2 minute read

De phegea-vlinder

Next Article
Edito

Edito

De phegeavlinder

De phegea-vlinder - Foto Nicole Van Hooydonck

Advertisement

Een bijzonder vlindertje in het Peerdsbos en Vordenstein

Wie tijdens de zomermaanden in het Peerdsbos of Vordenstein gaat wandelen, kan een zeldzaam vlindertje tegenkomen: de phegea-vlinder (Amata Phegea) of het melkdrupje.

Door Nicole Van Hooydonck

Dit vlindertje kan je dadelijk herkennen aan het huppelend vlieggedrag en zijn bijzondere verschijningsvorm. De vooren achtervleugels van de phegea-vlinder zijn inktkleurig blauwzwart met halfdoorschijnende witte vlekken. De antennes hebben witte uiteinden.

Wanneer je de phegea-vlinder ziet, weet je meteen waarom hij in de volksmond melkdrupje wordt genoemd.

Wie denkt dat de phegeavlinder een dagvlinder is zoals het koolwitje of de citroenvlinder heeft het mis. Het is een nachtvlinder die echter wel overdag actief is.

Dat het een nachtvlinder is kan je duidelijk zien aan de voelsprieten. In tegenstelling tot dagvlinders heeft de phegeavlinder geen knopjes aan het uiteinde van zijn antennes.

Het is prachtig om te zien hoe hij foerageert op de bloemen van allerlei kruidachtige planten en struiken zoals: dovenetel, braam, distel, heelblaadjes enz. Hij blijft rustig zitten en is niet vlug verstoord. De fotografen onder ons kunnen hun hartje ophalen bij dit prachtige beestje.

De vlinder houdt zich liefst op langs bosranden en open plekken in het bos. Gebieden zonder bos of een gesloten bos zijn onaantrekkelijk voor deze vlindersoort. In Nederland is de phegea-vlinder vrij algemeen voorkomend. In België is hij zeldzaam. Zijn voorkomen blijft hier beperkt tot enkele bolwerken in Antwerpen, Limburg en Vlaams-Brabant. In Wallonië ontbreekt de soort.

De phegea-vlinder kent een opmerkelijk verspreidingspatroon. Er zijn jaren dat hij gaat uitzwermen en in grote getallen aanwezig is. Maar iedere keer trekt de vlinder zich weer terug in zijn kerngebied. Uitzetten van deze vlindersoort heeft dan ook weinig zin. Na enkele jaren zal de kieskeurige phegea-vlinder weer verdwijnen uit het gebied waarin hij uitgezet werd.

De phegea-vlinder vliegt van eind mei tot half augustus. Met wat geluk kan je dan ook parende phegea-vlinders waarnemen. Vrouwtjes zetten hun eitjes af binnen de week na de paring.

TIP

De phegea-rups - Foto Nicole Van Hooydonck

De eikenprocessierups - Foto Wikimedia

Van augustus tot mei overwintert de soort als rups. Je kan ze soms verspreid zonnend op boomstammen aantreff en.

De rups is bruingrijs en heeft dwarse rijen zwarte, puntvormige wratjes, die dicht bedekt zijn met zwarte haarbosjes. Kop en borstpoten zijn bruinrood. Verwar ze niet met de eikenprocessierups, die we soms ook op boomstammen aantreff en. Deze laatste zitten echter niet verspreid, maar in rijen op de bomen en hebben witachtige lange haren. In tegenstelling tot de eikenprocessierupsen zijn de rupsen van de phegea-vlinder niet hinderlijk voor mensen.

Wanneer je dit vlindertje opmerkt in Vordenstein of het Peerdsbos, geniet dan van deze zeldzame verschijning. Je kan, indien je dit wenst, je waarneming doorgeven op waarnemingen.be.

Wie meer wil weten over vlinders is steeds welkom op één van de activiteiten van Atalanta, de Vlinderwerkgroep van Natuurpunt Antwerpen Noord & Kempen.

This article is from: