International House West Flanders gelanceerd Onestopshop voor internationals én ondernemingen
Dossier bouwen en verbouwen Orac blijft met dubbele cijfers groeien
Verkoop jouw grond in vertrouwen aan Hexagon!
Wij zoeken terreinen of bestaande gebouwen van minimaal 5.000 m2
Waarom verkopen aan Hexagon?
• Marktconforme prijs
• Persoonlijke en discrete aanpak
• Volledige ontzorging
• Financiële zekerheid
Jouw grond verkopen?
+32 (0)51 79 77 18 | info@hxgn.be
Meer weten over onze werkwijze?
www.hxgn.be
Op 1 april treedt de Federal Learning Account (FLA) in werking. Dat is een tool waarin bedrijven de opleidingsdagen van hun werknemers moeten registreren. Op die manier wil men controleren of het individuele opleidingsrecht van 5 dagen voor elke werknemer, zoals ingevoerd met de Arbeidsdeal, door ondernemingen wel wordt gerespecteerd. De maatregel is een illustratie van hoe het niet moet. Het leitmotiv is regelrecht wantrouwen tegenover de werkgever, een beleid dat grossiert in micromanagement en waar het ontbreekt aan visie of richting. Dat mondt uit in – hoe kan het ook anders – een complex en dus administratief belastend systeem. De maatregel wordt maar beter weer afgevoerd in ruil voor een dringender en belangrijker vraagstuk: hoe komen we tot een versnelling in een Vlaamse talentenstrategie die de productiviteitsgroei van onze ondernemingen boost?
Is vorming een middel of een doel? Als middel is het een enorme, zoniet één van de belangrijkste hefbomen die ervoor moet zorgen dat werknemers inzetbaar blijven, kunnen promoveren en (door)groeien. Ondernemingen moet het toelaten om zich wendbaar en flexibel op te stellen in een wereld vol verandering. Gezien talent de enige grondstof is in onze contreien is er geen andere weg dan dat slim in te zetten en voortdurend te ontwikkelen.
Tot daar de droom. De realiteit is een federaal beleid dat het Vlaamse beleid torpedeert en doordrongen is van opleidingsuren en -dagen als norm en doel. Op alle ondernemingen in de privésector (en niet op de overheid als werkgever) rust voortaan een uniforme verplichting ongeacht hun sector, transitie of groei. De verplichting wordt nu vertaald in de uitbouw van een digitaal platform en
“Terug naar de tekentafel met de Federal Learning Account.”
— BERT MONS - GEDELEGEERD BESTUURDER
registratietool. Daarbij komen ook tal van technische issues kijken, wat het draagvlak in de ondernemingen onderuit haalt. Meer nog, het dwingt hen om middelen en mankracht vrij te maken om aan de verplichting te kunnen voldoen. De sanctie bij nalatigheid is de digitale schandpaal die ondernemingen met naam en toenaam zal vermelden. Dit creëert vanzelfsprekend geen toegevoegde waarde, wel extra werk voor personeelsdiensten, dienstverleners en overheidsadministraties.
Het vormingsbeleid grossiert in fragmentatie. Voucher hier, subsidie daar, cheque ginds. Een veelheid aan agentschappen en gesubsidieerde structuren met een vleugje vraagfinanciering maar een kapitein op het schip ontbreekt. Modaliteiten zijn telkens verschillend waardoor, ondanks alle inspanningen, Vlaanderen en bij uitbreiding België nog steeds achterop hinkt in het Europese peloton inzake participatie aan levenslang leren. Dat is een hard verdict in een economie die pretendeert een kenniseconomie te zijn en een toekomst wil bieden aan de industrie. Het kan nochtans anders. Bepaalde ondernemingen trekken nu al meer en meer het laken naar zich toe via de oprichting van eigen scholen, academies en vormingsinfrastructuur. Die investeringen zouden verder aangemoedigd kunnen worden met het oog op een groter bereik en bredere doorwerking naar alle schakels in de waardeketens. De private opleidingsmarkt en het hoger onderwijs willen daar overigens graag een partner in zijn en zouden eveneens aangemoedigd kunnen worden richting bottom-up approach naar de economische motoren van dit land. Ook overheidsdiensten kunnen hierin een rol spelen. Voor werknemers kunnen instrumenten als een Vlaams Opleidingsverlof nog breder worden ontsloten en aangewend. En wat te denken van fiscale incentives voor vormingsbedrijven teneinde een versnelling hoger te schakelen. Dit alles moet vertrekken vanuit de ambitie en de wil om een echt talentoffensief te voeren voor economische speerpunten en transversale uitdagingen zoals de digitalisering of vergroening. Buitenlandse cases tonen aan dat het kan met volgende ingrediënten: een duidelijke beleidsvisie, een investeringspad, een evenwicht tussen nationale ambitie en lokale bottom-up approach én denken in termen van netwerken en ecosystemen in plaats van fixatie op wantrouwen ten opzichte van ondernemingen.
Kortom, het beleid verwart middel en doel. Eerst moet er een talentvisie zijn die zich vertaalt in een integrale, coherente en offensieve strategie. Daarin mag overigens het sociaal overleg niet ontbreken, meer zelfs, het zou een topprioriteit moeten zijn van de sociale partners om erover te waken dat alle ondernemingen en medewerkers in deze een perspectief krijgen op groei en ontwikkeling. Registratie van vormingsparticipatie zou daarin hoogstens een eindpunt kunnen zijn in plaats van het startpunt. De conclusie is duidelijk: terug naar de tekentafel met de Federal Learning Account.
Het Zeebrugse Gardec is één van de grootste scheepswerven langs de Belgische kust. Met een toegewijd team van ervaren scheepsherstellers biedt het bedrijf van vader en stichter Hugo en zoon Dieter D’Hoedt dagelijks technische oplossingen aan voor de maritieme sector, variërend van scheepvaart en offshore tot haveninfrastructuur.
Ondernemers verschijnt tweewekelijks en wordt gratis toegestuurd aan alle leden van Voka West-Vlaanderen. ISSN 1378-9511
12 International House West Flanders gelanceerd
Wanden en plafonds leuk aankleden, is sinds 1970 de kernactiviteit van Orac. Vanuit Oostende bouwde het familiebedrijf de voorbije 5 decennia een stevige internationale organisatie uit, die de zelfgemaakte oplossingen voor wandbekleding aan professionele klanten verkoopt.
Verantwoordelijke uitgever: Bert Mons, Pres. Kennedylaan 9A, 8500 Kortrijk, redactie.ondernemerswvl@voka.be, www.voka.be/west-vlaanderen Maatschappelijke zetel: Pres. Kennedylaan 9A, 8500 Kortrijk, info.wvl@voka.be - Hoofdredacteur: Joke Verbeke
Redacteurs: Kenneth Oroir, Marte Plees, Conny Van Gheluwe - Vormgeving: Pieter Claerhout
Mediaregie: Sven Van Ryckeghem
Fotografen: Stefaan Achtergael, Michael Cambien, Dries Decorte, Kurt Desplenter, Filip Lanszweert, Sammy Sanders, Michel Vanneuville, Els Verhaeghe
Journalisten: Karel Cambien, Stef Dehullu, Roel Jacobus, Filip Lanszweert, Joyce Mesdag, Bart Vancauwenberghe, Dirk Vandenberghe
Druk: INNI GROUP
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd, opgeslagen of openbaar gemaakt, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
“Deze omgeving verdient titel
Sinds 29 februari hebben de zowat 130 administratieve medewerkers en het management van Unilin Panels een nieuwe professionele thuis. Vlakbij één van de productiesites in Wielsbeke verrees een nieuwbouw waar zowel de isolatie, de vloeren als alle gebruikte plaatmaterialen door Unilin zijn geproduceerd. Hoewel de bouw- en interieurwereld vandaag door een dipje gaan, kijkt Veronique Hoflack (President van Unilin Panels) met veel vertrouwen naar de toekomst.
Nieuwbouw van Unilin Panels is ode aan eigen producten en aan duurzaamheidsfilosofie
Veronique Hoflack leidt Unilin Panels (de panelendivisie van Unilin) sinds 2020. In hetzelfde jaar werden de plannen voor het nieuwe kantoorgebouw concreet. “We hebben dit in eerste instantie voor onze medewerkers gedaan. Zij geven elke dag het beste van zichzelf en verdienen het om dat in de best mogelijke omstandigheden te kunnen doen. Onze vorige locatie was verouderd en te klein geworden: we hadden het hoofdkantoor van deze divisie in 2013 ondergebracht bij de site-Spano, dat we toen net hadden overgenomen. Dat gebouw kenmerkte zich door veel gesloten kantoorruimtes. Het stemde eigenlijk niet meer overeen met onze drang naar innovatie, iets wat in een open sfeer moet gebeuren. In de nieuwbouw, die volledig onze identiteit uitstraalt en veel ontmoetings-
mogelijkheden biedt, zal innoveren nog beter lukken.”
Een mooi en modern kantoor is ook aantrekkelijk voor de partners van Unilin Panels, beseft Veronique. “Dat geldt zeker omdat onze nieuwe thuis de enorme mogelijkheden van onze producten toont. Alleen onze R&D-afdeling en de showroom blijven in Oostrozebeke gehuisvest. We sluiten niet uit dat die op termijn ook naar deze site verhuizen.”
De nieuwbouw illustreert op diverse manieren dat je je hier in het epicentrum van Unilin Panels bevindt. “De trap in het typische, opvallende Unilin-blauw, is een echte eyecatcher. Het gebouw ademt ook het gevoel van onze 2 jaar geleden gelanceerde en succesvolle Master Oak-collectie. Dergelijke producten hebben we hier op grote schaal gebruikt. Ook het kunstwerk
“We maken onze spaanplaten voor 95% op basis van gerecycleerd afvalhout.”— VERONIQUE HOFLACK
dat zich prominent in het atrium bevindt, is een bloemlezing van ons aanbod.”
Circulariteit
De onderneming koestert ook plannen om de gebouwen en productie van de Spano-site te decarboniseren en op die manier de CO2-uitstoot te verlagen. “Ook andere ondernemingen uit onze directe omgeving zijn erg duurzaam bezig. Waarom zouden we deze regio niet omdopen tot Flanders Circular Valley?”, klinkt het bij Veronique Hoflack.
Na de post-covid-boom die de bouw- en interieursector enkele jaren geleden beleefde, kende ook Unilin Panels in het tweede deel van 2023 een dipje. “Deze branche is nu eenmaal gevoelig aan conjuncturele schommelingen; we weten dat we daar doorheen moeten kijken”, beseft Veronique. “We zijn actief in een goede sector en maken kwalitatieve oplossingen, dus maken we ons weinig zorgen en kijken we met vertrouwen naar de toekomst. Daarin zal duurzaamheid, gedreven door de Green Deal van de Europese Unie, sowieso top of mind blijven. We spelen daarop in door meer dan ooit op circulariteit in te zetten. Zo maken we onze spaanplaten voor 95% op basis van gerecycleerd afvalhout.”
“Bouwen zal de komende jaren een proces worden dat zich minder op de werf zelf zal afspelen. Modulair bouwen zal nog aan belang winnen. Dat impliceert dat je steeds meer in systemen moet denken, minder op productniveau. Die evolutie zal zich ook
bij ons doorzetten. Een derde trend is het toenemende belang van lifestyle en welzijn. Iedereen, zeker mensen van de jongere generaties, vindt dat terecht erg belangrijk. Daarom zullen interieurs nog meer worden opgefrist met mooie designs, zodat ze zich ontpoppen tot aangename ruimtes waarin het functionele vanzelfsprekend ook essentieel blijft. Dat speelt helemaal in onze kaart.”
Unilin Panels koestert dan ook interessante plannen voor de komende jaren. “Begin 2025 lanceren we een update van onze decoratieve collecties. Dan zullen we bijvoorbeeld ook een uitbreiding van Master Oak introduceren”, gaat Veronique verder. “Daarnaast willen we extra stappen in ons groene verhaal zetten. Zo hebben we een tijdje geleden een pilootinstallatie geplaatst, waarop we uitvoerig tests hebben gedaan om een doorbraak in de recyclage van MDF-platen en dus ook laminaatvloeren te bereiken. Omwille van de positieve resultaten overwegen we nu sterk om dit op grote schaal toe te passen. Dat zou betekenen dat we jaarlijks 80.000 ton afvalhout zouden kunnen verwerken tot MDF, wat opnieuw een echte wereldprimeur zou zijn.” (BVC - Foto’s Kurt) www.unilinpanels.com
Trends en Trends-Tendances organiseren dit jaar al voor de 23ste keer de uitreiking van de Trends Gazellen. De snelgroeiende bedrijven (‘Gazellen’) zijn sterk en competitief en hebben een positieve invloed op het ondernemersklimaat in hun regio. Ze worden eerst per provincie gelauwerd. Uit de provinciale laureaten worden nadien de nationale Trends Gazellen geselecteerd. Tijdens een officiële uitreiking zijn de Trends Gazellen Ambassadeurs 2024 voor West-Vlaanderen in de bloemetjes gezet. Dit zijn ze.
Agristo uit Wielsbeke produceert voorgebakken en diepgevroren aardappelproducten. Het bedrijf dankt zijn marktvoorsprong aan de jarenlange investeringen in zijn productportfolio en innovatie. En de privatelabelmarkt waarin het bedrijf aanwezig is, presteert iets beter dan het marktgemiddelde, verklaren CEO’s Hannelore Raes en Filip Wallays. De onderneming wapent zich voor de toekomst met continue expansieplannen en een doorgedreven aandacht voor duurzaamheid.
Het Kortrijkse Modeno levert modeaccessoires aan grote ketens én is met een aparte vennootschap ook zelf actief in de retailsector. Volgens ondernemers Luc Notredame en Petra Dewilde is de groei van de voorbije jaren enerzijds organisch gebeurd, maar is die ook te danken aan een samenwerking met een Nederlandse keten en een agentuur van Britse en Ierse merken. Het bedrijf zet sterk in op digitalisering.
New Trucking Company is de naam van de vennootschap achter traileroperator Cool Solutions uit Oostende. Het werd opgericht in 2002 en vervoert vrachten zonder begeleiding tussen het Europese vasteland en het Verenigd Koninkrijk. Medeoprichters Peter Simons en Stephan Coosemans zetten in aanloop naar de Brexit alles op alles om klanten te ontzorgen. Zo slaagden ze erin om die om te zetten in een motor voor groei voor hun bedrijf.
West-Vlaamse speerpuntsectoren krijgen Europese innovatiesteun
West-Vlaanderen is een dynamische én innovatieve regio, die ook in Europa veel aanzien geniet. Zo krijgt onze provincie via het GTImechanisme (Geïntegreerde Territoriale Investering) een aparte enveloppe aan Europese steun voor een specifieke regionale strategie. “De globale injectie van ruim 67 miljoen euro is cruciaal om onze economie op een vernieuwende manier een impuls te geven”, getuigt Jean de Bethune, voorzitter van POM West-Vlaanderen.
De Europese Commissie lanceerde een tijdje geleden het GTI-concept voor toepassing binnen het Europese programma EFRO Vlaanderen (Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, nvdr). In het kader daarvan kende Europa een aparte enveloppe van 25,7 miljoen euro toe aan het economisch beleidsplan dat POM West-Vlaanderen uittekende. “We werken die provinciale strategie uit via verschillende projecten, waarvoor we de steun van diverse partners krijgen”, verduidelijkt Jean de Bethune. “De GTI-portefeuille (25,7 miljoen euro) draagt 40% van de totale kosten, de totale investering bedraagt ruim 67 miljoen euro.”
De uitwerking van een eerste reeks projecten om West-Vlaamse industriële speerpuntsectoren te laten innoveren gebeurde vorig jaar al, mede dankzij de voortreffelijke samenwerking tussen Vlaanderen en de provincie. Het gaat om 6 realisaties, samen
“De GTI-portefeuille van 25,7 miljoen euro draagt 40% van de totale kosten, de totale investering bedraagt ruim 67 miljoen euro.”
— JEAN DE BETHUNE
goed voor een investering van 22 miljoen euro.
Zo krijgt Food Innovation Park, het wetenschapspark voor voeding en gezondheid in Roeselare, een opwaardering, onder meer door de uitbreiding van de al aanwezige onderzoeksfaciliteiten. Dat geldt ook voor VEG-i-TEC in Kortrijk, waar UGent research
voor de groente- en aardappelverwerkende industrie verricht. “De zorgsector is een tweede belangrijke cluster. In Brugge bouwen we de Digital Health-community uit. Daar zullen zorgactoren en West-Vlaamse ondernemingen intens kunnen samenwerken om passende digitale oplossingen uit te werken voor de actuele zorgnoden. In de recyclagemarkt ligt de klemtoon dan weer op de intelligente identificatie, demontage en scheiding van componenten in materialen. Op die manier zullen we onder meer kunststof- en textielproducten vlotter kunnen recupereren voor hergebruik.”
In de machinebouw en mechatronica krijgen maakbedrijven ondersteuning om de transformatie naar Industrie 4.0 te realiseren. “Dat willen we doen door mobiele apparatuur aan te kopen waarmee we in productieomgevingen meet- en testcampagnes kunnen doen. In de Blue Energymarkt zullen we eveneens investeren in uitbreiding van testinfrastructuur voor het maritieme platform Blue Accelerator. Nog aan de Noordzee komen er landings- en opstijgplatformen voor drones, terwijl het innovatiecentrum Drone Dock mag rekenen op extra onderzoeks- en testuitrusting.” (BVC - Eigen foto)
Je hebt een vraag over ondernemen, een reglementering, een moeilijke managementbeslissing? Stop dan even met Googelen en laat ons helpen.
Vraag van de week
Om als Europees continent de doelstelling te behalen om CO2-neutraal te worden tegen 2050, zijn diverse inspanningen in de energievoorziening nodig. Concreet ben je als bedrijf verplicht om zonnepanelen te plaatsen als de elektriciteitsafname hoger is dan 1 gigawattuur per jaar.
In een notendop:
» jouw bedrijf is gelegen in Vlaanderen
» er is een EAN-afnamepunt
» op jaarbasis heb je een afname van > 1 gigawattuur elektriciteit van het net
» je bent eigenaar, erfpachter of opstalhouder
De verplichting heeft een oplopend verloop tussen 2025 en 2035, te beginnen aan een dekkende installatie van 12,5Wp per m2 in 2025 tot 25 Wp per m2 tegen 2035.
Berekeningswijze
Het gaat om het minimaal te plaatsen piekvermogen aan panelen dat berekend wordt op basis van het aantal wattpiek per m2 horizontale dakoppervlakte van de gebouwen op dat EAN-nummer. Het gaat daarbij om de totale horizontale dakoppervlakte, waarbij dus geen rekening wordt gehouden met de beschikbare dakoppervlakte als bedrijf. Heel wat
Ook een prangende vraag?
Wij antwoorden binnen de 2 werkdagen!
vraaghet@voka.be
oppervlakte kan immers ingenomen worden door afzuiging, lichtkoepels of andere installaties. Concreet heeft dat voor zo’n 2.500 bedrijven in Vlaanderen een directe impact. Ook indien er al panelen op jouw dak liggen, kan het zijn dat er een aantal moeten bijkomen om aan de verplichting te voldoen. Je doet er dus ook goed aan om na te kijken of het vermogen van de installatie voldoende is.
Uitzonderingen en toetsingskader
Meer vermogen plaatsen mag, minder kan alleen op basis van 2 aftopregels. Onder bepaalde voorwaarden kun je ook op andere vergroeningsmaatregelen een beroep doen, waaronder een windturbine of een WKK (warmte-krachtinstallatie). In een online te raadplegen brochure van het VEKA worden bij elke uitzonderingsmaatregel voorbeelden uitgewerkt, zodat je kan nagaan of je eventueel onder een afwijking van de regelgeving valt. Daarnaast is er een handige simulator in Excel beschikbaar om zelf de berekening te maken wat betreft de totale dakoppervlakte.1 Het toetsingskader kun je vinden in het Energiedecreet, waarbij het niet-naleven van de verplichting in een boete kan resulteren. Voka organiseerde daarover eind vorig jaar een webinar, dat te raadplegen is via onze website.2
Werk maken van een strategische energietransitie binnen jouw bedrijf?
Dan is de Masterclass Strategische Energietransitie, die start op 18 april, misschien wel iets voor jou.
1. https://www.vlaanderen.be/zonnepanelen/verplichting-zonnepanelen-voor-gebouwen-met-hoge-elektriciteitsafname#handleiding-en-simulator
2. https://www.voka.be/activiteiten/webinar-pv-verplichting#:~:text=Tegen%2030%20juni%202025%20worden,termijn%20grote%20zonnepaneelinstallaties%20te%20realiseren
Het Voka-verkiezingsmemorandum is een praktisch draaiboek om op verschillende domeinen en over bevoegdheidsniveaus heen maatregelen te nemen die West-Vlaanderen, Vlaanderen en België klaarmaken om de grote transities succesvol aan te pakken. Dit zijn de 4 hefbomen waarop de focus moet liggen: een dynamische arbeidsmarkt, opnieuw naar de Europese top met ons onderwijs, meer inzetten op innovatie en valorisatie, en duurzame transities.
De krapte op de West-Vlaamse arbeidsmarkt zal in de toekomst, onder meer door de demografische evolutie, alleen maar toenemen. Tegen 2030 zullen we minstens 77.000 extra arbeidskrachten nodig hebben om onze (noodzakelijke) economische groei te kunnen aanhouden en versterken. In onze vergrijzende samenleving zullen we alle mogelijke hefbomen nodig hebben om openstaande vacatures in te vullen. Mensen moeten zich ook blijvend kunnen ontwikkelen. Dit is wat we vragen.
» Leid de helft van de werkzoekenden zonder werk in onze provincie naar een job (ca. 15.000 personen) en activeer 15% van de inactieven binnen West-Vlaanderen (ca. 18.000 personen).
» Maak een grensoverschrijdend team van 12 personen binnen VDAB-Forem om de interregionale mobiliteit te versterken en zo 1.500 extra Waalse werkzoekenden per jaar naar onze provincie te halen.
» Vereenvoudig werkplekleren en trek het aantal individuele beroepsopleidingen (IBO) in WestVlaanderen op tot 5.000 per jaar.
» Begeleid langdurig zieken sneller terug naar werk. In West-Vlaanderen moeten er jaarlijks minimaal 7.500 van die begeleidingstrajecten worden opgestart.
» We begeleiden vanuit Voka jaarlijks minstens 120 West-Vlaamse ondernemingen richting een sterk beleid inzake diversiteit en inclusie.
inactieven en 15.000 werkzoekenden activeren
85%
» Trek tegen 2030 minstens 25.000 buitenlandse talenten naar onze provincie aan.
» Versterk het team binnen de VDAB dat op internationaal rekruteren werkt binnen onze provincie tot 8 personen.
» Versnel en vereenvoudig de procedures om een single permit te verkrijgen, met een maximale doorlooptijd van 3 weken.
» Update de knelpuntberoepen voor economische migratie jaarlijks.
» Laat ons met FIT en VDAB elk jaar 2 talentmissies en jobbeurzen organiseren in landen met potentieel om (hoogopgeleid en technisch) talent aan te trekken.
» Wij bouwen ook de International School Ghent verder uit met een sterke secundaire component en maken die bekend bij West-Vlaamse ondernemingen.
» We moeten de deelname aan levenslang leren optrekken naar 25% van onze West-Vlamingen.
» Ontwikkel een visuele tool die de ‘skills gap’ aangeeft tussen competenties die binnen een onderneming aanwezig zijn en die in de toekomst nodig zullen zijn. Koppel de tool ook aan een duidelijk overzicht van het opleidingsaanbod in Vlaanderen.
» Zorg voor een opleidingsaanbod dat dicht genoeg staat bij de bedrijven.
» Maak werk van flexibele, modulaire opleidingen geënt op onze speerpuntclusters, die samen met de industrie vormgegeven worden.
In de regio rond Deerlijk zijn ondernemers op zoek naar geschikte locaties en is er een tekort aan bedrijventerreinen. Dat bleek al in 2017 uit een berekening naar de vraag naar bedrijfsruimte die de Provincie West-Vlaanderen liet uitvoeren. Daarom gaat de Provincie samen met de lokale besturen op zoek naar geschikte zoekzones die planologisch bestemd kunnen worden als bedrijventerreinen. Esser werd als een zoekzone aangeduid, met de bedoeling om dat gebied verder economisch te ontwikkelen. De zone grenst aan een bestaand bedrijventerrein en beschikt al over een prima ontsluiting, en dat op een boogscheut van de E17. Een gunstig en strategisch gelegen locatie dus, waar nieuwe bedrijven gebundeld kunnen worden met de reeds aanwezige ondernemingen. Helaas stelt Voka - Kamer van Koophandel West-Vlaanderen vandaag vast dat sommigen de ontwikkelingsplannen hekelen. Dat is jammer, want het zijn zulke plannen die moeten zorgen voor extra jobs, bijkomende welvaart en economische groei in de regio. “Bij Voka West-Vlaanderen beginnen we ons meer en meer de vraag te stellen: als ondernemingen zich al niet meer mogen vestigen pal naast een bestaand en goed ontsloten bedrijventerrein, waar dan wel?”, zegt gedelegeerd bestuurder Bert Mons.
25.000 25% internationale talenten aantrekken
Over het International House
» Het wordt een fysieke en online hub voor informatie en begeleiding bij het in orde brengen van alle administratieve zaken.
» Het verzamelt data rond internationale talenten, om zo beleidsmatig gerichte beslissingen mee te kunnen sturen.
» Het wordt een bruisende hub voor netwerking en community building. Laagdrempelige sociale en culturele activiteiten moeten voor verbinding, ontspanning en sociale integratie zorgen voor internationals en hun gezin.
www.internationalhousewestflanders.be
De krapte op de arbeidsmarkt in West-Vlaanderen is groter dan ooit. West-Vlaamse bedrijven kijken meer en meer naar het buitenland om hun vacatures gericht en selectief in te vullen. Daarom is het belangrijk om een aantrekkelijk onthaalbeleid voor die internationale talenten te organiseren. Voka - Kamer van Koophandel West-Vlaanderen richt samen met POM West-Vlaanderen het International House West Flanders op, een onestopshop waar zowel internationals als bedrijven terechtkunnen voor informatie en ondersteuning rond wonen en werken in West-Vlaanderen.
De situatie op de West-Vlaamse arbeidsmarkt wordt gekenmerkt door een grote krapte, die omwille van de demografische situatie in de toekomst nog zal toenemen. Elke dag blijven er tienduizenden vacatures openstaan zonder dat ze ingevuld raken met talent uit eigen regio. “Ons grootste kapitaal zijn mensen. Om de uitdagingen op de arbeidsmarkt aan
te pakken, moeten we keuzes durven maken die de toekomstige welvaart van onze productieve en ondernemende kennisregio garanderen. Dat betekent ook investeren in het actief halen en onthalen van buitenlands talent. Het International House biedt hen een warm welkom en zet onze provincie internationaal op de kaart als aantrekkelijke regio voor internationaal
toptalent”, aldus viceminister-president van de Vlaamse Regering Hilde Crevits.
“De provincie West-Vlaanderen is als grensprovincie altijd al sterk gericht geweest op het buitenland, ook voor tewerkstelling. In tijden van mondialisering en arbeidsmarktkrapte is het evident dat we ons vanuit deze openheid ook internationaal verder op de kaart zetten als aantrekkelijke regio om te wonen en werken”, verklaart Jean de Bethune, gedeputeerde Economie Provincie West-Vlaanderen.
Ook ondernemingen beseffen de noodzaak om buiten onze Vlaamse regio te kijken. “Dat bewijzen de cijfers van het aantal aanvragen van de ‘gecombineerde vergunning’ in onze provincie, waar we de laatste jaren een verdrievoudiging zien”, geeft Bert Mons, gedelegeerd bestuurder van Voka - Kamer van Koophandel WestVlaanderen, aan.
Home away from home West-Vlaanderen moet nog meer op de kaart gezet worden als een aantrekkelijke plek voor internationaal talent om te leven en te werken. Daarom wordt een International House opgericht, als ‘a home away from home’ om een warm welkom te verzekeren. International House West Flanders is een initiatief in samenwerking met de Vlaamse Overheid, Unilin, Stad Brugge, Stad Kortrijk en Stad Roeselare.
Het International House wil een informatie-, kennis- en dienstencentrum zijn waar zowel internationals en hun families als organisaties en bedrijven in West-Vlaanderen terechtkunnen.
Hun doel is om een vlotte aankomst en soepele integratie in West-Vlaanderen mogelijk te maken.
Steden zijn enthousiast
De steden Brugge, Kortrijk en Roeselare zijn alvast enthousiast over de komst van een International House in WestVlaanderen. “Als internationale handelsstad met een rijk economisch verleden en heden, verwelkomen we expats met open armen. Met een bloeiende economie, ondersteunende initiatieven voor ondernemers en een ongeëvenaard cultureel erfgoed, bieden we als warme stad niet alleen een thuis, maar ook een platform voor professionele groei en sociale verbindingen”, aldus Dirk De fauw, burgemeester van Brugge.
“Kortrijk is een aantrekkingspool voor hoogopgeleid internationaal talent dankzij onze vele topbedrijven, universiteiten, hogescholen en onderzoekscentra. Ook deze mensen moeten zich welkom en thuis voelen in onze dynamische stad. Ze brengen kennis mee, vullen belangrijke jobs in en betekenen een economische meerwaarde. Het nieuwe International House van Voka zal voor hen, onze bedrijven en organisaties een interessante steun zijn”, vult Vincent Van Quickenborne, burgemeester van Kortrijk aan.
“Als ondernemersstad bij uitstek wil Roeselare in de volgende decennia haar positie behouden en liefst nog versterken. Daarom willen we als stad via het International House onze bedrijven steunen bij het aantrekken van nieuwe arbeidskrachten”, besluit Kris Declercq, burgemeester van Roeselare.
De herziening en uitbreiding van het Natuurbeheerplan IJzer- en Handzamevallei is ook Voka - Kamer van Koophandel West-Vlaanderen niet ontgaan. Het zogeheten ‘Globaal Kader’ van het Natuurbeheerplan suggereert een uitbreiding van het natuurgebied in de toekomst, wat Voka West-Vlaanderen steunt onder de voorwaarde dat de uitbreiding geen negatieve juridische consequenties heeft voor omliggende ondernemingen. Een andere bezorgdheid is de binnenvaart, met name langs het Ieperleekanaal, dat deels binnen de omvang van het Natuurbeheerplan en Globaal Kader valt. De voorgestelde uitbreidingen van natuur langs het kanaal kunnen mogelijk de verdere ontwikkeling van binnenvaart tussen Ieper en Diksmuide beïnvloeden, net als toekomstige watergebonden bedrijvigheid in de regio. Een derde belangrijk punt voor Voka WestVlaanderen is de manier waarop het openbaar onderzoek voor het plan werd gevoerd. Het gebrek aan transparantie en de late beschikbaarheid van relevante documenten belemmerden effectieve inspraak van belanghebbenden.
Voka West-Vlaanderen heeft erop aangedrongen dat het Agentschap Natuur en Bos de rechtszekerheid van bestaande en toekomstige economische activiteiten in de regio niet mag ondermijnen. Voka West-Vlaanderen blijft nauwlettend volgen hoe het Natuurbeheerplan verder wordt uitgewerkt.
Het Voka-netwerk blijft uitbreiden!
Dit zijn enkele nieuwe leden van de afgelopen maanden.
