Chemie Magazine juni 2018

Page 1

Belangrijke innovatie: verf en coatings

100 jaar zoutwinning in Twente

Vereeniging van de Nederlandsche Chemische Industrie

Marjolein Demmers, Natuur & Milieu

JAARGANG 60 • 06 • 21 JUNI 2018


LOGISTICON VERHUUR Opslag en dosering

Zand- & koolfiltratie

EUROPA’S GROOTSTE VERHUURVLOOT VOOR WATERZUIVERINGEN

Chemicaliën

Ultrafiltratie

Logisticon feliciteert VNCI met haar 100 jarig bestaan!

Omgekeerde osmose

Uitgebreide keuze Voor de levering van installaties voor zowel korte als lange termijn verhuur, met capaciteiten van 1 tot meer dan 2000 m3/h voor toepassingen als: - Capaciteitsuitbreiding en/of back-up - Proefneming - Kwaliteitsverbetering Informeer naar Europa’s grootste verhuurvloot voor waterzuiveringen.

Logisticon Water Treatment b.v. Logisticon Verhuur b.v. +31 (0)184 608260 www.logisticon.com


INHOUD 06 | 21 juni | 2018

16

‘COATINGS SPELEN EEN ESSENTIËLE ROL’ Decoratieve en performance-coatings zijn overal om ons heen, in oneindig veel toepassingen. Zonder verf zou de wereld er ‘ontzettend ongezellig’ uitzien, zegt Michiel de Zeeuw, interieurarchitect bij RTL Woonmagazine. “Coatings spelen een essentiële rol in de maatschappij.” Zesde deel van de serie over belangrijke chemische innovaties van de afgelopen 100 jaar: verf en coatings.

‘MAAK NEDERLAND BROEDKAMER VAN DE NIEUWE ECONOMIE’ “Veel chemiebedrijven in Nederland zijn onderdeel van een internationaal bedrijf. Die zouden ervoor kunnen kiezen om in Nederland de learning curve in te zetten om die nieuwe, groene industrie te ontwikkelen”, aldus Marjolein Demmers, directeur van Natuur & Milieu. “Nederland als broedkamer voor de nieuwe economie. Ons land leent zich hier perfect voor.”

33

juni 2018 Chemie Magazine 3


Smart Maintenance met Ultimo

Hoe richt u als Maintenance Manager uw onderhoudswerkzaamheden nog efficiënter in? En hoe maakt u onderhoud nou echt voorspelbaar? Koppel uw assets en processen aan elkaar en ga gewoon aan de slag. Voor meer inspiratie over Internet of Things, de rol van Ultimo hierbij en praktische voorbeelden nodigen wij u graag uit op ons blog: www.ultimo.com/blog

INTEGRALE OPLOSSING Met Ultimo legt u niet alleen de verbinding tussen machines en mensen, maar ook tussen afdelingen en werkprocessen. Zet Ultimo in voor Maintenance Management, Safety Management (HSE), Fleet Management, Facility Management, IT Service Management en ondersteun in één gebruiksvriendelijk systeem al uw ondersteunende processen.


INHOUD 06 | 21 juni | 2018

7

22

De VNCI en de chemische industrie in de jaren 19681978: economische crisis

46

Marbon-ramp in 1971 in Amsterdam maakte noodzaak van serieus milieubeleid duidelijk

7 9 11 13 15 16 22 26 30 33 38

53

Dag van de Chemie: de VNCI en het Weekend van de Wetenschap bundelen krachten

42 46 48 53 57 58 58 58

Voorwoord Colette Alma 100 jaar Evenementen

NIEUWS

Bernard Wientjes nieuwe voorzitter VNCI Restwarmte SABIC voor huishoudens en kantoren Groen licht voor ‘Plant of the Future’ Brielle Einde aan chloortransporten

ACHTERGROND

VNCI 100 Jaar Grote chemische innovatie: verf en coatings VNCI 100 Jaar 1968-1978: crisis VNCI 100 Jaar 100 jaar zoutwinning in Twente VNCI 100 Jaar VNCI-medewerkers vieren feest Duurzaamheid Marjolein Demmers, Natuur & Milieu VNCI 100 Jaar Ook C3, KNCV en VVVF vier(d)en feest Arbeidsmarkt Mariëlle Muurling over haar werk bij ICL 100 Jaar VNCI Marbon-ramp was een wake-up call Innovatie De snelkookpan van Imagine Chemistry Dag van de Chemie VNCI en NEMO bundelen krachten Verkiezing Niels Smits (Dow) Plant Manager of the Year Mensen VNCI Online Colofon

26

100 jaar geleden begon KNZ, de voorloper van AkzoNobel, in Twente met zoutwinning

juni 2018 Chemie Magazine 5


PROCES KOELING

Proces koeling Koeling voor chemische processen

Proces koeling in de chemische industrie

De meest geavanceerde technologie

STULZ is een van 's werelds toonaangevende leveranciers van oplossingen voor energie-efficiënte temperatuur- en vochtigheid management technologie, specifiek voor chemische processen.

Innovatieve oplossingen voor de chemische industrie

Onze producten zijn uitermate geschikt voor toepassingen in de chemische industrie! Neem nu nog contact met ons op en zie wat wij voor u kunnen betekenen via www.STULZ-chemie.nl


Voorwoord

100 JAAR Op maandag 25 juni is het dan zover: we vieren de 100ste verjaardag van onze vereniging. In de Koninklijke Schouwburg in Den Haag ontvangen wij leden en relaties die een bijzondere betekenis hebben voor de VNCI. Het VNCI-bureau heeft, gesteund door een stuurgroep uit het bestuur, met groot enthousiasme toegewerkt naar dit feest. Met een mooi programma in een prachtige entourage belooft het een onvergetelijke dag te worden. Zoals alle festiviteiten in dit jubileumjaar, staat ook dit evenement in het teken van innovatie. Ditmaal kijken we vooral vooruit: welke vernieuwingen staan ons nog te wachten, en hoe kunnen wij als chemiesector mede vormgeven aan een duurzame en welva-

rende toekomst? In de zogeheten Creation Labs beantwoorden wij die vragen samen met alle aanwezigen. Wij zijn ontzettend vereerd dat Zijne Majesteit de Koning ons jubileum met zijn aanwezigheid kracht bijzet. We hopen dat we op hem en de andere bezoekers een beetje van onze trots en enthousiasme voor de chemie kunnen overbrengen. Mocht u tot de genodigden behoren en uzelf nog niet hebben aangemeld: ga snel naar de VNCI-website en meld u aan. U heeft maar eens in de honderd jaar de kans om zo’n jubileum te vieren! Colette Alma, directeur VNCI

EVENEMENTEN 25.6 VNCI Jubileumevent De VNCI bestaat 100 jaar. Tijdens het jubileumevent trakteert de vereniging leden en relaties op een feestelijk programma. Locatie: Koninklijke Schouwburg, Den Haag Organisatie: VNCI 29.6 Elektrochemische Conversie & Materialen Internationale sprekers uit de academische wereld en industrie delen de stand van zaken in wetenschap en technologie rond het thema. Locatie: Hotel NH, Den Haag Organisatie: Holland Chemistry

29.6 Masterclass Quickscan Duurzame Energie voor de industrie Heeft uw bedrijf ambities om de energievoorziening te verduurzamen? RVO.nl ontwikkelde de Quickscan Duurzame Energie voor de industrie om u hierbij te ondersteunen. Locatie: RVO.nl, Utrecht Organisatie: RVO.nl 27.9 Springtij Forum Drie dagen duurzaamheid op een eiland. De negende editie heeft als thema ‘All that is True, Good and Beautiful, in search of a new balance’. Locatie: Terschelling Organisatie: Springtij

6.10 Dag van de Chemie In samenwerking met het Weekend van de Wetenschap en C3 openen chemiebedrijven hun deuren voor het grote publiek. Locatie: Diverse locaties in Nederland Organisatie: VNCI, C3 en Weekend van de Wetenschap VERGADERINGEN 22.6 Overleg Regionaal Netwerken Veiligheid 26.6 VNCI Advocacy Team 2.7 Dagelijks Bestuur 29.8 WG Security

COMPLEET OVERZICHT EN AANMELDEN: WWW.VNCI.NL/NIEUWS/EVENEMENTEN juni 2018 Chemie Magazine 7


EXPERTISE THROUGH 40 YEARS OF EXPERIENCE AND INNOVATION IN THE CHEMICAL INDUSTRY We understand your industry your business your supply chain your MSDS to advise you the best possible packaging solution(s) RID/ADR and UN regulations regarding transport of dangerous goods

MEMBER OF THE

BARK PACKAGING GROUP


FOTO: RENÉ VAN DEN BURG

Actueel

BERNARD WIENTJES NIEUWE VOORZITTER VNCI De leden van de Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie (VNCI) hebben Bernard Wientjes benoemd tot hun nieuwe voorzitter. De oud-ondernemer en voormalig voorzitter van VNO-NCW gaat per direct aan de slag voor de VNCI. Daarnaast blijft hij voorzitter van de Taskforce Bouwagenda en voorzitter van de raad van commissarissen van KPMG.

’D

e chemische industrie is een prachtige en cruciale sector”, aldus Wientjes. “Daarom ga ik met heel veel genoegen aan de slag voor deze bedrijven, die een zeer belangrijke bijdrage leveren aan de verduurzaming van onze samenleving. De komende periode ga ik op bezoek bij de chemiebedrijven en in gesprek met fans en critici van de sector. Zo vorm ik mij een beeld over de belangrijkste opgaves van de sector, zoals de transitie naar een CO2-arme industrie, de effecten van stoffen in interactie met mens en milieu en de dis-

cussie met de samenleving over chemie, wat doen chemische stoffen met mensen en voor ons welbevinden.”

Onafhankelijk en doelgericht

Vertrekkend voorzitter Mark Williams is zeer verheugd met de komst van Wientjes. “Nooit eerder had onze vereniging een externe voorzitter. De chemische industrie heeft veel issues waarin een goede en professionele relatie met de overheid en andere belanghebbenden cruciaal is. Dit vraagt om een voorzitter die onafhankelijk en doelgericht de belangen van de gehele sector kan dienen. Met Bernard Wientjes krijgen wij een voorzitter die dat als geen ander kan. Ik kijk uit naar de samenwerking met hem.” Mark Williams treedt terug als voorzitter, maar blijft lid van het dagelijks bestuur van de vereniging. p

juni 2018 Chemie Magazine 9


Available across the globe, Bühler Customer Service is far more than just a phone number: We offer comprehensive services that are customized to your requirements. Got a question? Let’s talk about it. cs.gd@buhlergroup.com

Bühler Customer Service. We cover the entire life cycle of your equipment and plant.

Innovations for a better world.


Actueel

AD INTERNATIONAL WINT INNOVATIEPRIJS

FOTO: SHUT TERSTOCK

Tijdens het Ondernemersgala Moerdijk 2018 van Rotaryclub Zevenbergen e.o. is AD International uitgeroepen tot de meest innovatieve ondernemer van Moerdijk.

D SABIC op Chemelot.

RESTWARMTE SABIC VOOR 30.000 HUISHOUDENS EN 80 KANTOREN Het Groene Net (HGN) en SABIC hebben een overeenkomst getekend om het engineeringstraject te starten voor een project om het HGN-warmtenet te voorzien van restwarmte van SABIC’s naftakraker Olefins 4. Als het engineeringstraject succesvol blijkt voor alle betrokkenen, kan de kraker tijdens de turnaround in 2019 voorbereid worden voor aansluiting op het warmtenetwerk.

e jury, bestaande uit Jac Klijs, burgemeester van de gemeente Moerdijk, Henk Rosman, directeur van REWIN West-Brabant, en Rob Huijbers, projectmanager van Avans Entrepreneurs Center, beoordeelde de genomineerden. Zij werd daarbij ondersteund door studenten van Avans Hogeschool. Uit een voorselectie van drie genomineerden werd uiteindelijk de winnaar gekozen. VNCI-lid AD International produceert op duurzame wijze chemicaliën voor oppervlaktebehandeling van metalen. Daarbij wordt gebruikgemaakt van innovatieve producten die vrij zijn van het kankerverwekkende chroom-6. ‘Het is heel knap dat dit bedrijf met 85 medewerkers zo’n sterke positie heeft verworven op de internationale markt’, oordeelde de jury. De opbrengst van het gala, waar tweehonderd ondernemers aan deelnamen, is voor de bouw van woningen voor slachtoffers van tyfoon Yolanda op de Filipijnen. p

N

aar verwachting kunnen de eerste van de 30.000 huishoudens en 80 kantoren in Geleen, Beek en Maastricht Aachen Airport in 2020 worden aangesloten op het HGN-warmtenet. De provincie Limburg ondersteunt de ontwikkeling van HGN en ziet dit als een stap in het aardgasvrij maken van woningen en kantoren. “Ik hoop dat dit project een voorbeeld en katalysator is voor andere restwarmteprojecten in onze provincie”, zegt Eric Geurts, de Limburgse gedeputeerde voor Energie en Duurzaamheid. “Onlangs hebben we onze ambities op het gebied van duurzaamheid kracht bijgezet met een Limburgs aanbod aan het kabinet en daar draagt deze ontwikkeling stevig aan bij.” “Voor het klimaat betekent deze samenwerking een enorme impuls”, zegt Rogier Dieteren, directeur van Het Groene Net Ontwikkel-BV. “Als het engineeringstraject succesvol is, ontstaat door deze verbinding met SABIC op termijn een van de grootste duurzame warmtenetten van Nederland.” Volgens hem levert het project een besparing van 26 miljoen kubieke meter aardgas op en een vermindering van CO2-uitstoot van 47.000 ton. “De missie van Chemelot is om in 2025 de meest duurzame en meest concurrerende chemie- en materialensite van Europa zijn”, voegt Robert Claasen, executive director Chemelot, toe. “Daarnaast is voor het realiseren van de Parijsdoelstellingen (80-95 procent CO2-reductie in 2050) een energietransitie nodig en de energie-intensieve industrie speelt een belangrijke rol hierin. Het is dan ook fantastisch dat SABIC een overeenkomst sluit met HGN en op die manier een belangrijke bijdrage wil leveren om deze belangrijke doelstelling te kunnen verwezenlijken.”p

Transportservice van huis uit

ADVERT Internationaal Transportbedrijf L. van der Lee en Zonen B.V.

T (015) 213 59 11 E leebv@vanderlee.nl

I www.vanderlee.nl


Wil jij werken aan een veiligere procesindustrie?

Volg dan de opleiding Procesveiligheid! Werk jij in de chemische procesindustrie en wil jij meer weten over de specifieke risico’s? Volg dan nu de opleiding Procesveiligheid. Tijdens de opleiding behandelen we natuurlijk de procesveiligheid, maar ook de organisatie en uitvoering van grote projecten in de chemische procesindustrie.

Tijdens de opleiding komen de volgende onderwerpen aan bod: • Procesveiligheid • Uitvoering grote projecten/turn arounds • Procestechnologie en installaties • Externe veiligheid/BRZO/PGS6 • Processchema’s, P&ID’s • Kwalificeren en kwantificeren van risico’s • Mechanische veiligheid, PED • Explosies • Maintenance • Gevaarlijke stoffen • Consequentie kwantificering (QRA, Safeti) • Incidentenonderzoek • Instrumentele beveiliging • ATEX Data: 13, 27 september, 4, 11 oktober, 1, 8, 15 november

PHOV feliciteert de VNCI met haar 100 jarig bestaan!

het tentamen is op 29 november 2018.

T 030 231 82 12 | www.phov.nl | info@phov.nl

HIT_Versie2_HiRes.pdf

1

5/02/14

14:53

waar zit uw WINST ?

Natuurlijk maakt u niet evenveel winst op elk product. Net zo min behaalt u dezelfde winstmarge bij elke klant. Precies weten waar uw winst zit, zal u andere en betere beslissingen doen nemen. Laten we samen ontdekken wat nodig is om uw winst veilig te stellen zodat u kunt blijven investeren.

T. +32 9 336 39 42 info@harmonize-it.be www.harmonize-it.be

ERP-SOFTWARE VOOR DE CHEMIE


Actueel

GROEN LICHT VOOR ‘PLANT OF THE FUTURE’ IN BRIELLE De minister van OCW heeft de projectaanvraag ‘Plant of the Future’ gehonoreerd binnen het Regionaal Investeringsfonds mbo. In deze fabriek van de toekomst, die wordt gerealiseerd op de STC-locatie in Brielle, worden mbo-studenten opgeleid tot allround operationeel technici en volgen bedrijven bijscholingscursussen en trainingen.

D

e praktijkfaciliteit biedt een goed beeld van hoe de fabriek van de toekomst in de procesindustrie eruit komt te zien. Studenten en docenten gaan er aan de slag met leren over en ervaren van voorspellend onderhoud en excellent presterende procesinstallaties. Daarmee zijn studenten nog beter voorbereid op hun toekomstige baan. Door dit project uit te voeren in de regio Rijnmond, wordt ook beantwoord aan de doelstellingen van het Regionaal Investeringsfonds mbo. Dit fonds richt zich op onderwerpen als het oplossen van personele tekorten, betere afstemming tussen beroepsonderwijs en arbeidsmarkt en investeren in onderwijsinfrastructuur. Het project heeft een looptijd van vier jaar en er is een totaalbedrag van 3,3 miljoen euro mee gemoeid. Met de fabriek willen de deelnemende partijen aantonen dat, dankzij verregaande digitalisering, onderhoud voorspelbaar wordt en dat afvalstromen en CO2-emissies tot nul teruggebracht kunnen worden. Daarmee veranderen de functies van toekomstige procesoperators en onderhoudstechnici drastisch. Dankzij ‘Plant of the Future’ kunnen huidige studenten zich hier optimaal op voorbereiden. Scholen en bedrijfsleven gaan binnen de Plant of the Future samenwerken in deelprojecten om innovaties binnen de fabriek van de toekomst mogelijk te maken en verder te stimuleren. Deze deelprojecten worden – als idee of concrete kennisvraag – aangedragen door industriële bedrijven uit de sectoren (petro)chemie en energie. Andere partijen met kennis van procestechniek, onderhoudsmanagement en industriële automatisering bieden ondersteuning. Onderwijs- en kennisinstelling STC Group is penvoerder namens alle partners: Techniek College Rotterdam, STC Group en Hogeschool Rotterdam, gemeenten Rotterdam, Brielle, Hellevoetsluis, Spijkenisse en Westvoorne, Huntsman Holland, Emerson Automation Solutions, Deltalinqs en de VNCI. Daaromheen is een ring ontstaan van belangstellende andere scholen, overheden en bedrijven in de regio Rotterdam-Rijnmond. Max van der Meer, vice president Global Operations & Technology van Huntsman is ambassadeur. Emerson Automation Solutions is bereid gevonden expertise, ICT en ondersteuning te leveren. p

Team FAST, een studententeam van de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e), ontwikkelt een generator voor bouwplaatsen die elektriciteit opwekt door middel van duurzaam geproduceerd mierenzuur. Een pilotversie is getest bij de bouw van de N211.

T

eam FAST werkt al een aantal jaar aan de toepassing van ‘hydrozine’ als energiedrager, dat voor 99 procent bestaat uit duurzaam geproduceerd mierenzuur. Dit hydrozine wordt gesplitst in waterstof en CO2, waarbij de waterstof wordt gebruikt om elektriciteit op te wekken. De CO2 die vrijkomt wordt weer gebruikt voor de productie van hydrozine, dus netto is de brandstof CO2neutraal. Waar het team in eerste instantie focuste op de transportsector – zo rijdt er al een bus op deze brandstof – denkt het dat hydrozine ook op andere terreinen van nut kan zijn, zoals in de bouwsector, waar nu vooral dieselgeneratoren worden gebruikt. “Hydrozine is een aantrekkelijke optie op locaties waar normaal gesproken geen elektriciteit aanwezig is, zoals op een bouwterrein”, zegt teammanager Max Aerts. “De brandstof is eenvoudig te tanken en heeft een hoge energiedichtheid. En in vergelijking met dieselgeneratoren is er geen uitstoot van stikstofoxiden en netto geen CO2. Ook maakt onze generator weinig geluid.” Een pilotversie is de afgelopen twee weken getest op de bouwplaats waar aan de N211 gewerkt wordt door bouwbedrijf BAM Infra. Het team leverde hierbij een deel van de elektriciteit met hydrozine. “Door het systeem in werking te hebben op een echte locatie, kunnen de verbeterpunten sneller zichtbaar worden”, aldus Aerts. De N211, die wordt ontwikkeld in samenwerking met de provincie Zuid-Holland, moet dankzij de verschillende duurzame initiatieven die bij het proces betrokken zijn de eerste CO2-negatieve weg worden. p

De generator op mierenzuur van Team FAST.

FOTO: BART VAN OVERBEEKE

FOTO: STC GROUP

TU/E-STUDENTEN VOORZIEN BOUWPLAATS VAN SCHONE ENERGIE

juni 2018 Chemie Magazine 13


NIEUWE KENNIS EN KUNDE PAOTM staat achter de missie van VNCI en draagt ook in de toekomst graag bij aan jouw ontwikkeling als technisch professional. Vergroot je kennis met het volgen van onze cursussen: • • • • • • • • •

PAOTM feliciteert de leden van VNCI MET 100 JAAR CHEMIE!

Chemical engineering Polymeerchemie en -technologie Formulation technology Process control Explosieveiligheid Toxicologie Carcinogene stoffen Persoonlijke vaardigheden QA en statistiek

VACATURE Vind jij het een uitdaging om een sterk cursusprogramma te maken voor ingenieurs? Misschien ben jij of ken jij onze nieuwe programmamanager. Kijk op paotm.nl voor de vacature.

www.paotm.nl VRAGEN? Bel ons op 015 278 46 18


Actueel

GRONINGEN SEAPORTS EN PIPELIFE ONTWIKKELEN INFRASTRUCTUUR VOOR GROENE WATERSTOF

ING Economie @INGnl_Economie De Nederlandse #chemie heeft last van de hogere olieprijs, maar blijft groeien in 2018 en heeft investeringsplannen. www.ing.nl/zakelijk/ kennis-over-de-economie... Rico Luman @RicoLuman Gebruik van koolmonoxide uit hoogovens voor opwekking energie kan veel efficiénter door dit te gebruiken als grondstof voor de chemische #industrie #Velsen #chemie #Staal Barbara Hart @barlactica Naar aanleiding van #wereldmelkdag een mooie infographic van @compoundchem over de chemie van melk http://www.compoundchem. com/2018/06/02/milk/ … PZC @pzcredactie Brexit kan ook positief zijn voor chemische industrie in Zeeland http://dlvr.it/ QWGzys Robert Tieman @RobertTieman Een foto erbij anders gelooft men vast niet dat ik in een H2 auto rij @VVMBureau #NLwaterstofland @IngriddeCaluwe @vnci @AirLiquideBNL Roderik Potjer @potjer DA’S CHEMISCH! Nieuwste plaatjes van @albertheijn brengen oa chemie in beeld voor kinderen. Mooie actie tijdens 100 jarig bestaan van @vnci

W

aterstof kan een belangrijke oplossing bieden voor de problemen die fluctuaties in het (duurzame) energieaanbod met zich mee brengen. Elektriciteit (van windmolens) kan worden omgezet naar moleculen en opgeslagen als waterstof. Waterstof kan op haar beurt weer omgezet worden naar grondstof of brandstof voor diverse chemieen industriële bedrijven. In eerste instantie zal 4 kilometer aan infrastructuur worden aangelegd. Het doel is om binnen een jaar tijd de leiding te realiseren. p

FOTO: AK ZONOBEL

Frits van der Velde @Frits_E Als eerste spreker trapt @caskonig de @VEMW #Energiedag2018 af en gaat in op hoe met veel lef de chemie en de industrie kunnen vergroenen

Groningen Seaports en Pipelife hebben een samenwerkingsovereenkomst getekend om de infrastructuur voor het transport van groene waterstof aan te leggen in de haven van Delfzijl en in de Eemshaven. Hiermee is een belangrijke stap gezet in de verdere ontwikkeling van de infrastructuur voor waterstof in het industriegebied.

EINDE AAN CHLOORTRANSPORTEN DANKZIJ SPLITSING FABRIEK AKZONOBEL Uiterlijk in 2021 rijdt de laatste incidentele trein met chloor over het Nederlandse spoor. Daarover hebben staatssecretaris Stientje van Veldhoven (Infrastructuur en Waterstaat) en chloorproducent AkzoNobel Specialty Chemicals een convenant gesloten.

S

tructurele chloortransporten waren al in 2006 beëindigd. Incidente chloortransporten mochten nog wel. AkzoNobel heeft in Rotterdam-Botlek nu één productielijn voor chloor. Als die niet draait – bijvoorbeeld vanwege groot onderhoud – zijn incidentele transporten vanuit Duitsland nodig om in de vraag naar chloor te voorzien. AkzoNobel bouwt nu een tweede parallelle productielijn, die naar verwachting in 2021 gereed is. Incidentele chloortransporten zijn dan overbodig. Hiervoor is een subsidie van het Rijk beschikbaar gesteld. “Ik ben heel blij dat we nu zo ver zijn dat de laatste chloortransporten stoppen en we met deze afspraken Nederland een stuk veiliger maken”, aldus Van Veldhoven. “Chloor is een belangrijke grondstof voor de chemische industrie, maar mensen maken zich zorgen over wagons vol chloor. Mooi dat AkzoNobel deze zorgen heeft erkend, herkend en zich heeft ingespannen voor het vinden van oplossingen.” p

Meer actueel nieuws op www.vnci.nl en in de wekelijkse gratis VNCI Nieuwsbrief (meld je aan via de site). juni 2018 Chemie Magazine 15


DE VNCI BESTAAT DIT JAAR 100 JAAR. CHEMIE MAGAZINE VIERT DIT MET EEN SERIE ARTIKELEN OVER CHEMISCHE INNOVATIES DIE DE AFGELOPEN 100 JAAR GROTE MAATSCHAPPELIJKE IMPACT HADDEN.

ZE VERFRAAIEN, BESCHERMEN EN VERDUURZAMEN

ANTICONCEPTIEPIL

KUNSTMEST

SYNTHETISCHE VEZELS

VOEDINGSADDITIEVEN

PENICILLINE

‘COATINGS SPELEN ESSENTIËLE ROL IN MAATSCHAPPIJ’ Begin vorige eeuw ontstonden de eerste Nederlandse verffabrieken. Tegenwoordig zijn decoratieve en performance coatings overal om ons heen, in oneindig veel toepassingen. Zonder verf zou de wereld er ‘ontzettend ongezellig’ uitzien, zegt RTL4-interieurarchitect Michiel de Zeeuw. ‘A ls een verbleekte ansichtkaart’, aldus schilder-schrijver Jan Cremer. Tekst: Marloes Hooimeijer

20

e eeuw

VERF EN COATINGS

PLASTIC

GENEESMIDDELEN

DESINFECTIE

GEWASBESCHERMING (volgorde is willekeurig)

16 Chemie Magazine juni 2018

‘O

p een brug van staal zorgt coating ervoor dat die niet gaat roesten, op een gebouw van hout dat het niet gaat rotten of degradeert door zonlicht, op een turbineblad van een vliegtuig dat die niet te heet wordt, op een schip dat die niet volgroeit met algen en op biomedische apparatuur dat de bacteriën doodgaan.” Het zijn zomaar wat voorbeelden die Rolf van Benthem, hoogleraar coatingtechnologie TU Eindhoven en corporate science fellow bij DSM, noemt om het belang van coatings te onderstrepen. “Coatings zijn overal om ons heen en spelen een essentiële rol in de maatschappij”, zegt hij. “Verf zorgt natuurlijk voor verfraaiing en bescherming, maar ik wil vooral het grote effect op het gebied van verduurzaming noemen. We verven de brug opnieuw als die er niet meer zo mooi uitziet, maar moeten ons vooral realiseren dat het onderliggende substraat, het staal, veel langer meegaat dan wanneer die

coating er niet geweest zou zijn.” Door de jaren heen is er van alles veranderd op het gebied van coatings. “De grootste veranderingen hadden te maken met solvents (oplosmiddelen). In plaats van de klassieke verven met veel solvents is nu veel meer sprake van watergedragen coatings, uv-coatings (die uitharden door uvlicht) en poedercoatings, die allemaal veel minder gebruikmaken van solvents. Deze ontwikkeling is nog altijd gaande. Ook verfeigenschappen blijven verbeteren: makkelijker te verwerken, mooier, langer goed (minder verfbeurten), nieuwe functies, zoals hoe ze aanvoelen – dat noemen we ‘haptics’. Iedere nieuwe verf zal op z’n minst aan deze verworven gemakken moeten voldoen.” Ook de performance coatings maakten zo ieder hun eigen groeicurve door. “In de jaren zestig bijvoorbeeld werd butyltin veel gebruikt als een uitstekend middel om aangroei op schepen te weren. De eerste schepen die jarenlang geen aangroei hadden,


BRANCHEVERENIGING VVVF HEEFT DE AMBITIE DAT IN 2030 50 PROCENT VAN DE VERF OP DE NEDERLANDSE MARKT IS GEBASEERD OP HERNIEUWBARE GRONDSTOFFEN

dat was geweldig. Maar toen duidelijk werd dat de stof gevaarlijk was voor het milieu, ging men massaal over op koperoxide, waarvoor we momenteel overigens ook weer een beter alternatief zoeken. Of neem vliegtuigcoating, die moet niet alleen bestand zijn tegen zeer hoge intensiteit zonlicht, enorme fluctuaties in temperatuur, agressieve chemicaliën, met name hydraulische vloeistoffen, maar ook luchtweerstand verminderen (brandstofbesparing) en bijdragen aan milieuvriendelijk onderhoud.”

Karakter

RTL4-INTERIEURARCHITECT MICHIEL DE ZEEUW:

‘Hopelijk halen we straks een mooi blikje verf bij de verfjuwelier in plaats van dat cheape kleurtje bij de bouwmarkt’

FOTO: EDWIN JANSSEN

Volgens interieurarchitect Michiel de Zeeuw, co-presentator van RTL Woonmagazine, zijn het decoratieve coatings die ‘het karakter van een ruimte’ maken. “Zonder verf zou de wereld er ontzettend ongezellig uitzien”, zegt hij. “Je kunt ruimtes vullen met kleuren door heel erg ton sur ton te werken en zaken daarmee naar de voorgrond of achtergrond brengen. Schilder een kast in dezelfde kleur als de muur en je krijgt een gave spanningsboog in je interieur.” Op de kunstacademie was architectuur leidend, over verf leerde hij weinig (‘dat werd meer als cosmetisch en minder als architectuur gezien’). Wat dat betreft is hij autodidact, die al door zijn ouders een verfkwast in de handen kreeg gedrukt. “Door te doen leer je hoe verf zich gedraagt. Dat het niet werkt om een rode verf direct op een witte ondergrond aan te brengen bijvoorbeeld. Roodschakeringen komen trouwens weer helemaal in, e

juni 2018 Chemie Magazine 17


HET RAL-SYSTEEM VOOR VERFKLEUREN HAD IN 1927 NOG 40 KLEUREN, INMIDDELS ZIJN ER 210 RAL CLASSIC-KLEUREN EN 1688 RAL DESIGN-KLEUREN (WIKIPEDIA)

FOTO: HOLL ANDSE HOOGTE

Jan Cremer in zijn atelier begin jaren 60.

20

e eeuw

VERF EN COATINGS

COATINGHOOGLERAAR ROLF VAN BENTHEM:

FOTO: TU/E

‘Dankzij coating gaat het onderliggende substraat, zoals staal en hout, veel langer mee’

18 Chemie Magazine juni 2018

van dat verbruinde tot hele rozige rood, een revival van de eigthies. Een andere trend zijn extreem matte verven, met een kalkachtig uiterlijk en dat dan weer gecombineerd met glans.”

Duurzame verf

Een belangrijke uitdaging voor de verfindustrie ligt volgens hem op het gebied van duurzaamheid. “Of alle modische verfmerken al zover zijn, kun je je afvragen”, aldus De Zeeuw. Fabrikanten kunnen in ieder geval al duidelijke kleurkeuzes voor de consument maken en zo verfverspilling tegengaan. “Die hele grote panelen met wel tweeduizend


IN 2017 BEDROEG DE OMZET VAN DE NEDERLANDSE VERFINDUSTRIE 882,7 MILJOEN EURO EN DE AFZET 156.200 TON (CIJFERS V V VF-LEDEN)

SCHILDER-SCHRIJVER JAN CREMER:

‘Ik ben een verf-alchemist’ Een leven zonder verf, schilder-schrijver Jan Cremer moet er niet aan denken. “De wereld zou er niet zo mooi uitzien, meer als een verbleekte ansichtkaart of een zwart-witfoto. Onze oervaders waren al bezig met verf. In grotten als die van Lascaux maakten ze prachtige wandschilderingen met okerpigmenten uit aarde samengevoegd met water. Ik heb vroeger veel door het Oostblok gereisd. Nou, dat was op het Rode Plein na een nogal kleurloze wereld. En juist van kleur, ook op schilderijen, kan de mens intens genieten.” Van jongs af aan is hij geboeid door verf en schilderen. “Ik ben als 15-jarige begonnen op een reclameschildersbedrijf, waar ik de eerste kneepjes van het vak leerde. We schilderden uitverkoopborden en bioscoopreclame: grote doeken met geschilderde filmscenes die voor de bioscoop hingen – in feite een voorloper van de popart. Op de kunstacademies die ik bezocht, wilde ik vooral materiaalkennis opdoen.” Hij noemt zichzelf ‘een alchemist’, altijd bezig met het samenstellen van de ideale verf voor zijn schilderijen. “In mijn begintijd was ik wegens armoede vaak gedwongen verf te maken met materialen van een goedkope verfwinkel. Konijnenlijm vormde de basis, die ik mengde met pigmenten. Ik toverde verf op waterbasis (ETA) met oliën en het wonderbaarlijke middel kippenei als emulgator om tot olieverf.” Inmiddels werkt hij al tijden met Scheveningen van Old Holland, gemengd met bijvoorbeeld zand, zaagsel en steenslijpsel om ‘volume te maken’. Eens per drie, vier jaar slaat hij weer 300 kilo in. “Het is de beste olieverf. De kleuren blijven mooi. Ga maar eens in Museum de Fundatie naar mijn schilderij de Japanse Oorlog kijken. Alsof ik het niet in 1960 maar vorige week geschilderd heb.” Anderen proberen zijn Cremer-rood – ‘een schitterend rood dat honderden jaren vuur blijft’ – al jaren te evenaren. “Zonder succes. Ik maak het zelf, in m’n eentje. Het is het geheim van de smid: een schep van het ene rood te veel en de kleur mislukt.”

kleurstaaltjes zijn verschrikkelijk en zorgen er alleen maar voor dat de consument drie keer terug naar de bouwmarkt gaat, omdat de kleur het toch nét niet was.” Voor de toekomst hoopt hij dat verf en kleur meer onderdeel worden van de identiteit van een huis. “Een muurtje blauw schilderen is leuk, maar is slechts cosmetisch en heeft geen impact op de architectuur van de ruimte. Je kozijnen zwart schilderen heeft dat wel, daarmee gaan ze opeens bij het geraamte van het huis horen. Het is ook heel gaaf plafonds mee te schilderen of een hele ruimte blauw te schilderen. Dan kom je met kleur en verf echt ín het

huis, in plaats van dat je het ermee aan het beplakken bent. Ik denk dat zo’n filosofie er ook voor kan zorgen dat mensen verf meer op waarde gaan schatten. Dat ze een mooi blikje verf bij de ‘verfjuwelier’ gaan halen in plaats van alleen maar dat cheape kleurtje bij de bouwmarkt uitzoeken.”

WIST U DAT?

Tot begin 20ste eeuw maakten schilders nog veelal hun eigen verven. Heel wat verffabrieken zijn dan ook ontstaan uit schildersbedrijven. Aan de Zaan had zich begin 20ste eeuw al een echte verfindustrie ontwikkeld, vanuit de verfmolens waar van oudsher verfstoffen zoals gemalen brazielhout (gebruikt voor donkerrood pigment) werden geproduceerd. In de jaren twintig kwamen er op grotere schaal kanten-klare verfproducten op de markt, zoals Speurder, de sneldrogende doe-het-zelfverf voor buiten die verffabriek Tjallema uit Sneek in 1923 introduceerde. Boerenknechten voerden er allerlei schilderwerkzaamheden mee uit. In de jaren vijftig stond Tjallema ook aan de wieg van het doe-het-zelfverfmerk Flexa. Pigmenten en bindmiddelen maakten diverse ontwikkelingen door. Zo werd het loodwit na de Eerste Wereldoorlog vervangen door titaandioxide. Als huisschilderverf werd olieverf (op basis van lijnolie) in de jaren vijftig bijna volledig vervangen door alkydverf, die sneller droogt. Deze verf is gebaseerd op alkydhars, een kunsthars, en heeft terpentine als oplosmiddel. Inmiddels wordt veel gewerkt met watergedragen verven op basis van acrylaathars, beter voor milieu en gezondheid.

CHEMIE VAN VERF

De meeste verven bestaan uit bindmiddel, pigment, oplos- of verdunningsmiddel (bijvoorbeeld de vluchtige organische stof terpentine of water) en hulpstoffen, zoals droog- en antivelmiddel. In watergedragen acrylaatverf zitten bindmiddel en kleurpigmenten als bolletjes verdeeld in een dispersie. Voor de vaste bindmiddeldeeltjes gebruiken verfmakers vooral acrylaatpolymeren (ethyl- of butylesters van acrylzuur en methacrylzuur), polyurethanen of mengsels daarvan. Behalve water is nog een kleine hoeveelheid organisch oplosmiddel nodig, plus een emulgeermiddel (bijvoorbeeld een zeep) om het verfmengsel stabiel te houden in de pot. Het drogen van acrylaatverf is een fysisch proces: het water verdampt en de acrylaatdispersiedeeltjes vervormen en vervloeien vervolgens tot een vaste film. (Bron: Chemische feitelijkheden – verf) e juni 2018 Chemie Magazine 19


BINNENLANDSE VERFAFZET 2017 PER SECTOR: 44% BOUW, 27% DOE-HETZELF, 10% INDUSTRIE, 9% SCHEEPSBOUW/-REPARATIE, 7% STAALCONSERVERING, 3% AUTOREPARATIE (CIJFERS V V VF-LEDEN)

VNCI-LEDEN BIEDEN KLEUR EN BESCHERMING

20

e eeuw

VERF EN COATINGS

pol, AkzoNobel Global Communications, wijdverspreid: “Onlangs voorzagen we nog twee schilderijen in het Van Gogh-museum van een Sikkensverfachtergrond, Dutch in Paris en Van Gogh and Japan.” Een bekend AkzoNobel-merk voor de doe-het-zelfmarkt is Flexa, dat al sinds 1955 bestaat, voortgekomen uit de verffabriek Tjallema in Sneek. R&D director André van Linden: “Flexa staat voor kleur en innovatieve producten. We vinden het belangrijk consumenten te helpen bij de kleur- en productkeuze, zoals met de Flexa Visualizer-app.” Voor de huisschildersverven (Sik20 Chemie Magazine juni 2018

Koninklijke van Wijhe Verf vindt zijn oorsprong in Fa. Van Wijhe en Vermeulen (1916), een groothandel voor chemicaliën, apothekersspullen en (grondstoffen voor) verf. “Onze eerste verf was koudwaterverf: gekleurd poeder met water”, vertelt Marlies van Wijhe, sinds 2000 CEO. “We produceerden ook lijnolieverf. Bij gebrek aan grondstoffen maakten we in de Tweede Wereldoorlog jenever om te ruilen tegen de Marlies van Wijhe: ‘Mijn bedrijfsmotto lijnoliebonnen is: geen moderne duurzame toekomst van Urker viszonder een gezonde dosis innovatie.’ sers, die toch nauwelijks uitvoeren. Zij waren blij met wat te drinken en wij konden weer verf maken.” Haar opa was de uitvinder van het 1-potssysteem voor beits (1946): Wijzonol dekkend, grond- en eindlaag in één product. “Dat was het begin van de grote groei van Wijzonol. Met de wederopbouw was er veel houtbouw die beschermd moest worden. Mijn vader maakte later de move naar

FOTO: SICCO VAN GRIEKEN

AkzoNobel is ontstaan uit vele fusies en acquisities en kent veel verfmerken. In Nederland produceert het verven en lakken in Sassenheim, Wapenveld en GrootAmmers. Het oudste Nederlandse merk is Sikkens, in 1792 in Groningen opgericht door Wiert Willem Sikkens. Het tekort aan grondstoffen na de Tweede Wereldoorlog dwong Sikkens tot creatieve stappen, waaronder het ontwikkelen van kunstharslakken. Sikkensverf is volgens Joost Ruem-

kens en Flexa) is er volgens Van Linden al een compleet assortiment aan hoogwaardige watergedragen lakken en beitsen. “Zeker de watergedragen satin lakken voor binnen zijn dankzij nieuwe technologie na applicatie niet meer te onderscheiden van oplosmiddelhoudende producten. Voor de toekomst heeft AkzoNobel er duidelijk voor gekozen om verder te gaan in de ontwikkeling van watergedragen coatings.” AkzoNobel produceert ook veel specialistische coatingproducten, zoals anti-fouling voor de zeevaart (alle boten van de Volvo Ocean Race 20172018 zijn bijvoorbeeld gecoat met AkzoNobel-producten), industriële houtlakken en een breed assortiment aan poederlakken, onder meer voor de auto- en meubelindustrie.

synthetische lakken, met de overname van LBH van Sabel Coatings in 1982 (Wijzonol LBH). Daarmee konden we ons ook richten op de onderhoudsmarkt, die in Nederland steeds belangrijker werd.” In 1984 was Van Wijhe de eerste verffabrikant met een ‘uniek’ eigen kleurmaaksysteem. “Met twee basisverven en de kleurpasta’s konden we alle kleuren van de regenboog maken, zodat je niet meer veertig kleuren op schap hoefde te hebben. We waren ook de eerste fabrikant die high solidalkydverf, met minder oplosmiddelen, introduceerde (in 1991). Helaas accepteerde de markt het product niet, omdat het minder snel droogde.” Maar de weg naar verduurzaming was daarmee wel ingeslagen. Van Wijhe: “Mijn bedrijfsmotto is: geen moderne duurzame toekomst zonder een gezonde dosis innovatie. We hebben een flinke investering gedaan in watergedragen systemen, waar de schilder langzaam aan begint te wennen. Onze eerste biobased muurverf is op basis van zetmeel; inmiddels bekijken we ook andere biobased grondstoffen. We zoeken naar de minst milieubelastende producten door the best of two worlds, chemie en biobased, te combineren.” BASF is in 1865 opgericht door Friedrich Engelhorn en hield zich destijds voornamelijk bezig met kleurstoffen. Inmiddels levert het Duitse chemieconcern zowel grondstoffen voor coating (pigmentstoffen, pigmentbereidingen, dispersies, harsen en additieven) als complete coatingsystemen, voor industrieel en decoratief gebruik en voor toepassing in de automotive-sector. In Boxtel (sinds 1976) produceert BASF onder meer halffabrikaten voor coatingsystemen en de Elastocoatlijn, op basis van polyurethaan of polyurea. Deze ‘sproei-elastomeren’ zijn geschikt als beschermlaag voor onder andere staal en beton. In Heerenveen maakt het watergedragen harsen en dispersies, vooral veel toegepast in duurzame inkten voor voedselverpakkingen. Een uitkomst, zegt het bedrijf, want tot voor kort


MET ‘FLEXA LET’S COLOUR’ BRENGT AKZONOBEL KLEUR IN DE SAMENLEVING DOOR CLUBHUIZEN EN SCHOLEN TE VERVEN. VORIG JAAR GING ER IN DE 332 PROJECTEN 146.237 LITER VERF DOORHEEN

werden bijvoorbeeld chipszakken nog met oplosmiddelhoudende inkt bedrukt. BASF Coatings Services in Maarssen richt zich met de lakmerken Glasurit en R-M Autolakken op de markt voor autoschadeherstel en carrosseriebouw. In maart presenteerde het Glasurit Eco Balance, een nieuw autoreparatielakmerk dat garant staat voor minder CO2-uitstoot door meer gebruik van hernieuwbare en minder fossiele grondstoffen. BASF probeert zijn bouwstenen voor coating verder te verduurzamen, zoals met de biobased polyolen (bouwstof voor polyurethaan) en diverse uv-harsen. PPG, in 1883 in Pittsburgh opgericht, is een wereldwijde fabrikant van onder meer verven en coatings. “In 2008 heeft het de grootste acquisitie ooit BASF Coatings Servigedaan door de ces in Maarssen richt aankoop van zich met het lakmerk SigmaKalon, Glasurit op de markt een vooraanvoor autoschadeherstaande stel en carrosseriewereldwijde bouw. producent van decoratieve, maritieme, beschermende en industriële coatings”, zegt Petra Sanders, technical product manager bij PPG. In Nederland heeft PPG productielocaties in Uithoorn, Den Bosch, Amsterdam en Delfzijl. De meest bekende merken in Nederland zijn Sigma Coatings, Veveo, Boonstoppelverf en Brander. Sanders: “We investeren continu in onderzoek naar en ontwikkeling van hoogwaardige en efficiëntere producten. Daarbij wordt niet alleen gekeken naar prestaties op het gebied van glans, kleur en dekking, maar ook naar het applicatieproces, zoals verwerkingssnelheid, continuïteit en vermindering van arbeidsgangen. Daarnaast is de productontwikkeling erop gericht om de levensduur van schil-

derwerk te verlengen (duurzaamheidsprestaties) en het gebruik van eindige grondstoffen en de uitstoot van CO2 tot een minimum te beperken. Sustainability is een van onze bedrijfsstrategieën.” Steeds vaker wordt PPG gevraagd naar bewijs van deze duurzaamheidsontwikkelingen. Sanders: “Sigma speelt hierop in met Dubokeur, een erkend milieukeurmerk van het Nederlands Instituut voor Bouw en Ecologie (NIBE) dat aantoont dat de producten de duurzaamste keuze zijn in hun toepassingsgebied.” DSM produceert resins (bindmiddelen) voor verf, coatings en inkten. De productie vindt onder andere in Waalwijk plaats, sinds begin jaren zestig. De bindmiddelen zijn geschikt om toe te passen in duurzame coatingtechnologie, zoals watergebaseerde, uv- en poedercoatings. Ze vinden hun weg naar zeer diverse coatingmarkten, van automotive tot decoratieve coatings, tot industrie-, marine-, vloer-, meubel- en verpakkingscoatings. Volgens DSM is het bindmiddel ‘the heart of the paint’. De resins binnen zijn Decovery-lijn worden van hernieuwbare bronnen gemaakt, zoals suikers, natuurlijke oliën, zetmeel en landbouwafval. Diverse fabrikanten gebruiken ze al in hun coatings, zoals PPG in Sigma Air Pure. Een ander bijzonder bindmiddel van DSM is Uralac Ultra, dat toepasbaar is in poedercoating voor houtproducten. Bij coating gaat het niet alleen om look maar ook om feel (‘haptics’). Dus introduceerde DSM zijn Skinstechnologie, waarmee het ervoor kan zorgen dat coatings (voor verPPG gebruikt in de pakkingen bijvoorproductlijn Sigma beeld) aanvoelen Air Pure een resin als rubber, zijde van DSM. fluweel en zand.

Een bekend merk van PPG is Sigma.

TOEKOMST: WINST IN DUURZAAMHEID “Ik zeg tegen mijn studenten: ‘Als jullie in staat zijn een coating te maken die twee keer zo lang meegaat, betekent dat een factor 2 verlaging in footprint.’ Net als mensen hebben coatings niet het eeuwige leven, maar door elke keer degradatieprocessen tot staan te brengen door kleine aanpassingen in de coating, kun je steeds weer substantiële winst in duurzaamheid boeken.” Dat is volgens coatinghoogleraar Van Benthem dus een van de belangrijkste uitdagingen voor de toekomst. Verder gelooft hij dat poedercoating een ‘enorme bijdrage’ aan duurzaamheid kan leveren. Nu wordt het nog vooral op staal toegepast, maar het kan ook bij lage temperatuur (90 graden) op bijvoorbeeld hout en meubels worden aangebracht. “Bij poedercoating heb je helemaal geen emissies en er vindt geen verspilling plaats omdat je de poeder die je tijdens het sproeien verliest kunt ‘opzuigen’ en hergebruiken.” Hij ziet ook genoeg ‘kansrijke biobased grondstoffen’ voor coatings. “Als ik er eentje moet noemen, dan lijkt het me heel mooi als we straks van melkzuur biobased acrylzuur kunnen maken.” Maar zeker zo belangrijk is volgens hem aandacht voor gerecyclede grondstoffen voor coatings. “Je kunt meer circulariteit in het product brengen door bijvoorbeeld gerecycled plastic als grondstof te gebruiken.” juni 2018 Chemie Magazine 21


1928 1938 1918 1928

1948 1958 1938 1948

1958 1968

DE GESCHIEDENIS VAN DE VNCI

RODE CIJFERS

In tien afleveringen gaat Chemie Magazine door de historie van de VNCI en de chemie in Nederland, vanaf de oprichting van de vereniging in 1918 tot de viering van het 100-jarig bestaan dit jaar. Aflevering 6: de jaren 1968-1978. Tekst: Igor Znidarsic

FOTO: HOLL ANDSE HOOGTE

Vanwege de olieschaarste vond tussen november 1973 en januari 1974 tienmaal een autoloze zondag plaats.

CHEMISCHE INDUSTRIE IN NEDERLAND IN DE JAREN ZEVENTIG 22 Chemie Magazine juni 2018

Na de spectaculaire groei in de jaren zestig, onder meer door de ontwikkeling van de petrochemie, komt in de jaren zeventig de klad erin. De markt voor chemische producten raakt deels verzadigd, als gevolg van sterke concurrentie van met name de VS en de Oostbloklan-

den. Door de overcapaciteit daalt het prijsniveau sterk. Daar komt in 1973 de Oliecrisis bij. In een politieke actie tegen het Westen verhogen de Arabische olieproducerende landen de olieprijs met 70 procent en verminderden de productie elke maand met 5 procent, zodat de prijs omhoogschiet. De productiekosten van basischemie en van de daaruit vervaardigde producten stijgen. Daarnaast nemen de olieproducerende landen de verwerking van de ruwe olie steeds meer in eigen hand, wat ongunstig is voor een internationaal afhankelijke sector zoals de Nederlandse chemie. Uiteindelijk valt de dreigende grondstoffencrisis mee, maar de negatieve conjuncturele ontwikkeling blijft niet zonder gevolgen voor met name de belangrijke afzetmarkten bouw en de auto-industrie. In 1975 treedt voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog een daling van het productievolume op. De omzet daalt (van 20 naar 17,5 miljard gulden), de export loopt terug. In de tweede helft van de jaren zeventig neemt wereldwijd in veel sectoren de overcapaciteit verder toe, terwijl de concurrentiepositie


1978 1988 1968 1978

1998 2008 1988 1998

1971

van Nederland verzwakt door de buitenlandse concurrentie en door een forse stijging van de loon- en energiekosten. Bovendien gaan de toegenomen milieukosten een rol spelen. Een aantal chemiebedrijven noteert voor het eerst sinds de oorlog rode cijfers. Oplossingen worden gezocht in het opvoeren van de efficiency, maar de kostenverlagingen gaan ook ten koste van research en human resource. Een aantal minder efficiënte fabrieken gaan dicht. Het aantal werknemers daalt tussen 1975 en 1980 van 98.000 naar 91.000. Pas in 1983 wordt er weer een positief geluid vernomen. De VNCI spreekt in het jaarverslag van ‘een jaar van herstel’. De oliecrisis heeft wel een periode van herbezinning ingeluid, waarbij er vraagtekens werden geplaatst bij de eenzijdige ontwikkeling richting basischemie die de Nederlandse chemische industrie tussen 1960 en 1973 heeft doorgemaakt. Kennisintensiteit en fijnchemie worden de nieuwe sleutelwoorden.

Het VNCI-jaarverslag maakt melding van ‘een kentering in de groei van de omzet’, die geleid heeft tot ‘een lager niveau van rentabiliteit’. NCI (de voorloper van Chemie Magazine) schrijft: ‘Wie het jaarverslag doorleest zal er wederom door getroffen worden hoezeer het internationale karakter van de Nederlandse chemische industrie haar lotgevallen mede bepaalt. Daarom is het van grote betekenis dat in de afgelopen weken positieve vooruitgang is bereikt in de onderhandelingen over de aansluiting van Engeland en enkele andere landen bij de EEG. Wij zijn van mening dat de marktvergroting als gevolg van de aansluiting voor de chemische industrie voordelig zal zijn’.

1972

W.A. van Dorp, president-directeur van Chemische Fabriek Naarden, wordt benoemd tot voorzitter. Hij volgt dr. ir. J. van Aken op, directeur van De Staatsmijnen. W.A. van Dorp. De jaarvergadering in het Okura Hotel in Amsterdam trekt vijfhonderd bezoekers. ‘Ongetwijfeld is deze grote belangstelling te danken geweest aan het onderwerp dat ter discussie stond: de toekomst van de chemische industrie’, meldt NCI. Het onderwerp was op de agenda gezet door het verschijnen van het rapport van de Club van Rome. ‘De chemische industrie zal zich er nog meer dan tot nu toe op moeten toeleggen, van de schaarser wordende grondstoffen die de aarde biedt een optimaal gebruik te maken’, aldus spreker prof. Van der Grinten.

1973/74

Eind jaren zestig neemt in de maatschappij het onbehagen toe over de gevolgen van de spectaculaire groei van de (chemische) industrie voor het milieu. In 1970 wordt de

2018 2030? 2008 2018

Wet op de Luchtverontreiniging aangenomen, een van de eerste moderne milieuwetten die de taak overnemen van de bijna honderd jaar oude Hinderwet. In 1973 neemt de VNCI dr. J. Oosterman als milieuadviseur in dienst. Hij staat ‘ter beschikking van leden die technische adviezen nodig hebben op het terrein van veiligheid en milieuhygiëne’. In 1974 wordt Theo Witteman aangesteld als staffunctionaris gespecialiseerd in milieuwetgeving. Hij ‘staat ter beschikking van leden die op dit terrein advies nodig hebben’.

1976

De VNCI richt een afdeling Voorlichting op. Gekozen wordt voor een breed samenhangend, actief beleid richting overheid, onderwijs, pers en publiek, waarin een vernieuwd VNCI een sleutelrol moet spelen. Eind 1976 wordt voorlichtingsfunctionaris P. Kleinjan aangetrokken, daarvoor redactiechef bij het Algemeen Dagblad. Hij is ‘ter beschikking van leden die adviezen nodig hebben over communicatieproblemen met pers, omwonenden en overheid’.

1978

Op 7 oktober vindt de eerste Open Dag Chemie plaats. De aanleiding: ‘Te veel hangt om de chemische industrie nog een waas van geheimzinnigheid, omdat chemische termen nu eenmaal bij een minder groot publiek bekend zijn dan voetbaltermen. Te weinig weet het publiek wat wij doen aan veiligheid, aan milieubescherming en dat de raadselachtige stoffen die wij produceren voor het dagelijks leven van elke Nederlander broodnodig zijn. Maar hij herkent ons werk niet in zijn autobanden, in zijn kleding, in zijn voedsel en zijn gezondheid.’ Zeventig chemiebedrijven, wetenschappelijke instellingen, kennisinstituten etc. verwelkomen 25.000 bezoekers. ‘De sluier van geheimzinnigheid is opgetild’, aldus een van de bezoekers. ‘Kennelijk voorzag deze open dag-actie in een behoefte’, aldus een deelnemend bedrijf. e juni 2018 Chemie Magazine 23


ONZINDELIJK EN ONFATSOENLIJK

De openingscolumn van NCI van 2 februari 1971: ‘Het is het goed recht van het Internationaal Wol Secretariaat om reclame te maken voor wol. Echter, als het I.W.S. meent zich met de slogan “Wol. Een van de laatste natuurlijke produkten in een vervuilde chemische wereld” te moeten afzetten tegen de problematiek der milieuhygiëne, die men meteen maar prompt aan de chemie toeschrijft, dan past daartegen een ernstig woord van protest. Want wat het I.W.S. hiermee doet is onzindelijk. De makers van deze campagne weten natuurlijk opperbest a) dat er geen directe relatie bestaat tussen het dragen van wollen kleding en de milieuhygiëne, b) dat wat de produktie betreft de wol sinds zijn ontstaan allerlei chemische bewerkingen heeft ondergaan die aan de milieuverontreiniging hebben bijgedragen, c) dat het publiek zich er niet van bewust is dat synthetische textielproducten eenvoudig noodzakelijk zijn omdat er nu eenmaal niet voldoende wol, katoen e.d. kan worden geproduceerd om in alle behoefte te voorzien. Dit alles heeft hen er niet van weerhouden om ter wille van puur commerciële resultaten misbruik te maken van een algemeen maatschappelijk probleem, dat zo velen ernstig bezorgd maakt. Behalve onzindelijk is de actie ook onfatsoenlijk. Als men iets aanprijst, behoort men uit te gaan van de merites van dat iets, en niet te trappen naar iets anders.’ Een gelijksoortige verklaring stuurt de VNCI aan alle ‘publiciteitsmedia’. Het resultaat is dat het I.W.S. de slogan verandert in “Wol. Sprankje natuurlijke schoonheid in een vervuilende wereld”. ‘Dat betekent dat de negatieve suggesties ten aanzien van onze bedrijfstak zijn geëlimineerd’, meldt NCI tevreden. 24 Chemie Magazine juni 2018

INCIDENTEN Er zijn in die tijd veel – ernstige – incidenten. Zo vindt op 16 januari 1971 een explosie plaats in de warmtekrachtcentrale van het Polychemiebedrijf van DSM in Beek. Vijf mensen raakten gewond, waarvan één ernstig. De oorzaak is het scheuren van een gasleiding. Een hevige ontploffing op de avond van 7 januari 1971 in de fabriek van Oxydo in Emmerik eist vier levens. De oorsprong ligt in de afdeling waar methylethylketonperoxide wordt geproduceerd. Even later vindt bij Dow Chemical in Terneuzen tijdens laswerkzaamheden aan een tank van de aminenfabriek een explosie plaats, waarbij een dode valt. Vermoedelijke oorzaak is het ‘ongemerkt binnendringen van aminedampen in de tank, ondanks nauwgezette controle vooraf’. In dezelfde periode wordt Chemische Industrie Randstad op last van de gemeente Soest gesloten. ‘De moeilijkheden tussen “Randstad” en de gemeente begonnen enkele jaren geleden’, aldus NCI, die alle incidenten meldt. ‘Toen bleek dat het op het riool geloosde afvalwater de oorzaak was van het onklaar raken van de gemeentelijke waterzuiveringsinstallatie. Die lag toen drie maanden stil omdat alle bacteriën voor de biologische reiniging waren gedood. Dit feit staat niet alleen: met name de klachten over brand- en explosiegevaar, stank en geluidshinder werden door B en W, Arbeidsinspectie, en de inspecteur voor de volksgezondheid gegrond verklaard. De fabriek kwam onlangs nog in het nieuws als de lozer van afvalwater in de haven van Weesp.’ Een enorme ramp doet zich voor op 7 november 1975 op de locatie Zuid van DSM in Geleen (Beek). De naftakraker II wordt na een revisiebeurt weer opgestart. Om 9.50 uur breekt een leiding in de compressie-eenheid, waardoor een mengsel van tot vloeistof verdichte gassen onder hoge druk vrijkomt en langs de hete ovens stroomt. Het gas explodeert onmiddellijk. De enorme explosie verwoest tal van installaties rond de kraker, overal ontstaan felle branden in leidingstraten en opslagtanks. 14 medewerkers komen om, 109 mensen raken gewond. (Zie ook p. 46.)

MEER UIT PLANTEN

Tijdens de eerste wereldconferentie over toekomstige bronnen van organische grondstoffen in Toronto meldt dr. James Mathis, vice president van het Chemical Technology Department van Exxon: “De chemische industrie zal haar grondstoffen allengs meer uit planten en minder uit olie moeten halen. De research zal zich veel meer op de mogelijkheden van de levende natuur moeten richten. De overgang van de schaarser wordende olie naar de ‘groene’ grondstoffen, die in tegenstelling tot de olievoorraden wel kunnen worden aangevuld, zal dan zonder moeilijkheden kunnen verlopen.” p

FOTO: BERT VERHOEFF, NATIONA AL ARCHIEF

Naftakraker II een dag na de ramp.


Gefeliciteerd, VNCI! Al 100 jaar voorvechter van de Nederlandse chemische industrie

Kennis & expertise

On-site manpower

Innovatieve webservices met reporting

Ompakken, op- & overslag

Hoogtechnologische verwerking

Veilig ADRtransport

Recycling van materialen & energie

Al 30 jaar uw partner voor een veilig en duurzaam afvalbeheer Samen met de Nederlandse industrie naar een circulaire economie www.indaver.nl


100 JAAR ZOUTWINNING IN TWENTE

‘ICOON VAN DE NEDERLANDSE MAAKINDUSTRIE’ Dit jaar is het 100 jaar geleden dat de Koninklijke Nederlandsche Zoutindustrie, de voorloper van AkzoNobel, in Twente begon met zoutwinning. “60 procent van de chemische industrie in Europa draait op het zout dat wij uit de grond halen, dus we leveren echt een onmisbare bijdrage aan het moderne leven”, aldus Yvar van den Winkel, locatiedirecteur van de fabriek bij Hengelo. Tekst: Henk Engelenburg

O

mdat de Heer van Twickel, dr. R.F. Baron van Heeckeren van Wassenaer, zijn kasteel in Delden wil moderniseren met badkamers en toiletten, heeft hij een waterleiding nodig. We schrijven mei 1887 als hij in de kasteeltuin een ‘diepboring’ laat uitvoeren. De boormeester vindt op een diepte van 554 meter een onbekend gesteente met daarin delen steenzout. Nader onderzoek wijst echter uit dat het zout onvoldoende zuiver is. Het is een van de kleurrijke anekdotes die illustreren hoe het eraan toegaat in Nederland tussen eind 19e en begin 20e eeuw als gedurende ongeveer veertig jaar allerlei pogingen in het werk worden gesteld om tot grootschalige zoutwinning te komen. Partijen beconcurreren elkaar, en de overheid werkt niet erg enthousiast mee. Als dan de zoutimport uit Duitsland, Spanje en Portugal sterk terugvalt als gevolg van de Eerste Wereldoorlog, komen par26 Chemie Magazine juni 2018

tijen wel tot samenwerking en geeft de overheid een concessie af om te boren in Boekelo. Niet veel later, op 26 juni 1918, volgt de oprichting van de Koninklijke Nederlandsche Zoutindustrie (KNZ). KNZ groeit uiteindelijk tot AkzoNobel en nu, 100 jaar later, draaien de fabriek in Hengelo en het zusterbedrijf in Delfzijl nog steeds op volle toeren.

Trots

De betekenis van ‘100 jaar zout’ is volgens Yvar van den Winkel, locatiedirecteur van de fabriek bij Hengelo, dat het een fabriek is ‘om trots op te zijn’. “Het is een icoon van de Nederlandse maakindustrie. We zijn de allerbeste zoutproducent ter wereld en maken het zuiverste zout.” Er zijn drie manieren om natriumchloride geschikt te maken voor zoutconsumptie. Zeewater opnemen en laten indampen zoals in het Midden-Oosten gebeurt. Een diepe gang graven en het zout eruit slepen zoals gebeurt in Zwitserland

en Oostenrijk. Of een diep gat boren, zoet water erin en pekel eruit pompen. De eerste twee methoden hebben als nadeel dat de klanten het zout zelf moeten zuiveren, terwijl AkzoNobel met de derde methode profiteert van het feit dat het Twentse zout meteen al voor 99,9 procent zuiver is en het al tijdens de winning volledig kan worden gezuiverd op een milieuvriendelijke en efficiënte wijze. Volgens Van den Winkel een belangrijk concurrentievoordeel omdat de klanten het Twents zout, in tegenstelling tot dat van de meeste concurrenten, zonder voorbewerking meteen kunnen gebruiken in hun installaties. ‘Hengelo’ is met een jaarproductie van 2,6 miljoen ton zout de tweede producent ter wereld en de grootste in combinatie met de 2,7 miljoen ton die het 60 jaar jonge zusterbedrijf in Delfzijl produceert. De gezamenlijke 5,3 miljoen ton is goed voor een aandeel van 2 procent van de wereldmarkt. In Europa delen AkzoNobel


‘Natriumchloride is net zo belangrijk als grondstof voor de chemie als olie en gas’

KNZ kreeg in 1933 concessie om bij Hengelo naar zout te boren. Het jaar erop werd er de eerste boortoren geplaatst.

Yvar van den Winkel: ‘We zijn de allerbeste zoutproducent ter wereld en maken het zuiverste zout.’

en het Duitse European Salt Company (SCO) de eerste plaats met elk 20 procent van de markt.

Onmisbare bijdrage

Van den Winkel is ook trots op ‘zijn’ fabriek vanwege het grote belang van het product. ‘Hengelo’ delft het natriumchloride en stuurt dat naar alle grote industrieterreinen in Europa. Zout behoort tot de belangrijkste chemicaliën ter wereld en is een bouwsteen waarmee veel chemie begint: diverse polymeren, andere kunststoffen en farmaproducten. Van den Winkel: “Natriumchloride is net zo belangrijk als grondstof voor de chemie als olie en gas. Ongeveer 60 procent van de chemische industrie in Europa draait op het zout dat wij uit de grond halen, dus we leveren echt een onmisbare bijdrage aan het moderne leven.” De fabriek in Hengelo, met bijna vierhonderd werknemers, van wie twee derde in volcontinue dienst,

draait met zestien productielijnen 24/7 het hele jaar door, anders betalen de installaties zich niet uit. De productie omvat bulk- en speciale producten. Bij bulk gaat het om onder meer 25-kilogramzakken voor grootverbruikers zoals Nestlé, DSM en de vlees- en zuivelindustrie. “Als wij het niet maken, staat Friesland Campina een paar dagen later stil.” Daarnaast levert de fabriek strooizout. “Als we een winter zouden missen, merken we dat meteen in het resultaat.’ De bulk, ongeveer 80 procent van de productie, is grotendeels voor de export binnen Europa. De lage marge van de bulkproducten dwingt tot lage logistieke kosten, vandaar dat de distributie verbonden is met het vaarnet dat reikt tot aan de Alpen en de Pyreneeën. Van den Winkel: “Het is tamelijk ‘local for local’. We doen Leverkussen, Antwerpen, Rotterdam en Tessenderloo. Het gaat vanuit Aken verder weg en vanuit Delfzijl in zeeschepen of via Ham-

FOTO: INDR A SIMONS

ZOUTSYMPOSIUM

Ter gelegenheid van 100 jaar zoutwinning organiseert AkzoNobel op 12 juni op de Universiteit Twente in Enschede het AkzoNobel Salt symposium. Meer info: https://100yearssalt.com

burg. Er gaan zeven tot acht containerboten per dag naar klanten.” De rest van de productie, ongeveer 20 procent, omvat speciale producten zoals samengeperst zout in schijfjes en blokjes voor onder meer vaatwasblokjes en waterzuiveringsinstallaties in de olie- en gasindustrie en likstenen voor vee. De speciale producten, die in omvang veel kleiner zijn en een hogere marge kennen, gaan de hele wereld over. “Een kleine honderd vrachtauto’s rijden hier per dag de poort uit”, aldus Van den Winkel.

Stappen in duurzaamheid

De afgelopen jaren zijn grote stappen gezet in duurzaamheid. De chemie is verhuisd naar Delfzijl, waar het natriumchloride in een nieuwe elektrolyselijn wordt gesplitst in natrium en chloor. ‘Delfzijl’ maakt van het natrium natriumhydroxide en van het chloor zoutzuur en methylchloor azijnzuur. Door de chemie te concentreren in Delfzijl, is het

e

juni 2018 chemie Magazine 27


Zout is een essentiële grondstof voor chemie, veiligheid, voeding en gezondheid.

chloortransport komen te vervallen en gebruikt Hengelo veel minder energie. De stoom die Hengelo nog wel nodig heeft voor het indampen van het zout komt voor een deel van de naburige vuilverbrander Twence, die op biomassa draait. De warmte die de zoutfabriek daarna overhoudt gaat via een warmtenet naar ziekenhuizen, bedrijven en huizen in Hengelo. De fabriek benut het warmtenet als warmtewisselaar. “De huizen hoeven geen gas te verbranden en wij hoeven minder te koelen.” Het is volgens Van den Winkel zeer wel denkbaar dat in de nabije toekomst alle stoom te betrekken is van Twence. Dan is de zoutfabriek van het Groningse gas af. De elektrolyse-technologie kan in de toekomst mogelijk ingezet worden om water te splitsen in zuurstof en waterstof, waarbij de waterstof voor een belangrijk deel olie en gas kan vervangen of in auto’s gebruikt kan worden voor de voortstuwing. Het eeuwfeest van Twents zout valt samen met de verkoop door AkzoNo28 Chemie Magazine juni 2018

bel van de winstgevende chemietak AkzoNobel Specialty Chemicals; het zoutbedrijf is binnen een van de vijf businessunits daarvan georganiseerd. De zoutfabrieken in Hengelo en Delfzijl komen in handen van investeringsmaatschappij Carlyle. Het afsluiten van de overeenkomst, die nu wordt bekeken door de mededingingsautoriteiten en de ondernemingsraden, is later dit jaar voorzien. Van den Winkel is niet rouwig over de verkoop. “Er was binnen het concern al steeds discussie of chemie al dan niet bij AkzoNobel past. Zo’n investeringsmaatschappij kan van alles met je voor hebben, maar de vijf units doen het prima en de ene heeft nog meer groeiplannen dan de andere. Het enige wat we van Carlyle horen is of we onze groeiplannen kunnen versnellen. Dat is mooi, we kunnen dus een versnelling voorzien van onze groei en dat is met de sterk toegenomen volumes, diversificatie en kwaliteit een prima uitgangspositie voor nog eens 100 jaar.” p

‘NOG NOOIT SIGNIFICANTE BODEMDALING WAARGENOMEN’ Het eeuwfeest vieren van zoutdelving in Twente is enigszins een uitdaging in een tijd dat de aardgaswinning in Groningen onder grote druk staat vanwege aardbevingen. Echter, Van den Winkel is er duidelijk over: “We hebben bijna 85 putten in productie, maar er is nog nooit een bodemdaling van enige significantie waargenomen.” AkzoNobel delft zout nabij Hengelo op 500 meter diepte in een 70 meter dikke en 400 miljoen oude zoutrotsbank. Er wordt een schacht geboord tot op ongeveer 500 meter diepte, waarna de wand met een cementlaag ondoordringbaar wordt gemaakt. Verscheidene buizen komen in de schacht te hangen. Via


‘Hengelo’ is met een jaarproductie van 2,6 miljoen ton zout de tweede producent ter wereld en de grootste in combinatie met de 2,7 miljoen ton van het zusterbedrijf in Delfzijl.

één buis wordt water uit het Twentekanaal ingepompt, dat op 500 meter diepte een hoeveelheid zout oplost tot pekel. Door een andere buis wordt de pekel opgepompt, waarna het wordt ingedampt. Het aanvoeren van water en het oppompen van pekel is een continu proces. Er wordt wat olie toegevoegd dat in de diepte op de pekel gaat drijven zodat het ‘dak’ van de ruimte, in vaktermen een caverne genoemd, niet ook oplost en dus mooi dik blijft. Dat proces gaat tien tot vijftien jaar door, totdat een ruimte is ontstaan ter grootte van een voetbalstadion. Die ruimte is niet leeg, zoals bij de winning van aardgas en olie, maar voortdurend geheel gevuld met verzadigde pekel. De ruimte is eivormig, wat de stevigheid bevordert, en wordt regelmatig gecontroleerd door een apparaat neer te laten dat door middel van echo de contouren in kaart brengt.

RAPPORT STAATSTOEZICHT

Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) heeft onlangs een rapport uitgebracht over de zoutwinning in de regio. Volgens SodM houden de bedrijven onvoldoende rekening met omgevingsrisico’s van hun activiteiten op langere termijn. Daardoor is er volgens SodM kans op milieuschade en op sinkholes, diepe kuilen door plotselinge verzakkingen waardoor er schade kan ontstaan aan gebouwen of infrastructuur. Ook kan het zoute water weglekken en kan er diesel vrijkomen. AkzoNobel staat onder verscherpt toezicht omdat er veelvuldig lekkages voorkwamen bij verouderde leidingen en putten. Een woordvoerder van AkzoNobel stelt dat het bedrijf al op veel punten actie onderneemt en dat regelmatig wordt gesproken met het SodM. “Wat betreft de lekken hebben we maatregelen genomen. De enige

20 procent van de productie omvat speciale producten, zoals samengeperst zout voor vaatwasblokjes en likstenen voor vee.

sinkhole ooit was in 1991 in Hengelo. Alle cavernes worden in de gaten gehouden. Als er iets wordt waargenomen, hebben we nog vijftien tot twintig jaar om in te grijpen, maar we gaan ze sowieso vullen.” Van den Winkel licht toe: “We hebben in Twente ongeveer zestig potentieel instabiele cavernes uit de eerste periode van zoutwinning in de vorige eeuw. Omdat destijds minder zorgvuldig werd omgegaan met de bodem, stabiliseren we de oude cavernes met slurrie, het bodemeigen materiaal dat overblijft als het zout eruit is. We houden ze intussen permanent in de gaten via een netwerk van micro-seismische sensoren, die duizend keer fijngevoeliger zijn dan bij het meten van aardbevingen. Zo hebben we het voor 100 procent onder controle en kunnen we, indien nodig, tijdig schakelen om de situatie aan te passen.”

juni 2018 chemie Magazine 29

FOTO: SHUT TERSTOCK

FOTO: HOLL ANDSE HOOGTE

FOTO: ANP

Akzo Zout Chemie in Delfzijl in 1978.


HIEP HIEP HOERA! ‘Om half twee opent de Voorzitter Jhr. Mr. S.M.S. van Panhuys de vergadering met eenige woorden van dank aan hen, die niettegenstaande de drukke tyden, gelegenheid vonden heden aanwezig te zyn.’ Zo beginnen de notulen van de oprichtingsvergadering van de Vereeniging van de Nederlandsche Chemische Industrie (VNCI). Anno 2018 bestaat de vereniging nog steeds, onder dezelfde naam, en is actiever dan ooit. Met een duidelijke missie: een omgeving schep-

30 Chemie Magazine juni 2018

pen waarin de chemische industrie concurrerend, duurzaam, innovatief en zorgvuldig kan ondernemen en groeien, internationaal kan excelleren én wordt gewaardeerd om haar bijdrage aan de welvaart en het welzijn in Nederland. Op 17 mei 2018, precies honderd jaar na de oprichting, ontvingen alle VNCI-lidbedrijven een feestelijke taart en gingen de VNCI-medewerkers tijdens een feestje op het kantoor in Leidschendam op de foto. p


Uitgelicht

Amber Cornelissen (office manager), Colette Alma-Zeestraten (directeur). 3e rij: Anouk Wensveen (secretaresse Beleid), Anja Franchimon (medewerker relatiebeheer), Afra van der Linden-Schoen (secretaresse Beleid), Reinier Gerrits (hoofd Energie & klimaat), Igor Znidarsic (hoofdredacteur Chemie Magazine), Margaret van Polanen-Petel (secretaresse Algemeen). Op de trap: Rein Coster (hoofd Ondernemerschap), Sacha Sigtermans (secretaresse communicatie).

Achterste rij: Pieter Heemskerk (controller), Dirk van Well (senior beleidsmedewerker Stoffen en arbeidshygiĂŤne), Paul Nedermeijer (adviseur public affairs), Roderik Potjer (hoofd Communicatie & public affairs). Niet op de foto: Bibi van Duinen (ICT), Onno de Vreede (hoofd Innovatie & human capital), Macco Korteweg Maris (beleidsmedewerker [transport] veiligheid en gezondheid), Sylvia de Ruiter-Wubben (directiesecretaresse).

juni 2018 Chemie Magazine 31

FOTO: WILMAR DIK

Voorste rij (v.l.n.r.):Cyrille Timmerman (secretaresse), Caroline Piet (communicatieadviseur), Natasja Dijkhuizen (secretaresse Beleid), Vicky Hendriks (communicatieadviseur), Sjoerd Looijs (senior beleidsmedewerker Responsible Care en duurzaamheid), Claudia Smit-Raaphorst (hoofd beheer). 2e rij: Jos Roosen (Juridische zaken), Zeno Kong (medewerker servicedesk), Loesje Overbeke (adviseur online media), Peter Bareman (hoofd Veiligheid & gezonde werkomgeving). Op de trap:


fact

Radar niveaumeting voor elke applicatie OPTIWAVE series – technology driven by KROHNE

t

• Nieuwe 24 en 80 GHz radar niveautransmitters voor vloeistoffen en vaste stoffen

l

• Meer dan 28 jaar FMCW-radar technologie ervaring m3

• Lens-, druppel- en hoorn antennes met procesaansluitingen vanaf ¾”

Meer feiten: www.krohne.com/optiwave

CHEMISCH BESTENDIGE KLEDING

OP MAAT GEMAAKT

VOOR U

VERTEL ONS WAT U NODIG HEEFT VAN UW CHEMISCH BESTENDIGE KLEDING EN WIJ MAKEN HET VOOR U. Onze duurzame PVC-kledingstukken kunnen worden aangepast om precies te passen bij de taken die worden uitgevoerd in uw werkomgeving - waardoor ze langer meegaan en beter presteren. We kunnen ze zelfs op een specifieke maat maken voor optimaal comfort. + TALLOZE OPTIES BESCHIKBAAR + KORTE DOORLOOPTIJDEN + SPECIAAL ADVIES + LAGE MINIMALE BESTELHOEVEELHEID

Laat ons de juiste chemische kleding voor u en uw bedrijf maken.

Ga naar try.alphasolway.com/chemcr8

PROFESSIONAL PROTECTION


MARJOLEIN DEMMERS, DIRECTEUR NATUUR & MILIEU, DOET OPROEP AAN MULTINATIONALS

’MAAK NEDERLAND BROEDKAMER VAN DE NIEUWE ECONOMIE’ Marjolein Demmers, sinds november 2017 directeur van Natuur & Milieu, vindt dat de Nederlandse chemie met het rapport ‘Chemistry for Climate - Acting on the Need for Speed’ leiderschap toont. Nu is het zaak om door te pakken. “Extended producer responsibility, daar moeten we naartoe: nadat de producten hun functie zo hoogwaardig mogelijk hebben vervuld, neemt de industrie ze weer terug en verwerkt ze tot nieuw materiaal.”

FOTO’S: ROB TER BEKKE

Tekst: Igor Znidarsic

juni 2018 Chemie Magazine 33


Marjolein Demmers: ‘Naast terugname van grondstoffen kunnen ook elektrificering van hogetemperatuurprocessen en groene waterstof de chemie verduurzamen.’

’I

k vind de industrie en de chemische industrie in het bijzonder een heel interessante sector. Het proces dat zich in zo’n fabriek voltrekt vind ik heel fascinerend. Maar ik kijk er wel altijd naar met een bril van: hoe zorg je voor zo min mogelijk schade aan het milieu.” Aan het woord is Marjolein Demmers, sinds afgelopen november directeur van milieuorganisatie Natuur & Milieu. De chemie is haar niet onbekend: “In mijn studie industrieel ontwerpen was materiaalkunde een belangrijk vak. Je verdiept je vergaand in eigenschappen en herkomst van materialen. Later ben ik me gaan specialiseren in levenscyclusanalyse, dan duik je echt de processen in: welke emissies komen er vrij bij de productie. En in mijn loopbaan heb ik regelmatig fabrieken bezocht, ook in de chemische industrie.” Bij de presentatie van het VNCI-rapport ‘Chemistry for Climate - Acting on the Need for Speed’ afgelopen maart, dat laat zien hoe de Nederlandse chemie in 2050 een broeikasgasreductie van 90 procent kan bereiken, zei ze: “De chemiesector laat hiermee leiderschap zien en stapt over de eigen belemmeringen heen. Ik ben er trots op dat dit in Nederland gebeurt.” Dat vindt ze nog steeds: “De afgelopen 25 jaar is het besef rond emissies veel groter geworden. De industrie heeft allerlei maatregelen genomen en er is wet- en regelgeving gekomen. Maar ik blijf altijd met een kritische blik kijken: wat zou nog beter kunnen? Ik doe dat altijd vanuit de functionaliteit: misschien is een bepaald proces of materiaal niet per se noodzakelijk, of kun je bij het ontwerp ook een ander materiaal kiezen.” Zo’n alternatief kan hoge research- en ontwikkelingskosten met zich mee brengen, terwijl de afnemers niet altijd een hogere prijs willen betalen, en de consument aan het einde van de keten ook niet. Demmers: “Dat vind ik te makkelijk geredeneerd. Als je proces A vervangt door een schoner proces B, moet je natuurlijk wel wat financiering organiseren. Maar dat hoeft niet altijd duurder te zijn. Als je de milieu-impact meerekent zou het zelfs goedkoper moeten zijn. En omdat je minder milieuschade hebt, verminder je ook het risico op reputatieschade, wat ook een kostenpost is.” 34 Chemie Magazine juni 2018


Duurzaamheid

De milieuwetgeving staat in Nederland op een hoog niveau en uit diverse rapportages blijkt dat het aantal overtredingen bij de chemie sterk daalt. “Dat is niet genoeg. Veel wat schadelijk is, is nog steeds toegestaan, zoals CO2-uitstoot. Innovatie komt meestal niet doordat iets niet meer mag, maar omdat mensen met een betere oplossing komen. Ik kom uit een technische omgeving en ik zie bij technici, ook bij chemische ingenieurs, een constante drive om dingen te verbeteren, slimmer te maken. Je kan om meerdere redenen innoveren, en wat mij betreft staat milieuschade beperken op de eerste plaats.” Gebeurt dat voldoende? “De chemie is veel schoner dan dertig jaar geleden. Maar we hebben ook te maken met enorm voortschrijdend inzicht over de schade. Ooit was er het gat in de ozonlaag. We komen gelukkig steeds tot nieuwe inzichten. Ook heel lage concentraties van vervuilingen, jaar op jaar, kunnen nare effecten veroorzaken. Kunststoffen, die op zich niet gevaarlijk zijn, kunnen in de oceaan een hele voedselketen verstoren. Dat voortschrijdend inzicht moeten we steeds blijven aanwenden om verbeteringen door te voeren.” Het is niet de chemische industrie die het plastic in de oceaan dumpt. “De industrie verzint wel het materiaal, zonder een terugwinsysteem. Het concept van onze markteconomie is dat de industrie de drive heeft om producten te verzinnen en daar markten voor te creëren. Maar er worden ook producten verzonnen waarvan je denkt: wie heeft ooit bedacht dat we die nodig hebben? Ik denk dat er de afgelopen jaren wel een besef van verantwoordelijkheid is gekomen bij het bedrijfsleven, en dat groeit. Men begint verder te kijken dan alleen maar zo veel mogelijk productie. De volgende stap is dat onder meer

CV

Marjolein Demmers was hiervoor directeur van De Groene Zaak (recent samengegaan met MVO Nederland), een samenwerking van ondernemers die de transitie naar een duurzame samenleving versneld willen realiseren. Daarvoor was zij internationaal directeur Duurzaamheid en Integriteit bij Royal HaskoningDHV. Eerder leidde zij bij DHV de businessunit voor milieu- en duurzaamheidsadvisering. Bij Essent bouwde zij als operationeel directeur de duurzame energie-activiteiten uit, fuseerde de afvalactiviteiten en voorzag het bedrijf van een nieuwe strategie voor hoogwaardige grondstof-benutting. Ook werkte ze bij McKinsey & Company. Ze studeerde Industrial Design Engineering aan de TU Delft, gecombineerd met Milieukunde in Amsterdam, en behaalde haar MBA aan INSEAD in Fontainebleau.

de chemiesector zegt: we gaan de problemen juist voorkomen en oplossen. Dat is een enorme uitdaging. Het denken rond de circulaire economie, dat steeds concreter wordt, is een stap in de goede richting.” Het rapport ‘Chemistry for Climate’ geeft aan dat opschaling van duurzame technieken naar marktrijpe toepassingen veel geld kost en dat de risico’s vanwege de lange doorloopfase groot zijn. U gaf eerder aan moeite te hebben met de financieringsbehoefte die deels bij de overheid wordt neergelegd. “Ik vind het tricky om te zeggen: wij kunnen dat niet alleen opbrengen. Het leiderschap dat de chemiesector met het rapport toont zou je eigenlijk moeten vertalen in: wat kunnen we wel? Wachten op een ander is nooit

‘Je kan om meerdere redenen innoveren, en wat mij betreft staat milieuschade beperken op de eerste plaats’ een succesvolle strategie. Kijk, veel chemiebedrijven in Nederland zijn onderdeel van een internationaal bedrijf. Die zouden ervoor kunnen kiezen om in Nederland een stapje voorop te lopen, om hier de learning curve in te zetten om die nieuwe, groene industrie te ontwikkelen. Die kun je vervolgens verder internationaal uitbouwen.” U roept de chemische multinationals op om Nederland als proeftuin te gebruiken? “Je moet toch ergens die learning curve ontwikkelen, en Nederland leent zich hier perfect voor, vanwege de ligging, de schaal van de chemie, de clusters, goed opgeleid personeel et cetera. De innovatiegelden die beschikbaar zijn zou de overheid exclusief hiervoor kunnen aanwenden. Dat kost niks extra, want dat geld is er. Uiteraard ligt bij de bedrijven ook de opdracht om te kijken welke middelen ze hiervoor willen aanwenden. Nederland als broedkamer voor de nieuwe economie, het zou fantastisch zijn als de bedrijven ervoor kiezen om hier gezamenlijk een vuist te maken. Juist nu we het vliegwiel van het Klimaatakkoord aan het opzetten zijn, samen met andere sectoren, zoals de elektriciteits- en de mobiliteitssector en de bouw. Die kruisbestuiving biedt een unieke kans om de grote projecten aan te gaan, zoals circulariteit. Naast terugname van grondstoffen is ook elektrificering van hogetemperatuurprocessen en groene waterstof een manier om de chemie te verduurzamen. Voor groene waterstof hebben we recent een grote coalitie gevormd. Door samen te wer- e juni 2018 Chemie Magazine 35


‘Wachten op een ander is nooit een succesvolle strategie’ ken kunnen we de ontwikkeling versnellen. Het is nu een kwestie van doen. Natuurlijk is het allemaal niet zo simpel, het vergt lef, maar we kunnen nu binnen de clusters een en ander echt gaan realiseren, zowel aan de energie- als aan de grondstoffenkant. Ik weet dat er momenteel heel hard gerekend en getekend en gepuzzeld wordt. Dat is superspannend.” U bent geen voorstander van CCS, opslag van CO2. “De kraan openlaten en ondertussen de CO2 in de grond stoppen is niet de oplossing. CCS kan pas een oplossing zijn nadat je CO2-emissies zo veel mogelijk hebt beperkt en uitgezocht hebt hoe CCS veilig kan, ook voor de lange termijn. Dat is nu niet bekend. We hebben ook geen tijd om hier tientallen jaren voor uit te trekken. Leg daarom de focus op de echt duurzame oplossingen, zoals de circulaire economie.” Tijdens de transitieperiode is het belangrijk dat de chemische industrie wel overeind blijft, dus internationaal concurrerend kan blijven opereren. Hoe kijkt u daar tegen aan? “Parijs geldt voor iedereen. Momenteel ligt het anders voor de VS. Maar zij hebben straks ten opzichte van ons een groot economisch nadeel als ze niet meedoen. Ons levert het uiteindelijk alleen maar voordelen op. Vergeet ook een ander probleem niet: de biodiversiteit. Een tikkende tijdbom. Als je kijkt hoe ver we buiten de lijntjes zijn gegaan van een duurzaam systeem, een safe operating space, staan we bij biodiversiteit veel verder in het rood dan bij klimaat. Dat kwartje is in de breedte nog niet gevallen. Als ecosystemen gaan sneuvelen, brengen we onszelf en andere organismen in gevaar. Als bijvoorbeeld de insectenstand terugloopt, schaad je direct ook andere soorten en de voedselproductie.” Wat is de oplossing? “Alle vitale ecosystemen in conditie houden en niet beschadigen door te veel biomassawinning, meer oppervlak aanwenden voor natuur en stoppen met het in omloop brengen van allerlei schadelijke stoffen. Ik ben geen toxicoloog, maar ook de kleine hoeveelheden tellen op, en van de effecten daarvan, ook op de lange termijn, weten we nog onvoldoende. We moeten hier beter zicht op krijgen. We hebben maar één aardbol, en zolang we stoffen blijven toevoegen die het ecosysteem niet kan handlen, zijn we ons eigen huis aan het vergiftigen. Het probleem is dat je de stoffen er niet meer uit 36 Chemie Magazine juni 2018

krijgt als ze er eenmaal in zitten. En uiteindelijk komen ze weer bij ons terug. We zouden naar een systeem moeten waarin we geen potentieel gevaarlijke stoffen meer uit ons systeem laten ontsnappen. Een soortgelijk probleem speelt bij biomassa als feedstock in de chemie. Dit is tot op zekere hoogte een duurzame oplossing. Maar er is maar een beperkte hoeveelheid echt duurzame biomassa beschikbaar. Er moet dan ook zorgvuldig worden afgewogen waarvoor dit wordt ingezet. Natuurlijk ontkom je er niet aan om soms te werken met een suboptimale oplossing. Je hebt dan twee verantwoordelijkheden: blijven zoeken naar een optimale oplossing en de schade die je veroorzaakt maximaal proberen te controleren en te herstellen.” Emissies vinden ook plaats aan het einde van de keten. Medicijnen bijvoorbeeld. “Misschien moet je naar een systeem waarbij je als de dokter je een bepaald medicijn voorschrijft, je ook meteen instructies krijgt over het toiletgebruik, dat je op een speciaal toilet moet gaan plassen. Dan hou je de stoffen binnen een systeem waarin je ze kunt controleren. Dit idee vinden we nu gek, maar over tien jaar is het misschien heel gewoon.” De consument zal blijven vragen om medicijnen en om ... “Nee, de consument wil beter worden. De industrie en de wetenschap hebben dan de verantwoordelijkheid om met een oplossing te komen. Je kan niet de verantwoordelijkheid op de consument afschuiven. Degene die weet wat hij maakt en weet wat de effecten daarvan zijn, behoudt de verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat er in de keten niets misgaat, ook bij gebruik van de producten. Extended producer responsibility, daar moeten we naartoe. Dat idee zit ook al in jullie rapport ‘Chemistry for Climate’, zowel aan de grondstoffen- als aan de productenkant: nadat producten en materialen hun functie een aantal keren zo hoogwaardig mogelijk hebben vervuld, zal de industrie ze weer terug moeten halen en verwerken tot nieuw materiaal. Dat wordt de uitdaging voor de komende jaren, waarbij je veel meer met de hele keten in gesprek moet. Samenwerking dus.” p

NATUUR & MILIEU

’We gaan klimaatverandering tegen door over te stappen op duurzame energiebronnen als zon en wind. We kiezen massaal voor slim en schoon vervoer. We genieten van duurzaam eten en we gaan efficiënt om met de grondstoffen die de aarde biedt. Zo werken wij samen aan een duurzame wereld.’ Aldus Natuur & Milieu op haar website. De organisatie richt zich op het versterken van samenwerking op het gebied van milieu tussen de politiek, bedrijven, milieuorganisaties en andere belangenorganisaties. De vier hoofdthema’s zijn: mobiliteit, energie, voedsel en grondstoffen.


Shaping the future of safety

NIEUW FALCK OEFENCENTRUM MAASVLAKTE - OPENING Q2 2018

• Gespecialiseerd en realistisch oefencentrum voor de (petro)chemische industrie • Alle geloofwaardige industriële scenario’s mogelijk • Ingebouwde processystematiek om procescontrole met repressie te combineren

Meer informatie: www.falck.nl fireacademy@falck.com


DE BEVRIENDE JUBILARISSEN VAN DE VNCI

OOK TAART VOOR C3, KNCV EN VVVF Niet alleen de VNCI heeft dit jaar wat te vieren, ook bevriende chemie-verenigingen C3, KNCV en VVVF mogen de taart aansnijden. Hoe vier(d)en zij hun jubileum? En wat waren hun hoogte- en dieptepunten? Tekst: Inge Janse

38 Chemie Magazine juni 2018


115

Voorronde in Groningen van De Slimste Scheikundige.

KNCV

Op zoek naar slimste scheikundige De Koninklijke Nederlandse Chemische Vereniging, KNCV, viert traditioneel na elke vijf jaar haar lustrum, vertelt directeur Jan Willem Toering, dus ook bij deze 23e editie daarvan. “Ik kom net terug uit Oss van een voorronde voor De Slimste Scheikundige. Tijdens de Avond van de Chemie op 9 oktober vindt de finale plaats tussen de vijf winnaars van de voorronden, onder leiding van Philips Freriks.” Daarnaast wordt op 4 juli voor het eerst chemisch erfgoed onthuld. “In een enquête onder onze leden werd gekozen voor het Teylers Museum in Haarlem, onder meer vanwege Martinus van Marums elektriseermachine in de ovale zaal. Voortaan reiken we ieder jaar een plaquette uit aan erfgoed.” Wat was in de jubileumperiode het hoogte- en dieptepunt? “Het was spectaculair dat we in São Paulo hoorden dat we het IUPAC World Chemistry Congress in 2023 in Nederland mogen organiseren. Zeven partijen dienden een prachtige bid in, waarna alle landen stemden. Het was een enorm hoogtepunt toen we hoorden: ‘The winner is The Netherlands!’ Als dieptepunt noem ik liever iets dat we lastig vinden, namelijk om de leden vast te houden. We zijn heel goed in het aantrekken van nieuwe, jonge leden. Maar hoe hou je die mensen aan je verbonden? Ook is het lastig om leden naar activiteiten te krijgen. Vroe-

ger was dat anders. Toen werd je automatisch lid van een beroepsvereniging en ging je naar de avonden om elkaar te ontmoeten en een borrel te drinken. Mensen kunnen tegenwoordig uit honderden dingen kiezen.” Waar staat de organisatie bij een volgend jubileum? “De VNCI is er voor de industrie, NWO voor de wetenschap. En de KNCV? Wij moeten een meer maatschappelijke invalshoek kiezen. Het is onze rol om de chemie zichtbaar te maken. De chemie in Nederland heeft een fantastische reputatie, Nobelprijswinnaars en veel talent. Maar we moeten wel steeds opnieuw onze omgeving daarover blijven informeren. Chemie is interessant en inspirerend, dat willen we overbrengen. De spannende vraag is of onze leden daaraan mee willen betalen. Dat moeten we nog ontdekken.” Zonder wie was dit jubileum niet mogelijk geweest? Natuurlijk, zonder leden geen vereniging, benadrukt Toering. Maar toch is er volgens hem maar één antwoord mogelijk: “De vrijwilligers in al onze secties, werkgroepen en kringen. Zij organiseren onder meer symposia, lezingen en bedrijfsbezoeken. Ik ben echt onder de indruk van hun welwillendheid. ‘Nee’ zeggen is er bij hen niet snel bij. Daar prijzen we ons enorm gelukkig mee.”

111

VVVF

111 verjaardag van acht heren met hoge hoeden e

De verf- en drukinktindustrie vierde het 111-jarig bestaan van de VVVF op 27 maart 2018 in het Sikkens Experience Centre, vertelt directeur Jaitske Feenstra. “Tijdens dit evenement maakten de honderd gasten een reis door de tijd, van oprichtingsdatum tot aan een blik op de toekomst. Daarnaast zijn de ledenbedrijven verrast met een taart, zodat ze het jubileum met de medewerkers konden vieren.” Wat was in de jubileumperiode het hoogte- en dieptepunt? “De dieptepunten bevonden zich in de Eerste en Tweede Wereldoorlog. Voor de verf- en drukinktindustrie was het in die tijd lastig om voldoende grondstoffen naar Nederland te krijgen, zoals lijnzaad en terpentine. De VVVF wist een aantal zendingen te regelen. Een hoogtepunt bevindt zich in 1974, toen de drukinktfabrikanten zich bij de VVVF aansloten. Hierdoor konden alle bedrijven hun krachten bundelen voor een sterke brancheorganisatie.” Waar staat de organisatie bij een volgend jubileum? Feenstra kan niet in een glazen bol kijken, maar weet wel dat de VVVF zich constant professionaliseert en moderniseert. “Sinds 1907 is de VVVF uitgegroeid tot een eigentijdse, slagvaardige brancheorganisatie. Elke tijd vraagt om een ander dienstenpakket. Zo behandelt ons team van professionals momenteel de belangen van de leden en voorziet hen van relevante informatie.” Zonder wie was dit jubileum niet mogelijk geweest? “Acht heren met hoge hoeden en paraplu’s wandelden in 1907 over de Dam. Zij maakten zich zorgen over de toekomst. Door de beurscrisis steeg het uurloon van schilders naar 25 cent, de prijs van lijnolie naar 16 cent en van terpentijn naar 34 cent. Ze besloten deze en andere problemen samen op te lossen door zich te verenigen. 27 verffabrikanten en handelaren kwamen daarom op 26 september 1907 in Utrecht bijeen om de VVVF op te richten. Zonder deze oprichters had de VVVF nooit bestaan.”

Tijdens de VVVF-Jaardag konden deelnemers het Sikkens Schildersmuseum bekijken. juni 2018 Chemie Magazine 39


C3

De evolutie van winkel met chemie-materialen Marijn Meijer, directeur van C3, mocht dit jaar de champagne ontkurken voor het 25-jarig jubileum. Want wat ooit begon als een winkel met chemie-materialen voor het onderwijs (‘in een donkere kelder van het universiteitsgebouw in Amsterdam’), is geëvolueerd naar een centrum dat helpt om de juiste student op de juiste plek te krijgen in de chemie. “Eind 2017 vond de kick-off plaats van onze nieuwe missie en visie. Naast een goededoelenstatus kregen we een nieuwe huisstijl, website en slogan.” Ook riep C3 ‘Imagination at Work’ in het leven als cadeau voor de samenleving. “In dit project worden leerlingen van mavo 4, havo 5 en vwo 6 gekoppeld aan experts van bedrijven. Samen werken zij aan de grote vraagstukken van de toekomst, zoals energie, voeding en water.” Wat was in de jubileumperiode het hoogte- en dieptepunt? Meijer spreekt niet van dieptepunten, wel van veranderingen van inzicht. “Die winkel en de doorverkoop van lesmaterialen uit het buitenland, dat doen we natuurlijk niet meer, net als de pakketten om kinderen haargel te laten maken. Kom niet aan met haargel als je dat als bedrijf zelf niet maakt. Schets een beeld zoals het werkelijk is. We moeten de chemie niet mooier maken dan dat het is.” Een hoogtepunt vindt Meijer de constante doorontwikkeling van waarom C3 op aarde is, inclusief bijbehorende aansprekende middelen. Trots vertelt hij bijvoorbeeld

25

Leerlingen van basisscholen De Meerpaal (Anna Paulowna) en De Zilvermeeuw (Heemskerk) tijdens de wetenschapsbattle VUURVLIEGEN bij Tata Steel.

over de nieuwe virtual reality-film waarin je in de huid van een manufacturing engineer bij BASF kruipt. “Van onze doelgroep krijgen we een dikke acht. Omdat we constant met hen praten en alles bij hen testen, kunnen we direct appelleren aan hun behoeftes.” Waar staat de organisatie bij een volgend jubileum? “Als alle leerlingen goede, bewuste keuzes maken, en chemie daarbij voldoende op de radar staat, dan is C3 niet meer nodig. Maar alles verandert constant: technologie, maatschappij, jongeren en transities als duurzaamheid en digitalisering. Dat alles vergt een voortdurende aanpassing van het realistische beeld van chemie dat wij aan jongeren willen geven. Stop je daarmee, dan word je als sector onzichtbaar en

MEER FEEST IN NEDERLAND

daalt de instroom. Dus C3 blijft altijd nodig om studenten de juiste keuzes te laten maken.” Zonder wie was dit jubileum niet mogelijk geweest? Het spreekt voor zich dat C3 eerst de vele partners, waaronder de VNCI, noemt. Zonder hen was C3 namelijk nooit opgericht, laat staan financieel mogelijk geweest. Ook zonder het distributienetwerk van docenten naar de leerlingen zou al het werk voor niks zijn. Toch licht Meijer één groep betrokkenen uit: “Dat zijn alle C3’ers die zich hier ontwikkelden. Iedereen droeg zijn steentje bij, zodat wij op de schouders van onze voorgangers kunnen staan. Zonder de chemie tussen al die mensen hadden wij nooit zover kunnen komen.”

Chemiebedrijf Air Products vierde dit jaar zijn 50e verjaardag en mocht – op veilige wijze – de kaarsjes uitblazen. Shell Moerdijk pakt in oktober groots uit vanwege zijn eveneens 50-jarige bestaan. De taart van de Wageningen Universiteit telt net als die van de VNCI 100 kaarsjes, wat ook geldt voor die van de SGP, het Rotterdams Philharmonisch Orkest (met gratis concerten), de Stadsschouwburg Haarlem, het algemeen kiesrecht (in 1918 voor alle mannen; een jaar later ook voor vrouwen), onze voormalige trots in de staalindustrie Hoogovens (tegenwoordig Tata Steel), en De Ploeg, de kunstkring in Groningen van jonge, avantgardistische kunstenaars. Het zal geen verrassing zijn dat het Leidse Rijksmuseum van Oudheden lacht om zulke jubilea. Deze organisatie opende in 1818 haar deuren, om 200 jaar later nog springlevend te zijn. Maar de hoofdprijs gaat naar de Grote Kerk Alkmaar. Een half millennium (!) is deze kerk een constante in Noord-Holland. p 40 Chemie Magazine juni 2018


Alles onder controle. Samen op weg naar veiligheid en efficiëntie

In complexe sectoren is risicobeheer van cruciaal belang. Continu moet u de veiligheid, kwaliteit en efficiëntie van uw installaties zien te waarborgen. Hier biedt Vinçotte hulp. Met onze ervaring en sectorkennis zijn we experts in het anticiperen op en beheren van risico’s; van de ontwerpfase tot en met de operationele fase. Zo blijft de integriteit van uw assets op lange termijn gewaarborgd en voegen we samen waarde toe aan uw bedrijf.

vincotte.nl 


42 Chemie Magazine juni 2018


Arbeidsmarkt

Wat is er zo boeiend aan chemie en wat maakt werken in de chemiesector zo leuk? Chemie Magazine vraagt het aan mensen die een chemieopleiding hebben gedaan en nu in de chemie werken.

Mariëlle Muurling

1

CHEMICAL OPERATOR BIJ ICL GROUP

Wie ben je, waar werk je en wat is je functienaam? Ik ben Mariëlle Muurling en werk sinds 2006 bij ICL-IP Terneuzen. We maken vooral halffabricaten van broom voor branden vlamvertragende producten, die terechtkomen in de meest alledaagse dingen. Als er iets fout gaat met je mobieltje, dan wil je niet dat de vlammen uit je broekzak slaan. Verder verwerken we broomhoudend afval tot nieuwe grondstof met onze Broom Recovery Unit. Ook werken we mee aan batterijen voor de opslag van zonne- en windenergie, waar broom een rol in speelt. Ik ben senior operator en vervangend shiftleader. Ook ben ik auditor, operationeel veiligheidskundige en lid van de brandweer. Vervangend shiftleader, wat ik het meest ben, is veelomvattend. Elke operator is verantwoordelijk voor zijn stukje fabriek met twee tot vier processen, de shiftleader heeft het overall beeld. Ik krijg daginstructies van het hoofd productie en controleer deze. Haal ik de doelen, krijg ik productieproblemen, gaat iedereen veilig naar huis? Ook regel ik de technische dienst en treed ik op als veiligheidsdeskundige als er iets kapot gaat. Verder moeten er veel reactoren gekeurd worden. En als de shiftleader er is, ben ik gewoon operator.

‘IK PLUIS DINGEN TOT OP DE BODEM UIT’

Tekst: Inge Janse

2

FOTO’S: ROB TER BEKKE

Nooit je Hoger Laboratorium Onderwijs afmaken, overstappen naar de kunstacademie, en tóch in de chemie werken? Het kan allemaal, bewijst Mariëlle Muurling. Bij ICL-IP heeft ze door alle variatie in haar baan en een stel vervolgopleidingen eindelijk rust gevonden. “Ik vind het knap dat ik het tot vervangend shiftleader heb gebokst.”

Wat vertel je je kleine nichtje als zij vraagt wat voor werk je doet? Het chemisch proces vergelijk ik met koken, maar dan in het groot. Wij maken verschillende sausjes. Doe je bij onze basissaus wat kaas, dan wordt het kaassaus; met een beetje mosterd wordt het mosterdsaus. Dat doen wij ook, maar dan met broom als basis. Ik werk daarbij op een procescomputer. Die werkt anders dan een normale computer. Druk ik op een knopje, dan gaat een heel eind verderop een kraan open of het gas aan. Ook moet ik soms sleutelen. Dat lijkt makkelijk, maar probeer het maar eens met handschoenen aan en bouten die al jaren vastzitten.e juni 2018 Chemie Magazine 43


‘Ze gaven me hier een baangarantie als ik de Vapro-opleiding zou halen, sindsdien ben ik gebleven’ NAAM Mariëlle Muurling-Van der Wiel. LEEFTIJD 48 jaar. WOONPLAATS Vlissingen. HUWELIJKSE STAAT Getrouwd. KINDEREN Geen. OPLEIDINGEN Operationele Veiligheidskunde (Vapro / Gelling, 2017-2018), Vapro C / chemisch procesoperator (ROC Westerschelde, 2006-2008), Vapro B / chemisch procesoperator (ROC Westerschelde, 20052006), Grafische staf- en kaderopleiding richting bedrijfsleider (1996-1999), Grafisch Vormgeven (Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten, 1993-1995), havo (Rijnlands Lyceum, 1982-1987). NEVENACTIVITEITEN Mariëlle was tot 2015 Techniek Ambassadeur bij Bedrijf & School. Ze gaf gastlessen en demonstraties op vmbo’s om vooroordelen over de procesindustrie weg te nemen. Tegenwoordig heeft ze geen nevenactiviteiten meer, onder meer vanwege de onregelmatige ploegendiensten. WERKGEVERS Chemisch operator/shiftleader bij ICL-IP Terneuzen (2005-heden), Techniek Ambassadeur bij Bedrijf & School (2009-2015), systeembeheerder bij vdBJ Communicatie groep (2001-2003), webmaster bij ThiemeMeulenhoff (2000-2001), coördinerend bureauredacteur bij ThiemeMeulenhoff (1997-2000), dtp’er bij SMD Educatieve uitgeverij (1989-1997).

3

Hoe ben je in deze baan terechtgekomen? Op havo-vwo kwam ik erachter dat ik niet zo sterk ben in talen. Op de havo koos ik voor mezelf een pretpakket: wiskunde, natuurkunde, scheikunde en biologie. Die vakken vond ik makkelijk en leuk. Ik ging naar het Hoger Laboratorium Onderwijs, maar ik concludeerde al snel dat ik mezelf niet mijn hele leven in een lab zag staan. Na twee pogingen om mijn prope44 Chemie Magazine juni 2018

deuse te halen, koos ik voor mijn andere passie: tekenen en schilderen. Ik werkte als dtp’er bij een educatieve uitgeverij en startte deeltijd met de kunstacademie. Ook die heb ik niet afgemaakt. Daarvoor had de opleiding te weinig richting en doel. Na omzwervingen als coördinerend bureauredacteur en IT-helpdeskmedewerker belandde ik in Vlissingen. Hier werd me via Vapro B een omscholing aangeboden voor de procestechnologie. Daar hoort een stage bij, en het gesprek bij ICL-IP gaf me het beste gevoel. Zij hadden een plek voor een operator en gaven me een baangarantie als ik de opleiding zou halen. Sindsdien ben ik altijd hier gebleven.

4

Wat vind je zo leuk aan wat je doet? Ik hou van afwisseling en kan er niet tegen als het saai wordt. Het leuke is dat hier geen dag hetzelfde is. De ene dag zit ik voornamelijk aan mijn computer gekluisterd, de andere dag sleutel ik, en de volgende dag verbeter ik processen. Chemie, techniek, instrumentatie, design: als operator moet ik overal wat van afweten. Dat maakt het zo veelzijdig. Ook kan ik me hier heel veel kanten op specialiseren, van chemische processen ontwerpen tot productieprocessen versnellen en energiezuiniger werken. Zo kan ik altijd verder groeien.

5

Op welke eigen prestatie ben je het meest trots? Ik vind het knap dat ik me van junior operator omhoog heb gewerkt en het tot vervangend shiftleader heb gebokst. Van de 35 tot 40 operators zijn er bovendien slechts twee vrouw, maar daar heb ik geen problemen mee. Mijn collega’s waarderen en respecteren me als collega, en zien me niet meer als vrouw. Komen we terug van onze shift, dan houden ze zonder nadenken de deur open van de heren-

kleedkamer. Daarom denk ik dat ik het niet slecht heb gedaan.

6

Wat is hét verschil dat je de komende tijd wilt maken? Veiligheid. Het afgelopen jaar deed ik een extra opleiding tot veiligheidsdeskundige. Die gaf handvatten om beter te verwoorden hoe het anders kan. Er verschijnen constant nieuwe veiligheidstechnieken en -middelen. Ik wil ervoor zorgen dat hiermee veilig werken meer onderdeel wordt van het normale gedrag. Werken we met chemische stoffen, dan gebruiken we bijvoorbeeld een volgelaatsmasker met een filterbus aan de voorkant van je gezicht. Daardoor zit deze direct boven de chemische stof. Je kunt dus beter die filterbus op je rug dragen. Dat besef wil ik kweken, zodat operators zelf om deze middelen vragen en deze gebruiken.

7

Wat levert je werk je op? Financieel gezien hebben operators weinig te klagen. Salarissen in de chemische industrie zijn hoog in vergelijking met andere sectoren. Bovendien krijgen we een heel leuke toeslag voor de ploegendiensten. Daar wordt je salaris mooi ruim van. Door de ploegendiensten heb ik ook vaak op doordeweekse dagen vrij. Wordt er een pakje geleverd of komt de verwarmingsmonteur, dan ben ik gewoon thuis, terwijl een ander daar vrij voor moet nemen. Aan de andere kant is het voor mij heel lastig om een cursus te volgen die bijvoorbeeld elke woensdagavond is, of om een weekend weg te gaan met mijn man. Mijn werk geeft ook voldoening. Het is leuk als alles draait en je batch er goed uit komt. En het is fijn dat mijn werk altijd wordt overgenomen door de volgende ploeg. Bij ander werk, als je nog een hele berg administratie hebt liggen, dan ligt diezelfde stapel er de volgende dag nog steeds. Maar als ik een dag later


Arbeidsmarkt Mariëlle Muurling: ‘Geen dag is hetzelfde: de ene dag zit ik aan mijn computer gekluisterd, de andere dag sleutel ik, en de volgende dag verbeter ik processen.’

start, dan is heel veel werk al gedaan. Iedereen kiest wat hem of haar goed ligt. Ik heb een beetje hoogtevrees, dus je ziet mij niet zo snel de bovenkant van een tank klaarmaken. Maar ik probeer dan wel de onderkant helemaal gereed te hebben. Zo heeft iedereen zijn eigen sterke kanten. Die ken je en gebruik je.

8

Aan welke ‘normale’ producten lever jij een bijdrage? Je komt onze producten veel tegen in kerstversiering, kleding, gordijnen en stadionstoeltjes. We maken ook producten die in zonnebrandcrème en geneesmiddelen komen. Het meest zichtbare product is de vlamvertraging voor de auto-industrie. ICL-IP probeert zich ook te profileren bij de opslag van energie. Totaal maken we meer dan vijftig producten.

9

Wat zou je nóg liever doen dan wat je nu doet? Ik denk recherche, dat lijkt me heel spannend. Onderzoeken wat er precies gebeurd is, waarom en hoe. Ik ben ook helemaal gek van misdaadseries, zoals Baantjer. Ja, die wereld trekt me heel erg. Ook hier op de fabriek pluis ik dingen tot op de bodem uit. Daarom kan ik hier mijn ei kwijt.

