nieuwsbrief aan(ge)dacht 16

Page 1

aan

ge

dacht Nieuwsbrief 16 September 2006

Beste lezer, Wat een vakantieperiode! Eerst een schitterende maand juli (tenminste als je geen zware arbeid moest verrichten) en daarna een rot­natte augustus. Probeer maar je kinderen bezig te houden als het voortdurend regent; zeker als je weigert van ze zo maar voor TV of computergame te plaatsen. In huis is de ruimte beperkter, moet je meer rekening houden met de gezinsleden en dit alles rijmt zo moeilijk met ADHD. Maar misschien lukte het toch! Mijn ervaring is dat ouders van een kind met ADHD vaak sublieme oplossingen vinden voor probleempjes die zich voordoen …zonder theorie; gewoon met gezond verstand. Opmerkingen, suggesties kritieken of vragen …kan je kwijt Eind juli bezocht ik voor het eerst Hasselt. Het is werkelijk de op aangedacht@skynet.be moeite waard om daar een verlengd weekend door te brengen. Ik Op dit adres kan je in – of zag daar in een winkelstraat het beeldje dat je hiernaast op foto uitschrijven

ziet. “Het Demermanneke”. Het Demermanneke zorgde voor een propere Demer en ruimde vuiligheid aan de dijken. Zo kon de * maandag 18 september ‘06 rivier verder stromen! Dit beeld deed me denken aan de mensen Gedragsproblemen als reactie die opvoedingsondersteuning bieden. Zij proberen dikwijls de op leerproblemen relatie­ en opvoedingsstroom levendig te houden door vuil te Ria Van Oyen ,psychologe ruimen. Want zo lijkt het er wel op. Centrum ten Berg , Halvemaanstraat 94, 9040 Sint­ We vinden een partner en samen leven we als twee rivieren die samen vloeien. In het begin hevig maar later rustiger – zeker Amandsberg (gent) 20u indien kinderen onze verantwoordelijkheid eisen. Meestal slagen € 4,5 niet leden ouders er zelf in hindernissen of obstakels te ruimen. Jammer org. Sprankel * vrijdag 22 september ‘06 genoeg zien we vaker dat ouders geen tijd meer vrij maken om Congres 15 Jaar DE TOL de dijken, het wateroppervlak… te reinigen. Ze stromen hun “leerstoornissen” eigen bedding en intussen slibt de rivier toe. Dan is een multi­dimensioneel “Demermanneke” uit de opvoedingswinkel of CGGZ … Stadshallen (Belfort) Markt handig!Misschien moeten we meer aandacht schenken aan de Brugge vanaf 9 u tot 16 u bron, aan de jonge rivier en pleiten om proper water … niet € 50 (broodjes € 8) bezoedeld door media, eigen gereidheid, carrièreuitbouw maar Inr. De Tol 050/34 27 29 of gesteund op vertrouwen waar opvoeden waarden bijbrengt die www.tol.be we al generaties lang doorgeven. * donderdag 5 oktober ‘06

Agenda

Gespreksavond voor ouders van kleuters of lagere schoolkinderen met ADHD 't Achterhuis, 's Gravenstraat 14 te Roeselare om 19u 30 € 5 inr vzw Z.O.O.M 0479/881255 voor 20 u

Maar laat mij duidelijk zijn: wanneer de opvoedingsvraag bij een ontwikkelingsbedreigd kind (zoals ADHD) zo bijzonder is, dan is hulp wenselijk ­ zelfs noodzakelijk. Dan is het voor ieder ouder bijzonder moeilijk om alleen alle hindernissen of drijfhout te vermijden. Want soms is gezond verstand alleen niet genoeg! Jan

Aan(ge)dacht nummer 16 september 2006:

Jan Vanthomme

aangedacht@skynet.be

1


* dinsdag 10 oktober 2006 Leuker Leren Caroline Van Vlierberghe Hogeschool WestVlaanderen Brugge 20u € 4,5 niet leden Org. Sprankel. * donderdag 12 oktober ‘06 Gespreksavond voor ouders van adolescenten en jong volwassenen met ADHD 't Achterhuis, 's Gravenstraat 14 te Roeselare om 19u 30 € 5 inr vzw Z.O.O.M 0479/881255 voor 20 u * maandag 16 oktober ‘06 Leerproblemen bij kleuters? Hoe de signalen herkennen ? Prof . Dr. P. Ghesquière, hoogleraar KULeuven Centrum ten Berg , Halvemaanstraat 94, 9040 Sint­Amandsberg (Gent) 20u € 4,5 niet leden org. Sprankel * donderdag 9 november ‘06 Colloquium Zorgzaam Omgaan, vzw.: Hoe beleven

kinderen en jongeren met ADHD ~ ADD, hunouders en de ruime opvoedende omgeving deze ontwikkelingsstoornis van binnenuit? Locatie: Zaal 'Ten Elsberge', Mandellaan­Roeselare inschrijven via zorgzaamomgaan@zorgzaamo mgaan.com of 0479/881255 voor 20 u * donderdag 9 november ‘06 “ 10 stellingen over leerstoornissen” Prof. dr. Peter van Vugt Casino Koksijde Om 20 u org. Soroptimisten, Sprankel West­Vlaanderen en de Gezinsbond.

* maandag 27 november ‘06 * Dinsdag 28 november ‘06 * woensdag 29 november‘ 06 Workshop REFLECTO

’leren leren’ volgens Gagné inlichtingen :www.cebco.be

BOEK Wout is op zijn minst een moeilijke jongen. De ochtendrust wordt de ouders niet gegund. En daarna stapelen

I nhoud · Naar aanleiding van een bijdrage over melatonine in onze vorige nieuwsbrief kregen we een vraag van een lezer. ”Mijn zoon neemt Rilatine MR maar hij heeft nogal wat bijwerkingen. En hij kan ook niet zonder medicatie. Ik heb hem 2 weken zonder medicatie naar school gestuurd en ik kreeg al reactie van de leraars met de vraag hem terug Rilatine te geven. Hebben jullie ervaring met patiënten die melatonine nemen ?” We zochten wat info…

· Op 12 mei 2006 vierde Dagcentrum De Trompet hun 15 de verjaardag ze deden dit met een dag rond ADHD. Een kort verslag volgt in de tweede bijdrage van deze nieuwsbrief. · Bij het begin van het nieuwe schooljaar is het goed van de leerkracht op de hoogte te brengen dat jullie zoon/dochter ADHD heeft. Je mag er immers niet altijd van uitgaan dat de info die het jaar ervoor gegeven werd zomaar bij de nieuwe leerkracht terecht komt. Het zou niet mogen, maar de realiteit is soms anders. De brief die hierbij aansluit kan misschien van enig nut zijn. · Eindigen doen we met een (wat ingekort) persbericht van Vlaams Minister van Welzijn Inge Vervotte. Een lovenswaardig initiatief.

Enkele berichten Ouderavonden rond ADHD. Het samen rond tafel zitten met andere ouders die een kind of jongere hebben met ADHD kan deugd doen. Daarom organiseren vzw Z.O.O.M. twee dergelijke avonden. Enkel wie vooraf inschrijft kan deelnemen. Misschien zien we elkaar daar? Inschrijven kan via aangedacht@skynet.be of zorgzaamomgaan@zorgzaamomgaan.com of telefoneren voor 20u naar 0479/881255 Locatie: 't Achterhuis, 's Gravenstraat, 14 te Roeselare (nabij H.­Hart­Kerk). · 05/10/2006: 19h30, doelpubliek ouders van kinderen met ADHD Praatavond. Begeleiding: Peter Glorieux en Jan Vanthomme · 12/10/2006: 19h30, doelpubliek: ouders van adolescenten en jongvolwassenen met ADHD Praatavond. Begeleiding: Martijn en Peter Glorieux. Colloquium Zorgzaam Omgaan, vzw.:

Hoe beleven kinderen en jongeren met ADHD ~ ADD, hun ouders en de ruime opvoedende omgeving deze ontwikkelingsstoornis van binnenuit? · Wanneer? Donderdag 09/11/2006, 19h30. · Locatie: Zaal 'Ten Elsberge', Mandellaan­Roeselare. · Voor wie?: Ouders, leerkrachten, hulpverleners en alle belangstellenden die zich over ADHD ~ADD willen informeren. · Organisatie: Zorgzaam Omgaan, vzw. · Met medewerking van: Peter Glorieux, auteur van ‘Gevraagd: Superouders’, Jan Vanthomme, logopedist en Martijn Glorieux. ·Verzoek uw deelname vooraf te melden via: zorgzaamomgaan@zorgzaamomgaan.com of 0479/881255 voor 20 u

Aan(ge)dacht nummer 16 september 2006:

Jan Vanthomme

aangedacht@skynet.be

2


de problemen zich op. Wout verliest zichzelf in elke prikkel die hem uitdaagt. Zelf Flurk de poes moet het ontgelden. Tot papa opstaat en de chaos ziet ’s morgens om 5 uur. Wout zit nu ook alles. “Ik heb het niet gedaan” zegt hij zacht. “ Het was de leeuw.” De leeuw in Wout! Samen gaan ze een leeuwentemmer zoeken. En hier mee eindigt het boek. Voor jonge kinderen die vrij hyperactief zijn is dit een herkenbaar verhaal. Dit boek kan dan ook een aanzet zijn om bij oudere kleuters en kinderen uit het eerste leerjaar een gesprek te starten over hun gedrag. Het beeld van de leeuw laat hen op een kinderlijke wijze toe om de gevoelens te verwoorden die gepaard gaan met hun rusteloosheid. Als je dan ook nog het kind zover kan krijgen dat hij zijn eigen leeuwentemmer wordt, is dit helemaal een succesverhaal.

Hoe wer kt Strattera? Strattera ® (stofnaam Atomoxetine) komt eind september op de Belgische markt. Het lijkt eerder op een antidepressiva en werkt 24 u..Strattera werkt niet onmiddellijk maar pas na 2­3 weken met 1 dosis per dag. Het is dus geen stimulerend middel zoals Rilatine of Concerta. Het helpt het verminderen van de kernsymptomen van ADHD. Strattera werkt eerder op het afremmen van het terugopnemen van noradrenaline (een neurotransmitter zoals dopamine ). Je krijgt geen kick gevoel met Strattera omdat het niet inwerkt op die gebieden (nucleus accumbens). Strattera werkt vooral op de voorste delen van de hersenen die instaan voor de remming en sturing van het gedrag. De prijs zal vermoedelijk rond de € 80 liggen en wordt niet terugbetaald. Later meer daarover… Geboorteperikelen en overbewegelijkheid? Deense onderzoekers toonden aan dat baby’s geboren voor 34 weken tot drie maal meer kans hebben op hyperkinetische stoornissen/ADHD. Kindjes geboren tussen 34 en 36 weken hebben tweemaal meer kans. Kinderen met een laag geboortegewicht (tussen 1500 gr en 2500 gr.) hebben tot een 2 x meer risico. In de groep met ADHD waren 90 % jongens. Dr. Linnet verklaart dit door de trage ontwikkeling van het dopaminesysteem tijdens de zwangerschap bij jongens waardoor er dus een langere kwetsbare periode bestaat.

Het stond in de krant : kinderpsychiater W VDB dient klacht in tegen apotheker Haesbrouck. In de vorige nieuwsbrief hadden we duidelijke kritiek op die apotheker. We willen hier onze onvolledige steun betuigen aan deze dokter. Zijn reactie getuigt niet alleen van zelfr espect maar ook van respect voor de ouders van kinder en met ADHD die het gezwans van deze Dit boek hoort bij elke therapeut apotheker best kunnen missen. thuis maar ook ouders van jonge kinderen kunnen daar op weg mee. De uitleg achteraan het boek verklaart wat ADHD betekent en kadert het verhaal van Wout in dit verband. Wat jammer genoeg ontbreekt zijn enkele suggesties naar verwerking toe. De tekeningen zijn mooi levendig en spreken kinderen aan. Bovendien werd de achtergrond wit gehouden wat de aandacht beter richt! “ Er zit en leeuw in mij” van Kristien Dieltiens en Marijke Klompmaker uitgeverij Clavis

Aan(ge)dacht nummer 16 september 2006:

Jan Vanthomme

aangedacht@skynet.be

3


Melatonine Uit verscheidene onderzoeken blijkt dat slaapstoornissen ook een invloed hebben op het eetgedrag. Mensen met slaapstoornissen zouden een grotere neiging hebben voor zwaarlijvigheid. Wie in de knoop zit met zijn biologisch ritme ervaart dus niet alleen een ander slaappatroon, een verschuiving van het hongergevoel maar ook een wijziging van het ritme voor plassen en stoelgang maar ook de cyclus van de lichaamstemperatuur wordt anders. Veel heeft te maken met Melatonine , een hormoon dat ’s nachts geproduceerd wordt. Melatonine toedienen blijkt bij blinden een gunstig effect te hebben op het normaliseren van hun slaappatroon. 1 Want juist bij een deel van die personen loopt de biologische klok niet synchroon met de rest van de wereld. Hiermee blijkt Melatonine dus wel te werken.! Maar is dit nu zinvol bij ADHD. Een rondvraag bij enkele artsen gaf geen uitsluitsel. Melatonine bij ADHD werd nog niet toegediend ook niet als er sprake was van (in)slaapproblemen. Men ging eerder een derde dosis toedienen of de dosering verminderen. In Pediatric Clinics of North America beschrijft Dokter Anna Baumgaertel enkele alternatieven en controversele behandelingen voor ADHD. 2 In het onderdeel antioxidanten heeft ze het ook over Melatonine. Wij citeren haar (in vertaling) “ Melatonine is een krachtig antioxidant 3 met

immunologische en zenuwbeschermend effect. Het blijkt geen enkele rol te spelen in de behandeling van de kernsymptomen van ADHD 4 Maar is bewezen als middel bij het behandelen van slaapritmestoornissen bij kinderen met variëteiten van neuro­ontwikkelingsstoornissen , zoals ADHD. Een dosering van 0.5 tot 3 mg wordt gewoonlijk aanbevolen.” In een medisch tijdschrift van dit jaar stond een verslag over een onderzoek naar slaaphygiëne en Melatonine bij kinderen met ADHD die stimulerende middelen namen. We geven hier een samenvatting. 5 Zevenentwintig kinderen tussen de 6 en 14 jaar met ADHD die stimulerende middelen namen en inslaapproblemen kenden (meer dan 1 uur wakker liggen), kregen een begeleiding via een betere slaaphygiëne. De kinderen die onvoldoende reageerden kregen een behandeling van 30 dagen met Melatonine. De kinderen wisten niet of ze effectief het medicament kregen of een placebo (nepmedicament). Het resultaat was een duidelijke verbetering van 16 minuten minder wakker liggen in vergelijking met de kinderen die geen Melatonine kregen. Bovendien waren de nevenwerkingen beperkt. Er werd ook een gecombineerde aanpak voorgesteld waarbij naast Melatonine ook aan de slaaphygiëne werd gewerkt. In vergelijking met het aanvangsniveau en 90 dagen na het experiment bleek er een verbetering van maar liefst 60 minuten te zijn! Belangrijk om weten is dat alhoewel de (in)slaapstoornissen verbeterden, de kernsymptomen van ADHD niet verminderden. Conclusie : een combinatie van slaaphygiëne en Melatonine is een veilig en effectief middel tegen inslaapproblemen bij kinderen met ADHD die stimulerende middelen nemen. Wij voegen er nog aan toe dat Melatonine geen goed middel is tegen ADHD. We willen hier toch een opmerking van een psychiater toevoegen; die stelde dat bij een combinatie van medicamenten bij een persoon met ADHD men steeds waakzaam moet zijn. Mensen kunnen heel verscheiden reageren op medicatie (denk maar aan bepaalde hoestsiropen die bij de één slaperigheid veroorzaken en bij een ander voor gejaagdheid zorgen). Het combineren van Rilatine met andere vormen van medicatie (zelfs kruiden) kunnen extra verschijnselen veroorzaken. Het roken van een jointje is op zich al niet zo onschuldig ondanks wat sommigen ook beweren (politici incluis!?) en samen met Rilatine is dit zeker af te raden. Daarom raden wij iedere ouder aan zelf niet zomaar te exper imenter en met aller lei kr uiden naast de gewone medicatie voor ADHD. In het geval van Melatonine dit enkel maar te doen in samenspraak met de behandelende arts, ook al kan je Melatonine in de natuurwinkel aanschaffen (in Nederland toch). Tevens bij het innemen van een hoestsiroop zouden wij het gedrag van het kind in het oog houden . Ben je bezorgd? Raadpleeg je huisarts! 1

The New England Journal of Medecine (2000;343:1070­7) Volume 46 nummer 5 oktober 1999 pagina 986­987 3 Oxidanten zijn 4 Aandachtsstoornissen impulsiviteit en hyperactiviteit 2

5

J Am Acad Child Adolesc Psychiatry. 2006 May;45(5):512­9”Sleep hygiene and melatonin treatment for children and adolescents with ADHD and initial insomnia.” Weiss MD, Wasdell MB, Bomben MM, Rea KJ, Freeman RD

Aan(ge)dacht nummer 16 september 2006:

Jan Vanthomme

aangedacht@skynet.be

4


Ver slag Symposium De Tr ompet. Vanuit de Dienst Bijzondere Jeugdzorg zijn er tal van initiatieven die instaan voor de begeleiding van kinderen en jongeren met een problematische opvoedingsituatie. Zo verzorgt het Dagcentrum “ De Trompet” in Roeselare een buiten schoolse opvang voor lagere schoolkinderen. Dit jaar bestaan ze 15 jaar en ze wensten dit te vieren met een symposium rond ADHD. Alhoewel stilaan iedere burger zich een idee gevormd heeft rond ADHD, blijft het zinvol om deskundigen daarover te laten communiceren. Daarbij moet men natuurlijk a) de deskundigen aanspreken b) hem/haar op de hoogte brengen van de medesprekers c) zich als organisator discreet opstellen. Jammer maar de organisatie en meer bepaald Dhr. Danhieux heeft het verknald. Voor eerst bleken de sprekers niet op de hoogte te zijn van elkaars aanwezigheid. Ten tweede was er naast twee academici en twee ervaringsdeskundigen nog een vijfde spreker die nog maar sinds 2003 over ADHD had gehoord (zoals hij zelf meedeelde!). Bovendien bleek deze persoon er niet voor terug te schrikken om halve waarheden en onjuistheden rond te strooien waardoor hij bij ondergetekende luisteraar een zeker medelijden opwekte temeer hij elk oogcontact met het publiek vermeed. Zijn vrouw constateerde drie jaar terug dat haar Ferdinand ADHD had en zo meende hij het licht te zien! Zijn vrouw –de brave ziel­ was wellicht niet in staat om de differentiaal diagnose te maken tussen ADHD en autisme want dit laatste is ontegensprekelijk kenmerkend voor deze vijfde spreker uit het gezelschap. Ten derde bleek al van bij het binnenkomen dat we hier te maken hadden met een spelletje dat de organisatoren hadden bedacht. Relativientjes werden ons aangeboden in de vorm van tic­tac waarbij in de inleiding verduidelijkt werd dat dit wees op het overdreven voorschrijfgedrag van Rilatine ® . In het dagcentrum namen de kinderen naschools nooit geen Rilatine (werd gezegd) Men suggereerde dat wie als ouder wel Rilatine ® gaf blijkbaar verkeerd bezig was. Wat een lef en tekort aan respect voor de ouders!!! Dit tekort aan respect bleek uit de folder waarmee de professionelen werden uitgenodigd. Men poneerde daar enkele stellingen die zogezegd van de sprekers kwamen en waarmee een polemiek werd uitgelokt. Wat wilde men daar in godsnaam mee bereiken? Is dit de manier om ouders zekerheden aan te bieden in de opvoeding van hun kinderen? Als dan ook nog blijkt dat men de sprekers foutief citeert en uitspraken in de mond wil leggen die zij niet deden; dan verdwijnt elke geloofwaardigheid. Je moet het maar aandurven om een erudiet persoon als Prof. Danckaerts aan te kondigen met valse beweringen van haar!!!! Over de inhoud van dit symposium willen we het enkel hebben over de lezing van Pr of Danckaer ts. In een eerste schema had ze het over de te simplistische gedachte dat een stoornis leidt tot een functiedeficit en dat de oorzaak biologisch is. Zo eenvoudig loopt het schema’stoornis ­> tekort’ niet. Genetische invloed. ADHD is een conglomeraat ( een geheel) van gedragsbeschrijvingen. Daarom bestaat hèt ADHD kind niet! Ze haalde wel aan dat 65 tot 91 % van de verschillen in de gedragingen bij ADHD genetisch bepaald wordt. (2005 Taylor) Hoe weet je nu dat er een genetische invloed is? Het antwoord wordt ondermeer gevonden via tweelingonderzoek Genetisch Omgeving 6 concordantie 7 Identieke tweelingen 100% 100% > Niet ­identiek 50 % 100% > In dit onderzoek gaat het om 10 000 tweelingenparen. We zien hier grosso modo een gelijke omgeving. De erfelijkheidscoëfficiënt varieert tussen 61 en 90 % .Aangezien bij idenetieke tweelingen

6 7

Hier wordt ook de baarmoeder beschouwd en d invloed van bijv. roken , stress … Studie van het gedrag en hoe gelijk het is

Aan(ge)dacht nummer 16 september 2006:

Jan Vanthomme

aangedacht@skynet.be

5


de gedragingen veel meer op elkaar lijken dan bij niet­identieke betekent dit dat de genetische factor wel degelijke een invloed speelt. Als we kijken naar andere stoornissen betekent dit dat de erfelijke factor bij ADHD hoger is dan bij intelligentie! Maar minder dan bij autisme waar de erfelijkheid nog hoger ligt. Hieronder vind je een rangschikking volgens erfelijkheid: ·Autisme 90 % ·Schizofrenie 75 % ·ADHD 75 % ·IQ 60% ·Depressie 40% ·Angst 30% Ook andere onderzoeken tonen aan dat er naast erfelijkheid sprake is van een genetische aandoening. Je wordt er als het ware mee geboren (niet noodzakelijk geërfd). Maar ook hier mogen we niet te simplistisch gaan redeneren. Het is niet zo dat één gen verantwoordelijk is voor ADHD. Verschillenden genen en hun defecte of vervormingen kunnen een rol spellen. Vooral de genen die verantwoordelijk zijn voor de neurotransmitters ( stoffen in de hersenen die informatie doorgegeven) zijn belangrijk. Maar één gendefect is slechts in beperkte mate verantwoordelijk voor het ADHD gedrag, dikwijls alleen voor impulsiviteit maar niet voor de hyperactiviteit bijv. Naast de genen speelt ook de omgeving een rol. Omgeving: We onderscheiden hier twee aspecten. Biologisch ð Maatschappelijk ð Biologisch: Pre/perinatale risico: roken, alcohol, druggebruik, stress tijdens de zwangerschap kunnen aanleiding geven tot ADHD. Want tijdens de zwangerschap wordt 90% van de hersenen aangemaakt. Prematuriteit Laag geboortegewicht ð Zuurstof tekort ð Biologische risicofactoren: Hersenbeschadiging (infecties/trauma’s) Voedingsallergie (5%): En bij dit laatste staat op plaats 1 citrusvruchten 2 chocolade 3. kleurstoffen 4 bewaarmiddelen 5 meelspijzen.

Waarom zien we dan niet bij ieder kind waarvan de moeder tijdens de zwangerschap rookte ADHD gedrag? Wel de invloed van die omgevingsfactoren wordt eigenlijk bepaald door de genen. Het kind wordt namelijk door minder gunstige omgevingsfactoren kwetsbaarder voor de invloed en de gevolgen van een genetisch mankement. Dus of een kind ­als gevolg van de alcohol van moeder tijdens de zwangerschap­ ADHD gedrag vertoont is niet enkel afhankelijk van de hoeveelheid alcohol maar vooral door zijn reactie op die alcohol en die reactie is genetisch bepaald. Maatschappelijk Ø Leefgewoontes: o Stress o Prestatiedruk niet bewezen o Gesloten ruimten Ø Voedingsgewoonten: o Invloed kleurstoffen : studie in Engeland onder meer met placebo (nepkleurstoffen) gaf een lichte stijging aan van de ADHD kenmerken. Men bekeek de reacties van kinderen die een periode kleurstoffen kregen en een periode niet. Men wist niet wat ze kregen. Men stelde bij het innemen van kleurstoffen een lichte stijging van de ADHD kenmerken.

Aan(ge)dacht nummer 16 september 2006:

Jan Vanthomme

aangedacht@skynet.be

6


o Tekort aan poly­onverzadigde vetten: (denk maar aan visolie en omga 3 …) is niet bewezen Ø Psycho­sociale invloeden: o Ernstige verwaarlozing – institutionalisering op vroege leeftijd. We zien meer ADHD­gedrag maar is dat het gevolg van die verwaarlozing of is dit door de genetische achtergrond van die kinderen (Wat is de kip of het ei?) o Opvoeding: “Wat zie je in gezinnen met kinderen met ADHD tov andere gezinnen. § Meer negativiteit­ straffen § Minder positiviteit § Minder probleemoplossingsvaardig § Meer ouder­kind conflicten § Meer partnerconflicten § Meer instabiliteit , meer psychiatrische problematieken. Van deze opvoedingskenmerken werd bewezen dat zij het gevolg zijn van ADHD en een risicofactor vormen voor gedragsstoornissen. Er bestaat maar weinig bewijs dat opvoeding oorzaak zou zijn voor ADHD. Wel is het zo dat er 25 % kans bestaat bij ADHD dat er in de eerste graad ook ADHD voorkomt. ADHD is een samenspel tussen genen en omgeving. Zo vader zo zoon, zo zoon zo vader! Een kind met een genetische aanleg voor ADHD heeft een hogere kans om in een niet ­ optimale omgeving op te groeien.

