Dvhn hiemstra

Page 1

26 maart 2018 , pag. 18

Dichter Reinder Willem Hiemstra draagt voor uit zijn nieuwe bundel tijdens de presentatie op dinsdag 13 maart in het gemeentehuis in Loppersum. FOTO JAN ZEEMAN

Mooi waark, mit toal pulen In Loppersum werd kortgeleden de nieuwe dichtbundel van Reinder Willem Hiemstra, Hap t laand oet, uit Middelstum gepresenteerd. LOUIS VAN KELCKHOVEN

W

anneer Reinder Willem Hiemstra (Niezijl, 1943) op gedragen toon zijn gedichten voorleest, blijkt hoe beeldend zijn werk is. Hoe op de tast het is geschreven. Dat beeldende in combinatie met een verhalend element maakt dat zijn teksten vaak ook goed zingbaar blijken. Zoals Gert Sennema en Henk Scholte demonstreerden tijdens de presentatie van Hiemstra’s laatstverschenen bundel Hap te t laand oet, een uitgave van stichting t Grunneger Bouk. Zijn zevende bundel, naast nog drie verhalenbundels en twee cd’s met voorgedragen werk. Met het gedicht Boudel, over de gaswinning en de gevolgen daarvan, won Hiemstra vorig jaar al in de categorie poëzie van de Pervinzioale Grunneger Schriefwedstried. Niet dat zijn talent onopgemerkt was gebleven. In 2000 kreeg hij de literaire pries, de prijs voor de beste literaire productie 1997-1999, van stichting t

Moudveren zijn als het prachtkleed waarmee een vogel imponeert Grunneger Bouk. Boudel (Baist ien grond/het elk bie bain/schok wer schokken/dreum veurbie) werd door de jury van de Schriefwedstried geprezen vanwege ‘de grote poëtische zeggingskracht’. Hiemstra’s gedichten zijn behalve beeldend, ook heel associatief. Het ene woord roept het andere op en kan de dichter het juiste woord niet vinden, dan bedenkt hij een nieuw woord. Zoals moudveren. In het gedicht Allinneg stoan loopt de dichter een blauwtje als zijn afspraakje niet komt opdagen. Moudveren vot, concludeert hij. En wie Hiemstra’s voorliefde voor natuur en vogels kent, vertaalt moudveren al gauw als prachtkleed; de veren waarmee een vogel imponeert. Hoewel geboren in Niezijl, Westerkwartier, wortelen de 45 gedich-

ten in Hap t laand oet op het Hogeland. Opvallend is dat de van oorsprong Westerkwartierder de gedichten in het Hogelandsters heeft geschreven, de taal van de streek waar hij al zo lang woont. Zes jaar werkte Hiemstra aan de bundel. Niet constant, maar zo af en toe was hij daarmee bezig. Een gedicht begint bij hem met een mooie, korte zin op papier, vertrouwde Hiemstra vorig jaar deze krant toe. ,,Daarna gaat het in mijn hoofd verder en terwijl ik met hele andere dingen bezig ben, komt zomaar ineens het vervolg.’’ De gedichten in Hap t laand oet volgen de boezem van de oude rivier de Fivel. Af en toe laat de dichter zien waar hij is, als een plaatsnaam opduikt in de tekst. Zijn werk roept het beeld op van een man in stilte, in de weidsheid van de natuur. De dichter verwondert zich, troost zich in zijn nadagen met natuur, zoals een verkleumd lijf vuur zoekt. ,,Een geweldige hobby’’, noemt Hiemstra de schrieverij. ,,Het is ontzettend mooi waark om mit de toal te pulen.’’


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.