ADMBEELD
ADMB achter de coulissen van het veldrijden en shorttrack ADMB had een sportief gesprek met de vaders van Klaas Vantornout, zilver op WK veldrijden, en Maarten Slembrouck, Belgisch Kampioen shorttrack. ADMB is via sponsoring actief in de sportwereld door haar naam te verbinden aan onder andere Cercle Brugge, de atletiekclub KAA Gent en de volgende editie van de Zesdaagse van Gent. Maar dit is klein bier in vergelijking met de ervaring die enkele personeelsleden van ADMB in deze wereld hebben. ADMB had een gesprek met Daniel Vantornout, vader van Klaas (veldrijder, 2de op WK veldrijden Tabor 2010), en Johan Slembrouck, vader van Maarten (shorttrack-schaatser, Belgisch Kampioen 2010). Beide staan op de payroll van ADMB en werken bij Zenito Sociaal Verzekeringsfonds. Daniel staat in voor de sociale begeleiding van klanten en Johan is klantverantwoordelijke. PIETER STAELENS Communicatiemedewerker ADMB
Ik veronderstel dat er hier twee trotse vaders zitten? Daniel: Ja, absoluut. Zijn tweede plaats is prachtig, want iedereen piekt naar het WK natuurlijk (lacht). Johan: Zo’n kampioenschappen zijn dé afspraken van het seizoen! D: Je mag het WK zeker niet onderschatten. Het is moeilijk want het kampioenschap vindt plaats op het einde van het seizoen, net als op de weg. Je bent al wat uitgeblust en je moet dan nog proberen te pieken naar die ene wedstrijd. En de kampioen kan zijn trui dan niet meer showen tijdens het seizoen, of toch slechts een paar keer.
Hadden jullie verwacht dat jullie zonen zo hoog konden eindigen? D: Op het BK hoopten we op een podiumplaats, maar op het WK was dit voor mij toch een verrassing. Het feit dat hij nooit vermeld werd bij de kans-
Maarten Slembrouck
16
ADMBinfo
NUMMER 2 - MEI 2010
hebbers voor het podium heeft hem gestimuleerd. Een gebeten hond kan ietske meer hé (lacht). J: Maarten was topfavoriet, dus we hadden het verwacht. Maar de wedstrijd moet nog altijd gereden worden, je weet nooit wat er gebeurt.
sen niet. Natuurlijk zal hij zich altijd eens proberen te tonen, zeker in ritten met enkele beklimmingen, want dan voelt hij zich in zijn sas. Vorig jaar reed hij tijdens de Ronde van België op La Redoute nog weg van de rest.
Wanneer kozen ze voor hun sport?
Hoe combineren ze hun sport met school?
J: In oktober 2003 ging Maarten mee met zijn zus Marjolijn om shorttrack te proberen. Marjolijn is ondertussen gestopt met shorttrack, en Maarten doet het dus nog altijd. Hij deed shorttrack aanvankelijk als training voor het skeeleren, voornamelijk om zijn bochtenwerk te verbeteren. Nu is het omgekeerd: hij doet shorttrack in competitie en skeeleren als training. D: Klaas is begonnen met koersen als laatste jaar aspirant op de weg. Vanaf de nieuwelingen combineerde hij de weg en het veld tot bij de beloften. Daarna koos hij voor de cross, want het veld lag hem beter. Ieder jaar maakte hij progressie en dat was een stimulans om de cross voor te nemen. Vlak voor zijn 24ste verjaardag kreeg hij een profcontract. Als training fietst hij op de weg, maar dat zien de men-
J: Maarten heeft een topsportstatuut. Het enige wat men daarvoor in ruil vraagt, is een medaille op het Belgisch Kampioenschap. Goud, zilver of brons speelt geen rol, maar het moet een medaille zijn. Als hij het niet haalt, verliest hij zijn sportstatuut. Tot nu toe stond hij elk jaar vlot op het podium. Maarten, nu 21 jaar, zit nu in het derde jaar industrieel ingenieur elektronica en wil verder studeren voor burgerlijk ingenieur. Hij kan sport en school perfect combineren. Hij heeft één keer een examen moeten uitstellen, voor het EK in Dresden. Twee dagen nadat hij thuis kwam deed hij zijn examen. Hij SMS’te naar mijn vrouw: “ik heb 19 op 20”. En tussen haakjes stond er: “ik moet nog meer gaan schaatsen tijdens de examens” (lacht). Mijn dochter Marjolijn deed vroeger ook aan shorttrack en mijn dochter Marieke schaatst nu ook. Ze haalde brons op het BK, maar, om eerlijk te zijn, er waren maar drie deelnemers. Maar hier vragen ze meestal niet naar (lacht). Voor Maarten is en blijft shorttrack een hobby. Geld verdien je er alleszins niet mee: het shorttrack kent geen sponsoring, ploegensysteem of prijzengeld. Zelfs voor het Belgisch Kampioenschap krijg je enkel een medaille. D: Klaas is gaan werken tot hij een profcontract kreeg, en dat kunnen niet veel profwielrenners zeggen. Op het moment dat hij prof werd, heeft hij nog een grote stap vooruit kunnen zetten, want vanaf dan kon hij zich volledig toeleggen op trainen en rusten. Van zijn hobby maakte hij zijn beroep. Het is een grote investering geweest, maar nu verdient hij goed zijn brood en kan hij terugvallen op een ploeg die al het materiaal levert, namelijk vier fietsen en twaalf paar wielen. De startgelden zijn in het veldrijden enorm belangrijk. Na zijn tweede plaats op het WK is zijn startgeld wat gestegen, maar nog bijlange niet tot het niveau van Albert, Nys of Stybar.