
15 minute read
MOBIMED
Mobimed sterker na overname MVS in Motion
Mobimed, de specialist in mobiele hulpmiddelen uit Roeselare, deed onlangs zijn eerste overname. Tom Vanhecke is nu samen met Evelyn Deceuninck ook zaakvoerder van MVS in Motion uit Willebroek.
Bijna 20 jaar geleden begon Tom Vanhecke met Mobimed in Roeselare. Het bedrijf is verdeler van mobiele hulpmiddelen, producent van toegankelijkheidsoplossingen voor minder mobiele mensen en verdeler van medische producten voor rust- en verzorgingstehuizen en ziekenhuizen. De verschillende onderdelen van Mobimed zijn ongeveer even groot.
De focus voor de mobiele hulpmiddelen ligt vooral bij senioren. Het gros van het gamma, zoals rollators, is voor hen bedoeld. Maar uiteraard helpt Mobimed ook mensen met een beperking. In die sector vonden de laatste jaren veel vernieuwingen plaats, waarin Mobimed een pioniersrol vervulde. “Het materiaal is toch allemaal veel lichter geworden, mooier ook. Wij proberen mooi afgewerkte producten te leveren, die licht zijn, maar wel nog altijd sterk en stevig”, vertelt Tom. “Die evolutie zie je nu meer en meer, maar wij waren daar zeker bij de pioniers.” Daarvoor werkt Mobimed als verdeler nauw samen met de leveranciers en producenten. Ook de introductie van de lithiumbatterijen zorgde voor veel vernieuwing in de sector. Voor de toegankelijkheidsoplossingen is Mobimed zelf producent. Daar levert het maatwerk, zoals platformliften of hellingbanen bij trappen. Daardoor kunnen minder mobiele mensen vaak langer in hun eigen huis blijven wonen. Voor rust- en verzorgingstehuizen en ziekenhuizen levert Mobimed vooral transferhulpmiddelen en revalidatiehulpmiddelen.
Afgelopen najaar kregen Tom en Evelyn de kans om MVS in Motion uit Willebroek over te nemen, een producent van hulpmiddelen voor revalidatie. Net als Mobimed is MVS een familiebedrijf, eigendom van de familie Vranckaert uit Tisselt. Tom vond Evelyn Deceuninck, de laatste telg van de Deceuninck-familie die in de raad van bestuur zetelde van de producent van pvc, bereid om de overname mee te financieren en in het management van het bedrijf te stappen. Evelyn is kinesiste van opleiding en speelt een zeer actieve rol binnen de 2 bedrijven. MVS in Motion levert hulpmiddelen voor kinesisten en fysiotherapeuten, bijvoorbeeld voor handrevalidatie en ‘resistive exercise’-producten.
Schaalvergroting
“Het was een uitgelezen kans voor ons om een schaalvergroting te realiseren”, vertelt Tom. Mobimed telt 5 medewerkers, MVS in Motion telt er 9. Terwijl Mobimed vooral in de Benelux actief is, is MVS een globale speler. “Dat internationale misten we nog, maar dankzij MVS zijn er nu enkele mooie synergieën mogelijk. We kunnen elkaars producten verdelen, we realiseren enkele schaalvoordelen in aankoop en we kunnen samenwerken op het vlak van marketing. Bovendien hebben we nu ook nog een iets betere spreiding qua sectoren.” Om verder aan de weg te timmeren gaan Mobimed en MVS in Motion binnenkort nog uitbreiden.
— TOM VANHECKE
(DV - Foto Kurt)

Luc Page — Page Electronica
In net geen 30 jaar tijd heeft landbouwerszoon en industrieel ingenieur Luc Page in Poperinge een familiebedrijf uitgebouwd dat elektronicafabricage tot een kunst heeft verheven. De CEO is er fier op dat ronkende namen uit het lokale bedrijfsleven Azië steeds meer inruilen voor chipassemblage in West-Vlaanderen. Page Electronica, in de jaren 90 thuis begonnen als een eenmanszaak, is vandaag goed voor circa 25 miljoen euro omzet en 180 medewerkers.

U bent de zoon uit een typisch landbouwersgezin van de Westhoek. Was u niet veeleer voorbestemd om in dat spoor te lopen? “In de boerenstiel had ik weinig interesse. Maar als kind en als tiener moesten we wel altijd de handen uit de mouwen steken. Als er werk is, moet het gewoon gedaan worden, leert een boerenwijsheid. Op een boerderij opgroeien vind ik een zeer goede leerschool voor het ondernemerschap. Mijn ultieme droom lag echter in techniek en ontwerp. Al van in mijn kinderjaren was ik erg nieuwsgierig om te weten hoe alles werkt. Speelgoed vond ik soms interessanter als het kapot was. Via 2 oudere schoonbroers die elektronica studeerden, leerde ik de elektronicatijdschriften en de elektronicabeurzen van de jaren 70 kennen. Mijn studiekeuze was dan ook logisch: industrieel ingenieur richting elektronica. Met het diploma op zak ging ik 5 jaar werken in de Barco-fabriek in Poperinge. In bijberoep assembleerde ik in mijn atelier thuis al eigen computers, zogenaamde ‘klooncomputers’ (in Poperinge heeft Page nog altijd een computerwinkel, nvdr). In mijn achterhoofd leefde altijd dezelfde gedachte: ‘op een dag wil ik helemaal op mijn eigen ondernemersbenen staan’.”
Heeft iets of iemand de doorslag gegeven om te starten als ondernemer? “Een ontmoeting met de bekende Poperingse ondernemer Willy Lamaire (Unitron) zorgde voor de ontstekingsvlam. Willy wilde zich concentreren op ontwikkeling en verkoop en zo kreeg ik de kans om te starten met een kleine bestukkingsrobot. Er was totaal geen plan om dat groot te laten worden, maar ja, je zit dan in een flow en doet mee. Willy motiveerde me om de sprong te wagen. We schrijven 1994. Van de ene opdracht kwam de andere. Vandaag doen we aan elektronicafabricage met 180 mensen, in opdracht van derde bedrijven. De opdrachtgevers situeren zich hoofdzakelijk in West- en Oost-Vlaanderen. Maar we zitten ook in de Belgische start-up- en scale-upscene, vaak door contacten met imec en diverse engineeringbureaus.”
Voelt uw dagelijkse strijd als ondernemer aan als het gevecht van een lonesome cowboy? “Ja en neen. Ja, in de zin dat elektronicafabricage een relatief kleine tak van de technologische industrie is. Anderzijds zijn we een radertje in het ecosysteem van de elektronicafabricage. Daarin is het Leuvense imec een wereldvermaard instituut. Wij zijn partner van de afdeling CEDM. Met hun ‘open innovatie’ brengen ze de elektronica-industrie samen. Dat was voor mij een belangrijke steun, doorheen de jaren. Nu bewijzen we meer en meer dat er voor elektronica-assemblage ook hier kansen liggen, in plaats van in de lageloonlanden.”
Wat ligt aan de basis van de terugkeer naar West-Europa, denkt u? “Er zijn een hele reeks argumenten pro. Eén: in de ontwerpfase is het handig als je een assemblagepartner hebt die dichtbij zit. Door samen te werken kom je het snelst tot een goed resultaat. Twee: de producten worden alsmaar gesofisticeerder. Dat betekent meestal dat er veel dure onderdelen gebruikt worden, waardoor het aandeel assemblagewerk vaak maar enkele tientallen procenten is van de gehele kostprijs. Drie: vertrouwelijkheid van informatie. Je wil niet alle ontwerpdetails doorspelen naar een bedrijf ver weg.”
Kende u ook groeipijnen? “Natuurlijk. Vergeet niet dat we tot 2 jaar geleden alles nog deden in een alsmaar groeiend atelier tegenover mijn privéwoning. Daar zijn we nog steeds actief voor specifieke assemblageopdrachten. Maar een verhuis naar de industriezone voor de automatische printplaatfabricage drong zich meer en meer op. Uiteindelijk is de cirkel nu rond: we doen ons ding in de gewezen Barco-fabriek. En ja, we zijn opnieuw tegen de muren opgegroeid, maar we hebben gelukkig nog bijkomende grond liggen. Een andere groeipijn blijft de moeilijke zoektocht naar mensen met een elektronicaopleiding. Daar komen er té weinig van bij! Voor het vinden van medewerkers voor fabricage valt het hier nog mee: ik zoek, samen met de VDAB en interimkantoren, naar mensen uit de regio Poperinge. We mikken ook op jongeren die school willen combineren met werk. Zo waren we jaren een vaste werkplek voor de richting ‘bedrader-bestukker’. Finaal hebben we hier ook medewerkers in huis die in een eerder leven iets totaal anders deden en die nu hun draai gevonden hebben in het fijne assemblagewerk, dat hoge concentratie vergt. Je zal voor dit soort werk in onze fabriek hoofdzakelijk vrouwen vinden. Ze zijn vaak beter in precisiewerk én geduldiger.”
Hoe krijgt u medewerkers maximaal gemotiveerd? “Veel nieuwe medewerkers arriveren hier door relaties met vaste medewerkers. Dat is vaak een goede start. We proberen werk te maken van opleidingen en jobrotatie. Eens aan boord krijgen ze – bovenop hun loon –een belangrijke deelname in de winst. Zij hebben de grootste bijdrage in het welslagen van de onderneming. We promoten ook het deeltijds werken, omdat het werk nu eenmaal grote concentratie vraagt. Die flexibiliteit wordt gewaardeerd, omdat er zo ook tijd vrij komt voor het gezin. Doordat we van het centrum grotendeels verhuisd zijn naar het industrieterrein aan de rand van Poperinge, zetten we ook in op carpoolen. Dat is niet alleen bevorderlijk voor het milieu. Samen in een auto zitten en praten met elkaar, is ook goed voor de collegialiteit.”
Mogen we u een atypische ondernemer noemen? Maar wel een met pakken gezond boerenverstand? “Het beste diploma dat een ondernemer kan hebben is dat van zoon van een boerenfamilie. Dat gezegd zijnde, zijn we hier niet zozeer gefocust op groei en omzet. Vakkennis en expertise staan hier veeleer centraal. Ik zorg zelf voor de maximale begeleiding. Al die assemblagerobots
programmeren, instellen en controleren is moeilijk werk, maar ook de vele assemblagemedewerkers goed in gang steken en goed begeleiden, vergt heel wat talent. Dan heb je nog het ontwerpen van goede testsystemen. Dat is een zeer moeilijk electronicavak.”

Beschrijf eens de invulling van uw tijd als ondernemer van een flink uit de kluiten gewassen kmo. “‘Baas’ zijn in een elektronicabedrijf is niet eenvoudig. Je kan niet snel zien of een product in orde is of niet. In elektronica en in software moet je écht kunnen rekenen op je mensen. Gelukkig zijn er hier veel medewerkers die elkaar al vele jaren kennen en ook weten wat ze kunnen. Ik doe bijna alle aanwervingen zelf en probeer mee te volgen wat nieuwe mensen hier doen en waar ze goed in zijn. Zo probeer ik ook mee te helpen om de juiste mensen in te schakelen voor de vele projecten die hier lopen.”
Is de opvolgingsproblematiek iets wat u nu al bezighoudt? “Jawel hoor. Ik probeer, op mijn 62ste, nu ook meer en meer de opvolging voor te bereiden. Ik heb een team van een achttal mensen die het bedrijf mee aansturen. De meesten zijn medewerkers met vele jaren dienst die doorgegroeid zijn naar een hoger niveau. Rond deze tijd maken we ook werk van een volwaardige raad van bestuur. Dit loopt deels samen met ons organigram, maar het werk is nog niet af. We kijken ook nog uit naar externe personen.”
