
4 minute read
Noor Huurman: “We wielrennen jaarlijks 100 km voor fondsenwerving”
from WASz December 2023
by WASz
Noor Huurman doet onderzoek naar de behandelingen voor sinus pilonidalis. Ze is inmiddels al drie jaar werkzaam in een gecombineerde baan als arts-onderzoeker en arts-assistent chirurgie. Dat doet ze nog altijd met veel plezier. We vroegen Noor ons mee te nemen in haar onderzoek en in de praktijk van de combinatie van twee banen.
Hoe werk zo'n gecombineerde functie?
Gemiddeld werk ik drie weken als arts-assistent chirurgie om twee weken als arts-onderzoeker. In de praktijk is het niet zo zwart-wit in verband met diensten. Ook het onderzoek kan niet helemaal stilliggen. Tijdens mijn arts-assistent-weken zal ik daarom ook af en toe aan mijn onderzoek werken.
Wat is het doel van jouw onderzoek?
Mijn onderzoekstraject gaat over de etiologie, classificatie, behandeling en preventie van sinus pilonidalis, een haarnestcyste in de bilspleet [1]. Het doel is om verbeteringen te bereiken in de chirurgische zorg van deze aandoening. Inmiddels is dit uitgegroeid tot een promotietraject in het Erasmus MC. Dit doe ik onder supervisie van Robert Smeenk (chirurg in het ASz), Boudewijn Toorenvliet (chirurg in het Ikazia), Christel de Raaff (AIOS chirurgie ASz) en mijn promotor Bas Wijnhoven (chirurg in het Erasmus MC). Ons enthousiasme heeft geleid tot onder andere de oprichting van de PSD (Pilonidal Sinus Disease) Research Foundation (figuur 1) en het eerste Nederlandse sinus pilonidalis symposium ‘Get on track for the buttcrack’. In 2022 is de richtlijn sinus pilonidalis uitgekomen. Daarnaast wielrennen wij jaarlijks 100 km voor fondsenwerving (‘Ride for the Sinus’).
Wat is de meest geschikte behandeling voor sinus pilonidalis? Sinus pilonidalis geeft een grote ziektelast bij een veelal jonge patiëntenpopulatie. Per jaar worden in Nederland ongeveer 8000 operaties voor de behandeling ervan uitgevoerd [2]. Momenteel is niet duidelijk wat de meest optimale chirurgische behandeling is voor welk type sinus pilonidalis (simpel versus complex). Dit komt door een gebrek aan zowel gedegen vergelijkende studies als een universeel geaccepteerd en gevalideerd classificatiesysteem voor deze aandoening.
Met de PITS studie (n = 682) wilden we inzicht krijgen in de verschillende typen chirurgische behandelingen, de frequentie van de verschillende ingrepen en de uitkomsten hiervan bij sinus pilonidalis in Nederland. Er zijn grofweg vier chirurgische behandelingen van chronische sinus pilonidalis: minimaal invasieve technieken (MIT, 61,2%), excisie met secundaire wondgenezing (ESW, 25,9%), excisie met sluiten in de middenlijn (7,2%) en excisie met sluiten buiten de middenlijn (verschuivingsplastiek, 5,7%). De uitkomsten op korte termijn tonen aan dat het percentage wondgenezing hoger is na MIT ten opzichte van ESW (41,1% versus
28,6%). De tijd tot wondgenezing (zie figuur 2) en duur tot hervatten van dagelijkse activiteiten is korter na MIT ten opzichte van ESW. Complicaties zijn hoger na sluiten in de middenlijn (44,8%) ten opzichte van sluiten buiten de middenlijn (26,1%).
Onze systematische review over MIT (31 studies, n = 8100) toont aan dat de MIT-behandeling is geassocieerd met snel herstel en lage morbiditeit, maar hoge recidiefpercentages heeft [3]. Additionele technieken (endoscopisch, laser en fenolbehandeling) hebben hogere recidiefpercentages dan pit picking alleen. De recidiefpercentages zijn niet verschillend voor primaire of recidief ziekte.

Een retrospectief onderzoek waarin de Bascom Cleft Lift (BCL, type verschuivingsplastiek) wordt vergeleken met ESW, toont aan dat de BCL superieur is aan ESW. Dat blijkt uit het hogere percentage wondgenezing, de kortere tijd tot wondgenezing en het lagere recidiefpercentage (zie figuur 3).

Samenvattend lijkt er in de behandeling van sinus pilonidalis geen plaats meer te zijn voor ESW en excisie met sluiten in de middenlijn. Toekomstige prospectieve studies met goed gedefinieerde ziekteclassificaties en definities zijn noodzakelijk om de uitkomsten op lange termijn én de patiënttevredenheid na MIT en BCL te onderzoeken.
Wat is jouw stip op de horizon?
Ik hoop eind volgend jaar te promoveren in het Erasmus MC en ik solliciteer aankomende ronde mee voor de opleiding tot chirurg. Ik hoop uiteraard dat ik word aangenomen en dat ik met mijn onderzoeken een bijdrage lever aan het verbeteren van de chirurgische zorg voor patiënten met sinus pilonidalis.
Referenties
1. Huurman EA, Etiology of Pilonidal Sinus - The Bottom Line. Clin Surg. 2022; 7(1): 1-3
2. Huurman E A, Galema H A, de Raaff C, et al. Assessment of Surgical Strategies for Pilonidal Sinus Disease in the Netherlands. Cureus 2022; 14(5): e25050. doi:10.7759/cureus.25050
3. Huurman EA, Galema HA, de Raaff CAL, Wijnhoven BPL, Toorenvliet BR, Smeenk RM. Non-excisional techniques for the treatment of intergluteal pilonidal sinus disease: a systematic review. Tech Coloproctol. 2023 Nov 6. doi: 10.1007/s10151-023-02870-7. Epub ahead of print.

Noor Huurman is arts-onderzoeker en arts-assistent chirurgie in het Albert Schweitzer ziekenhuis.