10

Hoe zie je jezelf over tien jaar? Dan werk ik hier nog wel, bijvoorbeeld als shiftleader. Maar misschien wil ik over tien jaar wat minder werken, en dat kan momenteel niet in die functie. Rond die tijd kan ik daarom ook opgeschoven zijn richting opleider of veiligheidsfunctionaris. Ik kijk wel wat er op mijn pad komt. Ik ben heel leergierig en vind het een hobby om te blijven leren. Dat moet ook wel in dit vakgebied, want je moet bijblijven. Het kan dus nog echt alle kanten op. p

?

WIE IS MARIËLLE NAAST HAAR WERK?

Mariëlle houdt veel van ver en lang reizen, zoals naar Nieuw-Zeeland. Ook duikt ze regelmatig, het liefst in de Rode Zee in Egypte. Dat is namelijk én dichtbij én in haar ogen een van de mooiste duiklocaties. Minder exotisch is haar liefde voor quilten: het aan elkaar zetten van lapjes stof volgens patronen. “Dat vind ik lekker, ‘s avonds op de bank, een beetje creatief bezig zijn.”

juni 2018 Chemie Magazine 45


Wetenswaardig

MARBON-RAMP MAAKT NOODZAAK SERIEUS MILIEUBELEID DUIDELIJK

WAKE-UP CALL

46 Chemie Magazine juni 2018


BRONNEN: ONS AMSTERDAM, WIKIPEDIA, ANDERE TIJDEN FOTO'S: NATIONA AL ARCHIEF, JOOST E VERS

Op 10 augustus 1971 ontstaat bij Marbon in Amsterdam een lek in reactor 7. Butadieen-schuim stroomt de werkruimte en het afgesloten trappenhuis in en vormt een laag van een halve meter, met daarboven een explosief gasmengsel. Als de brandweer de spuit op het schuim zet, volgt een enorme explosie. 9 mensen komen om, 22 raken gewond.

H

et is anno 2018, met BRZO, REACH en andere wet- en regelgeving in gedachten, bijna niet voor te stellen, maar in de jaren zestig bestond er nauwelijks regulering gericht op chemische productie. Een Hinderwetvergunning volstond. Dat gold ook voor Marbon, dat zich in 1965 in het Westelijk Havengebied in Amsterdam vestigde om ABS (wat staat voor het zeer gevaarlijke Acrylonitril, het uiterst explosieve Butadieen en het giftige Styreen) te produceren, grondstof voor onder meer legoblokjes. Het bedrijf ‘vergeet’ zelfs de Hinderwetvergunning aan te vragen, net als de vestigingsvergunning, en de gemeente dringt niet bepaald aan. Uiteindelijk volgt de aanvraag alsnog, maar de ironie wil dat deze pas op 10 augustus 1971, de dag van de ramp, door de verantwoordelijke ambtenaar aan burgemeester Samkalden wordt gestuurd ter ondertekening. Zeven minuten over half vier in de middag horen de bewoners van Amsterdam-West een enorme explosie. De ruiten van kantoren en industrie in het havengebied sneu-

velen. Uit de fabriek stijgen dikke, zwarte rookwolken op. Veertig minuten eerder is bij de brandweer het alarm afgegaan. Er bleek iets aan de hand bij Marbon. Het was bijna routine. De afgelopen jaren was men wel vaker naar de fabriek uitgerukt, vanwege een lekkage, kleine brand of bescheiden explosie. Als de brandweer arriveert is duidelijk dat op de latex-afdeling het uiterst explosieve butadieen lekt. De brandweer weet niet goed hoe om te gaan met de situatie. Besloten wordt om door het schuim heen een pad in de richting van de op dat moment onbereikbare reactor te spuiten, om vervolgens te proberen het lek te dichten. Het lek is, zo blijkt later, ontstaan bij een aanpassing waarbij (uit veiligheidsoverwegingen) een kijkglas was vervangen door een ‘blindflens’. Daarbij was een pakking beschadigd geraakt. Dat was bij een routine-inspectie ontdekt, waarop men de bevestigingsbouten had aangedraaid, maar achteraf gezien was dat dus niet afdoende. Het effect van het wegspuiten van het butadieen is dat een mengsel van butadieen en lucht explodeert. Ter plekke komen acht brandweerlieden om, één bezwijkt later in het ziekenhuis aan zijn verwondingen. In de Zaanstreek, op dat moment benedenwinds, worden mensen met geluidswagens opgeroepen binnen te blijven vanwege de mogelijk giftige rook. Het ambulancepersoneel krijgt een verbod om gewonden aan te raken die bedekt zijn met

een wit poeder (acrylonitril?). Dit resulteert bijna in een vechtpartij tussen personeel van de ambulancedienst en brandweerlieden, die hun gewonde collega’s zo snel mogelijk behandeld willen zien. Pas als blijkt dat de acrylonitril-tanks intact zijn komt de hulpverlening goed op gang. De ramp maakt duidelijk dat de bedrijfsbrandweer onvoldoende ervaring heeft in brand- en rampbestrijding (maar wel voldoende weet van de bedrijfsprocessen), terwijl bij de gemeentelijke brandweer de situatie precies omgekeerd is. Ook blijkt de uitrusting van beide ontoereikend. De Marbon-ramp is een wake-up call en maakt de noodzaak van serieus milieubeleid duidelijk. Bedrijven dienen zich voortaan te onderwerpen aan een analyse van hun risico’s voor hun omgeving. De brandweer ontwikkelt een specifiek aanvalsplan voor Marbon en andere chemiebedrijven, waarin precies staat omschreven welke chemicaliën zich waar in het bedrijf bevinden en hoe daarmee om te gaan. Marbon wordt later overgenomen door General Electric Plastics. In 2003 sluit de fabriek wegens hoge grondstofprijzen en overcapaciteit op de wereldmarkt. p

Video Betrokkenen blikken terug op de ramp https://anderetijden.nl/ aflevering/623/Marbon juni 2018 Chemie Magazine 47


IMAGINE CHEMISTRY 2018 VAN AKZONOBEL SPECIALTY CHEMICALS

SNELKOOKPAN VOOR INNOVATIE Tijdens Imagine Chemistry 2018 heeft AkzoNobel Specialty Chemicals vier start-ups geselecteerd met de beste ideeën voor de duurzame productie van diverse chemicaliën. Als beloning sluit het bedrijf contracten met deze bedrijven om hun innovaties gezamenlijk verder te ontwikkelen en te introduceren op de markt. Tekst: Erik te Roller

‘I

n 2017 hebben we deze challenge voor het eerst georganiseerd om onszelf, onze klanten en de samenleving een stap dichterbij de circulaire economie te brengen”, zegt Peter Nieuwenhuizen, chief technology officer van AkzoNobel Specialty Chemicals. “We zitten aan het einde van de petrochemische fase, die ons vanaf begin jaren vijftig veel gebracht heeft, zoals bijvoorbeeld plastics. De samenleving vraagt nu om duurzame oplossingen, waardoor we de cirkel moeten sluiten. Dat vergt niet zomaar een paar incrementele verbeteringen, maar de overstap naar een nieuwe technologiecurve. Er is dus een radicale verandering nodig, die ook vraagt om aanpassing van ons bedrijf, als we tenminste relevant in de wereld willen blijven. Om dit te realiseren zoeken we contact met mensen die vernieuwende ideeën hebben. Deze challenge is daartoe een belangrijk middel.”

Discussie

Imagine Chemistry fungeert als een 48 Chemie Magazine juni 2018

soort snelkookpan voor innovatie. Vanaf half januari tot begin april 2018 hebben vele universiteiten en bedrijven online ideeën opgestuurd in het kader van zes uitdagingen: duurzame deeltjestechnologie, afvalwatervrije chemielocaties, intelligente chemische fabrieken, revolutionaire chloorproductie, duurzame van-vloeistof-naar-poeder-technologie en platforms voor klimaatneutrale surfactants (oppervlakte-actieve stoffen). Al tijdens deze periode zijn mensen van AkzoNobel (zes à zeven per uitdaging) met de inzenders in discussie gegaan. Ook mensen van buiten hebben na het aanmaken van een account aan de discussie kunnen deelnemen. Uit 150 ingezonden ideeën heeft AkzoNobel er 20 geselecteerd en de inzenders daarvan uitgenodigd voor de finale van 29 mei tot en met 1 juni aan de Zweedse Chalmers Universiteit voor Technologie, de alma mater van veel mensen van AkzoNobel Specialty Chemicals in Zweden. Van Nieuwenhuizen: “De discussie

levert soms ook ideeën op waar een onderzoeker of entrepreneur nog niet aan had gedacht, zo van: ‘Heb je ook aan de toepassing in asfalt gedacht?’ Dat maakt deelname zo waardevol. Bedrijven die vorig jaar niet voor de finale zijn uitgenodigd, hebben ons achteraf laten weten dat ze toch veel aan de challenge hebben gehad.” Tijdens de finaledagen vinden intensieve gesprekken plaats tussen de onderzoekers en de managers van AkzoNobel Specialty Chemicals, van onder andere marketing & sales, R&D, productie, veiligheid en logistiek. Hierbij passeren allerlei aspecten van de innovatie de revue. “We beginnen dan ook over samenwerking te praten met vragen als: ‘Stel dat het werkt, wat gaan we er dan aan verdienen?’ Uiteindelijk resulteert dat in een value proposition, die door de mentoren van de finalisten wordt gepresenteerd.”

Gelijke partners

De vier winnaars (zie kader) hebben als beloning het aanbod van Akzo-


Innovatie

FOTO: SHUT TERSTOCK

‘Ook de samenleving heeft voordeel van versnelling van innovaties’

WINNAARS 2018

Nobel Specialty Chemicals gekregen om samen een nieuwe en gezamenlijke business te ontwikkelen. “We doen dit omdat het relevant is voor onze business. Het gaat er niet om het beste idee aan te wijzen, de winnaar een prijs te overhandigen en hem of haar veel succes te wensen. Start-ups zijn op aarde om een nieuwe business van de grond te krijgen en wij helpen de winnaars dit te verwezenlijken”, aldus Nieuwenhuizen. Hij vervolgt: “De winnaars waarmee we in zee gaan, hoeven geen aandelen of intellectueel eigendom aan ons af te staan. In eerste instantie werken we samen als gelijke partners. Zij mobiliseren resources voor de nieuwe ontwikkeling en wij ook. Resultaat is dat we een innovatie kunnen versnellen. Daar hebben niet alleen wij als samenwerkende partners voordeel van, maar ook de samenleving.”

e

De vier winnaars van Imagine Chemistry 2018:

Winnaars van andere prijzen van Imagine Chemistry 2018:

• WATER KNIGHT Deze Nederlandse start-up heeft een geavanceerde oxidatie-reactor-technologie ontwikkeld voor een intensieve behandeling van industrieel afvalwater dat complexe verbindingen bevat. (Meer over Water Knight in Chemie Magazine 7/8) • GREEN LIZARD TECHNOLOGIES Deze Britse start-up heeft in samenwerking met de firma Dixie Chemical een groene route voor de productie van glycidol gevonden. Deze kan gebruikt worden voor de productie van non-ionische surfactants. • SOLUGAN Dit Amerikaanse bedrijf heeft een groen proces ontwikkeld voor waterstofperoxide. Mogelijk kan dit het klassieke proces voor de productie van waterstof uit de jaren dertig vervangen. • FERO LABS Dit Amerikaanse bedrijf heeft zelflerende software geschreven. Die kan kwaliteitsproblemen en productiebottlenecks voorspellen en helpt ook een proces te optimaliseren.

• UNIVERSITY OF NOTTINGHAM Twee onderzoekers zijn beloond voor hun werk aan microporeus glas en glaskeramische materialen. • EDINBURGH NAPIER UNIVERSITY Twee onderzoekers is het gelukt om nano-fibrillen (haartjes) uit zeewier te maken. • INVERT ROBOTICS Dit Nieuw-Zeelandse bedrijf maakt robots voor de inspectie van de wanden van reactoren en tanks (zie kader). • SEMIOTICS LABS Dit Nederlandse bedrijf monitort de conditie van motoren en roterende apparaten om tijdig maar niet voortijdig onderhoud te kunnen doen. • FRAUNHOFER UMSICHT Dit Duitse instituut heeft een katalytisch proces ontwikkeld voor het maken van alcoholen op basis van hernieuwbare grondstoffen. • FINECELL Dit Zweeds bedrijf heeft een proces ontwikkeld voor het maken van nanocellulose. juni 2018 chemie Magazine 49


‘We helpen de winnende start-ups nieuwe business van de grond te krijgen’

GROEN EN MILD INGREDIËNT VOOR WASMIDDELEN EN COSMETICA

Onderzoeker Adeline Ranoux en algemeen directeur Gerald van Engelen van Cosun Biobased Products hebben de finale van Imagine Chemistry gehaald, maar zijn niet in de prijzen gevallen. Zij extraheren galacturonzuur uit bietenpulp, een restproduct van de suikerproductie. Galacturonzuur is een interessante groene bouwsteen voor de synthese van surfactants die toepassing vinden in onder andere shampoos, afwasmiddelen en cosmetica. Die worden nu vooral van fossiele grondstoffen gemaakt. Ranoux legt uit dat de groene bouwsteen hydrofiel is, een carboxylaatgroep bevat en aan een hydrofoob (waterafstotend) deel gekoppeld kan worden. Samen levert dat een surfactant op die niet alleen groen is, maar ook geen huidirritatie oplevert. “Er is grote belangstelling voor biobased surfactants omdat ze producenten in staat stellen de overstap te maken van fossiele naar groene shampoos, afwasmiddelen 50 Chemie Magazine juni 2018

en verzorgingsproducten. Op het ogenblik zijn er nog maar weinig goede groene surfactants beschikbaar.” Van Engelen maakt zich er niet druk om dat Cosun Biobased Products buiten de prijzen is gevallen. “We hebben al heel goede contacten met AkzoNobel Specialty Chemicals, dat een van de leidende producenten van surfactants in de wereld is en dus een potentiële klant. We kunnen het gewenste molecuul bij wijze van spreken volgende maand al maken, maar het zal nog wel een aantal jaren duren eer we het op grote schaal gaan produceren. We verwachten in elk geval dat we het product concurrerend kunnen maken. Die optimistische verwachting delen we met AkzoNobel Specialty Chemicals, dat naar aanleiding van Imagine Chemistry heeft aangegeven nauwer met ons te willen gaan samenwerken.” p

TANKS INSPECTEREN MET EEN ROBOT

Het Nieuw-Zeelandse bedrijf Invert Robotics, een van de twintig finalisten van Imagine Chemistry, won tijdens het event de KPMG support award. Het maakt een klimrobot om wanden van reactoren en tanks op haarscheurtjes te controleren. De robot heeft uiterlijk wat weg van een speelgoedtank op rupsbandjes. Het bijzondere is dat hij zich niets aantrekt van de zwaartekracht, althans zo lijkt het. De regelbare zuigkracht van enkele zuignappen is sterk genoeg om de robot tegen een verticale wand aan te drukken en zwak genoeg om de zuignappen over het oppervlak te laten slippen, zodat de robot zich kan verplaatsen. James Robertson, medeoprichter en chief technical officer, vertelt dat de zuignappen een vinding zijn van de University of Canterbury in Nieuw-Zeeland. In 2009 is Invert Robotics als spin-out aan de slag gegaan om deze zuignappen toe te passen in een inspectierobot. Sinds 2013 zetten Nieuw-Zeelandse zuivelbedrijven die in om barstjes in tankwanden op te sporen. Voorheen moest iemand zich langs een klimtouw in de tank laten zakken om de wanden te inspecteren. Aangezien het om besloten ruimten gaat, levert dat gevaar op. Uit de fermentatieresten komt bijvoorbeeld CO2 vrij, dat bij een hoge concentratie tot verstikking kan leiden. In 2016 is het bedrijf begonnen aan een internationale expansie, waarbij het onder andere een vestiging in Breda heeft geopend. Afgezien van meer veiligheid levert de robot vooral tijdwinst op. Robertson legt uit: “Als mensen een tank in moeten, dan kost het minimaal twee dagen om daar een steiger op te bouwen en na de inspectie weer af te breken. De robot, voorzien van een camera, is na twintig minuten operationeel, waarna de inspectie op afstand even snel kan worden uitgevoerd als voorheen. Daarna kost het nog twintig minuten om de robot uit de tank te halen. Je bespaart dus enkele dagen stilstand, wat je een hogere productiviteit oplevert.” De robot zit nog wel aan een kabel vast om te voorkomen dat hij onverhoopt valt en de tank of reactor beschadigt. Aan de kabel zitten ook een voedings- en communicatiekabel vast. Invert Robotics gaat de robot nu geschikt maken voor toepassing in de chemische industrie. De volgende uitdaging is om de robot van hulpstukken te voorzien, waarmee hij reparaties kan uitvoeren en oppervlakken kan schoonmaken. KPMG helpt het bedrijf zijn business verder te ontwikkelen.


SPECIALIST IN TEMPERATUURBEHEERSING EEN EFFICIËNT PROCES RESULTEERT IN DUURZAAM PRODUCEREN

Imperium 209 kW - 3.178 kW

Temperatuurregelaars water en olie tot 400°C

Koeltoren: 825 kW – 1.900 kW Dry Air Cooler: 250 kW – 500 kW

Chillers - Dry Air Coolers - Koeltorens - Temperatuurregelaars - Luchtbehandelingsunits Heaters - Boilers - Mobiele units VERHUUR • VERKOOP • SERVICE 24/7: 088 - 258 2580 | info@icscoolenergy.nl W W W. I C S C O O L E N E R G Y. N L

DutchMay18-Halfpage-2.indd 1

16/02/2018 11:00

HAVEP ® feliciteert VNCI met zijn

100 JAAR JUBILEUM HAVEP® MULTISHIELD Feel like a hero. Act like a hero. www.havep.com/multishield


Bent u geïnteresseerd in de laatste ontwikkelingen in de chemische industrie?

NEEM EEN GRATIS ABONNEMENT OP CHEMIE MAGAZINE ndse Chemis van de Nederla de Vereniging Maandblad van

de storen dig oonver no Horm n: criteria stoffe

delen le voor De ve IP van TT

van blad Maand

de

van ging Vereni

derlan

de Ne

he emisc dse Ch

rie • Indust

ng 57 jaarga

•5•

caties Juridische impli BRZO 2015

Kansen voor verduurzaming

Chemie biedt oplossingen

• jaargang 57

che Industrie

• 10 • 22 oktober

2015

s mmer n E-nu Nut va ing in voed

i 2015 21 me

OON ‘HET IS GEWTTEND E EEN ONTZ LEUK VAK’ TY NIJ SADEUR KIT CHEMIE-AMBAS Zuiver ingsin

MEIJER

Croda nog stallatie niet optima al

Is s NC s al d eN -hIt IN tV kINg Ba s a Bre Buster h Myt

,

r.indd CM1509_01_A_Cove

Maandblad van

mie che t spa het van erm sch

de Veren iging van

MET SPECIA BIJLAG LE E Bijlage bij Chemie

indd

_Cover.

