2 minute read

De klimaatimpact van de energiedragers weerspiegelen

De verklaring aan het adres van de Europese Unie, die mee werd ondertekend door ECFD, de Europese Confederatie van Brandstoffenverdelers, waarvan Brafco actief lid is, benadrukt dat de energiebelasting de klimaatimpact van de energiedragers zou moeten weerspiegelen.

De Europese Unie werkt momenteel aan een herziening van de energiebelastingrichtlijn (EBR), die een belangrijke rol zal spelen bij haar inspanningen voor een groenere toekomst, met name door ervoor te zorgen dat de meest vervuilende brandstoffen ook het zwaarst belast worden. Het voorstel dat momenteel op tafel ligt, zou volgende wijzigingen omvatten:

1. De meest vervuilende brandstoffen (steenkool, petroleum, gas) zouden het zwaarst worden belast.

2. Brandstoffen voor de lucht- en scheepvaart zouden worden belast gedurende een periode van 10 jaar.

3. Er wordt geen onderscheid gemaakt naargelang het gebruik van brandstoffen en elektriciteit (commercieel/niet-commercieel, zakelijk/niet-zakelijk).

4. De minimumtarieven zouden voortdurend worden bijgewerkt (jaarlijkse aanpassin- gen op basis van de Eurostat-cijfers over consumentenprijzen).

Als we de ambitieuze klimaatdoelstellingen van de Europese Unie willen realiseren, is het volgens de ondertekenaars van de verklaring van essentieel belang om de geleidelijke vervanging van fossiele brandstoffen te versnellen door duurzame alternatieven te produceren, zoals hernieuwbare en koolstofarme brandstoffen, en daar ook fiscale voordelen aan te verbinden.

In het licht van de huidige energiecrisis en de negatieve maatschappelijke impact ervan op de gezinnen en bedrijven in de EU benadrukken de ondertekenaars dat de overstap naar duurzame energiedragers niet alleen een middel is om de klimaatcrisis tegen te gaan maar ook om te evolueren naar een meer gediversifieerde, veerkrachtige en winstgevende energiebevoorrading op middellange en lange termijn.

De herziene richtlijn zou het mogelijk maken de impact op het milieu van verschillende energieproducten in belastingtarieven uit te drukken, waardoor bedrijven sneller groenere keuzes zullen maken.

Bijgevolg dringen de ondertekenaars er onder andere op aan dat de Europese lidstaten snel tot een akkoord komen over de herziening van de EBR die de productie en het gebruik van koolstofarme hernieuwbare brandstoffen aanmoedigt. De ondertekenaars geven de voorkeur aan een classificatiemethode waarbij gekeken wordt naar de milieuprestaties van een brandstof, wat bevorderlijk zou zijn voor de productie van koolstofarme hernieuwbare brandstoffen.

Daarnaast zijn ze tevreden over de nieuwe bepalingen in artikel 2, paragraaf 6, die stipuleren dat het minimum belastingtarief voor een energieproduct dat bestaat uit een mengsel van een of meerdere producten gebaseerd moet zijn op ieder bestanddeel. Dat zou overduidelijk in de kaart spelen van mengsels met een hoger gehalte aan koolstofarme brandstoffen en dus ook de productie ervan stimuleren. De ondertekenaars halen niettemin ook enkele praktische leemtes aan, zoals het feit dat een goedgekeurde methode (bijvoorbeeld een benadering die gebaseerd is op de massabalans) nodig zal zijn voor boekhoudkundige doeleinden, wat dan weer een enorme impact kan hebben op de administratie van de belastingaangiftes. Daarom vragen ze dat een uitvoeringsbesluit wordt genomen zodat belanghebbenden kunnen deelnemen aan de technische gesprekken die tot een pragmatische en praktische toepassing van het artikel in kwestie moeten leiden.

Tenslotte, gezien spanningen binnen de Raad worden veroorzaakt door de druk om fossiele brandstoffen voor het intracommunautair lucht- en zeevervoer niet volledig vrij te stellen van de energiebelasting, stellen de ondertekenaars voor om het minimumbelastingtarief voor duurzame brandstoffen in deze sectoren gedurende een periode van 10 jaar op nul te houden

Werk mee aan de energietransitie en investeer in een CO2-neutrale toekomst

This article is from: