4.4 Gereedschappen

4.4.1 Handgereedschap

universele tang nijptang of trektang priem juniorzaag houtzaag verstekzaag met verstekbak figuurzaag metaalzaag allesknipper kruiskopschroevendraaier platte schroevendraaier bankhamer houtrasp houtvijl schuurpapier met schuurblokje

4.5 Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s)

Bij het werken met gereedschap en materialen is het belangrijk om de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen te kennen. Je vindt ze meestal terug op een werf, in een fabriek of in de handleiding van een toestel.

4.6 Elektriciteit

Elektriciteitsbronnen thermische centrale windturbines kerncentrale waterkrachtcentrale zonnepanelen pluspool diode

Zowel lampjes als schakelaars kunnen in parallel- en serieschakeling staan. Bij serieschakeling staan de lampjes of schakelaars achter elkaar. Wanneer één component uit de stroomkring niet meer werkt of uit de stroomkring wordt gehaald, werkt de hele serieschakeling niet meer. Bij parallelschakeling zijn de lampjes of schakelaars rechtstreeks met de stroombron verbonden. Haal je er eentje uit of gaat er eentje stuk, zal de rest nog blijven werken.

4.7

drijver (wordt aangedreven door een motor, spierkracht …) tussenwiel volger (laatste element)

Draairichtingen bij riemoverbrenging

De drijver draait naar rechts. Het tussenwiel en de volger zijn op dezelfde manier verbonden en draaien dus in dezelfde richting.

Het tussenwiel draait in dezelfde richting van de drijver. De laatste riem is gekruist, waardoor de volger in de tegengestelde richting draait.

Draairichtingen bij tandwieloverbrenging

Twee tandwielen draaien altijd in elkaars tegengestelde richting.

De drijver draait naar links, de volger naar rechts.

De drijver draait naar rechts, het tussenwiel draait naar links. De volger draait naar rechts.