

3.1.1
3.1.2
3.2.1
3.2.2
3.2.3
3.2.4
5.1.3
In maart 2024 lanceerde de Vlaamse Onderwijsraad (Vlor) zijn Agenda voor het Onderwijsbeleid 2024-2029: Een toekomst voor ambitieus en kwaliteitsvol onderwijs voor iedereen. Daarin formuleerden de onderwijspartners drie kernboodschappen voor de nieuwe Vlaamse regering.
1. Werk op lange termijn
2. Totaalaanpak voor ambitieus en kwaliteitsvol onderwijs
3. Samen beleid maken
Werken op lange termijn
Werken aan het onderwijs van de toekomst betekent werken op lange termijn, gekoppeld aan een duurzame en betrouwbare publieke financiering. Een onderwijsbeleid dat impact beoogt, richt het vizier voorbij 2029 en kijkt dus verder dan de huidige bestuursperiode. Alleen zo kunnen we de centrale doelstelling realiseren om ambitieus en kwaliteitsvol onderwijs te voorzien voor elke lerende.
Totaalaanpak voor ambitieus en kwaliteitsvol onderwijs
De Vlaamse Onderwijsraad wil samen met de Vlaamse Regering bouwen aan een coherent beleid rond kwaliteitszorg in de verschillende onderwijsniveaus en -vormen, waarbij de focus ligt op het stimuleren van kwaliteitsontwikkeling. Daarbij hanteert de raad een brede visie op onderwijskwaliteit. Naast de kwalificerende rol van onderwijs en de aandacht voor het bereiken van leerresultaten, heeft het onderwijs een even belangrijke socialiserende en persoonsvormende functie. De raad ijvert daarom voor een totaalaanpak.
De onderwijspartners schuiven drie prioritaire thema’s naar voor om ambitieus en kwaliteitsvol onderwijs te realiseren voor elke lerende:
- Diversiteitsresponsief en inclusief onderwijs
- Mentaal welzijn
- Sterk onderwijs door sterke onderwijsprofessionals
Samen beleid maken
Onderwijs moet beantwoorden aan uiteenlopende maatschappelijke verwachtingen. Tegelijk moet onderwijs zich kunnen focussen op zijn kerntaken
Het recht op onderwijs kwaliteitsvol waarmaken is het gezamenlijk werk én de collectieve verantwoordelijkheid van vele actoren: leraren, leidinggevenden, ondersteuners, besturen, lerenden en hun ouders, pedagogische begeleiding, middenveldorganisaties, de verschillende overheden, de bredere welzijnssector ... Onderwijs kan alleen goed werken als al die actoren de vorming van leerlingen, studenten en cursisten vooropstellen. Dat vereist een goede samenwerking, gekenmerkt door een duidelijke taakverdeling, afspraken over wie welke verantwoordelijkheden heeft en hoe die worden opgenomen, afspraken over wie wat aanstuurt en hoe, en afspraken over wat het gezamenlijke resultaat moet zijn.
Thematische lijnen
De Vlaamse Onderwijsraad koos twee maatschappelijke vraagstukken die in alle onderwijsniveaus leven en waarrond de raad deze legislatuur grondig zal werken. Die bouwen verder op onze Agenda voor het Onderwijsbeleid.
Onderwijs en samenleving
Wat mag de samenleving van onderwijs verwachten, en omgekeerd? Dit vraagstuk houdt nauw verband met de kernboodschap ‘Samen beleid maken’. Onderwijs wordt (terecht) geconfronteerd met tal van maatschappelijke verwachtingen. Tegelijk zet dat het onderwijsveld onder druk. Hoe kan onderwijs beantwoorden aan vragen die rijzen vanuit de samenleving en toch blijven focussen op zijn kerntaken? Daarover zal de Vlaamse Onderwijsraad dit werkjaar een participatief traject opstarten.
Recht op leren
Hoe kan onderwijs het recht op leren voor iedereen, van jong tot oud, garanderen? In een strategische verkenning wil de Vlaamse Onderwijsraad dat maatschappelijk vraagstuk uitdiepen, aan kennisopbouw doen en zo het concept ‘recht op leren’ verhelderen
Wat mag de samenleving van onderwijs verwachten, en omgekeerd? Dat is het maatschappelijk vraagstuk dat in deze thematische lijn centraal zal staan. De toegenomen complexiteit van de samenleving stelt nieuwe verwachtingen aan ons onderwijs, want de samenleving stopt niet aan de schoolpoort. Ze komt de school binnen en zet druk op het onderwijsveld. Hoe kunnen we ruimte creëren voor scholen om zich te focussen op hun kerntaak zonder maatschappelijke uitdagingen met impact op het leerproces uit het oog te verliezen? Welke rol kunnen andere beleidsdomeinen hierin spelen? Structurele antwoorden, die verschillende domeinen verbinden, ontbreken vooralsnog
Er is nood aan een sterkere band tussen school en maatschappij en aan samenwerking met andere beleidsdomeinen. Dat komt vaak terug in beleidsteksten en in onze adviezen. Het is ook een van de centrale boodschappen in de Agenda voor Onderwijsbeleid 2024-2029 De Vlaamse Onderwijsraad wil die verbinding tussen onderwijs en andere beleidsdomeinen maken en het debat verrijken.
We zullen dit vraagstuk met een brede blik bekijken en starten met een participatief traject, met Brecht Demeulenaere (directeur Onderwijscentrum Gent) als voorzitter. Vertegenwoordigers van Vlor-leden en betrokken deskundigen zullen mee de lijnen uitzetten en de subthema’s bepalen.
Door participatief te werken, verrijken we de representatieve werking van de Vlaamse
Onderwijsraad en bevragen we actief de mensen uit het onderwijsveld en daarbuiten. Het sluit aan bij de visie op de Vlaamse Onderwijsraad als open huis en de wens om (rechtstreeks) aansluiting te vinden bij de praktijk en wat er breed maatschappelijk leeft.
Hoe kan onderwijs het recht op leren voor iedereen, van jong tot oud, garanderen? Het is een vraagstuk dat in onze Agenda voor Onderwijsbeleid al prominent aanwezig was Dat is gegroeid vanuit de vaststelling dat het recht op leren op verschillende manieren en voor verschillende onderwijsniveaus, onder druk komt te staan. Denk aan capaciteitstekorten, schooluitval, drempels bij overgangen, …
Rond dit vraagstuk wil de Vlaamse Onderwijsraad een thematische lijn uitbouwen, inhoudelijk in de diepte werken tijdens een langere periode en over onderwijsniveaus heen. We hebben ondervonden dat ‘recht op leren’ een vraagstuk is dat mensen in beweging brengt en beroert, zowel in de Vlor als daarbuiten.
We diepen dit thema een jaar lang uit via een strategische verkenning die zal uitmonden in een publicatie Een strategische verkenning is een instrument dat we gebruiken in de Vlaamse Onderwijsraad, om via bijdragen van verschillende deskundigen een thema grondig uit te diepen en aan kennisopbouw te doen tussen alle leden. Het resultaat van een strategische verkenning bevat geen standpunten van de Vlaamse Onderwijsraad, maar is een stevig onderbouwde bron om in advieswerk mee aan de slag te gaan en de gesprekken in de Vlor te verrijken.
Deze strategische verkenning wordt gecoördineerd door een denkgroep met leden uit de verschillende organisaties, aangevuld met enkele experten, met Imran Uddin (algemeen directeur Associatie KU Leuven) als voorzitter. De denkgroep zal in eerste instantie de vraagstelling uitwerken en legt ze voor aan deskundigen. Daarna maakt de denkgroep ook een synthesetekst op basis van de bijdragen van de deskundigen, en organiseert hij doorheen het traject één of meerdere seminaries of studiedagen.
onderwijs
3.1 Kwaliteitsontwikkeling stimuleren
3.1.1 Kennisrijk curriculum en onderwijsdoelen basisonderwijs
De minister beoogt de ontwikkeling van een kennisrijk curriculum in het basisonderwijs. De Vlaamse Onderwijsraad organiseert in het voorjaar van 2025 een seminarie om te verhelderen wat een kennisrijk curriculum in het basisonderwijs is, op welke manier dit een instrument is tot kwaliteitsverbetering en wie daarin welke verantwoordelijkheid heeft. We leggen de relatie met de ontwikkeling van onderwijsdoelen in het basisonderwijs en de beleidsintenties in de beleidsnota Onderwijs en Vorming
3.1.2 Verbindende rol van Nederlands
De verbindende en emanciperende rol van Nederlands is een strategische doelstelling van de beleidsnota Onderwijs en Vorming 2024-2029. Het thema leeft ook sterk in de onderwijswereld en de ruimere samenleving. Vanuit het perspectief van alle onderwijspartners en met een blik over de verschillende onderwijsniveaus bereidt de Vlaamse Onderwijsraad op eigen initiatief een advies voor.
We laten ons in het adviesproces voeden door onderwijsonderzoek vanuit verschillende perspectieven (taalkunde, sociologie, psychologie, …). We willen in kaart brengen wat onderzoek ons kan leren over Nederlands en taalverwerving. Op deze manier doen we aan gedeelde visievorming tussen alle onderwijspartners en verrijken we de beleidsvoorbereiding.
3.2 Diversiteitsresponsief en inclusief onderwijs
3.2.1 Denkoefening n.a.v. rapport Onafhankelijke Commissie Inclusief Onderwijs
De Vlaamse Onderwijsraad vraagt in zijn adviezen over inclusief onderwijs, leersteun en de toekomst van het buitengewoon basis- en secundair onderwijs dat het beleid werk maakt van een langetermijnvisie voor de weg naar volledig inclusief onderwijs Het door België geratificeerde VNverdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap (art. 24) legt dat ook op.1 Het advies van de onafhankelijke Commissie Inclusief Onderwijs doet daarvoor een grondig uitgewerkt voorstel dat raakpunten vertoont met eerdere Vlor-adviezen maar ook met inhoudelijke punten waarover binnen de Vlor voorlopig nog geen consensus bestaat.2
De Vlaamse Onderwijsraad is gestart met een denkoefening naar aanleiding van het rapport van de onafhankelijke Commissie Inclusief onderwijs. Die denkoefening startte met de voorstelling van het rapport en wordt gevolgd door enkele werkmomenten en toelichtingen over de resultaten van recent onderzoek. De uitkomst van die denkoefening kan dienen als basis voor later advieswerk in het kader van de weg naar inclusief onderwijs. Zo bouwt de Vlaamse Onderwijsraad mee aan gedragen onderwijsbeleid.
Naar aanleiding van het advies “Evolutie naar scholen voor iedereen” van de onafhankelijke Commissie Inclusief onderwijs, voorziet de Vlaamse Regering een Staten-Generaal met een cocreatief traject. De stakeholders kunnen concrete en realistische voorstellen met draagvlak formuleren over de evolutie naar een meer inclusief onderwijs. De timing daarvan is vooralsnog onduidelijk. De Vlor heeft in een brief aan de minister een concreet aanbod gedaan om een belangrijke rol in op te nemen in de Staten-Generaal
3.2.2 Engagementsverklaring diversiteit, gelijke kansen en inclusie in hoger onderwijs
In 2005 ondertekenden de partners uit het hoger onderwijs een engagementsverklaring over diversiteit. Bijna 20 jaar later is de context ook in het hoger onderwijs grondig veranderd en is de verklaring toe aan een actualisering. Alle partners uit het hoger onderwijs engageren zich om verder te werken aan diversiteit en inclusie. Omdat dat het recht op (hoger) onderwijs waarborgt van elke leerling én omdat we als samenleving geen talent verloren mogen laten gaan. De engagementsverklaring werd ondertekend door de verschillende partners en gelanceerd in november 2024 3
3.2.3 Uitdagingen voor de eerste graad B-stroom in het secundair onderwijs
De modernisering van het secundair onderwijs is intussen al enkele jaren uitgerold in de eerste graad. In een advies op eigen initiatief zal de Vlaamse Onderwijsraad zich specifiek buigen over de uitdagingen van de eerste graad B-stroom. Basis voor dit advies zijn de resultaten van de enquête die de Vlor vorig schooljaar in maart lanceerde, net als de focusgroepgesprekken met leerlingen, ouders en onderwijspersoneel die daarop volgden.
3.2.4 Onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers
Anderstalige nieuwkomers kwamen als doelgroep vaak aan bod in recente adviezen van de Vlaamse Onderwijsraad, bijvoorbeeld over de inkanteling van deeltijds beroepssecundair
1 Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap 13 december 2006.
