Chemie Magazine maart 2020

Page 1

Tools om corrosie onder isolatie te beheersen

Green Chemistry Campus krijgt status iLab

Koninklijke Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie

WASSEN OP LAGE TEMPERATUUR DANKZIJ CHEMIE

SCHEELT JAARLIJKS CO2-UITSTOOT VAN ALMELO

Ins en outs van handelsovereenkomsten

JAARGANG 62 • 03 • 31 MAART 2020


Great air in here.

> 99.9 % combustion rate

DO YOU WANT TO TO KEEP THE AIR CLEAN WHEN BURNING YOUR POLLUTANTS? THEN USE OUR UNIQUE MOBILE FLARE SYSTEMS! ENDEGS is the European expert for the mobile, safe and clean degassing of tanks, containers, tank cars, pipelines, ships and suction vehicles. We help companies to prepare for downtime and maintenance, and offer temporary replacement of VRUs, flares and vapor processing systems. For the safety of people and the environment. Want to learn more? Call ENDEGS at +31 614 5595 37 or visit our website.

ENDEGS Group Noiseless. Professional. Cost-efficient.

0.1 - 150 MW combustion capacity

ZERO VOC EMISSIONS

www.endegs.com


INHOUD 03 | 31 maart | 2020

14

LAGE-TEMPERATUURWASMIDDELEN BEPERKEN CO2-UITSTOOT De chemische industrie reduceert de uitstoot van broeikasgassen niet alleen door de eigen processen te verduurzamen, maar zorgt via haar producten ook voor emissiereducties elders. Bijvoorbeeld bij de consument via de chemie in lage-temperatuurwasmiddelen. Deel 3 van een serie over zogeheten vermeden emissies.

TOOLS VOOR BEHEERSING CORROSIE ONDER ISOLATIE Dertig asset owners, leveranciers en experts uit de Nederlandse en Vlaamse proces- en chemische industrie hebben een set praktische tools ontwikkeld om corrosie onder isolatie beter te kunnen managen. Ze worden nu in proefprojecten bij chemiebedrijven getest.

18

maart 2020 Chemie Magazine 3


eciaalFijn- en sp ën voor chemicali nches a r b e d n e uiteenlop

35e internationale vakbeurs voor fijn- en speciaalchemicaliën Koelnmesse, Keulen, Duitsland

27 – 28 mei 2020

De meest prominente vakbeurs in Europa voor de fijn- en speciaalchemicaliënsector Chemspec Europe 2020 is de vakbeurs die u niet mag missen: hier vindt u oplossingen op maat en innovatieve materialen voor uw onderneming en mogelijkheden om uw netwerk naar een hoger plan te tillen. • Custom synthesis

• Verven en coatings

• Kunststofadditieven

• Farmaceutica

• Kleurstoffen

• Cosmetica

• Fijnchemicaliën

• Geur- en smaakstoffen • Groene chemicaliën

• Polymeren

• Chemische tussenproducten

• Surfactanten

• Landbouwchemie

• Huishoudelijke en industriële reiniging

• Kleef- en dichtingsmiddelen

• Biokatalysatoren

• Elektronische chemicaliën

• Biogebaseerde chemicaliën

• en nog veel meer

• Petrochemie

Hoogstaande symposiums en workshops met waardevolle info over lopende R&D-projecten! Agrochemical Lecture Theatre Chemspec Careers Clinic Pharma Lecture Theatre Regulatory Services Lecture Theatre RSC Lecture Theatre Innovative Start-ups

Boek nu uw ticket:

www.chemspeceurope.com

Organisatoren:


INHOUD 03 | 31 maart | 2020

7

22

Ook het mkb kan profiteren van vrijhandelsovereenkomsten

9 11 13 14 18 22

38

Tom van Aken is de nieuwe mkb-vertegenwoordiger binnen het Topteam Chemie

26 29 30 35 38

44

Green Chemistry Campus krijgt status van Innovation Lab

42 44 49 50 50

Voorwoord Manon Bloemer Dankjewel

ACTUEEL

Chemie levert beschermingsmateriaal Pvc op basis van hernieuwbare ethyleen Minireactor op zonlicht

ACHTERGROND

Klimaat De chemie van wassen op lage temperatuur Onderhoud Tools om corrosie onder isolatie te beheersen Handel Ins en outs van handelsovereenkomsten Wetenswaardig 4 ton voor groene industrie in Emmen Human capital Croda-medewerker op Forbes 30 Under 30-lijst Human capital Ursula Mallee over haar werk bij LyondellBasell Innovatie Hoe Flowid de valley of death overleefde Mkb Tom van Aken lid Topteam Chemie Uitgelicht Dow en SABIC zijn challengers in BioVoice Innovatie Green Chemistry Campus krijgt status iLab CO2 Overzicht CCU-technologieĂŤn Mensen Colofon

30

Ursula Mallee, chemisch analist bij LyondellBasell, is graag haar eigen baas maart 2020 Chemie Magazine 5


Cooling, power and heating

Tijdelijk stroom, koeling of verwarming nodig? Van Abeelen staat garant voor efficiency, 24/7 zekerheid en hecht grote waarde aan milieuvriendelijke oplossingen en duurzaamheid. Wij werken met een team van specialisten die oplossingen bieden speciaal voor de behoeften van petro(chemische) en pharmacy industrie. Van nood- tot seizoensgebonden situaties, van onderhoudswerkzaamheden tot volledige energievoorzieningen. Ongeacht hoe groot, klein, eenvoudig of complex de aanvraag is, wij zijn binnen zeer korte tijd op locatie voor de juiste oplossing. Neem contact op met John Gijsbers voor meer informatie: T +31 (0)161 219 031 | E john@vanabeelen.eu

25 jaar

019

1994- 2


Voorwoord

DANKJEWEL Zoveel liever had ik deze column niet geschreven over corona. Heel anders en niet bedreigend leek de wereld toen ik enkele weken geleden voor het eerst nadacht over wat ik hier zou schrijven. Helaas is er nog maar één thema dat ons bezighoudt en dat is corona, met alle maatschappelijke en economische impact die het virus met zich meebrengt. Of je nu thuis werkt met verveelde kinderen om je heen (“Mag ik vrienden uitnodigen?” “Nee lieverd, dat is geen social distancing.”), of je maakt je zorgen over kwetsbare ouderen. Niemand weet hoelang dit gaat duren, zelfs niet wat de dag van morgen zal brengen. Bij de VNCI hebben we eigenlijk geen tijd om ons zorgen te maken. We zijn 24/7 in contact met verschillende ministeries en proberen onze leden zo goed mogelijk te informeren over regelingen rondom personeel, over het noodpakket van de regering en wat er in Europa in de industrie gebeurt. Ook verzamelen we vragen en informatie bij lidbedrijven, die we delen met de overheid. Veel vragen werden al helder beantwoord. Wij proberen ons steentje bij te dragen waar we kunnen, maar

AGENDA EVENEMENTEN: www.vnci.nl/agenda

VERGADERINGEN: www.vnci.nl/ledennet

ik realiseer me dat het veilig operationeel houden van chemische fabrieken een nog veel grotere inspanning vraagt. Het draaiend houden van de (petro)chemie is cruciaal voor ons land. Onze chemische industrie is aangewezen als ‘vitale sector’ en vormt een belangrijke leverancier van producten die in deze coronacrisis onmisbaar zijn. Denk aan desinfectiemiddelen, geneesmiddelen, brandstoffen, chemicaliën voor (afval/drink)waterzuivering en gassen voor medische toepassingen. Voor veel mensen geldt dus dat zij niet thuis kunnen werken, maar dat zij ‘gewoon’ aan het werk moeten. Ik wil alle collega’s in de kritische operationele en veiligheidsfuncties eren met een heel groot DANKJEWEL. Ik probeer te bedenken of deze crisis nog iets goeds brengt? Het werkt verbindend tussen mensen (behalve in de supermarkt), en ook leren we dat online vergaderen eigenlijk verbazend goed werkt. Verder krijgen kinderen meer waardering voor ‘gewoon naar school gaan’ (die van mij helaas nog niet). Eigenlijk komt alleen onze hond als winnaar uit deze strijd. Van mij mag het leven snel weer normaal worden, ik ben alleen bang dat deze hoop voorlopig niet uitkomt. Ondertussen ben ik trots op alle medewerkers op kritische functies in onze vitale sector. Ik hoop dat zij niet alleen ons land, maar ook zichzelf zo goed mogelijk vitaal weten te houden. Manon Bloemer, directeur Koninklijke VNCI

VNCI ONLINE WWW.VNCI.NL

TWITTER.COM/VNCI

Website met onder meer dagelijks nieuws, het archief van Chemie magazine en alles over de chemische industrie in Nederland

De VNCI met het laatste nieuws, vacatures en reactiemogelijkheden op alle berichten

WWW.VNCI.NL/NIEUWS/

LINKEDIN

Discussieer mee met meer dan 3500 Gratis nieuwsbrief met daarin betrokkenen uit de wekelijks het laatste nieuws over de chemische industrie en chemische industrie en bezoek de vacatures in de LinkedInde VNCI groep van de VNCI CHEMIE-NIEUWSBRIEF

maart 2020 Chemie Magazine 7


Industry

Een veilige opslaginstallatie voor mens en milieu. • Nieuwbouw en keuring/ her-classificatie volgens PGS 31

• Opslaginstallaties voor chemicaliën • Onder- en bovengrondse opslaginstallaties • Staal en kunststof tankinstallaties

Wilt u meer informatie of advies voor uw project? Neem contact op met onze experts. Tel.: 088 147 15 30 | Email: sales.dordrecht@tsgnortheurope.com


FOTO: PXHERE

Actueel

CHEMISCHE INDUSTRIE VOORZIET DE ZORG VAN BESCHERMINGSMATERIAAL Sinds de uitbraak van het coronavirus is door heel veel chemiebedrijven achter de schermen hard gewerkt om beschermingsmateriaal, zoals mondkapjes en desinfecterende middelen, ter beschikking te stellen. De industriële stof- en beschermingsmaskers die gebruikt worden bij de chemiebedrijven zijn ook geschikt voor medische toepassingen. Ook andere initiatieven zijn opgepakt om er samen voor te zorgen dat verspreiding van het virus tegengegaan wordt.

D

e Koninklijke VNCI heeft samen met een aantal partners uit de keten, waaronder NVZ, aan haar leden gevraagd om te kijken in welke vorm zij een bijdrage kunnen leveren. Aan die oproep is door veel chemiebedrijven gehoor gegeven. Maar niet al het beschermingsmateriaal kan uit het chemieproces weggehaald worden. Omdat chemiebedrijven operationeel moeten blijven, dient een bepaalde hoeveelheid beschermend materiaal voor de veiligheid van medewerkers beschikbaar te blijven. De chemie is altijd een vitaal proces in ons land en dus niet alleen nu vanwege de coronacrisis. In het Tweede Kamerdebat van 18 maart werd gepleit voor een vorderingsbesluit waarmee (chemie) bedrijven verplicht beschermende materialen zouden moeten aanleveren. Minister Bruins van Medische Zorg en Sport heeft de Kamer hierbij geïnformeerd over de reeds opgezette vrijwillige inzet van de chemiesector. De motie Klaver verzocht de regering om het verwerven van de benodigde beschermingsmaterialen, testmaterialen en beademingsapparatuur nog meer tot topprioriteit te classificeren en hiervoor actief materiaal uit het buitenland te verwerven, te zorgen dat de binnenlandse productie zo snel mogelijk wordt opgezet, en beschikbaar en geschikt materiaal in zelfstandige klinieken en andere Nederlandse sectoren, voor zover zij zelf geen vitale sectoren zijn, per direct toe te leiden naar de zorg. De motie is Kamerbreed aangenomen. De Koninklijke VNCI volgt alle ontwikkelingen op de voet en geeft via een liveblog informatie over onderwerpen die direct te maken hebben met de (petro)chemische industrie. Ook zijn er veelgestelde vragen en antwoorden op een rij gezet. Uitgangspunt is dat de richtlijnen van de overheid worden gevolgd. Waar nodig wordt doorverwezen naar de officiële berichtgeving van de rijksoverheid. p

INFORMATIE OVER CORONA:

Liveblog: https://vnci.nl/liveblogcoronavirus Meer info: https://www.vnci.nl/corona

EMMEN KRIJGT DEPENDANCE VAN RUG De Rijksuniversiteit Groningen (RUG) gaat samen met de NHL Stenden Hogeschool in Emmen een kenniscentrum opzetten voor biobased chemie.

‘I

k hoop op een doorgaande leerlijn van het Drenthe College naar NHL Stenden en dan naar de RUG”, aldus gedeputeerde Cees Bijl tegen RTV Drenthe. “Alleen de stap naar universitair onderwijs missen we nog in Emmen, dit is de stap om dat te krijgen. Dit moet samen opgaan met het bedrijfsleven, dat volop bezig is met onderzoek om de chemische industrie te vergroenen.” Provinciale Staten pleiten al langer voor dependances van de RUG in Hoogeveen, Emmen, Meppel en Assen. De Emmer RUGdependance moet over 8 jaar klaar zijn. Er lopen al tal van onderzoeken en pilots voor groene chemie in Emmen. Ook werken chemiebedrijven in Emmen en Delfzijl samen aan het noordelijk chemiecluster Chemport Europe. p maart 2020 Chemie Magazine 9


Dé pompenspecialist voor de chemische industrie

Bedu Pompen BV - Nederland

+31 (0) 88 4802 900

WWW.BEDU.NL

info@bedu.nl

Bedu Belgium BVBA - België

made for your process

Nu beschikbaar: 7000 m2 PGS15 Warehouse

180 JAAR COMPLEXE LOGISTIEK

C.J. Hendriks Expeditieen Veembedrijf bv Latexweg 10 1047 BJ Amsterdam Telefoon: (020) 58 78 123 Email: info@cjhendriks.com www.cjhendriks.com

+32 (0) 3 8087 980

info@bedu.be

WWW.BEDU.BE


Actueel

PVC OP BASIS VAN SABIC’S HERNIEUWBARE ETHYLEEN Vynova, een Europese producent van pvc en chlooralkali-producten, brengt een lijn ‘bio-attributed’ pvc op de markt, waarvoor hernieuwbaar ethyleen wordt gebruikt. De grondstof is afkomstig van SABIC en maakt deel uit van het TRUCIRCLE-initiatief, een portfolio van oplossingen die ontwerp voor recyclebaarheid, mechanisch gerecyclede producten, gecertificeerde producten van gerecycled afvalplastic en gecertificeerde producten uit biobased grondstoffen omvatten. Het pvc wordt geproduceerd in de Nederlandse vestiging van Vynova in Beek en op de Franse site in Mazingarbe.

RESULTATEN SUSTAINABLE INDUSTRY CHALLENGE VEELBELOVEND De eerste editie van de ‘Sustainable Industry Challenge – Chemport Europe Edition’ levert veel impact op voor Noord-Nederland. Bedrijven uit de regio en scale-ups werken momenteel aan 21 potentiële deals om een vervolg te geven op de eerste kennismaking tijdens het tweedaagse event afgelopen januari.

‘N

aast deze potentiële deals lopen er ook gesprekken met andere regionale bedrijven over nieuwe baanbrekende technologieën die het verschil kunnen gaan maken voor deze regio”, aldus Akke Groenewoud, bestuurder bij organisator Economic Board Groningen. Naar aanleiding van de contacten die zijn opgedaan tijdens de challenge, hebben bedrijven en scale-ups vervolgafspraken gemaakt over hoe de samenwerking verder kan worden vormgegeven. Meest concrete resultaat is dat winnaar CFK Recycling in aanloop naar het pilotproject met Teijin Aramid de mogelijkheid voor vestiging in de regio onderzoekt. En hoewel er per challenge maar één winnaar was, hebben meerdere bedrijven aangegeven samenwerkingen met meerdere scale-ups aan te willen gaan. Momenteel wordt gewerkt aan een follow-upprogramma waarmee de resultaten op de lange termijn worden geborgd, zodat een vergroting van het netwerk, toenemende bedrijvigheid en interessante innovaties een langjarig rendement realiseren in de regio. “In de loop van 2020 en verder verwachten we verdere concrete ontwikkelingen en effecten van de Sustainable Industry Challenge op de regio”, aldus Groeneveld. p

D

Vynova site in Beek.

FOTO: V YNOVA

Winnaar CFK Recycling doet een pilotproject met Teijin Aramid.

ankzij de introductie van hernieuwbaar ethyleen zijn er aanzienlijk minder fossiele grondstoffen nodig dan bij het conventionele productieproces van pvc. Dit zorgt voor een vermindering van de CO2-uitstoot. Het ‘bio-attributed’ pvc-gamma voldoet aan dezelfde eisen op het gebied van kwaliteit en materiaalspecificaties als Vynova’s conventioneel geproduceerde pvc. Ook kunnen klanten het nieuwe pvc met hun bestaande apparatuur en onder identieke procesomstandigheden verwerken. “Met deze nieuwe generatie pvc komen we tegemoet aan de toenemende vraag van klanten om een volgende stap te zetten naar een meer circulaire pvc-sector”, zegt Jonathan Stewart, vice president PVC Business Management bij Vynova. Frederik Hoornaert, director European Cracker Business bij SABIC, benadrukt het belang van downstream samenwerkingen zoals deze met Vynova, als onderdeel van de bredere duurzaamheidsdoelstellingen van het bedrijf. “SABIC innoveert voortdurend om duurzame en milieuverantwoorde oplossingen te ontwikkelen die de circulaire economie ondersteunen.” Het hernieuwbare ethyleen is afkomstig uit ISCC PLUSgecertificeerde biomassa van de tweede generatie. Het ISCC PLUS-certificeringsschema vereist een strikte traceerbaarheid en wordt door onafhankelijke externe auditeurs gecontroleerd. p

maart 2020 Chemie Magazine 11


Wil jij werken aan een veiligere procesindustrie?

Volg dan de opleiding Procesveiligheid! Werk jij in de chemische procesindustrie en wil jij meer weten over de specifieke risico’s? Volg dan nu de opleiding Procesveiligheid. Tijdens de opleiding behandelen we natuurlijk de procesveiligheid, maar ook de organisatie en uitvoering van grote projecten in de chemische procesindustrie.

Tijdens de opleiding komen de volgende onderwerpen aan bod: • Procesveiligheid • Uitvoering grote projecten/turn arounds • Procestechnologie en installaties • Externe veiligheid/BRZO/PGS6 • Processchema’s, P&ID’s • Kwalificeren en kwantificeren van risico’s • Mechanische veiligheid, PED • Explosies • Maintenance • Consequentie kwantificering (QRA, Safeti) • Instrumentele beveiliging

• Gevaarlijke stoffen • Incidentenonderzoek • ATEX

Schrijf je snel in, deze opleiding zit altijd snel vol!

Data: 24 september, 1 en 29 oktober, 5, 12, 19 november, 3 december en het tentamen is op 10 december 2020.

T 030 231 82 12 | www.phov.nl | info@phov.nl

PHOV_200204_Adv_Procesveiligheid_FEB20_190x130_01_wt.indd 1

10-02-20 17:57

Standaard en maatwerk oplossingen voor

GAS EN VLOEISTOF FLOW METING EN DOSERING Vloeistof van 100 mg/uur tot 600 kg/uur Gas van 1 mln/min tot 11.000 m³n/uur Druk meten en regelen tot 400 bar PROFIBUS DP, DeviceNet™, Modbus, EtherCAT®, FLOW-BUS, PROFINET en nu ook CANopen™ interface Diverse uitvoeringen voor ATEX zone 1 of 2 beschikbaar

I www.bronkhorst.nl - E info@bronkhorst.nl


Actueel

KETEN WERKT AAN BIOBASED ASFALT

Met als doel de ontwikkeling en commercialisatie van ligninehoudend asfalt te stimuleren, om zo een bijdrage te leveren aan de CO2-reductie van de wegenbouwindustrie, zijn 22 organisaties het samenwerkingsprogramma CHAPLIN gestart.

MINIREACTOR OP ZONLICHT TNO en Universiteit Hasselt hebben een minuscule versie van een nieuw soort chemische reactor ontwikkeld waarbij zonlicht als rechtstreekse energiebron voor chemische processen dient. Daarvoor gebruiken de wetenschappers een in Hasselt ontwikkeld materiaal als katalysator.

D

e katalysator bestaat uit metalen deeltjes tienduizend keer kleiner dan de dikte van een mensenhaar, die in de kanaaltjes van de reactor worden ingebracht, waar ze het zonlicht opvangen en zeer efficiënt omzetten in de energie die nodig is om een chemisch proces in gang te zetten. De onderzoekers slaagden er al in op deze manier CO2 om te zetten in methaan en in synthesegas. “In de bestaande procedures moet je de katalysatordeeltjes met fossiele brandstof verwarmen tot een hoge temperatuur, met het nieuwe procedé kan hetzelfde zonder die tussenstap, bij een lage temperatuur en

met zonlicht als energiebron”, zegt Marlies Van Bael van de Universiteit Hasselt. Volgens Pascal Buskens van TNO is een ander nadeel van de bestaande processen dat de beoogde stoffen uiteindelijk nog “uit een soort soep” gevist moeten worden. “Als je dat proces efficiënter en selectiever kan maken door met een lagere temperatuur te werken, kan dat economisch interessant zijn.” Buskens stelt dat de technologie breed inzetbaar is: “Omdat het proces toelaat heel selectief en precies te werken, is het in theorie ook mogelijk bepaalde toepassingen in de fijnchemie of de farma op termijn te vervangen. Maar om ze te kunnen opschalen moeten we nog heel wat stappen zetten.” Volgens de onderzoekers kan hun ontdekking een doorbraak zijn voor de vergroening van de chemische industrie. De innovatie heeft een TRL (Technology Readiness Level) 4. Buskens: “Over een jaar of 2, 3 hopen we aan 5 of 6 te geraken.” p

D

e naam staat voor Collaboration in aspHalt Applications with LIgniN. Het eerste project loopt al: CHAPLIN TKI. Dit is gericht op de ontwikkeling van op lignine gebaseerd asfalt tot TRL (Technology Readiness Level) 6, waarbij ook Nederlandse lignine wordt getest. Ook wordt een lignine-modificatie toegepast waarmee superieure eigenschappen voor onder andere zoab gerealiseerd kunnen worden. In het CHAPLIN-programma is de hele keten vertegenwoordigd, van grondstofleverancier tot wegenbouwer en wegbeheerders als Rijkswaterstaat, provincies en gemeenten. Aanjager van CHAP- LIN is Circular Biobased Delta. In het consortium participeert ook VNCI-lid Latexfalt. p

Meer actueel nieuws op www.vnci.nl en in de wekelijkse gratis VNCI Nieuwsbrief (meld je aan via de site). maart 2020 Chemie Magazine 13


IN HET KORT o De meeste energie voor een wasje zit in het opwarmen van het waswater. o Lage-temperatuurwasmiddelen besparen jaarlijks het stroomverbruik van een middelgrote stad. o De wasmiddelenindustrie heeft inmiddels al producten op de markt voor 20 en 15 graden.

ENERGIEZUINIG WASSEN IS VOORAL HET RESULTAAT VAN DE FACTOR ‘CHEMIE’

3

Chemie Magazine presenteert 10 klimaatinnovaties. De chemische industrie reduceert de CO2-uitstoot niet alleen door de eigen processen te verduurzamen, maar zorgt via haar producten ook voor minder uitstoot in andere sectoren. Deel 3: lage-temperatuurwasmiddelen.

FOTO: SHUT TERSTOCK

KOUDER WASSEN DANKZIJ INGENIEUZE CHEMIE

Oppervlakte-actieve stoffen zijn hét basisingrediënt van alle wasmiddelen.

14 Chemie Magazine maart 2020


Klimaat

Het samenstellen van een totaalformule voor een wasmiddel is een kunst op zich: de stoffen mogen elkaars werk niet verstoren

De chemie maakt wassen op steeds lagere temperaturen mogelijk door ingenieuze ‘zeep’ te ontwikkelen. Dankzij die lage-temperatuurwasmiddelen vraagt een was inmiddels zeker driemaal minder elektriciteit dan 50 jaar terug. En het eind is nog niet in zicht: we kunnen nóg kouder wassen. Tekst: Marga van Zundert

Z

etten we in de jaren zestig en zeventig de wasmachine standaard op 60 voor de bonte en 90 graden voor de witte was, in 2020 ligt de gemiddelde wastemperatuur in Nederland net onder de 40 graden. Dat scheelt behoorlijk in CO2-uitstoot, want de meeste energie (circa 80 procent) gaat zitten in het opwarmen van het waswater. Vooral in de jaren tachtig en negentig daalde het energie- en ook waterverbruik voor de was hard. Zouden Nederlanders nog steeds op dezelfde manier wassen als daarvoor, dan zouden we elk jaar bijna 600 miljoen kilo CO2 meer uitstoten. Zo besparen we jaarlijks het stroomverbruik uit van een middelgrote stad als Vlaardingen of Almelo. We wassen dus met minder water (50-55 liter) en bij lagere temperaturen, toch komt de was nog steeds schoon en fris uit de machine. Hoe kan dat? De Duitse onderzoeker Herbert Sinner stelde al in de jaren zestig dat het resultaat van een wasje afhangt van vijf factoren: tijd, hoeveelheid water, beweging, temperatuur en ‘chemie’. Verminder je er twee (temperatuur en water), dan moeten een of meer andere toenemen om eenzelfde wasresultaat te behalen. Beweging, tijd en/of ‘chemie’ moesten dus omhoog. Een moderne machine brengt de was inderdaad meer in beweging. Het effect van het ouderwetse schrobbord of de schrobborstel haalt een machine niet, daar zou textiel ook te veel van slijten Een wasprogramma duurt gemiddeld langer dan in de jaren tachtig, maar energiezuinig wassen is vooral het resultaat van de factor ‘chemie’. De chemische industrie ontwikkelde betere wasmiddelen: oppervlakte-actieve stoffen, bleekmiddelen en enzymen die prima werken bij lage temperaturen. Voor een normale was is 30 graden voldoende.

Vlekken

Maar vlekken en geurtjes laten verdwijnen is geen eenvoudige klus. Goed wateroplosbare stoffen zoals suiker of zout uit zweet, spoelen relatief makkelijk weg met het waswater. Maar in vlekken zitten ook deeltjes (zand,

modder, kruimels), kleurstoffen (wijn, thee, chocolade, gras), plakkerige eiwitten en zetmeel (aardappelpuree, pudding) en niet te vergeten: vet (jus, olie). Die stoffen blijven liever op en in het textiel hangen dan dat ze gaan zwemmen. Om ze toch weg te wassen zijn allereerst oppervlakteactieve stoffen nodig, hét basisingrediënt van alle wasmiddelen. Deze stoffen lijken chemisch gezien op de ouderwetse zeep. Het zijn moleculen met twee ‘gezichten’: een vrij kleine ‘kop’ die zich het meest thuisvoelt in water en een lange vetachtige staart die zich juist het liefst omringt met andere waterafstotende stoffen. Oppervlakte-actieve stoffen zijn er in veel variaties: met geladen of ongeladen kop, positief of negatief, met langere en kortere staarten, recht, krom en/of vertakt. Die staarten hechten aan textiel, waardoor ze de vezels bevochtigen, want de koppen omringen zich met water. Nog liever hechten de staarten zich op de vet- en olieachtige stoffen in vlekken en kunnen die vervolgens meenemen het waswater in. Zo wordt het vuil omringd door oppervlakte-actieve stoffen afgevoerd richting riolering.