Audiovisual rental
Marke
Andy Devos
Voorziet technische en audiovisuele ondersteuning van jouw event, beurs, seminarie of feest. Ontzorgt je met feilloze klank-licht-video techniek. De crew zorgt voor opbouw, bediening tijdens het event, afbouw en transport.
www.givanaalst.be / www.dj-team.be
Sint-Andries
Alexander Vantyghem
Cercle Brugge, opgericht in 1899, is een voetbalploeg uit Brugge met een rijke geschiedenis. Cercle heeft ambitieuze groeidoelstellingen en wil haar fans en businesspartners steeds de best mogelijke dienstverlening aanbieden. cerclebrugge.be
Poelkapelle
Shirley Willems
Creëert als gepassioneerde hr-professional en bedrijfspsycholoog in hart en nieren werkplekken waar groei & welzijn voorop staan. Helpt als coach ondernemers (in spe) groeien. Met de nodige ‘schupn in de konte’. www.jubaco.be
Oostkamp
Kurt Clarys, Alexander Callens & Louis Vanneste
Ondersteunt als groeiend familiebedrijf voedingsbedrijven bij productontwikkeling en productieoptimalisatie. Met een modern machinepark, een toegewijde R&D-afdeling en persoonlijke begeleiding, biedt het klanten uitmuntende ondersteuning. www.clarys-foodingredients.be
Kortrijk
Steven & Jens Van Mol Vérder met ieders talent! Al meer dan 35 jaar laat Skill BuilderS talenten groeien en bloeien, via de activiteiten Assessment, Outplacement, Talent- & organisatieontwikkeling, Loopbaanbegeleiding, Welzijn op het werk & Begeleiding van werkzoekenden.
www.skillbuilders.be
Oostende
Raphaël & Adriaan Theuwissen Gespecialiseerd verdeler van verf met een high-end productiefaciliteit ‘Advanced European Coatings’. Van hoogwaardige laksystemen voor alle toepassingen en gerelateerde verfproducten. Voor professioneel en particulier.
www.northseapaints.be
Knokke-Heist
Yannick Bouts
Het vernieuwde La Réserve Resort uit Knokke-Heist baadt in serene luxe en is de ideale omgeving voor al je bijeenkomsten. Of het nu gaat om een productieve vergadering van 16 mensen, een gezellig privédiner, of een groot event tot 300 aanwezigen.
www.la-reserve.be
Oostduinkerke
Sharareh Niapour
Stelt haar expertise en ondersteuning ter beschikking aan kmo’s en industriële bedrijven in Vlaanderen met hun vraag naar reorganisatie en procesoptimalisatie binnen soft en hard hr, compensation & benefits en financiële ondersteuning als onderdeel van de dienst boekhouding. www.adminguide.be
Brugge
Ewout & Koen Bouckaert
Ontdek SIJS: dé West-Vlaamse topper in professionele verf, raamdecoratie, gevelisolatie en zonwering! Met meer dan 60 jaar expertise en 4 bruisende winkels in Brugge, Torhout, Roeselare en Kortrijk geeft het kleur aan ieders interieur.
www.sijs.be
West-Vlaamse ondernemingen hebben zuurstof nodig om te blijven groeien. Daarvoor is onder meer de interactie tussen het hoger onderwijs en het bedrijfsleven van groot belang. Hier laten we de hogeronderwijsinstellingen uit onze provincie aan het woord over hun opleidingsaanbod en onderzoeksprojecten. Met al jouw vragen over onderwijs kan je terecht bij joyce.simoens@voka.be.
Op een flexibele manier tegemoetkomen aan de noden van werkstudenten, was altijd al een prioriteit voor Howest. Onder meer met de opleiding hr-support voor werkstudenten blijkt dat die aanpak rendeert. “De deelnemers kunnen zelf kiezen wanneer ze de online inhoud van de leerpaden tot zich nemen. De contactmomenten met de lectoren zorgen ervoor dat de persoonlijke aanpak niet verloren gaat”, vertelt Howest-opleidingsmanager Randy Lamiere.
De dienstverlening van Howest steunt op 3 pijlers: opleidingen voor jongeren, onderzoek en levenslang leren voor wie zich op iets latere leeftijd wil blijven ontwikkelen. “De opleiding hr-support ontstond binnen de eerste pijler, maar is door de vele vragen vanuit het werkveld ook omgezet naar een aanbod in levenslang leren”, getuigt Evy Lagae, curriculumverantwoordelijke voor deze opleiding. “Het is een vrij brede opleiding, waarbij deelnemers leren hoe ze zich op een personeelsdienst kunnen ontwikkelen tot een administratieve, een organisatorische en een people partner.”
Margot Hoste schreef zich in 2021 voor dit traject in. “Ik combineer deze vorming met een functie als personeelsmedewerker bij Don Bosco Vlaanderen. Het is fantastisch om het op eigen tempo via afstandsonderwijs te kunnen doen, want daardoor is het vlotter combineerbaar met mijn job. Bovendien krijgen we nog altijd voldoende ondersteuning van de lectoren. Deze opleiding zorgt ervoor dat ik op de hr-afdeling bij mijn werkgever breder inzetbaar ben. Dat is ook voor mijn werkgever een meerwaarde.”
Wisselwerking
De coronapandemie had een directe impact op de inhoud van de opleiding. “Zo zijn onze werkstudenten nu bijvoorbeeld
“Ideale oplossing voor werkstudenten”
veel beter vertrouwd met online meetings”, pikt Julie Loridon, lector van de hr-support-opleiding, in. “Deze opleiding voor levenslang leren is geëvolueerd naar een volledig digitale opleiding, wat werkstudenten de mogelijkheid biedt om ze te volgen op eigen ritme: is er eens een piekmoment op hun werk, hoeven ze daarvoor dus geen lessen te missen. Bovendien zetten we de (online) contactmomenten nu nog efficiënter in en worden opdrachten zoveel mogelijk gekoppeld aan de eigen werkcontext.”
Een extra troef tijdens die contactmomenten, is de wisselwerking tussen werkstudenten en lectoren. “De studenten leren in eerste instantie bij van de lectoren, maar omdat ze met hun beide voeten in de dagelijkse praktijk staan, leveren ze heel nuttige input waar ook de lectoren iets mee
kunnen”, aldus Randy Lamiere. De opleiding hr-support duurt 2 jaar voor ‘upskillers’ (mensen die al op een hr-dienst werken en hun competenties verder ontwikkelen) en wordt vanaf volgend academiejaar ook in 3 jaar aangeboden voor ‘reskillers’ (werkstudenten die zich willen omscholen).
Volgend jaar wil Howest vooral inzetten op een samenwerking met bedrijven. Het aanbieden van opleidingen aan medewerkers leidt tot motivatie en zorgt ervoor dat medewerkers breder inzetbaar zijn en functies ingevuld kunnen worden. Howest denkt graag mee met bedrijven hoe de opleiding kan bijdragen tot hun employer branding en talentontwikkeling. (BVC - Foto Kurt)
Meer info: evy.lagae@howest.be
De 17 Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties worden wereldwijd ingezet als doelstellingen voor duurzame ontwikkeling. In deze rubriek stellen we iedere keer een andere SDG voor. SDG 4 focust op onderwijs, met gelijke toegang tot kwaliteitsvol onderwijs en de bevordering van levenslang leren voor iedereen.
Haelvoet in Ingelmunster, producent van ziekenhuis- en ouderenzorgmeubilair, mag één keer per jaar een klas uit het vijfde leerjaar ontvangen. De familiale kmo is één van de bedrijven waarmee Rotary Oostrozebeke-Mandeldal samenwerkt om leerlingen met een bezoek op de werkvloer warm te maken voor een technische opleiding. Rotary Oostrozebeke-Mandeldal kwam zo’n 10 jaar geleden bij Haelvoet aankloppen voor het project ‘Rotary & Toekomst - Wetenschap en Techniek’. “Dat is één van de goede doelen waarvoor wij ons met onze serviceclub inzetten”, zegt Nathalie Christiaens van Rotary Oostrozebeke-Mandeldal. “We zijn ervan overtuigd dat de welvaart in onze regio voor een groot stuk bepaald wordt door de (productie-) bedrijven in de streek. Die bedrijven ervaren echter een groot tekort aan technisch personeel.” Het project moet het vuur aan de lont steken. “Als we meer leerlingen en studenten in een technische opleiding willen krijgen, dan moet je de jeugd al heel vroeg prikkelen. We werken samen met een 15-tal West-Vlaamse bedrijven, waaronder Ardo, AVR, RDL,… zodat klassen uit het vijfde leerjaar een kijkje kunnen nemen op de productievloer. Daarnaast organiseren we ook elk jaar een infoavond, enerzijds voor ouders over de mogelijkheden en opleidingen die er zijn, en anderzijds voor onderwijzend personeel en de bedrijven om te tonen hoe ze leerlingen warm kunnen maken voor een technische opleiding”, zegt Christiaens.
Haelvoet ontvangt klassen op de werkvloer
Die infoavond gaat door bij Haelvoet in Ingelmunster, dat daarnaast ook één keer per jaar een klas mag verwelkomen. “Wij zijn met veel enthousiasme ingegaan op de vraag van Rotary”, zegt preventieadviseur Nicolas Cottenier. “Ook wij ervaren dat er een nijpend tekort is aan technisch personeel. Als we dat willen verhelpen, moeten we de werkkrachten van de toekomst al heel vroeg warm maken voor techniek. We werken daar dus ook graag aan mee.”
Flipperkast
De klassen die langskomen bij Haelvoet kunnen genieten van meer dan alleen maar een rondleiding. “We hebben het bezoek zo uitgewerkt dat de kinderen zélf iets kunnen maken. Op elke afdeling krijgen de leerlingen een onderdeel mee, zodat ze op het einde een mini-flipperkast in elkaar kunnen steken. Zo gaan de scholieren langs bij de houtbewerking, bij de metaalafdeling, bij de R&D-afdeling waar ze de 3D-printer kunnen testen, bij de afdeling magazijn en
finaal bij de afdeling montage. Dat maakt het voor hen een interactief bezoek. Onze productie staat die dag helemaal in het teken van het bezoek, vandaar dat we het aantal bezoeken per jaar ook moeten beperken.”
Haelvoet, dat opgestart werd in 1931, produceert ziekenhuis-, dokters- en woonzorgcentrummeubilair verspreid over 2 vestigingen. In Ingelmunster werken 90 mensen, de afdeling in Roemenië telt zo’n 145 medewerkers. Het bedrijf is goed voor een omzet van 25 miljoen euro. (JM - Foto Kurt)
Meer weten? Contacteer ons gerust via 0476 02 59 42 of duurzaamondernemen.wv@voka.be
Klank & Licht is gespecialiseerd in de verhuur van klank- en lichtinstallaties voor bedrijfsen andere evenementen. Recent verhuisde het Veurnse bedrijf naar een locatie op het gloednieuwe bedrijventerrein even verderop. Dankzij het nieuwe pand wil het bedrijf inzetten op verdere groei.
Door plaatsgebrek op de vorige site keek zaakvoerder Steve Pinson al geruime tijd uit naar een ruimer pand. “In ons vorige magazijn hadden we geen uitbreidingsmogelijkheden meer. We zijn meteen op dit bedrijfsgebouw gesprongen. Het is op de groei gekocht, maar nu hebben we meteen voldoende ruimte voor zowel de bureaus als het magazijn”, vertelt Steve.
Klank & Licht wil elke organisator van bedrijfsevenementen, personeelsfeesten, presentaties, beursstanden, opendeurdagen, congressen, festivals en meer, technisch ontzorgen op het vlak van licht, klank, video en podia. “We werken grotendeels rechtstreeks met de organisatoren zelf, maar ook met evenementenbureaus of steden en gemeenten, waarbij we hun evenement volledig technisch in handen nemen”, gaat hij verder.
Investeren
“De evenementenwereld is voortdurend in evolutie en we moeten constant investeren in nieuw materiaal. We hebben een team van vaste medewerkers en freelancers, die er mede voor zorgen dat wij ons kunnen profileren als een professioneel bedrijf dat tot in de kleinste details streeft naar kwalitatief hoogstaand werk. Ondertussen hebben we al een mooie portefeuille aan referenties opgebouwd zoals de Plopsa-groep, Studio 100, St.Bernardus Brouwerij, Automobilia, Pepsico, Stas en Duco. We zijn voornamelijk in West-Vlaanderen actief, maar verzorgen graag evenementen over het hele land. Zelfs bedrijven in Noord-Frankrijk behoren tot ons cliënteel.”
Het nieuwe pand moet voor een extra boost zorgen, zodat het bedrijf zijn klantenbestand nog verder kan uitbreiden en zich nog meer kan profileren als dé technische partner voor events. “Ik hou van het persoonlijke contact met mijn klanten. Ik ben ook graag altijd even aanwezig op een event om te kijken of alles in orde is. Dat persoonlijke contact geeft vertrouwen voor zowel de klant als voor mezelf”, besluit Steve Pinson. (FL)
“Nieuwe ontwikkelingen volgen elkaar heel snel op, wat een uitdaging is in onze job en waardoor we voortdurend moeten blijven innoveren. Vooral op het vlak van video gaat het de laatste tijd zeer snel. Nu werken we bijvoorbeeld met led-wanden die vaak mee geïntegreerd worden in de decors of inrichting van de locatie. We volgen ook regelmatig opleidingen bij onze leveranciers zodat we het uiterste kunnen halen uit de nieuwste producten. En terwijl vroeger een offerte bestond uit een woordje uitleg met de bijhorende prijzen, bieden we nu een gedetailleerde offerte aan waarin vaak ook al een voorontwerp van het project zit, zodat de klant zich visueel kan voorstellen hoe alles eruit zal zien”, klinkt het.
Een gebouw of garage duurzaam, veilig én esthetisch afsluiten: tegenwoordig doe je dat het best met een kwalitatieve sectionaalpoort. Zeker in West- en Oost-Vlaanderen vertrouwen veel raamfabrikanten, bouwaannemers en projectontwikkelaars op de totaalservice van Krial. Het familiebedrijf uit Passendale slaagt er als eerste in om isolatie en een hoogwaardige poederlakafwerking harmonieus te combineren.
Het 27-koppige team van Krial viert in 2024 het gouden jubileum van dit bedrijf, dat momenteel onder leiding staat van de derde generatie. Lode en Elsie Beheyt leiden de onderneming als broer en zus, met een sterke drang naar innovatie. “Voor onze professionele klanten verzorgen we het volledige plaatje: ontwerp, productie, installatie, service en onderhoud. Al onze realisaties zijn 100% maatwerk, met een uitgebreid scala aan mogelijkheden inzake afwerking en renovatieoplossingen. Zo kiezen veel mensen ervoor om gevelbekleding in de sectionaalpoort te integreren, zodat de poort onzichtbaar opgaat in het geheel.”
Sectionaalpoorten zie je steeds vaker, omdat ze interessanter blijken dan houten poorten en kantelpoorten. “Traditionele oplossingen zijn minder geïsoleerd, vaak minder mooi én moeilijk te automatiseren. Bovendien zijn ze ook minder veilig: wie er te dicht bij staat als ze open- of dichtgaat, riskeert een botsing. Bij sectionaalpoorten heb je dat risico niet. Bovendien scoren ze beter inzake luchtdichtheid en isolatie, waardoor je terecht het gevoel hebt dat de temperatuur in de garage iets hoger is.”
Poederlak
Sinds kort biedt Krial de mogelijkheid om een sectionaalpoort stijlvol af te werken met poederlak. “We hebben die innovatie samen met een gespecialiseerde partner uitgewerkt. Deze manier van werken is heel esthetisch, krasvast, biedt een sterkere hechting én is milieuvriendelijker dan natlakken”, legt Lode uit. “Vroeger was poederlakken niet mogelijk, omdat het ten koste van de isolatie zou gaan. De nieuwe aanpak verenigt het beste van
2 werelden. Sectionaalpoorten met poederlak worden sowieso de nieuwe standaard in deze nichemarkt.”
Krial kan ook sectionaalpoorten van een groter volume aan en profileert zich als de gedroomde poortpartner voor aannemers, raamfabrikanten, projectontwikkelaars, enzovoort. “Dat danken we ook aan onze krachtige service. 3 technici zijn continu op de baan om kleine ongemakken zo snel mogelijk op te lossen, met een breed gamma aan wisselstukken.”
Voor werknemers met ongewone werkuren in de haven van Zeebrugge is het soms moeilijk om flexibele kinderopvang te vinden. Daarvoor willen Apzi-Voka, Cewez, de stedelijke opvangdienst De Blauwe Lelie en Huis van het Kind Brugge bedrijfsgerichte oplossingen ontwikkelen. Hun initiatief Kinderhaven Zeebrugge krijgt 200.000 euro Vlaams budget.
Vlaams minister van Welzijn Hilde Crevits en minister van Werk Jo Brouns (beiden CD&V) deden een projectoproep voor innovatieve proeftuinen in het domein van de kinderopvang. De combinatie van de domeinen Werk en Welzijn stimuleert bedrijven om zelf het probleem van het tekort aan geschikte kinderopvang te helpen aanpakken. Er komen 5 proeftuinen, één in elke Vlaamse provincie en telkens met inbreng van Voka.
Het West-Vlaamse geselecteerde project is Kinderhaven Zeebrugge. Dat is een gezamenlijk initiatief van de vereniging van private havenbedrijven Apzi-Voka, de Centrale van Werkgevers van Zeebrugge (Cewez), Huis van het Kind Brugge en de dienst voor kinderopvang De Blauwe Lelie van Mintus, de welzijnsvereniging van OCMW Brugge.
“Via deze projectoproep krijgen we 200.000 euro om te experimenteren met nieuwe
Je bedrijfspand verkopen, verhuren of overlaten.
Neem contact met ons op business@dewaele.com
051 265 000
Je
businessmodellen die het voor de havenbedrijven aantrekkelijker maken om zelf in kinderopvang te investeren”, zegt Pablo Annys (Vooruit), voorzitter van Mintus en schepen van Sociale zaken, werk en ondernemen. “De bedoeling met Kinderhaven Zeebrugge is in de eerste plaats het onderzoeken van de behoeften van de werkgevers en werknemers. Wij hebben in de Brugse kinderopvang al ervaring in sectoren met onregelmatige werkuren zoals horeca, toerisme en zorg. In april krijgen de havenbedrijven vragenlijsten voor hun behoeften en wensen. Wij zoeken via de ondernemingen concreet naar 36 extra opvangplaatsen. Dat kan zowel in bestaande als in nieuwe initiatieven”, zegt Annys. (RJ)
Als ondernemer heb je de afgelopen tijd wellicht al termen zoals ESG, CSRD en ESRS horen waaien. Al deze afkortingen hebben te maken met de aankomende duurzaamheidsrapportering die verplicht zal worden voor heel wat Europese ondernemingen.
