20ste jaargang • nummer 6 • Juni 2009
Chris nieuwsbrief “Weet je hoe drúk we het hebben gehad?!”
Vanmiddag heb ik een afspraak met Carlijn (18), Marieke (16), Jente (14) en Leonie (12). Ik heb hen uitgenodigd voor een gesprekje over ‘vrije tijd’. Tegen de klok van half vier vallen ze binnen. Ze komen net uit school, dus moet er even genoten worden van de vrije tijd. Hoe? Met een kop chocolademelk én een pak koekjes. “Ja, we hebben de hele dag op school gezeten. Weet je hoe drúk we het hebben gehad?!” Juist... we hebben het dus over vrije tijd. Daarover gesproken: wat ís vrije tijd eigenlijk? “Geen huiswerk!” roept Jente, die direct door haar zussen bijgevallen wordt met instemmende gebaren en geluiden. Ik moet mijn beeld over vrije tijd dus even bijstellen. Ik dacht dat alle uren buiten schooltijd als vrije tijd werden gezien... Sporten, met vriendinnen afspreken en lezen blijken wél onder vrije tijd te vallen.
Alle meiden vinden dat ze veel te weinig vrije tijd hebben. Marieke: “Ik heb gewoon téveel huiswerk!” Jente knikt instemmend. Carlijn heeft volgens haar vier zussen juist teveel vrije tijd, al is Carlijn zelf het hier niet helemaal mee eens. Jente licht toe: “Haar opleiding kost haar niet zoveel moeite, waardoor ze veel vrije tijd heeft. Ze propt die vrije tijd alleen zo vol met van alles en nog wat dat ze vervolgens helemaal geen vrije tijd meer heeft. Snap je?” Ik vraag me inmiddels af of deze drukbezette dames eigenlijk wel eens iets met elkaar doen. Of samen met hun ouders. Marieke: “We doen wel eens dingen als zussen onder elkaar, maar dat komt niet erg vaak voor. We hebben het gewoon te druk met andere dingen. Of de één vindt iets anders leuk dan de ander”. “De zondagavond is voor ons gezin”, vult Carlijn aan. “Dan eten we samen en kletsen we gezellig met elkaar.” Ondanks de drukke agenda’s, brengen de zussen ook tijd met hun ouders door. Leonie: “Eén keer per jaar hebben we een uitje met één van onze ouders. Dat is echt ontzettend leuk!” Dat beamen ál haar zussen direct! “Je hebt gewoon lekker de tijd om even met je vader
of moeder te kletsen over dingen die je bezighouden”, zegt Carlijn. “Het is fijn om een hele dag de onverdeelde aandacht van één van hen te krijgen!” Na een half uurtje loopt ons gesprek ten einde. Terwijl ze hun jassen aantrekken, pakken de meiden hun dagelijkse bezigheden weer op. “Hé jongens, ik moet nog even naar de braderie. Heeft iemand nog wat nodig?”, begint Carlijn. “Ja!” roept van één haar zussen direct. “Een riem. Ik moet echt een nieuwe riem! Ik ga nu mamma bellen of ik mijn zakgeld van deze maand al kan krijgen”. Al pratend over de indeling van de rest van hun middag – die nog maar twee uurtjes duurt, maar wordt volgepropt met vier uur ‘werk’ – lopen ze de deur uit. Enigszins benieuwd of het hen echt zal lukken vier uur werk in de komende twee uur te stoppen, loop ik terug naar mijn werkplek. Tijd om die vraag te beantwoorden, heb ik overigens niet. Ik moet namelijk over een uur een artikel hebben geschreven over vrijetijdsbesteding. En ik vraag me echt af hoe ik binnen een uurtje een half uur geratel van vier tieners, in vijfhonderd woorden krijg gepropt...