2 Onafhankelijke Commissie Inclusief Onderwijs (2024). Evolutie naar scholen voor iedereen
3 Vlaamse Onderwijsraad (2024). Engagementsverklaring diversiteit, gelijke kansen en inclusie in hoger onderwijs.
onderwijs, over vroegtijdig schoolverlaten of over zorg in het volwassenenonderwijs. Het gaat om een zeer kwetsbare groep van leerlingen, van wie de noden vaak onder de radar blijven van het huidige beleid.
Sinds het voorgaande advies over onthaalonderwijs (OKAN) is de doelgroep geëvolueerd en heel divers geworden We willen relevante onderzoeken en rapporten van de voorbije jaren ook meenemen als bron voor het advies. De Vlor zal een langetermijnvisie en kader uitwerken voor het onthaal van verschillende profielen van anderstalige nieuwkomers in het secundair onderwijs. Het advies zal focussen op de organisatie en de invulling van de onthaalklassen voor anderstalige nieuwkomers, het vervolgonderwijs binnen het secundair onderwijs én de overgang tussen beide.
3.2.5 Vroegtijdig schoolverlaten
De Vlaamse Onderwijsraad organiseerde op 17 oktober 2024 een interne studiedag over vroegtijdig schoolverlaten. We bekeken vroegtijdig schoolverlaten in een ruimere context en focusten op de beschikbare data. In 2025 onderzoeken we hoe we samen met het project Samen Tegen Schooluitval verdere initiatieven kunnen nemen.4
3.2.6 Geletterdheid bij volwassenen
Programme for the International Assessment of Adult Competencies (PIAAC) is een grootschalig internationaal onderzoek dat de vaardigheden van volwassenen test. De focus ligt op vaardigheden die essentieel zijn voor een volwaardige deelname aan de moderne maatschappij:
- Geletterdheid
- Gecijferdheid
- Probleemoplossende vaardigheden
Naar aanleiding van de nieuwe PIAAC-resultaten, die op 10 december 2024 gepubliceerd werden, en het aflopen van het Plan Geletterdheid 2017-2024 bereidt de Vlaamse Onderwijsraad een advies voor over geletterdheidsvaardigheden van volwassenen.
3.3 Aandacht voor mentaal welzijn
Naar aanleiding van de focus op welbevinden en mentaal welzijn in de Agenda voor het Onderwijsbeleid 2024-2029 heeft De Vlaamse Onderwijsraad de visie op welbevinden gebundeld en bevestigd in een overzichtelijk document. De tekst wil nogmaals de nadruk leggen op die visie op welbevinden en de preventie van pesten die de Vlor hanteert en die door de jaren heen opgebouwd is op basis van documenten, onderzoeken en expertises. De samengevatte visie zal de basis vormen voor de (deel)raden, commissies en overlegplatformen van de Vlor om toekomstige initiatieven door de bril van welbevinden en preventie van pesten te bekijken.
3.4 Kwaliteitsvol onderwijs door sterke onderwijsprofessionals
3.4.1 Schoolteam in het basisonderwijs
Het schoolteam in het basisonderwijs evolueert verder naar een team met verschillende profielen die elk hun kennis en vaardigheden vanuit hun eigen opleiding binnenbrengen Vanaf academiejaar 2024-2025 start het hoger onderwijs met een specifieke masteropleiding basisonderwijs. De Vlaamse Onderwijsraad informeert zich over de voorbereidingen van die
4 Vlaamse Onderwijsraad (2024). Data-gericht seminarie vroegtijdig schoolverlaten.
masteropleiding en legt daarbij de link met het advies over de master basisonderwijs uit 2017 Dat advies bevat een inhoudelijke visie op de inzetbaarheid van de master basisonderwijs in de klas en op school. De raad wil toekomstgericht mee nadenken over een coherente visie op omkadering in het basisonderwijs.
4.1 Maatschappelijke verwachtingen: rol van onderwijs
4.1.1 Regeerakkoord
Duurzaam onderwijsbeleid met impact op de lange termijn maak je samen met de vele maatschappelijke spelers in het onderwijsveld. De Vlaamse Onderwijsraad verbindt die spelers en heeft in zijn Agenda voor het Onderwijsbeleid onder meer de nadruk gelegd op het belang van samenwerking om tot een beleid te komen met draagvlak en impact. Dat werd ook sterk benadrukt in de brief die we naar de nieuwe minister van Onderwijs, Zuhal Demir, stuurden naar aanleiding van het regeerakkoord. De brief is een uitgestoken hand om constructief samen te werken aan het onderwijs van de toekomst.5
4.2 Vrijheid, autonomie en sturing in onderwijs
4.2.1 Wendbaar hoger onderwijs
De uitdagingen voor het hoger onderwijs in de komende jaren zijn niet min. Denk bijvoorbeeld aan de explosieve stijging van studentenaantallen. Dat zet ook de uitdagingen op scherp rond kwaliteit, zeker in een financieringssysteem dat op zijn grenzen botst. Ondanks de stijging in studentenaantallen weerspiegelt de diversiteit in het hoger onderwijs nog lang niet die in de maatschappij. In het publieke debat rijzen vragen over het hogeronderwijsdiploma als enige toegangspoort tot de arbeidsmarkt, of over de economische return van de investeringen in het hoger onderwijs.
Om te anticiperen op deze uitdagingen en er adequaat mee om te gaan, moet het hoger onderwijs zich wendbaar kunnen opstellen. Daarover organiseerde de Vlaamse Onderwijsraad een reflectienamiddag, om het debat aan te gaan over de rol en de positie van het hoger onderwijs in de maatschappij van vandaag en van de toekomst.6
4.2.2 Overheidssturing
In de Agenda voor het Onderwijsbeleid formuleerde de Vlaamse Onderwijsraad enerzijds uitgangspunten over vrijheid, autonomie en sturing en anderzijds principes die de overheid moet hanteren bij initiatieven zoals regelgeving of communicatie. Die uitgangspunten en principes vormen voor de raad nu de basis voor toekomstig advieswerk over beleidsmaatregelen. We zullen bij de voorbereiding van adviezen telkens nagaan of de uitgangspunten en principes gerespecteerd worden en de overheid erop wijzen als dat in het gedrang komt.
5 Vlaamse Onderwijsraad (2024). Brief aan minister van Onderwijs Zuhal Demir n.a.v. het regeerakkoord
6 Vlaamse Onderwijsraad (2024). Reflectienamiddag: Wendbaar hoger onderwijs.
We volgen ook de intenties uit het regeerakkoord op over vertrouwen en vrijheid van onderwijs, om detailregelgeving te vermijden en om nieuwe regelgeving zo snel mogelijk mee te delen aan scholen. Halverwege de legislatuur zullen we evalueren hoe die intenties gerealiseerd worden.
4.3.1 Overleg tussen deeltijds kunstonderwijs en amateurkunsten
Het Amateurkunstendecreet van 8 maart 2024, dat op 1 januari 2025 in voege treedt, focust o.a. op de samenwerking met het deeltijds kunstonderwijs en de professionele kunsten. De commissie Deeltijds Kunstonderwijs van de Vlaamse Onderwijsraad voorziet in haar werking een jaarlijks overleg met vertegenwoordigers van De Federatie om de vinger aan de pols te houden en te bekijken hoe deze samenwerking zo goed mogelijk vorm kan krijgen.
4.3.2 Internationaal onderwijsbeleid
Internationale beleidskaders moeten worden meegenomen in het strategisch beleid. Dat is onze overtuiging en daarom volgt de Vlaamse Onderwijsraad de belangrijke ontwikkelingen in het internationale onderwijsbeleid systematisch op. De Vlor verzamelt onderwijsgebonden informatie; richtlijnen, kaders, frameworks en andere waardevolle bronnen van de Europese Unie (Raden, Commissie, Parlement) en volgt de agenda op van onder meer de OESO en de UNESCO. Jaarlijks wordt een rapport ‘Krachtlijnen van het internationaal onderwijs- en vormingsbeleid’ gepubliceerd. Op die manier stellen we de onderwijspartners in de gelegenheid om mee op de hoogte te blijven van de internationale ontwikkelingen. De Vlaamse stakeholders kunnen zich een idee vormen van de impact van Europese beleidslijnen op het Vlaams onderwijsbeleid, van de linken tussen beide niveaus of – soms – het ontbreken ervan.
De Vlor brengt advies uit over belangrijke internationale dossiers, zowel gericht aan Europese als aan Vlaamse beleidsmakers, en heeft aandacht voor onderbouwing van reguliere adviezen vanuit een internationaal perspectief.
Dit werkjaar zullen we ook de plannen voor het nieuwe Erasmus+-programma (2028-2034) opvolgen.
De Vlor neemt het secretariaat op van EUNEC, het Europees Netwerk van Onderwijsraden. EUNEC organiseert dit jaar naar jaarlijkse gewoonte een seminarie in het voorjaar, dit keer in Brussel
5.1 Grote en complexe uitdagingen
5.1.1 Toekomstplan basisonderwijs
Het basisonderwijs beschikt over sterke troeven om zijn opdracht waar te maken, maar staat onder toenemende druk. Om het basisonderwijs duurzaam te versterken pleit de Vlaamse Onderwijsraad voor een samenhangend toekomstplan op drie sporen: basisfinanciering, de leraar en het team (het primaire proces), beleid en organisatie (secundaire proces). Dit heeft de raad de voorbije jaren in verschillende adviezen uitgewerkt.
De Vlor blijft dit toekomstplan voor ogen houden en organiseert jaarlijks overleg tussen alle onderwijspartners om de vinger aan de pols te houden met aandacht voor de investeringen in basisonderwijs.
5.1.2 Drempels bij instroom en doorstroom hoger onderwijs
De Vlaamse Onderwijsraad heeft de ontwikkelingen rond studie-efficiëntie en studievoortgang de voorbije bestuursperiode nauw opgevolgd. Ook voor deze legislatuur staan er in het Regeerakkoord 2024-2029 en de beleidsnota Onderwijs 2024-2029 enkele maatregelen ingeschreven die het belang van dit thema in de verf zetten
De Vlaamse Onderwijsraad wil met een advies bijdragen aan de verdere ontwikkeling van een visie rond instroom en doorstroom in het hoger onderwijs. Moeten hogeronderwijsinstellingen er alles aan doen om het hoger onderwijs maximaal open te stellen voor een zo groot en divers mogelijke instroom aan studenten, of zijn daar bepaalde grenzen aan? Of omgekeerd: welke drempels voor instroom en doorstroom in het hoger onderwijs zijn zinvol, en welke zijn niet nodig? Welke richting zou ons Vlaamse hoger onderwijs op dit vlak moeten uitgaan?
5.1.3 25 jaar Bologna
Het hoger onderwijs bevindt zich momenteel op een scharniermoment. Het Bolognaproces werd 25 jaar geleden opgestart. Sindsdien zijn al heel wat inspanningen geleverd voor de eenmaking van de hogeronderwijsruimte. Vlaanderen heeft in dit proces altijd een voortrekkersrol gespeeld. Intussen is het hoog tijd voor een evaluatie van dat proces, lezen we in het Vlaams Regeerakkoord 2024-2029 en de Beleidsnota Onderwijs 2024-2029.
Tegelijk stellen we vast dat er op dit moment verschillende ontwikkelingen vanuit het Europese niveau op ons Vlaamse hoger onderwijs af komen. Denk bijvoorbeeld aan de European University Alliances die al enkele jaren geleden zijn gestart en ondertussen volop werden uitgerold, maar ook aan de blauwdruk rond de European Degree, waar momenteel wordt bekeken hoe dit gerealiseerd kan worden in de lidstaten
De opkomst van deze tendensen brengt ons tot de vraag: Hoe komt het dat we 25 jaar na de start van het Bolognaproces een aantal nieuwe impulsen lijken nodig te hebben? Wat hebben we nodig om de ambities die we al langer nastreven, ten volle waar te maken?
De Vlaamse Onderwijsraad organiseert op 21 februari 2025 een studiedag over dit thema. Het doel van de inspiratiedag is niet alleen een terugblik op 25 jaar Bolognaproces en een stand van zaken van de huidige tendensen op Europees niveau. Via dit evenement willen we aan visievorming doen, om geïnformeerd en proactief te kunnen inspelen op wat er op ons afkomt en voorop te lopen in het debat. Zo leveren we een aanzet tot nieuwe ontwikkelingen die vanuit de Europese Commissie gestimuleerd worden, naast wat er in het Vlaamse Regeerakkoord 20242029 en de Beleidsnota Onderwijs 2024-2029 staat ingeschreven rond de evaluatie van de Bolognahervorming en wat die heeft teweeggebracht in Vlaanderen.