tegelijkertijd wordt er van uitgegaan dat we met zijn allen in de toekomst met nog meer mensen én langer aan het werk zullen blijven, om onze sociale en economische verworvenheden veilig te stellen. Het aanpakken van stressknelpunten en het uitkienen van een preventieve werkorganisatie zijn dan ook geen overbodige luxe, al lijken ze vaak de laatste zorgen van een ondernemer. Maar hoe begint u er aan? Op deze avond geven we u inzicht in de stressbronnen in uw werksituatie, en tips om stress in uw werkorganisatie aan te pakken en te voorkomen. Dit alles geïllustreerd met herkenbare praktijkvoorbeelden.
SEMInaRIE SchIJnzElFSTanDIghEID
29 november 19u30 Sint-Niklaas
Wat is een schijnzelfstandige? Een antwoord hierop geven we u vanuit een analyse van de wetgeving en rechtspraak. Daarnaast zorgen we ook voor duiding rond de cijfermatige gevolgen van een herkwalificatie. Ter aanvulling krijgt u nog tips over de specifieke contractuele clausules die in een consultancy-overeenkomst of managementsovereenkomst dan wel of helemaal niet moeten worden opgenomen. Kortom, iedereen die een controle van een sociaal inspecteur omtrent de schijnzelfstandigheid vreest, zal op zijn wenken worden bediend.
> Meer info over deze seminaries via www.fvib.be/activiteiten.jsp
Publicaties Een huwelijk zonder seks
Boek Marketing voor vrije beroepen
Marketing sluipt langzaam maar zeker alle gelederen van de vrije beroepen binnen. Bij advocaten en accountants is het al lang geen taboe meer, maar ook de medische vrije beroepen zetten nu hun eerste, schroomvolle marketingpasjes. Dit boek van auteur Barend Blondé geeft in drie stappen, en met een heleboel tips en tricks, aan hoe u op een gezonde manier aan marketing kan doen en uw cliënten- of patientenbestand verder kan uitbouwen.
Boek Juridische aspecten van samenwerken
Kinesitherapeuten Geert en ludo associeerden
Een goed jaar geleden stond Ludo Duerinckx nog aan het hoofd van zijn kinesitherapeutenpraktijk in Leuven. Geert Bauweraerts was er samen met een andere collega zelfstandig medewerker. Beide kinesitherapeuten waren ervan overtuigd dat de praktijk via samenwerking kon groeien, nieuwe investeringen aankon, beter in de markt zou staan en aan reputatie zou winnen. Daarnaast zagen ze opportuniteiten in een multidisciplinaire aanpak.
Jaarverslag 2010-2011
De huidige samenleving evolueert tegen een hoge snelheid en wordt met de dag complexer. De kennis en technieken vereist voor de uitoefening van het vrije beroep evolueren almaar sneller. Samenwerken kan een oplossing bieden om deze eisen en verwachtingen met elkaar te verzoenen. Dit boek van auteur Bart Goossens biedt u inzicht in de mogelijke juridische vormen van samenwer ken en wil u vertrouwd maken met de topics die aan bod kunnen komen wanneer een samenwerking juridisch vorm krijgt. U l EEST MEER
Het jaarverslag bundelt de belangrijkste syndicale realisaties die FVIB het afgelopen jaar verwezenlijkt heeft en geeft een overzicht van de activiteiten en communicatieacties van het afgelopen werk jaar. Het verslag verduidelijkt daarnaast de structuur van FVIB en biedt een samenvatting van statistische gegevens over het vrije beroep.
‘We
Omdat ze niet goed wisten hoe ze de associatie moesten aanpakken, vroegen ze de medewerkers van FVIB om hen te begeleiden. Vandaag vind je ze terug in MultiZorg De Vaart, een gerenoveerd pand langs de Leuvense Vaart, samen met twee andere kinesitherapeuten, evenveel psychologen en medisch pedicuren, een logopedist, voedingsdeskundige, en specialisten in yoga, ayurvedische massage en cranio-sacrale therapie. Geert Bauweraerts getuigt over de weg naar zijn associatie en de begeleiding door FVIB.
moderne praktijk was wel geen gemakkelijke opgave. Wonder boven wonder kwam Ludo af met de mogelijkheid om een huurpand te renoveren. Aan de vaart in Leuven, op slechts één kilometer van de oude praktijk. Daar was genoeg ruimte om een volwaardig multidisciplinaire groepspraktijk uit te bouwen, op de manier zoals wij het voor ogen hadden. Maar bij een moderne praktijk hoort ook een moderne communicatie, boekhouding, financiering, taakverdeling en bestuur van de praktijk. Hierover hebben we veel geleerd van FVIB.”
dan en in welk tijdbestek moet je die som uitbetalen? Raar om over zulke dingen na te denken, maar als het gebeurt, dan weet je tenminste waaraan je je kan verwachten. De kans dat dit dan uitloopt op ellenlange en zenuwslopende discussies is hierdoor veel kleiner. ”
Wat hebben de tips van de FVIB jullie nu opgeleverd?
