Lift 4A - Leerwerkboek

Page 1

4

IN

T

doc.

VA N

F

doc.

I

©

L

Organisatie en logistiek Arbeidsmarktfinaliteit


© VA N IN


4

IN

T

VA N

F

I

©

L

Thema 1: Project


Starten met Lift Welkom bij Lift. We leggen graag even uit hoe je met dit leerpakket aan de slag gaat.

1 OP WEG MET LIFT Het leerwerkboek bestaat uit vijf thema’s en ICT-fiches. Elk thema is op dezelfde manier opgebouwd.

4

In totaal zul je vijf thema’s doorlopen: een projectthema, de goederen- en documentenstroom, de taken van een onthaalmedewerker, de taken van een retailmedewerker en ten slotte de taken van een logistiek medewerker. Elk thema start met een Themapagina.

IN

I

Elk thema begint met een Step-in. Daar maak je kennis met de rode draad doorheen het thema.

VA N

L

De taken van een retailmedewerker

Vorig jaar maakte je kennis met de wereld van de administratief, de logistiek en de retailmedewerker. Dit jaar werk je verder met die beroepen, maar nu voor je eigen projectbedrijf.

2

In dit thema doorloop je drie levels waarin je … aan de hand van een spel onderzoekt wie de experten zijn in die drie beroepen; 1 brainstormt over je projectbedrijf dat de rode draad vormt doorheen het schooljaar; 2 de huisstijl en de bedrijfscultuur voor je projectbedrijf bepaalt. 3

STEP-IN

F

1

THEMA 1

T

Thema 4:

STEP-IN

8

LIFT4A_T1_L1.indd 8

Je doorloopt per thema verschillende Levels, waarbij je telkens een centrale onderzoeksvraag beantwoordt. Je verkent de onderzoeksvraag aan de hand van verschillende opdrachten, onder de noemer Explore.

03/06/2022 00:16

Explore 5— Kun je een verkoopfactuur met een rekenblad

Bij verschillende opdrachten kun je kiezen uit twee of meerdere Opties. De opties geven je de keuze of je graag een uitdaging wilt aangaan of liever meer ondersteuning wenst. Het kan ook zijn dat je kunt kiezen volgens je interesse.

opstellen?

1

Vorig schooljaar werkte je in een sjabloon in Excel om de verkoopfacturen op te stellen. Wat was daarvan het voordeel?

2

Stel de factuur op met de juiste opmaak. Voor deze opdracht heb je de keuze. Kies optie 1 als je wat ondersteuning wilt. Kies optie 2 als je liever een uitdaging wilt. Vink de gekozen optie aan. a

Ga naar het onlinelesmateriaal en download er het bestand om een factuur op te stellen.

Tip:

b

In de Intro heb je gezien dat Mulin Bussche de lay-out voor een nieuwe factuur moet bedenken. De factuur ziet er dus anders uit dan de facturen in dit level.

Volg het stappenplan en gebruik de ICT-fiches van rekenblad.

Optie 1 Met ondersteuning

STAPPENPLAN Stap 1: Voeg een nieuw werkblad toe voor het tabblad ‘Artikelen’. Geef dat tabblad de naam ‘blanco_VF’ (ICT-fiche_R_02).

Wanneer je je projectbedrijf verder uitwerkt, moet je aan nog een aantal kernzaken denken. Organogram Een organogram is een schematische voorstelling van de organisatiestructuur van een onderneming waarin de verschillende afdelingen en functies staan. Je kunt in een oogopslag zien wie verantwoordelijk is voor welke taak en aan wie elke werknemer verantwoording moet afleggen. Denk goed na welke organisatiestructuur je wilt: een lijnorganisatie, een lijn-staforganisatie of een horizontale organisatie.

©

Bedrijfskleding De huisstijl vind je niet alleen in het logo, het lettertype, de slogan en de bedrijfskleuren maar ook in de afspraken over bedrijfskleding. Die afspraken gaan niet alleen over de veiligheid, zoals veiligheidsschoenen, maar zorgen er ook voor dat de bedrijfskleding een bepaald imago weergeeft.

Waarden en normen De organisatiecultuur, de normen en waarden die het bedrijf nastreeft, heeft invloed op de prestaties van de werknemers. Daardoor kan het de resultaten van de onderneming sterk beïnvloeden. Het is dan ook belangrijk om na te denken over welke waarden en normen je wilt nastreven.

Stap 1: Plaats het blad liggend. Stap 2: Pas de linker- en rechtermarge aan naar 1,2 cm. Stap 3: Teken een tabel met meerdere kolommen en meerdere rijen.

LEVEL 3

Stap 4: Vermeld in de eerste rij de productcategorieën. – Gebruik lettergrootte 12 en lettertype Calibri Light. – Zet de categorieën vet. – De achtergrond van de cellen (arcering) is lichtblauw.

THEMA 1

Stap 5: Vermeld in de rijen eronder de soorten of types per productcategorie. – Gebruik lettergrootte 10 en lettertype Calibri Light. – De achtergrond van de cellen (arcering) is wit. Stap 6: Druk het bestand af. Zorg dat alles netjes op één bladzijde past. Stap 7: Bewaar het resultaat in je portfolio. Maak een map voor elk thema en een submap voor elk level. Geef die submap de naam ‘Thema_1_Level_2’. Geef het bestand een duidelijke naam zoals ‘Action_2_Overzicht_producten’.

03/06/2022 07:03

2

Je leerkracht evalueert het overzicht van het assortiment op de volgende punten.

EVALUATIEFICHE OVERZICHT ASSORTIMENT Max

De afdrukstand is ‘liggend’.

1

De marges zijn correct

2

Opmerkingen

ingesteld. —

Het lettertype en de letter-

2

grootte zijn correct. —

De achtergrondkleur is

2

correct. —

De afdruk van het overzicht beslaat een bladzijde.

2

Score

TOTAAL

2

LEVEL 2

LIFT4A_T1_L3.indd 42

THEMA 1

STARTEN MET LIFT

Gebruik de voorbeelden van Apple, Coca-Cola en Tui uit Explore 1 als inspiratie.

STAPPENPLAN:

42

27

LIFT4A_T1_L2.indd 27

Stap 4: – – – – – – –

Geef de rijen de volgende hoogte (ICT-fiche_R_15): rij 1: 33 pt rij 2: 42 pt rij 3 tot en met rij 17; rij 22 tot en met rij 33; rij 37 en 38 en rij 41 tot en met rij 46: 14 pt rij 18 tot en met rij 20: 19 pt rij 21: 21 pt rij 34 en 35 en rij 47 tot en met rij 50: 16 pt rij 36 en rij 40: 18 pt

24/06/2022 09:18

Nu is het tijd om je opgedane kennis in te oefenen aan de hand van verschillende Actions.

Maak een overzicht van het assortiment van jullie projectbedrijf met een tekstverwerker of met een rekenblad. Volg het stappenplan. Gebruik indien nodig de ICT-fiches van tekstverwerker of rekenblad. Tip:

Geef de kolommen de volgende breedte (ICT-fiche_R_16): kolom A: 9,33 tekens kolom B tot en met G: 7,33 tekens kolom H en I: 10,67 tekens kolom J: 11 tekens

19

Lift 4A_T2_L1.indd 19

Action 2— Maak een overzicht van het assortiment 1

Stap 3: – – – –

THEMA 2

De verworven leerstof is gebundeld in To the point. Daarin staat wat je moet onthouden uit het level. Bij het onlinelesmateriaal vind je de verworven leerstof in een overzichtelijke mindmap.

TO THE POINT

LEVEL 1

Stap 2: Pas de linker- en rechtermarge aan naar 0 cm (ICT-fiche_R_20).

03/06/2022 07:04


Een Action More bevat een verbreding van het leerplandoel. Het is niet verplicht die Action te maken om het leerplandoel te behalen. De Action More biedt je de mogelijkheid om (als je voor de anderen klaar bent) je kennis van het leerplandoel te verruimen en dat doel in een breder kader te situeren. De Action More maakt ook differentiatie in interesse mogelijk.

Action 13— Werkplekleren: stel een evenwichtige maaltijd samen op basis van de voedingslabels.

MORE

Werk in groepjes van drie. Samen met je groep stel je een evenwichtige maaltijd samen. De ingrediënten van de maaltijd toets je aan de Nutri-Score. De maaltijd bestaat uit een voorgerecht, hoofdgerecht en een dessert. a b

Elke leerling neemt een gerecht voor zijn rekening. Kies een gerecht uit de onderstaande menu’s of zoek het recept van je lievelingsgerecht op. Zoek de ingrediënten van je maaltijd op. Noteer ze in een boodschappenlijst. MENU 1

MENU 2

Zalm, sla, tomaat, ei

Tomatensoep

Hoofdgerecht

Kip curry met rijst

Spaghetti bolognaise

Dessert

Kiwi

Banaan

Aan het einde van elk level sta je stil bij de actualiteit omtrent de inhoud van dat level in de rubriek Breaking news. Bij het onlinelesmateriaal vind je de bijhorende artikels of filmpjes en de opdrachten.

THEMA 4

LEVEL 1

Voorgerecht

IN

1

34

LIFT4A_T4_L1.indd 34

24/06/2022 09:19

BREAKING NEWS Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Je hebt nu in DOCflow gezien dat de afdelingen met verschillende documenten werken. Ontwerp een schema dat de onderlinge verbanden en documentenstroom tussen de interne afdelingen van A.S.Adventure.edu duidelijk maakt.

Ik kan de verplichte elementen op een factuur opsommen en opstellen in een rekenblad.

2

Ik kan het begrip ‘algemene factuurvoorwaarden’ omschrijven.

3

Ik kan het begrip ‘bijzondere voorwaarden’ omschrijven.

4

Ik kan het begrip ‘algemene voorwaarden’ omschrijven.

5

Ik kan het berekeningsschema van de verkoopfactuur toepassen.

6

Ik kan een creditnota opstellen in een rekenblad.

KAN BETER

EXTRA OEFENMATERIAAL

LEVEL 1

1

THEMA 2

VA N STEP-UP

2

Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

CHECKLIST

Elk level eindigt met een Checklist. Het is een hulpmiddel om te beoordelen of je de doelen van dat level onder de knie hebt.

1

1

44

Lift 4A_T2_L1.indd 44

03/06/2022 07:06

Laat de volgende gegevens zeker aan bod komen. a b c

Ondernemingen: leverancier, klant, A.S.Adventure.edu Afdelingen: administratie, aankoop, verkoop, boekhouding, magazijn, facturatie, expeditie Documenten: prijsaanvraag, prijsofferte, uitgaande bestelbon, interne bestelbon, orderbevestiging, goedgekeurde orderbevestiging, uitgaande leveringsbon, inkomende leveringsbon, aankoopfactuur, verkoopfactuur, magazijnopdrachtenbon

3

Ontwerp het schema op een A3-formulier. Dat kun je doen met bijvoorbeeld Canva. Gebruik de ICT-fiches van Canva. Wees creatief!

4

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

105

4

03/06/2022 07:07

T

©

Lift 4A_T2_L3.indd 105

De ICT-fiches vind je achteraan het leerpakket en bij het onlinelesmateriaal. Ze helpen je om zelfstandig met een tekstverwerker, een rekenblad of een presentatiepakket aan de slag te gaan; infographics te creëren, foto’s en video’s te monteren en online samen te werken.

F I L

ICT-fiches

STARTEN MET LIFT

THEMA 2

STEP-UP

Elk thema sluit af met een Step-up die je uitdaagt om je kennis toe te passen in een grotere opdracht.

3


en het etiket op het artikel plakken.

Good to know Je plakt best nooit meer dan één etiket op een artikel. Kleef de prijs ook niet over belangrijke informatie (houdbaarheidsdatum, ingrediënten …). Zorg ervoor dat de schapstickers of -etiketten met prijsinformatie juist zijn en op de correcte plaats in de schaprail zitten. Als de prijs niet duidelijk is, laat de klant de artikelen vaak liggen. Meestal kun je aan de schapsticker zien waar de ruimte voor bepaalde artikelen begint en waar ze weer eindigt.

2 HANDIG VOOR ONDERWEG In elk thema vind je dezelfde hulpmiddelen.

Explore 5— Wat betekenen de logo’s op verpakkingen?

Doorheen het thema vind je de belangrijkste zaken op een rijtje in de rode kenniskaders.

Milieulabel Op de verpakking van producten staan vaak verschillende milieulabels. Die labels garanderen dat het product het milieu respecteert.

FAIRTRADELABEL

is kort en krachtig (maximaal vijf woorden);

drukt het voordeel dat jouw merk heeft ten opzichte van anderen uit;

is uniek, zodat klanten de slogan alleen met jouw merk verbinden;

zegt waar jouw winkel of jouw merk goed in is;

blijft hangen.

Explore 2— De indeling van een supermarkt … daar is over nagedacht!

Indeling van een supermarkt

Explore 5— Welke emotie roept een bepaalde kleur op? Beeldwoordenboek Level 2 1

BEGRIP AFBEELDING Het logo, de naam en de slogan bepalen mee deVERKLARING huisstijl. Je ontwikkelt ze dus alle drie samen. achtergrond­ De muziek die de klant in een winkel op de muziek kleuren achtergrondvoor hoort. Je moet er dus ook een of meerdere kiezen.

a b

rood

LIFT4A_T4_L1.indd 13

Na dewoorden groenten en het fruit volgen het vlees en de visvan en andere artikelen om de Je vindt die aan het einde maaltijd te vervolledigen. Die indeling stimuleert onbewust om een snellere keuze te maken. producten zoals melk, water, toiletpapier ... staan vaak elk level in het Alledaagse beeldwoordenboek.

of een vaste artikelpresentatie. De tijdelijke presentatie is telkens anders, verrast de klant en realiseert extra verkoop. De vaste artikelpresentatie zorgt dat de klant de producten die hij vaak koopt, gemakkelijk vindt.

bv. warmte, opwinding, enthousiasme, kracht, energie, passie, liefde 1

Dat zijn aankopen die de consument niet gepland had om te doen.

bv. levenslust, plezier, geluk, zelfvertrouwen, vreugde, geluk, energie instore­ beleving

bv. warmte, vriendelijkheid, speelsheid, enthousiasme, creativiteit, succes, stimulatie … gedwongen looproute

groen

Dat is de route waarlangs de klant verplicht is om te lopen.

tankstation:

b

parfumerie:

c

kledingwinkel:

bv. vernieuwing, levendigheid, veiligheid, stabiliteit, gezondheid, duurzaamheid, natuur

bv. intelligentie, vertrouwen, stabiliteit, loyaliteit, wijsheid, geloof, THEMA 4

blauw

a

LEVEL 2

oranje

De zintuigelijke waarnemingen van de klant in de winkel.

BEELDWOORDENBOEK

geel

03/06/2022 07:09

De merkproducten waaraan de winkelier het meest verdient, staan op ooghoogte. De goedkopere huismerken of witte producten eerder onderaan. De meest populaire producten staanbevinden in het midden van hetaan gangpad. Supermarkten doen dat bewust Welke artikelen zich meestal de kassa van de onderstaande winkels.en Noteer twee verplichten als het ware de consument om door elk gangpad te lopen. Dat vergroot voorbeelden. de kans dat hij onvoorzien bepaalde producten meeneemt.

VA N

impuls­ aankopen

13

achteraan. De klant moet de hele winkel door en daardoor stijgt de kans dat hij onderweg ook nog iets anders in zijn winkelkar legt.

Welke emoties roepen kleuren op? Bespreek klassikaal. Vul de tabel aan. artikel­ De winkelier toont zijn artikelen in een tijdelijke presentatie

Bij de ingang van de supermarkt bevindt zich de groente- en fruitafdeling. Eens een klant iets gezonds in de winkelkar heeft, voelt hij zich minder schuldig als hij iets koopt dat minder gezond is.

LEVEL 1

THEMA 4

Een goede slogan:

IN

Het fairtradelabel is een sociaal label dat garandeert dat de kleine Moeilijke woorden worden boeren in de ontwikkelingslanden voor hun producten een eerlijke prijsin krijgen. Het begrippenkader. label stoelt op het principe van de 3 P’s: people, uitgelegd een planet, profit. Die woorden vallen extra op door de stippellijn.

SLOGAN

waarheid, hemel, kalmte

bv. luxe, comfort, creativiteit, ambitie, magie, mysterie

wit

bv. vrede, rust, helderheid, perfectie, onschuld, zuiverheid

03/06/2022 07:12

roze

bv. vrolijkheid, energie

bruin

bv. veiligheid, betrouwbaarheid , warmte, gezelligheid

Good to know

2

48

©

4A_T1_L2.indd 22

In een Forum voer je in groepjes of met de hele klas een gesprek over een bepaalde stelling. Het is de bedoeling dat je luistert naar elkaars mening en leert hoe anderen denken, maar ook dat je je eigen mening leert onderbouwen met argumenten.

LIFT4A_T4_L2.indd 48

3

Surf naar het onlinelesmateriaal en lees het artikel over Lidl.

Forum

03/06/2022 07:10

De volgende iconen helpen je ook nog een eind op weg: Je vindt online extra (ondersteunend) materiaal. Het beeldfragment dat hierbij hoort, vind je online.

STARTEN MET LIFT

LIFT4A_T4_L2.indd 51

4

03/06/2022 07:14

Wat vind je van het initiatief van de supermarktketen Lidl?

LEVEL 2

22

Hoe kun je als klant aan alles weerstaan in de supermarkt? Waarom de kassaomgeving een verleidelijke zone? Noteer drie redenen. — Steliseen boodschappenlijstje op. — Ga nooit met honger naar de winkel. — Ga op vaste momenten naar de supermarkt, twee of drie keer per week.

THEMA 4

zwart

In de Good to know-kaders staan handige tips of weetjes bij de uitvoering van de opdrachten. bv. elegantie, autoriteit, degelijkheid, kracht, luxe

LEVEL 2

LIFT4A_T4_L2.indd 73

Het luisterfragment dat hierbij hoort, vind je online. Je vindt online een ontdekplaat. Je moet iets bewaren in je portfolio. Je oefent je ICT-vaardigheden.

THEMA 4

THEMA 1

LEVEL 2

73

paars

51

03/06/2022 07:13


Lift EN DIDDIT

IN

Het onlineleerplatform bij Lift

Materiaal Hier vind je het lesmateriaal en de online-oefeningen. Gebruik de filters bovenaan, de indeling aan de linkerkant of de zoekfunctie om snel je materiaal te vinden.

VA N

Lesmateriaal Hier vind je het extra lesmateriaal bij Lift, zoals video’s, audio’s, pdf's, ontdekplaten … Oefeningen • De leerstof kun je inoefenen op jouw niveau. • Je kunt hier vrij oefenen.

Opdrachten Hier vind je de opdrachten terug die de leerkracht voor jou heeft klaargezet.

Evalueren Hier kan de leerkracht toetsen voor jou klaarzetten. Resultaten Wil je weten hoever je al staat met oefenen, opdrachten en evaluaties? Hier vind je een helder overzicht van je resultaten.

Meer info over diddit vind je op www.vanin.diddit.be/nl/leerling.

STARTEN MET LIFT

©

E-book Het e-book is de digitale versie van het leerwerkboek. Je kunt erin noteren, aantekeningen maken, zelf materiaal toevoegen ...

5


©

VA N

THEMA

IN

1 Projectthema


LEVEL

Bepaal voor je projectbedrijf de huisstijl en de bedrijfscultuur.

©

VA N

3

IN

STEP-UP

LEVEL

2

LEVEL

1

Brainstorm over je eigen projectbedrijf.

p. 48

p. 38

p. 15

Wie zijn de experten van de klas?

p. 9

STEP-IN

p. 8


STEP-IN Vorig jaar maakte je kennis met de wereld van de administratief, de logistiek en de retailmedewerker. Dit jaar werk je verder met die beroepen, maar nu voor je eigen projectbedrijf.

VA N

IN

1

In dit thema doorloop je drie levels waarin je … aan de hand van een spel onderzoekt wie de experten zijn in die drie beroepen; 1 brainstormt over je projectbedrijf dat de rode draad vormt doorheen het schooljaar; 2 de huisstijl en de bedrijfscultuur voor je projectbedrijf bepaalt. 3

THEMA 1

STEP-IN

©

2

8


LEVEL 1 Wie zijn de experten van de klas? INTRO Vorig jaar heb je kennisgemaakt met de competenties van de drie beroepen op de afbeeldingen. Noteer de naam van het beroep bij de afbeelding.

A

IN

1

VA N

B

©

C

In dit level fris je de leerstof van het derde jaar op aan de hand van een spel. Je beantwoordt stap voor stap deze onderzoeksvraag:

LEVEL 1

Wie zijn de experten van de klas?

THEMA 1

2

9


Re-explore 1— Branchespecialist: Wie winkelt het kwartet bijeen?

Je krijgt van de leerkracht een kaartje met de naam van een winkel op. Zoek de drie andere klasgenoten die een winkel uit dezelfde branche hebben en vorm samen een groepje.

2

Wanneer je je groepsleden hebt gevonden, noteer je de naam van de branche op een blad dat je leerkracht heeft klaargelegd.

IN

1

VA N

Indien de naam van de branche correct is, krijgt jouw groep een punt.

Re-explore 2— Functionele kennis: Wie ben ik? Werk in de groepjes die je in Re-explore 1 gevormd hebt.

2

Bekijk het organogram van A.S.Adventure.edu achteraan dit thema of bij het onlinelesmateriaal.

3

Luister aandachtig naar de tips van je leerkracht. Achterhaal met je groep zo snel mogelijk over welke functie binnen een afdeling de tips gaan.

THEMA 1

LEVEL 1

©

1

10

Kun je het antwoord geven na een eerste aanwijzing, dan krijgt je groep tien punten. Na een tweede tip ontvangt je groep acht punten. Bij elke bijkomende tip verliest je groep een punt.


Re-explore 3— Klasseerkrak: Wie kent het alfabet van a tot z?

Je groep krijgt een aantal klantenkaarten. Klasseer die zo snel mogelijk op alfabetische volgorde.

VA N

IN

Die groep die de klantenkaarten het snelst en foutloos geklasseerd heeft, krijgt vijf punten. Heeft de snelste groep fouten gemaakt dan ontvangt elke andere groep vijf punten.

Re-explore 4— Tikexpert: Wie kan foutloos typen? 1

Overleg in je groep wie het best blind, snel en foutloos kan typen.

2

De gekozen leerling krijgt een korte tekst om te typen.

THEMA 1

LEVEL 1

©

Diegene die de minste fouten maakt, is de winnaar. Is er een gelijke stand, dan wint diegene die het snelst klaar is. De winnende groep krijgt vijf punten.

11


Re-explore 5— Rekenexpert: Wie neemt de proef op de som?

Elke groep krijgt een reeks met speciale dominostenen. Verdeel de dominostenen binnen je groep.

2

De jongste leerling van de groep legt de eerste steen.

3

Leg zo snel mogelijk alle stenen zonder fouten te maken.

IN

1

VA N

Die groep die het snelst klaar is én geen fouten heeft gemaakt, krijgt vijf punten. Heeft de snelste groep wel fouten gemaakt, dan krijgt elke andere groep vijf punten.

Re-explore 6— Topshopper: Wie verzamelt de meeste winkelvormen?

Om de verschillende winkelvormen op te frissen, speel je met je groep een kwartet over winkelvormen tegen een andere groep. a

Ga naar het onlinelesmateriaal en lees de spelregels.

b

Je leerkracht deelt de kwartetkaarten uit.

c

Het spel kan beginnen: verzamel zoveel mogelijk setjes van vier kaarten.

THEMA 1

LEVEL 1

©

Die groep die de meeste kwartetten heeft verzameld, krijgt vijf punten. Weet die groep ook de winkelvorm die bij het kwartet hoort, dan ontvangt de groep nog eens twee punten.

12


Re-explore 7— Meesterspeller: Wie spelt alle namen goed? Ga naar het onlinelesmateriaal en bekijk het NAVO-alfabet. Je gaat nu met je groep zo veel mogelijk achternamen foutloos noteren door ze aan de hand van dat alfabet te spellen.

2

Overleg binnen je groep hoeveel achternamen jullie in twee minuten foutloos kunnen spellen met het NAVO-alfabet.

3

De groep die op dit moment de hoogste score heeft, mag als eerste het aantal namen opgeven. De groep die het hoogste aantal namen denkt te kunnen spellen, mag het proberen.

4

Eén lid van je groep krijgt een aantal achternamen van de leerkracht om hardop te lezen. De groepsleden die niet spellen, noteren de namen op een groot papier. De leerlingen uit de andere groepen noteren op een blaadje..

5

De leerkracht hangt de grote papieren op het bord, zodat de andere groepen kunnen controleren of de namen correct geschreven zijn.

VA N

IN

1

Die groep die het hoogste aantal namen correct spelt, verdient vijf punten. Lukt dat niet, dan ontvangen de andere groepen elk vijf punten.

Re-explore 8— Inpakspecialist: Wie pakt het best in? Herhaal in je groep de techniek van het inpakken. Zorg dat de andere groep je niet hoort.

2

Kies binnen je groepje de inpakspecialist.

3

Van elke groep gaat de expert in een ander lokaal een geschenk inpakken. Als de geschenken teruggebracht worden in de klas, heeft elk pak een letter en elke groep vier puntenkaarten. Je weet niet welk geschenk door de expert van je groep is ingepakt.

©

1

Vraag aan de inpakker van jullie groep welk geschenk hij ingepakt heeft. Tel de punten samen die het ingepakte geschenk van jouw groep gekregen heeft. Tel de verdiende punten op bij het totale aantal punten van je groep.

LEVEL 1

Beoordeel met je groep (zonder de inpakker) de geschenken. Het best ingepakte geschenk geef je de kaart met vier punten. Het tweede mooiste pakje krijgt drie punten, enzovoort.

THEMA 1

4

13


Re-explore 9— Papierkenner: Wie kent de

documentenstroom het best?

Je krijgt van je leerkracht een bundel met documenten. Stel in je groep de vier verkoopdossiers samen.

2

Leg de documenten van elk dossier in de juiste volgorde: van prijsaanvraag tot factuur.

IN

1

VA N

Die groep die als eerste klaar is en alles juist heeft, krijgt vijf punten. Heeft je groep fouten gemaakt of is je groep niet de snelste, dan krijgt de groep een punt per correct dossier.

Re-explore 10— De beste in beeld: Wie kent alle pictogrammen?

Je krijgt van je leerkracht een document met twintig pictogrammen. Noteer onder elk pictogram de betekenis.

©

Tip:

Verdeel het werk, want je krijgt slechts twee minuten.

THEMA 1

LEVEL 1

Per pictogram dat je groep juist verklaart, ontvangt de groep een punt.

14


LEVEL 2 Brainstorm over je eigen projectbedrijf.

Vorig schooljaar heb je kennisgemaakt met A.S.Adventure.edu. Surf via het onlinelesmateriaal naar de website van A.S.Adventure.edu. Welke producten en diensten verkoopt de winkel zoal?

In het vierde jaar ga je de kennis die je hebt opgedaan, toepassen op je eigen projectbedrijf. In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag: Wat heb je nodig om het assortiment en de huisstijl van je projectbedrijf uit te werken?

THEMA 1

2

LEVEL 2

©

VA N

1

IN

INTRO

15


Explore 1— Waaruit bestaat het assortiment van een onderneming?

ASSORTIMENT

Het assortiment van een onderneming is het volledige aanbod aan

1

IN

producten en diensten dat een onderneming verkoopt en aanbiedt.

In de volgende tabel vind je het assortiment van Apple. Noteer in de onderste rij eventueel recente producten. ONDERNEMING: APPLE Mac

iPad

iPhone

iPad Pro

iPhone SE

MacBook Air

iPad Air

iMac

Mac Pro

Airpods

TV en wonen

Apple Watch SE

AirPods 2e generatie

Apple TV 3

iPhone 12

Apple Watch Nike

AirPods Pro

Apple TV HD

iPad

iPhone 13 en iPhone 13 Pro

Apple Watch Series 7

AirPods 3e generatie

Apple TV 4K 2017

iPad Mini

iPhone 14 en iPhone 14 Pro

VA N

MacBook pro

Watch

Apple TV 4K 2021

©

BREEDTE EN DIEPTE VAN HET ASSORTIMENT

De verschillende productcategorieën die een onderneming aanbiedt, vormen de breedte van het assortiment. De soorten of types per categorie die een onderneming aanbiedt, vormen de diepte van het

THEMA 1

LEVEL 2

assortiment.

16

2

Bekijk de tabel met het assortiment van Apple nog eens. In de gemarkeerde rij zie je de verschillende productcategorieën die Apple aanbiedt. In de rijen daaronder zie je de verschillende soorten of types die Apple per categorie aanbiedt.


3

Werk in twee groepen. Elke groep zoekt de breedte en de diepte van het assortiment van een onderneming op. Surf naar de websites van de toegewezen ondernemingen. Vul de tabel aan. a

Waarom biedt Coca-Cola zoveel verschillende dranken aan?

b

IN

Waarom biedt TUI zoveel verschillende reizen aan?

c

VA N

d

Teken nu een groene pijl om de breedte van het assortiment aan te duiden. Doe dat bij de drie ondernemingen. Teken nu een rode pijl om de diepte van het assortiment aan te duiden. Doe dat bij de drie ondernemingen

THEMA 1

©

LEVEL 2

ONDERNEMING: COCA-COLA

17


VA N

IN

ONDERNEMING: TUI BELGIË

KERN- EN RANDASSORTIMENT

Naast de breedte en de diepte van het assortiment is er ook nog

een onderscheid in het assortiment: het kernassortiment en het

randassortiment. Het kernassortiment bestaat uit de voornaamste producten die een winkel verkoopt. Voor die producten komt de

klant naar de winkel. Het randassortiment vult het kernassortiment aan. Het zijn vaak artikelen die samen met het kernartikel worden gebruikt.

4

Noteer het assortiment van de volgende winkels. KERNASSORTIMENT

©

JBC

THEMA 1

LEVEL 2

Torfs

18

computerwinkel

RANDASSORTIMENT bv. riemen, sjaals


HOOGTE EN LENGTE VAN HET ASSORTIMENT

Alle producten en diensten vormen samen het assortiment. De lengte van het assortiment duidt het gemiddeld aantal eenheden aan dat in een winkel aanwezig is: het totale aantal producten, met alle merken, soorten en formaten, waaruit het assortiment is opgebouwd. De hoogte van het assortiment verwijst naar het gemiddelde prijsniveau van de producten in een productcategorie. Zo kun je stellen dat het gemiddelde prijsniveau van de productcategorie

Explore 2— Wie is doelgroep?

Wanneer je een onderneming opstart, moet je niet alleen nadenken over de producten en diensten die je zult aanbieden. Je moet ook bedenken aan wie je wilt verkopen. Je moet je doelgroep bepalen. Noteer de doelgroep van deze winkels.

VA N

1

IN

cosmetica hoger ligt bij ICI PARIS XL dan bij Kruidvat.

B

C

D

THEMA 1

LEVEL 2

©

A

19


F

IN

E

Doelgroep

VA N

Je kunt je klanten onderverdelen volgens: — gender of geslacht: vrouw, man … — leeftijd: 0 tot 3 jaar, 4 tot 6 jaar, 7 tot 12 jaar, 13 tot 18 jaar … 65-plussers — gedrag: informatiegericht, relatiegericht …

Het is belangrijk te weten wie je doelgroep is, want je moet hen kunnen bereiken met reclame. 65-plussers bereik je wellicht minder via Instagram of TikTok, maar eerder via de krant of tv. Jongeren kun je sneller bereiken via sociale media.

2

Maak nu Action 1 en 2.

Explore 3— What’s in a name? 1

Een naam bedenken voor je onderneming is een van de leukste maar wellicht ook een van de moeilijkste activiteiten bij de opstart van de onderneming. Eens je de naam hebt, moet je nog een logo creëren. Bekijk de verschillende soorten logo’s. Initiaallogo

THEMA 1

LEVEL 2

©

Monogram

20

Naamlogo

Symbolisch beeldlogo

Gecombineerd logo


Naam en logo

IN

Het is belangrijk dat de naam van je bedrijf, het logo, de huisstijl, de kleuren … goed bij elkaar passen. Een goede bedrijfsnaam: — is gemakkelijk te onthouden door je doelpubliek; — onderscheidt zich van de concurrentie; — is kort, krachtig en eenvoudig; — is tijdloos en is dus niet snel verouderd. Een goed logo: — gaat jaren mee en is niet te hedendaags; — typeert jouw bedrijf en past bij wat je doet; — kan overal – van briefpapier tot websites – worden toegepast; — is aantrekkelijk en spreekt je doelgroep aan.

Ga naar het onlinelesmateriaal.

VA N

2

a b

3

Bekijk het filmpje over verschillende logo’s. Neem geen notities. Welke bedrijven kwamen er aan bod?

Maak nu Action 3.

Explore 4— Welke kracht heeft een slogan?

Zoek de slogans van de volgende ondernemingen. Gebruik het internet.

McDonald’s:

c

Audi:

d

bol.com:

e

MediaMarkt: SLOGAN

Een goede slogan: —

is kort en krachtig (maximaal vijf woorden);

drukt het voordeel dat jouw merk heeft ten opzichte van anderen uit;

is uniek, zodat klanten de slogan alleen met jouw merk verbinden;

zegt waar jouw winkel of jouw merk goed in is;

blijft hangen.

LEVEL 2

b

THEMA 1

Nike:

©

a

21


Explore 5— Welke emotie roept een bepaalde kleur op? 1

Het logo, de naam en de slogan bepalen mee de huisstijl. Je ontwikkelt ze dus alle drie samen. Je moet er dus ook een of meerdere kleuren voor kiezen. a b

Welke emoties roepen kleuren op? Bespreek klassikaal. Vul de tabel aan.

geel

oranje

IN

rood

VA N

groen

blauw

paars

wit

zwart

roze

THEMA 1

LEVEL 2

©

bruin

22


Good to know

— —

2

93 % van de kopers focust op het visuele aspect van een product. 84,7 % van de kopers zegt dat de kleur een doorslaggevend element is om een product te kopen. 80 % van de klanten zegt dat kleur verantwoordelijk is voor merkherkenning. 52 % van de klanten zegt niet terug te keren naar de winkel als de winkel niet mooi oogt omwille van een slecht kleurgebruik, slechte verlichting enz.

IN

— —

Ondernemingen gebruiken kleur om hun klanten te beïnvloeden. a b

Welke kleuren gebruiken deze ondernemingen? Noteer. Met welke reden gebruiken de ondernemingen die kleur of kleuren? Noteer.

A

VA N

McDonald’s Kleur(en): Reden:

B

Starbucks Kleur(en):

Fanta Kleur(en): Reden: LEVEL 2

C

THEMA 1

©

Reden:

23


D Nickelodeon Kleur(en):

E

IN

Reden:

Coca-Cola Kleur(en):

VA N

Reden:

4

Maak nu Action 4, 5 en 6.

TO THE POINT

Wanneer je zelf een projectbedrijf of spilbedrijf uitdenkt, moet je aan enkele kernzaken denken.

THEMA 1

LEVEL 2

©

Assortiment Welke producten en/of diensten zal je bedrijf verkopen? Denk goed na over de breedte van het assortiment en de diepte van het assortiment. Hoeveel verschillende productcategorieën ga je aanbieden en hoeveel soorten per categorie? Let erop dat het haalbaar is en ga daar zeker niet te ver in. Daarnaast kun je nadenken over wat je kernassortiment is: waarvoor komen de klanten naar jouw winkel? Het randassortiment vult dan je kernassortiment aan. Later beslis je over de lengte van het assortiment: hoeveel eenheden van je producten heb je in je winkel. Ten slotte moet je ook nog het prijsniveau bepalen: de hoogte van het assortiment.

24


Doelgroep Je moet niet alleen je assortiment bepalen, maar ook je doelgroep: aan wie wil je verkopen. Zijn dat tieners, ouderen, gezinnen met kinderen … Je assortiment bepaalt voor een stuk je doelgroep en omgekeerd. Veronderstel dat je enkel op je school zou verkopen, dan is je assortiment afgestemd op jongeren.

IN

Naam, logo en slogan De naam van je onderneming moet catchy zijn, hij moet blijven hangen en makkelijk te onthouden zijn. Onderscheid je daarin van je concurrentie. Wanneer je de naam bedacht hebt, kun je een logo en slogan bedenken. Een goed logo moet gemakkelijk te onthouden en te tekenen zijn. Ook voor de slogan geldt: ‘Keep it short and simple’. De naam, het logo, de slogan, de huisstijl en de kleuren moeten goed bij elkaar passen.

VA N

Kleuren Tot slot denk je nog na over de kleuren die je wilt gebruiken. Denk bij de keuze van een kleur aan de emotie die je wilt oproepen. Die trek je door in je hele onderneming: de naam, het logo, de documenten, je website, je affiches …

Action 1— Brainstorm over het assortiment 1

Brainstorm over het assortiment van jullie bedrijf. Tip:

Maak het niet te moeilijk wanneer jullie op zoek gaan naar het assortiment van het projectbedrijf. Kies producten waar je zelf gemakkelijk aan geraakt zoals kleding, schoenen, voedingswaren, sportuitrusting … In Thema 4 zul je leren om een winkel op te bouwen. Je leert rekken vullen en volgens een plan een schap opbouwen. Dan is het handig als je de producten uit het assortiment daadwerkelijk kunt meebrengen.

©

Deel 1

d e

Tip:

Tijdens de brainstorm schrijf je op wat je maar wilt. Je hoeft nog geen ideeën weg te laten.

LEVEL 2

c

Werk in groepjes van drie of vier leerlingen. Elke groep ontvangt een A3-blad en een stapel post-its. Bedenk mogelijke producten voor het assortiment van jullie bedrijf. Schrijf elk product op een post-it. Plak de post-its op het A3-blad.

THEMA 1

a b

25


Deel 2

c d e

Werk verder in hetzelfde groepje. Schuif je eigen A3-blad door naar een ander groepje. Zelf ontvang je een A3-blad van een ander groepje. Lees wat er op de post-its van de andere groep staat. Probeer daarop verder te brainstormen. De producten van de vorige groep kunnen je op nieuwe ideeën brengen. Noteer je nieuwe ideeën op post-its en plak die ook op het A3-blad.

Deel 3

IN

a b

Schuif opnieuw het A3-blad door naar een ander groepje en ontvang een volgend A3-blad. Brainstorm nog een keertje. Deel 4 a

VA N

b

Elk groepje leest de post-its van het A3-blad dat voor hen ligt, hardop voor. Wanneer een ander groepje eenzelfde idee heeft, haalt het de post-it van het A3-blad af.

Deel 5

a

b c d

In deel 1 tot en met 5 brainstormde je over jullie projectbedrijf. Noteer jullie besluit: welk assortiment biedt jullie bedrijf aan?

THEMA 1

LEVEL 2

©

2

Alle unieke ideeën worden op het bord geschreven of gekleefd. Bespreek klassikaal welke ideeën het interessantst zijn. De ideeën die niet haalbaar of te moeilijk zijn, haal je weg. Kies het product uit de overgebleven ideeën.

26

3

Wie is jullie doelgroep? Aan wie gaan jullie voornamelijk verkopen? Noteer jullie besluit.

4

In welke branche bevindt zich jullie projectbedrijf?


Action 2— Maak een overzicht van het assortiment 1

Maak een overzicht van het assortiment van jullie projectbedrijf met een tekstverwerker of met een rekenblad. Volg het stappenplan. Gebruik indien nodig de ICT-fiches van tekstverwerker of rekenblad. Tip:

Gebruik de voorbeelden van Apple, Coca-Cola en Tui uit Explore 1 als inspiratie.

STAPPENPLAN:

IN

Stap 1: Plaats het blad liggend.

Stap 2: Pas de linker- en rechtermarge aan naar 1,2 cm.

Stap 3: Teken een tabel met meerdere kolommen en meerdere rijen. Stap 4: – – –

Vermeld in de eerste rij de productcategorieën. Gebruik lettergrootte 12 en lettertype Calibri Light. Zet de categorieën vet. De achtergrond van de cellen (arcering) is lichtblauw.

VA N

Stap 5: Vermeld in de rijen eronder de soorten of types per productcategorie. – Gebruik lettergrootte 10 en lettertype Calibri Light. – De achtergrond van de cellen (arcering) is wit. Stap 6: Druk het bestand af. Zorg dat alles netjes op één bladzijde past.

Stap 7: Bewaar het resultaat in je portfolio. Maak een map voor elk thema en een submap voor elk level. Geef die submap de naam ‘Thema_1_Level_2’. Geef het bestand een duidelijke naam zoals ‘Action_2_Overzicht_producten’. 2

Je leerkracht evalueert het overzicht van het assortiment op de volgende punten.

EVALUATIEFICHE

OVERZICHT ASSORTIMENT

Max

De afdrukstand is ‘liggend’.

1

De marges zijn correct

2

Score

Opmerkingen

©

ingesteld.

Het lettertype en de letter-

2

grootte zijn correct.

De achtergrondkleur is

2

De afdruk van het overzicht beslaat een bladzijde.

TOTAAL

2

THEMA 1

LEVEL 2

correct.

27


3

Maak een overzicht van het assortiment van jullie projectbedrijf met een tekstverwerker aan de hand van afbeeldingen. Volg het stappenplan. Gebruik indien nodig de ICT-fiches van tekstverwerker.

STAPPENPLAN: Stap 1: – – –

Zoek op het internet foto’s van je assortiment. Kies foto’s van voldoende kwaliteit. Kies voor het formaat ‘Groot’ wanneer je via Google Afbeeldingen zoekt. Download de afbeeldingen naar je harde schijf of naar jouw cloudopslagruimte.

Stap 3: Plaats het blad liggend.

IN

Stap 2: Open een tekstbestand en kies het A3-formaat. Stap 4: Pas de linker- en rechtermarge aan naar 1,2 cm.

Stap 5: Gebruik een tabel met meerdere kolommen en meerdere rijen. Stap 6: – – –

Vermeld in de eerste rij de productcategorieën. Gebruik lettergrootte 12 en lettertype Calibri Light. Zet de categorieën vet. De achtergrond van de cellen (arcering) is lichtblauw.

VA N

Stap 7: Voeg in de rijen daaronder afbeeldingen toe van de soorten of types per productcategorie. – Zorg ervoor dat de afbeeldingen die je toevoegt, 4 cm breed zijn. Zo kun je 9 afbeeldingen naast elkaar plaatsen. – Snijd de afbeeldingen bij als ze te groot zijn, of als ze witranden hebben. Stap 8: Druk het bestand af. Zorg dat alles netjes op één bladzijde past.

THEMA 1

LEVEL 2

©

Stap 9: Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

28


4

Je leerkracht evalueert het overzicht van het assortiment op de volgende punten.

EVALUATIEFICHE OVERZICHT ASSORTIMENT IN AFBEELDINGEN

De afdrukstand is ‘liggend’.

1

De marges zijn correct

2

ingesteld. Het lettertype en de letter-

2

grootte zijn correct. De achtergrondkleur is

2

correct. De afbeeldingen zijn van

Score

Opmerkingen

IN

Max

5

VA N

goede kwaliteit.

De afbeeldingen hebben het

5

juiste formaat.

De pagina heeft een

2

A3-formaat.

De afdruk van het overzicht

2

beslaat een bladzijde.

TOTAAL

5

Waaruit bestaat het kernassortiment van je projectbedrijf? Maak een collage van die artikelen. Volg het stappenplan. Gebruik indien nodig de ICT-fiches van tekstverwerker of Canva.

STAPPENPLAN:

©

Stap 1: Zoek en gebruik zowel afbeeldingen als de naam van de producten. Stap 2: Kies een A3-formaat. Stap 3: Plaats het blad liggend. Stap 4: Stel de marges in op 'Smal'. Stap 5: Wees creatief en origineel.

THEMA 1

LEVEL 2

Stap 6: Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

29


6

Waaruit bestaat het randassortiment van je projectbedrijf? Maak een collage van die artikelen. Volg het stappenplan. Gebruik indien nodig de ICT-fiches van tekstverwerker of Canva.

STAPPENPLAN: Stap 1: Zoek en gebruik zowel afbeeldingen als de naam van de producten. Stap 2: Kies een A3-formaat. Stap 3: Plaats het blad liggend. Stap 4: Stel de marges in op 'Smal'. Stap 5: Wees creatief en origineel.

7

IN

Stap 6: Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Je leerkracht evalueert het overzicht van het assortiment op de volgende punten.

EVALUATIEFICHE OVERZICHT ASSORTIMENT IN AFBEELDINGEN

Score

Opmerkingen

VA N

Max

De afdrukstand is ‘liggend’.

1

De marges zijn correct

2

ingesteld.

De afbeeldingen zijn van

5

goede kwaliteit.

De afbeeldingen hebben het

2

juiste formaat.

De pagina heeft een

2

A3-formaat.

De afbeeldingen zijn ordelijk

5

geschikt.

De presentatie is creatief en

2

©

origineel.

TOTAAL

THEMA 1

LEVEL 2

8

30

Indien je volledig wilt zijn, moet je assortiment ook de volgende gegevens hebben:  Artikelnaam  Artikelnummer  Prijs exclusief btw  Prijs inclusief btw


a

Leg met de klas in een rekenblad een lijst aan met die gegevens. Bespreek jullie aanpak klassikaal. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

b

Action 3— Bedenk een naam voor jullie projectbedrijf

Deel 1 a

IN

Bedenk klassikaal een naam voor jullie projectbedrijf. Die heb je nodig voor de documenten die je straks zult maken. Facturen, brieven … zul je van een hoofding moeten voorzien.

Noteer zoveel mogelijk kernwoorden die verband houden met jullie projectbedrijf. — Wat verkopen jullie? — Wat maakt jullie projectbedrijf bijzonder? — Waarin onderscheidt het zich van andere bedrijven? Tip:

Blader eens door tijdschriften en kranten of raadpleeg het internet.

Noteer hier de namen / woorden die je tot nu toe al hebt.

c

Laat nu je lijst even rusten.

VA N

b

Deel 2

a b c

©

d e

Groepeer nu woorden die bij elkaar horen. Probeer die woorden in een kernwoord samen te vatten. Vraag ook eens buiten het lesuur om de mening van andere mensen die niets met het projectbedrijf te maken hebben. Gooi de woorden of namen die je overhoudt eens door elkaar. Maak een kortere lijst.

b c

Puzzel met de woorden die je nog over hebt. Maak je lijst steeds korter en hou enkel de kernwoorden over die het krachtigst overkomen. Vraag opnieuw de mening aan familie, vrienden … Maak dan de beslissing: kies een definitieve naam!

THEMA 1

a

LEVEL 2

Deel 3

31


Action 4— Kies kleuren voor je onderneming Ga op zoek naar een papieren reclamefolder of reclameblaadje van een winkel of bedrijf met gelijkaardige producten. Scan dat blad in met een scanner, kopieerapparaat of je telefoon. Maak er een pdf-document van. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

2

Welke emotie of welk gevoel moet jouw bedrijf oproepen? Bespreek klassikaal. Noteer de belangrijkste emoties.

3

Welke kleuren geven die emotie of dat gevoel weer?

4

Welke kleur of kleuren kiezen jullie om een huisstijl te creëren voor jullie projectbedrijf?

©

VA N

IN

1

Action 5— Ontwerp een logo voor jullie bedrijf

THEMA 1

LEVEL 2

1

32

Jullie bedrijf heeft een logo en een lettertype nodig. Voor deze opdracht heb je de keuze. Ben je creatief, ontwerp dan een logo op papier of met een tekenprogramma zoals Photoshop of Paint (optie 1). Ben je minder creatief, gebruik dan een onlineprogramma om logo's te ontwerpen (optie 2). Vink de gekozen optie aan. Tip:

Houd rekening met de tips uit Explore 3.

Optie 1: Ontwerp op papier of met een tekenprogramma Optie 2: Ontwerp met een onlineprogramma


Good to know Geef in Google 'Logo ontwerpen' of 'Create logo' in. Je vindt er enkele handige sites.

Stel je logo en lettertype voor aan de klas. Tip:

Je kunt de volgende zinnen gebruiken om je logo te presenteren:

IN

2

Intro van je presentatie — Goedemiddag allemaal. — Hier zien jullie het logo dat ik ontworpen heb. — Ik heb het volgende programma gebruikt om mijn logo te ontwerpen …. / Ik heb mijn logo zelf getekend met …..

VA N

Midden van je presentatie — Het lettertype dat ik gebruikt heb, is… — De kleuren die ik gebruikt heb, zijn…. — De afbeelding die ik gebruikt heb, heb ik gekozen omdat … — Dit logo moet … voorstellen. / Dit logo moet … oproepen. Slot van je presentatie — Dit was de voorstelling van mijn logo. — Hebben jullie hier nog vragen over?

Action 6— Bedenk een slogan voor jullie projectbedrijf Doorblader verschillende papieren reclamefolders. Zoek een folder waarop de slogan van de winkel staat. Scan de slogan in met een scanner, kopieerapparaat of je telefoon. Maak er een pdf-document van. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

2

Brainstorm in groepen om een slogan voor jullie bedrijf te vinden.

a

Wanneer je een slogan gaat bedenken, kun je dat best over meerdere dagen spreiden.

Werk klassikaal. Noteer op het bord wat jullie bedrijf uniek maakt. Hoe willen jullie dat de klanten jullie bedrijf zien. Bijvoorbeeld:  een groot assortiment  een snelle levering  kwaliteitsproducten  een lage prijs  klantvriendelijk

LEVEL 2

Tip:

THEMA 1

©

1

33


b

Volg het stappenplan.

STAPPENPLAN: Werk in groepjes van drie of vier leerlingen.

Stap 2:

Elke groep ontvangt een A4-blad.

Stap 3:

Brainstorm 10 à 15 minuten over een mogelijke slogan. Noteer alles wat in jullie opkomt op het blad.

Stap 4:

Schuif je eigen A4-blad door naar een ander groepje. Zelf ontvang je een A4-blad van een ander groepje.

Stap 5:

Lees de slogans van de vorige groep.

Stap 6:

Probeer op basis daarvan nieuwe slogans te bedenken.

Stap 7:

Noteer hier alvast de slogans die jullie in dit lesuur hebben bedacht en laat de zoektocht een dagje rusten.

VA N

IN

Stap 1:

Stap 8:

Lees thuis de slogans zeker na.

Stap 9: –

Noteer de volgende les de gevonden slogans op het bord. Bespreek klassikaal welke je minder goed vindt. Doorstreep die.

Tip:

– –

Veeg de slechtere slogans niet weg. Soms kan het zijn dat het uiteindelijk toch een goed idee was.

Elimineer stap voor stap de minder goede slogans. Ga zo door tot dat je één slogan over houdt.

©

Stap 10: Noteer hier je uiteindelijke slogan.

THEMA 1

LEVEL 2

BREAKING NEWS

34

1

Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.


CHECKLIST Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

KAN BETER

EXTRA OEFENMATERIAAL

Ik kan afbeeldingen invoegen in een tekstbestand.

2

Ik kan afbeeldingen bijsnijden en afmetingen aanpassen.

3

Ik kan tabellen invoegen.

4

Ik kan cellen in een tabel arceren.

5

Ik kan het formaat van een pagina aanpassen.

6

Ik kan de ligging van een pagina aanpassen.

IN

1

THEMA 1

LEVEL 2

©

VA N

35


Beeldwoordenboek Level 2 VERKLARING

AFBEELDING

Het assortiment van een onderneming is het volledige aanbod aan producten en diensten dat een onderneming verkoopt en aanbiedt. bv. ijsjes, frisdrank, koffie, belegde broodjes, salades ...

bedrijfsnaam

Dat is de naam van je bedrijf. Die moet goed passen bij het logo, de huisstijl, de kleuren … Een goede bedrijfsnaam is: gemakkelijk te onthouden, onderscheidend, kort, krachtig, eenvoudig en tijdloos.

breedte van het assortiment

De verschillende productcategorieën die een onderneming aanbiedt.

diepte van het assortiment

De soorten of types per categorie die een onderneming aanbiedt. Bijvoorbeeld de verschillende smaken ijs.

doelgroep

Dat zijn de mensen aan wie een onderneming haar diensten en/of producten verkoopt. Een doelgroep kun je afbakenen naar leeftijd, gedrag, gender ...

IN

assortiment

THEMA 1

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 2

© 36

kernassortiment

Het kernassortiment bestaat uit de voornaamste producten die een winkel verkoopt. Het is voor die producten dat de klant naar de winkel gaat. bv. ijs in het ijssalon

TV en wonen

Airpods

Watch

iPhone

Mac

VA N

ONDERNEMING: APPLE

iPad

BEGRIP


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Het logo of beeldmerk is een herkenbare, typerende afbeelding voor het bedrijf. In het logo zijn vaak een symbool of de initialen van het bedrijf verwerkt. Het is hedendaags, goed toepasbaar, aantrekkelijk en aansprekend.

hoogte van het assortiment

Dat verwijst naar het gemiddelde prijsniveau van de producten in de productcategorie.

IN

logo

ARTISANAAL IJS

CHOCOLADE - VANILLE - FRAMBOOS AARDBEI - PISTACHE - MANGO PRALINE

1 BOLLETJE 2 BOLLETJES 3 BOLLETJES

€ 2,10 € 3,60 € 4,60

- OM MEE TE NEMEN -

Het randassortiment vult het kernassortiment aan. Het bestaat uit artikelen die soms samen met het kernartikel worden gebruikt. bv. toppings, ijslepels of koffie in de ijswinkel

slogan

Een slogan is een korte zin. Hij geeft kort en krachtig weer welk voordeel het merk brengt ten opzichte van andere. Een slogan moet uniek zijn, zodat klanten de slogan alleen met jouw merk verbinden.

BEELDWOORDENBOEK

rand­ assortiment

THEMA 1

Dat is het gemiddelde aantal eenheden dat in een winkel aanwezig is: het totale aantal producten waaruit het assortiment bestaat.

©

lengte van het assortiment

LEVEL 2

VA N

€ 15,00 PER LITER

37


LEVEL 3 Bepaal voor je projectbedrijf de huisstijl en de bedrijfscultuur.

Surf via het onlinelesmateriaal naar de website van A.S.Adventure.edu. a

Welke emotie roepen de kleuren van de huisstijl van A.S.Adventure.edu bij jou op?

b

Wat is de slogan van A.S.Adventure.edu?

VA N

1

IN

INTRO

Op de pagina ‘Over ons’ schrijft A.S.Adventure.edu de volgende zin: ‘Avontuur is géén bestemming of activiteit.’ Wat wil ze daarmee zeggen?

THEMA 1

LEVEL 3

©

d

38

2

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag: Hoe werk je de bedrijfscultuur en de huisstijl voor jouw projectbedrijf verder uit?


Re-explore 1— Hoe stel je de organisatiestructuur zo overzichtelijk mogelijk voor?

Een onderneming kan niet functioneren zonder werknemers. Die werknemers worden schematisch voorgesteld in een organogram. a

Met welke organisatiestructuren heb je vorig jaar kennisgemaakt?

b

Hieronder vind je enkele mogelijke organogrammen van enkele bedrijven. Noteer onder elk organogram om welke organisatiestructuur het gaat.

IN

1

Regiomanager

Thelma

Filiaalleider Louise

VA N

Assistentfiliaalleider

Diana

Kassiers

Kassier 1

Aanvullers

Kassier 2

Louis

Aanvuller 1

Clarke

Bruce

Aanvuller 2

Robin

Verkopers

Verkoper 1

Verkoper 2

Tony

Peter

Directrice

Boekhouder

Verantwoordelijke reclame

Verkoper 1

Verkoper 2 LEVEL 3

Assistentaankoper

Verkoopmanager

THEMA 1

©

Aankoopmanager

39


Directie

Secretariaat

Verkoopafdeling

Boekhouding

Magazijn

Marketing / reclame

Maak nu Action 1 en 2.

IN

2

Aankoopafdeling

Re-explore 2— Hoe belangrijk is bedrijfskleding voor een huisstijl?

1

Een huisstijl zie je niet alleen in het logo, het kleurgebruik en het lettertype maar ook in de bedrijfskleding en de afspraken daarrond. Voor welke onderneming weren de werknemers op de afbeeldingen? Noteer.

B

VA N

A

THEMA 1 40

2

Maak nu Action 3.

D

© Colruyt Group 2022

LEVEL 3

©

C


Re-explore 3— Wat houdt een organisatiecultuur in?

2

Vorig jaar heb je gezien dat de normen en waarden die het bedrijf nastreeft, de organisatiecultuur bepalen. Wat betekenen die begrippen? Gebruik het internet. a

waarden:

b

normen:

IN

1

Surf via het onlinelesmateriaal naar de website van A.S.Adventure.edu. Bekijk de pagina ‘Over ons’. Welke kernwaarden streeft het bedrijf na?

VA N

a

Welke normen hanteert het bedrijf?

©

b

LEVEL 3

Maak nu Action 4.

THEMA 1

3

41


TO THE POINT Wanneer je je projectbedrijf verder uitwerkt, moet je aan nog een aantal kernzaken denken.

IN

Organogram Een organogram is een schematische voorstelling van de organisatiestructuur van een onderneming waarin de verschillende afdelingen en functies staan. Je kunt in een oogopslag zien wie verantwoordelijk is voor welke taak en aan wie elke werknemer verantwoording moet afleggen. Denk goed na welke organisatiestructuur je wilt: een lijnorganisatie, een lijn-staforganisatie of een horizontale organisatie.

VA N

Bedrijfskleding De huisstijl vind je niet alleen in het logo, het lettertype, de slogan en de bedrijfskleuren maar ook in de afspraken over bedrijfskleding. Die afspraken gaan niet alleen over de veiligheid, zoals veiligheidsschoenen, maar zorgen er ook voor dat de bedrijfskleding een bepaald imago weergeeft.

THEMA 1

LEVEL 3

©

Waarden en normen De organisatiecultuur, de normen en waarden die het bedrijf nastreeft, heeft invloed op de prestaties van de werknemers. Daardoor kan het de resultaten van de onderneming sterk beïnvloeden. Het is dan ook belangrijk om na te denken over welke waarden en normen je wilt nastreven.

42


Action 1— Welke taken heeft elke afdeling en functie in je projectbedrijf?

In jullie projectbedrijf werken uiteraard ook werknemers. Noteer klassikaal voor jullie projectbedrijf een lijst van werknemers met hun specifieke functies en taken. Je kunt daarvoor de namen van je klasgenoten nemen. Van sommige functies, zoals verkoper of magazijn­ medewerker, zullen er meerdere werknemers zijn.

MOGELIJKE FUNCTIES directeur of verantwoordelijke

TAKEN 1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

1

2

verkoopverantwoordelijke

©

verkoopassistent

winkelverkopers

THEMA 1

aankoopassistent

LEVEL 3

VA N

aankoopverantwoordelijke

NAMEN

IN

1

43


MOGELIJKE FUNCTIES 1

2

1

1

VA N

1

magazijnmedewerker

2

logistiek manager

2

verantwoordelijke facturatie

NAMEN

IN

kassier(ster)

TAKEN

2

1

1

© LEVEL 3 THEMA 1 44

1

2

2

2


2

Verwerk de gegevens in een overzichtelijke tabel met een tekstverwerker. Volg het stappenplan. Gebruik indien nodig de ICT-fiches.

STAPPENPLAN: Stap 1: Plaats het blad liggend. Stap 2: Pas de marges als volgt aan: – boven- en ondermarge: 20 mm – linker- en rechtermarge: 12 mm Stap 3: Zet rechts onderaan de pagina een paginanummer.

Stap 5: – – –

IN

Stap 4: Plaats in de koptekst de naam van je bedrijf. Centreer die tekst. Zet in de rechterbovenhoek ook het logo dat jullie gekozen hebben. Maak een tabel met drie kolommen en meerdere rijen. Kolom 1 en 2 zijn 6 cm breed. De eerste rij heeft een hoogte van 1,5 cm. Noteer de kolomtitels in de eerste rij:  kolom 1: Naam werknemer  kolom 2: Functie  kolom 3: Mogelijke taken

VA N

Stap 6: Maak de cellen op. – De titel van de eerste rij geef je het lettertype dat je gekozen hebt voor je huisstijl en lettergrootte 18. – Zet de titel vet en zowel horizontaal als verticaal gecentreerd. – Arceer de eerste rij in de kleur van de huisstijl die jullie bepaald hebben in Level 2. Tip:

Pas indien nodig de kleur van de tekst aan als die onleesbaar wordt.

Stap 7: Voeg zoveel rijen toe als nodig, om alle werknemers op te nemen in het overzicht. Geef die rijen het lettertype van je huisstijl en lettergrootte 11. Stap 8: In de derde kolom noteer je twee mogelijke taken die bij die functie horen. Gebruik een klein vierkantje als opsommingsteken.

THEMA 1

LEVEL 3

©

Stap 9: Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

45


3

Het overzicht van het assortiment wordt klassikaal geëvalueerd aan de hand van de onderstaande evaluatiefiche.

EVALUATIEFICHE OVERZICHT ASSORTIMENT

De afdrukstand is ‘liggend’.

De marges zijn correct ingesteld.

Het lettertype en de lettergrootte zijn correct.

De arcering van de cellen is correct.

Opmerkingen

De pagina’s zijn genummerd.

VA N

Score

IN

Max

De koptekst is correct toegevoegd.

Het logo is netjes toegevoegd.

De kolombreedte is correct ingesteld.

De rijhoogte is correct

ingesteld.

Er zijn voldoende rijen toegevoegd.

THEMA 1

LEVEL 3

©

TOTAAL

46


Action 2— Hoe ziet de organisatiestructuur van jullie projectbedrijf eruit?

Ook voor jullie bedrijf is het belangrijk te weten hoe de organisatiestructuur eruitziet. Stel het organogram op met software naar keuze. Gebruik indien nodig de ICT-fiches. Maak ook een intern document zoals een organogram in de huisstijl op.

Tip: b

Welke organisatiestructuur heeft jullie projectbedrijf? Kruis aan. lijnorganisatie lijn-staforganisatie horizontale organisatie

c

IN

a

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

VA N

Action 3— Welke afspraken gelden er op het vlak van bedrijfskleding?

Bespreek klassikaal welke afspraken je wilt maken in verband met de bedrijfskleding. Welke bedrijfskleding moeten de werknemers van jullie bedrijf dragen? Documenteer in een programma naar keuze.  Omschrijf zo gedetailleerd mogelijk.  Illustreer met afbeeldingen.  Omschrijf waarom je die bepaalde stijl kiest.

b

Voeg extra afspraken toe aan je bestand.  Welke verplichtingen op het vlak van kleding zijn er nog meer? Denk daarbij aan beschermende kleding zoals veiligheidsschoenen.  Welke afspraken zijn er voor het dragen van sieraden?

c

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

©

a

Action 4— Welke kernwaarden streeft het projectbedrijf Brainstorm over de kernwaarden en de normen van jullie bedrijf.

2

Verwerk de ideeën in een poster die je maakt met een tool naar keuze.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

THEMA 1

1

LEVEL 3

na?

47


STEP-UP

THEMA 1

STEP-UP

©

VA N

IN

Je bent nu klaar om je eigen projectbedrijf uit te bouwen. Veel succes!

48


Jinte Schrooten

THEMA 1

LEVEL 3

Annelies Daems

Visual Merchandiser

Zita Peeters

Verkoopmedewerker Wandelen

Tiziano Ferrari

Verkoopmedewerker Fietsen

Ties Hubrechts

Verkoopmedewerker Wintersport / Reizen

Nadine Bollen

Verkoopmedewerker Fashion

Aankoopassistent

Kevin Thijs

Dana Haels

Kassamedewerker

Aankoopassistent

Store manager

Lies Meeus

Pedro Awouters

Senior aankoper

Salesmanager

Ersil Dokumaci

Anissa Zadora

Administratief medewerker

Mulin Bussche

Assistent facturatie

Estefania Umuhire

Verantwoordelijke facturatie

Natascha Makropoulos

Sterre Daniëls

Management assistant

ICT-manager

Jitse Vissers

Web Developer

Natan Heylen

Online analist

Tim Stroobandt

Ruben Leenders

Elke Peerlings

Daan Leekens

Muhammed Abidar

Magazijnmedewerker

Vrachtwagenchauffeur

Magazijnmedewerker

Veerle De Block

e-mailmarketing

Verantwoordelijke

Katarina Vanderzande

Naomi Luys

HR-manager

Webshopverantwoordelijke

Tibe Pecceu

Customer Service

Eline Truyen

Marketingmanager

IN

Kenny Rogiers

Vrachtwagenchauffeur

Yassin Ayas

Ayoub Talbi

Magazijnmedewerker

Transportverantwoordelijke

Yarno Janssen

Logistiek verantwoordelijke

Magazijnverantwoordelijke

VA N

Assistent boekhouder

Anastasia Dingenen

Senior boekhouder

© Directeur

Femke Kelchtermans

ORGANOGRAM – A.S.Adventure.edu

49


© VA N IN


4

T

IN

doc.

doc.

VA N

F

I

©

L

Thema 2: De goederen- en documentenstroom


©

VA N

THEMA

IN

2 De goederenen documentenstroom


STEP-UP

LEVEL

DOCflow: Hoe verloopt de goederen­ en documentenstroom in het aan­ en verkoopproces?

©

VA N

3

IN

De documentenstroom binnen A.S.Adventure.edu

LEVEL

2

LEVEL

1

p. 106

Hoe ontwerp je documenten voor de documentenstroom binnen een onderneming?

p. 94

p. 49

Hoe stel je een geautomatiseerde verkoopfactuur en creditnota op met een rekenblad?

p. 5

STEP-IN

p. 4


STEP-IN 1

In A.S.Adventure.edu zijn er verschillende afdelingen. Bekijk de tabel. Noteer bij elke afdeling een kernactiviteit. AFDELING

KERNACTIVITEIT

Verkoop

Boekhouding

IN

Aankoop

VA N

Facturatie

ICT-afdeling

Logistiek

Marketing

THEMA 2

STEP­IN

©

Hr

4

2

In dit thema doorloop je drie levels waarin je leert: hoe je een geautomatiseerde verkoopfactuur en creditnota opstelt met een rekenblad; 1 hoe je documenten ontwerpt voor de documentenstroom binnen een onderneming; 2 hoe de goederen- en documentenstroom in het aankoop- en verkoopproces verloopt. 3

3

Elk level biedt je een stukje kennis dat je nodig hebt om de opdracht van de Step-up uit te voeren. Daarin maak je een schema van de onderlinge verbanden en de documentenstroom tussen de interne afdelingen van A.S.Adventure.edu.


LEVEL 1

INTRO

Mulin Bussche, assistente facturatie, kreeg van haar chef de opdracht om met een rekenblad een lay-out voor de factuur van A.S.Adventure.edu te ontwerpen. Waaraan moet zij allemaal denken bij het ontwerp?

2

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag: Hoe stel je een geautomatiseerde verkoopfactuur en creditnota op met een rekenblad?

THEMA 2

LEVEL 1

©

VA N

1

IN

Hoe stel je een geautomatiseerde verkoopfactuur en creditnota op met een rekenblad?

5


Re-explore 1—

Bestudeer de verkoopfactuur van A.S.Adventure.edu. a

Waarom stelt A.S.Adventure.edu een factuur voor Synergie Wellness Point op?

b

Op basis van welk document wordt de factuur opgesteld?

IN

1

Welke wetgeving is er van toepassing op een factuur?

A.S.Adventure.edu

Synergie Wellness Point Brieleke 16 2160 WOMMELGEM

VA N

Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. + 32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Klantcode

Btw-nummer

40010

BE0448 602 630

Factuur Art.nr.

Omschrijving

Factuurnummer

Factuurdatum

VF20xx-0257

20xx-03-02

Aantal

Verkoopprijs/e

Btw-%

Vervaldatum

Totaal in euro

10147 Agu Broek Commuter Women

5

140,49

21 %

702,45

10207 Mythische Trektochten in de Wereld

2

26,41

6%

52,82

10203 Trotter Zuid-Italië

2

28,29

6%

56,58

10175 Nike T-Shirt Rise 365

10

33,06

21 %

330,60

10185 Nike T-Shirt M Top SS Hpr Dry

10

28,92

21 %

289,20

10198 Nike Equipment Yoga Mat Nike Fundamental 3 mm

30

24,79

21 %

743,70

10042 Chilly's Drinkfles Chrome Rose Gold 500ml

10

24,75

21 %

247,50

20xx-03-01,UVB20xx-0198

Leveringsdatum

Leveringsvoorwaarden Btw-%

Brutobedrag Hand.korting 109,40

©

6%

MvH

Btw

Totaal

109,40

109,40

109,40

6,56

115,96

2 313,45

485,82

2 799,27

2 422,85

492,38

2 915,23

Netto

Kosten

Subtotaal

21 %

2 313,45

2 313,45

2 313,45

Totaal

2 422,85

2 422,85

2 422,85

Fin. korting

Terugstuurbare verpakking Factuurbedrag (in euro)

Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer te vermelden.

THEMA 2

LEVEL 1

Bij betaling binnen de 10 dagen mag u

6

EUR in mindering brengen.

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

Algemene voorwaarden: zie achterkant

2 915,23


VERKOOPFACTUUR

De verkoper stelt de verkoopfactuur op. Die factuur is bestemd voor de koper. Het is een uitnodiging om de geleverde goederen of diensten te betalen. Er wordt berekend hoeveel de koper voor de geleverde goederen of diensten moet betalen.

Artikel 5 van het Btw-Wetboek regelt de verplichte elementen die op een factuur moeten staan. Duid de verplichte elementen aan op de factuur uit vraag 1.

IN

2

©

VA N

Op p elke factuur aan een Belgische klant moet je een aantal verplichte vermeldingen opnemen: 1 het woord ‘factuur’ 2 de datum van de factuur 3 het volgnummer van de factuur 4 de gegevens van de verkoper: de naam, het adres 5 het btw­nummer of ondernemingsnummer van de verkoper 6 het bankrekeningnummer van de verkoper 7 de RPR-vermelding: als de verkoper een vennootschap is, is hij verplicht te verwijzen naar de zetel van de rechtbank waar de vennootschap gevestigd is 8 de gegevens van de koper: de naam, het adres 9 het btw-nummer of ondernemingsnummer van de koper, indien van toepassing 10 de datum van de levering van de goederen 11 de hoeveelheid geleverde goederen 12 een duidelijke omschrijving van de geleverde goederen 13 de eenheidsprijs van de geleverde goederen, exclusief btw 14 het btw-tarief dat van toepassing is op de goederen 15 het totaalbedrag, exclusief btw 16 het bedrag van de verschuldigde btw 17 het te betalen bedrag, inclusief btw 18 de bijzondere verkoopsvoorwaarden, indien van toepassing

THEMA 2

Als er verplichte elementen op de factuur ontbreken, dan heeft dat niet alleen gevolgen voor de verkoper, maar ook voor de koper. De verkoper riskeert per factuur een boete tussen de 50,00 euro en de 500,00 euro. De koper kan alleen de btw terugvorderen wanneer de factuur alle verplichte btw­vermeldingen bevat. Dat betekent dat de btw­controleur de btw­aftrek voor die factuur kan weigeren, omdat het document niet geldig is. De koper moet dan de btw terugstorten vermeerderd met een boete en nalatigheidsinteresten. Het is dus belangrijk elke inkomende factuur te controleren.

LEVEL 1

Good to know

7


3

Op welke datum werden de goederen geleverd?

4

Wat is de uiterste datum waarop de factuur moet worden opgesteld volgens de wet? Raadpleeg eventueel het internet.

Hoelang moet je een factuur bewaren voor de fiscus?

IN

5

6

Op een factuur kunnen verschillende voorwaarden staan. Combineer het begrip met de juiste omschrijving. BEGRIP

OMSCHRIJVING

Bijzondere voorwaarden

A

Die voorwaarden geven aan wanneer je zult leveren, en of je voor de levering kosten aanrekent.

2

Algemene factuurvoorwaarden

B

Dat zijn de rechten en plichten die tussen de koper en de verkoper gelden bij het aangaan van de verbintenis. De voorwaarden gelden voor iedereen.

3

Leverings­ voorwaarden

C

Dat zijn de afspraken tussen de koper en de verkoper die specifiek op hun verkoopovereenkomst van toepassing zijn. Die voorwaarden wijken af van de algemene voorwaarden.

4

Betalings­ voorwaarden

D

In die voorwaarden staat binnen welke termijn een klacht over een factuur moet toekomen, welke schadevergoeding de klant moet betalen bij laattijdige betaling en welke rechtbank bevoegd is bij geschillen.

5

Algemene voorwaarden

E

Die voorwaarden geven aan wanneer de betaling moet gebeuren, en of de klant bij contante betaling een financiële korting krijgt.

©

VA N

1

1

THEMA 2

LEVEL 1

8

2

3

4

5


Raadpleeg het klantenbestand bij het onlinelesmateriaal of achteraan dit thema. Bekijk opnieuw de factuur. Welke leveringsvoorwaarde is er van toepassing?

b

Vul de leveringsvoorwaarde op de factuur in.

c

Welke betalingsvoorwaarde is er van toepassing?

d

Vul de vervaldatum op de factuur in.

e

Welke leveringsvoorwaarde geldt voor klant Beleko?

f

Wat is het verschil tussen beide leveringsvoorwaarden?

IN

a

VA N

7

Werd er op de factuur een bijzondere voorwaarde toegekend? Indien ja, welke?

h

Welke bijzondere voorwaarden zou A.S. Adventure.edu kunnen toekennen aan een klant?

i

Hebben de volgende voorwaarden betrekking op de algemene voorwaarden of de algemene factuurvoorwaarden?

Facturen zijn contant betaalbaar, zonder korting tenzij anders overeengekomen. De leveringstermijn is maximaal 30 dagen, te rekenen vanaf de dag van bestelling.

ALGEMENE FACTUUR­ VOORWAARDEN

LEVEL 1

De bestelling, geplaatst via de website, is definitief zodra de betaling bevestigd wordt.

ALGEMENE VOORWAARDEN

THEMA 2

©

g

9


ALGEMENE VOORWAARDEN

ALGEMENE FACTUUR­ VOORWAARDEN

De onlinebestelling kun je binnen de 14 dagen na levering annuleren en retourneren.

IN

De geleverde goederen blijven eigendom van de verkoper tot op het ogenblik van volledige betaling. De voorwaarden worden meegedeeld op het moment dat de onderneming de offerte opstelt. Elk bezwaar moet binnen de zeven dagen na verzending van de factuur gebeuren en dat schriftelijk en gemotiveerd.

De klant aanvaardt deze voorwaarden op het moment dat hij de bestelling plaatst.

VA N

Bij niet-betaling op de vervaldag is er een interest verschuldigd van 1 % per maand.

Is A.S.Adventure.edu verplicht om voor elke verkoop een factuur op te stellen? Denk eens wanneer je zelf gaat winkelen.

a

Waarom (niet)?

b

Welke uitzonderingen zijn er? Geef drie voorbeelden. Gebruik indien nodig het internet.

THEMA 2

LEVEL 1

©

8

10


Re-explore 2— 1

Hoe is het berekeningsschema van een verkoopfactuur opgesteld?

Bestudeer de factuur van Re-explore 1. Vul aan en markeer het juiste antwoord. A.S.Adventure.edu vraagt aan klant Synergie Wellness Point voor haar producten. Dat is het bedrag inclusief / exclusief btw. Klant Synergie Wellness

IN

betalen. Dat is het bedrag inclusief / exclusief btw.

Point moet

Synergie Wellness Point betaalt op die levering samengesteld uit btw-tarieven, omdat

btw. Dat bedrag is . Er zijn twee

onderhevig zijn aan

% btw.

Het btw-bedrag is niet bestemd voor A.S.Adventure.edu maar voor de die dat geld gebruikt om financieren.

Op de factuur van Re-explore 1 staat ‘Hand. korting’ en ‘Fin. korting’.

VA N

2

mee te

Waarvan zijn dat de afkortingen?

b

Wat is het doel van beide?

c

Hoe weet je wanneer een klant recht op heeft op een korting?

d

Binnen de hoeveel dagen moet een klant betalen om recht te hebben op de financiële korting?

©

a

FINANCIËLE KORTING EN CONTANTE BETALING

Financiële korting is een korting die je toestaat om een snelle betaling aan te moedigen. Je kent de korting toe wanneer de klant binnen een korte periode van bijvoorbeeld acht of tien dagen na

THEMA 2

LEVEL 1

factuurdatum betaalt. Dat heet dan contante betaling.

11


3

Op de factuur zie je ‘Kosten’ staan. a

Welke kosten kan een handelaar doorrekenen aan zijn klanten?

Aan welk btw-tarief zijn die kosten onderhevig?

IN

b

c

Hoe weet je of je kosten aan de klant moet doorrekenen?

VA N

4

Bekijk de algemene voorwaarden van A.S.Adventure.edu bij het onlinelesmateriaal. a

Op basis waarvan wordt de transportkost berekend?

b

Vul de tabel aan:

VRACHTKOSTEN

Tot en met 10 kg

Tot en met 20 kg

Tot en met 50 kg

THEMA 2

LEVEL 1

©

Tot en met 5kg

12

Tot en met 100 kg

Meer dan 100 kg


Doorgerekende kosten Als leverancier kun je kosten doorrekenen aan de klanten. Voorbeelden van doorgerekende kosten zijn transportkosten en extra verpakking, zoals een kist. Op die kosten bereken je de btw aan het laagste btw-tarief dat van toepassing is op de factuur.

Wat is terugstuurbare verpakking? Geef een voorbeeld.

IN

5

6

Aan welk btw-tarief is de terugstuurbare verpakking onderhevig?

VA N

Terugstuurbare verpakking

Terugstuurbare verpakking is verpakking waarvoor de klant een waarborg betaalt die hij terugkrijgt, als hij de verpakking terugbezorgt. Denk maar aan een europallet of een gasfles. Je kunt dat vergelijken met statiegeld op flessen. Op terugstuurbare verpakking wordt er geen btw aangerekend.

Vul aan met het juiste begrip. Kies uit:

btw – kosten – nettobedrag (2x) – maatstaf van heffing – brutobedrag (2x) – financiële korting

a

Het

is het bedrag dat de handelaar vraagt voor zijn goederen

en/of diensten, zonder aftrek van kosten.

b

Het

is het

verminderd met de

handelskorting. is een belasting die bij elke levering van een product

en/of dienst geheven wordt. Je berekent die op de +

: –

.

LEVEL 1

c

THEMA 2

©

7

13


8

Vul op basis van Re-explore 2 het berekeningsschema aan. aantal * eenheidsprijs =

transportkosten, extra verpakking

=

+

=

IN

+

=

un je een verkoopfactuur opstellen met K handelskorting, doorgerekende kosten en terugstuurbare verpakking?

VA N

Re-explore 3—

+

1

Lees de case over Wandelsport Vlaanderen.

Op 20xx-03-05 levert A.S.Adventure.edu aan Wandelsport Vlaanderen vzw de volgende goederen: Art. 10090 Jack Wolfskin Schoen Force Striker Texapore Mid: 10 stuks Art. 10027 Care Plus EHBO Kit Emergency: 20 stuks Art. 10199 Groot Wandelboek Ardennen: 10 stuks Art. 10206 Hoe word ik bergbewandelaar?: 10 stuks Totaalgewicht van de levering: 21 kg. De goederen worden geleverd op een pallet. De waarborg voor een pallet is 15,00 euro. Je stelt de factuur op 20xx-03-06 op. Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er het klantenbestand en het artikelbestand. Het klantenbestand vind je ook achteraan dit thema. Stap voor stap vul je de factuur in. Deze factuur volgt op die van Re-explore 1.

©

2

a

Welk factuurnummer vul je in?

THEMA 2

LEVEL 1

14

b

Vul de factuurdatum in.


3

Zoek de gegevens van klant Wandelsport Vlaanderen vzw op. a

Welke gegevens heb je nodig om de factuur in te vullen?

b

Welke bijzondere voorwaarden werden er toegekend?

c

Vul de gegevens en eventueel de bijzondere voorwaarden in. Tip:

Bekijk altijd goed of er handelskorting wordt toegestaan, en of er transportkosten moeten aangerekend worden. Noteer dat bij de opgave, zodat je dit niet vergeet.

Zoek de gegevens van de artikelen op.

VA N

4

IN

a

Welke gegevens heb je nodig?

b

5

Vul die gegevens in.

Hoe bereken je het bedrag in de kolom ‘Totaal’ per artikellijn? Bereken dat voor alle artikelen op de factuur. Vul aan op de factuur.

6

Hoe bereken je het brutobedrag? Vul het totaalbedrag in op de factuur.

7

Hoeveel handelskorting wordt er toegestaan? Bereken de handelskorting per btw-tarief.

©

8

Bereken het nettobedrag.

9

Klant Wandelsport Vlaanderen vzw heeft als leveringsvoorwaarde ‘Af fabriek’.

b

Aan welk btw-tarief zijn die kosten onderhevig? Leg uit.

c

Vul de factuur aan. Bereken het subtotaal.

LEVEL 1

In Re-explore 2 heb je de tabel met de leveringskosten ingevuld. Hoeveel transportkosten reken je aan?

THEMA 2

a

15


Er wordt geen financiële korting toegekend. De maatstaf van heffing gelijk is aan het subtotaal.

Tip:

10 Hoe bereken je het btw-bedrag? Vul het btw-bedrag op de factuur in.

IN

11 Hoe bereken je de kolom ‘Totaal’? Vul de factuur aan.

12 Wat moet je nu nog aanrekenen? Vul in.

13 Bereken het ‘Totaalbedrag voor vervaldag’. Vul de factuur aan.

VA N

A.S.Adventure.edu Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. + 32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Klantcode

Btw-nummer

Factuurnummer

Factuurdatum

Vervaldatum

Factuur Art.nr.

Omschrijving

Aantal

Verkoopprijs/e

Btw-%

Totaal in euro

10090 Jack Wolfskin Schoen Force Striker Texapore Mid 10027 Care Plus EHBO Kit Emergency 10199 Groot Wandelboek Ardennen

10206 Hoe Word Ik Bergbewandelaar?

Leveringsdatum

Leveringsvoorwaarden Brutobedrag Hand.korting

©

Btw-%

Netto

Kosten

Subtotaal

Fin. korting

MvH

Btw

6%

21 %

Totaal

Terugstuurbare verpakking Factuurbedrag (in euro)

THEMA 2

LEVEL 1

Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer te vermelden.

16

Bij betaling binnen de 10 dagen mag u

EUR in mindering brengen.

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

Algemene voorwaarden: zie achterkant

Totaal


Re-explore 4— Kun je een creditnota opstellen? Lees het mailtje dat Estefania op 20xx-03-08 van Wandelsport Vlaanderen ontvangt. Wat moet Estefania nu doen?

b

Met welke bijzondere voorwaarden moet ze rekening houden?

c

Welke gegevens moet ze zeker vermelden?

IN

a

VA N

1

Bericht

Opties

Van: Hanne Cuykx

Verzonden: 8 maart 20xx

Aan: facturatie@asadventure.edu

Onderwerp: Levering UVB20xx-0199

Beste mevrouw Umuhire

Bij het uitpakken van de levering stelden wij vast dat er twee Care Plus EHBO-kits beschadigd zijn. Er zitten deuken in het kistje. Wij bezorgen u die twee EHBO-kistjes terug, samen met de pallet. Een medewerker brengt die vandaag nog terug. Is het mogelijk daarvoor het nodige te doen?

THEMA 2

LEVEL 1

©

Met vriendelijke groeten Hanne Cuykx Wandelsport Vlaanderen vzw

17


2

Op 20xx-03-10 stel je de creditnota op. Het is de derde creditnota van dit jaar.

A.S.Adventure.edu Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. + 32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Klantcode

Btw-nummer

40008

BE0643 481 073

Creditnota

Omschrijving

Aantal

Factuurdatum

Verkoopprijs/e

Vervaldatum

Btw-%

Totaal in euro

IN

Art.nr.

Factuurnummer

10027 Care Plus EHBO Kit Emergency

-2

VA N

Leveringsdatum

Leveringsvoorwaarden Btw-%

Brutobedrag Hand.korting

Netto

Kosten

Subtotaal

Fin. korting

MvH

Btw

6%

21 %

Totaal

Terugstuurbare verpakking Factuurbedrag (in euro)

Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer te vermelden. Bij betaling binnen de 10 dagen mag u

EUR in mindering brengen.

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

THEMA 2

LEVEL 1

©

Algemene voorwaarden: zie achterkant

18

Totaal


Explore 5— Kun je een verkoopfactuur met een rekenblad opstellen?

Vorig schooljaar werkte je in een sjabloon in Excel om de verkoopfacturen op te stellen. Wat was daarvan het voordeel?

2

Stel de factuur op met de juiste opmaak. Voor deze opdracht heb je de keuze. Kies optie 1 als je wat ondersteuning wilt. Kies optie 2 als je liever een uitdaging wilt. Vink de gekozen optie aan.

IN

1

a

VA N

Ga naar het onlinelesmateriaal en download er het bestand om een factuur op te stellen. Tip:

b

In de Intro heb je gezien dat Mulin Bussche de lay-out voor een nieuwe factuur moet bedenken. De factuur ziet er dus anders uit dan de facturen in dit level.

Volg het stappenplan en gebruik de ICT-fiches van rekenblad.

Optie 1 Met ondersteuning

STAPPENPLAN

Stap 1: Voeg een nieuw werkblad toe voor het tabblad ‘Artikelen’. Geef dat tabblad de naam ‘blanco_VF’ (ICT-fiche_R_02). Stap 2: Pas de linker- en rechtermarge aan naar 0 cm (ICT-fiche_R_20). Geef de kolommen de volgende breedte (ICT-fiche_R_16): kolom A: 9,33 tekens kolom B tot en met G: 7,33 tekens kolom H en I: 10,67 tekens kolom J: 11 tekens

Stap 4: – – – – – – –

Geef de rijen de volgende hoogte (ICT-fiche_R_15): rij 1: 33 pt rij 2: 42 pt rij 3 tot en met rij 17; rij 22 tot en met rij 33; rij 37 en 38 en rij 41 tot en met rij 46: 14 pt rij 18 tot en met rij 20: 19 pt rij 21: 21 pt rij 34 en 35 en rij 47 tot en met rij 50: 16 pt rij 36 en rij 40: 18 pt

THEMA 2

LEVEL 1

©

Stap 3: – – – –

19


Good to know

IN

Stap 5: Plaats in de linkerbovenhoek het logo van A.S.Adventure.edu. Het logo is 3 cm hoog en 4,50 cm breed. Je vindt het logo bij het onlinelesmateriaal.

VA N

Bij de opmaak van de lay­out houd je rekening met de huisstijl van A.S.Adventure.edu: — bedrijfskleur groen = Forest Green RGB 40 69 23, — bedrijfskleur oranje = Spanish Orange RGB 235 106 0, — lettertype = Arial Nova, lettergrootte 12, tenzij anders opgegeven.

Stap 6: – – –

Plaats in cel A4 tot en met cel A8 de bedrijfsgegevens van A.S.Adventure.edu. Bedrijfskleur: groen Naam: in het vet Er is geen hyperlink bij het e-mailadres.

©

Stap 7: Voeg de cellen H2 tot met J2 samen (ICT-fiche_R_14). Plaats er de titel ‘factuur’ in met de volgende opmaak: – Lettergrootte: 40 pt – Bedrijfskleur: oranje, vet, drukletters, gecentreerd horizontaal en verticaal (ICT-fiche_R_11 en fiche_R_12). Stap 8: Voer in cel G12 de tekst ‘Btw’ in, en lijn rechts uit.

THEMA 2

LEVEL 1

Stap 9: – – – –

20

– –

Geef de volgende tekst in: cel A18: Klantnr. cel H18: Factuur cel I18: Datum cel J18: Vervaldatum

Geef cel A18 de volgende opmaak: Lettertype: Arial Nova 12 pt, wit, vet, horizontaal en verticaal gecentreerd Arcering bedrijfskleur: oranje. Rond de cellen A18 en A19 plaats je een fijn kader in de bedrijfskleur oranje. De inhoud in cel A19 wordt gecentreerd (ICT-fiche_R_11, fiche_R_12 en fiche_R_13).


– Kopieer die opmaak naar de cellen H18/H19, I18/I19, J18/J19 (ICT-fiche_R_17).

Stap 10: Geef cel I19 en J19 de datumnotatie volgens de NBN-normen (ICT-fiche_R_08).

IN

Geef de volgende tekst in: cel A21: Artikelnummer cel B21: Omschrijving cel G21: Btw-% cel H21: Aantal cel I21: Verkoopprijs cel J21: Totaal (EUR) Kopieer de opmaak van cel A18 op de bovenstaande cellen.

VA N

Stap 11: – – – – – – –

Stap 12: Voeg de cellen B21 tot en met F21 samen.

Stap 13: Kopieer de opmaak van cel A19 naar de cellen A22 tot en met J22. Je kopieert de opmaak tot en met rij 30. Stap 14: Voeg de cellen B22 tot en met F22 samen, kopieer die samenvoeging tot cel B30. Stap 15: Pas de volgende celeigenschappen toe: – Lijn de artikelomschrijvingen links uit. – Geef de gegevens in btw-% de notatie ‘Percentage’ volgens de NBN-normen, geen cijfers na de komma (ICT-fiche_R_09). – Lijn alle verkoopprijzen en totalen rechts uit. Geef de getallen volgens de NBN-normen weer (ICT-fiche_R_06). Geef de volgende tekst in: cel A32: Btw-% cel B32: Bruto cel C32: Korting cel D32: Netto cel E32: Kosten cel F32: Subtot. cel G32: Fin. korting cel H32: MvH cel I32: Btw cel J32: Totaal

THEMA 2

LEVEL 1

©

Stap 16: – – – – – – – – – –

21


– Kopieer de opmaak van cel A18 op de voorgaande cellen.

IN

Stap 17: Voeg de cellen A32 en A33 samen. Kopieer deze opmaak naar cel B32, D32, E32, F32, H32, I32 en J32. Stap 18: Geef cel C33 en G33 de arcering oranje bedrijfskleur

Stap 19: Kopieer de opmaak van cel A19 naar de cellen A34 tot en met J34 dit tot en met rij 36. Stap 20: – – –

Geef de volgende tekst in met deze opmaak: cel A34: 6 %: bedrijfskleur oranje, centreren cel A35: 21 %, kopieer de opmaak van cel A34 naar deze cel cel A36: Totaal, kopieer de opmaak van cel A18 naar deze cel

Stap 21: Kopieer de opmaak van cel J22 naar de cellen B34 tot en met J36.

VA N

Stap 22: Geef de cellen C33 en G33 de notatie ‘Percentage’ volgens de NBN-normen, geen cijfers na de komma. Stap 23: – – – –

Geef de tekst in: cel A38: Terugstuurbare verpakking cel I40: TE BETALEN (EUR) Pas op beide cellen de opmaak van cel A18 toe. Voeg cellen A38 tot C38 en de cellen H40, I40 samen.

Stap 24: Kopieer de opmaak van cel J34 naar cel J38 en J40. In cel J40 pas je de lettergrootte aan naar 14 pt, vet. Stap 25: Geef in cel A42 de tekst ‘Bij betaling binnen de 10 dagen mag u’ in. In cel F42 ‘in mindering brengen.’ Stap 26: Geef in cel A44 de tekst ‘Leveringsdatum’ in, bedrijfskleur groen, vet. Voeg de cellen C44 en D44 samen, geef cel C44 de datumnotatie volgens NBN-normen.

THEMA 2

LEVEL 1

©

Stap 27: Voeg de cellen A50 tot en met J50 samen. Geef er de tekst: ‘Btw BE0465 672 452 – RPR Antwerpen – IBAN BE20 3200 6835 4556 – BIC BBRUBEBB’ in. Bedrijfskleur groen, centreren.

22


Optie 2 Met meer uitdaging STAPPENPLAN Stap 1: Voeg een nieuw werkblad toe voor het tabblad ‘Artikelen’. Geef dat tabblad de naam ‘blanco_VF’ (ICT-fiche_R_02). Stap 2: Pas de linker- en rechtermarge aan naar 0 cm (ICT-fiche_R_20). Geef de kolommen de volgende breedte (ICT-fiche_R_16): kolom A: 9,33 tekens kolom B tot en met G: 7,33 tekens kolom H, I: 10,67 tekens kolom J: 11 tekens

Stap 4: – – – – – – –

Geef de rijen de volgende hoogte (ICT-fiche_R_15): rij 1: 33 pt rij 2: 42 pt rij 3 tot en met rij 17, rij 22 tot en met rij 33, rij 37, 38 en rij 41 tot en met rij 46: 14 pt rij 18 tot en met rij 20: 19 pt rij 21: 21 pt rij 34, 35 en rij 47 tot en met rij 50: 16 pt rij 36, rij 40: 18 pt

IN

Stap 3: – – – –

VA N

Stap 5: Plaats in de linkerbovenhoek het logo van A.S.Adventure.edu. Het logo is 3 cm hoog en 4,50 cm breed. Je vindt het logo bij het onlinelesmateriaal.

Stap 6: Maak op basis van de gegeven lay-out op de volgende bladzijde de factuur op. Houd daarbij rekening met het volgende: – bedrijfskleur groen = Forest Green (RGB 40 69 23) – bedrijfskleur oranje = Spanish Orange (RGB 235 106 0) – lettertype Arial Nova, lettergrootte 12 pt (tenzij anders opgegeven) Werk zo efficiënt mogelijk. Pas de opmaak toe op één cel en kopieer die opmaak naar de andere cellen met dezelfde opmaak (ICT-fiche_R_17).

THEMA 2

LEVEL 1

©

Tip:

23


IN

lettergrootte 40 pt

gegevens in deze rij centreren

links uitlijnen

datumnotatie NBN-normen

VA N

gegevens centreren

getallen volgens NBN-normen, rechts uitlijnen

percentage NBN, geen cijfers na de komma

getallen volgens NBN-normen, rechts uitlijnen

getal NBN-normen, rechts uitlijnen

lettergrootte 14 pt, vet, getal NBN-normen, rechts uitlijnen

©

datumnotatie NBN-normen

THEMA 2

LEVEL 1

3

24

Voeg de formules toe om het werkblad te automatiseren. Voor deze opdracht heb je de keuze. Kies optie 1 als je wat ondersteuning wilt. Kies optie 2 als je liever een uitdaging wilt. Vink de gekozen optie aan. a b

De klanten- en artikelgegevens moeten automatisch verschijnen wanneer je het klantennummer of de artikelcode ingeeft. Volg het stappenplan en gebruik de ICT-fiches van rekenblad.


Optie 1 Met ondersteuning STAPPENPLAN Stap 1: Geef in cel A19 het klantennummer ‘40001’ in. Het is de bedoeling dat alle klantengegevens automatisch verschijnen in de cellen H9 tot en met H12. Dat doe je via de functie ‘Verticaal zoeken’ (ICT-fiche_R_43). Stap 2: Selecteer cel H9 waar de klantennaam moet verschijnen op basis van het klantennummer ingegeven in cel A19. Stap 3: Selecteer de functie verticaal zoeken.

IN

Stap 4: Je vult de velden zoekwaarde, tabelmatrix, kolomindex_getal in het scherm in:

VA N

Dit is de cel waarvan je de waarde wilt zoeken in het bereik. Hier is dit het klantennummer, want de klantennaam wordt gezocht op basis van het klantennummer.

Hier geef je het nummer van de kolom in waarin het resultaat staat. Dat is in de tweede kolom van het tabblad klanten = bedrijfsnaam 1

Hier geef je het bereik in = de tabel waarin je de gegevens wilt zoeken. Je selecteert de volledige tabel in het tabblad klanten.

Stap 5: Wanneer je op ‘ok’ drukt, zie je dat de naam Beleko automatisch verschijnt. Stap 6: – – – – –

Ga nu op dezelfde manier te werk voor de andere klantengegevens: In cel H10 moet de straatnaam verschijnen. In cel H11 de postcode en gemeente In cel H12 het btw-nummer In cel C33 de handelskorting In cel G33 de financiële korting

©

Stap 7: Geef in cel A22 artikelcode ‘10001’ in. Op basis van die artikelcode moet de artikelomschrijving, automatisch in cel B22 verschijnen. – Je moet de formule via de vulgreep kopiëren tot aan cel B30. Waar moet je zeker aan denken als je de formule in cel B22 ingeeft, zodat dat correct verloopt? (ICT-fiche_R39)

LEVEL 1

Geef de formule in cel B22 in, zodat de artikelomschrijving automatisch verschijnt. Kopieer de formule via de vulgreep naar cel B23. Wat stel je vast?

THEMA 2

– –

25


#N/B

Welke formule geef je in cel B22 in zodat de formule genegeerd wordt als het artikelnummer niet ingevuld is?

IN

Cel B23 is leeg, er werd geen artikelnummer ingegeven. Wanneer een cel leeg is, kan de formule niet uitgevoerd worden. Daarom verschijnt de mededeling #N/B. Om die vermelding te vermijden moet je ervoor zorgen dat het rekenblad de formule negeert als de cel leeg is. Er moet gecontroleerd worden of de specifieke cel leeg is. Dat doe je met de ALS-functie. Is de cel niet leeg, dan wordt de originele formule uitgevoerd. Is de cel leeg, dan wordt de formule genegeerd en verschijnt er niet #N/B. Je combineert die ALS-functie met de oorspronkelijke formule: = ALS(Specifieke cel=””;””;”Oorspronkelijke formule”)

Kopieer nu de formule via de vulgreep tot aan B30.

VA N

Stap 8: Zorg nu dat het btw-percentage en de verkoopprijs automatisch ingevuld worden. De formule moet genegeerd worden als de cel met het artikelnummer leeg is. Je kopieert de formules tot G30 en I30. Optie 2 Met meer uitdaging

STAPPENPLAN

Stap 1: Geef in cel A19 het klantennummer ‘40001’ in. Het is de bedoeling dat alle klantengegevens automatisch verschijnen in de cellen H9 tot en met H12.Dat doe je via de functie verticaal zoeken (ICT-fiche_R_43). – Werk met de functie ‘Verticaal zoeken’ zodat in cel (ICT-fiche_R_43): – H9: de klantennaam, – H10: de straatnaam, – H11: de postcode en gemeente, – H12: het btw-nummer, – C33: de handelskorting, – G33: de financiële korting verschijnt.

©

Stap 2: Geef in cel A22 artikelcode ‘10001’ in. Op basis van die artikelcode moet de artikel­ omschrijving, automatisch in cel B22 verschijnen. – Je moet de formule via de vulgreep kopiëren tot aan cel B30. Waar moet je zeker aan denken als je de formule in cel B22 ingeeft, zodat dat correct verloopt? (ICT-fiche_R39)

THEMA 2

LEVEL 1

– –

26

Geef de formule in cel B22 in, zodat de artikelomschrijving automatisch verschijnt. Kopieer de formule via de vulgreep naar cel B23. Wat stel je vast?


#N/B

IN

Cel B23 is leeg, er werd geen artikelnummer ingegeven. Wanneer een cel leeg is, kan de formule niet uitgevoerd worden. Daarom verschijnt de mededeling #N/B. Om die vermelding te vermijden moet je ervoor zorgen dat het rekenblad de formule negeert als de cel leeg is. Er moet gecontroleerd worden of de specifieke cel leeg is. Dat doe je met de ALS-functie. Is de cel niet leeg, dan wordt de originele formule uitgevoerd. Is de cel leeg, dan wordt de formule genegeerd en verschijnt er niet #N/B. Je combineert die ALS-functie met de oorspronkelijke formule: = ALS(Specifieke cel=””;””;”Oorspronkelijke formule”)

Welke formule geef je in cel B22 in zodat de formule genegeerd wordt als het artikelnummer niet ingevuld is?

Kopieer nu de formule via de vulgreep tot aan B30.

VA N

Stap 3: Zorg nu dat het btw-percentage en de verkoopprijs automatisch ingevuld worden. De formule moet genegeerd worden als de cel met het artikelnummer leeg is. Je kopieert de formules tot G30 en I30. 4

Nu moet je de formules ingegeven, zodat de factuurberekening automatisch gebeurt. Volg het stappenplan en gebruik de ICT-fiches van rekenblad.

STAPPENPLAN

Stap 1: Geef in cel H22 ’2’ in. Bereken in cel J22 het totaal. Zorg dat de formule genegeerd wordt als er geen artikelnummer is. Kopieer de formule via de vulgreep tot cel J30. Stap 2: Geef in cel A23 ‘10201’ en cel H23 ‘1’ in.

Stap 3: In cel B34 bereken je het totaal van de goederen onderhevig aan 6 % btw. Je gebruikt daarvoor de functie SOM.ALS. Voer de formule in (ICT-fiche_R_41). Stap 4: Bereken in cel B35 het totaalbedrag van de goederen die onderhevig zijn aan 21 % btw. Stap 5: Geef nu alle formules in zodat de berekening van de goederen onderhevig aan 6 % btw afgewerkt is. Je kopieert via de vulgreep de formule naar de cellen in rij 35. Denk aan de absolute adressering waar nodig. Stap 6: Bereken in cel B36 het totaal. Kopieer via de vulgreep tot J36.

©

Stap 7: Bereken het totaal te betalen bedrag in cel J40. Stap 8: Zorg dat in cel E42 het bedrag van de financiële korting automatisch verschijnt. 5

Tot slot werk je de details van de factuur af. Volg het stappenplan en gebruik de ICT-fiches van rekenblad.

Stap 2: Via voorwaardelijke opmaak zorg je ervoor dat wanneer er 0,00 in een cel staat, die cel wit is. Ook het lettertype en de arcering zijn wit (ICT-fiche_R_18).

THEMA 2

Stap 1: Verwijder de artikelcodes uit cel A34 en cel A35. Wat stel je vast?

LEVEL 1

STAPPENPLAN

27


Stap 3: Indien er geen handelskorting en/of financiële korting wordt toegestaan, cel C33 en G33, dan mag de 0 % niet zichtbaar zijn. De oranje opvulkleur blijft. Stap 4: Zorg dat de rasterlijnen niet zichtbaar zijn. Bewaar het resultaat in je portfolio. Maak een map voor elk thema en een submap voor elk level. Geef die submap de naam ‘Thema_2_Level_1’. Geef het bestand een duidelijke naam zoals ‘Explore_6_nieuwe_factuur’.

TO THE POINT

IN

6

De verkoopfactuur De verkoopfactuur is een document waarop de verkoper uitrekent hoeveel de klant voor de geleverde goederen moet betalen. De verkoper stelt de factuur op en bezorgt die aan de koper. Het is een officiële uitnodiging om te betalen.

VA N

Wie goederen of diensten levert aan btw-plichtige ondernemingen is verplicht om daarvoor een factuur op te stellen. Dat moet gebeuren uiterlijk de 15e van de maand, na de maand waarin je de dienst of het product geleverd hebt. Lever je aan consumenten, niet-btw-plichtige personen, dan ben je niet verplicht om een factuur op te stellen. Een kasticket volstaat dan. Er zijn daarop een aantal uitzonderingen. – Een particulier koopt aan bij een groothandelaar. – Een particulier koopt heel grote hoeveelheden aan waardoor er een vermoeden is dat het niet voor privégebruik is. – De verkoop of herstelling van de auto van een particulier of het onderhoud van auto’s, als de prijs inclusief btw hoger is dan 125,00 euro. – De particulier laat werken uitvoeren aan de woning. – De particulier koopt aan op afbetaling. – De particulier maakt gebruik van verhuisdiensten. De wet legt de handelaar op om facturen zeven jaar te bewaren.

THEMA 2

LEVEL 1

©

Verplichte vermeldingen op de factuur Volgende vermeldingen zijn verplicht op de factuur: — het woord factuur — de datum van de factuur — het volgnummer van de factuur — de gegevens van de verkoper: de naam, het adres — het btw-nummer of ondernemingsnummer van de verkoper — het nummer van de bankrekening van de verkoper — de RPR-vermelding: voor vennootschappen, is een verwijzing naar de zetel van de rechtbank waar de vennootschap gevestigd is — de gegevens van de koper: naam, adres — het btw-nummer of ondernemingsnummer van de koper, indien van toepassing — de datum van levering van de goederen — de hoeveelheid van de geleverde goederen met de eenheidsprijs — een duidelijke omschrijving van de geleverde goederen — de eenheidsprijs van de geleverde goederen, exclusief btw

28


het btw-tarief dat van toepassing is op de goederen het totaalbedrag, exclusief btw het bedrag van de verschuldigde btw het te betalen bedrag, inclusief btw de bijzondere verkoopsvoorwaarden, indien van toepassing

De algemene voorwaarden De algemene voorwaarden, de kleine lettertjes onderaan of op de achterzijde van de factuur, zijn de spelregels tussen de verkoper en de koper. Die voorwaarden gelden voor iedereen. De algemene voorwaarden zijn de rechten en plichten die gelden tussen de koper en de verkoper bij het aangaan van de verbintenis en ze worden opgesteld door de verkoper. De algemene voorwaarden kunnen dus voor elke onderneming verschillend zijn.

IN

— — — — —

VA N

Het is niet verplicht om de algemene voorwaarden op de factuur vermelden maar het is wel aangeraden. Als er een conflict ontstaat tussen de verkoper en de koper, bijvoorbeeld bij laattijdige betaling, kun je verwijzen naar de algemene voorwaarden. De bijzondere voorwaarden De bijzondere voorwaarden zijn de afspraken tussen de koper en de verkoper die specifiek van toepassing zijn op hun verkoopovereenkomst. Die voorwaarden kunnen dus verschillen van factuur tot factuur. De voorwaarden kunnen betrekking hebben op de levering, de betaling en de prijs.

©

De algemene factuurvoorwaarden Een onderneming is niet verplicht om de algemene factuurvoorwaarden op de factuur te plaatsen. Het is echter wel aan te raden om problemen te vermijden bij bijvoorbeeld een laattijdige betaling of betwisting van de factuur. In de algemene factuurvoorwaarden komen volgende zaken meestal aan bod: – de termijn van factuurprotest: binnen welke termijn moet de klacht toekomen? – het schadebeding: welke schadevergoeding moet de klant betalen wanneer de betaling niet tijdig is gebeurd? – het bevoegdheidsbeding: welke rechtbank is bevoegd bij geschillen?

THEMA 2

Er zijn twee soorten betalingsvoorwaarden. Bij een contante betaling moet de klant de factuur betalen binnen de 8 à 10 dagen na factuurdatum, eventueel ontvangt hij daarvoor een financiële korting. Bij een betaling op termijn krijgt de klant betalingsuitstel om de factuur te betalen, dat kan 30, 60 of 90 dagen na factuurdatum zijn.

LEVEL 1

Leveringsvoorwaarden: – franco thuis: de goederen worden gratis geleverd, er worden geen transportkosten aangerekend. – af fabriek of af magazijn: er worden kosten aangerekend voor de levering.

29


Het berekeningsschema van de verkoopfactuur aantal * eenheidsprijs = –

handelskorting

=

nettobedrag

+

kosten

=

subtotaal

IN

transportkosten, extra verpakking

brutobedrag

maatstaf van heffing

MvH * btw-%

+

btw-bedrag

+

btw-bedrag

=

te betalen bedrag voor vervaldag

VA N

De kosten (extra verpakking, transportkosten) bereken je aan het laagste btw-tarief dat van toepassing is op de factuur. De leverancier kan die doorrekenen aan de klanten, dat heet doorgerekende kosten. Terugstuurbare verpakking is verpakking waarvoor je een waarborg vraagt aan de klant, die krijgt hij terug als hij de verpakking terugbezorgt. Op terugstuurbare verpakking wordt er geen btw aangerekend. De btw wordt berekend op de maatstaf van heffing.

©

De uitgaande creditnota Een uitgaande creditnota is een document dat de verkoper opstelt om de verkoopfactuur te verbeteren. Op een uitgaande creditnota staan dezelfde verplichte vermeldingen als op de factuur. Alleen wordt het woord factuur vervangen door creditnota. Bij het opstellen van de creditnota verwijs je naar de oorspronkelijke factuur en factuurdatum. De btw-wetgeving verplicht je om de mededeling ‘Btw terug te storten aan de Staat in de mate waarin ze oorspronkelijk in aftrek werd gebracht (art. 4 §1 3° KB nr. 4)’ op de creditnota te vermelden.

THEMA 2

LEVEL 1

De berekening is identiek met die van een factuur.

30

BEKIJK DE KENNISCLIP


Action 1— Kun jij verkoopfacturen opstellen? Stel op basis van de onderstaande gegevens de facturen op. Bekijk de klantengegevens achteraan dit thema of bij het onlinelesmateriaal. Houd rekening met de volgende zaken. 

In de algemene voorwaarden van A.S.Adventure.edu staan de volgende gegevens in verband met de leveringskosten. VRACHTKOSTEN 7,50 euro

Tot en met 10 kg

10,00 euro

Tot en met 20 kg

15,00 euro

Tot en met 50 kg

25,00 euro

Tot en met 100 kg

40,00 euro

Meer dan 100 kg

50,00 euro

VA N

Tot en met 5 kg

IN

a b

Voor een pallet vraag A.S.Adventure.edu 15,00 euro waarborg. Het laatste factuurnummer van Re-explore 3 is VF20xx-0258.

THEMA 2

LEVEL 1

©

 

31


c

Lees de case over Fitality Club.

Op 10 maart 20xx bestelde klant Fitality Club de volgende goederen: – Artikel 10198 Nike Equipment Yoga Mat Nike Fundamental 3mm: 20 stuks – Artikel 10186 Adidas T-shirt E3S Tee: 10 stuks – Artikel 10193 Adidas Triu E3S Crew Fl: 10 stuks – Artikel 10022 Polar Hartslagmeter Ignite S: 3 stuks

IN

De goederen worden geleverd op 11 maart, UVB20xx-0200. Gewicht van de levering: 8 kg. Je stelt de factuur diezelfde dag nog op.

A.S.Adventure.edu

VA N

Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. + 32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Klantcode

Btw-nummer

Factuurnummer

Factuurdatum

Vervaldatum

Factuur Art.nr.

Omschrijving

Aantal

Verkoopprijs/e

Btw-%

Totaal in euro

10198 Nike Equipment Yoga Mat Nike Fundamental 3 mm 10186 Adidas T-Shirt E 3S Tee

10193 Adidas Trui E 3S Crew Fl

10022 Polar Hartslagmeter Ignite S

Leveringsdatum

Leveringsvoorwaarden Btw-%

Brutobedrag Hand.korting

Netto

Kosten

Subtotaal

Fin. korting

MvH

Btw

6%

21 %

©

Totaal

Terugstuurbare verpakking Factuurbedrag (in euro)

Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer te vermelden.

Bij betaling binnen de 10 dagen mag u

EUR in mindering brengen.

THEMA 2

LEVEL 1

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

32

Algemene voorwaarden: zie achterkant

Totaal


d

Lees de case over Ski & Snowboardcentrum Snow Valley.

IN

Op 13 maart 20xx lever je de volgende producten op een pallet aan Ski & Snowboardcentrum Snow Valley, leveringsbon UVB20xx-0201, gewicht levering: 40 kg. – Artikel 10122 Elan Ski Sl Fusion X+: 5 stuks – Artikel 10126 Leki Skistok Rider: 40 stuks – Artikel 10132 Salomon Skihelm Mirage+: 5 stuks – Artikel 10202 Elmar Centrale en Oostelijke Pyreneeën: 1 stuk Je stelt de factuur op 14 maart op.

A.S.Adventure.edu

VA N

Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. + 32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Klantcode

Btw-nummer

Factuurnummer

Factuurdatum

Vervaldatum

Factuur Art.nr.

Omschrijving

Aantal

10122 Elan Ski Sl Fusion X+

Verkoopprijs/e

Btw-%

Totaal in euro

5

10126 Leki Skistok Rider

40

10132 Salomon Skihelm Mirage+

5

10202 Elmar Centrale en Oostelijke Pyreneeën Deel 1 Catalunya en Andorra

1

Leveringsdatum

Leveringsvoorwaarden Btw-%

Brutobedrag Hand.korting

Netto

Kosten

Subtotaal

Fin. korting

MvH

Btw

Totaal

6%

21 %

©

Totaal

Terugstuurbare verpakking Factuurbedrag (in euro)

Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer te vermelden.

Bij betaling binnen de 10 dagen mag u

EUR in mindering brengen.

THEMA 2

Algemene voorwaarden: zie achterkant

LEVEL 1

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

33


e

Lees de case over klant Beleko.

Op 13 maart 20xx lever je aan klant Beleko: – Artikel 10036 GoPro Accessoire The Handler Floating Hand Grip: 20 stuks – Artikel 10037 Eagle Creek Kussen Exhale Neck Pillow: 20 stuks – Artikel 10040 United by Blue Tas Copper 14Oz: 10 stuks – Artikel 10041 Dopper Drinkfles Dopper Insulated 580 ml: 7 stuks

IN

UVB20xx-0202, gewicht levering 9 kg. Je stelt de factuur op 17 maart op.

A.S.Adventure.edu Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. + 32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Btw-nummer

Factuurnummer

Factuurdatum

VA N

Klantcode

Vervaldatum

Factuur Art.nr.

Omschrijving

Aantal

Verkoopprijs/e

Btw-%

Totaal in euro

10036 GoPro Accessoire The Handler Floating Hand Grip 10037 Eagle Creek Kussen Exhale Neck Pillow 10040 United by Blue Tas Copper 14Oz

10041 Dopper Drinkfles Dopper Insulated 580 ml

Leveringsdatum

Leveringsvoorwaarden Btw-%

Brutobedrag Hand.korting

Netto

Kosten

Subtotaal

Fin. korting

MvH

Btw

6%

21 %

©

Totaal Terugstuurbare verpakking Factuurbedrag (in euro)

Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer te vermelden.

Bij betaling binnen de 10 dagen mag u

EUR in mindering brengen.

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

THEMA 2

LEVEL 1

Algemene voorwaarden: zie achterkant

34

Totaal


f

Lees de case over Chirojeugd Vlaanderen.

Chirojeugd Vlaanderen bestelt 17 maart 20xx: – Artikel 10030 Bynolyt Verrekijker Shark 8x25: 15 stuks – Artikel 10032 Victorinox Zakmes Huntsman: 15 stuks – Artikel 10206 Hoe word ik bergbewandelaar: 5 stuks – Artikel 10001 Vaude Tent Taurus 2P: 12 stuks

IN

De levering vindt plaats op 18 maart, diezelfde dag wordt de factuur opgesteld. Leveringsbon UVB20xx-0203, gewicht: 39 kg.

A.S.Adventure.edu Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. + 32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Btw-nummer

Factuurnummer

Factuurdatum

VA N

Klantcode

Vervaldatum

Factuur Art.nr.

Omschrijving

Aantal

Verkoopprijs/e

Btw-%

Totaal in euro

10030 Bynolyt Verrekijker Shark 8x25 10032 Victorinox Zakmes Huntsman

10206 Hoe Word Ik Bergbewandelaar? 10001 Vaude Tent Taurus 2P

Leveringsdatum

Leveringsvoorwaarden Btw-%

Brutobedrag Hand.korting

Netto

Kosten

Subtotaal

Fin. korting

MvH

Btw

Totaal

6%

21 %

©

Totaal Terugstuurbare verpakking Factuurbedrag (in euro)

Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer te vermelden.

Bij betaling binnen de 10 dagen mag u

EUR in mindering brengen.

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

THEMA 2

LEVEL 1

Algemene voorwaarden: zie achterkant

35


Action 2— Kun jij creditnota’s opstellen? 1

Op 20xx-03-18 stuurt Beleko de drinkflessen met artikelnummer 10041 terug. Beleko heeft die drinkflessen niet besteld. Je stelt onmiddellijk de creditnota op.

A.S.Adventure.edu

Klantcode

IN

Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. + 32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Btw-nummer

Factuurnummer

Creditnota Omschrijving

Aantal

Verkoopprijs/e

Vervaldatum

Btw-%

VA N

Art.nr.

Factuurdatum

Totaal in euro

Leveringsdatum

Leveringsvoorwaarden Btw-%

Brutobedrag Hand.korting

Netto

Kosten

Subtotaal

Fin. korting

MvH

Btw

6%

21 %

Totaal

Terugstuurbare verpakking Factuurbedrag (in euro)

Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer te vermelden.

Bij betaling binnen de 10 dagen mag u

EUR in mindering brengen.

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

THEMA 2

LEVEL 1

©

Algemene voorwaarden: zie achterkant

36

Totaal


2

Op 20xx-03-21 brengt Chirojeugd Vlaanderen de pallet terug, samen met twee tenten. Die blijken na controle beschadigd te zijn. De tenten hebben artikelnummer 10001. Je stelt onmiddellijk de creditnota op.

A.S.Adventure.edu

Klantcode

IN

Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. + 32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Btw-nummer

Factuurnummer

Creditnota Omschrijving

Aantal

Verkoopprijs/e

Vervaldatum

Btw-%

VA N

Art.nr.

Factuurdatum

Totaal in euro

Leveringsdatum

Leveringsvoorwaarden Btw-%

Brutobedrag Hand.korting

Netto

Kosten

Subtotaal

Fin. korting

MvH

Btw

Totaal

6%

21 %

Totaal

Terugstuurbare verpakking Factuurbedrag (in euro)

Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer te vermelden.

Bij betaling binnen de 10 dagen mag u

EUR in mindering brengen.

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

©

Algemene voorwaarden: zie achterkant

Action 3— Kun je verkoopfacturen en creditnota’s

THEMA 2

Ga naar het onlinelesmateriaal. Je kunt er oefenen om verkoopfacturen en creditnota’s op te stellen.

LEVEL 1

opstellen?

37


Action 4— Kun je verkoopfacturen opstellen met een rekenblad?

Stel de volgende verkoopfacturen op in een rekenblad. Vertrek vanuit de blancofactuur van Explore 5.

b c d e

Zorg dat de blancofactuur behouden blijft. Kopieer daarvoor de blancofactuur naar een nieuw werkblad (ICT-fiche_R_02). Het werkblad geef je de naam van het nummer van de verkoopfactuur. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. Bekijk de klantengegevens achteraan dit thema of in het Excelbestand zelf om de leveringsvoorwaarde en betalingstermijn te raadplegen. Houd rekening met de volgende zaken:

IN

a

In de algemene voorwaarden van A.S.Adventure.edu staan de volgende gegevens in verband met de leveringskosten.

VRACHTKOSTEN 7,50 euro

VA N

Tot en met 5kg Tot en met 10 kg

10,00 euro

Tot en met 20 kg

15,00 euro

Tot en met 50 kg

25,00 euro

Tot en met 100 kg

40,00 euro

Meer dan 100 kg

50,00 euro

Voor een pallet wordt een waarborg gevraagd van 15,00 euro. Het artikelnummer zoek je zelf op. Het laatste factuurnummer dat is gebruikt, is VF20xx-0262

  

A

THEMA 2

LEVEL 1

©

Op 20xx-04-03 stel je de factuur aan Camping International op voor de levering van 20xx-04-01. Gewicht levering = 21 kg. De goederen worden geleverd op een pallet. – 5 stuks Coleman Tent Darwin 2 – 3 stuks Amazonas Hangmat Moskito Traveller – 5 stuks Campingaz Kookvuur Bivouac

38


B Op 20xx-04-03 bestelde klant Fiets! de volgende goederen: – 10 stuks Dopper Drinkfles Dopper Insulated 580 ml – 3 stuks Dikriksons 1913 Jas Helle – 4 stuks Vaude Softshell Hurricane IV – 5 stuks Agu Race Schoen R600 Dial – 1 stuk Elmar Centrale en Oostelijke Pyreneeën – Deel 1 Catalunya en Andorra

C

IN

De goederen werden geleverd 20xx-04-05, je stelt de factuur diezelfde dag op. Gewicht levering = 12 kg.

VA N

Op 20xx-04-07 stel je de factuur aan Groendienst Gent op voor de levering van 20xx-04-05. – 7 stuks Craft Broek Ride Torrent Pants – 7 stuks Barts Hoed Soleil Visor – 7 stuks Jack Wolfskin schoen Vojo 3 Mid Texapore Gewicht levering = 6 kg.

D

Op 20xx-04-10 koopt Beleko de volgende goederen in de winkel. Je geeft onmiddellijk de factuur mee. – 1 stuk Care Plus EHBO Kit Emergency – 2 stuks Xtrom Oplader Powerbank Rugged 10000 – 4 stuks Chilly’ s Drinkfles Chrome Rose Gold 500 ml Gewicht goederen: 3 kg.

E

THEMA 2

LEVEL 1

©

Op 20xx-04-15 stel je de factuur op voor de levering aan Wandelsport Vlaanderen op 20xx-04-12. Gewicht goederen: 5 kg. – 3 stuks Keen Schoen Seacamp II CNX – 6 stuks Ayacucho Hoed Waterproof Winter – 2 stuks The North Face Mcmindo Parka – 3 stuks Patayonia Fleece Better Sweater – 2 stuks Hoe word ik bergbewandelaar?

39


Action 5— Kun je uitgaande creditnota’s opstellen met een rekenblad?

Stel de volgende creditnota’s op met een rekenblad. Vertrek vanuit het bestand van Action 4.

b c

Zorg dat de blancofactuur behouden blijft. Kopieer daarvoor de blancofactuur naar een nieuw werkblad, naast de blancofactuur. Geef dat werkblad de naam CN blanco. Pas de opmaak van de factuur als volgt aan. Volg het stappenplan.

STAPPENPLAN

IN

a

Stap 1: Wijzig in cel H2 de naam FACTUUR in CREDITNOTA.

Stap 2: In cel H18 wijzig je factuur in Creditnota. Pas de lettergrootte aan: 36 pt. Stap 3: Geef in cel A45 de tekst ‘Verkoopfactuur’ in, bedrijfskleur groen, vet.

Stap 4: In cel A44 vervang je het woord ‘Leveringsdatum’ door ‘Datum retour’. Stap 5: Voeg de cellen A47 tot en met J47 samen.

VA N

Stap 6: Geef er de verplichte mededeling ‘Btw terug te storten aan de Staat in de mate waarin ze oorspronkelijk in aftrek werd gebracht (art. 4, KB nr. 4).’ Lettergrootte 9 pt, cursief, tekst gecentreerd. d

Stel de volgende creditnota’s op. Het laatste nummer van de creditnota dat is gebruikt, heeft volgnummer 005.  Op 20xx-04-10 bezorgt Camping International de pallet terug. Je stelt onmiddellijk de creditnota op.  Op 20xx-04-15 komt Caro Miermans van Beleko naar de winkel. Twee drinkflessen zijn beschadigd. Je stelt de creditnota onmiddellijk op.

e

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Action 6— Kun je de berekening van een factuur automatiseren met een rekenblad?

©

Ga naar het onlinelesmateriaal en download er het werkblad waarin je een aantal zaken moet automatiseren. Volg het stappenplan en gebruik de ICT-fiches van rekenblad.

THEMA 2

LEVEL 1

STAPPENPLAN

40

Stap 1: Geef in cel I20 een klantnummer in. Zorg ervoor dat de klantengegevens automatisch verschijnen in cel: – H12: de bedrijfsnaam, – H13: het adres, – H14: de postcode en gemeente, – B20: het ondernemingsnummer, – E22: de leveringsvoorwaarde, – E23: de betalingsvoorwaarde, – H35: de handelskorting, – H37: de financiële korting.


Good to know Wanneer er in cel H35 en/of in cel H38 geen handelskorting of financiële korting toegekend wordt aan deze klant, dan wordt 0 % niet weergegeven in deze cellen.

– –

Houd ermee rekening dat: artikelnummers, aantallen en btw-% worden gecentreerd; de waarde 0,00 niet zichtbaar mag zijn in een factuur. Pas dat aan via voorwaardelijke opmaak; rond de artikelgegevens (cellen A 28 tot en met J33) er enkel een kader is en geen horizontale tussenlijnen.

VA N

IN

Stap 2: Geef in cel B28 een artikelnummer in. Zorg ervoor dat de artikelgegevens automatisch verschijnen in cel: – C28: de artikelomschrijving, – G28: de verkoopprijs, – H28: het btw-%.

Bij het opstellen van de formule zorg je ervoor dat de formule genegeerd wordt wanneer cel C28 leeg is. Je kopieert de formule via de vulgreep tot rij 33. Denk aan de absolute en relatieve adressering.

Stap 3: Geef cel H28 tot en met H33, H35 en H38 de notatie ‘Percentage’ volgens de NBN-normen, geen cijfers na de komma.

Stap 4: Bereken in cel I28 het totaalbedrag van de goederen die onderhevig zijn aan 6 % btw. Je werkt daarvoor met de ALS-functie. Kopieer de formule via de vulgreep tot rij 33. Stap 5: Bereken in cel J28 het totaalbedrag van de goederen die onderhevig zijn aan 21 % btw. Kopieer de formule via de vulgreep tot rij 33. Stap 6: Werk nu het volledige berekeningsschema van de factuur af. Je werkt zo efficiënt mogelijk, formules kopieer je via de vulgreep. Stap 7: In cel 47 bereken je het totale factuurbedrag bij betaling binnen de tien dagen. Indien er geen financiële korting werd toegestaan, wordt in de cel niets weergegeven.

THEMA 2

LEVEL 1

©

Stap 8: Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

41


Action 7— Kun je een factuur met financiële korting opstellen?

MORE 1

Bekijk de klantenlijst. Aan welke klanten werd financiële korting toegestaan?

2

Bekijk de betalingstermijn van klant Groendienst Gent. Welke betalingstermijn werd toegestaan?

b

Vul de vervaldatum op de factuur in.

c

Waarom zou A.S.Adventure.edu aan Groendienst Gent financiële korting toekennen?

d

Wat is de uiterste betaaldatum voor Groendienst Gent om de financiële korting in mindering te brengen?

VA N

IN

a

3

Worden er nog andere bijzondere voorwaarden toegekend aan Groendienst Gent?

4

Bestudeer de factuur. Op welk bedrag wordt de financiële korting berekend?

5

Werk de factuur aan Groendienst Gent af tot en met de kolom subtotaal. Hoe bereken je de maatstaf van heffing? Vul de factuur aan.

THEMA 2

LEVEL 1

©

a

42

b

Welke bedragen moet je optellen om de bedragen in de kolom Totaal te berekenen?

c

Werk de factuur volledig af.

d

Hoeveel moet Groendienst Gent betalen, als hij de factuur betaalt op de vervaldatum?

e

Hoeveel moet Groendienst Gent betalen, als hij de factuur contant betaalt?


A.S.Adventure.edu

Groendienst Gent Woodrow Wilsonplein 1 9000 GENT

Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. + 32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Klantcode

Btw-nummer

Factuurnummer

Factuurdatum

40007

BE0207 451 227

VF20xx-0269

20xx-04-20

Art.nr.

Omschrijving

Aantal

10096 Jack Wolfskin Schoen Vojo 3 Mid Texapore

10

10072 Jack Wolfskin Fleece Scandic

10

10080 Jack Wolfskin Broek Act ivat e Sky Xt

10

10025 Ledlenser Zaklamp P3

10

Verkoopprijs/e

Btw-%

Totaal in euro

20xx-04-08, UVB20xx-0204

Leveringsdatum

Franco thuis

VA N

Leveringsvoorwaarden Btw-%

Vervaldatum

IN

Factuur

Brutobedrag Hand.korting

Netto

Kosten

Subtotaal

Fin. korting

MvH

Btw

Totaal

6%

21 %

Totaal

Terugstuurbare verpakking Factuurbedrag (in euro)

Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer te vermelden.

Bij betaling binnen de 10 dagen mag u

EUR in mindering brengen.

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

THEMA 2

LEVEL 1

©

Algemene voorwaarden: zie achterkant

43


Action 8– MORE 1

Kun je een factuur met financiële korting opstellen?

Werk de factuur af. Bij het onlinelesmateriaal en achteraan dit thema vind je de artikelgegevens en de klantengegevens met de bijzondere voorwaarden en betalingsvoorwaarden.

A.S.Adventure.edu

IN

KSA Nationaal

Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. + 32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Vooruitgangsstraat 225 1030 SCHAARBEEK

Klantcode

Btw-nummer

Factuurnummer

Factuur Art.nr.

Omschrijving

Aantal

10012 Ortlieb Dagrugzak Velocity 17L

Factuurdatum

Verkoopprijs/e

Btw-%

10007 Millet Slaapzak Baikal 750 Regular

10

10017 CamelBak Hydration Pack Lobo 9L

5

VA N

30

Leveringsdatum

Afhaling winkel, 20xx-04-05

Leveringsvoorwaarden

Franco thuis

Brutobedrag Hand.korting

Totaal in euro

5

10005 Deuter Accessoire Raincover III

Btw-%

Vervaldatum

Netto

Kosten

Subtotaal

Fin. korting

MvH

Btw

6%

21 %

Totaal

Terugstuurbare verpakking Factuurbedrag (in euro)

Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer te vermelden.

Bij betaling binnen de 10 dagen mag u

EUR in mindering brengen.

THEMA 2

LEVEL 1

©

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

44

2

Wanneer heeft KSA Nationaal recht op de financiële korting?

3

Hoeveel moeten zij dan betalen?

Algemene voorwaarden: zie achterkant

Totaal


BREAKING NEWS Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

CHECKLIST

IN

1

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Ik kan de verplichte elementen op een factuur opsommen en opstellen in een rekenblad.

2

Ik kan het begrip ‘algemene factuurvoorwaarden’ omschrijven.

3

Ik kan het begrip ‘bijzondere voorwaarden’ omschrijven.

4

Ik kan het begrip ‘algemene voorwaarden’ omschrijven.

5

Ik kan het berekeningsschema van de verkoopfactuur toepassen.

6

Ik kan een creditnota opstellen in een rekenblad.

EXTRA OEFENMATERIAAL

LEVEL 1 BEELDWOORDENBOEK THEMA 2

©

VA N

1

KAN BETER

45


Beeldwoordenboek Level 1 af fabriek of af magazijn

VERKLARING

AFBEELDING

De koper haalt de goederen af in het magazijn. Het risico en de kosten van het transport zijn ten laste van de koper.

IN

BEGRIP

A.S.Adventure.edu

Dat zijn de rechten en de plichten die gelden tussen de koper en de verkoper bij het aangaan van de verbintenis. Ze worden opgesteld door de verkoper.

Nijverheidsstraat 92/5 ALGEMENE FACTUURVOORWAARDEN 2160 WOMMELGEM 1 Onze facturen zijn contant betaalbaar Tel. +te32 3 480 55 11zonder korting Wommelgem, info@asadventure.edu behoudens andersluidende schriftelijke overeenkomst bij bestelling. 2 Bij niet-betaling van het volledige factuurbedrag op de vervaldag is van A.S.Adventure.edu rechtswege en zonder Klantcode voorafgaande ingebrekestelling Nijverheidsstraat 92/5 een interest Factuur 40010 aan 1 % per maand. 2160verschuldigd WOMMELGEM 3 Daarenboven zal bij gehele of Art.nr. Omschrijving Tel. +gedeeltelijke 32 3 480 55niet-betaling 11 van de schuld info@asadventure.edu op de vervaldag van rechtswege en 10147 Broek Commuter zonderAgu ingebrekestelling eenWomen forfaitaire vergoeding verschuldigd zijn van 10 % Trektochten de Wereld 10207 op hetMythische factuurbedrag, met eeninminimum Klantcode van 75,00 euro per factuur. ... 10203 Trotter Zuid-Italië Factuur 40010

VA N

algemene (factuur-) voorwaarden

betalingsvoorwaarden bijzondere voorwaarden

brutobedrag

Dat zijn de voorwaarden die aangeven wanneer de betaling moet gebeuren en of de klant een financiële korting krijgt bij contante betaling. Dat zijn de afspraken tussen de koper en de verkoper die specifiek van toepassing zijn op hun koopovereenkomst. Die voorwaarden kunnen verschillen van aankoop tot aankoop.

Dat is het aantal stuks maal de eenheidsprijs. Het is het bedrag zonder aftrek van kortingen.

10175 Nike T-Shirt Rise 365 Art.nr.

Btw-numm BE0448 602

Btw-numm BE0448 602

Omschrijving

ALGEMENE FACTUURVOORWAARDEN

Nike T-Shirt M SS Hpr Dry de 10185 1 10147 Onze facturen zijn teTop betalen binnen Agu Broek Commuter Women 30 dagen na factuurdatum.

Nike Equipment Yoga Mat Nike Fundamental 3 mm 10198 Mythische Trektochten in de Wereld 10207 10042 Trotter Drinkfles Zuid-ItaliëChrome Rose Gold 500ml 10203 Chilly's

1

Als u bestelt binnen de 10 dagen betaalt

T-Shirt Rise 365 10175 u geenNike leveringskosten en krijgt u 20 %

korting. Leveringsdatum 20xx-03-01, UVB20xx-0198 Dry 10185 Nike T-Shirt M Top SS Hpr Leveringsvoorwaarden Franco thuis 10198 Nike Equipment Yoga Mat Nike Fundamental 3 mm

Btw-% Hand.korting Drinkfles Chrome Rose Gold 500ml Netto 10042 Chilly's Brutobedrag 109,40 6% 0,00 109,40

THEMA 2

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 1

©

2 313,45 21 % 0,00 2 313,45 Leveringsdatum 20xx-03-01, UVB20xx-0198 2 422,85 Totaal 0,00 2 422,85 Leveringsvoorwaarden Franco thuis

46

btw

creditnota

De belasting over de toegevoegde waarde. Het is een belasting die de overheid heft op de verkoop van goederen en diensten.

Btw-%

Brutobedrag Hand.korting

Bij betaling binnen de 102dagen mag u 422,85 Totaal

Dat document stelt de verkoper op om de verkoopfactuur te verbeteren. Op een uitgaande creditnota staan dezelfde verplichte vermeldingen als op de factuur. Alleen wordt het woord factuur vervangen door creditnota.

Netto

109,40 6% 0,00 109,40 Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer 2 313,45 21 % 0,00 2 313,45 0,00

20,00 422,85 EU

Je vindt een voorbeeld A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WO van een creditnota in Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer Level 1 – Explore 4. Bij betaling binnen de 10 dagen mag u

0,00

EU

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WO


BEGRIP doorgerekende kosten

VERKLARING

AFBEELDING

A.S.Adventure.edu

Chirojeugd Vlaanderen Kipdorp 30 2000 ANTWERPEN

Nijverheidsstraat 92/5transport en extra Dat zijn kosten, zoals 2160 WOMMELGEM verpakking, die verkoper doorrekent aan zijn Tel. + 32 3 de 480 55 11 info@asadventure.edu klant.

Creditnota

Klantcode

Btw-nummer

Factuurnummer

Factuurdatum

40002

BE0476 038 485

CN20xx-004

20xx-03-18

Art.nr.

Omschrijving

Aantal

10001 Vaude Tent Taurus 2P

Verkoopprijs/e

+ Btw-%

165,25

Totaal in euro

21 %

-330,50

Dat is verpakking die je doorrekent aan de klant zoals een kartonnen doos of een kist. De klant kan de verpakking niet terugsturen. Op de verpakking bereken je de btw aan het laagste Btw terug te storten aan de staat in de mate waarin hij aftrek werd gebracht, art. 4 KB nr. 4 btw-tarief dat van toepassing is op de factuur. Leveringsdatum

20xx-03-21, UVB20xx-0262, retour beschadigd

MvH

Btw

Totaal

-330,50

-330,50

-69,41

-399,91

VA N

Leveringsvoorwaarden

-330,50

-69,41

-399,91

financiële korting

franco thuis

Btw-%

IN

extra verpakking

-2

Vervaldatum

Brutobedrag Hand.korting

Netto

Kosten

Dat is een6korting die toegestaan wordt wanneer % de klant contant betaalt. Die korting heeft 21 % -330,50 als -330,50 Totaal -330,50 -330,50 doel een snellere betaling te verkrijgen.

Subtotaal

Fin. korting

-330,50

Terugstuurbare verpakking

-15,00

Factuurbedrag (in euro)

-414,91

Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer te vermelden.

De verkoper draagt het risico en de kosten van Bij betaling binnen de 10 dagen mag u EUR in mindering brengen. het transport.

GRATIS VERZENDING

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

nettobedrag

Dat is het brutobedrag verminderd met de handelskorting.

2.2 Leveringstermijn Leveringstermijn op de bestelbon geldt als aanduiding en verbindt de verkoper niet. De koper kan in geen geval de ontbinding van de overeenkomst, noch schadevergoeding vorderen bij niet-naleving van de leveringstermijn. De levertijden zijn exclusief transporttijd vanaf ons centraal distributiecentrum.

brutobedrag handelskorting nettobedrag

LEVEL 1

Die voorwaarden geven aan wanneer men zal leveren, en of er kosten worden aangerekend.

BEELDWOORDENBOEK

leveringsvoorwaarden

THEMA 2

Die korting dient om meer te verkopen. Ze wordt toegestaan bij bv. aankoop in grote hoeveelheden of aan trouwe klanten.

©

handelskorting

Algemene voorwaarden: zie achterkant

47


Btw terug te storten aan de staat in de mate waarin hij aftrek werd gebracht, art. 4 KB nr. 4

terugstuurbare verpakking

transportkosten

Leveringsdatum

20xx-03-08, VF20xx-0258, retour beschadiging

Leveringsvoorwaarden Btw-% 6% 21 % Totaal

VERKLARING

Hand.korting Netto Kosten Subtotaal Dat isBrutobedrag verpakking, zoals een europallet of een gasfles, de klant een waarborg - 7,43 - 42,07 - 49,50 waarvoor - 42,07 betaalt die als hij 0,00 de verpakking - 7,43 - 42,07 - 49,50hij terugkrijgt - 42,07 terugbezorgt. Op terugstuurbare verpakking wordt er geen btw aangerekend.

AFBEELDING Fin. korting

Totaal

- 42,07

- 8,83

- 50,90

- 42,07

- 8,83

- 50,90

Terugstuurbare verpakking

- 20,00

Factuurbedrag (in euro)

- 70,90

Dat is een vergoeding die om de 0,00 je aanrekent EUR in mindering brengen. goederen te leveren tot bij de klant. Daarop - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEMbtw-tarief - BTW BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB bereken A.S.Adventure.edu je de btw aan het laagste dat van toepassing is op de factuur. Algemene voorwaarden: zie achterkant

Bij betaling binnen de 10 dagen mag u

De verkoper stelt de verkoopfactuur op. Die factuur is bestemd voor de koper. Het is een uitnodiging om de geleverde goederen te betalen. Er wordt berekend hoeveel de koper voor de geleverde goederen moet betalen.

Je vindt een voorbeeld van een verkoopfactuur in Level 1 – Explore 1.

VA N

© LEVEL 1 BEELDWOORDENBOEK THEMA 2

Btw

Gelieve bij betaling het factuurnummer en uw klantennummer te vermelden.

verkoopfactuur

48

MvH

IN

BEGRIP


LEVEL 2

IN

Hoe ontwerp je documenten voor de documentenstroom in een onderneming? INTRO 1

Bestudeer aandachtig de volgende documenten. a b

VA N

Om welke documenten gaat het? Noteer de naam van het document. Welke documenten uit de documentenstroom ontbreken nog?

c

Hebben de afgebeelde documenten betrekking op het aan- of verkoopproces? Leg uit.

A

Bericht

Opties

Van: info@relatiegeschenken.be

Verzonden: 23 augustus 20xx

Aan: lies.meeus@asadventure.edu

Onderwerp: Prijsaanvraag dd. 20xx-08-16

©

Beste mevrouw Meeus Gelieve hierbij onze prijzen te vinden voor de gevraagde artikelen. Reflecterende helmbedekking standaard, kleur geel

3,53 euro

Veiligheidslamp voor arm, ABS Kunststof en ecovriendelijk pvc

3,36 euro

De prijzen zijn per stuk, exclusief 21 % btw. Wenst u uw logo op de artikelen, dan wijzigt de prijs niet.

Frank Fiers verkoopmedewerker

THEMA 2

Met vriendelijke groeten

LEVEL 2

Voor meer informatie kunt u altijd onze website raadplegen, www.relatiegeschenken.be.

49


B

LEVERINGSBON Leveringsbonnummer: 2012560009 Leveringsdatum: 20xx-09-02 Aflevergegevens

IN

Beyntellus 18 2360 OUD-TURNHOUT

Persoonlijke gegevens

Aanhef

Mevr.

Nijverheidsstraat

Voornaam

Lies

Huisnr.

92/5

Achternaam Meeus

Postcode

2160

E-mail

lies.meeus@asadventure.edu

Plaats

Wommelgem

Telefoon

03 432 95 00

Land

België

VA N

Bedrijfsnaam A.S.Adventure.edu

Straat

Bestelling dd. 20xx-08-25 bestelbon 2012194504 Omschrijving

Aantal

André reflecterende en waterdichte helmhoes, bedrukt voorzijde zeefdruk

500

Siliconen Veiligheidsarmband, kleur blauw

500

Siliconen Veiligheidsarmband, kleur rood, bedrukt 1 kleur, tampondruk

500

THEMA 2

LEVEL 2

©

Handtekening voor ontvangst

50

BTW BE0437.987.266 – RPR Antwerpen – KBC BE94 0015 1728 5114 BIC KREDBEBB – tel. 014 427 101 – turnhout@vanhelden.be


C Bericht

Opties

Van: lies.meeus@asadventure.edu Verzonden: 16 augustus 20xx Aan: Bcc: info@pascogifts.be; info@vanhelden.be; info@relatiegeschenken.be

Geachte heer of mevrouw

IN

Onderwerp: Prijsaanvraag

Voor de ‘Dag van de klant’ willen wij onze klant een gadget aanbieden dat bij het assortiment van onze

winkel past. Met de donkere dagen in zicht denken wij aan een reflecterende helmhoes voor fietsers en een veiligheidslichtje voor lopers.

Is het mogelijk om ons van elk artikel de volgende informatie te bezorgen: –

minimale aankoophoeveelheid,

prijs, leveringstermijn,

de leveringsvoorwaarden en betalingsvoorwaarden.

VA N

Alvast bedankt voor een snelle reactie. Met vriendelijke groeten Lies Meeus

Aankoopverantwoordelijke

A.S.Adventure.edu

Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. +32 3 480 55 11

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag: Hoe ontwerp je documenten voor de documentenstroom binnen een onderneming?

THEMA 2

LEVEL 2

©

2

51


Re-explore 1— Welke documenten gebruikt een handelaar? 1

Omschrijf het begrip ‘handelaar’.

2

Wanneer verkoop je als handelaar goederen met winst?

Vooraleer een ondernemer producten kan verkopen, moet hij natuurlijk zelf eerst producten aankopen. Het aankoopproces bestaat uit verschillende stappen. Vul het schema aan. a b

IN

3

Noteer boven de pijl de naam van het document. Noteer onder de pijl de functie van het document.

1

VA N

2

K O P E R

3

4

V E R K O P E R

5

©

4

LEVEL 2

THEMA 2

Verschilt de documentenstroom in het verkoopproces van A.S.Adventure.edu erg van de documentenstroom van het aankoopproces? Leg uit.

52

6


Bekijk de tabel met de zes documenten. a b

Stelt A.S.Adventure.edu die documenten op in het aan- of verkoopproces? Kruis aan. Bekijk het organogram van A.S.Adventure.edu achteraan dit thema of bij het onlinelesmateriaal. Wie moet er met het document werken? Noteer de naam van de afdeling(en).

DOCUMENT prijsaanvraag offerte bestelbon

order­ bevestiging

AANKOOPPROCES A.S.ADVENTURE.EDU KOPER

VERKOOPPROCES A.S.ADVENTURE.EDU VERKOPER

AFDELING

IN

5

VA N

leveringsbon factuur

Stel dat je voor alle documenten een sjabloon uitwerkt. Waarmee moet je dan rekening houden?

©

6

LEVEL 2

Waarom zijn de documenten uit de documentenstroom belangrijk?

THEMA 2

7

53


Re-explore 2— In welke groepen kun je de aankopen indelen?

1

De aankopen van een onderneming kun je onderverdelen in drie grote groepen. Combineer. Handelsgoederen

A

Goederen en diensten die de onderneming regelmatig aankoopt om de onderneming draaiende te houden.

2

Diensten en diverse goederen

B

Goederen die de onderneming aankoopt om meer dan een jaar te gebruiken. Als de aankoop betrekking heeft op kantoormateriaal, klein gereedschap of klein materiaal dan spreek je pas over een investering als het aankoopbedrag exclusief btw hoger is dan 1 000,00 euro.

3

Investeringsgoederen

C

Alle goederen die de onderneming aankoopt om te verkopen. Dat zijn de producten die je in het assortiment vindt.

VA N

IN

1

1

LEVEL 2 THEMA 2 54

3

Bekijk de foto. Welke verschillende aankopen van A.S.Adventure.edu zie je hier? Noteer. a

handelsgoederen:

b

diensten en diverse goederen:

c

investeringsgoederen:

©

2

2


Geef nog drie andere voorbeelden van diensten en diverse goederen die een bedrijf aankoopt.

4

Wat is het verschil tussen een ‘goed’ en een ‘dienst’?

5

Geef drie voorbeelden van een dienst.

6

Doorloopt een onderneming voor al die aankopen het volledige aankoopproces? Waarom (niet)?

VA N

IN

3

Good to know

THEMA 2

LEVEL 2

©

Het is altijd goed voor een onderneming om na een bepaalde tijd eens een prijsaanvraag te plaatsen bij verschillende leveranciers voor bijvoorbeeld elektriciteit, gsm­abonnementen, verzekeringen … Wanneer je als onderneming een betere prijs of voorwaarden kunt krijgen, dan kun je het contract bij je huidige leverancier heronderhandelen of de overstap naar een andere leverancier maken.

55


Re-explore 3— Hoe stel je een prijsaanvraag op? 1

Lees het verhaal van Femke Kelchtermans.

Hoe ziet volgens jou het ideale personeelsfeest eruit?

VA N

a

IN

Jaarlijks organiseert directeur Femke Kelchtermans samen met haar managementassistent Sterre Daniëls een personeelsfeest. Daarmee wil Femke het personeel bedanken voor de inzet en flexibiliteit, en ze wil ook het teamgevoel versterken. Zo blijft iedereen gemotiveerd! Een bedrijfsfeest hoort bij de bedrijfscultuur van A.S.Adventure.edu.

b

Welke leveranciers moet je daarvoor contacteren?

c

Hoe contacteer je de leverancier(s) het best?

PRIJSAANVRAAG EN VERKOOPSVOORWAARDEN

In de prijsaanvraag vraag je informatie aan voor een duidelijk

omschreven product of dienst. Je informeert niet alleen naar de

prijs, maar ook naar de verkoopsvoorwaarden, zoals de leverings­

©

en betalingsvoorwaarden, kortingen, bijkomende kosten, kwaliteit, service … De prijsaanvraag kan mondeling of schriftelijk gebeuren. In een onderneming is het de aankoopafdeling die de prijsaanvraag doet.

De verkoopsvoorwaarden zijn de voorwaarden waaraan de verkoper wil verkopen. Die hebben betrekking op de levering, de betaling,

THEMA 2

LEVEL 2

kortingen, bijkomende kosten, kwaliteit, service …

56


Good to know

d

Richt jij je voor het personeelsfeest tot één leverancier of zul je er meerdere aanschrijven? Waarom?

Wat moet je zeker in je prijsaanvraag vermelden? Geef drie voorbeelden.

VA N

e

IN

De manier waarop je een prijsaanvraag doet, hangt van verschillende factoren af. Gaat het om een routineaankoop bij een vertrouwde leverancier, dan kan de prijsaanvraag telefonisch gebeuren of minder formeel. Informeer je je om een nieuw product op te nemen in het assortiment of een investeringsmiddel, dan contacteer je nieuwe leveranciers. Is de informatie over het product belangrijk, dan formuleer je een duidelijke, formele vraag bij mogelijke leveranciers.

Lees aandachtig de informatie over hoe je een prijsaanvraag moet opstellen. a

Wat staat er onderaan de mail van Lies Meeus?

b

Waarom doen ondernemers of ondernemingen dat?

©

2

c

Wat moet je daar zeker in opnemen?

Welke gegevens heeft Lies Meeus opgenomen?

THEMA 2

d

LEVEL 2

57


Bericht

Opties

Van: lies.meeus@asadventure.edu Verzonden: 16 augustus 20xx Aan:

B

A

Bcc: info@pascogifts.be; info@vanhelden.be; info@relatiegeschenken.be

Onderwerp: Prijsaanvraag

Geachte heer of mevrouw

E

Is het mogelijk om ons van elk artikel de volgende informatie te bezorgen: – minimale aankoophoeveelheid, – prijs, – leveringstermijn, – de leveringsvoorwaarden en betalingsvoorwaarden. Alvast bedankt voor een snelle reactie.

VA N

F

Voor de ‘Dag van de klant’ willen wij onze klant een gadget aanbieden dat bij het assortiment van onze winkel past. Met de donkere dagen in zicht denken wij aan een reflecterende helmhoes voor fietsers en een veiligheidslichtje voor lopers.

IN

D

C

Met vriendelijke groeten

Lies Meeus Aankoopverantwoordelijke A.S.Adventure.edu Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. +32 3 480 55 11

G

A

Zet meerdere e­mailadressen in BCC. Als je de mail tegelijkertijd naar alle leveranciers verstuurt, plaats je best alle mailadressen in BCC. Zo weten de leveranciers niet van elkaar wie je contacteert.

B

©

Kies een duidelijk onderwerp. Het onderwerp moet de inhoud samenvatten. Overtuig de ontvanger om je mail te bekijken en hem niet als spam te zien.

THEMA 2

LEVEL 2

C

58

Gebruik een gepaste aanhef. Ken je de ontvanger niet, dan schrijf je ‘Geachte heer of mevrouw’ of ‘Beste meneer of mevrouw’. Ken je de ontvanger wel dan mag je ‘Beste Julie’ of ‘Dag Julie’ schrijven. Er volgt geen komma na de aanspreking.


D — — —

Introduceer jezelf. Stel jezelf voor, zodat de ontvanger weet wie je bent. Dat mag kort: je naam, je functie en de naam van je bedrijf. Maak duidelijk waarom je de prijsaanvraag doet: de reden waarom je naar het product of de dienst op zoek bent. Vermeld er ook bij wanneer je het product of de dienst wenst.

E

IN

Geef je voorwaarden en wensen aan. Noteer aan welke eisen het product of de dienst moet voldoen: kwaliteit, aantal, eventueel beschikbaar budget … Informeer naar de voorwaarden. Bijvoorbeeld: ‘Is het mogelijk om van beide artikelen ons de volgende informatie te bezorgen: …’ Geef voldoende praktische informatie. Geef aan binnen welke termijn je de offerte graag krijgt, verwijs eventueel naar bijlagen, hoe de leverancier jou kan bereiken …

F

Zorg voor een afsluiting. Sluit vriendelijk en professioneel af: ‘Ik kijk uit naar uw voorstel.’ of ‘Alvast bedankt voor uw snelle reactie.’ En daarna sluit je na een witregel af met: ‘Met vriendelijke groeten’ of ‘Vriendelijke groeten’

VA N

G

Gebruik een e-mailhandtekening. Zet daarin jouw naam, functie in het bedrijf en contactgegevens. Tip:

— — — — — — —

Draai niet rond de pot, wees direct, duidelijk maar natuurlijk beleefd. Maak de mail niet langer dan nodig. Deel je mail op in alinea’s. Dat is overzichtelijker en aangenamer om te lezen. Stel een duidelijke vraag zodat de ontvanger weet wat er in zijn antwoord moet staan. Kies een duidelijk, leesbaar lettertype. Gebruik geen speciale effecten, kleuren of emoticons. Gebruik zakelijke taal. Gebruik geen dialect. Lees na op spellingsfouten.

Voeg in je mailprogramma de e-mailhandtekening toe van Sterre Daniëls. Naast de noodzakelijke gegevens voeg je ook een link toe naar de website van A.S.Adventure.edu.

4

Stel de prijsaanvraag voor het personeelsfeest op. Doe dat in naam van Sterre Daniëls.

©

3

THEMA 2

Wil je echt professioneel overkomen, dan werk je met een e-mailhandtekening. De e-mailhandtekening kun je vergelijken met een elektronisch visitekaartje. Die handtekening wordt automatisch toegevoegd aan alle uitgaande mails. Na je afsluiting hoef je dus niets meer te noteren. In de digitale handtekening kunnen je naam, je functie, naam bedrijf, telefoonnummer, het logo of een link naar de website staan.

LEVEL 2

Good to know

59


Re-explore 4— Hoe stel je een offerte op? Lees de e-mail en de bijlage die Ersil Dokumaci op 25 januari opstelt. Welk verschil stel je vast tussen de e-mail en de bijlage?

IN

1

PRIJSOPGAVE EN OFFERTE

De verkoper stelt een prijsopgave op nadat een klant een

prijsaanvraag heeft ingediend. In de prijsopgave staat de prijs.

Een offerte is uitgebreider dan een prijsopgave. De klant krijgt niet alleen de gevraagde prijs, maar ook meer details over het product,

VA N

een eventuele korting, de leverings­ en betalingsvoorwaarden.

Markeer: De mail aan Bicycle is een voorbeeld van een prijsopgave / offerte. De bijlage bij de mail aan Casino Cycling Team is een prijsopgave / offerte.

A

Bericht

Opties

Van: ersil.dokumaci@asadventure.edu

Verzonden: 25 januari 20xx

Aan: info@bicycle.be

Onderwerp: Re: Prijsaanvraag fietsbrillen

Beste Jesse

©

Aansluitend op je mail van 24 januari mail ik je de gevraagde prijzen van de fietsbrillen: – Sinner Bril Speed Box (artikel 10019) 45,41 euro – Julbo Bril Race 2.0 Nautic (artikel 10020) 99,13 euro – Julbo Bril Aero (artikel 10021) 90,87 euro Prijzen per stuk, exclusief 21 % btw. Bij afname van 50 stuks kan ik je een korting van 15 % geven. De bovenstaande prijzen en voorwaarden zijn 30 dagen geldig. Voor de algemene verkoopsvoorwaarden verwijs ik graag naar onze website.

THEMA 2

LEVEL 2

Als je nog meer informatie wenst, aarzel niet om mij te contacteren. Ik kijk alvast uit naar je bestelling.

60

Vriendelijke groeten Ersil Dokumaci Sales Manager A.S.Adventure.edu Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. +32 3 480 55 11


B A.S.Adventure.edu Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM tel. +32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

4 5 uw kenmerk

ons kenmerk OF20xx-0043

Miel Cauwels Casino Cycling Team Knokke Zeedijk 248 bus 13 8301 KNOKKE-HEIST datum 20xx-01-25

IN

uw bericht van 20xx-01-24

1

Offerte fietsbrillen Geachte heer Cauwels

Hartelijk dank voor uw prijsaanvraag waarin u informeert naar fietsbrillen voor uw leden. Graag had ik u het volgende voorstel gedaan: Sinner Bril Speed Box

6

VA N

De Speed is een lichtgewicht unisex kunststof Sinner sportbril met verwisselbare lenzen. De lenzen zijn een donkergrijze lens voor (zeer) zonnig weer, een oranje lens voor lichtbewolkt tot halfzonnig weer, en een transparante lens voor bewolkt weer. Daarnaast bevat dit model flexibele pootjes en verstelbare neusvleugels voor extra comfort. Op de neuspads en -veren zit een antisliplaag waardoor de bril tijdens het sporten niet verschuift. Daarnaast bieden de lenzen 100 % uv-bescherming. De bril en verwisselbare lenzen worden geleverd in een handige opbergbox.

Julbo Bril Race 2.0 Nautic

7

45,41 euro

99,13 euro

Geavanceerde nautische bril. Het ronde, panoramische montuur biedt een breed zicht op de horizon. De glazen zijn uitstekend geventileerd. De 3D-Fit Nose en de Grip-Techpootjes houden de bril stevig op zijn plek. Voorzien van een drijfbandje.

Julbo Bril Aero

90,87 euro

Deze bril is ontworpen voor fans van intensieve inspanningen, zoals verticale kilometers racen, zonder compromissen als het gaat om prestaties en comfort. De monolens is ook beschikbaar in een REACTIV meekleurende versie en garandeert een breed, obstakelvrij gezichtsveld, ongeacht de lichtniveaus. De hangende constructie voegt uitstekende ventilatie toe door lucht aan te moedigen tussen de lens en het frame te passeren. Last but not least biedt het Air Link-concept en zijn schokdemperinzet aan het einde nog betere grip en lichtheid.

7

©

Alle prijzen zijn per stuk, exclusief 21 % btw. Bij een bestelling van minimaal 200 stuks, kan ik u een korting van 20 % geven. Normaal rekenen wij 25,00 euro transportkosten aan. Is uw aankoopbedrag hoger dan 2 500,00 euro dan leveren wij gratis, binnen de 5 werkdagen na bestelling. 8 Bij een eerste bestelling vragen wij altijd een voorschot van 20 %. De factuur is betaalbaar binnen de 30 dagen na factuurdatum. Deze offerte is geldig tot 20xx-02-24.

9 LEVEL 2

Indien u nog vragen hebt, aarzel dan niet om mij te contacteren. Ik help u graag verder, steeds tot uw dienst. Met vriendelijke groeten

THEMA 2

Ersil dokumaci

Ersil Dokumaci 10 Salesmanager

Btw BE0465672452 - RPR Antwerpen - IBAN BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

2

3

Algemene voorwaarden: zie ommezijde

61


2

Bestudeer de offerte. a

Op de offerte staan de elementen die verplicht op de offerte moeten staan, aangeduid. Noteer de juiste omschrijving bij het cijfer. 1 2 3 4

IN

5 6 7 8 9 10

VA N

BETALINGSVOORWAARDEN EN FINANCIËLE KORTING

De betalingsvoorwaarden geven aan wanneer de betaling moet gebeuren (bv. dertig dagen na factuurdatum) en of de klant bij contante betaling een financiële korting krijgt.

Financiële korting is een korting die de leverancier toestaat wanneer de klant contant betaalt, bijvoorbeeld binnen de acht dagen na

factuurdatum. Die korting heeft als doel een snellere betaling te verkrijgen

b

Vul aan.

Naast de noodzakelijke elementen houd je natuurlijk rekening met de van A.S.Adventure.edu en de

Ga naar het onlinelesmateriaal en bekijk de brochure over de huisstijl van A.S.Adventure.edu. Bestudeer de bundel. Met welke elementen van de huisstijl moet je rekening houden?

©

3

THEMA 2

LEVEL 2

4

62

-normen.

Welke bijzondere voorwaarden geeft A.S.Adventure.edu in de offerte?


BIJZONDERE VOORWAARDEN

De bijzondere voorwaarden zijn de afspraken tussen de koper en de verkoper die specifiek van toepassing zijn op hun koopovereenkomst. Die voorwaarden kunnen dus verschillen van aankoop tot aankoop.

Naar welk document verwijst Ersil in de e-mail en in de bijlage?

6

Op welke plek staan die volledig vermeld?

Algemene voorwaarden

IN

5

VA N

De algemene voorwaarden zijn beter gekend als de kleine lettertjes. Het zijn de spelregels tussen de verkoper en de koper. Die voorwaarden gelden voor iedereen. De algemene voorwaarden staan onderaan of op de ommezijde van een handelsdocument zoals een bestelbon, leveringsbon of factuur. Elke webshop heeft algemene voorwaarden. Je moet aanvinken dat je ze aanvaardt, voor je de bestelling plaatst. De algemene voorwaarden zijn de rechten en plichten die gelden tussen de koper en de verkoper bij het aangaan van de verbintenis. Ze worden opgesteld door de verkoper en kunnen dus voor elke onderneming verschillend zijn.

Re-explore 5— Kun jij de algemene voorwaarden opmaken in de huisstijl?

Ga naar het onlinelesmateriaal. Download er de algemene voorwaarden van A.S.Adventure.edu.

©

1

LEVEL 2

Heeft A.S.Adventure.edu dezelfde mogelijkheden om de algemene voorwaarden te tonen op de website als op de ommezijde van het briefpapier? Waarom (niet)?

THEMA 2

a

63


b

Neem er opnieuw de brochure met de huisstijl van A.S.Adventure.edu bij. Ga naar het onlinelesmateriaal en download er de algemene voorwaarden. Maak de algemene voorwaarden voor de website van A.S.Adventure.edu op in de huisstijl. Volg het stappenplan. Gebruik de ICT-fiches.

STAPPENPLAN Wijzig het opmaakprofiel van ‘Standaard’. Kies het secundair lettertype van de huisstijlgids. Selecteer lettergrootte 11 pt. (ICT-fiche_T_03) Vul de tekst uit. Selecteer als afstand na alinea: 6 pt. (ICT-fiche_T_07)

IN

Stap 1: – – – –

Stap 2: Selecteer de volledige tekst. Zet die in opmaakprofiel ‘Standaard’. (ICT-fiche_T_11) Wijzig het opmaakprofiel van ‘Kop 1’. Kies het primair lettertype van de huisstijlgids. Zet vet en in lettergrootte 16 pt. Kies de primaire bedrijfskleur oranje. Selecteer de afstand voor de titel: 0 pt en na de titel: 24 pt.

Stap 4: – – – –

Wijzig het opmaakprofiel van ‘Kop 2’. Kies het primair lettertype van de huisstijlgids. Zet vet en in lettergrootte 14 pt. Kies de primaire bedrijfskleur groen. Selecteer de afstand voor de titel: 24 pt en na de titel: 12 pt.

VA N

Stap 3: – – – –

Stap 5: Pas de stijl ‘Kop 1’ toe op de titel ‘Algemene voorwaarden’.

Stap 6: Pas de stijl ‘Kop 2’ toe op de tussentitels: ‘Prijzen’, ‘Bestellingen’, ‘Levering’, ‘Garantie’, ‘Producten’, ‘Retourneren en herroepingsrecht’, ‘Inhoud, prijzen en drukfouten’, ‘Eigendom van de goederen’, ‘Vragen of klachten’ en ‘Contactgegevens’. Stap 7: – – – – –

Plaats de leveringskosten in een tabel (ICT-fiche_T_15). Pas de kolom met het gewicht aan: breedte: 4 cm, linkse uitlijning. Pas de kolom met de prijzen aan: breedte: 3 cm, rechtse uitlijning. Pas de rijhoogte aan: 0,8 cm. Centreer de tekst verticaal. Centreer de tabel.

Stap 8: Zet de naam ‘Wommelgem’ in hoofdletters. Pas dat aan via de functie ‘Zoeken en vervangen’. Stap 9: Verwijder de witruimte tussen de adresgegevens van A.S.Adventure.edu in het puntje ‘Contactgegevens’.

©

Stap 10:Controleer de algemene voorwaarden via de spellings- en grammaticacontrole op fouten (ICT-fiche_T_14). Stap 11:Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. 2

Bestudeer de algemene voorwaarden op de website van A.S.Adventure.edu.

THEMA 2

LEVEL 2

a

64

Welke voorwaarden heb je niet nodig of welke moeten aangepast worden wanneer jij namens A.S.Adventure een offerte opstelt voor een bedrijf.


b

Ga naar het onlinelesmateriaal. Download de algemene voorwaarden die A.S.Adventure.edu toepast bij verkopen aan professionele klanten. Pas de lay-out aan, zodat de voorwaarden gebruiksvriendelijk zijn voor de ommezijde van een offerte of om als bijlage mee te sturen bij offertes opgemaakt per e-mail. Volg het stappenplan. Gebruik de ICT-fiches.

STAPPENPLAN Stap 1: – – –

IN

3

Waarom pas je die voorwaarde aan of laat je ze weg?

Selecteer de volledige tekst: Kies het secundair lettertype van de huisstijlgids. Selecteer lettergrootte 9 pt in de kleur: wit, achtergrond 1, donkerder 35 %. Vul de tekst uit.

Stap 2: Pas de witruimte bij de titel ‘Prijzen’ aan: voor en na 6 pt.

Stap 3: Kopieer die opmaak op de andere titels (ICT-fiche_T_04).

VA N

Stap 4: Pas de marges van het document aan (ICT-fiche_T_08): – boven- en ondermarge: 4,5 cm, – linker- en rechtermarge: 3 cm. Stap 5: Plaats een enter voor de titel ‘Prijzen’.

Stap 6: Selecteer de tekst vanaf ‘Prijzen’ tot en met ‘Eigendom van de goederen’. Plaats die tekst in twee gelijke kolommen (ICT-fiche_T_15 tot en met fiche_T_23). Stap 7: Controleer de algemene voorwaarden via de spellings- en grammaticacontrole op fouten (ICT-fiche_T_14). Stap 8: Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. 4

In welk bestandstype stuur je de algemene voorwaarden per mail? Leg uit.

©

Good to know

THEMA 2

LEVEL 2

Een handelsdocument in bijlage bij een e­mail wordt altijd in pdf verstuurd. Een pdf kan minder makkelijk gewijzigd worden. Bovendien blijft de opmaak van het document behouden. Ook wanneer de klant het bestand opent op een smartphone, tablet of computer zal de opmaak er overal hetzelfde uitzien.

65


Re-explore 6— Hoe stel je een bestelbon op? De bestelbon komt zowel in het aankoop- als in het verkoopproces voor. a

Wat is het verschil tussen beide?

BESTELBON

IN

1

Een bestelbon is een soort reservering. Het is een document dat de klant invult wanneer de gekochte goederen niet meteen in

handen van de koper komen, of wanneer diensten niet onmiddellijk worden uitgevoerd. De koper en de verkoper zijn het eens over de

voorwaarden. Zodra de koper de bestelling plaatst, is er sprake van

VA N

een koopovereenkomst. Die overeenkomst kan niet zomaar door één partij worden geannuleerd zonder gevolgen zoals het betalen van een schadevergoeding.

2

b

Wanneer stel je een inkomende bestelbon op?

c

Wanneer stel je een uitgaande bestelbon op?

Ga naar het onlinelesmateriaal. Bekijk de bestelbon in het rekenblad. Markeer. Het is een voorbeeld van een inkomende bestelbon / uitgaande bestelbon. Staan de verplichte elementen op de bestelbon? Kruis aan.

THEMA 2

LEVEL 2

©

a b

66

1 2 3 4 5 6 7 8 9

gegevens van de verkoper: naam, adres, ondernemingsnummer duidelijke omschrijving van de verkochte goederen of de geleverde dienst de prijs van de goederen of de dienst: eenheidsprijs, hoeveelheid en totale prijs eventuele kortingen het bedrag van het betaalde voorschot, indien van toepassing volgnummer van de bestelbon de datum van de bestelling het te betalen bedrag (of saldo indien er een voorschot werd betaald) de handtekening van de verkoper of koper of beiden afhankelijk van wie de bestelbon opgemaakt heeft 10 de gegevens van de klant


c

Wat stel je vast?

d

Breng de bestelbon volledig in orde. Volg het stappenplan. Gebruik de ICT-fiches van rekenblad.

STAPPENPLAN Stap 2: Geef in cel H33 ‘Betaald voorschot’ in.

IN

Stap 1: Pas de rijhoogte van rij 33 en 35 aan naar 19 pixels. Stap 3: Geef in cel H35 ‘TE BETALEN (excl. btw)’ in.

Stap 4: Kopieer de opmaak van cel H31 naar de cellen H33 en H35. Stap 5: Kopieer de opmaak van cel J30 naar de cellen J33 en J35. Stap 6: Voeg de formule in cel J35 in om het saldo te berekenen.

Automatiseer de uitgaande bestelbon verder. Gebruik daarvoor de functie ‘Verticaal zoeken’ (ICT-fiche_R_43).

VA N

3

a

Wanneer je in cel I12 het leveranciersnummer ingeeft, verschijnt automatisch in: — cel I13 de leveranciersnaam, — cel I14 de adresgegevens van de leverancier, — cel I15 de postcode en gemeente, — cel I16 het ondernemingsnummer van de leverancier, — cel D37 de toegestane handelskorting, — cel D38 de leveringsvoorwaarde, — cel D39 de betalingsvoorwaarde.

Tip:

De leveranciersgegevens vind je in het tabblad Leveranciers.

b

Wanneer je het artikelnummer ingeeft in cel A22 verschijnt automatisch in: — cel B22 de artikelomschrijving, — cel I22 de aankoopprijs.

c

Welke aankoopprijs moet in de bestelbon opgenomen worden? Kruis aan.

e f

g h i

Wanneer de artikelcode in cel A22 niet ingevuld is, moet de formule genegeerd worden (ICT-fiche_R_42). Via de vulgreep zorg je dat de artikelomschrijving en de aankoopprijzen tot rij 30 geautomatiseerd zijn. Pas de formule in cel J22 aan, zodat die genegeerd wordt wanneer er geen artikelcode in cel A22 ingevuld is. Maak in cel D37 het percentage op volgens de NBN-normen. Wanneer er geen handelskorting van toepassing is, wordt er in cel D37 niets weergegeven. Pas dat aan via ‘Voorwaardelijke opmaak’ (ICT-fiche_R18). Wijzig de naam van het werkblad in ‘UBB’.

THEMA 2

d

LEVEL 2

©

de aankoopprijs excl. btw de aankoopprijs incl. btw

67


UITGAANDE BESTELBON EN MINIMUMVOORRAAD

Een uitgaande bestelbon stel je zelf op. Je gebruikt dat document om een bestelling handelsgoederen te plaatsen bij de leverancier. Je plaatst de bestelling op het moment dat de minimumvoorraad – de kleinste hoeveelheid van een bepaald artikel die de verkoper beschikbaar wil hebben – bereikt is.

IN

INKOMENDE BESTELBON

Wanneer een klant een bestelling plaatst via een bestelbon, spreek je van een inkomende bestelbon. Die kun je bijvoorbeeld gebruiken wanneer de klant een bestelling plaatst in de winkel maar de

goederen niet voorradig zijn, of voor een bestelling geplaatst via een vertegenwoordiger.

Ontwerp de inkomende bestelbon op basis van de uitgaande bestelbon. Gebruik de ICT-fiches van rekenblad.

VA N

4

a

b c d

Wanneer je in cel I12 het klantnummer ingeeft, verschijnt automatisch in: — cel I13 de klantnaam, — cel I14 de adresgegevens van de klant, — cel I15 de postcode en gemeente, — cel I16 het ondernemingsnummer van de klant, — cel D37 de toegestane handelskorting, — cel D38 de leveringsvoorwaarde, — cel D39 de betalingsvoorwaarde.

THEMA 2

LEVEL 2

©

e

Kopieer het tabblad ‘UBB’ naar een nieuw tabblad. Dat tabblad volgt op het tabblad ‘UBB’ (ICT-fiche_R_02). Wijzig de naam van het tabblad naar ‘IBB’. Wijzig het nummer van de bestelbon naar IBB-20xx. Wijzig de inhoud van de cellen. — G12 wordt ‘Klantnr.’. — G13 wordt ‘Naam klant’. — G14 wordt ‘Adres klant’. — Verwijder ‘A.S.Adventure.edu’ uit A43.

68

f

Welke prijs moet in de inkomende bestelbon opgenomen worden?

g h

Pas cel I22 aan zodat die prijs verschijnt wanneer je in cel A22 een artikelnummer ingeeft. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.


Re-explore 7— Hoe stel je een orderbevestiging op? ORDERBEVESTIGING

De verkoper kan de bestelling bevestigen door een orderbevestiging te sturen. Daarin bedankt hij de klant voor de bestelling. Zo zorgt de verkoper ervoor dat zijn klanten weten wat er is afgesproken. Bij

IN

bestelling via het internet is een ordebevestiging verplicht.

Wanneer is een orderbevestiging verplicht?

2

Wanneer is het aangeraden om een orderbevestiging op te stellen? Leg uit.

VA N

1

3

Welke elementen komen zeker aan bod in een orderbevestiging?

4

Op 20xx-02-23 ontvangt Ersil Dokumaci de volgende mail. a

Waarom stuurde Els Mechant de mail?

b

Wat moet Ersil nu doen?

©

THEMA 2

LEVEL 2

69


Bericht

Opties

Van: groendienst@stad.gent Verzonden: 23 februari 20xx Aan: verkoop@asadventure.edu Onderwerp: Bestelling

Beste

IN

Graag had ik het volgende besteld: – 5 stuks Jack Wolfskin Schoen Vojo 3 Mid Texapore maat 43 – 3 stuks Columbia Schoen Terrebonne II Mid Outdry maat 45 – 8 stuks Woolpower Ondergoed Zip Turtleneck 200 maat L

Is het mogelijk om mij te laten weten wanneer ik de bestelling mag verwachten? Met vriendelijke groeten Els Mechant Directeur Groendienst Gent

VA N

Groendienst Stad Gent Woodrow Wilsonplein 1, 9000 Gent 09 323 66 00

5

Stel het juiste document voor de klant Groendienst Gent op. Bij het onlinelesmateriaal vind je een sjabloon om je mail voor te bereiden. Achteraan het thema vind je de klantgegevens met de bijzondere voorwaarden. Verwerk de gegevens. a b c d e

Je stelt de orderbevestiging nog diezelfde dag op. Alle artikelen zijn voorradig. De levering zal gebeuren op 20xx-02-26. Voeg de bijzondere voorwaarden toe. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

©

Re-explore 8— Hoe stel je een leveringsbon op? 1

Ga naar het onlinelesmateriaal. Lees de tekst over de leveringsbon.

THEMA 2

LEVEL 2

a

70

Wat is een leveringsbon?


In hoeveel exemplaren wordt de leveringsbon opgesteld? Leg uit.

c

Is het opstellen van een leveringsbon verplicht?

d

Welke elementen vermeld je best op een leveringsbon?

e

Wat is het nut van een leveringsbon?

VA N

IN

b

2

Ontwerp een leveringsbon voor A.S.Adventure.edu. Gebruik daarvoor het bestand van Re-explore 5. Raadpleeg de ICT-fiches van rekenblad. a

b

Kopieer de inkomende bestelbon, tabblad ‘IBB’, naar een nieuw tabblad. Dat tabblad volgt op het tabblad ‘IBB’. Geef het werkblad de naam ‘ULB’. Pas het tabblad ‘ULB’ aan. Volg het stappenplan.

STAPPENPLAN

Stap 1: Wijzig in cel H2 de naam van het document ‘Bestelbon’ in ‘Leveringsbon’

©

Stap 2: Voeg de cellen F2, G2 en H2 samen, centreer de tekst. Pas de volgende celeigenschappen toe: – opvulling: patroonkleur primaire bedrijfskleur oranje, patroonstijl, – letterkleur: primaire bedrijfskleur groen, – de klantgegevens staan in het zwart. Stap 3: Geef in cel H18 de tekst ‘Leveringsbon’ in. Pas dezelfde opmaak toe als in cel G18. Kies lettergrootte 11 pt. Stap 4: Geef in cel H19 de tekst ‘ULB20xx’ in. Pas dezelfde opmaak toe als in cel G19.

Stap 7: Kopieer de formule uit cel D39 naar cel D21 zodat de leveringsvoorwaarde automatisch verschijnt wanneer je in cel I12 het klantnummer ingeeft. Kies lettertype Arial Nova, 12 pt. Stap 8: Pas de rijhoogte van rij 23 aan naar 35 pixels. Pas terugloop toe op de cel. Stap 9: Wijzig de tekst in cel I23 in ‘Gewicht per stuk (g)’. Pas terugloop toe.

THEMA 2

Stap 6: Geef in cel A21 de tekst ‘Leveringsvoorwaarde’ in. Kopieer de opmaak van cel A4 naar die cel.

LEVEL 2

Stap 5: Voeg twee rijen toe boven rij 20.

71


Stap 10: Wijzig de tekst in cel J23 in ‘Totaalgewicht (kg)’. Pas terugloop toe. Stap 11: Wijzig de formule in cel I24 zodat het gewicht per stuk verschijnt wanneer je het artikelnummer ingeeft in cel A24. – Pas de celeigenschap aan zodat er geen decimalen na de komma verschijnen. – Kopieer die formule tot rij 32.

– Kopieer die formule tot rij 32. Stap 13: Verwijder rij 33 en rij 35.

IN

Stap 12: Pas de formule in cel J24 aan zodat het gewicht in kilogram berekend wordt. – De formules worden genegeerd wanneer er geen artikelnummer ingegeven is in cel A24. Pas de celeigenschappen aan zodat er geen EUR na het getal staat. – Hoe bereken je het totaalgewicht in kilogram?

Stap 14: De inhoud en de opmaak van de cellen H34, J34 en H36, J36 moet verwijderd worden.

Stap 15: Geef in cel A34 de tekst ‘Gewicht in kg’ in, in cel A35 ‘Aantal colli’. Pas de opmaak van cel A21 op de cellen toe. Stap 16: Geef in cel C34 de formule in zodat het totaalgewicht van de levering automatisch berekend wordt. Lettertype Arial Nova, 12 pt.

VA N

Stap 17: In cel C35 moet het aantal colli berekend worden. Het aantal colli wordt bepaald op basis van het gewicht dat je berekend hebt in cel C34. Dat doe je via de ALS-functie (ICT-fiche_R_42). TOTAAL GEWICHT GOEDEREN

AANTAL COLLI

Minder dan 25 kg

1

Tussen 25 en 50 kg

2

Tussen 50 en 75 kg

3

Tussen 75 en 100 kg

4

Meer dan 100 kg

5

Stap 18: Verwijder de rijen 38 tot en met 42.

Stap 19: Geef in cel H38 de tekst ‘Datum van ontvangst’ in. Pas de opmaak van cel A38 toe.

©

Stap 20: Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. LEVERINGSBON

Een leveringsbon is een document opgesteld door de verkoper, met de omschrijving van en het aantal goederen dat wordt geleverd. Als

THEMA 2

LEVEL 2

de koper de leveringsbon getekend heeft, dan geldt dat als bewijs dat

72

hij de goederen in goede staat ontvangen heeft.


Re-explore 9— Hoe stel je een factuur op? 1

Je stelt een factuur op voor je projectbedrijf. Bepaal de lay-out van de factuur van je projectbedrijf. Welke elementen moeten zeker opgenomen worden in de factuur?

VA N

IN

a

b

Moet je verschillende btw-tarieven opnemen in je factuur? Verklaar je antwoord.

©

Op basis van welk(e) document(en) stel je een factuur op?

FACTUUR

De factuur wordt opgesteld door de verkoper en is bestemd voor de koper. Het is een uitnodiging om de geleverde goederen te betalen. Er wordt berekend hoeveel er voor de geleverde goederen moet betaald worden.

LEVEL 2

3

THEMA 2

2

Met welke niet-verplichte elementen houd je rekening?

73


TO THE POINT Het aankoop- en verkoopproces Een handelaar is iemand die goederen aankoopt om ze opnieuw te verkopen met winst. Bij winst is de verkoopprijs groter dan de aankoopprijs. Bij de aankoop van goederen of diensten doorloop je de volgende stappen van het aankoopproces:

1

IN

prijsaanvraag

informeren naar verkoopsvoorwaarden offerte

2

meedelen van verkoopsvoorwaarden bestelbon

3 plaatsen van bestelling

VA N

K O P E R

orderbevestiging

4

bevestiging van de bestelling

V E R K O P E R

leveringsbon

5

levering van de goederen factuur

6

uitnodiging tot betaling

Stap 1: De koper doet een prijsaanvraag voor een duidelijk omschreven product of dienst. Hij informeert naar de prijs en de verkoopsvoorwaarden.

THEMA 2

LEVEL 2

©

Stap 2: Als antwoord op de prijsaanvraag stuurt de verkoper een offerte of een prijsopgave. Daarin vermeldt hij de prijs als antwoord op de prijsaanvraag. Een offerte is uitgebreider dan een prijsopgave. De klant krijgt niet alleen de gevraagde prijs, hij krijgt meer details over het product, een eventuele korting, de leverings- en betalingsvoorwaarden. De klant of de aankoopafdeling van de klant vergelijkt de verschillende offertes met elkaar en beslist bij welke leverancier hij de bestelling plaatst.

74


IN

Stap 3: Als de koper een bestelling plaatst, controleert de verkoper de voorraad. Op het moment dat de minimumvoorraad is bereikt, plaatst de verkoper een bestelling bij de leverancier. De minimumvoorraad is de kleinste hoeveelheid van een bepaald artikel die de verkoper beschikbaar wil hebben. Als de goederen niet onmiddellijk ter beschikking zijn van de koper, is men verplicht een bestelbon op te stellen. Dat is een soort van reservering. De koper en de verkoper zijn het eens over de voorwaarden. Op het moment dat de klant de bestelling plaatst, is er sprake van een koopovereenkomst. Hij kan de bestelling niet zonder gevolgen annuleren. De verkoper stelt een uitgaande bestelbon. De klant stelt een inkomende bestelbon op. Stap 4: Werd de bestelling geplaatst via het internet, dan is een orderbevestiging verplicht. Bij een mondelinge bestelling is een orderbevestiging aan te raden. In de orderbevestiging staan de details van de bestelling. Zo is het duidelijk wat er afgesproken werd. Stap 5: Bij de geleverde goederen zit er een leveringsbon. Op die leveringsbon staat de omschrijving van en het aantal goederen dat wordt geleverd. Een getekende leveringsbon is het bewijs dat de koper de goederen in goede staat ontvangen heeft.

VA N

Stap 6: Bij de levering of een paar dagen na de levering ontvangt de koper de factuur. Dat is een uitnodiging tot betaling.

THEMA 2

De verkoopsvoorwaarden De verkoopsvoorwaarden zijn de voorwaarden waaraan de verkoper wil verkopen. Die hebben betrekking op de levering, betaling, kortingen, bijkomende kosten, kwaliteit, service … Bij de levering kan de verkoper voorwaarden toepassen.

LEVEL 2

©

Soorten aankopen De aankopen van een onderneming kun je onderverdelen in drie grote groepen. Handelsgoederen zijn alle goederen die de onderneming aankoopt om te verkopen. – Het zijn de producten uit het assortiment. – Diensten en diverse goederen zijn de goederen en diensten die een onderneming regelmatig aankoopt om de onderneming draaiende te houden zoals elektriciteit en kantoorbenodigdheden. – Investeringen zijn goederen die een onderneming aankoopt om meer dan een jaar te gebruiken. Als dat kantoormateriaal is, klein gereedschap of klein materiaal dan spreekt men over een investering als het aankoopbedrag exclusief btw hoger is dan 1 000,00 euro.

75


De betalingsvoorwaarden geven aan wanneer de betaling moet gebeuren (bv. 30 dagen na factuurdatum), en of de klant al dan niet een financiële korting krijgt bij contante betaling, bijvoorbeeld binnen de acht dagen na factuurdatum. Die korting heeft als doel een snellere betaling te verkrijgen.

IN

De algemene voorwaarden Bij het plaatsen van de bestelling, aanvaard je als koper de algemene voorwaarden van de verkoper. Die gelden voor iedereen. De algemene voorwaarden zijn beter gekend als de kleine lettertjes. Het zijn de rechten en plichten die gelden tussen de verkoper en de koper. Je vindt de algemene voorwaarden onderaan of op de achterzijde van handelsdocumenten. Elke webshop heeft ook algemene voorwaarden en je moet voor je de bestelling plaatst aanvinken dat je die gelezen hebt.

VA N

De algemene voorwaarden worden opgesteld door de verkoper, die kunnen dus voor elke onderneming verschillend zijn. Ze hebben betrekking op: — de betalingsvoorwaarden, — de leveringsvoorwaarden, — de klachtenprocedure, — de voorwaarden om de verkoopovereenkomst te annuleren. Naast de algemene voorwaarden zijn er ook nog bijzondere voorwaarden. Dat zijn de afspraken tussen de koper en de verkoper, die specifiek van toepassing zijn op hun koopovereenkomst zoals een handelskorting of extra service.

Veel documenten verstuur je per e-mail. Onderaan elke e-mail kun je een e­mailhandtekening plaatsen. Dat is een elektronisch visitekaartje met je naam, functie in het bedrijf en telefoonnummer. Na je afsluitende zin van een bericht hoef je niets meer onder je e-mail te noteren.

Action 1— Kun jij een prijsaanvraag opstellen voor je projectbedrijf?

Voeg een digitale handtekening voor je projectbedrijf toe in je e-mailprogramma.

©

1

a b

THEMA 2

LEVEL 2

2

76

Zet er je naam, functie, logo en de bedrijfsgegevens in. Pas de huisstijl van je projectbedrijf toe in de kleuren en het lettertype.

Stel een prijsaanvraag op voor de aankoop van handelsgoederen voor je projectbedrijf. Onderteken automatisch met je nieuwe e-mailhandtekening.

Vriendelijke groeten

Ersil Dokumaci Sales Manager A.S.Adventure.edu Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. +32 3 480 55 11


Action 2— Kun jij een sjabloon voor offertes opmaken? Ontwikkel een sjabloon volgens de NBN-normen voor offertes van het projectbedrijf. Ga naar het onlinelesmateriaal, je vindt er een pdf over de NBN-normen van een brief. Gebruik de ICTfiches van tekstverwerker. Stel de marges als volgt in: — linkermarge: 3,3 cm — rechtermarge: 2 cm — bovenmarge: 5 cm — ondermarge 3 cm

b

Plaats in de koptekst het logo in de linkerbovenhoek met daaronder de adresgegevens van je projectbedrijf. Houd rekening met de huisstijl.

c

Plaats in de voettekst: — tegen de linkerkantlijn het telefoonnummer met daaronder het e-mailadres van je projectbedrijf, — op 11 cm (daarvoor plaats je een links uitlijnende tabstop op 11 cm) het IBAN-nummer van je bankrekening met daaronder de BIC-code van je bank.

IN

a

VA N

1

Pas op de andere gegevens van de brief de NBN-normen toe. Controleer of je overal de huisstijl hebt toegepast. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. Gebruik dat document vervolgens om offertes op te stellen voor je projectbedrijf.

Tip:

Tip:

Wanneer je een offerte opstelt, is het belangrijk dat je de klant goed informeert over je product. Een afbeelding, een duidelijke productomschrijving en de prijs zijn belangrijk. Het is makkelijk om daarvoor met een tabel te werken. Zorg wel dat de rand niet zichtbaar is, anders komt dat niet echt professioneel over. Gebruik bij het opstellen van je offerte de spellings- en grammaticacontrole in je tekstverwerkingsprogramma. Je doet dat best voor elk document dat je opstelt (ICT-fiche_T_14)

THEMA 2

LEVEL 2

©

d e f

77


Action 3— Kun jij de algemene voorwaarden voor je projectbedrijf opstellen?

Als je een offerte opstelt, is het belangrijk dat je onmiddellijk de algemene voorwaarden meedeelt. Stel de algemene voorwaarden op voor je projectbedrijf. Welke elementen moeten zeker aan bod komen in de algemene voorwaarden?

b

Overleg met je klasgenoten welke algemene verkoopsvoorwaarden jullie zullen toepassen in jullie projectbedrijf. Stel de algemene voorwaarden op. Houd daarbij rekening met het volgende:  Zorg dat de voorwaarden op één bladzijde staan.  Pas de huisstijl van je projectbedrijf toe.  Indien je verzendkosten aanrekent, zoek een transportfirma op waarmee je wilt samenwerken en informeer naar haar prijzen.

VA N

c

IN

a

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. Gebruik het document vervolgens om algemene voorwaarden van je projectbedrijf mee te zenden.

THEMA 2

LEVEL 2

©

d

78


Action 4— Kun je een werkblad opstellen met alle gegevens van het projectbedrijf?

Je wilt de documentenstoom van je projectbedrijf zoveel mogelijk automatiseren. Daarvoor moet je over alle basisgegevens, zoals het assortiment, de klanten- en leveranciersgegevens, beschikken. Die gegevens groepeer je in een rekenblad. Eerst maak je een artikelbestand, dan een klantenbestand en als laatste een leveranciersbestand. Volg de stappen en gebruik de ICT-fiches van rekenblad.

STAPPENPLAN: Artikelbestand

IN

1

Open een werkblad.

Stap 2:

Wijzig de naam van het werkblad in ‘Artikelbestand’ (ICT-fiche_R_02).

Stap 3:

In het tabblad ‘Artikelbestand’ komen de gegevens van alle artikelen.

Stap 4: – – – – – – – – – –

Geef in rij 1 de titels van de kolommen in. kolom A: Nummer kolom B: Omschrijving kolom C: Btw-% kolom D: Verkoopprijs excl. btw kolom E: Verkoopprijs incl. btw kolom F: Aankoopprijs excl. btw kolom G: Leverancier kolom H: Artikelnr. lev. kolom I: Bestelhoeveelheid kolom J: Afbeelding

Stap 5:

Zet de titels in het vet en centreer. Zorg dat in kolom D, E, F, H en I de tekst automatisch terugloopt. (ICT-fiche_R_12)

Stap 6:

Pas de rijhoogte van de rijen met de artikelgegevens aan tot 100 pixels. Daardoor krijg je meer ruimte om de afbeelding toe te voegen (ICT-fiche_R_15).

Stap 7:

Geef de prijzen (kolom D, E, F) weer volgens de NBN-normen (ICT-fiche_R_06).

Stap 8:

Geef alle gegevens van de artikelen in: het artikelnummer, de artikelomschrijving, de aankoopprijs excl. btw, de naam van de leverancier, het artikelnummer van de leverancier (dat vind je op de website als productcode of op de factuur van de leverancier), de bestelhoeveelheid en een afbeelding van het artikel.

Stap 9:

Zorg ervoor dat de kolombreedte automatisch aangepast wordt aan de inhoud.

VA N

Stap 1:

©

Stap 10: Als je werkt met een vast winstpercentage op de aankoopprijs: voeg de formule toe in kolom D zodat de verkoopprijs exclusief btw automatisch berekend wordt. Voer de formule op een gerichte manier door (ICT-fiche_R_10). Werk je niet met een vast winstpercentage op de aankoopprijs: geef dan de verkoopprijs excl. btw in kolom D in.

THEMA 2

Stap 12: Om het opzoeken van de gegevens te vergemakkelijken blokkeer je de eerste rij en kolom A.

LEVEL 2

Stap 11: Bereken de verkoopprijs inclusief btw (kolom E) automatisch. Voeg de formule op een gerichte manier door.

79


STAPPENPLAN: Klantenbestand Stap 1: Voeg een nieuw tabblad toe. Geef dat de naam ‘Klantengegevens’ (ICT-fiche_R_02).

IN

Stap 2: In het werkblad ‘Klantengegevens’ komen de gegevens van de klanten. Geef in rij 1 de titels van de kolommen in: – kolom A: Klantnr. – Kolom B: Klantnaam – kolom C: Adresgegevens – kolom D: Postcode – kolom E: Gemeente – kolom F: Telefoonnummer – kolom G: E-mailadres – kolom H: Betalingstermijn – kolom I: Leveringsvoorwaarde Stap 3: Zet de titels in het vet en centreer. Zorg dat de kolombreedte zich automatisch aan de inhoud aanpast. Stap 4: Kopieer het tabblad ‘Klantenbestand’ (ICT-fiche_R_02). Het dient als basis voor de leveranciersgegevens.

VA N

Stap 5: Voeg de gegevens van je klanten toe. De gemeente geef je in hoofdletters in, volgens de NBN-normen. STAPPENPLAN: Leveranciersbestand

Stap 1: Wijzig de naam van het tabblad ‘Klantengegevens kopie’ in ‘Leveranciersgegevens’. In het tabblad ‘Leveranciersgegevens’ komen de gegevens van de leveranciers. Stap 2: Wijzig cel A1 in ‘Lev.nr.’ en cel B1 in ‘Leveranciersnaam’.

Stap 3: Voeg de gegevens van je leveranciers in. De gemeente geef je in hoofdletters in, volgens de NBN-normen. 2

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Action 5— Kun je een bestelling bij een leverancier plaatsen?

1

In Re-explore 4 stelde Ersil Dokumaci een prijsopgave op voor klant Bicycle. Lees aandachtig het antwoord dat hij op 20xx-01-30 ontvangt. Wat moet Ersil nu doen?

THEMA 2

LEVEL 2

©

a b

80


Bericht

Opties

Van: info@bicycle.be Verzonden: 30 januari 20xx Aan: ersil.dokumaci@asadventure.edu Onderwerp: Re: Prijsaanvraag fietsbrillen

Graag had ik de volgende bestelling geplaatst: – 30 stuks Sinner Bril Speed Box – 20 stuks Julbo Bril Aero Wanneer kun je de bestelling leveren?

VA N

Vriendelijke groeten

IN

Dag Ersil

Jesse Delli Sante T 03 353 73 20

Bekijk bij het onlinelesmateriaal de voorraadkaarten van de artikelen. a

Vul de tabel aan:

ART.NR.

b

MINIMUM­ VOORRAAD

MAXIMUM­ VOORRAAD

IN VOORRAAD

BESTELD DOOR KLANT

Wat stel je vast?

Wat moet Ersil doen?

d

Markeer: Om een bestelling bij een leverancier te plaatsen gebruik je een inkomende bestelbon / uitgaande bestelbon.

THEMA 2

c

LEVEL 2

©

2

81


Open het bestand van Re-explore 6, de uitgaande bestelbon. Kopieer het tabblad met de bestelbon naar een nieuw tabblad. Bij welke leverancier plaatst de aankoopafdeling de bestelling?

c

Met welke zaken moet je rekening houden bij het plaatsen van een bestelling?

d

Bereken hoeveel stuks je moet bestellen bij de leverancier. Nadat de goederen geleverd zijn aan klant Bicycle is de maximumvoorraad beschikbaar in het magazijn.

e

Hoeveel stuks bestel je, rekening houdend met de bestelhoeveelheid?

f g

Stel de bestelbon in. Het nummer van de laatste bestelbon was UBB20xx-33. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. Gebruik het document vervolgens om algemene voorwaarden van je projectbedrijf mee te zenden.

IN

a b

VA N

3

Lies mailt de bestelbon naar leverancier Agu. a

In welk bestandsformaat doet ze dat? Leg uit.

b

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in dat bestandsformaat in je portfolio.

THEMA 2

LEVEL 2

©

4

82


Action 6— Kun je een orderbevestiging opstellen? Ersil wil de bestelling aan klant Bicycle bevestigen. a

Welke informatie moet hij krijgen van Lies?

b

Op basis van welk(e) document(en) stelt Ersil de orderbevestiging op?

IN

1

Ga naar het onlinelesmateriaal. Gebruik het sjabloon dat je ook bij Re-explore 7 hebt gebruikt.

3

Stel de orderbevestiging aan klant Bicycle op. Leverancier Agu liet weten dat de bestelling binnen de twee werkdagen geleverd wordt.

VA N

2

Action 7— Kun je een bestelbon voor een klant opstellen? In Re-explore 4 stelde Ersil een offerte voor Casino Cycling Team op. Herlees die offerte.

2

Op 20xx-02-03 komt Miel Cauwels van Casino Cycling Team in de winkel de bestelling plaatsen. Hij wenst 150 stuks Julbo Bril Race 2.0 en 50 stuks Julbo Bril Aero te bestellen. Hoeveel zijn er maximaal in voorraad van de Julbo Bril Race 2.0 en de Julbo Bril Aero?

b

Welk document moet je opstellen? Leg uit.

THEMA 2

a

LEVEL 2

©

1

83


Met welke elementen uit de offerte moet je rekening houden bij het opstellen?

d

Open het bestand van Re-explore 7. Voeg de klant Casino Cycling Team aan het klantenbestand toe. De gegevens vind je in de offerte. Miel geeft nog deze gegevens door: gsm 0495 78 08 09, ondernemingsnummer 0879.857.009, btw-nummer BE0879 857 009.

e

Neem je de bijzondere voorwaarden op in het klantenbestand? Leg uit.

f

Wat voer je in bij: handelskorting?

VA N

IN

c

g

3

leveringsvoorwaarde?

betalingsvoorwaarde?

Markeer. Voor het plaatsen van de bestelling maak je gebruik van de inkomende bestelbon / uitgaande bestelbon.

Stel nu zelf een bestelbon op. a b c d e f

Kopieer het tabblad met de bestelbon naar een nieuwe werkmap. Voer het nummer in op de bestelbon. Het nummer van de laatste bestelbon was IBB20xx-78. Voer het klantnummer in om de klantengegevens te doen verschijnen. Geef de artikelcode en hoeveelheid van de bestelde goederen in. Pas de bijzondere voorwaarden aan op de leveringsbon. Hoeveel bedraagt de nettoprijs voor: artikel 10020:

©

THEMA 2

LEVEL 2

g h i

84

artikel 10021:

Pas de prijs aan in cel I22 en I23. Geef de formule in cel J33 in zodat het voorschot automatisch berekend wordt. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.


Action 8— Kun jij een uitgaande bestelbon opmaken voor het projectbedrijf?

Ontwerp met een rekenblad een bestelbon voor je projectbedrijf. Tip:

VA N

b

Voeg je bestelbon toe in het rekenblad van Action 3. Voeg een nieuw tabblad toe. Geef dat de naam ‘UBB’. Ontwerp de lay-out van je bestelbon. Gebruik de ICT-fiches van rekenblad. In Re-explore 6 staan de gegevens die je in de bestelbon moet opnemen. Houd rekening met het volgende:  Presenteer de bestelbon op één bladzijde.  Pas de huisstijl van je projectbedrijf toe: het lettertype, de bedrijfskleur, het logo.  Maak duidelijk dat het document een bestelbon is.  Voorzie het nummer en de datum van de bestelbon.  Voorzie dat het volgende ingevuld kan worden: het leveranciersnummer, de leveranciersnaam, de adresgegevens, het telefoonnummer en het btw-nummer.  Neem het artikelnummer, de artikelomschrijving, het btw-% dat van toepassing is en de eenheidsprijs op in de bestelbon.  Voorzie plaats om minimaal tien artikelen te bestellen.

IN

a

Bekijk de uitgaande bestelbon uit Re-explore 7 of zoek op internet voorbeelden van bestelbonnen.

Automatiseer de bestelbon. Zorg dat de volgende gegevens automatisch worden ingevuld: — de leveranciersnaam, — de adresgegevens, — het telefoonnummer, — het btw-nummer, — de leveringsvoorwaarde, — de betalingsvoorwaarde. Tip:

Wanneer je het artikelnummer ingeeft, moet automatisch het volgende verschijnen:  de artikelomschrijving — het btw-% — de aankoopprijs exclusief btw

©

Tip:

Die gegevens vind je in het tabblad ‘Artikelgegevens’.

e

Voeg de formules toe zodat:  het totaalbedrag exclusief btw per artikellijn berekend wordt,  het totaalbedrag exclusief btw van de bestelling berekend wordt,  het te betalen saldo, indien er een voorschot betaald werd, berekend wordt.

f

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. Gebruik dit document vervolgens om algemene voorwaarden van je projectbedrijf mee te zenden.

LEVEL 2

d

Die gegevens vind je in het tabblad ‘Leveranciersgegevens’.

THEMA 2

c

85


Action 9— Kun je een inkomende bestelbon opmaken voor je projectbedrijf?

a b c d e f

Ontwerp een inkomende bestelbon. Gebruik de ICT-fiches van rekenblad. Open het bestand van Action 8. Kopieer het tablad UBB. Wijzig de naam ‘UBB kopie’ naar ‘IBB’. Pas het documentnummer aan. Neem de klantengegevens op in plaats van de leveranciersgegevens. Automatiseer zodat de klantnummers de klantengegevens (en niet de leveranciersgegevens) invult. Tip:

IN

Als je producten voor je projectbedrijf verkoopt, bijvoorbeeld door een verkoopmoment te organiseren, dan kunnen producten uitverkocht geraken. Bij onvoldoende voorraad kunnen klanten een bestelling plaatsen via een bestelbon.

VA N

Je vindt de gegevens in het tabblad ‘Klantengegevens’.

g

h

Automatiseer zodat bij het invullen van het artikelnummer de verkoopprijs exclusief btw wordt ingevuld (en niet de aankoopprijs exclusief btw). Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. Gebruik dit document vervolgens om algemene voorwaarden van je projectbedrijf mee te zenden.

Action 10— Kun je een leveringsbon opmaken voor je projectbedrijf?

Wanneer je goederen levert en zeker bij grote hoeveelheden, moet je een leveringsbon kunnen voorleggen. Die bon omschrijft wat er in het pak zit. Ontwerp een leveringsbon voor je projectbedrijf. Gebruik de ICT-fiches van rekenblad. Open het bestand van Action 9. Voeg een nieuw tabblad toe en geef het de naam ‘ULV’. Neem in de leveringsbon het volgende op: — gegevens van je projectbedrijf , — gegevens van je klant zodat die automatisch ingevuld worden, — gegevens van je artikelen zodat de artikelomschrijving en het gewicht automatisch worden ingevuld bij het ingeven van het artikelnummer, — een schrijfvak zodat de klant bij ontvangst van de goederen de naam, de datum en de handtekening kan plaatsen.

f g h

Automatiseer zodat het totaalgewicht van de goederen automatisch wordt berekend. Maak de bon op in de huisstijl van je projectbedrijf. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. Gebruik dit document vervolgens om algemene voorwaarden van je projectbedrijf mee te zenden.

THEMA 2

LEVEL 2

©

a b c e

86


Action 11— Kun je een factuur opmaken voor je projectbedrijf?

Herbekijk Re-explore 9. Daarin staat welke elementen verplicht en noodzakelijk zijn voor het opstellen van de factuur van je projectbedrijf.

2

Open het bestand van Action 9. Gebruik de ICT-fiches van rekenblad.

3

Voeg een nieuw tabblad toe en geef het de naam ‘Factuur’.

4

Ontwerp de lay-out van de factuur.

5

Presenteer de factuur op één pagina.

6

Voorzie alle verplichte en noodzakelijke elementen. De financiële korting en de terugstuurbare verpakking moeten niet opgenomen worden in het berekeningsschema.

7

Automatiseer het werkblad.

VA N

IN

1

a

Bij de ingave van het artikelnummer worden volgende gegevens automatisch ingevuld: — de artikelomschrijving, — het btw-%, — de verkoopprijs.

b

Bij de ingave van het klantnummer worden de volgende gegevens automatisch ingevuld: — de klantnaam, — de adresgegevens, — het btw-nummer.

Voeg de formules toe, zodat de factuurberekening automatisch gebeurt.

9

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. Gebruik dit document vervolgens om algemene voorwaarden van je projectbedrijf mee te zenden.

THEMA 2

LEVEL 2

©

8

87


BREAKING NEWS Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

CHECKLIST

IN

1

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Ik kan een prijsaanvraag opstellen.

2

Ik kan een mail verzenden om informatie op te vragen rekening houdend met de huisstijl.

VA N

1

KAN BETER

Ik kan een prijsopgave opstellen.

4

Ik kan een e-mail correct beantwoorden rekening houdend met de huisstijl.

5

Ik kan een offerte opstellen.

6

Ik kan de NBN-normen en huisstijl toepassen bij het opstellen van documenten in een rekenblad.

7

Ik kan de NBN-normen en huisstijl toepassen bij het opstellen van documenten in een tekstverwerkingsprogramma.

8

Ik kan de lay-out van een document aanpassen aan de NBN-normen en huisstijl.

©

3

9

Ik kan een inkomende bestelbon opstellen.

10 Ik kan een uitgaande bestelbon opstellen. 11 Ik kan een orderbevestiging opstellen.

THEMA 2

LEVEL 2

12 Ik kan een leveringsbon opstellen.

88

13 Ik kan een factuur opstellen.

EXTRA OEFENMATERIAAL


JA

KAN BETER

EXTRA OEFENMATERIAAL

15 Ik kan een formule invoeren in een rekenblad: som, product, verschil.

16 Ik kan een formule kopiëren in een rekenblad.

17 Ik kan een formule doorvoeren in een rekenblad. 18 Ik weet wanneer ik een cel absoluut moet maken in een rekenblad. 19 Ik kan een rekenblad automatiseren via de functie ‘Verticaal zoeken’.

IN

14 Ik kan een wiskundige functie toevoegen in een rekenblad: ‘Als-functie’ en ‘Som’.

21 Ik kan een opmaakstijl wijzigen in een tekstbestand.

22 Ik kan een woord zoeken en vervangen in een tekstbestand.

23 Ik kan spellings- en grammatica­controle toepassen in een tekstbestand.

THEMA 2

LEVEL 2

©

VA N

20 Ik kan een stijl opmaken in een tekstbestand.

89


Beeldwoordenboek Level 2 VERKLARING

AFBEELDING

algemene voorwaarden

Dat zijn de rechten en plichten die gelden tussen de koper en de verkoper bij het aangaan van de verbintenis. Ze worden opgesteld door de verkoper.

bestelbon

Dat is een soort reservering. Dat document vul je in wanneer de gekochte goederen niet meteen in handen van de koper komen of wanneer de diensten niet onmiddellijk worden uitgevoerd. Op het moment dat men de bestelling plaatst is er sprake van een koopovereenkomst.

IN

BEGRIP

VA N

Je vindt een voorbeeld van een bestelbon bij het onlinelesmateriaal van Re-explore 6.

betalingsvoorwaarden

Die voorwaarden geven aan wanneer de betaling moet gebeuren en of de klant een financiële korting krijgt bij contante betaling.

ALGEMENE FACTUURVOORWAARDEN

1

Onze facturen zijn te betalen binnen de 30 dagen na factuurdatum. 2 Bij niet-betaling van het volledige factuurbedrag op de vervaldag is van rechtswege en zonder voorafgaande ingebrekestelling een interest verschuldigd aan 1 % per maand. 3 Daarenboven zal bij gehele of gedeeltelijke niet-betaling van de de schuld op de vervaldag van rechtswege en zonder ingebrekestelling een Bericht Opties forfaitaire vergoeding verschuldigd zijn van 10 % op het factuurbedrag, met een Van: ersil.dokumaci@asadventure.edu minimum van 75,00 euro per factuur.

A

Verzonden: 17 november 20xx

bijzondere voorwaarden

THEMA 2

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 2

©

diensten en diverse goederen

90

e-mail­hand­tekening

Dat zijn de afspraken tussen de koper en de verkoper die specifiek van toepassing zijn op hun koopovereenkomst. De voorwaarden kunnen verschillen van aankoop tot aankoop. Dat zijn goederen en diensten die de onderneming regelmatig aankoopt om de onderneming draaiende te houden zoals elektriciteit, kantoorbenodigheden …

1

Aan: info@bicycle.be

Als u bestelt binnen de 10 dagen betaalt u geen leveringskosten en krijgt uit 20 % korting.

Onderwerp: Re: Prijsaanvraag fietsbrillen

Beste Jesse

Aansluitend op je mail van 24 januari mail ik je de gevraagd – Sinner Bril Speed Box (artikel 10019) 45,41 e – Julbo Bril Race 2.0 Nautic (artikel 10020) 99,13 e – Julbo Bril Aero (artikel 10021) 90,87 e

Prijzen per stuk, exclusief 21 % btw. Bij afname van 50 stuks

De bovenstaande prijzen en voorwaarden zijn 30 dagen gel verkoopsvoorwaarden verwijs ik graag naar onze website.

Als je nog meer informatie wenst, aarzel niet om mij te cont

Dat is een vaste mededeling onderaan je e-mail met je naam, functie, naam van het bedrijf, contactgegevens, logo en de website. Na de afsluiting moet je niets meer schrijven.

Vriendelijke groeten Ersil Dokumaci Sales Manager A.S.Adventure.edu Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. +32 3 480 55 11


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Dat document wordt opgesteld door de verkoper en is bestemd voor de koper. Het is een uitnodiging om de geleverde goederen te betalen. Er wordt berekend hoeveel er voor de geleverde goederen moet betaald worden.

financiële korting

Dat is een korting die toegestaan wordt wanneer de klant contant betaalt. Die korting heeft als doel een snellere betaling te verkrijgen.

handelaar

Dat is iemand die goederen aankoopt om ze opnieuw te verkopen met winst.

handelsgoederen

Dat zijn alle goederen die de onderneming aankoopt om te verkopen. Dat zijn de producten die je in het assortiment vindt

inkomende bestelbon

Dat is de bestelbon waarmee de klant zijn bestelling plaatst.

Je vindt een voorbeeld van een factuur in je werk in Re-explore 9.

Als u binnen de 10 dagen betaalt, krijgt u 2 % financiële korting.

VA N

IN

factuur

A.S. Adventure.edu

tel. + 32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Klantcode

Nummer bestelbon

Datum bestelling

Offerte

40003

IBB20xx-0098

20xx-02-01

0F20xx-0044

Leveringsvoorwaarden:

Af fabriek

Levertermijn

7 werkdagen na datum bestelling

Handelskorting

15%

Betalingsvoorwaarde

30 dagen na factuurdatum

Dat zijn goederen die een onderneming aankoopt om meer dan een jaar te gebruiken. Als de aankoop betrekking heeft op kantoormateriaal, klein gereedschap, klein materiaal dan spreek je pas over een investering als het aankoopbedrag exclusief btw hoger is dan 1 000,00 euro.

Omschrijving goederen Sinner Bril Speed Box Abus Fietshelm Urban -I 3.0

Verkoopvoorwaarden

Aantal

Eenheidsprijs

btw-%

Totaal excl. Btw

40 40

€ 45,41 € 66,07

21% 21%

€ 1 816,40 € 2 642,80

Subtotaal

€ 4 459,20

Al onze eenheidsprijzen zijn exclusief btw Algemene verkoopsvoorwaarden: zie ommezijde Neem bij vragen contact op met Ersil Dokumaci + 32 443 12 76 90; ersil.dokumaci@adventure.edu Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465.672.452 - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

BEELDWOORDENBOEK

investeringsgoederen

10019 10161

THEMA 2

©

Artikelnummer

LEVEL 2

Fiets! Vlaamse Kaai 20 2000 ANTWERPEN BE0823.778.933

Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM

91


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

leveringsbon

Dat is een document opgesteld door de verkoper met de omschrijving van en het aantal goederen dat wordt geleverd.

A.S.Adventure.edu

TUI Wijnegem Turnhoutsebaan 5/shop 502 2110 WIJNEGEM

Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM Tel. + 32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Klantcode

Nummer leveringsbon

Datum levering

Bestelbon

40012

UVB20xx-0981

20xx-11-27

OBV20xx-0433

Leveringsvoorwaarde: Art.nr. 10018 10026 10037 10070

Franco thuis

Omschrijving artikel

Aantal

Jack Wolfskin Heuptas Upgrade Slowtide Handdoek Travel Eagle Creek Kussen Exhale Neck Pillow Ayacucho Pantoffel Teddy

40 15 40 10

Totaalgewicht (in kg)

210 800 75 340

8,40 12,00 3,00 3,40

Aankoopprijs Verkoopprijs btw-% Min.voorraad Max.voorraad Gewicht in gram Locatienummer

€ 9,02 € 23,10 21% 10 50 210 M2-AR-6-C

IN

Artikel Jack Wolfskin Heuptas Upgrade Categorie Reizen Artikelnummer 10018 Leverancier Jack Wolfskin Artikelnummer leverancier 2361G00001_7070 Min. Bestelheoveelheid lev. 2 Min. Bestelhoeveelheid klant 1 Aantal colli: 4 Gewicht in kg: 26,80 Leverancier Klant

Gewicht per eenheid (in gram)

Datum Doc Aantal besteld Datum voor ontvangst:

Aantal geleverd

Aantal besteld

25-Nov OBV-433

Effectieve Beschikbare Aantal voorraad voorraad geleverd Naam en handtekening klant 50 50 50 10

Binnenkort beschikbare voorraad

40

10

A.S.Adventure.edu - Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM - BTW BE0465672452 - IBAN: BE20 3200 6835 4556 - BIC BBRUBEBB

3

In hoeveel exemplaren wordt de leveringsbon opgesteld? Verklaar.

Artikel Categorie

Aankoopprijs Verkoopprijs

Sowtide Hannddoek Travel Reizen

€ 11,27 € 28,88 21% 30 45 800 M2-AR-9-B

4Artikelnummer Waarom is het belangrijk10026 dat de klant de leveringsbon aftekent? btw-% Leverancier Artikelnummer leverancier Min. Bestelheoveelheid lev. Min. Bestelhoeveelheid klant

5

Min.voorraad Max.voorraad Gewicht in gram Locatienummer

2A12G00001_4203 5 1

Leverancier Vul de voorraadkaarten aan op basis van de Klant leveringsbon. Effectieve

Datum

Doc

Aantal besteld

Aantal geleverd

25-Nov OBV-433

Aantal besteld

Aantal geleverd

15

Beschikbare voorraad

voorraad

30 30

30 15

LEVEL 2

Dat is de kleinste hoeveelheid aan voorraad van een bepaald artikel die de verkoper beschikbaar wil hebben.

THEMA 2

minimumvoorraad

Binnenkort beschikbare voorraad

15

VA N

LIFT3A_Thema 2 lwb.indb 69

offerte

Dat is een document opgesteld door de verkoper. Daarin geeft hij de gevraagde informatie, zoals de prijs of leverings- en betalingsvoorwaarden, als antwoord op een prijsaanvraag.

Offerte Geachte mevrouw Wij bevestigen de ontvangst van uw prijsaanvraag. Wij danken u alvast voor uw interesse in ons bedrijf. U kunt de volgende voorwaarden genieten: prijs: 2 x 85,00 EUR excl. 21 % btw; levering: 10 dagen na bestelling - franco thuis; betaling: 15 dagen na factuurdatum. Voor verdere inlichtingen staan we steeds tot uw dienst. U kunt er ook op rekenen dat ...

De verkoper bevestigt met dat document de bestelling. Zo weet de klant wat er werd besteld en tegen welke voorwaarden. Bij een bestelling via het internet is een orderbevestiging verplicht.

Je vindt een voorbeeld van een orderbevestiging in je werk van Re-explore 7.

prijsaanvraag

Dat is een document waarmee de koper informatie over een duidelijk omschreven product of dienst vraagt. Hij informeert naar de prijs en de verkoopsvoorwaarden.

Je vindt een voorbeeld van een prijsaanvraag in Re-explore 3.

Dat is een document opgesteld door de verkoper waarin hij de prijs vermeldt als antwoord op een prijsaanvraag.

Je vindt een voorbeeld van een prijsopgave in Re-explore 4.

THEMA 2

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 2

©

orderbevesti­ging

92

prijsopgave

69

18/01/2022 17:00:49


BEGRIP uitgaande bestelbon

VERKLARING

AFBEELDING

Dat is de bestelbon die je gebruikt om een bestelling te plaatsen bij een leverancier.

Beyntellus 18 2360 OUD-TURNHOUT BESTELBON: 2012194504

Onlinebestelling 20xx-08-25 André reflecterende en waterdichte helmhoes

35665 Kleur: fluogeel

€ 2,43 x 500

€ 1 215,00

BEDRUKKING (VOORZIJDE – ZEEFDRUK)

€ 495,00

1 kleur

€ 0,99 x 500

Instelkosten

1 kleur Siliconen veiligheidsarmband

3283 Kleur: blauw Toeslagen: Milieubijdrage Toeslagen: Recupel

Siliconen veiligheidsarmband

€ 0,00 € 1 710,00

€ 2,88 x 500 € 0,114 x 500 € 0,01 x 500

€ 1 440,00 € 57,00 € 5,00

SUBTOTAAL

€ 1 502,00

€ 2,88 x 500 € 0,114 x 500 € 0,01 x 500

€ 1 440,00 € 57,00 € 5,00

IN

3283 Kleur: rood Toeslagen: Milieubijdrage Toeslagen: Recupel

€ 495,00

SUBTOTAAL

BEDRUKKING (LABEL – TAMPONDRUK)

€ 155,00

1 kleur

SUBTOTAAL

Facturatiegegevens

Aflevergegevens

Totaal artikelen

€ 155,00 € 0,00

€ 1 657,00

€ 4 869,00

Bedrijfsnaam A.S.Adventure.edu Bedrijfsnaam A.S.Adventure.edu Drukproef ter controle Straat

Nijverheidsstraat

Straat

Nijverheidsstraat

Huisnr.

92/5

Huisnr.

92/5

Postcode

2160

Postcode

2160

Plaats

WOMMELGEM

Plaats

WOMMELGEM

Land

België

Land

België

BTW

BE0465 672 452

Gratis

Verzending

Gratis

Totaal excl. btw

€ 4 869,00

Btw 21 %

€ 1 022,49

Totaal incl. btw

€ 5 891,49

 Ja, ik heb de algemene voorwaarden gelezen en ga ermee akkoord. Tevens verwijzen wij u graag naar ons Privacystatement, waarin wij uitleggen hoe wij met uw gegevens omgaan. Binnen drie uur nadat wij uw bestelling hebben ingevoerd (en na ontvangst van uw EPS- / vectorbestand) sturen wij u een digitaal ontwerp toe. Uiteraard geheel gratis en vrijblijvend. Nadat u uw akkoord heeft gegeven, bedraagt de levertijd, tenzij anders vermeld, circa 8 werkdagen. BTW BE0437.987.266 – RPR Antwerpen – KBC BE94 0015 1728 5114 BIC KREDBEBB – tel. 014 427 101 – turnhout@vanhelden.be

1 Verkoopsvoorwaarden 1.1 Prijzen Alle prijzen zijn netto per stuk, exclusief 21 % btw.

18/01/2022 16:58:38

1.2 Betaling Zonder specifieke schriftelijke overeenkomst worden alle goederen tegen terugbetaling verstuurd. De geleverde goederen blijven eigendom van de verkoper tot de volledige betaling van de gefactureerde waarde. Bij belangrijke bestellingen kan een voorschot gevraagd worden. ...

verlies

LEVEL 2

winst

BEELDWOORDENBOEK

Wanneer de verkoopprijs groter is dan de aankoopprijs maak je winst.

©

winst

LIFT3A_Thema 2 lwb.indb 15

15

THEMA 2

Dat zijn de voorwaarden waaraan de verkoper zijn goederen of diensten wil verkopen. Die voorwaarden hebben betrekking op de betaling, levering, kortingen, bijkomende kosten, kwaliteit …

VA N

verkoopsvoorwaarden

LEVEL 1

€ 0,31 x 500

Instelkosten

THEMA 2

1 kleur

93


LEVEL 3

IN

DOCflow: Hoe verloopt de goederenen documentenstroom in het aan- en verkoopproces? INTRO 1

Vorig jaar heb je geleerd welke handelsdocumenten er in een verkoopproces en een aankoopproces aan bod komen. In DOCflow kon je zien hoe die documenten tussen A.S.Adventure.edu en de klanten enerzijds, en tussen de leveranciers en A.S.Adventure. edu anderzijds, stromen. Ga via het onlinelesmateriaal naar DOCflow en beantwoord de onderstaande vragen. Hoeveel klanten zijn er?

VA N

a

Hoeveel leveranciers zijn er?

c

Hoeveel artikelen zijn er?

d

Welke afdelingen komen aan bod in het verkoopproces van DOCflow?

e

Welke afdelingen komen aan bod in het aankoopproces van DOCflow?

©

b

expeditie aankoop

facturatie

TEAM

boekhouding administratie

magazijn

THEMA 2

LEVEL 3

verkoop

94

2

Vorig jaar heb je in DOCflow enkele gemakkelijke dossiers doorlopen. In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag: Hoe doorloop je moeilijke aankoop­ en verkoopdossiers?


Re-explore 1– 1

Hoe verloopt het verkoopproces?

Noteer de volgende documenten op de juiste plaats in het schema. Kies uit:

IN KLANT

VA N

A.S.Adventure.edu

prijsaanvraag – leveringsbon – orderbevestiging – factuur – bestelbon – prijsofferte

Soms vraagt de leverancier aan de klant om de orderbevestiging goed te keuren. Waarom is dat?

THEMA 2

LEVEL 3

©

2

95


Re-explore 2— Hoe verloopt het aankoopproces? Noteer de volgende documenten op de juiste plaats in het schema. Kies uit:

THEMA 2

LEVEL 3

© 96

IN LEVERANCIER

VA N

A.S.Adventure.edu

prijsaanvraag – leveringsbon – orderbevestiging – factuur – bestelbon – prijsofferte


TO THE POINT Verkoopproces

De verkoper bezorgt de klant de gevraagde informatie.

offerte

bestelbon

VA N

De klant plaatst een bestelling.

prijsaanvraag

IN

De klant informeert bij een mogelijke leverancier naar de prijs, de leverings- en de betalingsvoorwaarden.

De verkoper stuurt de klant de bevestiging dat hij de bestelling goed heeft ontvangen.

Nadat de klant de orderbevestiging heeft goedgekeurd, geeft de verkoper de magazijnmedewerker de opdracht om de goederen te picken.

©

De magazijnmedewerker pickt de goederen en stuurt de nodige gegevens naar de afdeling expeditie.

orderbevestiging

goedgekeurde orderbevestiging magazijnopdrachtenbon

verwerkte magazijnopdrachtenbon eerste versie van de uitgaande vrachtbrief

uitgaande vrachtbrief

De medewerker op de afdeling facturatie stelt de verkoopfactuur op en bezorgt die aan de klant.

verkoopfactuur

THEMA 2

LEVEL 3

De expeditiebediende berekent de (eventuele) vrachtkosten en stuurt die gegevens naar de boekhoudafdeling. Daarna stuurt hij de goederen samen met de vrachtbrief naar de klant.

97


Aankoopproces De voorraadsoftware (in het magazijn) genereert een interne bestelbon voor de artikelen die onvoldoende in voorraad zijn. De verkoopmedewerker stuurt de interne bestelbon door naar de aankoopafdeling.

uitgaande bestelbon (UBB)

IN

De aankoper maakt een uitgaande bestelbon en plaatst een bestelling bij de leverancier.

interne bestelbon (IBB)

VA N

De leverancier stuurt een orderbevestiging.

goedgekeurde orderbevestiging (GOBV)

De leverancier levert de goederen samen met de vrachtbrief.

inkomende vrachtbrief (IVB)

De magazijnmedewerker controleert de levering en vergelijkt de vrachtbrief met de goedgekeurde orderbevestiging. De magazijnmedewerker werkt de voorraadadministratie bij en slaat de goederen op de juiste locatie op.

verwerkte vrachtbrief

©

De aankoper keurt de orderbevestiging goed en stuurt die terug naar de leverancier.

THEMA 2

LEVEL 3

De leverancier verstuurt de aankoopfactuur. De boekhouder vergelijkt de aankoopfactuur met de verwerkte vrachtbrief en keurt de aankoopfactuur goed.

98

orderbevestiging (OBV)

aankoopfactuur (AF)


Action 1— Kun je een verkoopdossier afwerken met een product, zonder handelskorting en kosten?

1

Wie is de klant?

2

Wat is het klantnummer?

3

a

artikelnummer:

b

omschrijving:

Wat zijn de verkoopvoorwaarden? Vul aan indien van toepassing? Handelskorting

Transportkosten

Te betalen voor

VA N

4

Welk product bestelt de klant?

IN

5

Welk document komt er binnen op de administratie?

6

Voor wie is dat document bestemd?

7

Wat doet die afdeling als ze het document ontvangt?

8

Wat vermeldt de afdeling in het nieuwe document met betrekking tot de verkoopsvoorwaarden?

©

9

De klant stuurt een bestelbon terug. Is dat altijd zo in werkelijkheid?

11 Waarvoor dient de magazijnopdrachtenbon?

THEMA 2

LEVEL 3

10 Wat doe je wanneer de klant een bestelbon stuurt? Leg uit waarom dat nodig is.

99


12 Waarom wordt de vrachtbrief ook verstuurd naar de facturatie-afdeling?

13 Hoeveel bedragen de transportkosten hier?

14 Noteer het berekeningsschema van de factuur.

IN

VA N

Action 2— Kun je een verkoopdossier afwerken met twee producten, zonder handelskorting en kosten?

1

Wie is de klant?

2

Wat is het klantnummer?

3

Welke artikelen bestelt de klant? Vul de tabel aan. ARTIKELNUMMER

© THEMA 2

LEVEL 3

4

100

OMSCHRIJVING

Wat zijn de verkoopvoorwaarden? Vul aan indien van toepassing. Handelskorting

Transportkosten

Te betalen voor


5

Noteer het berekeningsschema van de factuur.

BTW-%

BRUTO­ BEDRAG

HK

NETTO

KOSTEN

SUB­ TOTAAL

FK

MVH

TOTAAL IN EURO

BTW

Totaal te betalen

IN

Terugstuurbare verpakking

Action 3— Kun je een verkoopdossier met verschillende btw-percentages, handelskorting en transportkosten afwerken?

1

VA N

Welke klant stuurt er een prijsaanvraag?

2

Wat is het klantnummer?

3

Welke artikelen bestelt de klant?

ARTIKELNUMMER

OMSCHRIJVING

BTW-%

Welke verkoopsvoorwaarden gelden voor die klant?

©

4

BTW-%

BRUTO­ BEDRAG

HK

NETTO

KOSTEN

SUB­ TOTAAL

FK

MVH

BTW

TOTAAL IN EURO

Terugstuurbare verpakking

Totaal te betalen

LEVEL 3

Noteer de berekening van de factuur hier. Maak de berekening opnieuw en controleer of de factuur klopt.

THEMA 2

5

101


Action 4— Kun je een aankoopdossier met twee producten, handelskorting en kosten afwerken?

1

Wie is de leverancier?

2

Wat is het leveranciersnummer?

3

IN

Welke producten wil A.S.Adventure.edu bij de leverancier bestellen? Vul de tabel aan. ARTIKELNUMMER

Wat zijn de verkoopvoorwaarden? Vul aan.

VA N

4

OMSCHRIJVING

5

Handelskorting

Transportkosten

Te betalen voor

Noteer het berekeningsschema van de factuur.

BTW-%

BRUTO­ BEDRAG

NETTO

KOSTEN

SUB­ TOTAAL

FK

MVH

BTW

TOTAAL IN EURO

© LEVEL 3 THEMA 2 102

HK

Terugstuurbare verpakking

Totaal te betalen


Action 5— Kun je een moeilijk aankoopdossier met alle mogelijke opties afwerken?

1

Wie is de leverancier?

Welke artikelen wil A.S.Adventure.edu bij de leverancier bestellen? Vul de tabel aan. ARTIKELNUMMER

Welk document ontvangt de aankoopafdeling?

VA N

3

OMSCHRIJVING

IN

2

4

Van wie ontvangt ze die bestelbon? Hoe komt dat?

5

Welk document stelt de aankoopafdeling op? Voor wie is dat bestemd?

6

Wat is het nummer van de leverancier?

7

Welk document ontvangt A.S.Adventure.edu vervolgens? Voor wie is dat bestemd?

©

Waarom moet een orderbevestiging goedgekeurd worden?

LEVEL 3

THEMA 2

8

103


9

Wat zijn de verkoopsvoorwaarden? Vul aan indien van toepassing. Handelskorting

Transportkosten

Financiële korting

10 Waarom moet je steeds de digitale documenten in de juiste map klasseren?

IN

11 Welk document komt dan binnen in het magazijn van A.S.Adventure.edu?

VA N

12 Waarom is het belangrijk dat de goederen op de juiste locatie worden opgeslagen in het magazijn?

13 Welk document is er op de administratie terechtgekomen? Voor wie is dat bestemd?

14 Bestudeer de factuur. Hoeveel bedraagt de handelskorting?

15 Hoeveel bedraagt de terugstuurbare verpakking?

©

16 Noteer hier het berekeningsschema van de factuur.

THEMA 2

LEVEL 3

BTW-%

104

BRUTO­ BEDRAG

HK

NETTO

KOSTEN

SUB­ TOTAAL

FK

MVH

BTW

TOTAAL IN EURO

Terugstuurbare verpakking

Totaal te betalen

Totaal te betalen bij betaling binnen 10 dagen


CHECKLIST Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

KAN BETER

EXTRA OEFENMATERIAAL

2 Ik kan de goederenstroom van het aan- en verkoopproces toelichten.

3 Ik kan klanten- en leveranciersgegevens opzoeken in het klanten- en leveranciersbestand.

IN

1 Ik kan de documentenstroom van het aanen verkoopproces toelichten.

5 Ik kan een overzicht voor een aan- en verkoopdossier invullen.

VA N

4 Ik kan berichten en documenten klasseren.

7 Ik kan goederen op de juiste plaats opslaan tijdens het aankoopproces.

8 Ik kan de magazijnopdrachtenbon invullen na het picken van de goederen bij het verkoopproces.

9 Ik kan de vrachtkosten berekenen op basis van het gewicht van de goederen.

10 Ik kan de bedragen van een verkoopfactuur berekenen.

THEMA 2

LEVEL 3

©

6 Ik kan nagaan of er voldoende voorraad is om een klantbestelling te leveren.

105


STEP-UP 1

Je hebt nu in DOCflow gezien dat de afdelingen met verschillende documenten werken. Ontwerp een schema dat de onderlinge verbanden en documentenstroom tussen de interne afdelingen van A.S.Adventure.edu duidelijk maakt.

2

Laat de volgende gegevens zeker aan bod komen.

c

Ondernemingen: leverancier, klant, A.S.Adventure.edu Afdelingen: administratie, aankoop, verkoop, boekhouding, magazijn, facturatie, expeditie Documenten: prijsaanvraag, prijsofferte, uitgaande bestelbon, interne bestelbon, orderbevestiging, goedgekeurde orderbevestiging, uitgaande leveringsbon, inkomende leveringsbon, aankoopfactuur, verkoopfactuur, magazijnopdrachtenbon

IN

a b

Ontwerp het schema op een A3-formulier. Dat kun je doen met bijvoorbeeld Canva. Gebruik de ICT-fiches van Canva. Wees creatief!

4

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

THEMA 2

STEP­UP

©

VA N

3

106


Jinte Schrooten

THEMA 2

ORGANOGRAM

Annelies Daems

Visual Merchandiser

Zita Peeters

Verkoopmedewerker Wandelen

Tiziano Ferrari

Verkoopmedewerker Fietsen

Ties Hubrechts

Verkoopmedewerker Wintersport / Reizen

Nadine Bollen

Verkoopmedewerker Fashion

Aankoopassistent

Kevin Thijs

Dana Haels

Kassamedewerker

Aankoopassistent

Store manager

Lies Meeus

Pedro Awouters

Senior aankoper

Salesmanager

Ersil Dokumaci

Anissa Zadora

Administratief medewerker

Mulin Bussche

Assistent facturatie

Estefania Umuhire

Verantwoordelijke facturatie

Natascha Makropoulos

Sterre Daniëls

Management assistant

ICT-manager

Jitse Vissers

Web Developer

Natan Heylen

Online analist

Tim Stroobandt

Ruben Leenders

Elke Peerlings

Daan Leekens

Muhammed Abidar

Magazijnmedewerker

Vrachtwagenchauffeur

Magazijnmedewerker

Veerle De Block

e-mailmarketing

Verantwoordelijke

Katarina Vanderzande

Naomi Luys

HR-manager

Webshopverantwoordelijke

Tibe Pecceu

Customer Service

Eline Truyen

Marketingmanager

IN

Kenny Rogiers

Vrachtwagenchauffeur

Yassin Ayas

Ayoub Talbi

Magazijnmedewerker

Transportverantwoordelijke

Yarno Janssen

Logistiek verantwoordelijke

Magazijnverantwoordelijke

VA N

Assistent boekhouder

Anastasia Dingenen

Senior boekhouder

© Directeur

Femke Kelchtermans

ORGANOGRAM – A.S.Adventure.edu

107


Klantenbestand – A.S.Adventure.edu KLANTNUMMER

KLANTGEGEVENS

BIJZONDERE EN BETALINGSVOORWAARDEN

Beleko Amerikalei 90 2000 ANTWERPEN tel. 03 257 27 72 info@beleko.com contactpersoon: Caro Miermans

BTW BE0883 404 239 Ond.nr. 0883 404 239 IBAN BE60 7373 0744 4270 BIC KREDBEBB 30 dagen factuurdatum 15 % handelskorting Af fabriek

40002

Chirojeugd Vlaanderen Kipdorp 30 2000 ANTWERPEN tel. 03 231 07 95 info@chiro.be contactpersoon: Larissa Klein

BTW BE0476 038 485 Ond.nr. 0476 038 485 IBAN BE02 1401 2004 4540 BIC GEBABEBB 30 dagen na factuurdatum Franco thuis

40003

Fiets! Vlaamse Kaai 20 2000 ANTWERPEN tel. 03 337 89 66 antwerpen@fiets.com contactpersoon: Thybe Snoks

BTW BE0823 778 933 Ond.nr. 0823 778 933 IBAN BE28 0001 0480 0820 BIC BPOTBEB1 30 dagen na factuurdatum 15 % handelskorting Af fabriek

40004

Fitality Club Ruggeveldlaan 603 2100 DEURNE tel. 03 326 63 72 deurne01@fitality.be contactpersoon: Remy Cuypers

BTW BE0458 666 280 Ond.nr. 0458 666 280 IBAN BE73 0639 9193 4260 BIC BPOTBEB1 30 dagen na factuurdatum 10 % handelskorting Franco thuis

KSA Nationaal Vooruitgangsstraat 225 1030 SCHAARBEEK tel. 02 201 15 10 info@ksa.be contactpersoon: Younes Lachnachi

BTW BE0420 509 351 Ond.nr. 0420 509 351 IBAN BE32 0682 1090 4602 BIC GKCCBEBB 30 dagen na factuurdatum 2 % financiële korting Franco thuis

©

VA N

IN

40001

THEMA 2

KLANTENBESTAND

40005

108


KLANTNUMMER

KLANTGEGEVENS

BIJZONDERE EN BETALINGSVOORWAARDEN

Ski & Snowboardcentrum Snow Valley Deusterstraat 74/E 3990 PEER tel. 011 61 01 90 info@snowvalley.be contactpersoon: Lauren Stakenborg

BTW BE0464 256 648 Ond.nr. 0464 256 648 IBAN BE89 7360 3683 3085 BBRUBEBB 30 dagen na factuurdatum Af fabriek

40007

Groendienst Gent Woodrow Wilsonplein 1 9000 GENT tel. 09 210 10 10 gentinfo@stadgent.be contactpersoon: Julie De Ryck

BTW BE0207 451 227 Ond.nr. 0207 451 227 IBAN BE53 0910 1965 4653 BIC GKCCBEBB 60 dagen na factuurdatum 2 % financiële korting Franco thuis

40008

Wandelsport Vlaanderen vzw Industrielaan 11 bus 3 9990 MALDEGEM tel. 050 72 00 19 info@wandelsport.be contactpersoon: Hanne Cuykx

BTW BE0643 481 073 Ond.nr. 0643 481 073 IBAN BE53 7390 1317 7853 BIC KREDBEBB 30 dagen na factuurdatum 15 % handelskorting Af fabriek

40009

Camping International Pré Cawiai 3 6941 BOMAL SUR OURTHE DURBUY tel. 0498 62 90 79 info@campinginternational.be contactpersoon: Anouar Aafir

BTW BE0442 492 521 Ond.nr. 0442 492 521 IBAN BE37 2900 5351 5628 BIC GEBABEBB 30 dagen na factuurdatum Af fabriek

40010

Synergie Wellness Point Brieleke 16 2160 WOMMELGEM tel. 03 354 99 11 info@synergie.com contactpersoon: Zonne Paredis

BTW BE0448 602 630 Ond.nr. 0448 602 630 IBAN BE38 1030 2555 0272 BIC NICABEBB 30 dagen na factuurdatum Franco thuis

Wijnegem Bicycle club vzw Merksemsebaan 5 2110 WIJNEGEM tel. 03 353 73 20 info@bicycle.com contactpersoon: Jesse Delli Santi

Ond.nr. 0455 227 730 IBAN BE89 3800 1173 8485 BIC BBRUBEBB 30 dagen na factuurdatum Af fabriek

KLANTENBESTAND

40011

THEMA 2

©

VA N

IN

40006

109


© VA N IN


4

IN

T

VA N

F

I

©

L

Thema 3: De taken van een onthaalmedewerker


©

VA N

THEMA

IN

3 De taken van een onthaal­ medewerker


STEP-UP

LEVEL

Hoe bied je logistieke ondersteuning voor een vergadering?

©

VA N

4

IN

Inrichting ontvangstruimte A.S.Adventure.edu

p. 87

p. 48

LEVEL

Hoe werk je met een database voor het projectbedrijf?

p. 33

LEVEL

Hoe voer je een professioneel telefoongesprek?

p. 14

3 2

LEVEL

1

Hoe ontwerp je een grondplan voor een onderneming?

p. 5

STEP-IN

p. 4


STEP-IN Als je het vertrouwen van klanten en leveranciers wilt winnen, moet iedere werknemer professioneel te werk gaan. Wist je dat mensen binnen de acht seconden een eerste indruk van je hebben … en dat het heel moeilijk is om die eerste (slechte) indruk later om te buigen? Een klantvriendelijk onthaal is dan ook heel belangrijk, want de klant is koning. Maar hoe laat je de klanten voelen dat ze belangrijk zijn? Noteer vier manieren om je klantvriendelijkheid te tonen.

VA N

IN

1

In dit thema doorloop je vier levels waarin je leert ... hoe je een grondplan voor een onderneming ontwerpt; 1 hoe je een professioneel telefoongesprek voert; 2 hoe je met databases werkt; 3 hoe je logistieke ondersteuning voor een vergadering biedt. 4

©

2

THEMA 3

STEP-IN

3

4

Elk level biedt je een stukje kennis dat je nodig hebt om de opdracht van de Step-up uit te voeren. In de Step-up richt je de ontvangstruimte van A.S.Adventure.edu opnieuw in.


LEVEL 1 Hoe ontwerp je een grondplan voor een onderneming?

Ga naar het onlinelesmateriaal. Bekijk het filmpje. Wat hebben Google Maps en Ikea met elkaar te maken?

©

VA N

1

IN

INTRO

Hoe informeer je je bezoekers of klanten aan de hand van een grondplan? Hoe ontwerp je een grondplan voor een onderneming?

LEVEL 1

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvragen:

THEMA 3

2

5


Re-explore 1— Hoe wijs je een bezoeker of klant de weg op een grondplan?

Het is belangrijk dat je een bezoeker of klant snel kunt doorverwijzen naar de juiste persoon en de juiste plaats. Bekijk het organogram en het grondplan achteraan dit thema of bij het onlinelesmateriaal.

b

Aangezien de onthaalmedewerker de balie enkel in dringende gevallen mag verlaten, zal Natascha de bezoekers de weg moeten uitleggen aan de hand van het grondplan. Noteer de wegbeschrijving voor de volgende situaties.

IN

a

VA N

Situatie 1: Maud Bellens meldt zich aan voor een sollicitatiegesprek om 9.00 uur.

Situatie 2: Een nieuwe leverancier van skikleding meldt zich aan voor een afspraak met de verantwoordelijke voor de aankoopafdeling.

THEMA 3

LEVEL 1

©

Situatie 3: De aankoopverantwoordelijke van KSA Vlaanderen meldt zich aan, omdat hij een grote bestelling wil plaatsen voor tenten voor het jaarlijkse kamp.

6


Re-explore 2— Hoe maak je een grondplan met een rekenblad?

A.S.Adventure.edu heeft een nieuwe vestiging geopend in Wallonië. Maak voor die vestiging een grondplan met een rekenblad. Voor deze opdracht heb je de keuze. Kies optie 1 als je wat ondersteuning wilt. Kies optie 2 als je liever een uitdaging wilt. Vink de gekozen optie aan.

a

b

Ga naar het onlinelesmateriaal. Download het grondplan dat Natascha Makropoulos voor de vestiging in Wommelgem met een rekenblad heeft gemaakt. Gebruik dat als inspiratie. Download de schets van het grondplan van de vestiging in Wallonië en bestudeer die schets grondig. Download het sjabloon van het grondplan in rekenblad. Vertrek vanuit dat sjabloon voor jouw grondplan. Bewaar het resultaat in je portfolio. Maak een map voor elk thema en een submap voor elk level. Geef die submap de naam ‘Thema_3_Level_1’. Geef het bestand een duidelijke naam zoals ‘Re-explore_1_grondplan’.

Optie 2

Met meer uitdaging

a

b

c

Ga naar het onlinelesmateriaal. Download het grondplan dat Natascha Makropoulos voor de vestiging in Wommelgem met een rekenblad heeft gemaakt. Gebruik dat als inspiratie. Download de schets van het grondplan van de vestiging in Wallonië en bestudeer die schets grondig. Stel het grondplan op in een blanco werkblad. Bewaar het resultaat in je portfolio. Maak een map voor elk thema en een submap voor elk level. Geef die submap de naam ‘Thema_3_Level_1’. Geef het bestand een duidelijke naam zoals ‘Re-explore_1_grondplan’.

VA N

c

Met ondersteuning

IN

Optie 1

d

THEMA 3

LEVEL 1

©

d

7


Explore 3— Hoe wijs je een klant de weg in een winkel? De meeste winkels beschikken over een grondplan van de winkel. Dat is handig om de klant te informeren over de locatie van een bepaald product. Bestudeer de twee grondplannen van de A.S.Adventure.edu-winkel in Wilrijk. Je vindt ze achteraan dit thema of bij het onlinelesmateriaal.

b

Waar bevinden zich de onderstaande producten?  

IN

a

Noteer de letter van het product op het grondplan. Beschrijf kort de weg naar elk product.

Wanneer je niet precies weet tot welke productcategorie het product behoort, kijk dan eens op de website van de winkel.

Tip:

een bril:

VA N

A

wandelschoenen:

C

een fietshelm:

D

een skijas:

F

een zaklamp:

F

een T-shirt voor kinderen:

THEMA 3

LEVEL 1

©

B

8


TO THE POINT Om een bezoeker of klant op een correcte manier te begeleiden en de weg te wijzen, moet je weten wie waarvoor verantwoordelijk is binnen een onderneming en moet je het grondplan goed kunnen gebruiken.

©

VA N

IN

De onthaalmedewerker moet het organogram van de onderneming grondig bestuderen en onderzoeken wie welke taken uitvoert. Daarnaast moet die medewerker het grondplan goed kunnen gebruiken, zodat de bezoeker of klant snel tot bij de juiste persoon gebracht wordt.

Action 1— Een grondplan van A.S.Adventure.edu maken Ga naar het onlinelesmateriaal. Download het grondplan van A.S.Adventure.edu dat gemaakt is met een rekenblad.

2

Surf via het onlinelesmateriaal naar Floorplanner, een onlinetool om een grondplan te maken. Download ook de handleiding van dat gratis programma.

3

Maak het grondplan.

4

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

THEMA 3

1

LEVEL 1

met Floorplanner

9


Action 2— Een klant de weg wijzen in de winkel De meeste klanten willen niet te veel tijd besteden aan hun boodschappen. Daarom vragen ze snel waar een product zich bevindt. In dat geval is een grondplan van de winkel heel handig. a

Bekijk het grondplan van een Jumbovestiging achteraan dit thema of bij het onlinelesmateriaal.

b

Waar bevinden zich de onderstaande producten? Noteer de letter van het product op het grondplan. Beschrijf kort de weg naar elk product. Tip:

IN

 

Wanneer je niet precies weet tot welke productcategorie het product behoort, kijk dan eens op de website van de winkel. Je vindt de link bij het onlinelesmateriaal.

VA N

A

B

©

C

THEMA 3

LEVEL 1

D

10


E

IN

F

VA N

G

H

Action 3— Een kennismakingsfilmpje van de school maken In coronatijden konden kinderen en hun familie niet naar hun nieuwe school gaan om zich in te schrijven en om de school te ontdekken. Heel veel scholen hebben zich toen digitaal voorgesteld met een filmpje. a

Stel je school digitaal voor, zodat nieuwe leerlingen een goed beeld krijgen. Je kunt daarvoor Canva gebruiken. Gebruik de ICT-fiches van Canva. Als je een andere tool wilt gebruiken, noteer die dan hier.

©

MORE

Gebruikte tool:

LEVEL 1

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

THEMA 3

b

11


Action 4— Werkplekleren: ouders efficiënt begeleiden tijdens een oudercontact

Ook op school vragen bezoekers vaak naar een bepaalde plaats. Vraag aan de directie van jouw school of je tijdens het volgende oudercontact het onthaal kunt ondersteunen om de ouder(s) naar het juiste lokaal te begeleiden.

b

Vraag een grondplan van de school en bestudeer dat grondig.

c

Werk per twee. Leerling A informeert bij de ouder(s) welke leerkracht ze willen spreken en voert de opdracht uit. Leerling B observeert of leerling A de opdracht correct en op de efficiëntste manier doet. Hij gebruikt daarbij de onderstaande checklist.

EVALUATIEFICHE

IN

a

DE WEG WIJZEN

VA N

 starter

De leerling informeert op vriendelijke wijze welke leerkracht de bezoekers willen spreken.

 

De leerling denkt op voorhand na over de route die de ouders moeten nemen.

 

De leerling wijst de bezoeker op de efficiëntste wijze de weg naar het juiste lokaal.

 

THEMA 3

LEVEL 1

©

TOTAAL

12

 junior

 expert


BREAKING NEWS Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

CHECKLIST

IN

1

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Ik kan een bezoeker of klant snel en correct de weg wijzen aan de hand van een grondplan.

2

Ik kan een grondplan aanmaken met een digitale tool.

EXTRA OEFENMATERIAAL

THEMA 3

LEVEL 1

©

VA N

1

KAN BETER

13


LEVEL 2

INTRO 1

IN

Hoe voer je een professioneel telefoongesprek?

Ondanks alle nieuwe, moderne communicatiemedia is de telefoon nog lang niet weg te denken in de bedrijfswereld. a

THEMA 3

LEVEL 2

©

VA N

b

Noteer aan de linkerkant in kernwoorden vijf redenen waarom mensen telefonisch contact opnemen met A.S.Adventure.edu. Noteer aan de rechterkant in kernwoorden vijf redenen waarom iemand van A.S.Adventure.edu naar een extern persoon of een andere firma telefoneert.

14

2

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag: Hoe kun je een professioneel telefoongesprek voeren?


Re-explore 1— Aan welke voorwaarden moet een

IN

klantvriendelijk telefoongesprek voldoen?

VA N

Klanten komen voornamelijk telefonisch in contact met een onderneming. Klantvriendelijke telefooncommunicatie door alle werknemers van de onderneming is dan ook belangrijk voor het imago van het bedrijf. Werk in groepen om te ontdekken aan welke voorwaarden een klantvriendelijk telefoongesprek moet voldoen. a

Werk in drie groepen. Ga aan de slag met de bron van jouw groep. Noteer op papierstroken:  wat je positief vindt – de do's – in het groen;  wat je minder goed of zelfs slecht vindt – de don'ts – in het rood. BRON

Tekstbestand

Groep 2

Audiofragment

Groep 3

Filmpje

Werk klassikaal. De leerkracht bevestigt de stroken aan het bord. Verdeel de stroken over de verschillende fasen van het telefoongesprek:  de begroeting  het eigenlijke telefoongesprek  het doorverbinden  de afronding van het gesprek

Elke groep bespreekt een of twee fase(n) van het telefoongesprek. Vertaal de genoteerde do's en don'ts naar concrete richtlijnen voor een klantvriendelijk telefoongesprek. Noteer de richtlijnen in de tabel.  Groep 1: de begroeting en de afronding  Groep 2: het eigenlijke gesprek  Groep 3: het doorverbinden

THEMA 3

c

LEVEL 2

©

b

Groep 1

15


RICHTLIJNEN

Eigenlijk gesprek

VA N

Doorverbinden

IN

Begroeting

THEMA 3

LEVEL 2

©

Afronding

16


Re-explore 2— Ken je het NAVO-alfabet nog? Klanten vinden het belangrijk dat hun naam correct gespeld wordt. Bij A.S.Adventure.edu werken er verschillende werknemers waarvan de naam niet zo eenvoudig te spellen is. Vorig jaar heb je het NAVO-alfabet geleerd. Test hieronder hoe goed je het nog kent. a

b

NAAM MEDEWERKER

FUNCTIE

THEMA 3

©

LEVEL 2

VA N

IN

Elke leerling krijgt het naamkaartje van een medewerker. Om de beurt spelt een leerling de naam met het NAVO-alfabet. De andere leerlingen noteren de naam van de medewerker in de eerste kolom van de tabel. Bekijk het organogram achteraan dit thema of bij het onlinelesmateriaal. Noteer de functie die de medewerker heeft in de tweede kolom van de tabel.

17


Re-explore 3— Hoe onthaal je een klant aan de telefoon?

2

Bestudeer nog eens het organogram van A.S.Adventure.edu. a

Wie neemt de telefoon op bij A.S.Adventure.edu?

b

Wat is zijn of haar functie?

IN

1

In sommige ondernemingen is er een apart telefoonnummer voor de kantoren en de winkel. Bij A.S.Adventure.edu is dat niet het geval. De medewerker van het kantoor zal de klant doorverbinden naar de winkel of een andere afdeling afhankelijk van de vraag. Natascha neemt de telefoon op. Met welke openingszin begint zij het best het gesprek? Kruis aan. Hallo, met Natascha, wat is je probleem? Goedemiddag, A.S.Adventure.edu, met Natascha Makropoulos. Waarmee kan ik u helpen? A.S.Adventure.edu, waarmee kan ik u helpen?

VA N

a

b

Hieronder zie je vier manieren waarop je in een winkel de telefoon kunt opnemen. Wat is de juiste manier? Noteer. Bespreek klassikaal.

Situatie 1: De heer Pieter Behiels belt om 11.30 uur naar A.S.Adventure.edu.

©

Natascha: Goedemiddag, A.S.Adventure.edu, u spreekt met Natascha Makropoulos. Klant: Goedemiddag mevrouw, u spreekt met Pieter Behiels. Natascha: Waarmee kan ik u helpen, meneer? Klant: Ik bel om te vragen of ik de skihelm die ik vorige week besteld heb, al kan afhalen.

THEMA 3

LEVEL 2

Situatie 2: De heer Van Genechten belt A.S.Adventure.edu op om 16.00 uur.

18

Natascha: Klant: Natascha: Klant:

Hallo, met A.S.Adventure.edu. Zijn mijn artikelen al geleverd? Welke artikelen, meneer? De rugzakken voor de firma Van Genechten.


Situatie 3: De heer Pieter Behiels belt A.S.Adventure.edu om 18.30 uur.

IN

Natascha: Goedemiddag, u spreekt met Natascha Makropoulos van A.S.Adventure.edu. Klant: U spreekt met Pieter Behiels. Natascha: Zeg het maar, Pieter. Klant: Zijn de Dopper-drinkflessen met bedrukking die ik vorige week besteld heb, al klaar om geleverd te worden? Natascha: Ik weet van niets, Pieter.

Situatie 4: De heer Van Rompaey belt A.S.Adventure.edu om 08.30 uur.

VA N

Natascha: Dag, met Natascha Makropoulos. Klant: Oei, dan ben ik verkeerd verbonden, ik dacht dat ik het telefoonnummer van A.S.Adventure.edu had ingetoetst. Natascha: Dat is ook zo meneer, ik werk voor A.S.Adventure.edu. Klant: Is mijn bestelling al binnen?

Re-explore 4— Hoe stel je de juiste vragen aan een klant? Wanneer een klant telefonisch contact opneemt, kun je de klant vragen stellen. Zo kun je de klant beter van dienst zijn. a b

Lees de volgende drie situaties waarin een klant belt naar A.S.Adventure.edu. Formuleer voor elke situatie drie vragen die de verkoopmedewerker aan de klant kan stellen. Tip:

Gebruik de website van A.S.Adventure.edu als inspiratie.

Situatie 1 De klant vraagt naar handdoeken als relatiegeschenk.

©

Mogelijke vragen: 1 2 3

1 2 3

THEMA 3

Mogelijke vragen:

LEVEL 2

Situatie 2 De klant wil een bestelling plaatsen.

19


Situatie 3 De klant heeft een klacht over fietsverlichting die niet werkt.

Mogelijke vragen: 1

2

3

IN

Explore 5— Hoe verbind je een gesprek correct door? Als je de telefoon aanneemt, kan het ook zijn dat de beller niet jou, maar iemand anders wil spreken. Hoe verbind je iemand correct door? a

Lees het telefoongesprek.

Goedemorgen, met Natascha Makropoulos van de firma A.S.Adventure.edu.

Goedemorgen, u spreekt met Larissa Klein van Chirojeugd Vlaanderen. Dag mevrouw Klein. Waarmee kan ik u helpen? Ik ben op zoek naar meneer Pedro Awouters, de storemanager. Hij had beloofd me ten laatste gisteren terug te bellen, om te zeggen of de kleur van de bestelde rugzakken nog gewijzigd kon worden. Ik noteer alvast uw gegevens, mevrouw Klein. Blijft u even aan de lijn, dan kijk ik of Pedro Awouters aanwezig is. Oké, dank u wel. … Goedemorgen Pedro, met Natascha, ik heb Larissa Klein voor je aan de lijn. Zij heeft een vraag in verband met de kleur van de bestelde rugzakken. Je had beloofd haar gisteren terug te bellen. Goedemorgen Natascha. Ik heb Lies Meeus van de aankoopafdeling gecontacteerd en wilde mevrouw Klein net opbellen. Dat is prima, Pedro. Zal ik haar doorverbinden?’ … Mevrouw Klein, ik ben er weer. Ik verbind u door met Pedro. Hij wilde u net opbellen. Dat is prima. Dank u wel, mevrouw. Dat is graag gedaan, mevrouw Klein. Een prettige dag verder. Tot ziens.

VA N

Natascha: Larissa: Natascha: Larissa:

Natascha: Larissa:

Natascha:

Pedro:

Natascha: Natascha:

©

Larissa: Natascha: Larissa:

b

Noteer de verschillende stappen om correct door te verbinden.

THEMA 3

LEVEL 2

STAPPENPLAN

20

Stap 1:

Stap 2:


Stap 3:

Stap 4:

Stap 5:

Telefoonmemo

IN

Stap 6:

VA N

Als de persoon die de klant wil spreken, niet aanwezig of niet beschikbaar is, dan vul je een telefoonmemo in: een korte mededeling op papier voor een collega gemaakt tijdens een telefoongesprek. Daarin vermeld je de naam en eventueel ook de onderneming en functie van de beller en het telefoonnummer. Daarnaast noteer je de vraag van de beller.

TO THE POINT

©

Voorbereiding van een telefoongesprek Een inkomend telefoongesprek verloopt efficiënter en effectiever als je goed voorbereid bent. — Je hebt alle benodigdheden bij de hand om de telefoonmemo in te vullen, zoals een pen en papier of een computer. — Je weet hoe de telefoon of de telefoon­centrale werkt om door te verbinden. — Je hebt inzicht in de structuur van de organisatie en kent het organogram. — Je zorgt voor een rustige omgeving zonder storende achtergrondgeluiden.

THEMA 3

Om een professioneel telefoongesprek te voeren, houd je best de volgende tips in je achterhoofd: — Laat de telefoon niet meer dan drie keer overgaan. — Neem de telefoon op met een glimlach. Ook al kan de andere persoon jou niet zien, uit onderzoek is gebleken dat je een glimlach wel kunt horen. Je stem gaat iets hoger klinken, wat aangenamer is voor je gesprekspartner. Jouw enthousiasme is hoorbaar.

LEVEL 2

Een professioneel telefoongesprek Een professioneel telefoongesprek moet inhoudelijk en verzorgd zijn. Het feit dat je de andere persoon alleen kunt horen en niet kunt zien, maakt het extra moeilijk. Non-verbale communicatie, zoals gebaren, lichaamshouding en een oogopslag, die bij andere media de boodschap kunnen versterken, spelen geen rol bij een telefoongesprek.

21


— — — — — —

Bellers horen het eerste woord niet, begin daarom altijd met goedemorgen of goedemiddag. Vermeld dan je (voor)naam en de organisatie of onderneming waarvoor je werkt. Heb je de naam niet goed gehoord, vraag dan of de beller zijn naam wil spellen. Gebruik het NAVO-telefoonalfabet om de schrijfwijze te controleren. Onthoud de naam van de beller en gebruik die naam een paar keer in het gesprek. Daardoor geef je aan dat je geïnteresseerd bent in je gesprekspartner. Spreek niet te snel aan de telefoon. Je gesprekspartner kan je niet zien en moet dus alleen op het geluid van je stem afgaan. Zorg voor voldoende intonatie. Luister goed naar de beller: niet alleen naar wat hij zegt, maar vooral hoe hij het zegt. Leef je in de situatie van de beller in. Toon empathie. Gebruik actieve taal. Vertel wat je gaat doen wanneer je iets moet opzoeken, wanneer je de beller gaat doorverbinden of wanneer je iemand een tijdje in de wacht moet zetten. Zorg ervoor dat je alle noodzakelijke gegevens bij de hand hebt. Bijvoorbeeld: een factuur of een bestellijst. Zorg ervoor dat je iets kunt noteren, bijvoorbeeld met pen en papier of met je laptop.

IN

VA N

Het doorverbinden In een zakelijke context moet je regelmatig een beller doorverbinden met een collega, omdat hij dat vraagt of omdat je zelf niet over de informatie beschikt om de vraag van de beller te kunnen beantwoorden. Je volgt dan ook het best een vast stappenplan bij het doorverbinden. STAPPENPLAN

Stap 1: Noteer de naam en de functie van de beller en de reden van zijn oproep. Stap 2: Deel de beller mee met wie je hem zult doorverbinden en vraag om even te wachten. Stap 3: Zet de beller in de wacht.

Stap 4: Vorm het nummer van de collega met wie je de beller wilt doorverbinden. Stap 5: Deel je collega de naam en de functie van de beller mee en de reden waarom hij belt. Zo hoeft de beller niet nog eens het hele verhaal te doen.

THEMA 3

LEVEL 2

©

Stap 6: Druk op de knop voor doorverbinden en/of beëindig je gesprek, zodat je collega kan overnemen.

22


Action 1— Tips voor zakelijk telefoneren Ga naar het onlinelesmateriaal en download het artikel met negen tips om klantvriendelijk en klantgericht te telefoneren.

b c

Lees de tekst grondig door. Markeer de woorden die je niet begrijpt. Zoek de betekenis op in een woordenboek of op het internet. Maak een poster waarin je de negen tips op een originele manier voorstelt. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

IN

a

Action 2— Voordelen van het NAVO-alfabet

VA N

Noteer drie voordelen van het NAVO-alfabet.

Action 3— Het NAVO-alfabet in de praktijk

b

Je trekt om de beurt een kaartje. Leerling A spelt de postcode en de stad met het NAVO-alfabet. Leerling B noteert. Wissel bij elk kaartje van rol.

1

one

6

six

11

one one

16

one six

2

two

7

seven

12

one two

17

one seven

3

three

8

eight

13

one three

18

one eight

4

four

9

nine

14

one four

19

one nine

5

five

10

one zero

15

one five

20

two zero

THEMA 3

Werk per twee. Elk duo krijgt van de leerkracht een stapeltje met kaartjes.

©

a

LEVEL 2

Bij het NAVO-alfabet horen ook cijfers. Ook daar is een standaard voor gemaakt. Om verwarring te vermijden spreek je altijd cijfer per cijfer uit. Als je bijvoorbeeld het getal 21 moet doorgeven, zeg je dus niet twenty-one, maar two one.

23


Action 4— Correct reageren Lees de situaties. Noteer een mogelijke reactie. Situatie 1   Mevrouw Coenen wil een telefonische bestelling doorgeven. Ze spreekt zo snel dat je niet kunt volgen met noteren.

Jouw reactie:

IN

Situatie 2   Je moet de naam van mevrouw Picardeau noteren op een telefoonmemo, maar je kent de juiste schrijfwijze niet.

Jouw reactie:

Situatie 3   Je moet een beller doorverbinden met de verkoopdirecteur, maar hij heeft zijn naam niet vermeld.

Jouw reactie:

VA N

Situatie 4   Steven Deprez belt om een afspraak te maken voor een sollicitatiegesprek.

Jouw reactie:

Situatie 5   Cindy Duts belt om na te vragen hoe ver het staat met de bestelling die ze heeft geplaatst voor haar sportvereniging. Je hebt enkele minuten nodig om die informatie op te zoeken.

Jouw reactie:

Situatie 6   Laura Beckers neemt contact op met A.S.Adventure.edu. Ze vraagt of je haar kunt door­ verbinden met Anastasia Dingenen, de hoofdboekhouder. Die is niet aanwezig, maar haar

©

assistente Annisa Zadora is er wel.

Jouw reactie:

Situatie 7   Robrecht Jansen wenst Ersil Dokumaci, de verkoopdirecteur, te spreken. Hij is aanwezig, maar

LEVEL 2

Jouw reactie:

THEMA 3

wil niet gestoord worden. In de namiddag is hij wel weer bereikbaar.

24


Action 5— Een klantvriendelijk telefoongesprek Niet elk telefoongesprek verloopt even vlot. Lees het telefoongesprek. Lotte Peeters belt A.S.Adventure.edu op. a b

Vul het gesprek aan. Verbeter de gemarkeerde uitdrukkingen of vind een alternatief. VERBETERING Goedemorgen, met Natascha Makropoulos van A.S.Adventure.edu. Waarmee kan ik u van dienst zijn?

Lotte:

Goedemorgen , [hierna onduidelijk gesproken] ’t is hier Lotte Peeters uit Antwerpen.

Natascha:

Met wie?

VA N

IN

Natascha:

Lotte:

Met Lotte Peeters.

Natascha:

Mevrouw Peeters, waarmee kan ik u helpen?

Lotte:

Ik had graag meneer … [verbinding verbroken]

Telefoon gaat over

Natascha:

Goedemorgen, met Natascha Makropoulos van A.S.Adventure.edu. Waarmee kan ik u van dienst zijn?

Lotte:

Goedemorgen ’t is hier Lotte Peeters uit Antwerpen.

,

Natascha:

Goed, dan verbind ik u door. Ik zet u even in wacht.

Natascha:

Hallo?

LEVEL 2

Lotte:

Ja.

THEMA 3

©

We werden daarnet afgesneden. Ik had graag Yarno Janssen, de logistiek verantwoordelijke, gesproken. Hij had beloofd dat de sportartikelen gisteren zouden geleverd worden en dat is niet gebeurd.

25


Natascha:

De lijn van meneer Janssen is momenteel bezet. Wacht u nog even, of vraag ik aan meneer Janssen dat hij straks zelf opbelt?

Lotte:

Ik zou het op prijs stellen als meneer Janssen me zelf opbelt.

IN

Natascha:

Jazeker, mevrouw. Ik ben nog te bereiken tot 12.30 uur op het nummer 03 480 55 11.

Natascha:

03 480 55 11. Dat staat genoteerd.

Lotte:

Hartelijk dank, mevrouw.

Natascha:

’t Is niks, mevrouw.

VA N

Lotte:

Action 6— Telefoneren in de praktijk 1

Nodig de onthaalmedewerker van jouw school uit.

2

Interview de onthaalmedewerker en stel de volgende vragen: a

b c

Verwerk de antwoorden met een tekstverwerker. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

THEMA 3

LEVEL 2

©

3

Gebruik je standaardzinnen om te begroeten, door te verbinden of om een telefoongesprek af te sluiten? Gebruik je een telefoonmemo? Welke gegevens noteer je daarop? Is er een telefoonetiquette binnen de school? Welke regels staan daarin?

26


Action 7— Professioneel telefoneren in het Frans en het Engels

MORE

Bij A.S.Adventure.edu voeren de medewerkers geregeld telefoongesprekken in het Frans en het Engels. In zulke gevallen is het belangrijk dat je een aantal standaarduitdrukkingen vlot kunt gebruiken. a b

Neem het stickervel dat je achteraan in het boek vindt. Kleef de vertalingen op de juiste plaats. Tip:

IN

1

Verbeter de oefening eerst klassikaal. Kleef dan pas de stickers op.

NEDERLANDS

FRANÇAIS

ENGLISH

BEGROETING

VA N

Goedemorgen, u spreekt met X.

INFORMATIE VRAGEN / GEVEN

Kan ik X even spreken?

Daar spreekt u mee.

Met wie spreek ik?

©

Wat kan ik voor u doen?

Verwacht u X vandaag nog terug?

THEMA 3

Ik zou graag willen spreken met iemand die verantwoordelijk is voor…

LEVEL 2

Kan iemand anders mij misschien van dienst zijn?

27


NEDERLANDS

FRANÇAIS

ENGLISH

Wanneer is hij/zij bereikbaar?

Sorry, X is op dit moment niet op kantoor.

X is niet bereikbaar op dit moment.

IN

Op dit moment zit X in vergadering.

VA N

Wat is precies uw postadres?

Wat is uw faxnummer?

Wat is uw e-mailadres?

Blijft u aan de lijn, ik zal even mijn agenda pakken.

Kunt u dat nummer cijfer voor cijfer herhalen?

©

Kunt u dat even voor mij spellen?

THEMA 3

LEVEL 2

Ik versta u niet goed.

28

Kan u iets harder spreken, a.u.b.?


NEDERLANDS

FRANÇAIS

ENGLISH

Wilt u dat even herhalen, a.u.b.?

Kunt u iets langzamer spreken a.u.b.?

IN

Ik heb het niet goed begrepen.

DOORVERBINDEN Kunt u mij doorverbinden met X?

VA N

Een ogenblik a.u.b. Ik verbind u door.

Blijft u aan de lijn

Blijft u aan de lijn, ik verbind u door met X.

Wilt u even wachten a.u.b.?

©

Met wie wilt u doorverbonden worden?

Kunt u morgen terugbellen?

THEMA 3

De lijn / X is momenteel in gesprek.

LEVEL 2

Ik kijk even of ik u kan doorverbinden met de verkoopafdeling

29


NEDERLANDS

FRANÇAIS

ENGLISH

Wilt u een boodschap achterlaten? / Kan ik een boodschap aannemen?

Wilt u X vragen om mij terug te bellen?

IN

Wilt u een boodschap aannemen?

AFSLUITEN Ik wens u nog een prettige dag toe.

VA N

Bedankt en tot ziens.

Tot uw dienst.

Nog een prettige dag

Het kan een nadeel zijn, dat je je gesprekspartner bij een telefoongesprek niet ziet, maar het kan ook een voordeel zijn. Bij het onthaal van bezoekers aan een balie of receptie is het oogcontact heel belangrijk. Dan kun je moeilijk gaan spieken op een blaadje met standaarduitdrukkingen. Bij het telefoneren in een andere taal kan een spiekbriefje met standaardzinnen wél heel handig zijn.

©

2

a

b

THEMA 3

LEVEL 2

c

30

Werk een overzicht met standaarduitdrukkingen uit met behulp van een tekstverwerker. Laat de eerste kolom weg. Kies een staande pagina-indeling. Stel de marges zodanig in dat het overzicht op twee pagina’s gaat. Druk het overzicht recto verso af. Plastificeer het overzicht. Bewaar het document in je map. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.


BREAKING NEWS Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

CHECKLIST

IN

1

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Ik kan een telefoongesprek aannemen.

2

Ik kan een klantvriendelijk telefoongesprek voeren.

EXTRA OEFENMATERIAAL

VA N

1

KAN BETER

Ik kan doorverbinden.

4

Ik kan een telefoongesprek afronden.

5

Ik kan het NAVO-alfabet toepassen.

THEMA 3

LEVEL 2

©

3

31


Beeldwoordenboek Level 2 BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Dat is een lijst waarbij elke letter gelinkt wordt aan een duidelijk woord dat erbij hoort. De woorden zijn in alle talen gemakkelijk uit te spreken.

telefoonmemo

Dat is een korte mededeling voor een collega gemaakt tijdens een telefoongesprek. In de memo staat de naam van de beller, het telefoonnummer en de vraag. Eventueel vermeld je ook de onderneming en functie van de beller.

Alfa Bravo Charlie Delta Echo Foxtrot Golf

VA N

© LEVEL 2 BEELDWOORDENBOEK THEMA 3 32

Hotel India Juliette Kilo Lima Mike November

Oscar Papa Québec Romeo Sierra Tango Uniform

Victor Whisky X-ray Yankee Zulu

IN

NAVO-alfabet


LEVEL 3

INTRO

Bekijk aandachtig de schermafbeeldingen. Wat zie je?

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag: Hoe werk je met databases en formulieren?

THEMA 3

2

LEVEL 3

©

VA N

1

IN

Hoe ontwerp en beheer je een klantenen leveranciersbestand met een relationele database?

33


Explore 1— Hoe ziet een database in Microsoft Access eruit?

Access

IN

Een database dient om gegevens digitaal op te slaan en te beheren. Access is een relationeel databasemanagementsysteem (RDBMS): de gegevens worden bewaard in verschillende tabellen die via relaties met elkaar verbonden zijn. Zo kun je bijvoorbeeld een afzonderlijke tabel maken voor je klanten, een tabel voor je artikelen en een tabel voor je verkopen. Die tabellen kun je dan in Access met elkaar verbinden. Access maakt gebruik van objecten waarbij ieder object een specifieke functie heeft: — tabellen: om gegevens in op te slaan, — queries: om gegevens te sorteren en/of op te zoeken, — formulieren: om op een gebruiksvriendelijke manier gegevens in te voeren of te wijzigen, — rapporten: om de gegevens overzichtelijk weer te geven en af te drukken.

VA N

In dit Level beperk je je tot een tabel en een formulier.

1

Ga naar het onlinelesmateriaal. Bekijk de database ‘A.S.Adventure.edu’ om een eerste indruk te krijgen van Access. Die database heb je in de volgende Explores nodig om de opdrachten uit te werken.

2

Bekijk de schermafbeelding. Gebruik ICT-fiche_D_01. Benoem de schermonderdelen. Uit welke tabellen bestaat deze database ?

THEMA 3

LEVEL 3

©

a b

34


Explore 2— Hoe ontwerp je een tabel in Access? RECORD

Een record bevat specifieke gegevens, zoals informatie over een

Primaire sleutel

IN

bepaalde werknemer of een bepaald product.

Een primaire sleutel is een veld, of een combinatie van velden, dat ieder record op een unieke wijze identificeert. Door in de tabel in het gewenste veld te klikken en vervolgens in het lint op ‘Ontwerp’, kun je de primaire sleutel aanduiden.

VA N

Good to know

Objecten in Access worden bewaard volgens de Leszynsky Naming Convention. Dat is een manier om objecten een naam te geven. Elke tag (naam) begint met drie kleine letters (het prefix) die het object beschrijven, daarna volgt de objectnaam met beginhoofdletter. De tag bevat nooit spaties of underscores.

OBJECT

PREFIX

tbl

Formulier

frm

Rapport

rpt

Query

qry

Ga via het onlinelesmateriaal naar de database van A.S.Adventure.edu. Open de tabel klanten, 'tblKlanten'.

2

Hoe herken je in een tabel de primaire sleutel?

THEMA 3

1

LEVEL 3

©

Tabel

35


Explore 3— Hoe voeg je aan een tabel gegevens toe? Gegevensblad- en ontwerpweergave

IN

Ieder object in Access kun je in de gegevensbladweergave en in de ontwerpweergave tonen. In de gegevensbladweergave kun je gegevens toevoegen en in de ontwerpweergave pas je de structuur van het object aan.

1

Ga in het lint naar het tabblad ‘Start’. Klik in de rubriek ‘Weergave’ op ‘Gegevensbladweergave’.

2

Voeg de onderstaande klanten toe.

KLANTBEDRIJFSNAAM CODE Beleko

Caro Miermans

STRAAT

Amerikalei 90

VA N

40001

CONTACTPERSOON

2000

ANTWERPEN

Chirojeugd Vlaanderen

Larissa Klein

Kipdorp 30

2000

ANTWERPEN

40003

Fiets!

Thybe Snoks

Vlaamse Kaai 20

2000

ANTWERPEN

40004

Fitality Club

Remy Cuypers

Ruggeveldlaan 603

2100

DEURNE

40005

KSA Nationaal

Younes Lachnachi

Vooruitgangsstraat 225

1030

SCHAARBEEK

TELEFOONNUMMER

BTW-NUMMER

KLANT_ SINDS

WERKNEMERS

info@beleko.com

03 257 27 72

BE0883 404 239

2018-01-15

5

info@chiro.be

03 231 07 95

BE0476 038 485

2009-06-17

65

antwerpen@fiets.com

03 337 89 66

BE0823 778 933

2011-04-25

45

deurne01@fitality.be

03 326 63 72

BE0458 666 280

2011-03-30

4

info@ksa.be

02 201 15 10

BE0420 509 351

2019-10-19

33

© LEVEL 3 THEMA 3

GEMEENTE

40002

E-MAILADRES

36

POSTCODE


Explore 4— Hoe maak je een eenvoudig formulier in Access? Besturingselementen formulier

Ontwerp het onderstaande formulier. Geef het formulier de naam ‘frmKlanten’. Gebruik ICT-fiche_D_08.

THEMA 3

LEVEL 3

©

VA N

1

IN

Je kunt gegevens toevoegen via de gegevensbladweergave bij tabellen (zoals in Explore 3), of via een formulier. De verschillende objecten die je in het formulier ziet, heten besturingselementen. Daarbij maak je een onderscheid tussen een afhankelijk besturingselement zoals een tekstvak, en een niet-afhankelijk besturingselement zoals een label. Afhankelijke besturingselementen gebruiken gegevens uit de onderliggende tabel. Niet-afhankelijke besturingselementen gebruiken geen gegevens uit de onderliggende tabel.

37


2

Voeg nu de onderstaande klanten toe.

b

Zoek de gevraagde gegevens uit de vorige opdracht op in het klantenbestand bij het onlinelesmateriaal. Voeg de nieuwe klant Bed and Breakfast Arendshof toe.

KLANTBEDRIJFSNAAM CODE 40012

Bed and Breakfast Arendshof

E-MAILADRES info@arendshof.be

Karim De Pelsmaecker

TELEFOONNUMMER 0495 81 98 93

STRAAT Professor Van den Wildenberglaan 1

BTW-NUMMER

/

POSTCODE

GEMEENTE

2100

ANTWERPEN

KLANT_ SINDS

WERKNEMERS

20xx-xx-xx

3

Na een dispuut wenst meneer De Pelsmaecker van Bed and Breakfast Arendshof zich te laten schrappen als klant. Verwijder de klant uit de database.

VA N

3

CONTACTPERSOON

IN

a

Explore 5— Hoe presenteer je gegevens in Access? Ontwerp het onderstaande rapport op basis van de tabel ‘Klanten’. Gebruik ICT-fiche_D_14. a b c

THEMA 3

LEVEL 3

©

d e f

Wijzig de naam in de rapportkoptekst in ‘Rapport klanten’. Pas het rapport aan zodat alle records goed leesbaar zijn. Groepeer het rapport op gemeente en voeg een voettekstsectie voor gemeente toe. Geef die als titel ‘Aantal klanten per gemeente’. Tel het aantal klanten per gemeente. Tel het totale aantal klanten en voeg dat onderaan het rapport toe. Bewaar het rapport onder de naam ‘rptKlanten’.

38


Explore 6— Hoe maak je etiketten voor je bedrijf? Good to know

IN

Adresgegevens in een database kun je gemakkelijk gebruiken voor etiketten voor je briefwisseling en adressering van jouw enveloppen.

Ontwerp onderstaande adresetiketten. Gebruik ICT-fiche_D_15. Kies als lettertype Calibri en lettergrootte 11. Sorteer de etiketten op bedrijfsnaam. Bewaar het rapport onder de naam ‘rptAdresetiketten’.

VA N

a b c

TO THE POINT

THEMA 3

LEVEL 3

©

Een database dient om gegevens digitaal op te slaan en te beheren. Access is een relationeel databasemanagementsysteem (RDBMS): de gegevens in Access worden in verschillende tabellen bewaard die via relaties met elkaar verbonden zijn. Access maakt gebruik van objecten waarbij ieder object een specifieke functie heeft: — tabellen: om gegevens in op te slaan, — queries: om gegevens te sorteren en/of op te zoeken, — formulieren: om op een gebruiksvriendelijke manier gegevens in te voeren of te wijzigen, — rapporten: om de gegevens overzichtelijk weer te geven en af te drukken.

39


Tabellen Iedere tabel in Access moet over een primaire sleutel beschikken. Een primaire sleutel is een veld, of een combinatie van velden, dat ieder record op een unieke wijze identificeert. Door in de tabel in het gewenste veld te klikken en vervolgens in het lint op ‘Ontwerp’, kun je de primaire sleutel aanduiden.

IN

Ieder object in Access kun je in de gegevensbladweergave en in de ontwerpweergave tonen. In de gegevensbladweergave kun je gegevens toevoegen en in de ontwerpweergave pas je de structuur van het object aan. Formulieren en rapporten Een formulier en een rapport kun je het snelst met een wizard aanmaken. Nadien kun je de structuur verder aanpassen in de ontwerpweergave en kun je – net zoals bij tabellen – eigenschappen instellen.

De verschillende objecten die je in het formulier ziet, heten besturingselementen. Daarbij maak je een onderscheid tussen een afhankelijk besturingselement zoals een tekstvak, en een niet-afhankelijk besturingselement, zoals een label.

VA N

Een nieuwe database ontwerpen Een nieuwe database maak je aan door te kiezen voor ‘lege database’ bij het openen van het programma Access. Vervolgens kies je een passende naam voor je database en een locatie waar je de database wil bewaren. Klik nadien op maken.

Action 1— Kun jij gegevens aan een tabel toevoegen? Voeg de onderstaande leveranciers toe in de tabel ‘Leveranciers’. LEVERANCIERSCODE

STRAAT

POSTCODE

GEMEENTE

1

44001

Nike

Nikelaan 1

2430

LAAKDAL

2

44002

JACK WOLFSKIN BELGIEN

Draaiboomstraat 6

2160

WOMMELGEM

© LEVEL 3 THEMA 3 40

BEDRIJFSNAAM

3

44003

The North Face

Wiegstraat 19

2000

ANTWERPEN

4

44004

Agu

Quellinstraat 49

2018

ANTWERPEN

5

44005

Patagonia Europe

Rue du Pré Faucon 23

74940

ANNECY-LEVIEUX

6

44006

Vaude Gent

Sint-Niklaasstraat 52

9000

GENT

7

44007

Ortlieb

Hoge Heerweg 14 bus a

9100

SINT-NIKLAAS


BEDRIJFSNAAM

STRAAT

POSTCODE

GEMEENTE

44008

Adidas

Atomiumsquare 1 bus 320

1020

BRUSSEL

9

44009

Polar

Vriesenrot 3 – Hoogveld

9200

DENDERMONDE

10

44010

Telenet nv

Liersesteenweg 4

2800

MECHELEN

11

44011

Romkes Deurne bvba

Palinckstraat 146

2100

DEURNE

12

44012

Fnac Wijnegem

Turnhoutsebaan 5

2110

WIJNEGEM

13

44013

Semaburo bvba

Frans Van Dijckstraat 99-101

2100

DEURNE

14

44014

Engie

Simon Bolivarlaan 34

1000

BRUSSEL

15

44015

Fredrix

Turnhoutsebaan 365

1030

BRUSSEL

E-MAILADRES

TELEFOONNUMMER

BTW-NUMMER

info@nike.be

013 61 64 53

BE0450989424

2

info@jack-wolfskin.be

03 354 09 50

BE0810394121

3

info@thenorthface.com

03 748 54 84

BE0883795121

4

info@agu.be

03 766 61 64

BE0431380279

5

info@patagonia-belgium.be

016 38 88 50

BE0460985372

6

info@vaude.com

09 278 37 64

BE0478184858

7

info@ortliebbelgium.be

03 765 07 44

BE0435232466

8

info@adidas.be

02 475 37 00

BE0450773747

9

info@polarbelgium.be

052 25 94 20

BE0864427079

015 33 22 66

BE0439840857

©

1

10

11

romkes1@renault.be

03 324 45 45

BE0860291317

12

fnac.wijnegem@fnac.be

03 355 22 00

BE0421506570

13

info@semaburo.com

03 324 90 75

BE0452401268

03 336 79 20

BE0403170701

14 15

frederick@telenet.be

03 354 09 64

LEVEL 3

VA N

IN

8

THEMA 3

LEVERANCIERSCODE

41


Action 2— Kun jij een formulier maken om gegevens in te voegen?

Ontwerp het onderstaande formulier. a b c d e

2

Pas de tabvolgorde aan: leverancierscode, bedrijfsnaam, btw-nummer, straat, gemeente, postcode, e-mailadres, telefoonnummer. Kies een achtergrondkleur voor de labels en de velden. Voeg een schaduw toe. Lijn de labels en tekstvakken uit zoals weergegeven op het formulier. Bewaar het formulier onder de naam ‘frmLeveranciers’.

IN

1

Voeg de onderstaande leveranciers toe aan het formulier.

LEVERANCIERSCODE

BEDRIJFSNAAM

STRAAT

Proximus

Koning Albert II laan 27

2160

WOMMELGEM

2

44017

Q8 Easy

Autolei 262

2160

WOMMELGEM

3

44018

CCS Boekhoudkantoor

Herentalsebaan 386

2160

WOMMELGEM

4

44019

Socs bvba

Ezaart 29

2400

MOL

5

44020

Jobfashion

Herentalsebaan 83

2150

BORSBEEK

6

44021

VMW

Koning Boudewijnlaan 42

9160

LOKEREN

7

44022

Acerta

Groenenborgerlaan 16

2610

WILRIJK

8

44023

Carwash Vereecke

Noorderlaan 91

2030

ANTWERPEN

9

44024

Overtoom

Industrielaan 30

1730

TERNAT

10

44025

Teximport

Industriezone Zuid 56

2800

MECHELEN

11

44026

Woolpower

Brusselsesteenweg 644

1731

ZELLIK

Uitgeverij Lannoo NV

Kasteelstraat 97

8700

TIELT

©

VA N

44016

44027

LEVEL 3

E-MAILADRES

THEMA 3

GEMEENTE

1

12

42

POSTCODE

TELEFOONNUMMER

BTW-NUMMER

1

0800 22 500

BE0202239951

2

03 242 33 10

BE0447415963

03 324 16 46

BE0808621395

014 32 23 22

BE461324971

03 297 91 12

BE0711356527

3

tom@css.be

4 5

jobfashion@telenet.be


E-MAILADRES 6

TELEFOONNUMMER

BTW-NUMMER

09 348 93 11

BE0224771467

7

soc.wilrijk@acerta.be

03 829 24 10

BE0473329910

8

info@vereecke.be

03 541 42 18

BE0864133111

9

sales@overtoom.be

02 583 01 01

BE0737195545

10

info@teximport.com

11

info@woolpowerbelgium. com

02 467 02 50

12

info@lannooshop.be

051 42 42 11

IN

BE0426217901 BE214596464

BE0446201582

VA N

Action 3— Kun jij een efficiënt rapport maken? Ontwerp het onderstaande rapport.

Geef het rapport als titel ‘Leveranciers’ en geef het label een lichtblauwe achtergrond. De rapportkoptekst geef je een lichtgroene achtergrond. Zorg ervoor dat alles goed leesbaar is in het rapport. Tel het aantal leveranciers per gemeente. Bewaar het onder de naam ‘rptLeveranciers’.

THEMA 3

LEVEL 3

©

a b c d e

43


Action 4— Kun jij etiketten maken? Ontwerp op basis van de tabel ‘Leveranciers’ de volgende adresetiketten. Kies het lettertype Century. Bewaar het rapport onder de naam ‘rptEtikettenLev’.

VA N

IN

a b

Action 5— Hoe ontwerp je zelf een volledig nieuwe database?

MORE

1

Maak een database aan met de naam ‘KlantenLeveranciers.accdb’. Volg het stappenplan. Wanneer je access opent, krijg je dit scherm te zien.

THEMA 3

LEVEL 3

©

a

44


b

Linksonder staat ‘Recent geopende bestanden’. Door daarop te klikken, kun je een recent geopende database opnieuw openen.

STAPPENPLAN Stap 1: Om een nieuwe database te maken, klik je op ‘Lege database’. Stap 2: Kies een passende naam voor je database en een locatie waar je de database wilt bewaren.

VA N

IN

Stap 3: Klik op ‘Maken’. Je komt nu terecht in een voorlopig lege tabel waar je kan starten met jouw database.

CHECKLIST

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Ik kan een tabel aanmaken in Ms Access.

2

Ik kan een tabel aanpassen in Ms Access.

3

Ik kan het begrip ‘primaire sleutel’ uitleggen.

BETER

EXTRA OEFENMATERIAAL

Ik kan gegevens toevoegen aan een tabel en verwijderen uit een tabel.

5

Ik kan een formulier aanmaken in Ms Access.

6

Ik kan een formulier aanpassen in Ms Access.

7

Ik kan een rapport aanmaken in Ms Access.

8

Ik kan een rapport aanpassen in Ms Access.

THEMA 3

4

LEVEL 3

©

1

KAN

45


Beeldwoordenboek Level 3 BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Dat zijn de verschillende objecten die je in het formulier ziet. Afhankelijke besturingselementen (tekstvakken) gebruiken gegevens uit de onderliggende tabel en nietafhankelijke besturingselementen (labels) gebruiken geen gegevens uit de onderliggende tabel.

formulier

Een formulier dient om op een gebruiksvriendelijke manier gegevens in te voeren of te wijzigen.

VA N

IN

besturingselementen

In de gegevensbladweergave kun je gegevens in een tabel invoeren.

ontwerpweergave

In de ontwerpweergave kun je de structuur van de tabel aanpassen.

primaire sleutel

Dat is een veld, of een combinatie van velden, dat ieder record op een unieke wijze identificeert.

queries

Een query dient om gegevens te sorteren en/of op te zoeken.

THEMA 3

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 3

©

gegevensbladweergave

46


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Een rapport dient om de gegevens overzichtelijk weer te geven en af te drukken.

record

Een record bevat specifieke gegevens, zoals informatie over een bepaalde werknemer of een bepaald product.

relationeel database­ management­ systeem

De gegevens worden bewaard in verschillende tabellen die via relaties met elkaar verbonden zijn.

tabellen

Een tabel dient om gegevens in op te slaan.

LEVEL 3 BEELDWOORDENBOEK THEMA 3

©

VA N

IN

rapport

47


LEVEL 4

INTRO

Bekijk aandachtig de onderstaande afbeelding en beantwoord de vragen. a

Wat is deze groep mensen aan het doen?

b

Wat zie je allemaal op de tafel?

VA N

1

IN

Hoe bied je logistieke ondersteuning voor een vergadering?

Wie heeft ervoor gezorgd dat dat materiaal aanwezig is?

©

b

THEMA 3

LEVEL 4

2

48

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvragen: Hoe kan een onthaalmedewerker een goede logistieke ondersteuning bieden voor een vergadering? Welke voorbereidingen moet een onthaalwedewerker doen voor een vlotte vergadering? Welke apparatuur heeft de onthaalmedewerker nodig voor de vergadering en de voorbereiding ervan?


Explore 1— Wat is een vergadering en wat is het doel van vergaderen?

Vergadering of meeting

IN

Een vergadering of een meeting is een georganiseerde bijeenkomst van personen. Het is een gestructureerde manier om ideeën, informatie en standpunten uit te wisselen. Een vergadering verloopt het best en het efficiëntst als er niet te veel deelnemers zijn. Het resultaat van de vergadering is dan maximaal. Een vergadering voorbereiden kan één van de taken van de onthaalmedewerker zijn.

Het doel van een vergadering kan heel uiteenlopend zijn. Een vergadering kan ook meer dan een doel hebben. Lees aandachtig de omschrijvingen. Noteer het juiste doel van de vergadering. Kies uit: activiteiten ontwikkelen – een besluit nemen – een mening vormen – ideeën ontwikkelen – informatie geven – informatie uitwisselen

VA N

A

B

In dit type vergadering informeert men het personeel of de pers over bijvoorbeeld nieuwe (corona)maatregelen of presenteert men het nieuwe assortiment.

In de vergadering wil men ervaringen of standpunten uitwisselen over het nieuwe kassasysteem of wil men het personeel opleiden.

C

Alle leden proberen een gezamenlijk standpunt in te nemen, een keuze te maken over bijvoorbeeld de nieuwe veiligheidsmaatregelen die gelden in het magazijn.

De leden brainstormen, lossen problemen op, bedenken producten of middelen, proberen iets nieuws te creëren zoals een reclamecampagne voor een nieuw product.

F De leden werken ideeën uit, maken afspraken en verdelen de taken voor bijvoorbeeld de opendeurdag van het bedrijf.

LEVEL 4

E

D

THEMA 3

©

De leden discussiëren en argumenteren, of vergelijken en bespreken belangrijke zaken zoals het bijbouwen van een nieuw magazijn of het openen van een nieuwe winkel.

49


Explore 2— Wie nodig je uit voor een vergadering? LEDEN

Een vergadering is samengesteld uit een aantal leden. De leden zijn alle personen die aanwezig zullen zijn op de vergadering.

Bekijk aandachtig de foto. Noteer de juiste letter(s) bij elke persoon. Tip:

IN

1

Tijdens een vergadering kun je meerdere rollen hebben. De voorzitter leidt de vergadering.

B

De notulist of verslaggever luistert aandachtig en noteert nauwgezet wat de anderen zeggen.

C

De leden nemen deel aan de vergadering en kunnen waardevolle inbreng geven.

THEMA 3

LEVEL 4

©

VA N

A

50


2

Lees aandachtig de onderstaande taken. Wie voert welke taak uit? Kruis aan. VOORZITTER

NOTULIST

ONTHAALMEDEWERKER

VOOR DE VERGADERING De agendapunten en het doel van de vergadering bepalen

De uitnodiging maken De vergadering voorbereiden door o.a. te bepalen welke presentatiemiddelen er nodig zijn, bv. een beamer, pc, flip-over, whiteboard, ClickShare Bepalen welke catering er moet zijn, bv. koffie, broodjes

IN

Het vergadertijdstip bepalen

VA N

Bepalen welk lokaal er moet gereserveerd worden en welke opstelling het geschiktst is. Een presentielijst of aanwezigheidslijst maken TIJDENS DE VERGADERING De orde bewaken

Alle opmerkingen noteren

Leidinggeven tijdens de vergadering NA DE VERGADERING Het verslag maken

©

Het verslag nakijken en goedkeuren Het lokaal opruimen Zorgen dat acties worden opgevolgd.

LEVEL 4

Welke taken kan de voorzitter nog op voorhand laten uitvoeren door de onthaalmedewerker? Noteer.

THEMA 3

3

51


Explore 3— Hoe stel je de uitnodiging voor de vergadering op? Uitnodiging

1

IN

Je stelt de uitnodiging voor een vergadering uiteraard schriftelijk op. Die bevat de volgende onderdelen: — de plaats, de datum en het tijdstip van de vergadering, — de duur van de vergadering, — de naam van de voorzitter, — de reden en het doel van de vergadering, — de agenda van de vergadering, — een verzoek om afwezigheid door te geven.

Bekijk aandachtig de uitnodiging en duid de verschillende onderdelen met het juiste cijfer aan.

VA N

A.S.Adventure.edu Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM tel. +32 3 480 55 11 info@asadventure.edu

Aan Joris Van de Velde Weilandstraat 88 2000 ANTWERPEN uw bericht van

uw kenmerk

ons kenmerk AS/ADV/456

datum 20xx-05-25

Vergadering

Geachte heer Van de Velde

U bent uitgenodigd voor de vergadering op vrijdag 5 juni 20xx om 9.00 uur in onze hoofdzetel te Wommelgem over de nieuwe reclamecampagne voor de zomer.

THEMA 3

LEVEL 4

©

AGENDA 1 Opening 2 Bespreking lancering nieuwe reclamecampagne zomer 3 Lancering nieuwe producten 4 Rondvraag 5 Slot Einde

52

Verwittigt u ons indien u niet aanwezig kunt zijn? Met vriendelijke groet

Femke Kelchtermans Femke Kelchtermans Directeur

AANVANG 09.00 uur 09.15 uur 10.15 uur 11.00 uur 11.25 uur 11.30 uur


Rol van de onthaalmedewerker

Onlinevergadering

IN

De onthaalmedewerker stelt niet zelf de agenda op, dat doet de voorzitter, bijvoorbeeld in de vorm van een kleine memo. De voorzitter kan vervolgens de opdracht geven om de uitnodiging en de agenda uit te typen en naar de leden te versturen. De onthaalmedewerker zorgt er dan voor dat alle leden op tijd de uitnodiging ontvangen. Hij zal ook bijhouden wie er zich verontschuldigt voor de vergadering en dat tijdig doorgeven aan de voorzitter.

VA N

Sinds enkele jaren bestaat naast de fysieke vergadering ook de onlinevergadering. De leden kunnen vergaderen zonder fysiek in eenzelfde ruimte aanwezig te zijn. Een onlinevergadering zet je gemakkelijk op met een webbrowserapplicatie of software die je kunt downloaden. Programma’s als Skype, Zoom, Teams of Google Hangouts zijn erg populair om online te vergaderen. De opkomst is versneld door de coronapandemie en de mogelijkheden in het digitale tijdperk.

Bedenk drie voordelen en drie nadelen van een onlinevergadering ten opzichte van een fysieke vergadering.

VOORDELEN

NADELEN

THEMA 3

LEVEL 4

©

2

53


Ga naar het onlinelesmateriaal. Bekijk het filmpje. Wat kan er fout lopen? Noteer.

4

Lees aandachtig het verhaal van Femke Kelchtermans.

IN

3

VA N

Femke Kelchtermans, de directeur, vergadert wekelijks met de verantwoordelijken van de verschillende afdelingen op maandagmorgen van 8.30 tot 10.30 uur. Het is geen probleem om daarvoor een datum te vinden, want Femke heeft de leden gevraagd om dat vergadermoment in de mate van het mogelijke vrij te houden in hun agenda. Een geschikt vergadermoment plannen voor andere vergaderingen is volgens Femke de laatste jaren wel een hele klus geworden, zeker wanneer er externen bij betrokken zijn. De zo al drukke agenda’s moeten dan naast elkaar gelegd worden. Gelukkig bestaan er onlinetools die deze klus heel wat eenvoudiger maken.

DOODLE

Om het tijdstip van een vergadering vast te leggen kan de voorzitter de onthaalmedewerker de opdracht geven om een doodle aan te maken. Met een doodle maakt een groep online een afspraak in één centrale kalender. Dat verloopt via een webapplicatie (een programma). Je kunt aan collega’s enkele data voorstellen om

bijvoorbeeld af te spreken of een meeting te organiseren. Iedereen kan op die agenda aanduiden welke voorgestelde tijdstippen passen. Zo is er één centrale kalender waarop iedereen de beschikbaarheid

THEMA 3

LEVEL 4

©

kan aanduiden en hoef je niet naar iedereen apart te mailen.

54


5

Femke heeft Natascha gevraagd om in de toekomst www.doodle.com te gebruiken om activiteiten te plannen. Volg het onderstaande stappenplan om een activiteit te plannen. STAPPENPLAN Stap 1: Ga naar www.doodle.com en gebruik je schoolaccount of maak een eigen account door op ‘Start free trial’ te klikken. Vul je e-mailadres in en klik op ‘Create account’. Je ontvangt een e-mail waarin je je inschrijving kunt bevestigen. Stap 2: Geef bij het onderdeel ‘Create poll’ de juiste gegevens in. Vul de onderdelen ‘Title’ en ‘Description’ in. Vul ‘Location’ in, of geef aan dat het een onlinevergadering is.

IN

Stap 3: Kies bij het onderdeel ‘Tijdsvoorstellen’ de weergave ‘Normale agenda’. Stap 4: Kies de mogelijke data voor de vergadering door erop te klikken. De mogelijke tijdstippen (begin- en einduur) voor de vergadering kun je aanpassen. Klik daarna op ‘Create invite and continue’. Stap 5: Klik op het onderdeel ‘Finish’.

Stap 6: Kopieer de link. Die kun je via e-mail doorsturen naar iedereen die je voor de vergadering wilt uitnodigen.

Stap 7: Stel nu zelf een mail op waarbij je de uitnodiging voor deze vergadering uitschrijft. Bekijk aandachtig de brief in Explore 3.1.

VA N

Tip:

Stap 8: Geef je uitnodiging een duidelijke naam en bewaar ze in je portfolio.

Explore 4— Hoe verzamel je bijlagen voor de agenda? Vaak bezorg je samen met de uitnodiging al documenten aan de deelnemers van de vergadering. Op die manier kunnen ze zich voorbereiden en verloopt de vergadering efficiënter. Bij de uitnodiging voor een interne vergadering om de verkoopcijfers van de maand juni te bespreken, stuur je bijvoorbeeld een overzicht van de omzetcijfers van juni in bijlage mee. Hieronder vind je die omzetcijfers per productcategorie.

23 280,00

Herenmode

34 920,00

Badmode

12 045,00

Fietsen

18 678,00

Kamperen

16 978,00

Outdoor

21 580,00

©

Damesmode

Reizen

1 595,00

LEVEL 4

OMZET EXCL. BTW (IN EURO)

THEMA 3

PRODUCTCATEGORIE

55


a b c

Verwerk de omzetcijfers in een overzichtelijke tabel met een rekenblad. Gebruik de ICT-fiches van rekenblad. Geef de omzetcijfers grafisch weer. Kies het geschiktste grafiektype. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Explore 5— Hoe volg je de reacties van uitgenodigde leden

IN

op?

Leden voor een vergadering uitnodigen

VA N

Zodra het doel van de vergadering vastligt, bepaalt de voorzitter wie er moet deelnemen. Het is belangrijk om enkel die personen uit te nodigen die een meerwaarde betekenen voor de vergadering. De onthaalmedewerker moet: — de contactgegevens van de deelnemers opzoeken en verzamelen, — de deelnemers voor de vergadering uitnodigen, — de reacties op de vergaderuitnodiging verzamelen, — de niet-respondenten opvolgen, — een presentie- of aanwezigheidslijst opstellen.

1

Maak met een rekenblad een registratiebestand aan. Gebruik het stappenplan.

STAPPENPLAN

Stap 1: Neem er het organogram van A.S.Adventure bij. Je vindt het achteraan dit thema of bij het onlinelesmateriaal. Zo kun je het registratieblad goed invullen. De e-mailadressen van de werknemers beginnen steeds met hun voornaam en naam gescheiden door een punt, gevolgd door @asadventure.edu, bijvoorbeeld femke.kelchtermans@asadventure.edu. Stap 2: Geef het werkblad de naam ‘Intern werkoverleg’. Benoem de kolommen als volgt: A: Week B: Naam C: Afdeling D: E-mailadres E: Neemt deel? F: Reden van afwezigheid

©

Stap 3: – – – – – –

THEMA 3

LEVEL 4

Stap 4: Geef alle rijen de standaardhoogte.

56

Stap 5: – – – – – –

Geef de kolommen de volgende breedte: A: 9 tekens B: 25 tekens C: 20 tekens D: 40 tekens E: 13 tekens F: 30 tekens


Stap 6: Geef rij 1 de volgende inhoud, zodat de tabel er als volgt uitziet. In kolom A wordt de week genoteerd waarin het werkoverleg gepland is.

Stap 7: Maak het registratiebestand aan voor de negen afdelingshoofden van A.S.Adventure.edu. Stap 8: Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. Op basis van de reacties van de deelnemers maak je als onthaalmedewerker een presentielijst. Die presentielijst stel je zo op dat de notulist tijdens de vergadering de lijst van aan- en afwezigen correct kan samenstellen. Hij voegt die presentielijst dan toe aan de notulen. a

IN

2

Maak met een tekstverwerker een sjabloon voor een presentielijst voor een interne vergadering.

Bij een interne vergadering volstaat een eenvoudig model. Dat kan er als volgt uitzien:

VA N

Tip:

Presentielijst

Vergadering: Datum: Tijd: Locatie:

Functie

Paraaf

THEMA 3

LEVEL 4

©

Naam

57


Maak met een tekstverwerker een sjabloon voor een presentielijst voor een vergadering met externen. Bij een vergadering met externen moet de presentielijst meer informatie bevatten. Die kan er als volgt uitzien:

Tip:

IN

b

Presentielijst

Vergadering: Datum: Tijd: Locatie: Functie

Organisatie

Paraaf

VA N

Naam

c

Geef beide bestanden een duidelijke naam en bewaar ze in je portfolio.

Opvolging

THEMA 3

LEVEL 4

©

Door de registratie in een rekenblad zorgvuldig op te stellen en bij te houden, houd je overzicht. Je weet precies wie er uitgenodigd is en wie er gereageerd heeft. Als iemand na een aantal dagen niet gereageerd heeft, gebruik je de contactgegevens in het overzicht om opnieuw contact op te nemen. Om die opvolging niet te vergeten zet je best direct na het versturen een melding in je agenda om drie dagen later het overzicht opnieuw te bekijken.

58


Re-explore 6— Hoe kun je de klanten op een vriendelijke manier onthalen?

Klantvriendelijk onthaal

IN

Een klantvriendelijk onthaal van bezoekers is erg belangrijk. Het geeft de bezoeker immers een eerste indruk van het bedrijf en de organisatie. De onthaalmedewerker is voor een (mogelijke) klant het eerste aanspreekpunt binnen de onderneming. Wanneer de bezoeker goed is ontvangen, dan volgen er ongetwijfeld meerdere gesprekken of bezoeken. Om een klantvriendelijk onthaal te verzorgen, moet je de juiste attitudes en vaardigheden hebben.

VA N

Een bezoeker die zich bij de onthaalbalie aanmeldt, moet zich meestal registreren. Dat gebeurt uit veiligheidsoverwegingen. In noodgevallen zoals brand moet een onderneming op de hoogte zijn van wie er zich waar in de onderneming bevindt. Personen die uitgenodigd zijn voor een bijeenkomst door het bedrijf moeten zich uiteraard ook melden bij de onthaalmedewerker. Kun jij deze bezoekers voor A.S.Adventure.edu manueel registreren? a

b c

Saskia De Grootte en Abdel Achatou van de firma Hallo Fris komen op 20xx-05-23 om 9.00 uur aan voor een vergadering met senior aankoper Lies Meeus. De vergadering vindt plaats in lokaal 27 en duurt tot 11.00 uur. Joris Van de Velde van de firma Sport Top komt op 20xx-05-23 om 9.30 uur aan voor een vergadering in lokaal 28 met salesmanager Ersil Dokumaci. De vergadering duurt tot 12.00 uur. Wim Nuytinck van Bouw De Grootte komt op 20xx-05-23 om 11.00 uur aan voor een herstelling van het plafond in lokaal 05 van de logistieke afdeling. Hij vertrekt om 14.25 uur. REGISTRATIE BEZOEKERS

Naam bezoeker

Firma

Contactpersoon

Lokaal

Tijd In

Uit

THEMA 3

LEVEL 4

©

Datum

59


Explore 7— Hoe maak je naamkaartjes voor de bezoekers? Vergaderingen kunnen met de eigen personeelsleden zijn, maar ook met bezoekers erbij. Voor alle leden van een vergadering kan de onthaalmedewerker naamkaartjes of naambadges maken. Je kunt die badges vastmaken aan een houwtouw of met een veiligheidsspeld op de kleding vastzetten.

ICT-MANAGER

VA N

TIM STROOBANDT

IN

1

2

Op een naamkaartje van een personeelslid staan een aantal vaste gegevens. Duid op de badge de volgende onderdelen aan. A de naam van het personeelslid B het logo van het bedrijf C de functie van het personeelslid

©

ICT-MANAGER

THEMA 3

LEVEL 4

3

60

TIM STROOBANDT

Wat zal de onthaalmedewerker anders moeten doen voor de badge van de bezoeker?


4

Maak voor alle leerlingen van de klas een naamkaartje. Gebruik de ICT-fiches van tekstverwerker. Gebruik het stappenplan.

STAPPENPLAN Stap 1: Open de tekstverwerker. Klik op ‘Bestand’ en vervolgens op ‘Nieuw’. Stap 2: Zoek templates voor visitekaartjes. Gebruik het zoekveld in het nieuwe document en zoek naar ‘visitekaartje’. Er verschijnen nu een aantal templates waarmee je visitekaartjes kunt maken. Sommige templates zijn horizontaal, andere verticaal.

IN

Stap 3: Kies een template. Je kunt de template bewerken en bijvoorbeeld de kleuren, afbeeldingen, lettertypes en lay-out aanpassen. Zorg dat je een professioneel lettertype voor je naamkaartje kiest. Stap 4: Klik op ‘Aanmaken’ of ‘Downloaden’ om de template in tekstverwerker te openen. Stap 5: Pas de tekst op de naamkaartjes aan.

Stap 6: Klik op het logo om het te vervangen door het logo van de school. Pas het formaat zo aan dat het er goed uitziet. Stap 7: Lees de tekst op de naamkaartjes nog eens na.

Controleer of er geen spel- of tikfouten op je kaartjes staan. Een kaartje vol fouten komt onprofessioneel over!

VA N

Tip:

Stap 8: Druk eventueel de naamkaartjes af en steek ze in een badge aan een houwtouw. Gebruik de naamkaartjes op didactische uitstappen naar bedrijven. Stap 9: Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Explore 8— Hoe reserveer je een geschikt lokaal? Geschikte vergaderruimte

THEMA 3

LEVEL 4

©

De vergaderruimte moet geschikt zijn voor het aantal deelnemers en het type vergadering. Als er weinig mensen aan de vergadering deelnemen, kun je in het kantoor van de voorzitter vergaderen. Als er meer deelnemers zijn, moet je in het bedrijf (intern) of buiten het bedrijf (extern) een vergaderlokaal reserveren. Houd dan rekening met deze punten: — Ligging: zorg dat de locatie makkelijk bereikbaar is, ook via het openbaar vervoer. — Gebouw: zorg ervoor dat het gebouw het imago van de onderneming uitstraalt. — Parkeergelegenheid: voorzie voldoende parkeergelegenheid, zeker wanneer het gebouw dan toch moeilijk te bereiken is met het openbaar vervoer. — Vergadering: voorzie voldoende ruimte voor het aantal deelnemers. Zorg dat iedereen genoeg zitcomfort en schrijfruimte heeft. In coronatijden moesten de deelnemers ook voldoende afstand houden van elkaar. — Inrichting: zorg voor comfortabele stoelen en geschikte tafels en een goede verlichting. — Opstelling: pas de opstelling aan aan het aantal deelnemers. Alle deelnemers moeten elkaar goed kunnen zien want lichaamstaal en oogcontact zijn heel belangrijk tijdens een vergadering.

61


Ook in jouw school vinden er geregeld vergaderingen plaats. Ga op verkenning en maak een presentatie van de vergaderlokalen.

b c

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

VA N

d

Vraag aan de verantwoordelijke binnen jouw school of je een kijkje mag nemen in de vergaderlokalen. Neem een fototoestel mee, zodat je afbeeldingen kunt maken voor je presentatie. Maak een presentatie over hoe het vergaderlokaal van je school eruitziet. Gebruik daarvoor een andere software dan PowerPoint. De presentatie moet minstens deze elementen bevatten:  afmetingen van het lokaal,  grondplan met de schikking van het meubilair (tafels, stoelen …),  overzicht van de technische apparatuur (beamer, digitaal bord, audiomateriaal, ClickShare …),  overzicht van de presentatiemiddelen (flip-over, whiteboard …),  reservatieprocedure voor het lokaal en de apparatuur.

IN

a

©

Explore 9— Hoe ziet een geschikte tafelopstelling eruit? TAFELOPSTELLING

De inrichting van de vergaderzaal is afhankelijk van de groepsgrootte en het type vergadering. Als onthaalmedewerker moet je op voorhand bij de voorzitter informeren naar de gewenste tafelopstelling,

THEMA 3

LEVEL 4

dat is de manier waarop de tafels in de vergaderruimte geschikt

62

staan.


Bekijk aandachtig de tafelopstelling en de omschrijving. Noteer de juiste benaming. Kies uit: theateropstelling – U-opstelling – cabaretopstelling – carré-opstelling – conferentieopstelling

A

B

IN

Dit is de beste opstelling voor grote groepen of bijeenkomsten met een podium. De aandacht van de deelnemers is op één plek gevestigd.

VA N

De opstelling zorgt voor een gezamenlijk gevoel. Iedereen kan contact met de andere deelnemers maken. Er is ruimte voor je documenten of je laptop.

C

De tafels staan in een U-vorm. De opstelling biedt de voorzitter de mogelijkheid binnen de ruimte van de U-vorm te bewegen. Dat zorgt ervoor dat alle deelnemers betrokken zijn.

D

©

Er staan bij iedere tafel vier stoelen opgesteld. De tafels staan in rijen met tussen elke tafel voldoende loopruimte. De deelnemers zitten allen in de richting van de spreker, iedereen heeft dus hetzelfde zicht. Er is maar een beperkte ruimte om te schrijven.

THEMA 3

De opstelling zorgt voor een gezamenlijk gevoel. Ieder heeft de mogelijkheid contact met de andere deelnemers te maken. Er is ruimte voor documenten of een laptop. Deze opstelling leent er zich toe om naar de mening van alle deelnemers te peilen.

LEVEL 4

E

63


Explore 10—

Het is beter vergaderen met een kopje koffie! *

* Maar dan wel met een lekker, verzorgd kopje koffie waar alle leden van genieten. De vergadering verloopt vlotter, want er is meer arbeidsvreugde en een beter teamgevoel.

IN

Welke catering is er nodig voor een vlotte vergadering?

VA N

CATERING

Als onthaalmedewerker moet je ook catering voorzien: de drank-

en maaltijdverzorging voor tijdens de vergadering. Voor een korte vergadering van maximaal twee uur volstaat koffie of thee en

bruisend of plat water. Het kan van bedrijf tot bedrijf verschillen in welke dranken men voorziet.

Stel dat je de catering voor een korte vergadering moet organiseren. a

Wat moet je als onthaalmedewerker allemaal voorzien voor een verzorgde catering?

b

Waarom is het goed dat melk, suiker en koekjes per portie voorverpakt zijn.

THEMA 3

LEVEL 4

©

1

64


Good to know

Waar let je op als je een lichte lunch voorziet?

VA N

2

IN

Soms kunnen vergaderingen langer duren en is er een lunchpauze. Dan zal de voorzitter je de opdracht geven om een lichte lunch te voorzien zoals een belegd broodje of een slaatje. Die lunch moet verzorgd zijn, maar de kostprijs moet ook redelijk blijven. Als het bedrijf niet over een eigen keuken beschikt, verzorgt een externe firma de catering voor de lunch.

Explore 11—

Hoe zet je de nodige apparatuur klaar?

Ook de apparatuur klaarzetten behoort tot jouw taak als onthaalmedewerker.

Good to know

Een beamer kun je met bedrade verbinding via VGA of HDMI-kabel aansluiten op een computer of laptop.

©

Video Graphics Array (VGA) bestaat sinds 1987 en is jarenlang dé standaard geweest voor enkel het analoog weergeven van beelden op een computermonitor. Omdat VGA niet digitaal is, geeft het de beelden niet in HD weer. De aansluiting wordt niet veel meer gebruikt.

THEMA 3

LEVEL 4

HDMI staat voor High-Definition Multimedia Interface en draagt zowel video- als audiosignalen digitaal over. Het signaal is ongecomprimeerd en beter dan bij een analoge aansluiting.

65


Wanneer je een bedrade verbinding wilt maken, volg je het volgende stappenplan. STAPPENPLAN Stap 1: Koppel beide apparaten los van het netwerk. Stap 2: Steek de stekker in de juiste connector. Stap 3: Zet eerst de projector en dan de computer aan.

IN

Vaker zul je een draadloze verbinding gebruiken met behulp van bijvoorbeeld een ClickShare. Een ClickShare is een product waarmee je met een klik (click) draadloos vanaf je laptop of smartphone inhouden kunt delen (to share) op een grotere display of beamer. Ga naar het onlinelesmateriaal en bekijk het filmpje over de werking van ClickShare.

2

Maak met een tekstverwerker een stappenplan om met ClickShare aan de slag te gaan.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

VA N

1

Explore 12—

Hoe bedien je een kopieerapparaat?

Als onthaalmedewerker moet je vergaderstukken kopiëren, nieten, perforeren, sorteren en in de vergaderzaal klaarleggen. Daarvoor bestaan er professionele kopieermachines die al die taken voor jou doen. Het komt er alleen op aan om de juiste handelingen te kennen om de taken ook zelf te kunnen uitvoeren. Bestudeer en documenteer een van die taken. a

©

b

Werk in vier groepen. Breng met je groep een bezoek aan het secretariaat van de school. Daar beschikken ze allicht over een dergelijke machine. Elke groep maakt een stappenplan voor een bepaalde taak. Werk het stappenplan duidelijk uit met een tekstverwerker en illustreer met voldoende afbeeldingen.

THEMA 3

LEVEL 4

Tip:

66

Maak een foto telkens je een handeling doet of op een knopje drukt. Vraag eventueel naar de handleiding van het kopieerapparaat om schermafbeeldingen te kunnen inscannen en integreren. TAAK

Groep 1

Recto verso kopiëren

Groep 2

Nieten

Groep 3

Perforeren

Groep 4

Sorteren


c d

Elke groep bezorgt zijn stappenplan aan de andere groepen, zodat iedereen van alle handelingen op de hoogte is. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

TO THE POINT

IN

De organisatie van een vergadering of meeting kan één van de taken van de onthaalmedewerker zijn. Het is zeer belangrijk dat de vergadering goed voorbereid wordt, zodat er tijdens de vergadering geen fouten gebeuren. In een meeting wisselen de leden standpunten en meningen uit en nemen ze ook belangrijke beslissingen. Een vergadering kan uiteenlopende doelen hebben: informatie uitwisselen, informatie geven, een mening vormen, een besluit nemen, activiteiten ontwikkelen en ideeën ontwikkelen.

VA N

De leden van een vergadering kunnen verschillende rollen opnemen: — De voorzitter leidt de vergadering. — De notulist of de verslaggever maakt het verslag van de vergadering. — De leden nemen deel aan de vergadering. Voor de vergadering krijgt ieder lid een schriftelijke uitnodiging voor een vergadering. In de uitnodiging staan onder andere de agendapunten. Vaak worden er samen met de uitnodiging al documenten bezorgd aan de deelnemers van de vergadering. Een vergadering is niet per se fysiek, het kan ook een onlinevergadering zijn via bijvoorbeeld het programma Teams. Als onthaalmedewerker moet je de nodige kantoorapparatuur kunnen bedienen. Je kunt een aantal taken op je nemen tijdens de voorbereiding van de vergadering zoals het aanmaken van een doodle om een datum voor de vergadering vast te leggen. Het is belangrijk dat de uitnodigingen voor de vergadering op tijd worden verstuurd. Vraag de leden ook om hun aanwezigheid te bevestigen. Zo heb je een zicht op het aantal personen dat de vergadering zal bijwonen.

©

Je zult ook een aantal administratieve taken moeten vervullen, zoals het opstellen van een presentielijst en de correcte vergaderstukken kopiëren, nieten, perforeren en sorteren.

THEMA 3

De onthaalmedewerker kan ook de naamkaartjes of naambadges voor alle leden maken. Daarop staan de naam, het bedrijf en functie van de werknemer of bezoeker.

LEVEL 4

Zorg voor een goede en rustige vergaderruimte. Ga na of er voldoende plaats en aansluitingen zijn voor presentatiemiddelen zoals een beamer met ClickShare, HDMI … Zorg eventueel ook voor een flip-over, bladen, een whiteboard, stiften … als je die tijdens het overleg nodig hebt.

67


De vergaderruimte kan op verschillende manieren ingericht worden. De tafelopstelling zal afhangen van het doel van de vergadering. De meest gebruikte tafelopstellingen zijn: — de carré-opstelling — de theateropstelling — de U-opstelling — de cabaretopstelling — de conferentieopstelling

IN

Tijdens de vergadering kunnen de leden ook genieten van een drankje eventueel aangevuld met een hapje, dat heet de catering.

Action 1— Kun jij met Canva badges maken voor A.S.Adventure.edu?

Ga naar het onlinelesmateriaal en bekijk aandachtig het filmpje over het maken van visitekaartjes met Canva.

VA N

1

2

Neem vervolgens het organogram van A.S.Adventure.edu erbij en maak voor elke werknemer een naambadge. Gebruik indien nodig de ICT-fiches van Canva.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Action 2— Kun jij een doodle aanmaken en correct versturen?

©

In jouw school vinden regelmatig vergaderingen en andere overlegmomenten plaats. Daarvoor zet iemand de presentatiemiddelen en de koffie, de thee, het water … klaar. Ontdek wie dat is en welke etiquette hij daarbij hanteert. a

b

THEMA 3

LEVEL 4

c

68

d e

Maak een doodle aan om de verantwoordelijke uit te nodigen en het geschikte tijdstip te bepalen. Brainstorm met de hele klas over een tiental vragen die je aan die verantwoordelijke wilt stellen. Als het tijdstip is vastgelegd, stuur je de verantwoordelijke een uitnodiging. Daarin vermeld je waarom je de persoon uitnodigt, de datum en het tijdstip. Bezorg ook al de vragen die je zult stellen. Maak tijdens het bezoek de nodige aantekeningen. Verwerk die achteraf met een tekstverwerker in een overzichtelijk verslag. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.


Action 3— Hoe vind je een geschikt vergadertijdstip? Werk in drie groepen. In Explore 2 bestudeerde je een tool om een vergadermoment te plannen, namelijk Doodle. Nu bestudeert elke groep de werking van één andere tool. TOOL

Groep 2

www.datumprikker.nl

Groep 3

www.cally.com

Bestudeer de werking van de tool. Maak met een tekstverwerker een stappenplan om de tool te gebruiken. Werk daarbij met je groep aan één document. Voeg zoveel mogelijk schermafdrukken toe om de werking te illustreren. Deel de stappenplannen met je klas. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

THEMA 3

LEVEL 4

©

VA N

c d e

www.afspreken.nl/afspraak-plannen

IN

a b

Groep 1

69


Action 4— Hoe stel je een uitnodiging voor intern werkoverleg op?

1

Lees de onderstaande case.

2

IN

De verkopers hebben al meermaals aan Ersil Dokumaci, de salesmanager, gemeld dat de klanten een aanbod missen voor basket en tennis. De concurrentie in die sector is groot. Femke Kelchtermans wil daarom samen met de hoofden van de verkoop- en aankoopafdeling overleggen of een uitbreiding van het huidige assortiment zinvol en haalbaar is.

Stel een uitnodiging met agenda op voor dat overleg. Het overleg vindt volgende week vrijdag plaats van 13.00 tot 16.00 uur. Omwille van het kleine aantal deelnemers gaat het overleg door in het kantoor van Femke Kelchtermans. Tip:

VA N

Neem er de uitnodiging uit Explore 3, vraag 1 bij.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Action 5— Kun jij elke opstelling van de vergaderzaal klaarzetten?

THEMA 3

LEVEL 4

©

Werk in vijf groepjes. Om de beurten zet een groep de klas klaar in een van de onderstaande opstellingen.

70


Action 6— Welke lokaalschikking kies je in functie van het aantal deelnemers?

a

Bereken de oppervlakte van de vergaderruimte.

b

Op de plattegrond kun je niet alleen de afmetingen aflezen, maar ook zien waar de ramen en de deuren zich bevinden. Waarom moet je daarmee rekening houden als je de tafelopstelling plant?

Werk in twee groepen de beste schikking voor de vergadering uit.

VA N

2

Bij A.S.Adventure.edu vinden regelmatig vergaderingen plaats. Natascha Markropoulos zet daarvoor de vergaderzaal klaar. Ga naar het onlinelesmateriaal. Download de plattegrond van de vergaderzaal en druk die af op A3-formaat.

IN

1

a

Lees aandachtig de situatie van je groep.

SITUATIE

Groep 1

Ersil Dokumaci heeft voor de werknemers van de verkoopafdeling een nascholing over klantvriendelijke verkooptechnieken georganiseerd. De trainer wil werken met filmmateriaal.

Groep 2

Femke Kelchtermans wil samen met alle afdelingshoofden het actieplan voor het komende jaar bespreken. Zij vindt het heel belangrijk dat ze oogcontact heeft met haar werknemers, maar dat iedereen ook de reacties van de anderen kan zien.

Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er miniatuurafbeeldingen van de tafels en stoelen die A.S.Adventure.edu ter beschikking heeft. Je kunt die gebruiken om op de plattegrond te experimenteren.

c

Stel je definitieve schikking voor aan de klas.

THEMA 3

LEVEL 4

©

b

71


Action 7— Hoe vind je een geschikt vergaderlokaal? Lees aandachtig de onderstaande case.

Wommelgem

VA N

Ieder jaar vindt er een aandeelhoudersvergadering plaats. Femke Kelchtermans is op zoek naar een geschikte locatie in de buurt van Wommelgem. Ze verwacht ongeveer 80 deelnemers. Naast een goede bereikbaarheid met het openbaar vervoer, moet er ook voldoende parkeergelegenheid zijn. Na de aandeelhoudersvergadering wil Femke de aandeelhouders ook een kleine receptie aanbieden.

IN

1

2

Zoek vijf mogelijke locaties voor de aandeelhoudersvergadering. Gebruik het internet.

3

Maak een verslag van elk van die locaties waarin de volgende elementen aan bod komen: — foto’s van het gebouw en indien mogelijk de omgeving — foto’s van de vergaderlokalen — maximumcapaciteit van de lokalen — de faciliteiten binnen de vergaderruimtes — de prijzen voor het huren van de lokalen — de prijzen voor de catering

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Action 8— Kun jij je voorbereiding van een vergadering

©

documenteren in Canva?

Maak een duidelijke poster voor de onthaalmedewerkers van A.S.Adventure.edu die illustreert welke voorbereidingen je moet treffen voor een goed verloop van een vergadering.

THEMA 3

LEVEL 4

a b

72

c d

Werk per twee. Ga naar het onlinelesmateriaal en bekijk het filmpje over de voorbereiding van een vergadering. Presenteer je informatie met Canva. Gebruik indien nodig de ICT-fiches van Canva. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.


Action 9— Kun jij de kostprijs berekenen voor de catering van een vergadering?

1

Lees aandachtig deze case.

Tip:

— — — —

IN

In A.S.Adventure.edu wordt een vergadering gehouden met tien leden. Tijdens de vergadering kunnen de leden koffie, thee, plat en bruisend water nuttigen. Om 10 uur is een korte pauze met enkele versnaperingen zoals een koekje of cakeje voorzien. Om 12 uur is er een lunch met voor elk lid twee verschillende belegde broodjes. Uit één fles water kun je acht glazen schenken. Er is een Senseo-koffieapparaat in de vergaderzaal. Melk en suiker moeten apart verpakt zijn De tafels moeten in carré-opstelling staan.

