10 minute read

WHAT'S UP

Next Article
AGENDA

AGENDA

Een Bryodeelnemer vertelt waarmee hij/zij bezig is.

STEF VANDOMMELE

Uw boodschap overbrengen en in het oog doen springen, dat is de missie van Stef Vandommele. Met Trompet maakt hij creatieve online en offline communicatie.

STEF VANDOMMELE

Voka: Wat is je achtergrond?

Stef: Ik volgde een artistieke opleiding en heb een diploma cultuurmanagement. In 2017 ben ik samen met mijn stiefbroer Thomas Decuypere in bijberoep gestart met Trompet, sinds 2020 is dit ons hoofdberoep.

Voka: Wat is jullie visie op creatieve communicatie?

Stef: We willen op een unieke manier creatieve concepten uitdokteren en die doortrekken naar alle kanalen die voor onze klant relevant zijn. Daarbij zetten we graag in op animaties, video en digitale content.

Voka: Kan je dat illustreren met een voorbeeld?

Stef: Recent hebben we een cultuurcentrum geholpen om hun werking op een digitale manier verder te zetten.

Voka: Hoe ingrijpend was en is corona voor jullie?

Stef: We betreuren vooral het wegvallen van netwerkactiviteiten, die je als start-up nodig hebt om nieuwe klanten binnen te halen. Wel maken bedrijven sneller zelf de reflex om digitaal te communiceren.

Voka: Welke richting mag Trompet uitgaan?

Stef: We hebben de ambitie om een creatieve denktank te lanceren en zo een sterke reputatie op te bouwen. Een nauwe band met de klant blijft voor ons het belangrijkst.

Tinne Van der Straeten (minister van Energie) en Vincent Van Quickenborne (minister van Noordzee)

Werd de ligging van West-Vlaanderen aan de buitenzijde van het land vaak als een nadeel beschouwd, dan vormt ze nu een benijdenswaardige troef. “Met de Noordzee hebben we alles bij de hand voor de blauwe economie en de groene energietransitie”, zeggen federaal minister van Noordzee Vincent Van Quickenborne en van Energie Tinne Van der Straeten. Of hoe blauw en groen elkaar vinden in een gezamenlijke visie voor energie en economische ontwikkeling.

“DE NOORDZEE WORDT ONZE ENERGIECENTRALE”

“In januari vloog ik mee met het sniffervliegtuig van de Belgische Kustwacht waarmee de BMM, onze federale wetenschappelijke instelling, de uitstoot van schepen controleert. Dan pas besef je echt welk gigantisch gebied onze 3.500 vierkante kilometer (groter dan de 3.197 vierkante kilometer van West-Vlaanderen, nvdr) onze gedeelte van de Noordzee is”, klinkt het enthousiast bij Vincent Van Quickenborne (Open Vld). Sinds 1 oktober 2020 laat hij zich op de burgemeestersstoel in Kortrijk vervangen om in de federale regering-De Croo de rol minister van Noordzee, Justitie en vicepremier op te nemen. Voor het verder ontwikkelen van de zogenaamde ‘blauwe economie’ vindt hij een bondgenoot in federaal minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen), afkomstig uit de Antwerpse Kempen maar al jaren in Brussel wonend.

“Wij rekenen op de nieuwe hoogspanningslijn Ventilus want je kunt gas en olie niet door groene of blauwe elektriciteit vervangen zonder het netwerk te versterken.”

—Vincent Van Quickenborne

Hoe past de Noordzee in uw beleid voor de economische relance en de energietransitie?

Tinne Van der Straeten: “De Noordzee biedt de opportuniteit om een enorme, duurzame energiecentrale te worden. Dat kan ons helpen om de bevoorradingszekerheid veilig te stellen en is cruciaal voor de transitie van fossiele naar duurzame energie. De groei van de blauwe economie telt dus dubbel.” Vincent Van Quickenborne: “Het is een voorrecht om als West-Vlaming minister van Noordzee te mogen zijn, want enig chauvinisme mag wel eens. De Noordzee is onze elfde provincie en de blauwe economie is nu al goed voor 77.000 jobs. Die vind je zowel in traditionele activiteiten zoals de visserij, de zandwinning en recreatie. Daarnaast groeit de innovatieve cluster van de hernieuwbare energie en initiatieven, zoals bijvoorbeeld het kweken van mosselen en zeewier. Van onze Noordzee is 37% beschermd als natuurgebied en op de bodem liggen heel wat scheepswrakken als cultureel erfgoed. Dit is een fantastisch interessante wereld die nog veel te weinig gekend is, een verborgen parel. De visie voor hernieuwbare energie van collega Tinne Van der Straeten gaat perfect samen met het streven naar economische ontwikkeling. Dat we als duo deze belangrijke keuze kunnen maken, is een dubbel goede zaak.”

Hoe ziet u de verdere ontwikkeling van de blauwe economie?

Vincent Van Quickenborne: “De Blauwe Cluster, één van de Vlaamse speerpuntclusters voor innovatie, groepeert al een 170-tal bedrijven. Het opmerkelijke

“De lijn Nemo tussen Brugge en Zuid-Engeland is één van de best presterende interconnecties ter wereld.”

—Tinne Van der Straeten

is dat niet alleen de klassieke spelers zoals de bagger- en waterbouwkundige groepen erbij betrokken zijn maar ook nieuwkomers in het maritieme landschap zoals bijvoorbeeld textielgroep Sioen uit Ardooie. Dat is goed voor de economische ontwikkeling van de Kust en in het bijzonder van Oostende, waar het hoofdkantoor van de Blauwe Cluster gevestigd is.” Tinne Van der Straeten: “We hoeven ons niet te verontschuldigen dat we chauvinistisch zijn. We zijn al trots op ons bier en chocolade, en we mogen dat ook zijn op onze windenergie op zee. Als voorloper in deze sector bezetten we de vierde plaats op wereldranglijst. De meerwaarde van de Noordzee komt het hele land ten goede. De windparken geven bijvoorbeeld bevoorradingszekerheid aan spelers in de chemische industrie in Antwerpen. Die unieke expertise die we als land opbouwden, moeten we nog meer exporteren en verankeren.”

Hoe kadert u dit concreet in het federaal relanceplan dat u straks aan de Europese Unie moet voorleggen?

Tinne Van der Straeten: “Ons Belgisch relanceplan is bij uitstek aan de ene kant groen en aan de andere kant digitaal. Windenergie en waterstof vormen een belangrijk onderdeel van de ‘blauwdruk’ voor de duurzaamheidsdoelstellingen tegen 2030. Historisch gezien faciliteren investeringen in energie altijd economische vooruitgang. In ons relanceplan zetten we in op waterstof en infrastructuur op de Noordzee, want die offshore-elektriciteit moet aan land gebracht worden. Deze energiehub willen we ontwikkelen via co-investeringen van de overheid en privésector.” Vincent Van Quickenborne: “Het gaat om honderden miljoenen euro’s voor projecten in de domeinen klimaat en energie. Het unieke is dat de energiehub op de Noordzee geconnecteerd wordt met het achterland. In dat opzicht is de fusie van de havens van Zeebrugge en Antwerpen een fantastische zaak, omdat daarin de energiecapaciteit van de Noordzee direct gekoppeld wordt aan de energiebehoefte van de industrie in Antwerpen. De complementariteit van Zeebrugge en Antwerpen belichaamt de nieuwe rol van havens als energiepoorten.”

Hoe ver staat het met de voorbereiding van de tenders voor de tweede windparkenzone voor onze Kust?

Vincent Van Quickenborne: “Daar staan we vrij ver in. Onlangs beslisten we in de ministerraad om een derde voorstudie te lanceren. In vergelijking met de eerste windparkenzone, maken we voor deze tweede zone vanuit de overheid zelf de voorstudies en natuurstudies, zodat kandidaten voor de concessies al zekerheid over de vergunbaarheid hebben. De laureaat van de tender krijgt dus alle nodige vergunningen om het park te bouwen. We zitten op schema om in 2023 de eerste tender uit te schrijven en in 2024 toe te kennen.” Tinne Van der Straeten: “We gaan onze capaciteit op zee verdubbelen en doen er alles aan om de realisatie te versnellen. Deze regering is een partner van de industrie om samen vooruitgang te maken.” Vincent Van Quickenborne: “Maar misschien nog belangrijker wordt het tijdig versterken van het elektriciteitsnet aan land om die energie te kunnen verdelen. Zelfs voor de eerste 700 megawatt is de nieuwe hoogspanningsleiding Ventilus nodig. Wij rekenen erop dat Ventilus er komt want het ene hangt samen met het andere: je kunt gas en olie niet door groene of blauwe elektriciteit vervangen zonder het netwerk te versterken.” Tinne Van der Straeten: “Inderdaad, alles staat of valt met een robuust netwerk. Deze levensader is cruciaal voor zowel de industrie en de kmo’s als voor de consumenten. De Vlaamse regering steunt het project, maar op het terrein lukt het nog niet.”

Kan in de gunningscriteria van de nieuwe windparkenzone op zee ruimte geboden worden aan de bedrijven uit de ‘thuismarkt’?

Tinne Van der Straeten: “Ontegensprekelijk vormen projecten van die omvang een meerwaarde voor de hele Belgische sector van de offshorewindenergie. De vraag om hun expertise te verankeren en exporteren, is legitiem. We zien trouwens dat andere landen weinig gêne voelen om in hun tenders plaats voor hun eigen bedrijven te reserveren. Uiteraard moeten wij rekening houden met een level playing field maar het staat buiten kijf dat we onze bedrijven een warm hart toedragen.” Vincent Van Quickenborne: “De Belgische windsector is wereldtop. We twijfelen er

niet aan dat zij sowieso zullen beantwoorden aan de aanbestedingsvoorwaarden. Zonder dat we al details toegelicht hebben, vernemen we nu al interesse van veel industriële spelers, zelfs van bedrijven die nog niet in de sector actief zijn. Als je ziet dat ook internationale petroleumgroepen serieus beginnen te investeren in hernieuwbare energie, dan weet je dat we goed zitten. Ik zou me voor de Belgische industrie geen zorgen maken: zulke projecten zijn zo groot dat er voor iedereen meer dan genoeg te verdelen valt.”

In juni 2019 ondertekenden de Noordzeeministers een akkoord voor het gezamenlijk realiseren van een vermogen van 450 gigawatt op zee. Zijn er al concrete plannen?

Tinne Van der Straeten: “In 2009 was België één van de motoren bij de oprichting van The North Seas Energy Cooperation (NSEC). Nu dik 10 jaar later is ons land opnieuw voorzitter. Dit is een interessant kantelmoment, want vlakbij onze Kust raken bijna alle zones vol dus moeten we multilateraal kijken om meerwaarde te creëren met Noordzeelanden en de Europese Commissie. Eén van de pioniers, het Verenigd Koninkrijk, heeft de Europese Unie verlaten maar we blijven als buren naar samenwerking streven. De lijn Nemo tussen Brugge en Zuid-Engeland is bijvoorbeeld één van de best presterende interconnecties ter wereld, zeer nuttig voor onze bevoorradingszekerheid. We werken nu aan Nautilus, een tweede interconnector om groene elektriciteit van het VK naar België te brengen. Door de rechtstreekse onderzeese kabelverbinding met Denemarken krijgen we vanaf 2030 ook toegang tot hun goedkope windoverschotten.”

Wordt blauwe energie de sleutel naar de aangekondigde kernuitstap?

Tinne Van der Straeten: “Elke cent die we erin investeren, brengt ons een stap dichter bij de energietransitie. Het beste wat we kunnen doen, is de industrie toegang te geven tot betaalbare, groene energie. De havens vormen belangrijke bouwstenen om de klimaatambities en tegelijk de welvaart te realiseren. We hebben trouwens ook heel wat industrie

“We onderschatten de mogelijkheden om creatief te ondernemen met de Noordzee.”

—Vincent Van Quickenborne

die alles kan maken wat je voor die energietransitie nodig hebt: van batterijen tot staal en isolatiemateriaal.”

Lukt het om de Fransen af te brengen van hun plan voor een nieuw windpark op een hinderlijke ligging voor de westkust en de haven van Oostende?

Vincent Van Quickenborne: “Dit dossier toont dat je beter met je buren overlegt dan op eigen houtje iets te bedenken. Voor het park van Duinkerke dicht bij De Panne heeft Frankrijk ons nooit geraadpleegd. De locatie is zeer ongelukkig: middenin de historische scheepvaartroute van Oostende naar Engeland, in natuurgebied, in een zone waarboven het luchtverkeer tot de Belgische bevoegdheid behoort, met zeer hoge turbines zeer dicht bij de Kust, enzovoort. We verzamelden in december heel veel publieke bezwaren en premier De Croo uitte onze bezorgdheden in een gesprek met de Franse president Macron. We hebben een Frans advocatenkantoor aangesteld en in maart bespreek ik ons voorstel van een alternatieve locatie met de Franse minister voor energietransitie Barbara Pompili. Ik hoop dat we dit als goede buren kunnen oplossen.”

Tot slot, kunt u enkele voorbeelden geven van veelbelovende projecten in de blauwe economie?

Vincent Van Quickenborne: “Er loopt een interessante studie om velden zonnepanelen tussen windturbines te laten drijven. Dit is een project van Tractebel, Jan De Nul Group, DEME, Soltech en Universiteit Gent. In juli gaan ze aan het testplatform Blue Accelerator nabij Oostende het model testen. Een kleiner maar evenzeer leuk project is het kweken van zeewier als grondstof voor onder meer biobrandstof, verpakkingsmateriaal en kustverdediging. We onderschatten de mogelijkheden om creatief te ondernemen met de Noordzee. Zelfs de coronapandemie geeft een duw aan de digitalisering en het ecologisch bewustzijn.” Tine Van der Straeten: “Dit pas helemaal in onze ambitie voor meer energie uit de Noordzee te halen.” (Coördinatie: Bart Vansevenant - Redactie: Roel Jacobus - Fotografie: Kurt Desplenter)

This article is from: