BioGeoGrafie.Cultuur.Mens.NatuurInDeWieden.MiedenProject.nl.626-Inrichting6 sept06

Page 75

de ROB in 2001 bevestigde het voorkomen.129 Het is opmerkelijk dat het in beide gevallen gaat om plekken die dicht bij het voormalige stroompje liggen (zie ook afb. 6.8). Uit het archeologisch onderzoek ter plaatse blijkt dat beide terpjes thans niet of nauwelijks meer in het terrein zijn te herkennen. In de laatste decennia moeten de zichtbare sporen door grondbewerking zijn afgevlakt; dat geldt zeker voor het huisterpje ten zuiden van de Kleine Zwemmer. Afb. 6.8. Zwagermieden: bijzondere cultuurhistorische landschapselementen-A.

6.3 Zwagermieden In een tijdsbestek van zo’n tweehonderd jaar moet de kolonisatie en het bewoonbaar maken van het veengebied vanuit Westergeest tot de lijn Kollumerzwaag-Veenklooster zijn beslag hebben gekregen. Met de opschuiving van de nederzettingen naar hoger en steviger grond waren de eerste boeren nog niet van wateroverlast verlost. In de Middeleeuwen is de zee meerdere malen verwoestend tot diep het land binnengedrongen. Dat hun invloed ook tot ons studiegebied reikte blijkt uit de vermelding dat bij de St. Luciavloed in 1287 een twintigtal nonnen verdronk in het Klooster Olijfberg te Veenklooster.130 Het was niet de eerste en enige stormvloed die dit gebied trof. In december 1196 richtte de Sint Nicolaasvloed een catastrofe aan in Groningen, Friesland en Noord-Holland.131 Dergelijke watervloeden hadden ook enorme gevolgen voor het land. Vanuit de kustzone werd losgeslagen klei meegevoerd en dit werd landinwaarts als een dunne laag op het cultuurland afgezet. Hier en daar werden stukken van de veenondergrond losgeslagen en bleven poelen achter. In andere gevallen werd het veen deels losgescheurd en zakte na de vloed op z’n plek terug, met achterlating van slibdeeltjes en zout, waardoor de kwaliteit van de turf die ervan kon worden gemaakt sterk afnam. In de 13de eeuw kwamen dergelijke catastrofes vaak voor. In januari 1219 sloeg de Sint Marcellusvloed toe.132 In de jaren 1248 en 1249 werd Noord-Nederland drie keer getroffen en in 1268 opnieuw. Voor de bewoners van de nederzettingen op het nieuwe land op het veen moeten de gevolgen ingrijpend zijn geweest. Mogelijk heeft de wateroverlast het proces van opschuiving van de bewoning naar hoger grond zelfs versneld. De boeren van Kollumerzwaag zullen het gebied van de Zwagermieden hoofdzakelijk als hooiland hebben gebruikt. Het was nat en ver van huis. Het akkerland lag dicht bij de huizen aan de streek en tussen akkers en hooiland lag een zone van weiland voor het vee. In de Late Middeleeuwen zette de ontginning van het veengebied zich vanuit Kollumerzwaag in westelijke richting voort. Hier was dus meer sprake van een ontginning vanuit de bewoningsstreek langs de weg. Zoals eerder beschreven in paragraaf 6.2.2. is uiteindelijk de westelijke buurt van het dorp afgescheiden en ontstond het dorpsgebied Zwaagwesteinde. Hierbij werd het principe van de strokenverkaveling voortgezet. Bekijken we de richting van de verkaveling van Zwaagwesteinde dan valt het op dat er sprake is van een lichte draai van de richting. De afwatering van dit gebied zal 129

Informatie KICH. De St. Luciavloed vond plaats op 14 december 1287. Vooral het noorden van Nederland, met name Friesland, werd zwaar getroffen. Het eiland Griend verdween bijna helemaal onder de golven. 131 Buisman 1995. 132 De gevolgen hiervan zijn vermeld in de kroniek van Klooster Bloemhof bij Wittewierum in Groningen. 130

67


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.
BioGeoGrafie.Cultuur.Mens.NatuurInDeWieden.MiedenProject.nl.626-Inrichting6 sept06 by andre hopes - Issuu