Leesvaardigheid – Wat is jouw startpositie?
1
1
Je test hoe goed je informatie uit teksten kunt halen
2 Je gebruikt woordstrategieën om de betekenis van onbekende woorden te vinden
Jongeren en media
Je controleert of informatie betrouwbaar is
el dh oo fd s
1
3
tu k
les
1 Vul deze korte enquête in.
Ik lees meer dan twee keer per week in de krant.
¡ ja
¡ nee
Ik heb al eens een e-book gelezen.
¡ ja
¡ nee
Ik lees graag boeken.
¡ ja
¡ nee
Ik lees bijna dagelijks nieuwsartikelen op mijn smartphone.
¡ ja
¡ nee
Ik denk dat jongeren over 100 jaar nog boeken lezen.
¡ ja
¡ nee
2 Lees de tekst Jongeren lezen meer dan ooit op p. 11 een eerste keer globaal en beantwoord volgende vragen.
onthouden
Bij globaal lezen neem je de tekst volledig door. Je zoekt uit waar de tekst over gaat (het onderwerp). Die informatie vind je meestal in de inleiding, de tussentitels en het slot. Je kijkt ook naar de lay-out (opmaak) van de tekst en de illustraties.
be
Op die manier probeer je een algemeen beeld van de tekst te krijgen. Je kunt na het globaal lezen zeggen wat het onderwerp is en of je de tekst in detail wilt verwerken.
a Wat is volgens jou het onderwerp van de tekst?
vo or
b Welke informatie geeft de inleiding daarover? ¡ ¡ ¡ ¡
Jongeren lezen meer dan vroeger. Jongeren lezen minder dan vroeger. Jongeren lezen meer boeken dan vroeger, maar minder krantenartikels. Jongeren lezen minder boeken dan vroeger, maar meer korte berichten online.
c Waarom heeft de schrijver deze tekst gemaakt? ¡ ¡ ¡ ¡
om de lezer te informeren om de lezer te ontspannen om de lezer te ontroeren om de lezer te overtuigen
LES 1 Leesvaardigheid – Wat is jouw startpositie?
9