Chemische Indus

trie • jaarg ang 57 •

AkzoNobel schadelijk ver vangt e stoffen

12 • 17 decem ber 2015

Magazine • 17 december 2015

PLANT MANAGER OF THE YEAR 2015

Zonder voldoende energie is het onmogelijk om op topniveau te presteren. WINGAS levert aardgas aan industriële bedrijven: snel, flexibel en voordelig.

Ronald Hoenen: 'Een dienend leider moet vooral kunnen luisteren' Dyneema-vezel paradepaardje van DSM Wie verdient er een standbeeld?

5-15

5_01_A

de Nede rlandse

15-10-15 16:35

RONALD

13-0

CM150

Bestaande industrie vliegwiel voor innova tie

1

WINGAS Energie voor winnaars.

7

16:1

FORSE INVEST EXXONMERING IN R AFFI OBIL

1

NADERI J ROTTER

DAM

JA, IK WIL EEN ABONNEMENT OP CHEMIE MAGAZINE (GRATIS) CM1511_01_A

_Cover.indd

1

10-12-15

16:08

h Chemie Magazine abonnement h Chemie Nieuwsbrief (gratis wekelijkse, digitale nieuwsbrief) Bedrijfsnaam Naam Functie Adres Woonplaats E-mail Vul deze bon in en ontvang Chemie Magazine gratis. Stuur de bon naar: VNCI, T.a.v. Anja Franchimon, Loire 150, 2491 AK Den Haag, Email: crs@vnci.nl Of vul je gegevens in op www.vnci.nl/nieuws/chemie-magazine/

www.wingas.nl


VNCI EN WEEKEND VAN DE WETENSCHAP BUNDELEN KRACHTEN

‘SAMEN ZIJN WE VEEL STERKER’ Dit jaar vindt de Dag van de Chemie niet plaats in september, maar op 6 oktober, tijdens het Weekend van de Wetenschap. De VNCI en NEMO, organisator van het Weekend van de Wetenschap, zijn een samenwerking aangegaan die voor beide partijen alleen maar voordelen oplevert. Tekst: Igor Znidarsic

Colette Alma: ‘Fantastisch dat we dankzij deze samenwerking nu een veel groter publiek bereiken.’

T

Michiel Buchel: ‘Geen betere ambassadeur voor de industrie dan iemand die in een laboratorium of fabriek uitlegt wat voor werk hij of zij daar doet.’

ijdens het Weekend van de Wetenschap, georganiseerd door NEMO, openen elk jaar in het eerste weekend van oktober organisaties in science, technology, engineering en math hun deuren voor een breed publiek. Tijdens de tweejaarlijkse Dag van de Chemie van de VNCI openden tot nu toe eind september chemiebedrijven en chemie-gerelateerde organisaties (zoals ziekenhuislaboratoria, waterbedrijven en onderwijs- en kennisinstellingen) hun deuren. “Beide evenementen brengen de wereld van wetenschap en technologie dichter bij het grote publiek”, zegt VNCI-directeur Colette Alma. “We doen deels hetzelfde. Van daaruit is het idee ontstaan om in plaats van elkaar op verschillende dagen te beconcurreren, juist de krachten te bundelen en in hetzelfde weekend te gaan zitten.” NEMO-directeur Michiel Buchel ziet een duidelijke overlap tussen de missies van het Weekend van de Wetenschap en de Dag van de Chemie: “Beide evenementen willen met een open-huisformule de belangstelling voor wetenschap en technologie vergroten. Wij motiveren onze onderzoeksinstituten, labs en musea om mensen te laten zien wat daar gebeurt, de VNCI doet hetzelfde met de chemie, met de bedoeling de chemische in-dustrie op een positieve manier aan de samenleving te presenteren en te laten zien wat voor mooie en belangrijke producten er gemaakt worden. Door die overlap is het slim om samen te werken. Samen zijn we veel sterker.” e juni 2018 Chemie Magazine 53


UNIEKE KANS

De Dag van de Chemie is een unieke kans voor chemiebedrijven om de jeugd, hun ouders en omwonenden te laten zien dat de chemie producten maakt die een onmisbare bijdrage leveren aan maatschappelijke uitdagingen, dat er niets geheimzinnigs is aan de sector, dat de veiligheid er hoog in het vaandel staat en dat het een boeiende werkomgeving is. Tijdens de laatste Dag van de Chemie (2015) openden 45 organisaties waar chemie een belangrijke rol speelt hun deuren. Er kwamen 50.000 bezoekers op af. Aan het laatste Weekend van de Wetenschap (2017) deden zo’n 300 organisaties mee, die 150.000 bezoekers ontvingen. Aanmelden (bedrijven): www.hetweekendvandewetenschap.nl/organisatieaanmelden

‘Beide evenementen willen met een openhuisformule de belangstelling voor wetenschap en technologie vergroten’ De Dag van de Chemie vindt dit jaar daarom plaats op zaterdag 6 oktober, tijdens het Weekend van de Wetenschap. Speciaal om de dag ook in het jubileumjaar van de VNCI te laten vallen, was die al een jaar uitgesteld. Alma benadrukt dat ondanks de samenwerking de Dag van de Chemie gewoon blijft bestaan, maar dan als ‘apart onderdeel van het Weekend van de Wetenschap’.

Media-aandacht

Een voordeel van de samenwerking is een vergrote aandacht voor beide events. “Een evenement als dit gaat in de samenleving leven door media-aandacht, en dat gaat niet vanzelf, we zijn geen Ajax-PSV”, zegt Buchel. “We zijn allebei beperkt in de mogelijkheden, maar samen kunnen we elkaar in het gevecht om de media-aandacht versterken en een net iets groter bereik genereren dan afzonderlijk.” Het Weekend van de Wetenschap krijgt er door de samenwerking een hele sector bij, inclusief chemielocaties als Delfzijl en Chemelot. Het voordeel voor de chemiebedrijven is dat ze op een bredere en grotere belangstelling kunnen rekenen. Niet alleen door de grotere media-aandacht, maar ook door de opzet van de website van het Weekend van de Wetenschap. Als een potentiële bezoeker zich aanmeldt en zijn postcode invult, ziet hij meteen welke locaties in de buurt bezocht 54 Chemie Magazine juni 2018

kunnen worden. Daar zitten nu dus ook chemiebedrijven bij. “Het is fantastisch dat we dankzij deze samenwerking nu een veel groter publiek bereiken”, zegt Alma.

Discrepantie

Labs en chemiebedrijven zijn vaak moeilijk toegankelijk, alleen al vanwege het veiligheidsaspect. En onbekend maakt vaak onbemind. Daarom is het zo belangrijk dat zij hun deuren openen. Behalve voor het imago is dat ook goed voor de aanwas van bètatalent. Buchel: “Er zit een discrepantie tussen het imago van de chemie en het enthousiasme dat ik zie bij kinderen die in NEMO in het BASF-lab experimenteren met chemie. Daarom zijn het Weekend van de Wetenschap en de Dag van de Chemie zo belangrijk. Geen betere ambassadeur voor de industrie dan iemand die in een lab of fabriek uitlegt wat voor werk hij of zij daar doet en waarom dat zo belangrijk is. Dat is de meest authentieke en impactvolle vorm van communicatie.” De samenwerking tussen het Weekend van de Wetenschap en de VNCI moeten we zien als een pilot. Alma: “We staan aan het begin van een gezamenlijk pad. Daarna gaan we evalueren en kijken hoe we de jaren daarna de samenwerking gefaseerd verder kunnen uitbouwen.” p

AHA-ERLEBNIS

”Om de ontvangst van bezoekers in goede banen te leiden, hebben we de registratiesystemen en veiligheidsvoorzieningen omgezet naar herkenbare en leuke praktijkcases. Zodat mensen meteen begrijpen dat ze een chemiesite op gaan waar bepaalde regels gelden, zoals geen alcohol en geen drugs. We hadden een demonstratie van een drugshond, zoals we die ook inzetten tijdens bijvoorbeeld groot onderhoud aan de fabrieken. En kinderen kregen een eigen Chemelot-pas.” Dit vertelt Noëlle Brouns, communicatiemanager bij Sitech Services. Zij was betrokken bij de vorige twee edities van de Dag van de Chemie op Chemelot, onder meer bij de ontvangst van de (duizenden) bezoekers. Een groot deel van de bezoekers bestaat uit omwonenden. Brouns: “We stellen de poorten graag voor ze open. Ook om iets terug te doen, want ze ervaren weleens overlast. Met zo’n open dag kun je mooi laten zien wat hier gebeurt en waarom. Ze bekijken niet alleen de site maar spreken ook met de mensen die in de fabrieken werken, onder het genot van een hapje en een drankje. Voor velen blijkt het een aha-erlebnis. ‘Ik snap nu beter wat jullie doen’, zeggen ze achteraf. Dat begrip is heel waardevol.” Verder komen er ook mensen die op zoek zijn naar een baan en medewerkers met hun gezinnen. Onlangs is een informatiemiddag gehouden voor docenten exacte vakken van middelbare scholen uit de regio. “We merken dat daar nog veel onbekendheid met chemie is en met wat er op Chemelot gebeurt”, aldus Brouns. “We hebben onder andere een bustour over het terrein gedaan. Ze waren erg enthousiast. De opgedane kennis en tips die we hebben gekregen van de docenten over hoe we jongeren kunnen bereiken zijn erg waardevol. Deze gaan wij bij de komende editie, waar ik weer graag aan meewerk, zeker inzetten en vertalen naar een aansprekend programma.”


A one stop solution provider for all you quality assurance and control needs

Eurofins Product Testing

Simplify what’s necessary

A selection of our capabilities • • • •

Compliance Testing Chemical, physical and performance testing Ecotoxicity & biodegradability Tailor made development of analytical methods according to your needs • Risk Assessments, REACH and raw material quality control • Troubleshooting & Consultancy services • and much more

Read more on our website

Sander Aalders, Account Manager Netherlands Mobile phone +31 652 847 018 | SanderAalders@eurofins.com Vincent van de Merckt Business Development Manager Benelux & France Mobile + 32 473 310004 | VincentvandeMerckt@eurofins.com


PGS 31 ONDER- EN BOVENGRONDSE TANKINSTALLATIES PGS 31 is gepubliceerd in april 2018 en beschrijft arbeidsveiligheid, milieuveiligheid en brandveiligheid voor de drukloze, bovengrondse en ondergrondse opslag van gevaarlijke vloeibare stoffen en mengsels, in één of meer tanks. De training is bedoeld voor zowel bedrijven als overheden die te maken hebben met gevaarlijke stoffen. Data: • 6 november, Utrecht • 13 december, Utrecht

Meer informatie en inschrijven: www.nen.nl/trainingpgs31

PGS15 opslagsystemen voor gevaarlijke stoffen

RUIM 35 JAAR EXPERTISE

www.hiltra.com

Verkoop en Verhuur info@hiltra.com - 0342-404160


Verkiezing

2018

Niels Smits is op 7 juni tijdens Deltavisie uitgeroepen tot Plant Manager of the Year 2018. De production leader bij Dow Terneuzen heeft de mindset van zijn medewerkers naar een hoger niveau weten te tillen. Met zijn leiderschapsstijl weet hij op allerlei vlakken goede resultaten te bereiken. Communicatie en respect staan daarbij steeds centraal. Tekst: Petrochem

‘N

iels is rustig, sterk, respectvol en creëert duidelijkheid’, aldus de jury. ‘Zijn site ziet er qua housekeeping excellent uit. Topprioriteit voor veiligheid en economische performance gaan bij hem hand in hand. Hij heeft mooie successen behaald, ook in het verminderen van de regels. De samenwerking met research, commercie, business en maintenance is onder Niels sterk verbeterd. Hij is sterk gericht op verbeteren, zowel van de plant als van zijn mensen, zoals duurzame inzetbaarheid. Hij heeft de cultuur veranderd van behoudend naar open voor verandering, waarbij de bijdrage van de medewerkers sterk is gegroeid. Niels heeft de site Terneuzen een spiegel voorgehouden en laten zien dat verbeteren noodzakelijk en mogelijk was. Hierna heeft hij de organisatie naar verbeteringen geleid. Kortom, Niels

FOTO: DOW TERNEUZEN

NIELS SMITS IS PLANT MANAGER OF THE YEAR 2018 is de katalysator van de verandering. Hij heeft de fabriek nieuw leven ingeblazen.’ Smits, die het in de finale opnam tegen Martijn de Gier (Vopak) en Rob Reinartz (AnQore), wil zich met de titel van Plant Manager of the Year op zak sterk maken voor de chemische industrie als onderdeel van de samenleving en als cruciale hoeksteen van de economie. “Het geeft zo veel energie om, met elkaar, technische oplossingen te vinden voor maatschappelijke problemen. De chemische industrie moet een belangrijke rol spelen om die oplossingen te bieden. Dat kunnen we, zeker als we een divers personeelsbeleid voeren. We moeten een doorsnede van de samenleving zijn, iedereen respecteren en erbij betrekken.” De verkiezing van de Plant Manager of the Year wordt jaarlijks georganiseerd en is een initiatief van het Petrochem Platform, de VNCI en Votob in samenwerking met Deltalinqs en het Havenbedrijf Rotterdam. De verkiezing draagt bij aan een positief imago van de Nederlandse procesindustrie door de inspanning en prestaties van plantmanagers te benoemen en te waarderen. Een jury, internetstemmers en de bezoekers van het congres Deltavisie bepalen de winnaar. De jury bestond uit Jan Zuidam (voormalig topman DSM), Cor Kloet (voormalig directeur SPIE Nederland), Sandra de Bont (directeur Votob), Colette Alma (directeur VNCI), Jeroen van Woerden (managing director Royal Vaassen en Plant Manager of the Year 2016) en Emre Kaya (site director Organik Kimya en Plant Manager of the Year 2017). p juni 2018 Chemie Magazine 57


COL OFON

MENSEN

Chemie Magazine is het maandblad van de Vereniging van de Nederlandse Chemi-

DSM DELFT

Fedde Sonnema is de nieuwe locatiedirecteur van DSM in Delft. Hij werkte eerder bij DSM Bakery Ingredients, DSM Food Specialties en op het hoofdkantoor van DSM in Heerlen. Hij volgt Frank Teeuwisse op, die na negen jaar afscheid neemt. Onder Teeuwisse’s leiding werd DSM Delft onder meer verrijkt met het Food Innovation Center, de Bioprocess Pilot Facility, het Rosalind Franklin Biotechnology Center en de uitbreiding van DSM Sinochem Pharmaceuticals. Sonnema’s ambitie is om de locatie verder te vullen met bedrijvigheid op het gebied van biotechnologie.

sche Industrie (VNCI) en verschijnt 11x per jaar

Redactie Igor Znidarsic (hoofdredacteur) Marloes Hooimeijer (eindredactie)

Contact redactie Loire 150, 2491 AK, Den Haag T 070 337 87 28

RUG

De Britse Royal Society of Chemistry heeft de Supramolecular Chemistry Award 2018 toegekend aan Sijbren Otto, hoogleraar systeemchemie aan de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). Hij ontvangt deze tweejaarlijkse prijs voor zijn bijdrage aan het onderzoek naar moleculaire netwerken en systeemchemie. Een belangrijk deel van zijn huidige onderzoek is gericht op chemische evolutie.

E redactie@vnci.nl

Medewerkers Pieter van den Brand, Henk Engelenburg, Leendert van der Ent, Adriaan van Hooijdonk, Harm Ikink, Inge Janse, Erik te Roller, Marga van Zundert

BRAINPORT INDUSTRIES CAMPUS

Bert-Jan Woertman is per 1 september aangesteld als directeur van de Brainport Industries Campus (BIC). Hij is de eerste die deze nieuwe functie gaat vervullen. Woertman is op dit moment commercieel directeur van de Campus van de Technische Universiteit Eindhoven. Hij begon zijn carrière, na een studie psychologie in Groningen, bij Philips. Daarna werkte hij in diverse rollen bij de High Tech Campus Eindhoven. De ambitie is om de BIC te laten uitgroeien tot een internationale showcase die de kracht van de toeleverketen in de regio versterkt.

Vormgeving Curve Mags and More, Haarlem

Advertentie-exploitatie Mooijman Marketing & Sales, Julius Röntgenstraat 17, 2551 KS Den Haag, T 070 323 40 70, E dm@mooijmanmarketing.nl Advertenties vallen buiten de verantwoordelijkheid van de redactie

Druk MediaCenter Rotterdam

Abonnementen Wie werkzaam is in de chemische industrie of op een andere wijze direct of indirect bij de chemische industrie betrokken is komt in aanmerking voor een kosteloos abonnement op Chemie Magazine. Meld u aan via crs@vnci.nl of www. vnci.nl/actualiteit/maandblad.aspx en u krijgt zo spoedig mogelijk bericht. Meer informatie: znidarsic@vnci.nl of 070 337 87 28.

Overname Overname van artikelen uit Chemie Magazine is alleen toegestaan na voorafgaande schriftelijke

VNCI ONLINE WWW.VNCI.NL

Website met onder meer dagelijks nieuws, het archief van Chemie magazine en alles over de chemische industrie in Nederland WWW.VNCI.NL/NIEUWS/CHEMIE-NIEUWSBRIEF

Gratis nieuwsbrief met daarin wekelijks het laatste nieuws over de chemische industrie en de VNCI

58 Chemie Magazine juni 2018

toestemming van de redactie. In de meeste TWITTER.COM/VNCI

De VNCI met het laatste nieuws, vacatures en reactiemogelijkheden op alle berichten

Discussieer mee met meer dan 3500 betrokkenen uit de chemische industrie en bezoek de vacatures in de LinkedIn-groep van de VNCI

gevallen zal die graag worden gegeven

Beeld cover Curve Mags and More, Haarlem ISSN 1572-2996


Custom Manufacturing, Blending and Toll services AD Productions is a service business that allows customers to benefit from AD International’s state of the art manufacturing expertise. Chemical companies, from global conglomerates through to regional and specialized suppliers, can benefit from AD Productions extensive capabilities and expertise, built over a period of 40 years in the chemical industry.

Production capabilities

is a part of AD International

adinternationalbv.com

AD Productions (located in the heart of Western Europe) offer full R&D, formulation and pilot line capabilities and can extend their toll services to encompass purchasing, quality control, traceability, documentation and certification.

Overview of production capabilities Batch capacity varying from 300 liters up till 30000 liter Possibility to purge with and produce under nitrogen Temperatures controlled production (up till 80 degrees) Blending of powders (packaging from 250 grams to Big Bags) Possibility to fill product from 0,5 liter up till road tankers or Iso Containers

Heijningen | The Netherlands | +3 1 (0)167-52 69 00 | contact@adinternationalbv.com

CLS Services CHEMISTRY OF CONNECTING PEOPLE

www.cls-services.nl

recruitment, selection and secondment in chemistry | pharma | biotech | food | feed

WIJ FELICITEREN DE VNCI MET HAAR 100 JARIG BESTAAN!



Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.