U hoopt als vader ongetwijfeld op een perfecte opvolging? “Ik ben vooral blij dat mijn zoon en één van mijn dochters meedraaien in het familiebedrijf. Dat geeft perspectief. Ook mijn vrouw draagt al vanaf dag één haar steentje bij in de zaak. Een ander argument om niet te verkopen is het feit dat we financieel voldoende sterk staan met eigen middelen. Finaal zou de huidige leiding hier ook niet opgezet zijn met een vreemde derde. Kortom: we zijn familiaal verankerd in Poperinge en dat voelt prima aan.”
U runt een dot van een familiebedrijf met veel groeipotentieel in een nichemarkt. Het kan niet anders of u moet ook wel eens aanbiedingen krijgen? “Inderdaad, vrij regelmatig, en vooral van private-equityspelers. Ik luister daar wel naar. Vaak is dat leerzaam om je eigen sterktes en zwaktes te zien. We zijn hier bijvoorbeeld al enkele jaren bezig met het vernieuwen van alle software. We gebruiken sinds enkele jaren de Belgische ERP- software Odoo. We dromen ervan dat ons bedrijf draait zoals een Colruyt- of IKEA-winkel: alles in de juiste aantallen, in de juiste verpakking, op de juiste plaats, gedirigeerd door software. Daar streven we naar. Op het vlak van uitrusting en kennis zitten we zeer goed. We hebben 4 grote productielijnen die in 3 ploegen draaien. Dat maakt dat we alle kennis en uitrusting in veelvoud hebben. Nog groeien brengt niet noodzakelijk voordelen met zich mee.”
Luc Page is 62.
Hij richtte Page Electronica op in 1994. Er mogen gerust wat meer jongeren elektronica studeren, vindt hij. “Na die studies kan je veel uitdagende zaken aan: producten ontwerpen, fabriceren, herstellen en hergebruiken. Je krijgt bovendien ook inzicht in software en mechanica.”
Hoe kijkt u aan tegen de problematiek van de chiptekorten, de zogenaamde chipcrisis? “Dit jaar en vermoedelijk ook volgend jaar is dat een groot probleem: levertermijnen en prijzen van onderdelen zijn zeer moeilijk vast te leggen. Dat resulteert bij ons en bij vele klanten in gevaarlijk grote voorraden. Elektronicafabrikanten zoals wij moeten bindende orders plaatsen tot anderhalf jaar vooruit in de tijd, non-cancelable en non-returnable (NCNR). En dat terwijl de fabrikanten van onderdelen zichzelf niet verplicht voelen. Volgens de verkoopsvoorwaarden bij onze leveranciers kunnen zij orders cancelen. Er zijn bedrijven die daardoor heel grote verliezen lijden.”
En wat met de stijgende prijzen voor energie, grondstoffen en transport? “Persoonlijk vind ik dat een goede zaak. We weten allemaal dat we een veel te grote ecologische voetafdruk hebben. Daarom heeft alles van dichtbij halen, zoals 50 jaar geleden, veel voordelen. Als chips verdubbelen in prijs, zullen bedrijven en mensen hun spullen ook langer gebruiken. Er gaat dus méér interesse zijn voor zaken die gemaakt zijn om lang mee te gaan!”
DOSSIER Immobiliën en projectontwikkeling

“Samen kunnen we meer toegevoegde waarde creëren”
Steenoven en Alheembouw bundelen expertise voor grote bouwprojecten
De band tussen Alheembouw en Steenoven wordt hechter. Beide ondernemingen werkten al ruim een kwarteeuw regelmatig samen. Nu 2B Concrete, de holding boven Alheembouw, onlangs Steenoven heeft overgenomen, krijgt het partnership een extra dimensie. “Beide entiteiten behouden wel hun autonomie en zijn ook op een andere locatie actief”, onderstreept Peter Temmerman, CEO en enige aandeelhouder van Alheembouw en de holding 2B Concrete.
Alheembouw is het geesteskind van Johan Heemeryck. Onder zijn impuls groeide de aannemer uit tot een bouwbedrijf met erkenning klasse 8. De Roeselaarse ondernemer koesterde altijd al de ambitie om met projectontwikkeling te beginnen, maar besefte dat dit een andere benadering vergt dan die van een aannemer. Toch slaagde hij erin om die doelstelling te realiseren: echtgenote Katleen Spriet zegde haar job bij een bank vaarwel om in 1992, onder de naam Steenoven, met projectontwikkeling te starten. Johan en Katleen worden vanaf januari 2022 ‘preferred’ investeerder en verdwijnen uit het operationele management.
