Columns Bouwwereld 2022 door Vincent Ketting, partner bouwtechniek en organisatie EGM architecten
door Vincent Ketting - partner bouwtechniek en organisatie
ADE GEVOLGEN VAN SCHAARSTE
Al sinds jaar en dag heeft ons bureau een sterke kostendeskundigheid. Die expertise vinden we belangrijk. Daardoor kunnen we onze opdrachtgevers zo goed en volledig mogelijk bedienen met precieze marktconforme kostenramingen. Hiervoor gebruiken we vanaf het structuurontwerp ook het BIM-model, zodat er weinig of geen omissies in hoeveelheden kunnen ontstaan. De hoeveelheden in dat model koppelen we met de kostenregels in ons calculatieprogramma. Aanpassingen in het ontwerp, of bijvoorbeeld het materiaal, resulteren zo automatisch in een aangepaste begroting.
Voor de indexering van prijzen gebruiken wij onder andere de indices van Bureau Documentatie Bouwwezen (BDB). Ook kijken we naar de kostenanalyses van onze gerealiseerde projecten; die ervaring nemen we mee. Het behoedt ons voor onverwachtse missers in de raming, terwijl we de marktconformiteit zo goed mogelijk benaderen. Hiermee lijkt alles goed geregeld en komen we beslagen ten ijs.
De prijsstijgingen van de afgelopen twee à drie kwartalen liegen er echter niet om. Steeds vaker zien we dat de ingediende begroting van de aannemer ruim boven (niet door ons bepaalde) budget uitvalt. Dit is het gevolg van de stijgende energie- en materiaalprijzen, zoals hout, staal en beton. Maar ook de stijgingen in kosten voor installatietechniek en loon – vanwege de schaarste aan personeel in de branche – leiden ertoe dat bouwbedrijven hogere realisatiekosten afgeven. De coronacrisis draagt schijnbaar bij aan een algemene schaarste met grote impact op de bouwsector.
um een nieuwe aanbieding ontvangen die de businesscase om zeep heeft geholpen.
Als je enkel naar de stijgende verkoopprijzen van woningen kijkt, lijkt dit marktsegment weinig problemen te ondervinden. Maar iedereen kent de enorme krapte in deze markt met grote problemen aan de aanbodkant. Ook hier zien we dalende marges bij bouwbedrijven door de stijgende materiaalprijzen. We zien nog geen einde aan de stijgende energiekosten, maar voorzichtig lijken de materiaalprijzen zich te stabiliseren. Of dit laatste komt door een dalende vraag is lastig in te schatten.
Het aantal projecten neemt nog steeds toe en er lijkt meer dan voldoende werk voor de gehele branche. Er is veel geld gespaard (tijdens de coronacrisis) en samen met de nog steeds lage rentestanden zorgt dit voor flinke investeringen. Echter, we zien ook genoeg projecten die in de koelkast belanden. Ze zijn gewoonweg niet haalbaar of exploitabel. Kijk maar eens naar het plan voor het nieuwe Feyenoord-stadion waar nu de stekker uit getrokken is. Feyenoord heeft van het aannemersconsorti-
Ik las in een recent onderzoek van een grote Nederlandse bank over de ontwikkelingen in de bouwsector, dat de stichtingskosten voor bouwwerken het afgelopen jaar zijn gestegen met achttien procent. Realisatie- en bouwbudgetten worden vastgesteld in de initiatieffase van een project, maar met een indexering van deze omvang houdt niemand rekening. Extra inspanningen door alle betrokken partners zijn dan nodig om een project toch haalbaar te maken.
STICHTINGSKOSTEN VOOR BOUWWERKEN ZIJN HET AFGELOPEN
JAAR MET ACHTTIEN PROCENT GESTEGEN
Dat brengt mij terug bij het begin van mijn column. Niemand, en dus ook wij niet, hadden deze omvangrijke prijsstijgingen kunnen voorspellen. Ook niet met de BDB-index in de hand. De marktconformiteit moet echt blijken uit de prijzen die we uit de markt krijgen. Die stijgen nog steeds en het einde van de stijging is nog niet in beeld. Voor dit jaar is in ieder geval voorspeld dat de bouwsector een omzetgroei zal doormaken van circa acht procent. In 2021 was dit veertien procent. Voorlopig dus nog steeds een mooie prognose en lijkt er weinig aan de hand. Zolang er maar voldoende geld beschikbaar is in alle geledingen van de markt, ook bij de particuliere woningbezitter.
Vincent Ketting, partner EGM architecten
IOPGESTROOPTE MOUWEN!
In Rotterdam liggen de overhemden met opgestroopte mouwen in de etalage! Deze oeroude authentiek Rotterdamse uitspraak hoor je vaak in de contreien en dat is met een reden. Want Rotterdammers zijn echte doeners. Bekijk de foto’s van de skyline door de jaren heen maar eens. De horizon verandert als je met je ogen knippert en altijd zie je de bouwkranen en hoor je de heimachines. We raken nooit uitgebouwd in Rotterdam. Zo ook op Katendrecht.
Zo’n drie jaar geleden werd ik benaderd met de vraag of ik zin had in een interessant project in Rotterdam. De locatie, de opdrachtgever en hun ambitie kennende was ik meteen gemotiveerd om het gesprek aan te gaan. Een week later had ik mijn eerste zoommeeting met de Chinese architect en de beoogde constructeur. Op dat moment waren er alleen nog maar grove schetsen en impressies van de ‘Tornado’. Er werd gesproken over het toepassen van kolommen op diverse zichtbare plekken in het gebouw. Al heel snel bleek dat de ontwerper het idee van kolommen helemaal niet zag zitten. Wat nou zwaartekracht? Geen kolommen natuurlijk, maar wel rekening houden met van alles en nog wat. Ik noem maar even het Nederlandse weer, bouwregelgeving, dynamische belastingen of onderhoud. Dit was het begin van een mooi avontuur met veel stakeholders. Lekker de techniek induiken met elkaar. Wat is bouwen toch een mooi vak.
wordt. Niet alleen de gevel maar ook het dak is van glas, dubbel gekromd. Geen sinecure.
Terug naar de Tornado. Hiervoor hebben alle partijen gewerkt in een BIM-omgeving die tijdens het ontwerp geleidelijk is overgenomen door de staalbouwer. De complexe vormen, constructies en vormgeving maken dit project een ultiem voorbeeld van 3D-engineering.
Ik heb het uiteraard over het project van Stichting Droom en Daad. Ook wel het Landverhuizersmuseum genoemd op de Rotterdamse kade op Katendrecht. Zoals gebruikelijk krijgt een project in Rotterdam meteen een bijnaam. De karakteristieke vorm van in elkaar draaiende trappen heeft de naam Tornado opgeleverd. Vanaf eind 19e eeuw vertrokken vanaf deze kade ruim drie miljoen mensen op zoek naar geluk ergens anders. De vooroorlogse loods is in de oorlog gebombardeerd in het middenstuk. Daarom spreekt men nu niet meer van de Fenixloods maar van Fenix I en Fenix II. Het museum komt in Fenix II, waarvan het middelste deel van het gebouw transparant gemaakt
Heel recent is het eerste grote onderdeel van de staalconstructie, de liftschacht, geplaatst. Het twintig meter hoge gevaarte is over de Maas naar de aangrenzende kade gevaren en met een enorme drijvende hijsbok is de negentig ton staal in één keer op zijn plek gezet. Op z’n Rotterdams dus!
DE COMPLEXE VORMEN, CONSTRUCTIES EN VORMGEVING MAKEN DE TORNADO EEN ULTIEM VOORBEELD VAN 3D-ENGINEERING
Van deze robuuste en hoekige constructie is dadelijk weinig meer te zien. De slanke hoogglanzende trappen, met houten binnenbekleding, zullen je sierlijk naar 35 meter hoogte brengen. Daarvandaan heb je een mooi zicht op de Maas, de Rotterdamse haven en de binnenstad.
De komende jaren gaan we hier nog genoeg van zien in de vakbladen over architectuur, staalbouw, restauratie, stedenbouw, etc. Of bouwen een mooi vak is? Echt wel! ■
Vincent Ketting, partner EGM architecten
ADE NIEUW(ST)E REGELING
Afwijken van De Nieuwe Regeling (DNR) is meer regel dan uitzondering in de contractering van architecten, constructeurs en adviseurs. In beginsel geldt voor iedere adviseur dat de DNR standaard van toepassing is voor hun aanbiedingen. Echter blijkt in de contractfase vaak al snel dat er hier en daar – of soms geheel – aan de DNR voorbij wordt gegaan. Opdrachten volgens de DNR zijn goed verzekerd, omdat polissen van aansprakelijkheidsverzekeringen voor adviesbureaus daarop afgestemd zijn. Afwijken van de DNR kan gevolgen hebben voor de verzekering, omdat dit mogelijk gezien kan worden als een extra risico. Het onderhandelen over de afwijkingen is niet altijd eenvoudig en is zeker iets waar niemand op zit te wachten. En ook jammer, want het is toch hartstikke leuk om met een nieuwe opdracht te starten.
Voor architectendiensten was er vanuit de Beroepsvereniging Bond van Nederlandse Architecten de zogenaamde Standaardvoorwaarden Rechtsverhouding opdrachtgever-architect (SR-1988) regeling. Deze regeling is in 1988 ingegaan en vernieuwd in 1997. Vervolgens is deze gesneuveld na invoering van de Mededingingswet in 1997. Dit in het kader van prijsafspraken en dus zeker niet bevorderlijk voor marktwerking.
COLUMN
De belangrijkste aanpassingen bestaan uit het zoveel mogelijk marktconform maken van de artikelen. Vaak werd er door opdrachtgevers afgeweken van de DNR omdat de artikelen niet specifiek voor de professionele markt waren opgesteld, maar ook voor de particuliere markt. De regeling zou nu beter moeten aansluiten op de professionele organisaties en er is meer flexibiliteit met betrekking tot de aansprakelijkheid.
In 2005 trad De Nieuwe Regeling (DNR) in werking. Deze DNR is opgesteld vanuit diverse brancheorganisaties, namelijk NLingenieurs en BNA. In 2011 en 2013 zijn de nieuwere en verbeterde versies van de DNR ingegaan en is er een voorstel voor de nieuwste versie gemaakt. Dit voorstel ligt ter inzage en becommentariëring bij architecten-, advies- en ingenieursbureaus in den lande. Men kon voor 30 april aangeven welke artikelen eventueel aan te passen zijn en op welke wijze dat het beste past. Honderden organisaties zullen de opmerkingen kenbaar gaan maken. Een ondoenlijke opgave voor de organisatie die dit moet begeleiden en een ieder op gelijke wijze wil behandelen.
De nieuwste DNR is, net als de huidige DNR overigens, paritair opgesteld. Dit betekent dat er geen wettelijke verplichting is, maar dat de regeling in gezamenlijkheid en gelijkheid opgesteld is door in dit geval de overheid en brancheorganisaties. Te verwachten is dat de opdrachten vanuit de overheid en semi-over-
DE BELANGRIJKSTE AANPASSINGEN BESTAAN UIT HET ZOVEEL MOGELIJK MARKTCONFORM MAKEN VAN DE ARTIKELEN
heid conform de nieuwste versie van de DNR worden uitgevoerd. Alleen dat lijkt al een hele grote stap in de juiste richting. Omdat de nieuwste DNR beter aansluit op de huidige markt en bijbehorende contractvorming, is het te verwachten dat ook andere marktpartijen – anders dan overheden et cetera – zich hieraan zullen conformeren.
Wij hebben uiteraard ook onze bevindingen op de nieuwste DNR voor 30 april kenbaar gemaakt. Omdat we dit belangrijk vinden en hopen dat er een breed gedragen regeling uitkomt. Een regeling waarin bij aanvang van een samenwerking duidelijkheid is over de contractuele voorwaarden. Zo kunnen we vol goede moed starten aan nieuwe projecten. ■
Vincent Ketting, partner EGM architecten
DOEMDENKEN
VVaren we nu echt op volle snelheid richting die ijsschots of gaan we er rakelings langs? Er zijn op dit moment wel erg veel zaken die de Europese economie kunnen laten haperen, met alle gevolgen van dien. Zijn de signalen van materiaal- en personeelstekorten de voorbodes? Ook het capaciteitsgebrek bij de overheden zorgt ervoor dat procedures langzamer dan gewenst verlopen. Vertragingen zijn nooit goed voor een bouwproject.
Daarnaast hebben we te maken met te veel werk, maar te weinig personeel, te veel productie, maar te weinig materiaal en grondstoffen, te veel vraag naar woningen, maar te hoge rente en bouwkosten. Als je alles bij elkaar optelt kan het toch niet anders dan dat dit misgaat. Dat de bom barst: het bouwhek blijft gesloten, want er zijn geen bouwvakkers, geen materialen en er is geen geld om vandaag aan het werk te gaan.
Excuses voor dit doemdenken, maar wanneer treedt de vertraging op of komen we tot volledige stilstand en zetten we de projecten in de koelkast?
Je zegt misschien: dat doemdenken is toch helemaal niet nodig? Het gaat heel goed met de bouw an sich, ook met ons bureau. Er is veel werk, ook bij ons, en datzelfde geldt voor de werkvoorraad. In mijn gesprekken met collega-bureaus en bouwbedrijven hoor ik de laatste tijd niet anders dan goede berichten. Dat zo nu en dan een product later opgeleverd wordt, dat hoort nu eenmaal bij de huidige tijd en heeft mede te maken met (half)producten die uit Rusland of Oekraïne afkomstig zijn. Die zorgen voor schaarste.
maatregelen nam het aantal nieuwe opdrachten nog verder toe, maar toen was het geld nog enigszins goedkoop. Dit is nu snel aan het veranderen.
De oorlog in Oekraïne zorgt ervoor dat schaarste aan sommige grondstoffen ontstaat en producten duurder worden. De stijgende energieprijzen versterken deze ontwikkeling alleen maar. Er zijn geen winnaars in deze oorlog. Het is een regelrechte ramp met heel veel slachtoffers over de hele wereld. Los van de economische impact, heeft de oorlog directe concrete impact op veel wereldburgers. Bijvoorbeeld in de Afrikaanse landen waar graanproducten vanuit Oekraïne de maaltijd moeten complementeren. Een bizarre toestand, ook voor Oekraïne zelf, van waaruit al ruim 6 miljoen mensen (23 mei) – bijna een derde van alle Nederlanders (!) – zijn gevlucht.
Ondanks de stijgende rente worden nog steeds veel woningen gebouwd en verkocht en lijkt de vraag de komende jaren onverminderd groot te blijven. Tenders worden nog altijd uitgeschreven, alle seinen op groen zou je zeggen. Maar toch is er iets in mij dat zegt dat we voorzichtig aan moeten doen in de aannames voor de komende periode. Je kunt hier enigszins op anticiperen, dat zal ieder bedrijf op zijn eigen wijze doen, maar toch blijft het erg lastig. Na het opheffen van de laatste corona-
IETS IN MIJ DAT ZEGT DAT WE VOORZICHTIG AAN MOETEN DOEN IN DE AANNAMES VOOR DE KOMENDE PERIODE
De Titanic zou onzinkbaar zijn, een onverwoestbaar schip dat iedere oceaan zou kunnen bevaren. Iedereen had er vertrouwen in. We weten allemaal hoe het is afgelopen. Die ellendige ijsschots was niet voorzien. Wij gaan uit van onze eigen kracht, kiezen strategisch op welke projecten we inzetten en zorgen er daarmee voor dat ons bedrijf weerbaar is om eventuele tegenslagen op te vangen. Laten we hopen dat deze ellendige oorlog snel afgelopen is en de rust terugkeert. Niet voor de economische effecten ervan, maar voor de Oekraïners. Dat zij maar snel weer vrede kennen. ■
COLUMN
Vincent Ketting, partner EGM architecten
LEEN
LEVEN LANG IDOLS
Laatst vertelde iemand me dat het architectenvak vergelijkbaar is met je hele werkzame leven deelnemen aan audities voor Idols. Dit naar aanleiding van het gesprek dat we hadden over de opleiding van mijn zoon tot stedenbouwkundige. Hij doelde uiteraard op het feit dat je voor het verwerven van werk in onze branche op gezette tijden je beste beentje voor moet zetten en mag hopen dat je daarmee de opdracht gegund krijgt. Daar zit natuurlijk een kern van waarheid in.
Alle architecten- en adviesbureaus zullen dit herkennen. Wij ontkomen er niet aan om selecties te doen en geloof me als ik zeg dat we dat ook altijd weer spannend vinden. Ik heb nooit deelgenomen aan de auditie voor Idols, wat om meerdere redenen voor iedereen overigens beter is, maar reken maar dat het openen van de e-mail met de uitslag spannend is.
Deelname aan selecties houd je overigens wel scherp. Als je dit niet meer zou doen, zou het kunnen zijn dat je wel heel erg gaat navelstaren. Het is belangrijk gevoel te houden met de markt, maar ook om marktconform te blijven in de ruimste zin van het woord. Marktconform qua financiële aanbieding, maar ook in de dienstverlening. Ook is het van belang dat je nieuwe opdrachtgevers leert kennen en nieuwe sectoren weet aan te boren.
Geregeld komt het voor dat we de opdrachtgever niet kennen en je dus jezelf eerst moet introduceren en kennismaken. Dat je de opdracht kunt uitvoeren is in de beslissende ronde (meestal bestaan onze aanbestedingstrajecten uit twee ronden) geen vraag meer. Immers alle partijen hebben al in de voorselectie aangetoond voldoende wapenfeiten en kennis in huis te hebben om de opdracht te volbrengen. Iedere keer zoek je naar de juiste strategie. Is het een prijsgedreven selectie, wil men de beste adviseur, of juist de bekendste, of wil men een kopie
van eerder werk, of is de keuze al op voorhand gemaakt omdat men elkaar al kent, of kijkt men echt naar de aansluiting van het ontwerp en de visie bij de opgave, en is er überhaupt een klik?
Allemaal vragen die je probeert te beantwoorden in de gekozen aanpak. Hierin moet je altijd de juiste strategie kiezen die naadloos past in de selectiecriteria van de uitvraag.
Zorgvuldige beoordeling van deze criteria door de uitvragende partij is van groot belang. De meeste opdrachtgevers zijn hier zelf toe in staat of laten zich bijstaan door een professionele partij. De ingekomen stukken worden bij ontvangst gewogen en als het heel formeel gaat, wordt na deze beoordeling pas de envelop met de financiële aanbiedingen geopend om kleuring te voorkomen. Zuiver proces! Bijna altijd gaat dit goed maar héél, héél soms vliegt er toch één uit de bocht.
HET IS BELANGRIJK GEVOEL TE HOUDEN MET DE MARKT, MAAR OOK OM MARKTCONFORM TE BLIJVEN IN DE RUIMSTE ZIN VAN HET WOORD
Mijn zoon heeft inmiddels besloten te stoppen met zijn studie stedenbouw, wat ik natuurlijk heel erg jammer vind. Zeker ook omdat het hem een mooi vak leek. Zijn besluit viel na een presentatie die wel goed voorbereid was, maar niet goed werd begrepen. Ik vertelde hem grappend dat hij het vak moest zien als een leven lang deelnemen aan Idols. Blijkbaar heb ik hem hiermee aan het denken gezet, want ik vrees dat ik hem daarmee het beslissende duwtje heb gegeven om een studie bedrijfskunde te gaan doen. ■
COLUMN
Vincent Ketting, partner EGM architecten
HDAAR KRIJG IK GEEN ENERGIE VAN
Het verlagen van de gastoevoer vanuit Rusland heeft grote impact op Europa. De energieprijzen verbreken het ene na het andere record en het einde is nog niet in zicht. De prijsstijgingen van elektra en gas hebben niet alleen economische gevolgen, maar zijn ook van invloed op de zeer noodzakelijke en onvermijdelijke duurzaamheidsambitie van Europa. Mijn eerste impulsieve gedachte hierbij was: laten we alsjeblieft zorgen dat Nederland niet meer afhankelijk hoeft te zijn van andere landen. Of op microschaal bekeken, laten we ervoor zorgen dat je als huishouden zelfvoorzienend bent. Samen hebben we voldoende slagkracht om de energietransitie in Nederland zelfstandig te versnellen. Maar deze gedachte blinkt niet uit in een eendrachtige Europese samenwerking.
Gelukkig is Nederland – al dan niet door de stijging van de energieprijzen – al flink aan het verduurzamen. Neem bijvoorbeeld het plaatsen van zonnepanelen. De wereldwijde vraag naar zonnepanelen is alleen dit jaar al met twintig procent gestegen. Het plaatsen van zonnepanelen dempt de behoefte aan leveringen door het energiebedrijf en daarmee de maandelijkse energiekosten. Op dit moment is het nog steeds mogelijk om zelf opgewekte energie terug te leveren, een extra stimulans en een middel om de investering op een redelijke termijn terug te verdienen. Voor zolang dit duurt uiteraard. Het tarief voor terugleveren daalt flink en het financiële voordeel zal op korte termijn verdwijnen, waardoor de terugverdientijd vanzelfsprekend toeneemt.
deze overbelasting te voorkomen. Dit zal in sommige gebieden een (versnelde) verduurzaming met zonnepanelen in de weg staan.
Laatst hoorde ik dat een koper van bouwgrond voor zijn nieuwe bedrijfsgebouw wel een elektra-aansluiting voor de bouw kon krijgen, maar voorlopig geen definitieve elektra-aansluiting bij ingebruikname. Dit omdat het netwerk in het betreffende gebied al overbelast is. De koper hoorde dit pas bij het aanvragen van de bouwaansluiting, met alle reeds gemaakte voorbereidingskosten. Niet een bericht waar je op zit te wachten. De reactie van de netbeheerder was om voorlopig met aggregaten te gaan werken. Dit is in veel opzichten een heel slecht alternatief en al helemaal niet duurzaam.
Dagelijks om me heen hoor ik over terugleveren en het lijkt een aantrekkelijke businesscase voor iedere buurman. In uitzonderlijke gevallen kun je er zelfs aan het einde van het jaar na saldering geld mee verdienen. Maar de uitvoering is geen sinecure en heeft blijkbaar ook nadelen. Zo blijkt het huidige kabelnetwerk niet altijd toereikend te zijn bij piekbelastingen die ontstaan door overmatig terugleveren. Gevolg is dat energiemaatschappijen geen aansluitingen meer kunnen accepteren om zodoende
IS DIT HET MOMENT OM HELEMAAL ENERGIENEUTRAAL TE WORDEN EN OFF-THE-GRID TE GAAN?
Is hier sprake van een incident of is dit de nieuwe werkelijkheid? Voor ons is het in ieder geval de eerste keer dat we hiermee geconfronteerd worden. Positief hieraan is dat het opslaan van stroom voor eigen of gemeenschappelijk gebruik hiermee in een versnelling kan komen. Ik zei al, eigenlijk wil je niet afhankelijk zijn van anderen. Maar hoe doe je dat dan? Is dit het moment om echt helemaal energieneutraal te worden en off-the-grid te gaan? Is dat überhaupt mogelijk en wenselijk? Mooi om hier eens je gedachten over te laten gaan en een flinke slag te maken met verduurzaming in het algemeen. Ik hoop dat we de obstakels snel en duurzaam overwinnen, zeker gezien de enorme bouwopgave waar we samen voor staan. Want een ding is zeker, de uitspraak ‘daar krijg ik geen energie van’ krijgt zo wel een heel andere betekenis. ■
COLUMN
Vincent Ketting, partner EGM architecten
PLATTENBAU
DDe woningmarkt kent over de afgelopen decennia heen pieken en dalen. Vaak gestuurd door combinaties van factoren zoals rentestand, grondprijzen, bouwprijzen, vraag en aanbod, wetgeving, etc. Op dit moment is het niet een combinatie van enkele factoren, maar een kluwen van al deze factoren bij elkaar opgeteld. Grote woningbouwprojecten en dan met name in de utilitaire woningbouw komen nog maar moeizaam tot stand. De bouw van grondgebonden woningen (rijtjeshuizen, villa’s) lijkt overigens vooralsnog geen last te hebben van krimp.
Nu lees ik in de zalmroze krant dat het aantal woningen in de komende negen jaar met 11 procent moet toenemen. Dat zijn er dus 917.923 om precies te zijn. Te bouwen vanaf 2022 tot en met 2030. Geweldig nieuws, toch? Dus we bouwen gewoon, versneld, door?
Nou, niets is minder waar. Er zullen nog vele hobbels genomen moeten worden. Het is goed om ambitie te hebben, maar dat betekent natuurlijk wel dat de eerder genoemde factoren opgelost moeten worden. Helaas is een groot deel van deze factoren niet te beïnvloeden door de bouwkolom. Onze bouwminister Hugo de Jonge beseft heel goed dat het niet eenvoudig is. Maar met tegenwind moet je gewoon harder trappen is zijn devies. Bijvoorbeeld door standaardisatie en industrialisatie. De markt moet aan de bak dus. Prima uiteraard, maar laten we alsjeblieft wel blijven opletten dat er aandacht blijft bestaan voor de leefbaarheid en aantrekkelijkheid van woongebouwen en wijken.
Een andere verbetering zou moeten zijn dat de lokale overheden moeten stoppen met het eindeloze ‘getut’ (zo staat het in de krant) over bouwlocaties. Desnoods wijst de minister zelf locaties aan als dit de versnelling verbetert. Dat er getut wordt, of dat het traag gaat, ligt ook aan de ondercapaciteit bij lokale overheden (ook een punt dat nog opgelost dient te worden) en de wettelijke eisen die gelden voor nieuwe bouwlocaties. Die eisen kun je volgens mij niet zomaar negeren, of lukt dat op andere plaatsen wel?
In hetzelfde krantenartikel stelt de minister dat een grote onzekerheid met deze ambitie is weggenomen, immers nu weten we wat de opgave voor de komende jaren is. Was het leven maar zo simpel. Wat goed is, is dat de overheid 11 miljard euro steekt in het verbeteren van infrastructuur en het afdekken van onrendabele toppen. Maar mijn gevoel is dat er veel meer gedaan moet worden om de genoemde aantallen te halen. Helaas liggen die factoren buiten onze invloedssfeer. De overheid is nu echt aan zet.
WE MOETEN LERING TREKKEN UIT WAT BOUWWOEDE IN HET VERLEDEN HEEFT VEROORZAAKT
Over het versnellen nog een aandachtspunt. Prima om te versnellen, maar laten we de kwaliteit van wonen niet vergeten, de rol van stedenbouwers en architecten is hierbij van groot belang. Het is noodzakelijk om goed doordachte en vooral strategisch gekozen in- en uitbreidingsgebieden te ontwerpen, die voor de lange termijn houdbaar zijn.
We moeten lering trekken uit wat bouwwoede in het verleden heeft veroorzaakt. Voorbeelden zijn er voldoende. In de voormalige DDR was Plattenbau bijvoorbeeld dé oplossing om in rap tempo 900.000 woningen uit de grond te stampen. In Nederland hebben we deze manier van bouwen in de jaren zestig en zeventig overgenomen, waarbij veel standaardisatie in het bouwproces is toegepast. Nu staat meer dan de helft van dit type woningen leeg en worden ze vaak alweer afgebroken. Ik weet het, in Plattenbau kun je ook wonen, maar wie wil dat nog (de marktvraag?) en vinden we dit nu en over een paar jaar nog steeds een acceptabele oplossing in het licht van aantrekkelijke stedenbouw, fijne en gezonde buurten en maatschappelijke versus economische belangen? ■
Vincent Ketting, partner EGM architecten
SGELUK
ZIT IN DE KLEINE DINGEN
Sinds jaar en dag ontwerpt en engineert ons bureau gebouwen voor de maatschappij. Dat zit verankerd in het DNA van ons bureau. Niet alleen met onze projecten zijn we direct verweven met de maatschappij, ook in de wijze waarop wij ondernemen hebben we hier blijvende aandacht voor. Stijgende bedrijfskosten die niet direct in relatie staan tot een omzettoename, kunnen leiden tot herziening van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Die herziening betreft niet alleen het eigen bedrijf, maar kan ook grote gevolgen hebben voor partners, leveranciers en afnemers met wie je samenwerkt.
Het woord onzekerheid is wat mij betreft het meest uitgesproken woord van 2022 als het gaat over ondernemen in het algemeen, en specifiek over de bouwsector. De oorzaken kunnen we inmiddels allemaal dromen en omvatten prijsstijgingen van grondstoffen, materialen en energie, het wegvallen van de stikstofvrijstelling en uitstel van de nieuwe omgevingswet. Het is een opeenstapeling van onzekerheden die maakt dat de bouw in toenemende mate last heeft en zal krijgen van vertragingen in processen door budgetten die niet haalbaar blijken.
Deze bekoeling zal leiden tot minder druk op de bouw en dus ook een afname aan vacatures. Wij merken bijvoorbeeld al dat er meer aanbod van nieuwe medewerkers is. In de financiële crisis heeft een dergelijke bekoeling in de bouw geleid tot een grote aderlating van bouwkundige en ontwerptechnische talenten want er was geen droog brood te verdienen in die tijd. Door de inflatie gaat ook de koopkracht van velen achteruit en zullen de CAO’s hierop aangepast dienen te worden. De CAO voor architectenbureaus heeft bijvoorbeeld al een voortijdige verhoging van de lonen per 1 januari 2023 doorgevoerd. Deze loonstijging zal ook zijn weerslag hebben op prijzen van producten en diensten. Volgend jaar wordt alles duurder; dat staat voor mij in ieder geval als een paal boven water.
Zoals veel werkgevers in onze branche, hebben ook wij onze medewerkers eenmalig gecompenseerd in de almaar toenemende kosten. Waar de verdere prijsstijgingen naar toe gaan is nog niet te voorspellen en dus zijn prijs-vaste contracten niet, of heel moeilijk, vast te leggen. Daar kampen de bouwende partijen al langer mee en ik vrees dat deze trend zich voorlopig voort-
IK HOOP DAT VEEL BEDRIJVEN
MAATSCHAPPELIJK VERANTWOORD KUNNEN BLIJVEN ONDERNEMEN ONDANKS ALLE ONZEKERHEDEN
zet. Na het verdwijnen van het door onszelf bemenste bedrijfsrestaurant bijvoorbeeld zijn we het gesprek aangegaan met het lokale werkleerbedrijf Drechtwerk. De werkzaamheden in de keuken van dit werkleerbedrijf, geleid door een begenadigde chef, worden volledig ingevuld door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Ze bereiden maaltijden op bestelling en een aantal keren per maand verzorgen ze de lunch voor ons hele bureau. Er wordt dan flink uitgepakt met zelfgemaakte salades, luxe belegde broodjes en vruchtensap, alles vers bereid. We zien dat de medewerkers van het werkleerbedrijf de aankleding van de lunchtafels, de toelichting op al het smakelijks en het opruimen enthousiast en met veel plezier invullen. Het is voor ons, en ik hoop ook voor hen, hartverwarmend. Ook deze wijze van maatschappelijke betrokkenheid koesteren wij. Ik hoop dat er bij veel bedrijven ruimte blijft bestaan om dergelijke samenwerkingen aan te gaan ondanks alle onzekerheden. Want geluk zit toch vaak in de kleine dingen. ■