“We staan steviger in onze schoenen, we hebben een gemeenschappelijk doel voor ogen en nog belangrijker, we hebben elkaar nog beter leren kennen.”
FVIB is sinds kort ook terug te vinden via Facebook.
Word lid van onze pagina en blijf op de hoogte van onze standpunten, onze activiteiten, …!
geert, ongeveer een jaar geleden riepen jullie de hulp in van FVIB om de associatie op te starten. Waarom?
“Omdat we het deze keer goed wilden doen. We wilden weg uit de situatie van onze oude praktijk. Financieel en communicatief waren veel zaken slecht geregeld. Ludo zocht een frisse start en ik zocht een goede collega om een moderne praktijk mee uit te bouwen. En dat was met Ludo geen probleem. Het vinden van een
Eén van jullie taken vanuit FVIB was het opmaken van een samenwerkingsovereenkomst. hoe hebben jullie dat ervaren?
“Net omdat we die overeenkomst moesten opstellen, dachten we na over aspecten die van tevoren niet bij ons opkwamen. Een voorbeeldje: Stel dat een associé een einde wil maken aan de samenwerking, dus wil uittreden. De associé gaat niet met pensioen, is niet werkonbekwaam en overlijdt niet. Welke uittredesom ontvangt hij
Is deze workshop iets wat alle opstartende associatie zouden moeten doorlopen?
“Als ‘het goed zit’ tussen de associés is daar geen reden voor. Maar goed zitten betekent niet alleen goede vriendjes zijn. Het betekent ook goed en open communiceren, een goede en eerlijke taakverdeling opstellen, er voor elkaar zijn, ook in moeilijke tijden. Kortom, zoals een huwelijk maar dan zonder seks. ◆◆◆ EV en SV
wilden het deze keer goed doen. We wilden weg uit de situatie van de oude praktijk.’
De samenwerkingsovereenkomst
Eén van de elementen waar Geert Bauweraerts en Ludo Duerinckx (zie pg. 6) in hun associatieproces mee worstelden, was het opstellen van een samenwerkingsovereenkomst. Wat moet er zeker in? Zijn er deontologisch bepaalde verplichtingen? Over welke zaken moet je nadenken? Een overzicht.
Als u gaat samenwerken, dan is het belangrijk om een aantal aspecten onderling te bepalen en schriftelijk vast te leggen. Wanneer de samenwerking in een vennootschap met rechtspersoonlijkheid gebeurt, dan zijn een aantal zaken sowieso geregeld in de statuten. De ervaring leert echter dat het kader van de courante vennootschapsvormen niet altijd aan de noden van de professionele samenwerking voldoet. Het is veelal nodig een aantal zaken nog eens expliciet en apart te regelen. Daarnaast hebben de associés zelf dikwijls behoefte om bepaalde aspecten van de onderlinge samenwerking nader te omschrijven en een aantal afspraken hierover schriftelijk vast te leggen. Juridisch en deontologisch kunnen we met andere woorden een viertal documenten onderscheiden die de samenwerking schriftelijk kunnen vastleggen: 1) de statuten, 2) samenwerkingsovereenkomst, 3) het regle-
ment van interne orde en 4) werkprocedures en protocollen. Tussen de verschillende documenten is een bepaalde hiërarchie. De statuten vormen de basis met de voornaamste beginselen die verder uitgewerkt en geconcretiseerd worden in de andere documenten.
1) Statuten
Bij vennootschappen met rechtspersoonlijkheid is het opstellen van statuten verplicht. Deze zijn min of meer publiek (publicatie in het Staatsblad). Daarenboven zijn ze weinig flexibel. Aanpassingen kunnen enkel verlopen via een formele Algemene Vergadering. Het is mogelijk om een aantal zaken expliciet te gaan regelen in de statuten, maar om bovenvermelde redenen beperkt men de statuten meestal tot de wettelijk en deontologisch verplichte clausules, zoals vorm, doel, benaming, bestuur, oprichters...
Checklist samenwerkingsovereenkomst
U bepaalt zelf wat u in een samenwerkingsovereenkomst opneemt en wat niet. Onderstaande elementen kunnen dus in de overeenkomst, maar hoeven niet per se, het zijn richtlijnen. Het is aan u om te beslissen wat essentieel is voor uw samenwerking. Een aantal zaken zullen bij bepaalde vennootschapsvormen ook al juridisch bepaald zijn. U doet er wel goed aan om op zijn minst over de verschillende aspecten na te denken. Om uw samenwerking te formaliseren of rechtsgeldig te maken, gaat u best langs bij een juridisch adviseur.
✓ Partijen
Wie neemt deel aan de samenwerking? U vermeldt de namen en gegevens.
✓ Doel
Met welk doel gaat u samenwerken? Wat is uw missie en visie? Uw samenwerking kan bijvoorbeeld als doel hebben: continuïteit van uw dienstverlening, het uitwisselen van kennis...
✓ Voorwerp en vestiging
Waar vindt de samenwerking plaats en wat omvat die? Kan een associé nog een privépraktijk hebben en is deze voorwerp van de associatie, werkt iemand voltijds of deeltijds, heeft iemand een mandaat buiten de associatie (bv. onderwijs).
✓ Duurtijd
Wanneer begint de samenwerking (datum)?
Wanneer vervalt ze: is er een leeftijdsgrens, bij welk doemscenario (zie verder) wordt de samenwerking stopgezet...
2) Samenwerkingsovereenkomst
Deze afzonderlijke overeenkomst omvat de basisspelregels in het samenwerkingsverband, ongeacht de juridische structuur. Dit document is een werkdocument. Het kan ten allen tijde worden aangepast of aangevuld naar de wensen en behoeften van de associés. De verschillende mogelijke onderdelen worden hieronder verder uitgewerkt.
3) Reglement van interne orde
Dit document omvat gelijkaardige afspraken als de samenwerkingsovereenkomst. Een reglement van interne orde kan ook aanvullend zijn bij een samenwerkingsovereenkomst. In het laatste geval legt het reglement een aantal meer praktische zaken vast, zoals: taak-en
bevoegheden van de associés, de frequentie en inhoud van de vergaderingen, procedures bij belangrijke beslissingen... De associés kunnen ook dit document altijd aanpassen of aanvullen.
4) Werkprocedure en protocol
Deze documenten leggen veeleer vast hoe de associés bepaalde cruciale zaken voor de kwaliteit van de dienstverlening of de administratieve organisatie van de associatie moeten uitvoeren. Dat kan gaan over de intake van een cliënt of patiënt, richtlijnen voor ereloonnota’s, forumlieren en dossiers... Werkprocedures en protocollen hebben eerder te maken met het dagdagelijkse management van de praktijk.
Het FVIB-Kenniscentrum begeleidt vrije beroepen in hun associatieproces via eerstelijnsadvies, interessante seminaries en individuele begeleidingen. FVIB werkte daarnaast een stappenplan en een handboek over associëren uit. Alle info vindt u op www.fvib.be/samenwerken of
✓ uitbreiding
Is een toetreding van een nieuwe associé mogelijk? Over welke competenties moet hij beschikken? Is er een proefperiode? Wie moet de uitbreiding goedkeuren? Welke intredeformaliteiten moet hij vervullen? ...
✓ Organisatorische werking. Afspraken inzake keuzevrijheid patiënt/client, autonomie/onafhankelijkheid associés, systeem van kwaliteitsmeting, dossiers (bv. opmaak), briefwisseling (bv. briefhoofd, protocol...), werkschema - permanentieregeling, verlofregeling (bv. hoeveel weken, wie kiest eerst, voorkeurrecht oudste associé,...), beslissingsrecht (unaniem, tweederde...), permanente vorming...
✓ Financiële werking
Bepalingen inzake erelonen en supplementen, verantwoordelijkheden over vervullen en terugbetaling prestaties en facturen, opsomming van de inkomsten en kosten, verdeelsleutel van kosten en inkomsten...
✓ Juridische en fiscale werking
Hieronder neemt u de verantwoordelijkheden van de associés op inzake de belastingaangifte en sociaal statuut. Alsook voegt u hier de eventuele persoonlijke vennootschappen van de associés toe (indien relevant) en bepaalt u hier de relatie tussen de associés.
✓ Burgerlijke aansprakelijkheid
Een afzonderlijke verzekering? Is er een voorkeur voor een bepaalde verzekeringsmaatschappij?
✓ z iekte, invaliditeit of afwezigheid
Zijn er verplichtingen inzake een verzekering Gewaarborgd Inkomen (G.I.)? Stopt de associatie na een bepaalde duur van afwezigheid van een associé? Bouwt u een solidariteitsmechanisme in de associatie in (bv. dat de associatie in afwachting van het in werking treden van de verzekering G.I. een vergoeding uitbetaalt)? ...
✓ Vervanging
Moeten de associés verplicht vervanging voorzien? Vanaf wanneer (bv. x-aantal weken, zwangerschap...), hoe gebeurt de vervanging (protocol)? ...
✓ Besluitvorming en wederzijdse informatie
Wie beslist in de associatie? Is er meldingsplicht bij sancties of tuchtprocedures? Zijn er vaste overlegmomenten waarin beslissingen genomen moeten worden? ...
✓ Wijziging, uitbreiding en aanpassing overeenkomst
Wanneer kan de overeenkomst gewijzigd worden (bv. bij gemeenschappelijk akkoord)?
Hoe gebeurt de wijziging (bv. nieuw contract opstellen)? Wat als er geen consensus wordt bereikt over de wijziging (zie verder bij interpretatie en geschillenregeling).
✓ Interpretatie en regels bij betwisting
Welke procedure hanteert u bij een betwisting? Begint u met besprekingsrecht (bv. per aangetekende brief uw vraag tot bespreking
aankondigen en dan bespreken binnen de x werkdagen), is er een bezinningsperiode (hoeveel dagen), roept u de hulp in van een externe bemiddelaar? ... Wat als er geen consensus is (zie geschillenregeling)?
✓ geschillenregeling
Is er een alternatieve geschillenprocedure? Of werkt u via arbitrage? Of moeten geschillen meteen voor de rechtbank geregeld worden? (Opgelet: bij sommige vennootschapsvormen is deze geschillenregeling al bij wet geregeld).
✓ Einde van de associatie
Wanneer stopt de associatie? Bijvoorbeeld van rechtswege (overlijden, meer dan x maanden werkonbekwaam, leeftijdsgrens, psychische onbekwaamheid, deontologische fout..), wederzijdse opzegging (hoe dossiers regelen, wat met de vestigingsplaats,...), vrijwillige eenzijdige opzegging (wat met de procedure), eenzijdig omwille van dringende redenen (welke zijn die redenen, wat is de procedure...), concurrentiebeding...
✓ Taak- en bevoegdheidsverdeling
Welke taakverdeling zijn er op beroepsinhoudelijk vlak? Welke managementtaken zijn er en hoe worden die verdeeld (bv. ICT, personeelsbeleid, marketing, infrastructuur...), ...
✓ Vereffening associatie
Na hoeveel maanden volgt de eindbalans? Door wie? Hoe gebeurt de verdeling (volgens de bestaande verdeelsleutel of anders?), hoe worden de dossiers geregeld, hoe wordt het stopzetten bij het cliënteel bekend gemaakt?...
Meer weten?
krijgt u via telefoon 02 238 05 04.
Opwarmen voor een boeiende FVIB-werking
Een gesprek met voorzitter Johan de leenheer
Op 1 december is accountant Johan De Leenheer twee jaar voorzitter van FVIB. Mede onder zijn impuls evolueerde FVIB steeds meer naar een ledenorganisatie. Hij pleitte voor de publicatie van een jaarverslag, leidde FVIB naar Europa en stond mee aan de basis van de oprichting van deze krant. Tijd voor een terug- en vooruitblik.
u bent nu bijna twee jaar voorzitter. Is er veel veranderd?
“Zeker. Al was er een stevige basis. Maar we zijn gegroeid. Onze werking is verruimd, op syndicaal vlak staan we sterker en de naam FVIB - hoe moeilijk die ook bektklinkt bekender bij journalisten en politici. Toegegeven, bij de vrije beroeper zelf iets minder, maar daar werken we aan. Onze vertegenwoordiging in het nieuwe Paritair Comité voor Vrije Beroepen gaf ons meer slagkracht. Ook via andere instellingen als het RSVZ, de Hoge Raad voor Zelfstandigen en KMO’s, het Sluitingsfonds en andere geeft FVIB het vrije beroep een
U volgt uw cliënten van heel kortbij. Als cliënt mag u van KBC hetzelfde verwachten.
Net als u zijn we nauw verweven met uw regio. KBC is een bank-verzekeraar die voor zijn cliënten heel nabij wil zijn. Voor professionals als u komen we graag nog een stap dichter bij u en uw zaak. Want met een persoonlijk contact loopt alles zoveel vlotter. Daarom kunt u bij KBC rekenen op een relatiebeheerder en een team van experts. Zij volgen uw zaak of praktijk op de voet. Van start over groei tot het overlaten van uw zaak of praktijk: uw KBC-relatiebeheerder blijft u even gedreven begeleiden. Altijd in samenspraak met u. KBC spreekt uw taal. Dat doen we samen dag na dag met de duizenden lokale ondernemers, zelfstandigen en vrije beroepers van bij ons.
KBC. Wij spreken uw taal.
stem. Zelfs op Europees vlak staan we sterker. U weet net zo goed als ik dat Europa en zijn vele richtlijnen steeds belangrijker worden voor het vrije beroep. Daarom sloten we een overeenkomst met onze Duitse en Nederlandse collega’s.”
“Ik hamer vooral op de aparte benadering van vrije beroepen. Ikzelf ben accountant en voel me op en top vrij beroeper. Maar ik moet ook ondernemer zijn. Je moet toch iets afweten van marketing, boekhouding, personeelsbeleid, management… Ik zie dat ook bij de vrije beroepen die ik als accountant begeleid. We zijn nog te weinig met ondernemersvaardigheden vertrouwd. Dat is ergens logisch, we krijgen die in onze basisopleiding amper mee. Maar er blijft een verschil, er zijn specifieke noden en behoeften. En hieraan komen we met FVIB tegemoet.”
Wat is dat verschil?
Wat is een vrij beroeper?
“Die vraag krijgt algauw dezelfde status als ‘wat was er eerst: de kip of het ei’ (lacht) Vandaag bestaat geen sluitende definitie. Wel verdienstelijke pogingen, zoals die van de wet Marktpraktijken: “elke onderneming die geen koopman is in de zin van artikel 1 van het wetboek van koophandel en die onderworpen is aan een bij wet opgericht tuchtorgaan”. Maar deze sluit bepaalde vrije beroepen uit, zoals tandartsen en kinesitherapeuten. Een waterdichte definitie opstellen blijft dus zeer moeilijk.”
“FVIB benadrukt altijd de onafhankelijkheid, maatschappelijke meerwaarde en deontologie van het vrije beroep. Hier zit het verschil met ‘andere’ ondernemers. Dat onderscheid staat echter op de helling. Denk aan de wet Marktpraktijken. De druk om vrije beroepen erin onder te brengen, is groot. Ook Europa stelt het verschil in vraag. Samen met onze beroepsorganisaties moeten we durven bekijken hoe we het onderscheid kunnen handhaven, maar tegelijk kunnen vertalen naar een hedendaagse maatschappij en huidige politieke klimaat. Maar met respect voor de eigenheid van het vrije beroep.”
Is het waken over dat onderscheid dan de kerntaak van FVIB?
“Een belangrijke opdracht is het zeker wel. We waken op verschillende manieren. In de eerste plaats via onze koepelfunctie. Vandaag zijn 18 beroepsorganisaties bij FVIB aangesloten. Per sector - medisch, juridisch-economisch en bouwkundig - organiseren we binnen FVIB overlegorganen.
Samen met de afgevaardigden buigt FVIB sectorale belangen om tot een gemeenschappelijk doel. Niet zelden kunnen we hierdoor meer op het beleid wegen.”
a ls zijn beroepsorganisatie al lid is van FVIB, waarom zou een vrij beroeper zich nog individueel aansluiten?
“Er zijn inderdaad 18 beroepsorganisaties aangesloten, maar daarom niet noodzakelijk de leden ervan. Het individuele lidmaatschap van FVIB verloopt via UNIZO. Een UNIZO-lid met een vrij beroep, is automatisch lid van FVIB. Dat komt door de associatie van FVIB met UNIZO. En dat is een meerwaarde. Veel problemen van vrije beroepen zijn dezelfde als die van andere ondernemers. Denk maar aan het sociaal statuut, het pensioen, personeelszaken of thema’s als de billijke vergoeding of reclameronselaars. UNIZO behartigt die problemen uitstekend. Maar FVIB zorgt voor de specifieke belangen van vrije beroepen. En als interprofessionele organisatie kan FVIB luider roepen dan een individuele beroepsorganisatie. Daarnaast kan je bij ons terecht voor informatie, advies, opleidingen en netwerkmomenten in een interprofessioneel kader. Je hebt er dus belang bij om je aan te sluiten bij UNIZO en FVIB.”
En wat zijn uw toekomstplannen voor FVIB?
“Er komt heel wat op ons af: nieuwe technologieën en media, de internationalisering, de positionering van het vrije beroep… Daar moeten we op inspelen. Maar ook qua activiteiten hebben we nog veel in petto: netwerkactiviteiten, de Dag van het Vrije beroep, vormingssessies... We begeleiden vrije beroepen verder in hun associatieproces. Daarnaast spitsen we ons toe op multidisciplinaire samenwerking. Begin september ging nog een project over hrm-beleid van start. Hoe moet je werknemers aanwerven, hoe hou je functionerings- en evaluatiegesprekken... We coachen vrije beroepen hierin via vormingssessies, een handboek en praktische tools. En uiteraard is er deze krant voor onze leden. Vier keer per jaar brengen we nieuws uit en voor het vrije beroep. We spitten syndicale dossiers uit, publiceren treffende artikels, houden de lezers op de hoogte van de activiteitenwerking…
Het is duidelijk, we zullen onze handen meer dan vol hebben. Vrije beroepsbeoefenaars kunnen zich maar beter opwarmen voor een drukke, maar boeiende FVIB-werking (lacht)
Vraag en antwoord
door Gert Peeters, juridisch adviseur, gert.peeters@unizo.be
Er zou een Paritair Comité voor de vrije beroepen bestaan waar geen automatische indexering van toepassing is. Als accountant heb ik de voorbije jaren telkens een automatische indexering toegepast op de lonen van mijn werknemers, dien ik dit nog steeds toe te passen?
Wanneer u vroeger vrijwillig of door een cao op ondernemingsniveau een eigen indexsysteem toepaste of een systeem uit een ander Paritair Comité volgde (bijvoorbeeld Paritair Comité 218) moet u bekijken of dit intussen voor de werknemers een verworven recht is. Als het een verworven recht is, dan moet u dit of een gelijkwaardig systeem blijven toepassen.
Nieuwe werkgevers en werkgevers die vroeger geen systeem van automatische index hebben toegepast, hebben ook nu geen verplichting om de automatische index in te voeren of toe te passen. Let wel, niet alle vrije beroepen vallen onder dit Paritair Comité 336, bijvoorbeeld de zelfstandige zorgverstrekkers ressorteren onder het Paritaire Comité 330 van de gezondheidsinrichtingen -en diensten, met uitzondering van apothekers.
Als kinesitherapeut kreeg ik onlangs een ’registratiebon’ vanwege de ‘Nieuwe bedrijvengids’ terwijl ik toch had vernomen dat er een nieuwe wettelijke regeling zou bestaan om dit te beletten?
Het gaat hier om een aanbieding van een malafide ronselaar die reeds sinds lange tijd actief, en ook berucht is. De naam ‘Nieuwe bedrijvengids’ - het bedrijf dat achter deze formulieren zit - staat ook gepubliceerd op de “zwarte lijst” op de website van de FOD Economie: http://economie.fgov.be waarna u doorklikt op het deel ‘ondernemingen en zelfstandigen’ en vervolgens ‘bedrog met beroepsgidsen’.
Er werd in juli inderdaad een wetswijziging gepubliceerd door toevoeging van artikel 97/1 aan de Wet Marktpraktijken. De formulieren die nu worden rondgestuurd, voldoen niet aan de wettelijke vereisten, ware het niet dat de Wet Marktpraktijken niet van toepassing is op vrije beroepen, tandartsen en kinesitherapeuten… Dit is een vergetelheid van de wetgever die nog dient te worden opgenomen in de Wet Vrije Beroepen van 2 augustus 2002.
Uiteraard blijft het advies om deze formulieren niet te ondertekenen, noch terug te sturen. Deed u dit toch, richt u best een aangetekend protestschrijven en dient u best klacht in bij de economische inspectie.
Als advocaat - zelfstandige medewerker - beschik ik al een tijdje over een ondernemingsnummer. Binnenkort wijzig ik mijn kantooradres, dien ik hiervoor langs een ondernemingsloket te gaan?
Is dit dan betalend a rato van 77 euro?
U kan langs een ondernemingsloket gaan, maar sinds vorig jaar kan u een beroep doen op de selfservice (private search) van de Kruispuntbank Ondernemingen (http://economie.fgov.be/nl/ondernemingen/KBO/ ). U kan vervolgens inloggen met uw elektronische identiteitskaart of via de aanvraag van een token. Vervolgens kan u zonder kosten het adres van de vestigingseenheid wijzigen. Ook andere gegevens kan u aanpassen via de selfservice: contactgegevens, activiteiten, benaming vestigingseenheid enz.. Een aantal zaken dienen nog wel via een erkend ondernemingsloket te worden aangepast en blijven dus betalend: bijvoorbeeld een eerste inschrijving en stopzetting.
Genoteerd.
“We moeten zelf werken aan de modernisering, want anders dreigen we een anachronisme te worden”, erkent Bernard Buyse, voormalig voorzitter Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders in Trends
“Vroeger waren we de grootste leverancier van ziekenhuisbedden in België. Van die reputatie willen we af. We zijn veel meer dan dat. We willen de arts, de apotheker en de tandarts over de hele lijn bedienen”, stelt Ger van Jeveren, de CEO van Arseus, finalist Onderneming van het Jaar 2011 in De Tijd
“Met een omgevingsvergunning zullen ondernemers nog maar één dossier bij één uniek loket moeten aanvragen. Nu zijn er nog een aparte stedenbouwkundige en milieuvergunning nodig. Voor het einde van het jaar leggen wij u dat decreet ter stemming voor.”
Minister-president Kris Peeters in zijn septemberverklaring 2011
“Het blijft verbazen hoe al die vrije beroepen zich zo vastklampen aan de wil om zelf hun beroep te willen organiseren en via het tuchtrecht ook te beteugelen.”
Advocaat Hugo Lamon in De Juristenkrant
“Waarom hebben vrije beroepen het moeilijk met het idee btw te moeten rekenen en is dat wél logisch voor loodgieters en schilders?”
@NoelSlangen (op Twitter)
Van eenmanszaak naar vennootschap
Gevolgen voor uw sociale zekerheid
Heel wat vrije beroepers brengen hun activiteiten op een bepaald moment onder in een vennootschap. Daar kunnen verschillende beweegredenen voor zijn. Vaak wordt over het hoofd gezien dat de omschakeling van een eenmanszaak naar een vennootschap ook gevolgen heeft op het vlak van de sociale zekerheid.
We sommen daarom de voornaamste aandachtspunten voor u op:
• Het statuut van meewerkende echtgenoot is van toepassing op de gehuwde of wettelijk samenwonende partner die de zelfstandige bijstaat in de eenmanszaak. Dit specifieke statuut kan niet meer toegepast worden van zodra de zelfstandige activiteit in een vennootschap wordt ondergebracht en de zelfstandige bedrijfsleider wordt. De partner van de bedrijfsleider die meewerkt in de vennootschap wordt dan in principe ook als zelfstandige beschouwd.
• De vennootschap is - als afzonderlijke rechtspersoon - solidair verantwoordelijk voor de betaling van de sociale bijdragen van de mandatarissen en de werkende vennoten. Concreet betekent dit dat het sociaal verzekeringsfonds zich tot de vennootschap kan richten voor de betaling van onbetaalde sociale bijdragen van een mandataris of een werkende vennoot.
• Bij de overdracht van een eenmanszaak naar een vennootschap, wordt doorgaans een stopzettingsmeerwaarde gerealiseerd. Het bedrag van deze meerwaarde wordt fiscaal als een beroepsinkomen beschouwd in hoofde van de overlater (de eigenaar van de eenmanszaak die ingebracht of verkocht wordt aan de vennootschap).
Op deze meerwaarde is men niet alleen personenbelasting verschuldigd, zij maakt ook deel uit van het inkomen waarop de sociale bijdragen berekend worden. De sociale bijdragen van zelfstandigen worden in de regel berekend op het netto belastbaar
beroepsinkomen van 3 jaar eerder. Hou er dus rekening mee dat de sociale bijdragen 3 jaar na de oprichting van de vennootschap hoger kunnen zijn als gevolg van de meerwaarde.
• Vennootschappen zijn verplicht om aan te sluiten bij een sociaal verzekeringsfonds met het oog op de betaling van de jaarlijkse vennootschapsbijdrage
De aansluiting dient te gebeuren binnen de 90 dagen na de oprichting van de vennootschap. Bepaalde startende vennootschappen kunnen tijdelijk (maximum 3 jaar) vrijgesteld worden van de betaling van de vennootschapsbijdrage.
In het kader van dit artikel is het niet mogelijk om alle modaliteiten uitgebreid te bespreken. Aarzel niet om Zenito Sociaal Verzekeringsfonds te contacteren voor bijkomende informatie.
Voor meer info mail naar: studiedienst@zenito.be
Uw goede naam is goud waard. Ook online
Vorig jaar startte DNS.be met een informatiecampagne in samenwerking met UNIzO om zelfstandigen en kleine KMO’s op het belang te wijzen van online aanwezig te zijn. Dit najaar zoomt DNS.be in op de vrije en intellectuele beroepen, samen met FVIB.
Waarom een partnership tussen FVIB en DnS.be ?
Philip Du Bois, algemeen directeur van DNS.be: “Beide organisaties brengen een gelijkaardige boodschap naar dezelfde doelgroep: hoe kan ICT en meer specifiek een website en een relevante domeinnaam uw professioneel leven vergemakkelijken? FVIB bekijkt het ruimer dan DNS.be en probeert op alle vlakken toegevoegde waarde te brengen. DNS.be brengt, als gespecialiseerde organisatie in domeinnamen en internetgebruik, een verhaal dat versterkend kan werken voor de ICT-boodschap van het FVIB!”
Wat wilt u bereiken bij de doelgroep met deze campagne?
PDB: “DNS.be wil op 2 jaar tijd de online
aanwezigheid bij de FVIB’ers zien stijgen met een significant percentage. Deze doelgroep is in principe ontvankelijk voor onze boodschap aangezien het voor de meeste FVIB’ers relevant is om online aanwezig te zijn.”
Waarom is online aanwezigheid bij vrije en intellectuele beroepen zo belangrijk?
PDB: “Een website heeft veel voordelen: voor dokters om online afspraken en zituren te regelen, voor apothekers om bestellingen te ontvangen, voor architecten om hun werk en specialiteit te illustreren met foto’s, voor advocaten om hun expertise/vakgebied aan te geven... Zo is er voor elke doelgroep wel een relevante boodschap, die bovendien relatief goedkoop is. Zij maken het leven van zichzelf, hun klanten, patiënten, makkelijker!”
“Je domeinnaam registreren is je reputatie online veiligstellen”
Vijf jaar was Christophe Baetens actief als architect toen hij zijn domeinnaam registreerde. In vijf jaar tijd had hij een mooi portfolio en een stevige reputatie opgebouwd. zijn domeinnaam registreren was een volgende logische stap. De juiste zo bleek.
“Als zelfstandige ondernemer wil je groeien en verder evolueren”, steekt Christophe van wal. “Dat betekent ook werken aan een professionele uitstraling. Voor een beoefenaar van een vrij beroep is een feilloze reputatie erg belangrijk. Ook online. Want zo wek je vertrouwen bij je huidig en toekomstig cliënteel.”
“De registratie van mijn domeinnaam verliep heel vlot. Je kijkt op www.dns.be of je domeinnaam nog vrij is. Indien dat zo is, kan je hem onmiddellijk bestellen. Is je naam niet meer vrij, dan krijg je tips en suggesties voor een andere naam. Eenvoudiger kan het niet.”
Wat zijn de voordelen van je eigen domeinnaam? Christophe: “Je komt professioneler over wanneer je e-mailadres gekoppeld is aan je domeinnaam. Klanten onthouden bovendien gemakkelijker je e-mailadres. Daarnaast heb ik ook een website laten bouwen waardoor klanten mij makkelijker vinden op het internet. Tegelijk kunnen ze snel kennismaken met mijn stijl en werkwijze.”
Of Christophe al nieuwe klanten heeft aangetrokken via zijn website? Christophe: “Absoluut. Mensen selecteren via het internet of ze al dan niet een beroep op je willen doen. Het is beslist een waardevolle investering.”
ADMB coacht bedrijven en ondernemers bij de sociale wetgeving en het personeelsbeleid. HR-management, verzekeringen, preventie en bescherming op het werk, rekrutering en selectie, kinderbijslag, afwezigheidscontrole, ... vormen slechts enkele van onze voorzetten waar uw bedrijfsteam vlotter mee scoort.
HR-dienstengroep ADMB, hoofdsponsor van ondernemend Cercle Brugge
ADMB Sociaal Bureau | Provikmo | Medicontrol
ADMB Kinderbijslagfonds | Zenito Ondernemingsloket
Zenito Sociaal Verzekeringsfonds
Bouwunie Patronale Vereveningsdienst & Borgstellingskas
ADMB HR Services | ADMB Verzekeringen
VEKMO | ADMBiS
Hoofdkantoor ADMB
Sint-Clarastraat 48, 8000 Brugge Tel. 050 474 111 - Fax 050 474 479 E-mail info@admb.be - www.admb.be www.provikmo.be
Cocktail
Netwerkevent BMW Quartier Louiza
Brussel 6 oktober
Netwerken wordt steeds belangrijker voor ondernemers en vrije beroepers. Daarom organiseerden FVIB samen met UNIzO KMO-contact en JCI Brussel een succesvolle netwerkactiviteit in de BMW concessie Quartier l ouiza in Brussel. De meer dan tweehonderd aanwezig waren het er alvast mee eens dat netwerking niet meer weg te denken is bij het vinden van nieuwe cliënten. Gastpreker Patryk Wezowski leerde de deelnemers dat lichaamstaal vaak meer zegt dan duizend woorden. Na afloop konden de aanwezigen de tips en trics toepassen tijdens de netwerkdrink die daarop volgde.
Seminarie ‘Help, waar zijn mijn documenten’
Gent 13 oktober
Vrije beroepers worden dagelijks geconfronteerd met een enorme hoeveelheid informatie zowel elektronisch als op papier. Om daar iets aan te doen organiseerde FVIB ism UNIzO Gent-Meetjesland en de UNIzO ICT coach een seminarie rond het beheer van documenten. Spreker Geoffrey Craps maakte de deelnemers wegwijs met ECM of Enterprise Content Management, een elektronisch platform dat alle documenten kan verzamelen en structuren.
Netwerkevent Ortho-kin Kortrijk 20 oktober Op 20 oktober waren FVIB en UNIzO KMOcontact West-Vlaanderen te gast bij Ortho-kin in Kortrijk. zaakvoerders Pieter Debusschere en Carolien Gheysen gaven ons een blik achter de schermen van hun jonge bedrijf dat zich specialiseert in het vervaardigen van orthopedische hulpmiddelen in eigen atelier. Deze creatieve starter liet de aanwezige deelnemers zien dat het starten van een nieuwe zaak geen eenvoudige opgave is. ze konden ter plaatse zien dat Ortho-kin daar zeker in geslaagd is.
Netwerkevent BMW Meeusen
Kalmthout 18 oktober
Netwerken kan zowel online als offline. De deelnemers van de netwerkactiviteit in Kalmthout waren naar de BMW consessie Meeusen gekomen voor het laatste. Gastspreker Peter Desmyttere gaf praktische tips over hoe u netwerken het best aanpakt. En die tips konden de aanwezig onmiddellijk in de praktijk uittesten in de daaropvolgende netwerkreceptie tussen het wagenpark.
85.000 ondernemers en vrije beroepers daar kan men niet naast kijken.
MET 85.000 ONDERNEMERS EN VRIJE BEROEPERS SAMEN STAAN WE STERKER. WORD LID VAN UNIZO-FVIB, HET GROOTSTE NETWERK VAN HARDE WERKERS.
U heeft oog voor uw cliënten en patiënten, maar wie heeft er oog voor u? UNIZO-FVIB. Wij verdedigen uw belangen en versterken u met professionele diensten, zoals opleidingen, infosessies en netwerking. Op deze evenementen ontmoet u collega’s en kunt u tips en ervaringen uitwisselen.
Sluit u dus snel aan bij UNIZO, de grootste organisatie van zelfstandige ondernemers en vrije beroepers. Dan bent u ook automatisch lid van FVIB, de Federatie voor Vrije en Intellectuele Beroepen. Ontdek wat deze unieke samenwerking voor u kan betekenen op www.fvib.be
UNIZO-FVIB HELPT U VERDER MET INFO & ADVIES: JURIDISCH ADVIES - BEMIDDELING - HUURCONSULTADVIESGIDSEN OP MAAT - UNIZO KENNISNETUNIZO SERVICE CENTER
