Tijd voor taal accent - Spelling - Handleiding 4 - Voorbeeldmateriaal

Page 8

accent

Inleiding

In plaats van op een schrijflei kunnen de leerlingen ook in een oefenschriftje noteren. Die manier van werken is omslachtiger, waardoor ook de feedback uitgesteld en dus minder efficiënt wordt. Als de leerlingen niet over een schrijflei beschikken of als je het werken met een oefenschriftje te omslachtig vindt, kun je de woorden ook letter voor letter laten spellen. Dat wil zeggen: je dicteert bijvoorbeeld auto en je vraagt een leerling dat woord letter voor letter te spellen: a-u-t-o. Zo weet je onmiddellijk of de leerling de au met a-u of o-u schrijft. In de presentatie/oriëntatie van hetzelfde lesblok A moeten de leerlingen zo goed mogelijk op het spellingprobleem en de oplossing ervan georiënteerd worden: wat is het probleem en hoe kan ik het aanpakken? Gebruik je de Beertjes van Meichenbaum, dan kun je die zeker in deze lesfase ten tonele voeren. De oriëntatie gebeurt zoveel mogelijk op inductieve wijze. Je laat bijvoorbeeld de leerlingen zelf ontdekken hoe ze kunnen verlengen om te weten of een woord op d of t eindigt. Je zegt de regel dus niet voor! Bij sommige leerinhouden, vooral in de derde graad, is een inductieve aanpak evenwel onmogelijk. Bijvoorbeeld: leerlingen kunnen onmogelijk zelf ontdekken waarom de woorden apotheek, katholiek, thee met th worden geschreven. Je kunt de leerlingen die woorden wel laten rubriceren en vragen welk spellingprobleem ze gemeen hebben. Dergelijke rubriceeroefeningen zijn typisch voor de derde graad.

Meestal wordt een kapstokwoord aangeboden om de schrijfwijze van die woorden te onthouden (zie verder: de analogiestrategie of net-als-weg). Na lesblok A wordt het spellingprobleem verder ingeoefend. We spreken over automatisering (lesblok B). In het werkschrift zijn daarvoor leuke oefeningen voorzien. Typische oefeningen zijn bijvoorbeeld het hakken en plakken, waar de leerlingen eerst de kop, vervolgens de buik en ten slotte de staart van een woord moeten schrijven. Bijvoorbeeld: g-ooi-t = gooit. Via hak- en plakoefeningen (kopje-buikje-staartje) leren de kinderen de structuur van een woord kennen. Via letter-voor-letter-oefeningen (mondeling spellen) wordt de lettervolgorde geautomatiseerd. Naast de hak- en plakoefening leren ze in andere oefeningen ook alle letters los te schrijven. Bijvoorbeeld: g-o-o-i-t = gooit. Uit onderzoek is gebleken dat dergelijke letter-voor-letteroefeningen zeer belangrijk zijn, vooral voor leerlingen met spellingproblemen of dyslexie (Van Biervliet, 2003). Met andere woorden: via hakken en plakken (kopje-buikje-staartje) leren de kinderen de structuur van de te schrijven woorden kennen (g-ooi-t); via het letter-voor-letterschrijven leren ze vooral de lettervolgorde in die woorden (g-o-o-i-t). Op basis van de scores voor een wekelijks dictee in lesblok C worden in lesblok D twee groepen gemaakt. De ene groep maakt in het stappenboek (of stappenblok met scheurbladen) herhalingsoefeningen, de andere groep verdiepingsoefeningen.

4 Wat is de bedoeling van het (wekelijkse) dictee? 4.1 Pakketwoorden, maar ook transferwoorden Preventie en vroegtijdige interventies zijn duidelijk effectiever en efficiënter dan late interventies of leerhulp. Daarom moeten de leerlingen in hun leerproces ook nauwkeurig worden gevolgd. Om dat mogelijk te maken, voorzien we elke week een kort evaluatiemoment (lesblok C). Via een dictee wordt de beheersing van het woordpakket gecontroleerd. Meestal zijn in het dictee ook transferwoorden voorzien. Transferwoorden zijn woorden die niet in het woordpakket staan, maar wel hetzelfde spellingprobleem hebben. Zo voorziet het dictee voor het pakket met woorden met eind-t of -d ook

8

Inleiding

andere woorden dan de pakketwoorden om te zien of de verlengingsregel wel echt beheerst wordt. Ook in een dictee bij een woordpakket met onthoudwoorden staan soms transferwoorden. Het zijn dan vooral samengestelde woorden, waarbij een deel ervan een geleerd onthoudwoord is. Bijvoorbeeld: in het woordpakket staat saus, in het dictee pepersaus. In de handleiding staat precies aangeduid wat geëvalueerd moet worden. We gaan er telkens van uit dat het geleerde spellingprobleem wordt getoetst (1 punt per woordfout, hoofdletterfout of fout tegen het leesteken). Dat neemt echter niet weg dat alle andere spellingfouten in het dictee aangeduid kunnen worden.

Tijd voor Taal accent - Spelling - Handleiding 4


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.