Elkaar scherp houden “We hebben ons lang op de residentiële markt gefocust, een branche die Alheembouw altijd bewust links heeft laten liggen”, legt Katleen uit. “Door in te spelen op opportuniteiten, hebben we ons mettertijd ook gericht op commerciële projecten, kantoren en stockageloodsen. Bij dergelijke projecten kon het wel gebeuren dat Alheembouw voor de realisatie instond, maar we hebben het altijd een gezonde visie gevonden om beide bedrijven apart te laten functioneren en afzonderlijk de markt te benaderen. Dat hield ons scherp, al merkten we bij de projecten die we wél samen realiseerden, dat de wisselwerking perfect verliep.”
Sinds kort kreeg de ‘LAT-relatie’ weer een meer officieel karakter toen 2B Concrete, de holding boven onder meer Alheembouw, Steenoven overnam. “We hebben dat vooral gedaan met het oog op de toekomst”, vervolgt Katleen Spriet. “Binnen Steenoven stond er geen familiale opvolger klaar. We hebben de jongste jaren heel wat grote projecten binnen gehaald. Als dat gebeurt via een pps-constructie, moet je daarvoor samenwerken met een bouwbedrijf dat een erkenning klasse 7 of 8 heeft. Het is logisch dat we voor dergelijke projecten aanklopten bij Alheembouw. Bovendien hadden we nood aan verbreding.” Beide zusterbedrijven blijven wel actief in hun huidige habitat. Voor Steenoven is dat Accent Business Park aan de rand van Roeselare, terwijl Alheembouw zich thuis voelt in de knappe cilindrische constructie in Oostnieuwkerke.
Multidisciplinaire pareltjes “We hebben een voorliefde voor complexe projecten waarbij we de bouwheer integraal kunnen ontzorgen”, stipt Peter Temmerman aan. “In dergelijke multidisciplinaire realisaties zal de synergie met Steenoven ook volledig tot zijn recht komen. Alheembouw staat ook in voor de bouw van het nieuwe stadion van Club Brugge, de nieuwe plant van Barry Callebaut in Lokeren, de R&D-afdeling van Daikin in Gent, het project Mobilis van D’Ieteren in Anderlecht en de nieuwe logistieke plant voor Pfizer in Puurs.”
Van een coronacrisis is bij deze onderneming dus duidelijk geen sprake. “We werken vaak voor grote, financieel kerngezonde grote bedrijven die een crisisperiode net aangrijpen om hun hele organisatie te resetten én in de toekomst te investeren. Ons team staat klaar om hen te ontlasten van alles wat met hun bouwproject te maken heeft en om op alle vlakken maatwerk af te leveren. Op die manier zitten wij mee aan het stuur en kunnen we de grootst mogelijke toegevoegde waarde bieden. Dergelijke uitdagingen zijn koren op de molen van ons ambitieus team. Het laat ons ook toe om de historische ervaring die we onder meer in scholenbouw en constructies voor producenten van diepvriesgroenten hebben opgedaan, op andere markten te projecteren.” (BVC - Foto Kurt)
Vrije vogels
Voor een goed begrip: ook in de toekomst begeven Alheembouw en Steenoven zich als vrije vogels op de markt. “Uiteraard zullen we zeker voor grote projecten regelmatig met elkaar in zee gaan, maar we blijven graag ook met andere partijen samenwerken”, besluit Peter Temmerman. Alheembouw heeft circa 250 mensen op de payroll, bij Steenoven zijn dat er een 30-tal.



Meer dan 20.000
realisaties




INDUSTRIEBOUW
• Kantoorgebouwen • Productiehallen • Logistieke ruimtes • Showroom • KMO-gebouwen


Rodenbachstraat 72 8908 Vlamertinge België www.valcke-prefab.be +32 57 20 25 01 info@valcke-prefab.be