3 minute read

Natuur.samenleving: Huiszwaluwen op de tocht

Huiszwaluwen op de tocht!

Tekst: Rina Peys

Advertisement

Hebben jullie nog die bekende halve bolvormige nesten onder de dakgoot hangen? En zitten ze in jouw straat nog gezellig te lawaaien op de elektriciteitsdraden? Dan ben je een geluksvogel maar waarschijnlijk is dat niet.

Waarom zien we de huiszwaluwen minder en minder? Huiszwaluwen maken hun nesten het liefst tegen ruwe materialen zoals onze bakstenen gevels en ze hebben graag een bescherming boven hun hoofd. Dakoversteken in hout werden vroeger massaal ingepalmd door deze harde werkers. Maar wij gebruiken nu andere, minder natuurlijke en gladdere materialen zoals plastic. Ze zijn beter te onderhouden en hoeven geen likje verf meer. Onze gevels worden bekleed met crêpe of grote platen van synthetisch materiaal. Wij isoleren en renoveren dat het een lieve lust is. Een goede zaak, dat zeker. We verbruiken minder fossiele brandstof en zorgen voor de economie en de werkgelegenheid. Toch een kleine bedenking: ook die nieuwe materialen moeten gemaakt worden en daar kruipt eveneens energie en grondstof in. Succes gaat vaak voorbij aan kleine dingen. Solitaire bijen, lieveheersbeestjes, spinnetjes, vleermuizen en mussen vinden geen holletjes meer in onze strakke gebouwen. Wij proberen te helpen en bouwen insectenhotels in alle maten en vormen. Bovengrondse elektriciteitsdraden verdwijnen ook stilaan uit het straatbeeld. Daar zaten vroeger de huiszwaluwen en de mussen zo graag te socialiseren en hun jongen te voeden.

Ja meneer/mevrouw, de vooruitgang hé!

Om de huiszwaluw te kunnen helpen, moeten we misschien wat meer over hun levenswijze weten. Het zijn echte trekkers. Ze komen naar onze streken rond april. De eerste voorbode van de lente, zeg maar. Hun winters brengen ze door in Zuid-Afrika, in de buurt van savannes en moerassen. Dat zijn plaatsen waar veel insecten voorkomen. Die tocht is niet zonder gevaar. Roofvogels vormen steeds een bedreiging, maar ook de mens is een groot struikelblok. Zwaluwen worden ginds in grote netten gevangen en opgepeuzeld.

Als ze dan tot bij ons geraken, zoeken ze graag dezelfde gevel op als het jaar voordien. Ze bouwen hun nesten van klei en doen aan co-housing. Het zijn koloniebroeders en ze wonen dus graag dicht bij elkaar. Hun nesten bouwen ze heel zorgvuldig: een ring van kleiballetjes wordt tegen de gevel gekleefd en dan wordt er gewacht. Ze moeten zeker weten dat het nest zal standhouden vooraleer ze verder werken. Meneer haalt dan de klei aan en mevrouw doet het metselwerk. Ook de kinderen worden door beiden verzorgd. De ouders vangen insecten en maken daar met hun speeksel een balletje van. In dat insectenbommetje gaan gemakkelijk 1000 insecten. Als ze een nest van zo’n 4 jongen hebben, zijn er weer heel wat muggen, vliegen en kevers minder. Dat is toch goed nieuws voor ons, zou ik denken. Wij zijn immers geen fan van al dat vliegende, stekende grut.

Wat bij ons als minder prettig ervaren wordt, zijn de uitwerpselen. De zwaluwen houden hun nesten vrij van uitwerpselen met als gevolg dat die op onze vensterbank, drempel of op het terras vallen. Vroeger hadden de mensen bij ons in de buurt een hele lange stok met aan het einde een soort schraper. Zo werden de nesten dan verwijderd. Het kan ook anders: goed schrobben, met warme soda bijvoorbeeld, is voldoende maar nogal arbeidsintensief. Beter is het om een plankje dwars op de muur aan te brengen waar hun kakjes dan op terecht komen.

Amusement verzekerd Voor de inspanningen die je levert krijg je ook heel wat terug. Wat een vrolijke bedoening is het om hen bezig te zien. Al na 3 weken ondernemen de kinderen hun eerste duikvlucht. Bedenk ook dat we het hier over een beschermde diersoort hebben en dat het verwijderen van de nesten jou een fikse boete kan opleveren. Als je zelf geen plankje onder de nesten kan voorzien, neem dan contact op met het secretariaat van Natuurpunt Antwerpen Noord. Zij zullen graag een ploeg sturen en uit de nood helpen. Er bestaan ook kant en klare nesten die je zelf op een geschikte plaats kan hangen. Koop er dan ineens wat meer, zodat de diertjes gezelschap aan elkaar hebben. En denk aan deze oude wijsheid:

“Hangt er een zwaluwnest aan je dakgoot, dan zal je huis een thuis van vrede zijn”

This article is from: