
12 minute read
Reizen in de regio
Eind maart lijkt niet de beste tijd van het jaar te zijn om naar Kenia af te reizen, het regenseizoen is van medio maart tot eind mei en dus eigenlijk net begonnen. Voorbereid op alle weersomstandigheden landen we in Mombasa. Wat direct opvalt bij aankomst is de warme deken van vochtige hitte die over je heen valt als je het vliegtuig uit stapt. Eenmaal in de terminal merk je dat er geen airco is hier. Maart blijkt aan de westkust de warmste periode te zijn met veel regen. Buiten worden we opgewacht door een taxichauffeur die een bekende is van vrienden die hier in Kenia wonen. Stiekem is dat toch wel heel fijn als je eigenlijk niet weet wat je kunt verwachten.

Advertisement
Vanaf de airport in Mombasa rijden we nog twee en een half uur langs de kust naar het noorden om aan te komen op ons eerste bestemming: Watamu. Onderweg vanaf het vliegveld zien we een groot verschil met Dubai, een kleine cultuurshock is een feit. Het leven wordt hier op straat geleefd. Overal zie je mensen, kinderen, brommers, houten en lemen hutjes, vuurtjes, fruitstalletjes en veel oude auto’s. Het rijdt ook allemaal langzaam, wat ook niet anders kan op de uitgesleten tweebaansweg weg die vol met gaten en gebarsten asfalt zit. En omdat Kenia lange tijd een Engelse kolonie is geweest, rijden ze aan de linkerkant. Met minimale verlichting. kortom het is even acclimatiseren.

Eenmaal aangekomen in Watamu, belanden we in een paradijs. Een prachtig huis, Watamu Dunes, geschikt voor maximaal zestien personen, net achter de kuststrook, waar we met onze vrienden het eerste weekend blijven om bij te komen en te genieten van dit mooie stukje Afrika. Het ontbreekt hier aan niets, door het personeel in het huis word je volledig ontzorgt. Een prachtige tuin en heerlijk zwembad maakt dat we hier helemaal niet weg hoeven. Maar dat is zonde want er is hier genoeg te ontdekken. Dat kan met tuktuks of een taxi.
Het strand, dat grenst aan een beschermd natuurgebied waar zeeschildpadden broeden, is op loopafstand. Daar kun je kitesurfen, zwemmen en heerlijke strandwandelingen maken. In de omgeving zitten mooie strandtenten met goede restaurants, van authentiek Italiaans tot uberhip, zoals eten in een net waarin je boven de zee ‘zweeft’ terwijl je de prachtige warm oranje Afrikaanse zonsondergang bewonderd. Drie dagen in deze omgeving is puur genieten. We kunnen uitgerust en vol enthousiasme beginnen aan onze eerste familie safari!
Na het lezen van online reviews besloten wij een klein reisbureau in te schakelen om onze safarireis samen te stellen. Omdat we zelf al wel de route hadden bedacht kwamen we uit op een pakket met eigen safariauto met chauffeur/gids die ons van park naar park en van lodge naar lodge zou brengen. Onderweg zagen we dezelfde safari auto’s voorbijkomen met acht tot tien personen en dat zag er erg vol uit. We weten nu dat je uren doorbrengt in de auto tijdens een safari dus het is het zeker waard om daar rekening mee te houden bij het boeken van je reis.
We worden bij Watamu Dunes opgehaald door Bennah, die kwam met zijn omgebouwde zandkleurige Toyota Landcruiser aanrijden. Al snel hobbelen we richting ons eerste National Park, Tsavo East.
De gate naar het park is anderhalf uur rijden. Bij de gate regelt Bennah de toegang en zet hij het dak van de auto omhoog zodat we achterin kunnen staan. Hierdoor kun je perfect het landschap zien en verkennen, en foto’s en filmpjes maken. De maximale snelheid ligt zo rond de 40 km per uur. Al snel zien we zebra’s, giraffen en impala’s vlak langs het zandpad waar we op rijden. Prachtig! Als we in de verte ook olifanten zien, wanen we ons echt middenin de Lion King. Tsavo East kenmerkt zich helaas door veel droogte in deze hete periode. Je ziet aan alles dat de natuur heeft te lijden. Er is al veel te lang geen regen gevallen verteld Bennah. Het regenseizoen lijkt ook hier te verschuiven. Na wat langer in het park te rijden besef je je al snel dat de dieren die we zien, onderweg zijn naar, of net terugkomen van een drinkplaats. Als je een grotere groep olifanten ziet staan is dat vaak een teken dat daar de drinkplaats is. Uiteindelijk komen we bij onze eerste lodge aan, Satao Camp. Out of Africa beschrijft het beste de sfeer waar we in zijn beland. Safaritenten met een veranda met uitzicht op een drinkplaats. Het is een beetje te warm maar anders is op de veranda blijven zitten en gewoon genieten van alles wat hier voorbij komt lopen, je hoeft er de lodge niet voor te verlaten. Satao Camp is een ‘non-gated lodge’ wat betekent dat s’nachts de dieren gewoon vrij rondlopen. Als je je tent wil verlaten moet je eerst met een zaklamp de bewaker seinen die je dan komen halen om je naar het restaurant te begeleiden. Spannend! Toch wel fijn dat er gewoon een badkamer vast zit aan de tent. het water is. We zien hier voor het eerst echte Masai die onderdeel zijn van de lodge en alles vertellen over cultuur en gewoontes van hun stam. Severin Lodge heeft een prachtige infinity pool waar het heerlijk afkoelen is tussen de safari’s door. Langzaamaan komen we in het safariritme. S’morgens vroeg opstaan rond half zes, na een kopje koffie en stukje cake snel de safariauto in en met zonsopgang de natuur in. Na twee uurtjes terug naar de lodge, waar een heerlijk ontbijt klaar staat. Uitrusten (het is in Tsavo East en West ook te warm om iets anders te doen), aanschuiven voor een lange luie lunch op de patio met uitzicht op de dieren bij de ‘waterhole’, tegen zonsondergang weer de natuur in (dat nog steeds het meeste wegheeft van het filmdecor van de Lion King of Out of Africa), bij terugkomst een aperitief, diner en na een koele verfrissende douche heerlijk op tijd slapen. Dit ritme bevalt ons goed!
Van Tsavo West rijden we naar Amboseli National Park. Een van de hoogtepunten van de reis, beslissen we later. Een langgekoesterde persoonlijke wens gaat hier in vervulling, het zien van de hoogste berg van Afrika, de Kilimanjaro.
Het heeft een paar weken geleden flink geregend dus alle dieren die we hiervoor al hadden gezien zien we hier nog eens in veelvoud en van heel dichtbij. Dat ook hier flinke droogte was, is te zien aan de vele karkassen die we zien liggen, het is onmogelijk om niet te denken aan de verschrikkelijke effecten van de klimaatsverandering op dit mooie stukje aarde.
Na twee heerlijke nachten Satao Camp, de eerste safari’s en een warm afscheid van de Lodge crew, rijden we verder naar Tsavo West. Onderweg zien we meteen een verschil met Tsavo East, het is hier veel groener, bosrijk en heuvelachtiger waardoor het moeilijker wild spotten is. We zien ook andere dieren, een buffalo staat ineens te grazen in een knalgroen stuk gras. We verblijven in Severin Lodge, midden in het park. Helaas wel een droog stuk waardoor de dieren hier nu niet rondlopen, die trekken naar het lage gedeelte van het park waar

Een deel van het park is een moeras waardoor de dieren tot halverwege in het water staan en zich te goed doen aan al het voedsel dat ze kunnen vinden. Olifanten, nijlpaarden, flamingo’s, buffalo’s, zebra’s, moddervissen, impala’s en struisvogels eten ongestoord verder als wij langzaam voorbijrijden om alles zo goed mogelijk in ons op te nemen want het is adembenemend mooi. Dit is ook de eerste plek waar we cheeta’s zien en een luipaard. In het begin zie je niets, en begrijp je niet hoe de gidsen dat wel zien, maar na een tijdje leer je waar je op moet letten. Je leert niet alleen de dieren te spotten, maar ook hoe ze leven, hoe ze jagen, wat ze eten, hoe ze paren, wat hun rituelen zijn, dat maakt een safari zo mooi. Kinderen onthouden alles veel beter omdat ze het zelf zien en meemaken.

De lodge waar we slapen in Amboseli is een hoogtepunt, de Tawi lodge. Deze is speciaal gekozen voor het fenomenale uitzicht op Mount Kilimanjaro, de hoogste berg in Afrika, gelegen op de grens met Tanzania. Tawi lodge is een soort landhuis met enkele losstaande safari bungalows met prachtige kamers. De veranda’s hebben allemaal prachtig uitzicht op de Kilimanjaro. Tijdens het aperitief kun je genieten van de zon die langzaam onder gaat en de Kilimanjaro die aan de horizon verdwijnt in de nacht. Wat er daarna verschijnt is minstens zo mooi; een sterrenhemel, zo helder en scherp dat het lijkt alsof je er zelf tussenin zweeft.

Om wat afwisseling te hebben tijdens onze
10 dagen safari gaan we na Amboseli naar Lake Naivasha, een groot meer dat bekend staat om de vele hippo’s die er wonen. De reis naar Amboseli gaat over de Mombasa Highway, een tweebaansweg waar alleen maar trucks lijken te rijden. Om na Nairobi het rift highway over te komen moet je veel geduld hebben, het gaat stapvoets de berg op en je doet over twaalf kilometer twee uur. Bedenk daarbij dat je de hele tijd tussen de uitlaatgassen zit en dat inhalen iedere keer een uitdaging is omdat je niet kunt zien of de trucks wel een gaatje voor je maken als er tegenliggers aankomen. Het is daarom een opluchting als je eenmaal boven bent. Het afdalen gaat nog steeds in een file maar gaat in ieder geval sneller. Het slechte nieuws van Bennah is dat dit ook de enige route is om weer naar Nairobi te gaan op de terugweg.
Eenmaal aangekomen bij het meer is het een oase van rust. Deze plek staat ook bekend als getaway voor een weekendje vanuit Nairobi en we leren ook dat dit vaak het begin punt is voor reisgezelschappen die op safari gaan richting de Masai Mara, toch wel het bekendste nationale park in Kenia. Het is wat drukker dan we gewend zijn. We slapen 2 nachten in de Sopa Lodge, een grote wat oudere lodge met aparte huizen rondom een grasveld. Het heeft wel iets weg van kabouterhuisjes in een sprookjesbos. Het grote hoofdgebouw doet denken aan de oude koloniale tijd door de stijlvolle rustieke inrichting. Deze lodge is wederom niet ‘gated’ dus ook hier loop je na zonsondergang alleen maar rond met de bewakers. Bij het inchecken krijg je een briefing over de veiligheid waar je je echt aan dient te houden. Na zonsondergang komen de nijlpaarden aan land en lopen ze gewoon rond tussen de huizen waar je slaapt. Inmiddels weten we dat nijlpaarden de gevaarlijkste dieren zijn hier dus alle aandacht voor de regels!

Vanuit deze plek kun je ook Hell’s Gate National Park bezoeken, een vulkanisch gebergte waar je een fiets-safari kunt doen en geisers van dichtbij kunt bewonderen. Door het gebrek aan roofdieren hier kun je op fietssafari door het park. In Lake Naivasha zelf ligt ook een eiland waar je veilig een wandelsafari kunt doen tussen de zebra’s en giraffen. Echt een aanrader als afwisseling van de safari’s in de auto. Door een klein ongelukje op de fiets, loopt ons verblijf hier iets anders dan gepland. We belanden in een klein ‘field hospital’ waar we gelukkig goed en veilig geholpen worden. De geisers hebben we hierdoor helaas moeten overslaan. Die middag staat de wandelsafari op het programma maar door een hele harde regenbui (de eerste!) met onweer en bliksem voelt het niet veilig om dat te doen. Het koelt af, wat eigenlijk heerlijk is. Lake Naivasha ligt een stuk hoger dan de voorgaande parken en dat merk je. We besluiten lekker bij de openhaard te gaan zitten in de prachtige koloniale lounge met een boek, ook best fijn.
Na twee nachten vertrekken we vroeg richting het meest bekende National Park van Kenia, de Masai Mara. Door de riftvallei rijden we richting het noorden van de Mara Triangle, waar we aan de rand van de Mara vallei een nachtje slapen in de mooiste lodge van onze reis, de &beyond Kichwa Tembo. Met gezang en veel Djambo’s worden we opgewacht bij aankomst. Deze plek is zo mooi dat we besluiten de rest van de dag bij de lodge te blijven. Een voordeel van een langere safari is dat je daar tijd voor kunt nemen. Twee masai wariors verleiden de kinderen om pijl en boog en speerwerpen te komen proberen. We leren veel over de geschiedenis en gewoontes van de Masai, super interessant. Later terwijl wij bij het zwembad liggen met prachtig uitzicht over de Mara vlakte, loopt een moeder knobbelzwijn (pumba uit de Lion King) met haar twee jongen rustig naast ons te grazen in het gras. Voor het diner is er een cultureel optreden van de lokale Masai stam die indrukwekkende tribal dans en zang laten zien. S’nachts regent het vreselijk hard en zien we vanuit de tent de bliksem over de vlakte. Je vraagt je af of het allemaal droog blijft onder het canvas maar dat lijkt allemaal goed te gaan, we besluiten te genieten van het prachtige lichtspel wat er zich aan de donkere horizon afspeelt.
De volgende dag is het weer helemaal droog en rijden we door de Mara vallei naar onze laatste bestemming van de safari. Onderweg komen we erachter dat door de hevige regen de brug waar we overheen moeten onbegaanbaar is. We moeten de lange route rijden die 3 uur ‘om’ rijden is. We maken ons er niet te druk om, polle polle (rustig rustig) noemen ze dat hier. Het is ook geen straf om hier wat langer te moeten rijden. Onderweg zien we de meeste dieren van de big 5 weer voorbijkomen. Dit keer zelfs meerdere leeuwinnen met jongen. Het enige dier dat we nog niet hebben gezien is de rinoceros, de neushoorn. Helaas zijn deze dieren hier nog minimaal aanwezig. Op andere plekken in Kenia zijn succesvolle programma’s gestart om de neushoorns niet te laten uitsterven, maar in de Masai Mara laten ze zich zelden zien.
We komen bij de grens van Kenia en Tanzania, waar de Masai Mara grenst aan het park der parken, de Serengeti. Deze plek staat bekend om de jaarlijkse migratie van tienduizenden wildebeasts. Van foto’s weten we dat het er gruwelijk aan toe kan gaan met leeuwen en krokodillen die op de loer liggen voor de zwakkere ‘beasts’ die de diepe oevers van de Mara rivier niet kunnen trotseren. ‘Gelukkig’ zijn wij er in het laagseizoen, want tijdens de migratie schijnen er heel veel toeristen te zijn, vechtend om het beste plekje te bemachtigen om deze migratie te zien. Niet echt ons ding, wij genieten juist als we de enige safariauto zijn in de wijde omtrek.

