Engelstalig uitgeven in de Lage Landen Wisselende ervaringen bij uitgevers
Letterenfonds op werkbezoek in ‘Caribisch Nederland’ Samenwerken om literaire infrastructuur te verbeteren
Jurgen Willems (Crius Group):
catalogi en Dat kunnen we. Als geen ander.
High-Tech Offset volgens
Veldhuis Media
We produceren het drukwerk volgens de ISO 12647-2 norm. Het is dé standaardnorm voor offsetdruk. Hierdoor garanderen wij een voorspelbare kwaliteit. Je wensen en ons drukproces naadloos op elkaar aangesloten. Hierdoor krijg je het kwaliteitsdrukwerk mooi op tijd en toch voordelig.
Snel en voordelig het drukwerk op de plaats van bestemming.
Jurgen Willems (Crius Group): ‘Technologie hou je niet tegen, dus kun je het beter omarmen’
Colofon Boekblad is hét vakblad voor de boekenbranche. Het tijdschrift verschijnt zes keer per jaar, waarvan één keer in combinatie met Boekenpost Het laatste nieuws is te volgen via Boekblad.nl en de digitale nieuwsbrief. Boekblad is een uitgave van Stip Media, Alkmaar.
Uitgever Vincent van de Vrede.
Redactie Vincent van de Vrede (hoofdredacteur) Bart Janssen (webredacteur) Frank Hockx (eindredacteur).
E redactie@boekblad.nl Persberichten welkom op bovenstaand mailadres.
Medewerkers aan dit nummer Anne ter Beek, Romkje de Bildt, Maarten Dessing, Bob van Duuren, Bart Janssen, Jessica de Jong, Sandra de Jong, Seb van der Kaaden, Jesse Keff, Arno Koek, Niels Nijborg, Inge Roos, Esther Scholten, Mik Vaes, Thys VerLoren van Themaat. Foto omslag Zidis.
Advertenties Vincent van de Vrede T 072-5314978 E Vincent@stipmedia.nl Vormgeving Jan Scholtus.
Druk Veldhuis Media, Meppel.
Copyright 2025 Overname van artikelen is alleen toegestaan na overleg met de uitgever en met bronvermelding. Voor het kopiëren van artikelen is reprorecht verschuldigd. Meer informatie: Reprorecht.nl.
Engelstalige titels bij Nederlandstalige uitgevers
Motieven en ervaringen lopen uiteen
Boekenwereld in Caribisch deel van het Koninkrijk Verslag van een inspirerend werkbezoek
Vaste boekenprijs Regels vaak onbekend bij nieuwe uitgevers en self-publishers
EN VERDER
06 Vooraf Eind goed, al goed?
08 Over het nieuws
Jessica de Jong, Bob van Duuren, Thys VerLoren van Themaat
28 Advertorial Frank Krake ‘Het is echt een bizar, maar waargebeurd verhaal’
34 Column
Esther Scholten (KVB Boekwerk): Een vorm van verhalen vertellen
36 Boekverkopers schrijft Arno Koek (Boekhandel Blokker, Heemstede): Lekker genuanceerd
Alle prijzen zijn exclusief btw. Meer informatie: www.boekblad. nl/abonneren
Opzeggingen Uw opzegging dient minimaal één maand voor het verschijnen van het eerstvolgende nummer te worden doorgegeven aan onze klantenservice.
Adreswijzigingen Uw adreswijziging dient minimaal één maand voor het verschijnen van het eerstvolgende nummer te worden doorgegeven aan onze klantenservice.
Klantenservice
Stip Media Louise de Colignystraat 15 1814 JA Alkmaar T 072-5314978 (ma t/m do 13-16 uur) E administratie@stipmedia.nl www.boekblad.nl
COLOFON
Eind goed, al goed?
Op het laatste nippertje kwam het dan toch nog goed. Tijdens het kamerdebat over het belastingplan ging het kabinet de verplichting aan om een alternatief te zoeken voor de btw-verhoging op cultuur, sport en media. Dat goede nieuws kwam een dag nadat op initiatief van de brancheorganisaties CPNB, KBb en GAU een ‘lees-in’ was georganiseerd in de buurt van de Tweede Kamer. Lezers van alle leeftijden (en wat knuffelmascottes) verzamelden zich daar om nog eens – lezend – hun bezwaren duidelijk te maken.
Uiteindelijk steunden ook de coalitiefracties een motie waarin die verplichting werd vastgelegd. Na die toezegging werd het belastingplan aangenomen inclusief de btw-verhoging, die dan dit voorjaar in het kader van de Voorjaarsnota geschrapt moet worden. Ook de dreiging dat de Eerste Kamer het hele belastingplan zou verwerpen was met dit compromis van tafel.
Eind goed al goed? De meeste media meldden dat de btw-verhoging ‘van de baan’ was. Maar er werd ook op gewezen dat kabinet en coalitie bij het opstellen van de Voorjaarsnota alsnog doodleuk zouden kunnen constateren dat het zoeken naar een alternatief geen succes had gehad. In dat geval zouden de rapen gaar zijn natuurlijk in politiek Den Haag. Maar het is so wie so afwachten of het huidige kabinet er dan nog zit, de weken na dit kamerdebat waren in politiek opzicht buitengewoon onrustig.
Bij alle onrust en negativiteit wereldwijd was de uitkomst van het kamerdebat een succes op een terrein dat u en mij aan het hart gaat. Daarmee konden we met een wat positiever gevoel de decembermaand in, die voor uitgevers en boekverkopers inmiddels hopelijk tot goede verkopen heeft geleid (ik schrijf dit op 25 november).
Het zou mooi zijn als we die positiviteit kunnen meenemen naar het nieuwe jaar. Ik wens u namens de medewerkers van Boekblad een zowel in zakelijk als persoonlijk opzicht heel mooi 2025.
Foto:
Vincent van de Vrede (hoofdredacteur) Vincent@stipmedia.nl
Home Magazine Boekblad was erbij Vacatures Agenda Lees de besproken artikelen op boekblad.nl
Over het nieuws
Boekenvakkers reageren op de voor hen belangrijkste en opvallendste nieuwsberichten die tot 11 november verschenen op Boekblad.nl.
JESSICA DE JONG
Auteur van de maffiaroman Vrouw van eer die ze met gebruik van AI vertaalde in vier talen.
Royce de Vries oneens met uitsluiting NS Publieksprijs
De noodkreet van Royce de Vries is mij uit het hart gegrepen. Hij heeft weinig begrip voor het feit dat het logboek van zijn vader niet mag meedoen aan de NS Publieksprijs, omdat de teksten niet verhalend genoeg zouden zijn. De boekenbranche heeft de ongezonde neiging om boeken in hokjes te stoppen. Het begint al met die NUR-code, vast goed bedoeld om lezers te helpen, maar het is verworden tot een overdreven drang tot classificatie. Mijn verhalen zijn spannend, daarom krijg ik vaak het predicaat ‘thrillerschrijver’ opgeplakt. Maar ik gebruik ook literaire beelden en schrijf gedichten. Mag het dan geen roman meer heten? We moeten ook lezers proberen te verrassen. Leg thrillers, non-fictie en romans ook eens door elkaar. Door in hokjes te denken doden we uiteindelijk de creativiteit.
Gerrit-Jan Kruidenier (De Bengel): ‘Ook het Nederlandstalig aanbod profiteert van The English Bookshop’ Kijk, zo’n initiatief om ook Engelse boeken te gaan verkopen in een middelgrote provinciestad maakt mij opgetogen. De Bengel boort met dit initiatief prompt ook nieuwe lezers aan, zoals jongeren die hun
young adult-verhalen in de oorspronkelijke taal willen lezen. Als je niet probeert te vernieuwen, wacht slechts de neergang. Literatuur en ook thrillers gaan al zo lang mee. Je ziet dat terug in alle concepthrillers. In mijn romans probeer ik daaraan te ontsnappen door maatschappelijke thema’s als MeToo en criminele ondermijning in het verhaal te stoppen. En ik gebruik muziek om de lezers te laten meeswingen. Ook boekwinkels moeten blijven vernieuwen. Een lezing door de gelauwerde schrijver is dan haast niet meer genoeg, organiseer eens een speeddate met vijf minder bekende schrijvers en laat de klanten een paar minuten met hen praten.
VBK start pilot met eigen Engelse vertalingen op internationale markt Een glimlach kon ik niet onderdrukken toen VBK zijn plan aankondigde om met vertalingen door AI Engelstalige boeken uit te brengen. De grootste uitgeverij van Nederland hanteert daarmee precies dezelfde aanpak als die waarvoor ik een half jaar geleden nog werd uitgelachen of – erger – werd beschimpt. Vertalers spreken van broodroof, auteurs vrezen kwaliteitsverlies. Ik zie vooral veel kansen. De ontwikkelingen met AI gaan razendsnel, als auteur, maar ook als uitgever moet je daar aan meedoen om van te leren. Op zoveel gebieden is een uitgever al het voordeel kwijtgeraakt. Opmaak, eindredactie en het drukken van boeken zijn voor elke leek al te regelen. Wat resteert is selectie van schrijvers en slimme marketing.
Blijf dus innoveren en schroom niet om nieuwe technieken uit te proberen. Ben benieuwd naar de ervaringen van VBK.
BOB VAN DUUREN
Eigenaar van Van Duuren Media, waar dit najaar twee nieuwe ‘chatboeken’ verschenen, waarmee het totale aantal op vijf is gebracht.
Kabinet houdt tot het uiterste vast aan btw-verhoging Het is onmogelijk om de aangekondigde btw-verhoging op onder meer boeken niet een van de belangrijkere nieuwsberichten van de afgelopen maanden te vinden. Een slechte en kortzichtige maatregel, die maatschappelijk meer zal kosten dan het financieel gaat opleveren. Juist in een tijd waarin alles duurder wordt, zouden boeken goedkoper moeten worden. Als uitgever word ik – met gezonde tegenzin – geleid door stijgende productiekosten (papier, lonen, energie, maar ook distributie), maar ik realiseer me als geen ander dat de prijselasticiteit van boeken beperkt is. Juist daarom is het belangrijk boeken niet onnodig nóg duurder te maken, maar dat is wel waar het huidige kabinet op afstevent. Terecht dat de hele branche ertegen in opstand komt.
Caroline Reeders vertrokken bij CB Tja, wat moeten we hier nu van vinden. Bij een van de belangrijkste
schakels in het boekenvak rommelt het helaas al geruime tijd. Inmiddels is bekend geworden dat Jochum Winkelman de al na vijf (!) maanden vertrokken Reeders opvolgt, en ik wens hem oprecht veel succes; CB heeft het nodig. Onze uitgeverij heeft een boekhandelsaansluiting voor de webshop, dus we zien het leed aan twee kanten: vertragingen, beschadigingen, zoekgeraakte pakketten en ga zo maar door. Plus een nieuwe verpakkingsmachine die er al ik weet niet hoe lang staat, maar niet aan de praat te krijgen is. Daartegenover staat dat de kosten gewoon doorstijgen. Verder maken we – over het algemeen – met veel plezier gebruik van de diensten van Printforce (de ‘printstraat’ van CB), maar ook daar zijn inmiddels capaciteitsproblemen ontstaan die niet snel genoeg worden opgelost. Voldoende werk aan de winkel!
Van Duuren Media tevreden over boeken met toegang tot chatbot
De kans om kort wat te zeggen over onze AI-boeken laat ik vanzelfsprekend niet liggen! Onze uitgeverij heeft AI omarmd en we brengen het inmiddels ook naar onze lezers. Het gaat hier om reguliere foliouitgaven waarbij de koper toegang krijgt tot een ‘gratis’ extra dienst: een bijbehorende chatbot die alles over het boek weet en er verdieping uit kan halen. De chatbot is feitelijk in staat om meer uit het boek te halen dan de auteur erin heeft gestopt. Gratis staat bewust tussen aanhalingstekens, want de kosten van de dienst zitten verdisconteerd in de (licht) verhoogde prijs van het boek. Dit digitale product is dus ook voor de boekhandel interessant: het is geen e-product maar een p-product, dat bovendien in een iets hogere kassa-aanslag resulteert. En de lezer is verzekerd van een boek met veel meerwaarde.
THYS VERLOREN
VAN THEMAAT
Directeur/uitgever bij Uitgeverij
Verloren, het bedrijf dat hij in 1979 oprichtte. Hij kondigde onlangs zijn afscheid aan en zal de leiding over de uitgeverij over ruim twee jaar overdragen aan Eva Nicole Pool.
Opnieuw actie in Den Haag tegen btw-verhoging Het vak is verenigd in het verzet tegen de btw-verhoging voor boeken van 9 naar 21 procent. Het voornaamste argument is dat de ontlezing moet worden tegengegaan en de leesvaardigheid bevorderd, die doelen worden door de btw-verhoging in de wielen gereden. Een ander argument hoor ik minder: dat de opbrengsten van de btw-verhoging waarschijnlijk nihil zijn of zelfs negatief, door de extra kosten die het veroorzaakt. Het lijkt zaak dat de politiek een en ander eerst eens rustig en goed laat doorrekenen voor tot zo’n overhaast besluit met verstrekkende gevolgen te komen. Opnieuw toont de politiek aan bij de waan van de dag te leven. Een visie op maatschappij en toekomst ontbreekt. Het is goed dat het vak alle zeilen bijzet.
Jochum Winkelman commercieel directeur CB Het CB kampt al enkele jaren met problemen door achterstallig onderhoud, met name aan de ICTsystemen. Wij als klanten hebben daar veel last van. Zoals ik het zie, staat de collectiviteit (van het CB) door de problemen en reorganisaties onder druk. Het verdwijnen van de Vervoerscentrale, een van de basisactiviteiten van het CB, brengt een dramatische vermindering van de dienstverlening en een enorme kostenverhoging voor de klanten met zich mee. Het verdwij -
nen van de verslaglegging is voor de uitgevers een bijzonder vervelende aantasting van het inzicht in de dagelijkse verkopen, wat slechts zeer ten dele wordt opgevangen door het vernieuwde Analytics. We missen de enorme energie en klantgerichtheid van Mathijs Suidman, die dag en nacht voor ons klaarstond. Van Caroline Reeders had ik hoge verwachtingen, maar kennelijk is er in de samenwerking tussen Caroline en CB iets niet goed gegaan. Nu wordt zij opgevolgd door Jochum Winkelman. Ik ken hem niet, maar hij zal de beslissingen uit het recente verleden niet kunnen terugdraaien. Laten we hopen dat hij wel in staat zal zijn het vertrouwen van het vak in het CB te herstellen. Want dat staat onder druk.
Libris Geschiedenis Prijs voor Bas von Benda-Beckmann Bas von Benda-Beckmann heeft de Libris Geschiedenis Prijs gewonnen voor een mooi boek. We merken in het algemeen dat veel zolders van de laatste overlevenden van de Tweede Wereldoorlog nu worden opgeruimd. Er komt veel nieuw materiaal in de vorm van dagboeken en andere memorabilia tevoorschijn. Voeg daarbij het openstellen van de archieven van de Bijzondere Rechtspleging, en de oorlog is weer hot . Bovendien zien we overal de conflicten weer oplaaien, te beginnen met de inval van Rusland in Oekraïne en zeker niet te vergeten de oorlog in Palestina. Geschiedenis lééft. Het zou mooi zijn als de jury van de prijs de komende jaren wat meer aandacht voor een verder verleden laat zien. Want ook dat verdere verleden leeft, zij het wat meer op afstand!
2007-heden Mede-eigenaar en managing director Crius Group
Jurgen
Willems (Crius Group):
‘TECHNOLOGIE
HOU JE
NIET TEGEN, DUS KUN JE HET BETER OMARMEN’
In het jubileumjaar startte Crius met de ontwikkeling van een nieuwe versie van zijn automatische boekopmaakprogramma Core. Uitgevers kunnen daarmee in de toekomst mogelijk ook audioboeken en – met AI – vertalingen produceren. Het Vlaamse bedrijf gaat er ook de internationale markt mee op, vertelt algemeen directeur Jurgen Willems. ‘Als we relevant willen blijven, móéten we kijken op welke manier AI meerwaarde biedt.’
Tekst Maarten Dessing Beeld Zidis
Sinds Crius Group 35 jaar geleden werd opgericht, is er ontzettend veel veranderd in de productie van boeken – en al die andere uitgeefproducten die er sindsdien bij zijn gekomen: van online databases tot audioboeken. Maar een ding is altijd hetzelfde gebleven bij de Vlaamse leverancier van productie- en redactiediensten: bij alle nieuwe technische mogelijkheden wordt steeds gezocht naar de snelste, efficiëntste en goedkoopste werkwijze. Of zoals algemeen directeur Jurgen Willems, sinds 2007 met zijn broer Jordy eigenaar, het noemt: ‘Procesoptimalisatie loopt als een rode draad door onze geschiedenis.’ Dat begon al bij de oprichting. ‘Onze papa Jos Willems leidde in de jaren tachtig de prepress-afdeling van een grote drukkerij, waar hij publicaties voor de Europese commissie verzorgde. Dat moest toen al zoveel mogelijk geautomatiseerd. Omdat hij de reputatie had goed te denken over verbeteren van het proces werd hij – initieel via een tussenpersoon – gevraagd door Wolters Kluwer om hun boeken en nieuwsbrieven te produceren. Zo startte hij als bijverdienste een in wezen klassieke zetterij. Waar iedereen toen werkte met programma’s als QuarkXPress koos hij voor WordPerfect. Gewoon omdat hij had uitgezocht wat het pakket was dat de meeste ruimte liet om
het proces te kunnen automatiseren. Daardoor werd hij later door Wolters Kluwer gevraagd te helpen bij de start van mediumneutraal publiceren. Dat was echt pionieren, eind jaren negentig.’ Inmiddels is het eenmanszaakje uitgegroeid tot een bedrijf met zo’n zeventig medewerkers op kantoren in Hulshout (twintig kilometer ten noorden van Leuven) en in Amsterdam. En puur een zetterij voor vak- en wetenschappelijke uitgevers is het allang niet meer. De Crius Group levert ook redactionele diensten en exploiteert verschillende zelf ontwikkelde softwareproducten: het contentmanagementsysteem Alex, met daarbij Hoprr voor linkmanagement en Casper voor assetmanagement, die alle drie veel door educatieve uitgeverijen worden gebruikt. Specifiek voor de opmaak van tekstboeken is er Core, dat volgens Willems wordt benut voor ‘20 tot 25 procent van alle Nederlandstalige fictieboeken’. De combinatie hiervan maakt Crius uniek in de Lage Landen. ‘We hebben op alle terreinen concurrentie, maar niemand doet opmaak, redactie én software. Alleen wij hebben die fullservicepropositie . Internationaal zie je grote spelers wel bewegen naar datzelfde model, maar die zijn nog niet actief op de Nederlandstalige markt. Behalve Indiërs dan. Die bewegen
‘WE HEBBEN OP ALLE
TERREINEN
CONCUR -
RENTIE, MAAR
NIEMAND DOET
OPMAAK, REDACTIE ÉN SOFTWARE’
zich op élke markt. Toen ze rond 2006 met opmaakdiensten hier actief werden, hadden we daar serieus last van. Zozeer dat we zelf een Indisch bedrijf kochten, zodat we uitgevers goedkoop werk konden bieden in combinatie met een Europese kwaliteitscontrole. Ondertussen is dat bedrijf weer verzelfstandigd, maar we huren het nog wel in.’
De zoektocht naar verbeteringen blijft ook in dit lustrumjaar absolute noodzaak. Mede door de explosieve opkomst van AI gaat Crius een nieuwe versie van Core lanceren, die niet alleen een hulpmiddel is voor algemene uitgeverijen om boeken op te maken, maar van waaruit het ook mogelijk is om zelf toegankelijke e- en audioboeken te produceren. En: om de tekst semi-automatisch te laten vertalen. Crius is dan ook de redactionele partner in de veelbesproken proef van VBK om met AI boeken in het Engels op de markt te
brengen. De bedoeling is om met deze nieuwe versie ook actief de internationale markt te bewerken.
Binnen tien minuten een proef
Is Core het belangrijkste product van Crius?
‘De meeste omzet halen we uit Alex. Dat is een soort contentcreatiesysteem waarin educatieve en vak- en wetenschappelijke uitgeverijen hun content mediumneutraal kunnen aanmaken en van waaruit ze alles kunnen publiceren: van folioproducten tot gepersonaliseerde online leerplatformen. Dat maakt het een ongelooflijk complex product. Dat wordt in Nederland – dat verder is met digitaal onderwijs dan Vlaanderen – door bijna alle grote educatieve partijen gebruikt.’
Wanneer heeft Crius zich met Core op de algemene boekenmarkt begeven?
‘Toen mijn broer en ik het bedrijf overnamen, deden we vooral technische kunstjes met software van anderen. Om de volgende stap te kunnen zetten, moesten we eigen software ontwikkelen. Dat werd in 2009 als eerste Core, omdat het technisch mogelijk was en behapbaar als eerste softwareproduct. En omdat het goed is óók je mislukkingen te benoemen: dat is grandioos geflopt. De markt was er niet klaar voor. De algemene uitgeverijen werkten nog heel ambachtelijk. Wij richtten ons toen op de educatieve en vak- en wetenschappelijke uitgeverijen die al veel technologie gebruikten – met Alex.’
Hoe hebben jullie toch zo’n groot marktaandeel verworven?
‘Door de kostenreductie van meer dan 50 procent die Core oplevert zonder verlies van kwaliteit. Aanvankelijk lieten we het product rusten, maar omdat er hier en daar toch vragen kwamen over de interne productieprocessen, hebben we met de kennis van de oude versie een nieuwe gebouwd die in 2016 op de markt kwam. Dat had zoveel voordelen dat meerdere partijen overstag gingen, Overamstel als eerste, en de markt langzaam shiftte .’
Waarom is er geen kwaliteitsverlies?
‘Uitgeverijen hebben, zeker voor fictieboeken, een huisstijl. Hooguit hebben de thrillers een andere look and feel dan de romans. Er zijn maar heel weinig grotere uitgeverijen die echt voor iedere uitgave het binnenwerk opnieuw laten ontwerpen. Dus ook als ze een persklaargemaakt manuscript laten opmaken door een zetter, gebruikt die templates . Als uitgeverijen met Core in zee gaan, maken we eerst voor hen templates op maat. Er is dus niet minder keuze. Het grote verschil is dat bij een traditionele werkwijze de proef een paar keer heen en weer gaat voor er een drukklare pdf is, en dat er bij ons een uitgeverijmedewerker de Word-file oplaadt, een lay-out kiest, binnen tien minuten een proef heeft, en vervolgens zelf ziet wat de
‘DE NEDERLANDSE WETGEVING TEGEN SCHIJNZELFSTANDIGHEID
WERKT IN ONS VOORDEEL’
impact is van de correcties die erin worden verwerkt.
De time to market is daardoor sneller. En wat voor uitgeverijen heel belangrijk is: wij checken de kwaliteit.
De definitieve proef wordt altijd beoordeeld door een van onze grafische mensen voor hij naar de drukker gaat. Ook hoeft er niet manueel een e-boek te worden gemaakt. Door de gestructureerde opmaak rolt die semi-automatisch uit het systeem.’
Veranderde de houding van uitgeverijen door de marktomstandigheden of speelde er meer?
‘Dat eerste. Door de krimpende markt werden uitgevers gedwongen naar hun kosten te kijken. In 2009 was, ondanks de financiële crisis in het jaar ervoor, de nood om te besparen niet hoog genoeg, in 2016 wel.’
Wie gebruiken Core?
‘Vooral grote en middelgrote uitgeverijen. We rollen
nu ook een servicemodel uit voor kleinere uitgeverijen, omdat Core nu ook de productie van toegankelijke ePubs ondersteunt. Op 1 juli gaat de Europese wet in die uitgevers verplicht digitale producten toegankelijk te maken voor iedereen met een leesbeperking. Dat betekent dat de technische vereisten exponentieel groter worden. Wij zien dat veel collegabedrijven daar moeite mee hebben. Het zijn vaak zzp’ers die de investering om deze stap te zetten, niet kunnen opbrengen. Kleine uitgeverijen, voor wie een overstap op Core een te grote impact heeft, kunnen daarom via ons iemand inhuren die in Core een papieren publicatie en toegankelijk e-boek maakt. Dat is voor hen wel betaalbaar.’
Kerntaken
Waarom biedt Crius sinds een paar jaar ook redactionele diensten?
‘Omdat we merkten dat uitgeverijen – ook internationaal – dit werk gingen afstoten. Het is de volgende stap in een trend die ooit begon met het afstoten van eigen drukkerijen. Daarna verdween de opmaak. Vrijwel geen enkele uitgeverij heeft nog een eigen zetter. Sinds ongeveer 2020 volgde de redactie. Door daarop in te spelen kunnen wij een uitgeverij volledig ontzorgen. Onze redacteuren coördineren het volledige
Speelt de redactionele outsourcing ook een rol bij algemene uitgeverijen?
‘Minder dan bij vak- en wetenschappelijke uitgevers. Algemene uitgeverijen willen het auteurscontact in eigen hand houden. Eigenlijk nemen wij alleen publicaties over als ze interne capaciteitsproblemen hebben. Maar er is natuurlijk een reden dat we deze service zijn gestart. Omdat de druk op de markt zal toenemen, wordt het aantal vaste krachten van een uitgeverij kleiner, verwachten wij. De Nederlandse wetgeving tegen schijnzelfstandigheid werkt daarbij in ons voordeel. Uitgeverijen die met ons in zee gaan, hoeven niet bang te zijn dat hun freelancers in verkapte loondienst raken.’
Zie je algemene uitgevers zich concentreren op hun kerntaken?
‘Meer en meer. Bedenken waar de markt behoefte aan heeft, content verwerven en de commercialisatie daarvan. Al het andere wordt steeds meer afgestoten.’
Dus over vijf à tien jaar hebben uitgeverijen geen eigen productieafdelingen meer?
‘IN HET ALGEMEEN
WILLEN WE MET AI
ALLEEN DÁT DOEN
WAAR UITGEVERS
CONTRACTUEEL
TOESTEMMING VOOR
HEBBEN VAN
RECHTHEBBENDEN’
proces vanaf het moment dat de uitgeverij een manuscript heeft goedgekeurd. Ook structureren en controleren we de teksten. Dat doen we inmiddels voor bijvoorbeeld Amsterdam University Press (AUP).’
Dat begon toch met een samenwerking?
‘Dat klopt. Het was nogal een stap: in een keer de eigen mensen afstoten. De redacteuren van AUP zijn daarom eerst een jaar bij ons gedetacheerd geweest. Zo konden beide partijen testen wat het ons zou brengen. Toen de proef succesvol was, hebben we hun mensen overgeheveld naar onze payroll .’
‘Zo ver zal het niet gaan. Het gaat vooral om het efficiënt gebruik van resources . Uitgeverijen kijken niet meer: hebben wij genoeg mensen in huis voor de piekmomenten? Maar: voor hoeveel mensen hebben we het hele jaar door werk? Alles wat bij pieken nodig is, wordt in dat geval ingekocht. Er zijn natuurlijk bedrijven die zich wel volledig concentreren op de aan- en verkoop van content, maar dat is voorlopig een minderheid. Daarvoor is de keuze om de productie af te stoten te fundamenteel. Uitgeverijen worden dan immers afhankelijk van een structurele partner. Ze geven controle uit handen.’
Gebruik van AI
Waarom was 2024 hét moment om Core te vernieuwen?
‘Er spelen diverse ontwikkelingen. Ten eerste de noodzaak tot toegankelijke – en dus veel complexere – e-boeken die ik al noemde. Ten tweede de groei van e-only en e-first bij uitgeverijen. Core was print centric . Er wordt altijd eerst een printproduct gemaakt, waar het e-boek een afgeleide van is. Als je alléén een digitaal boek wilt, moet dat efficiënter gemaakt kunnen worden. En ten derde natuurlijk AI. Als we relevant willen blijven, móéten we kijken op welk manier dat meerwaarde biedt.’
Hoe zijn jullie de uitdaging van AI aangegaan?
‘In de zomer van 2023 hebben we onder leiding van een AI-bedrijf met medewerkers van alle afdelingen intensief gebrainstormd. Daar zijn gigantisch veel use cases uit gerold: zo’n vijftig. Die met de meeste impact waren allemaal gerelateerd aan Core. Met op één: het automatisch structureren en metadateren van informatie. Als een auteur een tekst inlevert, moet je dat
‘IK DENK DAT DE CRUCIALE ROL VAN UITGEVERS BLIJFT: WETEN WAAR
BEHOEFTE AAN IS, DE
JUISTE
CONTENT DAARVOOR
GENEREREN EN DAT COMMERCIALISEREN’
nu manueel aangeven: dit is een titel, dit een citaat, dit een alinea, enzovoorts. Wij willen een AI-model trainen om alle tekstkenmerken te kunnen identificeren. Wij beschikken over een enorm volume aan teksten om dat ook te kunnen.’
Als uitgevers daar toestemming voor geven.
‘Precies. Wij ontwikkelen nu een juridisch en technisch kader – niet alleen voor deze toepassing. Alles wat wij met AI doen moet helemaal worden dichtgetimmerd, zodat teksten niet worden gebruikt voor
bijvoorbeeld het trainen op de stijl van schrijvers, waarmee je nieuwe titels van hem of haar kunt genereren. Daar willen wij ver weg van blijven. In het algemeen willen we met AI alleen dát doen waar uitgevers contractueel toestemming voor hebben van rechthebbenden.’
Wat doen jullie nog meer?
‘Het automatisch beschrijven van een afbeelding. Voor toegankelijke digitale publicaties is het nodig dat van iedere afbeelding die inhoudelijk relevant is, er een beschrijving in tekst is. En: audioboeken. We gaan technologie ontwikkelen die elke zin van een boek een bepaald gevoel en intonatie meegeeft. Deze informatie geven we aan een andere AI-component die de tekst in spraak omzet via een gesynthetiseerde stem. De techniek daarvoor wordt snel beter. Je kunt eigenlijk al geen synthetische van een menselijke stem meer onderscheiden.’
Maar wat als een uitgeverij een gekloonde stem van een bekende voorlezer wil?
‘Het is een kwestie van fasering. We willen eerst zien of de productie van gesynthetiseerde stemmen tot een schaalbaar model leidt dat uitgevers iets kan brengen. Als we ons óók focussen op het klonen van stemmen, gaat veel aandacht op aan rechtenonderhandelingen met veel diverse partijen. Te veel, omdat niemand goed de mogelijke impact van deze nieuwe techno -
logie kan overzien en de inzet daarvan daarom heel gevoelig ligt. Dus dat is iets voor een latere fase. Op termijn zullen stemacteurs door de veranderende markt ook meer open staan voor de mogelijkheden van klonen, verwacht ik.’
Wordt het gros van de stemacteurs ooit werkloos?
‘Laat ik voorop stellen: ons doel is de mismatch tussen kosten en opbrengsten opheffen. Een audioboek maken kost drie- tot zesduizend euro, de opbrengsten blijven daar vaak onder. Als je het goedkoper maakt, kunnen er meer audioboeken op de markt worden gebracht. Maar ik begrijp dat het een impact heeft op het werk. Cruciaal zal de waarde zijn die uitgevers hechten aan een specifieke stem – van een bekende acteur bijvoorbeeld. Nu hechten ze daar zeer aan. Blijft dat in de toekomst? Dat weet ik niet. En dan nog verandert het werk van acteurs. Ze hoeven niets meer in te spreken, maar halen nog wel inkomsten uit het verlenen van een licentie op hun stem.’
Serieuze tijdwinst
Dan het automatisch vertalen van teksten. Komt dat ook uit de grote brainstorm of uit de markt?
‘Dat komt van ons. Wij hebben de use cases eerst technisch gevalideerd. De mogelijkheden die niet realistisch of te duur waren vielen af. Vervolgens hebben we ze vergeleken met de kostenstructuur bij uitgevers. Waar geven ze veel geld aan uit? Waar kan technologie dus voor besparing zorgen? Dan kom je snel uit bij vertalen. Daar geven uitgevers ontzettend veel geld
aan uit. Daarom hebben we de mogelijkheid van AIvertalingen gepitcht bij uitgevers.’
En uitgevers waren meteen enthousiast?
‘Meteen niet. Maar interesse was er zeker. Uitgevers ervaren de vertaalkosten soms als een belemmering om een titel aan te kopen of Nederlandstalige titels in met name het Engels uit te kunnen brengen. Verschillende uitgeverijen wilden daarom testen, zoals bijvoorbeeld VBK. Op voorwaarde dat teksten niet werden gebruikt door commerciële Large Language Models (LLM’s) natuurlijk. In totaal gaat het al om dertig à veertig titels verdeeld over verschillende uitgeverijen.’
Hoeveel goedkoper wordt vertalen met AI?
‘Niet zoveel als sommigen denken. De Auteursbond sprak van “op de markt dumpen” – alsof je een tekst even door AI haalt en klaar. Zo werkt het niet. Bij Machine Translation Post-Editing (MTPE) gaat eerst een vertaler door de tekst, die iedere zin vergelijkt met de brontekst, en vervolgens een corrector. Het is geen inferieur product. Dat levert een besparing op van 20 tot 40 procent.’
Toen Martin de Haan de laatste roman van Houellebecq eerst door een vertaalcomputer haalde, was hij uiteindelijk net zo lang bezig om het goed te krijgen. Waar zit dan de winst?
‘Dat hangt van het type content af. Literaire teksten vertaal je waarschijnlijk sneller zónder AI. Maar commerciële fictie, biografieën en dergelijke vertaalt AI voor 70 procent goed. De rest moet de vertaler aanpassen omdat de zegswijze gewoon verkeerd is ver-
taald of de context niet goed is begrepen. Dat levert serieuze tijdwinst op. En dat wordt snel meer. De verschillende LLM’s die wij gebruiken binnen een afgeschermde omgeving, maken allemaal enorme stappen. Of dat betekent dat je ooit teksten met een druk op de knop kunt vertalen, durf ik niet te zeggen.’
Voorzie je wel een situatie dat lokale uitgevers niet meer nodig zijn omdat, zeg, Gallimard en Penguin Random House zelf vertalingen produceren die ze dankzij steeds geavanceerdere distributienetwerken ook wereldwijd kunnen exploiteren? Of zelfs dat de auteur dat zelf doet?
‘Ik denk dat de cruciale rol van uitgevers blijft: weten waar behoefte aan is, de juiste content daarvoor genereren en dat commercialiseren. Daarnaast wordt selfpublishing weliswaar belangrijker, maar eigenlijk zijn bijna alleen auteurs succesvol die al naamsbekendheid hebben. Uitgevers spelen daarop in door deze auteurs bijvoorbeeld met distributiediensten aan zich te binden. Daar hangen dan andere royaltymodellen aan. Tegelijk zal het technisch zeker makkelijker worden om content op de internationale markt te brengen. Maar dat wil nog niet zeggen dat die boeken in andere markten worden verkocht. Daar heeft een uitgever toch lokale partners voor nodig die de eigen markt het beste kennen.’
Vindt Crius makkelijk vertalers voor MTPE-werk?
‘Makkelijk genoeg. Ergens voelt het vervelend dat het efficiënter maken van een proces grote impact heeft op een groep mensen – zoals AI op vertalers. Maar wij redeneren: technologie hou je niet tegen, dus kun je het beter omarmen. En er zijn vertalers die hetzelfde doen. Die anticiperen op de veranderingen en experimenteren al zélf met AI om te ontdekken wat de mogelijke impact op hun werk is. Dus nu wij bezig zijn vertalers aan ons te binden, krijgen wij echt niet altijd nee te horen van deze freelancers. Overigens kunnen uitgevers ook alleen de AI-component van ons afnemen of er zelf een vertaler op zetten van wie ze de kwaliteit kennen. We bieden een keuzemenu.’
Dan kunnen uitgevers toch net zo goed zelf een tekst door Deepl, ChatGPT of Google Translate halen?
‘Dat levert wel mindere kwaliteit op. Wij geven de bestaande LLM’s binnen een afgeschermde omgeving slimme prompting instructies gericht op het verbeteren van de vertaalkwaliteit.’
Hoe zijn de eerste AI-vertalingen gevallen?
‘De eerste titels zijn nog maar net opgeleverd. Het is te pril voor conclusies. Maar ik vermoed tevredenheid. Verschillende partijen zeggen al te willen opschalen.’
Is in het colofon te zien of er AI voor is gebruikt?
‘Waarom zou je expliciet het gebruik van AI vermelden? Er zijn nog steeds mensen verantwoordelijk voor
de kwaliteit, die AI slechts inzetten als een co-piloot – zoals vertalers ook al tientallen jaren translation memory’s gebruiken. Ik snap de gevoeligheid wel in de discussie over AI, maar uiteindelijk is het alleen maar tooling die beter is dan software die tot nu toe werd gebruikt. Alleen als bijvoorbeeld een selfpublisher een tekst door AI laat vertalen en die niet door een professional laat nakijken, is het ethisch juist om daar in het colofon helderheid over te geven. Bij onze vertaalde titels staat soms de naam van de uitgeverij erbij als vertaler, soms onze naam. Die keuze is aan de uitgeverij. Naar ons idee gaan ze daar heel verantwoord mee om.’
Kantelpunt
Waarom gaan jullie Core nu ook internationaal exploiteren?
‘Omdat we met alle nieuwe mogelijkheden van Core beseften dat we in iets in handen hebben dat ook buiten Nederland en Vlaanderen mogelijkheden biedt. Er zijn internationaal wel veel complexe systemen zoals ons Alex, maar door alle toeters en bellen daaraan zijn die te complex en te duur voor algemene uitgeverijen. Een systeem dat – behalve Core – alléén doet waar algemene uitgevers behoefte aan hebben, bestaat praktisch niet.’
Waarom niet?
‘Omdat de algemene uitgeverij lang technologie-avers was. Geen enkel bedrijf ontwikkelde dus producten specifiek voor deze markt. Maar waar de vak- en wetenschappelijke uitgeverijen al zulke technologische sprongen hebben gemaakt dat het inmiddels halve IT-bedrijven zijn, zie je de algemene uitgeverij nu voor het eerst zo’n sprong maken. De komst van AI was het kantelpunt. Er zijn nu zoveel technische mogelijkheden dat deze uitgeverijen zich massaal aan het oriënteren zijn. De markt is dus rijp geworden. Alleen moeten onze concurrenten vanaf nul een systeem opbouwen. Wij hebben al vijftien jaar ervaring met Core. Dat geeft ons een voorsprong. Net als in ons taalgebied zijn er wel concurrenten op deelgebieden, ook voor bijvoorbeeld AI-vertalingen, maar er is nog geen ander geïntegreerd systeem.’
Er is dus belangstelling in het buitenland? ‘Ja. Wij zijn in zee gegaan met Pieter Swinkels, die na zijn tijd bij Kobo in Canada aan de slag is gaan bij het literair agentschap van zijn vrouw, maar daarnaast consulting doet. Door zijn bekendheid met Crius én zijn enorme internationale netwerk is hij voor ons de ideale international business developer – in eerste instantie op de grote literaire markten: Noord-Amerika, Scandinavië, Spanje, Italië, Duitsland, Frankrijk. Na de afgelopen Buchmesse zijn de tekenen gunstig. Er is heel serieuze interesse van enkele van de Big Five in Amerika. Hopelijk leidt dat binnenkort tot een eerste getekend contract.’
Wisselende ervaringen met Engelstalig uitgeven
Van ‘aangenaam verrast’ tot ‘voorlopig mee wachten’
De opmars van het Engelse boek is onmiskenbaar en onontkoombaar.
Waar de boekhandels de ontwikkeling verwelkomen als een kans om een nieuw publiek aan te boren, is het voor uitgeverijen zoeken naar een adequate reactie op het fenomeen. Een van de strategieën is om zelf Engelstalige uitgaven uit te brengen. Zo is VBK gestart met een pilot rond het uitbrengen van e-boeken van Engelse vertalingen van Nederlandse commerciële titels, gericht op internationaal opererende streamingdiensten. De Fontein brengt behalve enkele young adult-thrillers ook verschillende Baantjer-delen uit in het Engels en er zijn kleinschaliger experimenten met titels van onder andere Spectrum, Kosmos, Nieuw Amsterdam, Nijgh & Van Ditmar, Balans en De Arbeiderspers. Boekblad vroeg drie zeer uiteenlopende uitgeverijen naar hun overwegingen en ervaringen.
Tekst Bart Janssen
Menno
Hartman
(Van Oorschot):
‘We rekenen op een verbreding van de groep kopers’
Uitgeverij Van Oorschot is met een beetje goede wil te zien als pionier op het gebied van Engelstalig uitgeven in Nederland, want al in 1993 bracht de uitgeverij A Suitable Boy van Vikram Seth uit in een Engelstalige editie Maar dat was een door een samenloop van omstandigheden ontstane eenmalige actie. Nu – decennia later – is er dan toch een vervolg in de vorm van een Engelstalige uitgave van een roman van Kathryn Scanlan, waarvan Van Oorschot in november zowel een Nederlandse editie, (Vier de teugels), als een Engelstalige (Kick the Latch) publiceerde. De overwegingen om van Scanlans boek ook een Engelstalige editie uit te brengen zijn niet verrassend, zegt uitgever Menno Hartman. ‘Dat heeft er vooral mee te maken dat lezers in toenemende mate Engels lezen, en dan vooral jonge mensen, die vaak zelfs Engels lijken te verkiezen boven het Nederlands. Dat betekent dat je met name bij de wat toegankelijkere boeken rekening moet houden met de mogelijkheid dat, als je er een Nederlandse vertaling van maakt waarvoor je voldoende aandacht weet te genereren, mensen er toch voor kiezen het Engelse boek te kopen. Bijvoorbeeld omdat dat goedkoper is of omdat ze sowieso liever het Engelse origineel willen lezen. Kortom: de markt van vertaalde Engelse boeken is in Nederland lastiger aan het worden omdat veel meer mensen in het Engels lezen. Om die reden wilden we een keer proberen hoe het uitpakt als we naast de vertaling ook een Engelstalige editie uitbrengen.
Het leek ons goed om beide edities naast elkaar te leggen en te zien wat dat doet: hoeveel verkoop je van de een en hoeveel van de ander. Er was geen specifieke reden om in het bijzonder voor Kick the Latch te kiezen. Wel speelde bijvoorbeeld mee dat het geen extreem moeilijk boek is, al bevat het vrij veel (paarden)jargon. En bovendien kregen we het door veel lezers getipt als het beste dat ze dat jaar hadden gelezen.’
Vertrouwensband
Wat betreft de doelgroep voor de Engelse editie denkt Hartman in eerste instantie aan jongeren. ‘Ik denk dat onder hoger opgeleide twintigplussers minstens 80 procent van wat ze lezen Engels is. Op zich zijn genres als young adult en fantasy bij die jongeren nog steeds het meest populair, maar ik merk dat die groep ook voor literaire boeken in toenemende mate Engelse edities kiest. Waarschijnlijk speelt ook de prijs daarbij een rol; Engelse edities zijn over het algemeen nou eenmaal goedkoper, aangezien ze veelal een hogere oplage hebben en er geen vaste boekenprijs voor geldt. De populariteit van de Engelse young adult heeft naar mijn idee de weg bereid waardoor jongeren steeds meer openstaan voor Engelstalige uitgaven in andere genres.’ Hartman ziet de boekhandel als het belangrijkste verkoopkanaal voor de Engelstalige editie van Kick the Latch . ‘De Amerikaanse uitgever van Kathryn Scanlan, Daunt Books, wilde onder andere weten hoe wij denken de Engelse editie te verkopen te midden van alle Engelstalige uitgaven. Ons antwoord daarop was dat wij de Nederlandse boekhandels heel goed kennen en er een vertrouwensband mee hebben opgebouwd. Als onze vertegenwoordiger bij een boekwinkel ergens in het land komt en zegt: wij geven dit boek in het Nederlands uit, leg er ook een paar van de Engelstalige editie bij want die verkoop je waarschijnlijk wel, dan vertrouwt een boekhandelaar zo’n aanbeveling. Dat zijn dan in veel gevallen boekhandels die anders niet zo snel de Engelse uitgave zullen neerleggen. Op die manier denk ik dat wij er meer van kunnen verkopen. De versie van
Daunt Books is in Nederland ook te verkrijgen, maar dan alleen in specifieke boekhandels, de grotere die sowieso al een vrij uitgebreid assortiment Engels hebben of de gespecialiseerde Engelse boekhandels. Wij verwachten dus ook via andere boekhandels te kunnen verkopen.’
Concurrerend
Van Oorschot heeft ervoor gekozen om beide edities tegelijkertijd uit te brengen met verschillende verkoopprijzen (€ 22,50 tegenover € 17,50). Vreest de uitgeverij dan geen kannibaliserend effect? Hartman: ‘Dat hebben we juist weten te voorkomen, denken we, omdat het ons niet uitmaakt welke uitgave gekocht wordt. Door deze manier van uitgeven hebben we bij elk van de beide keuzes baat. De inkomsten zijn in beide gevallen voor ons. Als wij alleen de Nederlandse vertaling hadden uitgegeven en daar de nodige aandacht voor hadden weten te genereren, dan zou dat zich in de boekhandel zeer waarschijnlijk ook vertalen in een stijging van de verkoop van de Amerikaanse editie. In feite rekenen we zo dus op een verbreding van de groep kopers. Dat we de Engelstalige editie enkele euro goedkoper aanbieden kan omdat we wat minder kosten hebben, onder andere geen vertaalkosten, en omdat we een net iets goedkopere papiersoort gekozen hebben, omdat dat ook gebruikelijk is in de Angelsaksische markt. Het is ook een afweging: we willen met onze editie natuurlijk nog min of meer concurrerend kunnen zijn met de Amerikaanse uitgave.’
Het is nog te vroeg om concrete uitspraken te doen over de verkoop van Scanlans boek en dus ook over het experiment met een Engelstalige editie, maar Hartman sluit een vervolg in de vorm van meer Engelstalige uitgaven niet uit. ‘Of we nog meer gaan doen met Engelstalige uitgaven hangt natuurlijk vooral af van hoe het gaat lopen met Kick the Latch . Als van de totale verkoop van deze titel laten we zeggen 95 procent wordt uitgemaakt door de Nederlandse editie dan zullen we minder aanleiding zien er een vervolg aan te geven, maar als de verhouding rond 60/40 zit dan wordt het voor ons waarschijnlijk toch interessant.’
Petra de Hamer (mo’media):
‘We zagen
vanaf het begin ook mogelijkheden in het
buitenland’
Uitgever van reisgidsen mo’media is vooral bekend van de reeks Time to Momo , waarin inmiddels niet alleen gidsen over ongeveer vijftig steden zijn verschenen, maar onder andere ook over regio’s. Daarnaast brengt de uitgeverij thematische gidsen uit over bijvoorbeeld treinreizen en wandelen. In mei lanceerde mo’media onder de naam Why Should I Go To een nieuwe reeks reisgidsen die uitsluitend in het Engels wordt aangeboden. Inmiddels zijn er in deze serie acht delen verschenen over steden als Parijs, Berlijn, Amsterdam en Antwerpen. Voor 2025 staan acht nieuwe delen op stapel. De delen worden aangeboden voor € 14,99, vijf euro onder de prijs van de Nederlandstalige Time to Momo -delen, aangezien de uitgeverij de verkoopprijs voor de beoogde doelgroep van jongeren onder de vijftien euro wilde houden. Uitgever Petra de Hamer legt uit dat er bewust voor gekozen is om niet eerst kleinschalig te experimenteren met één of slechts een paar titels. ‘We geven eigenlijk, op enkele uitzonderingen na, alleen series
uit zoals Time to Momo en Kleine atlas voor hedonisten.We vonden dat als je dan kiest voor in het Engels publiceren het direct met een hele serie zou moeten, al was het best spannend omdat het lastig in te schatten is wat het gaat doen. Maar we hadden er veel vertrouwen in, omdat de serie met name gericht is op jongeren van onder de dertig en het voor die doelgroep al bijna vanzelfsprekend is om in het Engels te lezen. Voorafgaand aan de lancering hebben we een responsgroep van zo’n twintig jongeren bevraagd over hun inhoudelijke interesses voor de gidsen en of zij een Engelstalige uitgave zagen zitten en unaniem luidde het antwoord daarop: ja. Men gaf aan het niet nodig te vinden ook een Nederlandstalige editie te maken. Die leeftijdsgroep associeert lezen vaak sowieso al met Engels, dat merk ik ook aan mijn eigen kinderen. Die ontwikkeling is natuurlijk enkele jaren geleden al begonnen met de groeiende populariteit van Engelstalige young adult en fantasy en in de slipstream daarvan zie je nu ook binnen andere, wat “moeilijkere” genres Engelstalige boeken aan populariteit winnen. Jongeren vinden het vaak “cooler” en leuker om in het Engels te lezen, zijn er onder andere door internet meer aan gewend en hun beheersing van het Engels is ook gewoon beter dan die van de jongeren van enkele decennia geleden.’
Veel jongeren zijn het volgens De Hamer ook een beetje zat om zich voor hun reizen alleen te verdiepen in online bronnen. ‘Zij blijken het heerlijk te vinden om met zo’n boekje in de hand een stad te verkennen, ook omdat het gaat om gecureerde content waar ze op kunnen vertrouwen en ze niet alles zelf voortdurend online hoeven uit te zoeken. Het aanbod via TikTok en andere online kanalen wordt op een gegeven moment te overweldigend waardoor je door de bomen het bos niet meer ziet. Daarom hebben we het ook aangedurfd.’
Aangenaam verrast
Een andere reden om te kiezen voor uitsluitend
Engelstalige gidsen was dat mo’media vanaf het begin mogelijkheden zag in het buitenland. De Hamer: ‘We hebben er daarom voor gekozen de gidsen te schrijven vanuit het perspectief van laten we zeggen een generieke Europeaan en dus af te zien van verwijzingen naar puur Nederlandse zaken. We zijn nu bezig met het organiseren van de buitenlandse distributie. In verschillende landen, zoals Groot-Brittannië, Ierland, Scandinavië en Australië, ligt de reeks in de winkel.’ Dat die keuze goed uitpakt, blijkt volgens De Hamer uit het feit dat de reeks in het buitenland lijkt aan te slaan. ‘De boekhandels en distributeurs zijn enthousiast, maar het is nog te vroeg om iets te kunnen zeggen over de verkoopresultaten. De reeks springt er in het Britse aanbod nogal uit, zowel qua ontwerp als inhoudelijk. Wat daar aanspreekt is dat de gidsen worden geschreven door mensen die wonen in
de steden waar de boeken betrekking op hebben. Wat er in staat wijkt ook af van wat de doorsnee stedengids biedt; we hebben goed geluisterd naar de wensen en interesses van deze doelgroep, bijvoorbeeld door meer informatie over de geschiedenis te bieden en bijvoorbeeld over vintagewinkels en vegetarische restaurants. Dat blijkt ook in het buitenland gewaardeerd te worden.’
Ook over de belangstelling bij ons is De Hamer tevreden. ‘We hebben voor de eerste drie delen gekozen voor veilige bestemmingen als Parijs, Berlijn en Londen en daarna hebben we bewust Amsterdam en Antwerpen toegevoegd om te kijken of Engelstalige gidsen over wat minder grote steden ook zouden aanslaan. Ook die bleken goed te lopen waardoor we het vertrouwen hebben dat het concept aanslaat.’ De serie loopt niet alleen online maar ook in de boekhandel behoorlijk goed, vooral bij de grotere boekhandels, met een substantiële Engelstalige afdeling. De Hamer: ‘We zien dat de gidsen vaak in de buurt van de young adult-titels worden gelegd. Maar ook bij een wat oudere doelgroep blijkt de reeks onverwacht goed te lopen. Er is klaarblijkelijk een bepaalde categorie van dertigplussers die dit type gids, met veel budgettips en dergelijke, kan waarderen. En ook die lezers geven aan dat het hen eigenlijk niet zoveel uitmaakt dat de gidsen in het Engels zijn. Dat heeft ons aangenaam verrast. Verder streven we er nog naar om de gidsen meer in de cadeauwinkels te krijgen, omdat wij denken dat het typisch boekjes zijn die het goed zullen doen als cadeau.’
Wat de marketing betreft heeft mo’media met name ingezet op online kanalen. ‘We hebben er een campagne op Instagram en TikTok aan gekoppeld waarvoor we samenwerken met reisinfluencers die op pad gaan met een gids en er dan filmpjes over maken.’
Sensitivity reader
Het productieproces van de Engelstalige reeks week volgens De Hamer enigszins af van hoe men het bij de uitgeverij gewend was. ‘Wat betreft de redactie blijft het wat spannend dat we zelf natuurlijk geen native speakers zijn en hebben moeten vertrouwen op ingehuurde lokale expertise, waarover we overigens heel tevreden zijn. Ook binnen de uitgeverij hebben we jonge mensen die gestudeerd hebben in het Engels en er goed kijk op hebben. Afwijkend was verder dat we een sensitivity reader hebben ingeschakeld. Dat heeft met de beoogde doelgroep te maken, waar de “woke-discussie” meer leeft, in het Verenigd Koninkrijk nog weer meer dan hier. We vonden het belangrijk daar rekening mee te houden. Een klein voorbeeld: een aanduiding als “before Christ” is in het Verenigd Koninkrijk al gestandaardiseerd naar “before common era”. Daar hadden we zelf niet aan gedacht, maar we zijn ook weer niet overal in meegegaan.’
Inmiddels zijn de ervaringen met Why Should I Go To zodanig dat De Hamer het goed mogelijk acht dat er een vervolg komt in de vorm van meer Engelstalige uitgaven. ‘Ik denk dat we wel meer in het Engels gaan doen als dit goed aanslaat. We zijn nu bijvoorbeeld bezig met verkoop in Amerika. Zeker als dat goed gaat lukken, verwacht ik dat we meer Engels gaan uitbrengen.’
Het Vlaamse Houtekiet is een relatief kleine uitgeverij met een breed fonds van zowel non-fictie als misdaadromans, literaire fictie en jeugdboeken. Jaarlijks verschijnen er zo’n dertig titels. Vorig jaar besloot de uitgeverij bij wijze van experiment enkele Engelstalige edities uit te brengen.
Uitgeefdirecteur Vé Bobelyn benadrukt dat het vooral
om test cases ging, om te bekijken wat het zou betekenen voor de uitgeverij en wat die uitgaven zouden doen in de Vlaamse markt. Bobelyn: ‘In algemene zin was de aanleiding de constatering dat het Engelstalige boek enorm in opkomst is en dan met name onder jongeren. Dat heeft – zoals al vaker gezegd – te maken met de sterk gegroeide populariteit van young adult en fantasy, maar ook met het feit dat via online kanalen heel veel Engelstalige boeken beschikbaar komen, ook die in de longtail . En natuurlijk speelt de prijs een belangrijke rol, evenals sociale media. Vanwege de sterke groei van het aandeel Engelstalig vonden wij het belangrijk om binnen dit segment te gaan experimenteren. We hebben gekozen voor drie heel verschillende titels waarbij per titel uiteenlopende keuzes zijn gemaakt op grond van uiteenlopende motieven.’
Meerwaarde voor rechtenmanagers
De eerste titel, waarmee Houtekiet het in november 2023 probeerde, is Anders gaat ook. Hoe ik functioneer met autisme en ADHD / Thriving differently van Elise Cordaro, dat de uitgeverij in 2019 in het Nederlands uitbracht. Bobelyn: ‘Het boek is sindsdien een everseller gebleken, de verkoop bleef gestaag doorlopen. Toen Elise aangaf dat ze via haar website en sociale media veel vragen kreeg waaruit belangstelling voor een Engelse editie bleek, was dat de aanleiding om te zeggen: laten we het met deze titel eens proberen. Het leek ons een goede gelegenheid om er als uitgeverij van te leren en om te kijken hoe de belangstelling voor een dergelijke Engelstalige uitgave is, en Elise was er blij mee omdat ze zo Engelstalige lezers kon bereiken.’
Daarna volgde in december 2023 Giraffes don’t sink ‘Van die titel hebben we uitsluitend een Engelstalige editie uitgebracht, ook omdat auteur Kim Verhaeghe al aangaf het direct in het Engels te willen schrijven. We hadden daar wel vertrouwen in, mede omdat het gaat om een populair-wetenschappelijk boek met
leuke weetjes gericht op jongeren. We hebben het ook gezien als een testcase, ten eerste om te zien wat het boek in de Nederlandstalige markt zou doen, en ten tweede om te bekijken wat het zou betekenen richting het buitenland.
De derde titel waarmee we het wilden proberen was het nieuwe boek van Marc De Bel, dat in het Nederlands De Kriegels are back heet, waarvan we in maart 2024 tegelijkertijd de Engelstalige editie hebben uitgebracht, The Prickle Sisters . Marc De Bel is een grote Vlaamse jeugdauteur, die om nostalgische redenen eveneens gelezen wordt door een ouder publiek. Hij gaf aan dat de jeugd meer in het Engels begint te lezen en suggereerde het voor de nieuwe Kriegels ook te proberen met een Engelstalige editie. We hebben toen besloten om tegelijkertijd beide edities uit te brengen en op deze wijze te testen of dit boek kansen heeft in de markt.’
Kortom: drie heel uiteenlopende boeken, die op verschillende manieren zijn uitgebracht en in de markt gezet. In alle drie de gevallen is Bobelyn niet onverdeeld enthousiast over de resultaten. ‘Zo is de verkoop van de Engelstalige versie van het boek van Elise Cordaro binnen de Nederlandstalige markt zeker niet spectaculair te noemen. Maar omdat het een everseller betreft en Elise vrij veel vraag kreeg naar een Engelstalige uitgave, achten we het ook niet uitgesloten dat op een bepaald moment de vraag vanuit de internationale markt via de online kanalen gaat groeien of in ieder geval gestaag blijft doorlopen. In het geval van Marc De Bel is de Nederlandstalige uitgave heel goed vertrokken, maar de verkoop van de Engelse is zeker niet spectaculair. Ik denk dus niet dat er bij een volgend Kriegels-deel weer een Engelse versie komt. Het boek van Kim Verhaeghe doet het zeker niet slecht, maar ook niet om te zeggen “wow”. Het bestaan van een Engelstalige uitgave heeft er mogelijk wel toe bijgedragen dat het dit jaar verkocht is aan een Duitse uitgever.’ Dat is in ieder geval wel alvast een meerwaarde van het beschikbaar hebben van een Engelstalige editie, zo zegt Bobelyn: rechtenmanagers gebruiken deze versie ook om de boeken richting buitenlandse uitgevers beter te kunnen pitchen
Waardevol experiment
Bobelyn ziet het experiment, ondanks de wellicht wat mindere verkoopresultaten, in ieder geval zeker als waardevol. ‘Dat de verkoopresultaten niet direct spectaculair waren is jammer, maar ons uitgangspunt was vanaf het begin om het te beschouwen als learning cases , uitgaande van drie heel verschillende uitgaven, om ervaring op te doen. Het wil ook niet zeggen dat het uitbrengen van Engelstalige uitgaven voor ons nu helemaal buiten beeld is, alleen dat we er voorlopig nog even mee wachten, de ontwikkelingen in de markt goed in de gaten houden en op basis daarvan op een later moment het eventueel opnieuw proberen. Ik vind dat je als uitgever altijd open moet staan voor innovaties en nieuwe ontwikkelingen, dus het was het waard om het te proberen.’
(advertentie)
Rijkscultuurfondsen op bezoek in ‘Caribisch Nederland’
Samenwerken om literaire infrastructuur te verbeteren
Van 7 tot 20 november brachten
vertegenwoordigers van de rijkscultuurfondsen een bezoek aan het Caribisch deel van het Koninkrijk: Sint Maarten, Sint Eustatius, Saba, Curaçao, Bonaire en Aruba. Romkje de Bildt, directeur van het Nederlands Letterenfonds, doet verslag van een inspirerend werkbezoek aan de 6 eilanden in 25 afspraken, 6 gezamenlijke netwerkmomenten, 2 letterenbijeenkomsten, 6 bibliotheken, 1 boekhandel, 2 theaters, 8 musea, 39 taxi’s en 7 keer een aardige lift.
Saba steekt als een steile, groene punt uit zee en het kost wat moeite er te komen, zelfs buiten het stormseizoen. Het vliegtuigje lijkt eerst bijna tegen alle rots en regenwoud van de vulkaan aan te vliegen. De piloot maakt dan een scherpe bocht, geeft gas en remt tegelijkertijd, blijft een tijdje wiebelend naast een rotspartij in de lucht hangen en landt vervolgens op de kortste commerciële landingsbaan ter wereld, vlak voor een hoge afgrond naar zee. Saba is het derde eiland dat we aandoen. Onze reis naar de Cariben is een vervolg op eerdere bezoeken, waar mijn collega’s van het Letterenfonds en de andere rijkscultuurfondsen met de lokale makers en organisaties spraken over hun behoeften en wensen. Het Nederlands Letterenfonds werkt aan het waar mogelijk openstellen en aanpassen van regelingen voor de Cariben. Alle regelingen staan voor iedereen open, maar in de opzet gaan deze nogal eens uit van de situatie in Europees Nederland. Met speciale spreekuren en andere contactmogelijkheden proberen we daarnaast eventuele hordes in taal en tijdsverschil te overbruggen. Nu koppelen we de opgedane kennis en ervaringen van de eerdere bezoeken terug, door middel van netwerkbijeenkomsten op elk eiland, waar makers vragen kunnen stellen aan de fondsen en een nieuwe website gepresenteerd
wordt – rijkscultuurfondsen.org.
Ook bezoeken we culturele instellingen, hebben we individuele afspraken en zijn er speciale letterenbijeenkomsten op Sint Maarten en Curaçao over onze nieuwe subsidieregeling: Literatuur Caribe.
Gezamenlijke brainstorm
Tijdens de fondsreis wordt één ding me al snel duidelijk: de inwoners van alle eilanden moeten behoorlijk kunnen multitasken. Zo wonen er op Saba 2000 mensen, evenveel als in het dorp Garderen op de Veluwe. Het hoofd van het cultuurdepartement op Saba gaat bijvoorbeeld niet alleen over allerlei culturele activiteiten en instanties, maar ook over de ouderenzorg en de kinderopvang. In het boekenvak gaat het niet anders. De schrijver van een boek is vaak eveneens de illustrator, de vormgever, de uitgever en/of de verkoper van het boek. In Nederland houden we zulke rollen vaak juist gescheiden en is dat zelfs een vereiste bij sommige regelingen van het fonds. Daar zijn vanwege belangenverstrengeling goede redenen voor, maar eigenlijk zou er misschien een Caribische variant van de Governance Code Cultuur moeten komen, met oog voor de risico’s én voor de noodzaak daar van verschillende functies tegelijkertijd. Ook voor aanvragers in Nederland begint het vaak met de vraag bij welk rijkscultuurfonds ze nu eigenlijk het beste kunnen aanvragen.
Het Fonds voor Cultuurparticipatie is er bijvoorbeeld voor amateurkunst en cultuureducatie; het Mondriaan Fonds, het Fonds voor Podiumkunsten, het Stimuleringsfonds voor Creatieve Industrie, het Filmfonds en het Nederlands Letterenfonds richten zich juist op
Tekst Romkje de Bildt
Groepsfoto met alle medewerkers van de rijkscultuurfondsen en de medewerkers van het Kaya Kaya festival op Curaçao.
Flyers over de gezamenlijke website van de rijkscultuurfondsen.
Presentatie van Romkje de Bildt in het Museo Arqueológico Nacional Arubiano.
Romkje de Bildt in gesprek met een potentiële aanvrager in het National Institute of Arts op Sint Maarten.
Netwerkbijeenkomst op Curaçao op 13 november.
professionele makers. Maar hoe definieer je dat verschil tussen amateurs en professionele makers?
‘Makers binnen een professionele context’, wordt er dan vaak gezegd. Op de eilanden kregen we hier veel vragen over, want wanneer vonden we het dan ‘professionele’ literatuur? Keken we wel naar de goede context? En mocht je als schrijver daarnaast ook nog andere dingen zijn?
Oog voor de context op de eilanden en voor het grotendeels ontbreken van een literaire infrastructuur bleken bij alle ontmoetingen de grootste vraagstukken: ‘Werken jullie met adviseurs die de eilanden kennen?’ ‘Hoe kom ik aan een ISBN-nummer? Vroeger kon dat, maar nu lukt het niet meer.’ ‘Als uitgeverij In de Knipscheer straks stopt, weet het fonds dan een andere uitgever in Nederland die boeken uit de Cariben zou willen uitgeven?’ ‘Kan ik aanvragen voor de redactie van mijn boek?’ ‘Mag ik in eigen beheer uitgeven?’ De letterenbijeenkomsten op Curaçao en Sint Maarten rond de regeling Literatuur Caribe veranderden soms bijna in een gezamenlijke brainstorm. Literatuur ontstaat en wordt beter in de discussie over wat goede literatuur is, maar zo’n discussie vergt organisatie: momenten waarop schrijvers elkaar treffen, plaatsen waar men elkaars werk kan lezen. Op de eilanden ontbreekt het vaak aan zulke structuren. Er werd bijvoorbeeld gesproken over het (op)nieuw opzetten van een schrijversvereniging en over of het mogelijk was lid te worden van de Auteursbond. Het zou mooi zijn als het lukt zulke initiatieven van de grond te krijgen.
Grote verschillen
Boeken verschijnen er bijna altijd in eigen beheer en worden doorgaans met veel liefde gemaakt. Een gepensioneerd schoolhoofd, met wie ik ’s avonds op de bijeenkomst op Saba sprak, stond me de volgende ochtend in alle vroegte op het vliegveld op te wachten om een kinderboek te geven dat hij in 1991 schreef voor de scholen op
Saba. Hij had het zelf laten drukken in Japan, een bevriende lerares en galeriehoudster verzorgde de illustraties. Er zijn nauwelijks kinderboeken met verhalen die zich afspelen op Saba en het is een geslaagde fabel met dieren in de hoofdrol die op het eiland voorkomen. Hij zou graag nog eens een tweede boek maken.
Een heel consciëntieuze redactie kreeg een uitgave van de Sint Eustatius Historical Foundation, de stichting van een museum over de geschiedenis van het eiland. Dat zit in een groen, houten pand omgeven door een grote tuin met rondscharrelende kippen. Het museum heeft een oplettende chihuahua als suppoost en verkoopt enkele boeken in het museumwinkeltje. De stichting gaf in 2007 een
tiveerde minister van Cultuur op Sint Maarten, Melissa Gumbs. Een vrouw met een ijzeren handdruk en stevige plannen. We spraken haar een keer ’s avonds bij een etentje aan de Franse kant van het eiland, waar ze aanschoof samen met een aantal dichters, een leesconsulent en het hoofd cultuurbeleid van het ministerie.
Op Sint Eustatius voerden de fondsen een moeilijker gesprek, over dekolonisatie. De erfgoedwet is daar bijvoorbeeld zo beknopt dat belangrijk historisch erfgoed van tot slaaf gemaakten verloren gaat. Er is veel onvrede ten aanzien van het bestuur uit Nederland.
Moedertaalonderwijs
kookboek uit met lokale recepten, allemaal persoonlijke bijdragen van inwoners. De bijdrager van de ‘Titty Cake’ op pagina 75 had kennelijk niet alle hoeveelheden even duidelijk doorgegeven en dus vermeldt het boek: ‘The suggested amounts have been added by the editorial staff and may be wrong. Seasoned cooks may disagree with these suggestions, so use your own judgement!’
De verhouding tussen de overheid en het veld ligt soms ingewikkeld. Er zijn grote verschillen tussen de eilanden, met name tussen de bijzondere gemeentes en de landen, maar ook daarbinnen verschilt de aanpak per eiland zeer. Niet alle lokale overheden vinden cultuur even belangrijk, vaak wordt er maar weinig budget voor vrijgemaakt. Het was daarom goed dat we zowel met makers als met overheden spraken. Bijvoorbeeld met de pas gekozen en zeer gemo -
Bibliotheken zijn de belangrijkste bron voor boeken, want er zijn weinig boekhandels. Wie binnen niet al te lange tijd na verschijnen een specifieke titel wil lezen, betaalt al gauw boven de 50 dollar voor een boek. De wet op de vaste boekenprijs geldt ook niet in het Caribisch deel van het Koninkrijk. Ik sprak op alle eilanden gepassioneerde directeuren van bibliotheken, die dikwijls samenwerken met Stichting Lezen en de Koninklijke Bibliotheek. Op Bonaire was de Kinderboekenweek in volle gang en stonden de dozen voor Nederland Leest al in de gang. Zowel Aruba als Bonaire kennen hun eigen kinderboekenweekgeschenk. In de bibliotheek van Sint Eustatius stond een grote banner van Boekstart en een kast met de koffertjes. Toch lagen
er ook uitdagingen: op Curaçao, Bonaire en Sint Maarten zitten de bibliotheken bijvoorbeeld in een tijdelijk pand. De bibliotheek van Sint Eustatius wacht op extra boeken, al zijn die gelukkig onderweg. De plankjes met Caribische literatuur mogen overal een stuk uitgebreider. Nederlands is voor veel kinderen van huis uit niet de eerste taal en met al die talen door elkaar –Nederlands, Engels, Papiaments, Spaans – is het niet gemakkelijk voor ze. Op Sint Eustatius liftte ik na sluiting van de bibliotheek mee met de directeur op weg naar haar eigen stichting, waar ze kinderen in de basisschoolleeftijd leert lezen. Dat doet ze in lokalen van een enorme, nieuwe kerk van de zevendedagsadventisten. Een van de grootste en opvallendste gebouwen op het eiland. Ik sprak er met een jongen uit groep 7 of 8, die van huis uit Spaanstalig is, Engels moet leren lezen, maar ook veel les krijgt in het Nederlands. Lezen was daardoor in alle talen lastig geworden. Het laat het belang van moedertaalonderwijs zien. Tijdens de netwerkbijeenkomst op Bonaire vertelde een aanvrager van het Letterenfonds over een pas uit onze nieuwe leesbevorderingsregeling ondersteund project. Dat is speciaal op moedertaalonderwijs gericht. Ze vertelde over hoe ze workshops geven aan groep 7 en 8, en hoe het indienen van een aanvraag bij het Letterenfonds was gegaan. Voor het onderwijs op Curaçao in het Papiamentu zijn er wei -
nig passende boeken en teksten. Op scholen in Aruba is sinds dit schooljaar het Papiamento ingevoerd als instructietaal, maar ook daar speelt hetzelfde probleem. De scholen op de eilanden zijn lang gericht geweest op Nederland. Naast meer oorspronkelijk werk lijken goede vertalingen een mooie aanvulling op het aanbod te kunnen vormen. Ik sprak met verschillende vertalers. Op Curaçao bijvoorbeeld met iemand die –al twintig jaar geleden – Tweemaal Mariënburg van Cynthia McLeod had vertaald naar het Papiamentu. Tot een boek was het nooit gekomen. Op Aruba sprak ik een vertaler van Sophocles’ Antigone , die het stuk met behoud van jamben naar het Papiamento had weten over te zetten.
Gemotiveerde mensen Zes eilanden in minder dan twee weken – het was een reis die het uithoudingsvermogen en de jetlagbestendigheid wel wat op de proef stelde. Desondanks was het een inspirerende reis, waar we bijzondere, nieuwe contacten legden en veel gemotiveerde mensen spraken. En we blijven stappen zetten om steeds beter tegemoet te komen aan de behoeften en infrastructuur op de Cariben, zodat in de toekomst nog meer literaire plannen uiteindelijk verwezenlijkt kunnen worden. En de plankjes met Caribische literatuur straks uitgroeien tot volle boekenkasten.
Etentje met de nieuwe minister van cultuur van Sint Maarten, Melissa Gumbs (rechts in het midden).
Foto: Iris Daalder.
Kinderboekenweek in de bibliotheek op Bonaire. Presentatie op Bonaire van Monica Clarinda van Fundashon Lesa Ta Dushi, die recent een beurs van het Letterenfonds ontving voor een leesbevorderend project.
Frank Krake lanceert zijn nieuwe boek Catharina
‘Het is echt een bizar, maar waargebeurd verhaal’
Wie de achterpagina van het vorige nummer van Boekblad heeft bekeken, is al enigszins voorbereid. Daar stond een advertentie van het nieuwe boek van Frank Krake. Veel meer dan een verschijningsdatum (25 februari) en de verwijzing naar 80 jaar bevrijding viel daar niet uit op te maken. Maar nu vertelt de auteur van succesvolle boeken, die hij met zijn eigen uitgeverij Achtbaan publiceert, meer over de inhoud en lancering van Catharina. Op de volgende pagina's een aantal foto's uit het boek.
ontdekte ik nieuwe foto’s van Catharina. Ook interviewde ik daar diverse ooggetuigen en experts. Natuurlijk bezocht ik ook Theresienstadt, een modelgetto tijdens de oorlog. En vele archieven in binnen- en buitenland. Samen met alle interviews met familieleden en de verhalen die Clarence mij zelf nog kon vertellen maakte dat de puzzel compleet. Ik kon gaan schrijven.’
Weer een groot nieuw boek van jouw hand, dat is al even geleden.
‘Klopt, drie jaar ongeveer. De grootste bankoverval aller tijden stamt uit 2022. Er was veel, heel veel research nodig voor dit nieuwe oorlogsverhaal. Het begon klein, met een verhaal over een jongetje, Clarence, dat werd geboren in Kamp Westerbork. Maar het werd via zijn moeder Catharina groter en groter. En naarmate ik meer onderzoek deed, werd het ook steeds interessanter en spectaculairder.’
Dat klinkt veelbelovend. Maar waarom juist dit boek, waarom juist dit verhaal?
‘Het was heel simpel, want wie kan er nu zeggen dat hij geboren is in een concentratiekamp? Of als Jodin gered is door Adolf Eichmann, de beruchte SS-er en architect van de Holocaust?
Als je die ingrediënten hebt voor een boek, dan kun je als onderzoeker en schrijver alleen maar heel enthousiast aan de slag gaan.
Maar het is een goede vraag, ik vraag het mijzelf ook altijd af voordat ik aan zo’n klus begin. Waarom dit boek? Ik realiseer mij vooraf heel goed dat het een project is dat zo maar twee of drie jaar van mijn leven beheerst, dan moet je zelf wel intrinsiek gemotiveerd zijn. Belangrijkste voorwaarde is dat het thema nieuw moet zijn voor mijzelf, ik wil er iets van leren en zuig als een
spons echt alle informatie op. Zo had ik nog niet eerder geschreven over het thema Jodenvervolging.
Toen ik in het familieverhaal dook bleek dat niet alleen over Catharina Brücker een heel boek geschreven kon worden, maar ook over haar ouders, broer en zussen. Die hele Brückerfamilie was een goudmijn voor mij als onderzoeker.’
Vertel eens iets, zonder teveel te verklappen
‘Catharina groeide op in een Rotterdamse kleermakersfamilie aan het begin van de twintigste eeuw. Haar vader Moses, een Roemeense vluchteling, leverde met zijn naaiatelier damesmantels aan bijna alle Rotterdamse modewinkels. Ook begon hij een eigen winkel, het MantelMagazijn, waarin zijn hele gezin werkzaam was. Ze leven een comfortabel leven, totdat de oorlog uitbreekt. Langzaam wordt de strop door de nazi’s aangehaald. De Brückers beseffen het gevaar en laten zich niet zomaar wegvoeren. Ze komen in opstand, plegen verzet, vervalsen documenten, lopen zomaar het kamp uit, en zijn enorm inventief in het vinden van onderduikadressen en manieren om uit handen van de nazi’s te blijven. Onwaarschijnlijke ontsnappingen volgen elkaar in hoog tempo op. Ik heb alles gecheckt en het bleek nog te kloppen ook.
Als Catharina, in haar jonge jaren een begenadigd flamencodanseres, uiteindelijk toch in Westerbork belandt, wordt haar zoon Clarence daar in het kampziekenhuis geboren. Zijn vader mag de baby nog één keer zien voordat hij wordt weggevoerd naar Sobibor. Hij laat een afscheidsbrief achter: “Denk alleen aan jezelf en je zoon.”’
Dat klinkt als een soort van vrijbrief ‘Zo gebruikte Catharina die boodschap ook. Ze ging dansen in het beroemde kampcabaret in Westerbork. Ik heb foto’s van haar gevonden, genomen in het kamp. Niet alleen als danseres, maar ook met haar pas geboren zoontje. Pure propaganda was dat van de Duitsers. “Kijk eens hoe goed de Joden het hier voor elkaar hebben. Ze leiden een normaal leven, er worden hier zelfs kinderen geboren, niets aan de hand.” Dat was min of meer de boodschap achter die foto’s. Catharina danst er voor haar leven, dat gaat een tijd goed, totdat ze wordt verraden door iemand uit haar eigen familie. Ze wordt echter gered door Eichmann, dezelfde man die zes miljoen Joden liet vermoorden. Het is echt een bizar, maar waargebeurd verhaal.’
Je boeken staan bekend om het mooie samenspel van tekst met foto’s en documenten. Nu ook weer?
‘Klopt, daar gaat altijd een enorme hoeveelheid tijd én geld in zitten. En ja, ook nu weer. Ik vind het prachtig hoe je synergie kunt creëren door exact op het juiste moment een historische afbeelding te laten zien, als versterking van de tekst die je dan net aan het lezen bent.
Lezers hebben geen idee hoeveel werk daar achter zit. Jaren research om aan de juiste materialen te komen en vervolgens de uitdaging van een goede fotoredactie. Dat doe ik altijd zelf. Ik maak dan een keuze uit duizenden beschikbare foto’s en documenten. Er mogen maximaal vier afbeeldingen per hoofdstuk in het boek, plus een mooie openingsfoto aan het begin van ieder hoofdstuk. Daarna is het aan de vormgever om er een mooi geheel van te maken, waarbij het essentieel is dat de afbeeldingen precies op de juiste plek komen te staan om dat effect te bereiken. Ik zie zo vaak boeken waarbij alle foto’s in het hart zijn gekwakt, zo’n gemiste kans. Maar wel veel goedkoper…’
Wat was je meest spectaculaire ontdekking?
‘Zonder twijfel het verblijf van Moses in Auschwitz. Bij de familie deed het verhaal de ronde dat hij na aankomst in Auschwitz nog een tijd geleefd zou hebben. Maar in alle officiële documenten stond vermeld dat hij meteen
na aankomst vergast was, samen met zijn vrouw Rosetta. Het kostte enige moeite, maar ik mocht uiteindelijk in de archieven van Auschwitz aan de slag, geholpen door een Poolse onderzoeker. Het gebouw bevindt zich pal achter de poort met de beruchte tekst “Arbeit macht frei”.
Daar vond ik na lang zoeken het bewijs dat hij wel degelijk nog minimaal een half jaar geleefd heeft in het kamp. Hij werkte er als… kleermaker. Het was zo waardevol om dat aan de familie te kunnen vertellen, gestaafd met bewijzen. In de lezingen die ik ga geven in het land, vertel ik daar meer over. In het boek lees je natuurlijk gewoon dat hij als kleermaker in het kamp gewerkt heeft. Het valt de lezer helemaal niet op hoe bijzonder die ontdekking an sich was, en dat moet ook niet.’
Heb je veel gereisd voor dit boek?
‘Meer dan ooit. Naast Auschwitz was ook mijn onderzoeksreis in het voorjaar van 2023 naar Israël van groot belang. Ik trof bij Yad Vashem in het kunstmuseum de schilderijen aan die van Catharina en Clarence zijn gemaakt in Theresienstadt. Hoe bijzonder. En in een geconditioneerde ruimte mocht ik daar door het fotoboek bladeren dat de revue-artiesten aan de kampcommandant van Westerbork hebben aangeboden. Daarin
Wat mogen we verwachten rondom de introductie van Catharina ? ‘Zoals gebruikelijk gaan eens per paar jaar alle registers open. De boeklancering zelf vindt plaats op historische bodem. Clarence zal het eerste exemplaar in ontvangst nemen op de plek waar hij ter aarde is gekomen, in kamp Westerbork. Alleen dat feit zal al de nodige publiciteit opleveren. Naast alle interviews die we nu al gegeven hebben aan kranten en tijdschriften, rekenen we op radio- en TV-exposure. Net na de lancering zullen STER-spots de ether in gaan en ook advertenties in de dagbladen maken deel uit van de campagne. Natuurlijk zal voor de winkelvloer weer prachtig ontworpen POS-materiaal beschikbaar zijn. Online ondersteunen we het boek in zijn volle breedte én we gaan daarmee iets compleet nieuws doen. Iets dat nog nooit eerder in boekenland op deze manier is opgezet. Daar kan ik verder niets over zeggen, maar het zal niet ongemerkt aan Nederland voorbij gaan. Dit boek verdient echt een breed lezerspubliek. Het is in deze tijd belangrijker dan ooit om onze historie te kennen. Daar wil ik graag een bijdrage aan leveren.’
Tekst Vincent van de Vrede
Frank Krake, Catharina. Uitgeverij Achtbaan. Verschijnt 25 februari.
Clarence met Frank Krake, terug in Kamp Westerbork
Eichmann speelt een bijzondere rol in het verhaal van Catharina. Foto uit 1942.
Verlovingsfoto van Catharina en Jacques Frank.
Schilderij van Catharina als flamencodanseres, gemaakt in Theresienstadt.
Schilderij van Clarence als baby, gemaakt in Theresienstadt.
Catharina als baby met haar ouders.
De ‘Westerbork Girls’ op het toneel in Kamp Westerbork, tijdens een uitvoering van de revue Humor und Melodie. Geheel links Catharina Frank. September 1943.
Adolf
Regels
rond
vaste boekenprijs vaak onbekend bij nieuwe uitgevers en self-publishers
‘Dit
is een belangrijke wet’
Dankzij de Wet op de vaste boekenprijs die in 2005 in het leven is geroepen, ontvangen uitgevers een eerlijke vergoeding, kunnen boekhandelaren elkaar niet aftroeven met kortingsacties en betalen lezers overal dezelfde prijs. Je zou denken dat alle partijen na bijna twintig jaar precies weten waar ze aan toe zijn, maar er blijken nog wel vragen en misverstanden te bestaan over de vaste boekenprijs. Seb van der Kaaden (uitgever) en Jan Willem Winter (cameraman) spraken voor de podcast Gek op Boeken met Britt van Zuijlen van het Commissariaat voor de Media.
Tekst Seb van der Kaaden Beeld Margreet de Heer
Uitgevers zijn verplicht om voor elk Nederlands of Friestalig boek dat zij op de markt brengen een vaste prijs door te geven aan het Commissariaat voor de Media (CvdM). Dat ziet er als waakhond op toe dat deze vaste boekenprijs door iedere boekhandelaar wordt toegepast zodat de consument altijd en overal hetzelfde bedrag neertelt voor een exemplaar. Voor de boekenreuzen is het zo vrijwel onmogelijk geworden om een ongelijke prijzenstrijd aan te gaan met de kleine zelfstandige boekhandelaren, daarnaast zorgt de maatregel ervoor dat boekenliefhebbers uit meer titels kunnen kiezen dan alleen de bestsellers van de Boeken Top 10. Britt van Zuijlen, jurist bij het CvdM: ‘Wanneer iedere verkoper dezelfde vaste prijs hanteert, hebben ook de kleine boekwinkels de financiële ruimte om boeken in hun assortiment op te nemen die alleen voor een nichepubliek interessant zijn.’ Voor 2005 was er geen wettelijke regeling, maar wel een systeem waarbij bedrijven zich aan de regels, waaronder ook toen al een vastgestelde boekenprijs, moesten conformeren voor ze mochten deelnemen aan het boekenvak. Dit systeem moest veranderen omdat het steeds meer ging wringen met het mededingingsrecht.
‘Zonder vaste boekenprijs kunnen wij de verkopers er niet op aanspreken als zij zich niet aan de regels houden’
Alle boekverkopers moeten daarin meegaan. Een jaar na de verschijning van een boek kan de uitgever de vaste boekenprijs opheffen, doet de uitgever niets dan wordt deze automatisch verlengd. Kleine uitgeverijen verschijnen en verdwijnen in hoog tempo en steeds meer auteurs kiezen ervoor om hun boek(en) in eigen beheer uit te brengen. Weten nieuwelingen eigenlijk wel dat zij de prijs van elke titel moeten melden? Van Zuijlen: ‘Wij merken inderdaad dat bij veel nieuwe uitgevers de indruk bestaat dat ze er al zijn wanneer hun boek een ISBN heeft en bij het Centraal Boekhuis is aangemeld. Maar het melden van de prijs bij het CvdM is een losse handeling.’
Vastigheid voor minstens een jaar Het bepalen van de prijs en het geven van korting gebeurt in alle gevallen op initiatief van de uitgever.
Is het dan niet handiger om deze meldingen samen te voegen en de uitgever de vaste boekenprijs te laten invullen op het formulier van het CB, vroegen wij ons af. ‘Wij zijn zeker vóór efficiëntie en samenwerking', beaamt Van Zuijlen, ‘maar het is lastig om dit te automatiseren in verband met de privacywetgeving. Het CvdM is een zelfstandig bestuursorgaan en mag niet alle gegevens delen. Het is onze taak om ook de eenpitters en kleine uitgeverijen actief voor te lichten. Op de website devasteboekenprijs.nl worden veelgestelde vragen beantwoord. Dit is meteen ook het platform waar uitgevers hun vaste boekenprijs kunnen melden en waar verkopers en consumenten de vaste prijzen kunnen opzoeken in ons register. Op werkdagen houden we een telefonisch spreekuur van 11.00 tot 12.00 (035-773 77 44) en er is een speciaal e-mailadres (info@devasteboekenprijs.nl) om vragen naartoe te sturen.’
Zonder vaste prijs geen handhaving Wie nu ontdekt dat hij zijn vaste prijzen had moeten melden hoeft niet in de stress te schieten: ‘Het komt inderdaad voor dat het iemand is ontschoten om een boek bij ons te melden. Het ligt er dan aan hoeveel tijd eroverheen is gegaan. Omdat een uitgever de vaste boekenprijs na een jaar kan opheffen zou het gek zijn om alsnog een vaste prijs op een boek te plakken dat al een paar jaar oud is. Maar het is wel zo dat uitgevers de doelstelling van de wet onderuithalen als ze hun vaste prijzen niet consequent doorgeven. Zonder vaste boekenprijs kunnen wij de verkopers er niet op aanspreken als zij zich niet aan de regels houden. Gelukkig houden de verkopers elkaars prijzen goed in de gaten en worden wij ook door consumenten getipt als er een boek zonder vaste boekenprijs op de markt is. Door dit soort signalen kunnen wij overtredingen opsporen.’ Het CvdM bepaalt of er daadwerkelijk sprake is van geleden schade en welk handhavingsinstrument wordt ingezet. ‘Bij een klein prijsverschil op enkele boeken blijft het meestal bij een belletje, want we zien dat de prijs over het algemeen snel wordt aangepast. Gaat het om een grove overtreding − de prijs bij een prominente boekverkoper is bijvoorbeeld significant anders dan de vaste boekenprijs − dan kunnen wij een officiële waarschuwing geven of een boete opleggen die kan oplopen tot duizenden euro’s.’
Eén uitzondering op de regel
De essentie van de wet is dat geen enkele boekverkoper of uitgever een concurrentievoordeel krijgt wat betreft de boekenprijs. Een winkel kan ook niet
stunten met een actie als ‘Koop nu dit boek bij ons en maak kans op een waardebon’ want ook dan is er sprake van geldelijk gewin. Boekhandelaren kunnen alleen van de vaste boekenprijs afwijken als zij een opruimings- of opheffingsuitverkoop houden en moeten de betreffende titels bij het CvdM melden. Deze uitzondering geldt bovendien alleen voor boeken die minimaal twee jaar oud zijn en langer dan een jaar bij de verkoper op de plank staan. Ondanks dat het CvdM regelmatig boekhandelaren moet teleurstellen omdat hun actie volgens de wet niet is toegestaan, denkt Van Zuijlen dat de meeste partijen het belang van de Wet op de vaste boekenprijs inzien. ‘Uitgevers, boekverkopers én consumenten hebben baat bij een gevarieerd aanbod en de zekerheid dat hetzelfde boek overal hetzelfde kost. Daarom is dit een belangrijke wet.’
Het gesprek dat Seb van der Kaaden en Jan Willem Winter met CvdM-jurist Britt van Zuijlen hadden is te beluisteren in aflevering 5 van hun podcast Gek op Boeken, te vinden op Spotify en Apple podcasts. In de afleveringen van deze podcast over de liefde voor boeken spreken zij mensen die, naast de schrijver, betrokken zijn bij de totstandkoming van een boek.
Esther Scholten is programmamanager bij KVB Boekwerk. Daarnaast is zij directeur van de stichting De Best Verzorgde Boeken.
Een vorm van verhalen vertellen
Tekst Esther Scholten
Beeld Maikel Thijssen
‘Data are just summaries of thousands of stories – tell a few of those stories to help make the data meaningful.’ Deze quote van de gebroeders Chip and Dan Heath (auteurs van Made to Stick) geeft voor mij de kern aan van het belang van data. Data ophalen en interpreteren is een vorm van verhalen vertellen en dat besef maakte van mijn eerste half jaar als programmamanager van KVB Boekwerk zo’n rijke ervaring.
Voor wie minder bekend is met wat we doen: met vier freelancers zorgen wij er bij KVB Boekwerk voor dat de beschikbare data helder gebundeld worden en inzicht geven. We monitoren de ontwikkelingen in de boekenmarkt nauwgezet. Letterlijk: we publiceren wekelijks een monitor over de boekverkoop.
In januari verschijnt de eerste jaarlijkse monitor over de markt die later in het jaar gevolgd wordt door een monitor over uitgevers, boekhandels en schrijvers en vertalers (inclusief hun inkomsten). In de monitor rapporteren we over de trends en ontwikkelingen van de laatste vijf jaar.
Het koop-, leen- en leesgedrag van Nederlandse consumenten wordt vier maal per jaar gemeten* waarbij langjarige trends én specifieke en actuele thema’s aan bod komen zoals de leesvoorkeuren van jongeren en de toename van de verkoop van Engelstalige boeken. KVB Boekwerk publiceert de resultaten van deze consumentenonderzoeken en doet verdiepend onderzoek. KVB Boekwerk maakt de vele gegevens over ons vak beschikbaar en daarmee onderscheiden we ons van veel andere branches in Nederland. Het is weer een mooi voorbeeld waartoe de collectiviteit leidt die ons vak kenmerkt, en waarvoor wij in het buitenland geroemd worden. Met de informatie kunnen uitgeverijen en boekhandelaren inspelen op de markt en onderbouwen journalisten, schrijvers en onderzoekers hun verhalen en studies. Soms nuanceert KVB Boekwerk daarbij het publieke debat zoals bij de geplande btw-verhoging: de boekenkoper is niet alleen de hoogopgeleide rijke Nederlander zoals in de media vaak wordt beweerd; 57 procent van de kopers is namelijk laag en middelhoog opgeleid en 28 procent behoort tot de hoogste sociaaleconomische klasse, 25 procent tot de laagste. Het profiel van de boekenkoper ziet er dus net even anders uit dan menigeen denkt. De informatie van KVB Boekwerk wordt gebruikt voor de evaluatie van de Wet op de Vaste Boekenprijs door het ministerie van OCW. Sterker nog, vanwege deze evaluatie en de inzichten die hiervoor nodig zijn is KVB Boekwerk in 2015 opgericht. Op dit moment zijn wij druk bezig data en rapportages te leveren waaruit duidelijk wordt of de gewenste effecten van de wet behaald worden. Te weten: was er van 2019 tot en met 2023 sprake van een breed en divers aanbod van boeken in het Nederlands (en het Fries) via een geografisch ruim gespreid netwerk van boekhandels met een groot en gevarieerd assortiment? Met de data en de interpretatie daarvan valt of staat de instandhouding van deze wet die de infrastructuur van ons vak stut. Best spannend dus, zeker in dit politieke tijdsgewricht. KVB Boekwerk houdt ook de innovaties in het vak in de gaten. In 2024 vroegen wij bureau Keertij onderzoek te doen naar duurzaamheid in ons vak omdat er (Europese en lokale) wet- en regelgeving aankomt waar iedereen in de keten – uitgever, drukker, distributeur en boekhandel – mee te maken krijgt. Welke concrete kansen liggen er? Steeds meer ligt de focus bij nieuwe wetten en regels op de meest impactvolle schakels in de keten zoals papierproductie, transport en energieverbruik. Oftewel de circulaire productieprocessen, van grondstofwinning tot afvalbeheer. De innovaties die daarvoor nodig zijn moeten zorgen voor vermindering van de negatieve impact op het milieu én de toename van economische veerkracht van ons vak.
Toelichting op de resultaten van dat onderzoek volgt tijdens het KVB Boekwerk seminar op donderdag 23 januari 2025 in de Rode Hoed in Amsterdam. U bent van harte uitgenodigd. Schrijf u in voor de nieuwsbrief via www.kvbboekwerk.nl en we houden u op de hoogte van het seminar, en onze monitors.
*Dit onderzoek doet GfK in opdracht van de KBb en de GAU (Stichting Marktonderzoek Boekenvak/SMB), Koninklijke Bibliotheek, Stichting Lezen en CPNB.
Arno Koek
Lekker genuanceerd
Arno Koek van boekhandel Blokker in Heemstede vindt de openhartigheid van auteurs en bezoekers tijdens evenementen in zijn winkel een waardevolle ervaring.
In de boekhandel komen veel schrijvers op bezoek. Al die ontmoetingen zorgen voor mooie gesprekken en geven het vak extra inhoud. Ik koester die momenten en ik waardeer de openheid van schrijvers en ook van de bezoekers.
De ontmoeting met Hans Keilson (1909-2011) staat op mijn netvlies. Hij ging in gesprek met Judith Uyterlinde en het was een memorabele zondagmiddag. Een van die bijzondere momenten was toen hij vertelde dat hij zich zijn hele leven heeft afgevraagd HOE hij zijn ouders in de
Tweede Wereldoorlog had kunnen redden. Ze overleefden het niet. Een heus moment met kippenvel. Bij het onlangs gehouden interview met P.F. Thomése over Black-Out ging het ook over de dood van een kind en wat dat betekent. Uit het publiek sprak een man: ‘Als je geen oorlog hebt meegemaakt, of als je (als ouder) de dood van een kind niet hebt meegemaakt, dan kun je je eigenlijk niet voorstellen welk gevoel dat bij de ouders geeft. Alle goedbedoelde woorden zijn mooi, maar de pijn en het verdriet dat aan je knaagt, voel ik
kenden dat oplettendheid geboden was. De andere lezingen die ze later gaf, verliepen gelukkig zonder problemen. Er werden een paar eenvoudige maatregelen getroffen. Bovendien wilde Van Weezel nu liever worden geïnterviewd. Het gesprek verliep uitstekend. Het ging vooral over hoe we met elkaar in gesprek moeten blijven en dat het zoeken van ‘de nuance’ haar motto is. Bovendien hoef je niet altijd direct je mening te verkondigen en kan een paar dagen wat nadenken en luisteren ook geen kwaad. Van Weezel toonde zich oprecht en kwetsbaar, maar ook sterk en dapper. De bezoekers gingen met een gevoel van ‘hoop’ en bezinning weer naar huis en waren dankbaar.
elke dag.’
In november was ook Natascha van Weezel onze gast. Ze zou een lezing geven over haar boek Hoe hou je je hart zacht . Toen we deze afspraak over ‘de lezing’ maakten, had er nog geen voetbalwedstrijd plaats gevonden tussen Ajax en Maccabi Tel Aviv. Van Weezel was een paar weken eerder in de bibliotheek van Purmerend geweest. Die lezing werd verstoord door proPalestijnse actievoerders die buiten protesteerden tegen haar komst. De gebeurtenissen in Amsterdam en alle haatmail die Van Weezel kreeg, bete -
Wat mij opvalt is dat de bezoekers van deze bijeenkomsten soms zo openhartig zijn, dat ze durven te vertellen wat ze hebben meegemaakt. Heel persoonlijke verhalen over verdriet of niet meer weten hoe het verder moet. Verhalen over vrienden of familie die soms ook geen uitweg meer zagen in het leven. De ‘openheid’ van deze mensen in een ruimte die voor iedereen toegankelijk is en waar mensen zich vrij voelen om er over te spreken, ik vind het een zeer waardevolle ervaring. Volgend jaar bestaat boekhandel Blokker 70 jaar en dat gaan we het hele jaar vieren. Met het team hebben we al wat plannen gesmeed en die zijn we aan het uitwerken. Dat het daarbij ook gaat over het vertellen van verhalen en dat we op deze manier elkaar beter zullen en kunnen begrijpen staat buiten kijf! Ik hoop dat we een mooi jubileumjaar tegemoet kunnen zien. Ondanks dat de wereld er nu zo uitziet, dat het lijkt alsof we elkaar niet meer begrijpen, dat het lijkt of de verschillen alleen maar groter worden en de extremen het voor het zeggen hebben.
Luister en huiver en wees af en toe gewoon lekker genuanceerd! Want daar zijn de woorden voor bedoeld en daar kunnen we het verschil hopelijk gaan maken. Ik wens jullie een hoopvol en mooi jaar met prachtige en persoonlijke verhalen en bovenal een gezond 2025!
Anne ter Beek van INDEX Poetry Books (Leiden):
In deze donkere, wat grimmige dagen is het soms zoeken naar licht en hoop. Gelukkig is daar de poëzie, zie bijvoorbeeld de recente bundels Geef de moed niet op en Het komt goed. De eerste is een herdruk van een in 2013 verschenen werk van de Japanse Toyo Shibata die op 92-jarige leeftijd de pen oppakte om haiku’s te componeren, nadat ze noodgedwongen moest stoppen met klassieke dans. De tweede is een bloemlezing van de mooiste gedichten over geluk. Elisabeth Lockhorn, een van Neerlands meest toegewijde en productieve bloemlezers, bracht vele uren bij ons in de winkel door met het selecteren van gedichten voor deze opbeurende staalkaart uit de wereldpoëzie die de lezer met een iets lichter hart achter laat. Beide boeken raad ik van harte aan, voor de echt moedelozen onder ons: koop ze allebei.
HET KOMT GOED
ELISABETH LOCKHORN (samenst.) (VAN OORSCHOT, € 17,50)
GEEF DE MOED NIET OP TOYO SHIBATA (LEBOWSKI, € 15,00)
Sandra de Jong van boekhandel Novita (Bennekom): Nog niet eerder iets gelezen van Heitman, maar ik werd getrokken door dit boek. Een verhaal over Kiek en het in leven houden van haar tuinbedrijf, met alle sores die daarbij horen. Maar ook over het aanvaarden van haar ziekte, het accepteren dat dingen veranderen, zijzelf verandert. Het verhaal volgt de seizoenen, het vangt aan met de herfst. Dan begint het loslaten. In de winter keert Kiek zich in zichzelf, in het tuinhuis met al haar problemen. In de lente dient het nieuwe zich voorzichtig aan. En in de zomer is alles helder. In de tuin heeft Kiek te maken met tegenslagen zoals een haas, die overigens alleen zij ziet. Daarnaast zijn er de stagiaires en vrijwilligers, die elk hun eigen verhaal hebben. Een prachtig verhaal over het leven, waar iedere lezer iets uit zal halen dat op dat moment belangrijk is voor hem of haar.
DE MIERENKARAVAAN
MARIKEN HEITMAN (ATLAS CONTACT, € 22,99)
Inge Roos van kinderboekhandel In de wolken (Voorburg):
Hoe maak je een nieuw begin in een land dat je totaal niet kent? Dat is een pittige opgave, maar Mirza krijgt het voor elkaar, door veel vallen en altijd weer opstaan. Het is niet niks als je onverwacht door je vader uit school wordt gehaald en dagenlang naar een onbekende bestemming rijdt. Er wordt een enorm beroep op je veerkracht en moed gedaan als blijkt dat je in dat onbekende land blijft wonen, terwijl je de taal niet spreekt en je alles en iedereen van thuis ongelooflijk mist.
Dit omgekeerde vluchtverhaal (Mirza woont in Nederland en moet noodgedwongen mee naar het geboorteland van zijn vader) is spannend en ontroerend. Koens is absoluut één van de beste jeugdauteurs van Nederland. Haar verhalen gaan over belangrijke thema’s die ze invoelend en met veel oog voor het kleine vertelt. In deze tijd van verharding tegenover vluchtelingen is dit boek een heel warm lichtje.
VANDAAG KOMEN WE NIET
MEER THUIS
ENNE KOENS
(LUITINGH-SIJTHOFF, € 17,99)
Jesse Keff van Athenaeum Boekhandel (Amsterdam):
In minder dan 200 pagina’s wordt in Walvistij een kleine vissersgemeenschap op een Welsh eiland in 1938 tot leven gebracht: vasthoudend aan de eeuwenoude tradities en met de hoop, tegen beter weten in, dat ze het gaan redden in een snel veranderende wereld. Centraal staat Manod, een slimme 18-jarige vissersdochter die haar best doet om het gezin, naast haarzelf bestaande uit vader en jongere zus, draaiende te houden. De komst van twee onderzoekers van de universiteit aan de wal schudt alles op: Manod krijgt een vleugje mee van een beter leven maar realiseert ook wat ze daarvoor zou moeten opgeven. Met een aangespoelde walvis als fraaie metafoor voor de vergankelijkheid en in een rake, uitgebeende stijl heeft O’Connor een prachtige roman geschreven over gemis en verraad.
Mik Vaes van boekhandel
Savannah Bay (Utrecht):
Een man ligt tijdens oud en nieuw in een varkenspak in een sloot en slaagt er niet in op het droge te komen. Hij worstelt met het pak, het water en zichzelf. Tijdens zijn gespartel licht de hemel veelkleurig op door het brandende slachthuis waar hij medeverantwoordelijk voor is. Hij wordt, alweer, geconfronteerd met het feit dat niet alles altijd zo verloopt als gepland. Hoe is het zover gekomen? Nadat hij een vlam van vroeger tegenkwam, raakte hij steeds meer betrokken bij acties tegen dierenleed. Ondanks zijn bedenkingen kan hij zijn ogen steeds moeilijker sluiten voor de gruwelijkheden. Nog langer wegkijken of consequenties verbinden aan de kennis die hij nu heeft? Trujillo kon niet langer wegkijken. Dierenleed bestaat en is een geaccepteerd aspect van het eten van dieren en hun producten. Dat negeren was niet langer een optie. Het leidde tot dit vlotlezende, spannende boek. Voor iedereen die van (het eten van) dieren houdt.
Niels Nijborg van boekhandel Hoogstins (Amsterdam): Als lezer van vooral historische non-fictie heb ik mijn favoriete onderwerpen: de Italiaanse Renaissance, de Griekse en Romeinse Oudheid en tot voor kort de Amerikaanse politiek. Er zijn ook onderwerpen waarnaar je nieuwsgierig bent en waarover je je voorneemt een boek te lezen. En toch komt het er maar niet van. Nu echter heb ik eindelijk eens gelezen over Parijs 18701871, de Parijse Commune, de Frans-Pruisische oorlog. Smee geeft de geschiedenis kleur aan de hand van de persoonlijke verhalen van Parijse kunstenaars en schrijvers onder wie Nadar, Flaubert en Goncourt, bekende namen voor lezers van de reeks Privé-domein. Maar ook die van Manet, Monet, Morisot en Degas, de latere Impressionisten, een verrijking voor het boek. Dat Nadar met zijn ballonnen zo’n belangrijke rol heeft gespeeld tijdens het beleg wist ik niet. En zo verraste Smee me vaker met mooie inkijkjes, anekdotes en liefdesperikelen. Een afwisselend boek in een zeer elegante stijl en een uitstekende vertaling.
automatisch CADEAUABONNEMENT € 34,95
WALVISTIJ
ELIZABETH O’CONNOR
(AMBO|ANTHOS, € 22,99)
DE INSTRUCTIES
CAROLINA TRUJILLO (KOPPERNIK, € 24,50)
VERSCHEURD PARIJS SEBASTIAN SMEE
(HET SPECTRUM, € 29,99)
Verras je buurvrouw, beste vriend of jezelf met een Boekenpost cadeau-abonnement! Voor slechts € 34,95 ontvangt iemand (of jij) een jaar lang Boekenpost magazine (6 nummers). Het cadeau-abonnement stopt automatisch.
Scan de QR-code voor de teaser
Bestellingen kunt u mailen naar Ef & Ef Media, info@efenefmedia.nl Auteurslezingen kunt u boeken bij Dorine Holman, dorine@dorineholman.nl