Werk per twee. Jullie staan samen in voor de catering.

3

Teken de opstelling van de vergaderzaal. Je vindt het grondplan bij het onlinelesmateriaal.

4

Kies voor de catering van de lunch een bedrijf in de schoolomgeving.

5

Bereken de kostprijs voor de volledige catering van de vergadering.

VA N

2

a b c

Bereid de berekeningen voor op een kladblad. Maak de berekeningen daarna met een rekenblad. Gebruik formules. Gebruik de ICT-fiches van rekenblad. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Presenteer je werk voor de klas.

7

Herhaal de opdracht nog eens voor een vergadering op school.

THEMA 3

LEVEL 4

©

6

73


Action 10— Vind jij het juiste begrip? Vul het kruiswoordraadsel in. 1

IN

2

3

4

5

VA N

7 6

9

8

THEMA 3

LEVEL 4

©

Horizontaal: 2 Een ander woord voor vergadering. 4 Deze persoon leidt de vergadering. 6 Een kaartje in een insteekhoesje, voorzien van naam en functie van de medewerker of bezoeker. 8 Een manier waarop de tafels staan geschikt voor een vergadering.

74

10

Verticaal: 1 Deze persoon moet aandachtig luisteren en nauwgezet noteren wat de anderen zeggen. 3 Een georganiseerde bijeenkomst om informatie te geven of een besluit te nemen. 5 Dit is de drank- en maaltijdverzorging tijdens de vergadering. 7 Een …vergadering verloopt via een webbrowser. 9 Een webapplicatie waarmee meerdere mensen centraal een afspraak kunnen plannen. 10 Deze personen nemen deel aan de vergadering en kunnen een waardevolle inbreng hebben.


Action 11— Welke soorten vergaderingen zijn er? 1

Er zijn verschillende soorten vergaderingen. Combineer de omschrijving met het type vergadering. OMSCHRIJVING

TYPE VERGADERING

Aan het einde van deze vergadering heeft men een oplossing voor het probleem.

2

Men geeft advies en legt bepaalde mogelijkheden uit.

3 4

A

informatieve vergadering

IN

1

B

probleemoplossende vergadering

Men geeft informatie mee aan de leden van de vergadering.

C

brainstorming

Men bedenkt zoveel mogelijk ideeën.

D

adviserende vergadering

2

3

4

VA N

1

2

Lees de cases. Om welk type vergadering gaat het.

A

De directie van je school organiseert een vergadering met alle leerkrachten om het nieuwe schoolreglement toe te lichten.

B

THEMA 3

LEVEL 4

©

De leiders van de plaatselijke scoutsgroep zoeken tijdens de vergadering naar leuke activiteiten voor de jongeren.

75


C Tijdens de bewonersvergadering van het appartementsgebouw zoekt men naar een oplossing voor de geurhinder in de gangen.

IN

D

De hotelmedewerkers krijgen tijdens de vergadering tips van de hotelmanager hoe ze kunnen omgaan met moeilijke klanten.

VA N

E Aan het einde van de vergadering weten de winkelmedewerkers hoe ze het toenemend aantal diefstallen kunnen verminderen.

F

In deze vergadering legt de preventieadviseur uit hoe je rugproblemen kunt voorkomen.

G

©

Deze vergadering dient om de retailmedewerkers uit te leggen hoe het nieuwe kassasysteem werkt.

THEMA 3

LEVEL 4

H

76

De basketbalclub heeft er een ruimte bijgekregen. Na de bijeenkomst met een afvaardiging van de teams heeft de clubleiding genoeg ideeën verzameld om de ruimte naar behoefte in te richten.


Action 12— Werkplekleren: een vergaderruimte op school observeren

Je brengt een bezoek aan de vergaderruimte bij jou op school. TIJDENS HET BEZOEK Observatie van de vergaderruimte Ja Nee

Zo ja, welke opstelling heeft de vergaderruimte?

cabaretopstelling carré-opstelling conferentieopstelling theateropstelling U-opstelling anders, nl.:

VA N

IN

Observeer de vergaderruimte. Staat de vergaderruimte al in een specifieke opstelling?

Indien er een opstelling is, maak dan een kleine schets.

Is er iets voorzien voor de catering?

Ja Nee

Zo ja, welke voorzieningen zie je:

Welke presentatiemiddelen zijn er aanwezig?

LEVEL 4

THEMA 3

©

Wat zou je willen veranderen of anders doen?

77


Action 13— Werkplekleren: een vergaderruimte van een extern bedrijf observeren

Je brengt een bezoek aan de vergaderruimte in een bedrijf. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Naam van het bedrijf

Adres

IN

Steekfiche vergaderruimte bedrijf

Aantal werknemers

VA N

Website

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK

Observatie van de vergaderruimte

Observeer de vergaderruimte. Staat de vergaderruimte al in een specifieke opstelling?

Ja Nee

Zo ja, welke opstelling heeft de vergaderruimte?

cabaretopstelling carré-opstelling conferentieopstelling theateropstelling U-opstelling anders, nl.:

©

Indien er een opstelling is, maak dan een kleine schets.

THEMA 3

LEVEL 4

Is er iets voorzien voor de catering?

78

Ja Nee Zo ja, welke voorzieningen zie je:


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Welke presentatiemiddelen zijn er aanwezig?

VA N

IN

Wat zou je willen veranderen of anders doen?

Action 13— Werkplekleren: een vergaderruimte professioneel klaarzetten

Neem contact op met de directie van jouw school. Vraag of je bij een volgende gelegenheid mag helpen bij de voorbereiding en het klaarzetten van de vergaderruimte zelf.

2

Maak samen met die verantwoordelijke een lijst op van taken waarbij je kunt helpen. Overleg samen de volgorde van de taken en het tijdstip waarop ze uitgevoerd moeten worden.

3

Verwerk de taken in een Office.com-sjabloon tot een duidelijk overzicht. Volg het stappenplan.

©

1

STAPPENPLAN

Stap 1: Open Ms Word. Stap 2: Klik op ‘Bestand’ en ‘Nieuw’.

THEMA 3

LEVEL 4

Stap 3: Zoek binnen de rubriek ‘Kantoor’ een onlinesjabloon voor een takenlijst.

79


IN

Je krijgt dan de volgende voorstellen:

Vervang het woord ‘prioriteit’ door ‘volgorde’.

Vervang het woord ‘vervaldatum’ door ‘deadline’.

Verwijder de kolom met de naam ‘Wordt uitgevoerd’.

Verbreed de kolom met de naam ‘wat’, zodat je de volledige breedte van het blad kan benutten.

VA N

Stap 4: Spreek samen met de andere leerlingen van de klas af wie wat voor zijn rekening neemt. Noteer de namen in de takenlijst. 4

Op de dag zelf voer je de taken uit. Duid ook aan op de takenlijst wanneer een taak is uitgevoerd.

BREAKING NEWS

Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

THEMA 3

LEVEL 4

©

1

80


CHECKLIST Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

KAN BETER

EXTRA OEFENMATERIAAL

1

Ik kan de logistieke taken omschrijven die een onthaalmedewerker moet uitvoeren om een vergadering te ondersteunen.

2

Ik kan op basis van instructies een uitnodiging voor een vergadering opstellen.

3

Ik kan bijlagen voor een vergadering opstellen, verzamelen en versturen.

4

Ik kan de reacties op een uitnodiging voor een vergadering opvolgen.

5

Ik kan een presentielijst opstellen.

IN

VA N

Ik kan deelnemers aan een vergadering op een professionele manier onthalen.

7

Ik kan naamkaartjes aanmaken.

8

Ik kan op basis van instructies een lokaal reserveren.

9

Ik kan een vergaderlokaal klaarzetten volgens de gevraagde opstelling.

10 Ik kan een eenvoudige catering verzorgen.

11 Ik kan de nodige apparatuur klaarzetten.

12 Ik kan een kopieerapparaat gebruiken.

THEMA 3

LEVEL 4

©

6

81


Beeldwoordenboek Level 4 BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Dat is een digitale projector waarmee je computerbeelden en videobeelden kunt projecteren, meestal vanaf een computer.

bedrade verbinding

Dat is een verbinding tussen een laptop, tablet of pc en een beamer met behulp van kabels.

VA N

IN

beamer

Dat is een tafelopstelling waarbij de tafels in rijen staan, met aan elke tafel vier stoelen en tussen elke tafel voldoende loopruimte. De deelnemers zitten in de richting van de spreker, iedereen heeft dus hetzelfde zicht. Er is maar een beperkte ruimte om te schrijven.

carréopstelling

Deze tafelopstelling zorgt voor een gezamenlijk gevoel. Iedereen kan contact maken met de andere deelnemers. Er is op de tafel ruimte voor documenten of een laptop.

catering

Dat is de drank- en maaltijdverzorging tijdens de vergadering.

THEMA 3

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 4

©

cabaretopstelling

82


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

ClickShare is een toestel waarmee je met één klik je scherm draadloos kunt delen.

conferentieopstelling

Dat is een tafelopstelling gelijkaardig aan de carré-opstelling. Er is ruimte voor documenten of een laptop. Ze is geschikt om de mening te peilen van alle deelnemers.

Doodle

Dat is een webapplicatie waarmee je afspraken tussen verschillende gebruikers op het net kunt plannen.

Een flip-over is een presentatiebord waarop een groot kladblok is bevestigd.

HDMI

HDMI staat voor High-Definition Multimedia interface en draagt zowel video- als audiosignalen digitaal over.

BEELDWOORDENBOEK

flip-over

THEMA 3

Dat is een verbinding tussen een laptop, tablet of pc en een beamer zonder kabels maar bijvoorbeeld met ClickShare.

©

draadloze verbinding

LEVEL 4

VA N

IN

ClickShare

83


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Die personen nemen deel aan de vergadering en kunnen een waardevolle inbreng hebben.

naamkaartje of naambadge

Dat is een badge voorzien van de naam, het bedrijf en de functie van de werknemer of bezoeker.

IN

leden

ICT-MANAGER

TIM STROOBANDT

Dit lid van de vergadering moet aandachtig luisteren en nauwgezet noteren wat de anderen zeggen.

VA N

notulist of verslaggever

Een onlinevergadering verloopt via een webbrowser.

presentatiemiddelen

Bij de voorbereiding van de vergadering bepaalt de voorzitter welke presentatiemiddelen er nodig zijn. bv. een beamer, pc, flip-over, whiteboard ...

THEMA 3

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 4

©

onlinevergadering

84

presentie- of aanwezigheidslijst

2

Op basis van de reacties van de deelnemers maak je als onthaalmedewerker een presentielijst. Die presentielijst stel je zo op dat de notulist tijdens de vergadering de lijst van aan- en afwezigen correct kan samenstellen. Hij voegt die presentielijst dan toe aan de notulen. a

Maak met een tekstverwerker een sjabloon voor een presentielijst voor een interne vergadering. Bij een interne vergadering volstaat een eenvoudig model. Dat kan er als volgt uitzien:

Tip:

Een lijst van aan- en afwezigen bij een vergadering met ruimte om een paraaf te zetten bij aanwezigheid. De lijst bevat: de datum en het tijdstip van vergaderen, de locatie, de namen, functie(s) en eventueel het bedrijf van de aanwezigen. De notulist voegt de presentielijst toe aan de notulen.

Presentielijst

Vergadering: Datum: Tijd: Locatie:

Naam

Functie

Paraaf


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Dat is de manier waarop de tafels opgesteld staan voor een vergadering.

theateropstelling

Die tafelopstelling is het geschiktst voor grote groepen of bijeenkomsten waar gebruik wordt gemaakt van een podium. De aandacht van de deelnemers wordt op één plek gevestigd.

Dat is een tafelopstelling waarbij de tafels in een U-vorm staan. De voorzitter kan binnen de ruimte van de U-vorm bewegen. Dat zorgt voor een betrokkenheid met alle deelnemers van de vergadering.

vergadering of meeting

Dat is een georganiseerde bijeenkomst.

BEELDWOORDENBOEK

U-opstelling

THEMA 3

Dat is een verzoek om aan een vergadering deel te nemen. Daarin staan: – de plaats, de datum, het tijdstip en de duur van de vergadering, – de naam van de voorzitter, – de reden en het doel, – de agenda, – een verzoek om afwezigheid door te geven, – eventueel documenten ter voorbereiding.

©

uitnodiging

LEVEL 4

VA N

IN

tafelopstelling

85


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Video Graphics Array (VGA) bestaat sinds 1987 en is jarenlang dé standaard geweest voor het analoog weergeven van beelden op een computermonitor.

voorzitter

Die persoon leidt de vergadering.

whiteboard

Een whiteboard heeft meestal een kunststof deklaag of is van gelakt metaal. Daardoor kan er met uitwisbare viltstiften op worden geschreven.

THEMA 3

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 4

©

VA N

IN

VGA

86


STEP-UP A.S.Adventure.edu wil de ontvangstruimte opnieuw inrichten. Ga naar het onlinelesmateriaal en bekijk er het grondplan. a

Bereken de oppervlakte van de ontvangstruimte.

b

Lees de tekst met enkele tips om de ontvangstruimte klantvriendelijk te maken.

Zorg dat het onthaal opvalt

Zorg voor een discrete afstand tussen de balie en de zithoek om je bezoekers de nodige privacy te gunnen. Enkele tafels extra zorgen voor het nodige comfort voor bezoekers die aan tafel willen lezen of een kop koffie drinken.

Onthalen is ontmoeten

VA N

Als je bezoek aankomt, zorg je voor een duidelijke bewegwijzering naar de bezoekersparking. Vanaf de parking, maar ook voor bezoekers zonder eigen vervoer moet de ingang van het onthaal goed opvallen. Plaats daarom zowel buiten als binnen het logo van je bedrijf in de kijker. Zodra je klanten binnenkomen, moet de onthaalbalie het eerste zijn dat ze zien. De beste plaats is dus recht tegenover de ingang.

IN

1

Maak ruimte voor gastvrijheid

Voor je klanten begint de ontmoeting met je bedrijf in de ontvangstruimte. Er zijn verschillende manieren om een bedrijf te presenteren aan wachtende bezoekers: documenthouders voor de balie, tijdschriftenhouders, vitrinekasten, informatievitrines of lage onthaaltafels. Om het de bezoekers gemakkelijk te maken, zorg je het best ook voor: een kapstok, een paraplubak, een vuilnisbak, een klok.

Besteed voldoende aandacht aan de onthaalbalie

©

Om klanten professioneel te ontvangen heb je een ontvangstruimte nodig die groot genoeg is voor een balie en een zithoek.

a b

c

Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er links naar nuttige software. Werk het voorstel voor de verdere inrichting uit aan de hand van een presentatie. Hou bij de keuze van de inrichting rekening met het imago dat A.S.Adventure.edu wil uitstralen en de bedrijfskleuren. Je klasgenoten moeten een duidelijk beeld krijgen van de middelen die je wilt gebruiken. Zoek daarom de nodige afbeeldingen op het internet. Noteer bij elke afbeelding ook de contactgegevens van een mogelijke leverancier. Vermeld een richtprijs wanneer dat mogelijk is.

STEP-UP

Werk de inrichting van de ontvangstruimte uit.

THEMA 3

2

De balie is hét aandachtspunt van de ontvangstruimte. Kies en ontwerp daarom een balie die past bij de ruimte en bij het imago dat je wilt uitstralen.

87


©

Senior boekhouder

Jinte Schrooten

Annelies Daems

Visual Merchandiser

Zita Peeters

Verkoopmedewerker Wandelen

Tiziano Ferrari

Verkoopmedewerker Fietsen

Ties Hubrechts

Verkoopmedewerker Wintersport / Reizen

Nadine Bollen

Verkoopmedewerker Fashion

Aankoopassistent

Kevin Thijs

Anissa Zadora

Kassamedewerker

Assistent boekhouder

Dana Haels

Anastasia Dingenen

Aankoopassistent

Lies Meeus

Storemanager

Senior aankoper

ORGANOGRAM

Salesmanager

LEVEL 4

Pedro Awouters

88

Ersil Dokumaci

THEMA 3

Mulin Bussche

Assistent facturatie

Estefania Umuhire

Verantwoordelijke facturatie

ICT-manager

Jitse Vissers

Webdeveloper

Natan Heylen

Online analist

Tim Stroobandt

Muhammed Abidar

Veerle De Block

e-mailmarketing

Verantwoordelijke

Katarina Vanderzande

Naomi Luys

Hr-manager

Webshopverantwoordelijke

Tibe Pecceu

Customer Service

Eline Truyen

Marketingmanager

IN Elke Peerlings

Magazijnmedewerker

Vrachtwagenchauffeur

Daan Leekens

Ruben Leenders

Magazijnmedewerker

Kenny Rogiers

Vrachtwagenchauffeur

Yassin Ayas

Ayoub Talbi

Magazijnmedewerker

Transportverantwoordelijke

Magazijnverantwoordelijke

Yarno Janssen

Logistiek verantwoordelijke

VA N Administratief medewerker

Natascha Makropoulos

Sterre Daniëls

Management assistant

Directeur

Femke Kelchtermans

Organogram – A.S.Adventure.edu


Grondplan – A.S.Adventure.edu

IN

EXPEDITIE + LOGISTIEK

OMKLEEDRUIMTE

GANG

MAGAZIJN

TOILETTEN

MAN.ASSISTENT

GRONDPLAN

AANKOOP

DIRECTEUR + VERGADERRUIMTE

LEVEL 4

BOEKHOUDING + FACTURATIE

IT- AFDELING

VERKOOP

VERGADERRUIMTE

THEMA 3

PERSONEELSVERANTWOORDELIJKE

SERVER RUIMTE

ONTVANGSTRUIMTE (ADMIN. MEDEWERKER)

KOPIEERRUIMTE + VOORRAAD

©

VA N

KEUKEN / KANTINE

89


THEMA 3

LEVEL 4

GRONDPLAN

©

VA N

IN

Grondplan – A.S.Adventure.edu winkel in Wilrijk

90


91

THEMA 3

LEVEL 4

GRONDPLAN

© VA N IN


THEMA 3

LEVEL 4

©

GRONDPLAN

VA N IN

Grondplan – Jumbo

92


4

IN

T

VA N

F

I

©

L

Thema 4: De taken van een retailmedewerker


©

VA N

THEMA

IN

4 De taken van een retailmedewerker


STEP­UP

Maak artikelen van je bedrijf verkoopklaar.

8

Hoe goed kun je moeilijke basisrekenvaardigheden toepassen?

LEVEL

Hoe ontwerp je communicatieproducten zoals een website?

p. 188

LEVEL

Hoe voer je als retailmedewerker een goed verkoopgesprek?

p. 158

7

VA N

6

©

p. 198

IN

LEVEL

p. 223

LEVEL

Hoe pak je artikelen met een moeilijke vorm aantrekkelijk in?

p. 144

LEVEL

Hoe worden schappenplannen opgebouwd?

p. 101

Hoe zorgt de samenplaatsing van artikelen in de winkel voor meerverkoop?

p. 76

Hoe bepaalt de routing de winkelbeleving?

p. 42

5

4

LEVEL

3

LEVEL

2

LEVEL

1

Hoe maak je de artikelen voor je projectbedrijf verkoopklaar?

p. 6

STEP­IN

p. 4


STEP­IN 1

Shoppen moet voor de klant telkens weer een beleving zijn. Als retailer moet je aan alles denken zodat de klant onafgebroken een aangenaam gevoel ervaart: vanaf het moment dat hij je winkel binnenstapt, tot en met de afrekening en het buitengaan. Dat kan op heel veel verschillende manieren: elke winkel vult de winkelervaring op zijn manier in. Surf via het onlinelesmateriaal naar de website van Glotec. Waarmee heeft die onderneming ZEB geholpen?

VA N

IN

a

b

Surf naar de website van ZEB. Lees aandachtig hoe ZEB wil dat de klanten de winkel beleven. Vul de tekst aan. Kies uit: advies – centraal – ervaring – e-shop – lach – personal – plezier – vakkennis

Fashion rijmt voor ons op passie, geluk en

, en dat willen

we laten voelen aan iedereen die bij ons over de vloer komt. Bij ons sta je als klant

©

echt

en dat merk je aan alles: een unieke merkenmix

van meer dan zeventig merken, professioneel

een

met

en veel goesting,

en

Private Shopping voor een onvergetelijke shopping

,

prachtig ingerichte, goed bereikbare winkels met ruime parkings, een handige

THEMA 4

STEP-IN

en dat allemaal uiteraard … voor een zo straf mogelijke

4

prijs! Met de grootste zorg, met heel veel we te bieden hebben, helpen we je bij het zoeken naar je eigen look. c

Welke verwachting heb je nu van een bezoek aan de kledingwinkel?

, met alles wat


Vooraleer een winkel klaar is om te verkopen, heeft de verkoper heel wat moeten voorbereiden. Noem vijf voorbereidingen.

IN

2

VA N

FEESTELIJKE OPENING

In dit thema onderzoek je hoe de retailer de winkel klaarmaakt om zijn producten te verkopen. Je doorloopt acht levels waarin je leert … hoe je artikelen verkoopklaar maakt; 1 hoe routing de winkelbeleving bepaalt; 2 hoe de samenplaatsing in de winkel voor meerverkoop zorgt; 3 hoe je schappenplannen opbouwt; 4 hoe je artikelen met een moeilijke vorm op een aantrekkelijke manier inpakt; 5 hoe je een goed verkoopgesprek voert; 6 hoe je communicatieproducten zoals een website ontwerpt; 7 of je moeilijke basisrekenvaardigheden kunt toepassen. 8

4

Elke level biedt je een stukje kennis dat je nodig hebt om de opdrachten van de Step-up uit te voeren. Daarin maak je je artikelen verkoopklaar. In de Step-up maak je daarvoor een prijslijst voor de artikelen, ontwerp je inpakpapier, stel je een schappenplan op en maak je een plattegrond.

THEMA 4

STEP-IN

©

3

5


LEVEL 1 Hoe maak je de artikelen voor je projectbedrijf verkoopklaar?

1

IN

INTRO De meeste supermarkten zullen de geleverde goederen ompakken vooraleer ze die in de winkel zetten. a

VA N

b

Vorig jaar heb je geleerd hoe winkels hun goederen verkoopklaar maken. Wat weet je daar nog over? Bespreek. Bekijk aandachtig de onderstaande afbeeldingen van twee groenteafdelingen. Wat valt er je dan op?

c

Jij bent de manager van de groenteafdeling van supermarkt B. Wat raad je je werknemers aan?

groenteafdeling A

THEMA 4

LEVEL 1

©

groenteafdeling B

6

2

Formuleer enkele onderzoeksvragen voor dit level.


Re-explore 1— Wat is ompakken? Als een retailer zijn artikelen verkoopklaar wil maken, moet hij ze ompakken: hij moet ze uit de tertiaire verpakking halen en ze in de secundaire of primaire verpakking aan de klanten aanbieden. Vul de tabel aan. Kies uit: collo – consumentenverpakking – krimpfolie – ompakken – omverpakking – tray packing

Tertiaire verpakking

OMSCHRIJVING

IN

BEGRIP

Artikelen worden opgeslagen in een grootverpakking of

. Dat is vaak hetzelfde

als een

. De meeste

winkels halen de artikelen uit de omverpakking voor ze die in de winkel presenteren. Die verpakking kan bijvoorbeeld

VA N

zijn. Dat is een plastic folie die bij hoge temperaturen wordt gesmolten.

Secundaire verpakking

Wanneer de omverpakking (gedeeltelijk) wordt verwijderd, dan worden de artikelen gepresenteerd in de . Soms wordt er een

extra folie aangeboden voor een multiverpakking.

De

is de

verpakking waarin het artikel in de winkel aan de klant wordt aangeboden.

THEMA 4

LEVEL 1

©

Primaire verpakking

7


Good to know

VA N

IN

Tegenwoordig willen veel consumenten omwille van het milieu minder verpakking. Zo bestaat er al een beperkt aantal verpakkingsvrije winkels. Supermarkten proberen de consument ook milieubewuster te maken door bijvoorbeeld de plastic zakjes in de groente- en fruitafdeling door herbruikbare, linnen zakjes te vervangen.

Re-explore 2— Hoe beveilig je artikelen tegen winkeldiefstal? Voor artikelen in het schap gaan, zal de retailer de artikelen beveiligen tegen winkeldiefstal. Dat kan hij op verschillende manieren doen. Hoe heten deze vormen van artikelbeveiliging? Noteer de naam onder de afbeelding.

THEMA 4

LEVEL 1

©

a

8


Good to know

VA N

IN

Investeren in materiaal om je goederen te beveiligen tegen diefstal kost veel geld! Daarom pakken sommige grootwarenhuizen het anders aan. Ze bieden een dummy verpakking aan. Op die manier kan de klant het artikel aan de hand van een lege verpakking, beoordelen. De artikelen zelf zijn aan de kassa te verkrijgen.

b

Ga naar het onlinelesmateriaal. Bekijk er het filmpje over de nieuwste technologie om diefstal tegen te gaan.

Re-explore 3— Op welke manier prijs je artikelen? Voordat een klant een artikel koopt, wil hij weten hoeveel het kost. Het artikel moet dus geprijsd zijn. De aanwezigheid van een prijs heeft voordelen voor de klant én de winkelier. Bekijk aandachtig de tabel met voordelen. Geldt dat voordeel voor de winkelier en/of de klant? Kruis aan.

VOORDEEL … kan de prijzen onderling vergelijken. … kan de kassabon rustig nakijken. … kan de goederen makkelijker afrekenen aan de kassa. … weet dat hij juiste prijs betaalt. … kan de prijsstelling (hoe goedkoop het artikel is) netjes tonen. … kan nauwkeurig werken. … maakt minder fouten doordat hij de prijs niet elke keer opnieuw moet berekenen.

LEVEL 1

DE KLANT

THEMA 4

DE WINKELIER

©

1

9


2

In de retail past de verkoper verschillende vormen van prijzen toe. Noteer bij de onderstaande omschrijvingen het juiste begrip. Kies uit: afprijzen – omprijzen – opprijzen – uitprijzen – voorprijzen

OMSCHRIJVING

BEGRIP

De winkelier voorziet een artikel van een hogere prijs.

IN

De winkelier voorziet een artikel van een lagere prijs. De winkelier voorziet een artikel van een prijs.

De fabrikant voorziet een artikel al van een prijs.

De winkelier voorziet een artikel van een andere prijs. 3

Hoe je artikelen correct prijst, staat in de wetgeving. Lees de regels en vul aan. Kies uit:

VA N

alles inclusief – btw – duidelijk – lasten – leesbaar – meeteenheid – nabijheid – ondubbelzinnig – onzekerheid – product – schriftelijk – stuk – taksen – verpakking – zichtbaar

De totale prijs van de te koop gestelde goederen en

moet altijd

zijn. De prijs van goederen in

een etalage of in een winkelruimte moet goed leesbaar zijn.

Voor consumenten moet de prijs

zijn. Alles wat de klant bij de aankoop van het product moet bijbetalen, moet in de prijs inbegrepen zijn: , alle overige

en

zoals de recupelbijdrage

voor elektronische toestellen.

Handelaars die aan consumenten verkopen, moeten voor heel wat producten niet alleen de

©

prijs per

, maar ook de prijs per

(liter, kilogram, m³…) vermelden.

De prijs moet voor de klant

De onderneming heeft de keuze om de prijs te vermelden op het

THEMA 4

LEVEL 1

of de

10

voorwaarde dat er geen

en

, of in de

zijn.

van de goederen op kan bestaan.


4

Vul de wettelijke regeling rond de prijsvermindering van artikelen aan. Kies uit: aanvangsdatum – bewaring – dag – dubbelzinnig – informatie – kortingspercentage – misleidend – oorspronkelijke – prijsverminderingen – referentieprijs – solden – verlies —

ook

Een winkel moet bij altijd de prijs die het product in de voorafgaande

maand had, vermelden. Hij moet de consument de geven om de

IN

nodige

gemakkelijk te kunnen

€ 599,00

berekenen. —

€ 499,00

Aangekondigde prijsverminderingen zijn minstens een en maximaal een maand

geldig. Alleen voor producten die vatbaar zijn voor snel

bederf mag de prijsvermindering minder lang geldig zijn. De

van de promotie

VA N

moet gedurende de hele promotieperiode aangekondigd blijven.

Het is verboden om tegen

te verkopen, behalve bij verkoop tijdens de

, bij

uitverkoop en bij verkoop van producten die vatbaar zijn voor snel bederf en waarvan de

niet meer

gegarandeerd is.

De aanduiding van een prijsvermindering mag niet

of

zijn.

Als de winkel een

©

voor de hele winkel of voor een hele collectie wil toepassen, mag hij enkel de prijs vermelden bij de artikelen.

Hij moet dan aangeven of de prijsvermindering al in die prijs verrekend is.

LEVEL 1

Ga naar het onlinelesmateriaal. Bekijk er het filmpje over nepkortingen tijdens de solden.

THEMA 4

5

11


Re-explore 4— Welke hulpmiddelen zijn er om de artikelen correct te prijzen?

Ga naar het onlinelesmateriaal, bestudeer de ontdekplaat en bekijk de verschillende filmpjes over de hulpmiddelen. Noteer het juiste begrip bij de omschrijving. OMSCHRIJVING

IN

AFBEELDING

VA N

Dankzij dat scanningssysteem, veelal een opdruk, hoeven winkeliers niet meer elk stuk afzonderlijk te prijzen. De code bevat heel veel informatie zoals: — de naam van de fabrikant, — het merk van het product, — de prijs per eenheid, — het gewicht of de hoeveelheid per verpakking, — de prijs van het artikel. Met een scanner kan de winkelier die informatie lezen.

Deze code bestaat uit vier of vijf cijfers en wordt vaak voor artikelen in bulk zoals groenten en fruit, gebruikt. De kassamedewerker voert de code in op de kassa om de prijs te weten te komen. Vaak kennen de kassiers de codes uit het hoofd.

THEMA 4

LEVEL 1

©

12

Stoffen artikelen zoals kleding en sjaals worden met een Kimball-kaartje geprijsd. De retailer brengt dat kaartje met met behulp van een pistool of textieltang aan. De textieltang is geladen met riddersporen. Eerst haalt hij de schietpin van het pistool door het gat in het Kimball-kaartje en de stof. Dan schiet hij de ridderspoor door de stof.

De prijskaartjes zijn op de rekken zelf bevestigd. Ze bestaan uit een scherm waarop de prijzen staan. De winkelier kan de prijzen snel veranderen vanuit een centrale computer in de winkel. Vooral supermarkten gebruiken het systeem.


AFBEELDING

OMSCHRIJVING

Good to know

IN

Het systeem bestaat uit een rol met etiketjes en een rolmechanisme. Dat rolmechanisme bestaat uit één of meerdere lijnen waarop je cijfers en letters kunt instellen door te draaien aan het mechanisme. Door een nijpbeweging met de hand te maken, kun je de prijs op het etiket drukken en het etiket op het artikel plakken.

VA N

Je plakt best nooit meer dan één etiket op een artikel. Kleef de prijs ook niet over belangrijke informatie (houdbaarheidsdatum, ingrediënten …). Zorg ervoor dat de schapstickers of -etiketten met prijsinformatie juist zijn en op de correcte plaats in de schaprail zitten. Als de prijs niet duidelijk is, laat de klant de artikelen vaak liggen. Meestal kun je aan de schapsticker zien waar de ruimte voor bepaalde artikelen begint en waar ze weer eindigt.

Explore 5— Wat betekenen de logo’s op verpakkingen? Milieulabel

©

Op de verpakking van producten staan vaak verschillende milieulabels. Die labels garanderen dat het product het milieu respecteert.

FAIRTRADELABEL

Het fairtradelabel is een sociaal label dat garandeert dat de kleine boeren in de ontwikkelingslanden voor hun producten een eerlijke prijs krijgen. Het

THEMA 4

LEVEL 1

label stoelt op het principe van de 3 P’s: people, planet, profit.

13


Ga naar het onlinelesmateriaal, bestudeer de ontdekplaat en zoek de verschillende milieulabels. Neem het stickervel dat je achteraan in het boek vindt. a

Lees aandachtig de omschrijvingen en vul ze aan. Kies uit: apart – biologisch – energiegebruik – Fost Plus – gebruikersinformatie – impact – producent – verantwoord milieubewust

b

Noteer de naam van het label.

c

Kleef elk label op de juiste plaats.

A Milieulabel:

IN

Biogarantielabel – energielabel – EU Ecolabel – FSC-label – Groene Punt – niet in vuilnisbak – recycleerbaarheid – verantwoorde afvalverwerking

betaalt voor de productie een

VA N

De bijdrage aan

. Dat initiatief ziet

erop toe dat verpakkingsafval verplicht wordt teruggenomen, zodat het (gedeeltelijk) hergebruikt of gerecycleerd wordt.

B

Milieulabel:

Het label geeft

over het

: hoe

efficiënt en hoe zuinig het apparaat, de auto of het gebouw met energie en/of water omspringt. Er zijn zeven klassen, van A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt).

THEMA 4

LEVEL 1

©

C

14

Milieulabel: Het logo moet consumenten aanmoedigen om de verpakking en/of het product in de afvalcontainer te deponeren. Het logo is niet verplicht.


D Milieulabel: Het label garandeert dat het product geteeld is: zonder pesticiden, zonder chemische meststoffen … Je vindt dat label onder meer op voedingsmiddelen, etherische

E Milieulabel:

IN

oliën en verven.

Het label, een afkorting voor Forest Stewardship Council, staat

vermeld op hout- en papierproducten. Het label garandeert dat het hout afkomstig is uit beheerde bossen.

VA N

F

Milieulabel:

Het logo geeft aan dat je het product niet gewoon in de vuilnisbak mag gooien, maar dat het

moet worden opgehaald, omdat het schadelijke stoffen bevat. Het logo moet op alle (herlaadbare) batterijen staan die lood, cadmium of kwik bevatten.

G

Milieulabel:

Producenten en invoerders van bepaalde producten kunnen dat label aanvragen als hun producten of diensten ecologisch zijn, d.w.z. als ze een minimale

op

©

het milieu en de gezondheid hebben.

H

THEMA 4

Dit logo heeft twee betekenissen. Het duidt aan dat de verpakking of het product uit gerecycleerd materiaal bestaat. Het logo geeft ook aan dat de verpakking of het product recycleerbaar is. Soms, bijvoorbeeld bij papier of karton, toont het ook wat het percentage aan gerecycleerd materiaal is.

LEVEL 1

Milieulabel:

15


Explore 6— Wat betekenen de verschillende voedingslabels? Voedingslabels

1

IN

Op de verpakkingen van voedingsmiddelen staan er in Europa verschillende voedingslabels met een combinatie van letter-, cijfer- en kleurcodes. Die helpen de consument kiezen voor gezonde voeding. Er zijn drie verschillende types voedingslabels: neutrale labels, positieve labels en labels met kleurcodes.

Ga naar de ontdekplaat en bestudeer de informatie over voedingslabels. Noteer bij elk label de juiste omschrijvingen.

VA N

A Dit label geeft de aanwezigheid van bepaalde stoffen procentueel weer. B Producten met dit label zijn een gezonde(re) keuze binnen de productcategorie. C Dit label geeft geen waardeoordeel en trekt geen conclusies. De consument moet de informatie zelf interpreteren. D Dit label toetst het gehalte van bepaalde voedingsstoffen aan criteria. Het product krijgt voor elk van die voedingsstoffen een kleuraanduiding. E Dit label houdt rekening met de aanwezigheid van voedingsstoffen waarvan de inname best wordt beperkt zoals suiker, totaal vet, verzadigd vet en zout. F Dit label geeft een andere weergave van de voedingswaardetabel. G De uitkomsten van de toetsing van dit label staan in een globale score en bijbehorende kleur. NEUTRALE LABELS

LABELS MET KLEURCODES

Ga naar de ontdekplaat en bekijk aandachtig de filmpjes over de Nutri-Score. Lees vervolgens het Good to know-kader.

©

2

POSITIEVE LABELS

THEMA 4

LEVEL 1

Good to know

16

Bedrijven zijn niet verplicht om de Nutri-Score te vermelden. De Nutri-Score helpt consumenten om de voedingswaarde beter te interpreteren en om gezondere keuzes te maken. De Nutri-Score wordt berekend door de hoeveelheid van elementen zoals vezels, eiwitten, fruit en groenten die aanwezig moeten zijn en daarnaast de elementen die beperkt aanwezig moeten zijn zoals calorieën, verzadigde vetten, suikers en zout weer te geven.


TO THE POINT

IN

Verpakking Vooraleer de winkelier de artikelen in de winkel presenteert, moet hij ze eerst ompakken. Hij haalt de artikelen uit de tertiaire verpakking (de omverpakking) om ze in de secundaire (de tray packing) of primaire verpakking (de consumentenverpakking) in de winkel aan te aanbieden.

Artikelbeveiliging Om diefstal tegen te gaan gebruikt de winkelier artikelbeveiliging zoals een kabeltag, een blisterverpakking, een hard tag, open merchandise, een elektromagnetisch etiket, een safer, een kleurklem of een bottle cap.

VA N

Prijzen De winkelier zal alle artikelen volgens de wettelijke regels prijzen. Soms geeft hij een artikel een andere prijs. Dat heet omprijzen. Voorbeelden van omprijzen zijn: afprijzen, opprijzen, uitprijzen en voorprijzen. Prijzen doet de winkelier met hulpmiddelen zoals de streepjes- of EAN-code, een PLU-code, een ridderspoor, een prijstang of een elektronisch schaplabel.

Het EU Ecolabel is toegekend aan honderden producten en diensten die als ecologisch worden beschouwd. Met andere woorden: die de kleinste impact op het milieu en de gezondheid hebben. Energielabels maken het je makkelijker om te kiezen, want ze laten in een oogopslag zien welke apparaten, auto’s en woningen een laag energieverbruik hebben.

Het Biogarantielabel garandeert dat het product biologisch geteeld is: zonder pesticiden, zonder chemische meststoffen enzovoort. Je vindt het label onder meer op voedingsmiddelen, etherische oliën en verven.

LEVEL 1

Een FSC-label op een hout- of papierproduct garandeert dat het product afkomstig is uit verantwoord beheerde bossen en/of bijdraagt aan het verantwoorde beheer van de bossen (bijvoorbeeld ook door recyclage). Het gebruik van FSC-claims of -labels is aan strikte regels en controle onderworpen.

THEMA 4

©

Milieulabels en sociaallabel Op verpakkingen kom je naast de prijs ook labels tegen zoals een milieulabel, een sociaallabel en/of een voedingslabel. Milieulabels garanderen de koper dat de producten en diensten het milieu respecteren. Ze staan op heel wat producten en dienen om de consument te informeren.

17


Recycleerbaarheid: dat logo geeft aan dat de verpakking of het product uit gerecycleerd materiaal bestaat. Soms wordt het logo ook gebruikt om aan te geven dat het product of de verpakking recycleerbaar is.

IN

Het logo verantwoorde afvalverwerking dient om de consument aan te moedigen om de verpakking en/of het product in de afvalcontainer te deponeren. Het Groene Punt geeft aan dat de producent voor het in de handel brengen van zijn product een financiële bijdrage levert aan het systeem van inzameling en sortering van verpakkingsafval. Het label niet in de vuilbak betekent dat je het product niet gewoon in de vuilnisbak mag gooien, maar dat het apart moet worden opgehaald omdat het schadelijke stoffen bevat.

VA N

Sociaallabel Fairtrade is een sociaallabel. Het garandeert dat de kleine boeren in de ontwikkelingslanden voor hun producten een eerlijke prijs krijgen.

Voedingslabels Voedingslabels hebben als doel de consument beter te informeren over het product, alsook bewuster te laten kiezen.

THEMA 4

LEVEL 1

©

Je hebt neutrale voedingslabels die geven enkel in percentages en cijfers de voedingswaarde weer. De positieve labels geven aan dat het product een gezondere keuze is. De labels met kleurcodes of de Nutri-Score geven met een kleurwaarde het gehalte van bepaalde voedingsstoffen weer.

18

BEKIJK DE KENNISCLIP


Action 1— Welke algemene regels pas je toe als je artikelen prijst?

Als retailmedewerker volg je een aantal regels als je artikelen prijst. Markeer wat van toepassing is.

b c

d e

VA N

f g h

De gegevens die op een product staan moeten leesbaar blijven / kunnen onder het prijsetiket staan. Soms zijn prijsstickers kriskras op het product geplakt. Dat komt bij de klant zeer slordig over / zeer professioneel over. Een artikel wordt tegen één verkoopprijs verkocht. Eén enkel prijslabel op het artikel is voor de klant en de kassier duidelijk / niet duidelijk. Om te voorkomen dat consumenten de prijs veranderen gebruiken winkels een kleurklem / driedelige breuksticker. De prijsstickers mogen wel / niet over voorschriften, gebruiksaanwijzingen of streepjescodes worden gekleefd. Als je een prijsetiket verwijdert, mag het artikel wel / niet worden beschadigd. Klanten moeten de stickers gemakkelijk / moeilijk kunnen verwisselen. Het is netjes / overdreven als op alle producten de prijsetiketten recht en op dezelfde plaats kleven. Het is belangrijk / onbelangrijk dat alle verkoopprijzen op een duidelijk herkenbare plaats worden aangebracht.

IN

a

i

Action 2— Hoe prijs je artikelen met een gewone prijstang? 1

Bekijk aandachtig de onderstaande afbeeldingen. Kruis aan. De winkelier prijst zijn artikelen met …

THEMA 4

€ 7,00

LEVEL 1

©

een PLU-systeem. een prijstang. een ridderspoor. een elektronisch etiket.

19


2

Hoe werkt dat systeem? Vul de onderstaande tekst aan. Kies uit: artikel – cijfers en letters – etiketten – gewone – knijpbeweging – rol met zelfklevende

Een prijstang bevat een

.

Daarop kun je voor meerdere lijnen of regels

instellen

door te draaien aan het mechanisme. Door de

met de hand te maken,

kun je de prijs op het etiket drukken en het etiket op het

3

prijsetiketten.

IN

Bij dat systeem gebruik je

plakken.

Lees de kenmerken van prijzen met een prijstang. Kruis de nadelige kenmerken aan.

VA N

Een retailmedewerker kan het eenvoudig leren. Je kunt het artikel beschadigen als je de sticker verwijdert. Het kost veel tijd om de artikelen te prijzen. De stickers bestaan in verschillende kleuren. Klanten kunnen de sticker vervangen door een sticker met een lager bedrag.

4

Bedenk zelf nog een nadeel.

5

Waar zou jij het prijsetiket bij de volgende producten plakken? Zet een kruisje.

B

©

A

THEMA 4

LEVEL 1

6

20

C

Als je in de retailklas een prijstang hebt, kun je dit inoefenen.

D


Action 3— Hoe prijs je artikelen met een streepjescode? Wat heb je nodig om producten met een streepjescode te prijzen? Noteer de naam onder de afbeeldingen.

A

2

B

C

IN

1

Beschrijf hoe dat systeem werkt.

VA N

3

Lees aandachtig de onderstaande kenmerken van prijzen met een barcode. Kruis de voordelige kenmerken aan.

©

De klant kan de prijs niet van het artikel aflezen. De retailer hoeft niet elk artikel apart te prijzen en bespaart daarmee veel tijd. Als de retailer de prijs wil aanpassen, kan hij dat vanaf een computer voor alle artikelen doen. Als er een prijswijziging is, bijvoorbeeld een aanbieding, dan kan de klant dat niet zien op het artikel zelf, alleen op het schap. De klant ziet pas aan de kassa of op de bon of het is verrekend. De retailer kan gemakkelijk zijn voorraadadministratie bijhouden. De kassabon is gedetailleerd.

4

Bedenk zelf nog een voordeel.

5

Stel dat een artikel aan de kassa gescand wordt en dat de prijs verschilt met de prijs op het schapetiket. Waaraan kan dat liggen?

THEMA 4

LEVEL 1

21


Action 4— Hoe prijs je met een Kimball­kaartje? 1

Hoe heet dit systeem waarbij de prijs op een label aan de artikelen hangt? Kruis aan.

VA N

IN

een PLU-systeem een prijstang een ridderspoor een elektronisch etiket

2

Hoe heten de kaartjes waarop de prijs staat?

3

Beschrijf hoe dat systeem werkt.

4

Welke artikelen worden meestal geprijsd met dat systeem?

5

Lees aandachtig de kenmerken van die manier van prijzen. Kruis de nadelige kenmerken aan.

©

De klant kan het kaartje met een ridderspoor niet zo gemakkelijk verwisselen als een kaartje met een touw. De retailmedewerker heeft die manier van prijzen snel onder de knie. Je kunt de stof beschadigen als je de artikelen prijst.

THEMA 4

LEVEL 1

6

22

Winkels combineren dat systeem vaak met een ander prijssysteem. Noteer welk systeem dat is.


Waar zou jij de ridderspoor aan het T-shirt bevestigen? Zet een kruisje.

8

Als je in de retailklas een ridderspoor hebt, kun je dit inoefenen.

IN

7

Action 5— Kun je voor A.S.Adventure.edu prijskaartjes

VA N

ontwerpen?

Ontwerp voor dertig verschillende artikelen van A.S.Adventure.edu een prijskaartje. Houd daarbij rekening met de regels om artikelen juist te prijzen. a

Ontwerp tien prijskaartjes op de computer met behulp van een tekstverwerker. Gebruik indien nodig de ICT-fiches van tekstverwerker.  Maak gebruik van een tekstvlak van 3 cm op 3 cm of, als je grote prijskaartjes wilt maken, van 10 cm op 10 cm.  Gebruik het lettertype en de letterkleur van de huisstijl van A.S.Adventure.edu.  Voeg eventueel een logo toe aan het prijskaartje. Je vindt het bij het onlinelesmateriaal.

b c

Ontwerp 10 prijskaartjes met de hand. Ontwerp 10 prijskaartjes met een prijsvermindering waarvan 5 met behulp van de tekstverwerker en 5 met de hand. Bewaar het resultaat in je portfolio. Maak een map voor elk thema en een submap voor elk level. Geef die submap de naam ‘Thema_4_Level_1’. Geef het bestand een duidelijke naam zoals ‘Action_5_prijskaartjes’.

©

d

Action 6— Hoe maak je een prijslijst voor A.S.Adventure.edu?

STAPPENPLAN

LEVEL 1

Stap 1: Raadpleeg het artikelbestand van A.S.Adventure.edu. Kies vijf verschillende producten uit elk van deze categorieën: badmode, wandelen, reizen, wintersport, kamperen, fietsen. Verwerk de gegevens van die dertig artikelen in een rekenblad.

THEMA 4

A.S.Adventure.edu opent in Hasselt een nieuwe winkel. Voor de opening moet je een nieuwe prijslijst maken. Gebruik indien nodig de ICT-fiches van rekenblad.

23


Geef kolom A de volgende inhoud: cel A1 (titel): A.S.Adventure.edu cel A2: Badmode cel A3: benaming van artikel 1 cel A4: benaming van artikel 2 cel A5: benaming van artikel 3 cel A6: benaming van artikel 4 cel A7: benaming van artikel 5 cel A8: Wandelen cel A9 tot en met A13: benaming van artikel 1 tot en met 5 cel A14: Reizen cel A15 tot en met A19: benaming van artikel 1 tot en met 5 cel A20: Wintersport cel A21 tot en met A25: benaming van artikel 1 tot en met 5 cel A26: Kamperen cel A27 tot en met A31: benaming van artikel 1 tot en met 5 cel A32: Fietsen cel A33 tot en met A37: benaming van artikel 1 tot en met 5

Stap 3: – – – – – –

Geef rij 2 de onderstaande inhoud: cel B2: Prijs website cel C2: Btw-percentage cel D2: Prijs exclusief btw cel E2: Prijs inclusief btw cel F2: Prijs -10 % korting cel G2: Prijs -20 % korting

Stap 4: – – – –

Geef het werkblad de volgende opmaak. Gebruik voor het volledige werkblad lettertype Verdana en lettergrootte 12. Zet de titel in cel A1 in het vet, in hoofdletters en in lettergrootte 18. Zet de cellen A2, A8, A14, A20, A26, A32 en A38 in het vet en in lettergrootte 14. Zet de cellen A3-A7, A9-A13, A15-A19, A21-A25, A27-A31, A33-A37 en A39-A43 in het vet. Zet cellen B2-F2 in het vet en in lettergrootte 14.

VA N

IN

Stap 2: – – – – – – – – – – – – – – – – –

Stap 5: – – – – –

Pas de achtergrondkleur van een aantal cellen aan: kolom B: donkerblauw, tekst 2, lichter 40 %, kolom D: blauw, accent 1, lichter 60 %, kolom E: zeeblauw, accent 5, lichter 80 %, kolom F: rood, accent 2, lichter 40 %, kolom G: olijfgroen, accent 31, lichter 40 %.

©

Stap 6: Vul bij alle artikelen de gegevens uit het artikelbestand in. Bereken met behulp van formules de overige gegevens. Gebruik de vulgreep. Gebruik absolute en/of relatieve adressering. Stap 7: Zorg ervoor dat er in alle cellen met getalnotatie twee cijfers na de komma staan en een euroteken voor de getallen.

THEMA 4

LEVEL 1

Stap 8: Geef alle cellen een rand: een zwarte doorlopende lijn met een normale dikte.

24

Stap 9: Geef elke kolom als breedte de breedte van de langste inhoud van die kolom. Stap 10:Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.


Action 7— Op welke producten staat het EU Ecolabel? Ga via het onlinelesmateriaal naar de website van het Europees Ecolabel. Noteer voor elke categorie één of twee producten of diensten die het EU Ecolabel dragen. VOORBEELD 1

VOORBEELD 2

Schoonmaak en hygiëne Papierproducten Kleding Huis en tuin Smeermiddelen

IN

Toestellen

VA N

Toeristische diensten

Action 8— Waarom is zo een EU Ecolabel belangrijk? Ga via het onlinelesmateriaal naar de website van het EU Ecolabel en naar de website van Superzero. Beantwoord de onderstaande vragen. Waarom is het zo belangrijk om als bedrijf dit label te hebben? Noteer vier redenen in je eigen woorden.

THEMA 4

LEVEL 1

©

a

25


b

Lees het nieuwsbericht over Superzero. Wat houdt dat nieuwe concept ‘superzero’ in? Vul aan. afvalvrij verkopen door met herbruikbare flessen en dispensers te werken. Welke producten worden er verkocht met dit merk?

d

Waar in je buurt is er een winkel die de producten verkoopt?

e

Wat vind je van dit concept?

VA N

IN

c

Action 9— Wanneer krijgt een apparaat een milieulabel? 1

Vul de tekst aan. Kies uit:

apparaat – energielabel – hoe energiezuinig – hoeveel elektriciteit – hoeveel energie het apparaat verbruikt – standaardmetingen – wet

In de

staat welke gegevens op het

moeten staan. De producenten voeren

uit

om die gegevens te verkrijgen. Daarbij worden de resultaten van verschillende apparaten

©

met elkaar vergeleken. Zo wordt bij wasmachines altijd gemeten tijdens wasbeurten met volle en halfvolle

belading, zowel bij 60 als bij 40 graden. De fabrikant voert de metingen zelf uit. Aan de hand van de gegevens wordt berekend

en

het apparaat is het jaarlijks verbruikt bij gemiddeld gebruik. De

THEMA 4

LEVEL 1

informatie uit die berekeningen komt op het energielabel te staan, dat meegeleverd wordt aan

26

de winkelier. De winkelier plakt het label op het

.


2

Ga naar het onlinelesmateriaal en bekijk het filmpje. Vul de tekst aan. Er bestaan drie verschillende FSC-labels: : het product is volledig gemaakt uit hout of vezels uit een FSC-gecertificeerd bos. : het product bestaat uit een combinatie van materiaal uit FSC-gecertificeerde bossen, FSC-gecontroleerde bossen en/of gerecycleerd materiaal.

VA N

IN

: het product is gemaakt uit 100 % gerecycleerd materiaal, waarbij minstens 85 % na gebruik door de consument werd gerecycleerd. Het label wordt vooral gebruikt voor papierproducten, maar kan ook op houtproducten staan.

© FSC Belgium

3

Surf via het onlinelesmateriaal naar de website van FSC. Noteer de elementen waaruit een correct FSC-label bestaat. 1

2 3 4 5

Staan de vijf elementen op het onderstaande product? a

Trek een pijl vanuit elk element en noteer het juiste cijfer naast elke vermelding.

b

Wat mag de producent doen als er onvoldoende plaats is voor het grote FSC-label?

THEMA 4

LEVEL 1

©

4

27


Action 10— Wat betekenen de milieulogo’s? 1

Wat betekenen de milieulogo’s?

B

VA N

IN

A

C

THEMA 4

LEVEL 1

©

D

28


F

VA N

IN

E

Je hebt met je vrienden koffie- en thee-to-go gehaald bij een bekende koffieketen. Op het bekertje staan deze twee logo’s. a

Leg de betekenis van de labels uit. 

THEMA 4

LEVEL 1

©

2

29


Leg uit waarom beide labels samen op een beker kunnen staan al lijken ze elkaar op het eerste gezicht tegen te spreken.

c

Eén van je vrienden vraagt of er ook koffie met het fairtradelabel is. Wat betekent dat label?

IN

3

b

Ga op zoek naar milieulogo’s op verpakkingen. Gebruik het internet of maak met een device foto’s van producten.

Maak in een tekstbestand een tabel van twee kolommen en negen rijen. Zet boven kolom A ‘Milieulogo’s’ en boven kolom B ‘Naam’. Gebruik indien nodig de ICT-fiches van tekstverwerker. Voeg acht afbeeldingen toe in kolom A. Zet in kolom B de naam van het logo. In de koptekst vermeld je je naam. In de voettekst vermeld je het schooljaar. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

VA N

a

b c d e f

4

Maak met een tekstverwerker een collage over de verschillende energielabels van tien verschillende apparaten. a b

THEMA 4

LEVEL 1

©

c

Surf naar de website energielabel.nl. Maak een overzichtelijk tekstbestand waarin de betekenis van de verschillende labels duidelijk wordt. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

30


Action 11— Maakt de Nutri­Score de producten gezonder? Lees het artikel over de Nutri-Score en markeer het antwoord op deze vragen: Wat is het nut van de Nutri-Score voor de consument?

blauw

Welke producenten hebben sinds het invoeren van de Nutri-Score hun producten verbeterd?

geel

Vind je de Nutri-Score op alle producten? Waarom (niet)?

IN

rood

Nutri-Score maakt producten gezonder

Test-Aankoop betreurt wel dat Nutri-Score niet verplicht is. ‘Om echt doeltreffend te zijn, zou het label verplicht op alle verwerkte levensmiddelen moeten worden vermeld. Helaas weigeren sommige grote bedrijven het spel mee te spelen. Daardoor is het label slechts op ongeveer 20 % van de voedingsproducten te vinden.’ De consumentenorganisatie pleit al langer voor een verplichte invoering op Europees niveau.

VA N

Het voedingslabel Nutri-Score helpt de consument niet alleen bij het maken van gezonde keuzes, maar spoort producenten ook aan om de samenstelling van hun producten te herzien. Dat stelt Test-Aankoop op basis van een eigen onderzoek.

Snacks en ontbijtgranen

De Nutri-Score geeft aan de hand van een kleur en een bijbehorende letter aan in hoeverre een product bijdraagt aan een gezond eetpatroon. Het label houdt zowel rekening met ingrediënten die gunstig zijn voor de gezondheid (zoals vezels en proteïnen) als met voedingsstoffen die in dat opzicht het best worden beperkt (zoals verzadigde vetzuren, suikers en zout). Dat resulteert in een totaalscore op een schaal van A tot E, die met groen tot en met rood wordt weergegeven op de verpakkingen. Bron: retail.be, 2019-12-16

THEMA 4

LEVEL 1

©

Test-Aankoop berekende in 2018 de Nutri-Score van meer dan 700 snacks en ontbijtgranen, en stelt nu vast dat verschillende fabrikanten de samenstelling van hun producten intussen hebben aangepast om een betere score te verkrijgen. ‘Uit de update van onze koopwijzers voor snacks voor kinderen en ontbijtgranen blijkt dat de Nutri-Score van veel producten is verbeterd’, stelt de organisatie op haar website. De onderzochte producten bevatten nu minder suikers, verzadigde vetten en zout, of meer vezels. De verbetering van de scores werd bij zowel merkproducten als huismerken vastgesteld, meldt Het Nieuwsblad.

31


Action 12— Werkplekleren: hoe interpreteer en vergelijk je ecolabels?

1

Werk in groepen. Breng met de klas een bezoek aan een elektrowinkel. Elke groep zal de ecolabels van drie artikelen uit één assortimentsgroep vergelijken.

2

Vul de fiche in.

IN

DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Steekfiche van de elektrowinkel Naam van de supermarkt

Adres

VA N

Website

Openingsuren

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK

Bestudeer drie artikelen uit een assortimentsgroep. afwasmachines – koelkasten en diepvriezers – ovens – wasmachines – televisies – droogkasten

Noteer de drie gekozen artikelen.

Artikel 1:

THEMA 4

LEVEL 1

©

Markeer de assortiments­groep.

32

Artikel 2: Artikel 3:


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Bespreek het ecolabel van elk artikel in het algemeen en van de onderdelen van het artikel.

Artikel 1:

Artikel 3:

Noteer de prijs van het artikel.

Artikel 1: Artikel 2: Artikel 3: Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3

VA N

Maak van elk artikel een foto waarop het ecolabel zichtbaar is.

IN

Artikel 2:

Vergelijk de producten met elkaar. Welk zou jij kopen en waarom?

DEEL 3: NA HET BEZOEK

Vergelijk de artikelen en ecolabels en bepaal welk artikel je zou kopen.

THEMA 4

LEVEL 1

©

 

Verwerk alle informatie in een presentatieprogramma. Gebruik indien nodig de ICT-fiches van PowerPoint. Presenteer je werk voor de klas. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

33


Action 13— Werkplekleren: stel een evenwichtige maaltijd samen op basis van de voedingslabels.

MORE

Werk in groepjes van drie. Samen met je groep stel je een evenwichtige maaltijd samen. De ingrediënten van de maaltijd toets je aan de Nutri-Score. De maaltijd bestaat uit een voorgerecht, hoofdgerecht en een dessert. a b

Elke leerling neemt een gerecht voor zijn rekening. Kies een gerecht uit de onderstaande menu’s of zoek het recept van je lievelingsgerecht op. Zoek de ingrediënten van je maaltijd op. Noteer ze in een boodschappenlijst.

IN

1

MENU 1

Zalm, sla, tomaat, ei

Tomatensoep

VA N

Voorgerecht

MENU 2

©

Hoofdgerecht

THEMA 4

LEVEL 1

Dessert

34

Kip curry met rijst

Spaghetti bolognaise

Kiwi

Banaan


2

Bekijk het filmpje van de Nutri-Score.

3

Breng met de klas een bezoek aan een supermarkt om de voedingsetiketten van de ingrediënten op je boodschappenlijst te bekijken en te fotograferen. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Naam van de supermarkt

Adres

Website

Openingsuren

IN

Steekfiche van de supermarkt

VA N

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK

Bekijk de voedingslabels op producten in de supermarkt.

Noteer van al je ingrediënten de prijs. Doe dit op een apart blaadje of in je telefoon.

LEVEL 1

Maak van al je ingrediënten een foto van het voedingslabel.

THEMA 4

©

Wandel door de supermarkt en zoek met je groepje alle ingrediënten van je maaltijd op. Op welke producten staat er een Nutri-Score? Op welke niet? Noteer.

35


DEEL 3: NA HET BEZOEK 

Creëer met Canva een overzicht van de gekozen producten voor de maaltijd. Toon wat (ongeveer) de Nutri-Score van elk gerecht is. Gebruik de ICT-fiches van Canva. Tip:

Verwerk de namen en de prijzen van de producten in een overzichtelijk werkblad. Gebruik de ICT-fiches van rekenblad. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

THEMA 4

LEVEL 1

©

VA N

IN

Je kunt onder andere op de website van Colruyt de Nutri-Score online narekenen.

36


Action 14— Hoe betaal je kassaloos aan de hand van een streepjescode?

MORE 1

Bekijk aandachtig het filmpje over kassaloos betalen.

2

Lees het krantenartikel en markeer het antwoord op deze vragen: Wat moet de klant installeren op zijn smartphone om kassaloos te kunnen kopen?

blauw

Hoe werkt het systeem van kassaloos kopen?

geel

Hoe betaal je je boodschappen?

IN

rood

Kassaloos betalen met de smartphone bij Delhaize Fresh Atelier

VA N

Bij Delhaize Fresh Atelier, het nieuwste gemaksconcept van Delhaize, kunnen klanten weldra mobiel hun aankopen scannen en met de smartphone betalen, zonder nog langs de kassa te moeten. Vanaf nu kan het al in de vestiging in Galerij Ravenstein in Brussel. App met NFC en barcodescanner Delhaize lanceert YesWeScan, de eerste mobiele zelfscan- en betaaltoepassing voor kassaloos afrekenen van de supermarktketen. De toepassing gaat van start bij de formule Fresh Atelier, het gemaksconcept rond snelle, ‘on the go’ maar toch verse voeding dat sinds 2018 wordt uitgerold, en wordt vanaf 3 april getest in de vestiging in Galerij Ravenstein in het centrum van Brussel.

Instant retail voor piekmomenten Betalen gebeurt uiteindelijk via de Payconiq/ Bancontact-applicatie, Apple Pay of binnenkort met Google Pay, ook op de smartphone. Na betaling krijgt de klant nog een digitaal ticket in de app te zien, met daarop een barcode waarmee hij de winkel kan verlaten. Het kasticket krijgen gebruikers nadien ook nog per e-mail toegestuurd.

LEVEL 1

Bron: retaildetail.be, 2019-04-03

THEMA 4

©

Om in de winkel kassaloos te betalen, installeren consumenten de app YesWeScan op hun smartphone en maken ze een account aan. Daarmee kunnen ze zich bij het binnengaan van de winkel identificeren (door een QR-code aan de ingang te scannen), waarna ze de barcodes kunnen scannen van de producten die ze in hun winkelmandje stoppen. Een andere mogelijkheid is de prijslabels scannen dankzij NFC-technologie: de smartphone tegen de prijstag in het winkelrek houden is dan al genoeg om het product aan het elektronisch winkelmandje toe te voegen.

37


BREAKING NEWS Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

CHECKLIST

IN

1

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Ik kan aan de hand van een voorbeeld aantonen dat het prijzen van artikelen, afhankelijk van branche en/of winkelvorm, vaak niet langer in de winkel plaatsvindt.

VA N

1

KAN BETER

Ik kan de stappen om het verkoopklaar maken van artikelen toelichten met een voorbeeld.

3

Ik kan aan de hand van een voorbeeld de klant informeren over een product met aandacht voor producteigenschappen, productkwaliteit, verpakking, doelgroep, assortiment, prijs en duurzaamheid.

4

Ik kan de klant informeren via de bruikbare informatie op de verpakking en besteed daarbij ook aandacht aan milieulabels, voedingslabels en pictogrammen i.v.m. veiligheid en gezondheid.

THEMA 4

LEVEL 1

©

2

38

EXTRA OEFENMATERIAAL


Beeldwoordenboek Level 1 BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Dat is het beveiligen van artikelen tegen winkeldiefstal. bv. met een kabeltag, een blisterverpakking, een hard tag, open merchandise, een elektromagnetisch etiket, een safer, een kleurklem, een bottlecap

Bio­garantie­ label

Dat garandeert dat het product biologisch geteeld is.

ecolabel

Dat is toegekend aan honderden producten en diensten die als ecologisch worden beschouwd, die met andere woorden de minste impact hebben op het milieu en de gezondheid.

Dat garandeert dat de kleine boeren in de ontwikkelingslanden voor hun product een eerlijke prijs krijgen.

FSC-label

Dat garandeert dat het product afkomstig is uit verantwoord beheerde bossen.

Groene Punt

Dat label geeft aan dat de producent een financiële bijdrage levert aan het systeem van inzameling en sortering van verpakkingsafval.

BEELDWOORDENBOEK

fairtrade­label

THEMA 4

Dat label toont welke apparaten, auto’s en woningen zuinig omgaan met energie.

©

energielabel

LEVEL 1

VA N

IN

artikel­ beveiliging

39


VERKLARING

AFBEELDING

hulpmiddelen

De winkelier kan makkelijker prijzen of omprijzen met hulpmiddelen zoals de streepjesof EAN-code, een PLU-code, een ridderspoor, een prijstang en een elektronisch schaplabel.

labels met kleurcodes

Dergelijke labels, zoals de Nutri-Score, geven met een kleurwaarde het gehalte van bepaalde voedingsstoffen weer.

milieulabels

Dat zijn labels die garant staan dat de producten en diensten het milieu respecteren

VA N

IN

BEGRIP

Die labels geven enkel in percentages en cijfers de voedingswaarde weer.

niet in de vuilnisbak

Dat betekent dat je het product niet gewoon in de vuilnisbak mag gooien, maar dat het apart moet worden opgehaald omdat het schadelijke stoffen bevat.

ompakken

De winkelier haalt de artikelen uit de tertiaire verpakking (de omverpakking, zoals goederen in het magazijn liggen) om ze in de secundaire (de tray packing of multiverpakking in de winkel) of primaire verpakking (de consumentenverpakking) in de winkel aan te aanbieden.

THEMA 4

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 1

©

neutrale voedingslabels

40

positieve labels

Dergelijke labels geven aan dat het product een gezondere keuze is.


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Alle artikelen in een winkel moeten voorzien zijn van een duidelijke prijs volgens de wettelijke regels. Als de winkelier de artikelen van prijs verandert: heet dat omprijzen. bv. afprijzen, opprijzen, uitprijzen en voorprijzen

recycleerbaarheid

Dat logo geeft aan dat de verpakking of het product uit gerecycleerd materiaal bestaat.

verantwoorde afvalverwerking

Dat logo dient om de consument aan te moedigen om de verpakking en/of het product in de afvalcontainer te deponeren.

VA N

IN

prijzen

THEMA 4

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 1

Dergelijke labels hebben als doel de consument beter te informeren over het product, alsook bewuster te laten kiezen.

©

voedingslabels

41


LEVEL 2 Hoe bepaalt de routing de winkelbeleving?

De winkelindeling is niet toevallig. Bekijk het filmpje. Bespreek.

2

Bekijk aandachtig de plattegrond van een kledingwinkel. Teken een route die de klant in de winkel zou kunnen afleggen.

HERENAFDELING

VA N

1

Waarom heeft de winkelier eerst de herenafdeling en dan de damesafdeling in het winkelplan opgenomen, denk je.

THEMA 4

LEVEL 2

©

3

42

4

In de winkel is er ruimte voorzien om een koffie te drinken. Waarom zou dat zijn?

5

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag: Hoe bepaalt de routing de winkelbeleving?

DAMESAFDELING

IN

INTRO


Re-explore 1— Welke winkelzones zijn er? 1

Een winkel is ingedeeld in automatische zones en winkelspecifieke zones. De positie van die winkelzones zorgt ervoor dat de klant in de winkel een bepaalde route volgt. Markeer de juiste antwoorden.

2

IN

De klant komt vrijwel zeker langs de automatische zones / winkelspecifieke zones bij zijn bezoek aan de winkel. Voorbeelden van dergelijke zones zijn de kassa en de ingang. De winkelier kan die zones op verschillende manieren in (artikel)groepen indelen. De automatische zones / winkelspecifieke zones zijn sterk afhankelijk van de grootte van de winkel en het assortiment van de winkel. Het uitgangspunt bij de inrichting van de zones is dat de indeling voor de klant logisch en overzichtelijk is. Bekijk de afbeeldingen van ruimtes in A.S.Adventure.edu. Zijn het automatische zones of winkelspecifieke zones? Kruis aan.

B

VA N

A

automatische zone winkelspecifieke zone

D

automatische zone winkelspecifieke zone

THEMA 4

automatische zone winkelspecifieke zone

LEVEL 2

©

C

automatische zone winkelspecifieke zone

43


3

De verschillende winkelzones kunnen een tijdelijke artikelpresentatie of een vaste artikelpresentatie bevatten. Markeer de juiste artikelpresentatie.

4

IN

De meeste artikelen hebben in de winkel een eigen plek. Klanten die regelmatig hetzelfde product kopen, vinden zo gemakkelijk het product bij de vaste artikelpresentatie / tijdelijke artikelpresentatie in de winkel. De winkelier gebruikt promotieplaatsen om extra verkoop te realiseren. Die vaste artikelpresentaties / tijdelijke artikelpresentaties voorziet de winkelier regelmatig van andere producten, zodat de klant het gevoel krijgt dat er altijd iets nieuws in de winkel te zien is. In de vaste artikelpresentaties / tijdelijke artikelpresentaties gaat het om bestaande producten die de winkelier nu om een bepaalde reden onder de aandacht wil brengen. Bekijk de artikelpresentaties van A.S.Adventure.edu. Zijn ze vast of tijdelijk? Kruis aan.

B

VA N

A

vaste artikelpresentatie tijdelijke artikelpresentatie

C

vaste artikelpresentatie tijdelijke artikelpresentatie

THEMA 4

LEVEL 2

©

D

44

vaste artikelpresentatie tijdelijke artikelpresentatie

vaste artikelpresentatie tijdelijke artikelpresentatie


5

Als retailer moet je goed nadenken over de indeling van de verkoopzones in je winkel. Bekijk de winkelplattegrond. Combineer de zone met de juiste omschrijving. OMSCHRIJVING

ZILVEREN ZONE

D

C

B

PLATINA ZONE

A

Deze zone ligt achter in de winkel, het verst van de ingang. Klanten lopen er het minst vaak uit zichzelf naartoe.

2

Deze zone ligt in het middelste deel van de winkel.

3

Deze zone ligt in het voorste deel van de winkel, maar niet direct bij de ingang.

4

Deze zone is direct links en rechts van de ingang. Je vindt er de afgeprijsde en trendgevoelige producten.

VA N

GOUDEN ZONE

1

IN

BRONZEN ZONE

2

3

4

©

1

Bekijk aandachtig het grondplan van A.S.Adventure.edu. Links onderaan bevinden zich de ingang en de kassaruimte. Duid de verschillende verkoopzones aan. Schrijf de letter van de zone op de juiste plaats. A B C D

Platina verkoopzone Gouden verkoopzone Zilveren verkoopzone Bronzen verkoopzone

LEVEL 2

a b

THEMA 4

6

45


46

THEMA 4

LEVEL 2

© VA N IN


7

Bij de winkelindeling is er een onderscheid tussen de verkoopoppervlakte, de operationele oppervlakte en de kassaoppervlakte. Noteer het juiste begrip bij de omschrijving. Hier is meestal het laatste contact met de klant. De klant rekent af, betaalt en laat de artikelen eventueel inpakken.

IN

Die winkelruimte is beschikbaar voor de presentatie van de goederen.

Die ruimte is nodig voor een goede werking van de winkel, zoals de kantoren, de refter voor het personeel, de wc’s.

Het grondplan van deze kledingwinkel geeft de drie verschillende winkeloppervlakten weer. Noteer de juiste letter op het grondplan.

VA N

8

Verkoopoppervlakte Operationele oppervlakte Kassaoppervlakte

THEMA 4

LEVEL 2

©

A B C

47


Explore 2— De indeling van een supermarkt … daar is over nagedacht!

Indeling van een supermarkt

IN

Bij de ingang van de supermarkt bevindt zich de groente- en fruitafdeling. Eens een klant iets gezonds in de winkelkar heeft, voelt hij zich minder schuldig als hij iets koopt dat minder gezond is. Na de groenten en het fruit volgen het vlees en de vis en andere artikelen om de maaltijd te vervolledigen. Die indeling stimuleert onbewust om een snellere keuze te maken. Alledaagse producten zoals melk, water, toiletpapier ... staan vaak achteraan. De klant moet de hele winkel door en daardoor stijgt de kans dat hij onderweg ook nog iets anders in zijn winkelkar legt.

©

VA N

De merkproducten waaraan de winkelier het meest verdient, staan op ooghoogte. De goedkopere huismerken of witte producten eerder onderaan. De meest populaire producten staan in het midden van het gangpad. Supermarkten doen dat bewust en verplichten als het ware de consument om door elk gangpad te lopen. Dat vergroot de kans dat hij onvoorzien bepaalde producten meeneemt.

THEMA 4

LEVEL 2

Good to know

48

Hoe kun je als klant aan alles weerstaan in de supermarkt? — Stel een boodschappenlijstje op. — Ga nooit met honger naar de winkel. — Ga op vaste momenten naar de supermarkt, twee of drie keer per week.


Bekijk aandachtig het filmpje over de verleidingen in de supermarkt. Welke truc hanteren de supermarkten het meest?

b

Hoe doen ze dat?

c

Waarom is dat positief voor de winkelier?

d

Welke producten worden op ooghoogte geplaatst?

e

Welke producten zijn dat?

f

Is ‘ooghoogte’ voor elke klant even hoog?

g

Markeer. Producten op het einde van de rayon worden meer / minder verkocht.

IN

a

VA N

1

Pas alle kennis die je hebt over de indeling van een supermarkt, toe. a

Noteer op het grondplan van de supermarkt de letter van de juiste afdeling.

©

2

c

Teken op het plan de kortste route die je kunt nemen, om een brood te halen en af te rekenen. Welke afdelingen passeer je?

LEVEL 2

b

Brood Vlees en kaas Groenten en fruit Zuivel

THEMA 4

A B C D

49


IN VA N

Explore 3— Hoe verleidt de winkelier tot aankopen in de kassaomgeving?

Verleiding

©

In veel winkels is de kortste weg van de ingang naar de kassa een behoorlijk lange route. Op die route passeert de klant meerdere keren grote bakken met aantrekkelijke aanbiedingen. Ook in de wachtrij aan de kassa verleiden promotieartikelen hem om te kopen. De winkelier presenteert er regelmatig nieuwe artikelen om de regelmatige klant te verrassen en aan te zetten tot kopen.

THEMA 4

LEVEL 2

IMPULSAANKOPEN

50

Impulsaankopen zijn aankopen die de consument niet had gepland. De meeste winkels zijn er echter op gericht om de klant te verleiden tot een laatste, snelle aankoop. Daarvoor staan er bij de kassa rekken met verleidelijke producten.


Welke artikelen bevinden zich meestal aan de kassa van de onderstaande winkels. Noteer twee voorbeelden. a

tankstation:

b

parfumerie:

c

kledingwinkel:

d

schoenenwinkel:

VA N

IN

1

Waarom is de kassaomgeving een verleidelijke zone? Noteer drie redenen.

©

2

3

Surf naar het onlinelesmateriaal en lees het artikel over Lidl.

Forum

THEMA 4

LEVEL 2

Wat vind je van het initiatief van de supermarktketen Lidl?

51


Explore 4— Hoe kan een winkelier inzetten op instore­ beleving?

Instore­beleving

Bekijk aandachtig de meme. Wat betekent de afbeelding indien je die zou verbinden aan het begrip ‘instore-beleving’?

VA N

1

IN

Instore-beleving is de zintuigelijke waarneming van de klant tijdens het winkelen. De beleving prikkelt de kooplust. In de retail is het een algemeen woord om de verschillende soorten van beleving in een winkel aan te duiden.

FEELINGS

FEELING EVERYWHERE

ZINTUIGELIJKE PRIKKELS

Een prikkel is een stukje informatie dat via je zintuigen binnenkomt.

©

De zintuigen zijn: ogen, oren, huid, neus en de tong.

2

Kruis aan. Welke zintuigelijke prikkels beleef je:

THEMA 4

LEVEL 2

a

52

tijdens het shoppen in een fysieke winkel: zien horen voelen ruiken proeven

b

tijdens het onlineshoppen: zien horen voelen ruiken proeven


ACHTERGRONDMUZIEK

De muziek op de achtergrond, de achtergrondmuziek, beïnvloedt de klant. Muziek met een hoog tempo en een herkenbaar refrein zorgt dat klanten sneller door de winkel lopen. Klanten hebben het gevoel dat de producten goedkoop of goedkoper zijn. Muziek met een lager tempo houdt klanten langer in de winkel en geeft het gevoel van kwaliteit.

IN

Beantwoord de onderstaande vragen over achtergrondmuziek. a

In welke winkel vind je de muziek prettig?

b

Blijf je dan langer?

c

Bekijk de cijfers over achtergrondmuziek in winkels. Bespreek met je klasgenoten.

VA N

3

Infographic 1: Het belang van audio

74 % van de klanten tussen 18 en 44 jaar geniet van instore-muziek.

42 %

LANGER WINKELEN

Muziek die de merkidentiteit en de doelgroep weerspiegelt, kan de omzet met 32 % doen stijgen.

96 %

©

BRAND RECALL

74 %

GENIETEN

42 % van de bezoekers blijft langer in een winkel die achtergrondmuziek van hoge kwaliteit afspeelt.

32 %

OMZETVERHOGING

Wanneer muziek de merkidentiteit weerspiegelt, is er 96 % meer kans dat de consument zich het merk later nog herinnert.

THEMA 4

Om volwassen klanten in de juiste koopstemming te brengen, kan de winkelier in de wijnafdeling Franse achtergrondmuziek spelen. Dat verhoogt de verkoopcijfers van Franse wijnen. Duitse achtergrondmuziek heeft hetzelfde effect voor Duitse wijnen.

LEVEL 2

Good to know

53


STAAL

Bij voorverpakte of te bestellen artikelen kunnen verkopers de klant een staal geven. Dat is een kleine hoeveelheid van een product zodat de klant kan testen alvorens te kopen.

Fysieke winkels hebben een meerwaarde ten aanzien van het onlineshoppen. Klanten kunnen er de producten voelen, ruiken en proeven. Voor een staaltje bestaan verschillende synoniemen. Noteer drie synoniemen, gebruik eventueel het internet.

VA N

IN

4

SHELF TESTER

Winkeliers gebruiken soms shelf testers vlak voor de winkelrek-

ruimte van het product. Met die op maat ontwikkelde marketingtool brengt de winkelier de klant dicht bij het product. Klanten kunnen

©

een product uitproberen voor de aankoop.

THEMA 4

LEVEL 2

Proeven

54

Proeven is ook een zintuigelijke beleving die de winkelier aanbiedt, in de vorm van een drankje of een proevertje, zoals eens stukje chocolade, kaas of worst … Een koffiehoek waar de klant tot rust kan komen, is ook een trend in zintuigelijke beleving. Het vergroot de kans dat de klant langer in een winkel blijft.


GEURMARKETING

Bij geurmarketing zorgt de geur in de winkel ervoor dat de klant zin krijgt om te kopen: de geur van versgebakken brood wekt de trek in brood op. Kinepolis verspreidt een popcorngeur en dat niet alleen om meer popcorn te verkopen, maar ook om de beleving van een avondje film in de bioscoop compleet te maken en zo het verschil te maken

5

IN

met de home cinema.

Bekijk aandachtig de infographics. Bespreek klassikaal.

THEMA 4

LEVEL 2

©

VA N

Infographic 2: Meer klantenbinding met geur

55


IN

Infographic 3: De invloed van geur

Geurmarketing is een middel dat het gedrag van de klant en daarmee de omzet van de winkelier kan beïnvloeden. Wat als ondernemers geurmarketing ook op andere plekken toepassen, bijvoorbeeld in een bank of gokkantoor om daar het gedrag te beïnvloeden? Lees de onderstaande tekstballonnen. Ga naar het onlinelesmateriaal en lees het artikel over geurmarketing. Voer daarna een klasgesprek.

VA N

6

Wist je dat …

het effect van geur versterkt wordt door muziek en beeld? De kwaliteitsbeleving wordt hoger als meerdere zintuigen de boodschap ontvangen.

de omzet op een damesafdeling verdubbelt als er een vanillegeur verspreid wordt?

©

Bron: DDJmedia

Forum

THEMA 4

LEVEL 2

Vind jij geurmarketing overal verantwoord?

56

de geur van brood in een supermarkt de omzet doet verdrievoudigen?


Explore 5— Hoe stuurt winkelrouting de klant? Winkelrouting

1

Herbekijk klassikaal het filmpje uit de Intro.

Bestudeer het grondplan van een Ikea-winkel. Gaat het op de verdiepingen om een gedwongen of vrije looproute? Kruis aan.

