
6 minute read
HAVENNIEUWS
De haven van Zeebrugge beleeft misschien het belangrijkste jaar van zijn bestaan sinds 1905. Tegen het jaareinde zal het fusieplan met Antwerpen concreet vorm krijgen. “We hopen daarin maximaal ons tienpuntenplan voor een verdere duurzame groei van Zeebrugge te herkennen. De haven is een motor voor de economie en welvaart in de regio”, zegt voorzitter van Apzi-Voka West-Vlaanderen Marc Adriansens.
“Het belangrijkste om voor ogen te houden, is het resultaat van de havenfusie: de klanten moeten er beter van worden”, opent Marc Adriansens, voorzitter van Apzi-Voka West-Vlaanderen en de VokaVlaamse Havenvereniging. Hij is CEO van stukgoedbehandelaar International Car Operators, met vestigingen in Zeebrugge én Antwerpen. “Vanuit Apzi-Voka maakten we vooraf ons huiswerk. We verzamelden de wensen van onze leden in een tienpuntenplan (zie kader, nvdr). Het is van prioritair belang dat Zeebrugge kan blijven groeien in de speerpunten waarin het uitblinkt: als roro-hub, in shortsea en ferry verbindingen, cruises, energie en containertrafiek.”
Blijft Zeebrugge een motor van de West-Vlaamse economie?
“De hele fusie is gericht op groei, zowel in toegevoegde waarde als in werkgelegenheid. Met een groot geheel sta je sterker voor de enorme uitdagingen op het vlak van innovatie, digitalisering en duurzaamheid. Het Zeebrugse havenbestuur telt 150 medewerkers, dat van Antwerpen 1.500, onder wie heel wat specialisten. Daar moeten we optimaal gebruik van maken. In elk geval moet een kostenverhoging voor de havenklanten vermeden worden. Er zijn zelfs tariefdalingen mogelijk, bijvoorbeeld door één ‘bill of lading’ over het hele eengemaakte havengebied. Voor zulke gealigneerde procedure is trouwens de Douane vragende partij. De fusie biedt ook kansen om voor lijndiensten bij de ‘second call’ in het eengemaakte havengebied 50% korting te geven.”
Gelooft u in de ambitie om Europees leider Rotterdam het vuur aan de schenen te leggen?
“Havens als Rotterdam, Bremerhaven en Hamburg zijn, elk in hun domein, concurrenten voor Zeebrugge en hebben zich versterkt. Door met Antwerpen de krachten te bundelen, kunnen we grote operationele en commerciële troeven op tafel leggen.”
Hoe maak je van de 2 havens één gebied?
“Eén van de grote motivaties voor de fusie is de energietransitie naar een koolstofarme economie. In Zeebrugge kunnen we buitenlands waterstof, de energiedrager van de toekomst, ontvangen en via pijpleidingen naar de Antwerpse industrie sturen. Daarnaast moet er ook een betere ‘nattte’ verbinding met Antwerpen komen. De beste oplossing voor de binnenvaart is een nieuw Schipdonkkanaal als directe aansluiting op de Seine-Schelde-verbinding en het Duitse netwerk. Maar dit ligt moeilijk, dus moeten we ons eerst inzetten voor meer estuaire vaart. Daarvoor is er ten eerste nood aan een aanpassing van de wetgeving zodat de estuaire schepen ook in de naburige landen mogen varen. Ten tweede vragen we aan het Vlaams Gewest om de hogere exploitatiekosten van estuaire barges te ondersteunen. Dat kan door een deeltje van het Vlaamse jaarbudget (300 miljoen euro) toe te wijzen aan de estuaire vaart. Het overgrote deel wordt reeds gebruikt voor het baggeren van de Westerschelde.”
Is er nog plaats voor groei?
“De ruimte raakt beperkt en zal zuinig gebruikt moeten worden. We pleiten voor verdere uitbreiding in zee, want de deepsea en shortsea containertrafiek op de westelijke strekdam gaan sterk vooruit. Die containers hangen nauw samen met distributiecentra voor bijvoorbeeld de boomende e-commerce. We roepen ook de Vlaamse regering op om weer vaart te steken achter de broodnodige tweede zeesluis. Want een tweede nautische toegang naar de achterhaven is een cruciale garantie voor de helft van onze 20.000 directe en indirecte havenjobs. De procedure van ‘complex project’ leidt in de echter tot nog meer complexiteit met eindeloze studies en beroepsprocedures. Wat moet er na 20 jaar eigenlijk nog bestudeerd worden? De beloofde start van de werken in 2021-2022 schoof al op naar 2024. We hopen dat Vlaanderen nu meer middelen en mensen inzet om de administratie een versnelling hoger te laten schakelen.”
Voor welke valkuilen moeten de fusiemakers opletten?
“Uit alle berekeningen kwam 80-20 naar voren als de meeste waarheidsgetrouwe verhouding tussen Antwerpen en Zeebrugge. Het zal belangrijk zijn om goede afspraken te maken over wat je unaniem kunt beslissen en in hoeverre Zeebrugge zich daarin zal kunnen positioneren. We rekenen op een goede werkende, onafhankelijke raad van bestuur. Een haven besturen, is een stiel geworden. Wij wensen een vertegenwoordiging vanuit het bedrijfsleven, want wij betalen de inkomsten van de havens: 50% concessies en 50% havengelden. We rekenen ook het behoud van een volwaardige en vlot aanspreekbare dienstverlening in Zeebrugge en hopen op het oprichten
—Marc Adriansens
van een Stakeholdersoverleg Haven, Industrie en Logistiek (STHIL), zoals dat in Antwerpen bestaat..”
Was de fusie geen gelegenheid om de havens helemaal te privatiseren?
“Het Vlaamse model is goed. Onze havengronden worden niet verkocht maar enkel verhuurd aan gespecialiseerde exploitanten. Daardoor komen onze havens niet in buitenlandse handen.”
Wat mag er niet in de fusie zitten?
“We vragen dat de reglementering van havenarbeid lokale materie blijft. Onze respectievelijke werkgeverscentrales Cewez en CEPA werken al lang voor samen voor nationale CAO’s maar laten ruimte voor lokale invulling. Bijvoorbeeld in Zeebrugge hebben we een meer flexibel werksysteem dat gericht is op de ferry’s die soms na nauwelijks 2 uren weer vertrekken.”
Zou Oostende kunnen aansluiten?
“De haven van Oostende heroriënteerde zich in de afgelopen 10 jaar zeer goed in de blauwe economie, voornamelijk op de markt van de offshorewindenergie. Het kan de moeite waard zijn om het gesprek aan te gaan.”
Wat vindt u van de naam Port of Antwerp-Bruges?
“Vanuit Apzi-Voka hadden we Port of Antwerp-Zeebrugge voorgesteld. In de internationale goederenwereld is de naam Zeebrugge veel beter bekend dan Brugge, dat hoofdzakelijk een toeristische reputatie geniet. Tot slot wil ik uit ervaring in het eigen bedrijf nog meegeven dat het jaren kan duren tot er tussen twee verschillende locaties een wij-gevoel ontstaat.” (RJ - Foto Kurt)
Tienpuntenplan van Apzi-Voka over de fusiehaven
In de loop van vorig jaar had Apzi-Voka gesprekken met vertegenwoordigers van de havenbesturen van Zeebrugge en Antwerpen om de toekomstige samenwerkingsvorm te bespreken. Volgens Apzi-Voka zijn deze punten cruciaal om van de fusie een succes te maken:
1. Zeebrugge moet verder kunnen groeien in de speerpunten waar het nu al in uitblinkt: roro, short sea, ferry, energie en containertrafiek. 2. De multimodale hinterlandontsluiting van Zeebrugge moet opgewaardeerd worden: realisatie van de estuaire vaart én een volwaardige binnenvaartontsluiting, plus investeringen in spoor. Equalisatie van de kosten voor goederentransport tussen Zeebrugge en Antwerpen. 3. Er dient werk te worden gemaakt van een verdere uitbreiding van de haven van Zeebrugge op zee. 4. Een verhoging van de kosten voor bedrijven (taksen en vergoedingen geïnd door het havenbestuur) is uit den boze. 5. Een ééngemaakt havengebied
Antwerpen-Zeebrugge moet ook zo worden beschouwd op het vlak van douane met gealigneerde procedures (één ‘bill of lading’). 6. De reglementering rond havenarbeid moet lokale materie blijven. 7. Havenklanten moeten zelf kunnen kiezen waar zij hun activiteiten wensen te vestigen. 8. Inzetten op innovatie: digitalisering, 5G, drones, enz. 9. Inzake de governance van de nieuwe fusiehaven is er nood aan een professioneel en onafhankelijk bestuur.
Men voorziet het best een Zeebrugs garantiemechanisme voor essentiële zaken van strategisch belang. 10. In Zeebrugge moet het havenbestuur blijven voorzien in een volwaardige dienstverlening inclusief medewerkers die nabij, bereikbaar en vlot aanspreekbaar zijn.