Naar schatting zullen ongeveer 50.000 Europese ondernemingen onder het toepassingsgebied van de nieuwe Europese Richtlijn (CSRD) vallen en bijgevolg een duurzaamheidsrapport moeten opmaken. Dit is een substantiële toename versus de circa 15.000 Europese ondernemingen die reeds rapporteren onder de oude richtlijn (NFRD).
Het is duidelijk dat duurzaamheid in al haar aspecten in de nabije toekomst een steeds belangrijkere rol zal spelen in de economie en dit gevolgen zal hebben voor bestaande handelsrelaties.
Duurzaamheid is voor iedere onderneming van belang, groot of klein. Duurzaamheidsrapportering komt er enerzijds om Europa tegen 2050 klimaatneutraal te maken en zal anderzijds ook aantonen welke bedrijven echt duurzaam zijn en welke ondernemingen zich duurzamer presenteren dan ze daadwerkelijk zijn en dus aan greenwashing doen.
Is duurzaamheidsrapportering verplicht voor mijn onderneming?
Grote ondernemingen (te bekijken op consolidatieniveau) worden vanaf 2026 verplicht om naast hun financiële rapportering ook een duurzaamheidsrapport te publiceren. Het eerste rapport dat inzage moet geven in de verschillende duurzaamheidspijlers zal betrekking hebben op de activiteiten die plaatsvonden in 2025.
Deze rapporteringsverplichting komt voort uit Europese wetgeving en zal vanaf 2027 ook verder uitgebreid worden. Gezien de veelheid aan informatie die moet
verzameld en beoordeeld worden, starten velen nu al met de nodige zaken in kaart te brengen.
Waarom is ESG toch van belang voor mij, ook al moet ik niet verplicht rapporteren?
Ondanks het feit dat duurzaamheidsrapportering enkel verplicht is voor grote ondernemingen of beursgenoteerde kmo’s, zullen ondernemingen van alle groottes op korte termijn onrechtstreeks geconfronteerd worden met duurzaamheidsrapportering. Als leverancier of klant van een onderneming die moet rapporteren, zal je wellicht ook bepaalde vragen moeten beantwoorden of specifieke data moeten aanleveren om jouw rol in de waardeketen duidelijk te maken.
Een voorbeeldje: je bent zaakvoerder van een industriële wasserij die instaat voor het wassen van bedlinnen van een grote hotelketen. De hotelketen kan jou, om dit op te nemen in hun eigen duurzaamheidsrapport, op een bepaald moment de vraag stellen wat het gemiddeld waterverbruik is voor een pakket linnen en welke stappen je de komende vijf jaar zal ondernemen om dit verbruik te verminderen.
Je moet misschien zelf geen duurzaamheidsrapportering opstellen, maar het is wel van belang om hier vandaag al over na te denken en jouw rol in de waardeketen duidelijk te maken en veilig te stellen.
ESG?
ESG omvat de 3 pijlers “Environmental”, “Social” en “Governance”. Onder ESG kunnen ondernemingen hun inspanningen op het vlak van milieu, mensen en goed bestuur toelichten.
Wat brengt de toekomst?
België heeft tot uiterlijk 6 juli 2024 de tijd om de Europese wetgeving op te nemen in haar eigen wetgeving. Het invoeren van deze rapporteringsplicht zal stapsgewijs gebeuren. Vandaag gaat het over de grote ondernemingen, maar er gaan reeds stemmen op om dit op termijn voor alle ondernemingen verplicht te maken.
Corneel Maertens, vennoot Stijn Hugues, financieel adviseur
Titeca Pro Accountants & Experts
Bij iedere toekomstbepalende beslissing staan we voor jou klaar
Weg met het samenloopverbod en de quasi-immuniteit van de hulppersoon
Op 1 februari 2024 is Boek 6 (buitencontractuele aansprakelijkheid) van het Burgerlijk Wetboek aangenomen, als volgende stap in de globale hervorming daarvan. Een belangrijke verandering is de afschaffing van het “samenloopverbod” en de “quasi-immuniteit van de hulppersoon”. In dit artikel staan we stil bij wat dit betekent.
Het samenloopverbod en de quasiimmuniteit van de hulppersoon … In België geldt op heden het “samenloopverbod” tussen contractuele en buitencontractuele aansprakelijkheid: u kan iemand met wie u een contract heeft en die in dat kader een tekortkoming begaat, enkel contractueel aansprakelijk stellen. Een buitencontractuele vordering zal niet mogelijk zijn, tenzij de contractuele tekortkoming tegelijk ook een misdrijf is (of kadert in een reglementaire verhouding).
Het belang van het samenloopverbod is groot en ligt voornamelijk in het niet kunnen omzeilen van contractuele aansprakelijkheidsbeperkingen en in het niet kunnen claimen tegen de hulppersonen van uw contractspartij, zij zijn “quasi-immuun” (bijv. een onderaannemer of de bestuurder van een onderneming).
Het voorbeeld van een bouwheer die een beroep doet op een (hoofd)aannemer, die voor een deel van de werken zelf een beroep doet op een onderaannemer (bijv. voor het plaatsen van ramen) is typisch. Indien de onderaannemer schade veroorzaakt (bijv. door de vloer te beschadigen uit onvoorzichtigheid), kan de bouwheer hem niet rechtstreeks contractueel aanspreken, aangezien zij onderling geen contract hebben. Anderzijds kan hij dit ook niet buitencontractueel, aangezien de onderaannemer wel werken uitvoert uit het hoofdcontract tussen de bouwheer en de hoofdaannemer en er het verbod geldt van samenloop tussen contractuele en buitencontractuele claims over dezelfde feiten. De bouwheer kan zich dus enkel tot de hoofdaannemer richten, en enkel contractueel. De onderaannemer is wel slechts “quasi” immuun: hij kan nog steeds contractueel worden aangesproken door de hoofdaannemer en
buitencontractueel door loutere derden (bijv. indien de ramen op een voorbijganger vallen).
… verdwijnen uit ons aansprakelijkheidsrecht Voortaan wordt samenloop wel toegelaten: bij een contractuele tekortkoming die tegelijk een buitencontractuele fout is, heeft de benadeelde de keuze tussen een contractuele en een buitencontractuele vordering. Anderzijds zal de aansprakelijke nu wel zijn verweermiddelen uit de contractuele relatie (bijv. aansprakelijkheidsbeperking, specifieke wettelijke verjaring of contractuele uitsluiting van samenloop) ook kunnen inroepen tegen de buitencontractuele claim, tenzij hij de fysieke of psychische integriteit van de benadeelde heeft aangetast (bijv. onopzettelijke slagen en verwondingen) of de schade met opzet veroorzaakte.
Wat dan met de positie van de hulppersoon? Een contractuele vordering van de hoofdschuldeiser tegen de hulppersoon blijft onmogelijk, er is immers geen contract tussen hen. Een buitencontractuele vordering zal nu wel kunnen, tenzij het contract of bijzondere wetgeving dit uitsluiten of beperken. De hulppersoon geniet daarbij wel een dubbele bescherming: hij kan tegen de hoofdschuldeiser zowel de verweermiddelen uit de contractuele relatie tussen de hoofdschuldenaar en de hoofdschuldeiser inroepen, als deze uit zijn eigen contractuele relatie met de hoofdschuldenaar (tenzij dus i.g.v. opzet of aantasting van de persoonlijke integriteit). Hulppersonen zullen zo meer risico lopen op aansprakelijkheid en het insolventierisico van de hoofdschuldenaar
wordt ook deels verplaatst van de hoofdschuldeiser naar de hulppersoon. Anderzijds zal het belang van bijzondere wetgeving die hulppersonen beschermt (bijv. werknemers voor eenmalige lichte fout) uiteraard toenemen.
Inwerkingtreding
Boek 6 BW zal vermoedelijk in werking treden op 1 januari 2025 en van toepassing zijn op schadeverwekkende feiten van na de inwerkingtreding, maar niet op toekomstige gevolgen van feiten van daarvoor. Het is (voorlopig) onduidelijk of de wet ook van toepassing zal zijn op tekortkomingen na de inwerkingtreding m.b.t. contracten die dateren van voordien. Het zal in elk geval van belang zijn om in contracten en verzekeringen rekening te houden met dit nieuwe speelveld.
Bruno Thoen en Wibo Van Poeck, De Langhe Advocaten
Uw familiebedrijf overdragen? Maak tijdig uw huiswerk!
Een overdracht van een familiaal bedrijf is een cruciaal moment. Nochtans blijkt in de praktijk dat veel ondernemers niet of veel te laat stilstaan bij dit kantelmoment. Wij vroegen Niko Hostyn, Head of Estate Planning Vlaanderen bij Degroof Petercam, hoe u dit het beste aanpakt en waar u zoal rekening mee moet houden.
Waarom is de overdracht voor velen een taboe?
Niko Hostyn: Een echt taboe zou ik het niet meteen noemen, maar het klopt wel dat de overdracht van een familiebedrijf een zeer gevoelig thema is en dat veel ondernemers daarom geneigd zijn om een afwachtende houding aan te nemen. Iets wat je jarenlang met hart en ziel hebt opgebouwd, geef je nu eenmaal niet graag uit handen.
Hoe gaat zo een overdracht in zijn werk?
De overdracht van familiale bedrijven aan de volgende generatie gebeurt vaak reeds tijdens het leven van de ondernemer, hetzij door een schenking, hetzij door een verkoop. Het grote voordeel daarvan is dat u op die manier proactief een aantal vragen kan beantwoorden die cruciaal zijn voor de continuïteit van de onderneming.
Welke vragen moet een ondernemer zich zoal stellen?
Vaak gaat een ondernemer ervan uit dat zijn kinderen de bedrijfsfakkel zullen overnemen. Maar is dat wel hun ambitie? En zijn zij uit hetzelfde ondernemershout gesneden? En wat als er meerdere kinderen zijn waarvan de ene wel en de andere niet wil toetreden tot het familiebedrijf, hoe hou je dan de kerk in het midden? Door tijdig na te denken over uw familiale waarden en die te formaliseren in een zogeheten family charter vermijdt u niet alleen conflicten maar creëert
En wat is dan de volgende stap?
Kiezen tussen een verkoop of een schenking. Die keuze zal uiteraard afhangen van uw concrete situatie. Een belangrijke kanttekening hierbij is evenwel dat er voor de schenking van aandelen bij leven – onder bepaalde voorwaarden weliswaar – een aantrekkelijk gunstregime geldt waarbij u geen schenkingsrechten betaalt.
Wat zijn de voorwaarden om daarvan te genieten?
In Vlaanderen kunnen we de belangrijkste voorwaarden als volgt samenvatten. Het moet gaan om een familiale onderneming met hoofdzetel in de Europese Economische Ruimte (EER). Er is daarnaast een participatievoorwaarde: de aandelen die u als familie bezit moeten voldoende stemrechten vertegenwoordigen.
Door tijdig na te denken over uw familiale waarden en die te formaliseren in een zogeheten family charter vermijdt u niet alleen conflicten maar creëert u op termijn ook waarde voor uw onderneming. »
Er geldt ook een activiteitsvoorwaarde: de onderneming moet een reële economische activiteit hebben. En de schenking moet voorts ook gebeuren via een authentieke akte bij de notaris. Bovendien zijn er ook belangrijke voorwaarden te respecteren nadat de schenking is uitgevoerd. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest geldt een regeling die sterk gelijkt op die van Vlaanderen; in Wallonië gelden afwijkende regels. Voor een gedetailleerd overzicht van de voorwaarden in de drie gewesten verwijs ik graag naar onze blog.
Heb je tot slot nog een tip?
Laat u goed begeleiden. De overdracht van uw bedrijf moet goed worden voorbereid. Lees daarom zeker ons blogartikel over dit onderwerp (via de QR-code onderaan). Wenst u advies of begeleiding op maat? Neem dan contact op met onze specialisten. Zij hebben veel ervaring met dit thema en loodsen u graag door dit proces.
Maak vrijblijvend een afspraak met een private banker bij Degroof Petercam. Hij of zij bekijkt graag met u wat voor uw familiale onderneming de beste strategie is. Via de QR-code is een afspraak zo geregeld. Tot binnenkort!
Hugo D’Hoedt, Dieter D’Hoedt en Jochen Cobbaert — Gardec
Het Zeebrugse Gardec is één van de grootste scheepswerven langs de Belgische kust. Met een toegewijd team van ervaren scheepsherstellers biedt het bedrijf van vader en stichter Hugo en zoon Dieter D’Hoedt dagelijks technische oplossingen aan voor de maritieme sector, variërend van scheepvaart en offshore tot haveninfrastructuur. Naast service en herstellingen realiseert het op-en-top familiebedrijf ook complete nieuwbouwprojecten, waaronder zware metaalconstructies, nieuwbouw van machinekamers, afwerking van schepen of industriële constructie en offshoreprojecten.
Nog even en dit bedrijf is 30 jaar jong. Hoe is het allemaal begonnen en wat waren de mijlpalen?
Hugo D’Hoedt: “Ik heb al van in mijn jeugd een grote interesse gehad voor mechanica. Toch ben ik pas op mijn 45ste begonnen met mijn eigen bedrijf. In een eerste fase profileerde Gardec zich als agent (dealer) aan de Noordzee voor ABC Motoren. Dat was in 1995. In dat eerste jaar was het niet eenvoudig om continuïteit te verzekeren in de business. In 1996 hebben we een eerste droogdok aangekocht. In 1998 hebben we ook een lokaal staalbedrijf overgenomen en dat was de opstap om volledige machinekamers te refitten, een belangrijke strategische wending. In 2003 evolueerde Gardec ook richting baggerbedrijven en stonden we dus niet langer en alleen ter beschikking van de visserijsector. Zo zijn we altijd maar blijven voorwaarts evolueren. In 2008 hebben we een eigen werkplaats opgericht voor de zware industrie en in 2020 hebben we hier naast de deur een grote investering gedaan met de bouw in eigen beheer van een nieuw droogdok, wat zorgde voor substantieel meer hefcapaciteit: van 600 ton naar 3.000 ton. Tussendoor hebben we 2 overnames afgerond die zorgden voor grote complementariteit: pur sang machinefabrikant Brusselle (geleid door achterneef Jochen Cobbaert) en De Cloedt Werkhuizen. Gardec is dus het product van een heel verhaal.”
Kan Gardec wel onder één noemer gevat worden?
Dieter D’Hoedt: “Toegegeven, dat is moeilijk. We zijn er best fier op dat we in dienst van de maritieme sector van verschillende markten thuis zijn: mechanische service, machinering, zwaar constructiewerk, offshore services, scheepsonderhoud, ontwerp en bouw van lieren en stuurmachines.”
Stond het in de sterren geschreven dat u op een dag in het bedrijf van uw vader zou binnenstappen?
Dieter D’Hoedt: “Eigenlijk wel. Toen ik 16 was kwam ik hier tijdens de vakanties al
werken. Dat gebeurde vooral met plezier, niet omdat het zo nodig moest. Je kan dus zeggen dat ik de microbe van jongs af aan meedraag. Werken op de werf maakte ook altijd een diepe indruk op mij. Hier binnenstappen is dus de vrucht geweest van een vrij natuurlijk proces. Mijn opleiding (industrieel ingenieur, lasingenieur) was dus ook een logische keuze. In 2003 was het zover. Mijn vader had me laten verstaan dat hij me wel kon gebruiken. Veel meer woorden zijn daar toen niet aan vuil gemaakt. Veel, zo niet alles, was gestoeld op vertrouwen en stilzwijgende afspraken. Recent hebben we de relatie wat geformaliseerd en zijn we co-zaakvoerders geworden. Het voordeel: we zijn meer dan ooit elkaars klankbord, zonder dat we over alles dezelfde mening moeten hebben. Het belangrijkste is dat we goed overeenkomen en in grote lijnen dezelfde visie delen.”