(ed) Door de grote erfelijke belasting bestaat de kans dat een kind met ADHD een ouder heeft met dezelfde problematiek. Wie als ouder net zoveel last heeft met regels, structuur, te impulsief is en graag de kick opzoekt …zal met zo’n houding geen of moeilijk een gepast antwoord kunnen bieden aan de opvoedingsvraag die een kind met ADHD stelt. Je zou het ook zo kunnen zien: Als een kind in zekere mate de kenmerken vertoont van ADHD (een zekere aanleg heeft) maar een consequente­ gestructureerde en warme opvoeding geniet dan zou het ADHD­beeld beperkt kunnen blijven. Helaas bestaat ook de omgekeerde redenering. Een milde vorm van ADHD kan door een “ verkeerde” opvoeding uitgroeien tot een ernstige vorm waarbij de kans dat de secundaire gevolgen groter zijn toeneemt. We denken daarbij aan een laag zelfbeeld, depressie en allerlei gedragsstoornissen. Maar wat hier gezegd wordt over opvoeding geldt even goed voor andere aspecten uit de omgeving. Neem nu roken! Een moeder die rookt (of meerookt) tijdens haar zwangerschap zorgt voor een baarmoeder waarin een ADHD kiem zich kan ontwikkelen. Prof Danckaerts liet duidelijk verstaan dat ADHD niet veroorzaakt wordt door een opvoedingsfalen. ADHD heeft wel te maken met essentiële eigenschappen die met een normale variatie in de bevolking voorkomen. Dus iedereen is wel wat verschillend qua impulsiviteit , hyperactiviteit of aandacht. Maar wanneer het te extreem wordt zijn er problemen ­ wordt de ontwikkeling bedreigd. Zo stelt men nu dat er ongeveer 5 % ADHD voorkomt in onze bevolkingsgroep. Wanneer we nu spreken van ADHD of niet is eigenlijk een stuk maatschappelijk bepaald. En dus nu ligt de afkaping waar we spreken van ADHD op 5% ! Tenslotte had Prof. Danckaerts het over de Europese richtlijnen (die bestaan sinds 2004) rond onderzoek en begeleiding van ADHD. Zo is het belangrijk dat ouders correcte info krijgen over ADHD. Binnen de oudercursussen die zij organiseert spendeert men daar 3 u aan. Deze info wordt ook wel psycho­educatie genoemd. In dit verband willen we hier nog toevoegen dat dit niet alleen op niveau van de ouders moet gebeuren maar dat tevens het kind zelf en in sommige gevallen ook de klasgenoten geïnformeerd moeten worden. Zo werkten we met vzw ZOOM een klassengesprek­model uit waarbij naast info ook een aanzet gegeven wordt om een zorgzame klas te installeren. Een basistekst over dit model kan aangevraagd wordt via de website www.peterglorieux.be

Aan(ge)dacht nummer 16 september 2006:

Jan Vanthomme

aangedacht@skynet.be

7


Voor diegene die mijn kind onderwijst. 8

Beste leerkracht:

Mijn kind kreeg de diagnose ADHD na een grondig onderzoek. Als ouder verwacht ik dat mijn kind zich op een goede manier gedraagt zowel op school als ergens anders. Toch moet ik erkennen dat bepaalde gedragingen die zo kenmerkend zijn voor ADHD ook bij ons kind voorkomt. Sommige van die gedragingen zijn niet gepast en onverwacht maar ze zijn daarom niet noodzakelijk onaanvaardbaar of “slecht”. Ze gedragen zich gewoon anders. De leerstijl van ons kind is ook anders dan bij andere kinderen uit de klas. Opnieuw is dit niet noodzakelijk een “slecht “iets ; het is gewoon anders. Alstublieft hou rekening met die verschillen terwijl je ons kind onderwijst. Wijs hem/haar terecht als het nodig is maar pas je zelf aan en aanvaard dit verschil als het kan. We voegen graag enkele tips toe die de omgang met ons kind kan vergemakkelijken. Aarzel niet om ons te contacteren indien je vragen hebt of er zich problemen voordoen. Met oprechte dank

De ouder(s) van

8

Vertaald uit ADDitude­ magazine : augustus­ september 2006

Aan(ge)dacht nummer 16 september 2006:

Jan Vanthomme

aangedacht@skynet.be

8


Omdat mijn kind ADHD heeft kan je misschien volgend gedrag verwachten. Lichamelijke gedrag: · · · ·

Frutselen wriemelen of voortdurend in beweging zijn. Onhandigheid Valt vaak Botst tegen andere kinderen of tegen voorwerpen in klas.

Klasgedrag: · · · · · · · · ·

Luister misschien niet naar opdrachten. Begint te werken zonder de opdracht af te wachten of volledig te luisteren. Slordig handschrift Verliest papieren, potloden en ander materiaal. Zal meer dan de andere leerlingen naar jouw lessenaar komen. Zal dikwijls vragen stellen die niet met het onderwerp van de les te maken heeft. Zal onverwachte antwoorden geven op vragen. Zal misschien als eerst een werk of toets indienen maar van een bedenkelijke kwaliteit. Zal soms “hyperfocussen” op een onderwerp en zich daarop fixeren. (overdreven aandacht hebben )

Sociaal gedrag: · · · · · ·

Heeft de neiging de baas te willen spleen over ander kinderen. Heeft de neiging of overdreven te reageren op wat als “oneerlijk” wordt ervaren. Onderbreekt anderen in gesprekken Is opdringerig in spelletjes of ander activiteiten. Moeite om in een rij te wachten. Houdt geen rekening met anderen of gaat gewoon weg tijdens een gesprek.

Emotioneel gedrag: · · · ·

Plotse en soms hevige gemoedswisselingen. Gevoelig en vlug gekwetst. Snel gefrustreerd. Reageert overdreven op een standje of kritiek.

Andere gedragingen. · · ·

Kan er slonzig uitzien zelfs al komt hij/zij pas uit bad. (Als ouders doen we echt ons best!) Dikwijls in gedachten verzonken. Kan in zich zelf praten met stille lipbewegingen.

Aan(ge)dacht nummer 16 september 2006:

Jan Vanthomme

aangedacht@skynet.be

9


Aanbevelingen binnen de klas om een kind met ADHD te helpen. Wanneer je dit gedrag merkt:

Probeer dit even!

Plaats in de klas Snel afgeleid door wat er in klas gebeurt of wat door het venster te zien is. Misdraagt zich om negatieve aandacht te winnen. Is zich niet bewust van de ruimte die hij inneemt. Hij reikt naar andere banken om te praten of raakt andere kinderen aan.

Zet de leerling vooraan, weg van de afleidende prikkels. 9 Zet de leerling met ADHD naast een voorbeeldleerling. Vergroot de ruimte tussen de banken.

Opdrachten Is niet in staat een opdracht binnen de tijd af te werken. Begint goed met een opdracht maar de kwaliteit daalt duidelijk naar het einde toe. Heeft moeite om instructies op te volgen.

10

Geef extra tijd.

Splits lange opdrachten op in kleinere onderdelen. Koppel geschreven opdrachten aan gesproken opdrachten.

Afleidbaarheid Is niet in staat om klasgesprekken te volgen of notie te maken.

Klaagt dat lessen “vervelend” zijn.

Is vlug afgeleid.

Geeft zijn werk in met veel verstrooifouten.

Voorzie hulp van een medeleerling bij het noteren en stel de leerling vragen tijdens de klasgesprekken om hem aan te moedigen deel te nemen aan de discussies. Zoek naar middelen om de leerling te betrekken in de lesuitvoering. (bijv. computer bedienen, kaart vasthouden…) Spreek met de leerling een persoonlijk teken af dat hem eraan herinnert aandachtig te zijn. (bijv. de leerkracht wrijft over zijn neus ­ de leerling weet dat hij moet opletten). Laat de leerling om de vijf minuten zijn/haar taak inbrengen om te checken of hij/zij “goed” bezig is. 11

Gedrag Is voortdurend bezig om aandacht te krijgen.

Slaagt er niet in om “het waarom” van de les te zien. Antwoordt zonder zijn beurt af te wachten of onderbreekt anderen.

Heeft nood aan versterking , bevestiging.

Heeft behoefte aan hulp op lange termijn om gedrag te verbeteren.

Negeer minder belangrijk onaangepast gedrag (bijv. zit met zijn been te wiebelen zonder dat andere leerlingen er last van hebben). Beloon sneller goed gedrag. Laat enkel antwoorden toe wanneer de hand werd opgestoken. Werk met een stoplicht waarbij enkel een hand mag opgestoken worden nadat het licht op groen stond (een kaart of een stopbord). Werk rond één gedragsaspect dat haalbaar is voor de leerling en rapporteer dagelijks, wekelijks naar de ouders (liefst zo positief mogelijk). Werk met een gedragscontract (zie punt hierboven).

9

Deze maatregel is vrij goed gekend maar werkt niet altijd. Sommige kinderen zoeken juist prikkels op om hun aandacht levendig te houden. Wanneer ze geen prikkels meer krijgen gaan ze zelf op zoek en de goed bedoelde maatregel zorgt voor nog meer rusteloos gedrag. Het vooraan zitten werkt soms tegenovergesteld. Ze zien nu niet meer wat er gebeurt en willen voortdurend achter zich kijken. Soms is het beter van de leerling achteraan de klas te plaatsen weliswaar weg van het venster ­ en liefst alleen. 10 Veel zal afhangen van de andere problemen die de ADHD in veel gevallen begeleiden; zoals een leerstoornis. 11 Dit laatst is ook goed om de aandacht levendig te houden.

Aan(ge)dacht nummer 16 september 2006:

Jan Vanthomme

aangedacht@skynet.be

10


Organiseren/plannen Houdt moeilijk papieren bij of in de juiste volgorde.

Werk met een kaft van de dag waarbij alle papieren van die dag in gestopt worden. Thuis ondersteunen de ouders de leerling om de bladen in de juiste kaft op te bergen. Gebruik voor ieder vak duidelijk verschillend kaftpapier of breng een kleur aan. Dit kleur breng je ook aan op de kalender zodat hij/zij ziet welke vakken die dag nodig zijn. Controleer de agenda of de taak goed (leesbaar) ingeschreven werd. Laat de ouders dagelijks de agenda ondertekenen. Stel een tweede exemplaar ter beschikking voor de ouders.

Heeft moeite om huiswerk te onthouden.

Verliest (vergeet) boeken.

Onrust Heeft behoefte om rond te lopen.

Heeft moeite om langere tijd de aandacht scherp te houden.

Laat de leerling een boodschap doen. Laat hem even rondlopen in gecontroleerde omstandigheden bijv. na een ½ u en op teken van de leerkracht! Laat het jonge kind eventueel even rechtstaan als dit kan. Voorzie korte pauzes tussen de opdrachten. Of wissel de activiteiten wat vlugger af.

Stemming/Sociaal gedrag Aangepast sociaal gedrag is twijfelachtig.

Bepaal doelstellingen naar sociaal gedrag toe, in samenspraak met de leerling en voer een beloningssysteem in. Moedig het samenwerken aan door met duo’s te Werkt niet goed samen met andere leerlingen. werken vooraleer met grotere groepen te werken. Laat de leerlingen onder elkaar afspraken maken ( en ze noteren) wie wat doet en controleer dit in het begin. Wordt niet aanvaard door de klasgenoten. Wijs het kind bepaalde (haalbare) verantwoordelijkheden toe in bijzijn van de andere klasgenoten. Ga na of een klassengesprek door een buitenstaander (CLB­ medewerker, zoco …) over ADHD wenselijk is. 12 Beloon regelmatig positief gedrag. Geen Heeft een laag zelfbeeld. materiële beloning wel een compliment of een activiteitsbeloning. Maak ook duidelijk waarom je beloont en hoe het vroeger ging. Als het over een handelingsproces gaat laat dan weten waarom het resultaat goed is zodat het kind bevestigd wordt in zijn positieve oplossingsgedrag. Geef het kind verantwoordelijkheid: uiteraard voor zaken waarvan je weet dat het dit aankan! Ziet er eenzaam en teruggetrokken uit. Zet het kind aan tot contact. Schakel een ander kind in die poogt hij/zij te betrekken. Plan groepsactiviteiten onder jouw leiding. Is snel gefrustreerd , voelt zich snel verongelijkt. Maak duidelijk ­op een rustige wijze­ waarom iets niet kan maar ga niet in discussie. Bevestig vaak positief gedrag en goed werk. Maakt zich snel kwaad. Zet het kind aan om situaties, die hem kwaad maken te verlaten en laat hem over zijn kwaadheid praten (als hij/zij gekalmeerd is) maar maak ook duidelijk welke reacties op zijn kwaadheid kunnen en niet kunnen! Vertaald en bewerkt door Jan Vanthomme van A Teacher’s “Quick List” van Bob Seay 12

Zie daarvoor ZOKLA ‘zorgzame klas’ op de website www.peterglorieux.be

Aan(ge)dacht nummer 16 september 2006:

Jan Vanthomme

aangedacht@skynet.be

11


Een bericht van de Vlaamse Minister Inge Vervotte: Hoe vroeger ouders ondersteund worden in het opvoedingsproces, hoe meer opvoedings­, gedrags­ en emotionele problemen bij hun kinderen op langere termijn kunnen vermeden worden. Hoe vroeger de info geraadpleegd wordt, hoe vroeger met de adviezen wordt geëxperimenteerd. Hoe vroeger men beroep doet op de nodige hulpverlening, hoe meer kans op een positief resultaat. Als we de preventie uitbouwen, dan komen minder jongeren later terecht in de jeugdhulpverlening. Vanaf september start in Antwerpen het proefproject rond Triple P /positief ouderschap, dat 500 hulpverleners traint. Daarnaast zal het decreet opvoedingsondersteuning het huidige aanbod opvoedingsondersteuning transparanter en dichter bij de ouders brengen. Er wordt ook jaarlijks een week van de opvoeding georganiseerd, zodat opvoeding blijvend op de politieke en maatschappelijke agenda geplaatst wordt. Triple P gaat uit van positief ouderschap Positief ouderschap betekent een relatie en communicatie tussen ouders en kinderen best uitbouwen vanuit een positieve kijk. Een dergelijke open communicatie is cruciaal. Ze zorgt ervoor dat kinderen minder snel in een problematische opvoedingssituatie belandden. ·De Vereniging voor Alcohol ? en andere Druggproblemen (V.A.D.) gaf al eerder aan dat een goede ouder­kind relatie een positieve invloed heeft op het uitstellen en ontmoedigen van het eerste alcohol­, tabak­ en cannabisgebruik en het risico op misbruik van middelen vermindert (NIDA, 2003 en Duncan et al, 1995) ·Een goede relatie tussen ouders en kind vormt ook een belangrijke buffer, want leidt tot een grotere weerstand tegen de druk van leeftijdsgenoten (Farell & White, 1998) Vijf principes van positief ouderschap (zoals benoemd in Triple P) Positief ouderschap werd in een afgelijnd programma gegoten (Triple P­programma ofwel Positive Parenting Program) door Matt Sanders. 1. Creëren van een veilige leefomgeving. 2. Een positieve, stimulerende omgeving, zodat kinderen geprikkeld zijn om hun mogelijkheden te ontdekken. 3. Een adequate discipline hanteren: duidelijke regels en afspraken met een consistente en voorspelbare aanpak 4. Realistische verwachtingen hebben over je kinderen. 5. Voor jezelf zorgen als ouder: de batterijen af en toe opladen. De 5 principes zijn universele principes, waarvan wetenschappelijk erkend worden dat ze belangrijk zijn bij de opvoeding. Niet elke ouder zal op dezelfde manier zijn kind stimuleren, niet elke ouders zal op dezelfde manier regels en afspraken maken, maar het is wel belangrijk dat deze verschillende aspecten aanwezig zijn in het opvoedingsproces, in dialoog met de kinderen. Wat zijn de effecten op ouders en kinderen? Kinderen ontwikkelen sociale en persoonlijke vaardigheden, waarmee ze weerbaarder zijn als een crisissituatie zich voordoet (kindermishandeling, echtscheiding,?) Ze leren ook nee te zeggen tegen negatieve groepsdruk, criminaliteit en verslavingen. Ouders leren hoe ze grenzen stellen consequent handelen als hun kinderen die overtreden. Zo kunnen ze bvb vroegtijdig antisociaal gedrag (agressie, pestgedrag) van hun kinderen herkennen en tegengaan. Ze hebben meer vertrouwen in hun eigen rol als opvoeder en zijn minder gestresseerd. Vlaams minister van Welzijn Vervotte wil de 5 principes uit het Triple P­programma lanceren als basisprincipes voor opvoedingsondersteuning in Vlaanderen. Voor meer informatie kunt u terecht bij: Dhr. Hans Seeuws, woordvoerder van minister Vervotte Tel.: 02­552 64 00 Gsm: 0476­32 30 30 E­mail: persdienst.vervotte@vlaanderen.be

Aan(ge)dacht nummer 16 september 2006:

Jan Vanthomme

aangedacht@skynet.be

12


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.