Onze laatste lodge is the Figtree Camp, midden in park. Een bijzondere locatie omdat het op een soort schiereilandje ligt met de rivier de Mara eromheen. In de rivier wonen een 30tal nijlpaarden en krokodillen, die je overdag alleen als kleine eilandjes ziet liggen. Tegen zonsondergang veranderen deze eilanden in een grote bijeenkomst van nijlpaarden die allemaal de heuvel op willen naar het gras. Luid brullend naar elkaar verzamelen ze zich en lopen ze een voor een de steile heuvel op. Het blijkt dat ze midden in de nacht weer terugkomen in het water waar ze voordat de zon op gaat nog lekker met elkaar gaan brullen. De safaritenten staan veilig hoog boven de rivier maar het geluid is zo hard dat het lijkt alsof ze naast je bed staan. Een bijzonder ervaring. Omdat we toch tegen zonsopgang opstaan stoort het helemaal niet en is het eigenlijk wel bijzonder om zo wakker te worden.
Tijdens de safari’s in de Masai Mara komen we eigenlijk alle dieren van de parken hiervoor weer tegen. Een luipaard die ligt te slapen in de boom met voor haar, haar aangevreten prooi en ook twee vrouwelijke cheetah’s die zich klaarmaken voor een ‘jacht’ liggen op nog geen 5 meter van de auto. Omdat we genoeg tijd hebben tijdens onze safari’s, staan we soms wel een half uur te kijken naar deze wondere taferelen. Iedere keer zien we weer nieuwe dingen en verteld Bennah ons weer meer over wat we zien en horen. Terwijl we rondrijden zien we een groepje babyleeuwtjes achter een struik, verderop staat een grote mannelijke leeuw de wacht te houden en weer verderop liggen een zestal vrouwtjes op de loer en sluipen richting een groepje impala’s. Nog voordat de jacht begint gaan de impala’s ervan door. We besluiten verder langzaam verder te rijden want het laatste wat we willen is bij een tweede poging dit ritueel verstoren.
Na een fotosessie tijdens de zonsondergang als afscheid van onze geslaagde safaritrip, rijdt Bennah ons de volgende dag naar het vliegveld in Nairobi, dat duurt ongeveer 5 uur. Gelukkig zien we op tijd dat de gevreesde riftvalley highway alweer helemaal vast staat met trucks. Bennah kent een d-tour die veel sneller is, wij vertrouwen hem compleet. Alles beter dan weer uren in slakkengang die berg over. Na een laatste lunch, waarin we nog struisvogel en krokodillen vlees proeven, is het tijd om afscheid te nemen. Voor ons als gezin is zo met ‘eigen’ auto en een gids/chauffeur de perfecte manier om een safari te beleven, het geeft je vrijheid en flexibiliteit.
We vliegen van Nairobi naar Mombasa met een binnenlandse vlucht van Jambojet. Daar worden we door dezelfde driver opgehaald om nog drie dagen in Kilifi met onze vrienden vakantie te vieren. De warmte komt ons weer tegemoet, en weer moeten we acclimatiseren en afkicken van het gave avontuur van de afgelopen tien dagen. In Mnarani Beachclub Resort genieten we van de watersportfaciliteiten en de heerlijke relaxte sfeer die hier in dit dorpje hangt. Hoogtepunt is een zeiltocht op een authentieke dhow over de creek. Het leven gaat hier wat langzamer, wat gemoedelijker, wat meer polle polle. Wij zijn fan van dit prachtige land in Afrika en fantaseren al over een volgende keer en een volgende bestemming.
