2 Landschap en wereldkaart Wat je al kent en kunt (uit vorige jaren) – Je kunt reliëfvormen herkennen (met de 3 h’s + de hoogteligging). – Je kent de grote reliëfeen heden in Europa.
1 De wereldreferentiekaart van het reliëf
De hoogste bergen – in Azië: Everest, China - Nepal, 8 850 m – in Zuid-Amerika: Aconcagua, Argentinië, 6 962 m – in Noord-Amerika: Denali, Alaska, VS, 6 194 m – in Afrika: Kilimanjaro, Tanzania, 5 963 m – in Europa: Elboers, Rusland, 5 633 m – in Australië en Oceanië: Puncak Jaya, Indonesië (Nieuw-Guinea), 5 030 m – in Antarctica: Vinsonmassief, Ellsworthland, 5 140 m
Op de reliëfkaarten in je atlas kun je als het ware de drie dimensies van het reliëf waarnemen: diepte/hoogte, lengte en breedte. Op hoogtezonekaarten lees je volgens de kleur de hoogteligging af. Vooral de grote bergketens met hooggebergten zorgen voor structuur op de wereldreliëfkaart.
De langste rivieren – Nijl, Afrika, 6 671 km – Amazone, Zuid-Amerika, 6 448 km – Mississippi - Missouri, NoordAmerika , 6 270 km – Blauwe Rivier / Jangtsekiang, Azië, 6 211 km – Jenisej - Angara - Selenga, Azië, 5 550 km – Gele Rivier / Hoangho, Azië, 5 464 km – Ob - Ertis, Azië, 5 410 km – Congo, Afrika, 4 667 km – Lena - Kirenga, Azië, 4 400 km – Mekong, Azië, 4 350 km – Murray-Darling, Australië, 3 750 km – Wolga, Azië, 3 688 km
1.2 De grote riviervlakten vullen de wereldreliëfkaart
Het reliëf is de drager van het landschap. Het wordt ingedeeld in drie grote hoogtezones: laagland (0-200 m), middelland (201-2 000 m) en hoogland (hoger dan 2 000 m). In elke hoogtezone kunnen er valleien of dalen voorkomen; meestal stroomt er een rivier door. Dalen hebben zeer verschillende vormen: van vlakdalen met heel zachte hellingen tot kloofdalen met bijna loodrechte dalwanden. Een aparte reliëfvorm is nog een kom of een bekken: een gebied dat aan alle zijden door hogere gebieden wordt omgeven.
1.1 De hooggebergten structureren de wereldreliëfkaart In Amerika valt de noord-zuidlopende bergketen op van de Rocky Mountains (Rotsgebergte) over de Westelijke Sierra Madre (in Centraal-Amerika) naar de Andes in Zuid-Amerika. In Eurazië is de ligging west-oost: vanaf de Pyreneeën over de Alpen, de Karpaten en de Kaukasus naar het dak van de wereld in Pamir, met een afsplitsing naar het noordoosten over het Altajgebergte, Sajangebergte, Jablonovigebergte en Stanovoigebergte en naar het zuidoosten met de Himalaya. Afrika heeft alleen het Atlasgebergte en enkele Oost-Afrikaanse hooglanden. In Australië tref je in het zuidoosten de Australische Alpen aan die naar het noorden overgaan in het Groot Australisch Scheidingsgebergte.
Met hun bronnen in de hoger vermelde hooggebergten vind je de volgende grote rivieren met hun stroomrichting. Ze draineren de grote stroombekkens. Noord-Amerika
Mississippi - Missouri naar het zuiden
Zuid-Amerika
Amazone naar het oosten – Paraná naar het zuiden
Europa
Rijn naar het noorden – Donau naar het oosten
Azië
Ob, Jenisej en Lena naar het noorden (Siberië) Tigris - Eufraat, Indus, Ganges naar het zuiden (India) Gele en Blauwe Rivier naar het oosten (China)
Afrika
Nijl naar het noorden – Congo naar het westen – Niger naar het zuiden – Zambezi naar het oosten
Australië
de Darling naar het zuiden
2 Vergelijkbare landschappen in Europa De grote landschappen van Europa, zoals laagvlakten, plateaus, heuvelruggen, middel gebergten en hooggebergten ken je al. Ook in de andere werelddelen tref je die aan. Met behulp van de atlas kun je die landschappen op elk continent identificeren. In de volgende thema’s zul je – telkens een werelddeel behandeld wordt – meer te weten komen over het reliëf.
Wat je hebt bijgeleerd – Je herkent op de wereldkaart de grote bergketens en grote rivieren als referentie lijnen. – Je ziet gelijkenissen tussen het reliëf van Europa en het reliëf op de wereldkaart.
11
Landschap en wereldkaart