VA N

a b

IN

De winkelrouting is het pad dat de klant in de winkel aflegt. De winkelrouting zorgt voor een subtiele begeleiding van de klant. De winkelier toont zo makkelijker alle producten, zodat de klant verleid wordt tot extra aankopen boven op de geplande aankopen. Plafondhangers, (vloer)pijlen en wegwijzers verduidelijken de route. Enerzijds gebruikt de winkelier de gedwongen looproute, de route die de klant verplicht is om te lopen, anderzijds is er de vrije looproute, de looproute waarlangs de klant niet verplicht is om te lopen.

B

C

gedwongen looproute vrije looproute

gedwongen looproute vrije looproute

gedwongen looproute vrije looproute

©

A

Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een link om een virtuele 3D-tour te maken. Gaat het op de verdiepingen om een gedwongen of vrije looproute? Kruis aan.

Verdieping 1 gedwongen looproute vrije looproute b

Waaraan herken je de winkelroute op verdieping 2?

Verdieping 2 gedwongen looproute vrije looproute

LEVEL 2

a

THEMA 4

2

57


3

Neem er nog eens de plattegrond van A.S.Adventure.edu uit Re-explore 1 bij. a

Is er sprake van een gedwongen of een vrije looproute? Licht je antwoord toe.

b

Vind je dat beter dan bijvoorbeeld bij Ikea?

TO THE POINT

IN

VA N

De winkelinrichting en een winkelroute zijn belangrijk voor de verkoop. Bij de winkelinrichting houdt de winkelier rekening met de drie types winkeloppervlakte: de verkoop-, de operationele en de kassaoppervlakte. In de vier verkoopzones van de winkel - de platina, de gouden, de zilveren en bronzen zone - staan de vaste en tijdelijke artikelpresentaties.

THEMA 4

LEVEL 2

©

De winkelier legt de winkelrouting zo vast dat de klant zo lang mogelijk in de winkel blijft en langs alle producten komt zodat hij de klant kan aanzetten tot kopen. Elke winkel heeft winkelzones. De klant komt zeker langs de automatische zones en de winkelroute neemt de klant mee in de winkelspecifieke zones. De winkelrouting kan in de winkel verlopen via de gedwongen looproute waarbij de klant langs een verplichte route loopt, of langs de vrije looproute die de klant niet verplicht is te volgen. De winkelroute wordt duidelijk door wegwijzers en met het rechts uitlijnen van de goederen. Daarnaast zal de winkelier met slimme indeling de klant door de winkel leiden. In de supermarkt begint de klant bij de groente en het fruit voor een goed gevoel en achteraan de winkel staan de basisbehoeften. De klant moet dus door de hele winkel lopen.

58

De zintuigelijke prikkels die de klant in de winkel ervaart zorgen voor een instorebeleving. De klant kan van alles horen, zien, voelen, proeven en ruiken. De zintuigelijke prikkels moeten de klant tot kopen aanzetten. De fysieke winkel heeft een voordeel ten opzichte van de onlinewinkel, waar alleen zien en horen een rol speelt. Het aangename gevoel van de instore-beleving creëert de winkelier met de productpresentaties, de achtergrondmuziek, het inzetten van geurmarketing en het aanbod om een product uit te proberen met een staal of een shelf tester of met een proevertje.


IN

Tegen het eind van de winkelrouting komt de klant bij de kassa. De winkelier probeert de klant hier te verleiden tot impulsaankopen, aankopen die de klant niet heeft gepland.

BEKIJK DE KENNISCLIP

VA N

Action 1— Herken jij de winkelzones?

Bekijk aandachtig het grondplan van een supermarkt. Duid de verschillende verkoopzones aan. Schrijf het cijfer van de zone op de juiste plaats. De platina zone De gouden zone De zilveren zone De bronzen zone

THEMA 4

LEVEL 2

©

1 2 3 4

59


Action 2— Hoe werkt de winkelroute in het nieuwe concept?

Lees aandachtig het krantenartikel. Markeer het antwoord op deze vragen: geel

Hoe werkt het nieuwe concept?

groen

Wat wil Lidl ermee bereiken?

rood

Welke optie hebben de gehaaste klanten?

IN

a

Wat vind je van het concept?

c

Waarom staan de diepvries- en non-foodproducten achteraan in de winkel?

d

De winkel zegt het traditionele winkelparcours, de winkelroute, los te laten. Maar wat is er in de winkelroute hetzelfde gebleven?

THEMA 4

LEVEL 2

©

VA N

b

60


IN

Warm interieur met eetwerelden: Lidl test gloednieuw winkelconcept uit aan Zelebaan

boodschappen. Toch willen ze graag vers en gezond eten. Met het nieuwe testconcept willen we winkelen efficiënt, maar aangenaam maken en onze klanten vooral inspireren over wat er op hun bord komt’, verduidelijkt Colbrandt.

VA N

Na eerdere passages van Albert Heijn en Carrefour beproeft nu supermarktketen Lidl haar geluk in het winkelgebouw nabij het kruispunt van de Zelebaan en de Dijkstraat. In haar nieuwe vestiging test de retailer een nieuw winkelconcept met een volledig nieuwe indeling en aankleding. Het gaat voorlopig om een eerste test.

‘We merken dat klanten de laatste jaren gehaaster zijn en niet altijd zin hebben om veel tijd te besteden aan de noodzakelijke

Vervolgens wandel je door naar de ontbijtwereld met een uitgebreidere verse bakkerij en een gezonde notenhoek. Alle diepvriesproducten en non-food vind je achteraan in de winkel terug bij de kassa’s. Zes zelfscankassa’s maken het klanten met weinig tijd makkelijk om een beperkte hoeveelheid artikelen snel af te rekenen. Bron: hln.be, 2020-12-10

LEVEL 2

©

De supermarktketen gooit het traditionele winkelparcours in dit nieuwe concept op de schop. De winkel die Lidl aan de Dijkstraat 31 in Lokeren opent, is ingedeeld in verschillende eetwerelden die de consument moeten inspireren.

THEMA 4

Als klant doorloop je verschillende ‘eetwerelden’ die je snel naar een verse lunch of een vers avondmaal brengen en inspiratie voor op het bord geven. ‘Met het nieuwe concept wil Lidl nog beter aan de verwachtingen van de Belgische consument voldoen: verse voeding aan scherpe prijzen aanbieden die we makkelijk en snel kunnen terugvinden’, schetst woordvoerder Isabelle Colbrandt.

Inspirerende eetwerelden Bij het binnenkomen kom je meteen in de dinerwereld terecht waar je dagelijks alles voor een vers avondmaal of een verse lunch snel kunt terugvinden. Een speciale hoek met recepten uit ‘De Keuken van Lidl’ moet de klant qua gerechten inspireren. In een andere hoek vind je een verse sinaasappelpers terug en een gekoeld meubel met simpele en snelle slaatjes, verse maaltijden en smoothies. In de dinerwereld vind je uiteraard ook het verse fruit en de groenten terug, net als het verse vlees, het gevogelte en de veggie- en veganproducten.

61


Action 3— Waar houdt een winkelier rekening mee bij de winkelinrichting?

Lees de onderstaande uitspraak van Walt Disney. a

Stel dat jij voor de inrichting van een nieuwe winkel verantwoordelijk bent, wat betekent de quote volgens jou?

IN

b

Is de uitspraak van Walt Disney dan een goede tip? Waarom (niet).

VA N

Do what you do so well that they will want to see it again Walt Disney and bring their friends.

Action 4— Kun je gezonde producten verkopen in de verleidelijke zone?

Werk in groepjes van maximaal vier personen. Lees het artikel. a

Lidl heeft als eerste supermarkt gezondere producten aangeboden in de verleidelijke zone aan de kassa. Wat heeft Lidl gedaan?

b

Wat hebben andere Nederlandse supermarkten gedaan?

©

c

Noteer drie redenen om geen snoep meer aan de kassa van de supermarkt te leggen.

THEMA 4

LEVEL 2

62

d

Noteer drie redenen waarom je wel snoep aan de kassa van een supermarkt zou leggen.


Noteer tien artikelen die jij aan de kassa van de supermarkt zou leggen.

f

Leg van drie van die artikelen uit waarom.

g

Verwerk je informatie in een PowerPointpresentatie. Presenteer je bevindingen aan de klas. Gebruik de ICT-fiches van PowerPoint. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

h

IN

e

We kopen veel minder snoep als het niet bij de kassa ligt

Het onderzoek richtte zich uitsluitend op de minder gezonde tussendoortjes in de buurt van de kassa. Het snoep, de koek en andere suikerhoudende producten lagen nog wel gewoon in de schappen. De onderzoekers stellen dat de presentatie, waarbij consumenten niet verleid worden bij het afrekenen, van grote invloed is op het aankoopgedrag.

VA N

Als er geen snoepgoed en snacks bij de kassa liggen, dalen de verkopen aanzienlijk, blijkt uit onderzoek van de Universiteit van Cambridge. Psycholoog Diana van Dijken legt uit waarom we extra gevoelig zijn voor dat soort impulsaankopen.

Bron: ad.nl, 2019-01-04; DPG Media

LEVEL 2

In Nederland heeft Lidl het snoepgoed bij kassa 1 vervangen door gezondere snackgroenten, zoals rijstwafels. Jumbo en Plus zijn het van plan geweest, maar hebben nog steeds geen veranderingen doorgevoerd. Albert Heijn verkoopt ook nog steeds snacks en kauwgom bij de kassa.

THEMA 4

©

In de periode tussen 2013 en 2017 zijn de verkoopdata van negen grote Britse winkelketens onderzocht, waaronder Aldi, Lidl en Tesco. Zes van die ketens besloten vrijwillig geen snacks en snoep meer te plaatsen bij de kassa. Uit de aankoopgegevens van 30 000 Britse huishoudens bleek dat het aantal impulsaankopen na een jaar met 17 procent was gedaald. Het jaar daarna was dat nog eens 15,5 procent lager.

Slechte impulscontrole Volgens voedingspsycholoog Diana van Dijken zijn mensen gevoelig voor het doen van impulsaankopen bij de kassa. ‘Dat het lastig is om weerstand te bieden zit hem in twee dingen. Enerzijds sta je te wachten bij een kassa waar ook snoepgoed staat uitgestald. De kans is groot dat je aandacht getrokken wordt door alle snacks. Het ligt ook nog eens binnen handbereik. Dat zorgt ervoor dat je bewust nee moet zeggen en mensen zijn daar niet altijd even goed in. Anderzijds is het product dat er ligt, lekker en goedkoop. Er ligt een reep voor 80 cent en je denkt: waarom niet?’

63


Action 5— Ken je de meest gebruikte verkooptrucs van de supermarkt?

Ga naar het onlinelesmateriaal en bekijk het filmpje over de verkooptrucs in de supermarkt.

2

Maak een poster met Canva. Illustreer tien trucs die jij het best vindt met een mooie afbeelding. Gebruik de ICT-fiches van Canva.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

IN

1

Action 6— Hoe kun je de supermarkten te slim af zijn?

VA N

Ga via het onlinelesmateriaal naar het artikel om de slimme trucs van de supermarkten te weerstaan. Noteer een aantal tips. Denk ook aan wat je in het filmpje van Action 5 gezien hebt.

©

Tip:

Action 7— Wat is er nieuw in de winkelbeleving bij de discounter?

THEMA 4

LEVEL 2

Ga via het onlinelesmateriaal naar het artikel over de nieuwe winkelinrichting van de discounter.

64

a b c

Lees het artikel aandachtig. Welke veranderingen aan de winkelinrichting heeft Aldi gedaan? Stel ze voor in een PowerPointpresentatie. Voorzie je presentatie van beeld of foto’s. Gebruik de ICT-fiches van PowerPoint. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.


Action 8— Wat is de app ‘Vind mijn product’? MORE Ga naar het onlinelesmateriaal en maak daar deze Action More.

Action 9— Hoe werkt de winkelroute in het nieuwe

IN

concept?

Lees de tekst over het testconcept bij Ikea in Sjanghai. Wat heeft Ikea veranderd?

b

Wat verwacht Ikea dat dit met de winkelbeleving van klanten of bezoekers zal doen?

VA N

a

Waarom spreekt Ikea niet meer van ‘klanten’ in hun nieuw concept?

d

Wat zijn community hubs?

THEMA 4

LEVEL 2

©

c

65


Ikea dumpt verplichte looproute in nieuw concept Ikea test in Sjanghai een nieuw winkelconcept, opgebouwd rond ‘zinvolle klantervaringen’, evenementen en duurzaamheid – maar zonder de typische verplichte looproute.

IN

Geen verplichte route Het concept met de naam ‘Home Experience of Tomorrow’ wil de focus leggen op ‘emotionele en versterkende klantervaringen’. De opvallendste breuk met het verleden is het afstappen van de verplichte wandelroute waar de Ikea-winkels om bekendstaan. In de plaats komt een mix van levendige ruimtes voor evenementen en cocreatie, en kalme plekjes waar bezoekers tot rust kunnen komen. Kleuren helpen gemakkelijk door elk gebied te navigeren, zodat bezoekers meer keuze hebben in hoe ze de winkel willen gebruiken.

VA N

hubs’, fysieke ruimtes voor workshops en om kennis te delen. Denk daarbij aan activiteiten zoals productlanceringen en kooklessen. Er is bovendien een studio waar werknemers en influencers content kunnen produceren. Een voorbeeld van zo’n hub is de ‘makers hub’, waar klanten en lokale experts hun vaardigheden kunnen delen en kunnen werken aan circulaire projecten die gericht zijn op maatwerk en herstellingen.

Bezoekers – want een winkel die méér wil zijn dan een winkel spreekt niet meer over ‘klanten’ – zullen contact met elkaar kunnen leggen in ‘community

Bron: retaildetail.be, 2021-08-12

Action 10— Wat is het geheim van Ikea? 1

Werk in vier groepjes. Ga via het onlinelesmateriaal naar het filmpje over Ikea. Elke groep beantwoordt de toegewezen vraag.

THEMA 4

LEVEL 2

©

Groep 1: Wat kom je te weten in verband met de verleiding van Ikea aan de buitenzijde en de landingszone? Groep 2: Wat kom je te weten over de verplichte routing in Ikea en verwerking van het daglicht in Ikea? Groep 3: Wat kom je te weten over de kromme wegen en de focuspunten in Ikea? Wat zijn de portefeuilleopeners? Groep 4: Wat kom je weten over de schaarste en de zogenaamde ‘mannenhoeken’?

66

2

Verwerk je antwoord op de vraag in een poster. Gebruik de ICT-fiches van Canva.

3

Presenteer het resultaat van je groep aan de klas.

4

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.


Action 11— Werkplekleren: breng een bezoek aan een supermarkt

Werk per twee. Je brengt een bezoek aan een supermarkt. Het is de bedoeling dat je de verschillende zones goed observeert, zodat je ze op een plattegrond kunt uitwerken. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Naam van de supermarkt

Adres

VA N

Website

IN

Steekfiche van de supermarkt

Openingsuren

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK

©

Wandel door de supermarkt en vink aan wat je ziet.

tijdelijke artikelpresentatie vaste artikelpresentatie vrije looproute gedwongen looproute automatische zone winkelspecifieke zone

de platina zone de gouden zone de zilveren zone de bronzen zone

THEMA 4

Duid de verschillende zones aan op je plattegrond. Vink aan als je de zone hebt aangegeven. Werk na het bezoek verder uit.

LEVEL 2

Schets de winkelplattegrond. Werk die na het bezoek verder uit.

67


DEEL 3: NA HET BEZOEK Maak een duidelijke plattegrond van de supermarkt. Duid de verschillende zones aan. Gebruik verschillende kleuren. Vergeet je legende niet!

VA N

IN

Tip:

Action 12— Werkplekleren: winkelinrichting van een winkel Werk per twee. Je brengt een bezoek aan een winkel naar keuze, maar geen supermarkt. Het is de bedoeling dat je de verschillende zones goed observeert, zodat je ze op een plattegrond kunt uitwerken. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK Steekfiche van de winkel

Naam van de winkel

©

Adres

Website

THEMA 4

LEVEL 2

Openingsuren

68


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK

Schets de winkelplattegrond. Werk die na het bezoek verder uit. Duid de verschillende zones aan op je plattegrond. Werk na het bezoek verder uit.

tijdelijke artikelpresentatie vaste artikelpresentatie vrije looproute gedwongen looproute automatische zone winkelspecifieke zone

IN

Wandel door de winkel en vink aan wat je ziet.

de platina zone de gouden zone de zilveren zone de bronzen zone

DEEL 3: NA HET BEZOEK

VA N

Maak een duidelijke plattegrond van de winkel. Duid de verschillende zones aan. Tip:

Gebruik verschillende kleuren. Vergeet je legende niet!

Action 13— Experimenteren met geurmarketing 1

Bekijk aandachtig de afbeelding. Welk effect heeft een bepaalde geur?

THEMA 4

LEVEL 2

©

MORE

69


Werk in groepjes van maximaal vier leerlingen. Kies met je groepje een optie, afhankelijk van je interesse. Vink de gekozen optie aan.

Optie 1

Bekijk een filmpje

Bekijk via het onlinelesmateriaal het filmpje over geurmarketing in de lingeriewinkel.

b

Welke geuren heeft de verkoper gekozen?

Maak je eigen geurstokjes

a

Overleg voor welke winkel je een geurtje zult ontwikkelen.

b

Ontwikkel geurstokjes.

VA N

a

Optie 2

IN

2

c

Waarvoor gebruikt de winkelier de spray?

©

d

Wat doen de geuren?

THEMA 4

LEVEL 2

e

70

Experimenteer nu met je groepje. Bedenk zelf een geur die volgens jou het best past bij een winkel naar keuze. Vraag je medeleerlingen naar hun mening en waarom ze het wel of niet vinden passen.

Wat heb je nodig?  een kleine glazen vaas of bokaal met een smalle opening  bamboestokjes (bv. voor brochettes)  olie (bv. jojobaolie, amandelolie, babyolie …)  essentiële olie (bv. eucalyptus, lavendel, citroen, pepermunt) Hoe ga je te werk?  Knip het scherpe uiteinde van de stokjes af.  Vul de vaas of bokaal minstens half met de olie.  Voeg minstens 30 druppels essentiële olie toe.  Plaats de stokjes in de vaas of de bokaal.  Draai de stokjes na enkele uren om, een heerlijke geur zal zich verspreiden.  Vanaf dan kun je de stokjes om de paar dagen omdraaien, zo blijven ze goed hun geur afgeven.  Als de geur na een tijdje vervaagt, kun je meer essentiële olie toevoegen.  Als de hoeveelheid olie slinkt, kun je die ook weer aanvullen naar behoefte.


BREAKING NEWS Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

CHECKLIST

IN

1

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Ik kan het verband tussen winkelindeling, routing en winkelbeleving op basis van een voorbeeld van een grondplan van een winkel toelichten.

EXTRA OEFENMATERIAAL

VA N

1

KAN BETER

Ik kan het onderscheid tussen de verkoop-, operationele en kassaoppervlakte toelichten aan de hand van een voorbeeld.

3

Ik kan het onderscheid tussen de permanente en tijdelijke artikelpresentaties maken aan de hand van een voorbeeld.

4

Ik kan het onderlinge verband tussen winkelindeling en de weg die een klant aflegt in de winkel of routing in functie van zijn winkelbeleving toelichten aan de hand van een voorbeeld.

5

Ik kan op een plattegrond het onderscheid maken tussen de gouden, de bronzen, de zilveren en de platina verkoopzone van een winkel.

Ik kan het onderscheid tussen de automatische en de winkelspecifieke zones maken aan de hand van een voorbeeld.

7

Ik kan het begrip ‘instore-beleving’ verklaren aan de hand van een voorbeeld.

8

Ik kan het begrip ‘geurmarketing’ illustreren aan de hand van een voorbeeld.

THEMA 4

6

LEVEL 2

©

2

71


Beeldwoordenboek Level 2 BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

De muziek die de klant in een winkel op de achtergrond hoort.

artikel­ presentatie

De winkelier toont zijn artikelen in een tijdelijke of een vaste artikelpresentatie. De tijdelijke presentatie is telkens anders, verrast de klant en realiseert extra verkoop. De vaste artikelpresentatie zorgt dat de klant de producten die hij vaak koopt, gemakkelijk vindt.

VA N

IN

achtergrondmuziek

Dat zijn aankopen die de consument niet gepland had om te doen.

instorebeleving

De zintuigelijke waarnemingen van de klant in de winkel.

gedwongen looproute

Dat is de route waarlangs de klant verplicht is om te lopen.

THEMA 4

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 2

©

impuls­ aankopen

72


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Dat is een techniek waarbij een geur verspreid wordt om de klant in een aangename koopsfeer te brengen.

shelf tester

Dat is een op maat gemaakte drager om de tester op te zetten in de winkel. Op die manier kan de klant het product testen.

staal

Dat is een kleine hoeveelheid van een product dat de klant kan testen alvorens te kopen. Het heet ook wel proefmonster, tester of sample.

BRONZEN ZONE

D

ZILVEREN ZONE

C

GOUDEN ZONE

B

PLATINA ZONE

A LEVEL 2

Dat is de looproute waarlangs de klant niet verplicht is om te lopen.

©

vrije looproute

Een winkel kun je indelen in zones naargelang hoeveel er gekocht wordt: de platina, gouden, zilveren en bronzen zone. De platina zone is vlakbij de ingang en verkoopt het best. De bronzen zone is achter in de winkel en de producten verkopen er het minst.

BEELDWOORDENBOEK

verkoopzone

THEMA 4

VA N

IN

geur­ marketing

73


VERKLARING

AFBEELDING

winkel­ oppervlaktes

De drie winkeloppervlaktes kun je herkennen aan hun verschillende functies: de verkoopoppervlakte is in de winkel, de operationele oppervlakte is achter de schermen en de kassaoppervlakte bevindt zich rondom de kassa.

winkelrouting

Dit is het pad dat de klant aflegt in de winkel.

winkelzones

Je kunt een winkel indelen in automatische zones en winkelspecifieke zones. Klanten komen altijd door de automatische zone, zoals de kassa en de ingang. De winkelspecifieke zones zijn afhankelijk van de grootte en assortiment van de winkel.

VA N

IN

BEGRIP

THEMA 4

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 2

©

zintuigelijke prikkels

74

Alle prikkels die we waarnemen met de zintuigen: de ogen, oren, de huid, de neus en de tong.


LEVEL 3

IN

Hoe zorgt de samenplaatsing van artikelen in de winkel voor meerverkoop? INTRO 1

Je gaat binnenkort met je school op studiereis naar Parijs en daarvoor heb je nog een rugzak nodig. Je gaat samen met je ouders naar de winkel van A.S.Adventure.edu. Bekijk aandachtig de onderstaande afbeeldingen. Wat valt je op aan de winkel op afbeelding A?

VA N

a

b

Wat zou de bedoeling zijn van de opstelling op afbeelding B?

B

©

A

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag:

LEVEL 3

Hoe zorgt de samenplaatsing van artikelen in de winkel voor meerverkoop?

THEMA 4

2

75


Explore 1— Wat is artikelverwantschap? Bekijk aandachtig de afbeeldingen. Beantwoord de vragen. Aan welk feest doen de artikelen op afbeelding A je denken?

b

En de artikelen op afbeelding B?

c

Waarom presenteren winkels verschillende artikelgroepen bij elkaar?

d

Wat betekent die opstelling voor de verkoop?

VA N

IN

a

A

THEMA 4

LEVEL 3

©

B

76


Explore 2— Welke soorten artikelverwantschap zijn er? 1

Bekijk aandachtig de afbeeldingen. Er is artikelverwantschap tussen de producten op de afbeelding. Lees de omschrijving van die artikelverwantschap. Noteer de juiste benaming. Kies uit:

A

IN

consumptieverwantschap – kleurverwantschap – koopverwantschap – leeftijdsverwantschap – maatverwantschap – merkverwantschap – prijsverwantschap – productieverwantschap – stijlverwantschap – themaverwantschap

VA N

Dat zijn artikelen die door de wijze van presentatie het koopgedrag beïnvloeden. De klant schaft de artikelen op dezelfde manier of in hetzelfde ritme aan. De winkelier presenteert de artikelen samen omwille van die verwantschap: zo voorzien ze bijvoorbeeld in dezelfde behoefte (zoals bij consumptieverwantschap), of worden in hetzelfde ritme aangeschaft (bv. bij de start van een seizoen of beginnen met een sport).

©

D

De artikelen zijn gemaakt uit dezelfde grondstof of volgens eenzelfde procedé, op dezelfde manier.

De producten hebben allemaal dezelfde kleur. Ze passen perfect bij elkaar in de presentatie.

E

De artikelen horen bij elkaar omwille van de stijl, het genre of het design. LEVEL 3

De artikelen voldoen aan dezelfde behoefte. Ze vullen elkaar aan of ze vervangen elkaar.

C

THEMA 4

B

77


G

F De winkelier zet hier artikelen met hetzelfde onderwerp of thema samen.

IN

De winkelier presenteert de artikelen samen, omdat ze allemaal evenveel kosten.

H

I

De artikelen staan bij elkaar omdat ze allemaal even groot (of klein) zijn. Dat kan zowel een kleding- of schoenmaat zijn als de grootte van het artikel.

VA N

De artikelen staan bij elkaar omdat ze voor dezelfde leeftijdscategorie bedoeld zijn, bijvoorbeeld bij speelgoed en boeken.

J

Hier zet de winkelier artikelen van hetzelfde merk samen. Dat is handig in een supermarkt of kledingzaak aangezien die altijd met heel veel verschillende merken werken. 2

Vul de omschrijving van artikelverwantschap aan. Kies uit:

©

artikelen – artikelverwantschap – bij elkaar horen – gepresenteerd worden – maat – tonen

Alle

ARTIKELVERWANTSCHAP

die op een logische manier wat betreft merk, kleur,

stijl, kunnen in een winkel ook bij elkaar

THEMA 4

LEVEL 3

Dat heet

78

of .

. De klant vindt zo gemakkelijker zijn

weg naar de producten en de verkoper kan de bijbehorende artikelen beter en aanvullen.


Explore 3— Welke displayvormen bestaan er? Display

1

IN

Je kunt de artikelen presenteren op een display. Een display gebruik je om: — het winkelimago te benadrukken, — artikelen onder de aandacht te brengen, — de aandacht van de klant te trekken en de klant te verleiden tot impulsaankopen, — sfeer te scheppen door op de displays thema’s uit te werken.

Er zijn heel wat verschillende vormen van displays. In de eerste plaats is er een onderscheid tussen de massdisplay en de classdisplay. a

Lees de omschrijving. Bekijk de afbeelding en noteer het juiste begrip.

VA N

A

De display is geschikt om een grote hoeveelheid artikelen te presenteren. Het zijn meestal artikelen van een lagere prijsklasse waarvan de winkelier er veel in voorraad heeft en die hij in een korte tijdspanne wil verkopen. De presentatie van een reclamestunt voor een groot aantal artikelen vraagt om een dergelijke display. De display brengt de artikelen tijdelijk onder de aandacht van de klant.

B

THEMA 4

LEVEL 3

©

De display beklemtoont de exclusiviteit van het artikel. Het gaat dan om artikelen van een hogere prijsklasse die een stijlvolle presentatie krijgen. De sfeer van de presentatie is belangrijker dan de hoeveelheid tentoongestelde producten. Die vorm wordt gebruikt voor de lancering van een nieuw product of om een product extra te promoten.

79


b

Gaat het om massdisplay of classdisplay? Kruis aan.

B

massdisplay classdisplay

IN

A

massdisplay classdisplay

D

VA N

C

massdisplay classdisplay

2

massdisplay classdisplay

De displayvorm hangt af van de plaats in het winkelinterieur. Bekijk aandachtig de afbeeldingen van displays. Lees de omschrijving. Noteer de juiste soort display. Kies uit: eilanddisplay – kassadisplay – kop- of einddisplay – schapdisplay – toonbankdisplay – vloerdisplay – wanddisplay

A

Soort:

©

Bij deze presentatie gebruik je een reeks tafeltjes om een hoogteverschil te creëren. De klant kan zich vrij rondom de presentatie bewegen. De artikelen zijn aan alle zijden duidelijk zichtbaar.

THEMA 4

LEVEL 3

B

80

Soort: Op de display op de toonbank presenteert de winkelier vaak kleine producten in mandjes of in een daarvoor uitgewerkte stand. Die hebben als doel impulsaankopen op te wekken en sluiten het best aan op wat onder de glasplaat ligt.


C Soort: Aan het begin of het einde van een stelling (rek, rayon) in een supermarkt werk je een presentatie uit met artikelen die je extra in de kijker wilt zetten. Dat kan een reclamepresentatie zijn uit de huidige folder of een nieuw artikel dat het assortiment aanvult.

IN

D Soort:

Een presentatie waarbij de ondernemer de artikelen aan een van de zijden van de winkel extra onder de aandacht brengt. Die displayvorm komt het meest voor in de modebranche.

VA N

E

Soort:

Bij de kassa presenteert de winkelier producten die impulsaankopen opwekken. Dat is vlakbij de kassa of in de zone waar de klant aanschuift om af te rekenen.

F

Soort:

©

Grote producten of een groot aantal dezelfde of gelijksoortige artikelen kun je op de vloer van de winkel presenteren.

G

THEMA 4

Om artikelen op een opvallende manier te presenteren, kun je een extra schap of een schap dat verder uitsteekt in de presentatie verwerken. De artikelen die daarop uitgestald staan, trekken extra de aandacht.

LEVEL 3

Soort:

81


TO THE POINT

VA N

IN

Een retailer kan gebruikmaken van de artikelverwantschap tussen artikelen om de producten in zijn winkel op een logische manier te presenteren. Artikelen kunnen op verschillende manieren ‘verwant’ zijn. — Consumptieverwantschap: de artikelen vervullen dezelfde behoefte van de consumenten. — Koopverwantschap: de artikelen worden op dezelfde wijze of in hetzelfde ritme door de klant gekocht. — Kleurverwantschap: de artikelen hebben dezelfde kleur. — Leeftijdsverwantschap: de artikelen zijn voor dezelfde leeftijdsgroep bedoeld. — Maatverwantschap: de artikelen hebben dezelfde maat. — Merkverwantschap: de artikelen zijn van hetzelfde merk. — Prijsverwantschap: de artikelen kosten evenveel. — Productieverwantschap: de artikelen zijn uit dezelfde grondstof of volgens hetzelfde procedé gemaakt. — Stijlverwantschap: de artikelen vertegenwoordigen een bepaalde stijl. — Themaverwantschap: de artikelen horen bij een bepaald thema. Presentatie Je kunt de artikelen presenteren op een display. Een display gebruik je om: — het winkelimago te benadrukken, — artikelen onder de aandacht te brengen, — de aandacht van de klant te trekken en de klant te verleiden tot impulsaankopen, — sfeer te scheppen door het uitwerken van thema’s op de displays. Een retailer gebruikt een massdisplay om massa-artikelen te presenteren. De hoeveelheid artikelen is bepalend en het prijsvoordeel is het belangrijkste uitgangspunt. Je stalt er reclameartikelen uit. Meestal heeft de massdisplay de bedoeling om de aandacht naar het artikel te trekken gedurende een week.

THEMA 4

LEVEL 3

©

Een classdisplay beklemtoont de exclusiviteit van het artikel. Het gaat dan om artikelen van een hogere prijsklasse die een stijlvolle presentatie krijgen. De sfeer van de presentatie is belangrijker dan de hoeveelheid tentoongestelde producten. De vorm wordt gebruikt om een nieuw product te lanceren, of om een product extra te promoten.

82

Displays zoals de massdisplay en de classdisplay, kunnen in verschillende vormen voorkomen. — Eilanddisplay: een vrijstaande presentatie waar de klant volledig kan rondgaan. Meestal bestaat de display uit een of meerdere tafels van verschillende hoogte. — Kassadisplay: een display in de buurt van de kassa, met als doel de klant te verleiden tot impulsaankopen. — Kop- of einddisplay: een display aan het begin of het einde van een stelling om een promotie uit de folder of een nieuw product te presenteren. — Schapdisplay: een artikelpresentatie op een schap dat uitsteekt ten opzichte van de andere schappen.


— —

IN

Toonbankdisplay: een kleine display op de toonbank met kleine artikelen die als impulsaankoop worden verkocht. Vloerdisplay: een presentatie van meestal een groot aantal artikelen rechtstreeks op de grond. Wanddisplay: een artikelpresentatie op of tegen een wand.

BEKIJK DE KENNISCLIP

VA N

Action 1— Artikelverwantschap

Hieronder vind je enkele artikels van A.S.Adventure.edu. Om welk soort artikelverwantschap gaat het hier? Kruis aan.

A

consumptieverwantschap kleurverwantschap leeftijdsverwantschap

THEMA 4

merkverwantschap kleurverwantschap maatverwantschap

LEVEL 3

©

B

83


Action 2— Displayvormen Ga op stap in een winkelstraat in je buurt. Maak foto’s van vijf verschillende displayvormen.

2

Maak een Canva van die displays. Noteer de displayvorm bij de foto’s en voorzie je Canva van een titel. Gebruik de ICT-fiches van Canva.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

4

Je klasgenoot beoordeelt je Canva op de onderstaande items.

EVALUATIEFICHE CANVA DISPLAYVORMEN

IN

1

 starter

 junior

De leerling heeft goede afbeeldingen van vijf verschillende displayvormen.

 

De Canva is één overzichtelijke pagina.

 

De Canva vormt een mooi informatief geheel.

 

Het bestand heeft een goede bestandsnaam.

 

VA N

 expert

TOTAAL

Action 3— Artikelverwantschap bij A.S.Adventure.edu Ga naar het onlinelesmateriaal. Overloop aandachtig het artikelbestand van A.S.Adventure.edu. Welke artikelen zou jij combineren, zodat de klant verleid wordt om te kopen?

2

Verzamel in een PowerPointpresentatie vijf verschillende artikelverwantschappen. Leg uit over welke verwantschap het gaat. Gebruik de ICT-fiches van PowerPoint.

THEMA 4

LEVEL 3

©

1

84

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

4

Breng deze presentatie vervolgens naar voren in de klas.


Action 4— Virtueel winkelen Werk per twee. Breng via het onlinelesmateriaal een virtueel bezoek aan een schoenenwinkel in Milaan. Beantwoord de vragen. Wat is de naam van de zaak?

b

Wat zijn de openingsuren?

c

Op welk soort display worden de schoenen tegen de muur gepresenteerd?

d

Klik op ‘print and motifs wall’. Welke verwantschap bestaat er tussen de artikelen?

e

Klik op ‘slippers en loafers’. Staan de artikelen volgens kleurverwantschap?

IN

a

VA N

1

Breng via het onlinelesmateriaal een virtueel bezoek aan de winkel van Dior op de Avenue de Champs-Élysées te Parijs. Verwerk je antwoorden in een presentatie. a b c d

Welke soorten artikelverwantschap zie je in de winkel? Welke displayvormen gebruikt de winkel voor de aankleding? Verwerk die informatie in een presentatie. Gebruik de ICT-fiches van PowerPoint. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

THEMA 4

LEVEL 3

©

2

85


Action 5— Een etalagekast maken Maak in een etalagekast een presentatie voor jouw projectbedrijf. Zorg ervoor dat de artikelen in jouw etalage themaverwant of kleurverwant zijn. Bekijk de voorbeeldetalages. Eén etalage is op themaverwantschap (‘Back to school’) en één etalage is op kleurverwantschap (wit). Bekijk ook nog eens je eigen foto’s van Action 2.

VA N

IN

Tip:

STAPPENPLAN

Stap 1: Verzamel al je artikelen.

Stap 2: Verzamel je decoratiemateriaal.

Stap 3: Beslis of je een display wilt gebruiken om je artikelen te presenteren.

THEMA 4

LEVEL 3

©

Stap 4: Verzamel alle hulpmiddelen om eventueel spullen op te hangen, zoals nylondraad, nagels, een hamer en een nijptang.

86


Action 6— Werkplekleren: bestudeer de artikel­ verwantschappen in een supermarkt

Werk per twee. Je brengt een bezoek aan een supermarkt. Je observeert de thema’s in de supermarkt en de artikelverwantschappen. Vul de fiche in. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Naam van de supermarkt

Adres

VA N

Website

IN

Steekfiche van de supermarkt

Openingsuren

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK

Thema 2:

consumptieverwantschap kleurverwantschap koopverwantschap leeftijdsverwantschap maatverwantschap

merkverwantschap prijsverwantschap productieverwantschap stijlverwantschap themaverwantschap LEVEL 3

Welke soorten artikel­verwantschap zie je in de supermarkt. Kruis aan.

Thema 1:

THEMA 4

©

Welke twee thema’s, die typisch zijn voor deze tijd van het jaar, zie je in de supermarkt.

87


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Bespreek ­minimaal vijf soorten artikel­­verwantschap.

1 Type verwantschap: Welke artikelen zie je samen?

IN

Type display: Hoe presenteert de supermarket de verwantschap?

2 Type verwantschap:

Welke artikelen zie je samen?

VA N

Type display:

Hoe presenteert de supermarket de verwantschap?

3 Type verwantschap:

Welke artikelen zie je samen?

©

Type display: Hoe presenteert de supermarket de verwantschap?

4 Type verwantschap:

THEMA 4

LEVEL 3

Welke artikelen zie je samen?

88


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Type display: Hoe presenteert de supermarket de verwantschap?

IN

5 Type verwantschap: Welke artikelen zie je samen?

Type display:

VA N

Hoe presenteert de supermarket de verwantschap?

Neem een foto van elke presentatie.

DEEL 3: NA HET BEZOEK

THEMA 4

LEVEL 3

©

a Verwerk in de klas je verzamelde informatie en maak een presentatie van artikelverwantschappen. Benoem welke verwantschappen je laat zien. b Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

89


Action 7— Werkplekleren: bestudeer de artikel­

verwantschappen in een winkel naar keuze

Werk per twee. Je brengt een bezoek aan een winkel, anders dan een supermarkt. Je observeert de thema’s in de winkel en de artikelverwantschappen. Vul de fiche in. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Naam van de winkel

Adres

VA N

Website

IN

Steekfiche van de winkel

Openingsuren

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK

©

Welke twee thema’s, die typisch zijn voor deze tijd van het jaar, zie je in de winkel.

THEMA 4

LEVEL 3

Welke soorten artikel­verwantschap zie je in de winkel. Kruis aan.

90

Thema 1: Thema 2:

consumptieverwantschap kleurverwantschap koopverwantschap leeftijdsverwantschap maatverwantschap

merkverwantschap prijsverwantschap productieverwantschap stijlverwantschap themaverwantschap


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Bespreek ­minimaal vijf soorten artikelverwantschap.

1 Type verwantschap: Welke artikelen zie je samen?

IN

Type display: Hoe presenteert de winkel de verwantschap?

2 Type verwantschap:

Welke artikelen zie je samen?

Type display:

Hoe presenteert de winkel de verwantschap?

3 Type verwantschap:

Welke artikelen zie je samen?

Type display: Hoe presenteert de winkel de verwantschap?

LEVEL 3

THEMA 4

©

VA N

91


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK 4 Type verwantschap: Welke artikelen zie je samen?

IN

Type display: Hoe presenteert de winkel de verwantschap?

5 Type verwantschap:

VA N

Welke artikelen zie je samen?

Type display:

Hoe presenteert de winkel de verwantschap?

Neem een foto van elke presentatie.

DEEL 3: NA HET BEZOEK

THEMA 4

LEVEL 3

©

a Verwerk in de klas je verzamelde informatie en maak een presentatie van artikelverwantschappen. Benoem welke verwantschappen je laat zien. b Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

92


Action 8— Werkplekleren: bestudeer de presentatie in de verschillende displayvormen

Werk per twee. Je brengt een bezoek aan een winkel, maar geen supermarkt. Observeer de displays in de winkel. Vul de fiche in. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Naam van de winkel

Adres

Website

IN

Steekfiche van de winkel

VA N

Openingsuren

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK

massdisplay classdisplay allebei

Omschrijf minimaal drie displays.

Display 1 – artikelen: massdisplay classdisplay Soort of merk artikelen:

Omschrijving:

LEVEL 3

THEMA 4

©

Welke displays gebruikt de winkel? Kruis aan.

93


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Aan welke functies voldoet de display? winkelimago benadrukken artikelen onder de aandacht brengen de klant te verleiden tot impulsaankopen sfeer scheppen door thema’s uit te werken

IN

Leg uit.

Display 2 – artikelen: massdisplay classdisplay

Soort of merk artikelen:

VA N

Omschrijving:

Aan welke functies voldoet de display?

winkelimago benadrukken artikelen onder de aandacht brengen de klant te verleiden tot impulsaankopen sfeer scheppen door thema’s uit te werken

Leg uit.

THEMA 4

LEVEL 3

©

94


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Display 3 – artikelen: massdisplay classdisplay

Omschrijving:

IN

Soort of merk artikelen:

Aan welke functies voldoet de display?

VA N

winkelimago benadrukken artikelen onder de aandacht brengen de klant te verleiden tot impulsaankopen sfeer scheppen door thema’s uit te werken

Leg uit.

Neem een foto van de presentatie.

DEEL 3: NA HET BEZOEK

THEMA 4

LEVEL 3

©

a Verwerk in de klas je verzamelde informatie en maak een presentatie van de verschillende displays. Benoem welke display je laat zien. b Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

95


BREAKING NEWS Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

CHECKLIST

IN

1

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Ik kan het begrip ‘artikelverwantschap’ toelichten.

2

Ik kan de verschillende soorten artikelverwantschap toelichten en toepassen.

VA N

1

KAN BETER

Ik kan de belangrijke rol van de verschillende displays toelichten aan de hand van een voorbeeld.

THEMA 4

LEVEL 3

©

3

96

EXTRA OEFENMATERIAAL


Beeldwoordenboek Level 3 VERKLARING

AFBEELDING

artikel­ verwant­schap

Het verband waarmee artikelen op een logische manier bij elkaar horen wat betreft merk, kleur, maat of stijl. Die artikelen presenteert de winkelier in zijn winkel samen.

classdisplay

Die display beklemtoont de exclusiviteit van het artikel. De sfeer van de presentatie is belangrijker dan de hoeveelheid tentoongestelde producten.

Dat is een hulpmiddel om een artikel te presenteren.

kleur­ verwantschap

Die verwantschap bestaat tussen artikelen die dezelfde kleur hebben.

BEELDWOORDENBOEK

display

THEMA 4

Die verwantschap bestaat tussen artikelen die in dezelfde behoefte voorzien.

©

consumptie­ verwantschap

LEVEL 3

VA N

IN

BEGRIP

97


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Die verwantschap bestaat tussen artikelen die door de wijze van presentatie het koopgedrag van de klant beïnvloeden.

leeftijds­ verwantschap

Die verwantschap bestaat tussen artikelen die voor dezelfde leeftijdsgroep bedoeld zijn.

maat­ verwantschap

Die verwantschap bestaat tussen artikelen die dezelfde maat hebben.

massdisplay

Die display is geschikt om een grote hoeveelheid artikelen tijdelijk te presenteren. De artikelen zijn meestal van een lagere prijsklasse en ruim in voorraad. De winkelier probeert met de massdisplay in een korte tijdspanne veel te verkopen.

merk­ verwantschap

Die verwantschap bestaat tussen artikelen van hetzelfde merk.

THEMA 4

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 3

©

VA N

IN

koop­ verwantschap

98

prijs­ verwantschap

Die verwantschap bestaat tussen artikelen die dezelfde prijs hebben.


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Die verwantschap bestaat tussen producten die uit dezelfde grondstof of volgens eenzelfde procedé geproduceerd worden.

stijl­ verwantschap

De verwantschap bestaat tussen artikelen die uit dezelfde stijl hebben.

thema­ verwantschap

Die verwantschap bestaat tussen artikelen die binnen hetzelfde thema passen.

LEVEL 3 BEELDWOORDENBOEK THEMA 4

©

VA N

IN

productie­ verwantschap

99


LEVEL 4 Hoe worden schappenplannen opgebouwd?

De winkelruimte is kostbaar voor een retailer. Hij zal die daarom zo goed en efficiënt mogelijk inrichten. Bekijk de afbeelding. a

Wat maakt de presentatie uniek?

b

Denk je dat de winkelier daardoor meer verkoopt?

©

VA N

1

IN

INTRO

2

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvragen:

THEMA 4

LEVEL 4

Hoe bouw je een schappenplan op? Wat is het belang van kleur in het schappenplan? Hoe zet je een mooie artikelpresentatie neer?

100


Explore 1— Waar vind je de plafondhangers in de winkel? Plafondhangers

IN

Om de consument in de winkel de weg te wijzen, hangen er plafondhangers. Dat zijn wegwijzers per artikelgroep. De consument kan ze van ver zien hangen en lezen. De bewegwijzering vereenvoudigt de zoektocht naar een bepaalde artikelgroep en geeft de klant extra informatie over een artikel en/of de actie. De wegwijzers hangen meestal aan het begin of het einde van een gang of boven op het schap of het presentatiemeubel. Ook voor personeel dat nieuw start in de winkel zijn de plafondhangers handig om de winkel snel te leren kennen.

Bekijk aandachtig de onderstaande afbeeldingen. a

VA N

b

Naar welke artikelgroepen verwijzen de plafondhangers? Noteer de artikelgroep bij de afbeeldingen. Geef per artikelgroep drie voorbeelden van artikelen.

A

B

Artikelgroep:

©

Voorbeelden:

Artikelgroep: Voorbeelden:

C

THEMA 4

Voorbeelden:

LEVEL 4

Artikelgroep:

101


Explore 2— Hoe stel je het assortiment samen? Assortiment

1

IN

Voor de retailer zijn assortiment kan presenteren, moet hij het samenstellen. Het assortiment kan bestaan uit een kernassortiment en een neven- of randassortiment.

Bekijk het assortiment van een bloemenwinkel. a b

Welk assortiment zie je? Markeer. Geef bij beide assortimenten twee voorbeelden voor de bloemenwinkel.

B

VA N

A

Het kernassortiment / neven- of randassortiment bestaat uit artikelen die het kernassortiment / neven- of randassortiment aanvullen. De klant ervaart het als een aangename aanvulling.

Voorbeelden:

Voorbeelden:

©

Klanten komen in de eerste plaats voor het kernassortiment / neven- of randassortiment naar de winkel. Dat is wat er hoofdzakelijk verkocht wordt.

FAMILY GROUPING

De artikelen die bij elkaar horen of met elkaar verwant zijn, plaatst de retailer zo veel mogelijk bij elkaar. Dat heet family grouping. Dat kan gebeuren op basis van vijf verschillende kenmerken: het merk,

THEMA 4

LEVEL 4

de kleur, de grondstof, de grootte en de prijs.

102


2

Bekijk de afbeelding. Op welke basis heeft de winkelier aan family grouping gedaan? Noteer zoveel mogelijk kenmerken per foto.

B

VA N

IN

A

D

THEMA 4

LEVEL 4

©

C

103


Explore 3— Wat is een winkelformule? Winkelformule

a

IN

Op basis van zijn assortiment en de stijl van de winkel kiest de winkelier een winkelformule: de mate waarin hij de consument zal bedienen. Kiest hij voor een luxueuzere winkel met bediening, voor het goedkopere imago met zelfbediening of voor een tussenvorm met semizelfbediening.

Bekijk aandachtig de onderstaande foto’s. Noteer de juiste winkelformule onder de afbeelding. Kies uit: semizelfbediening – volledige bediening – zelfbediening

Welke eigenschappen horen bij welke winkelformule? Noteer de cijfers bij de juiste winkelformule. 1 luxueuze artikelpresentatie 2 eenvoudige presentatierekken 3 nadruk op prijs 4 mooie opbouwmaterialen 5 accenten in thema 6 nadruk op hoeveelheid 7 hygiënische verpakking 8 enkele voorverpakte artikelen die de klant zelf kan nemen 9 meestal informatiefolders bij de producten

VA N

b

c

Geef bij elke winkelformule minimaal drie voorbeelden van winkels waar je die formule vaak ziet.

A

Winkelformule:

Omschrijving:

©

Voorbeelden:

LEVEL 4

Winkelformule:

THEMA 4

B

Voorbeelden:

104

Omschrijving:


C Winkelformule: Omschrijving:

Winkelformule

IN

Voorbeelden:

VA N

Er bestaan verschillende winkelformules. Zo is er de volledige bediening: traditioneel heeft die winkel een toonbank waarachter de meeste spullen opgeborgen zijn. Een winkelbediende pakt de waren die de klant vraagt, weegt ze eventueel en rekent uiteindelijk af. De klant kan slechts enkele artikelen zelf nemen. Bij een winkel met semizelfbediening kan de klant zelf de artikelen nemen en hij kan ook informatie en advies van een verkoper krijgen. Er vindt alleen een verkoopgesprek plaats als de klant dat wenst. De verkoper observeert de klant en springt in als hij merkt dat de klant hulp nodig heeft. In een winkel met zelfbediening dient de klant alles zelf uit te zoeken, af te wegen en daarna aan de kassa af te rekenen. Dat kan zelfs nog een stap verder gaan door het gebruik van zelfscankassa‘s.

Explore 4— Hoe bouw je een eenvoudig schappenplan op? Bekijk aandachtig de afbeelding. Op welke manier probeert de retailer de aandacht van de consument te trekken?

THEMA 4

LEVEL 4

©

1

105


Artikelpresentatie

2

IN

De ene artikelpresentatie trekt meer aandacht dan de andere, dat is de attentiewaarde van de presentatie. De decoratieve elementen die de winkelier aan de presentatie toevoegt, vormen de eyecatcher. Het brandpunt zorgt ervoor dat de presentatie in het middelpunt van de belangstelling staat. Voor de opstelling van de artikelpresentatie gebruikt de winkelier een schappenplan. Met dat plan bepaalt hij welk artikel hij op welke plaats in het schap presenteert. Het bepaalt ook hoeveel plaats een artikel op het schap ter beschikking krijgt.

Een aantal factoren bepalen de attentiewaarde. Daar moet een retailer rekening mee houden als hij een schappenplan opstelt. a

Bekijk aandachtig de afbeelding en vul de tekst aan. Kies uit:

bukhoogte – grotere – grijphoogte – kleinere – ooghoogte – reikhoogte – winstgevende

Zet de juiste hoogtes bij de schappen. Kies uit:

VA N

b

0 cm – 80 cm – 120 cm – 160 cm

De presentatie is uitgewerkt op vier hoogtes.

D

Op die hoogte staan de

cm

artikelen of de merkartikelen.

cm

C

Op die aantrekkelijke hoogte staan de

©

cm

B

producten.

Hier staan artikelen waar de klant bewust voor komt.

cm

A

THEMA 4

LEVEL 4

Het schap is meestal dubbel zo hoog. Daar

106

presenteer je zwaardere artikelen.

of


Ondernemers bewaren veelal een voorbeeld van hun schappenplan. Zo bouwen ze telkens de schappen herkenbaar op. De retailer moet bij de opbouw van het schappenplan goed kijken naar zijn eigen voorbeeld. Bekijk het schappenplan van A.S.Adventure.edu. voor de dameskledij fashionwear. Noteer de juiste letter bij elke plaatsing. Kijk ook goed naar de tweede afbeelding hoe het er in werkelijkheid uitziet. Bukhoogte Grijphoogte Ooghoogte Reikhoogte

VA N

A B C D

IN

3

Presentatiehoogte

THEMA 4

LEVEL 4

©

Artikelen kun je op verschillende hoogtes presenteren: de presentatiehoogte. Het ene artikel krijgt een betere plek dan de andere. Zo staan merkartikelen vaak op ooghoogte en grote producten onderin op bukhoogte. Ook het aantal artikelen per soort of merk verschilt. Het aantal keren dat je eenzelfde artikel in een vooraanzicht in dezelfde presentatie ziet, heet facing.

107


Bekijk aandachtig het onderstaande schap. a

Tel het aantal facings. Noteer het aantal.

b

Wat valt er jou op aan het schappenplan?

©

VA N

IN

4

5

Een schappenplan kan ook opgesteld worden met artikelcodes. Bekijk aandachtig het schappenplan van de Carrefour Market voor de afdeling van de shampoos.

THEMA 4

LEVEL 4

a

108

Vul het aantal facings in de tabel in: ARTIKELCODE

AANTAL FACINGS

ARTIKELCODE

06158792

04429033

06362039

05306715

06383232

065555554

AANTAL FACINGS


b

Noteer de juiste hoogtes bij het schappenplan. Kies uit:

De schaphoogtes kunnen een beetje afwijken naargelang de indeling van de schappen of de beschikbare planken in een winkelrek.

THEMA 4

Good to know

LEVEL 4

©

VA N

IN

reikhoogte – ooghoogte – grijphoogte – bukhoogte

109


Explore 5— Hoe plaats je artikelen ten opzichte van elkaar? 1

De winkelier plaatst artikelen op verschillende manieren ten opzichte van elkaar. Bekijk de afbeeldingen. Lees de omschrijvingen en noteer het juiste begrip. Kies uit: combinatieplaatsing – contraplaatsing – gescheiden plaatsing – nabuurplaatsing – rug-aan-rugplaatsing

IN

A In deze plaatsing combineer je verschillende artikelen logisch met elkaar. De toegewezen presentatieruimte in de winkel of op het schap en de manier van onderling combineren bepalen de presentatie.

VA N

B

Artikelen die niet bij elkaar horen, plaats je apart, bij voorkeur zo ver mogelijk uit elkaar.

C

Bij die presentatie plaatst de winkelier artikelen die bij elkaar passen aan beide zijden van hetzelfde rek of dezelfde stelling.

©

D

Artikelen die samen verkocht kunnen worden, plaatst de winkelier in hetzelfde rek, in het rek ernaast of in de buurt.

THEMA 4

LEVEL 4

E

110

Bij die plaatsing presenteer je de artikelen in tegenoverliggende rekken. Tussen de rekken is er een gangpad.


Artikelpresentatie

2

Bekijk aandachtig de afbeeldingen. a b

IN

Nadat de winkelier de artikelen ten opzichte van elkaar heeft geplaatst, kan hij twee verschillende artikelpresentaties toepassen: de horizontale en de verticale presentatie. Horizontaal is van links naar rechts, verticaal is van boven naar onder. Presenteert hij de artikelen in vooraanzicht, dat is dat frontaal. Presenteert de winkelier de artikelen in zijaanzicht dan is dat lateraal.

Is de artikelpresentatie horizontaal of verticaal? Markeer. Is de artikelpresentatie frontaal of lateraal? Markeer.

B

VA N

A

a b

horizontale / verticale presentatie frontaal / lateraal

a b

horizontale / verticale presentatie frontaal / lateraal

D

horizontale / verticale presentatie frontaal / lateraal

a b

horizontale / verticale presentatie frontaal / lateraal

THEMA 4

a b

LEVEL 4

©

C

111


Explore 6— Welk belang heeft kleur in de artikel­ presentatie?

De kleuren die je voor je zaak kiest, moeten bij de huisstijl en de branche waarin je verkoopt, passen. Bekijk aandachtig de onderstaande afbeeldingen en het logo van het schoonheidsinstituut. Wat valt er je op in verband met de huisstijl van het schoonheidsinstituut?

©

VA N

IN

1

THEMA 4

LEVEL 4

Good to know

112

Zonder kleuren kun je amper vormen onderscheiden: kleur en vorm zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Alles wat je ziet, is zichtbaar door middel van licht en kleur.


2

Kleur geeft sfeer en roept emoties op. Als je in een etalage een zwembroek tegen een blauwe achtergrond ziet, krijg je zin om te gaan zwemmen, niet? Vul de onderstaande tekst aan. Kies uit: aardsheid – gezelligheid – leven – onschuld – passie – status – zonnig

Wat doen de volgende kleuren met ons?

De kleur rood roept agressie, liefde en

De kleur geel ervaren we als

De kleur roze heeft te maken met vrouwelijkheid en

Groen staat voor gezond

De kleur oranje roept het gevoel van

Bruin heeft te maken met

Van de kleuren zwart, wit en grijs kun je zeggen dat ze te maken hebben met

op. en vrolijk.

IN

.

en frisheid.

en warmte op.

en rijkdom.

en elegantie.

VA N

Kleurgebruik Het kleurgebruik beïnvloedt je artikelpresentatie. Goed gekozen kleuren maken een artikelpresentatie mooier. Hoe beter de kleuren opvallen en hoe beter ze aan elkaar aangepast zijn, hoe beter je artikelen opvallen en hoe meer je verkoopt. Anderzijds kan te veel kleur een etalage te druk maken waardoor niets meer opvalt en het artikel te weinig aandacht krijgt. Let bij het kiezen van kleuren in de etalage erop dat de kleuren …

bij het imago van de winkel passen; bij het artikel zelf passen; bij elkaar passen; nooit overheersen en zo de aandacht van het artikel afleiden.

Kleurencirkel

THEMA 4

LEVEL 4

©

Vorige eeuw ontwikkelde Johannes Itten een kleurentheorie waarin hij alle kleuren en hun onderlinge relatie overzichtelijk voorstelt in een rond schema, de kleurencirkel. Een duidelijke lijn in kleurgebruik en vormgeving zorgt ervoor dat een klant de winkel meteen herkent. Dat schept vertrouwen bij de klant. De toepassing van kleur in de branche bepaalt mee de kleurkeuze. Soms is het kleurgebruik afhankelijk van het wisselende assortiment en/ of de (leeftijd van) de doelgroep, bijvoorbeeld in de modebranche.

113


3

Bekijk via het onlinelesmateriaal aandachtig het filmpje over de kleurencirkel van Itten en onderscheid de verschillende kleuren. Vul de tabel aan: PRIMAIRE KLEUREN OF HOOFDKLEUREN

SECUNDAIRE KLEUREN =

+

groen

=

+

violet

=

+

IN

oranje

TERTIAIRE KLEUREN =

geeloranje

=

oranjerood

=

+

+

+

VA N

geelgroen

4

ROOD

roodviolet

=

+

blauwviolet

=

+

blauwgroen

=

+

Je kunt de kleuren in een artikelpresentatie onderverdelen in drie kleurgroepen: warme, koele of neutrale kleuren. Noteer de juiste groep onder de kleuren. ORANJE

GEEL

GROEN

BLAUW

INDIGO

GRIJS

BEIGE

LEVEL 4 THEMA 4 114

BRUIN

De volgende artikelpresentaties zijn kleurbewust opgebouwd. Welke kleuren zijn dominant in de volgende presentaties? Kruis aan.

©

5

VIOLET

hoofdkleuren koele kleuren warme kleuren

hoofdkleuren koele kleuren warme kleuren

hoofdkleuren koele kleuren warme kleuren


6

Wanneer je verschillende kleuren in een artikelpresentatie samenbrengt, is de kleurvolgorde heel belangrijk. Je moet daarbij rekening houden met de plaats van de artikelen in de presentatie. a

Bekijk de horizontale presentatie (A). Wat is de juiste volgorde om de kleuren te presenteren? Kruis aan.

b

IN

koele kleuren – warme kleuren – neutrale kleuren warme kleuren – koele kleuren – neutrale kleuren neutrale kleuren – warme kleuren – koele kleuren Bekijk de verticale presentatie (B). Wat is de juiste volgorde om de kleuren te presenteren? koele kleuren – warme kleuren – neutrale kleuren warme kleuren – koele kleuren – neutrale kleuren neutrale kleuren – warme kleuren – koele kleuren c

Wat valt je op? Vul de tekst aan. Kies uit:

VA N

donker (2x) – donkere – licht (2x)- lichtste Een retailer plaatst in de presentatie altijd eerst de daarna de

kleur en

. Bij een horizontale presentatie plaatst hij de

kleuren van links naar rechts van

naar

,

met de leesrichting mee. Bij een verticale presentatie plaatst hij de kleuren van boven naar beneden van

naar

.

LEVEL 4

B

THEMA 4

©

A

115


TO THE POINT

IN

Als de winkelier artikelen in zijn winkel presenteert, houdt hij rekening met de winkelformule. — Bij volledige bediening is de artikelpresentatie luxueuzer met mooie opbouwmaterialen, presentatiemeubelen en luxeverpakkingen met accenten in het thema. — Bij zelfbediening zijn de hoeveelheid en de prijs belangrijker dan de wijze van presentatie. De retailer kiest voor eenvoudige presentatierekken en opbouwmaterialen en alles is hygiënisch verpakt. — Bij semibediening kan de klant zelf enkele voorverpakte artikelen nemen of een samenstelling naar eigen keuze vragen aan de winkelier die dan uitvoert. Als de klant informatie nodig heeft, kan er een medewerker komen.

VA N

Een assortiment bestaat uit een kernassortiment, waarvoor mensen naar de winkel komen, en een nevenassortiment, de bijverkopen. De winkelier deelt het assortiment op in artikelgroepen. Binnen de artikelgroepen plaatst hij artikelen die bij elkaar horen of met elkaar verwant zijn, zo veel mogelijk samen. Dat heet family grouping. Je kunt artikelen op basis van vijf kenmerken logisch bij elkaar plaatsen: — het merk, — de kleur, — de grootte, — de prijs, — de grondstof. Als de artikelen op een goede plek staan, gebruikt de retailer een plafondhanger bij de vaste artikelpresentaties als promotiemateriaal en bewegwijzering. De attentiewaarde is de mate waarin een artikelpresentatie de aandacht van de klant trekt. De factoren die mee de attentiewaarde bepalen zijn: de presentatiehoogte, het aantal facings en het kleurgebruik.

THEMA 4

LEVEL 4

©

Er zijn vier presentatiehoogtes: — bukhoogte waar de winkelier zware of grote artikelen plaatst; — grijphoogte waar de artikelen staan waar de klant bewust voor komt; — ooghoogte waar de artikelen staan die een winkel met veel winst verkoopt; — reikhoogte waar alle merkgebonden en/of kleinere artikelen staan.

116

Met een schappenplan bepaalt de winkelier welk artikel op welke plaats in het schap gepresenteerd wordt en hoe vaak. Hoe meer stuks of facings de winkelier in het schappenplan presenteert, hoe hoger de attentiewaarde en hoe meer hij verkoopt.


Kleurgebruik

IN

In een presentatie blijft het aantal kleuren best beperkt tot drie. Bij sommige artikelgroepen kan dat niet, dan zorgt de retailer voor een aangename kleurencombinatie en volgorde. De kleurencirkel helpt daarbij. Horizontaal presenteert hij van links naar rechts: van warme, over koele, naar neutrale kleuren. Verticaal presenteert hij van boven naar onder: van warme, over koele, naar neutrale ­kleuren. Een presentatie is altijd van licht naar donker.

VA N

Kleur past hij toe in de huisstijl van de winkel. Dat kan in het logo en het lettertype, in het exterieur en interieur van de winkel, de reclame, de kleding van het personeel enz. Een duidelijke lijn zorgt voor herkenning en vertrouwen bij de klant. De toepassing van kleur in de branche bepaalt mee de kleurkeuze. Een artikelpresentatie moet de klant prikkelen. Dat kan door de verschillende combinatie­ plaatsingen zo goed mogelijk in de winkelpresentatie te benutten. — Rug-aan-rugplaatsing: de artikelen staan, liggen of hangen met de achterzijde naar elkaar toe, aan weerszijden van het presentatiemeubel. — Contraplaatsing: de artikelen staan, liggen of hangen in twee tegenover elkaar staande presentatierekken. — Nabuurplaatsing: de artikelen staan, liggen of hangen in de buurt van verwante artikelen voor de verkoop. — Gescheiden plaatsing: artikelen die niet bij elkaar horen, staan zo ver mogelijk uit elkaar. — Combinatieplaatsing: artikelen zijn op een logische manier met elkaar gecombineerd. De toegewezen plaats van presentatie in de winkel of op het schap en de manier van onderling combineren bepalen de presentatie.

BEKIJK DE KENNISCLIP

THEMA 4

LEVEL 4

©

De artikelen werkt de winkelier uit in een horizontale presentatie (van links naar rechts) of een verticale presentatie (van boven naar onder) op een presentatiemeubel. Daarbij bepaalt hij ook welk artikel hij frontaal (als vooraanzicht) of lateraal (als zijaanzicht) presenteert. Zo benadrukt hij de artikelen optimaal.

117


Action 1— Hoe past een winkel de kleurcombinaties toe in de etalage?

Zoek vijf verschillende afbeeldingen van etalages of artikelpresentaties. Elke artikelpresentatie moet aan een van de volgende punten voldoen. Elk punt moet minstens een keer aan bod komen. a b c

De kleuren passen goed bij het imago van de winkel. De kleuren passen bij het artikel dat de winkelier presenteert. De kleuren passen goed bij elkaar.

IN

1

Maak een overzicht van de afbeeldingen in een tekstbestand. Gebruik de ICT-fiches van tekstverwerker. Volgende items zijn verplicht: Je naam en klas in de koptekst. De datum en het schooljaar in de voettekst. ‘Kleurgebruik in de etalage of presentatie’ als titel. Je maakt twee kolommen. In de ene kolom plak je de afbeelding, in de andere kolom zeg je aan welke punten de etalage of presentatie voldoet.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

4

Beoordeel jezelf op de onderstaande items.

VA N

2

EVALUATIEFICHE

ARTIKELPRESENTATIE

 starter

Ik heb vijf etalages of artikelpresentaties geselecteerd.

 

Ik heb argumenten geformuleerd met betrekking tot het imago van de winkel.

 

Ik heb mijn document voorzien van een koptekst.

Ik heb mijn document voorzien van een voettekst.

 

Ik heb een overzichtelijk document gemaakt voorzien van twee kolommen.

 

 

 

©

Ik heb mijn document voorzien van een goede bestandsnaam.

THEMA 4

LEVEL 4

TOTAAL

118

 junior

 expert


Action 2— Hoe past de winkel in de huisstijl kleur toe? 1

Werk per twee. Breng een bezoek aan twee winkels die een totaal verschillende huisstijl hebben. Bestudeer het kleurgebruik.

2

Vul de fiche in. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Naam van de winkel

Adres

IN

Steekfiche van winkel 1

Openingsuren

VA N

Website

Steekfiche van winkel 2

Naam van de winkel

Adres

Website

Openingsuren

LEVEL 4

THEMA 4

©

119


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Bestudeer winkel 1 Buitenkant:

Binnenkant:

IN

Bekijk de buitenkant en de binnenkant van de winkel. Waar vind je de huisstijlkleuren terug buiten en in de winkel?

Maak een foto van de buitenkant van de winkel.

Warme kleuren Koele kleuren Neutrale kleuren

VA N

Welke kleuren gebruikt de winkel vooral? Vink aan. Wat vind je zelf van het kleurgebruik? Waarom vind je dat? Motiveer je antwoord.

Waarom heeft de winkel die huisstijlkleuren gekozen? Vraag dat aan de zaakvoerder.

Bestudeer winkel 2

THEMA 4

LEVEL 4

©

Bekijk de buitenkant en de binnenkant van de winkel. Waar vind je de huisstijlkleuren terug buiten en in de winkel?

120

Maak een foto van de buitenkant van de winkel.

Buitenkant:

Binnenkant:


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Welke kleuren gebruikt de winkel vooral? Vink aan.

Warme kleuren Koele kleuren Neutrale kleuren

Waarom heeft de winkel die huisstijlkleuren gekozen? Vraag dat aan de zaakvoerder.

IN

Wat vind je zelf van het kleurgebruik? Waarom vind je dat? Motiveer je antwoord.

DEEL 3: NA HET BEZOEK

Verwerk alle informatie in een presentatieprogramma. Gebruik indien nodig de ICT-fiches. Zorg voor een mooie titelpagina. Bespreek de huisstijl zowel aan de binnen- als buitenkant van beide winkels. Bespreek het kleurgebruik zowel aan de binnen- als buitenkant van beide winkels. Geef je persoonlijk gevoel over de huisstijl weer over beide winkels. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

VA N

a

b

Action 3— Hoe past de winkel de kleuren aan de branche aan?

1

Werk per twee. Bezoek twee winkels uit dezelfde branche. Bestudeer de artikelpresentaties.

2

Vul de fiche in.

©

DEEL 1: VOOR HET BEZOEK Steekfiche van winkel 1

Naam van de branche

Naam van de winkel

Website

THEMA 4

LEVEL 4

Adres

121


DEEL 1: VOOR HET BEZOEK Openingsuren

IN

Steekfiche van winkel 2 Naam van de branche

Naam van de winkel

Adres

VA N

Website

Openingsuren

©

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Bestudeer winkel 1. Warme kleuren Koele kleuren Neutrale kleuren

THEMA 4

LEVEL 4

Wandel in de winkel rond. Van welke kleur(en) maakt de winkel gebruik bij de presentatie van producten? Vink aan.

122

Wat is de (hoofd)kleur van de branche? Passen de kleuren van de presentaties bij de kleuren van de branche? Leg uit.

Ja Nee


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Maak een foto van de presentaties. Kies een presentatie. Wat zou jij anders presenteren in de winkel op basis van de kleuren. Leg uit waarom.

IN

Neem een foto van de presentatie die jij anders zou aanpakken.

Er zijn wel / geen vaste afspraken voor de opbouw.

VA N

Vraag aan de zaakvoeder hoe er in de zaak omgegaan wordt met kleurgebruik. Zijn er vaste afspraken voor de opbouw van een presentatie?

Bestudeer winkel 2.

Warme kleuren Koele kleuren Neutrale kleuren

Wandel in de winkel rond. Van welke kleur(en) maakt de winkel gebruik bij de presentatie van producten? Vink aan.

Wat is de (hoofd)kleur van de branche? Passen de kleuren van de presentaties bij de kleuren van de branche? Leg uit.

Ja Nee

Neem een foto van de presentatie die jij anders zou aanpakken.

LEVEL 4

Kies een presentatie. Wat zou jij anders presenteren in de winkel op basis van de kleuren. Leg uit waarom.

THEMA 4

©

Maak een foto van de presentaties.

123


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Er zijn wel / geen vaste afspraken voor de opbouw.

IN

Vraag aan de zaakvoeder hoe er in de zaak omgegaan wordt met kleurgebruik. Zijn er vaste afspraken voor de opbouw van een presentatie?

DEEL 3: NA HET BEZOEK

Verwerk alle informatie met een presentatieprogramma. Gebruik indien nodig de ICT-fiches. Dia 1: Zorg voor een mooie titelpagina. Dia 2 – 3: Bespreek de presentaties met warme kleuren van beide winkels. Dia 4 – 5: Bespreek de presentaties met koele kleuren van beide winkels. Dia 6 – 7: Bespreek de presentaties met neutrale kleuren van beide winkels. Dia 8 – 9: Bespreek het kleurgebruik met de zaakvoerder van beide winkels. Dia 10: Geef je persoonlijk gevoel over het kleurgebruik weer van de branche en van beide winkels. Dia 11: Bedank voor de aandacht. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. Stel je presentatie voor aan je klasgenoten.

VA N

a

b c

Action 4— Kun jij een mooie artikelpresentatie maken? Bouw in de retailklas een artikelpresentatie volgens de kleurenvolgorde. Gebruik het materiaal dat aanwezig is of voorzie je eigen artikelen. STAPPENPLAN

Stap 1: Schets op papier het schappenplan van je artikelpresentatie.

©

Stap 2: Maak een moodboard. Controleer of je rekening hebt gehouden met de kleurenvolgorde. Staan de artikelen horizontaal of verticaal van warm, over koel, naar neutraal geschikt? Stap 3: Maak de presentatie in je etalagekast. Stap 4: Neem een foto van het eindresultaat.

THEMA 4

LEVEL 4

Stap 5: Geef de foto een duidelijke naam en bewaar die in je portfolio.

124


Action 5— Werkplekleren: observatie van het schappen­ plan van een supermarkt

Werk per twee of in groepjes van vier leerlingen. Breng een bezoek aan een supermarkt, zoals Delhaize, Carrefour, Smatch … bij voorkeur geen discounter, zoals een Aldi of een Lidl. Samen bestudeer je het schappenplan. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Naam van de winkel

Adres

IN

Steekfiche van de supermarkt

Openingsuren

VA N

Website

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Bestudeer de supermarkt.

zelfbediening – semizelfbediening – volledige bediening

LEVEL 4

THEMA 4

©

Wandel door de winkel. Welke winkelformule is hier (hoofdzakelijk) van toepassing? Markeer en leg uit.

125


Bekijk aandachtig de winkel en geef tien voorbeelden van plafondhangers, noteer de naam van de artikelengroep.

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

formaat: ongeveer

cm op

kleur:

lettertype: goed leesbaar / slecht leesbaar

o mschrijving:

VA N

Kies er één plafondhanger uit. Vul aan, markeer en omschrijf grondig.

IN

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK

Neem een foto van de plafondhanger.

Noteer bij elk voorbeeld van family grouping telkens twee andere artikelen die je in de supermarkt bij elkaar ziet.

het merk

de grondstof

©

LEVEL 4 THEMA 4

de grootte

126

de kleur

de prijs

Neem een foto van elk voorbeeld van family grouping.

cm


DEEL 3: NA HET BEZOEK

b

Maak een presentatie van je bevindingen. Gebruik de ICT-fiches van PowerPoint. Gebruik de huisstijl van de supermarkt voor jouw presentatie. De presentatie heeft deze structuur: Dia 1: Zorg voor een mooie titelpagina. Dia 2 – 10: Voorzie duidelijke foto’s met uitleg over de family grouping, de plafondhangers en de winkelformule. Dia 11: Formuleer een conclusie. Wat kun je besluiten over het schappenplan in de winkel? Dia 12: Bedank voor de aandacht. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

IN

a

Action 6— Werkplekleren: observatie van het schappen­ plan van een winkel

VA N

Werk per twee of in groepjes van vier leerlingen. Breng een bezoek aan een winkel naar keuze zoals JBC, Torfs, H&M ... Kies geen supermarkt of discounter. Samen bekijk je de plafondhangers en de familygrouping. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK Steekfiche van een winkel

Naam van de winkel

Adres

Website

THEMA 4

LEVEL 4

©

Openingsuren

127


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Bestudeer de winkel. zelfbediening – semizelfbediening – volledige bediening

Bekijk aandachtig de winkel en geef tien voorbeelden van plafondhangers, noteer de naam van de artikelengroep.

1

IN

Wandel door de winkel. Welke winkelformule is hier (hoofdzakelijk) van toepassing? Markeer en leg uit.

2 3 4 5 6 7

VA N

8 9

10

Kies er één plafondhanger uit. Vul aan, markeer en omschrijf grondig.

THEMA 4

LEVEL 4

©

Neem een foto van de plafondhanger.

128

formaat: ongeveer

cm op

kleur:

lettertype: goed leesbaar / slecht leesbaar

omschrijving:

cm


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK het merk

de grondstof

de kleur

de grootte

de prijs

IN

VA N

Noteer bij elk voorbeeld van family grouping telkens twee andere artikelen die je in de winkel bij elkaar ziet.

Neem een foto van elk voorbeeld van family grouping.

DEEL 3: NA HET BEZOEK

a

THEMA 4

LEVEL 4

©

b

Maak een presentatie van je bevindingen. Gebruik de ICT-fiches van PowerPoint. Gebruik de huisstijl van de winkel voor jouw presentatie. De presentatie heeft deze structuur: Dia 1: Zorg voor een mooie titelpagina. Dia 2 – 10: Voorzie duidelijke foto’s met uitleg over de family grouping, de plafondhangers en de winkelformule. Dia 11: Formuleer een conclusie. Wat kun je besluiten over het schappenplan in de winkel? Dia 12: Bedank voor de aandacht. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

129


Action 7— Werkplekleren: observatie van een artikel­ presentatie in een winkel

Werk per twee of in groepjes van vier leerlingen. Breng een bezoek aan een winkel naar keuze, maar geen supermarkt. In de winkel kies, bekijk en beoordeel je een presentatie. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Naam van de winkel Adres

IN

Steekfiche van een winkel

VA N

Website

THEMA 4

LEVEL 4

©

Openingsuren

130


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Bestudeer de winkel. Wandel door de winkel. Kies een artikelpresentatie in de schappen. Omschrijf de presentatie / artikelgroep. Presentatiehoogte: Ja / nee Verklaar:

IN

Werd er rekening gehouden met de factoren die de attentiewaarde bepalen?

VA N

Aantal facings: Ja / nee Verklaar:

Kleurgebruik: Ja / nee Verklaar:

Maak een foto van de presentatie.

DEEL 3: NA HET BEZOEK

Maak een presentatie. Pas in de presentatie de huisstijl van de winkel toe. Gebruik de ICTfiches van PowerPoint. De volgende onderdelen komen voor in je presentatie: Dia 1: Zorg voor een mooie titelpagina. Dia 2 – 5: Voorzie duidelijke foto’s met verschillende artikelpresentaties. Dia 6 – 7: Bespreek de attentiewaarde van twee artikelpresentaties. Dia 8 – 9: Bespreek de facings van twee artikelpresentaties. Dia 10: Formuleer een conclusie. Wat kun je besluiten over de artikelpresentatie in deze winkel? Dia 11: Bedank voor de aandacht. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

THEMA 4

b

LEVEL 4

©

a

131


Action 8— Werkplekleren: de huisstijl en het kleurgebruik eigen aan de branche

Werk per twee of in groepjes van vier leerlingen. Breng een bezoek aan een winkel naar keuze, maar geen supermarkt. In de winkel kies, bekijk en beoordeel je de huisstijl en het kleurgebruik. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Naam van de winkel

Adres

VA N

Website

IN

Steekfiche van een winkel

Openingsuren

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Bestudeer de winkel. logo exterieur interieur luifelaanduiding artikelaanduiding kleding reclame verpakkingen prijsaanduiding

THEMA 4

LEVEL 4

©

Wandel door de winkel. Bestudeer de huisstijlkleuren. Waar zie je die? Vink aan.

132

anders, namelijk:


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Noteer de huisstijlkleuren.

Tot welke branche behoort de winkel?

Maak foto’s van het assortiment dat in de winkel wordt gepresenteerd. Let erop dat je de huisstijl duidelijk in beeld brengt. Is er rekening gehouden met de modekleuren?

Ja / nee

IN

Welk kleurgebruik is eigen aan de branche?

Indien ‘ja’, welke kleuren?

VA N

Maak een foto om te laten zien of er wel / niet gebruik is gemaakt van modekleuren.

Heeft de winkelier rekening gehouden met de volgorde van de kleuren in de artikelpresentaties? Is dat in een horizontale presentatie of een verticale presentatie of in beide? Vink aan.

Ja / nee horizontaal verticaal

b

Maak een presentatie. Pas in de presentatie de huisstijl van de winkel toe. Gebruik de ICTfiches van PowerPoint. De volgende onderdelen komen voor in je presentatie: Overzichtelijke titeldia De huisstijlkleuren De vormgeving van het logo Branche en kleurgebruik in de branche De modekleuren (als dat van toepassing is) De gebruikte volgorde van de kleuren en de juiste volgorde van kleuren in een artikelpresentatie Bedank voor de aandacht. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

LEVEL 4

a

DEEL 3: NA HET BEZOEK

THEMA 4

©

Maak een foto als de winkelier rekening gehouden heeft met de volgorde van de kleuren.

133


Action 9— Creëer een schappenplan voor A.S.Adventure.edu

VA N

IN

Bekijk nog eens aandachtig de afbeelding met het schappenplan van A.S.Adventure.edu bij Explore 4. Ontwerp nu zelf een moodboard. Maak een artikelpresentatie van de badmode voor dames, heren of kinderen voor A.S.Adventure.edu. Ga naar het onlinelesmateriaal. Je kunt er het schappenplan downloaden. Houd bij de opstelling van je moodboard rekening met de kleurpresentatie.

Action 10— Facings en presentatiehoogte van A.S.Adventure.edu

1

Bekijk aandachtig de presentatie van de reistassen bij A.S.Adventure.edu en noteer met een pijl de verschillende presentatiehoogtes. Kies uit:

THEMA 4

LEVEL 4

©

grijphoogte – reikhoogte – bukhoogte – ooghoogte

134


Bekijk aandachtig de presentatie van de slaapzakken bij A.S.Adventure.edu. Tel het aantal facings. Noteer de aantallen.

Action 11— Point of Sale (POS)

‘Point-of-salemarketingmateriaal’ is de verzamelnaam voor alle communicatiemiddelen zoals affiches, banners, labels, tags … die de verkoop stimuleren. Dat POSMM wordt op strategische plaatsen in supermarkten en detailhandels geplaatst. Vaak worden er sterke kleuren en herkenbare afbeeldingen gebruikt.

VA N

MORE

IN

2

Bekijk aandachtig de foto’s van A.S.Adventure.edu. Zij gebruikt onder andere: — merkenborden (voor kleding), — A3-affiches (voor promo’s), — A4-affiches (voor promo’s), — productlabels, — banners.

2

Ontwerp met Canva een mooie poster waarbij je reclame maakt voor de zwemkledij waarvan jij in Action 9 een moodboard hebt gemaakt. Gebruik de ICT-fiches van Canva.

©

1

LEVEL 4

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

THEMA 4

3

135


BREAKING NEWS Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

CHECKLIST

IN

1

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Ik kan de relatie tussen de artikelpresentatie en de winkelformule toelichten aan de hand van een voorbeeld.

2

Ik kan de structuur van de artikelverwantschap toelichten aan de hand van een voorbeeld.

3

Ik kan de overzichtelijkheid van de wegwijzers en de opstelling en hoogte van schappen toelichten aan de hand van een voorbeeld.

4

Ik kan de identiteit van de retailer en het imago dat hij wil uitstralen in relatie brengen met de huisstijl, de branche en de winkelformule.

5

Ik kan de attentiewaarde zoals de presentatiehoogte, de soorten plaatsing, het aantal facings en het gebruik van kleur in relatie met de huisstijl in decoratiematerialen toelichten en toepassen.

©

VA N

1

KAN BETER

THEMA 4

LEVEL 4

6

136

Ik kan via gerichte observatieopdrachten in verschillende winkelvormen en branches de verschillende artikelpresentaties toelichten en toepassen.

EXTRA OEFENMATERIAAL


Beeldwoordenboek Level 4 BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

De verzameling van alle artikelen die dezelfde kenmerken hebben.

artikel­ presentatie

De wijze waarop varianten van artikelen op een presentatiemeubel worden gepresenteerd: het artikel is het uitgangspunt.

De mate waarin een presentatie de aandacht van de klant trekt; aantrekkingskracht die een presentatie uitoefent op de klant door het gebruik van vorm, kleur of formaat te benadrukken.

bukhoogte

In het schappenplan is dat de hoogte tussen 0-80 cm. Hier staan de grote artikelen. Op de afbeelding is de bukhoogte aangeduid met ‘A’.

BEELDWOORDENBOEK

attentiewaarde

THEMA 4

Alle producten die de verkoper aanbiedt om te verkopen.

©

assortiment

LEVEL 4

VA N

IN

artikelgroep

137


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Dat is de wijze waarop verschillende artikelen een logisch geheel vormen door samen op de winkelmeubels gepresenteerd te staan. Het winkelmeubel is het uitgangspunt.

contra­ plaatsing

Dat is de plaatsing waarbij de artikelen aan twee tegenover elkaar staande presentatierekken staan, liggen of hangen. Meestal is er een gangpad tussen de rekken.

facing

Dat is het vooraanzicht van een artikel. Het aantal facings is het aantal keer dat een product in de schappresentatie voorkomt.

VA N

IN

combinatieplaatsing

De winkelier plaatst artikelen die bij elkaar horen of met elkaar verwant zijn zo veel mogelijk bij elkaar.

frontaal

De winkelier presenteert alle varianten van hetzelfde artikel in vooraanzicht. Dat kan zowel bij een horizontale presentatie als bij een verticale presentatie.

THEMA 4

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 4

©

family grouping

138

grijphoogte

In het schappenplan is dit de hoogte tussen 80-120 cm. Hier staan de artikelen waarvoor de klant naar de winkel komt. Op de afbeelding is de grijphoogte aangeduid met ‘B’.


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Artikelen die niet met elkaar te maken hebben, plaatst de winkelier zo ver mogelijk van elkaar.

horizontale presentatie

Alle varianten van hetzelfde artikel op een horizontale lijn naast elkaar presenteren.

huisstijl

De artikelen en kleuren die de winkelier gebruikt in het interieur en exterieur van de winkel in het logo, bedrijfskleding … De kleur past bij de branche van de zaak.

Dat is een cirkel waarin primaire kleuren en secundaire kleuren in elkaar overlopen.

kleurgebruik

Dat is de verzamelnaam voor de verschillende kleuren die de retailer kan gebruiken in de presentatie.

BEELDWOORDENBOEK

kleurencirkel

THEMA 4

De artikelen die de kern van de winkel vormen. Voor deze producten komt je klant in de eerste plaats naar je winkel.

©

kern­ assortiment

LEVEL 4

VA N

IN

gescheiden plaatsing

139


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

De winkelier presenteert alle varianten van hetzelfde artikel in zijaanzicht.

nabuur­ plaatsing

Dat is de plaatsing waarbij de artikelen in de buurt van verwante artikelen voor de verkoop staan, liggen of hangen.

ooghoogte

In het schappenplan is dit de hoogte tussen 120-160 cm. Op de afbeelding is de ooghoogte aangeduid met ‘C’.

VA N

IN

lateraal

Die behoren tot het promotiemateriaal dat bij artikelen gepresenteerd wordt. Ze geven de klant extra informatie over een artikel, verwijzen naar de actie of naar het artikel zelf.

presentatiehoogte

Dat is de schappositie of de plaatshoogte van een artikel in een presentatieplan.

THEMA 4

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 4

©

plafond­ hangers

140

rand­ assortiment of neven­ assortiment

Dat zijn artikelen die het kernassortiment aanvullen.


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

In het schappenplan is dit de hoogte boven de 160 cm. Op de afbeelding is de reikhoogte aangeduid met ‘D’.

rug-aan-rugplaatsing

Dat is de plaatsing waarbij de artikelen met de achterzijde naar elkaar toe staan, liggen of hangen, aan weerszijden van het presentatiemeubel.

schappenplan

Dat bepaalt welk artikel op welke plaats in het schap gepresenteerd wordt. Het bepaalt ook hoeveel plaats een artikel op het schap ter beschikking krijgt.

Alle varianten van hetzelfde artikel op een verticale lijn onder elkaar presenteren.

volledig bediening

De winkelformule waarbij de klant volledig door een verkoper bediend wordt en waarbij de verkoper dus de artikelen geeft.

BEELDWOORDENBOEK

verticale presentatie

THEMA 4

Winkelformule waarbij de klant voor bepaalde producten door een verkoper wordt geholpen, de rest van de artikelen pakt de klant zelf.

©

semi­ zelfbediening

LEVEL 4

VA N

IN

reikhoogte

141


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Die geeft weer in welke mate je in een winkel wordt bediend.

zelfbediening

Dat is een winkelformule waarbij je zelf de artikelen uit de rekken haalt.

THEMA 4

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 4

©

VA N

IN

winkel­ formule

142


LEVEL 5 Hoe pak je artikelen met een moeilijke vorm aantrekkelijk in?

In het derde jaar heb je al leren inpakken. Bekijk aandachtig de onderstaande verpakkingen. Wat heb je vorig jaar niet geleerd?

VA N

1

IN

INTRO

A

B

C

D

F

©

E

LEVEL 5

Formuleer enkele onderzoeksvragen voor dit level.

THEMA 4

2

143


Re-explore 1— Ken je nog de benodigdheden voor het inpakken?

Wat heeft de retailmedewerker aan de kassa nodig om een geschenk goed in te pakken? Benoem de onderstaande benodigdheden.

B

IN

A

D

THEMA 4

LEVEL 5

©

VA N

C

144


Re-explore 2— Kun jij een balk en een kubus nog correct inpakken?

1

Lees de stappen om een balk in te pakken. Zet ze in de juiste volgorde. STAP

ACTIE

IN

Klem de balk in het papier. Snijd het papier op maat van de balk. Plooi de afwerkstrook.

Neem het in te pakken voorwerp in de vorm van een balk, inpakpapier, een schaar of breekmes, kleefband en lint. Plak het kleefband evenwijdig met de zijkant van het papier.

VA N

Werk het cadeau af.

Plak de zijkanten evenwijdig met de zijkant van het papier. Plooi de zijstukken tot een mooie scherpe punt.

2

Verzamel twee voorwerpen: één in de vorm van een balk en één in de vorm van een kubus. a b c

Pak de voorwerpen zorgvuldig in. Vul de evaluatie in. Omcirkel de kleur die van toepassing is. Maak een foto van elk ingepakt voorwerp. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

EVALUATIEFICHE

BALK

KUBUS

Het papier is op maat van het voorwerp gesneden.

 

 

Het voorwerp is in het papier geklemd.

 

 

De zijkanten zijn individueel afgewerkt.

 

 

De zijkanten zijn gelijk afgewerkt.

 

 

De zijstukken zijn gelijkmatig geplooid.

 

 

De verpakking is strak afgewerkt met kleefband.

 

 

Het geheel is verzorgd en nauwkeurig afgewerkt.

 

 

TOTAAL

LEVEL 5

starter  junior  expert

THEMA 4

©

INPAKKEN

145


Explore 3— Hoe pak je een cilinder op verschillende manieren in?

1

Ga naar de ontdekplaat bij het onlinelesmateriaal. a b

Bekijk het filmpje over het inpakken van een cilinder in kokervorm. Zet de onderstaande stappen in de juiste volgorde. ACTIE

IN

STAP

Rol de koker in het midden van het papier met de omplooistrook bovenaan, en kleef vast met plakband.

Neem het in te pakken voorwerp in de vorm van een cilinder, inpakpapier, een schaar of breekmes, kleefband en lint.

Plooi in de lengte een boordje van maximaal twee centimeter om.

Werk een corsage uit. Maak de corsage vast aan een lint rond de koker.

VA N

2

Plooi de zijkanten in gelijkmatige plooitjes naar het middelpunt van het bovenvlak toe. Kleef stevig vast. Doe daarna hetzelfde voor het ondervlak.

Meet het papier af. Hoogte: hoogte van de koker + 2 * 3/4 van de diameter van boven- of onderkant Breedte: inrollen van de cilinder + omplooistrook + kleine overlapping

Ga naar de ontdekplaat bij het onlinelesmateriaal.

a b

Bekijk aandachtig het filmpje over het inpakken van een cilinder met plat bovenstuk. Zet de onderstaande stappen in de juiste volgorde.

STAP

Werk de onderkant af. Plooi de zijkanten in gelijkmatige plooitjes naar het middelpunt van het ondervlak toe. Kleef stevig vast.

Meet het papier af. Hoogte: hoogte van de koker + 1 * 3/4 van de diameter van de onderkant + een extra deel voor het dubbel omplooien van de boord bovenaan Breedte: inrollen van de cilinder + omplooistrook + kleine overlapping

Werk een corsage uit. Maak de corsage vast aan een lint dat je in stap 5 al tussen het omgeplooide strookje kunt verwerken.

Rol de fles in het papier met de omplooistrook bovenaan, op 3/4 afstand van de diameter van de onderzijde van het papier, en kleef vast met plakband.

© LEVEL 5 THEMA 4 146

ACTIE


STAP

ACTIE Neem het in te pakken voorwerp in vorm van een cilinder met plat bovenstuk (fles), inpakpapier, een schaar of breekmes, kleefband en lint. Werk nu de bovenkant af. Voorzie de naad aan de achterkant. Plooi de zijkanten plat. Plooi het boordje tweemaal om en kleef vast met plakband. Plooi in de lengte een boordje van maximaal 2 centimeter om.

Ga naar de ontdekplaat bij het onlinelesmateriaal. a b

IN

3

Bekijk aandachtig het filmpje over het inpakken van een cilinder met gefronst bovenstuk. Zet de onderstaande stappen in de juiste volgorde. STAP

ACTIE

Neem het in te pakken voorwerp in de vorm van een cilinder (fles), inpakpapier, een schaar of breekmes, kleefband en lint.

VA N

Werk een corsage uit en knoop een lint rond de hals van de fles zodat het papier fronst. Probeer de fronsjes regelmatig te vormen zodat je verpakking een verzorgde indruk maakt. In de knoop van het lint maak je de corsage vast. Werk de onderkant af. Plooi de zijkanten in gelijkmatige plooitjes naar het middelpunt van het ondervlak toe. Kleef stevig vast. Rol de fles in het papier met de omplooistrook bovenaan, op 3/4 afstand van de diameter van de onderzijde van het papier, en kleef vast met plakband. Meet het papier af. Hoogte: hoogte van de koker + 1 * 3/4 van de diameter van de onderkant + een extra stukje voor de frons Breedte: inrollen van de cilinder + omplooistrook + kleine overlapping

THEMA 4

LEVEL 5

©

Plooi in de lengte een boordje van maximaal 2 centimeter om.

147


Verzamel drie voorwerpen in de vorm van een cilinder. a b

c

Pak elk voorwerp op een andere manier zorgvuldig in. Nadat je een voorwerp op een bepaalde manier hebt ingepakt, vul je de evaluatie in. Omcirkel de kleur die van toepassing is. Op het laatste voorwerp geef je jezelf punten. Maak van elk ingepakt voorwerp een foto. Geef elk bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

IN

4

EVALUATIEFICHE INPAKKEN VAN EEN CILINDER

Cilinder

Cilinder met plat

Cilinder met gefronst

bovenstuk

bovenstuk

starter  junior  expert

VA N

Het vel papier is op maat van de cilinder gesneden.

 

 

Het voorwerp is in het papier geklemd.

 

 

De onderkant is individueel afgewerkt.

 

 

De zijkant van de cilinder is gelijk afgewerkt.

 

 

De bovenkant is gelijkmatig afgewerkt.

 

 

De verpakking is strak afgewerkt met kleefband.

 

 

Het geheel is verzorgd en nauwkeurig afgewerkt.

 

 

THEMA 4

LEVEL 5

©

TOTAAL

148

Max

Score


5

Hoe pakt men in de winkel een geschenk in de vorm van een cilinder in? Ga op ontdekking. a b c

Bezoek een winkel naar keuze. Observeer goed hoe de werknemers een cilinder inpakken. Vul de onderstaande fiche volledig en nauwkeurig in. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Naam van de winkel

Adres

Openingsuren

VA N

Website

IN

Steekfiche van de winkel

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK

Beschrijf hoe de retailmedewerker elke stap uitvoert.

FORMAAT VAN HET INPAKPAPIER

©

VERWERKING INPAKPAPIER ROND DE CILINDER

THEMA 4

LEVEL 5

149


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK

VERWERKING KLEEFBAND

VA N

VERWERKING LINT

IN

VERWERKING ZIJKANT

VERWERKING ACCENT

DEEL 3: NA HET BEZOEK

THEMA 4

LEVEL 5

©

Hoe verliep het inpakken van een geschenk in de vorm van een cilinder?

150


Explore 4— Hoe pak je een vormloos geschenk aantrekkelijk in?

Niet elk geschenk heeft de vorm van een balk, kubus of cilinder. Een trui van A.S.Adventure.edu bijvoorbeeld heeft een onregelmatige vorm. Toch wil de klant dat ook die op een aantrekkelijke manier ingepakt is. Breng een trui mee. Volg het stappenplan om die trui mooi in te pakken.

STAPPENPLAN Stap 1:

IN

a b

Leg het geschenk op het papier om het formaat van het papier te bepalen.

De breedte bepaal je door het papier om het geschenk te wikkelen.

De hoogte bepaal je door twee keer de hoogte van het geschenk te nemen.

Vouw het cadeaupapier in de breedte over elkaar. Plak de rand met een of twee stukjes plakband dicht. Ga met je vinger over de vouwlijnen, zodat je een scherpe vouw krijgt. Voor een extra strak effect vouw je eerst het randje dubbel.

Stap 3:

Om de bodem te maken vouw je de onderkant zover dubbel, dat het voorwerp erop past. Je hoeft bij deze stap geen plakband te gebruiken.

Stap 4:

Buig de omgevouwen rand terug. Open de twee laagjes papier. Duw met je vingers de vouwranden van het dubbelgevouwen cadeaupapier naar binnen, naar elkaar toe.

Stap 5:

Vouw de onderste punt van de bodem naar binnen, iets over de helft. Ook nu maak je weer een scherpe vouwlijn.

Stap 6:

Vouw op dezelfde manier de bovenste punt naar binnen. Na het maken van een scherpe vouwlijn plak je die punt vast met een plakbandje.

Stap 7:

Vouw (voorzichtig) de bodem open terwijl je het cadeaupapier aan de bovenkant vasthoudt.

Stap 8:

Open de gemaakte zak aan de bovenkant en vouw de bodem goed open met je hand. Stop het voorwerp netjes in de zak en zet rechtop met de voorkant naar je toe.

Stap 9:

Vouw de bovenkant een klein stukje om

VA N

Stap 2:

Stap 10: Plak die met één of twee stukjes plakband om de cadeauzak goed te sluiten. Stap 11: Maak je geschenk helemaal af met een leuk etiket en een aantal linten.

THEMA 4

LEVEL 5

©

Stap 12: Maak een foto van je ingepakte geschenk. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

151


Explore 5— Welke nieuwe trends zijn er op het gebied van inpakken?

Telkens weer worden er hippe, trendy manieren van inpakken bedacht. Trends en modegrillen in het inpakken volgen elkaar snel op. Hieronder vind je een opsomming van enkele. Lees aandachtig de omschrijvingen van recente trends. Noteer de letter van de omschrijving onder de juiste afbeelding A

B C D

THEMA 4

LEVEL 5

©

VA N

E F

Wie geen zin heeft om iets van de geboortelijst te kiezen voor het kleine wonder van vrienden of familie, kan een luiertaart maken. Rol een paar luiers samen en je hebt een origineel geboortegeschenk. Een luiertaart is niet alleen leuk maar ook praktisch voor de ouders. Veel winkels kiezen voor een snelle oplossing om een geschenk mooi in te pakken en gebruiken geschenkzakjes. Dit is een minder saaie manier om geld af te geven. Vroeger werd geld vaak in een enveloppe afgegeven, nu heb je meer creatieve manieren. Vroeger kreeg je een zakje snoep voor je verjaardag, nu wordt er vaak aan kinderen een snoeptaart gegeven als verjaardagsgeschenk. Om meer uitstraling aan je geschenk te geven, kun je het in een geschenkdoos verpakken. Cadeauverpakking hoeft niet altijd slecht voor het milieu te zijn. Je kunt oude (vintage) doekjes hergebruiken om je geschenk trendy in te pakken.

IN

a b

152


TO THE POINT Cilinder in kokervorm De kokervorm is een eenvoudige vorm om in te pakken die vraagt om een mooi accent.

IN

Cilinder met plat bovenstuk De verpakking met een plat bovenstuk is de eenvoudigste manier om een fles in te pakken. Je kunt tussen of aan het bovenstuk een accent verwerken. Cilinder met gefronst bovenstuk Je kunt een fles gemakkelijk verpakken met een gefronst bovenstuk. Besteed voldoende aandacht aan een verzorgde afwerking. Andere vormen Soms heeft een geschenk niet de vorm van een balk, cilinder of kubus. Het is eerder vormloos. Dan moet je creatief zijn om dat zorgvuldig in te pakken.

VA N

Op het gebied van inpakken doen er zich vaak ook nieuwe trends voor zoals pampertaarten, voorgevormde inpakzakken en inpakdozen …

Action 1— Op een heel originele manier inpakken

©

Ga naar de ontdekplaat bij het onlinelesmateriaal.

1

2

3

4

5

6

LEVEL 5

Bekijk het filmpje over grappige trends in het inpakken. Som de zes manieren van inpakken op.

THEMA 4

a b

153


Action 2— Een fles inpakken voor Vaderdag Voor Vaderdag heb je voor je vader een fles wijn gekocht. Je wilt hem verrassen met een leuke, trendy verpakking volgens de regels van de kunst.

c

Brengt een lege wijnfles mee. Verpak die met gefronst bovenstuk of met plat bovenstuk. Maak een foto van de ingepakte fles. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Action 3— Hulp bieden Bekijk aandachtig de onderstaande tweet. Wat liep er verkeerd?

b

Hoe kan het beter?

THEMA 4

LEVEL 5

©

VA N

a

IN

a b

154


Action 4— Een creatieve uitdaging aangaan Bekijk aandachtig het filmpje over creatief inpakken. Kies twee manieren uit om leuke geschenkjes te maken. Toon je resultaat aan je leerkracht.

2

Maak een foto van je creaties. Geef elk bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Action 5— Wist je dat … ? MORE

Good to know

IN

1

VA N

Een bedrijf kan hofleverancier worden door permanent kwaliteitsproducten of -diensten te leveren aan het koninklijk hof. Het bedrijf moet dat zelf aanvragen. Als de erkenning er eenmaal is, mag het bedrijf zich vijf jaar hofleverancier noemen en het Koninklijk Wapen op zijn verpakkingen gebruiken. Volgens de wettekst mag dat op verpakkingen als volgt:  Onder verpakking wordt verstaan, elk omhulsel dat specifiek bestemd is om het product te beschermen.  Het Koninklijk Wapen mag er maximaal twee keer op afgebeeld worden, maar zodanig dat ze niet samen zichtbaar zijn (naargelang de gezichtshoek).

THEMA 4

LEVEL 5

©

Bron: www.dghb.be

155


1

Zoek vijf huidige hofleveranciers en de verpakking van hun product.

2

Maak daarvan een collage in Canva. Gebruik de ICT-fiches van Canva.

3

Denk jij dat een product beter verkoopt wanneer er een afbeelding van hofleverancier op staat? Bespreek.

BREAKING NEWS Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

IN

1

CHECKLIST

VA N

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

1

Ik kan de techniek van het inpakken van een cilinder toepassen.

2

Ik kan enkele nieuwe trends met betrekking tot het inpakken toepassen.

KAN BETER

EXTRA OEFENMATERIAAL

Beeldwoordenboek Level 5 BEGRIP

VERKLARING

De verpakking met een plat bovenstuk is de eenvoudigste manier om een fles in te pakken. Je kunt tussen of aan het bovenstuk een accent verwerken.

cilinder met gefronst bovenstuk

Je kunt een fles gemakkelijk verpakken met een gefronst bovenstuk. Besteed voldoende aandacht aan een verzorgde afwerking.

THEMA 4

LEVEL 5

©

cilinder met plat bovenstuk

156

AFBEELDING


LEVEL 6 Hoe voer je als retailmedewerker een goed verkoopgesprek?

1

IN

INTRO Het is belangrijk voor ondernemingen om over klantenbinding te praten, want een klant die tevreden is over het goed of de dienst, zal opnieuw bij hen kopen. Als verkoper moet je dus bijzondere aandacht besteden aan de verschillende fasen van het verkoopgesprek. Bekijk aandachtig de cartoon. Wat stelt de cartoon volgens jou voor?

VA N

a b

©

Dick en Kees voegen de daad bij het woord.

Good to know

2

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag: Op welke manier kun je als retailmedewerker een goed verkoopgesprek voeren?

THEMA 4

LEVEL 6

Tijdens het weekend van de klant, meestal het eerste weekend van oktober, bedanken alle handelaars hun klanten voor het vertrouwen. Dat doen ze meestal door een kleine attentie aan te bieden.

157


Re-explore 1— Hoe verloopt een verkoopgesprek volgens het AIDA(S)­model?

AIDA(S)­model

IN

Het AIDA(S)-model toont het proces dat een consument doorloopt vooraleer hij een product of dienst aankoopt. De vijf fasen kun je als verkoper gebruiken om de consument tot actie aan te zetten. Als je de vijf fasen chronologisch doorloopt tijdens je verkoopgesprek, kun je het principe van vraag en aanbod goed bij elkaar brengen. Zo moet je eerst de klant enthousiast maken vooraleer je een aanbod doet.

Ga naar het onlinelesmateriaal en bestudeer de ontdekplaat. Bekijk het filmpje over de AIDA(s)structuur. Vul het schema aan. ENGELS WOORD

ATTENTION

Attention

I

Interest

D

Desire

A

Action

S

Satisfaction

VA N

A

NEDERLANDS WOORD

INTEREST DESIRE

ACTION

SATISFACTION

Fase 1

Ga naar het onlinelesmateriaal en bestudeer de ontdekplaat. Op welke manieren kun je de aandacht van de klant trekken?

©

a

Aandacht / Attention – Trek de aandacht van de klant.

b

De openingszin is heel belangrijk als je de aandacht wilt trekken. Ga naar het onlinelesmateriaal en bekijk het filmpje. Welk type openingszinnen zijn het best? 1

THEMA 4

LEVEL 6

2

158

3


Good to know

Fase 2

Interesse / Interest – Wek de interesse van de klant op.

Je hebt de aandacht van de klant. Nu moet je ervoor zorgen dat hij interesse in je product krijgt. Hoe doe je dat? Bekijk indien nodig het filmpje uit fase 1 opnieuw.

VA N

a

IN

De openingszin is bijna net zo belangrijk voor de verkoop als een goede reclameslogan. Een klant luistert gewoonlijk beter naar de eerste zin van een verkoper dan naar de volgende. Die eerste zin bepaalt dan ook zijn hele houding ten opzichte van de verkoper en de aanbieding of product. Bij de eerste zin beslissen veel klanten al of ze de verkoper zo snel mogelijk weer kwijt willen, of naar zijn voorstellen willen luisteren.

In deze fase moet je het vertrouwen van de klant winnen. Werk per twee. Beantwoord de vragen. —

Wat is het beste moment om artikelen aan de klant te tonen?

Op welke manier kun je de klant iets tonen?

Wat wil je bereiken met een demonstratie?

©

b

Bij MediaMarkt beschikt verkoper Jelle Smets over uitstekend verkoopmateriaal. Hij heeft de juiste artikelen in de toonzaal: smartphonetasjes, lightrings, flexibele tripods, selfiesticks … Hij maakt echter geen gebruik van die artikelen om de interesse van de klanten te wekken.

LEVEL 6

Lees aandachtig het onderstaande verhaal. Werk per twee. Bedenk hoe Jelle de artikelen zou kunnen gebruiken om beter te verkopen. Bespreek daarna jullie ideeën klassikaal.

THEMA 4

c

159


d

Geef Jelle vijf tips om zijn product beter te demonstreren. 1 2 3 4 5 Drang / Desire – Wek het verlangen van de klant op.

IN

Fase 3

Je klant heeft interesse in het artikel en jij wilt nu dat hij koopt. In deze fase is de vraag: hoe kun je de klant overtuigen? Niet alle klanten vallen voor dezelfde argumenten. Je moet je strategie dus telkens aanpassen naargelang het type klant. Lees hoe vier verkopers bij ICI Paris de drang tot kopen opwekken. Wat vind je van hun aanpak?

VA N

Als u deze crème aan het gezicht aanbrengt, verdwijnt na één week bijna 50 procent van de oneffenheden.

In een onderzoek bij 150 klanten noemden de gebruikers de crème ‘verfrissend’, ‘fijn smeerbaar’ en ‘snel opneembaar door de huid’.

THEMA 4

LEVEL 6

©

De crème is er in verschillende geuren zoals cool citrus, sweet vanilla of soft sea breeze.

160

Als u deze week deze verzorgende crème koopt, krijgt u de tweede aan de helft van de prijs.


Fase 4

Actie / Action – Ga over tot actie.

IN

In deze fase moet de klant beslissen of hij het artikel koopt. Dat is een belangrijk moment, maar het is moeilijk in te schatten wanneer de klant er klaar voor is. De volgende signalen kunnen een aanwijzing zijn: — De klant vraagt naar de prijs. — De klant vraagt of het product binnen is of besteld moet worden. — De klant vraagt naar de leveringstermijn. — De klant vraagt of er nog andere kleuren ter beschikking zijn. — De klant vraagt extra informatie over de garantie. — De klant vraagt of hij erover mag nadenken of nog dezelfde dag moet beslissen. Je moet ervoor zorgen dat je het voorstel tot kopen juist formuleert: ook als de klant nee zegt, moet je het gesprek kunnen voortzetten. Fase 5

Tevredenheid / Satisfaction – Zorg dat de klant tevreden is.

In de laatste fase draait het om de tevredenheid van de klant. Als je wilt dat de klant ook voor een volgende aankoop naar jou komt, moet je ervoor zorgen dat hij tevreden is over de aankoop.

VA N

Hoe zorg je als verkoper ervoor dat de klant tevreden is?

Explore 2— Ken jij het communicatiemodel? Communicatie

THEMA 4

LEVEL 6

©

Met iemand spreken, iets naar iemand schrijven, een sms sturen, chatten, een bericht lezen, een gebaar maken, iemand begroeten, een pictogram plaatsen ... het zijn allemaal voorbeelden van communicatie. Communicatie is informatie overbrengen en uitwisselen. Binnen een bepaalde situatie stuurt een zender (bijvoorbeeld een verkoper, een onthaalmedewerker …) een boodschap naar een ontvanger (bijvoorbeeld een klant, een collega …). Die zender stuurt de boodschap met een bepaalde bedoeling en kiest daarvoor een kanaal of medium. De communicatie zorgt voor een effect. Dat is een verandering in de situatie of bij de ontvanger.

161


1

Bekijk aandachtig het filmpje. Vul het schema aan. Kies uit:

VA N

IN

boodschap – medium – ontvanger – zender

2

Soms zit er ruis op de communicatie: de zender en de ontvanger verstaan elkaar niet goed. Waardoor kan er ruis ontstaan? Noteer vijf oorzaken.

3

Kijk goed wie de zender en de ontvanger is. Kruis voor elke situatie de juiste boodschap aan. ZENDER

De klant

De onthaalbediende in een ziekenhuis

Zal ik het inpakken voor jou? De patiënt ligt in kamer 12 op de 5e verdieping. Dat is dan 20,00 euro.

De bezoeker

Een magazijnier in het magazijn van A.S.Adventure.edu

Zal ik het verpakken als geschenk? Help jij even om de vrachtwagen te laden? Kun jij de klant bedienen?

Een collegamagazijnier

© LEVEL 6 THEMA 4

ONTVANGER

Welke maat heeft u? Hoeveel plakjes kaas wenst u? Vandaag is er een extra korting op de bananen.

De verkoper in een schoenenwinkel

162

BOODSCHAP


Explore 3— Verbale of non­verbale communicatie? Verbale en non­verbale communicatie

IN

Communicatie gebeurt vaak met woorden. Denk maar aan een verkoopgesprek, een brief, een sms ... Alles wat geschreven staat, is verbale communicatie. Maar er is ook vele communicatie zonder woorden. Dat is non-verbale communicatie. In gesprekken is meer dan 90 % van de communicatie non-verbaal en gebeurt via de lichaamstaal, de uitspraak, het uiterlijk, de kleur van je kleding ...

Lichaamstaal van de verkoper en de klant Verbergt hij iets?

Vijandig?

Geïnteresseerd? Denkt dat Onzeker? je stom bent? Agressief?

VA N

Liegt zij?

Defensief?

©

Staat niet open voor communicatie?

Bedreigend?

Gesloten?

Ongeduldig om te vertrekken?

LICHAAMSTAAL

De mimiek (gelaatsuitdrukking), het oogcontact, de houding, de afstand die iemand ten opzichte van jou houdt, de bewegingen en gebaren ... dat is lichaamstaal. Daaraan kun je als ontvanger zien hoe de zender zich voelt of wat hij denkt. Je lichaamstaal is de non-verbale communicatie.

welkom.

THEMA 4

oogcontact en glimlach je naar hem. Door die glimlach voelt de klant zich

LEVEL 6

Bijvoorbeeld: Als een klant binnenkomt dan zoek je als verkoper

163


1

Hoe drukt de zender zijn boodschap uit? Combineer. LICHAAMSTAAL A Ik ben bang.

2 Intonatie: op een hoge of lage toon praten

B Ik ben boos, maar durf het niet te zeggen.

3 Tempo: snel of traag praten

C Ik ben erg boos en ik wil dat je dat weet.

4 Articulatie: duidelijk of onduidelijk praten

D Ik heb haast.

2

3

4

IN

1 Volume: hard of zacht praten

1

Ook met zijn kleding en uiterlijk stuurt de zender voortdurend boodschappen. Kleding, haartooi, hoe (on)verzorgd hij erbij loopt ... bepalen voor een flink stuk hoe mensen naar hem kijken. Vul de zin aan. Kies uit:

VA N

2

GEVOEL

verkoper – klant

In de slagerij draagt de persoon een witte blouse

en een rode schort met witte strepen erop. Zo weet elke

dat die persoon een

is.

3

Bekijk aandachtig de onderstaande afbeeldingen. a b

Om welke vorm van communicatie gaat het? Kruis aan. Verklaar je antwoord.

THEMA 4

LEVEL 6

©

A

164

verbaal non-verbaal


B

IN

verbaal non-verbaal

Good to know

VA N

Wanneer je aan de telefoon glimlacht, merkt de gesprekspartner aan de andere kant van de lijn dat. Door te glimlachen, praat je op een aangenamere manier.

Explore 4— Wat kan er tijdens het verkoopgesprek fout lopen in de communicatie?

Ga naar het onlinelesmateriaal en bekijk het filmpje op de ontdekplaat. Er kan heel wat fout lopen in een verkoopgesprek. Som in kernwoorden vijf zaken op die je als verkoper zeker niet mag doen tijdens het verkoopgesprek. 1 2 3 4 5

©

Explore 5— Verhoogt een goede productkennis de slaagkans van een goed verkoopgesprek? PRODUCTKENNIS

de verkoopprijs en productdetails kennen. Een goede productkennis leidt vaak tot een goede verkoop.

THEMA 4

productkennis hebben. Je moet de correcte benaming van het artikel,

LEVEL 6

Als je de kooplust bij je klant wilt opwekken, moet je een zeer goede

165


Artikelnaam

Adidas T-shirt Mhe Tee Gfx 2

Verkoopprijs inclusief btw

€ 29,95

Afbeelding

10181

Omschrijving

Echt geen basic T-shirt. De graphics op dit Adidas-item maken het stoerder dan een doorsnee shirt. Draag het wanneer je maar wilt. De zachte katoenen jersey houdt je comfortabel van A naar B.

Productdetails

Model: Heren Samenstelling materiaal: 100 % CO Duurzaamheid: Better Cotton Initiative Mouwen: Korte mouwen Halslijn: Ronde hals

IN

Artikelnummer

Verwerf nu zelf productkennis over vijf artikelen van A.S.Adventure.edu

Ga naar het artikelbestand van A.S.Adventure.edu. Kies vijf producten die iets met elkaar te maken hebben, zoals: een fietsbroek, een fietshelm, een fietstas, een regenhoes voor de rugzak en een reisgids. Noteer de naam van de vijf producten en hun specificaties in het sjabloon. Gebruik de ICT-fiches van tekstverwerker. Bespreek de specificaties met je buur. Wat zeg je om de klant te overtuigen om het product te kopen? Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

VA N

a

b c

d

Explore 6— Ken jij de nieuwe trend van de bestelzuil? BESTELZUIL

Een nieuwe trend in vele winkels is de bestelzuil. Op het elektronische bestelscherm kan de klant het volledige online assortiment van de winkel raadplegen. Dat biedt veel voordelen. Alle producten en informatie zijn altijd beschikbaar en de klant kan zelf eenvoudig en snel bestellen zonder wachttijden. Met een bestelzuil beschikt de winkel over een extra verkooppunt zonder inzet van extra personeel. Ook al biedt de zuil

©

toegang tot de onlineshop, de winkel blijft een belangrijke bestemming voor de klant met extra beleving en customer experience. Een aanvullend verkoopgesprek geeft de

THEMA 4

LEVEL 6

klant een persoonlijk gevoel.

166

Ga naar de ontdekplaat en bekijk aandachtig het filmpje over de bestelzuil. Beantwoord de onderstaande vragen. a

De verkoper laat de klant een paar voetbalschoenen passen. Welk probleem stelt er zich?

b

Welk oplossing stelt de verkoper voor?


c

Waar worden de schoenen geleverd voor de klant?

d

Waar moet de klant afrekenen?

e

In welk fase van het AIDA(S)-model zou je de bestelzuil plaatsen? Motiveer.

IN

Explore 7— Welke verschillende klanttypes zijn er? Klanttypes

VA N

Als verkoper krijg je verschillende klanttypes over de vloer. Elke klant is uniek. Daarom moet je de klant goed observeren om gepast op zijn gedrag in te spelen. Je moet zijn behoeften proberen te achterhalen. Het is onmogelijk om alle verschillende klanttypes te omschrijven maar je kunt klanten wel indelen op basis van koopgedrag, leeftijd en behoefte.

1

Je kunt klanten indelen op basis van hun koopgedrag. Combineer het klantentype met de juiste omschrijving.

A Deze klant bezoekt de winkel vaak, maar laat de beslissing afhangen van de kortingen die de winkel op dat moment aanbiedt.

2 Discountklant

B Deze klant is echt van plan om een bepaald artikel te kopen.

3 Zwervende klant

C Deze klant maakt minder dan 20 % van het klanten­ bestand uit, maar zorgt wel voor meer dan 50 % van de omzet. Dit type is loyaal.

©

1 Trouwe klant

4 Impulsklant

D Deze klant is niet echt van plan om iets te kopen, maar komt de winkel spontaan binnen. De klant koopt wat op dat moment goed lijkt.

5 Behoeftegebaseerde klant

E Deze klant heeft niet meteen een bepaalde behoefte of een bepaald verlangen, maar wil eerder een bepaalde ervaring of een gevoel van eenheid of gemeenschap beleven.

1

2

3

4

5

LEVEL 6

KOOPGEDRAG

THEMA 4

KLANTTYPE

167


2

Je kunt klanten ook indelen op basis van de leeftijd. Geeft aan wat specifiek is voor elke leeftijdsgroepen.

A

Leeftijd: 16 – 25 jaar

Leeftijd: 26 – 35 jaar

B

VA N

Eigenschappen:

IN

Eigenschappen:

C

Leeftijd: 36 – 49 jaar Eigenschappen:

Leeftijd: 50 – 65 jaar

D

©

Eigenschappen:

E

Leeftijd: 65 +

THEMA 4

LEVEL 6

Eigenschappen:

168


3

Tot slot kunnen klanten ook ingedeeld worden op basis van hun behoeften. a

Lees aandachtig het kenniskader.

Klanttypen

IN

Relatieklanten willen vooral dat een verkoper hen goed behandelt. Zij hebben behoefte aan een vriendelijke omgang. Terwijl je als verkoper met hen praat, ‘scannen’ ze je op je sympathie. Als ze je vriendelijk vinden, zullen ze van jou kopen. Als ze je als onaangenaam ervaren, kopen ze niet. Informatieklanten willen dat je je product door en door kent. Ze hebben behoefte aan een productexpert die hen correcte informatie geeft. Terwijl je als verkoper met hen praat, ‘scannen’ ze je op je productkennis. Weet je alles van je product, dan zullen ze bij je kopen. Weet je te weinig van wat je verkoopt of geef je foute informatie, dan kopen ze niet.

THEMA 4

LEVEL 6

©

VA N

Overtuigingsklanten verwachten dat je overtuigd bent van je eigen product. Ze hebben behoefte aan een heel direct en overtuigend gesprek. Terwijl je als verkoper met hen praat, ‘scannen’ ze je op je zelfzekerheid. Sta je voor honderd procent achter je product en verdedig je het met hand en tand, dan kopen ze van je. Twijfel je aan jezelf en je product, dan kopen ze niet van jou.

169


b

Welke verkooptechniek past bij welk type klant? Zet de juiste letter(s) bij het klanttype. Relatieklant: Informatieklant: Overtuigingsklant:

B

Je maakt een gezellig praatje en luistert en lacht oprecht naar je klant.

Je laat vooral zien dat je een expert bent in het product.

E

D Je zorgt dat je in het gesprek alle voor- en nadelen benoemt.

Je geeft eens een complimentje.

H G

Je geeft je eigen mening over het product.

Je neemt een positieve, bijna kameraadschappelijke houding aan.

F

Je neemt initiatief in het gesprek en reageert assertief op vragen.

I

Je vermijdt te veel zakelijkheid.

VA N

Je geeft veel informatie over het product, je slaat niets over.

C

IN

A

K

J

Je blijft altijd objectief.

Je reageert snel op vragen van de klant. Weet je geen feitelijk antwoord, dan vertel je over je eigen ervaring.

O

M

Je toont het product op een rustige manier en laat zien dat je alle tijd hebt voor deze speciale klant.

©

Je stelt geen persoonlijke vragen.

THEMA 4

LEVEL 6

c

170

Welk type klant ben jij, denk je? Waarom?

L

Je stelt je zakelijk op.

N

Je zet door tijdens het gesprek.

P Je geeft niet op, en hebt je argumenten klaar.


Good to know

VA N

IN

Het is niet makkelijk om alle klanttypes te onderscheiden en daarop je verkoopgesprek af te stemmen. Zo kan een klant die anders altijd zijn tijd neemt, ook al eens weinig tijd hebben. Een 55-jarige milieubewuste koper laat zich door het kleinkind misschien toch overhalen om plastic speelgoed te kopen. En van een klant die voor de eerste keer jouw winkel binnenstapt, weet je nog niet of het een loyale klant is … Weet je niet welk type je klant is, dan spiegel je zijn gedrag. Je gedraagt je, zoals je klant zich gedraagt. Praat je klant vrolijk, dan praat jij ook vrolijk. Is je klant erg rustig, dan gedraag jij je ook rustig. De enige uitzondering is de emotie boos. Wordt je klant boos, dan spiegel je hem niet, maar blijf je rustig en beheerst. Belangrijk is dat je als verkoper altijd vriendelijk en behulpzaam bent.

TO THE POINT

Communicatie is het overbrengen en uitwisselen van informatie. De zender stuurt een boodschap met een bepaalde bedoeling naar de ontvanger. De zender kiest voor een kanaal of medium. De communicatie zorgt voor een effect. Dat is een verandering in de situatie of bij de ontvanger. Verbale communicatie is een vorm van communicatie waarbij iemand zich uit met woorden (en/of geluiden). Verbale communicatie kan zowel gesproken als geschreven zijn. Bij de nonverbale communicatie gaat het om alles wat je zegt zonder woorden. Dat wat je uitdrukt met je lichaam, je stem en je gezicht, je kledingkeuze op het moment dat je met iemand spreekt. Lichaamstaal laat zien hoe iemand zich voelt of wat hij denkt.

Attention – aandacht Interest – interesse Desire – verlangen Action – actie Satisfaction – tevredenheid

THEMA 4

— — — — —

LEVEL 6

©

AIDA(S) is een afkorting die staat voor:

171


IN

Het AIDA(S)-model is een proces dat de klant doorloopt voordat hij een product of dienst koopt. In het AIDA(S)-model vertrek je niet vanuit de reden waarom de klant naar de winkel komt, maar probeer je de klant warm te maken voor een product door zijn aandacht te trekken en zijn interesse en verlangen op te wekken totdat de klant overgaat tot actie en het product aanschaft. De aandacht van de klant trek je met goede inleidende zinnen en door je te onderscheiden van de concurrentie. De interesse wek je best door de voordelen van het product te bewijzen: betrek de klant bij een demonstratie. De kooplust wek je door de verwachtingen of noodzaak van het product aan de klant te tonen. De kunst is om de uitnodiging om te kopen, de actie, zo aan te brengen dat het verkoopgesprek zelfs na een negatieve reactie van de klant kan worden voortgezet. Laat een klant niet naar huis gaan met een product waarbij hij zich niet goed voelt. Enkel een tevreden klant zal naar je winkel terugkeren. Als verkoper moet je een goede productkennis hebben. Je moet de correcte benaming van het artikel, alsook de verkoopprijs en productdetails kennen. Een goede productkennis leidt bijna altijd tot een goede verkoop.

VA N

Een nieuwe trend in de winkel is de bestelzuil. De retailer kan met dat elektronische, selfservicebestelscherm zo het volledige online assortiment en productinformatie van de webshop naar de winkelvloer brengen.

Klanttypes kun je opdelen volgens koopgedrag, leeftijdsgroep en behoefte. Op basis van het koopgedrag zelf kun je vijf types onderscheiden. — De discountklant beslist op basis van de kortingen. — De behoeftegebaseerde klant heeft echt de intentie om een specifiek artikel te kopen. — De impulsklant laat zijn aankopen afhangen van wat hem op dat moment goed lijkt. — De loyale klant keert terug naar je winkel. — De zwervende klant heeft niet direct de intentie om iets te kopen.

THEMA 4

LEVEL 6

©

Als je je klanten indeelt volgens leeftijdsgroep onderscheid je: — 16–25 jaar — 26–35 jaar — 36–49 jaar — 50–65 jaar — 65 +

172

Als je let op de behoeften van de klant, kijk je naar wat de klant verwacht van de verkoper in de winkel. — Relatieklanten hebben vooral behoefte aan een vriendelijke omgang met de verkoper. — Informatieklanten hebben vooral behoefte aan een productexpert die hen correcte en objectieve informatie geeft. — Overtuigingsklanten hebben vooral behoefte aan een heel direct en overtuigend gesprek.

BEKIJK DE KENNISCLIP


Action 1— Hoe maak je een klant tevreden? Lees aandachtig het krantenartikel. Markeer het antwoord op deze vragen: Welke factoren bepalen de tevredenheid van een klant in de winkel? Wees volledig.

blauw

Wat weet je over een tevreden klant?

rood

Welke aspecten spelen een belangrijke rol bij de klanttevredenheid tijdens het verkoopgesprek?

IN

geel

Zorg voor tevreden klanten in uw winkel

VA N

Een tevreden klant is belangrijk voor uw winkel. Voor een goede omzet is het van belang dat uw klanten tevreden zijn en na hun aankoop ook weer bij u terugkomen. Klanttevredenheid leidt tot meer positieve aanbevelingen en mond-tot-mondreclame, waardoor weer nieuwe klanten in uw winkel komen.

In bijna alle gevallen zult u de klant ervan moeten overtuigen dat hij of zij juist bij u moet komen voor een goed product, goede service en een prettige bediening. Met andere woorden: u moet uw eigen markt creëren. Een marktgerichte ondernemer stelt dan ook altijd de klant centraal. Dat betekent dat u niet vanuit uw product denkt, maar dat u zich verplaatst in het koopgedrag van uw klanten. Daarbij speelt klantenbinding een belangrijke rol.

LEVEL 6

Klanten zijn machtig. Ze hebben de keuze tussen uw bedrijf en vele andere bedrijven.

Ondernemers die ervan uitgaan dat hun bedrijf zo bijzonder is dat de klant vanzelf wel komt, komen meestal bedrogen uit.

THEMA 4

©

De moderne consument Een consument is niet meer gebonden aan één winkel. Een klant oriënteert zich en is constant op zoek naar ideeën die passen bij zijn of haar leefstijl. De moderne ondernemer onderkent dit koopgedrag en speelt met een goede informatieve presentatie in op de onuitgesproken wensen van de klant. Hij ziet zijn bedrijf als een theater waar voor de consument altijd iets te beleven is. Hij zorgt ervoor dat de consument een reden heeft om regelmatig bij hem binnen te stappen. Klantenbinding is dan de sleutel tot succes, waarbij u tracht zoveel mogelijk de eigenschappen van uw product te vertalen in voordelen voor de consument. De tevredenheid van een klant over een winkel wordt door verschillende factoren bepaald. Belangrijke factoren zijn onder meer: • de wijze waarop een klant wordt geholpen; • de kwaliteit van de winkel; • de betrokkenheid van uw klanten bij het winkelconcept; • het informeren van de klant.

173


• • •

Sta uw klanten vriendelijk en gastvrij te woord. Behandel hun klachten op een effectieve manier. Stel u als verkoper klantgericht op.

Bedenk dat een tevreden klant: • bij u terugkomt; • lovend over uw winkel praat bij vrienden en kennissen, • weinig reden heeft om naar een concurrent van u te gaan.

IN

De wijze waarop uw klanten worden geholpen en het verloop van het verkoopgesprek zijn van groot belang voor de tevredenheid van de klant. Zij vormen op basis daarvan een beeld van uw winkel. Vooral de volgende drie aspecten spelen bij klanttevredenheid bij een verkoopgesprek een belangrijke rol.

Naar: modemanagement.nl, 2013-08-21

Action 2— Wat loopt er fout in het verkoopgesprek?

VA N

Bekijk aandachtig het filmpje. De klant vraagt hulp aan de verkoopster, maar er lopen een aantal zaken mis. Welke?

Action 3— Verkopen is een kunst!

THEMA 4

LEVEL 6

©

Bekijk aandachtig de onderstaande afbeelding en formuleer je eigen bevindingen. Gebruik minstens het begrip ‘AIDAS’ in je antwoord.

174

Een verkoper is meer dan iemand met een vlotte babbel.


Action 4— Hoe pas je het AIDA(S)-model stap voor stap correct toe?

Werk het AIDA(S)-model uit voor een eigen product nadat je een aantal verkoopgesprekken hebt geobserveerd. a

Observeer drie verkoopgesprekken in groepen van drie. Voor deze opdracht heb je de keuze of je drie filmpjes bekijkt (optie 1) of naar drie winkels gaat (optie 2). Vink de gekozen optie aan.

IN

1

Optie 1: G a naar het onlinelesmateriaal en bekijk aandachtig de drie verkoop­gesprekken. Optie 2: Ga op stap in een winkelstraat in je gemeente of stad en observeer drie verkoopgesprekken. b

Vul na elk gesprek de fiche in. Ga naar het onlinelesmateriaal om extra fiches te downloaden.

VA N

DEEL 1: TIJDENS HET VERKOOPGESPREK Steekfiche van een verkoopgesprek

Aandacht

Handeling van de verkoper

Reactie van de klant

Interesse

Handeling van de verkoper

©

Reactie van de klant

THEMA 4

Handeling van de verkoper

LEVEL 6

Drang tot kopen

175


DEEL 1: TIJDENS HET VERKOOPGESPREK Reactie van de klant

Actie / afsluiten Handeling van de verkoper

Reactie van de klant

IN

VA N

DEEL 2: NA HET VERKOOPGESPREK Beoordeling

Is de winkelbediende tevreden over het gesprek?

Waarom (niet)?

Tips

Wat heb je geleerd uit het gesprek? Noteer enkele tips.

©

2

Werk in twee groepen en bereid een verkoopgesprek voor.

THEMA 4

LEVEL 6

a b

176

Elke groep kiest een product of een dienst. Verdeel je groep in vier kleinere groepjes. Elk groepje werkt een stap van het AIDA(S)‑model uit voor het gekozen product of de gekozen dienst. Noteer de ideeën bij jouw stap van het AIDA(S)-model. Bespreek daarna met je groepje alle stappen van het model en noteer de ideeën.


Aandacht: hoe trek je de aandacht naar het product?

IN

Interesse: hoe wek je interesse voor het product op?

VA N

Drang: hoe wek je de drang naar het product op?

Actie: hoe haal je de klant over om het product te kopen?

c

d e

Breng alle ideeën samen en maak een PowerPointpresentatie. Gebruik de ICT-fiches van PowerPoint. Presenteer je ideeën aan de andere groep. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Action 5— Kun je de stappen van het AIDA(S)­model in Ga met de hele klas op pad in een winkelstraat. Werk per twee. Maak foto’s van de fasen van het AIDA(S)-model. Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een observatiefiche waaraan je de foto’s kunt toevoegen.

2

Wat vond je van het verkoopgesprek?

THEMA 4

1

LEVEL 6

©

beeld brengen?

177


Action 6— Wat is er belangrijk tijdens een verkoopgesprek? Zijn de onderstaande uitspraken juist of fout? JUIST

FOUT

Om een goed verkoopgesprek te voeren is het noodzakelijk dat je een dergelijke opleiding had.

IN

Overgaan tot actie is de belangrijkste fase in het verkoopgesprek. Het is belangrijk om voor het verkoopgesprek een gepaste openingszin te bedenken. Dan voelt de klant zich onmiddellijk welkom.

Een klant tot een tevreden klant maken, is een investering voor de toekomst.

VA N

Action 7— Kun je het verkoopgesprek in beeld brengen? 1

Ga met de hele klas op pad in een winkelstraat. Werk in groepjes van maximaal vier personen. Voor deze opdracht heb je de keuze. Kies, afhankelijk van je interesse, of je een verkoopgesprek wilt filmen (optie 1) of wilt fotograferen (optie 2). Vink de gekozen optie aan.

Optie 1

a

b

AIDA(S) in een filmpje

Vraag toestemming aan een winkelier om een verkoopgesprek te filmen. Breng de stappen van het AIDA(S)-model duidelijk in beeld. Voeg ondertitels toe aan je filmpje bij elke nieuwe fase in het gesprek.

LEVEL 6 THEMA 4 178

a

b

AIDA(S) in Canva

Vraag toestemming aan de winkelier en de klanten om foto’s te maken. Breng de stappen van het AIDA(S)-model duidelijk in beeld. Verwerk de foto’s in een Canva. Gebruik de ICT-fiches van Canva.

Je kunt het gesprek ook naspelen of verzinnen. In dat geval heb je een verkoper, een klant, een regisseur (filmer) … nodig. Wees creatief.

©

Tip:

Optie 2

2

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

3

Presenteer je werk aan de klas.


Action 8— Kun je winkelen zonder verkoopgesprek? Lees aandachtig het onderstaande artikel. Markeer het antwoord op deze vragen. geel

Hoe heet de nieuwe autonome winkel?

groen

Wanneer kan men boodschappen doen in deze winkel?

blauw

Hoe krijgt de klant toegang tot de winkel?

rood

Hoe betaalt de klant?

Verklaar: het is een innovatief concept.

c

Wat vind je zelf van dit concept?

VA N

b

IN

a

d

Denk je dat dit concept de job van de verkoper in gevaar brengt?

OKay opent autonome stadswinkel in Gent

Vanaf morgen test Colruyt Group in het centrum van Gent OKay Direct, een innovatief winkelconcept waarbij klanten 24/7 boodschappen kunnen doen. Uitgebreid testen

De nieuwe stadswinkel is gelegen in de

De eerste OKay Direct is 150 m² groot en start

Belfortstraat in Gent en zet vol in op autonomie en

met 650 referenties van zowel A-merken als

selfservice. ‘Om ook in de toekomst onze klanten

huismerken. Het assortiment bestaat voornamelijk

optimaal te kunnen blijven bedienen zijn we

uit vers fruit en groenten, vlees, vis, brood en

continu bezig met het bestuderen en ontwikkelen

kant-en-klaarmaaltijden. Verder vinden klanten er

van innovatieve oplossingen die bijdragen

ook enkele essentiële producten als wc-papier en

©

Selfservice de klok rond

tot een eenvoudige, snelle en gemakkelijke

tandpasta.

winkelervaring voor de klanten’, zegt Gert Somers, ‘Met dit innoverend pilootproject gaan we de evalueren van een dergelijke winkelformule in

klok rond en zeven dagen op zeven terecht in de

een stadsomgeving. We geloven dat de interesse

OKay Direct. Om toegang te krijgen tot de winkel

in dergelijke concepten toeneemt en dat het

moet de klant de QR-code van zijn Xtra-app of

beantwoordt aan de evoluerende noden van de

-kaart scannen. De technologie achter het concept

klanten. We zullen het concept uitgebreid testen

registreert automatisch welke producten de klant

vooraleer het op grotere schaal uit te rollen naar

uit de rekken neemt. Door de QR-code aan de kassa

andere grootsteden’, besluit Somers.

opnieuw in te scannen wordt de eindafrekening

Bron: retail.be, 2021-11-08

gemaakt en kan de klant elektronisch betalen voor het verlaten van de winkel.

LEVEL 6

haalbaarheid, de populariteit en het succes

Vanaf morgen 9 november kunnen klanten de

THEMA 4

verantwoordelijke voor de stadsformules bij OKay.

179


Action 9— Herken jij belangrijke eigenschappen van een verkoper?

Bekijk aandachtig de afbeelding en beantwoord onderstaande vragen. Markeer: dit is een voorbeeld van verbale / non-verbale communicatie? Welk belangrijk spreekwoord schuilt achter deze boodschap voor de verkoper?

c

Waarom is dit een belangrijke boodschap voor de verkoper in een verkoopgesprek denk je?

VA N

IN

a b

Action 10— Heb jij een verkooptalent?

Nu ga je zelf aan de slag. Werk per twee. Voer drie verkoopgesprekken voor drie verschillende producten van A.S.Adventure.edu. a

Informeer je over je product. Vul het schema aan. PRODUCT 1

©

Artikelnaam

Verkoopprijs (btw incl.)

THEMA 4

LEVEL 6

Artikelnummer

180

Omschrijving product Productdetails (bv. materiaal, gewicht, afmeting … )

PRODUCT 2

PRODUCT 3


Verdeel de rollen van koper en verkoper en voer het volledige verkoopproces tot en met de afrekening aan de kassa. Zorg dat de volgende zaken zeker voorkomen:  De koper heeft een grondige productkennis.  De klant stelt veel vragen.  De klant wordt eens vervelend of onbeleefd.  Gebruik bewust verbale en non-verbale communicatie.

c d

Klaar? Wissel van rol. Je oefent zo allebei drie cases. Breng je beste case voor de klas. Klassikaal bespreek je wat er goed en minder goed verliep in de rol van de verkoper. Gebruik daarvoor de fiche bij het onlinelesmateriaal.

IN

b

Action 11— Kun jij het klanttype herkennen? 1

Bekijk aandachtig de twee filmpjes. Welk type klant zie je? Markeer. Filmpje 1: relatieklant / informatieklant / overtuigingsklant Filmpje 2: relatieklant / informatieklant / overtuigingsklant

VA N

a b

Bezoek de komende weken een winkel, maar geen supermarkt. a

Observeer enkele klanten die geholpen worden. Noteer op een apart blad je bevindingen.  Om welk type klant gaat het?  Waaraan merk je dat?

b

Maak een verslag van je bevindingen met een tekstverwerker.  Open een nieuw document en gebruik ‘Klanttypes’ als titel.  Geef die titel Kop 2 als opmaak.  Schrijf in de koptekst ‘Verkoopgesprekken’ en in de voettekst je naam.  Maak gebruik van de subtitels ‘Klant 1’ en ‘Klant 2’ enz. en gebruik Kop 3 als opmaak.  Gebruik opsommingstekens om het klanttype te vermelden en om je uitleg te noteren.  Duid de belangrijke koopsignalen (kernwoorden) aan in het vet.

c

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio. Druk dit document af en voeg het toe aan je leerwerkboek.

THEMA 4

LEVEL 6

©

2

181


Action 12— Wat is het koopmotief en de koopwens van de klant?

Klanten kunnen de winkel binnenkomen met een koopmotief: ze hebben een bepaalde behoefte of een bepaalde reden of zoeken een artikel, maar weten nog niet precies welk artikel.

IN

Klanten kunnen ook de winkel binnenstappen met een specifieke koopwens: ze weten exact welk product, welk type … ze nodig hebben. Geef voor elk van de volgende situaties een mogelijk koopmotief en een mogelijke koopwens. Situatie 1: Een klant komt een schoenwinkel binnen. Koopmotief:

VA N

Koopwens:

Situatie 2: Een klant gaat naar een Aveve-tuinwinkel. Koopmotief:

Koopwens:

©

Situatie 3: Een klant komt een multimediazaak binnen. Koopmotief:

THEMA 4

LEVEL 6

Koopwens:

182


BREAKING NEWS Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

CHECKLIST

IN

1

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Ik kan het AIDA(s)-model uitleggen aan de hand van een voorbeeld.

2

Ik kan de AIDA(s)-structuur toepassen op een zelfgekozen product.

EXTRA OEFENMATERIAAL

THEMA 4

LEVEL 6

©

VA N

1

KAN BETER

183


Beeldwoordenboek Level 6 AIDA(S)model

AFBEELDING

Het proces dat een consument doorloopt vooraleer hij een product of dienst aankoopt. De verkoper doorloopt de vijf onderdelen in een gesprek chronologisch om vraag en aanbod goed bij elkaar te brengen. A = Aandacht I = Interesse opwekken D = Drang tot kopen A = Actie S = Tevredenheid

Die klant heeft echt de intentie om een specifiek artikel te kopen.

VA N

behoeftegebaseerde klant

VERKLARING

Dat is een soort van webshop in je winkel of verkooppunt.

communicatie

Communicatie is het overbrengen of uitwisselen van informatie

THEMA 4

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 6

©

bestelzuil

184

discountklant

ATTENTION INTEREST DESIRE

IN

BEGRIP

Die klant bezoekt de winkel vaak, maar laat zijn beslissing afhangen van de kortingen die de winkel op dat moment aanbiedt.

ACTION

SATISFACTION


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Dat is de verandering in de situatie bij de ontvanger.

impulsklant

Die klant heeft niet meteen gepland om iets te kopen, maar komt de winkel binnen in een vlaag. Hij koopt wat op dat moment goed lijkt.

kanaal of medium

Dat is het middel waarmee de zender de boodschap verstuurt.

lichaamstaal

Dat is communicatie via gebaren, mimiek, lichaamshouding, stemgeluid en oogcontact.

non-verbale communicatie

Dat is alles wat je communiceert zonder woorden.

De persoon die de boodschap ontvangt van de zender.

LEVEL 6 BEELDWOORDENBOEK

ontvanger

THEMA 4

©

VA N

IN

effect

185


product­ kennis

ruis

VERKLARING

AFBEELDING

Dit houdt in dat je als verkoper de correcte benaming van het artikel, alsook de verkoopprijs en productdetails kent.

Artikelnaam

Adidas T-shirt Mhe Tee Gfx 2

Verkoopprijs inclusief btw

€ 29,95

Afbeelding

Artikelnummer

10181

Omschrijving

Echt geen basic T-shirt. De graphics op dit Adidas-item maken het stoerder dan een doorsnee shirt. Draag het wanneer je maar wilt. De zachte katoenen jersey houdt je comfortabel van A naar B.

Productdetails

Model: Heren Samenstelling materiaal: 100% CO Duurzaamheid: Better Cotton Initiative Mouwen: Korte mouwen Halslijn: Ronde hals

Verwerf nu zelf productkennis over vijf artikelen van A.S.Adventure.edu

Dat wil zeggen dat zender en ontvanger elkaar niet goed begrepen hebben.

a

b c

Ga naar het artikelbestand van A.S.Adventure.edu. Kies vijf producten die iets met elkaar te maken hebben, zoals: een fietsbroek, een fietshelm, een fietstas, een regenhoes voor de rugzak en een reisgids. Noteer de naam van de vijf producten en hun specificaties in het sjabloon. Bespreek de specificaties met je buur en oefen je verkoopvaardigheden. Gebruik de ICT-fiches van tekstverwerker. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

IN

BEGRIP

d

Explore 6— Ken jij de nieuwe trend van de bestelzuil? BESTELZUIL

Een nieuwe trend in vele winkels is de bestelzuil. Op het elektronische bestelscherm

kan de klant het volledige online assortiment van de winkel raadplegen. Dat biedt veel voordelen. Alle producten en informatie zijn altijd beschikbaar en de klant kan zelf

eenvoudig en snel bestellen zonder wachttijden. Met een bestelzuil beschikt de winkel over een extra verkooppunt zonder inzet van extra personeel. Ook al biedt de zuil

toegang tot de onlineshop, de winkel blijft een belangrijke bestemming voor de klant

met extra beleving en customer experience. Een aanvullend verkoopgesprek geeft de

LEVEL 6

klant een persoonlijk gevoel.

THEMA 4

Dat is een terugkerende klant. Die klant maakt minder dan 20 % van het klantenbestand uit, maar zorgt wel voor meer dan 50 % van de omzet. Het is de loyale klant.

10

Ga naar de ontdekplaat en bekijk aandachtig het filmpje over de bestelzuil. Beantwoord de onderstaande vragen. a

De verkoper laat de klant een paar voetbalschoenen passen. Welk probleem stelt er zich?

b

Welk oplossing stelt de verkoper voor?

De winkel heeft de maat van de klant niet meer in voorraad.

om naar de bestelzuil te gaan

VA N

trouwe klant

LIFT4A_T4_L6.indd 10

Dat is een vorm van communicatie waarbij de zender zich uit met woorden (en/of geluiden).

zender

De persoon die de boodschap stuurt naar de ontvanger.

THEMA 4

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 6

©

verbale communicatie

186

zwervende klant

Die klant heeft niet meteen een bepaalde behoefte of een bepaald verlangen wanneer hij naar de winkel komt. Hij wil eerder een bepaalde ervaring of een gevoel van eenheid of gemeenschap beleven.

25/02/2022 08:16


LEVEL 7 Hoe ontwerp je communicatie­ producten zoals een website?

Waarmee moet je rekening houden als je een website creëert?

VA N

1

IN

INTRO

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag: Hoe maak je een eenvoudige website met Weebly?

THEMA 4

LEVEL 7

©

2

187


Explore 1— Hoe start je met Weebly? Surf naar de website van Weebly. Klik op ‘Aan de slag’. Registreer je om dan gratis stap voor stap je eigen website te maken. Vul je gegevens in. Druk op ‘continue’. Nu heb je een account aangemaakt.

VA N

IN

1

Selecteer op het volgende scherm wat je wilt maken: een website of een website met webwinkel. Kies voor een website.

THEMA 4

LEVEL 7

©

2

188


3

Kies een thema voor je website. Houd daarbij rekening met de huisstijl. Het thema bepaalt de opbouw van je website. Het thema, of de template van je website, kun je later nog altijd wijzigen.

IN

Tip:

Kies je domeinnaam.

VA N

4

Kies ‘bewerken’. Geef de domeinnaam voor je website in.  Beschikt de school over een domeinnaam? Dan kies je ‘Verbind met een domein dat u al bezit.’  Kun je de domeinnaam van school niet gebruiken, dan moet je het domein van Weebly gebruiken.  Wanneer de domeinnaam al in gebruik is, verschijnt er ‘Niet beschikbaar’. Je moet de naam wijzigen tot er ‘Kiezen’ verschijnt. Daarna klik je op ‘Klaar’.

Je hebt een account aangemaakt, een template gekozen en een domeinnaam vastgelegd. Je kunt nu beginnen met de opbouw van je website.

THEMA 4

LEVEL 7

©

a b

189


Explore 2— Hoe pas je het thema aan? Good to know

1

IN

A.S.Adventure.edu verkoopt vooral artikelen voor buitensport en -leven, daarom verkiest ze kleuren en een achtergrond waarin de natuur zichtbaar is. Aangezien Weebly een gratis website is, is het niet mogelijk om zelf alle kleuren te kiezen. Je zult de vastgelegde kleuren van de thema’s moeten gebruiken.

Kies in de menubalk ‘Thema’ om de template te wijzigen.

Kies in het linkermenu ‘Thema wijzigen’. Kies nu het volgende thema.

VA N

a b

c

Wanneer je een thema hebt gekozen, kun je dat aanpassen aan je eigen wensen. Pas het thema aan volgens het stappenplan. STAPPENPLAN

Stap 1: Pas het lettertype en de kleur van de titel van de website aan.

©

– Selecteer in het menu ‘Thema’ in het linkermenu ‘Lettertypen wijzigen’. – Kies lettergrootte 50, kleur groen.

Stap 2: Pas de titel aan. Kies in het linkermenu ‘Sitetitel’. Vervang ‘Mijn site’ door ‘A.S.Adventure.edu’. Stap 3: Pas het navigatiemenu aan. – Kies voor lettergrootte 15. – Kies bij ‘gewicht’ voor ‘regular’.

THEMA 4

LEVEL 7

Stap 4: Schrijf een koptekst.

190

– Verander in ‘Adventure is everywhere’. – Kies lettergrootte 42 en kleur oranje. – Kies bij ‘gewicht’ voor ‘regular’. Stap 5: Verwijder de teksten ‘We are’ en ‘Montreal based photography & videography studio.’


Stap 6: Vervang de teksten ‘500PX // VIMEO // ENLIGHT’ door ‘Nijverheidsstraat 92/5 | 2160 Wommelgem | info@asadventure.edu’. Kies voor lettergrootte 14, kleur wit. Stap 7: Verwijder de tussenkop. Stap 8: Geef de paragraaftitel de tekst ‘A.S.Adventure.edu’. – Kies lettergrootte 40 en kleur groen. – Kies bij ‘gewicht’ voor ‘regular’. Stap 9: Geef de paragraaftekst de tekst ‘New fashion arrives!’. – Kies lettergrootte 20 en kleur oranje.

IN

– Kies bij ‘gewicht’ voor ‘regular’.

Explore 3— Hoe pas je het menu en de lay­out van de pagina’s aan?

Je kunt het menu en de lay-out van pagina’s aanpassen. Volg het stappenplan. STAPPENPLAN

VA N

Stap 1: Kies in het menu ‘Pagina’s’.

Stap 2: Sleep de knop ‘About’ naar de tweede plaats.

Stap 3: Klik in het linkermenu op de knop ‘About’ en wijzig de naam in ‘Over ons’. Kies voor lettergrootte 24, kleur groen. Stap 4: Klik in het linkermenu op de knop ‘Services’. Wijzig de naam in ‘Inspiratie & advies’. Kies voor lettergrootte 24, kleur groen. Stap 5: Verwijder de knop ‘News’.

Stap 6: Klik op de knop ‘Contact’. Geef die tekst de lettergrootte 24, kleur groen. Je kunt ook nieuwe pagina’s toevoegen. Klik op het plusteken. Je kunt kiezen uit verschillende soorten pagina’s.

THEMA 4

LEVEL 7

©

Tip:

191


Explore 4— Hoe voeg je tekst toe aan een pagina? Je kunt tekst toevoegen aan een pagina en uitlijnen. Volg het stappenplan. STAPPENPLAN

VA N

IN

Stap 1: Open de pagina ‘Over ons’.

Stap 2: Ga naar het onlinelesmateriaal en download er het bestand.

Stap 3: Vervang de tekst ‘Choose this theme …’ door de tekst van het bestand. Dat doe je door de tekst te kopiëren en te plakken. Stap 4: Lijn de tekst links uit. Dat doe je door op de onderstaande knop te klikken.

Stap 5: Zet de titels ‘Wie is A.S.Adventure.edu?’ en ‘Wat is verantwoord ondernemen?’ vetjes. Stap 6: Voeg na de titels een witregel toe.

©

Explore 5— Hoe voeg je een afbeelding toe aan een pagina? Je kunt afbeeldingen toevoegen aan een pagina. Volg het stappenplan. STAPPENPLAN

THEMA 4

LEVEL 7

Stap 1: Open de pagina ‘Over ons’.

192


Stap 2: Vervang de onderstaande teksten als volgt: –

‘Stacey Cameron’ in ‘Duurzaam assortiment’.

‘Anna Wilson’ in ‘Recycling’

‘Roland Alvarez’ in ‘Duurzaam drukwerk’

Stap 3: Ga naar het onlinelesmateriaal en download de foto’s. Stap 4: Vervang de foto’s op de pagina ‘Over ons’ door je gedownloade foto’s. Dubbelklik op de afbeelding. Je krijgt dan het volgende scherm te zien. Kies ‘Afbeelding vervangen’. Je kunt hier de nieuwe afbeelding uploaden.

VA N

IN

Stap 5: Na het uploaden kun je de foto’s nog bewerken, zoals bijsnijden … Klik na het bewerken zeker op ‘Opslaan’.

THEMA 4

LEVEL 7

©

Tip:

193


Explore 6— Hoe voeg je sociale media toe aan een pagina? Je kunt sociale media toevoegen aan een pagina. Volg het stappenplan. STAPPENPLAN Stap 1: Open de pagina ‘Over ons’. Stap 2: Klik op de knop ‘Bouwen’.

VA N

IN

Stap 3: Bij de rubriek ‘Meer’ vind je de knop waarmee je sociale media kunt toevoegen.

Stap 4: Verwijder de tekst ‘Make sure to include information …’ uit het tussenstuk. Stap 5: Sleep de knop waarmee je sociale media kunt toevoegen, naar het tussenstuk. Stap 6: Lijn de iconen uit. Dat doe je door een dubbelklik op de iconen van de sociale media. Je krijgt dan een scherm waarmee je onder andere de iconen kunt uitlijnen. Centreer de iconen.

THEMA 4

LEVEL 7

©

Stap 7: Je kunt je iconen beheren door ze op actief of inactief te zetten. Zo maak je iconen zichtbaar of onzichtbaar voor je websitebezoekers.

194


Explore 7— Hoe breng je de contactpagina in orde? Good to know

STAPPENPLAN

IN

Een bijzonder handig formulier is een contactformulier. Daarmee kunnen bezoekers eenvoudig contact met je opnemen. Uiteraard kun je je e-mailadres opnemen op je website, maar dan ga je waarschijnlijk veel ongewenste spamberichten krijgen en veel tijd investeren in e-mails die weinig resultaat opleveren. Gebruik dus beter een contactformulier. Standaard worden berichten gestuurd naar het e-mailadres waarmee je je account bij Weebly hebt geregistreerd. Je kunt dat in de gratis versie van Weebly niet veranderen. Je kunt wel een contactformulier maken.

Stap 1: Ga naar de pagina ‘Contact’.

VA N

Stap 2: Geef het woord ‘Contact’ de lettergrootte 24, kleur groen. Stap 3: Verwijder de tekst en het aanwezige contactformulier.

Stap 4: Ga naar het onderdeel ‘Bouwen’. Je vindt er de knop waarmee je een contactformulier kunt maken. Sleep de knop naar de pagina.

Stap 5: Wijzig de formulieropties door op het contactformulier te klikken. Vertaal de teksten naar het Nederlands (Naam, E-mailadres, Bericht). Stap 6: Je bepaalt zelf of een veld al dan niet verplicht om in te vullen is. Selecteer het veld en duid aan ‘Vereist’ of niet.

THEMA 4

LEVEL 7

©

Stap 7: Klik op ‘Opslaan’.

195


Explore 8— Hoe plaats je de website online? Wanneer je klaar bent met de creatie van je website, kun je die publiceren. Klik daarvoor in het hoofdmenu op ‘Publiceren’.

2

Je kunt nu je website bekijken.

IN

1

Action 1— Hoe ontwerp je een eenvoudige website voor je project?

1

VA N

Ga via het onlinelesmateriaal naar de website van Weebly en log in met dezelfde gegevens als in Explore 1.

2

In het middelste scherm staat de website die je in de explores hebt ontwikkeld. Klik op ‘Site toevoegen’ om een nieuwe website te ontwerpen voor jouw project op school. Bij het ontwerpen van de website:  houd je voor de keuze van het thema rekening met de huisstijl;  plaats je een promotie op de startpagina;  geef je de bezoeker op een aparte pagina voldoende informatie over jullie project;  illustreer je de informatie over jullie project met foto’s;  geef je de bezoeker de mogelijkheid om via een formulier contact op te nemen;  geef je de bezoeker de mogelijkheid om via de website op de sociale media van het project te komen. Daarvoor kun je een algemene link naar de sociale media gebruiken.

CHECKLIST

THEMA 4

LEVEL 7

©

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst.

196

1

Ik kan een template voor een website aanpassen.

2

Ik kan een menu aanpassen.

3

Ik kan afbeeldingen toevoegen op een pagina.

4

Ik kan tekst toevoegen op een pagina.

5

Ik kan een contactformulier aanmaken.

JA

KAN BETER

EXTRA OEFENMATERIAAL


LEVEL 8 Hoe goed kun je moeilijke basisrekenvaardigheden toepassen?

1

IN

INTRO Bekijk aandachtig de jobadvertentie van een winkelverkoper. Markeer de items waarvoor de verkoper rekenkundige basisvaardigheden moet bezitten.

Winkelverkoper voeding (m/v/x)

VA N

Heb jij zin om op een klantgerichte manier voedingsmiddelen aan de consument te verkopen en dat in lijn met onze commerciële doelstellingen? Dan zoeken wij jou!

Kennis:    

FIFO-principe ervaring met geautomatiseerde kassa verkooptechnieken Nederlandse taal = moedertaal

Essentiële competenties:     

©

  

cashgeld innen en gepast teruggeven geld met de betaalkaart innen kortingen verrekenen porties afwegen etiketten met wettelijke informatie over gewicht, prijs, samenstelling aanbrengen de temperatuurcurve aflezen de temperatuur bijstellen indien nodig de bestelhoeveelheden berekenen

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag:

LEVEL 8

Hoe kan een retailmedewerker de klant maximaal ondersteunen met aandacht voor basisrekenvaardigheden zoals rekenen met procenten, lengtematen, gewichtsmaten en temperatuurverschillen?

THEMA 4

2

197


Re-explore 1— Kun jij de regel van drie en de

basisvaardigheden nog toepassen?

Maak de onderstaande oefeningen. Gebruik de tips. — — —

Tip:

Vermenigvuldigen met 5: vermenigvuldig met 10 en deel door 2. Vermenigvuldigen met 25: vermenigvuldig met 100 en deel door 4. Vermenigvuldigen met 50: vermenigvuldig met 100 en deel door 2.

IN

1

18,00 * 10 =

75 * 25 =

457,00 * 10 =

4 218 * 25 =

29 * 5 =

416 * 50 =

1 438 * 5 =

36 406 * 50 =

10 010 * 5 =

VA N

199 * 50 =

2

Maak de onderstaande oefening. Gebruik de regel van drie. Surf indien nodig naar het onlinelesmateriaal en bekijk er het filmpje. a

Een voorbeeld met de regel van drie: 175 ml suikersiroop weegt 232,75 gram. Hoeveel weegt 100 ml suikersiroop?

©

175 ml

232,75 g

: 175

THEMA 4

LEVEL 8

1 ml

198

100 ml

: 175 1,33 g

* 100

* 100


Bekijk de wettelijke afspraken rond cashbetalingen en afronden.

VA N

3

Je betaalt bij de groothandel voor 8 kg boter € 60,00. Hoeveel betaal je voor 20 kg?

IN

b

FOD Economie

taling worden be af te

AFRONDING EUROCENT

LEVEL 8

AFRONDING EUROCENT

THEMA 4

Con ta n

Muntstukken van 1 en 2 cent zijn duur om te maken (grondstoffen, slaan van de munten, het transport ...) Bovendien werden ze weinig gebruikt. De handelaar moet dus afronden, maar hij is verplicht om te vermelden dat contante betalingen worden afgerond. Bij digitale betalingen worden de bedragen niet afgerond.

d ron ge

©

Good to know

199


4

Hoe rond je af in volgende situaties? TE BETALEN

TE BETALEN

€ 17,99

€ 99,99

€ 46,23

€ 178,02

€ 88,56

€ 578,03

€ 210,97

€ 678,04

AFRONDEN NAAR

IN

5

AFRONDEN NAAR

Een klant kan ook een waardebon gekregen hebben bijvoorbeeld als geschenk. De klant geeft de waardebon aan de kassa af en het bedrag wordt in mindering gebracht.

VA N

Janitta koopt een nieuw badpak van Speedo voor de prijs van 45,00 euro. Ze geeft haar waardebon van 30,00 euro aan de kassierster. Hoeveel moet ze uiteindelijk nog betalen?

Janitta Anouar

30,00

20xx 12 24

©

Explore 2— Hoe reken je met procenten?

THEMA 4

LEVEL 8

1

200

Bekijk het rooster. a

Hoeveel vierkantjes staan er?

b c

Kleur vijf vierkantjes rood. Hoeveel procent van de vierkantjes heb je nu ingekleurd?

d

Schrijf dat als een breuk.


IN

2

Bereken. 1 % van 1 500 =

121 % van 200 =

75 % van 8 700 000 =

13 % van 500 =

100 % van 94,30 =

94 % van 10,4 =

112 % van 1 700,50 =

VA N

5 % van 2 300 =

Aan de kassa moet je ook dikwijls rekenen met procenten. Bekijk aandachtig de volle klantenkaart. Bereken het totaal van alle aankoopbedragen. Bereken 5 % van het totaalbedrag. Dat is de korting die Janitta Willem krijgt op haar volgende aankoop.

Naam klant:

Janitta Willems

Adres:

Boomsesteenweg 12, Antwerpen

Telefoon:

0478 25 36 99

E-mail:

Janittawillems@gmail.com

KLANTENKAART Aankoopbedrag

20xx-02-12

€ 25,99

20xx-04-24

€ 89,45

20xx-05-18

€ 145,87

20xx-06-08

€ 16,30

20xx-11-16

€ 100,00

TOTAAL 5% KORTING LEVEL 8

Datum

THEMA 4

a b

©

3

201


Re-explore 3— Hoe reken je met lengtematen? 1

Vul de tabel aan. Noteer de veelvouden en de onderdelen als afkorting en voluit.

VEELVOUDEN

HOOFDEENHEID

ONDERDELEN

m

2

Bekijk de volgende tabel. a b

IN

meter

Schrijf de lengtematen van groot naar klein in de eerste rij van de tabel. Noteer de maatgetallen van klein naar groot in de eerste kolom van de tabel. Kies uit:

VA N

137 m – 9,71 km – 0,099 m – 12 dam – 801,19 dm – 3,41 hm – 4 732 cm c

Noteer bij elke rij de maatgetallen apart in de juiste kolom.

THEMA 4

LEVEL 8

©

m

202


Een vrachtwagen van Lotus Bakeries NV te Lembeke moet met een volle vracht speculoospasta naar de Delhaize op de Watersportbaan te Gent rijden. Dat is in totaal 23,6 kilometer. a

Hoeveel hm is dat in het totaal?

b

Hoeveel meter is dat in totaal?

c

Hoeveel centimeter is dat in totaal?

IN

3

Explore 4— Hoe reken je met gewichtsmaten? 1

Vul de tabel aan. Noteer de veelvouden en de onderdelen als afkorting en voluit. HOOFDEENHEID

VA N

VEELVOUDEN

ONDERDELEN

g

gram

Bekijk de volgende tabel. a b

Schrijf de gewichtsmaten van groot naar klein in de eerste rij van de tabel. Noteer de maatgetallen van klein naar groot in de eerste kolom van de tabel. Kies uit: 2 947,29 g – 90 000 cg – 6 719 kg – 1,9 t – 23 kg – 989,73 dag

c

Noteer bij elke rij de maatgetallen apart in de juiste kolom.

g

THEMA 4

LEVEL 8

©

2

203


De aardappelboer heeft drie tractoren gevuld met aardappelen. In de laadbak van tractor nummer één zit er 1,5 ton aardappelen, in de tweede 1,3 ton en in de derde 1,4 ton. a

Hoeveel ton heeft de boer in totaal geladen?

b

Hoeveel is dat uitgerekend in kg?

c

Hoeveel is dat uitgerekend in g?

©

VA N

IN

3

Re-explore 5— Hoe reken je met inhoudsmaten?

THEMA 4

LEVEL 8

1

204

Vul de tabel aan. Noteer de veelvouden en de onderdelen als afkorting en voluit. VEELVOUDEN

HOOFDEENHEID l liter

ONDERDELEN


2

Bekijk de volgende tabel. a b

Schrijf de inhoudsmaten van groot naar klein in de eerste rij van de tabel. Noteer de inhouden van klein naar groot in de eerste kolom van de tabel. Kies uit: 17 l – 1 900 ml – 3,942 dal – 0,05 l – 8 735 cl – 6,29 hl

c

Noteer bij elke rij de inhoudsmaten apart in de juiste kolom.

VA N

IN

l

In een karton, de secundaire of tray packing, zitten 6 brikken melk, elk van 1,5 liter melk. a

Hoeveel liter melk zit er in totaal in de karton? Hoeveel deciliter zit er in totaal in de karton?

c

Hoeveel milliliter zit er totaal in de karton?

THEMA 4

b

LEVEL 8

©

3

205


Re-explore 6— Hoe bereken je temperatuurverschillen?

A

+ 18 °C

B

– 18 °C

C

+ 32 °C

IN

Duid de temperatuur aan op de thermometer. Teken een pijl.

VA N

1

2

D

– 30 °C

E

+ 5 °C

F

– 5 °C

Hoeveel graden verschil is er tussen: a

18 °C en 5 °C ?

b

-2 °C en -3 °C ?

c

10 °C en -12 °C ?

d

-4 °C en -2°C ?

Good to know

©

In de supermarkten worden er veel diepvriesproducten verkocht. De bewaring en de opslag van dergelijke producten is streng gereglementeerd. In artikel 5 staat: de temperatuur van diepvriesproducten moet stabiel blijven en overal in het product op -18 °C of lager worden gehandhaafd met eventueel korte opwaartse schommelingen van niet meer dan 3 °C zowel tijdens het vervoer, tijdens de plaatselijke distributie als in de winkelmeubelen.

THEMA 4

LEVEL 8

3

206

Stel er komt een vrachtwagen met 100 diepvriespizza’s toe in de supermarkt. In de vrachtwagen stond de vriezer op -20 °C. Op welke temperatuur moet het diepvriesmeubel in de winkel minimaal staan als je weet dat de bovenste pizza’s gemiddeld 3 graden warmer zijn dan de onderste?


TO THE POINT Hoe herleid je lengtematen? HOOFDEENHEID

VEELVOUDEN

ONDERDELEN

hm

dam

m

dm

cm

mm

kilometer

hectometer

decameter

meter

decimeter

centimeter

millimeter

2

5

0

0

0

8

6

9

WERKWIJZE

IN

km

VA N

Stap 1: Noteer de maten die je hebt en de maten die je wilt berekenen. Als je bijvoorbeeld 25 meter wilt omrekenen naar centimeters, dan schrijf je eerst op: 25 = ... cm en 86,9 cm = … mm. Stap 2: Zet de maateenheid in de tabel (de rode markering). Stap 3: Vul aan tot aan de gevraagde maateenheid (de gele markering). Tip:

Zet de komma achter het getal dat in de kolom van de gevraagde maateenheid staat.

Stap 4: Noteer het resultaat: 25 m = 2 500 cm en 86,9 dm = 8 690 mm Hoe herleid je gewichtsmaten?

HOOFDEENHEID

VEELVOUDEN

ONDERDELEN

kg

hg

dag

g

dg

cg

mg

ton

kilogram

hectogram

decagram

gram

decigram

centigram

milligram

1

0

0

0

0

0

0

0

2

6

9

©

t

7

Stap 2: Zet de maateenheid in de tabel (de rode markering).

THEMA 4

Stap 1: Noteer het gewicht dat je hebt en het gewicht dat je wilt berekenen. – bv. 71 kg = ... cg en 0,0269 kg = ... g

LEVEL 8

WERKWIJZE

207


Stap 3: Vul aan tot aan de gevraagde maateenheid (de gele markering). Zet de komma achter het getal dat in de kolom van de gevraagde maateenheid staat.

Tip:

Stap 4: 71 kg = 7 100 000 cg en 0,0269 kg = 26,9 g

VEELVOUDEN

HOOFDEENHEID

hl

dal

l

hectoliter

decaliter

liter

6

9

6

3

ONDERDELEN

dl

cl

ml

deciliter

centiliter

milliliter

8

0

0

1

0

VA N

0

IN

Hoe herleid je inhoudsmaten?

WERKWIJZE

Stap 1: Noteer de inhoud die je hebt en de inhoud die je wilt berekenen. – bv. 69,8 l = ... ml en 63,10 l = ... hl Stap 2: Zet de maateenheid in de tabel (de rode markering). Stap 3: Vul aan tot aan de gevraagde maateenheid (de gele markering). Tip:

Zet de komma achter het getal dat in de kolom van de gevraagde maateenheid staat.

THEMA 4

LEVEL 8

©

Stap 4: 69,8 l = 69 800 ml en 63,10 l = 0,6310 hl

208

Hoe bereken je temperatuurverschillen? — Beide temperaturen zijn positief: trek de laagste temperatuur van de hoogste af. — Beide temperaturen zijn negatief: trek de warmste temperatuur van de koudste af. — Een positieve en een negatieve temperatuur:  Bereken hoeveel temperatuurverschil er is om van je negatieve temperatuur tot 0 °C te komen.  Tel het verschil samen met je positieve temperatuur.

Hoe bereken je een percentage? bedrag n % van een bedrag = _______ * n 100

BEKIJK DE KENNISCLIP


Action 1— Percentages berekenen Wil jij de onderstaande boodschappen even snel berekenen? Bereken het btw-bedrag van onderstaande producten uit de supermarkt. PRIJS

BTW

Candybucket snoepjes

€ 1,59

6%

Margarine 500 g

€ 1,72

BTWBEDRAG

Flesje CocaCola Zero 0,5 l

12 %

€ 0,83

6%

Voor je op reis vertrekt, wil je nog enkele zaken kopen. Bereken het btw-bedrag van de onderstaande producten van A.S.Adventure.edu. BTWBEDRAG

VERKOOP­ PRIJS

PRIJS

BTW

Gore Wear Short R5 5 Inch

€ 41,28

21 %

Adidas T-Shirt Mhe Tee Gfx 2

€ 24,75

21 %

Ayacucho Pantoffel Teddy

€ 20,62

21 %

LEVEL 8

ARTIKEL

THEMA 4

©

2

VERKOOP­ PRIJS

IN

ARTIKEL

VA N

1

209


3

Voor de verjaardag van je oma koop je een doos met 300 chocolaatjes. In elke doos zit er 25 % pure chocolade, 35 % witte chocolade en 40 % melkchocolade. Hoeveel chocolaatjes zitten er van elke soort in?

Een klant bestelt bij A.S.Adventure.edu 150 exemplaren van artikel 10025 Ledlenser Zaklamp P3. Een zaklamp kost 16,49 euro exclusief btw. a

IN

4

Hoeveel kosten alle zaklampen samen zonder btw?

b

Hoeveel bedraagt de btw voor één zaklamp?

Hoeveel btw moet de klant betalen?

VA N

c

Action 2— Lengtematen herleiden 1

Zet de volgende lengtematen om. Gebruik de tabel.

m

642 cm=

mm

89,2 km=

cm

44 mm=

m

0,09 hm=

m

417 dm=

km

dam

cm

© LEVEL 8

cm

534 mm=

THEMA 4

3,7 dam =

11,23 dm=

210


2

Bereken de gevraagde hoeveelheid. Gebruik de tabel.

a

Herleid de lengtematen.

IN

Je school organiseert een hardloopwedstrijd. Jij hebt de taak verschillende plekken met plastic lint te markeren. Bij een bouwwinkel doe je inkopen. Je koopt 5,6 meter zwart-geel lint om op de grond aan te geven waar de tafel met het drinken moet komen te staan. Je koopt 3 500 mm lint met vlaggetjesmotief om boven de tafel te hangen. En ten slotte heb je 0,75 hm rood-wit gestreept lint nodig om het laatste stuk naar de finish te markeren. Alle linten kosten 6,25 euro/m.

m

m

VA N

5,6 m = 3 500 mm =

m

0,75 hm =

m

Hoeveel meter heb je in totaal gekocht?

c

Hoeveel moet je in totaal betalen?

THEMA 4

LEVEL 8

©

b

211


Action 3— Gewichtsmaten herleiden 1

Herleid de gewichtsmaten. g g

88 g =

hg

0,234 g =

dg

551 mg =

g

0,7603 kg = 3 dg =

dg dag g

32,67 kg =

t

VA N

98,6 cg =

IN

6 731,34 kg =

2

Het boodschappenmandje dat een klant heeft laten staan, bevat komkommers, aardappelen en nog meer. Je hebt alle producten apart gewogen of op de verpakking gekeken. Dit is je resultaat. a

Herleid de gewichtsmaten.

2 komkommers 320 g =

kg

1 zak aardappelen 2 kg

kg

sla 190 g =

kg

©

=

THEMA 4

LEVEL 8

1 zakje kruiden 90 cg

212

=

kg

4 appels 0,75 kg =

kg

Kipfilet 1/5 kg =

kg

b

Hoeveel is het totale gewicht in kilogram?


Action 4— Inhoudsmaten herleiden 1

Herleid de inhoudsmaten. l cl

2,4 hl =

l

0,8 cl =

dal

6 537 ml =

hl

0,890 l =

hl

407 dl =

dal hl

VA N

91 l =

IN

12l =

2

Lees aandachtig het verhaal.

Je bent verantwoordelijk voor de aankopen bij A.S.Adventure.edu. Je wilt drank aankopen voor het personeel. Je koopt de volgende zaken aan: — 24 * 20 cl Coca-Cola — 24 * 200 ml Coca-Cola light — 6 * 0,01 hl sinaasappelsap — 12 * 0,5 l Ice Tea — 12 * 1 000 ml bruiswater — 24 * 100 cl plat water

Hoeveel liter drank heb je in totaal aangekocht?

© 24 * 20 cl =

l cl =

24 * 200 ml = l

6 * 0,01 hl = 12 * 0,5 l =

hl = l=

12 * 1 000 ml = =

ml

l LEVEL 8

=

l

l ml

THEMA 4

3

l

24 * 100 cl =

cl =

l

213


Action 5— Temperatuurverschillen berekenen Bij A.S.Adventure.edu is de binnentemperatuur 21 °C, buiten is het 7 °C. Bereken het temperatuurverschil.

VA N

IN

1

2

Een goede vriend van je heeft een taverne. Hij vraagt je om een uurtje te komen helpen. Hij stuurt je de vriescel in waar het -18 °C is, om ijs te gaan halen. Als je uit de vriescel komt, is het 22 °C. Bereken het temperatuurverschil.

3

Je rijdt op een dag naar A.S.Adventure.edu. Het is buiten ijskoud, namelijk –5 °C. Wanneer je ’s avonds naar huis rijdt, is het nog 4 °C kouder geworden. Hoeveel graden wijst de thermometer aan?

4

Het is 16 °C binnen, maar dat is te koud om in te werken. Je zet de verwarming 5 °C hoger. Wat is de ingestelde temperatuur?

©

Action 6— Hoofdrekenen trainen

THEMA 4

LEVEL 8

Ga naar het onlinelesmateriaal. Maak de verschillende oefeningen over hoofdrekenen en het rekenen met lengtematen, gewichtsmaten, inhoudsmaten en de temperatuur.

214


Action 7— Werken als kassierster 1

Bekijk aandachtig het filmpje. Beantwoord de vragen. a

Waar werkt Ulrika als kassierster?

Ze heeft een eigen kassalade. Wat betekent dat in haar werk?

c

Doet ze nog andere activiteiten bij Ikea dan de kassa?

d

IN

b

Elke heeft een polyvalente job in het tankstation. Leg uit:

VA N

e

Hoe werkt het telsysteem aan de kassa in het tankstation?

g

Waarom moet je nauwkeurig werken aan de kassa volgens Elke?

Bekijk aandachtig het filmpje over de kassierster bij Albert Heijn. Beantwoord de vragen. a

Waarom vindt Jennifer haar job als kassamedewerker leuk?

©

2

Waarom scheidt ze brood van de melk?

LEVEL 8

THEMA 4

b

215


Action 8— De kletskassa

2

Lees aandachtig het artikel. Markeer het antwoord op deze vragen: geel

Wat is de bedoeling van een kletskassa?

groen

Hoeveel kletskassa’s wil Jumbo in de toekomst nog uitbouwen?

rood

Waarom zijn de kletskassa’s er gekomen?

blauw

Wat is het concept van de rustig-aankassa bij AH?

IN

1

Wat vind je van dat nieuwe concept van de kletskassa?

Jumbo brengt kletskassa’s ook naar België

waar veel eenzaamheid is. Steeds vaker wordt gebruikgemaakt van zelfscankassa’s of -apps waar geen menselijk contact meer aan te pas komt. De kassa’s moeten een tegengewicht bieden aan die automatisering, vooral voor de groeiende groep ouderen. Al merkte concurrent Albert Heijn bij het testen van een gelijkaardige rustig-aankassa dat ook opvallend veel jonge mensen aanschuiven. In Frankrijk gaat Carrefour in zijn hypermarkten nog een stap verder: elke woensdag is een kassa speciaal voor kinderen voorbehouden. Ze mogen er zelf voor kassamedewerker spelen en de boodschappen helpen inscannen. Zo wordt het kassamoment een heuse belevenis.

VA N

Supermarktketen Jumbo opent nog 200 kletskassa’s waar klanten de tijd krijgen om een praatje te maken. Ook in een eerste Belgische vestiging komt zo’n tragere kassa.

THEMA 4

LEVEL 8

©

Getest en goed bevonden Jumbo breidt zijn kletskassa’s uit. Aan die kassa’s hoeft het allemaal zo snel niet te gaan en mogen klanten en kassamedewerkers de tijd nemen om een praatje te maken. Zo’n eerste kassa testte de supermarktketen sinds de zomer van 2019 in het Nederlandse Vlijmen, in de provincie NoordBrabant, en bleek een groot succes. Het concept wordt nu verder uitgerold. In het komende jaar wil Jumbo nog 200 kletskassa’s over heel Nederland openen. Een tweede is al te vinden in het Noord-Brabantse Udenhout. Ook België krijgt er eentje, zo bericht Het Belang van Limburg, maar waar en wanneer is nog niet bekend.

216

Tegen de eenzaamheid De kassa’s zijn er om eenzaamheid te verminderen en te voorkomen, aldus Jumbo. Ze worden dan ook vooral geplaatst op locaties

Rol in de samenleving ‘Als familiebedrijf en supermarktketen staan we midden in de samenleving. Onze winkels zijn voor veel mensen een belangrijke ontmoetingsplek en daarmee willen we een rol spelen in het signaleren en terugdringen van eenzaamheid’, zegt CCO Colette Cloosterman-van Eerd: ‘Het is een klein gebaar, maar heel waardevol, zeker in een wereld die digitaliseert en steeds sneller wordt.’ De supermarktketen heeft zich in Nederland ook lid gemaakt van de Nationale Coalitie tegen Eenzaamheid. In het kader daarvan heeft de retailer een handboek opgesteld om eenzaamheid onder klanten te signaleren en zet het bedrijf lokale initiatieven op. Bron: retaildetail, 2021-09-27


Action 9— Betalen aan de kassa Bekijk aandachtig het filmpje over elektronisch betalen aan de kassa. Op welke verschillende manieren betaalt de klant aan de kassa?

IN

Action 10— Automatische betaalzuilen

Veel speciaalzaken zoals een bakker en een slager ontvangen zelf geen cashgeld meer. Ze laten de klanten betalen aan een betaalzuil. Ga via het onlinelesmateriaal naar de website van JFC. Lees waarom de winkelier een automatische betaalzuil nodig heeft. Zijn de stellingen juist of fout?

VA N

a b c

JUIST

FOUT

Cash blijft een zeer belangrijk betaalmiddel.

De betaalzuil kan geen vals geld detecteren. Dankzij de betaalzuil vermijd je telfouten.

Op het einde van de dag moet je al het geld in de zuil tellen om je kassa op te maken. De betaalzuil zorgt ervoor dat de verkoper meer aandacht kan besteden aan de klant.

Biljetten en munten zijn echte verspreiders van micro-organismes.

Wat vind je zelf van zo’n betaalzuil bij de bakker? Formuleer je eigen mening in drie volzinnen.

©

d

THEMA 4

LEVEL 8

217


Action 11— Werkplekleren: betalen aan de kassa van een supermarkt

Werk per twee. Breng een bezoek aan een grote supermarkt zoals Colruyt, Delhaize, Carrefour of AH. Bij voorkeur geen discounter zoals Lidl of Aldi. Je observeert de klant aan de kassa en de wijze van betalen. Vervolgens maak je een poster voor de winkel waar jullie geweest zijn met de verschillende betaalmogelijkheden.

IN

DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Steekfiche van een supermarkt Naam van de supermarkt

Adres

VA N

Website

Openingsuren

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK

©

Zoek in de supermarkt de kassa op. Je observeert de kassamedewerker en de klanten gedurende een vijftal betaalmomenten.

GESCHATTE LEEFTIJD

LEVEL 8 THEMA 4

1

2

3

4

5

4

5

10 – 20 jaar 21 – 40 jaar 41 – 60 jaar 60+ KLANT BEDRAG

218

KLANT

onder de 10 euro tussen de 10 en 20 euro tussen de 20 en 30 euro tussen de 30 en 50 euro boven de 50 euro

1

2

3


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK KLANT BETAALMETHODE

1

2

3

4

5

cash bankkaart insteken en pincode contactloos zonder pincode contactloos met pincode mobiel zonder pincode

IN

mobiel met pincode

met maaltijdcheques

met kredietkaart (bv. VISA)

DEEL 3: NA HET BEZOEK

Maak een mooie poster met de verschillende betaalmogelijkheden voor de supermarkt die jullie bezocht hebben. Hou rekening bij je ontwerp met de huisstijl. Gebruik de ICT-fiches van Canva. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

VA N

a

THEMA 4

LEVEL 8

©

b

219


Action 12— Werkplekleren: betalen aan een betaalzuil Werk per twee. Breng een bezoek aan een zaak waar de klant aan een betaalzuil moet betalen. Observeer vijf klanten. Na je bezoek breng je kort verslag uit aan de klas. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Naam van de winkel

Adres

IN

Steekfiche van een winkel

Openingsuren

VA N

Website

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK

Zoek in de winkel de betaalzuil. Observeer de klanten gedurende een vijftal betaalmomenten.

GESCHATTE LEEFTIJD

KLANT 1

2

3

4

5

4

5

10 – 20 jaar 21 – 40 jaar

THEMA 4

LEVEL 8

©

41 – 60 jaar

220

60+ KLANT VERLOOP TRANSACTIE

1

vlot niet vlot anders * * Omschrijf waarom de transactie anders verliep.

2

3


DEEL 3: NA HET BEZOEK a

b

Je brengt kort verslag uit over wat je gezien hebt in de winkel met de betaalzuil. Om je goed voor te bereiden maak je een mindmap. Je kunt de mindmap digitaal maken of op papier. Gebruik de ICT-fiches van tekstverwerker. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

IN

BREAKING NEWS 1

Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

VA N

CHECKLIST

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Ik kan snel het hoofdrekenen toepassen.

2

Ik kan het rekenen met lengtematen toepassen.

3

Ik kan het rekenen met gewichtsmaten toepassen.

4

Ik kan het rekenen met inhoudsmaten toepassen.

5

Ik kan het rekenen met temperatuurverschillen toepassen.

6

Ik kan het rekenen met percentages toepassen.

EXTRA OEFENMATERIAAL

THEMA 4

LEVEL 8

©

1

KAN BETER

221


STEP­UP 1

Ga aan de slag voor je projectbedrijf: maak een prijslijst, zoek passende displayvormen, bedenk een schappenplan, teken een winkelplattegrond en bedenk hoe je de artikelen wilt inpakken.

2

Maak vijftien artikelen van je bedrijf verkoopklaar.

VA N

b

Maak een prijslijst in een rekenblad. Zet in ieder geval twee voedingsproducten op je lijst. Gebruik de ICT-fiches van rekenblad. Bij het onlinelesmateriaal vind je een link met de btw-tarieven. Zorg dat de volgende gegevens in je lijst staan:  naam van het artikel  de omschrijving van het artikel  de specificaties van het artikel  de prijs exclusief btw  het btw-tarief  de prijs inclusief btw  Is het product voorzien van een milieulabel? Zo ja, welk?  Is het product voorzien van een energielabel? Zo ja, welk?  Is het product voorzien van een Nutri-Score? Zo ja, welke?

IN

a

c

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Ontwerp inpakpapier voor je bedrijf. a

THEMA 4

STEP-UP

©

b c

Neem een blancorol inpakpapier of een rol met een lichte, effen kleur. Ontwerp daarop je eigen stijl van je bedrijf. Pak vijf verschillende geschenken in volgens de stijl van je bedrijf. Maak een foto. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

222


4

Bedenk hoe je je artikelen wilt presenteren. a

Kies minimaal twee displayvormen. Voor welk product gebruik je die display en waarom? Display 1: Producten: Reden:

Producten: Reden:

IN

Display 2:

Maak een schappenplan en verklaar waarom je gekozen hebt voor die opstelling.

c

Fotografeer het schappenplan of sla het bestand op. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

VA N

b

5

Hoe ziet de plattegrond van je bedrijf eruit?

Maak een plattegrond in de vorm van een moodboard of in een rekenblad. Gebruik de ICTfiches van rekenblad.

©

a

Verwerk alle informatie tot een samenhangend verhaal. a b c

Maak een PowerPointpresentatie. Gebruik de ICT-fiches van PowerPoint. Presenteer je presentatie aan de klas. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

STEP-UP

6

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

THEMA 4

b

223


© VA N IN


4

IN

T

VA N

F

I

©

L

Thema 5: De taken van een logistiek medewerker


©

VA N

THEMA

IN

5 De taken van een logistiek ­mede­werker


IN

STEP-UP

p. 53

Welke veiligheids­ en milieumaatregelen zijn nodig bij de opslag in het magazijn?

p. 43

LEVEL

Hoe sla je goederen veilig en correct op in een magazijn?

p. 13

LEVEL

Hoe verloopt de ontvangst van goederen?

p. 5

STEP-IN

p. 4

LEVEL

©

VA N

3 2 1


STEP-IN Vorig jaar heb je over de activiteiten in een magazijn geleerd. Bestudeer de afbeeldingen en beantwoord de vragen. Welke activiteiten vinden plaats in een magazijn?

b

Welke interne transportmiddelen vind je in een magazijn?

c

Wat vind je nog meer in een magazijn?

IN

a

©

VA N

1

In dit thema doorloop je drie levels waarin je leert … hoe de ontvangst van goederen verloopt; 1 hoe je goederen veilig en correct opslaat; 2 welke veiligheids- en milieumaatregelen nodig zijn bij de opslag in het magazijn. 3

3

Elk level biedt je een stukje kennis dat je nodig hebt om de opdracht van de Step-up uit te voeren. Daarin ontwerp je een magazijn.

THEMA 5

STEP­IN

2

4


LEVEL 1 Hoe verloopt de ontvangst van goederen?

Bestudeer de cartoon. Wat is het probleem?

©

VA N

1

IN

INTRO

In dit level beantwoord je deze onderzoeksvraag:

LEVEL 1

Hoe verloopt de goederenontvangst?

THEMA 5

2

5


Re-explore 1— Wat gebeurt er bij de ontvangst van goederen in een magazijn?

Ga naar het onlinelesmateriaal en bestudeer de ontdekplaat. a

Waarmee lost de logistiek medewerker de goederen? Noteer vijf transportmiddelen.

b

Hoe komen de goederen uit de vrachtwagen het magazijn binnen?

c

Welke documenten vergezellen vaak de levering van goederen?

d

IN

Waarop controleert de logistiek medewerker de goederen?

VA N

e

Wat staat er vermeld op een leveringsbon met betrekking tot de artikelen?

f

Op basis van welke documenten worden de goederen gecontroleerd?

Leveringsbon en vrachtbrief

THEMA 5

LEVEL 1

©

Een leveringsbon of pakbon is een document dat bij de levering zit. Daarop staan alle gegevens van de geleverde artikelen zoals aantal, omschrijving, gewicht, artikelcode … Een vrachtbrief of CMR wordt gebruikt wanneer een externe vervoerder de levering verzorgt. Op het document staat waar en wanneer de leverancier de goederen heeft ingeladen en waar en wanneer hij de goederen bij de klant zal lossen. Ook het aantal colli staat vermeld. Na het lossen komen de goederen op een wachtlocatie waar de logistiek medewerker de papieren controleert.

6


Leveringsbon

THANK YOU FOR SHOPPING WITH US!

Klantgegevens

Nike

Klant: 234

Nikelaan 1 2430 LAAKDAL

Nijverheidsstraat 92/5

Ond.nr.: 450989424

2160 WOMMELGEM

RPR ANTWERPEN

BE0465 672 452

A.S.Adventure.edu

N_LB_20xx_135

Nummer leverbon

Omschrijving Nike T-Shirt Rise 365 Nike T-Shirt Techknit Ultra SS Nike T-Shirt M Top SS Hpr Dry

N-obv_20xx_135

Orderbevestiging

IN

4 juni 20xx

Leverdatum

Franco thuis

Leveringsvoorwaarde

Art.nr. B212C90007 B212G00014 B212G00029

Aantal 13 12 17

Gewicht per eenheid

Totaalgewicht in kg

310,00 180,00 170,00

4,03 2,16 2,89

VA N

Totaalgewicht in kg

€ 0,00

Datum ontvangst Handtekening

THEMA 5

LEVEL 1

©

Transportkosten

9,08

7


THANK YOU FOR SHOPPING WITH US!

Orderbevestiging Klantgegevens

Nike

Klant: 234

A.S.Adventure.edu

Nike laan 1 2430 LAAKDAL Ond.nr.: 450989424

THANK YOU FOR SHOPPING WITH US!

Orderbevestiging

Nijverheidsstraat 92/5 2160 WOMMELGEM

BE0465 672 452

RPR ANTWERPEN

Klantgegevens

Nike

Nummer orderbevestiging

Nike laan 1

Datum orderbevestiging

2430 LAAKDAL Ond.nr.: 450989424

Klant: 234

N-obv_20xx_135 A.S.Adventure.edu Nijverheidsstraat 92/5 20xx-06-01 2160 WOMMELGEM

BE0465 672 452

RPR ANTWERPEN

Nike T-Shirt Rise 365 Nike T-Shirt Techknit Ultra SS Nike T-Shirt M Top SS Hpr Dry

Omschrijving Nike T-Shirt Rise 365 Nike T-Shirt Techknit Ultra SS Nike T-Shirt M Top SS Hpr Dry

Franco thuis € 0,00

Datum orderbevestiging B212C90007 B212G00014 B212G00029

Art.nr. B212C90007 B212G00014 B212G00029

Eenheidsprijs Btw-% N-obv_20xx_135

Totaal

13 12 17

Aantal 13 12 17

€ 10,66 € 13,33 € 9,97

20xx-06-01

Eenheidsprijs € 10,66 € 13,33 € 9,97

21 21 21

Btw-% 21 21 21

€ 138,58 € 159,96 € 169,49

Totaal

€ 138,58 € 159,96 € 169,49

VA N

Leveringsvoorwaarde Transportkosten

Art.nr.orderbevestiging Aantal Nummer

IN

Omschrijving

Betalingsvoorwaarde

30 dagen na datum factuur

Kortingspercentage

0,00 %

Leveringsvoorwaarde

Franco thuis

Transportkosten € 0,00 Algemene voorwaarden: zie achterkant Betalingsvoorwaarde

30 dagen na datum factuur

Kortingspercentage

0,00 %

Algemene voorwaarden: zie achterkant

TO THE POINT

Wanneer de goederen in een magazijn aankomen, neemt de logistiek medewerker de goederen in ontvangst.

THEMA 5

LEVEL 1

©

Goederen lossen Eerst zal de losser, ook een logistiek medewerker, de goederen lossen met een intern transportmiddel. Dat kan een (elektro-) transpallet, een heftruck, een steekwagen of een rolcontainer zijn. De logistiek medewerker plaatst de goederen op een wachtlocatie om ze te controleren.

8

Goederen controleren De logistiek medewerker controleert of het aantal geleverde goederen correct is, of het de juiste goederen zijn, en of de goederen niet beschadigd zijn. Daarvoor vergelijkt hij de leveringsbon (pakbon of CMR) met de bestelbon of met de orderbevestiging. Na controle zal de logistiek medewerker de vrachtbrief ondertekenen voor ontvangst. Indien er een artikel ontbreekt of fout geleverd is, vermeldt hij dat.


Action 1— Hoe verloopt de ontvangst van goederen stap voor stap?

Ga naar het onlinelesmateriaal en bekijk het filmpje. a

Welke stappen komen aan bod bij de levering van goederen in het magazijn? Vul de ontbrekende woorden in. De chauffeur komt aan bij het

IN

. Hij overhandigt de

. De logistiek bediende controleert de in het

. De bediende vertelt de chauffeur waar hij moet . De chauffeur parkeert tegen de

en laat de

zakken. De

krijgt de CMR’s van de chauffeur en loopt de vrachtwagen binnen. De medewerker controleert of er niets

is.

en plaatst die op een

VA N

Hij lost de pallet met een

. Hier controleert de logistiek medewerker de

en

goederen op

de hand van de

. Dat doet hij aan . Na de controle

de logistiek medewerker het document af en geeft het mee aan de

chauffeur. De logistiek medewerker kleeft een

op de pallet, zodat

die gemakkelijk te vinden is in het magazijn. Welke documenten komen aan bod?

c

Welk intern transportmiddel wordt gebruikt?

THEMA 5

LEVEL 1

©

b

9


Action 2— Hoe gebeurt de ontvangst in jouw projectbedrijf?

Beschrijf in een tekstbestand hoe de leveranciers de verschillende artikelen aan je projectbedrijf zullen leveren en hoe je die zult lossen. Gebruik de artikellijst als je die in Thema 4 voor je projectbedrijf hebt gemaakt. Als alternatief kun je het artikelbestand van A.S.Adventure.edu gebruiken. Volg het stappenplan.

IN

STAPPENPLAN Stap 1: Neem de artikellijst van je projectbedrijf of het artikelbestand van A.S.Adventure.edu erbij. Stap 2: Open een nieuw tekstbestand.

Stap 3: Noteer als titel ‘Ontvangst bij naam bedrijf’. Geef die als opmaak KOP 1. Stap 4: Neem de onderstaande vragen over. Geef elke vraag KOP 2 als opmaak. –

Op welke ladingdrager komen de artikelen van je projectbedrijf binnen (doos, pallet …)? Tip:

Hoe ga je in je projectbedrijf de artikelen lossen (heftruck, transpallet ...)?

VA N

De ladingdrager hangt af van het type artikel. Vermeld dus voor elk artikel op welke ladingdrager die zit.

Stap 5: Neem de artikellijst of het artikelbestand van A.S.Adventure.edu over. Stap 6: Vul de tabel in.

Stap 7: Bewaar het resultaat in je portfolio. Maak een map voor elk thema en een submap voor elk level. Geef die submap de naam ‘Thema_5_Level_1’ Geef het bestand een duidelijke naam zoals ‘Action_2_Goederenontvangst’.

BREAKING NEWS

1

Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

©

CHECKLIST

THEMA 5

LEVEL 1

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst.

10

1

Ik kan de stappen bij de ontvangst van goederen toelichten.

2

Ik kan gebruikte interne transportmiddelen bij de ontvangst van goederen benoemen.

3

Ik kan de documenten die van belang zijn bij de ontvangst van goederen benoemen en verklaren.

JA

NEEN

EXTRA OEFENMATERIAAL


Beeldwoordenboek Level 1 BEGRIP

AFBEELDING

De bestelbon is een soort reservering. Dat document vul je in wanneer de gekochte goederen niet meteen in handen van de koper komen of de diensten niet onmiddellijk worden uitgevoerd. Op het moment dat je de bestelling plaatst, is er sprake van een koopovereenkomst.

Beyntellus 18 2360 OUD-TURNHOUT BESTELBON: 2012194504

Onlinebestelling 20xx-08-25 André reflecterende en waterdichte helmhoes

35665 Kleur: fluogeel

€ 2,43 x 500

€ 1 215,00

BEDRUKKING (VOORZIJDE – ZEEFDRUK)

€ 495,00

1 kleur

€ 0,99 x 500

Instelkosten

1 kleur

€ 495,00 € 0,00

IN

bestelbon

VERKLARING

Siliconen veiligheidsarmband

3283 Kleur: blauw Toeslagen: Milieubijdrage Toeslagen: Recupel

Siliconen veiligheidsarmband

3283 Kleur: rood Toeslagen: Milieubijdrage Toeslagen: Recupel

SUBTOTAAL

€ 1 710,00

€ 2,88 x 500 € 0,114 x 500 € 0,01 x 500

€ 1 440,00 € 57,00 € 5,00

SUBTOTAAL

€ 1 502,00

€ 2,88 x 500 € 0,114 x 500 € 0,01 x 500

€ 1 440,00 € 57,00 € 5,00

BEDRUKKING (LABEL – TAMPONDRUK)

€ 155,00

Aflevergegevens

Totaal artikelen

€ 0,00

€ 4 869,00

Bedrijfsnaam A.S.Adventure.edu Bedrijfsnaam A.S.Adventure.edu Drukproef ter controle Straat

Nijverheidsstraat

Straat

Nijverheidsstraat

Huisnr.

92/5

Huisnr.

92/5

Postcode

2160

Postcode

2160

Plaats

WOMMELGEM

Plaats

WOMMELGEM

Land

België

Land

België

BTW

BE0465 672 452

Gratis

Verzending

Totaal excl. btw

Gratis

€ 4 869,00

Btw 21 %

€ 1 022,49

Totaal incl. btw

€ 5 891,49

VA N

 Ja, ik heb de algemene voorwaarden gelezen en ga ermee akkoord. Tevens verwijzen wij u graag naar ons Privacystatement, waarin wij uitleggen hoe wij met uw gegevens omgaan. Binnen drie uur nadat wij uw bestelling hebben ingevoerd (en na ontvangst van uw EPS- / vectorbestand) sturen wij u een digitaal ontwerp toe. Uiteraard geheel gratis en vrijblijvend. Nadat u uw akkoord heeft gegeven, bedraagt de levertijd, tenzij anders vermeld, circa 8 werkdagen. BTW BE0437.987.266 – RPR Antwerpen – KBC BE94 0015 1728 5114 BIC KREDBEBB – tel. 014 427 101 – turnhout@vanhelden.be

Dat is een verpakkingseenheid waarin goederen verzonden worden. Het kan een kist, een grootverpakking of een pallet zijn. Een collo kan meerdere (groot)verpakkingen bevatten. Het meervoud van collo is colli.

intern transport­ middel

Om goederen en palletten in een magazijn te verplaatsen gebruik je interne transportmiddelen zoals een (elektro-) transpallet, een heftruck, een steekwagen of een rolcontainer.

©

collo

leveringsbon of pakbon

Dat is een document opgesteld door de verkoper of leverancier en het zit bij de levering. Daarop staan alle gegevens van de geleverde artikelen zoals aantal, omschrijving, artikelcode …

Je vindt een voorbeeld van een leveringsbon in Level 1 Explore 1.

order­ bevestiging

De verkoper bevestigt met dat document de bestelling. Zo weet de klant wat hij besteld heeft en tegen welke voorwaarden. Bij een bestelling via het internet is een orderbevestiging verplicht.

Je vindt een voorbeeld van een orderbevestiging in Level 1 Explore 1.

15

LEVEL 1

Facturatiegegevens

€ 155,00

€ 1 657,00

BEELDWOORDENBOEK

SUBTOTAAL

THEMA 5

1 kleur

LEVEL 1

€ 0,31 x 500

Instelkosten

THEMA 2

1 kleur

11


Dat document gebruik je wanneer de levering door een externe vervoerder gebeurt. Er staat op waar en wanneer de goederen geladen worden bij de leverancier en waar en wanneer hoeveel goederen gelost worden bij de klant.

wachtlocatie

Dat is een tijdelijke plek om goederen neer te zetten als ze geleverd zijn. De logistiek medewerker controleert op die plek of het de juiste goederen, en het juiste aantal goederen zijn. Daarna tekent hij de leveringsbon en geeft die aan de leverancier.

AFBEELDING

THEMA 5

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 1

©

VA N

IN

vrachtbrief of CMR

CRM

12

ACTION 1

Action 1–

LEVEL 2

LEVEL 2

VERKLARING

THEMA 6

BEGRIP


LEVEL 2 Hoe sla je goederen veilig en correct op in een magazijn?

1

IN

INTRO Je hebt je wekelijkse boodschappen gedaan. Thuis aangekomen controleer je de winkelwaar en het kasticket van de supermarkt. Daarna berg je de artikelen op. Waar sla je de volgende producten thuis op? Waarom daar?

toiletpapier:

poetsproducten:

VA N

a

diepvriesgroente:

spaghetti:

kaas:

kruidenpotjes:

In je voorraadkast staan nog twee pakken melk. Je wilt er drie nieuwe bijzetten. Hoe ga je te werk?

Net zoals thuis zijn er in een magazijn regels om producten te bewaren. In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag: Hoe sla je artikelen veilig en correct op?

THEMA 5

2

LEVEL 2

©

b

13


Explore 1— Hoe ziet de indeling van een magazijn eruit? Bekijk de plattegrond van een magazijn. Waar in het magazijn vinden deze activiteiten plaats? Schrijf de letter op de juiste plaats op de plattegrond. Goederen lossen uit de vrachtwagen Goederen opslaan als reservevoorraad Goederen opslaan in de pickingzone Goederen verzamelen Goederen inpakken en leveringsbon bijvoegen Goederen klaarzetten voor verzending

VA N

A B C D E F

IN

1

Zones in een magazijn

THEMA 5

LEVEL 2

©

Een magazijn is meestal opgebouwd uit vier grote zones. Een zone waar … — de goederen ontvangen worden; — de goederen opgeslagen worden; — de goederen verzameld worden; — de goederen verstuurd worden. De zones voor opslag en voor het verzamelen van de producten kunnen dezelfde zone zijn. Soms worden goederen verplaatst naar een aparte zone waar enkel goederen verzameld worden. Je hebt dan een aparte verzamelzone en een aparte opslagzone.

14

2

Duid op de plattegrond met een markeerstift de vier zones aan. 1 2 3 4

Goederen ontvangen Goederen opslaan Goederen verzamelen Goederen versturen


Explore 2— Welke hulpmiddelen zijn er bij de opslag van goederen?

1

Bekijk de afbeeldingen van de interne transportmiddelen. Dat zijn hulpmiddelen die je gebruikt om goederen in het magazijn te verplaatsen.

2

Noteer de benamingen bij de juiste foto. Gebruik indien nodig het internet. Kies uit:

B

VA N

A

IN

steekwagen – transpallet – motorpallettruck / elektrotranspallet– stapelaar

C

THEMA 5

LEVEL 2

©

D

15


Explore 3— Welke stellingen zijn er om goederen op te slaan? Hieronder zie je twee vaak voorkomende soorten stellingen in een magazijn. In de volksmond noemt men dat rekken. De logistieke naam is echter de palletstelling en de legbordstelling. a b

Waarvoor gebruik je dat type stellingen vaak? Gebruik het internet. Noteer in de tabel. Wat is het voordeel van een dergelijke stelling. Noteer in de tabel. PALLETSTELLING

Gebruik:

VA N

Gebruik:

LEGBORDSTELLING

IN

1

Voordeel:

2

Naast de palletstelling en legbordstelling heb je de grondstapeling of blokstapeling. Bestudeer de onderstaande foto’s. Wat is er kenmerkend voor de grond- of blokstapeling?

THEMA 5

LEVEL 2

©

a b

16

Voordeel:


Explore 4— Welke opslagmiddelen bestaan er? 1

Goederen die binnenkomen in een magazijn staan op, of zitten in, een opslagmiddel. a

Bekijk aandachtig de afbeeldingen en combineer met de juiste benaming.

B

IN

A

D

VA N

C

EUROPALLET

b

HOUTVEZELPALLET

OPZETRAND

Hoe zul je palletten meestal opslaan?

Bekijk de afbeeldingen van bakken die de logistiek gebruikt. Waarvoor kun je die gebruiken?

THEMA 5

© Bito.com

LEVEL 2

©

2

BLOKPALLET

17


Good to know Niet alle goederen zitten in een doos of liggen op een pallet. Er zijn ook droge bulkgoederen zoals zand, kiezel, zout … Die bewaar je vaak op de grond, in een kuil of in een aparte ruimte. Vloeibare bulk zoals aardolie of benzine wordt vaak in speciale containers of tanks vervoerd en bewaard.

Olie

VA N

Olie

Zand

IN

Ruwe suiker

Explore 5— Welke stappen zet je tijdens de ontvangst en opslag van goederen?

1 2

Ga naar het onlinelesmateriaal. Bekijk het filmpje. Lees de onderstaande stappen. Zet ze in de juiste volgorde.

THEMA 5

LEVEL 2

©

STAP

18

ACTIE Het palletlabel wordt op de pallet gekleefd. Goederen worden naar een wachtlocatie gebracht. De reachtruckchauffeur scant de palletstelling. De mobiele printer print een palletlabel. De reachtruckchauffeur scant de pallet en slaat die op in een palletstelling. Op een mobiele scanner wordt ingegeven welk item of welke pallet ontvangen wordt. Goederen worden uit de container geladen met een elektrotranspallet.


Good to know

IN

Om goederen snel te vinden in een magazijn, is er een WMS, een Warehouse Management Systeem. In dat systeem geef je alle ontvangen palletten in door ze aan te duiden of te scannen. Wanneer je een pallet scant en in een stelling opslaat, scan je ook het rek. Zo weet het WMS welke pallet waar staat.

Explore 6— Wat doe je met artikelen die kunnen verouderen?

Voor A.S.Adventure.edu sla je de volgende goederen op in het magazijn. Wat is belangrijk bij de opslag van die goederen? Noteer. a

energierepen:

VA N

b

gps voor fietsers:

FIFO, FEFO en LIFO

First in, first out (FIFO)

First expired, first out (FEFO)

THEMA 5

Last in, first out (LIFO)

LEVEL 2

©

FIFO staat voor ‘first in, first out’. De goederen die het eerst zijn binnen­ gekomen, vertrekken het eerst. Dat principe pas je toe bij goederen die snel verouderen, zoals (hoog)technologische snufjes (computers, gps …). Daarnaast heb je ook goederenopslag volgens FEFO. Dat is ‘first expired, first out’. Wat als eerste vervalt, vertrekt eerst en dat is bij voeding belangrijk. Tot slot heb je LIFO of ‘last in, first out’. Dat gebruik je bij producten zoals bakstenen, zand, plastic … Bij de opslag moet je er ook rekening mee houden dat je bepaalde goederen gekoeld moet bewaren.

19


Explore 7— Wat doe je met artikelen die snel of traag verkopen?

Bekijk de lijst met artikelen en hoe vaak elk artikel verkocht werd in de winkel. Elk verkocht item is dus ooit verzameld en opgehaald in het magazijn.

ARTIKELOMSCHRIJVING

10183

Nike T-Shirt Techknit Ultra SS

121

10181

Adidas T-Shirt Mhe Tee Gfx 2

103

10001

Vaude Tent Taurus 2P

3

10021

Julbo Bril Aero

15

10023

Garmin GPS-fietscomputer Edge Explore

10

10024

Petzl Hoofdlamp E+Lite

12

10031

Kite Optics Verrekijker Ursus 10x42

2

10035

GoPro Video Hero 8 Black + 32 GB SD-kaart

1

10037

Eagle Creek Kussen Exhale Neck Pillow

9

10039

Xtorm Oplader Powerbank Rugged 10000

4

10040

United by Blue Tas Copper 14Oz

4

10044

Klean Kanteen Isolatiefles Wide Vacuum Insulated 20Oz 592Ml Cafe Cap 2.0

11

10045

Jack Wolfskin T-Shirt Sky Flex

17

10046

Fjällräven Fleece Greenland Pile

3

10067

Patagonia Windstopper R2 Techface Hoody

5

10072

Jack Wolfskin Fleece Scandic

61

10073

Patagonia Fleece Better Sweater

10

10076

Ayacucho Short Pacer Shorts M

89

10082

The North Face Jas Dryzzle Futurelight

3

10086

Woolpower Ondergoed Suit 200

1

10087

Woolpower Ondergoed Zip Turtleneck 200 (unisex baselayer)

76

10092

The North Face Schoen M Ampezzo

9

© LEVEL 2 THEMA 5 20

AANTAL STUKS VERKOCHT

IN

ARTIKEL­ NUMMER

VA N

1


ARTIKELOMSCHRIJVING

AANTAL STUKS VERKOCHT

10106

Levi's Jeans 511

11

10122

Elan Ski Sl Fusion X+

4

10131

Nitro Snowboardboot Venture Tls

1

10132

Salomon Skihelm Mirage+

4

10156

Agu Fietsjas Urban Outdoor Long Parka

1

10198

Nike Equipment Yoga Mat Nike Fundamental 3 mm

98

10201

Elmar Centrale en Oostelijke Pyreneeën Deel 2 Ariège en Pyrénées

3

10207

Mythische Trektochten in de Wereld

2

IN

ARTIKEL­ NUMMER

VA N

A-, B- en C-artikelen

In een magazijn pas je op de artikelen een ABC-analyse toe. Je kijkt naar de artikelen die het snelst verkopen en die je dus het meest moet verzamelen. Dat zijn de A­artikelen. Synoniemen zijn fastmovers of snellopers. Om geen tijd te verliezen, leg je die goederen dus best vooraan in het magazijn. Dan kun je de goederen snel verzamelen, naar de verpakkingstafels brengen en versturen met de vrachtwagen. De artikelen die het minst verkocht worden, zijn C­artikelen, slowmovers of traaglopers. Daartussenin heb je de B­artikelen of mediummovers.

2

Om snel de orders te kunnen verzamelen (orderpicken) wil je de bestverkochte artikelen vooraan in het magazijn leggen. Volg daarvoor het stappenplan.

STAPPENPLAN

Stap 1: Ga naar het onlinelesmateriaal en download er de artikellijst.

©

Stap 2: Sorteer de artikellijst van hoog naar laag op basis van de kolom waarin het aantal verkopen staat. Stap 3: Bereken onderaan het totaalaantal verkochte artikelen. Gebruik de ‘Som-formule’ (ICT-fiche_R_25).

THEMA 5

Stap 5: Bereken in de vijfde kolom het gecumuleerde totaal. Dat betekent dat je het vorige procent optelt bij het volgende procent. Het daaropvolgende procent tel je samen met de twee vorige enzovoort. Bij het 30e artikel zal er in deze kolom dus 100 staan. Gebruik ICT-fiche_R_24 en fiche_R_25.

LEVEL 2

Stap 4: Bereken in de vierde kolom het procentuele aandeel dat elk artikel bedraagt ten opzichte van het totaalaantal verkochte artikelen (ICT-fiche_R_24).

21


Good to know

3

Bestudeer nu je werkblad en vul aan. a

20 % van de producten, zijn van

b

30 % van de producten, zijn

artikelen en hebben een totale verkoop

procent.

artikelen en hebben een totale verkoop

procent.

VA N

van

IN

In het algemeen geldt het volgende voor A­, B­ en C­artikelen: — Ongeveer 20 % van de artikelen zorgt voor 80 % van de totale verkoop. Dat zijn de A­artikelen. — Ongeveer 30 % van de artikelen zorgt voor 15 % van de totale verkoop. Dat zijn de B­artikelen. — De overige 50 % van de artikelen zorgt voor 5 % van de totale verkoop. Dat zijn de C­artikelen.

c

50 % van de producten, zijn van

LEVEL 2 THEMA 5 22

procent.

Duid nu op de plattegrond aan waar je de A-, B- en C-artikelen best zou opslaan.

©

4

artikelen en hebben een totale verkoop


Explore 8— Krijgen artikelen altijd dezelfde plaats in het magazijn?

Locatie in het magazijn

1

IN

Een artikel in een magazijn krijgt een bepaalde plaats of een locatie. In een stelling heeft elke plaats een uniek adres of een unieke locatiecode.

Stel je een plattegrond van een magazijn voor of bekijk de plattegrond van Explore 7 nog eens. Stel je in dat magazijn een fictieve gang F voor. Verklaar de locatiecodes op de afbeelding van gang F. a

F-1-1:

b

F-8-0:

c

F-13-3:

VA N

Gang F

Vaste locatie en vrije locatie

THEMA 5

LEVEL 2

©

Bij de goederenopslag in een magazijn kun je goederen steeds op dezelfde plaats in het magazijn leggen, dan hebben die artikelen een vaste locatie. Wanneer je het artikel opslaat waar er plaats is, dan hebben de artikelen een vrije locatie.

23


2

Bekijk de onderstaande afbeeldingen van een willekeurige stelling in gang W. a b

Week 1

IN

A

Is er sprake van een vrije of een vaste locatie? Waarom?

VA N

Week 2

Locatie:

THEMA 5

LEVEL 2

©

Waarom?

24


Week 1

VA N

Week 2

IN

B

Locatie:

Waarom?

THEMA 5

Voordat je als logistiek medewerker de palletten opslaat, geef je ze een label. Door de producten te scannen of op te zoeken in een systeem, kun je de plaats van de producten gemakkelijk terugvinden. Op het label staat de naam van het artikel, het artikelnummer, het gewicht van de doos, de locatiecode in het magazijn en een barcode.

LEVEL 2

©

Label

25


TO THE POINT

IN

Als de goederen van de leverancier zijn gelost, gebruik je als logistiek medewerker interne transportmiddelen om de goederen te vervoeren en op te slaan in een van de zones in het magazijn. Een magazijn is meestal opgebouwd uit vier grote zones. Een zone waar: de goederen ontvangen worden; de goederen opgeslagen worden; de goederen verzameld worden; de goederen verstuurd worden. De zones waar goederen worden opgeslagen en verzameld, kunnen dezelfde zone zijn.

Type ladingdrager Goederen zitten vaak in dozen, of liggen op palletten. Palletten, bakken en dozen bestaan in allerlei formaten. Bij de palletten kun je bijvoorbeeld de europallet, de blokpallet en de houtvezelpallet onderscheiden. Soms gebruikt de leverancier opzetranden op een pallet om meerdere goederen op een pallet te kunnen leggen.

VA N

Type locaties en stellingen Je kunt de goederen op twee manieren opslaan in een stelling. Op een vaste locatie heeft elk artikel altijd dezelfde plaats in het magazijn, en op een vrije locatie kiest de logistiek medewerker een vrije plaats om het artikel op te slaan. De palletten sla je op in een palletstelling of op een grondlocatie. Losse dozen of bakken met kleinere artikelen sla je op in een legbordstelling. Bij het opslaan scan je zowel de barcode op de pallet of doos als op de stelling. Zo weet je waar de pallet of doos opgeslagen is.

THEMA 5

LEVEL 2

©

Opslagprincipes Goederen die snel verouderen, moeten eerst de deur uit. De logistiek medewerker slaat ze dan volgens FIFO op: first in, first out. Grote bulkgoederen, waar de datum niet erg uitmaakt, sla je op volgens het LIFO-principe: last in, first out. Daarnaast heb je ook goederenopslag volgens FEFO: first expired, first out. Wat eerst vervalt, moet er het eerste uit. Het begrip ‘FEFO’ komt volgend jaar verder aan bod.

26

ABC-analyse In een magazijn pas je op de artikelen een ABC-analyse toe. Je kijkt naar de artikelen die het snelst verkopen en die je dus het meest moet verzamelen. Dat zijn de A-artikelen. Synoniemen zijn fastmovers of snellopers. Om geen tijd te verliezen, leg je die goederen dus best vooraan in het magazijn. Dan kun je de goederen snel verzamelen, naar de verpakkingstafels brengen en versturen met de vrachtwagen. De artikelen die het minst verkocht worden, zijn C-artikelen, slowmovers of traaglopers. Daartussenin heb je de B-artikelen of mediummovers.


Action 1— Hoe en waar sla je goederen op bij A.S.Adventure.edu?

1

Bekijk aandachtig de onderstaande afbeeldingen. A Waar slaat A.S.Adventure.edu de goederen op? Op welke ladingdrager is dat?

C Waarmee verzamel je de goederen?

D Hoe vertrekken goederen naar de klant?

IN

B Waarmee plaats je de goederen vervolgens in de stelling?

B

C

D

THEMA 5

LEVEL 2

©

VA N

A

27


2

Bekijk enkele artikelen uit de artikellijst van A.S.Adventure.edu. Zou je de artikelen in een doos of op een pallet opslaan? Kruis aan. DOOS

PALLET

Victorinox Zakmes Huntsman Meindl Schoen Vakuum Ultra Gore-Tex

Sunslice Oplader Volta Wallet Protest Skibroek Oweny Atomic Skischoen Hawx Prime 120 Smith Skihelm Mission

IN

GoPro Video Hero 8 Black + 32 GB SD-kaart

Chilly’s Drinkfles Chrome Rose Gold 500ml

VA N

The North Face Dagrugzak Recon 30L

Action 2— Welke stappen zie je bij de opslag van goederen? Ga naar het onlinelesmateriaal. Bekijk het filmpje over de opslag van goederen. a

Welke stappen in de opslag van goederen komen aan bod?

b

Wat betekent goederen opslaan volgens ‘FIFO’?

©

Action 3— Welke bakken gebruik je in de logistiek? Maak een presentatie van verschillende bakken die je kunt gebruiken in je projectbedrijf.

THEMA 5

LEVEL 2

a b c

28

Surf via het onlinelesmateriaal naar een aantal leveranciers van dergelijke bakken. Download afbeeldingen van verschillende soorten bakken. Maak een collage met de afbeeldingen en vermeld waarvoor je die zoal kunt gebruiken. Tip:

d e

Houd rekening met de artikelen van je projectbedrijf!

Presenteer je collage aan de klas. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.


Action 4— Hoe kunnen locatiecodes eruit zien? Bestudeer de afbeelding van de plattegrond van een magazijn. Verklaar de locatiecode: a

FR-1-1:

b

FR-4-4:

VA N

IN

1

Bestudeer de afbeelding van een stelling van gang FR. Welke locatiecode geef je aan de ingekleurde vakken? a

geel:

b

blauw:

THEMA 5

LEVEL 2

©

2

29


Bekijk de plattegrond en de stelling. Hoe zijn de locaties hier genummerd?

©

VA N

IN

3

Action 5— Kun je een label voor een doos of een artikel

THEMA 5

LEVEL 2

ontwerpen?

30

Als logistiek medewerker voorzie je de dozen met artikelen van een label zodat je ze gemakkelijk kunt vinden. Op het label staat de naam van het artikel, het artikelnummer, het gewicht van de doos, de locatiecode en een barcode. Ontwerp voor een product van A.S.Adventure.edu een label op A5-formaat.


Action 6— Waar gebeurt de opslag bij jouw projectbedrijf? Beschrijf in een tekstbestand waar je de artikelen van je projectbedrijf zult opslaan. Gebruik de artikellijst als je die in Thema 4 voor je projectbedrijf hebt gemaakt. Als alternatief kun je het artikelbestand van A.S.Adventure.edu gebruiken. Volg het stappenplan. STAPPENPLAN Stap 2: Open een nieuw tekstbestand.

IN

Stap 1: Neem de artikellijst van je projectbedrijf of het artikelbestand van A.S.Adventure.edu erbij. Stap 3: Noteer als titel ‘Opslag bij naam bedrijf’. Geef die als opmaak KOP 1.

Stap 4: Neem de onderstaande vragen over. Geef elke vraag KOP 2 als opmaak. –

Welk type stellingen gebruik je om de goederen op te slaan?

Het type stelling hangt van het type artikel af. Vermeld dus voor elk artikel op welke stelling je het opslaat.

Tip:

Welke artikelen zijn FIFO-artikelen?

Van welke artikelen verwacht je dat het snellopers zijn?

Van welke artikelen verwacht je dat het traaglopers zijn?

VA N

Stap 5: Neem de artikellijst over in je werkblad. Stap 6: Vul de tabel in.

Stap 7: Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

Action 7— Hoe worden goederen verzameld in het magazijn?

MORE

Ga naar het onlinelesmateriaal. Bekijk het filmpje. Wat gebeurt er nadat een klant een bestelling geplaatst heeft? Vul aan. De printer draait automatisch een

uit die de logistiek medewerker

ophaalt. De orderpicker neemt een

©

welke

de

en kijkt op

hij een artikel moet verzamelen. De orderpicker legt een af tot aan het artikel. Hij vergelijkt de met de locatie op de

ook het

op . Hij vergelijkt

op de picklijst met het artikelnummer op het artikel. Hij neemt

het aantal stuks en legt die in de magazijnwagen. Hij gaat naar de volgende artikelen om die te

af. Hij plaatst alle artikelen in een en legt de

Hij kleeft de doos dicht en plakt een

in de doos. op de doos.

THEMA 5

en drukt een

LEVEL 2

picken. Wanneer alles verzameld is, gaat de orderpicker naar de

31


Action 8— Hoe worden goederen verstuurd vanuit het magazijn?

MORE

Ga naar het onlinelesmateriaal. Bekijk het filmpje. Wat gebeurt er wanneer een vrachtwagenchauffeur goederen komt ophalen. Vul aan. De logistiek medewerker legt de artikelen klaar in de

. De vrachtwagen

komt aan. De chauffeur haalt de vrachtbrief bij de

.

vertelt de chauffeur welke artikelen mee moeten.

De

en de chauffeur ondertekenen de

De chauffeur laadt de goederen in de

IN

De

.

.

Action 9— Welke andere stellingen en interne

transportmiddelen zijn er nog in het magazijn?

VA N

MORE 1

Ga naar het onlinelesmateriaal en bestudeer de ontdekplaat met nog meerdere stellingen en interne transportmiddelen. Noteer de producten die je in de verschillende stellingen kunt opslaan. STELLING

stelling in een automatisch magazijn met hoogbouwkranen

©

carrouselstelling

THEMA 5

LEVEL 2

doorrolstelling

32

inrijstelling

PRODUCTEN


STELLING legbordstelling

PRODUCTEN

palletstelling

IN

mobiele of verrijdbare stelling

VA N

paternosterstelling

Bestudeer nog eens de ontdekplaat. a b

Noteer in de linkerkolom de interne transportmiddelen die in de ontdekplaat staan. Noteer in de rechterkolom de taken die je voornamelijk met deze toestellen kunt doen.

LEVEL 2

TAKEN

THEMA 5

TRANSPORTMIDDEL

©

2

33


TAKEN

VA N

IN

TRANSPORTMIDDEL

THEMA 5

LEVEL 2

©

34


Action 10— Welke verschillende soorten logistieke bedrijven kun je onderscheiden?

MORE

In de logistiek kun je heel wat soorten logistieke bedrijven onderscheiden. a

Lees aandachtig de omschrijvingen. Noteer het juiste logistieke bedrijf bij de omschrijving. Kies uit:

A

B

Dit bedrijf zorgt voornamelijk voor het transport van de leverancier naar de klant.

D

VA N

Dit logistieke bedrijf koopt allerhande producten bij meerdere leveranciers. Het slaat die producten op in een magazijn. Kleinhandelaars zoals winkels of cafés plaatsen hun bestelling dan bij de groothandel.

IN

groothandel – distributiecentrum – public warehouse – transportbedrijf – groepagecentrum

C

Dit bedrijf koopt de producten aan bij de leveranciers en slaat die op in een centraal magazijn. Wanneer de voorraad van winkels uit dezelfde winkelketen als het distributiecentrum moet aangevuld worden, zal dat distributiecentrum de goederen aan de winkel leveren.

Hier groepeert men de producten van meerdere leveranciers in een centraal magazijn. De goederen die naar dezelfde klant verstuurd moeten worden, worden op dezelfde vrachtwagen geladen. Zo vermijdt men dat elke leverancier een andere vrachtwagen stuurt, terwijl de goederen van verschillende leveranciers ook op een vrachtwagen zouden kunnen. Dat spaart kosten van bijvoorbeeld brandstofverbruik en personeel en het is minder schadelijk voor het milieu.

E

THEMA 5

LEVEL 2

©

Dit is een magazijn waar opslagruimte verhuurd wordt. Bedrijven die zelf weinig opslagplaats hebben, kunnen tegen betaling hun goederen in dat magazijn opslaan. Vanuit het magazijn wordt dan aan de klanten van de bedrijven geleverd.Het is perfect mogelijk dat in een magazijn producten van meerdere leveranciers worden opgeslagen. bv. Essers

35


b

Combineer het schema met het juiste logistiek bedrijf.

2

1 PepsiCo

Procter & Gamble

horeca

supermarkt

benzine­ station

Coca-Cola

Colruyt Oostende

Colruyt Hasselt

Leverancier X

Procter & Gamble

BASF

VA N

Dupont

klanten Dupont

©

Goederen van België en Nederland voor Spanje

GROOTHANDEL

LEVEL 2 THEMA 5

Goederen van Denemarken voor Italië, Spanje, Frankrijk

?

Goederen van België en Nederland voor Italië

36

Klant Y

klanten Procter & Gamble

klanten BASF

Goederen van Nederland voor Italië, Spanje, Frankrijk

Colruyt Wetteren

4

3

5

Procter & Gamble

PepsiCo

IN

Coca-Cola

TRANSPORTBEDRIJF

Goederen van België en Nederland voor Frankrijk

DISTRIBUTIECENTRUM

GROEPAGECENTRUM

PUBLIC WAREHOUSE


Action 11— Werkplekleren: bezoek aan een magazijn Bezoek samen met de klas een magazijn. Je leerkracht zegt je waarop je moet letten en welke veiligheidseisen er zijn op de werkplek. Vul de onderstaande fiche volledig en nauwkeurig in. DEEL 1: VOOR HET BEZOEK

Naam van het bedrijf

Adres

Activiteit van het bedrijf

IN

Steekfiche magazijn

VA N

DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Steekfiche magazijn

Waar is het magazijn gelegen?

Vraag of je ook foto’s mag nemen. Daarmee kun je je werk nadien illustreren.

Maak een foto van de omgeving.

een keer per week twee keer per week drie keer per week vier keer per week elke (werk)dag vaker anders, namelijk

Op welk tijdstip wordt er geleverd?

Waarom op die tijdstippen?

LEVEL 2

THEMA 5

©

Hoeveel keer per week worden goederen geleverd?

37


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK Hoe worden de goederen geleverd? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.

palletten dozen kisten rolcontainer los

Geeft één label de inhoud weer van een volledige levering van verschillende producten?

ja

nee

IN

Indien ja, noteer de code. Wat is de betekenis van alle codes op het label?

Neem een foto van het label. ja

nee

ja

nee

VA N

Gaan er met de vrachtwagen ook retourgoederen mee terug? Wat gebeurt er vooraleer de goederen in het magazijn worden opgeslagen of in de winkel worden geplaatst?

Worden de goederen onmiddellijk na de levering eerst uitgesorteerd?

Zijn er goederen bij die nog moeten worden uitgepakt of herverpakt?

ja nee Indien ja, welke goederen?

©

THEMA 5

LEVEL 2

Welk intern transportmiddel gebruikt de logistiek medewerker om de goederen op te slaan in het magazijn?

38

Hoe wordt het verpakkings­ afval verwerkt en gesorteerd?

(elektro)transpallet heftruck steekwagen rolcontainer anders, namelijk:


DEEL 2: TIJDENS HET BEZOEK ja

Is er in het magazijn een locatieaanduiding?

nee

Indien ja, waarvoor staat die locatieaanduiding? Noteer.

Neem een foto van de locatieaanduiding, als die er is. Moeten artikelen nog voorzien worden van een artikelcode? Hoe wordt de voorraad van de winkel bijgewerkt zodra er een levering binnenkomt?

ja

IN

nee

VA N

Vraag of je mag meehelpen met de opslag of het herverpakken of labelen van de goederen. Denk aan de veiligheid. Bespreek eerst met je leerkracht en de magazijnmedewerker waarop je moet letten en welke veiligheidseisen er zijn op de werkplek.

nee

ja

nee

ja

nee

LEVEL 2

Vergeet niet om genoeg foto’s te maken voor je verslag (bijvoorbeeld van de stellingen, interne transportmiddelen …).

ja

THEMA 5

©

Moeten er veiligheidsschoenen gedragen worden? Is er een aparte zone voor voetgangers? Zou je voor de veiligheid niet beter een veiligheidshesje dragen? Hoe kun je veilig werken met een stanleymes?

39


DEEL 3: NA HET BEZOEK Verwerk de verzamelde informatie en foto’s in een verslag in tekstverwerker. Maak met de foto’s en informatie een presentatie of poster van wat je in het magazijn hebt geobserveerd. Benoem: de verpakkingen, interne transportmiddelen, veiligheid ... Benoem ook je eigen ervaring. Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

c d e

BREAKING NEWS

IN

a b

1

Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

VA N

CHECKLIST

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Ik kan de stappen bij de opslag van goederen toelichten.

2

Ik kan gebruikte interne transportmiddelen bij de opslag van goederen benoemen.

3

Ik kan stellingen die bij de opslag van goederen gebruikt worden benoemen.

4

Ik kan FIFO, LIFO en FEFO toelichten.

5

Ik kan toelichten waar je best snel- en traaglopers opslaat in het magazijn.

©

1

THEMA 5

LEVEL 2

6

40

Ik kan soorten ladingdragers benoemen.

NEEN

EXTRA OEFENMATERIAAL


Beeldwoordenboek Level 2 BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Artikel dat snel verkoopt.

B-artikel of mediumloper

Artikel dat qua verkoopsnelheid tussen de A- en de C-artikelen zit.

blokstapeling

Een locatie op de vloer waar bepaalde goederen een plaats krijgen om opgeslagen te worden en waarbij goederen op elkaar gestapeld worden.

VA N

IN

A-artikel, snelloper of fastmover

FIFO

First in first out. Goederen die als eerste binnenkomen, verkoop je als eerste. bv. goederen die gevoelig zijn voor veroudering, zoals reserveonderdelen en apparaten met softwareversies, maar ook zaden, papier ...

grondlocatie

Een locatie op de vloer waar bepaalde goederen een plaats krijgen om opgeslagen te worden.

1

2

FIFO

1

3

Input

1

2

2

3

3 LIFO

3

2

1

LEVEL 2

Een houten standaardpallet met een afmeting van 80 cm op 120 cm.

BEELDWOORDENBOEK

europallet

THEMA 5

Artikel dat traag verkoopt.

©

C-artikel, traagloper of slowmover

41


BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

First expired, first out. Goederen die als eerste vervallen, moeten er het eerste uit. Dat gaat om bederfelijke waar of goederen met een houdbaarheidsdatum. bv. voedingsmiddelen, medicijnen, zonnebrandcrème ...

legbord­ stelling

Een rek bestaande uit legborden of plateaus waarop voornamelijk dozen of bakken worden opgeslagen.

LIFO

Last in first out. Goederen die als laatste binnenkomen, verkoop je als eerste. bv. bulkgoederen waarbij houdbaarheid of actualiteit geen rol spelen zoals bouwmaterialen (zand, stenen en glas) maar ook onbederfelijke goederen als kolen, zout ...

IN

FEFO

VA N

FIFO

Dat is een rek met meerdere verticale kolommen en meerdere niveaus waarin goederen op een pallet kunnen worden opgeslagen.

vaste locatie

Een locatie in een stelling of op de grond waar altijd hetzelfde product wordt opgeslagen.

THEMA 5

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 2

©

palletstelling

42

vrije locatie

Een locatie in een stelling of op de grond die vrij of leeg is en waarbij de logistiek medewerker kan kiezen welk artikel hij daar opslaat.

1

2

1

3

Input

1

2

2

3

3 LIFO

3

2

1


LEVEL 3

INTRO

Bestudeer de afbeeldingen. Wat kun je hieruit afleiden? Bespreek klassikaal.

In dit level beantwoord je stap voor stap deze onderzoeksvraag: Welke veiligheidsmaatregelen en milieurichtlijnen gelden er in een magazijn?

THEMA 5

2

LEVEL 3

©

VA N

1

IN

Welke veiligheids- en milieumaatregelen neem je bij de opslag in het magazijn?

43


Re-explore 1— Welke veiligheidsmaatregelen gelden er voor de goederenopslag in een magazijn?

Bestudeer de afbeeldingen. Wat kan er zoal mislopen met betrekking tot de veiligheid in een magazijn. Bespreek klassikaal. Noteer kort wat je besproken hebt.

B

VA N

A

IN

a b

©

C

THEMA 5

LEVEL 3

E

44

D

F


Veiligheidsmaatregelen In een magazijn gelden enkele veiligheidsmaatregelen: maatregelen die je (preventief) afspreekt om de veiligheid van het bedrijf en het personeel te waarborgen, zo voorkom je ongelukken en beroepsziekten. De maatregelen zijn aangegeven met gebodsborden, behandelingspictogrammen en gevaren­ pictogrammen.

IN

In een magazijn moet je veiligheidsschoenen dragen, aangezien er zware goederen op je voet kunnen vallen, er een intern transportmiddel over je voet of tegen je hiel kan rijden. In sommige magazijnen zijn een helm en een veiligheidshesje verplicht. Een helm beschermt je hoofd wanneer er hogergeplaatste voorwerpen vallen. Een hesje verhoogt je zichtbaarheid, zodat bestuurders van een heftruck je tijdig kunnen zien. Veiligheidshandschoenen zijn niet altijd verplicht, maar kunnen voorkomen dat je je snijdt aan papier, karton of andere materialen of hulpwerktuigen, zoals een snijmes. Een goede hef- en tiltechniek is belangrijk om rugklachten te voorkomen, aangezien je vaak een pallet of een doos moet heffen.

VA N

In een magazijn zullen ook waarschuwingsborden, gebodsborden ... hangen en je ziet behandelingspictogrammen op verpakkingen. Zorg dat je die steeds goed opvolgt.

THEMA 5

LEVEL 3

©

In een magazijn hangen ook brandblussers en sprinklers. Die moeten voorkomen dat een brand alles vernielt. Om de veiligheidsmaatregelen op te volgen en bij noodsituaties juist te kunnen handelen, krijgen vaak enkele magazijnmedewerkers een speciale opleiding.

45


Re-explore 2— Welke behandelingspictogrammen staan er op dozen of palletten?

Vorig jaar heb je al enkele behandelingspictogrammen bestudeerd. Bekijk aandachtig de pictogrammen op de onderstaande afbeelding. Noteer onder elk pictogram de betekenis.

A

B

C

F

G

E

VA N

D

IN

a b

H

I

J

M

N

O

LEVEL 3

L

THEMA 5

©

K

46


Explore 3— Welke verpakkingsmaterialen zijn er in een magazijn?

Wanneer goederen in een magazijn aankomen, herverpakt de magazijnmedewerker die. De goederen krijgen na het uitpakken een extra bescherming indien nodig. De magazijnmedewerker sorteert de goederen zodat ze opgeslagen kunnen worden in het magazijn. De aangekomen goederen gaan van de pallet in een doos of omgekeerd. Sommige goederen zullen van de pallet op een andere pallet geplaatst worden. Bestudeer de afbeeldingen. Welke ladingdragers kunnen ook als verpakking dienen?

b

Welke beschermings- en opvulmiddelen kun je gebruiken om beschadiging van de goederen te voorkomen?

THEMA 5

LEVEL 3

©

VA N

IN

a

47


Explore 4— Hoe verwerk je afval? In welke gang staat artikel 1554.851?

Na binnenkomst pakt de magazijnmedewerker de goederen uit. Hij verwijdert het plastic, het karton of andere materiaal. Hij sorteert het materiaal voor hergebruik, recycling of afvalverwerking. Een gespecialiseerde firma haalt het afval op. a

In weke module staat artikel 1546.744? Op welk niveau staat artikel 1279.748? Welk artikel staat op plaats 4 op niveau 3?

Zodra een artikel op de juiste locatie ligt, wordt dat ingegeven in he artikelcode gekoppeld aan de locatiecode. Starter 6 | Hoe verwerk je het afval?

Welke materialen zal A.S.Adventure.edu in haar magazijn hergebruiken?

Een gespecialiseerd afvalverwerkend bedrijf haalt op afgesproken tijd om verder te verwerken. Daarom moet het afval gesorteerd worden.

IN

1

1 Welke producten worden bij Decathlon.edu gesorteerd?

b

Bekijk aandachtig de afbeeldingen. Welke producten sorteert de magazijnmedewerker?

VA N

2

Welke materialen zal A.S.Adventure.edu laten ophalen voor recyclering?

Decathlon sorteert ook nog restafval, gevaarlijke producten en batt

2 Welke materialen kunnen bij Decathlon.edu herbruikt worden?

TO THE POINT

138

M E & Co mp any

In een magazijn kunnen er snel ongelukken gebeuren. Je kunt je snijden aan papier of Logistiek 5.indb 138 karton. Je kunt je rug verrekken of een intern transportmiddel kan je aanrijden. Daarnaast werken medewerkers in sommige magazijnen met gevaarlijke stoffen, die snel in brand kunnen vliegen of zelfs ontploffen. Daarom moeten magazijnmedewerkers altijd de veiligheidsmaatregelen naleven. Veiligheidsmaatregelen Dat zijn afspraken om de veiligheid van het bedrijf en het personeel te waarborgen. De maatregelen zijn aangegeven met gebodsborden (borden met regels die je moet opvolgen), behandelingspictogrammen en gevarenpictogrammen. De bekendste zijn: veiligheidsschoenen, veiligheidshandschoenen, een fluohesje of een helm dragen.

THEMA 5

LEVEL 3

©

Ladingdragers In een magazijn komen veel ladingdragers en verpakkingsmaterialen aan bod, zoals papier, karton, plastic. Ook zijn er verschillende soorten opvulmaterialen om de goederen te beschermen, waaronder houtwol, noppenfolie, opvulchips ... Het is belangrijk dat ondernemingen ladingdragers en verpakkingsmaterialen steeds goed sorteren om de afvalberg te verminderen.

48

Behandelingspictogrammen Op de verpakking zie je behandelingspictogrammen, die tonen hoe je een product moet behandelen tijdens transport en opslag. Een juiste behandeling voorkomt beschadiging en zorgt dat je veilig werkt voor jezelf.


Action 1— Behandelingspictogrammen 1

Bekijk de artikelen van A.S.Adventure.edu. Welke pictogrammen zou je op de ladingdrager van elk artikel kleven? Noteer.

B

IN

A

GoPro Video Hero 8 Black

+ 32 GB SD-kaart

VA N

Lezyne fietsverlichting Lite Drive Pictogrammen:

D

C

42

Garmin GPS-fietscomputer Edge Explore

Welke handeling wordt bij dit soort (duurdere) artikelen vaak extra uitgevoerd?

3

Stel dat een klant al die artikelen bestelt en ze thuis wil laten leveren. Hoe zal je die versturen?

THEMA 5

2

LEVEL 3

©

10x Kite Optics Verrekijker Ursus

49


Action 2— Gevarenpictogrammen De volgende gevarenpictogrammen geven een veiligheidsrisico aan. Wat betekenen die pictogrammen?

B

D

C

IN

A

F

VA N

E

THEMA 5

LEVEL 3

©

G

50

H

I


BREAKING NEWS Ga naar het onlinelesmateriaal. Je vindt er een actualiteitsitem over het onderwerp.

2

Los de vragen op.

3

Geef het bestand een duidelijke naam en bewaar het in je portfolio.

CHECKLIST

IN

1

Duid aan of je de onderstaande vaardigheden voldoende beheerst. JA

Ik kan veiligheidsmaatregelen in een magazijn toepassen.

2

Ik kan opvulmaterialen en verpakkingsmaterialen benoemen en toepassen.

EXTRA OEFENMATERIAAL

VA N

1

NEEN

Ik kan afval sorteren.

THEMA 5

LEVEL 3

©

3

51


Beeldwoordenboek Level 3 BEGRIP

VERKLARING

AFBEELDING

Behandelingspictogrammen tonen hoe je een product moet behandelen tijdens transport en opslag. Een juiste behandeling voorkomt beschadiging en zorgt ervoor dat je veilig werkt.

gevaren­ pictogrammen

Deze pictogrammen waarschuwen voor de risico’s bij het vervoer, de opslag en het gebruik. Ze wijzen op de types gevaarlijke stoffen: waar schuilt het gevaar voor de gezondheid en voor het milieu?

VA N

IN

behandelingspictogrammen

Ladingdragers ondersteunen de (verpakte) goederen, zodat je ze gemakkelijk kunt vervoeren of opslaan. Ladingdragers dienen soms ook als verpakking. bv. palletten, bakken, dozen, fusten …

veiligheidsmaatregelen

Dat zijn maatregelen die je vooraf (preventief) afspreekt om de veiligheid van het bedrijf en het personeel te waarborgen. Als de maatregelen nageleefd worden, kunnen veel ongelukken en beroepsziekten voorkomen worden. Veiligheidsmaatregelen staan op gebodsborden, behandelingspictogrammen en veiligheidspictogrammen.

THEMA 5

BEELDWOORDENBOEK

LEVEL 3

©

ladingdrager

52


STEP-UP In dit thema heb je geleerd hoe je veilig en correct goederen in ontvangst neemt, labelt en opslaat. Je bent nu klaar om voor je projectbedrijf een plattegrond te maken en de labels te ontwerpen. Daarna oefen je met een magazijnspel. Eerst oefen je nog eens met de artikelen van A.S.Adventure.edu.

2

Maak aan de hand van de locatiecodes een plattegrond, zodat je de locaties en dus de stellingen voor de producten van A.S.Adventure.edu overzichtelijk hebt. Volg het stappenplan. STAPPENPLAN Stap 1: Open een werkblad.

IN

1

Stap 2: Plaats de marges van het blad op ‘Smal’. Stap 3: Stel A3-formaat in. Stap 4: Plaats dit blad liggend.

Stap 5: Stel de breedte van de kolommen in op 10 pixels (of een breedte van 0,91 cm).

VA N

Stap 6: Stel de hoogte van de rijen in op 10 pixels (of een hoogte van 0,91 cm). Zorg ervoor dat alle rijen en kolommen en dus alle cellen op je A3-blad deze afmetingen hebben. Stap 7: Neem het artikelbestand van A.S.Adventure.edu erbij.

Stap 8: Aan de hand van de locatiecodes maak je een plattegrond van de locaties en dus de stellingen voor de producten van A.S.Adventure.edu.

3

Maak een plattegrond van het magazijn van jouw projectbedrijf. Gebruik daarvoor de artikellijst uit Action 6 van Level 2. In deze Action heb je voor elk artikel van je projectbedrijf vermeld in welke stelling je het artikel gaat opslaan. a b

4

Noteer achter elk artikel een mogelijke locatiecode. Maak op basis van de locatiecodes een plattegrond van het magazijn van jouw projectbedrijf.

Ontwerp een label voor de artikelen van jouw projectbedrijf. Vermeld op dit label: de naam van jouw projectbedrijf, het adres van jouw projectbedrijf, de artikelcode, de locatiecode, een barcode of QR-code. Die kun je online maken.

©

a b c d e

STEP­UP

Je hebt nu alle stappen doorlopen om de goederen van je projectbedrijf te gaan ontvangen in je magazijn.

THEMA 5

5

53


© VA N IN


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.