Familiebedrijven hebben veel voordelen, maar ook nadelen. Dieter D’Hoedt: “Ik zie heel wat voordelen aan de positieve kant, zoals begeestering, verbetenheid, drive. Wat familiebedrijven kenmerkt, is de passie om er vol voor te gaan, elke dag opnieuw. Je moet het ook graag doen, want anders hou je het niet vol. Typisch is ook de wil om te groeien en de bereidheid om kort te schakelen. We hebben dat alles in huis. Aan de andere kant betekent een familiebedrijf ook dat je helemaal alleen de verantwoordelijkheid moet dragen voor het hele reilen en zeilen van het bedrijf. Die rugzak kan best zwaar wegen. Ik geef een voorbeeld: weekend of niet, ik wil altijd bereikbaar zijn en blijven voor klanten. We dragen de notie service hoog in het vaandel en willen er dus naar handelen. Klanten die buiten de uren in nood zitten, weten dat ze op ons kunnen rekenen. En jawel, dat mag ook in het buitenland zijn.”
Gardec bestrijkt een erg breed actieterrein. Maar dromen jullie nog van meer? Zijn er domeinen die nog opgevuld moeten worden?
Dieter D’Hoedt: “Het antwoord is gelijktijdig
“We hebben continu een vliegende equipe klaar staan van 20 lassers die gecertificeerd zijn voor laswerken op offshore installaties. Er zijn niet veel bedrijven in onze sector die dat kunnen zeggen.”— DIETER D’HOEDT
eenvoudig en moeilijk: het werk is nooit af. We willen vooral niet rigide zijn in onze aanpak. We stellen ons continu de vraag wat er nog zou passen onder onze paraplu. Maar je moet dat case per case bekijken. Vergeet niet dat een schip een varende fabriek is met talrijke toepassingen. Voorlopig zijn we zo gestructureerd dat we voor bepaalde zaken veel een beroep doen op tientallen subcontractors of toeleveranciers. Dat gebeurt onder onze voorwaarden en eisen. De kwaliteitslat ligt erg hoog en we vragen van onze partnerbedrijven ook een extreme vorm van flexibiliteit en snelheid van uitvoering. Wie dat niet kan garanderen, moet niet rekenen op een samenwerking. De ervaring leert echter dat er tientallen kmo’s zijn met wie we al jarenlang perfect in zee gaan. Hun meerwaarde staat vast. Ik geef maar één voorbeeld: we werken al 25 jaar samen met één en hetzelfde bedrijf dat schilderdiensten aanbiedt. Dat zegt toch genoeg?”
Is Zeebrugge een ideale haven om de business uit te rollen? Hoe liggen de verhoudingen met het havenbestuur? Dieter D’Hoedt: “We hebben al altijd de allerbeste relaties onderhouden met het havenbestuur. Maar, en in alle bescheidenheid ook, we hebben onze groei vooral aan onszelf te danken. De stap richting de grote baggerbedrijven was een belangrijke sprong voorwaarts. De contacten en contracten met grote spelers als Jan De Nul en/ of DEME hebben Gardec een enorme boost gegeven. We zijn nu al jaren veel minder en unilateraal afhankelijk van de visserijsector. De baggersector heeft letterlijk onze grenzen helpen verleggen: onze actieradius blijft sindsdien niet langer beperkt tot wat er aan land gebeurt, maar verlegt zich ook meer en meer richting offshore. Denk bijvoorbeeld aan serviceverlening bij de bouw van transfostations of windmolens op zee. We hebben continu een vliegende equipe klaar staan van 20 lassers die gecertificeerd zijn voor laswerken op offshore installaties. Er zijn niet veel bedrijven in onze sector die dat kunnen zeggen.”
Van concurrentie gesproken. Het is een voordeel om actief te zijn in een nichesector, maar een volledige ‘blue lagoon’ is het ook niet, toch? Vanwaar komt de zwaarste tegenwind?
Dieter D’Hoedt: “Het is een nichesector maar – nooit te vergeten – ook een kleine wereld. Concurrentie houdt ons scherp, gelukkig maar. In de buurlanden als Frankrijk, Nederland en het Verenigd Koninkrijk
“Gardec is het product van een heel verhaal.”
— HUGO D’HOEDT
zijn ook bedrijven actief als het onze. De scherpste tegenspelers bevinden zich waarschijnlijk in Nederland. Wij blijven een competitieve voorsprong hebben dankzij onze extreme flexibiliteit. Bij ons zal je geen nine-to-five mentaliteit vinden en onze klanten weten dat ook danig naar waarde te schatten.”
Hoe kijkt u vandaag tegen de conjunctuur aan? Gaat het goed of minder goed met de maritieme sector? Dit zal waarschijnlijk het duidelijkst merkbaar zijn bij de machinefabrikant in de groep, namelijk Brusselle?
Jochen Cobbaert: “Je hoort ons niet klagen. Het orderboek van Brusselle is bijzonder goed gevuld. Dat heeft ook te maken met de door ons uitgestippelde strategie die neerkomt op een tweesporenbeleid. Onze orders zijn afkomstig uit 2 verschillende hoeken. Enerzijds is er onze service afdeling ‘wisselstukken, herstelling en revisie’, en die business draait op volle toeren. Anderzijds is er alles wat te maken heeft met nieuwbouw. Ook daar hebben we niet te klagen. Maar de verkoop van nieuwbouwlieren en -stuurmachines blijft wel onderhevig aan scherpere prijszetting.”
Heeft Gardec inzake duurzaamheid en innovatie de voorbije jaren stappen gezet?
Dieter D’Hoedt: “In ons geval is het een must om alle trends in de maritieme sector van heel nabij op te volgen. Ik denk hier aan de elektrificatie of aan de opkomst van waterstof of methanol als aandrijfbronnen. Het is duidelijk dat dit de toekomst wordt. Anderzijds zijn er nog veel ontwikkelingen te verwachten op het gebied van powermanagement. Daaronder verstaan: het automatiseren waar het kan, als opstap naar meer efficiëntie en rendabiliteit in de scheepsprocessen.”
Het team aan boord – zo’n 100 man sterk – moet voldoen aan heel specifieke eisen. Hoe moeilijk is het om mensen te vinden en aan boord te hijsen?
Dieter D’Hoedt: “Vroeger werd in het VTI nog in grote lijnen aangeleerd waar wij om vroegen. Nu moeten de ‘rekruten’ vooral leren op de werkvloer. Wij leveren als bedrijf grote inspanningen om jongeren te laten
Dieter D’Hoedt vindt een nieuwe zeesluis in Zeebrugge cruciaal. “Ook al betekent het voor ons dat we één van onze sites in de haven moeten herlokaliseren. Dat weten we nu al. Maar samen met het havenbestuur is al een oplossing gevonden voor een nieuwe locatie”, vertelt hij.
kennismaken met onze sector. Dat gebeurt door rechtstreeks contact met de scholen, maar ook via jobbeurzen. Je moet met passie spreken over het werkaanbod en dat doen we ook. Onze hr-desk verzorgt de marketing van Gardec erg goed, dat mogen we zeggen. Toch hebben we nog continu vacatures openstaan. Het gaat altijd om technisch geschoolde profielen, zoals lassers, monteurs of draaier/frezers. We zoeken ook chauffeurs en projectleiders. Inhouse volgen we een heel motiverend beleid inzake hr. We zijn de grootst mogelijke voorstanders van intrapreneurship. We willen onze medewerkers, en vooral dan de projectleiders, zoveel mogelijk verantwoordelijkheden geven. In onze visie moet je mensen een uitdagende job bezorgen.”
Hebben jullie een boodschap voor het onderwijs?
Dieter D’Hoedt: “Technisch uitvoerende maritieme opleidingen worden onderbelicht en dat is jammer, want het is een boeiende sector met gevarieerd werk. Ik denk dat het onderwijs hier nog een gat in de markt zou kunnen opvullen.”
En heeft u aan de vooravond van de verkiezingen een advies voor de overheid?
Dieter D’Hoedt: “Klagen is gemakkelijk, en dat willen wij ook niet doen. Een ondernemer is het aan zichzelf verplicht om altijd positief te blijven en niet op te geven als
hij moeilijkheden ondervindt op zijn pad. Maar het is wel een feit dat te veel regelgeving ons enorm veel meerwerk bezorgt. De bedrijfswereld in het algemeen ondervindt dat te veel administratie – zeg maar administratitis – een erg complex gegeven is. Terwijl wij ondernemers zo vaak het gevoel hebben dat het allemaal eenvoudiger kan. Je moet eens een omgevingsvergunning binnenhalen. Een heel karwei. Wij hebben het zelf mogen ondervinden toen we hier een nieuw droogdok wilden aanleggen. Ik schat dat het een jaar geduurd heeft tussen de eerste aanvraag en het effectief bekomen van de vergunning. Maar we willen daar nu niet te veel meer op terugkijken. Vandaag zijn we vooral trots en fier dat we in onze sector zowat het modernste droogdok van de hele Noordzee in gebruik hebben.”
Tot slot: steeds meer steekt de vraag de kop op of de maakindustrie in onze contreien nog kan gedijen. Geloven jullie er nog in?
Dieter D’Hoedt: “Jawel hoor, mits er aan een aantal voorwaarden wordt voldaan. Eén: doorzetten, bereid zijn om tegen de wind in te blijven fietsen. Twee: mensen vinden en mensen kunnen houden. Opleidingen door de bedrijven zelf zijn daarbij allicht cruciaal. Drie: het zoeken van een niche en daarin proberen uit te blinken. Dat proberen we elke dag in te vullen. En last but not least: extreem service minded zijn.”
(Karel Cambien - Foto’s Stefaan Achtergael)
Sinds begin maart heeft Gantner Ticketing uit Ieper een nieuwe naam: Vintia. Het gaat ook verder als één van de hoofdmerken onder Salto WECOsystem (voorheen Salto Systems Group). Het bedrijf biedt gespecialiseerde, innovatieve totaaloplossingen voor ticketing, reserveringen en inschrijvingen.
“Onze klanten kunnen met onze oplossingen hun operationeel management efficienter uitvoeren en de klanttevredenheid vergroten, onder meer dankzij onze geavanceerde applicaties, uitgebreide integratiemogelijkheden en 24/7 klantenservice”, zegt Edwin Hemkes, CEO van Vintia. Gantner Ticketing pakte eind vorig jaar nog uit met de lancering van haar ticketingoplossing in de Efteling, het grootste themapark van
Nederland. Dat was het resultaat van bijna 2 jaar voorbereiding en ontwikkeling.
Na de overname van Gantner door Salto Systems, zal Vintia focussen op oplossingen voor diverse sectoren, waaronder sportcentra, zwembaden, attractieparken, dierentuinen, musea en overheden. “Dankzij onze aansluiting bij het Salto WECOsystem kunnen we blijven innoveren, om voorop
te blijven op het gebied van technologie en service. Zo kunnen we de ervaring van bezoekers in vrijetijds- en attractiecentra verder verbeteren.”
“Onze rebranding en herpositionering benadrukken ons streven om in te spelen aan de specifieke behoeften van de vrijetijds- en attractie-industrie. Doordat we deel worden van Salto WECOsystem, kunnen we Gantner Ticketing en onze 35-jarige geschiedenis een eigen identiteit geven onder een nieuwe merknaam”, besluit Hemkes. (JM)
www.vintia.com
POM West-Vlaanderen, provinciaal agentschap met een hart voor ondernemers
Samen met onze partners maken we van West-Vlaanderen een provincie waar ondernemers kunnen groeien op een duurzame manier. We stimuleren ondernemerschap, investeren in ruimte om te ondernemen, brengen innovatie dichter bij de ondernemer, ontwikkelen het aanwezige talent in West-Vlaanderen en geven data en informatie op maat.
Aangetrokken door onze experten?
www.pomwvl.be
#samenondernemen
De eerste editie van HavenWijs, een netwerkevenement voor havenbedrijven en onderwijsmensen, was een schot in de roos. “Elkaar beter leren kennen is een grote stap naar een betere toeleiding van jongeren naar havenberoepen. Er zijn momenteel duizenden vacatures voor alle profielen en studieniveaus”, zegt ondervoorzitter Dirk De fauw van Port of Antwerp-Bruges.
Er staan momenteel meer dan 1.500 open vacatures op het platform www.havenjobs. com, een initiatief van Port of Antwerp-Bruges, VDAB, Voka Antwerpen-Waasland, Alfaport Voka, Apzi-Voka West-Vlaanderen, Maatschappij Linkerscheldeoever, Cewez, Stad Antwerpen, Stad Brugge, het Havencentrum van de Provincie Antwerpen en TUA West. “En dat zijn nog maar enkel de vacatures die bedrijven bij VDAB registeren en zonder de talrijke uitzendberoepen”, zegt Annick Dekeyser, marketing advisor van Port of Antwerp-Bruges.
Als aanvulling op de campagnes om jongeren en de havenwereld dichter bij elkaar te brengen, werden 2 ‘HavenWijs’-ontmoetingen georganiseerd voor havenbedrijven en onderwijs. Op 13 maart in Zeebrugge en 15 maart in Antwerpen kwamen verantwoordelijken van de derde graad middelbaar onderwijs, het hoger onderwijs en de universiteit in contact met havenbedrijven. “In Zeebrugge was het meteen volle bak met 100 mensen, de helft uit het onderwijs en de helft uit havenbedrijven. Ook 2 dagen later in Antwerpen was het aantal beschikbare plaatsen op voorhand volzet.”
Gamer bestuurt havenkraan
De grote interesse voor de wederzijdse mogelijkheden en behoeften komt voort uit een acute nood. “Alle bedrijven in de haven zoeken mensen voor de meest uiteenlopende functies en van alle onderwijsniveaus. Bijvoorbeeld VTI Zeebrugge
ontpopt zich tot een echte havenschool voor technisch vaardige handen, terwijl de geautomatiseerde magazijnen van ECS aangestuurd worden door 600 mensen op een kantoor. Er is nood aan schilders, lassers, havenarbeiders, machinebestuurders, IT’ers, financieel geschoolden, autospecialisten, noem maar op”, zegt ondervoorzitter van Port of Antwerp-Bruges Dirk De fauw.
Daarnaast zijn er specifieke havenberoepen die je alleen op de werkvloer kan aanleren. Het belangrijkste daarvoor is over de juiste skills te beschikken. Gamers uit de opleiding Esports van KTA Brugge zijn bijvoor-
beeld vertrouwd met de joysticks waarmee ook havenkranen en heftrucks bediend worden. En influencers hebben dan weer een juiste attitude voor sales.
Op HavenWijs kregen de leerkrachten toelichting over het aanbod van de sectorfondsen en konden ze met de bedrijven speeddaten over stages, praktijksprekers en lesmateriaal. “Deze ontmoeting plant zaadjes voor de toekomst. In de logistieke sector is een derde van de werknemers 50-plusser. Om die mensen het komende decennium te vervangen, is het nodig om nu al jongeren voor de boeiende havenwereld te enthousiasmeren. Daarvoor zijn goede contacten tussen havenbedrijven en leerkrachten nodig”, zegt Hendrik Sohier, general manager van APZI. Vanwege het grote succes van de toenadering tussen onderwijs en bedrijven, krijgt HavenWijs de komende jaren wellicht een vervolg. (RJ - Foto MVN)
DOSSIER bouwen en verbouwen
“Internationaal netwerk uitbreiden met extra verkoopkantoren”
Wanden en plafonds leuk aankleden, is sinds 1970 de kernactiviteit van Orac. Vanuit Oostende bouwde het familiebedrijf de voorbije 5 decennia een stevige internationale organisatie uit, die de zelfgemaakte oplossingen voor wandbekleding aan professionele klanten verkoopt. Onder impuls van de tweede generatie, Yves en Laurence Taillieu, zet de onderneming meer dan ooit in op digitalisering en nog duurzamere producten. Andreas Notebaert staat aan het hoofd van de Benelux-organisatie.
Toen Guy Taillieu Orac (‘Ostend Research and Applications Company’) destijds boven de doopvont hield, focuste het bedrijf zich op het vervangen van traditionele materialen in de meubelindustrie door geavanceerde polymeren. Vandaag produceert het bedrijf kroon- en wandlijsten, plinten, 3D-wandpanelen en decoratieve elementen. “Je kan ons assortiment samenvatten als schilderklare wanddecoratie”, stipt Andreas Notebaert aan. “Die fabriceren we in Oostende (Duropolymer®) en in Slovakije (Purotouch®). In onze hele organisatie werken circa 450 mensen, waarvan net geen 200 in West-Vlaanderen.”
Orac Decor verkoopt het aanbod in België onder meer via de schildervakhandel. “Over de grenzen heen zijn we actief in meer dan 90 landen”, vervolgt Andreas. “In 11 naties hebben we eigen commerciële teams. In de andere landen laten we onze producten momenteel verdelen door distributeurs, die dan het hele land bestrijken. Zeker sinds corona beleven we jaarlijks een groei met dubbele cijfers, zowel omzet- als winstmatig. Het is één van de redenen waarom we ons internationale netwerk uitbreiden met eigen verkoopkantoren. In 2023 is onze organisatie opgestart in Polen en Italië, dit jaar staan er nog enkele landen op de planning. Daarmee zetten we onze marktbenadering, waarbij klantnabijheid centraal staat, nogmaals in de verf. Dat combineren
“De combinatie van onze wandbekleding met structuurverf leidt tot heel mooie resultaten.”
— ANDREAS NOTEBAERT
we met een sterke digitale ‘machine’ die daar heel nauw mee samenloopt.”
Bio-circulair aanbod
Orac dankt zijn populariteit onder meer aan de creatieve toepassingsmogelijkheden van de producten. “De combinatie van onze wandbekleding met structuurverf leidt tot heel mooie resultaten. Ook onze flexproducten, die zich heel makkelijk laten gebruiken op afgeronde oppervlakken, liggen goed in de markt. Het klopt dat kunststofproducten bij sommigen nog een negatieve connotatie hebben, maar dat komt uitsluitend omdat wij er als gebruiker op de verkeerde manier mee omgaan. Het gaat om heel duurzame items, die door de jaren heen niets aan stevigheid inboeten.”
Die karakteristieken kon Orac ook integreren in een assortiment van 100% bio-circulaire producten. “Die bestaan deels uit gerecycleerde materialen en deels uit virgin stoffen, die volledig op basis van biomassagrondstoffen zijn gemaakt. We hebben er onze way of work in Oostende wat voor moeten aanpassen, maar het resultaat mag er zijn: een volledig groen product, dat niets aan kwaliteit moet inboeten. Bovendien kan de professionele vakman het op dezelfde manier als onze andere referenties gebruiken. Deze vernieuwing bewijst dat we onze pioniersrol in wanddecoratie gepassioneerd blijven invullen.” Interieurarchitecten en professionele afwerkers gebruiken het Orac-aanbod vooral in winkels, de hospitality-sector (hotels, restaurants, bars) en het hogere segment van de residentiële markt. “In de kantoormarkt zijn we minder aanwezig, omdat de keuze voor interieurafwerking daar vooral geënt is op oplossingen die aan heel specifieke normen moeten voldoen.”
Stichter Guy Taillieu heeft de zaak lange tijd geleid. In 2002 kwamen zijn kinderen Yves en Laurence mee aan boord. “Onder hun leiding leggen we dit jaar een bos en een buitenruimte voor onze medewerkers aan. Daarnaast ontvingen we dit jaar ons nieuw certificaat van CO2-neutraal bedrijf. Eén van de factoren die daartoe heeft bijgedragen, is de ISCC-certificering (International Sustainability Carbon Certification) die we kregen voor de productie van het 100% bio-circulaire Duropolymer®-gamma. Met het ‘House of Personality’ openden we in januari van dit jaar onze volledig vernieuwde belevingsshowroom”, zegt Andreas Notebaert.
Hoewel het assortiment van Orac pas in de laatste fase van een bouwproject nodig is, besteedt de eindklant graag nog altijd een mooi budget aan een knap interieur. “Akkoord, de bouwheer moet tegenwoordig (budgettair) rekening houden met allerlei duurzaamheidseisen, maar het ene hoeft het andere niet in de weg te staan, integendeel. Je hebt sowieso een mooie plint nodig en die hoeft niet duur te zijn”, besluit Andreas Notebaert. (BVC - Foto Kurt)
www.oracdecor.com
Kom naar Voka Connect bij Orac Orac is een pionier in het nastreven van duurzame en circulaire ambities. Tijdens de Voka Connect op dinsdagavond 23 april ontdek je er hoe je duurzaamheid en circulariteit kan integreren in je bedrijfsstrategie en productaanbod.
Dankzij de ING Sustainable Buildings Guide ontdek je de impact van elke euro op de EPC-score van je gebouwen, je CO2-uitstoot, energiekosten én de terugverdientijd van je investeringen.
Casa Nova profileert zich voortaan als full service interieurbedrijf
Casa Nova uit Brugge doet vandaag veel meer dan de oorspronkelijke vastgoedstyling om panden beter verkoopbaar te maken. “We zijn door de jaren heen geëvolueerd naar een onestopshop die alle woondromen van zowel particulieren als professionelen kan realiseren”, vertelt zaakvoerder Barbara Bassens. En toch bleek het nodig om scherper te focussen, om straks opnieuw te kunnen groeien.
“Bij onze start in 2012 verhuurden we complete interieurs met échte meubels voor te koop gestelde panden. Uit eigen renovatieprojecten wisten we dat dat voor een betere verkoopprijs zorgt. Na slechts 1 dag prospectie aan de kust is het vanzelf beginnen vloeien. 6 jaar later begonnen we personeel aan te werven en zijn we ook geëvolueerd van niet enkel ‘stagen’, naar ook de verkoop van interieurs. Maar om de zoveel jaar kom je als zaakvoerder op een kruispunt. Met Johan Van Hool van Voka West-Vlaanderen als businesscoach deden we een grondige analyse. Het stagen van residentieel vastgoed in het binnenland bleek te intensief qua tijd en investering in personeel en voorraad. Daarom besloten we residentieel vastgoed enkel nog in regio Brugge in te richten en focussen we voortaan op de tweedeverblijfsmarkt aan de kust. Door de afstand kunnen we sneller schakelen én wordt een interieur heel vaak mee met het pand verkocht. Een win-win voor iedereen.“
Die keuze blijkt te lonen. “Onze agenda zit vol, al heeft dat ook te maken met onze evolutie naar full service interieurbedrijf. Je kunt bij ons terecht voor advies over interieur, kleur, stijl, licht en zelfs volledig uitgewerkte renovatieplannen. We werken samen met vaste professionele partners zoals schilders en schrijnwerkers die meegaan in ons kwaliteitsdenken. Binnen Casa Nova hebben we onze eigen interieurarchitecten in dienst, maar we werken ook perfect
“Na corona is een huiselijke sfeer op de werkvloer heel belangrijk geworden.”
— BARBARA BASSENS
samen met die van de klant. Zij zien ons als hun aankoopplatform dat meer dan 40 binnen- en buitenlandse merken aanbiedt, naast onze eigen meubel- en zetellijn onder de naam Casa Nova Lifestyle. Ze boeken onze showroom voor hun klant, of sturen hun klant met het plan waarvan wij dan de look & feel vertalen in concrete stukken. Ons cliënteel is heel divers, iedereen is welkom. Het zijn vooral particulieren en professionelen die goed geboerd hebben, maar wel 2 maal nadenken over hoe ze hun geld spenderen. Op vandaag verandert men graag iets vaker en is de keuze voor een prachtig interieur met een heel aantrekkelijke prijs-kwaliteitsverhouding snel gemaakt.” (lacht)
Professionele markt
Casa Nova mikt ook op de professionele markt. “Denk aan bouwpromotoren of investeerders van bijvoorbeeld assistentiewoningen voor wie we ‘kooppakketten’ samenstellen volgens het budget en de doelgroep die ze beogen. Maar ook in de kantoor- en professionele wereld merken we dat een huiselijke sfeer op de werkvloer na corona heel belangrijk is geworden. Zelf gingen we recent van één groot landschapsbureau over naar een ruimere en sfeervolle kantoorruimte waar elk haar eigen eilandje heeft. We merken dat de productiviteit omhooggaat, dat iedereen kan doorwerken, en dat er – op momenten dat het mag en kan – ook gelachen en gepraat kan worden. Vandaag draait alles rond sfeer en beleving, van de winkel over de woning tot de werkplek. Dat creëren, is waar onze focus op ligt.” (SD - Foto MVN)
www.casa-nova.be
Bouw- en vastgoedcommunity 2024 opent met bezoek aan nieuw casino Middelkerke
De bouwsector is de beste barometer van de economische conjunctuur. Met die gedachte in het achterhoofd, organiseert Voka West-Vlaanderen ook in 2024 de bouw- en vastgoedcommunity. Tijdens 4 fysieke netwerkavonden en 2 webinars brengen we allerlei spelers uit deze branche samen om te netwerken, te leren en te inspireren. Voor Johny Cottreel en Eddy Teerlynck stond het als een paal boven water om ook dit jaar mee te doen.
Johny Cottreel stichtte in Ieper het architectenbureau dat zijn naam draagt. De ondernemer vond het altijd al belangrijk om de vinger aan de pols van de markt te houden. “Toen we begin 2023 te horen kregen wat we van de bouw- en vastgoedcommunity mochten verwachten, hebben we niet lang getwijfeld om ons in te schrijven”, legt hij
“De rondleidingen op de gastlocaties zijn heel leerrijk.”
— JOHNY COTTREEL
uit. “De lijst van locaties was één van de eerste aspecten die ons over de streep trokken. Daarnaast is het interessant en belangrijk om kennis te maken met ondernemingen die je nog niet kent en om relaties te onderhouden met mensen waarmee je wel al een bepaalde band hebt.”
Onder de deelnemers vind je onder meer investeerders, vastgoedmakelaars, toeleveranciers, studiebureaus en aannemers, maar ook projectontwikkelaars. “Voor onze kernactiviteit werken wij heel vaak samen met die laatste doelgroep”, stipt Johny aan. “Het is niet onze eerste betrachting om
1460
“Tijdens de bezoeken zie je zaken waardoor je dingen vanuit een ander perspectief gaat bekijken.”
— EDDY TEERLYNCK
hier potentiële nieuwe klanten op een vrij informele basis te leren kennen, al sluiten we dat natuurlijk niet uit. Wel verrijkend is het om de uitdagingen van andere spelers te horen en hoe zij daarmee omgaan. Eigenlijk zorgt de community voor een boeiende kruisbestuiving in onze toch wel redelijk versnipperde markt.” Toen Johny en echtgenote Sofie de kans kregen om ook dit jaar deel te nemen, was die knoop snel doorgehakt. “Vorig jaar vonden we onder meer de rondleiding in het vernieuwde hoofdkantoor van Vanmarcke erg leerrijk, net als de avond georganiseerd door 3ARCHITECTEN in Roeselare. Vooral van de technische uitleg hebben we toen wel een en ander bijgeleerd.”
Naamsbekendheid
Net als Johny Cottreel, tekende ook Eddy Teerlynck vrij snel in voor deelname aan de bouw- en vastgoedcommunity 2024. “Wij zijn in de bouw een vrij atypische firma”, legt de bestuurder van Vika uit. “Door de jaren heen zijn we uitgegroeid tot een modern productiebedrijf van keuken- en badkamermeubelen. We hebben een performant productieapparaat en maken een Belgisch product van topkwaliteit. Keukenstudio’s en sanitaire groothandels werken heel graag met het Vika-assortiment, maar vermelden daarbij niet altijd onze naam. Deelname aan de community was en is een goed idee om die naamsbekendheid omhoog te krikken. Dat biedt interessante mogelijkheden om ons netwerk te verruimen en om een gezicht te kleven op firma’s die je anders alleen van naam kent. Bovendien is de frequentie niet zo intens –
6 evenementen op jaarbasis – waardoor je het vlot in je agenda kan inpassen.”
Onder meer het bezoek aan het Gentse Wintercircus en de inspiratietrip naar Rotterdam, zijn blijven hangen in Eddy’s herinneringen. “Je ziet zaken waartoe je anders meestal de kans niet krijgt, waardoor je automatisch dingen vanuit een ander perspectief gaat bekijken. Dat is onder meer nuttig omdat we nu zelf aan het bouwen zijn. De aannemers zijn pas gestart met de creatie van nieuwe kantoren, die tegen eind volgend jaar af zullen zijn. We vonden het dan ook een goed idee om via deelname aan de bouw- en vastgoedcommunity onze visie te verruimen. Zo hebben we een aantal dingen opgestoken over groenintegratie, waarmee je in de stad – of op een industrieterrein – een plattelandsgevoel kan creëren. De gesprekken met andere deelnemers hebben ons ook een en ander geleerd over de energietransitie, zoals het investeren in geothermie.”
De kick-off van de bouw- en vastgoedcommunity 2024 vindt plaats op dinsdag 24 maart bij SILT, het nieuwe casinogebouw op de zeedijk van Middelkerke. Op 20 en 21 juni staat een inspiratietrip naar Lyon gepland. Meer informatie bij ann.dedecker@voka.be.
Ook dit jaar behoort Eddy tot het kransje van bijna 130 West- en Oost-Vlaamse deelnemers. “Als onderneming moeten wij het hebben van duurzame langetermijnrelaties. Deelnemen aan deze community is dan ook een project dat je langer dan één jaar moet hebben gedaan om het goed te kunnen doen en nog andere nieuwe mensen te leren kennen. We houden er vooral van om mensen op een heel vrijblijvende manier met ons bedrijf te laten kennismaken.” (BVC - Eigen foto en foto DD)
Alle risico’s wind- en waterdicht afdekken: zeker in de bouwsector is het van ontzettend groot belang dat alle verzekeringen uitstekend geregeld zijn. Daarom is het geen toeval dat veel ontwerpers uit de sector (architecten, ingenieurs,… ) op de diensten van verzekeringsmakelaar Ides Ramboer rekenen. Op de vernieuwde website kan je nu nog eenvoudiger online verzekeringsaanvragen indienen.
Sinds ruim 50 jaar is Ides Ramboer voor ontwerpers in de bouwsector dé vertrouwenspartner inzake verzekeringen. Als totaalmakelaar omhelst het aanbod onder meer beroepsaansprakelijkheidsverzekeringen, werfpolissen, ABR, tienjarige aansprakelijkheidsverzekeringen, alle klassieke verzekeringen zoals de brand- en autoverzekering en opbouw in de tweede pensioenpijler (IPT, VAPZ,…) De grootste meerwaarde situeert zich in de verregaande expertise over de bouwwereld en de daaraan verbonden regelgeving.
Sterker in Wallonië
“De bouwsector is aan uitgebreide en vaak complexe wetgeving onderworpen”, zegt algemeen directeur Geert Cordier. “Onze verzekerden leunen op ons voor zoveel meer dan het louter afsluiten van de juiste polissen. We krijgen van hen ook veel inhoudelijke vragen inzake de wetgeving en hoe daarmee om te gaan. Onze service omvat bijvoorbeeld preventief advies bij werfperikelen en nazicht van contracten. De uitgebreide ervaring van onze juristen is in dat opzicht een cruciale troef. We staan al sterk in Vlaanderen en versterken gaandeweg ook onze marktpositie in Wallonië. In functie daarvan werven we graag nog een Franstalige accountmanager annex dossierbeheerder aan.” Daarnaast kan je op de stijlvol opgefriste website sinds kort ook online je aanvraag voor
de ABR en de globale decenale verzekering (tienjarige aansprakelijkheid) invullen. “Hoewel de wetgeving tienjarige aansprakelijkheid woningbouw (wet PeetersBorsus) al 5 jaar in voege is, zien we dat het belang daarvan nog niet bij alle uitvoerders in de bouwsector is doorgedrongen, terwijl dat wel een verplichte verzekering is. Het opvragen van de bijhorende attesten bij de verschillende aannemers is vaak een kruisweg voor de architect. Door dit online aan te bieden, hopen we nog meer bouwheren te bereiken, aangezien ze dit nu dus ook via hun pc, tablet of smartphone kunnen doen. Als de bouwheer een verzekering onderschrijft voor alle aannemers samen, bespaart dat veel tijd en moeite.”
Daarnaast is Ides Ramboer sinds kort nog sterker aanwezig op diverse sociale media. “Op termijn zullen we de onlineservice nog uitbreiden door de integratie van een klantenzone. Zo blijven we ook de komende jaren een cruciale partner voor architecten, studiebureaus stabiliteit en technieken, landmeters, energiedeskundigen, asbestspecialisten, interieur-, tuin- en landschapsarchitecten en andere zelfstandige beroepen in de bouwsector.”
Akoestiek was in de bouwwereld lang het kleine broertje, en ook nu nog wordt het vaak als optioneel en een overbodige kostenpost gezien. “Achteraf zaken moeten rechtzetten, is echter altijd pakken duurder dan vooraf een studie doen om tot een goed concept te komen. En bij een akoestisch slecht ontworpen nieuwbouw is sloop vaak zelfs de enige remedie”, vertelt Bart Van de Velde van studiebureau voor akoestiek SonIQ uit Gistel.
Hij leerde het vak vanaf 2012 bij een Brugs studiebureau voor akoestiek. “De combinatie van de liefde voor programmeren en mijn praktijkervaring in de bouw door het verbouwen van mijn eigen huis bleek voor hen een pluspunt. Ik leerde er alles over bouwakoestiek en automatiseerde heel wat processen. Zo maakte ik tools om de gigantische hoeveelheid data te analyseren die gegenereerd wordt bij langdurige metingen rond bedrijven, spoorwegen of snelwegen. In juni 2022 ben ik met SonIQ voor eigen rekening begonnen en ondertussen is er ook een eerste medewerker in dienst. We doen 2 zaken: berekeningen maken en metingen uitvoeren. Ideaal is als we van in het begin bij het bouwproces betrokken worden. Net als de stabiliteitsingenieur en de EPB-verslaggever bekijken we de plannen van de architect, maar dan op het vlak van akoestiek: zijn de opbouw en de materialen goed om aan de normen te voldoen of niet? Dat doen we in een 3D-model waarbij we direct de mogelijke verbeteringen kunnen simuleren. En we kunnen de bouwkosten ook optimaliseren door overbodig materiaal uit het ontwerp te halen. Zeker in middelgrote en grote projecten vertalen de meerkosten van een studie van de akoestiek zich meestal in een reductie van de bouwkosten. Klanten zijn vooral projectontwikkelaars, architectenbureaus en soms ook aannemers.”
“Een goed concept is vooral belangrijk voor luchtgeluiden, zoals gebabbel, tv, radio. Problemen daarmee achteraf rechttrekken is gigantisch moeilijk. Bij contactgeluiden – voetstappen, verschuivend meubilair – is vooral de uitvoering cruciaal. Daar is werfcontrole belangrijk, en ook opleiding van bijvoorbeeld chapisten. Bij akoestiek is het onderscheid tussen geluidsisolatie en geluidsabsorptie belangrijk. Het eerste houdt geluid tegen van de ene ruimte naar een andere. In het tweede geval beperk je de gevolgen van galm in een ruimte, zoals te veel lawaai in een restaurant. Wij werken vooral rond geluidsisolatie.”
Nevenproject
Barts liefde voor programmeren leidt nu ook tot een nevenproject. “We willen trapsgewijs zelf software voor studiebureaus ontwikkelen. Het eerste is software om akoestische prestaties van elementen te voorspellen, zoals een bepaalde vloeropbouw. Wat nu bestaat, gaat terug op
“We willen trapsgewijs zelf software voor studiebureaus ontwikkelen.”
— BART VAN DE VELDE
formules uit de jaren 60 en speelt niet in op de recente evoluties. Een tweede pakket moet toelaten om echte geluidsisolatieberekeningen te maken, waarbij we de aparte elementen – vloeren, muren, plafonds – samenbrengen tot ruimtes en berekenen hoe de energie van het geluid zich verspreidt in het gebouw. We hebben subsidiedossiers ingediend en hopen binnen 1,5 jaar een product te hebben dat wereldwijd vermarktbaar is. Als dit aanslaat, kan het wel eens veel groter worden dan SonIQ zelf.” (SD - Foto EV)
www.son-iq.be
Stadsbader Group heeft in Malle een gloednieuwe staalproductiesite opgestart. “Daardoor kunnen we voortaan een nog breder scala aan projecten realiseren, zowel in het westen en oosten van België als in Noord-Frankrijk en Nederland”, klinkt het.
Stadsbader Group is een multidisciplinaire bouwgroep met verschillende divisies en productielocaties verspreid over België en Noord-Frankrijk. De corebusiness bestaat uit bouw, technieken, infrastructuur en civiele werken, zowel voor particuliere ondernemers als overheden. Vandaag telt de groep meer dan 1.800 medewerkers die dagelijks actief zijn op 250 werven in België, Nederland en Noord-Frankrijk.
De groep is voortdurend op zoek naar opportuniteiten om haar activiteitenen dienstenaanbod te verruimen en te optimaliseren. De opstart van de nieuwe staalproductiesite in Malle, waar voorheen ASK Romein actief was, past in die visie. “Met een productiecapaciteit van meer dan 10.000 ton staal per jaar zullen we er staalconstructies met een CE-certificaat tot en met executieklasse 4 realiseren, de
hoogst mogelijke uitvoeringsklasse. De productie- en conserveringshal van 14.500 m² biedt plaats aan een uitgebreid en modern machinepark”, zegt Dominique Valcke, CEO Stadsbader Group.
Naast het westen van het land en Noord-Frankrijk behoren het oosten van België en Nederland steeds meer tot het werkterrein van Stadsbader. En waar het bedrijf zich tot voor kort hoofdzakelijk toespitste op betonproductie in eigen beheer,
maken ook staalproductie in eigen beheer en de realisatie van hybride projecten voortaan deel uit van het aanbod. “We zijn zeer blij dat we met de opstart van de nieuwe staalproductiesite in Malle alweer een belangrijke stap kunnen zetten richting toekomst, met snelheid en verticale integratie als essentiële speerpunten binnen onze dienstverlening”, besluit Dominique Valcke. (JV - Eigen foto) www.stadsbader.com
Fabrikant en
Fabrikant en leverancier van
Fabrikant en leverancier van
• betonnen prefabkelders
• betonnen prefabkelders
• betonnen prefabkelders
• regenwater- en septische putten
• regenwater- en septische putten
• regenwater- en septische
• olie- en benzineafscheiders
• olie- en benzineafscheiders
• olie- en benzineafscheiders
• huishoudelijke waterzuiveringen
•
• huishoudelijke waterzuiveringen
Vromant nv
Wij helpen u met omgevingsvergunningen
milieuadvies en -coördinatie
milieuadministratie
“Consumenten kunnen zo hun Van Marcke-badkamer in enkele klikken samenstellen”
Modulab, een spin-off van Van Marcke, ontwikkelde een gelijknamige configuratortool waarmee consumenten ruimtes eenvoudig kunnen inrichten. De tool wordt geïnstalleerd in alle toonzalen van Van Marcke, zodat klanten er in een paar klikken hun badkamer mee kunnen samenstellen. "Ook andere bedrijven hebben interesse om Modulab te gebruiken", zegt zaakvoerder Aldric d'Oultremont.
Modulab is ontwikkeld als antwoord op een aantal uitdagingen in de sector, zegt zaakvoerder Aldric d’Oultremont. “Enerzijds zien we dat het aankoopgedrag van de consument verandert. Vroeger was een showroom nog dé plek waar de klant zijn inspiratie kwam halen, nu heeft die al veel gezien op sociale media op het moment dat hij een showroom binnenkomt. Anderzijds is er ook het groeiende aanbod. Alle producten tonen in een showroom, is haast onmogelijk geworden. Vroeger bestond een welbepaalde kraan enkel in chroom, nu zijn er per kraan ook nog eens 10 varianten. Digitalisering is de manier om méér producten te kunnen tonen aan de klant.”
Het was een hele opdracht om de software achter Modulab klaar te krijgen. “Vooral de data-input is heel arbeidsintensief: alle kranen, alle toiletten, alle baden zijn terug te vinden in Modulab. Andere bestaande software op de markt biedt ook de mogelijkheid om ruimtes in te richten, maar dat is voornamelijk met generische modellen. Zo kan je ‘een toilet’ in je visualisatie integreren. Bij Modulab kies je effectief één specifiek toiletmodel uit. Klanten kunnen in enkele klikken hun badkamer samenstellen en ook visualiseren in hun eigen ruimte. Bovendien zien ze meteen de impact op de prijs als ze bepaalde aanpassingen doen, want er wordt een offerte op maat gekoppeld aan de visualisatie.” Modulab kreeg ook andere ondernemingen mee in het verhaal. “Daardoor kunnen we niet alleen de badkamermeubels en -accessoires voorstellen van Van Marcke, maar kan de klant meteen ook wanden, vloeren en verlichting kiezen.”
Combinatie
Wordt de showroom van de toekomst een uitsluitend digitale showroom? “Neen, dat nog niet”, zegt d’Oultremont. “De consument is hier nog niet helemaal klaar voor. Hij wil nog altijd een bad zién, een kraan voelen. Het blijft hoe dan ook een combinatie. Klanten laten zich inspireren, en van die inspiratie vertrekken ze richting basisontwerp dat ze in de toonzaal maken met een medewerker. Thuis kunnen ze hun ontwerp vrij eenvoudig aanpassen en bijvoorbeeld
toch voor een kraan in een andere kleur kiezen.”
De Modulabtafel wordt momenteel geïnstalleerd in alle showrooms van de badkamergigant. Het wordt intussen ook verder op punt gezet. “Het is de bedoeling dat Modulab de klant nog gerichter producten kan voorstellen, afhankelijk van zijn voorkeur en smaak. Daarnaast worden ook technische oplossingen in Modulab ingegeven, een andere belangrijke bedrijfsactiviteit van Van Marcke. Er is ook interesse van andere bedrijven om Modulab te gebruiken, zoals bouwpromotoren. Wij zijn nog altijd heel fier dat wij in de jaren 60 de allereerste badkamershowroom hebben voorgesteld. Wij zijn met deze digitale showroom opnieuw pionier”, klinkt het. (JM - Foto Kurt)
www.modulab.be
Een goede voorbereiding is alles. In de bouwsector gaat dat cliché vermoedelijk nog meer op dan in andere branches. Hoe begin je aan een nieuwbouw- of renovatieproject? Waarop let je en welke aandachtspunten zijn belangrijk met het oog op een lange levensduur van je gebouw? Charlotte Deceuninck, Hoofd Engineering bij Altez, geeft nuttig advies.
“Ook de bouwsector moet meedenken in functie van een duurzame toekomst. Zo wordt circulair bouwen steeds belangrijker opdat de afvalberg en de CO2-uitstoot kunnen verkleinen. Daarom is het cruciaal om vanaf de start van het ontwerp goed na te denken over de bouwmaterialen. Kies voor milieuvriendelijke materialen (met een lage CO2impact) of voor materialen die eenvoudig demonteerbaar en herbruikbaar zijn. Op die manier creëer je een kringloop van grondstoffen. Ook met Altez werken we hier volop aan, onder impuls van een interne duurzaamheidscoördinator. Daarnaast laten we ons ook omringen met partners die dezelfde mindset hebben.”
“Net zoals een onderneming, dient ook een bedrijfsgebouw continu te evolueren. Hou vanaf de start rekening met eventuele gefaseerde uitbreidingen. Als het basisontwerp hierop is afgestemd, kan je uitbreidingen op een economischere manier realiseren en is de stap eenvoudig en snel gezet, zonder moeilijke of dure maatregelen te moeten treffen.”
“Om in een vroege ontwerpfase de interactie tussen verschillende bouwdisciplines bloot te leggen, is het belangrijk om te kiezen voor goede BIM-coördinatiesoftware. Binnen Altez werken we met een pakket dat in alle bouwfases bruikbaar is. Onze projectvoorbereiders en productietekenaars werken alle ontwerptekeningen uit in hun eigen programma, om daarna via het coördinatiesoftwarepakket alles in één model samen te brengen. Zo krijgen we een totaalbeeld van het project en komen er geen verrassingen in een volgende fase of op de werf. Door op deze manier te werken, ben je ook in de mogelijkheid om op een vlotte en eenvoudige manier te communiceren met externe partijen. Je zorgt voor een duidelijke communicatiestroom binnen het projectteam, van op het bureau tot op de werf.”
Niet-residentiële gebouwen zoals kantoren, retailpanden en publieke gebouwen groter dan 1.000 m2 moeten tegen eind dit jaar verplicht een EPC-certificaat voor niet-residentiële gebouwen (EPC NR) hebben, gelijkaardige gebouwen tussen 500 en 1.000 m2 tegen eind 2025. Het label – van A tot G – op het certificaat is een belangrijke graadmeter voor de duurzaamheid van de gebouwschil en -technieken, maar zal ook een rol spelen bij de verkoop van een pand. We Love Buildings uit Knokke-Heist is één van de weinige studiebureaus in Vlaanderen die zo’n EPC NR mag afleveren.
totaalaannemer van jouw handelszaak, project of villa projectontwikkelaar van residentiële projecten vastgoedmakelaar: wij verkopen vastgoed, ook dat van jou
We bouwen vanuit het hart.
T 056
Het was bij verzekeraar Apra dat Katrien Vanaudenrode met vastgoed in contact kwam. “Ik werd er hoofd van de technische afdeling en zo begon mijn liefde voor vastgoedbeheer te groeien. Na de fusie met Assubel – met Mensura als nieuwe naam –verkochten ze heel wat vastgoed. Ik stapte over naar één van de kopers, die uitgroeide tot een bedrijf dat 4.500 appartementen in 120 grote gebouwen beheerde, verspreid over Antwerpen en Knokke. De complexiteit van mede-eigendom (ME) trok me aan. Maar in 2016 was het klaar voor mij en in 2017 verkocht ik dat bedrijf. Het is
een mooie basis geweest om te weten en voelen wat er leeft in gebouwen.”
“Daarna ben ik me op het technische luik van vastgoed gaan richten. Zo is er NEN 2767, een methodologie om conditiestaatmetingen op gebouwen te doen: wat is er defect, wat moet er nu vervangen worden, welke kosten komen eraan binnen dit en 5 jaar en 10 jaar? We zagen dat syndici daar niet warm van liepen omdat ze de kostprijs niet konden verantwoorden of er onbekend mee waren. Maar enkele studiekantoren in Gent en Brussel pikten ons op en brachten ons naar andere werven: gebouwen van de VUB, een groot klooster van KU Leuven, en simultaan mochten we voor de expat-afdeling van Accent Jobs ook inzetten op woonkwaliteitsonderzoeken. In die periode hoorde ik over de komst van EPC NR. Ik zag dat alles wat wij in onze gebouwaudits deden daarin terugkwam, en dat opnieuw in de niche waarin ik wilde vertoeven: ME. Ik volgde een opleiding als energiedeskundige en daarna is het een stormloop geweest. We hebben echt wel ‘sjette gegeven’; ik ben daar wel fier op.”
Meetgegevens bijhouden
“Bij een nieuwe opdracht kijken we eerst de energieprestatiedatabank na om te kunnen bepalen of het terrein en de gebouwen waar het om gaat correct opgenomen staan. Bij de klant wordt heel wat informatie opgevraagd, waaronder grond- en gevelplannen. Daarna gaan we ter plaatse, lopen heel het gebouw door en brengen alles in kaart: schildelen en hun isolatie, beglazing, de installaties,... We bekijken ook attesten voor onderhoud, technische fiches met de vermogens van machines en dergelijke. Daarna tekenen we de gebouwen uit in een 3D-model om van daaruit de invoergegevens te berekenen. Heel belangrijk voor ons zijn de meterstanden van elektriciteit, injectie van PV-panelen en gas. Probleem is dat we niet alleen de meetgegevens over
“Maak tijdig een afspraak, want er komt wellicht geen uitstel meer van de overheid om aan de verplichting te voldoen.”
— KATRIEN VANAUDENRODE
een heel jaar nodig hebben, maar ook dat we alleen rekening mogen houden met de maand waarin we de opname doen. Met een afrekening van januari kan ik in februari niets doen. De klant krijgt dan een label X –‘onbekend’ – wat vaker terugkomt als een probleem bij de verkoop van het pand. Bij het ontbreken van meetgegevens kunnen we eigenlijk pas na een jaar het label gaan bepalen. Contacteer ons dus zeker op tijd! En als je wél een label krijgt en het is ongunstig, is het de bedoeling dat je de dingen gaat aanpakken. Er is wel degelijk een renovatieplicht.”
Asbestinventarisatie
“Naast EPC NR-certificering doen we ook masterrenovatieplanningen voor residentieel vastgoed in opdracht van het Vlaams Energie en Klimaatagentschap (VEKA)
onder de vlag van CORE FM. En samen met alle energetische oplossingen is ook asbestinventarisatie heel belangrijk voor ons. We focussen daarbij vooral op ME, maar we kunnen zo’n inventaris voor eender welk vastgoed opmaken. Tegen 2032 moet alle vastgoed opgeleverd vóór 2001 een asbestinventarisattest hebben, naast de verplichte asbestinventaris die je al sinds 1994 als werkgever moet hebben. Ik geloof sterk dat EPC NR en asbest samen horen, want als je gaat renoveren of dat moét doen omwille van je label, moet je weten of er nog asbest aanwezig is. Het saneren is niet de goedkoopste klus. Je reserveert er best budget voor, als je niet voor onaangename verrassingen wil komen te staan.” (SD - Foto MVN)
“Wij houden omvormers in topvorm”
Wereldwijd zijn al miljoenen zonnepanelen geplaatst, die voor ettelijke MWh aan groene elektriciteit zorgen. Tenminste: als de omvormers optimaal functioneren. Inverter Service, met hoofdzetel in Wevelgem, specialiseert zich in onderhoud en herstellingen van de meest diverse ‘inverters’.
David Vermeersch had altijd al iets met groene energie. Nadat hij wegens rugproblemen zijn installatiebedrijf voor zonnepanelen liet overnemen, startte hij in 2016 heel kleinschalig met reparaties van omvormers. “Op micro-omvormers na, herstellen we eigenlijk elk model. Dat zijn er tegenwoordig meer dan 700. Aanvankelijk waren we gevestigd in Izegem, maar door de snelle groei verhuisden we in 2020 naar onze huidige, ruimere locatie in Wevelgem.”
Hier verzorgt het bedrijf herstellingen en onderhoud van omvormers voor installateurs, fabrikanten, energie- en investeringsmaatschappijen. “Alle reparaties gebeuren in onze eigen,
056
erg goed uitgeruste werkplaatsen. Naast de defecte, vervangen we ook slijtagegevoelige componenten en onderdelen, zodat de omvormer opnieuw tot 15 jaar probleemloos kan functioneren. Centrale omvormers repareren we ter plaatse via ons zusterbedrijf Masters of Solar.”
Snelle doorlooptijd
In België is Inverter Service uniek in deze nichemarkt en ook internationaal scoort het bedrijf uitstekend. “In Griekenland en Frankrijk werken we samen met franchisepartners. Intussen hebben we ook eigen kantoren in Spanje en Engeland. Dankzij een sterk IT-platform voor kennisdeling leren we constant van elkaar bij. Daardoor kunnen we onze klanten ook een snelle service garanderen: binnen de 48 uur hebben we een diagnose van het defect uitgevoerd. Eenmaal de klant akkoord gaat met de offerte, voeren we de reparatie binnen de 48 uur uit. Met een doorlooptijd van circa een week spelen we dus kort op de bal, wat ook cruciaal is: zonnepanelen vormen een investering die uiteraard zoveel mogelijk moet opbrengen. Bovendien zijn herstellingen tot 85% goedkoper dan een nieuw model moeten installeren.”
“Herstellingen zijn tot 85% goedkoper dan de installatie van een nieuw model.”
Inverter Service kan 90% van de omvormers herstellen. “Is het probleem onherstelbaar, kunnen we meteen een door ons gereviseerd, tweedehands model aanbieden. Onherstelbare toestellen kunnen we volledig recycleren en dienen dan weer als grondstof voor andere producten. Zo kunnen we het elektronisch afval met 70% verminderen.”
Woodstoxx uit Menen, specialiseerd in high-end houten vloer- en gevelbekleding voor interieur en exterieur, heeft een nieuwe CEO. Matthijs Keersebilck volgt Robbert Desmet op. De stap markeert een nieuw hoofdstuk in de 17-jarige geschiedenis van het bedrijf.
Woodstoxx werd 17 jaar geleden opgericht in Menen en heeft op vandaag ook vestigingen in Gent en Antwerpen. Het afgelopen jaar onderging de groep bedrijven rond Woodstoxx een strategische herstructurering. Als onderdeel van de evolutie zijn de 4 dochterondernemingen, Woodstoxx, Belgiqa, Unicus en The Hub, gegroepeerd onder een nieuwe, overkoepelende groep: de Highway Group. Matthijs Keersebilck volgt Robbert Desmet op als CEO van Woodstoxx. Desmet zal zich voortaan volledig richten op de Highway Group en Unicus.
Begin 2025 zet de onderneming de expansie in België verder en opent het samen met Camille Verstraete, CEO van The Hub, een
nieuwe vestiging in Brussel. Ook Belgiqa zet gelijktijdig onder leiding van Grégory Minne grote stappen in de export naar het buitenland. “Deze nieuwe fase vertegenwoordigt een fantastische uitdaging voor Woodstoxx en de Highway Group als geheel”, aldus Robbert Desmet. “ Met deze vernieuwingen is Woodstoxx goed gepositioneerd om de huidige uitdagingen in de markt te trotseren en nieuwe kansen te benutten in de snel evoluerende hout- en bouwsector. We kijken dan ook zeer constructief naar de toekomst. Met de opening van Woodstoxx Brussel staan we klaar om onze positie in de markt nog te versterken”, besluit hij. (JV - Eigen foto)
www.woodstoxx.be
Karsten Foekens uit Zierikzee kwam in België terecht toen hij op zoek was naar een nieuw avontuur. Hij solliciteerde onder meer in Amsterdam en Berlijn, maar koos voor een job in Gent. Na die eerste Belgische werkervaring ging hij aan de slag bij de Brugse projectontwikkelaar Danneels, waar hij intussen al bijna 4 jaar CEO is.
Toen ik 8,5 jaar geleden naar België verhuisde, kende ik hier niemand. Ik was uitgekeken op mijn job in Rotterdam en was op zoek naar een nieuwe ervaring. Ik ging eerst in Gent wonen –waar ik toen werkte – en ben intussen opnieuw verhuisd. Ik werk in Brugge en woon in Antwerpen. Het is een stad met internationale uitstraling die bovendien vlot bereikbaar is vanuit Breda, Rotterdam, Gent, Zierikzee én Brugge.
Ik zie mezelf niet echt als een expat. Ik ging aan de slag in een buurland, hoefde geen andere taal of cultuur te leren en de administratieve rompslomp viel al bij al mee. Het opvallendste was dat de wijkagent moest langskomen – die gewoonte kennen we in Nederland niet. Ik heb enkele goede Belgische vrienden, die ik leerde kennen toen ik hier pas woonde, maar mijn grootste vriendengroep bevindt zich nog steeds in Nederland.
Het cliché klopt: Nederlanders zeggen wat ze denken. Daardoor weet je snel waar je aan toe bent. Vlamingen zijn voorzichtiger, afwachtender. Enerzijds vind ik het mijn kracht dat ik dingen durf te benoemen, anderzijds heb ik die directheid wel wat moeten intomen. Ik snap nu trouwens wel dat Vlamingen Nederlanders wat brutaal, luid en arrogant vinden. Ik zag het vroeger niet, maar het kan me nu soms wel eens storen.”(lacht)
In België – en zeker in West-Vlaanderen – is de drang om te ondernemen groot. Mensen durven (berekende) risico’s aan te gaan en hebben ambitie om te groeien. Ik voel me hier trouwens ook wat vrijer. Want in tegenstelling tot wat Vlamingen denken, zijn er in Nederland nog veel meer regeltjes en boetes. Die worden strikt gevolgd, terwijl Vlamingen er wat creatiever mee omspringen.
België is een warm land waar samenzijn belangrijk is. Die bourgondische cultuur is echt een enorm verschil. Lang aperitieven kennen we niet in Nederland; daar gaan we ’s avonds stipt aan tafel. Ik probeer die gewoonte nu ook bij te brengen aan mijn familie. Wat ik wél mis, is de Nederlandse gewoonte om iedereen te begroeten. Belgen zijn op dat vlak gereserveerder.
Op de vooravond van International Women’s Day zetten we graag onze Leading Ladies in Events in de bloemetjes. We genoten van de eerste Voka Ladies van 2024 in De Stal in Wervik met enkele straffe dames in ons panel: Katrien Vermeire van John&Jane, Julie-Pascale Ruant van Picobello Renting en Charlotte Himpens van D’s Deldycke Traiteurs. Authenticiteit, je goed laten omringen en op tijd en stond ventileren: dat nemen we mee uit deze eerste samenkomst. Hou alvast 21 mei vrij in jouw agenda voor het volgende Voka Ladies-event!
Op dinsdag 12 maart waren we te gast bij Mainfreight in Oostende. Welk bedrijf schuilt achter deze multinational en hoe gaan ze er om met innovatie, efficiëntie en duurzaamheid? We ontdekten het allemaal tijdens dit bedrijfsbezoek, waarbij we een blik achter de schermen namen van deze referentiespeler en werden meegenomen in het groeiverhaal van Mainfreight. Zoals steeds sloten we af met een netwerkmoment.
Steeds meer bedrijven halen hun productie doelbewust gedeeltelijk of volledig terug uit het buitenland, wat een nieuw fenomeen genaamd ‘reshoring’ heeft doen ontstaan. Op donderdag 29 februari kregen we bij Thule in Menen uit de eerste hand het verhaal te horen van wat reshoring precies inhoudt, hoe je er als onderneming strategisch op kan reageren en inspelen, hoe je de opportuniteiten benut en de lokale productie versterkt. We sloten af met een netwerkmoment, waarbij de opgedane inzichten nog eens besproken konden worden met collega-ondernemers.
opleidingen
netwerking
Economische tendensen
Economische tendensen met Bart Van Craeynest, hoofdeconoom bij Voka hij werpt een blik op wat 2024 brengt voor onze economie, de inflatie en de indexering, en wat er uit beleidshoek te verwachten valt.
woensdag 27 maart 2024 van 8.30 tot 10.00 uur
Online
De vraag naar groeikansen in Wallonië en Frankrijk is groot. Maar hoe zet je de stap over de grens? Michiel en Jeroen Vanloot, 4de generatie van het familiebedrijf Vanloot (vroeger VLtrac) vertellen over hun parcours en de daarbij horende valkuilen en successen.
woensdag 27 maart 2024 van 18.30 tot 22.00 uur
Vanloot France, Boeschepe
INFOSESSIE
De impact van CSRDverplichting op kmoleveranciers
De CSRD-wetgeving voor grote bedrijven zorgt voor een watervaleffect met impact op de volledige waardeketen. Ook kmo’s hebben – via de goederen en diensten die ze toeleveren – invloed op de duurzaamheid van hun klanten. Bereid je dus voor op vragen over het duurzaamheidsbeleid in jouw organisatie.
donderdag 28 maart 2024 van 8.30 tot 10.00 uur Hangar K, Kortrijk
Duaal
Bij duaal leren verwerft een leerling uit het secundair onderwijs kennis en vaardigheden zowel op school als op de werkvloer. Benieuwd welke voordelen het aanbieden van een opleiding duaal jouw onderneming kan opleveren?
donderdag 28 maart 2024 van 8.30 tot 10.30 uur
Voka West-Vlaanderen, Kortrijk
Het is belangrijk om een correct en transparant begrip te hebben van de verwachte kosten, opbrengsten en marges in jouw onderneming om zo je beschikbare middelen optimaal in te zetten. Hoe bouw je op een logische manier kostprijzen en budgetten op, en hoe volg je die correct verder op?
kick-off: dinsdag 16 april 2024 van 9.00 tot 12.30 uur
Voka West-Vlaanderen, Kortrijk
LAB
Vermijd hoge ziektecijfers dankzij een duurzaam verzuimbeleid
Heel wat bedrijven kampen met hoge verzuimcijfers. Daarom organiseren we dit lab waarbij we in 5 sessies heel concreet een positief en duurzaam verzuimbeleid uitwerken dat aansluit bij de context en waarden van jouw bedrijf.
kick-off: dinsdag 16 april 2024 van 9.00 tot 12.30 uur
Voka West-Vlaanderen, Kortrijk Hoe kijkt een bank naar jouw kredietaanvraag?
Deze infosessie geeft je inzicht in hoe een bank naar de kredietaanvraag van een onderneming kijkt. Hoe kijkt de bank naar bepaalde sectoren? Welke regels legt Europa op? Waarom vraagt de bank een schattingsverslag?
dinsdag 16 april 2024 van 10.00 tot 11.30 uur
Voka | Brugge, Oostkamp
‘Ondernemen doe je niet alleen’
Op ons community event
Vliegende Starters brengen we iedereen met een hart voor jong ondernemerschap samen. Maak je klaar voor een panelgesprek met inspirerende ondernemers, een blik achter de schermen bij Stow Group, én kans op een lunch met een topondernemer!
donderdag 18 april 2024 van 17.30 tot 22.30 uur Stow Group HQ, Spiere-Helkijn
Naar jaarlijkse traditie worden management assistants op de derde donderdag van april in de picture gezet. Naast een traditioneel bloemetje zijn er ook heel wat bedrijven die een belevingsticket schenken voor onze Management Assistant Day. Het belooft opnieuw een onvergetelijke, grensverleggende en toch ontspannende dag te worden.
donderdag 18 april 2024 van 9.00 tot 21.00 uur Knokke
Op vrijdag 19 april verdiepen we ons in de trends rond beveiliging van gebouwen en data. Meer weten over hoe je je bedrijf kan beschermen tegen cybercrime?
Of wil je zelf je kennis delen?
Kom dan je netwerk en business uitbreiden tijdens deze What’s Hot in Security bij FAAC Benelux in Jabbeke.
vrijdag 19 april 2024 van 8.00 tot 10.00 uur
FAAC Benelux, Jabbeke
Duurzaamheid en circulariteit zijn geen buzzwoorden meer, maar essentiële pijlers in het ondernemerschap. Orac, een familiebedrijf uit Oostende, is een pionier in het nastreven van duurzame en circulaire ambities. Tijdens deze Voka Connect ontdek je hoe je duurzaamheid en circulariteit kan integreren in je bedrijfsstrategie en productaanbod.
dinsdag 23 april 2024 van 18.30 tot 22.00 uur Orac, Oostende
Onze partners:
In onze nieuwe Food & Beverage community brengen we WestVlaamse bedrijven uit de brede keten van voeding & dranken samen om te streven naar vernieuwing en innovatie. Ervaar de meerwaarde van een stevig netwerk!
dinsdag 7 mei 2024 van 18.00 tot 20.00 uur Barias, Roeselare
Tuinfeest regio Brugge-Oostende Zet samen met Voka de zomer in en vier de jubilarissen op het Tuinfeest in het vernieuwde Casino van Middelkerke!
Tuinfeest regio Ieper-Veurne Talloze netwerkopportuniteiten in de zomerse setting van ’t Convent in Lo-Reninge, gepaard met heerlijke catering: dat is het Voka Tuinfeest regio Ieper-Veurne.
Tuinfeest regio Zuid- en Midden-West-Vlaanderen
Een inspirerende avond met heel wat nieuwe contacten: het Tuinfeest in Domein Vossenberg in Hooglede wordt een knaller!
Jong Voka visits Wijndomein
Den Nachtegael
Op 20 juni zijn we met onze Jong Vokacommunity te gast bij Den Nachtegael. Passie om te ontdekken, passie om te proeven van het leven en passie om te ondernemen: in Den Nachtegael komt het allemaal samen.
Oprichter Ikologik.
Hoe zou je jouw managementstijl
“Dagelijks proberen we mooie en intuïtieve applicaties te bouwen, die mensen met plezier op de werkvloer gebruiken. Daarvoor gaan we creatief aan de slag, maar steeds met een gezonde portie boerenverstand. Open communicatie, samen nadenken over problemen en collega’s uitdagen is de manier om niet alleen als bedrijf te groeien, maar ook elk individu binnen onze organisatie zich te laten ontwikkelen.”
Naar wie kijk je op en waarom?
“Ik kijk op naar ondernemers die elke dag het beste van zichzelf geven om vanuit een klein idee iets moois op te bouwen, vaak uit ideologie of simpelweg uit pure goesting om
Waaruit haal je voldoening naast je werk?
“Muziek blijft mijn favoriete uitlaatklep. Tijdens mijn jeugdjaren heb ik uren in studio’s en achter de draaitafels doorgebracht. Dat is een beestje dat blijft kriebelen, zelfs al ben ik druk bezig om Ikologik te laten groeien.”
Welk boek is een must-read voor
“Als ondernemer in het SaaS-landschap (software as a service, nvdr) heb ik veel gehad aan ‘Blueprints for a SaaS sales organisation’. Het is me aangeraden door Dominique Adriansens van Twikey en heeft ons doen nadenken over hoe we onze applicatie aan het commercialiseren waren. Op basis van het boek zijn we onze aanpak beginnen aanpassen, wat tot een positief resultaat heeft geleid.”
Aan wie wil je de estafettestok doorgeven en waarom?
“Sigrid Pauwelyn zorgt er dankzij het circulaire verhaal van Trotec voor dat reststromen toch nog een nuttige eindbestemming krijgen.”
“De magie van het vastleggen van onvergetelijke momenten”
Zidis heeft ons al verschillende keren geholpen met het vastleggen van belangrijke momenten en gebeurtenissen. Ze verrassen ons telkens met hun creativiteit en professionaliteit en slagen erin om onze visie en missie te begrijpen en deze om te zetten in prachtige beelden en video's die onze doelgroep aanspreken en inspireren.
Gudrun Verschuere
Algemeen Voorzitter Vrouwennet vzw
www.zidis.be
Een snel, flexibel en efficiënt productiehuis met de nadruk op video. Een mix van jong geweld en ervaren verhalenmakers met enthousiasme als gemene deler. Beeldende content is hot en wij zijn er om jouw doelstellingen waar te maken met fantastische beelden! Op zidis.be kan je terecht voor bedrijfsfilms, livestreams, podcasts, animatievideo's, fotografie, rekruteringsvideo's, en zoveel meer!