Enzymen

Wasmiddelfabrikanten gingen op zoek naar goed in koud water oplossende oppervlakte-actieve stoffen voor lage-temperatuurwasmiddelen. Ze synthetiseerden en testten allerlei variaties, waarbij naast oplosbaarheid ook het schuimgedrag van belang is. Ook de microstructuren die ze vormen in water zijn van belang voor de werking. De waterafstotende staarten kruipen graag bij elkaar, net als de koppen. Gunstig is de vorming van kleine micellen: bolvormige structuren met alle staarten naar binnen gericht. Ze pikken vuil op en houden het ‘binnenin’ vast. Nog steeds vinden er kleine verbeteringen plaats door bestudering van de eigenschappen van (nieuwe) oppervlakte-actieve stoffen. Eiwitten, zetmeel en ook vetten bestaan uit grote moleculen die niet makkelijk loskomen van textiel. Een e maart 2020 Chemie Magazine 15


De was kan zelfs nog kouder, de industrie heeft al producten op de markt voor 20 en 15 graden WASJE IN CIJFERS Wastemperatuur Kosten (°C) (euro)

Benodigde CO2-uitIn autoenergie (kWh) stoot (kilo) kilometers

90°C

0,49

2,17

1,21

11,4

60°C 40°C 30°C

0,27 0,17 0,08

1,20 0,75 0,35

0,67 0,42 0,20

6,3 4,0 1,9

Nb. Was met ‘grijze’ stroom BRONNEN: NIBUD, RVO, COMPENDIUM VOOR DE LEEFOMGE VING, JATO

SCHOON ÉN SCHOON

Een was is schoon na een was op 95, 60, 40 of 30 graden. Hygiënisch gezien is er echter een verschil. Een was bij lage temperatuur vermindert het aantal ziektekiemen doordat ze deels wegspoelen en zeep schadelijk is. Maar de meeste bacteriën, schimmels en virussen overleven een rondje wasmachine; de was wordt niet gedesinfecteerd. Pas vanaf circa 55 graden vallen micro-organismen uit elkaar door de hitte. Vanuit hygiënisch oogpunt is het daarom verstandig onderbroeken, sokken en beddengoed te wassen bij hogere temperaturen. Voor kwetsbare groepen (pasgeborenen, zieken) kan het om gezondheidsredenen verstandig zijn dat bij alle was te doen. Bij gezonde mensen is dat zeker niet nodig. Af en toe een hete was is ook goed voor de hygiëne van de wasmachine zelf. Bacteriën en schimmels kunnen in een vochtige trommel gaan groeien, zich vervolgens over je was verspreiden en voor een muf luchtje zorgen. De deur van de machine op een kier zetten zodat de trommel goed droogt, helpt ook. 16 Chemie Magazine maart 2020

belangrijk hulpmiddel om deze vlekken op te lossen zijn enzymen. Respectievelijk proteases, amylases en lipases knippen de stoffen op, waarna de kleinere delen makkelijker oplossen of door oppervlakte-actieve stoffen worden afgevoerd. Biotex was eind jaren vijftig het eerste ‘biologisch actieve wasmiddel’. Inmiddels bevat ook elk huismerk enzymen. Ze zijn een belangrijke factor in het schoon wassen van bonte was met vet-, bloedof grasvlekken op lage temperaturen. Enzymen zijn zelf eiwitten en erg kwetsbaar. Ze breken snel af en verliezen makkelijk hun vorm en daarmee activiteit. Met moderne biotechnologie (protein engineering) werd het mogelijk robuuste varianten te maken die ‘verpakt’ in een poeder of capsule hun werking maandenlang behouden. Een bekende manier om enzymen te stabiliseren is bijvoorbeeld het inbouwen van extra disulfidebruggen in het molecuul, wat ze vormvast maakt. Door selectie en genetisch ‘sleutelwerk’ zijn er nu enzymen die bij 30 en zelfs bij 15 graden hun werk doen, terwijl ze van nature actief zijn bij lichaamstemperatuur.

Bleken

Op witte was zijn gekleurde vlekken – koffie, rode wijn, deodorant – wellicht het meest storend en hardnekkig. Een oplossing is ‘bleken’: de kleurstof in de vlek vernietigen met een oxidator. Vroeger werd het witgoed in de zon gehangen of buiten na onweer. Dan zorgt uv-licht of ozon ervoor dat kleurstoffen opbreken en vlekken ontkleuren. In wasmiddelen zitten chemische bleekmiddelen, stoffen als natriumpercarbonaat. Wanneer ze oplossen in waswater ontstaat waterstofperoxide, dat weer ontleedt tot reactief zuurstof. Het ontkleuringseffect is bekend van blondering in de kapsalon. Oxidatie door peroxide vindt echter pas plaats vanaf 60 graden. De vondst van bleekactivators zorgde ervoor dat de middelen ook bij lagere temperaturen hun werk doen. De eerste en wellicht bekendste activator is taed (tetraacetylethyleendiamine). Deze stof reageert bij 30 graden met waterstofperoxide en zorgt zo voor het ontstaan van perazijnzuur, dat kleurstoffen laat verdwijnen.

Samenspel

Een wasmiddel is dus een complexe mix van oppervlakte-actieve stoffen, enzymen, bleekmiddel en bleek-


Klimaat

activator. En dan hebben we het nog niet gehad over toevoegingen zoals waterontharders, parfums, witmiddelen, kleur- en textielbeschermers. Of hulpstoffen die zorgen dat het wasmiddel de gewenste vorm heeft: een droog, compact poeder, een vloeistof, een tablet of kleurrijke ‘capsule’. Of over milieueisen. Een wasmiddel moet uiteraard goed afbreekbaar zijn in de afvalwaterzuivering en het oppervlaktewater niet bemesten. Het samenstellen van een totaalformule voor een wasmiddel is zo een kunst op zich. De stoffen mogen elkaars werk niet verstoren. Belangrijke vraag voor het klimaat is: kunnen we nog kouder wassen? Ja, luidt het antwoord van de wasmiddelenindustrie, die al producten op de markt heeft voor 20 en 15 graden. De nieuwere wasmachines hebben ook wasprogramma’s voor deze temperaturen. In ZuidEuropa is wassen op 25 graden al de norm aan het worden, aldus branchevereniging NvZ - Schoon, Hygiënisch, Duurzaam. De crux zit ook hier weer vooral in de chemie: geoptimaliseerde enzymen voor lage temperaturen, maar ook nieuwe oppervlakte-actieve stoffen. Daarnaast proberen wasmiddelproducenten ook de CO2-footprint van hun product te verminderen (die overigens laag is vergeleken bij de CO2-uitstoot van de was draaien zelf). Dat gebeurt bijvoorbeeld door over te schakelen naar oppervlakte-actieve stoffen op basis van hernieuwbare, biobased grondstoffen en door compactere formuleringen, die zorgen voor minder transportuitstoot. p

BETROKKEN BEDRIJVEN

BASF ontwikkelt en produceert ingredienten voor wasmiddelen binnen de divisie Care Chemicals. Het gaat om oppervlakte-actieve stoffen, enzymen en diverse hulpstoffen voor witte en bonte was. Het nieuwste enzym Lavergy, een protease, is geschikt voor wassen bij 20 graden. Het enzym werkt juist in combinatie met de oppervlakte-actieve stof Sokolan goed tegen gras- en modder-

CIJFERS Lage-temperatuurwasmiddelen sparen jaarlijks het elektriciteitsverbruik uit van een complete stad als Vlaardingen of Almelo.

ALMELO

Een gemiddeld Nederlands huishouden doet 2,9 wassen per week op gemiddeld iets onder de 40 graden, dat kost 5 procent van ons stroomverbruik. Wanneer heel Europa 3 graden kouder zou wassen, vermindert dat de CO2-uitstoot vergelijkbaar met die van zeker 700.000 voertuigen.

vlekken in (sport)kleding, belooft het multinationale chemiebedrijf. Dr. Kolb, onderdeel van multinational KLK, produceert oppervlakte-actieve stoffen in Moerdijk en Delden, onder andere voor (lage-temperatuur)wasmiddelen. De producten van Kolb zijn (deels) biobased. Hernieuwbare plantaardige oliën zoals palmolie (RSPO gecertifi-

ceerd) en koolzaadolie zijn de belangrijkste grondstoffen. Enkele producten dragen het Europese Ecolabel, dat eisen stelt aan snelle bio-afbreekbaarheid en toxiciteit in water. Andere bedrijven die oppervlakte-actieve stoffen of de grondstoffen daarvoor produceren zijn onder meer Maschem, Nouryon en Wilmar. maart 2020 Chemie Magazine 17


IN HET KORT o Corrosie onder isolatie ie een onzichtbaar proces en kostbaar voor bedrijven in proces- en (petro)chemie. o Dertig partijen hebben set praktische tools ontwikkeld om corrosie onder isolatie beter te kunnen managen. o Tools worden in een vervolgproject bij andere bedrijven in de proces- en (petro)chemie getest en verfijnd.

KETENGERICHTE AANPAK VEREIST

TOOLS OM CORROSIE ONDER ISOLATIE TE BEHEERSEN

Dertig partijen hebben een set van praktische tools ontwikkeld om corrosie onder isolatie beter te managen. Een beslismodel inspectietechnieken, keuzemodel coatings en risicogebaseerd managementsysteem kunnen bedrijven in de proces- en (petro)chemie helpen om op corrosie(risico) scherp te stellen. Tekst: Adriaan van Hooijdonk

18 Chemie Magazine maart 2020


Veiligheid

‘Goede DSM Aerts (DSM) reist als corposamenwerking Jacko rate expert Materials & Corrosion wereld over om de plants van in de keten de DSM te beoordelen op mogelijke essentieel’ degradatie, waaronder corrosie

C

orrosie onder isolatie kan de integriteit van de assets negatief beïnvloeden. Wanneer vocht onder het isolatiemateriaal van leidingen en apparaten met een temperatuur van circa 0 tot 175 graden Celsius komt, kan er corrosie optreden. De aanwezigheid van zouten, bijvoorbeeld in hemelwater bij chemiefabrieken in de omgeving van zee, kan de aantasting van het staal versnellen. De gevolgen kunnen groot zijn. Zo zijn er de afgelopen jaren meerdere incidenten in de chemische industrie geweest waarbij gevaarlijke stoffen vrijkwamen omdat door corrosie onder isolatie leidingen beschadigden en lekkages ontstonden. Chemiebedrijven geven daarom jaarlijks erg veel geld uit aan maatregelen om het probleem te beheersen en te voorkomen. Maar het gaat om een lastig, vrijwel onmogelijk, te voorspellen proces dat zich achter het isolatiemateriaal afspeelt. Factoren als weersomstandigheden, de kwaliteit van de beplating, het isolatiemateriaal zelf en de coatings – evenals de wijze van applicatie daarvan – spelen een grote rol. Bovendien is het proces voor het oog onzichtbaar. Daarom zijn inspecties essentieel. Wanneer (chemie)bedrijven de beplating en het isolatiemateriaal verwijderen, zien ze meteen wat er aan de hand is. Door de enorme omvang van de leidingen en andere geïsoleerde procesapparatuur in de sector is dat een zeer kostbare en tijdrovende zaak. Zo zijn steigers nodig om moeilijk bereikbare plaatsen in de plant te bereiken. Onderhoudstops vormen het aangewezen moment, maar dan zijn er door de vele werkzaamheden vaak beperkte mogelijkheden.

FOTO: WCM

Inspectietechnieken

Dertig asset owners, leveranciers en experts uit de proces- en chemische industrie ontwikkelden met een Safety Deal-subsidie (verleend door RVO.nl) in World Class Maintenance-verband (WCM) een set van praktische tools om corrosie onder isolatie beter te kunnen managen. Het project is onderdeel van het landelijke programma Duurzame Veiligheid 2030, dat onder meer gericht is op duurzaam assetmanagement. “De kennis van de grote VNCI-leden op dit terrein is nu voor het eerst gebundeld”, aldus projectleider Rob de Heus van WCM. Hij stelt dat vooral proces- en (petro)chemiebedrijven die niet zo vergevorderd zijn met hun aanpak van corrosie onder isolatie hiervan kunnen profiteren. De Heus: “Sinds de start van het project in november 2018 werkten drie groepen in tien sessies aan de ontwikkeling van de praktische tools: een beslismodel om de juiste inspectietechniek voor een bepaalde situatie te kiezen, een tool om de levensduur van een coating

onder isolatie. Als expert leverde hij een bijdrage aan de ontwikkeling van het risicogebaseerde managementsysteem. Aerts wil corrosie onder isolatie in perspectief plaatsen: “We moeten niet de indruk wekken dat het achter iedere geïsoleerde leiding één grote roestbonk is. Dat is absoluut niet het geval. Wanneer de isolatiebeplating goed is aangebracht en er geen openingen zijn, valt de regen er aan de onderkant af en is er niets aan de hand.” Verder benadrukt hij het belang van een goede samenwerking in de keten. “Verfproducenten kunnen een perfecte coating leveren, maar als het staaloppervlak niet goed is voorbehandeld of de coating verkeerd wordt aangebracht, kun je dat verfproducenten niet verwijten. De isolatiefirma kan prima werk leveren, maar als mensen later over de isolatie lopen, verhoogt dat het risico op corrosie onder isolatie. Maar uiteindelijk wil de asset owner wel een goed beschermde leiding of installatie. Dat moeten we samendoen.”

onder isolatie te voorspellen en een risicogestuurd managementsysteem om het fenomeen te beheersen.” De werkgroep NDO (Niet Destructief Onderzoek) ontwikkelde een model om de juiste NDO-techniek voor een bepaalde situatie te kiezen. Het maakt immers nogal wat uit of het om een leiding gaat of de wand van een apparaat. Er zijn verschillende technieken om corrosie onder isolatie aan te tonen, zoals röntgenopnames en geluidsgolven. “Deze technieken zijn beproefd wanneer leidingen en apparaten geheel ontmanteld zijn. Kwalitatieve metingen bij gedeeltelijke ontmanteling of zonder ontmanteling zijn echter nog een hele uitdaging ”, stelt De Heus. “Bovendien hangen er verschillende prijskaartjes aan.” De werkgroep kwam dan ook tot de conclusie dat er niet voor iedere situatie één uniforme inspectietechniek bestaat. Daarom is een combinatie van inspectietechnieken nodig om het probleem met de vereiste betrouwbaarheid op te sporen.

Keuzemodel coatings

Deelnemers in de werkgroep Coatings, waaronder asset owners, verfproducenten en applicateurs, onderzochten de levensduur van coatings en de benodigde e maart 2020 Chemie Magazine 19


FOTO: WCM

‘Werken volgens SABIC risicogestuurde managementde standaard biedt Het systeem, gebaseerd op de High duidelijkheid’ Level Structure van ISO, biedt een

kwaliteit van de bedrijven die de verfsystemen aanbrengen. Het blijkt niet mogelijk om te voorspellen hoelang een coating tegen degradatie van leidingen en apparaten bescherming biedt. Dat is ook lastig gezien de omstandigheden waarmee de coating te maken krijgt, zoals temperatuurwisselingen. Ook kan een coating in het Nederlandse vochtige klimaat vaak niet onder de juiste omstandigheden worden aangebracht om een optimale hechting te realiseren. Een goed aangebrachte coating kan al na ongeveer 5 jaar zijn beschermende werking verliezen, langer dan 15 jaar blijkt niet haalbaar, blijkt uit de expertise van de werkgroep. Alleen thermally sprayed aluminium, dat applicateurs warm op de leidingen spuiten, heeft – mits goed aangebracht – een levensduur die tot 30 jaar kan oplopen. De werkgroep ontwikkelde een keuzemodel waarmee chemiebedrijven kunnen zien hoe verschillende soorten coatings zich onder bepaalde omstandigheden houden. “De werkgroep gaat volgend jaar met de verfindustrie aan tafel om de kwaliteit van de coatings verder te onderzoeken. Dat geldt ook voor de leveranciers van NDO-technieken”, weet de Heus.

Managementsysteem

De derde werkgroep ontwikkelde een risicogebaseerd managementsysteem om de kans en het effect van corrosie onder isolatie zo goed als mogelijk te voorspellen en de gevolgen te beheersen. De leden, voornamelijk asset owners, gebruikten hierbij de input van de andere twee werkgroepen. Inspectie stelt immers vast in hoeverre eventuele degradatie en daarmee de kans op falen is gevorderd. De ingeschatte (rest)levensduur van coatings is eveneens essentieel om de kans op falen van leidingen of apparaten vast te kunnen stellen. Beide invloeden worden geïntegreerd in het risicomo20 Chemie Magazine maart 2020

praktisch antwoord voor bedrijven die nog niet zo vergevorderd zijn met hun aanpak van corrosie onder isolatie, stellen Geert Henk Wijnants (STORK) en Bert Goffings (SABIC) uit deze werkgroep. De meeste grote bedrijven hebben al een vergelijkbare werkwijze, die meestal wel verschilt van bedrijf tot bedrijf. “Als je hier nog mee moet starten, biedt deze standaard duidelijkheid voor het bedrijf en de stakeholders”, stelt Goffings. Het managementsysteem brengt onder andere in kaart of het goedkoper is om te inspecteren of om leidingen en installaties aan te passen of om te vernieuwen. “De kosten van een inspectie kunnen over een periode van 20 jaar duurder zijn dan aanpassen of vernieuwen van assets”, zegt Wijnants. STORK gebruikt tegenwoordig ook drones om leidingen te inspecteren en aan de hand van de camerabeelden de staat van de beplating en isolatie te bepalen. “Een relatief nieuwe techniek die nog niet is gevalideerd maar veelbelovend kan zijn in vergelijking met andere inspectiemethodes.”

del. De werkgroep stelde een prioriteitenmatrix op om het risico op falen van een leiding of apparaat door corrosie onder isolatie in te kunnen schatten. De matrix geeft in kwalitatieve gradaties aan hoe groot het risico is dat een minimale wanddikte van een leiding of vat wordt onderschreden. Het systeem geeft dus aan hoe groot de faalkans is en wat de gevolgen zijn als het ook daadwerkelijk gebeurt. Chemiebedrijven kunnen zo prioriteren wanneer en waar ze maatregelen moeten nemen. De betrokken partijen wilden op 24 maart bij VNO-NCW een uitgebreide presentatie geven van alle opgeleverde goede praktijken om corrosie onder isolatie beter op te kunnen sporen en beter te managen, maar vanwege de coronacrisis is deze uitgesteld. De Heus: “Ook komt er een vervolgproject onder het landelijke programma Duurzame Veiligheid 2030. Doel is om de huidige praktijken in de praktijk bij andere chemiebedrijven te testen en te verfijnen, maar ook om vervolgonderzoek te gaan doen naar bescherming en inspectiemethodieken.” p


Uw partner voor een duurzaam beheer van chemisch & sensitief afval

On-site manpower

Innovatief webportaal met reporting

Kennis & expertise

GeĂŻntegreerde totaaloplossing in lijn met uw budget en proces

Veilig ADRtransport

Hoogtechnologische verwerking

Ompakken, op- & overslag

Recycling van materialen & energie

Samen met de Nederlandse industrie naar een circulaire economie www.indaver.nl


IN HET KORT o Vrijhandelsakkoorden steeds belangrijker voor internationale handel. o Mkb kan meer profiteren van de vele vrijhandelsakkoorden van de EU. o Ashland Industries benut ze volop: “Dat scheelt globaal 6,5 percent van de prijs.”

MKB KAN PROFITEREN VAN VRIJHANDELSAKKOORDEN

GOEDKOPER HANDELEN

ILLUSTR ATIE: CURVE.NL

De EU heeft vrijhandelsakkoorden gesloten met vele landen over de hele wereld, en er komen er steeds meer bij. “Als je internationale handel bedrijft, kun je er gewoon niet meer omheen. Als jij er geen gebruik van maakt, doet je concurrent het.” Ook het mkb kan ervan profiteren. Tekst: Igor Znidarsic

22 Chemie Magazine maart 2020


Handel

‘De vrees voor veel handelsblokkades is niet gegrond gebleken’

‘D

e vrees van een aantal jaren geleden dat er veel handelsblokkades zouden komen, is niet gegrond gebleken. Vrijhandelsakkoorden zijn de afgelopen jaren juist steeds belangrijker geworden voor de internationale handel”, zegt Tim Hesselink, advocaat bij Kneppelhout & Korthals Advocaten in Rotterdam en gespecialiseerd in douane en internationale handel. “Wel is het zo dat er meer bilaterale dan multilaterale handelsakkoorden komen. Het blijkt vaak makkelijker om een akkoord te sluiten met een individueel land dan met een regio.” De Europese Unie heeft inmiddels met vele landen een vrijhandelsakkoord gesloten (zie kader). Hierbij worden regels die de handel tussen de EU en het betreffende land of een groep landen beperken, zoals importheffingen, opgeheven. Omdat handel een exclusieve bevoegdheid is van de Europese Commissie, worden handelsakkoorden niet door de lidstaten zelf maar door de EU gesloten, al moeten de nationale parlementen soms meebeslissen. Zo’n vrijhandelsverdrag (free trade agreement, FTA) stimuleert de handel tussen de twee deelnemers en daarmee de economische groei en werkgelegenheid.

Europese oorsprong

Een bedrijf dat veel gebruikmaakt van FTA’s is Ashland Industries Nederland, dat een fabriek heeft in Zwijndrecht. Het internationale speciaalchemiebedrijf levert een breed palet aan producten aan vele landen en doet dat vaak onder een door de EU afgesloten FTA. Het belangrijkst daarbij zijn de oorsprongsregels, de preferential rules of origin, die bepalen of het product daadwerkelijk uit het land of de groep landen, in dit geval de EU, afkomstig is, en dus onder de vrijhandel valt. “De twee belangrijkste regels die bij chemicaliën toegepast worden zijn de regional value content

of de tariff shift”, legt Ashland’s EMEA global trade compliance leader Gyongyi Lassu uit. “Bij regional value content gaat het erom dat er een bepaalde hoeveelheid grondstoffen uit de bij de FTA betrokken landen is gebruikt. Bij tariff shift gaat het erom dat de douanecode van het eindproduct verschilt van de code van de onbewerkte materialen. De grondstoffen moeten bij de productie van het nieuwe product een bepaalde bewerking hebben ondergaan en voldoende zijn gewijzigd. In ons geval als chemiebedrijf komt het meestal neer op een chemische reactie. Wij voegen daarmee dus EU-waarde toe.” Het hangt verder van de FTA af in welke mate en in welke combinatie de regional value of de tariff shift worden toegepast.

Importtarief

Ashland, dat opereert als onderdeel van een waardeketen, kan aantonen dat de grondstoffen die aan de bedrijven in de EU worden geleverd een EU-oorsprong hebben, en die bedrijven kunnen weer aantonen dat hun eindproducten een EU-oorsprong hebben. Lassu: “Daardoor kunnen zowel Ashland als onze EU-klanten de producten naar landen waar de EU een FTA mee heeft afgesloten exporteren tegen een laag importtarief, dat in de meeste gevallen nul is. Dat scheelt globaal 6,5 percent van de prijs, en dat biedt een groot concurrentievoordeel. Een afnemer in bijvoorbeeld Zuid-Korea hoeft geen 6,5 procent importheffing te betalen, terwijl een concurrent die niet onder de FTA handelt dat wel moet doen.” Aan de andere kant kan een in de EU geproduceerd product wel weer duurder zijn, vanwege de hogere productiekosten in de EU. Daar staat weer tegenover dat sommige landen REACH-geregistreerde producten prefereren, wat EU-producten weer een voordeel biedt. Maar al met al biedt een FTA volgens e

EU-FTA’S

De EU heeft vrijhandelsakkoorden afgesloten met onder meer Canada, Zuid-Korea, Vietnam, Japan, Mexico, Zuid-Afrika, Chili, de Centraal-Amerikaanse landen, Marokko, Singapore, Colombia, Peru, Ecuador en de ACS-landen (79 landen in Afrika, Caribisch gebied en Stille Oceaan). Er is een akkoord met Mercosur (Argentinië, Brazilië, Paraguay en Uruguay), maar dit moet nog in werking treden. Verder lopen er onderhandelingen met diverse ASEAN-landen, waaronder Indonesië, en is er groen licht voor onderhandelingen met Australië en Nieuw-Zeeland. Met het Verenigd Koninkrijk zijn onderhandelingen gestart, “maar de twee partijen staan behoorlijk ver uit elkaar”, aldus Hesselink. “Het VK zal ook nooit even gunstige FTA’s kunnen uitonderhandelen als de EU, omdat het niet de negotiation power van de EU heeft.” Een handelsakkoord met China ziet hij er ook niet snel komen, hetzelfde geldt voor de VS. Het Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP) is al enige tijd van de baan.

WEBINAR

De VNCI is van plan om voor haar leden samen met Kneppelhout & Korthals Advocaten een webinar te organiseren over de ins en outs van vrijhandelsovereenkomsten voor het mkb. Belangstellenden kunnen zich aanmelden bij Reinier Gerrits, gerrits@vnci.nl maart 2020 Chemie Magazine 23


‘Met een EU-preferential product word je competitiever’

Lassu altijd een concurrentievoordeel. “Als bijvoorbeeld een Japans bedrijf producten uit de EU wil betrekken, zal het in de onderhandelingen zeker de eis stellen dat het product EU-preferential is. Als jij dat kan aantonen, verlopen de onderhandelingen een stuk sneller.” Het wegvallen van het importtarief werkt ook andersom, zegt Hesselink. “Een multinational die een productielocatie buiten de EU zoekt, zal eerder kijken naar landen waarmee de EU een FTA heeft afgesloten, want daardoor kan het daar gemaakte product straks zonder importheffing naar de EU worden geëxporteerd.”

Speciale software

Kan een mkb-bedrijf ook hiermee aan de slag? Jazeker, zegt Hesselink. “Als je de kennis niet in huis hebt, kan de douane je soms helpen, of de Kamer van Koophandel, daarnaast zijn er allerlei adviseurs op dit gebied.” Volgens Lassu kan een mkb-bedrijf veel zelf doen. “Analyseer eerst hoeveel eindproducten je hebt, wie je klanten zijn en of ze in EU-FTAlanden zitten? Als je niet te veel producten of productgroepen en niet te veel exportklanten hebt, zodat het aantal FTA’s beperkt is, kun je het waarschijnlijk zelf. Je moet het te exporteren product uit elkaar halen en op de verschillende onderdelen de origin rules van de betreffende FTA toepassen.” Is de situatie complexer, dan raadt Lassu de aanschaf van speciaal hiervoor ontworpen software aan, zodat het niet allemaal handmatig hoeft te 24 Chemie Magazine maart 2020

gebeuren. “Maar vergeet daarbij niet dat je dan slechts een geraamte koopt. Je moet ook nog de data-content per FTA aanschaffen.” En dan, een kind doet de was? “In principe wel. Het helpt natuurlijk als je iemand in huis hebt met wat achtergrondkennis van de materie. Een collega van mij had bijvoorbeeld grote twijfels over de uitkomst van een berekening en ontdekte toen een aantal fouten in de data-content. Die zijn toen gecorrigeerd.”

Claim

”Als je als mkb-bedrijf nog geen gebruikmaakt van FTA’s, zou ik me er zeker in gaan verdiepen”, zegt Hesselink. “Met een EU-preferential product word je competitiever. Begin dan niet met tien FTA’s, maar bouw het langzaam op en doe eerst voldoende ervaring op. Als je er gebruik van gaat maken, claim je namelijk iets. En als je iets niet rechtmatig claimt, kan de douane het achteraf, na jaren, afpakken, en dan is het voordeel een groot nadeel geworden. Dus als je het doet, doe het dan wel goed. FTA’s gaan in ieder geval niet meer weg en er komen er alleen maar meer bij. Als je internationale handel bedrijft, kun je er gewoon niet meer omheen. Als jij er geen gebruik van maakt, doet je concurrent het.” p

FTA’s:

https://bit.ly/2QvfZXV

Market Acccess Database: https://madb.europa.eu/madb

’HET POTENTIEEL WORDT NIET HELEMAAL BENUT’ Omdat de onderhandelingen over multilaterale handelsakkoorden, die onder de WTO tot stand komen, al jaren stilliggen, heeft de Europese Unie ingezet op meer bilaterale akkoorden. Het Nederlandse mkb maakt daar vrij veel gebruik van, weet Marhijn Visser, beleidssecretaris bij VNO-NCW, belast met onder meer handelsverdragen. “Maar uit onderzoek is ook gebleken dat het potentieel niet helemaal benut wordt. Niet elk mkbbedrijf weet wat het moet doen om te profiteren van de voordelen van een vrijhandelsakkoord. Die bedrijven doen zichzelf dus tekort.” Het betreft een onderzoek uit 2018 van Ecorys, waaruit bleek dat veel Nederlandse bedrijven de informatie over handelsakkoorden vaak lastig vinden en dat de regels om gebruik te maken van tariefverlaging complex zijn. Ook zou er sprake zijn van inconsistente toepassing van afspraken door douaneautoriteiten. Overigens had het onderzoek een lage respons, waardoor de resultaten mogelijk niet representatief zijn voor het hele mkb. “Het is hoe dan ook geen eenvoudige materie”, zegt Visser. Toch kan een mkb-bedrijf heel ver komen, gebruikmakend van alle beschikbare hulpmiddelen. “Je moet ten eerste kijken of er een handelsakkoord is met het land waar je naartoe wilt exporteren en of jouw productgroep daaronder valt. Dat doe je met de Market Access Database. En je moet bij de douane regelen dat je erkend wordt als exporteur.” En wie er niet uit komt, kan altijd externe hulp zoeken, bij zijn brancheorganisatie, bij VNONCW of elders.


PGS15 opslagsystemen voor gevaarlijke stoffen Ons programma bestaat uit: · Veiligheidskasten · Brandcompartimenten betreedbaar · Brandcompartimenten tbv IBC’s en pallets · Gasflessenopslagsystemen · Opslag- en laadstations tbv lithium-ion batterijen

Verkoop en Verhuur

· Prefab technische ruimten

40 JAAR EXPERTISE

www.hiltra.com

info@hiltra.com - 0342-404160

BOEKEL CHEMICAL REPACKAGING Wat kan Boekel Chemical Repackaging voor u: • Vermalen van granulaten en poeders • Schedderen van bijvoorbeeld kunstharsen • Ompakken/verpakken van 0,1 kg tot 1.000 kg • Verpakken in open-top, ventiel- zakken, drums,dozen en bigbags

• Zeven • Mengen/verpakken • Meedenken in oplossen van calamiteiten in of met materiaal of een combinatie van deze activiteiten

BOEKELCHEMICAL.NL

Boekel Chemical Repackaging bv Dommelstraat 49 • 5347 JK Oss • t 0412 651151 • f 0412 651765 • info@boekelchemical.nl


SUSTAINABLE PLASTICS & MATERIALS EXPO WEGENS CORONAVIRUS AFGELAST

RUIM 4 TON VOOR GROENE INDUSTRIE IN EMMEN

26 Chemie Magazine maart 2020


Wetenswaardig

Het beschikbaar gestelde geld wordt onder meer besteed aan het binnenhalen van nieuwe bedrijven in de groene industrie. Ook moet het studenten en jonge werkenden enthousiast maken voor deze sector in Emmen. De gemiddelde leeftijd van medewerkers op het emmtec-terrein ligt boven de 50. Rink verwacht dat de biobased economy en groene chemie de komende jaren flink zullen groeien, ook vanwege de Euro-

pese Green Deal. Om de inwoners van Emmen en omstreken te laten zien wat er in deze sector gebeurt, zou er op 7 en 8 april in het Atlas Theater in Emmen de Sustainable Plastics & Materials Expo worden georgansieerd. Tientallen bedrijven zouden er hun hun biobased en circulaire oplossingen tonen, in het bijzonder op het gebied van kunststoffen en materialen. Door het coronavirus is het event afgelast. p

Het emmtec Industry & Businesspark.

FOTO: EMMTEC

De provincie Drenthe en de gemeente Emmen steken dit jaar elk 200.000 euro in het stimuleren van de groene industrie in Emmen. Bedrijven investeren ook nog eens 60.000 euro. Volgens wethouder Guido Rink (PvdA) is het programma op het gebied van groene industrie, dat al een aantal jaren draait, succesvol: er komen op het emmtec-terrein nieuwe banen en bedrijven bij.

maart 2020 Chemie Magazine 27


Milieu en Omgevings­ vergunning vergt kennis m­tech is gespecialiseerd in : – – – – – – – – – – – – Nederland

België

Roermond Produktieweg 1g 6045 JC Roermond

Gent Hasselt Namen Brussel Esplanade 1 bus 16 Industrieweg 118 / 4 Maastrichtersteenweg 210 Route de Hannut 55 9032 Gent 3500 Hasselt 5004 Namur 1020 Brussel

T +31 475 420 191 T +32 2 734 02 65 T +32 9 216 80 00 info@m-tech-nederland.nl info@m-tech.be info@m-tech.be

T +32 11 223 240 info@m-tech.be

Omgevingsvergunningen Managementsystemen Veiligheidsrapportages en -studies Milieueffectrapportages en -studies Ruimtelijke ordening Waterwet IPPC ADR-regelgeving Afval- en bodemwetgeving Geluid, geur, luchtkwaliteit, stikstofdepositie Bestuursrechtelijke procedures Natuurbescherming

T +32 81 226 082 info@m-tech.be

www.m-tech-nederland.nl m-tech_2020_scm_180x132.indd 1

10/01/20 11:37


Human capital

THADDEUS ANIM-SOMUAH (CRODA) OP FORBES 30 UNDER 30-LIJST

‘IK STA NAAST GRETA THUNBERG’ Thaddeus Anim-Somuah, werkzaam bij Croda in Gouda, staat op de Forbes 30 Under 30 Europe, een door het zakenblad Forbes samengestelde lijst van ‘jonge visionaire leiders’. “Ik ben enorm vereerd.” Tekst: Igor Znidarsic

H

et Amerikaanse zakenblad Forbes stelt elk jaar per continent een lijst samen van dertig ‘jonge visionaire leiders onder de 30 die het bedrijfsleven en de maatschappij moedig opnieuw uitvinden’. In de Europese 30 Under 30-editie van dit jaar staan, net als voorgaande jaren, ook een aantal Nederlanders. Een van hen is Thaddeus Anim-Somuah, werkzaam als engineering manager Projects bij Croda in Gouda. Hij heeft zichzelf aangemeld, met steun van zijn mentor, projectmanager Danny Zwakhals. “Ik moest daarbij een lijst met referenties opgeven, niet alleen van Croda maar ook van het vrijwilligerswerk dat ik doe”, vertelt hij. “Ze namen vervolgens contact op met hen, en bevroegen ook mij, over mijn werk en mijn leven, en deden verder onderzoek.” Op 17 maart kwam het bericht: ‘Congratulations! On behalf of Forbes, I’m thrilled to welcome you to the 30 Under 30 Europe, Class of 2020. Your achievements – recognized by our editors and expert industry judges – now place you in the world’s most impactful community of young entrepreneurs and game-changers.’ “Ik ben enorm vereerd”, zegt hij. “Ik had het niet verwacht. Ik sta naast mensen zoals Greta Thunberg, een van mijn helden.”

Duizenden nominaties

De lijst is, aldus Forbes, het resul-

taat van ‘duizenden internationale nominaties en maanden van onderzoeksrapportage’ en bevat driehonderd ‘jonge visionairen die moedig tien industrieën herdefiniëren in 32 Europese landen’. Bij Anim-Somuah was de jury onder de indruk van het Croda-project Quarterback, waar hij als procestechnoloog nauw bij betrokken is geweest. Hierbij werd de CO2-uitstoot van de fabriek met 25 procent gereduceerd door de reststroom glycerine niet meer te verdampen maar in te zetten als energiedrager voor de vergisting van biogas. In 2017 won dit project de Responsible Care-prijs van de VNCI. Hij begon bij Croda in 2012 als graduate trainee, werkte daarna enige tijd in Spanje en kwam in 2014 bij Croda in Gouda in vaste dienst. Sinds 2016 is hij er ook verantwoordelijk voor het gedragsveiligheidsprogramma. Momenteel is hij betrokken bij een ander project op het gebied van duurzaamheid, waar hij uit concurrentieoverwegingen niets over kan zeggen.

Immigrant

De jury liet ook sterk meewegen dat hij veel vrijwilligerswerk doet, onder meer bij het Rode Kruis en bij een organisatie die vluchtelingen begeleidt. “Ik help ze met alles wat je nodig hebt om in te burgeren: de taal leren, een bankrekening openen, je aanmelden bij een huisarts.” Zijn achtergrond speelt hierbij een belangrijke rol. Hij komt oorspron-

kelijk uit Ghana en kwam op zijn 6e naar het Verenigd Koninkrijk. Na zijn afstuderen vertrok hij naar Nederland. “Door mijn achtergrond als immigrant kan ik me makkelijk verplaatsen in vluchtelingen. Op deze manier probeer ik iets terug te geven aan de maatschappij.” Hij zegt in zijn leven de nodige uitdagingen te hebben gehad, maar ook veel steun te hebben gekregen. “Deze prijs is dan ook niet door mij verdiend, maar eigenlijk door Danny Zwakhals, Fons Janssen, de oprichter van GreenDeal4Youth, en alle anderen die mij vertrouwen hebben gegeven.” Behalve teruggeven wil hij ook ‘vooruit geven’. “Pay it forward is de Engelse term.” Met deze vermelding wil hij een extra momentum genereren voor GreenDeal4Youth, in 2019 opgericht om jongerenparticipatie in de Europese Green Deal te verhogen. “Inmiddels hebben wij jonge klimaatleiders van verschillende organisaties en politici van Europese Commissie en Nederlandse regering bij elkaar gebracht om samen aan het beleid te werken. Het werk gaat door.” p https://bit.ly/2vDrCVG

maart 2020 Chemie Magazine 29


30 Chemie Magazine maart 2020


Human capital

Wat is er zo boeiend aan chemie en wat maakt werken in de chemiesector zo leuk? Chemie Magazine vraagt het aan mensen die een chemieopleiding hebben gedaan en nu in de chemie werken.

1

Aan welke consumentenproducten lever jij een bijdrage? In de fabriek op de Maasvlakte maken we twee halffabricaten, namelijk propyleenoxide en stryeen. Propyleenoxide vindt zijn toepassing in het lichter maken van automaterialen en als vulling van je matras, styreen zie je terug in onder meer windmolens. Op de Botlek-locatie maken we meer halffabricaten, waaronder ook monopropyleenglycol, mpg-usp. Dit wordt gebruikt in cosmetica, medicijnen, babyvoeding en tandpasta. Het zit ook in brood, om het langer vers te houden. En ga je op vakantie, dan wordt mpg over het vliegtuig gespoten om bevriezing in de lucht tegen te gaan. Als chemisch analist controleer ik de grondstoffen voordat ze de fabriek in gaan. De stroom tussenproducten van de belangrijkste stappen in de fabriek controleren we ook, net als het eindproduct voordat het de deur uit gaat. Dat gebeurt allemaal op het laboratorium, dag en nacht, 24/7, in een vijfploegendienst. Mijn dienst begint met een wachtoverdracht, over welke extra samples er klaarstaan en welke analyses nodig zijn. Die werk ik allemaal af. Daarnaast krijg ik ad hoc samples binnen, bijvoorbeeld als er een boot met grondstoffen binnenkomt. Heb ik aan het einde van mijn dienst nog werk openstaan, dan draag ik dat over aan de ploeg die na mij komt. Klinkt dat heel relaxed? Natuurlijk heb ik het weleens druk, bijvoorbeeld als er opeens heel veel extra werk binnenkomt of als de fabriek opstart. Maar ik heb niet snel stress. Bovendien: we zijn hier allemaal analisten, hè, die werken heel ordelijk en gestructureerd. Er zit daardoor weinig ‘chaos’ in onze hoofden.

Ursula Mallee

CHEMISCH ANALIST BIJ LYONDELLBASELL ROTTERDAM

Geen product gaat de Rotterdamse fabrieken van LyondellBasell in of uit zonder dat Ursula Mallee ernaar gekeken heeft. Haar gestructureerde manier van werken zou ze graag verder over de organisatie uitrollen, zoals ze deed bij de turnaround. “Mijn leidinggevende vond dat ik goed werk had verzet.” Tekst: Inge Janse

FOTO’S: MIRJAM VAN DER LINDEN

’IK BEN GRAAG MIJN EIGEN BAAS’

2

Wat vertel jij je kinderen als zij vragen wat voor werk je doet? Zij gaan al mee naar open dagen sinds ze heel klein zijn. Mijn man en ik werken hier allebei, dus facetimen we soms met hen vanaf e maart 2020 Chemie Magazine 31


NAAM Ursula Mallee. LEEFTIJD 42 jaar. WOONPLAATS Barendrecht. HUWELIJKSE STAAT Getrouwd (met de man die ze bij LyondellBasell op het lab ontmoette). KINDEREN Yorick (12) en Danique (9). OPLEIDINGEN Mavo (Buiten de Veste Schiedam, 1989-1993), MLO Milieuchemie (Van ‘t Hoff Instituut Rotterdam, 19931997). NEVENACTIVITEITEN Ursula is promotor van LyondellBasells lab bij open dagen, op scholen en via Futureland, het promotiecentrum van de Rotterdamse haven. Vanwege haar ploegendienst heeft ze geen vaste nevenfuncties (ondanks verzoeken om lid te worden van de or bij LyondellBasell). Op de school van de kinderen vliegt ze in als er hulp nodig is. WERKGEVERS Chemisch analist bij LyondellBasell Rotterdam (2002-heden), analist bij Cargill Botlek (1998-2002).

het lab. Zo krijgen ze veel mee. Als ik het moet uitleggen, dan lijkt chemische analyse nog het meeste op Crime Scene Investigation. We doen onderzoek naar wat voor stoffen er in een oplossing zitten. De kinderen kan ik dit duidelijk maken door bijvoorbeeld zout op te lossen in water. Giet ik dat water op een bord en leg ik dat op de verwarming, dan zien ze dat het zout overblijft als het water is verdampt. En net als dat je niet te veel zout wilt gebruiken bij je aardappels, willen we ook hier in de fabriek niet dat er van sommige stoffen te veel in de tussen- en eindproducten zit.

3

Hoe ben je in deze baan terechtgekomen? Ik wilde vroeger in de zorg werken, het liefst als arts. Ook was ik al heel jong gefascineerd door hoe producten gemaakt worden, zoals rietsuiker uit suiker32 Chemie Magazine maart 2020

‘We zijn hier allemaal analisten, hè, die werken heel ordelijk en gestructureerd’ bieten. Ik had vwo-advies, maar omdat ik veel voor mijn familie moest zorgen, ging ik naar de mavo. Daar was ik heel goed in de exacte vakken, en die vond ik ook leuk. Omdat ik met de mavo geen geneeskunde kon doen, koos ik voor MLO milieuchemie (Middelbaar Laboratorium Onderwijs – red.), want dat leek me interessant. Na het MLO werkte ik eerst vijf jaar bij Cargill. Op mijn 25e hoorde ik via via over de nieuwe fabriek die LyondellBasell hier op de Maasvlakte ging bouwen, inclusief een nieuw chemie-laboratorium. Ik solliciteerde, en zo ben ik hier terechtgekomen. Inmiddels werk ik hier 18 jaar. De eerste 6 jaar op de Maasvlakte, daarna 6 jaar op de Botlek, en sindsdien rouleer ik tussen beide labs. Daarnaast help ik mee als er turnarounds zijn in de fabriek. Vorig jaar vroegen ze me bijvoorbeeld om deel te nemen aan operational excellence support, de afspraken die LyondellBasell met zichzelf maakt over bijvoorbeeld de documentatie van processen en geleerde lessen. Constant hetzelfde doen vind ik niet leuk, en dit was iets heel anders dan op het lab werken.

4

Wat zou je je jongere zelf nu adviseren? Om na het MLO toch nog naar het HLO te gaan. De omstandigheden waren er toen niet naar, en ik zou een enorme studieschuld hebben opgebouwd. Maar ik merk nu dat als ik verder wil, ik voor veel functies hbo-niveau nodig heb. Toevallig krijg ik een gesprek bij LyondellBasell om te kijken of het alsnog mogelijk is om hbo te doen. Ik merk nu ook dat mijn keuze voor het MLO heel specifiek werk oplevert. Ik was goed in de vakken, vond ze leuk, en kon daarmee een goede

baan vinden. Het is alleen lastig om op het lab of daarbuiten verder te groeien. Doe je een algemene mboopleiding, dan kun je makkelijker veiligheidskundige worden, of op het kantoor komen als inkoper.

5

Wat levert je werk je op? Voor een mbo’er verdien ik hier goed, ook door de ploegendiensten. Maar geld is niet belangrijk voor mij. Ik wil vooral mijn kinderen kunnen geven wat ik zelf nooit heb gehad. Ze mogen niet gehinderd worden door geld om in hun leven te bereiken wat ze graag willen doen. Als zij willen studeren, dan wil ik ze die mogelijkheid geven. Mijn werk levert ook veel vrijheid op, zowel binnen als buiten LyondellBasell. Buiten mijn werk heb ik door de ploegendienst meer vrije tijd dan bij een normale baan. Hierbinnen bepaal ik zelf hoe ik werk: mijn snelheid, wat ik doe, en hoe ik dat doe. Ik hoef niemand te vragen hoe iets moet. Soms ben ik werknemer en supervisor in één, want bij middag- en nachtdiensten, weekenden en feestdagen sta ik alleen op het lab. Het werkt niet voor mij als ik een supervisor heb die mij zegt welke samples ik moet analyseren, dat ik moet opruimen en welke analyses ik moet uitvoeren. Ik ben graag mijn eigen baas. Dat is soms ook een nadeel, want ik hou van contact met mensen.

6

Op welke eigen prestatie ben je het meest trots? Op het lab doe ik gewoon wat ik doe, dat is niet groots en meeslepend. Ik ben daarom het meest trots op mijn werk voor de turnaround. Ik moest dat alleen doen, terwijl ik zoiets nog nooit eerder had gedaan. Mijn leidingge-


Human capital

vende vond dat ik goed werk had verzet. Dat komt ook doordat ik hier al 18 jaar werk. Ik kan mijn weg hier vinden en weet waar de juiste mensen zitten. Dat ik zo’n turnaround mag doen, waardeer ik aan LyondellBasell. Als ik aangeef dat ik iets wil, dan biedt het bedrijf daar vaak de mogelijkheden voor.

7

Als je iets zou mogen veranderen aan je baan, wat zou dat zijn? Ik zou het liefst een positie binnen het lab creëren waarin meerdere collega’s de dagdienst kunnen vervullen, zodat ik af en toe wat anders kan doen. Er is wel tijd ingebouwd voor extra werkzaamheden, maar die tijd is te kort om een ander project echt goed op te pakken. Ik zou in die tijd het liefst het werk bij LyondellBasell beter structuren, iets wat ik ook deed bij de turnaround. Denk aan hoe de stroom van documenten loopt, en mensen er bewust van maken wat er allemaal voor mogelijkheden zijn om het werk beter te maken. Niet zozeer op het lab, daar is alles al best goed geregeld, maar voor andere afdelingen.

?

WIE IS URSULA NAAST HAAR WERK?

Ursula komt graag in de sportschool en is een zelfverklaard mooiweer-wielrenster (“Nee, natuurlijk niet in de winter, dan doe ik dat in de sportschool”). Haar prioriteit ligt bij haar kinderen, waar ze heel veel mee doet. “Mag ik kiezen, dan gaan we lekker op vakantie, een weekendje weg, of lekker uit eten.”

8

Wat zou je nóg liever doen dan wat je nu doet? Mag ik iets compleet anders doen, dan word ik arts. Mijn nichtje studeert daarvoor, van haar krijg ik daar veel van mee. Mijn familie zei tegen me: ‘Stop gewoon met werken, school je om, ga studeren.’ Ja ja, ik heb twee kleine kinderen, hoor. Ik hoor ook veel over de situatie met ouderen in ons land. Daar zou ik buiten mijn werk, dus als vrijwilliger, meer voor willen doen. Af en toe eens helpen met iets, een boodschap doen, een praatje maken. p

Ursula Mallee: ‘Ik was al heel jong gefascineerd door hoe producten gemaakt worden, zoals rietsuiker uit suikerbieten.’

maart 2020 Chemie Magazine 33


Geïnteresseerd in de laatste ontwikkelingen in de chemische industrie?

HALLO,

WIJ ZIJN UW PARTNER IN VEILIGHEID!

NEEM EEN GRATIS ABONNEMENT OP CHEMIE MAGAZINE

Wij ontzorgen uw gehele (brand)veiligheidsinzet! Risk Safety levert gecertificeerde en gemotiveerde brandwachten-mangatwachten. Wij leveren vanuit eigen organisatie één of tientallen brandwachten. Voor spoedopdrachten, doorlopende projecten, onderhoud en turnaround. Onze brandwachten zijn multifunctioneel inzetbaar en in het bezit van de diploma’s: • VCA VOL • Gasmeten EX-OX-TOX • Buitenwacht-mangatwacht • Kleine blusmiddelen + water- en schuimvoerende armaturen * • Werken met onafhankelijke adembescherming * * Of Rijksdiploma brandwacht of IFV diploma manschap

Voordelen van Risk Safety: • Onze brandwachten zijn voorbereid en goed geïnstrueerd. • KVGM-managers (MVK) beschikbaar voor coördinatie brandwachteninzet. • Piketbrandwacht boven de sterkte voor directe opvang bij ongeplande afwezigheid of ziekte; Geen vertraging van uw project! • Wij ontzorgen u bij de brandwachtaanvragen van contractors, planning, operationele inzet, uitgifte apparatuur, werkplekinspecties en urenverantwoording. • Sluitende urenverantwoording en facturatie.

Wat kan Risk Safety nog meer voor u betekenen? Lees het op: www.risksafety.nl/petrochemie

Ga naar www.vnci.nl/chemie-magazine en kies voor print of digitaal


IN HET KORT o Voormalig start-up Flowid (specialist flowchemie) heeft valley of death overleefd. o Veel van de opgeleverde flowfabrieken draaien inmiddels continu. o Flowid voorziet versneling: ‘industriële niveau voor betrouwbaarheid en veiligheid bereikt’.

De spinningdisc-reactor leverde Flowid-oprichters Wouter Stam en Wessel Hengeveld in 2014 de Herman Wijffels Innovatieprijs op.

FOTO: FLOWID

Innovatie

DE VALLEY OF DEATH DOORSTAAN

HOE EX-START-UP FLOWID ‘MET VALLEN EN OPSTAAN’ ZIJN BELOFTE WAARMAAKT

5 jaar geleden was Flowid uit Eindhoven in de media een van de meest beloftevolle start-ups voor continue procesinstallaties. Daarna werd het stiller. Zou Flowid achtergebleven zijn in de valley of death? Nee, vertelt directeur Wouter Stam: “Klanten zien flowchemie als een competitief voordeel dat niet gedeeld mag worden.” Tekst: Inge Janse

W

ie een jaar of 5 geleden een willekeurig vakblad over chemie opensloeg, kon er niet omheen: Flowid, de specialist uit Eindhoven voor flowchemie. Die populariteit was mede het gevolg van een nieuw, fotogeniek reactorconcept: de spinning disc (zie kader). Oprichters Wouter Stam en Wessel Hengeveld wonnen er in 2014 de Herman Wijffels Innovatieprijs mee, maar daarna werd het stil in de media. Dan is de conclusie al snel

getrokken: wat begon als een zeer beloftevolle startup, is geëindigd in de valley of death. Dit is niet het geval, vertelt Stam. “Maar de fase van start-up naar bedrijf met betalende klanten vormde een grote uitdaging.” Flowid zag het levenslicht toen de oprichters in 2009 de voordelen zagen van continue productie, vooral voor reactieve chemie en exotherme reacties. “In onze aanpak kijken we samen met klanten, vooral bedrijven in de speciality chemicals en farma, of de overstap van batch naar flow überhaupt kan. Zo ja, dan kiezen we de beste technologie. Dat kunnen allerlei soorten continue opstellingen zijn, met een statische of dynamische reactor. Vervolgens bouwen en testen we dit in onze fabriek in Eindhoven of op locatie bij de klant.” Werkt dit naar behoren, dan bouwt Flowid een opstelling voor op het lab, als pilotplant, of op fabriekschaal, inclusief support bij de opstart en afspraken voor het onderhoud. Flowid wordt dus meestal gevraagd om moeilijke en gevaarlijke processen om te zetten naar een continue, e maart 2020 Chemie Magazine 35


SPINNINGDISC-TECHNOLOGIE In een spinningdisc-reactor worden verschillende vloeistoffen van bovenaf op horizontaal geplaatste schijven gedoseerd. De schijven, ongeveer zo groot als een cd, draaien snel rond in een nauw aansluitende behuizing. Door de centrifugale krachten mengen de stoffen terwijl ze langs de draaiende schijven worden gepompt. De stoffen gaan onder goed controleerbare omstandigheden een chemische reactie aan en het ontstane product wordt afgevangen. De spinningdisc-technologie onderscheidt zich van gangbare

36 Chemie Magazine maart 2020

technologieën door een kleiner formaat van de reactoren, lager energie- en grondstofverbruik, minder of geen afvalproductie en door lagere operationele en investeringskosten. Door de kleine afmetingen en de intrinsieke veiligheid van het systeem is het mogelijk om hiermee kleinschalig te produceren. Dit is een waardevolle eigenschap aangezien biobased grondstoffen het beste decentraal, bij de bron verwerkt kunnen worden (om transport van water in de biomassa te voorkomen).

‘De fase van start-up naar bedrijf met betalende klanten vormde een grote uitdaging’

veilige variant. De benodigde oplossing is altijd specifiek voor het probleem van de klant. En daar zit gelijk de verklaring voor de radiostilte rondom Flowid: “Zij zien flowchemie als een competitief voordeel dat niet gedeeld mag worden.” Wel mag Stam vertellen dat veel van de opgeleverde flowfabrieken inmiddels continu draaien en dat Flowid opdrachten krijgt voor uitbreidingen en nieuwe plants.

Volhouden

Dat er ruim 10 jaar overheen ging voordat Flowid écht aan de slag kon met de bouw van flowfabrieken, verbaast de oprichter niet. “De ontwikkeling van flow-idee tot productie is voor bedrijven een grote stap. Nu onze technologie het industriële niveau voor betrouwbaarheid en veiligheid heeft bereikt, voorzien wij een enorme versnelling.” Stam merkt daarbij op dat de specialitische leveranciers vaak jonge en kleine bedrijven zijn. “Het blijft daarom learning by doing. Natuurlijk hebben ook wij fouten gemaakt en daar lessen van geleerd. Reactoren gingen kapot, waarna we terug moesten naar de tekentafel. Ondernemen is vallen en opstaan.” Dat het Flowid gelukt is om de valley of death te overleven, is volgens Stam een kwestie van geloven in je visie en volhouden. En, ter nuancering van verwachtingen bij andere start-ups: “Het duurt twee keer zo lang, het wordt twee keer zo duur, en levert maar de helft op.” Een andere tip van de Flowid-directeur is om gebruik te maken van de Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO, om minder loonkosten te hoeven betalen voor onderzoekswerk) en de Research & Development Aftrek (RDA, een extra aftrekpost bij de belasting voor R&D). Inmiddels zijn deze twee regelingen samengevoegd. “Het is een mooie voorziening om gedegen speur- en ontwikkelingswerk te doen.” Essentieel is in ieder geval de goede samenwerking met klanten en andere toeleveranciers: doen wat je belooft. “We blijven altijd in overleg met de klant, en gaan door tot het probleem opgelost is. Daarnaast blijven we het liefst zelf in controle over alle processtappen, dus van de chemie en van het proces tot de bouw en opstart. Dat hebben we inmiddels aardig in de hand.”p


Product Steward Representative EMEA Rotterdam

Do you want to work for an innovation-driven company with a clear long-term vision dedicated to sustainability where each employee matter? Then read further! This is the role: The Product Steward Representative is a key link between the business and technology functions, and the larger global Product Stewardship & Regulatory Affairs (PSRA) organization. Specifically, the role is responsible for developing and maintaining relationships with the Product Management teams and associated Technology teams for a given Eastman Business. This role develops deep understanding of the specific product lines, and the necessary regulatory clearances and third-party certifications required to enable continued market access for existing products and new product launches based on a defined global business strategy. Responsibilities: • Relationship Management • Project leadership • Regulatory understanding • Customer Inquiries and Communication Qualifications: • Minimum of Bachelor of Science degree in chemistry, polymer science, or related technical degree required • 2 – 5+ years of experience in PSRA and/or Technology preferred • Project management or project leader experience helpful Eastman is committed to creating a powerfully diverse workforce and a broadly inclusive workplace, where everyone can contribute to their fullest potential each day. Next to interesting development possibilities we offer you a competitive salary, a contribution free pension scheme, a bonus program, a mobility card and a 13th month. Please apply on https://jobs.eastman.com/

Leading the way

Voor transport en distributie van gevaarlijke stoffen in bulk t. +31 (0) 15 213 59 11

4807338-LEE-Adv A5-v2.indd 1

e. leebv@vanderlee.nl

i. www.vanderlee.nl

23-07-18 11:59


IN HET KORT o Tom van Aken (Avantium) gestart als mkb-vertegenwoordiger Topsector Chemie. o Zijn mkb-prioriteiten: human capital, financiering en samenwerking met wo en hbo. o ‘We moeten jongeren uitleggen waarom chemiesector juist nu zo interessant is.’

TOM VAN AKEN NIEUWE MKB-VERTEGENWOORDIGER TOPSECTOR CHEMIE

‘IK BRENG EEN GROENE VISIE IN’ Tom van Aken is de nieuwe mkb-vertegenwoordiger binnen het Topteam Chemie. De Topsector Chemie kan volgens hem innovatieve mkb-bedrijven nog beter faciliteren bij het opschalen van innovaties. “Mede door mijn ervaring hiermee bij Avantium kan ik daar een bijdrage aan leveren.” Tekst: Igor Znidarsic

T

oen duidelijk werd dat Bert Jan Lommerts, CEO van Latexfalt, na 6 jaar afscheid ging nemen als mkb-vertegenwoordiger binnen het Topteam Chemie, werd Tom van Aken vanuit verschillende kanten erop gewezen dat hij “zijn naam in de hoed zou moeten gooien”, zoals hij het omschrijft. Hij deed het, en sinds 1 januari is de CEO van Avantium de nieuwe door staatssecretaris Mona Keijzer van EZK benoemde mkb-vertegenwoordiger. “Ik denk dat de Topsector Chemie nog beter aansluiting kan vinden bij innovatieve mkbbedrijven, om die beter te faciliteren bij het opschalen van innovaties. Mede door mijn ervaring hiermee bij Avantium kan ik daar een bijdrage aan leveren”, zo motiveert hij zijn ‘ja-woord’. Hij vormt nu samen met Emmo Meijer (boegbeeld), David Pappie (ministerie van EZK) en Bert Weckhuysen (vertegenwoordiger wetenschap) het Topteam Chemie, de vaandeldragers 38 Chemie Magazine maart 2020

van de Topsector Chemie, een van de negen topsectoren in Nederland waarin bedrijven, onderzoekers, overheden en maatschappelijke partijen nauw samenwerken om tot oplossingen te komen voor de grote maatschappelijke uitdagingen. Van Aken is CEO van Avantium, dat met zelfontwikkelde technologieën duurzame, recyclebare plastics maakt uit biobased grondstoffen. Het beursgenoteerde bedrijf heeft laboratoria in Amsterdam, een pilot-bioraffinaderij en een proeffabriek in Delfzijl en een proeffabriek in Geleen.

Human capital

Gevraagd naar wat hij voor het mkb belangrijk vindt, noemt hij allereerst de Human Capital Agenda. “Het allerbelangrijkste is dat er goede mensen werken, om te zorgen dat er goed onderzoek wordt gedaan, dat er wordt opgeschaald en dat de producten die ontwikkeld worden klaar zijn om naar de markt gebracht te worden.” Ook belangrijk

vindt hij de toegang tot financiering. “Dat is voor veel bedrijven een grote horde om te nemen. We moeten beter voor elkaar krijgen dat het mkb toegang krijgt tot subsidies, aandelenkapitaal, leningen. Er zijn veel regelingen en instrumenten om bedrijven te helpen, maar het is ook zaak dat bedrijven hun weg weten te vinden en dat begint bij goede informatievoorziening.” Het derde punt dat hij noemt heeft deels te maken met de Human Capital Agenda: de samenwerking tussen universiteiten en hogescholen en het mkb. “Als de kleinere bedrijven toegang krijgen tot onderzoekers op universiteit of hogeschool, waar studenten of PhD’s het onderzoek faciliteren en zo de innovaties versnellen, is dat ook een mooie mogelijkheid om te kijken of zo’n student geschikt is om bij jou te komen werken.” Bij alle drie door Van Aken genoemde punten is een grote rol weggelegd voor de overheid. “Wat betreft de Human Capital Agenda is het aantal mensen dat voor een technische studie kiest al enorm verbeterd. Maar je ziet ook dat jongeren geïnteresseerd zijn in zaken als duurzaamheid, circulariteit en innovatie. Als je dan kijkt hoe de perceptie ten aanzien van de chemiesector is, valt daar nog wel een kloof te dichten. De jongeren zien de chemiesector toch wat meer als conservatief en vervuilend dan als een sector die heel veel mogelijk- e


Mkb

FOTO: HOLL ANDSE HOOGTE/PATRICK POST

‘Het is spannend om op het grensvlak van overheid, wetenschap en bedrijven te zitten.’

maart 2020 Chemie Magazine 39


‘Het allerbelangrijkste is dat er in het mkb goede mensen werken, om te zorgen dat er goed onderzoek wordt gedaan’ heden biedt. We moeten de jongeren uitleggen waarom deze sector zo interessant is, juist ook in de transitie naar een circulaire economie.”

Circulaire economie

De transitie van fossiele naar hernieuwbare grondstoffen en van een lineaire naar een circulaire economie vraagt volgens Van Aken ook om andere skills. “Daarom moet je goed kijken naar de curricula. We moeten ervoor zorgen dat de opleidingen goed aansluiten bij wat bedrijven nodig hebben. Dit is niet iets van over 20 jaar, het speelt nu al.” Wat de overheid ook kan doen is de randvoorwaarden creëren die nodig zijn om nieuwe producten naar de markt te brengen. “Daar komt ook wet- en regelgeving bij kijken. In Europa lopen we daarin voorop, kijk alleen al naar het plasticbeleid van de Europese Commissie. Initiatieven die nu worden aangezet, moeten verder worden uitgewerkt. Dat biedt voor nieuwe bedrijven veel kansen om met innovaties te komen.” Van Aken zegt zijn rol binnen het Topteam de komende jaren met enthousiasme te gaan vervullen. “Het is spannend om op het grensvlak van overheid, wetenschap en bedrijven te zitten en om die op een zodanige manier bij elkaar te brengen dat de transitie snel gaat verlopen. Daar liggen voor de Topsector de kansen. En ik breng vanuit mijn achtergrond van Avantium natuurlijk een heel duidelijke groene visie in.” p 40 Chemie Magazine maart 2020

FOTO: FOTOBURO BOL SIUS

Frank Groenen: ‘We proberen richting te geven aan de VNCI om specifieke initiatieven te ontplooien naar het mkb toe.’

INNOVATIE OOK SPEERPUNT MKBBELEIDSGROEP VNCI Het stimuleren van innovatie is ook een van de speerpunten van de mkbbeleidsgroep van de Koninklijke VNCI, een initiatief van Frank Groenen van Sachem Europe, Emre Kaya van Organik Kimya (beiden lid van het dagelijks bestuur van de VNCI) en Roeland Kiewiet van ChemCom Industries. “We proberen richting te geven aan de VNCI om specifieke initiatieven te ontplooien naar het mkb toe”, vertelt Groenen. “We leggen verbindingen met allerlei partijen, zoals GoChem (financiert praktijkgerichte projecten waarin mkb samenwerkt met een kennisinstelling – red.) en de Topsector Chemie, om te kijken hoe we mkbbedrijven kunnen helpen met subsidies en aansluiting bij hogescholen en universiteiten. Vaak zijn dat soort zaken voor het mkb moeilijker te organiseren, omdat ze daar meestal geen resources en stafafdeling voor hebben.” Hij vraagt zich overigens af of innovatie altijd in samenwerking met Nederlandse partijen moet plaatsvinden. “In de praktijk zie je dat mkb-bedrijven onderdeel zijn van een buitenlandse moederorganisatie waarmee ze op dat gebied samenwerken. In sommige gevallen zoeken ze een universiteit of instituut in de wereld uit, dat met de expertise aansluit bij de problematiek en uitdaging.”

Instroom

Human capital is een ander belangrijk speerpunt van de mkb-beleidsgroep. Groenen: “De human capital-initiatieven moeten zich niet alleen richten op voldoende instroom in de voor de che-

mische industrie relevante opleidingen, maar ook op de vraag hoe we ervoor zorgen dat de uitstromers kiezen voor de chemiesector. Dat geldt niet alleen voor wo en hbo, maar in bredere zin voor al het technisch personeel.” Omdat het mkb specifieke uitdagingen kent rondom milieu- en veiligheidsissues, contacten met overheden en communicatie met stakeholders, is delen van kennis en best practices op dit gebied met andere mkb-bedrijven en grote chemische concerns in Nederland belangrijk om de HSE-performance en compliance te verbeteren. Procesveiligheid is een belangrijk speerpunt. Groenen: “Het mkb is ambitieus in het continu verbeteren van zijn procesveiligheidsperformance. Kruisbestuiving, door zoveel mogelijk best in class-informatie te delen, ook van de grotere bedrijven, is daarbij essentieel. Door de samenwerking komen we op een gezamenlijk hoger niveau, wat ook meer herkenbaarheid geeft bij de overheid.” Sachem, Chemcom, Dr. Kolb en Organik Kimya hebben de afgelopen jaren grote stappen gezet om hun procesveiligheidsbeheersysteem te optimaliseren en de milieubelasting te verminderen. De geleerde lessen worden gedeeld met andere mkbbedrijven.

Klimaatdiscussie

De klimaatdiscussie en de daaruit volgende maatregelen zijn eveneens van belang voor het mkb. “Wij volgen die nauwgezet”, zegt Groenen. “Dat doen we vanuit een iets andere interesse dan de wat grotere bedrijven. Voorlopig gaat het om informatieverstrekking en vertaling van de klimaatdiscussies in Den Haag naar wat van het mkb verwacht wordt. Voor nonETS-bedrijven is dat nog steeds niet helemaal duidelijk. Individuele bedrijven zijn er natuurlijk wel mee bezig, maar ze volgen ieder hun eigen agenda. We proberen meer kruisbestuiving en synergie te krijgen en de vertaalslag te maken naar wat van het mkb wordt verwacht de komende jaren.”


Passionate about providing solutions The aim of GEA is to develop solutions that create the maximum benefits for the customer

Bij OMV GAS gaan flexibiliteit en exceptionele service samen met de internationale kennis en financiĂŤle kracht van de OMV Group. Wij leveren aardgasoplossingen op maat aan grote Europese klanten en distributeurs. Onze flexibele prijs- en leveringsconcepten evenals gedetailleerde kennis van de markt zorgen ervoor dat onze producten perfect aansluiten op uw specifieke behoeften. Neem contact met ons op als u wilt weten hoe onze aardgasoplossingen uw bedrijf kunnen ondersteunen: www.omv-gas.nl

GEA is one of the largest suppliers of process technology and components for sophisticated production processes for the chemical industry. These technologies include solutions for drying, crystallization, filtration, distillation, evaporation, emission control, vacuum systems and ejectors. We supply world-class precision engineering for the industry in order to control costs for our customers and protect the environment. GEA Nederland, +31 570 66 33 66 gea.com/nederland


DOW EN SABIC CHAL

42 Chemie Magazine maart 2020


Wetenswaardig

LENGERS IN BIOVOICE Voor BioVoice 2020 zijn negen challenges opengesteld. Nieuw is dat er naast biobased onderwerpen ook

circulaire innovatievraagstukken zijn opgenomen. Het werkgebied is uitgebreid naar heel ZuidwestNederland. De openstellingsperiode van de negen nieuwe challenges eindigt op 9 april. Voor die tijd kunnen geïnteresseerde mkb’ers en start-ups alle benodigde informatie vinden en hun pitch indienen via www.biovoice.nl De challenge van SABIC: Hoe kunnen wij onze waterstof duurzaam

verwaarden? De challenges van Dow: Hoe kunnen wij chroom uit een zoutreststroom verwijderen? En: Hoe kunnen wij de aangroei van mosselen en oesters in ons zeewaterkoelsysteem op een ecologische manier tegengaan? De vorige BioVoice in 2019 leverde dertien innovatiecontracten op. Een aantal samenwerkingen is de pilotfase al voorbij. Voorbeelden zijn te vinden op de website. p

Een van de challenges van Dow luidt: Hoe kunnen we de aangroei van mosselen en oesters in ons zeewaterkoelsysteem op een ecologische manier tegengaan?

FOTO: SHUT TERSTOCK

VNCI-leden Dow en SABIC hebben challenges aangeleverd voor BioVoice, een programma waarin mkb-bedrijven en start-ups worden uitgedaagd om een biobased of circulaire oplossing voor een bestaand probleem van een groot bedrijf op te lossen.

maart 2020 Chemie Magazine 43


IN HET KORT o COCI Green Chemistry Campus in Bergen op Zoom is nu ook Innovation Lab. o Niet universiteit maar hbo en mbo zijn de onderwijspartner. o Het iLab moet start-ups opleveren die opschalen op de Green Chemistry Campus.

ILAB-STATUS GREEN CHEMISTRY CAMPUS MOET RESULTEREN IN AANWAS DOORSTARTERS

FOTO: SHUT TERSTOCK

LANDINGSPLAATS VOOR START-UPS

44 Chemie Magazine maart 2020


Innovatie

COCI Green Chemistry Campus in Bergen op Zoom heeft nu ook de status van Innovation Lab. Het iLab moet de landingsplaats worden in de regio Brabant en Zeeland voor innovatieve start-ups die hun biocirculaire ideeën willen doorontwikkelen. De GCC hoopt dat dit resulteert in meer ‘doorstarters’ die hun product(technologie) op de campus opschalen. Tekst: Henk Engelenburg

D

e Green Chemistry Campus (GCC) in Bergen op Zoom mag zich naast COCI nu ook iLab noemen. Dat het Innovation Lab van de Green Chemistry Campus (GCC) in Bergen op Zoom niet is gekoppeld aan een universiteit, maakt het verkrijgen van de iLabstatus extra bijzonder. Dit is immers de ‘normale gang van zaken’: een iLab ondersteunt bijna ex-studenten en postdocs van een universiteit bij het starten van een bedrijf om een innovatie door te ontwikkelen. Als de marktintroductie van de toepassing in zicht is, stroomt de starter door naar een Center for Open Chemical Innovation (COCI), zoals de GCC, om een productinnovatie op te schalen.

Doe-modus

Dat de GCC, dat zich als COCI specifiek op biocirculaire (biobased en circulaire) bouwmaterialen en verpakkingen richt, nu ook een iLab is, heeft volgens GCC-directeur Petra Koenders te maken met een gebrek aan ontwikkel- en doorgroeimogelijkheden in de regio Zeeland en Brabant voor start-ups op het gebied van biocirculariteit. Zij ziet daarvoor twee oorzaken. Adviesbedrijven in de regio die start-ups begeleiden beperken zich tot starters in vooral marketing en IT en focussen minder op starters in de maakindustrie. En het onderwijs in de regio, dat ruime kennis heeft van biocirculariteit, zit onvoldoende in de “doe-modus” om de kennis via innovatieve start-ups om te

zetten in toepassingen. Vandaar dat Avans Hogeschool in Breda, HZ University of Applied Sciences in Zeeland, HAS Hogeschool in Den Bosch en de mbovestigingen van Curio (het voormalige ROC West-Brabant) als partner zijn toegetreden tot het Green Chemistry Innovation Lab. Volgens Koenders voelt het onderwijs zich hierdoor medeverantwoordelijk voor het scouten van bijna ex-studenten met een goed idee en gevoel voor ondernemerschap. “Vervolgens laten we die kandidaten in de regio landen waar het voor hen zinvol is om zich te ontwikkelen.” Met de startersadviesbedrijven Dockwize, Circular Biobased Delta en Braventure zijn afspraken gemaakt dat zij zich met hun diensten en coaching voortaan ook richten op biocirculaire start-ups. Koenders: “Wij hopen vanzelfsprekend dat dit alles leidt tot succesvolle start-ups die bij GCC komen opschalen in de gloednieuwe, duurzaam gebouwde demofaciliteit.”

COCI’S EN iLABS

Er zijn inmiddels elf Innovation Labs:

• iLAB Green PAC Emmen • Innolab Chemie Groningen • iLab High Tech Factory, Enschede • iLab Green PAC Zwolle • Innovation Lab Chemistry Amsterdam • iLab Utrecht • iLAB Biobased Products, Wageningen • TU/e Innovation Lab, Eindhoven • iLab Biotech Campus Delft • iLab Nijmegen • iLab Green Chemistry, Bergen op Zoom

Scouting

De scouting is in volle gang en de eerste deelnemer is al een feit, vertelt Geert Mol, manager van het Green Chemistry Innovation Lab. Het gaat om Bionative Industries, een innovatieve start-up die een biobased plasticvervanger ontwikkelt die 100 procent afbreekbaar is in water. Daarnaast is door de diverse gesprekken die Mol tot op heden heeft gevoerd met onder andere docenten en lectoren van de hogescholen al een aantal andere

Het aantal Centers for Open Chemical Innovation (COCI’s) bedraagt inmiddels zeven: • Green Chemistry Campus, Bergen op Zoom • Chemelot, Geleen • Biotech Campus, Delft • Green PAC, Emmen • Pivot Park, Oss • Plant One, Rotterdam • S/park, Deventer e maart 2020 Chemie Magazine 45


De Green Chemistry Campus is sinds de start in 2011 als COCI op het terrein van SABIC Innovative Plastics uitgegroeid tot een incubator van biogebaseerde innovaties, met nu ook een iLab.

‘De eerste deelnemer is al een feit en we hebben zes kandidaatdeelnemers in beeld, vooral pas afgestudeerde studenten’

start-ups in beeld gekomen. “Het gaat om zes kandidaat-deelnemers, vooral pas afgestudeerde studenten.” Alle kandidaten zijn in het stadium dat hun innovaties in het lab nader moeten worden uitgezocht of getest moeten worden in een grotere omgeving, precies waarvoor het iLab zich goed leent. Het gaat volgens Mol zonder uitzondering om ideeën met marktpotentie, waarbij vooral nieuwe technieken voor het vervaardigen van biobased verpakkingsmaterialen opvallen. Mol stelt dat hij de hogescholen scherp houdt op de scouting. “Zij zitten immers in een onderwijsomgeving en kennen de studenten. We maken afspraken dat er tijd wordt besteed aan scouting, dat ze goed kijken naar de afstudeeropdrachten, en ik zorg dat ik op de agenda’s sta van hun bijeenkomsten.” Mol ziet overigens dat de hogescholen steeds meer aandacht besteden 46 Chemie Magazine maart 2020

aan ondernemerschap, een positieve ontwikkeling volgens hem.

Oerwoud

Het ondersteunen van de start-ups richt zich vooral op het combineren van productontwikkeling en ondernemen. Mol spreekt over “continu triggeren” door vragen te stellen. Heeft de kersverse ondernemer ook andere toepassingen verkend? Welke markt kiest hij? Is er al een launching customer in zicht? Daarnaast kunnen GCC-experts de start-ups adviseren op het gebied van technologie, business development, marketing, financiën en subsidies. Mol: “Het Green Chemistry Innovation Lab geeft richting in het oerwoud van adviesmogelijkheden voor starters. Wij geven structuur zodat start-ups een optimale landingsplek hebben, waar ze zich onbekommerd kunnen richten op het doorontwikkelen van hun bedrijf.” p

GREEN CHEMISTRY CAMPUS De Green Chemistry Campus

is sinds de start in 2011 als Center for Open Chemical Innovation (COCI) – op het terrein van SABIC Innovative Plastics in Bergen op Zoom – uitgegroeid tot een incubator van biogebaseerde innovaties op het snijvlak van agro en chemie. Tot op heden is een dertigtal bedrijven, rijp en groen door elkaar, aan de campus gelieerd, waar de ondernemers advies krijgen bij praktische vraagstukken, apparatuur kunnen gebruiken en kunnen opschalen in de demofaciliteit. De campus werkt in onderzoek samen met vele partijen in de Circular Biobased Delta, zoals Biotechcampus Delft, regionale applicatiecentra, de kennisinstellingen Avans Hogeschool en HZ University of Applied Sciences, de onderzoeksorganisaties TNO en VITO (uit Vlaanderen), Bio Base Europe Pilot Plant in Gent en de Bioprocess Pilot Facility in Delft. Op de campus is sinds 2013 het onderzoeksprogramma Biorizon van TNO en VITO gevestigd, dat zich met bedrijven en kennisinstellingen richt op de ontwikkeling van biobased aromaten voor hoogwaardige materialen, chemicaliën en coatings. Daarnaast is de campus samen met REWIN, provincie Noord-Brabant en Rabobank initiatiefnemer van BioVoice, een programma dat vragen van bedrijven als SABIC, Dow en Cosun koppelt aan oplossingen van mkbbedrijven (zie ook pagina 46).


14 MAY 2020 Beatrix building – Jaarbeurs Utrecht

BCFCAREEREVENT UNLOCK YOUR POTENTIAL IN LIFE SCIENCES VNCI LEDEN:

2 gratis vacatures t.w.v. €400

BCF Career biedt de ideale manier om hét (chemie)talent van de toekomst aan te trekken: BCF Career Event. Op 14 mei komen 2.000 hoogopgeleiden samen die op zoek zijn naar interessante banen en werkgevers. Neem deel middels een stand, profiteer van 2 gratis vacatures op BCFcareer.nl en zet uw organisatie sterk in de markt!

VNCI leden: 2 gratis vacatures t.w.v. €400 MAIN SPONSORS: SPONSORS:

PARTNERS:

Part of

Powered by

WWW.BCFCAREER.COM


Veilig werken met VAPRO

VAPRO heeft een breed palet aan veiligheidstrainingen. Van ATEX trainingen tot aan de door Hobeon gecertificeerde OVK en MVK opleiding. Onze trainingen bieden een uitdagende mix van theorie en praktijk en zijn gericht op de werkvloer. Zo verbeter je met enkele stappen de veiligheidscultuur binnen je bedrijf en maak je de vertaalslag van beleid naar praktijk. Nieuw: onlangs is het aanbod van VAPRO uitgebreid met elektrotechnische veiligheidstrainingen. Deze trainingen worden onder andere gegeven in onze practicum locatie in Woerden. Momenteel bestaat ons aanbod uit de NEN3140 en NEN3840. Deze training is ook door ILT gecertificeerd voor zeevarenden.

Benieuwd naar de mogelijkheden? Kijk op www.vapro-trainingen.nl

EMPOWERING PEOPLE AND INDUSTRIES

VAPRO17_068 Adv 185x130.indd 1

GeĂŻnteresseerd in de laatste ontwikkelingen in de chemische industrie?

11/01/17 09:36

NEEM EEN GRATIS ABONNEMENT OP CHEMIE MAGAZINE

Ga naar www.vnci.nl/chemie-magazine en kies voor print of digitaal


CO2

KANSEN VOOR CCU Welke veelbelovende marktkansen zijn er in Nederland op het gebied van Carbon Capture & Utilisation (CCU)? De werkgroep ‘C1-chemistry’ van het platform Biobased Circular Business geeft het antwoord in een uitgebreid overzicht. Tekst: Igor Znidarsic

CO2

ENERGY

RAW MATERIALS

PRODUCTS

FEEDSTOCK

REQUIRED

OPTIONAL

DIRECT USE

CO2

ELECTRICITY

WATER

BEVERAGE

• FOSSIL BASED

HYDROGEN

CATALYST

GREENHOUSES

• BIOBASED

SUNLIGHT

METHANE

FUEL RECOVERY

• ATMOSPERIC

SUGAR(S)

HYDROGEN

CONCRETE

CO

OXYGEN

CH4

CONVERSION CHEM.INTERMEDIATES FUELS CARBONATES POLYMERS

H

et platform Biobased Circular Business (BCB) heeft een overzicht opgesteld van een hele reeks technologieën waarmee CO2 op de korte en op de langere termijn benut kan worden. Veel wordt verwacht van het maken van chemische bouwstenen uit CO2, waarvoor diverse demoplants (10 kiloton) worden verwacht in 2030. De elektrochemische productie van mierenzuur en syngas uit CO2 kan een belangrijke stap zijn naar vergroening van de chemie. Katalytische routes zijn ook kansrijk, zoals de omzetting van CO2 met waterstof naar methanol. Voor deze routes is het van belang dat er voldoende duurzame elektriciteit beschikbaar is. De elektrochemische routes gebruiken elektriciteit rechtstreeks als energiebron, bij de katalytische routes is waterstof de energieleverancier. Verder liggen er kansen bij opschaling van fotosynthetische routes voor bijvoorbeeld de productie van melkzuur. Een nu al inzetbare technologie is de productie van sodiumbicarbonaat door afvalverbran-

dingsinstallaties (AVI’s). In Nederland is deze technologie ontwikkeld en gedemonstreerd door Twence, maar is ook bij andere AVI’s toepasbaar.

Kassen en beton

Naast de conversie van CO2 naar andere moleculen, kan CO2 ook rechtstreeks gebruikt worden, bijvoorbeeld in kassen. Dat gebeurt al steeds meer, maar er is dan ook een duurzame energiebron nodig die de warmte van het aardgas (dat nu warmte én CO2 levert) vervangt, zoals geothermie. Ook kan CO2 op korte termijn al worden vastgezet in cement en beton. Deze technologie kent een hoge TRL (Technology Readiness Level), maar helaas staat de cement- en betonmarkt ook bekend om zijn lage winstmarges. Aan de totstandkoming van het uitgebreide overzicht van de CCU-mogelijkheden en relevante kenmerken hebben meegewerkt: Corbion (trekker), Avantium, DBC, DSM, Brightlands Chemelot Campus, Chemelot InSciTe, NOM/Chemport

Europe, Photanol, Tata Steel, Twence en RVO. In de komende edities van Chemie Magazine worden een aantal kansrijke technologieën en projecten uitgelicht. p BCB is een industrieel samenwerkingsverband van bedrijven uit de sectoren die actief zijn in de biobased economy. Het is ontstaan uit een fusie tussen het Agro-Papier-Chemie platform en het Biorenewable Business Platform en wordt voorgezeten door het Dutch Biorefinery Cluster.

DOWNLOAD RAPPORT

https://bit.ly/2UiXxTz

maart 2020 Chemie Magazine 49


COL OFON Chemie Magazine is het maandblad

van de Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie (VNCI) en verschijnt 11x per jaar

Redactie Igor Znidarsic (hoofdredacteur) Marloes Hooimeijer (eindredactie)

MENSEN DSM

Helen Mets is per 1 maart benoemd tot executive vice president Materials bij DSM. Hiervoor was zij business group director DSM Resins & Functional Materials. Zij volgt Dimitri de Vreeze op, die samen met Geraldine Matchett CEO van DSM is geworden. Mets heeft een masterdiploma in marketing en een bachelor in business en financiën van de Universiteit van Northumbria, Newcastle. Ze is ook afgestudeerd aan het Harvard Advanced Management Program. Ze trad in 2017 in dienst bij DSM, daarvoor bekleedde ze verschillende senior leiderschapsposities bij Avery Dennison.

DPI

Ernst Jan van Klinken is sinds 1 februari de nieuwe directeur van DPI, het internationale onderzoekplatform voor polymeren. Hij heeft meer dan 25 jaar ervaring als allround zakelijk leider in hoogwaardige kunststoffen en vezels, herbruikbare verpakkingen en nieuwsmedia. “Zijn solide professionele achtergrond en zijn drive voor innovatie en duurzame oplossingen plaatsen hem in een uitstekende positie om DPI naar de toekomst te leiden”, aldus Yvonne Engelen namens de raad van commissarissen. Van Klinken volgt Jacques Joosten op, die DPI 14 jaar heeft gediend.

Contact redactie Loire 150, 2491 AK, Den Haag T 06 284 730 51 E redactie@vnci.nl

Medewerkers Henk Engelenburg, Leendert van der Ent, Adriaan van Hooijdonk, Inge Janse, Klaartje Jaspers, Erik te Roller, Marga van Zundert

Vormgeving Curve Mags and More, Haarlem

Advertentie-exploitatie Mooijman Marketing & Sales, Julius Röntgenstraat 17, 2551 KS Den Haag, T 070 323 40 70, E dm@mooijmanmarketing.nl Advertenties vallen buiten de verantwoordelijkheid van de redactie

Druk Impressed, Pijnacker

Abonnementen

TU EINDHOVEN (TU/E)

Professor Bert Meijer is benoemd tot Commandeur in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Hij ontving de onderscheiding op de TU/e, waar hij werkt, uit handen van burgemeester Jan Brenninkmeijer van Waalre, waar hij woont. Meijer wordt geëerd omdat hij een wereldwijd toonaangevend wetenschapper is binnen de organische chemie en de grondlegger van het onderzoeksveld supramoleculaire polymeren, onder meer toegepast in de medische wetenschap.

Wie werkzaam is in de chemische industrie of op een andere wijze direct of indirect bij de chemische industrie betrokken is komt in aanmerking voor een kosteloos abonnement op Chemie Magazine. Meld u aan via stb@vnci.nl. Meer informatie: znidarsic@vnci.nl of 06 284 730 51.

Overname Overname van artikelen uit Chemie Magazine is alleen toegestaan na voorafgaande schriftelijke toestemming van de redactie. In de meeste

TOPSECTOR CHEMIE

Tom van Aken is door Mona Keijzer, staatssecretaris van EZK, benoemd tot mkb-vertegenwoordiger van de Topsector Chemie. Hij volgt Bert Jan Lommerts op, die de functie sinds 2014 vervulde. Samen met Emmo Meijer (boegbeeld), David Pappie (ministerie EZK) en Bert Weckhuysen (vertegenwoordiger wetenschap) vormt Van Aken het Topteam van de Topsector Chemie. Hij begon zijn carrière bij DSM en stapte in 2002 over naar Avantium.

50 Chemie Magazine maart 2020

gevallen zal die graag worden gegeven.

Beelden cover Shutterstock ISSN 1572-2996


Werken bij AD International Het meest innovatieve bedrijf in de regio Moerdijk (winnaar innovatieprijs)!

VACATURES

Wat bieden wij? •

Mooi salaris en secundaire voorwaarden

Werken in een no-nonsense werkklimaat

Opleidingsmogelijkheden

Senior Laborant

Chemical Support Engineer

Sales & Process Engineer

Stuur jouw CV en motivatie naar

Customer Service Representative

r.verbeek@adinternationalbv.com

Accountmanager

Office Manager Marketing & Sales

Financial Controller

Solliciteren Robbin Verbeek (HR):

0167 - 526982

Vragen? Mail Robbin!

Bekijk alle vacatures op www.adinternationalbv.com

CLS Services CHEMISTRY OF CONNECTING PEOPLE

www.cls-services.nl

recruitment, selection and secondment in chemistry | pharma | biotech | food | feed

SPACE SYSTEMS (MAIT) MANAGER TNO CORPORATE - DEN HAAG

Ruimtevaart speelt een cruciale rol in ons dagelijkse leven en vormt een uniek onderdeel van de infrastructuur van onze planeet. Specialisten, op het gebied van optica, mechanica, mechatronica en productie, van TNO Corporate werken voor dit doel met diverse partners in binnen en buitenland aan projecten die over het algemeen worden aangestuurd door het Europese ruimtevaart agentschap. De expertisegroep Space Systems Engineering is op zoek naar een Space Systems (MAIT) Manager. In deze functie opereer je binnen complexe projecten die veelal gericht zijn op de ontwikkeling en realisatie van Optomechatronische instrumenten voor voornamelijk ruimtevaart toepassingen. Daarbij ben je verantwoordelijk voor Manufacturing, Assembly, Integration & Testing (MAIT). Naast een relevante technische achtergrond beschik je over een goed begrip van maak- en samenbouw-activiteiten van opto-mechanische instrumenten in een cleanroom omgeving. Daarbij ben je een gesprekspartner voor toeleveranciers, ben je in staat om een MAIT team aan te sturen en heb je een goed begrip van projectmanagement. Je kunt tevens goed omgaan met planningstools en risk management en je hebt ervaring met het opstellen van MAIT-plannen, GSEplannen, Test Procedures en Rapporten. Bij interesse voor deze vacature bezoek www.cls-services.nl?vac=A2000027 voor meer informatie.


EXPERTISE THROUGH 40 YEARS OF EXPERIENCE AND INNOVATION IN THE CHEMICAL INDUSTRY We understand your industry your business your supply chain your MSDS to advise you the best possible packaging solution(s) RID/ADR and UN regulations regarding transport of dangerous goods

MEMBER OF THE

BARK PACKAGING GROUP


Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.